Dertig jaar natuurontwikkeling op
fosfaatverrijkte gronden
Rolf Kemmers Centrum Bodem
Van Determinisme naar Laisser faire ?
Inhoud
1. Inleiding Doelen natuurontwikkeling Beleidsmatige conflicten Ecologische kanttekeningen
2. Twee case studies Vegetatie Nutriënten
3. Conclusies
Inleiding (1)
Doelen natuurontwikkeling EHS: conversie Landbouw- Natuur Natuurdoeltypenstelsel als referentie voor
kwaliteit Abiotische randvoorwaarden Deterministisch !
Te kiezen: Beheersstrategie Inrichtingsmaatregelen (realisatie
randvoorwaarden)• Hoge fosfaatniveaus en afgraven bouwvoor
Inleiding (2)
Beleidsmatige conflicten ? Afgraven onder druk ! Onverenigbaarheid beleidsdoelen:
Habitatrichtlijn: Soortsbescherming, schrale en natte milieus
Verdrag van Malta: Archeol. en aardkundige waarden
KRW: Terugdringing N,P in opp. water WB 21: Vernatting en P-mobilisatie Bouwstoffenbesluit: Grondstromen en
schoongrondverklaring, hoge kosten
Inleiding (3)
Ecologische kanttekeningen: Welke P-niveaus ? Aantasting zuurbuffercapaciteit (Org. stof, CEC) Aantasting P-buffercapaciteit Vernietiging zaadbank Vernietiging bodembiodiversiteit Lange termijn effecten primaire vs. secundaire successie ?
Alternatief: Laisser faire?
(1973- heden) Droge, arme stuifzand- en
podzolgronden Voormalig bouwland (granen, mais) Begrazing op landschapsschaal Doel: droog schraalgrasland
2. Case studies: Baronie Cranendonck
2. Case studies: Loefvledder (Dr)1973-heden Vochtige moerige gronden Voormalige graslanden Hooilandbeheer Doel: nat schraalgrasland
Baronie: Vegetatie 1973 en 2004
Stikstof-indicatiewaarden
3,00
3,50
4,00
4,50
5,00
5,50
6,00
6,50
1970 1980 1990 2000 2010
N-E
llen
be
rgw
aa
rde
19ABC
23A,25A,35
40,45,23B
Geen doelsoorten
5-10 kenmerkende soorten
R: 9,4 0,8
P: 0,5 5,6
2004: 1,7 – 2,4 t ds.ha-1
Zaadbank: Leeg
Loefvledder: Vegetatie 1973-2004
Nieuw reservaatReferentie
Aantal soorten: ± stabiel (20-22) 48
Doelsoorten: 1 9
Kenmerkende soorten: 5 14
R-soorten: 12 4 1
P-soorten: 0 5 33
Productie: 6-8 2-2,5 t ds.ha-1 1-1,5
Nutriëntentoestand Baronie
Percelen
N P19A,B,C 15,1 -10,423A, 25A, 35 36,0 -6,940, 45, 23b 31,1 -12,2
Toename (0-20 cm-mv)kg/ha/jr
1979-2004:
N-depositie
P-uitspoeling en -opname
Rogge akkers 19a,b,c
0,00
0,10
0,20
0,30
0,40
0,50
0,00 2,00 4,00 6,00 8,00 10,00 12,00
P (mg/L)
P/(
Al+
Fe)
1973
1974
1975
1976
1979
2004
P-verzadiging en -beschikbaarheid
neemt af
Nutriëntentoestand Loefvledder
N PReservaat Laag
Oud 0-20 34,5 6,2Nieuw 0-20 1,8 8,4
kg/ha.jr
Toename
1978-2004:
N-depositie !
P-pomp ?
Nieuw (5-20)
0,00
0,02
0,04
0,06
0,08
0,10
0,00 0,05 0,10 0,15 0,20
P mg/L
Po
x/A
l+F
e)o
x 1974
1978
1982
2004
P-beschikbaarheid neemt af !
Limiterende factoren:
N/P N/K K/P
arm 7,4 2,4 3,1 K ,K+Nrijk 7,4 3,1 3,0 K ,K+N
Limitatieg/gPerceel
N/P N/K K/P
1975 2,6 2,0 1,3 N1983 2,9 1,4 2,1 N1999 4,3 5,0 0,9 K+N
g/gJaar Lim
Baronie 2005
Loefvledder
N/P
14,5
N/K
2,1
K/P
3,4
P
N
K
0
0,05
0,1
0,15
0,2
0,25
0,3
0,35
0,4
0,45
0,0 1,0 2,0 3,0 4,0
P mg/L
P/(A
l+Fe
) Cranendonck
Loefvledder
Lankheet
Isotherm
Referenties
0
500
1000
1500
2000
2500
3000
3500
Lhee
broe
k
Mat
tenb
urgh
Galg
enbe
rg
Norge
rholt
Smod
debo
s
Smod
debo
s
Houtri
b
Holl. H
out
kg
P/h
a
blad
tak
stam
w ortel
strooisel
bodem
0
500
1000
1500
2000
2500
3000
3500
L1 L2 L3 L4 L5 B1 B B Lo Ln
Percelen
kgP
/ha 0-30 cm
30-90 cm
>120 cm
2004
1974
Bos-
ecosystemen
Landbouw-
ecosystemen
Conclusies
Zonder afgraving schrale graslanden mogelijk ! Zelfs P-toename in combi met productiedaling ! Eerst N, dan K, tenslotte P beperkend voor groei Geen absolute P-gehalten maar relatieve
maatgevend Bodemeigenschappen (Fe) en niet beheer
maatgevend voor P-gedrag Nutriëntenpomp, dus meer dan alleen bouwvoor
van belang Belang bodemecosysteem onderschat ?
Aanbevelingen
Geen argumenten pro afgraven bouwvoor Accepteer de factor tijd Laissez faire (en laat determinisme los)
Overweeg bosontwikkeling Bezint voor gij begint.
Gaat heen en draag de boodschap uit !
© Wageningen UR