Onderzoek naar de woon, werk en winkelfunctie van De Liemers, inclusief de aanzet voor een gemeenschappelijke regionale agenda, in opdracht van Rabobank De Liemers; volledig onderzoek
Citation preview
1. Wonen, werken en winkelenin de LiemersNaar een sterke en
toekomstbestendige woon- en werkregioApril 2012
2. VoorwoordVoor u ligt het rapport Wonen, werken en winkelen
in de Liemers. Deze studiebrengt de economie van de Liemers in
kaart en inventariseert een aantal kansenvoor de toekomst van het
gebied. Het onderzoek is uitgevoerd door de afdelingKennis en
Economisch Onderzoek van Rabobank Nederland.De Liemers kent
verschillende initiatieven die de regio een beter
toekomstperspec-tief moeten geven. Zo is enkele jaren geleden het
project Liemers 2020 gestart,zijn er initiatieven vanuit Lindus, is
het POA de Liemers actief op het terrein van on-derwijs en
arbeidsmarkt en heeft LTO een visiedocument voor het gebied
opgesteld.Met de marketingcampagne De Liemers, helemaal goed!
investeren de gemeentenDuiven, Rijnwaarden, Westervoort en Zevenaar
fors in de herkenbaarheid enpromotie van de regio.Om deze
initiatieven te ondersteunen, heeft Rabobank De Liemers dit
sociaal-economisch onderzoek uit laten voeren. Met de resultaten
hiervan als uitgangspunten vanuit haar coperatieve
verantwoordelijkheid, wil de bank in samenwerkingmet andere
partijen de regio een economische impuls geven.Het rapport spitst
zich toe op de themas wonen, werken en winkelen, als basis vooreen
sterke en toekomstbestendige regio. Het uiteindelijke doel is een
langetermijn-agenda voor de belangrijkste beleidsdossiers:
economie, arbeidsmarkt, wonen envoorzieningen.Ik hoop dat dit
rapport beleidsbepalers en belanghebbenden inspireert om na
tedenken over de toekomst en dat het ons allen helpt te koersen op
een succesvollelangetermijnstrategie voor de Liemers.Mijn dank gaat
uit naar de genterviewden en de deelnemers aan de workshop voorhun
waardevolle bijdrage aan het onderzoek.Jan
Ummenthumdirectievoorzitter Rabobank De Liemers
3. InhoudsopgaveVoorwoord
.............................................................................................................
2Conclusies en aanbevelingen
.................................................................................
4 Wonen
...................................................................................................................
4 Werken
..................................................................................................................
6 Winkelen
..............................................................................................................
10 Tot besluit: naar een gemeenschappelijke regionale agenda
....................................... 121 Inleiding
.........................................................................................................
13 1.1 Achtergrond
................................................................................................
13 1.2 Leeswijzer
...................................................................................................
142 Profiel van de Liemers
....................................................................................
15 2.1 Profiel van de vijf gemeenten
........................................................................
15 2.2 Stadsregio Arnhem Nijmegen
........................................................................
173 Functionele positionering van de regio
........................................................... 18 3.1
Inleiding
.....................................................................................................
18 3.2 De woonfunctie van de Liemers
.....................................................................
18 3.3 De werkfunctie van de Liemers
......................................................................
24 3.4 De winkelfunctie van de Liemers
....................................................................
344. Economische prestaties en vooruitzichten
.................................................. 41 4.1
Economische prestaties van de Liemers
.......................................................... 42 4.2
Economische groei
.......................................................................................
44 4.3 Economische kracht
.....................................................................................
46 4.4 Sectorramingen
...........................................................................................
49 4.5 Economische vooruitzichten
..........................................................................
51Bijlage I Definities
...........................................................................................
53Bijlage II Geraadpleegde bronnen
.....................................................................
54Colofon
.................................................................................................................
55 3
4. Conclusies en aanbevelingenContext: Nederlandse economie in
slecht weerHet jaar 2012 begint met een kwakkelende economie: de
werkloosheid loopt op, huizenprij-zen blijven dalen en nieuwe
bezuinigingen lijken onvermijdelijk. De grote vraag is waar
deeconomische groei de komende tijd vandaan moet komen. Het vlakke
verloop van de we-reldhandel, consumenten die de hand op de knip
houden en een overheid die gaat bezuini-gen werken allemaal een
groeivertraging in de hand. Maar ook in de overige Europese lan-den
haalt met name de overheid de broekriem aan. Nederlandse bedrijven
en consumentenhebben dus te maken met bezuinigingen in binnen- en
buitenland, waardoor de groei vande bestedingen in de komende jaren
onder druk staat. Bovendien is er tijdens de crisis veelminder
genvesteerd waardoor productiviteitswinsten minder gemakkelijk te
behalen zijn.Ook wordt het effect van de vergrijzing op het
arbeidsaanbod in de komende jaren merk-baar. Daardoor is de
potentile productie in de komende jaren vermoedelijk lager dan
voorde crisis. Voor heel 2012 voorzien we een rele krimp van
gemiddeld procent ten opzich-te van 2011. Deze ontwikkelingen
hebben hun uitwerking op de economie in zijn vollebreedte en dus
ook op alle regios in Nederland. Zo zal ook het woon-, werk- en
voorzienin-genklimaat in de Liemers de effecten (blijven)
ondervinden van de huidige economischeomstandigheden.Profiel van de
LiemersDe Liemers is een bijzonder stukje Nederland in het oosten
van de provincie Gelderland, tenzuidoosten van Arnhem en tegen de
Achterhoek aan. De streek ligt ingeklemd tussen deDuitse grens, de
Rijn, de Nederrijn, de IJssel en de Oude IJssel en omvat de
gemeentenDuiven, Rijnwaarden, Westervoort, Zevenaar en Montferland.
De Liemers is een zeer geva-rieerde streek met een eigen identiteit
en een rijke historie. Er zijn vele kleine oorspronke-lijke
kerkdorpen met volop natuur, rivieren, rust en ruimte. De Liemers
vormt een onder-deel van de Stadsregio Arnhem Nijmegen waarmee voor
de inwoners alle stedelijke voor-zieningen op korte afstand
beschikbaar zijn. Voor de inwoners is de Liemers een relatief
be-taalbare regio waarin men veel woning voor zijn geld krijgt.
Binnen de Liemers hebben devijf gemeenten ieder hun eigen functie
en regionaal gezien ieder hun eigen focus. Dit allesmaakt de
Liemers tot een verleidelijk gebied met een divers aanbod van
woonmilieus. Haargunstige ligging en ontsluiting over zowel weg
(A12 en A15), water en spoor bieden de re-gio bovendien een
uitstekende logistieke uitgangssituatie en een gunstig
vestigingsklimaatvoor zowel handel, logistiek als industrie. Hoewel
de regio binnen Nederland nog altijd rela-tief onbekend is, komt
het als onderdeel van de Stadsregio steeds beter op de kaart
testaan.WonenDe Nederlandse markt voor koopwoningen vertoont nog
geen tekenen van herstel. Ook in2011 daalden de prijzen en werden
er minder woningen verkocht. De verwachting is nietdat dit beeld in
de komende kwartalen structureel gaat veranderen. Zo spelen de
eerderge-noemde economische tegenwind en de onzekerheid over een
aantal structurele vraagstuk-ken, zoals de toekomst van de
hypotheekrenteaftrek, kopers nog altijd parten. Op de korte 4
5. termijn wordt de consument tevens geconfronteerd met de
ongunstige arbeidsmarktvooruit-zichten en de bezuinigingsplannen
van de overheid. Voor de laatste twee geldt dat de effec-ten op
macroniveau beperkt zijn, maar op microniveau voor grote
onzekerheid kunnen zor-gen, aangezien onduidelijk is hoe de pijn
wordt verdeeld.De Liemers vormt een aantrekkelijke woonregio met
veel mogelijkheden voor recreatie enop korte afstand van alle
stedelijke voorzieningen (van Arnhem en Nijmegen). In de Lie-mers
kan men als huurder of koper betaalbare en relatief grote woningen
vinden. Daarnaastheerst er onder de bevolking een groot
saamhorigheidsgevoel en is er sprake van een hechtverenigingsleven.
Keerzijde van de medaille is dat de Liemers het afgelopen decennium
isgeconfronteerd met een lagere bevolkingsgroei dan gemiddeld en
een negatief migratiesal-do. Dat wil zeggen dat er meer mensen de
regio verlaten dan dat zich er vestigen. Dit geldtvooral voor de
groep 15-24 jaar. Sterkten Zwakten- Betaalbare woningen -
Werkmogelijkheden voor hoogopgeleiden- Woonomgeving
(recreatiemogelijkheden, stedelijke voorzieningen nabij)-
Saamhorigheid bevolking: hecht vereni- gingsleven- Relatief grote
woningen Kansen Bedreigingen- Vergroten van arbeidsmarktkansen voor
- Negatief migratiesaldo (jongeren) hoogopgeleiden uit de eigen
regio - Vergrijzing en ontgroening- Inspelen op trends (toename
eenper- - Bevolkingskrimp soonshuishoudens): betaalbare huisves-
ting kunnen blijven aanbiedenBiedt jongeren
perspectiefJongvolwassenen vormen de rode draad door vele
beleidsdossiers. Het negatieve migratie-saldo van jongeren treft
zowel de woningmarkt als de arbeidsmarkt. Maar ook
(win-kel)voorzieningen hebben te maken met een veranderende
consument die andere eisenstelt aan diensten en producten. De
eerste voorwaarde om jongeren te behouden voor deregio is om ze een
perspectief te bieden. Velen vertrekken naar de studentensteden
omvervolgens niet meer terug te komen. Velen weten dan ook niet wat
de mogelijkheden zijnvoor een carrire in de Liemers. De bedrijven
zijn nog redelijk onzichtbaar. Het LogistiekExpertise Centrum (LEC)
probeert met haar initiatief dit probleem te doorbreken door
hetbedrijfsleven, de overheid en het onderwijs bij elkaar te
brengen en samenwerkingspro-grammas op te richten. Dit initiatief
zou als voorbeeld kunnen dienen voor andere sectorenom de tekorten
op de arbeidsmarkt aan te pakken, bijvoorbeeld in de techniek en de
zorg.Het bedrijfsleven zou bijvoorbeeld gastcolleges op de
hogescholen en universiteiten kunnengeven. Het thema
ondernemerschap zal meer moeten gaan leven bij jongeren en
hiervoorligt ook een belangrijke taak voor het MKB weggelegd. Een
paar keer per jaar de deurenopenen voor jongeren zodat zij deze
bedrijven kunnen bezoeken, werd genoemd als initia- 5
6. tief dat in samenwerking met het onderwijs kan worden
opgepakt. Ook de mogelijkheden enondersteuning van diverse partijen
om een eigen onderneming te beginnen, zou al in hetonderwijs
geborgd moeten zijn. Starters in de bedrijvenmarkt beginnen over
het algemeeneen bedrijf in de regio waarin zij woonachtig zijn.
Kortom: door jongvolwassenen verschil-lende carrireperspectieven
aan te bieden, vergroot je de kans dat zij in de Liemers blijven.Om
jongeren te binden is er niet alleen een rol voor het bedrijfsleven
weggelegd. Zo zullengemeenten en woningcorporaties moeten zorgen
voor een passend woningaanbod dat aan-sluit bij de behoefte van
jongeren. Daarnaast zal er sprake moeten zijn van goede
voorzie-ningen en een moderne infrastructuur (zoals glasvezel) om
te voorzien in de behoeften vaneen jonge ondernemende
bevolking.Concentreer voorzieningen zodat deze passen bij de schaal
van het woongebiedDe relatief lage werkgelegenheidsfunctie
weerspiegelt het feit dat de Liemers ondanks devele bedrijvigheid
nogal altijd primair een woonregio is. De Stadsregio Arnhem
Nijmegenvormt voor de inwoners van de Liemers dan ook een
belangrijke bron van werkgelegenheid.De meeste
consumentenvoorzieningen zijn in de Liemers minder sterk
vertegenwoordigddan in de Achterhoek en gemiddeld Nederland. Dit
geldt bijvoorbeeld voor de horeca- encultuurvoorzieningen. Inwoners
van de Liemers zijn hiervoor met name op Arnhem en Nij-megen
aangewezen. Met een krimpende bevolking in het achterhoofd, komt
het draagvlakvan voorzieningen in de kleine kernen onder druk te
staan. Winkels, scholen en verenigin-gen zullen dit merken aan een
dalend aantal consumenten, leerlingen en leden. Indien deLiemers
een aantrekkelijke woonregio wil blijven voor jong en oud, dan
zullen overheid enbedrijfsleven goed naar de schaal van
voorzieningen moeten kijken. Met innovatieve oplos-singen kan men
er voor zorgen dat het voorzieningenniveau en de leefbaarheid van
het ge-bied op peil blijft. De concentratie van gezondheidscentra
in de grotere kernen dichtbij dewoon-zorgcomplexen voor ouderen is
hier een goed voorbeeld van. Bovendien liggen ervoor de regio
kansen om het gebied recreatief en toeristisch beter op de kaart te
zetten. Ditvraagt om extra investeringen in
vrijetijdsvoorzieningen. Deze zouden onder andere kunnenworden
geconcentreerd langs het water. Op dit moment wordt de potentie van
het waternog onvoldoende benut. Het water kan voor recreatieve
doeleinden (wonen en recreren)worden gebruikt om zodoende de
potentie van de Liemers als aantrekkelijke woon- en re-creatieregio
beter te benutten.WerkenDe Liemerse economie kenmerkt zich door
veel conjunctuurgevoelige bedrijvigheid zoalshandel, logistiek en
industrie. Duiven en in de tweede plaats Zevenaar vormen de
economi-sche zwaartepunten van de regio. De afgelopen jaren is de
werkgelegenheid in de regio re-latief sterk toegenomen. De groei
deed zich met name voor in dienstverlenende sectorenwat duidt op
een verbreding van de economische basis van de regio. Desondanks
ligt deeconomische prestatie van het gebied op een relatief laag
niveau. Dit wordt vooral veroor-zaakt door de vier economische
groei-indicatoren (winstgroei, productiegroei, investerings-groei
en arbeidsvolumegroei) die ver onder het Nederlandse gemiddelde
liggen. De indicato-ren behorende bij economische groei zijn de
conjunctuurindicatoren. De sectorstructuur vaneen regio vormt vaak
een groot deel van de verklaring voor regionale verschillen in
econo-misch presteren. Bijvoorbeeld regios met een bovengemiddeld
aandeel conjunctuurgevoeli- 6
7. ge sectoren als de industrie, handel en logistiek zijn
gevoeliger voor de conjunctuurcyclusdan regios met een kleiner
aandeel in deze sectoren. Sterkten Zwakten- Sterke banengroei
afgelopen decennium - Economische groei blijft achter- Lage
werkloosheid - Lage arbeidsproductiviteit- Goede arbeidsmoraal-
Duiven als economisch zwaartepunt Kansen Bedreigingen- Ligging
(A12, A15, Duitsland) - Conjunctuurgevoelige sectorstructuur-
Infrastructuur (drie vervoersmodalitei- - Afnemende
beroepsbevolking ten) voor de logistieke sector - Relatief laag
opleidingsniveau- Ruimte bedrijventerreinen - Ontbreken regionale
visie- Verbreding economische basisSamenwerking is de basis voor
vernieuwing en een toekomstbestendige regioDe investeringsratio en
de arbeidsproductiviteit zijn twee belangrijke indicatoren voor
hetbedrijfsleven in de toekomst. Wil de regio concurrerend blijven
ten opzichte van andere re-gios en innovatie en vernieuwing binnen
het bedrijfsleven realiseren, dan zijn investeringennoodzakelijk.
De gemiddeld lagere arbeidsproductiviteit is een belangrijk punt
van aan-dacht. Met het oog op een krimpende beroepsbevolking en het
tekort op de arbeidsmarktzal het bedrijfsleven de
arbeidsproductiviteit moeten verhogen, wil men het huidige
wel-vaartsniveau op peil houden. We moeten immers met minder mensen
hetzelfde welvaarts-niveau op peil zien te houden. Dit vraagt om
investeringen in een economisch uitdagendklimaat.De stakeholders
uit de Liemers vinden dat koppelingen maken tussen de verschillende
par-tijen in de regio van evident belang is om de regio
concurrerend te maken. Als die koppelin-gen er eenmaal zijn, dan
kan men samenwerkingsverbanden aangaan en strategien enprojecten
ontwikkelen om nieuwe diensten en producten aan te bieden. Het
bedrijfsleven inde Liemers is goed vertegenwoordigd in de
verschillende ondernemersverenigingen. Tochgaf men aan dat veel
ondernemers niet weten wat voor bedrijven en ondernemers er in
deregio gehuisvest zijn en wat zij te bieden hebben. Men gaf aan
behoefte te hebben aan eensoort innovatiemakelaar. Via de
ondernemersverenigingen zou zon persoon zichtbaarmoeten zijn bij
het MKB. Indien een bedrijf behoefte heeft aan versterking op
bepaald ge-bied (ICT, advies, reclame, productontwikkeling et
cetera) dan zou deze via een innovatie-makelaar gekoppeld kunnen
worden aan een ander bedrijf uit de regio die daarbij kan hel-pen.
Zo verbindt je het MKB met elkaar en stimuleer je
samenwerkingsverbanden in de ei-gen regio. De opgedane kennis en de
ontwikkeling van nieuwe producten en diensten blijftop die manier
ook binnen de regio. 7
8. Daarnaast zouden MKB-bedrijven meer samen kunnen werken op
het gebied van inkoop enresearch en development. Door gezamenlijk
producten bij een leverancier in te kopen, kun-nen inkoopvoordelen
worden behaald en risicos gespreid. Maar ook gezamenlijke
beveili-ging van panden en samenwerking op het gebied van het
ontwikkelen van nieuwe pro-ducten en diensten kunnen
kostenbesparend werken.Maar ook publieke organisaties (zoals
gemeenten, zorginstellingen en woningcorporaties)kunnen door samen
te werken rondom de verschillende sociaal-economische themas
(zoalsvergrijzing en een afnemende beroepsbevolking) zorgen voor
vernieuwing en hiermee bij-dragen aan een toekomstbestendige
woon-werkregio.Bedrijfsleven: Bepaal een lange termijn strategieHet
bedrijfsleven in Nederland (en dus ook in de Liemers) opereert
momenteel in moeilijkeeconomische tijden. Het vet op de botten is
zo langzamerhand verdwenen en van een kalekip kun je niet plukken.
Het bedrijfsleven wenst niet met pappen en nathouden op de beente
worden gehouden. Dergelijke tijdelijke subsidies en lapmiddelen
hebben alleen voor dekorte termijn effect. Het bedrijfsleven dient
zich daarom in deze tijden goed voor te berei-den op het
veranderende economische klimaat. Het maken van een strategie voor
de langetermijn is nu van essentieel belang en bedrijven dienen
zich daarbij af te vragen wat heb ikervoor nodig om mijn lange
termijn doelen te realiseren en wie (welke type arbeidskrach-ten)
heb ik daar voor nodig? Waar zitten de verwachte knelpunten voor de
komende jaren?Een ondersteunende en adviserende rol van de bank en
accountant is in dit opzicht ge-wenst. Bovendien is een
gemeenschappelijke regionale economische agenda hierbij vangroot
belang.Zorg als regio voor een goede mix van sectorenOm van de
Liemers een krachtige economie te maken voor de toekomst is focus
en af-stemming nodig. Hierbij wordt bedoeld dat men niet alle
pijlen op de logistiek dient te rich-ten, maar dat ook de focus op
andere sectoren van belang is: zoals de care- en
recreatie-sector.De zorg is een van de sectoren die het afgelopen
decennium voor een grote toename van dewerkgelegenheid heeft
gezorgd. Met een vergrijzende bevolking wordt de zorg voor de
toe-komst ook steeds belangrijker. De sector investeert in
projecten die zich richten op eenveranderende
bevolkingssamenstelling en een toename van de zorgvraag. Een
voorbeeldhiervan is het nadrukkelijk inzetten op preventie.1
Daarnaast zet men in op technologie tervervanging van de menselijke
hand. Met een tekort aan zorgpersoneel dat de komende ja-ren verder
zal oplopen, zijn technologische toepassingen evident om adequaat
op de zorg-vraag in te kunnen spelen. De combinatie van de care- en
technologiesector wordt dussteeds belangrijker. Voor de industrie
en de zakelijke dienstverlening in de regio bieden de-ze
ontwikkelingen ook kansen. Bijvoorbeeld in de vorm van
ondersteuning op het gebiedvan processen en het ontwikkelen van
(ICT)diensten en producten op technologisch vlak.1 Bijvoorbeeld de
toename van patinten die aan obesitas lijden. Door mensen goede
voorlichting te geven, hooptmen dat het aantal patinten afneemt.
8
9. Recreatie zal niet zon belangrijke speler in het economisch
veld worden als de logistiek ende zorgsector. Maar investeren in
recreatie zal wel bijdragen aan de kwaliteit van de omge-ving en
een toename van bezoekers en recreatieve voorzieningen. Men wil
graag in de buurtvan hun werk wonen en dan het liefst in een
aantrekkelijke omgeving. Dit is een redelijksubjectief begrip omdat
iedere woonconsument anders naar zijn/haar omgeving kijkt en de-ze
anders beoordeelt. Desalniettemin zal door de recreatieve waarde
van de regio te vergro-ten, ertoe bijdragen dat de regio economisch
gezien meer op de kaart komt te staan. Daar-naast zal men in eerste
instantie kiezen voor een woning in de Liemers voordat de keuze
opeen andere regio valt.Logistiek: van whitespot naar hotspotDe
focus op de logistieke sector als speerpunt van de regio is een
gedegen keuze die pastbij het profiel van de Liemers. De logistiek
is een kansrijke sector omdat de regio drie ver-voersmodaliteiten
kent: weg, water en spoor. Binnen Nederland kennen alleen de
logistiekespots Rotterdam, Amsterdam en Moerdijk drie
vervoersmodaliteiten. De regio Arnhem-Nijmegen is door TNO
uitgeroepen als white spot wat betekent dat het de potentie heeftom
tot logistieke hotspot te kunnen groeien, mits er aan bepaalde
randvoorwaarden wordtvoldaan. Zo is er momenteel nog geen
mogelijkheid om containers vanuit deze regio op hetspoor van de
Betuweroute te zetten. Bovendien ontbreekt het aan logistieke
parken nabij deoverslagkansen aan de transportcorridors om als
logistieke regio tot bloei te komen. Ditvraagt uiteraard om
investeringen wat in deze economische tijden voor veel partijen
lastigis. Maar juist in de minder economische tijden is het zaak om
te investeren. Indien bedrij-ven/regios dit negeren, zal men zien
dat wanneer het economisch weer beter gaat, menachter de feiten
aanloopt. En een sterke concurrentiepositie ten opzichte van andere
logis-tieke regios misloopt die wellicht hebben besloten om wel te
investeren. Daarnaast biedteen nadere afstemming van de logistieke
bedrijven in de Liemers met de overslag in Emme-rich bijvoorbeeld
samenwerkingskansen om schaalvoordelen te behalen.De opkomst van
het webwinkelen heeft voor een veranderend consumentengedrag
gezorgd.Dag en nacht kan men online allerlei producten en artikelen
bestellen. Deze producten enartikelen moeten vervolgens bij de
consumenten worden bezorgd. Opvallend is dat het pak-ketvervoer het
afgelopen jaar dan ook geen omzetdaling heeft gekend (in
tegenstelling totde andere vervoerssectoren). Het webwinkelen zal
naar verwachting blijven toenemen endit vraagt ook om logistieke
oplossingen. De regio kan hier met haar grote logistieke net-werk
aan bijdragen.Goede bereikbaarheid is een voorwaarde voor
economische groeiHet doortrekken van de A15 en verbreding van de
A12 zijn nodig omdat een goede bereik-baarheid een voorwaarde is
voor economische groei. Maar een goede bereikbaarheid is ookvan
belang voor een prettig woonklimaat. De Liemerse beroepsbevolking
die elke dag op enneer pendelt, wil graag wonen en werken in een
regio waarbij ze niet twee keer per dagwordt geconfronteerd met
congestie op het wegennet. Daarnaast is ook de digitale
bereik-baarheid (glasvezel) van huishoudens, winkels, bedrijfsleven
en overheid van belang ommee te kunnen gaan in de snel veranderende
digitale wereld. Voor de levering van zorg aanouderen bijvoorbeeld
(domotica) is een goede glasvezel verbinding evident. 9
10. Andere vaardigheidseisen van hedendaagse beroepsbevolking
nodigIn veel sectoren wordt de techniek steeds complexer, zoals in
de industrie en de zorgsector.Technologische ontwikkelingen volgen
elkaar in rap tempo op en dit zorgt ervoor dat de ma-chines - die
steeds meer de hand- en spandiensten van de werknemers overnemen
steeds ingewikkelder worden. Deze technologische veranderingen
vragen extra vaardighe-den van het personeel op de werkvloer. In
opleidingen, maar ook op de werkvloer dientdaarom voldoende
aandacht te worden besteed aan het omgaan met complexe
apparatuur.WinkelenDe detailhandel van de Liemers wordt gevormd
door grootschalige detailhandel in Duiven,de kernwinkelgebieden van
Duiven, Zevenaar en Didam en kleinschalige dagelijkse
winkel-voorzieningen in de kleine kernen. Op dit moment vloeit er
relatief veel koopkracht af naarDoetinchem en in mindere mate naar
Arnhem. Ook het aantal consumentenvoorzieningenper inwoner blijft
in de Liemers achter bij de Achterhoek en Nederland. Sterkten
Zwakten- Grootschalige detailhandel Duiven - Economisch profiel
kleine kernen - Koopkrachtafvloeiing DoetinchemKansen Bedreigingen-
Retailpark Zevenaar - Retailpark Zevenaar- En sterk
kernwinkelgebied - Toename winkelleegstand- Strategiekeuze door
detaillisten - Ontbreken regionale visie- Kansen vanuit
veranderende bevolkings- samenstellingNeem ruimtelijk-economische
beslissingen vanuit een regionale visieEr ligt een uitdaging voor
de regio om de regionale koopkracht sterker te binden. Om dit
terealiseren zal de regio een keuze moeten maken voor het gericht
versterken van n kern-winkelgebied dat een bovenlokale functionele
en recreatieve functie kan vervullen. Betereen sterk winkelgebied
waar het prettig winkelen en verblijven is dan een aantal
winkelge-bieden die zich individueel niet optimaal kunnen
positioneren. Dit winkelgebied zal ervoormoeten zorgen dat de
koopkrachtafvloeiing naar Doetinchem in de toekomst wordt
beperkt.Het is het centrum van Zevenaar dat op dit moment al
enigszins deze functie vervult. Dezefunctie zou in de toekomst
gericht versterkt kunnen worden.Voor de andere centrale
winkelgebieden is een minimum basisvoorzieningenniveau gewenst.Om
dit ook in de kleinste kernen te kunnen handhaven is voor alle
betrokken partijen eenrol weggelegd. Ondernemers zullen creatief en
innovatief moeten zijn om hun winkel in eenkleine kern rendabel te
maken en te houden. Maar ook consumenten zullen zich bewust 10
11. moeten zijn van het feit dat het hun eigen koopgedrag is
dat ervoor zorgt of een winkel welof niet in stand kan worden
gehouden.Belangrijk is dat de keuzes in de detailhandel altijd
vanuit een regionaal perspectief wordengemaakt. Op deze manier kun
je elkaar versterken en gezamenlijk zorgen voor een aan-trekkelijke
woon- en verblijfregio. Ook de keuzes rondom het geplande
Retailpark zullenvanuit een goed onderbouwde regionale visie moeten
worden gemaakt. Hoewel van eengrootschalige ontwikkeling zoals het
Retailpark een grote trekkracht uit kan gaan en eeneconomische
impuls voor de regio kan betekenen, zal een dergelijke keuze niet
gemaaktmoeten worden zonder daarbij ook een visie te vormen op de
andere winkelclusters in deregio2. Het is belangrijk om in dit
perspectief regionale keuzes te maken voor het gerichtversterken
van bepaalde winkelgebieden en daarbij wellicht bij andere
winkelgebieden dekeuze te maken voor het beperken van de functie
(tot bijvoorbeeld alleen het basisvoorzie-ningenniveau). Het gaat
erom dat winkelgebieden binnen de regionale voorzieningenstruc-tuur
hun eigen functie vervullen en elkaar niet alleen maar
beconcurreren. Een euro kanimmers maar n keer worden uitgegeven.
Bestedingen in het ene winkelgebied gaan dusten koste van
bestedingen elders. Bovendien nemen de totale bestedingen in de
fysieke de-tailhandel de komende jaren verder af ten gunste van het
internet.Detaillist: kies een strategie en maak een keuze voor je
verkoopkanaalDe detailhandel non-food ervaart momenteel het lage
consumentenvertrouwen. De consu-ment houdt de hand op de knip
vanwege de grote financile onzekerheden die hem de ko-mende jaren
te wachten staat. Natuurlijk bestaan er grote verschillen binnen de
non-fooddetailhandelssector. De ene branche heeft meer last van de
laagconjunctuur dan de andere.Desondanks staat bij een grote groep
de omzetten en de winstmarges onder druk. Daar-naast is er nog een
andere speelbal op het veld gekomen: de webwinkel. De laatste jaren
ishet webwinkelen enorm in opkomst gekomen en de omzetten van de
webshops zijn alleenmaar stijgende. De consument kan immers 24/7
shoppen en een aankoop doen wanneerhet hem het beste uitkomt. Dit
zet de lokale winkelier om de hoek voor een uitdaging. Hetis
raadzaam dat ondernemers in de detailhandel zich op de
mogelijkheden van de verschil-lende verkoopkanalen voorbereiden en
een langetermijnstrategie kiezen. De rol van de tra-ditionele
winkel is immers voortdurend aan verandering onderhevig. Aan de
detaillist de uit-daging om op deze ontwikkelingen in te spelen.
Allereerst door webwinkelen niet als bedrei-ging te ervaren, maar
juist de kansen te benutten die deze vorm van winkelen biedt. Er
zijndaarbij meerdere strategien denkbaar. Ondernemers kunnen op de
huidige voet verdergaan en de winkelverkoop via een fysieke winkel
voortzetten. Zij zullen zich dan zodanigmoeten onderscheiden dat
klanten speciaal voor de beleving in de winkel, het unieke pro-duct
of het juiste advies en service naar de winkel komen. Een andere
mogelijkheid is hetroer helemaal om te gooien met een volledige
focus op online verkoop. Dit past beter bijstandaard ofwel
generieke producten, waarbij service, garantie en advies geen
voorwaardenvoor aankoop zijn. Een andere strategie is om je te
richten op de gelijktijdige verkoop viameerdere kanalen. Bij de
voorbereiding en implementatie van zon strategie komt wel het2 Op
dit moment wordt gewerkt aan een regionale detailhandelsvisie door
DTNP in opdracht van de Kamer vanKoophandel Centraal Gelderland.
11
12. een en ander kijken en dit vraagt het nodige van het
ondernemerschap. Samenwerking kanveel ondernemers daarbij
helpen.Tot besluit: naar een gemeenschappelijke regionale agendaOm
een economisch concurrerende regio te zijn, dient de Liemers groter
te denken dan degrenzen van de eigen regio. De samenwerking met
andere regios (zoals het Duitse grens-gebied) zal de economische
kracht en kansen van de Liemers versterken. Bovendien zal deLiemers
zich niet afzonderlijk van de Stadsregio Arnhem Nijmegen moeten
profileren. Het ishierbij van belang om te beseffen dat de Liemers
onderdeel is van een groter geheel. Benutdaarom de
samenwerkingskansen (zoals bijvoorbeeld met universiteiten en
hogescholen)die dit met zich meebrengt.Om de Liemers binnen deze
grotere omgeving optimaal te positioneren, is het van groot be-lang
dat deze regio een lange termijn regionale agenda opstelt op de
belangrijkste beleids-dossiers: economie, arbeidsmarkt, wonen en
voorzieningen. Het is immers cruciaal om deLiemers voor te bereiden
op veranderende economische en demografische
ontwikkelingen.Overheid, woningcorporaties, zorginstellingen, het
onderwijs en het bedrijfsleven wordengeconfronteerd met de grote
vraag wat het effect zal zijn van deze
sociaal-economischeontwikkelingen. Snelle opeenvolgende economische
en demografische veranderingen vragenom een pragmatische aanpak van
alle betrokken partijen. Om als regio slagvaardig met de-ze
ontwikkelingen om te gaan en de kansen die dit met zicht meebrengt
te benutten, zullende neuzen dezelfde kant uit moeten staan. Benut
daarbij de kracht van de individuele ge-meenten en probeer elkaar
juist te versterken in plaats van te beconcurreren. Dan zal
uit-eindelijk het geheel (de regio) uitgroeien tot iets dat meer is
dan de som der delen (de ge-meenten). En op deze manier kan de
Liemers zich ontwikkelen tot een sterke en toekomst-bestendige
woon- en werkregio! 12
13. 1 Inleiding1.1 AchtergrondIn het werkgebied van Rabobank De
Liemers3 bestaan verschillende initiatieven om voor hetgebied een
perspectiefvolle toekomst uit te zetten. Zo is enkele jaren geleden
het projectLiemers2020 gestart, zijn er initiatieven vanuit de hoek
van de industrile ondernemers,hebben partners op het gebied van
onderwijs en arbeidsmarkt activiteiten ontwikkeld enzijn er
gemeentelijke plannen om fors in de branding van het gebied te
investeren. Tegendeze achtergrond, maar ook vanwege de constatering
dat veel markten de laatste tijd dui-delijk andere perspectieven
hebben gekregen (bijvoorbeeld de woningmarkt) heeft Rabo-bank De
Liemers het initiatief genomen om een herijking te doen op de vraag
wat de ken-merken en kwaliteiten van het gebied zijn en wat de
nieuwe stip aan de horizon kan zijn.Tegen deze achtergrond heeft de
bank aan Regionaal Onderzoek van Rabobank Nederlandgevraagd om een
onderzoek uit te voeren naar de sociaal-economische kenmerken en
func-tionaliteit van het gebied en de verwachte toekomstige
ontwikkelingen.Het doel van het onderzoek kan daarmee als volgt
worden geformuleerd: Inzicht bieden in actuele sociaal-economische
kenmerken en functionaliteit van het gebied en de verwachte
toekomstige ontwikkelingen, om op basis daarvan te bepa- len wat de
beste ontwikkelingsrichting van het gebied is.Het onderzoeksgebied
omvat de vier gemeenten die in het werkgebied van de bank
vallen,plus de gemeente Westervoort. In de data-analyse is het
werkgebied vergeleken met deStadsregio Arnhem Nijmegen, de
Achterhoek en Nederland als geheel. In onderstaandekaart staat het
onderzoeksgebied en de referentieregios weergegeven.3 Bestaande uit
de gemeenten Duiven, Rijnwaarden, Zevenaar (grotendeels), en Didam
(sinds 2005 onderdeel vande gemeente Montferland). 13
14. 1.2 LeeswijzerDe rapportage start in hoofdstuk twee met een
korte profielschets van de vijf gemeenten inLiemers en de
Stadsregio Arnhem Nijmegen waarvan de Liemers deel uitmaakt. In
hetdaarop volgende hoofdstuk wordt een sociaal-economische schets
van de Liemers gegevenvanuit de drie themas die in het onderzoek
centraal hebben gestaan: wonen, werken enwinkelen. Voor ieder thema
wordt in beeld gebracht welke functie de Liemers hierin vervulten
wat de rol van de individuele gemeenten hierin is. Hoofdstuk vier
gaat specifiek in op deeconomische prestaties van de regio en werpt
een beknopte blik op de economische voor-uitzichten voor het
gebied. 14
15. 2 Profiel van de LiemersDe Liemers is een bijzonder stukje
Nederland in het oosten van de provincie Gelderland, tenzuidoosten
van Arnhem en tegen de Achterhoek aan. De streek ligt ingeklemd
tussen deDuitse grens, de Rijn, de Nederrijn, de IJssel en de Oude
IJssel en omvat de gemeentenDuiven, Rijnwaarden, Westervoort,
Zevenaar en Montferland. De Liemers is een zeer geva-rieerde streek
met een eigen identiteit en een rijke historie. Er zijn vele kleine
oorspronke-lijke kerkdorpen met volop natuur, rivieren, rust en
ruimte. De Liemers vormt een onder-deel van de Stadsregio Arnhem
Nijmegen waarmee voor de inwoners alle stedelijke voor-zieningen op
korte afstand beschikbaar zijn. Voor de inwoners is de Liemers een
relatief be-taalbare regio waarin men veel woning voor zijn geld
krijgt. Binnen de Liemers hebben devijf gemeenten ieder hun eigen
functie en regionaal gezien ieder hun eigen focus. Dit allesmaakt
de Liemers tot een verleidelijk gebied met een divers aanbod van
woonmilieus. Haargunstige ligging en ontsluiting over zowel weg
(A12 en A15), water en spoor bieden de re-gio bovendien een
uitstekende logistieke uitgangssituatie en een gunstig
vestigingsklimaatvoor zowel handel, logistiek als industrie. Hoewel
de regio binnen Nederland nog altijd rela-tief onbekend is, komt
het als onderdeel van de Stadsregio steeds beter op de kaart
testaan.2.1 Profiel van de vijf gemeentenDuivenDe gemeente Duiven
bestaat uit de kernen Duiven, Groessen en Loo. De gemeente ligt
aande A12 midden in de Liemers, ten noorden van het Pannerdens
Kanaal. De voormaligegroeigemeente heeft een centrale plek in de
Liemers. Met de recente ontwikkeling van eenaantal regionale
bedrijventerreinen, is de gemeente Duiven te typeren als
economischegroeikern. Naast de al bestaande bedrijventerreinen
worden bedrijventerreinen De Nieuwe-ling, Graafstaete, Roelofshoeve
2 en de Corridor (het voormalige TNT-terrein) uitgegeven,terwijl
Seingraaf nog in ontwikkeling is. Deze tweede groeikerntaak is
onder andere hetgevolg van planologische sturing door de provincie
Gelderland en de Stadsregio ArnhemNijmegen. Beide beschouwen de
A12-zone als n van de drie economische zwaartepuntenvan de regio.
Door de grootte en hoeveelheid van bedrijventerreinen is het
voorzieningenni-veau in Duiven hoog, met een aanzienlijke
concentratie regionaal gerichte detailhandel.Grootschalige
bedrijven als IKEA, Makro en Intratuin zijn te vinden ten zuiden
van de A12.Grotere kantooractiviteiten zijn in Duiven niet te
vinden langs de A12. Naast de grote be-drijventerreinen kent Duiven
nog drie kleinere bedrijventerreinen: t Holland, de Helhoek
enWelleveld/Spoorzone. De aanwezigheid van de bedrijventerreinen in
Duiven heeft ertoe ge-leid dat Duiven een bovengemiddelde
werkgelegenheidsfunctie bekleedt. Daarnaast is op-vallend dat de
economische groei gescheiden heeft plaatsgevonden van de
woongroei.4MontferlandDe gemeente Montferland is een groene
gemeente die staat voor de vitaliteit en eigenheidvan haar kernen
en het waarborgen van het landelijke karakter van het gebied tussen
deStadsregio Arnhem Nijmegen en Doetinchem. Samen met de landbouw
vormen toerisme en4 Bron: Structuurvisie Duiven. Gemeente Duiven,
2009. 15
16. recreatie en overige in het groene profiel passende
bedrijvigheid de economische basis voorhet landelijk gebied van de
gemeente. Montferland is een rustige gemeente met een
cul-tuurlandschap waarin het agrarisch gebruik een grote rol
speelt. Er komen echter nieuwefuncties bij: het gebied is niet meer
alleen van en voor de boeren. Agrarische bedrijvenontwikkelen
nieuwe activiteiten als bron van inkomsten, maar er zijn ook steeds
meer niet-agrarische ondernemers in het buitengebied. Met name rond
een kern als Didam is hetlandschap sterk aan verandering
onderhevig. Langs de A12 ter hoogte van Didam en de A18bij Wehl en
Doetinchem rukt de stedelijke ontwikkeling op door middel van met
name be-drijfsterrein ontwikkeling. De gemeente wil op deze plekken
het landelijke karakter zo veelmogelijk handhaven en investeren in
de landschappelijke kernkwaliteiten.5RijnwaardenDe gemeente
Rijnwaarden is een landelijke gemeente gelegen aan de Duitse grens.
De ge-meente bestaat uit zes kleine kernen waarvan Lobith (met ruim
3.200 inwoners) de groot-ste is. Vroeger boden vooral de
stenenindustrie en aan de Rijn gelieerde bedrijven en instel-lingen
arbeidsplaatsen voor de bevolking. Nu wordt vooral buiten de
gemeente de kost ver-diend. Om de economische situatie in
Rijnwaarden te verbeteren wil Rijnwaarden zich meerop het toerisme
richten.6WestervoortDe gemeente Westervoort ligt direct ten
zuidoosten van Arnhem. De gemeente wordt in hetnoorden en het
westen begrensd door de IJssel, in het zuidwesten door de
Neder-Rijn, inhet zuidoosten door de watergang Leigraaf en in het
noordoosten door het Duivense bedrij-venterrein Centerpoort
Nieuwgraaf. De woonfunctie vormt de belangrijkste functie binnenhet
gemeentelijk grondgebied. Daarnaast biedt Westervoort verspreid
ruimte aan diversemaatschappelijke en commercile voorzieningen.
Voor wat betreft bedrijvigheid is het be-drijventerrein Het Ambacht
van belang.7ZevenaarDe gemeente Zevenaar ligt in het hart van de
Liemers. Dit gebied ligt in de driehoek van deRijn, de zuidelijke
IJsseloever en de Duitse grens. Na de Tweede Wereldoorlog (die
Zeve-naar grote schade toebracht) verrezen in snel tempo nieuwe
wijken rond de oude kern. Ze-venaar kent een goed
voorzieningenniveau op terreinen als onderwijs, sport,
gezondheid(ziekenhuis), werkgelegenheid en cultuur. Door de
gemeente Zevenaar loopt een aantal be-langrijke verkeersaders die
door toenemende capaciteitsproblemen in de toekomst mogelijkverder
moeten worden uitgebreid. Bij Zevenaar verlaat de A12 Nederland om
in Duitslandverder te gaan als de Duitse A3. Er zijn plannen om de
A15 vanaf Knooppunt Ressen naarZevenaar door te trekken waar deze
op de A12 zal worden aangesloten. Net ten oosten vanZevenaar
bevindt zich het voorlopige eindpunt van de Betuweroute.In het
economisch beleidsplan zet de gemeente in op het behouden en
versterken vankwaliteit en kwantiteit van werkgelegenheid en
bedrijvigheid in Zevenaar en de regio om5 Bron: Structuurvisie
Montferland. Gemeente Montferland, 2009.6 Bron: website gemeente
Rijnwaarden.7 Bron: Structuurvisie Westervoort. Gemeente
Westervoort, 2010. 16
17. daarmee goed in te spelen op economische trends en
verwachtingen. Op basis hiervan zetZevenaar in op de groeisectoren
logistiek, toerisme & recreatie en zorgeconomie. 8 De
struc-tuurvisie voor de gemeente Zevenaar is op dit moment in
ontwikkeling.2.2 Stadsregio Arnhem NijmegenDe Liemers maakt deel
uit van de Stadsregio Arnhem Nijmegen. De stadsregio is
verlengdlokaal bestuur en werkt op basis van een bij de wet
vastgesteld takenpakket. De stadsregiois gericht op het oplossen
van bovenlokale, regionale vraagstukken in een verstedelijkt
ge-bied, met als primaire focus mobiliteit, wonen, werken en
ruimte. Hierbij wordt samenge-werkt met overheden, maatschappelijke
organisaties en marktpartijen. Het doel is verbin-den en
faciliteren van de uitvoeringskracht voor en met de twintig
stadsregiogemeenten(Arnhem, Beuningen, Doesburg, Duiven, Groesbeek,
Heumen, Lingewaard, Millingen a/dRijn, Montferland, Mook en
Middelaar, Nijmegen, Overbetuwe, Renkum, Rheden, Rijnwaar-den,
Rozendaal, Ubbergen, Westervoort, Wijchen en Zevenaar).Binnen de
stadsregio is sprake van een ontwikkeling naar een samenhangend
geheel. Desteden Arnhem en Nijmegen zijn onderdeel van een
stedelijk netwerk, waarvan ook de gro-tere en kleine dorpen steeds
meer deel gaan uitmaken. Op niveau van de regio ontstaat
eenstedelijk kerngebied: een min of meer verstedelijkte,
samenhangende zone die zich uit-strekt van Zevenaar via Arnhem en
Nijmegen tot aan Wijchen. De ontwikkeling van dit ste-delijk
kerngebied toont de groeiende ruimtelijke samenhang en verwevenheid
van steden endorpen binnen de stadsregio. Maar de relaties beperken
zich echter niet tot dit kerngebied:het stedelijk netwerk is breder
in termen van n regionale woningmarkt en arbeidsmarkt.Ook de
relatie met het landelijk gebied en de kleine kernen, de relatie
met groen- en water-gebieden, de relatie tussen stad en landschap
maken van de regio een samenhangend ste-delijk netwerk.De
ontwikkeling van de regio als samenhangend stedelijk netwerk zal
ook in de toekomst(naar verwachting) blijven doorzetten en in
schaal en tempo toenemen. De internationalise-ring van het
stedelijk netwerk Arnhem Nijmegen zal een grote vlucht nemen. De
regio zalzich steeds meer ontwikkelen als een stedelijk
netwerkverband dat onderdeel uitmaakt vanallerlei ruimere
netwerken, nationaal, Europees, mondiaal. Tot op heden is een groot
deelvan de relaties nog geconcentreerd op niveau van de regio
(forensenstromen, woningmarkt,arbeidsmarkt). Er ontwikkelen zich
echter steeds meer en intensievere netwerkrelaties opeen grotere
schaal. Bijvoorbeeld met Ede-Wageningen, Brabantstad, de
Stedendriehoek,Twente, de Euregio, Nordrhein-Westfalen, met de
HSL-steden en via de in de regio geves-tigde multinationals en
culturele instellingen ook met plekken elders op de wereld.98 Bron:
website gemeente Zevenaar.9 Bron: Regionaal Plan Stadsregio
2005-2020. 17
18. 3 Functionele positionering van de regio3.1 InleidingRegios
en gemeenten vervullen verschillende functies voor de eigen
bevolking, maar ookvoor de bevolking van het omliggende gebied. In
het algemeen hebben de meer stedelijkegemeenten een belangrijke
werk- en winkelfunctie en de meer landelijke gemeenten vooraleen
woonfunctie. In deze paragraaf worden de functies van het
onderzoeksgebied op hetterrein van wonen, werken en voorzieningen
toegelicht. Dit gebeurt op basis van kwantita-tieve gegevens over
verhuizingen, pendel- en koopstromen. Daarnaast hebben we
tijdensinterviews gesproken over de functionele positionering van
de regio. Het gaat hierbij zowelom de functie die de gemeenten ten
opzichte van elkaar hebben als de functie van het ge-bied voor de
Achterhoek, regio Arnhem-Nijmegen en de rest van Nederland. Op
basis hier-van worden voor elk van de drie functies de economische
toekomstmogelijkheden geformu-leerd die de meeste perspectieven
bieden.3.2 De woonfunctie van de LiemersDe vijf gemeenten van de
Liemers tellen gezamenlijk ruim 119.000 inwoners10. Van henwoont
veruit de meerderheid in de gemeenten Montferland (35.000) en
Zevenaar (32.000).In de gemeente Duiven wonen 25.500 personen, in
Westervoort 15.000 en in Rijnwaarden11.000.BevolkingsontwikkelingOm
de samenleving in stand te houden, is de bevolkingsontwikkeling van
belang. In de eer-ste plaats vormt de bevolking in een gebied de
afzetmarkt voor het regionale bedrijfsleven.Daarnaast voorziet de
bevolking in arbeidskrachten die voor economische activiteiten
nood-zakelijk zijn.Tot ongeveer 2000 is de bevolking van de Liemers
sterk gegroeid. Deze groei deed zich na-genoeg volledig voor in
Duiven en Westervoort. Duiven groeide van circa 7.000 inwoners inde
jaren 70 uit tot meer dan 25.000 inwoners in 2000. In Westervoort
is in deze periode debevolkingsomvang ongeveer verviervoudigd (van
4.000 naar 16.000). De bevolking van deLiemers is sinds 2000
nagenoeg gestabiliseerd en laat de afgelopen jaren zelfs een
lichtekrimp zien. In de Liemers is sprake van een negatief
migratiesaldo. Dat betekent dat ermeer mensen de regio verlieten
dan dat er zich mensen vestigden. Dit zien we vooral terugbij de
ontwikkeling van de leeftijdsgroep 15-24 jaar. Deze jongvolwassenen
vertrekken uitde regio om elders te gaan studeren of werken. De
bevolkingsontwikkeling in de Liemersblijft daarmee achter bij de
bevolkingsontwikkeling in de regio Arnhem-Nijmegen en Neder-land
als geheel. Hier groeide de bevolking de afgelopen 10 jaar met
respectievelijk 6 pro-cent en 4 procent. Over het algemeen hebben
stedelijke gebieden het afgelopen decenniumeen sterkere
bevolkingsgroei laten zien dan de landelijke regios van ons land.
De bevol-kingsontwikkeling in de Achterhoek laat hetzelfde beeld
zien als de Liemers.10 Bron: CBS. Stand 1 januari 2011. 18
19. Figuur 3.1: Bevolkingsontwikkeling (index 2000 =
100)107106105104103102101100 99 2000 2001 2002 2003 2004 2005 2006
2007 2008 2009 2010 De Liemers Achterhoek Arnhem-Nijmegen
NederlandBron: CBS, bewerking RabobankIn het kader van de
bevolkingsontwikkeling is de verhouding tussen de verschillende
leef-tijdsgroepen van belang voor het aanbod van voorzieningen, de
woningbehoefte, woningty-pen en het aanbod op de arbeidsmarkt. Het
aandeel ouderen ligt op dit moment in de Lie-mers iets hoger dan
gemiddeld in Nederland. Bovendien zal de grijze druk in de Liemers
inde toekomst verder toenemen (zie figuur 3.2). Dat betekent dat
het aandeel 65-plussersten opzichte van de potentile
beroepsbevolking groeit, wat negatieve gevolgen heeft voorde
regionale arbeidsmarkt. Het economisch actieve deel van de
bevolking zal wat kleinerzijn en daardoor zal ook het
arbeidspotentieel voor het verlenen van zorg aan de vergrij-zende
bevolking relatief klein zijn. Landelijk zullen in 2030 tegenover
100 leden van de po-tentile beroepsbevolking bijna 40 65-plussers
staan. In de Liemers gaat het om maar liefst56 65-plussers
tegenover 100 leden van de beroepsbevolking. 19
20. Figuur 3.2: Bevolkingsprognose naar leeftijdsklasse
tot203065 jaar of ouder 45 tot 65 jaar 30 tot 45 jaar 15 tot 30
jaar tot 15 jaar -40% -20% 0% 20% 40% 60% 80% De Liemers Achterhoek
Arnhem-Nijmegen NederlandBron: Primos 2011Voor de totale
bevolkingsomvang geldt dat deze gaat krimpen. In 2040 zal de
bevolkings-omvang van de Liemers met 8 procent zijn afgenomen. De
bevolking van de Achterhoekstaat een vergelijkbare krimp te
wachten. Stadsregio Arnhem Nijmegen zal (zoals de mees-te
stedelijke regios) blijven groeien. Binnen de Liemers zal de
sterkste krimp plaatsvindenin de gemeente Montferland (-16 procent)
gevolgd door Westervoort (-12 procent). Alleenvoor Zevenaar wordt
nog een kleine groei geprognosticeerd (van 1 procent).Figuur 3.3:
Bevolkingsprognose tot 2040204020302020 -10% -8% -6% -4% -2% 0% 2%
4% 6% 8% De Liemers Achterhoek Arnhem-Nijmegen NederlandBron:
Primos 2011 20
21. WoningvoorraadHet aanbod van woningen in de regio de
Liemers is zeer divers. Van ruime vrijstaande villasin het
natuurrijke buitengebied rond de kerkdorpen, tot betaalbare
eensgezinswoningen envan alle gemakken voorziene zorgwoningen in de
kleinstedelijke kernen. In de kleinstedelij-ke kernen Westervoort,
Duiven en de stad Zevenaar is het wonen als in een groot dorp.
Vei-lig, vertrouwd, gemoedelijk, overzichtelijk in een groene
natuurlijke woonomgeving maarwel met alle voorzieningen binnen
handbereik. Juist deze prettige woonomgeving is een
on-derscheidende kwaliteit van de Liemers.11De totale
woningvoorraad in de Liemers bedraagt ongeveer 48.500 woningen.
Montferlandtelt de grootste woningvoorraad (29 procent van het
totaal) gevolgd door Zevenaar (28procent) en Duiven (21 procent).
Grafiek 3.4 laat zien hoe de verhouding is tussen koop-
enhuurwoningen in de Liemers, de individuele gemeenten en de
referentieregios. Hieruit blijktdat het belang van koopwoningen in
de Liemers relatief groot is. Koopwoningen vindt menvooral in de
gemeenten Duiven, Montferland en Rijnwaarden. De WOZ-waarde van
wonin-gen in de Liemers bevindt zich rond het landelijke
gemiddelde.Figuur 3.4: Aandeel koop- en huurwoningen 2010 Nederland
Huur KoopArnhem-Nijmegen Achterhoek De Liemers Zevenaar Westervoort
Rijnwaarden Montferland Duiven 20% 25% 30% 35% 40% 45% 50% 55% 60%
65% 70%Bron: ABF, bewerking RabobankIn de Liemers treft men
bovendien relatief veel grote woningen (5 of meer kamers)
aan.Vooral Montferland en Duiven beschikken over een royale
voorraad van grote woningen.Woningen met drie of minder kamers
(appartementen) treft men in de Liemers nauwelijksaan. Het is de
regio Arnhem-Nijmegen die juist goed voorzien is van dit type
kleinere wo-ningen.11 Bron: Regiomarketingplan de Liemers, 2011.
21
22. En op de drie verhuizers verlaat de LiemersFiguur 3.5 geeft
weer waar inwoners van de vijf gemeenten in de periode van 2000 tot
2009naar toe zijn verhuisd. De figuur geeft daarmee een beeld van
de mate waarin de gemeen-ten hun eigen bevolking weten vast te
houden en waarin ze de eigen gemeente en regiojuist verlaten. Uit
de figuur is op te maken dat een kleine meerderheid van de inwoners
vande Liemers die verhuist, binnen de eigen gemeente een andere
woning betrekt. Uitzonde-ringen zijn Duiven en Westervoort: in deze
twee gemeenten zien we dat inwoners bij ver-huizing vaak kiezen
voor een andere gemeente (bijvoorbeeld Arnhem). Met name de
ge-meente Westervoort weet haar inwoners niet goed te binden.
Belangrijkste alternatieve be-stemming voor verhuizers uit deze
gemeente is de regio Arnhem-Nijmegen. De gemeentenRijnwaarden en
Montferland weten met 57 procent de meeste verhuizers binnen de
ge-meentegrenzen te houden. Ruim een derde van de inwoners van de
Liemers die verhuizen,vertrekt naar een woning buiten de eigen
regio.Figuur 3.5: Bestemmingsgemeente verhuizingen vanuitgemeenten
in de Liemers Zevenaar 53%Westervoort 34%Rijnwaarden 57%Montferland
57% Duiven 43% 0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% 90% 100% Duiven
Montferland Rijnwaarden Westervoort Zevenaar Achterhoek
Arnhem-Nijmegen OverigBron: CBS, bewerking Rabobank, 2000-2009Als
we kijken naar de herkomst van mensen die in de Liemers een woning
betrekken, blijktdat ruim een derde afkomstig is van buiten de
Liemers. Vooral Duiven en Westervoort heb-ben een grote trekkracht
op nieuwe inwoners van buiten de Liemers. Bijna de helft van
deverhuizingen in of naar deze gemeenten is afkomstig van buiten de
regio. Arnhem-Nijmegenis de belangrijkste herkomstregio van deze
verhuizers. Montferland is een gewilde woonge-meente voor inwoners
van de Achterhoek.Woningmarktbeleid StadsregioVoor het
woningmarktbeleid is de Liemers deels afhankelijk van het beleid
van StadsregioArnhem Nijmegen (waarvan de Liemers deel uitmaakt).
In het Regionaal Plan 2005-2020zijn langs de vier themas economie,
mobiliteit, landschap en wonen de ambities voor destadsregio
vastgesteld. Hierbij ligt vooral de focus op het verbinden van
wonen, werken eninfrastructuur. In de stadsregio is sprake van twee
aparte woningmarkten: Arnhem en om-geving en Nijmegen en omgeving.
Er bestaan verschillen en overeenkomsten tussen de 22
23. woonmilieus en woonkwaliteiten die daardoor ook
verschillende en overeenkomstige doel-groepen aanspreken. Hierdoor
heeft de stadsregio intern te maken met concurrentie, maardat
betekent niet dat alle gemeenten met elkaar concurreren.Op basis
van migratiepatronen zijn er binnen de stadsregio op het gebied van
de woning-markt vijf subregios benoemd. Binnen zon subregio is
afstemming in focus op woonmilieusnoodzakelijk. Hiervoor is
samenwerking tussen gemeente, maar ook met andere partijenzoals
woningcorporaties belangrijk. Woningbouwprogrammas zullen op elkaar
afgestemdmoeten worden om in te spelen op de veranderende vraag. De
stadsregio heeft enkele be-leidsuitgangspunten:- In de periode
2010-2020 staat vraaggericht bouwen centraal, waarbij oog is voor
trends in de demografische prognoses.- Gemeenten brengen geen
nieuwe plannen in ontwikkeling die leiden tot een uitbreiding van
de huidige beschikbare plancapaciteit, zonder dat hierover
subregionale afstemming heeft plaatsgevonden.- Voor gemeenten staan
de woonconsument en het bouwen voor de eigen behoefte cen- traal.
Bij het bouwen voor de bovenlokale vraag is subregionale afstemming
noodzake- lijk.- De programmering van de woningbouw dient plaats te
vinden met in achtneming van de kwalitatieve afspraken over
betaalbare woningen uit het Regionaal Plan. Daarbij geldt dat
gemeenten een inspanningsverplichting hebben om het totale aantal
nieuwe wonin- gen op subregionaal niveau voor 50 procent in het
betaalbare segment bouwen (tot 172.000 V.O.N. of tot de
huurtoeslaggrens binnen de huursector). Binnen de subregio de
Liemers valt de gemeente Westervoort buiten dit kader aangezien zij
minimaal 35 procent van de nieuwbouw in de betaalbare huur en
koopsector bouwen.12Uitwerking woningmarktbeleid de LiemersIn de
Liemers is sprake van een (toenemende) behoefte aan koopwoningen en
duurderehuur. De behoefte aan koopwoningen komt van starters,
doorstromers en ouderen en richtzich op diverse prijsklassen. Onder
ouderen ontstaat er steeds meer een specifieke vraagnaar
levensloopbestendige woningen in het duurdere huursegment (al dan
niet in de appar-tementensfeer). Er bestaat een aanzienlijke
behoefte aan dorps wonen in de breedte (vanlandelijk dorps tot
centrum dorps), waarbij er ook een behoefte is aan
kleinstedelijkewoonmilieus. Binnen het woonmilieu dorps wonen, is
er binnen de Liemers nauwelijks spra-ke van uitwisselbaarheid
tussen de dorpen (vooral ouderen). 13Met een indicatief overzicht
van plancapaciteit beschikt de Liemers over een ijkpunt;
eennulmeting als uitgangspunt voor subregionale afstemming. Cijfers
over plancapaciteit alleenzeggen weinig, het verhaal er achter is
zeker net zo belangrijk. De subregios van de Stads-regio hebben
afgesproken om het indicatief overzicht nader te specificeren. Dit
is nodig omdaadwerkelijk goede onderlinge kwalitatieve en
kwantitatieve woningbouwafspraken te kun-nen maken. De Liemerse
gemeenten werken ook aan het naar beneden bijstellen van de12 Bron:
Van koers naar keuze. Stadsregio Arnhem-Nijmegen, 2011.13 Bron: Van
koers naar keuze. Integrale visie op de gebundelde kracht van stad
en land. Stadregioraad, 2011. 23
24. ambitie. Het vigerende woningbouwprogramma is voor de
periode 2010-2020 met circa1.800 woningen (25 procent) naar beneden
bijgesteld.De gemeenten in deze subregio hebben er voor gekozen om
te starten met het nader speci-ficeren van de bruto plancapaciteit
met betrekking tot herstructurering en transformatie.Daaruit blijkt
dat de Liemerse gemeenten een herstructurerings- en transformatie
opgavehebben van een kleine 50 procent van de totale bruto
plancapaciteit. Deze plannen dragenbij aan het verbeteren van de
woonkwaliteit van de huidige woningvoorraad. Onder trans-formatie
worden inbreidingslocaties verstaan waarbij functies veranderen in
het gebied vanbijvoorbeeld bedrijfs- of kantoorgebouwen in
woningen. Inbreiding op bestaande groeneruimte in woonkernen valt
hier niet onder. Herstructurering heeft betrekking op het
verbe-teren van wijken door nieuwbouw.Gelderse Poort De Gelderse
Poort is n van de twintig Nationale Landschappen die Nederland rijk
is. Het Rivierenlandschap ligt gelegen aan weerszijden van de Waal.
Kenmerkend zijn de uiterwaarden, enkele oude rivierlopen en de
oeverwallen met daarop de oudste bewoningskernen. In de Liemers
valt de gemeente Rijnwaarden binnen de Gelderse Poort. Het rijk
omschrijft Nationale Landschappen als gebieden met internationaal
zeldzame of unieke en nationaal kenmerkende landschapskwaliteiten
en in samenhang daarmee bijzondere natuurlijke en recreatieve
kwaliteiten. Het doel van de Nationale Landschappen is de
landschappelijke, cultuurhistori- sche en natuurlijke kwaliteiten
te behouden, duurzaam te beheren en te versterken. In samenhang
hiermee zal de toeristisch-recreatieve betekenis moeten toenemen.
Uitgangspunt hierbij is dat de gebieden zich soci- aal-economisch
moeten kunnen blijven ontwikkelen: behoud door ontwikkeling; dit
houdt in dat er een ja- mits benadering geldt voor nieuwe
ontwikkelingen (Nota Ruimte). Tevens mogen er geen grootschalige
ver- stedelijkingslocaties, bedrijventerreinen en infrastructuur in
de Nationale Landschappen worden ontwikkeld. Door de Stadsregio
Arnhem Nijmegen is een Regionaal Plan 2005-2020 opgesteld. Het KAN
zet in op het ontwikkelen van een regionaal netwerk van recreatieve
routes, natuur- en landschapsontwikkeling in nabij- heid van de
stad en het ontwikkelen van cultuurhistorische hotspots/zones. De
Gelderse Poort is tevens een Natura-2000 gebied. Natura 2000 is een
Europees netwerk van beschermde natuurgebieden op het grondgebied
van de lidstaten van de Europese Unie. Dit netwerk vormt de
hoeksteen van het beleid van de EU voor behoud en herstel van
biodiversiteit. Bron: Provincie Gelderland (2007), Uitwerking
Nationaal Landschap De Gelderse Poort3.3 De werkfunctie van de
LiemersProductiestructuurDe sectorstructuur van een regio (gemeten
in termen van werkgelegenheid) geeft aan wel-ke typen bedrijvigheid
de economie overheersen. Zo zagen we in Nederland de
afgelopendecennia een grote verschuiving van productiesectoren
(industrie, landbouw) naar dienst-verlenende sectoren. Maar de
regionale verschillen binnen Nederland zijn groot. We kunnenimmers
nog steeds typische agrarische en industrieregios aanwijzen. In
vergelijking metNederland is in de Liemers de industrie, handel,
logistiek en overige zakelijke dienstverle- 24
25. ning sterk vertegenwoordigd. De publieke sector, zoals het
onderwijs en de overheid, zijn inde Liemers juist minder
vertegenwoordigd dan in de Achterhoek, regio Arnhem-Nijmegen enin
Nederland als geheel. Daarnaast speelt de zorgsector een veel
kleinere rol in de regionaleeconomie dan in de omringende regios en
in Nederland het geval is.Figuur 3.6: Sectorstructuur (aandeel
banen per sector,2010) Overige dienstverlening Vrije tijd sector
Zorgsector Onderwijs Openbaar bestuurOverige zak. Dienstverlening
Advies & Onderzoek sector Financile instellingen Informatie en
communicatie Horeca Vervoer en opslag Detailhandel Groothandel
Bouwnijverheid Industrie Agrarische sector 0% 5% 10% 15% 20% 25% De
Liemers Achterhoek Arnhem-Nijmegen NederlandBron: LISA, bewerking
RabobankWerkgelegenheidsontwikkelingDe ontwikkeling van de
werkgelegenheid is een belangrijke graadmeter voor de stand vande
(regionale) economie. Uit onderstaande figuur blijkt dat de
werkgelegenheidsontwikke-ling sterk verschilt per regio. Het
afgelopen decennium heeft de Liemers, evenals de
regioArnhem-Nijmegen, een sterkere werkgelegenheidsontwikkeling
doorgemaakt dan de restvan ons land. In de Liemers groeide het
aantal banen met 10,3 procent, terwijl er landelijksprake was van
een banengroei van 9,5 procent. De groei van het aantal banen
verschildesterk per sector. In sommige sectoren nam het aantal
banen flink af, bijvoorbeeld in delandbouw en industrie. Terwijl in
andere sectoren het aantal banen juist sterk toenam. Dezorgsector
zorgde in de Liemers voor een toename van ruim 2.000 banen. Maar
ook het on-derwijs creerde ruim 800 banen voor de werknemers in de
regio. Hoewel deze twee secto-ren relatief klein zijn in de
Liemers, neemt het belang in de werkgelegenheid wel toe. Te-vens
vormde de overige zakelijke dienstverlening het afgelopen decennium
een belangrijkegroeisector in de regio. Hieronder verstaan we de
facilitaire en intermediaire diensten. Deafgelopen tien jaar zorgde
deze sector voor circa 1.250 extra banen. In de
werkgelegen-heidsontwikkeling van de Liemers is een verbreding van
de economische structuur zicht-baar. 25
26. Figuur 3.7: Werkgelegenheidsontwikkeling per sector2000 -
2010 Overige dienstverlening Vrije tijd sector Zorgsector Onderwijs
Openbaar bestuurOverige zak. dienstverlening Advies & Onderzoek
sector Financile instellingenInformatie en communicatie Vervoer en
opslag Groothandel Industrie Agrarische sector Totaal -60 -40 -20 0
20 40 60 80 100 De Liemers NederlandBron: LISA, bewerking
RabobankAgrarische sectorDe Liemers is een regio met circa 250
landbouwbedrijven. Een gebied met 7.400 hectarevruchtbare grond en
veel verschillende sectoren: hoofdzakelijk melkveehouderij maar
ooktuinbouw, akkerbouw en intensieve veehouderij. Qua veebezetting
is de Liemers een exten-sief landbouwgebied.14 Binnen de landbouw
is al jaren sprake van een toenemende schaal-vergroting en
mechanisatie. De gemiddelde bedrijfsgrootte neemt hierdoor toe,
zowel in ge-bruikt areaal landbouwgrond als in omzet en toegevoegde
waarde. Deze schaalvergroting isnoodzakelijk om het inkomen op peil
te houden in verband met toenemende kosten en af-nemende
opbrengstprijzen.15 Als gevolg van deze factoren, was er in de
agrarische sectorhet afgelopen decennium sprake van een sterkere
daling van de werkgelegenheid dan inandere sectoren. Deze afname
was in de Liemers nog eens sterker dan gemiddeld in deagrarische
sector in Nederland.Toonaangevende transportsectorIn 2007 is de
werkgroep Liemers 2020 van start gegaan. Het doel van deze
werkgroep wasom tot een visie te komen voor de Liemers. Om de
kwaliteiten van de Liemers in kaart tebrengen en breder bekend te
maken, maar ook om een proces op gang te brengen. Profile-ring van
de regio, meer regiobewustzijn, intern n extern staan in dit
verhaal centraal. Ditproces heeft tot de gedachte geleid dat de
logistieke sector toonaangevend kan worden inde regio en dat het
verder uitbouwen van het logistieke imago van de Liemers kansrijk
is. Ervinden veel nieuwe technologische en innovatieve
ontwikkelingen plaats die kunnen bijdra-gen aan het economische
vernieuwingsproces van de regio. Hiervoor is een goede aanslui-ting
tussen het aanbod van opleidingen en de vraag naar personeel vanuit
het bedrijfslevencruciaal. De voorspelling is dat er een
discrepantie gaat ontstaan tussen de vraag naar per-14 Type
landbouw waarbij weinig genvesteerd wordt in arbeidskracht en
kapitaal (kunstmest, machine,insecticiden).15 Landbouwvisie 2011.
LTO Noord afdeling de Liemers. 26
27. soneel en het aanbod van werknemers. Er zijn te weinig
nieuwe studenten om de vraagnaar nieuw personeel op te vangen. Om
de kansen van de logistieke sector in de Liemers tebenutten is
besloten dat ondernemers, onderwijs en overheden hun handen
hiervoor ineenmoeten slaan. In 2009 is daarom de initiatiefgroep
transport en logistiek opgestart. Dezeinitiatiefgroep bestaat uit
onderwijsinstelling Quadraam, de Kamer van Koophandel, de Lie-merse
gemeenten, Platform Onderwijs en Arbeidsmarkt (POA) en
ondernemersverenigingLindus. Het onderwijs en de drie ROCs hebben
een intentieverklaring ondertekent om sa-men in de Liemers te gaan
zorgen voor een doorlopende leerlijn vmbo-mbo in de logistiek.Het
Liemers College heeft intussen een afdeling Transport en Logistiek
opgericht. In hetverlengde hiervan is het idee van een Logistiek
Expertise Centrum geboren. Het LogistiekExpertise Centrum
(opgericht in het voorjaar van 2011) heeft tot doel bij te dragen
aan eengezonde sociaal economische structuur van de logistieke
branche in de regio de Liemers.16Onlangs is bovendien door Buck
Consultants een rapport gepubliceerd over de kwaliteitenvan en
kansen voor de regionale logistieke sector in de regio
Arnhem-Nijmegen. Deze stu-die heeft plaatsgevonden in opdracht van
Lindus, de Kamer van Koophandel, de StadsregioArnhem Nijmegen en
het Logistiek Expertise Centrum (LEC). Het rapport geeft aan dat
lo-gistiek over heel veel mr gaat dan alleen vrachtautos die
goederen van A naar B vervoe-ren. Zo zijn in de regio diverse
bedrijven actief die hoogwaardige logistieke activiteiten
ver-richten en daarmee veel waarde toevoegen, denk bijvoorbeeld aan
kwaliteitscontrole, repa-ratie en assemblage.De logistieke sector
in de regio Arnhem-Nijmegen betoont zich bijzonder ondernemend.
Hetarbeidsethos is relatief hoog en fysiek gezien is de regio een
kruispunt waar snelwegen, wa-terwegen en spoor zich met elkaar
verknopen. De regio is daarmee een logistieke draaischijfdie nog
wordt versterkt met de komst van de A15. Daarnaast bieden de
logistieke opleidin-gen van de Hogeschool Arnhem Nijmegen (met een
positie in de top 3 van logistieke oplei-dingen in Nederland) een
uitstekende basis voor een goede opleidingsstructuur. Deze
gun-stige uitgangspositie vraagt om verder ontginning en
ontwikkeling, aldus het rapport.Het rapport vormt een van de
bouwstenen voor het provinciale goederenvervoerprogram-ma. Hieruit
wordt dit jaar al 1,8 miljoen euro beschikbaar gesteld om het
Gelderse logistie-ke vestigingsklimaat te versterken. Ondanks de
gunstige randvoorwaarden strijken nog on-voldoende logistieke
bedrijven in de regio neer. De samenwerkende gemeenten en het
be-drijfsleven mikken ook voor de komende jaren op een substantile
bijdrage uit het provinci-ale programma. Provinciale Staten van
Gelderland neemt uiterlijk in april een besluit hier-over.
Logistiek is zeer nadrukkelijk opgenomen in de uitvoeringsagenda
van de Provincie.Inzet hierop zal de economische slagkracht van
Gelderland verder versterken.17StartersdynamiekOndernemerschap is
de bron van werkgelegenheidsontwikkeling. Een belangrijk kenmerkvan
de economie in de Liemers zijn de vele familiebedrijven die in de
regio zijn vertegen-woordigd. Daarnaast is de opkomst van de zzper
een veelbesproken onderwerp. In de Lie-16 Bron: Website LEC
Liemers, 2012.17 Bron: Website TTM, 25 januari 2012. 27
28. mers is in de periode 2000-2009 het aantal starters ten
opzichte van de potentile beroeps-bevolking lager geweest dan in de
regio Arnhem-Nijmegen en gemiddeld Nederland. Hetaandeel starters
is vergelijkbaar met de Achterhoek. De meeste ondernemingen werden
op-gericht in de facilitaire, persoonlijke en algemene diensten.
Hierbij dient wel rekening teworden gehouden met het effect van de
nieuwe Handelsregisterwet waarbij er sinds korteen
registratieplicht geldt voor deze branches. 28
29. Logistieke Hot Spots in Nederland De logistieke sector in
Nederland draagt voor circa 7 procent bij aan de totale bruto
toegevoegde waarde. De werkzaamheden in de sector betreffen niet
alleen traditionele transport- en opslagactiviteiten, maar ook
Value Added Logistics and Services in distributiecentra,
ketenregie-activiteiten en diverse logistieke support activiteiten.
Hierbij hebben verladers en logistieke dienstverleners die wat
grotere en innovatievere logistie- ke operaties in beheer hebben,
duidelijk voorkeur voor vestiging op logistieke hotspots nabij de
mainports, grotere bevolkingscentra of op de infrastructurele
corridors (A15, A2, A4, A67, Waal, Maas, Rijn-Schelde ka- naal,
Betuwe route) richting het Europese achterland. TNO heeft in 2009
op verzoek van het Ministerie van Economische Zaken onderzoek
gedaan naar de Logis- tieke Hot Spots van Nederland. Een Logistieke
Hot Spot is een COROP-regio met een sterk cluster van be- drijven
van (inter)nationale onderscheidende logistieke activiteiten,
geconcentreerd op logistieke parken met goede ondersteunende
fysieke infrastructuur en aanverwante logistieke supportdiensten.
De logistieke hot spots zijn gewogen op basis van 10 kwantitatieve
criteria op het gebied van ruimte, werkgelegenheid, mul-
timodaliteit, volume van goederenstromen en weginfrastructuur. De
Top 5 van logistieke hot spots van na- tionaal belang zijn 1)
Groot-Rijnmond, 2) Groot-Amsterdam, 3) West-Noord-Brabant, 4)
Noord-Limburg en 5) Noordoost-Noord-Brabant. In elk van de top 3
logistieke hot spots is een zeehaven te vinden: de haven van
Rotterdam, Amsterdam en Moerdijk. Deze drie havens tezamen met
Schiphol en de regio Venlo-Venray worden als logistieke hotspot van
internationaal belang aangeduid. Naast de top tien van logistieke
hotspots benoemt TNO de zogenoemde white spots. Dit zijn regios die
het potentieel hebben om zich in de toekomst te ontwikkelen tot
logistieke hotspot, maar op dit moment nog op verschillende
criteria tekort schieten. TNO heeft Flevoland en Arnhem-Nijmegen
(nr. 13 op hun lijst) als white spot aangeduid. De regio
Arnhem-Nijmegen heeft de A15, de Waal en de Maas als belangrijke
trans- portaders richting Duitsland. Ook de Betuweroute loopt door
deze regio, waarmee locaties dus trimodaal (weg, water, spoor)
ontsloten kunnen worden. Er gaan bijzonder grote volumes via deze
corridors naar het achterland, en deze volumes zullen naar
verwachting weer toenemen als de wereldhandel aantrekt. Ook de
komst van de Tweede Maasvlakte en de toename van goederen die
daarmee gepaard gaan en overgeslagen en vervoerd moeten worden,
biedt kansen. Vooral voor de binnenvaart en het goederenvervoer per
spoor. Het Havenbedrijf heeft namelijk afspraken gemaakt met de
gecontracteerde ondernemingen over het toe- komstige
goederenvervoer. Om de druk op het milieu te verlichten moet een
vaststaand percentage van de goederen per spoor en via de
binnenvaart worden vervoerd. De regio heeft kansen om als knooppunt
voor goederenstromen vanuit Midden- en Noord-Nederland richting het
Europese achterland te gaan fungeren. Waarbij er naast overslag ook
waarde toevoegende activiteiten kunnen plaatsvinden. In dit kader
heeft zich hier de laatste jaren ook al een aantal logistieke
dienstverleners gevestigd, waaronder DHL Exel, TDG en CEVA
Logistics. Er is momenteel echter nog geen mogelijkheid om
containers vanuit deze regio op het spoor van de Betuweroute te
zetten. Bovendien ontbreekt het aan logistieke parken nabij de
overslagkansen aan de transportcorridors om als logistieke regio
tot bloei te komen. Bronnen: TNO (2009)Quick scan: overzicht van
netwerk specifieke hot spots in Nederland www.logistiek.nl Rabobank
29
30. WerkloosheidWerkloosheid is het resultaat van twee
factoren: de vraag naar en het aanbod van arbeid(de werkgelegenheid
en de beroepsbevolking). Binnen de Eurozone behoort Nederland totde
landen met de laagste werkloosheid. Binnen Nederland zijn er echter
grote verschillenwaar te nemen. Om de werkloosheid in de Liemers in
kaart te brengen maken we gebruikvan de cijfers van het UWV
Werkbedrijf. Hierdoor krijgen we een goed beeld van het
aantalniet-werkende werkzoekenden in de regio en in welke mate dit
van het landelijke beeld af-wijkt. Uit onderstaande figuur blijkt
dat de afgelopen vijf jaar in alle drie de regios en inNederland de
werkloosheid is gedaald. In de Liemers is de werkloosheid lager dan
in de re-gio Arnhem-Nijmegen en in Nederland. De
werkgelegenheidsgroei is in de Liemers ook gro-ter geweest dan in
Nederland. Van de niet-werkende werkzoekenden in de Liemers is
meerdan de helft 45 jaar of ouder. Dit is conform het landelijke
beeld. Voor de beroepen produc-tieplanners, boekhouders en
secretaresses en commercieel employs is er een overschotaan
kortdurend niet-werkende werkzoekenden in zowel de regio als in de
rest van Neder-land. Voor weg- en waterbouwkundige vakkrachten,
voor bankwerkers en lassers is de ar-beidsmarkt juist krap in de
regio zodat er op dit moment voor werkzoekenden met dit be-roep
veel kansen zijn op de arbeidsmarkt.18Figuur 3.8:
Werkloosheidsontwikkeling (niet-werkendewerkzoekenden t.o.v.
bevolking 15-64 jaar)9%8%7%6%5%4%3%2%1%0% 2005 2006 2007 2008 2009
2010 De Liemers Achterhoek Arnhem-Nijmegen NederlandBron: UWV
Werkbedrijf, bewerking RabobankArbeidsparticipatieDe
arbeidsparticipatie geeft aan welk deel van de bevolking deelneemt
aan het arbeidspro-ces. De netto arbeidsparticipatiegraad19 ligt in
de Liemers rond het Nederlandse gemiddeldevan 67 procent. De
arbeidsparticipatie van mannen in de Liemers is gelijk of hoger dan
diein Nederland, terwijl dat van de vrouwen in de regio lager ligt
dan die van de gemiddeldeNederlandse vrouw. In het algemeen wordt
een hoge arbeidsparticipatie door de meeste18 UWV (2011). Basisset
regionale arbeidsmarktinformatie. Arbeidsmarktregio
Midden-Gelderland. Oktober 2011.19 De netto
arbeidsparticipatiegraad geeft aan hoeveel procent van de
beroepsbevolking ook daadwerkelijk eenbetaalde baan heeft van
twaalf uur of meer per week. Werklozen worden hierin dus niet
meegeteld. 30
31. politieke partijen belangrijk gevonden, onder meer om de
kosten van de vergrijzing te beta-len. Factoren die bijdragen aan
een lagere arbeidsparticipatie zijn onder meer een langestudieduur,
veel arbeidsongeschikten (onder andere mensen in de WAO, Wajong),
weinigtweeverdieners en een hoge werkloosheid (mensen die een
Werkloosheidsuitkering, wacht-geld of bijstand ontvangen). Dit
laatste is echter niet op de Liemers van
toepassing.OpleidingsniveauEen sterk veranderende economie, waarin
ontwikkelingen elkaar in hoog tempo opvolgen,stelt hoge eisen aan
haar beroepsbevolking. Verschillende sectoren zoals de zorg,
industrie,handel en logistiek worden steeds innovatiever met
complexere (ICT) diensten en pro-ducten. Een hoog opgeleide
bevolking die over veel kennis beschikt en deze kan toepassen,is
daarom van belang om als regio concurrerend te blijven. De hoogst
opgeleide beroepsbe-volking bevindt zich voornamelijk in de sterk
verstedelijkte gemeenten in de Randstad, metuitzondering van
Rotterdam. Ook in de aangrenzende gemeenten van de steden
Amster-dam, Den Haag, Leiden, Haarlem en Utrecht ligt het
percentage hoogopgeleiden boven hetlandelijke gemiddelde. Buiten de
Randstad, kennen de gemeenten Arnhem en Zwolle even-als de
universiteitssteden Groningen, Nijmegen, Eindhoven en Wageningen
een hoog opge-leide beroepsbevolking. Ook voor de meeste van deze
gemeenten geldt dat in de aangren-zende gemeenten het percentage
hoogopgeleiden vaak boven het landelijke gemiddeldeligt. In
Nederland is circa 33 procent van de beroepsbevolking hoogopgeleid.
In de Liemersligt het opleidingsniveau lager: in Duiven is 28
procent van de beroepsbevolking hoogopge-leid, in Montferland 18
procent, in Westervoort 27 procent en in Zevenaar 24 procent.20De
Liemers heeft de ambitie om jongeren sterker aan de regio te
binden. Op deze maniertracht de Liemers een verdere ontgroening van
het gebied te beperken. Op dit moment ver-laten vooral
hoogopgeleide jongeren de regio voor studie en werk en keren dan
niet meerterug. De carrirekansen voor hoger opgeleiden zijn binnen
de Liemers dan ook beperkt.Volgens het regiomarketingplan21 heeft
de Liemers de ambitie om betere carrireperspectie-ven te bieden
voor hoger opgeleiden uit de eigen regio. Dit kan door bijvoorbeeld
kapitaal-krachtige bedrijven naar de regio te trekken. De regio
kenmerkt zich immers door lagerevastgoedprijzen dan de kern van de
Stadsregio Arnhem Nijmegen. Bovendien is de regiogoed bereikbaar en
vormt het een aantrekkelijke woonregio voor hoger opgeleiden
(veilig,ruim, betaalbaar, vrijstaande
woningen).Werkgelegenheidsfunctie gemeentenIn 2009 bedroeg de
beroepsbevolking van de vijf gemeenten samen bijna 55.000
personen.Van hen woonden er 15.800 in Montferland, 14.300 in
Zevenaar, 11.800 in Duiven, 7.400 inWestervoort en 5.100 in
Rijnwaarden. Het totale aantal banen bij bedrijven in de
Liemersbedraagt 48.210.22 De gemeenten Duiven, Zevenaar en
Montferland nemen hiervan alle drieongeveer 30 procent voor hun
rekening. Duiven heeft veruit de grootste werkgelegenheids-functie
(uitgedrukt in het aantal banen per 100 leden van de
beroepsbevolking). Zelfs in20 Bron: CBS en Compendium voor de
Leefomgeving. Voor Rijnwaarden zijn er helaas geen cijfers
beschikbaar.21 Bron: Regiomarketingplan de Liemers, 2011.22 Bron:
CBS. Stand 1 januari 2010. 31
32. vergelijking met de Stadsregio Arnhem Nijmegen vormt Duiven
een belangrijk zwaartepuntqua werkgelegenheid in de regio. De
werkgelegenheidsfunctie van Westervoort is het laagst.Figuur 3.9:
Werkgelegenheidsfunctie gemeenten(2010) NederlandArnhem-Nijmegen
Achterhoek De Liemers Zevenaar Westervoort Rijnwaarden Montferland
Duiven 0 20 40 60 80 100 120 140Bron: CBS en LISA, bewerking
Rabobank.Vooral veel pendel naar ArnhemDe werkgelegenheidsfunctie
van de verschillende gemeenten en regios zien we terug in
hetpendelgedrag van de beroepsbevolking. Figuur 3.10 geeft weer
waar de inwoners van devijf gemeenten werken. De figuur geeft
daarmee een beeld van welk deel van de beroeps-bevolking binnen de
eigen gemeente werkt. Eerder kwam al naar voren dat Duiven
eensterke werkgelegenheidsfunctie heeft. De bedrijven in de
gemeente bieden daarmee ookwerk aan werknemers van buiten de
gemeente, zoals is te zien in figuur 3.10. Circa eenderde van de
eigen beroepsbevolking is werkzaam in de gemeente Duiven zelf.
Daarnaast isbijna een vijfde van de beroepsbevolking van
Westervoort werkzaam in Duiven. Maar ookpendelen veel
arbeidskrachten vanuit Rijnwaarden en Zevenaar naar Duiven. Ook
valt opdat veel personen in de regio Arnhem-Nijmegen of elders
buiten de Liemers werkzaam zijn.De Achterhoek (met name Doetinchem)
is voor veel inwoners van Montferland een aantrek-kelijke
werkregio. De beroepsbevolking in Rijnwaarden is qua werk het
sterkst georinteerdop de omringende gemeenten. Ruim zeventig
procent heeft een baan in de Liemers. Van-wege de relatief kleine
economische omvang, weet de gemeente Westervoort de
minstewerknemers aan zich te binden. Bijna zestig procent van de
beroepsbevolking van Wester-voort is werkzaam in de regio
Arnhem-Nijmegen. 32
33. Figuur 3.10: Werkgemeente van beroepsbevolking deLiemers
Zevenaar 33%Westervoort 11%Rijnwaarden 30%Montferland 34% Duiven
30% 0% 20% 40% 60% 80% 100% Duiven Montferland Rijnwaarden
Westervoort Zevenaar Achterhoek Arnhem-Nijmegen OverigBron: CBS,
bewerking Rabobank, 2000-2009Als we kijken naar de herkomst van de
personen die in de Liemers werkzaam zijn, blijkt dateen derde van
deze arbeidskrachten van buiten de regio komt. Opvallend is dat dit
aandeelin alle gemeenten (met uitzondering van Rijnwaarden, waar
bijna alle medewerkers uit deLiemers komen) ongeveer even groot is.
Wel zien we dat bedrijven in Duiven en Wester-voort relatief veel
werknemers uit de regio Arnhem-Nijmegen in dienst hebben, terwijl
hetbedrijfsleven in Montferland juist veel gebruik maakt van
arbeidskrachten uit de Achter-hoek. 33
34. Doortrekken A15 Al geruime tijd staan er dagelijks files op
de A50, A12, A325 en N325 (Pleijroute). En de verkeersproblemen
worden in de toekomst nog groter, ondanks eerder geplande
maatregelen (zoals de verbreding van delen van de A50 en A12,
opwaardering van de N18 en aanleg van een tweede brug bij
Nijmegen). In 2025 is er niet langer sprake van plaatselijke
problemen maar is het gehele netwerk rondom Arnhem overbelast. De
bereikbaarheid van de regio en de betrouwbaarheid van het rijks- en
het regionale hoofdwegennetwerk staan dus onder druk. De
verkeersproblemen hebben een negatief effect op de internationale
aantrekkelijk- heid van de Randstad en van de Rotterdamse haven.
Ook de regio Arnhem - Nijmegen zelf kan zich ruimte- lijk en
economisch niet meer goed verder ontwikkelen. Door de overbelasting
ontstaan in de regio bovendien problemen met de leefbaarheid
(sluipverkeer, luchtverontreiniging). Daarnaast brengt drukte een
groter ri- sico op ongevallen met zich mee. Ongevallen die evenals
wegwerkzaamheden in de huidige situatie niet goed zijn op te vangen
met alternatieve routes. Minister Schultz van Haegen van
Infrastructuur en Milieu heeft 16 januari 2012 haar standpunt voor
project ViA15 bekend gemaakt. De minister kiest definitief voor het
Doortrekkingsalternatief A15 Noord. Hierbij wordt de nu nog
doodlopende A15 doorgetrokken naar de A12 met een brug over het
Pannerdensch Kanaal en een halfverdiepte ligging tussen Duiven en
Zevenaar. De keuze van het Standpunt is gebaseerd op de re-
sultaten uit de Trajectnota/MER en de adviezen en zienswijzen die
daarop zijn binnengekomen. De doortrekking van de A15 blijft echter
tot discussies leiden. Het besluit van de minister is immers tegen
de wens van de regio en natuurorganisaties voor een tunnel onder
het Pannerdensch Kanaal en kan daarom rekenen op veel verzet. Bron:
Website ViA15, januari 2012.3.4 De winkelfunctie van de LiemersIn
de Liemers spelen diverse ontwikkelingen op het gebied van
detailhandel. In de eersteplaats zijn er plannen om een
grootschalige Retailpark te ontwikkelen bij Zevenaar. Het pro-ject
omvat circa 33.000 m grootschalige retail, leisure en horeca.
Daarnaast is er ruimtevoor circa 1.000 parkeerplaatsen waarvan een
deel op het dak. De opening staat geplandvoor medio 2015. De
betrokken partijen MAB, KWP en de gemeente Zevenaar onderteken-den
een intentieovereenkomst voor de ontwikkeling van dit retailpark.
Voorafgaand aan deplannen hebben de marktpartijen een
haalbaarheidsanalyse uitgevoerd. De uitkomst hier-van was positief
en alle partijen willen graag van start met de ontwikkeling van de
Spooral-lee. De Spoorallee ligt aan de oostzijde van Zevenaar
direct aan een nieuw te realiseren op-en afrit van de A12 naar
Zevenaar en in de nabijheid van de A18. Ook wordt in de toekomstde
A15 bij Zevenaar aangesloten op de A12. Het verzorgingsgebied omvat
330.000 consu-menten binnen een reistijd van 15 minuten en binnen
een half uur zelfs 1,4 miljoen. Ditaantal neemt nog toe met het
doortrekken van de A15. Het project de Spoorallee wordtontwikkeld
met een aansluiting op het geplande treinstation in Zevenaar
Oost.2323 Bron: de Weekkrant, november 2011. 34
35. Daarnaast heeft de Liemers te maken met de kleine
kernenproblematiek waarbij het draag-vlak voor winkelvoorzieningen
steeds verder afkalft. Dit speelt vooral in de gemeente
Rijn-waarden. Op dit moment wordt