1
2
DIT IS EEN PREVIEW VAN HET BOEK DAT
ENKELE INTERESSANTE PAGINA'S EN
ONDERWERPEN LAAT ZIEN.
VAN ENKELE HOOFDSTUKKEN WORDT
SLECHTS DE EERSTE PAGINA GETOOND
DE PAGINANUMMERS CORRESPONDEREN
NIET MEER MET DIE VAN DE
INHOUDSOPGAVE
HET TUMOR FENOMEEN
Auteur: Dr. Isaac Goiz Durán
Vertaling: Jeroen W. Koster
3
VOORWOORD
In prehistorische tijden was het overleven van de individuele mens onzeker
omdat men zich niet kon afscheiden van de natuur die bepaalde of er een
voedseltekort of overschot was. Echter toen de landbouw en veeteelt ontstonden
en de opbrengst groeide geloofde de mensheid dat ze haar toekomst zeker
gesteld had. In zekere zin was dat ook zo want met het opkomen van de
beschavingen leerde men enkele eeuwen later hoe materiaaleigenschappen
konden worden veranderd en energie worden omgezet met het doel een reeks
aan bevredigende en consumptieve producten te creëren voor een
onverzadigbare maatschappij.
Na een relatief korte tijd van onderzoek kon men de natuurlijke fenomenen
verklaren om hiermee nieuwe materialen te ontwikkelen, om de wereld om ons
heen te onderzoeken, om op grote afstand met mensen te communiceren of om
de uithoeken van het universum te bestuderen. Dit tijdbestek was voor de mens
echter onvoldoende om zichzelf te leren kennen. De ogenschijnlijke progressie
leidde ertoe dat men zich van de natuur en daarmee van zichzelf distantieerde
om in de onnatuurlijke omgeving van de grote stad toevlucht te zoeken. Met de
komst van techniek en technologie begon men de harmonie met de omgeving
maar ook de harmonie met zichzelf als individu te verliezen.
Men dacht dat een comfortabel leven en overvloedige voeding genoeg waren om
met ziekten die vroege volkeren teisterden af te rekenen. Gezondheid is
weliswaar een commercieel artikel geworden, maar het is noch in de
artsenpraktijk noch in de grote ziekenhuizen te koop.
De medische wetenschap met haar hele therapeutische arsenaal is niet in staat
geweest om de ziekten, die we allemaal een keer meemaken, direct of indirect,
inclusief het lijden, uit te bannen.
Het lijkt wel alsof we ondergaan in een donkere diepte zonder hoop op het vinden
van het licht dat ons pad zal verlichten. Maar niet alles is verloren want er zijn
wetenschappers die, ongeacht de geneeskundige modegrillen die door onze
consumptiemaatschappij worden opgedrongen, ons laten zien dat er een
hoopvolle toekomst voor de door ziekten geteisterde mensheid is.
Dit geldt ook voor Dr. Isaac Goiz Durán, die ondanks alle tegenstand strijdt tegen
de commercie om besparende therapeutische alternatieven te zoeken die
praktisch toepasbaar en in harmonie met de mens en de natuur zijn.
Volgens de allopathische geneeskunde kunnen ziekten genetisch, besmettelijk
en infectueus of parasitair zijn. Daarbij zijn virussen, bacteriën, schimmels en
verschillende andere organismen uit het dierenrijk de wezenlijke veroorzakers.
4
Volgens Dr. Isaac Goiz Durán wordt ziekte veroorzaakt door een onbalans in het
intra en extracellulaire milieu dat een invasie van opportunistische organismen
bevordert. Zo kan de gezondheid weer bereikt worden door de normale cellulaire
condities te herstellen.
Deze nieuwe visie vloeit niet voort uit empirisme noch uit onkunde t.a.v.
homeostatische cellulaire of organische mechanismen noch uit onbekendheid
met gezondheids- en ziekteprocessen. Integendeel, ze is ontwikkeld op basis van
uitvoerige nauwgezette waarnemingen bij ontelbare patiënten en beter nog
aangetoond middels effectieve therapeutische behandelingen met de techniek
van Het Biomagnetisch Paar.
Het zijn de persoonlijke, professionele en alledaagse ervaringen van mensen die
hun gedrag en hun lotsbestemming bepalen. Dit is ook het geval bij deze
fameuze Mexicaanse arts die de pech had zich in een onvermoeibare
waarheidszoeker te transformeren, zelfs ten koste van zijn academische aanzien.
Dr. Goiz heeft laten zien dat tegenslagen de slappelingen verzwakken maar
degenen met een onwrikbare wilskracht zo veel sterker maken.
Daarom presenteer ik u, zonder angst voor kritiek en met de zekerheid die
voortvloeit uit de reeds verkregen resultaten, mijn opvattingen over het
tumorfenomeen dat de deur opent naar een wereld met reëel uitzicht voor
patiënten die geen oplossing van hun probleem vinden binnen de conventionele
gezondheidszorg.
Met trots en genoegen presenteert het universitaire programma voor traditionele
geneeskunde en natuurbehandelwijzen van de afdeling fytotechnologie van de
Autonome Universiteit Chapingo hierbij het boek; “Het Tumorfenomeen” waarin u
onmisbare werkwijzen zult aantreffen om uw professionele werk en het welzijn
van uw patiënten te verbeteren.
Met collegiale groet
Dr. Guillermo Mendoza Castelán
Coördinator voor het programma voor traditionele geneeskunde en
natuurgeneeswijzen van de afdeling fytotechnologie van de Autonome
Universiteit Chapingo.
5
Ter nagedachtenis aan mijn
geliefde moeder Vivian Durán, en mijn
familieleden die net zoals zij aan kanker
overleden in de handen van
gecertificeerde oncologen die tot op de
dag van vandaag het ontstaan van het
tumorfenomeen en dus kanker negeren
maar het toch durven te behandelen.
6
Auteur: Isaac Goiz Durán
Oorspronkelijke titel: El Fenómeno Tumoral
Vertaling en Omslagontwerp: © Jeroen Koster
Eerste Uitgave in het Nederlands: 2014
Druk: Pumbo.nl
Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een
geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch,
mechanisch, door fotokopiëren, of op welke andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van
de uitgever.
7
Inhoud
INTRODUCTIE .................................................................................................... 8
VERANTWOORDING ........................................................................................ 11
WOORD VAN DE VERTALER ........................................................................... 12
INLEIDING ......................................................................................................... 14
FOUTE DEFINITIE VAN HET TUMORFENOMEEN .......................................... 15
GANGBARE ETIOLOGIE VAN DE TUMOR Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
GANGBARE PATHOLOGIE-ANATOMIE ........................................................... 16
GANGBARE TUMOR FYSIOPATHOLOGIE ...................................................... 20
GANGBARE DIAGNOSE VAN EEN NEOPLASIE .............. Fout! Bladwijzer niet
gedefinieerd.
KANKERDIAGNOSE ................................... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
GANGBARE BEHANDELING VAN DE NEOPLASIE .......... Fout! Bladwijzer niet
gedefinieerd.
GENETICA ........................................................................................................ 21
SYMBIOSE .................................................. Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
VRIJE RADICALEN ..................................... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
REOLOGIE .................................................. Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
BIO-ENERGETISCHE TUMOR ETIOPATHOGENESE ..................................... 22
BIO-ENERGETISCHE FYSIOPATHOLOGIE VAN DE TUMOR .. Fout! Bladwijzer
niet gedefinieerd.
BEOORDELING VOLGENS HET BIOMAGNETISME ........ Fout! Bladwijzer niet
gedefinieerd.
LIJST VAN BIOMAGNEETPAREN IN ALPHABETISCHE VOLGORDE ....... Fout!
Bladwijzer niet gedefinieerd.
DIFFERENTIËLE DIAGNOSE VAN DE TUMOR ............................................... 27
BIO-ENERGETISCHE EN ETIOLOGISCHE CLASSIFICATIE ........................... 28
BIOMAGNETISCHE BEHANDELING VAN HET TUMORFENOMEEN .............. 29
RESULTATEN ................................................................................................... 31
KANKERPREVENTIE ........................................................................................ 34
CONCLUSIES ................................................................................................... 35
AANBEVOLEN BIBLIOGRAFIE ................... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
8
9
INTRODUCTIE
De eerste keer dat er in mijn leven over het tumorfenomeen gesproken werd,
was in 1957, toen wij als kinderen geïnformeerd werden over de
“baarmoederhalskanker” die bij mijn moeder was geconstateerd. De wereld stond
op z’n kop. Mijn vader, medisch chirurg van beroep, stond moreel op instorten
toen hij zich realiseerde dat hij haar met al zijn middelen niets te bieden had om
het ogenschijnlijk kwaadaardige proces te genezen. De gehele familie moest,
zoals in de meeste gevallen, de morele, sociale en economische consequenties
van deze ziekte ondergaan. Erger was nog dat onze moeder als patiënt
gedurende een half jaar een hele reeks aan onderzoeken, chirurgie,
chemotherapie en bestraling moest ondergaan. De pijn vanwege de medicatie
maar ook de eenzaamheid tijdens de ziekenhuisopnames droeg ze als een
zware last. Later veranderde dat in frustratie en wanhoop en misschien wel
gebrek aan vertrouwen toen we constateerden dat ondanks alle inspanning haar
lichaam niet genas en ze elke dag zwakker werd. Uiteindelijk moesten we
constateren dat het om een ongeneeslijk proces ging waarbij de medici alleen
maar haar fysieke bestaan maar niet haar leven wisten te verlengen. Ten slotte
volgde, onder bijna inhumane omstandigheden voor zowel de patiënt als de
familie, de dood. Zo was ook onze ervaring, die ons ertoe bracht onze moeder
mee naar huis te nemen en te wachten tot ze een maand later stierf onder nog
altijd betere omstandigheden dan in het ziekenhuis.
Een tweede belangrijk moment was in 1970 toen Dr. Campillo Sáenz,
staatsecretaris van volksgezondheid, bewerkstelligde dat alle ziekenhuizen die
zich met de behandeling en verpleging van longpatiënten bezig hielden moesten
sluiten. Daarmee sloot hij het landelijke instituut voor longkunde hetgeen hij
veranderde in een algemeen ziekenhuis omdat hij dacht dat longkunde het zelfde
was als tbc-geneeskunde. Helaas duurde de ombouw zeven lange jaren en
waren we genoodzaakt in chaotische omstandigheden te werken, zonder
apparatuur, minder personeel en ruimte. Dit betrof de poliklinische afdeling, de
laboratoria voor zowel klinische als speciale analyse, een aantal operatiekamers,
de afdelingen radiologie, biostatistiek, de keuken en vanzelfsprekend fysische
geneeskunde. Bovendien werd alle apparatuur weggegooid samen met de
discipline en het moreel. Deze datum is belangrijk voor me in dit verhaal, omdat
ik me durfde in te laten met alternatieve geneeskunde zoals de traditionele
Chinese acupunctuur, hetgeen me toestond te begrijpen dat er ook andere
therapieën bestaan die hetzij slecht begrepen, hetzij genegeerd, maar eenmaal
juist toegepast net zo effectief zijn als de allopathie of homeopathie. In deze
periode wilde men een nationaal gezondheidsprogramma implementeren dat
overigens nooit heeft gefunctioneerd omdat we het onderling niet eens konden
worden. Hierbij wilde men per se alle medische instellingen van het zuiden van
Mexico-stad coördineren, hetgeen echter mogelijk maakte dat de medische
instellingen hun patiënten naar mijn afdeling voor fysische geneeskunde en
10
revalidatie stuurden. Ze konden bij mij hun therapeutische behandelprogramma’s
afmaken terwijl het mij de kans gaf patiënten met alle mogelijke aandoeningen,
maar in het bijzonder met tumoren en restverschijnselen van tumoren, te
behandelen. De medische indicatie lag in de behandeling van hun pijn en fysieke
gevolgen van de operatie, chemotherapie en medische iatrogenie.
In 1983 verliet ik het ziekenhuis en legde me toe op een privé praktijk en later
een privé sanatorium waar men algemene geneeskunde en chirurgie bij
volwassenen en kinderen toepaste. Patiënten met tumorproblemen werden
echter doorverwezen naar de medische instellingen om aldaar verder behandeld
te worden.
In 1988 nam ik deel aan een cursus over bio-energetica waardoor ik in aanraking
kwam met het vibrationele fenomeen. In dat zelfde jaar ontdekte ik Het
Biomagnetisch Paar, dat geldt als de pathogene sleutel (lees ook het boek: Het
Biomagnetisch Paar) voor gewone ziekten die door een virus of bacterie
veroorzaakt worden. Het geeft eveneens de mogelijkheid om in beginsel
complexe ziekten als diabetes, psoriasis, gangreen, gewrichtsreuma, artritis en
uiteraard de fout-positieve gevallen van deze ziekten te verklaren. Men kan
namelijk, gezien vanuit de symptomatologie, een complexe pathologie verwarren
met een vermeende manifestatie van deze pathologie. Deze verwarring is niet
mogelijk wanneer men de ziekte etiologisch detecteert, want dan gaat men niet af
op de klinische manifestatie. Op deze manier ontdekten we in 1993 dat 99% van
diabetes, 80% van reumatoïde artritis en 70% van alle aidsgevallen fout-positief
zijn. Samen met andere pathologieën gaf het ons vanaf 1990 de juiste
aanwijzingen om het tumorfenomeen te kunnen omvatten. In dat zelfde jaar
publiceerden we het fenomeen fout-positief t.a.v. aids hetgeen niet alleen in
detail de toenmalige frustratie van de medische wereld verklaarde maar ons ook
liet zien hoe een pathologie vanwege een simpel virus enerzijds zo agressief en
anderzijds zo zwak kan zijn. Een virus dat vergelijkbaar is met dat van een
gewone verkoudheid of Ebola (lees ook het boek "aids is te genezen").
In 1990 begon ik een zorgvuldige studie naar het tumorproces dat 6 jaar later zijn
hoogtepunt bereikte met het verkrijgen van inzicht in werkelijke kanker en de
fout-positieve vormen die niet gehoorzamen aan dezelfde etiologie, net zoals dit
bij diabetes, psoriasis, reuma en uiteraard aids het geval is.
Zoals te verwachten werd ik in 1995 uitgenodigd door een algemeen directeur
van een instelling tegen wie iemand had gezegd: “als de procedure van Dr. Goiz
één op de tien patiënten geneest is ze de moeite waard om te onderzoeken”.
Bij mijn bezoek aan de instelling werd ik ontvangen door een aantal
afdelingshoofden die allemaal stil werden toen de directeur de vergaderruimte
11
binnenkwam; “Houdt u niet bezig met kanker, want zelfs Jezus Christus kon die
niet genezen! Wat vinden mijn afdelingshoofden er van?”
“Mijnheer de directeur, ik kom hier niet naar een inquisitie, maar dacht dat dit een
uitnodiging was. Ik houd mij bezig met kankerpatiënten die uw instelling uitkotst
wanneer alle uw ter beschikking staande middelen falen en de patiënt zich in de
steek gelaten voelt en op dat moment naar een alternatief zoekt. Een alternatief
dat hem of haar geneest of ten minste zijn bestaan draaglijker maakt. Ik
accepteer geen kritiek noch commentaar van uw afdelingschefs omdat ook ik
afdelingshoofd was in het algemene ziekenhuis Dr. Manuel Gea González, nog
voor dat uw nobele instelling bestond. Ik ga weer, maar wees ervan bewust dat
werkelijke kanker in verband staat met de Mycobacterium Leprae en dat meer
dan 50% van alle kankerdiagnoses fout-positief zijn. Bovendien zijn zowel
werkelijke als fout-positieve kanker te genezen indien ze in hun etiologie en op
het juiste moment worden begrepen en behandeld. Het werkt echter niet indien
de behandeling uitgaat van de tumor zelf of degeneratieve en te ver gevorderde
manifestaties, of erger nog indien ze verstoord worden door chirurgische
iatrogenie”.
Ik noem deze uitgave Het Tumorfenomeen want zodra we de vorming van een
tumor verklaren kunnen we dat ook voor werkelijke kanker en fout-diagnose van
kanker die verkeerd geïnterpreteerd zijn vanwege het histologisch onderzoek.
Want bij dergelijk onderzoek laat men zich, net als bij de allopathie en
homeopathie, leiden door het symptoom en niet door de etiologie van het
ziektebeeld; dus wanneer de groei van de celkern en de cel zelf buiten normale
grenzen treden, is men er van overtuigd dat het om een neoplasme gaat zonder
rekening te houden met de genetische informatie omdat men er al van uitgaat dat
die gemuteerd is, zonder rekening te houden met de etiologie van deze mutatie.
Evenzo met een vijftal vaataandoeningen; trombose, embolie, bloeding, spasme,
oedeem die dezelfde symptomen in de spieren geven, t.w. spastische
hemiparese. Zo ook kunnen vijf verschillende associaties van micro-organismen
het zelfde vertekende beeld van de celkern en het cytoplasma geven, want de
mate van deze deformatie vormt de basis voor de onderzoeker voor zijn
cytologische diagnose van de kanker en dus ook fout-positieve kanker. Dit wordt
zelden besproken, laat staan dat de cytopathologische rapportering in twijfel
wordt getrokken.
Er zijn op neoplasme gelijkende manifestaties waarbij de cellen normaal zijn. Dit
is het geval bij leukemie waarbij uitsluitend de proportie van cellen in het
bloedweefsel wordt vergroot. Medici accepteren dit fenomeen echter als kanker
terwijl het in werkelijkheid om een dysplasie van het bloed gaat.
12
VERANTWOORDING
Eén overweging zou deze bescheiden uitgave al rechtvaardigen en dat is; “het
onvermogen van de allopathische geneeskunde en homeopathie om deze
pathologieën te verklaren en dus te genezen”. Kanker is zelfs vandaag de dag
doodsoorzaak door ziekte nummer één.
De ontdekking van een tumor is altijd te laat. De serologische test op specifieke
antistoffen, de exfoliatieve cytologie, en zelfs een biopt is niet te vertrouwen.
Verder worden de patiënten meestal pas behandeld als er duidelijke symptomen
zijn, duren de onderzoeken vaak lang, zijn duur of niet toegankelijk voor
bepaalde groepen uit de samenleving en ongeschikt voor bepaalde soorten
tumoren of bepaalde onduidelijke kanker pathologieën. Afgezien van bepaalde
artsen die zich de kwalificatie specialist toedichten zelfs wanneer zij de tumor en
aanverwante ziekten niet kunnen genezen.
Dit is ook het geval bij baarmoederhalskanker dat naar verluidt de primaire
doodsoorzaak bij vrouwen is hetgeen de gezondheidszorg heeft gemotiveerd om
ze middels periodiek halfjaarlijks bevolkingsonderzoek volgens de Papanicolaou-
test zo vroeg mogelijk op te sporen. Kan overigens onze autochtone bevolking in
ver afgelegen gebieden hier gebruik van maken? Is de test betrouwbaar? Is de
procedure waarbij de baarmoederhals wordt aangeraakt veilig?
Klinisch gezien geeft baarmoederhalskanker ongecontroleerde bloedingen met
oedeem, vaginale exsudatie, sterke vaginale geur, lage buikpijn, algehele
malaise, bloedarmoede en andere niet specifieke symptomen. In het algemeen is
er geen bewijs voor een tumor maar slechts een positieve uitkomst van de
Papanicolaou-test en in een enkel geval positief voor antigenen op basis
waarvan er een hysterectomie wordt aangeraden. Heel af en toe constateert men
de aanwezigheid van tumoren in de baarmoeder, maar in het algemeen zijn dat
niet kwaadaardige myomen of vermeende beelden van een tumor die mogelijk
een abces is en in een enkel geval bloedstolsels.
Na het analyseren van honderden gevallen met dit type “kanker” kon ik
constateren dat het ging om bacteriële associaties in het bekken en andere
organen die zich in verergerde vorm in al hun glorie in de omgeving van de
baarmoederhals manifesteren. Deze bacteriën zijn de Chlamydia trachomatis,
Yersinia pestis, Pseudomona aeruginosa, Enterobacter cloacae geassocieerd
met pathogene schimmels en met het Humaan papillomavirus, Parvovirus,
Coronavirus en tot en met parasieten zoals Shigella, Leishmania en Trichomonas
en hoe meer geassocieerde pathogene micro-organismen hoe ernstiger de
pathogene manifestatie. De ernst, inconsistentie en boosaardigheid van
baarmoederhalskanker is dat we na de baarmoeder- en adnexextirpatie alle
pathogene bacteriën, virussen, schimmels en parasieten laten zitten omdat we ze
13
WOORD VAN DE VERTALER
Ik ben in 1962 in Krommenie (Zaanstreek, Noord-Holland) geboren en
opgegroeid in een gezin waar muziek en kunst centraal stonden. Niet voor mij,
want ik was als kind geïnteresseerd in de verscholen waarheid binnenin.
Technisch speelgoed nam ik zonder pardon uiteen om te ontdekken hoe het
werkte. Als ik iets niet open kon krijgen om binnenin de werking te doorgronden
vond ik het niet interessant. Meccano gebruikte ik voor alles en nog wat behalve
om er de voorbeelden uit het boek mee na te bouwen. Daarna waren de Solexen
en lelijke eenden aan de beurt. Na de middelbare school bepaalden deze
interesses mijn keuze voor technisch onderwijs.
De daaropvolgende technisch-commerciële carrière en het wonen/werken in
voornamelijk Spanje, Duitsland, VS en México vormden mijn open mind en gaf
me het inzicht dat de acceptatie van andere culturen, zienswijzen en opvattingen
wezenlijk kunnen bijdragen aan een breder begrip van de dingen. Vooral in
Nigeria en Mexico leerde ik om het leven vanuit een nederige positie waar te
nemen. Het bleek een hardnekkig proces te zijn mijn westerse hoogmoed en
ogenschijnlijke alwetendheid te veranderen in de acceptatie van mijn
onwetendheid en open te staan voor de ware informatie die heel subtiel door het
lawaai van alledag heen te horen is.
Op een dag in 1999 keerde ik ziek terug uit Nigeria om daarna gedurende tien
jaar steeds iets zieker te worden. Huisartsbezoekjes, nog meer reisvaccinaties,
paracetamol, antibiotica, nieuwe uitdagingen aangaan, niets hielp en niemand
kon iets voor mij doen of mij zeggen wat ik had. Een nagenoeg chronische
lichaamstemperatuur van rond de 38 °C kun je jaren lang volhouden totdat het
lichaam plots met 41 °C ingrijpt en een ziekenhuisopname onvermijdelijk wordt.
Omdat men geen oorzaak kon vinden en mij niet kon genezen had ik nog minder
houvast want je bent immers weer helemaal gezond verklaard.
Het was in de zomer van 2008 dat mijn partner Miriam tijdens de cursus van dr.
Goiz door hem behandeld werd. Zij had een schildklierdysfunctie en gebruikte het
medicijn Thyrax. Hij zou wel eens laten zien waarom haar schildklier niet goed
meer functioneerde. Vijf minuten later lag Miriam op de behandeltafel vooraan in
de collegezaal met een magneet op elke bovenarm. Goiz zei dat het hier een
Biomagneetpaar betrof dat een bacterie identificeert die de schildklier aantast en
als je wilt, kun je de Thyrax vanaf nu laten staan. Miriam besloot de Thyrax
inderdaad niet meer in te nemen en drie maanden later op haar jaarlijkse controle
zei de specialist dat haar hormoonhuishouding helemaal normaal was. Dit was
de eerste keer dat ik met de methode van dr. Goiz in aanraking kwam. Gretig las
ik zijn boek over de ontdekking en werking van Het Biomagnetisch Paar.
14
Enkele maanden later op 16 januari 2009 lag ik zelf bij dr. Goiz op de
behandeltafel in zijn praktijkruimte op de zevende verdieping van Calle Lucerna
62 in Mexico-stad. Na slechts enkele minuten onderzoek zei hij: "Tiene Tetano y
ya esta afectando al cuerpo" hetgeen zoveel betekent als: "U heeft Tetanus dat
ook uw lichaam al aan het aantasten is". Hij liet magneten op mijn nieren
neerleggen en kwam mij een half uurtje later controleren. Het Biomagneetpaar
was inmiddels opgelost en ik hoefde niet meer terug te komen. Later leerde ik dat
het Biomagneetpaar 'Nier rechts met Nier links' de Clostridium Tetanie bacterie
identificeert en dat de gifstoffen van deze bacterie (tetanustoxine) het lichamelijk
en geestelijk functioneren aantast.
Na een geringe initiële reactie op de behandeling voelde ik dat het week na week
beter ging. Een half jaar later voelde ik mij een ander mens en waren vele
lichamelijke en alle mentale klachten zo goed als opgelost. Een jaar later
ontdekte ik dat zelfs de stijfheid in m'n gewrichten verdwenen was. Op deze
manier observeerde ik dat het lichaam geen aan/uit knop heeft voor ziekte en
gezondheid maar lange processen kent van ziek worden, in mijn geval 10 jaar,
en weer beter worden in één jaar. Mijn problematische darmen kwamen pas weer
in het gareel nadat ik spiritueel met mijzelf in het reine gekomen was.
Het was een bijzondere en belangrijke ervaring die mij ertoe bracht de methode
bij Dr. Goiz aan de Universiteit van Chapingo te gaan leren. De cursus duurde
slechts één week. Na het opdoen van praktijkervaring in Mexico-stad keerde ik
naar Nederland terug om deze bijzondere methode op eigen bodem te
beoefenen en te propageren. Ik vertaalde twee van zijn belangrijkste boeken: Het
Biomagnetisch Paar (2011) en Het Tumorfenomeen (2014).
Met de kennis van dr. Goiz heb ik thans vele behandelingen volbracht met de
intentie het poedergoud te verspreiden. Ik bezocht enkele malen het jaarlijkse
Internationale Congres van het Medisch Biomagnetisme in Mexico Stad om op
de hoogte te blijven van de ontwikkelingen en ben lid van het College van het
Medisch Biomagnetisme in Mexico.
Ik ben ervan overtuigd dat zonder tussenkomst van Dr. Goiz en zijn magneten ik
nog zoekende zou zijn met een degenererende Tetanusinfectie die door slechts
een gering aantal onderzoeksmethoden gevonden en behandeld had kunnen
worden. Met de kennis die ik thans heb mag ik vermoeden dat methoden als bio-
resonantie en acupunctuur mij eveneens een kans zouden hebben kunnen
bieden weer gezond te worden. Het zijn twee methoden die Het Biomagnetisch
Paar en de Bio-energetica van Dr. Goiz op meerdere punten overlappen. Ik heb
echter nog geen methode gezien die zo doeltreffend en efficiënt te werk gaat en
mede daardoor zo kostenbesparend is als die van Goiz.
Dank u Dr. Goiz dat ik u op mijn pad mocht ontmoeten.
15
INLEIDING
De pijn, als typisch symptoom van dit soort aandoeningen, zou ons tot na
nadenken moeten brengen over de etiologie omdat simplistisch betracht de
ziekte met pijnstillers wordt behandeld die steeds minder effect hebben. Men is
bijna op een punt gekomen van willekeurig gebruik van zeer strikt toe te passen
medicijnen zoals morfine of andere medische gruwelen zoals lokale infiltratie,
blokkering, tot zelfs plasmaferese. Want men negeert in onwetendheid dat de
acute chronische pijn ontstaat door de aanwezigheid van giftige stoffen in het
algemeen en ribosomen, enzymen of toxinen in het bijzonder. Ze worden
geproduceerd door bacterieel metabolisme of door de lyse aan het einde van hun
natuurlijke levenscyclus. In het geval van tumoren is hun cyclustijd
geaccelereerd.
Dankzij de biomagnetische en bio-energetische concepten begrijp ik nu de
vereisten voor een tumor proces, namelijk; een micro-organisme dat het
celmembraan verzwakt, een bijkomstig element dat de pH-waarde van het
cytoplasma en andere natuurlijke structuren verandert, een structureel virus van
het type RNA dat de genetische code en het daarmee gepaard gaande gedrag
van de celkern ontwricht. Verder is er een element dat de plaats van het
fenomeen bepaalt en ten slotte iets dat het een kwaadaardig karakter geeft. Bij
kanker moet echter aan al deze voorwaarden worden voldaan om de
kwaadaardigheid van de neoplasie te kunnen bevestigen. Het is zelfs zo dat als
er één element ontbreekt, hoofdzakelijk die van de maligniteit, durf ik te stellen
dat het om een “schijn kanker” gaat, zelfs wanneer zowel klinisch als via de
cytologie, radiologie of een specifiek antigeen werkelijke kanker wordt
vastgesteld.
Los van de morbiliteit en mortaliteit, van de economische, sociale,
arbeidsgerelateerde en culturele weerslag van het tumorfenomeen is alleen het
feit dat er tot op heden geen logische verklaring en dus geen praktische genezing
voor deze patiënten is al voldoende om een aanpak vanuit een andere
invalshoek te rechtvaardigen. Vooral als er een procedure bestaat die
onderbouwd is met meer dan 10.000 genezen patiënten met verschillende
tumormanifestaties waarbij ook patiënten horen die ontslagen zijn door hun
specialisten uit het ziekenhuis of uit het Nationaal Instituut voor Oncologie.
Deze uitgave rechtvaardigt zich omdat vanaf het moment dat ik de oorsprong, het
moment en de wijze waarop een tumorfenomeen ontstaat begon te doorgronden,
ik alle vormen van kanker heb kunnen genezen. Alleen borstkanker gaf me veel
werk totdat ik begreep dat het hier ging om een exocriene klier die geheel op
zichzelf handelde. Het waren de bifidobacteriën en in het algemeen de probiotica
die zich op natuurlijke wijze voordoen. Ze zijn echter ook de basis voor een tumor
ontwikkeling, steeds wanneer er zich ook heel gemakkelijk parasieten installeren
16
FOUTE DEFINITIE VAN HET TUMORFENOMEEN
EN DE GANGBARE CLASSIFICATIE
Ik noem dit hoofdstuk de “foute definitie van het tumorfenomeen” omdat ondanks
dat het universele concepten betreft en ze goed onderzocht en algemeen
geaccepteerd zijn, ze ons niet in staat stellen de fysiopathologie van het
tumorfenomeen te verklaren. Als zodanig geeft het ons alleen maar
onsamenhangende informatie over de fysieke, chemische en biochemische
gebeurtenissen die zich in de cel en daarbuiten afspelen. Het geeft ons geen
inzicht in het bijbehorende pathogene mechanisme dat uiteindelijk tot de
genetische verandering van de celkern en tumormanifestaties leidt.
In overeenstemming met de gebruikte terminologie uit Medische
Wetenschappen, definieert men:
Tumor: “morbide zwelling of verdikking”
Neoplasie: “persistente nieuwe weefselmassa zonder fysiologische functie die
onafhankelijk van de naastliggende weefsels groeit”
Kanker: “kwaadaardige tumor in het algemeen of de door ongedifferentieerde en
epitheelcellen gevormde tumor in het bijzonder”
Cel: “fundamenteel element van alle georganiseerde weefsels. Meest eenvoudig
op zichzelf staand element met eigen leven, bestaande uit protoplasma omgeven
door een membraan met daarin een celkern”
Ongedifferentieerde cel: “Cel zonder karakteristieke structuur of die geen
essentieel deel uitmaakt van het weefsel waarin het zich bevindt”
Metastase: “verschijnsel van één of meer morbide secundaire haarden die op
een andere plaats, niet aansluitend, dan de plaats van de primaire haard
optreden. ”
Directe metastase: “treedt vanuit de primaire haard in de richting van de
bloedsomloop of lymfestroom op”
Overeenkomstig de klassieke fysiologie definieert men kanker als volgt:
“Kanker kan optreden in elk type lichamelijk weefsel. Ze ontstaat uit een
verandering van bepaalde cellen die buiten de grenzen van normale groei treden
omdat ze niet meer volgens het normale mechanisme voor celgroei en celdeling
werken. Ze komt voort uit een bepaald aantal normaal ontwikkelde cellen”.
17
GANGBARE PATHOLOGIE-ANATOMIE
Om de pathologische anatomie van het tumorfenomeen goed te kunnen
verklaren dienen we eerst de gangbare anatomische concepten ten aanzien van
de celstructuur en de nucleoproteïnen in het bijzonder goed te begrijpen. Dat is
namelijk waar de deformatie van de informatie die nodig is voor de celdeling
ontstaat.
We weten dat glucose het molecuul is dat de nucleoproteïne haar structuur geeft
in de vorm van ribose en desoxyribose dat vervolgens een Ribonucleïnezuur en
Desoxyribo-nucleïnezuur genereert. Het zijn deze ogenschijnlijk eenvoudige
structuren die alle cellulaire informatie genereren en opslaan.
De nucleoproteïnestrengen bezitten een vergelijkbare en repetitieve configuratie,
amine en carboxyl, echter hun aandeel is kleiner dan dat van ribonucleïnezuur
waarin structurele informatie ligt opgeslagen en dat 25% van de kerninhoud
uitmaakt. Het desoxyribo-nucleïnezuur waarin de genetische informatie ligt
opgeslagen komt voor tot wel 75% van de kerninhoud.
Samen met het kernlichaampje (de nucleolus) zijn alle proteïnestructuren in de
kern door een membraam beschermd en evenzo van alle andere aanwezige
celstructuren als het cytoplasma en organellen geïsoleerd. Een celmembraan
isoleert het geheel van de buitenwereld die alle noodzakelijke elementen voor
haar metabolisme, samenwerking en natuurlijke reproductie verschaft.
Het moet wel het virus zijn dat als enige element tot diep in de celkern kan
doordringen om veranderingen in het celgedrag te veroorzaken. Want uitsluitend
een virus is in staat tot:
1. geaccepteerd te worden door de cel omdat virussen fragmenten van
nucleoproteïnen zijn die zichzelf uit de celkern van geïnfecteerde cellen
losmaken of uit de cel treden als de cel afsterft.
2. de celdeling niet te onderbreken maar alleen te modificeren. Zoals we gezien
hebben zijn de DNA-nucleoproteïnen niet in staat om de genetische
manifestaties te veranderen (klonen) maar slechts de genetische code te
modificeren. Het zijn overwegend de RNA-nucleoproteïnen die de atypische
en aritmische fenomenen bij de celdeling veroorzaken omdat ze na het
binnendringen in de celkern de productie van DNA vs. RNA ontregelen.
Zodra het genetische materiaal is gemodificeerd en de atypische en abnormale
celdeling van de geïnfecteerde cellen is begonnen, begint de vorming van de
tumor met zowel metabolische consequenties als functionele en anatomische
18
Modificatie van de celdeling door de verandering van het DNA en
de aanmaak van een nieuwe "groeifactor".
19
PATHOLOGIE-ANATOMIE
Er zijn recente publicaties die specifiek ingaan op de groeifactor die volgens de
auteurs een centrale rol speelt in het verloop van celprocessen. Men hecht grote
fysiologische waarde aan deze factor die voortkomt uit aanwezigheid in zowel
embryonale ontwikkeling als in weefsels met een hoge vernieuwingsfactor van de
celcomponenten. Bovendien komen ze voor bij de vernieuwings- en
herstelprocessen van weefsel.
Middels specifieke membraanreceptoren wordt het effect van de groeifactor naar
het binnenste van de cel gestuurd. Eenmaal aangekomen ontketent ze een reeks
intracellulaire signalen die in staat zijn hun invloed uit te oefenen op de
celvermeerderingsmechanismen en genexpressie.
Men heeft een relatie kunnen leggen tussen de uitscheidingsniveauvariaties bij
groeifactor-transductieprocessen en ziekten als fibrose, hyperplasie en
ongecontroleerde groei van een neoplasie. Ook dit zijn niet de factoren die een
tumor proces bepalen maar in samenhang met alle andere factoren leiden ze tot
bevordering van de ontwikkeling en bestendigheid.
Het zijn uitsluitend de structurele of metabolische virussen met een zeer hoog
moleculair gewicht die over voldoende energie beschikken om door het
cytoplasma heen bij de celkern te kunnen komen en daar een irritatieproces op
gang te brengen dat de chromosomen muteert. Daarnaast is het belangrijk te
vermelden dat zich in de capside van elk virus een veelvoud aan proteïne bevindt
dat na de introductie via het celmembraan daarop achterblijft en dit versterkt. In
het geval van de ongedifferentieerde cel is dit echter niet het geval omdat het
celmembraan nog niet gerijpt, als het ware virtueel is, vergelijkbaar met het
kippenei dat binnenin het lichaam zacht en fragiel is en buiten het lichaam de
harde stevige schaal krijgt die de invloeden van de natuur kan weerstaan zoals
de kooktemperatuur van 100 °C.
Zijn het celmembraan, cytoplasma en kernmembraan eenmaal geperforeerd dan
kan ook de celkern gemakkelijk door factoren worden binnengedrongen.
Vanwege hun agressieve karakter brengen ze een onomkeerbare mutatie van de
nucleotiden en daarmee van de celdeling en reproductie tot stand. Dit is ook het
geval bij factoren die het celmembraan aantasten zoals insuline of cortisol die het
binnendringen van andere agressieve elementen zoals vrije radicalen en
abnormale groeifactoren faciliteren.
Nu voor het werkelijke tumorfenomeen de fysiopathologische regels vastliggen,
vroeg ik me af of alles dat niet volgens deze regels verloopt ook geen "kanker"
zou kunnen zijn. Zo ontdekte ik als een tweede pathogene mogelijkheid dat de
associatie tussen een bacterie en een “pathogeen virus” steeds een vergelijkbare
20
uitkomst gaf in de vorm van een “goedaardige tumor”. Dit kan een osteoom,
lipoom, chondroom, adenoom, papilloom of welke tumor dan ook zijn, gezien het
feit dat de aandoening de naam krijgt van het weefseltype waarin zij zich
voordoet. We kunnen binnen deze groep ook tumoren opnemen die ontstaan
door associatie van een pathogene bacterie, welke niet de Mycobacterium leprae
is, met een pathogeen virus. In deze gevallen heeft de tumor veeleer ingehouden
eigenschappen, m.a.w. is ze vaster en kleiner van samenstelling en wordt ze
cyste genoemd.
Aan de hand van histologisch onderzoek constateert en definieert men
verschillende tumorvarianten, of deze nu goed- of kwaadaardig zijn. In het geval
van een duidelijke indicatie voor maligniteit van de tumor nemen we waar dat er
ongedifferentieerde epitheelcellen zijn. Ik begrijp nu pas dat het hier gaat om een
weefselherstel-mechanisme omdat het lichaam de locatie waar de tumor zich
manifesteert, herkent, aangezien cellen op een verkeerde manier gebruikt
worden: cellen die er normaalgesproken naar toegestuurd worden om aldaar op
een juiste en gestructureerde wijze met elkaar samen te vloeien. Hierdoor groeit
de tumor en bestempelt de patholoog haar als extreem kwaadaardig terwijl het in
werkelijkheid gaat om een mislukt herstelproces van de weefsels.
Hoe dan ook, het tumorfenomeen ontstaat onopgemerkt en kunnen we hem aan
de hand van zijn manifestaties als volgt classificeren:
- Hypertrofie
- Hyperplasie
- Metaplasie
- Dysplasie
- Benigne Neoplasie
- Maligne Neoplasie
Omdat we het fenomeen pas waarnemen nadat het zich anatomisch manifesteert blijft het bij een definitie van de tumor waarbij men tot op heden haar etiologie negeert. Zonder twijfel is dit voldoende voor de arts, al was het maar om de diagnose, behandelingsopties en niet te vergeten de prognose te rechtvaardigen. De meest voorkomende goedaardige tumoren zijn:
Papilloom: Tumor van het epitheelweefsel. Fibroom: Tumor van het bindweefsel. Myoom: Tumor van het spierweefsel.
21
GANGBARE TUMOR FYSIOPATHOLOGIE
Onderstaande tabel toont de concentratie van de belangrijkste ionen en
voedingsstoffen zowel binnen als buiten het celmembraan onder normale
omstandigheden:
Extracellulaire vloeistof Intracellulaire vloeistof
Na+ 142 mEq/l 10 mEq/l
K+ 5 mEq/l 140 mEq/l
Ca++ 5 mEq/l 1 mEq/l
Mg++ 3 mEq/l 58 mEq/l
Cl- 103 mEq/l 4 mEq/l
HCO3- 28 mEq/l 10 mEq/l
SO4 1 mEq/l 2 mEq/l
Glucose 90 mgm % 0 tot 20 mgm %
Aminozuren 30 mgm % 200 mgm %
pH 7,4 7,0
Celmembraan
22
GENETICA
De genetische informatie van de cel is gedurende de gehele mensheid
onveranderd gebleven. Zij is niet substantieel veranderd en heeft mogelijk een
coherente evolutie doorgemaakt maar nooit een spontane degeneratie.
De mens heeft sinds ze zich bewust is van haar bestaan geen genetische
veranderingen doorgemaakt en volgt de wetten van Mendel die een constante
logische reproductie van een overdraagbare code inhoudt. Dit rechtvaardigt
onderzoek van het menselijk genoom als mogelijke factor bij genetische
diagnostiek maar niet als procedure om gewone pathologieën (virus, bacterie,
schimmel, parasiet en klierdysfuncties) te verklaren. Daar vallen ook alle
chronisch-degeneratieve ziekten, tumoren en kanker onder. Hieruit volgt dat het
genoom niets te maken heeft met pathogenie noch met de behandeling, of te
wel; "dat slaat als een tang op een varken". Als een land of maatschappij een
werkwijze goedkeurt, proberen we deze allemaal te imiteren en volgt er een
pseudo wetenschappelijke race op zoek naar de vermeende kennis of afgeleide
ontdekkingen van het beginconcept. Dit gebeurt zelfs als het uitgangspunt
onzeker, verkeerd of met slechte bedoelingen is.
Deze laatste uitspraak vindt ogenschijnlijk haar onderbouwing in de deontologie
en wordt in Frankrijk legaal middels de Wet Barnier van 1995 die zegt dat; “Het
gebrek aan zekerheden moet het aannemen van effectieve en gepaste
maatregelen om grote onomkeerbare schade te voorkomen niet vertragen”.
Politici hanteren hetzelfde criterium als ze ethisch juiste en technisch haalbare
procedures aan banden leggen omdat gevestigde denkbeelden en bepaalde
groepen uit de samenleving zich in hun geloofwaardigheid dan wel sociaal-
economische belangen aangetast zien.
Ondertussen keurt zowel de Britse als Nederlandse regering het klonen van
embryo’s voor therapeutische doeleinden goed. In de Verenigde Staten kondigt
men maatregelen ter bevordering van dit soort onderzoek aan, zodat binnenkort
om wetenschappelijk niet buiten de boot te vallen alle andere landen van het
clubje hieraan ook mee zullen doen, ongeacht of de kosten buitensporig dan wel
niet ter zake doende zijn. Dit is het geval in Mexico dat een instituut voor om het
even welke studierichting of technische applicatie gecreëerd heeft. Het ligt in de
lijn der verwachtingen dat we binnenkort kunnen rekenen op een ”Landelijk
instituut voor het menselijk genoom” waarmee we een nieuwe witte olifant aan de
verzameling toevoegen. Dit gebeurde al met de afdeling die zich bezig houdt met
aids die al 20 jaar lang epidemiologische studies uitvoert en preventie-onderzoek
doet op basis van het condoom: nagenoeg zonder praktisch resultaat want tot op
de dag van vandaag heeft men niet één enkele aidspatiënt genezen en de cijfers
m.b.t. het aantal geïnfecteerde, voorkoming en sterfte niet omlaag weten te
23
BIO-ENERGETISCHE TUMOR ETIOPATHOGENESE
In de negentiger jaren behandelde ik met mijn Medisch Biomagnetisme door met
magneten het lichaam na te speuren en daarna te behandelen vanuit een
allopathische denkwijze ten aanzien van pathologische anatomie en fysiologie.
Maar natuurlijk ook een mogelijke virale, immunologische of genetische
oorsprong vanuit dezelfde allopathische gedachte. Ik had niet eens de wens
patiënten met tumorfenomenen te behandelen vanwege de exclusiviteit van deze
ziekten, voorbehouden aan specialisten oncologen en hun medewerkers. Zij
vertegenwoordigen uiteindelijk de onduidelijke diagnostiek, inefficiënte
behandeling en allopathische iatrogenie.
In de jaren zestig durfde ik het aan in het kader van rehabilitatieprogramma’s
kankerpatiënten te behandelen met als enige doel de gevolgen van de schade
door chirurgisch handelen aan te pakken. Ik had gedurende mijn
werkzaamheden in het ziekenhuis patiënten behandeld met eenvoudige maar
soms ook gruwelijke mutilaties van complete lichaamsdelen, de tong, borsten en
andere interne organen die men durfde te verantwoorden op basis van het
invasieve karakter van een neoplasie.
In die jaren lag mijn interesse bij het blijven spitten naar een verklaring voor Hiv-
aids waarbij de gewone biomagneetparen zich heel spontaan lieten ontdekken en
bevestigen, soms door nadrukkelijk te zoeken, maar altijd op een spectaculaire
manier.
In deze periode had ik de biomagneetparen reeds in vier grote groepen
gestructureerd:
A. Gewone, die pathogene micro-organismen identificeren, bekend als
virussen, bacteriën, schimmels en parasieten.
B. Dysfunctionele, die klierdysfuncties identificeren.
C. Speciale, die dysfuncties in organen en weefsels identificeren zonder
de pathogene aanwezigheid van micro-organismen.
D. Tijdelijke, die hun oorsprong vinden in trauma’s of intoxicaties maar
ook in tekorten die spontaan oplossen als de oorzaak verdwijnt.
Ik begon twee grote medische concepten te verklaren:
I. de fout-positieven
II. geassocieerde paren
24
MALIGNITEITSFACTOR VAN DE TUMOR
Het was fantastisch te zien hoe de patiënten bij wie ik deze pathogene bacterie
ontdekte en behandelde er veel beter aan toe waren zelfs als de ziekte ze
uiteindelijke toch fataal werd. De zwartachtige verkleuringen van de betreffende
organen zijn overigens een directe consequentie van deze bacterie.
2. Voorts, door mijn klinische waarnemingen voortdurend te analyseren, ontdekte
ik dat de locatie van de tumor beantwoorde aan de locatie van het
biomagneetpaar van de veroorzakende bacterie. Zo ontstaan tumoren in de kop
van de pancreas door de aanwezigheid van de Staphylococcus aureus
coagulase (-) die zich ook werkelijk in de kop van dit orgaan bevindt en zich door
het biomagneetpaar Kop van de pancreas / Bijnieren identificeert.
Intracraniale tumoren, specifiek het hypofyse adenoom zijn daarentegen het
gevolg van de aanwezigheid van de Bacillus anthraxis die zich door het
biomagneetpaar Neuswortel / Neuswortel identificeert, precies tussen de ogen.
Op deze wijze laat de anatomische plaats van tumoren zich verklaren. Door de
allopathie worden zij geclassificeerd op basis van de klinische manifestatie op
een locatie, maar vanuit het ontstaan noemde ik dit:
PLAATSBEPALENDE FACTOR VAN DE TUMOR
3. Samen met de twee bovengenoemde factoren kon ik het volgende concept
verklaren dat verband legt met de groei van de tumor. Sommige tumoren groeien
langzaam terwijl andere dit explosief doen. Dit beantwoordt aan de aanwezigheid
van een andere pathogene bacterie of schimmel, en ik noemde dit:
GROEIFACTOR VAN DE TUMOR
4. Tenslotte doen zich altijd pathogene virussen voor bij tumorfenomenen die de
patholoog het beoordelingscriterium geven voor de maligniteit van de tumor
vanwege de agressie t.a.v. het membraan van zowel de cel als de celkern. Dit
aspect kennen we niet bij bacteriën vanwege hun zeer stabiele celwand met een
hoge resistentie voor virale en farmaceutische agressie. Ik noemde dit fenomeen:
SCHADE AAN OF AGRESSIEFACTOR VAN HET CELMEMBRAAN
Met deze vier factoren kon ik uiteindelijk de klinische uitingen van zowel de
agressie t.a.v. de cel als de manifestatie van de tumor onderbouwen. Dankzij het
duale concept van Het Biomagnetisch Paar kon ik de vijf basisfenomenen
waardoor de tumor ontstaat verklaren:
25
HET BIOMAGNETISCH PAAR
Extreme acidose pH-0
7 Kristalloïden
6 Degeneratie door fibrose
5 Schimmels
4 Structurele virussen
3 Pathogene virussen
2 Organische dysfunctie
1 Hyperverzuring
N E N Normaal Energetisch Niveau = pH 7,0 ± 0,3
1a Hyper alkaliniteit
2a Organische dysfunctie
3a Niet pathogene bacteriën
4a Pathogene bacteriën
5a Parasieten
6a Degeneratie door Lyse
7a Colloïden
Extreme alkalose pH-14
26
DE FYSIOLOGIE VAN HET STRUCTURELE VIRUS IN RESONANTIE
MET EEN PATHOGENE BACTERIE
RNA-VIRUS PATHOGENE BACTERIE
Biomagnetische Pool (+) Biomagnetische Pool (-)
Specifiek weefsel Specifiek weefsel
Cel Pathogene bacterie
RNA-ketting Mucoproteïne
of
Hoog moleculair gewicht Mucopolysacharide
Virion Capside
= structureel virus of RNA-virus
Zure lading Alkalische lading
Deeltje dat de celkern binnentreedt Deeltje dat zich aan het
celmembraan hecht
Chromosoom-mutatie Verandering van de celmembraan-
permeabiliteit.
Humores excitatie
Immuunreactie
Verandering in de celkern
Abnormale reproductie
Atypische reproductie
27
BIOMAGNETISCHE DIAGNOSE D.M.V. IDENTIFICATIE VAN DE
BIOMAGNETISCHE POLEN
We kunnen de biomagnetische polen identificeren omdat het orgaan dat we
onderzoeken energetisch resoneert met de magneetpool. Binnen de bandbreedte
van het Normale Energetische Niveau is er geen enkele meetbare manifestatie,
noch met magneten, noch met hogere energieconcentraties, omdat de weefsels
om en nabij de neutrale pH-waarde 7 liggen.
Tot op heden doen we de meting indirect en kwalitatief. Dit kan echter als basis
dienen om in de toekomst elektromagnetische apparatuur te ontwikkelen die
direct en kwantitatief de bio-energetische distorsies kan meten welke door
pathogene micro-organismen en organische dysfuncties veroorzaakt worden.
Het is praktisch gezien handig de organen die we willen onderzoeken na te
speuren met de negatieve pool van de magneet. Men kan ook naspeuren met de
positieve pool, maar het blijkt dat de positieve biomagnetische haarden meer
energetisch en uniek zijn. De negatieve haard daarentegen is meer uniform en in
een enkel geval kan van meerdere sprake zijn: d.w.z. dat een enkele positieve
biomagnetische pool kan resoneren met twee of meer negatieve polen.
Het komt het meeste voor dat één positieve pool biomagnetisch resoneert met
één negatieve pool en beide onderling energetisch gekoppeld zijn.
De praktijk laat zien dat de afmeting van de linker lichaamshelft gelijk blijft en dat
de rechter ons de verlenging dan wel contractie laat zien waarmee we het orgaan
met de distorsie kwalitatief definiëren.
Tot op heden kennen we 175 goed geïdentificeerde biomagneetparen met een
effectieve behandeling wanneer we ze depolariseren. Verder zijn er
biomagneetparen in onderzoek en nog onontdekte paren.
De beste manier om de biomagnetische polen na te speuren is wanneer de
patiënt op de rug ligt met de armen naast het lichaam op een stevige ondergrond
van hout of isolerend materiaal om interferentie met de magneten te voorkomen.
Dunne kleding bij voorkeur van katoen, maar ook synthetische kleding voldoet.
Persoonlijk laat ik de patiënt de schoenen aanhouden omdat de hakken me
tijdens het naspeuren een referentie geven bij de verlenging of contractie van het
rechter been. Men kan ook zonder schoenen werken en daarbij streepjes op de
hiel zetten die dan als meetreferentie dienen.
28
DIFFERENTIËLE DIAGNOSE VAN DE TUMOR
De etiologische differentiatie is mogelijk de belangrijkste bijdrage van het
klinische onderzoek naar het tumorfenomeen. Vanuit een bio-energetisch
oogpunt en gebaseerd op het concept van Het Biomagnetisch Paar dwingt het
ons tot een nieuw criterium i.p.v. wat de histopatholoog ons voorschrijft.
De meest realistische diagnose is die van de cytopatholoog want vanuit een
klinisch standpunt heeft een diagnose van de specialist, radioloog of echoscopist
geen betekenis. Maar ook onderling hebben hun criteria geen conformiteit, zoals
het boek “Structural And Functional Pathology” van Robbins op duidelijke wijze
laat zien wanneer er in relatie tot kankerdiagnose wordt gesteld dat: “alle
chirurgen uiteindelijk de pijnlijke ervaring hebben gehad een tumor te verwijderen
die door de eerste patholoog als alarmerend, door de tweede als kwaadaardig en
door een derde als goedaardig gekwalificeerd werd”.
De verandering van de cel, hoofdzakelijk het cytoplasma en de kern, bevestigen
de benigniteit of maligniteit van het onderzochte weefsel. Maar ze zeggen niets
over welke elementen de tumor veroorzaakte of waar de neoplasie begon en al
helemaal niet sinds wanneer. Maar ook niet welke behandeling nodig is, hoe het
verder gaat, welke vooruitzichten er zijn en we zullen in het algemeen niet weten
of de tumor goedaardig of kwaadaardig is. Toch behandelt men op basis van
deze informatie ogenschijnlijk juist en verantwoord, zowel allopathisch,
homeopathisch of op welke andere therapeutische wijze dan ook. Maar…
wat zou er gebeuren als oncologen wisten dat tot wel 60% van alle patiënten met
de diagnose kanker in werkelijkheid deze ziekte volgens het biomagnetische
concept niet heeft?
Waarom zou men de diagnose “het is kwaadaardig” accepteren als die op een
indicatie van een radioloog of echoscopist gebaseerd is? Of erger nog…
waarom zou men een orgaan weg snijden op basis van een suggestief
onderzoek zoals PSA- of PAP-indicaties?
Uiteindelijk was het werkelijke kanker die ik als eerste etiologisch kon verklaren
omdat bij de patiënten uit deze eerste groep er zich minstens twee bacteriën of
één bacterie met een pathogene schimmel en altijd een geassocieerd pathogeen
virus voordeden.
Op deze wijze kon ik stap voor stap mijn klinische waarnemingen completeren
om tot een differentieel concept te komen dat ik hierna uitleg. Het stelt ons in
staat vanuit een etiologisch oogpunt de verschillende tumormanifestaties te
classificeren.
29
BIO-ENERGETISCHE EN ETIOLOGISCHE CLASSIFICATIE
Volgens het gangbare concept over tumoren richt men zich op de al dan niet
kwaadaardige neoplasie. Maar het hoofdstuk van de infiltratie, dysplasie,
hypertrofie en andere cellulaire manifestaties blijft onopgemerkt en zonder
importantie vanuit een pathologisch oogpunt specifiek met betrekking tot kanker.
Het is niet onbelangrijk te beseffen dat dit gehele werk en klinisch onderzoek
aansluiten op hedendaagse wetenschappelijke concepten als die van anatomie,
fysiologie, biochemie, biologie en andere essentiële bijdragen zoals de bio-
energetica en het Medisch Biomagnetisme in het bijzonder.
Zoals in het boek Het Biomagnetisch Paar al aangetoond is, brengt het bio-
energetische concept ons regelrecht naar de etiologie van de ziekte. We
bevinden ons in het gebied waar de ziekelijke fenomenen ontstaan en dus ook
waar het tumorfenomeen ontstaat. Niet in de uiteindelijke manifestatie in de
cellen, weefsels, etc. die door de gangbare geneeskunde tot in het kleinste detail
onderzocht wordt, dat ontkennen we niet. Maar we bevinden ons in het gebied
waar etiologische diagnose en bio-energetische behandeling, prognose en
voorkoming van de ziekten mogelijk worden d.m.v. het Medisch Biomagnetisme.
De bio-energetische beschouwingen in deze uitgave zijn gebaseerd op meer dan
114.000 patiënten die ik gedurende 14 jaar met het Medisch Biomagnetisme heb
behandeld. Onder hen bevonden zich meer dan 10.000 patiënten met duidelijke
tumorfenomenen, zowel goed- als kwaadaardig. Vanuit een etiologisch standpunt
voldeden de kwaadaardige aandoeningen niet aan de maligniteit volgens het bio-
energetische concept.
Laten we de fysiopathologische processen die tot de formatie van een tumor
leiden in gedachten houden, die samengevat zijn:
1. Schade aan het celmembraan door DNA-virus, toxinen en vrije
radicalen.
2. Wijziging van het cytoplasma door vrije radicalen, DNA virions, toxinen,
OH- radicalen en negatieve ionen (-).
3. Verandering in de celkern specifiek door DNA virions.
Op dit moment (2004) zijn er 137.000 patiënten met het Biomagnetisme en Bio-
energetica behandeld onder wie 12.000 gevallen van tumorfenomenen. De
laatste tijd is het aantal patiënten met Hiv-aids toegenomen, waardoor weer
andere pathologieën niet behandeld konden worden.
Deze kennis stelt ons in staat tumormanifestaties als volgt te classificeren:
30
BIOMAGNETISCHE BEHANDELING VAN HET TUMORFENOMEEN
Neoplasieën zouden eenvoudiger te behandelen en te voorkomen zijn als we in
lijn met de etiologie van de ziekte zouden handelen. Dit is ook het geval bij Hiv-
aids dat ogenschijnlijk door een “retrovirus” veroorzaakt wordt, maar waarvoor tot
op heden geen vaccins, medicamenten of behandelingsprocedures bestaan die
de aandoening of sterftecijfers verminderen respectievelijk terugdringen. Zo
beweert men ook dat roken longkanker veroorzaakt terwijl deze slechte
gewoonte alleen maar de slijmvliezen van de bronchiën en larynx irriteert op een
zelfs mindere wijze dan de explosief gegroeide milieuvervuilende stoffen en
industrieel gas en stof. Als dat werkelijk zo is en men zou stoppen met roken dan
zou ook longkanker ophouden te bestaan. Maar niets is minder waar want
longkanker zien we bij rokers, mee-rokers en niet-rokers simpelweg omdat
longkanker afhangt van de Mycobacterium Leprae en deze bacterie normaal
gesproken tijdens de lactatieperiode van moeder op kind overgedragen wordt
maar ook gewoon via het speeksel bij het geven van een kus. De bacterie
installeert zich uiteindelijk in het schouderblad en wacht daar in latente vorm 20,
30 of 50 jaar om zich met andere bacteriën en pathogene virussen te associëren
en zodoende de ontwikkeling van een kwaadaardige neoplasie te
bewerkstelligen. Maar de gezondheidsexperts en oncologen verzekeren ons dat
“roken kanker veroorzaakt” en patiënten, hun artsen en zelfs de
sigarettenfabrikanten hollen er achteraan en onderwerpen zich aan de
zogenaamd wetenschappelijke criteria.
Dr. Willmar zegt het eigenlijk al in zijn boek “A call for the truth about aids”: de
medische geschiedenis zit vol met gebeurtenissen waarbij artsen tragischer wijze
handelden - en blijven handelen - naar de inzichten van hun leraren i.p.v. hun
criteria te baseren op substantieel wetenschappelijk bewijs.
Zo wordt ook baarmoederhalskanker niet veroorzaakt door het humaan
papillomavirus, noch vermijdt het voorkomen van de infectie met dit virus de
mogelijkheid tot dit type kanker. Het wegbranden van de papilloma wratjes, die
een uiting zijn van de associatie van het virus met een pathogene bacterie, zal
eveneens niets uithalen omdat het wratje niet het virus zelf is. Met het
wegbranden blijft het virus aanwezig en nemen we noch de manifestatie, noch de
virus-reproductie, noch de pathogene associatie weg en al helemaal niet
wanneer het wegbranden geassocieerd wordt met de extirpatie van de uterus,
eierstokken, eileiders, adnexen of het leven zelf. Mogelijk is deze uitspraak
overdreven, onverantwoordelijk of oneerbiedig, maar... zijn er door onze
medemens niet vele koeien verbrand vanwege het syndroom van de gekke
koeienziekte, of de varkens vanwege MKZ en zijn er niet patiënten overleden bij
wie antrax gediagnostiseerd was en die behandeld werden in 21e eeuwse
ziekenhuizen?
31
Eerste groep: Infiltraties in een potentiële ruimte.
Twee of meer virussen zijn volgens het etiologische concept van dit type
aandoening verantwoordelijk voor het exsudatie- en infiltratie-proces in potentiële
ruimten. In het begin is de aandoening klinisch nog niet waarneembaar maar zijn
de virussen wel detecteerbaar d.m.v. het Biomagnetisme. Er bestaan tot op de
dag van vandaag geen specifieke antiviralen die effectief worden ingezet omdat
de immunologische stabiliteit van de patiënt verantwoordelijk is om op natuurlijke
wijze en binnen een bepaald tijdsbestek te kunnen genezen. Afgezien van het feit
dat magneetvelden en bio-energetische velden in het algemeen de pathogeniteit
van een of meer virussen kunnen tegengaan, stelt het Medisch Biomagnetisme
ons in staat de geassocieerde pathogene fenomenen die bij deze aandoening
horen te detecteren en te behandelen vanuit de etiologie en niet vanuit de
klinische waarneming. We kunnen de volgende factoren in een vroeg stadium
detecteren:
Bepalende of initiële factor:
Associatie met twee of meer pathogene virussen.
Verergerende factoren:
Pathogene bacteriën
Pathogene schimmels
Parasieten
Toxinen
Wijzigingen in de reologie
Meewerkende factoren:
Leeftijd
Organische of functionele instabiliteit
Mentale of psychische toestand
Iatrogenie door chirurgisch handelen
Omgevingsverontreinigingen
etc.
Al deze factoren kunnen gedetecteerd en behandeld worden met het
Biomagnetisme en medicatie van allopathische, homeopathische of natuurlijke
aard maar ook methoden als acupunctuur, probiotica, reflexologie,
enzymtherapie of welke andere therapie dan ook in overeenstemming met de
gevonden etiologie en/of algemene symptomatologie.
Voorbeeld van een patiënt: vrouw van 60 jaar met de allopathische diagnose:
32
RESULTATEN
Het is belangrijk te beseffen dat sinds ik in 1990 het onderzoek en de
behandeling van het tumorfenomeen begon het aandeel van HIV- en
aidspatiënten van iedereen die toen mijn praktijk bezocht 20% was. Het aantal
patiënten met een tumorfenomeen was praktisch nul want uit deze groep kwam
men alleen in de laatste fase van hun ziektebeeld voor pijnbestrijding.
Op dit moment is het aantal HIV- en aidspatiënten in mijn praktijk gedaald naar
14% en patiënten met een tumorfenomeen naar 18% gestegen. Van deze groep
zijn die met een werkelijke tumor, goedaardig of kwaadaardig, de belangrijkste.
Maar zelfs van de patiënten die met de diagnose van een kwaadaardige tumor
komen kunnen we een deel uitsluiten als er geen formeel bewijs voor te vinden
is.
Dit is het geval bij Uterus Myomatosus waarbij tot wel 85% van de middels
echoscopie aangegeven diagnoses, die de mutilerende chirurgie van een
uterusextirpatie rechtvaardigen, voornamelijk intra-uteriene hematomen zijn. Na
de hysterectomie wordt dit na cytologisch onderzoek dan als “niet-kwaadaardig”
afgedaan. Men heeft echter niet de moed om dit als intra-uteriene hematomen te
aanvaarden en als zodanig te vermelden.
Op soortgelijke wijze wordt op basis van de PSA-waarde die te hoog of hoger
dan normaal is, de prostatectomie uitgevoerd zonder aanwijsbare tumor en zelfs
wanneer bekend is dat na de chirurgische ingreep de hoge PSA-waarde
aanhoudt. In vijf gevallen waren het patiënten bij wie de prostaat en de testikels
waren weggenomen en bij twee van hen zelfs de penis. En dit terwijl het
prostaat-specifieke antigeen constant blijft constant of zelfs toe neemt tegen alle
prognoses en theorieën over tumoren in en in het bijzonder omdat
prostaatkanker gebaseerd is op het prostaat antigeen en de groei van de klier
zelf.
Als we nu eens uitgaan van mijn classificatie in elf groepen en we sluiten de
gevallen met infiltraties, cysten, abcessen, dysplasieën en duidelijk goedaardige
tumoren uit, maar we betrekken de fout-positieve kanker die klinisch en middels
cytologisch onderzoek tot wel 60% deel uitmaakt van alle kanker-diagnoses erbij.
Zo kunnen we gevoelsmatig inschatten dat het tumorfenomeen van werkelijke
kanker slechts een klein aandeel betreft en deze patiënten bovendien ook
behandeld en genezen kunnen worden. Behalve als het patiënten met
complicaties in de laatste fase betreft en, zoals ik het benoem, sprake is van
“ongeneeslijke kanker”.
Toen ik op de afdeling Fysische Geneeskunde en Revalidatie werkte was het
effect van de pijnbestrijding van de iatrogene symptomatologie bij patiënten met
33
105 PATHOLOGIËN GEZIEN VANUIT EEN BIOMAGNETISCHE OF
ETIOLOGISCHE INVALSHOEK
1. Ziekte van Hodgkin
2. Ruggenmergkanker
3. Longkanker
4. Baarmoederkanker
5. Teelbalkanker
6. Borstkanker links
7. Borstkanker rechts
8. Nat Gangreen
9. Droog Gangreen
10. Cyste in de borst
11. Uterus Myomatosus
12. Galstenen
13. Nierstenen
14. Karposi-sarcoom
15. Longemfyseem
16. Degeneratieve Gewrichtsreuma
17. Psoriasis
18. Pterygium rechts
19. Pterygium links
20. Ziekte van Huntington
21. Alzheimer
22. Grote wratten
23. Nefrotisch syndroom (1)
24. Osteosarcoom in de pols
25. Osteosarcoom in de enkel
26. Nefrotisch syndroom (2)
27. Lever syndroom
28. Hypokaliëmie
29. Pancreas syndroom, Ramses
30. Non-Hodgkin (1)
31. Non-Hodgkin (2)
34
1. Ziekte van Hodgkin
Schouderblad – Schouderblad - Mycobacterium Leprae
+ Subclavia – Subclavia - Corynebacterium diphtheriae
+ Carina – Carina - MKZ-virus
+ 2e Borstwervel - 2e Borstwervel - Legionella
2. Ruggenmergkanker
Schouderblad – Schouderblad - Mycobacterium Leprae
+ Borstwervel – Lendewervel - Meningokokken
+ Pleura – Pleura - Pleuritis-virus
+ Diafragma – Diafragma - Candida albicans
3. Longkanker
Schouderblad – Schouderblad - Mycobacterium Leprae
+ Knieholte – Knieholte - Pneumococcus
+ Supraspinatum – Supraspinatum - Mycobacterium tuberculosis
+ Carina – Carina - MKZ-virus
4. Baarmoederkanker
Schouderblad – Schouderblad - Mycobacterium Leprae
+ Vagina – Vagina - Yersinia pestis
+ Eileider – Eileider - Parvo virus
+ Contrablindedarm – Contrablindedarm - Bordetella pertussis
5. Teelbalkanker
Schouderblad – Schouderblad - Mycobacterium Leprae
+ Testikel – Testikel - Yersinia pestis
+ Prostaat – Rectum - Papilloma, HPV
+ Colon descendens - Colon descendens - Enterobacter cloacae
6. Borstkanker links
Schouderblad – Schouderblad - Mycobacterium Leprae
+ Pericardium – Pericardium - Staphylococcus aureus c. (+)
+ Oksel – Oksel - Rabiësvirus
+ Milt – Lever - Brucella
7. Borstkanker rechts
Schouderblad – Schouderblad - Mycobacterium Leprae
+ Appendix – Pleura - Staphylococcus aureus
coagulase (+)
+ Pleura – Lever - Hepatitis B virus
+ Perihepatisch – Perihepatisch - Morganella typhi
35
KANKERPREVENTIE
Het lijkt zeer gedurfd in het geval van tumorfenomenen en in het bijzonder kanker
over preventie te spreken. Mogelijk lijkt het zelfs respectloos wanneer we uitgaan
van wat een arts verbonden aan het Landelijk Kanker Instituut stelde: “In relatie
tot tumoren en chronisch-degeneratieve aandoeningen staan we nog maar aan
het begin van een etiopathologische stroming”. Logisch dat we vanuit de
geldende optiek een tumorfenomeen niet kunnen begrijpen, inschatten,
omschrijven, classificeren, genezen noch voorkomen. Dit kan echter wel als we
uitgaan van tienduizend patiënten met kwaadaardige tumoren die in de afgelopen
elf jaar succesvol behandeld zijn en een ongekend aantal patiënten met cysten,
poliepen, abcessen en infiltraties voor wie dit eveneens geldt. Ik kan derhalve
stellen dat kanker en alle tumorachtige manifestaties feilloos te voorspellen en te
perfect te voorkomen zijn.
Men is een hetze tegen roken, drugsgebruik of zenuwstelsel-beïnvloedende
middelen begonnen. Daarbij gebruikte men weliswaar het argument dat het giftig
en slecht voor onze gezondheid is en dat deze middelen in potentie kanker,
longemfyseem en de aantasting van de hersenen kunnen veroorzaken, maar in
werkelijkheid zijn het pathogene micro-organismen die hiervoor verantwoordelijk
zijn. Dat is wat ik heb kunnen aantonen en heb kunnen laten zien dat genezing
van kanker en alle tumorachtige manifestaties haalbaar is. Op gelijke wijze kan ik
concluderen dat preventie mogelijk is.
Kanker heeft hierbij mijn grootste aandacht omdat het de pathologie is die onder
de moeilijkst te begrijpen omstandigheden ontstaat en waarvoor precies de juiste
medische kennis nodig is. Bovendien blijft men speculeren over de mate waarin
roken longkanker veroorzaakt, zelfs door vooraanstaande instituten als Oxford
die durven te stellen dat het eten van Sushi voldoende is om de kans op kanker
te verkleinen. Op soortgelijke wijze stelt men dat het Papillomavirus de
belangrijkste oorzaak is van baarmoederhalskanker, zelfs zonder goed- of
kwaadaardige tumor indicatie en adviseert men als preventieve maatregel zich
maar geheel van seks te onthouden. Maar we weten nu dat longkanker los van
rokers en niet-rokers ontstaat en baarmoederhalskanker bij personen kan
voorkomen die geen seks hebben. Verder wordt er gewaarschuwd dat
huidkanker door te veel zonlicht ontstaat terwijl zwemmers, landarbeiders,
mensen in de bouw en zovele anderen die veel in de zon zijn zich hooguit
kunnen verbranden, maar niet om die reden huidkanker krijgen. aids is het
volgende voorbeeld waarbij men stelt dat de Hiv-besmetting seksueel
overdraagbaar is, terwijl HIV niet de directe boosdoener van aids is en het
hebben van seksuele relaties niet voor de Hiv-besmetting zorgt. Het zijn de
operatiezalen, tandartsen en besmette injectienaalden die deze veroorzaken.
36
CONCLUSIES
1. De pH-waarde van het cytoplasma bevindt zich rond om 7, d.w.z. strikt
neutraal.
2. De algemeen aanvaarde classificatie van het tumorfenomeen richt zich
naar de symptomatologie, plaats en morfologie van de tumor, maar niet
naar haar etiologie.
3. De allopathische behandeling van het tumorfenomeen is symptomatisch
en veroorzaakt een onomkeerbare iatrogenie.
4. Geen enkel virus, geen enkele bacterie, geen enkele schimmel, geen
enkele parasiet, geen toxine, geen irritatie gevende stof kunnen op zich
zelf een tumorfenomeen laat staat kanker veroorzaken.
5. Tumorfenomenen verplaatsen zich niet.
6. Tumorfenomenen bestaan niet zonder de aanwezigheid van pathogene
micro-organismen voor hun ontstaan, bestendigheid, locatie en groei.
a. Er zijn geen tumorfenomenen die door erfelijkheid en al helemaal
niet die genetisch bepaald worden. Steeds zijn de pathogene
micro-organismen verantwoordelijk voor het ontstaan,
metabolisme, bestendigheid, locatie, groei en maligniteit.
7. Metastasen zijn manifestaties die door anaerobe pathogene bacteriën
worden veroorzaakt. De Clostridium-familie en Pseudomona Aeruginosa
in het bijzonder.
8. Het verschil tussen de benigne en maligne neoplasie ligt in de
aanwezigheid van de Mycobacterium Leprae.
37
Colofon:
deze uitgave is verkrijgbaar voor beoefenaars van
Het Biomagnetisch Paar en Bio-energetica van Dr. Isaac Goiz Durán.
Contacteer Jeroen Koster voor een antwoord op je vragen en praktische
ondersteuning t.a.v. deze methode. Meld je aan voor de nieuwsbrief met
relevante info en regelmatige updates van biomagneetparen.