1
Jaarverslag 2013
EMCO-groep Abel Tasmanstraat 7 7821 AN EMMEN Postbus 2040 7801 CA Emmen Telefoon 0591 – 636600 Fax 0591 – 630663 Email [email protected] Internet www.emco-groep.nl
2
INHOUDSOPGAVE Pagina
Hoofdstuk 1 Bericht van het Bestuur
Voorwoord voorzitter Algemeen bestuur ............................................................................ 3
Hoofdstuk 2 Programmaverantwoording
2.1 Voorwoord Algemeen directeur ............................................................................. 5
2.2 Sociaal beleid ......................................................................................................... 6
Hoofdstuk 3 Financieel verslag
3.1 Weerstandsvermogen ............................................................................................ 20
3.2 Onderhoud kapitaalgoederen ................................................................................ 20
3.3 Financiering ........................................................................................................... 21
3.4 Verbonden partijen ................................................................................................. 23
3.5 Marketing, productbeleid en innovatie ................................................................... 23
3.6 WNT ....................................................................................................................... 24
3.7 Organigram………………………………………………………………………………. 25
Hoofdstuk 4 Balans
4.0 Balans per 31 december 2013 ............................................................................... 26
Hoofdstuk 5 Programmarekening met subsidieresultaat
5.0 Programmarekening per 31 december 2013 ......................................................... 28
Hoofdstuk 6 Kasstroomoverzicht
6.0 Kasstroomoverzicht per 31 december 2013………………………………………….. 29
Hoofdstuk 7 Grondslagen
7.0 Grondslagen van de financiële verslaggeving ....................................................... 30
Hoofdstuk 8 Toelichting op de balans
8.0 Toelichting op de balans ........................................................................................ 31
Hoofdstuk 9 Toelichting op de programmarekening
9.0 Toelichting op de programmarekening .................................................................. 42
Hoofdstuk 10 Overige toelichtingen
10.1 Sisa verantwoordingsbijlage .................................................................................. 49
10.2 Controleverklaring .................................................................................................. 50
3
HOOFDSTUK 1
BERICHT VAN HET BESTUUR In het begin van het verslagjaar leek het erop op dat de Participatiewet samen met de invoering van een
Quotumregeling per 1 januari 2014 zou worden ingevoerd, maar met het sluiten van het Sociaal Akkoord op 11
april 2013 werd duidelijk dat de invoering opschoof naar 1 januari 2015. Daarnaast maakte de Quotumregeling in
principe plaats voor een baangarantie voor mensen met een beperking, die moet oplopen tot 125.000 banen in
2026. Bovendien werd aan de infrastructuur het fenomeen Regionale Werkbedrijven toegevoegd, die een rol
moeten gaan spelen in de organisatie van detacheren en begeleiden van werknemers met een beperking naar
reguliere bedrijven. De wijze waarop en mate waarin, moet nog uitgewerkt worden door de Werkkamer. Tevens
werd duidelijk dat het instrument van loondispensatie werd vervangen door de inzet van loonkostensubsidie.
Het bestuur kon slechts constateren dat er enige tijdswinst werd geboekt, maar dat de trein verder hetzelfde spoor
volgde ….. Om die reden is in november in BOCE-verband opdracht gegeven aan de betreffende projectleiders
om de gevolgen van de Participatiewet en de hiermee samenhangende keuzes voor gemeentes in kaart te
brengen en nader uit te werken. De definitieve notitie “Uitvoering Participatiewet in Zuid-Oost Drenthe” zal in mei
worden voorgelegd aan de nieuw te vormen colleges.
Bij de behandeling van de Participatiewet afgelopen februari in de Tweede Kamer was de regionale problematiek
een hoofdthema en werd kamerbreed een motie ondersteund, die hierop inzoomt. De staatssecretaris kwam met
harde toezeggingen om binnen het nieuwe Verdeelmodel rekening te gaan houden met zowel de lokale
arbeidsmarktsituatie als de opbouw en omvang van het werknemersbestand. In april zal hierover meer duidelijk
worden, terwijl de financiële balans later valt op te maken.
Eén ding is nu echter zeker: de Participatiewet gaat door en er komen grote inhoudelijke veranderingen met
ingrijpende financiële gevolgen aan …. Het zal van alle betrokkenen nog veel vragen om daar een gezamenlijke
en goede weg in te vinden.
Zoals al aangekondigd in het jaarverslag over 2012, is in het verslagjaar door de directie het besluit om de
Bouwafdeling op te heffen – een wezenlijk onderdeel van het eerdere Transitieplan - ook daadwerkelijk
geëffectueerd. Wij zijn verheugd dat voor vrijwel alle medewerkers weer een passende werkplek is gevonden.
Eind september mochten wij het splinternieuwe gebouw van de Kwakel officieel openen. Na de verwoestende
brand op 21 maart 2012, die diepe indruk maakte op alle medewerkers en een periode inluidde van aanpassen en
improviseren, staat er nu weer een pand, dat aan alle moderne eisen voldoet en recht doet aan de inzet van de
medewerkers.
Wij zijn blij dat de directie erin geslaagd is de bouwkosten binnen het budget te houden en dat zij, door de wijze
van financiering, de totale kosten van de Kwakel substantieel heeft kunnen verlagen – eveneens onderdeel van
het eerdere Transitieplan.
Ondanks alle aankomende veranderingen, een forse omzetdaling en de nog steeds zwakke economische
ontwikkeling is het boekjaar 2013 relatief goed afgesloten. De gewijzigde begroting kende een verwacht tekort van
€ 1.995.000,- en het jaar werd – na correctie voor de ontstane boekwinst van € 1.821.000,- op het afgebrande
kassencomplex - afgesloten met een verlies van € 1.208.000,-. Dit is aanzienlijk (€ 787.000,-) beter dan voorzien
en op hoofdlijnen (zie ook Hoofdstuk 3 Financieel Verslag) als volgt te verklaren:
De met € 929.000,- fors lagere opbrengsten – in belangrijke mate veroorzaakt door ingrijpende kortingen op groen
bij de gemeenten Coevorden en Emmen – zijn meer dan volledig gecompenseerd doordat alle kostensoorten
lager zijn uitgevallen dan geraamd en door een meevallend subsidieresultaat als gevolg van een lichte
subsidieverhoging en de terugontvangen WAO premie over het eerste halfjaar.
4
1 BERICHT VAN HET BESTUUR (vervolg)
Het is nu duidelijk dat met de definitieve invoering van de Participatiewet in 2015 een onomkeerbaar proces wordt
ingegaan, dat nog het uiterste zal vergen van bestuurders, directie en medewerkers.
H.G. Jumelet
Voorzitter Algemeen Bestuur EMCO-groep
5
HOOFDSTUK 2
PROGRAMMAVERANTWOORDING
2.1 Voorwoord Algemeen directeur
Het uiteindelijke resultaat over 2013 is, ondanks de wezenlijk lager dan geraamde opbrengsten bij de
groenvestigingen, maar ook bij de bouw en metaal, nog aanzienlijk beter dan verwacht.
In plaats van een tekort van € 1.995.000,- komt het resultaat uit op € 1.208.000,-. Helaas wel een tekort, maar
gezien de nog steeds haperende economie, de toenemende gemeentelijke bezuinigingsdruk en de structurele
subsidiekorting van € 2 miljoen in 2011, alleszins acceptabel …
Het flink meevallend resultaat wordt, zoals in hoofdstuk 3 en 9 duidelijk zichtbaar wordt, volledig verklaard door het
betere bedrijfsresultaat als gevolg van de kostenontwikkeling en het meevallende subsidieresultaat als gevolg van
de kleine verhoging van de Rijkssubsidie en de terugontvangen WAO premie over het eerste halfjaar.
Uit hoofdstuk 9 blijkt nog eens zonneklaar, dat het positieve bedrijfsresultaat, volkomen overvleugeld wordt door
het negatieve subsidieresultaat. Een subsidieresultaat dat de komende jaren alleen maar op zal lopen door de nu
vaststaande kortingen van € 500,- per SE per jaar voor de komende 6 jaar …. Tegen die achtergrond zijn alle
ogen nu gericht op het aankomende Verdeelmodel, waarin zowel de omvang en samenstelling van de onderkant
van de arbeidsmarkt als de opnamecapaciteit van diezelfde arbeidsmarkt significante variabelen moeten worden!
Aangezien de programmarekening verder, zoals gebruikelijk, van een heldere toelichting is voorzien, zal hier nog
slechts op een paar punten worden ingegaan.
De teruglopende brutomarge is zonder meer een punt van zorg en kent uiteraard meerdere oorzaken, zoals ook in
hoofdstuk 9 uitvoeriger wordt aangegeven. Naast een lager aantal werkzame fte’s, de stagnerende economie en
de kortingen op onze groen werkzaamheden, hebben ook de brand bij de Kwakel en het opheffen van de
bouwafdeling een negatieve invloed op de opbrengstontwikkeling gehad.
Tegen deze achtergrond zal het besluit van het bestuur en het college van Borger Odoorn om voor 2012, 2013 en
2014 na afloop van een derde termijns dienstverband; bij goed functioneren, wel een vast dienstverband aan te
bieden, zeker een positieve bijdrage leveren aan het bedrijfsresultaat. Daarnaast zijn we in dit verband blij met de
instelling door de gemeente Emmen van een TaskForce, die tot taak heeft om de mogelijkheid tot uitbreiding van
werkzaamheden voor de EMCO-groep door, bij of via de gemeente te onderzoeken en uit te werken.
Het moge immers duidelijk zijn dat de kostenverlaging zijn grenzen kent en dat het verslechterende
subsidieresultaat, verder alleen bevochten kan worden met hogere opbrengsten!
J.A. Mug
Algemeen Directeur EMCO-groep
6
2 PROGRAMMAVERANTWOORDING (vervolg)
2.2 SOCIAAL BELEID 2.2.1 PERSONEELSZAKEN EN ARBEIDSINTEGRATIE 2.2.2 (HER)INDICATIE EN WACHTLIJST WSW ALGEMEEN WACHTLIJST 2.2.3 PERSONEELSBEZETTING PLAATSINGSBELEID IN- EN UITSTROOM WSW OMVANG EN SAMENSTELLING PERSONEELSBESTAND WSW OMVANG EN SAMENSTELLING PERSONEELSBESTAND AMBTELIJK 2.2.4 PERSONEELSONTWIKKELING ACTIVERING EN WACHTLIJST INDIVIDUEEL ONTWIKKELINGSPLAN (IOP)
OPLEIDING EN ONTWIKKELING
• Ontwikkeltraject Wsw
• Studiehuis Wsw en ambtelijk
• ePortfolio
• Beroepsgerichte scholing
• Algemene scholing en educatie DETACHERING EN BEGELEID WERKEN
• Detacheringen
• Begeleid werken
2.2.5 TRAINING- EN DIAGNOSECENTRUM WERKPLEIN ZUID OOST DRENTHE (TDC) ALGEMEEN MODULAIRE AANPAK ANDERE ACTIVITEITEN TDC RESULTATEN
2.2.6 VERZUIM EN RE-INTEGRATIE VERZUIMPREVENTIE EN VERZUIMBEGELEIDING ONTWIKKELINGEN 2014 2.2.7 OVERLEG EN MEDEZEGGENSCHAP
ONDERNEMINGSRAAD COMMISSIE VOOR GEORGANISEERD OVERLEG SOCIAAL PLAN WSW
7
2 PROGRAMMAVERANTWOORDING (vervolg)
2.2 SOCIAAL BELEID 2.2.1 PERSONEELSZAKEN EN ARBEIDSINTEGRATIE De werkzaamheden binnen de afdeling Personeelszaken en Arbeidsintegratie worden uitgevoerd door:
Team interne plaatsing en begeleiding.
Team diagnose, scholing en training. De teams worden ondersteund door de Personeels- en trajectadministratie en door de afdeling Arbeidsjuridische zaken. Onder Personeelszaken en Arbeidsintegratie valt tevens de afdeling Verzuim en Re-integratie. 2.2.2 (HER)INDICATIE EN WACHTLIJST WSW ALGEMEEN De indicatiestelling voor de Wsw wordt uitgevoerd door het UWV. Het UWV beslist over: het wel of niet behoren tot de doelgroep van de Wsw; de arbeidshandicapcategorie (matig of ernstig); de geldigheidsduur van de indicatie. Daarnaast adviseert het UWV in de indicatiestelling over de aanpassingen die noodzakelijk zijn voor het verrichten van arbeid en of betrokkene in aanmerking komt voor Begeleid Werken. Bij elke indicatie beoordeelt het UWV of de cliënt in staat is om begeleid te werken bij een reguliere werkgever. Indien Begeleid Werken vanwege de aard en de ernst van de handicap niet reëel is, ziet het UWV af van een positief advies Begeleid Werken. Met ingang van 1 januari 2008 is de geldigheidsduur van de (her)indicatie gewijzigd. Het UWV kan een minimale geldigheidsduur van 1 jaar en een maximale geldigheidsduur van 50 jaar toekennen. In de praktijk worden de meeste termijnen tussen 5 en 10 jaar vastgesteld. Voor het overgrote deel van de eerste indicaties die in 2013 zijn afgegeven is de geldigheidsduur van 5 jaar aangehouden. WACHTLIJST Vanaf 1 januari 2008 worden personen die niet beschikbaar zijn voor een Wsw-dienstverband geplaatst op de zogenaamde passieve wachtlijst; plaatsingen in een Wsw-dienstverband zijn alleen mogelijk vanaf de actieve wachtlijst. Personen op de passieve wachtlijst zijn niet beschikbaar voor een dienstverband in het kader van de Wsw en tellen derhalve niet mee als geïndiceerde inwoner van hun woongemeente. In 2013 is de omvang van de totale wachtlijst van de EMCO-groep verder gedaald. Per 31 december 2013 staan er nog 168 mensen op de wachtlijst; een jaar eerder waren dat er 185, een daling van 17. De passieve wachtlijst is gekrompen van 144 naar 127 personen. De daling van de wachtlijst komt geheel voor rekening van de gemeente Emmen. Aan de ene kant kon er in die gemeente in het begin van 2013 een aantal mensen in dienst genomen worden, waardoor de omvang van de wachtlijst afneemt. Aan de andere kant was ook in 2013 het aantal eerste indicaties laag, waardoor er dus minder nieuwe mensen op de wachtlijst komen. De reden hiervoor wordt zeer waarschijnlijk gevormd door de plannen in het kader van de Participatiewet en daarin opgenomen afsluiting van de Wsw. Aantal personen wachtlijst
2010 2011 2012 2013
Emmen 302 284 147 127 Coevorden 52 39 30 32 Borger Odoorn (deel Odoorn) 14 17 8 9
Totaal EMCO-groep 368 340 185 168
8
2 PROGRAMMAVERANTWOORDING (vervolg)
Aantal personen wachtlijst incl. passieve wachtlijst
2012 Passief 2013 Passief
Emmen 147 114 127 105 Coevorden 30 20 32 13 Borger Odoorn (deel Odoorn) 8 10 9 9
Totaal EMCO-groep 185 144 168 127
Aantal personen op de wachtlijst, ingedeeld naar wachttijd per 31-12-2013:
Wachttijd Emmen Coevorden Borger Odoorn Totaal
Korter dan 1 jaar 22 3 2 27 1 tot 2 jaar 16 2 1 19 2 tot 3 jaar 41 7 3 51 3 tot 5 jaar 48 20 3 71 Langer dan 5 jaar 0 0 0 0
Totaal 127 32 9 168
Gemiddelde wachttijd in maanden (van personen op wachtlijst eind 2011, 2012 en eind 2013):
2011 2012 2013
Emmen 22 25 28 Coevorden 23 29 37 Borger Odoorn (deel Odoorn) 20 21 23
2.2.3 PERSONEELSBEZETTING PLAATSINGSBELEID De gemeenten hebben door middel van het opstellen van wachtlijstverordeningen de mogelijkheid gekregen doelgroepenprioriteit toe te passen. De gemeenten Emmen, Borger Odoorn en Coevorden hebben tot nu toe besloten geen verordening vast te stellen. Indien er geen wachtlijstverordening is opgesteld wordt er geplaatst volgens het FIFO systeem (First In - First Out). IN- EN UITSTROOM WSW De gemiddelde personeelsbezetting in 2013 was 1.529,33 SE’s. Met ingang van 1 januari 2008 wordt er geen subsidie ontvangen voor personen die geen loon ontvangen indien er bijvoorbeeld sprake is van ziekte langer dan 2 jaar. Bij de realisatie wordt hiermee, op basis van een prognose, rekening gehouden. De budgettoewijzing voor 2013 was 1.534,37 SE’s. Er zijn in 2013 in totaal 65 personen aangenomen, terwijl er 119 personen uit dienst zijn gegaan. Het aantal mensen dat in dienst is gekomen is lager dan in 2012. Dit wordt enerzijds veroorzaakt door het feit dat de gemeente Coevorden fors minder taakstelling had voor 2013 zodat er in die gemeente nauwelijks instroom plaats kon vinden. Anderzijds werd in de loop van 2013 duidelijk dat Emmen voor het jaar 2014 een aanzienlijk lagere taakstelling toebedeeld zou krijgen. Als gevolg hiervan zijn er in de tweede helft van 2013 uit voorzorg minder mensen aangenomen in Emmen. De taakstelling voor de gemeente Coevorden voor 2013 bleek in de praktijk niet haalbaar te zijn. In de loop van het jaar werd duidelijk dat ondanks het feit dat er geen nieuwe mensen in dienst genomen werden, de uitstroom niet groot genoeg was om de benodigde krimp te realiseren. Daarom is besloten taakstelling over te nemen van de gemeente Enschede. Dit is gebeurd via een gezamenlijk verzoek van de gemeenten Coevorden en Enschede voor overdracht van taakstelling (in dit geval 2,5 SE) aan het Ministerie van SZW. Dit verzoek is gehonoreerd en hierdoor is de taakstelling van de gemeente Coevorden voor het jaar 2013 gestegen van 198,98 SE naar 201,48 SE.
9
2 PROGRAMMAVERANTWOORDING (vervolg)
De in- en uitstroom van personen met een Wsw-dienstverband (incl. BW)
Saldo 01-01 2013
1
In dienst 2013
Uit dienst 2013
Saldo 31-12 2013
FTE 31-12 2013
Totale gemidd. realisatie
Budget toe- wijzing
SE2 SE
Emmen 1.355 55 99 1.311 1.149,04 1.236,54 1.240,80 Coevorden 218 8 16 210 183,39 201,14 201,48
3
Borger Odoorn 76 2 2 76 67,68 71,06 71,50 Overige gem. 24 0 2 22 20,22 20,59 20,59
Totaal 1.673 65 119 1.619 1.420,33 1.529,33 1.534,37
VUT / Pens. WAO/WIA Einde tijdelijk dvb Overig Totaal
Emmen 22 19 25 33 99 Coevorden 3 6 3 4 16 Borger Odoorn 0 1 1 0 2 Overige gemeenten 0 0 0 2 2
Totaal 25 26 29 39 119
OMVANG EN SAMENSTELLING VAN HET PERSONEELSBESTAND WSW Het aantal personen met een Wsw-dienstverband (in dienst bij de EMCO-groep of bij een andere werkgever in het kader van Begeleid Werken) is met 54 gedaald per het einde van het jaar. In 2012 waren het 1.673 personen en in 2013 1.619 personen. Personeelsbezetting Wsw-personeel per 31-12 (2011 t/m 2013, incl. BW)
Mannen Vrouwen Totaal
2011 1.235 (73,38%) 448 (26,62%) 1.683
2012 1.216 (72,68%) 457 (27,32%) 1.673
2013 1.176 (72,64%) 443 (27,36%) 1.619
Personen met handicapcategorie ernstig 2012 (incl. BW)
2012 Aantal In % van het totale werknemersbestand van de betreffende gemeente
In % van de nieuwe doelgroep van de betreffende gemeente
Emmen 260 19,23 40,31 Coevorden 37 16,82 35,92 Borger Odoorn 11 15,07 28,21 Overige gemeenten
2 7,14 18,18
Totaal 310 18,53 38,48
Personen met handicapcategorie ernstig 2013 (incl. BW)
2013 Aantal In % van het totale werknemersbestand v.d. betreffende gemeente
In % van de nieuwe doelgroep v.d. betreffende gemeente
Emmen 269 20,52 42,50 Coevorden 34 16,19 35,79 Borger Odoorn 11 14,47 26,83 Overige gemeenten
1 4,55 16,67
Totaal 315 19,46 40,65
1 Dit is de eindstand van 2012 waarop de wijzigingen van betalende gemeente per 01-01-2013 zijn toegepast.
2 Dit cijfer is inclusief de realisatie bij andere schappen.
3 Dit is de oorspronkelijke taakstelling van 198,98 SE plus 2,5 SE die in de loop van het jaar zijn overgenomen van de gemeente Enschede.
10
2 PROGRAMMAVERANTWOORDING (vervolg)
Het aantal werknemers met de handicapcategorie ernstig is in 2013 heel licht gestegen. Als gevolg hiervan en van de afname van het totale personeelsbestand is het aandeel van de ernstig geïndiceerden toegenomen. Tijdens periodieke herindicaties worden nog steeds werknemers, die eerst in de categorie matig vielen, ingedeeld in de categorie ernstig door het UWV. In 2013 zien we echter ook dat er een aantal mensen van ernstig naar matig gaat. Dit betreft voornamelijk mensen die nog maar kort in dienst zijn. Toen zij op de wachtlijst stonden, waren ze door het UWV ingedeeld in de categorie ernstig. Maar na een periode in dienst te zijn geweest bij de EMCO-groep, blijken deze medewerkers in de praktijk veel beter tot hun recht te komen dan voorzien. Daarom worden zij bij een herindicatie in de categorie matig ingedeeld. Wsw-personeelsleden (in aantal personen) naar salarisschaal per 31-12-2013 (excl.BW)
Loonschaal 2011 2012 2013
Min. Loon 131 147 131
A 82 87 74
B1 241 244 244
B2 119 116 111
C1 336 335 330
C2 269 253 241
D1 177 174 174
D2 101 90 82
E 120 119 120
F 31 31 32
G 29 28 27
H 2 2 1
I 0 0 0
Totaal 1.638 1.626 1.567
Leeftijdsopbouw Wsw-personeel per 31-12-2013 (excl. BW)
Leeftijd 2011 Aantal
2011 In %
2012 Aantal
2012 In %
2013 Aantal
2013 In %
< 20 0 0,00% 0 0,00% 0 0,00% 20-30 124 7,57% 122 7,50% 99 6,32% 30-40 223 13,61% 214 13,16% 192 12,25% 40-50 462 28,21% 439 27,00% 414 26,42% 50-60 623 38,03% 628 38,62% 604 38,54% 60-65 206 12,58% 223 13,72% 258 16,47%
Totaal 1.638 1.626 1.567
OMVANG EN SAMENSTELLING VAN HET PERSONEELSBESTAND AMBTELIJK Als gevolg van de reorganisatie in 2010 was er begin 2013 nog 1 medewerker boventallig. Deze medewerker werd in het verslagjaar definitief herplaatst bij een andere werkgever. Personeelsbezetting ambtelijk personeel per 31-12-2012 en 31-12-2013
31-12-2012 31-12-2013 Personen Fte’s Personen Fte’s
Vaste formatie 95 86,88 91 82,96 Via M-Flex 9 8,39 9 8,39 Directie 3 1,50 3 1,50
Totaal 107 96,77 103 92,85 Verhouding ambt : Wsw (in Fte’s) 1:15,16 1:15,30 WW 1 1,00 0 0,00
De vaste ambtelijke formatie is in vergelijking met 2012 gedaald met 3,92 fte’s. De overige formatie (M-Flex en directie) is in vergelijking met 2012 gelijk gebleven.
11
2 PROGRAMMAVERANTWOORDING (vervolg)
2.2.4 PERSONEELSONTWIKKELING ACTIVERING EN WACHTLIJST In 2013 zijn er in opdracht en met toestemming van het UWV 39 activeringstrajecten uitgevoerd voor werkzoekenden met een Wajong of WIA uitkering (21 betaald en 18 onbetaald). Voor andere opdrachtgevers werden nog eens 4 re-integratietrajecten uitgevoerd. Daarnaast werden 18 VSO/MLK leerlingen voor een werkleertraject geplaatst binnen de infrastructuur van de EMCO-groep. Het gaat hierbij om jongeren van wie gedurende de schoolperiode de inschatting wordt gemaakt dat zij op termijn aangewezen zijn op de sociale werkvoorziening. Voor het einde van hun schoolcarrière is er dan al vaak een indicatie en een Wajong uitkering aangevraagd en toegekend. Om ze niet thuis te laten zitten biedt de EMCO-groep al jaren voor deze doelgroep een passende werkplek als overbrugging naar een Wsw-dienstverband. Naast bovengenoemde trajecten waren er gemiddeld 86 WWB-ers doorgeplaatst na afloop van hun Test- en diagnoseperiode in het TDC. Bij een tevredenheidsmeting eind volgend jaar bleken deze werkzoekenden de EMCO-groep een 4.2 te geven op een schaal van 1 tot 5. Binnen het project Werktraining van de EMCO-groep werden gemiddeld 14 personen per maand geplaatst. Dit project biedt trajecten voor werkzoekenden met een grote meervoudige problematiek. INDIVIDUEEL ONTWIKKELINGSPLAN (IOP) Voor de instroom van Wsw-medewerkers is vanaf 2010 het Persoonlijk ontwikkelingsplan qua opzet vereenvoudigd en veranderd in het Individueel Ontwikkelingsplan. Dit ontwikkelingsplan is vastgelegd voor de volledige duur van het traject, maximaal 3 jaar, vanaf het moment van indiensttreding, zoals in de CAO Wsw wordt voorgeschreven. Tijdens het traject wordt het wettelijk minimum loon toegepast, na afloop vindt beloning plaats op basis van functieloon. Het ontwikkelingsplan wordt binnen 3 maanden na indiensttreding opgesteld en zowel door de werkgever als de werknemer ondertekend. Als vast onderdeel hiervan wordt een scholingsintake afgenomen door het Drenthe College. Het daaruit voortvloeiende scholings- en trainingsadvies heeft tot doel de leerbaarheid en het leerniveau individueel te bepalen. Uitgangspunt voor de toepassing van scholing is AKA, Arbeidsmarkt geKwalificeerd Assistent. AKA is binnen de EMCO-groep onderverdeeld in twee richtingen: Industrieel (Drenthe College) en Groen en Tuinbouw (TerraNext). Het AKA-traject heeft een duur van 18 maanden. Meer informatie over AKA kunt u lezen in het hoofdstuk Opleiding en Ontwikkeling. Op basis van het scholings- en trainingsadvies kan, indien de situatie hierom vraagt, gekozen worden voor een andere invulling van scholing. Na afronding van de scholing en training wordt een persoonsprofiel opgesteld dat als basis kan dienen voor het functioneringsgesprek. Tevens wordt dan door het Drenthe College een vervolgadvies opgesteld. OPLEIDING EN ONTWIKKELING In 2013 heeft een groot aantal Wsw- en ambtelijke medewerkers van de EMCO-groep een opleiding of training gevolgd. Ontwikkeltraject Wsw Evenals in het voorgaande jaar krijgen Wsw-medewerkers van de EMCO-groep standaard een ontwikkeltraject aangeboden op het moment dat zij in dienst komen. Het ontwikkeltraject bestaat uit een scholingsintake, de AKA-opleiding (Arbeidsmarkt geKwalificeerd Assistent) en een mogelijk vervolg scholingstraject. Mochten werknemers niet in staat zijn deel te nemen aan de AKA vanwege onder- of overkwalificatie dan werd een aangepast scholingstraject aangeboden. De ROC’s (Regionaal Opleidingscentrum), het Drenthe College en TerraNext, zijn hierin onze samenwerkingspartners. De ervaring heeft geleerd dat het programma, waarbij veel aandacht wordt besteed aan basisvaardigheden en empowerment, goed aansluit bij de behoefte van de medewerkers en het bedrijf. Het aantal deelnemers in 2013 was 129 waarvan 80 bestaande deelnemers en 59 nieuw gestart in 2013.
12
2 PROGRAMMAVERANTWOORDING (vervolg)
Studiehuis Wsw en ambtelijk Het in 2011 (in samenwerking met het werkvoorzieningsschap Wedeka te Stadskanaal) gerealiseerde Studiehuis bestaat uit een gegradeerd opleidingssysteem waarbij scholing wordt aangeboden op niveau 1, 2 en 3 van de kwalificatiestructuur van het MBO onderwijs. Daarnaast zijn individuele scholingstrajecten aangeboden op MBO-niveau 4 en HBO-niveau.
- Niveau 1: AKA-opleiding. Zie ontwikkeltraject Wsw.
- Niveau 2: In 2013 heeft opnieuw een aantal medewerkers de opleiding Helpende Zorg en Welzijn, niveau 2 voor (meewerkende) voorlieden (en potentiële voorlieden) gevolgd. Aan de opleiding is een derde module gekoppeld die nog meer aandacht besteed aan leidinggeven en in het bijzonder aan observeren en signaleren. In 2013 hebben in totaal 25 medewerkers (Wsw en ambtelijk) deelgenomen aan deze opleiding (11 gestart vóór 2013 en 14 gestart in 2013).
- Niveau 3: De opleiding Medewerker Maatschappelijke Zorg, niveau 3 is bedoeld voor (potentiële) afdelingschefs. De afdelingschefs leren in deze opleiding hun persoonlijke effectiviteit te vergroten. Daarnaast wordt aandacht besteed aan leidinggeven & management en begeleiden & coachen van medewerkers. In 2013 is een nieuwe groep gestart met 4 deelnemers.
De beide opleidingen niveau 2 en 3 worden door het ROC Noorderpoort uitgevoerd. De opleidingen worden afgerond met een landelijk erkend diploma. ePortfolio Het inzetten van de zogenoemde ePortfolio heeft in 2012 in de vorm van een pilot een start gemaakt. Een ePortfolio is een digitaal instrument waarmee opleidingen, werkervaring en andere relevante activiteiten kunnen worden vastgelegd. Waar nodig wordt een competentiescan ingezet en gekoppeld aan normerende kaders. Naast tekst kunnen ook foto’s, films, diploma’s etc. aan de ePortfolio worden toegevoegd. Een ePortfolio wordt gebruikt als arbeidsmarktinstrument en niet als onderwijsinstrument. De in 2012 gestarte pilot is in 2013 voortgezet. In totaal zijn 59 personen uitgenodigd om de ePortfolio te maken. Hiervan hebben inmiddels 54 personen een bruikbaar gevulde ePortfolio.
Beroepsgerichte scholing Net als in voorgaande jaren is de EMCO-groep verplicht geweest om zich te houden aan de wettelijke veiligheidseisen voor het werken met machines, vervoermiddelen, bestrijdingsmiddelen en materialen. Daarbij worden ook de verlengingen van licenties, diploma’s en certificaten meegenomen. Dit geldt voor het werken met de heftruck, reachtruck en spuiten in het openbaar groen (gewasbescherming).
- Aan de jaarlijks terugkerende veiligheidscursussen als EHBO, ELH en BHV hebben rond de 300 medewerkers deelgenomen.
- 8 Medewerkers uit de groenvoorziening hebben in 2013 de opleiding Natuur en groene ruimte (niveau 2) gevolgd.
- In 2013 is weer een groep gestart met de opleiding Medewerker teelt (niveau 2). In het verleden is deze opleiding ook aangeboden, maar lange tijd bleek het niet mogelijk om voldoende deelnemers te vinden voor dit opleidingsniveau. In 2013 zijn 14 medewerkers begonnen met deze opleiding, die verzorgd wordt door ROC Terra Next.
- 17 medewerkers hebben de basiscursus motorkettingzaag gevolgd.
- Ter vergroting van de vakvaardigheden hebben 6 medewerkers de opleiding Tampondrukker gevolgd.
- In totaal 115 medewerkers (Wsw en ambtelijk) hebben een agressie preventietraining gevolgd. Deze training is met name bedoeld voor leidinggevenden en medewerkers in een begeleidende functie.
- 13 medewerkers Groenvoorziening V hebben deelgenomen aan een functiegerichte scholing met betrekking tot het geven van instructies.
- 9 medewerkers (Groen) hebben de cursus omgaan met beeldbestekken gevolgd.
13
2 PROGRAMMAVERANTWOORDING (vervolg)
Algemene scholing en educatie De EMCO-groep vindt het belangrijk dat medewerkers hun basisvaardigheden zoals lezen, schrijven en rekenen kunnen vergroten. De EMCO-groep doet dit in samenwerking met het Drenthe College. In 2013 volgden 21 medewerkers de cursus lezen, schrijven en rekenen. In 2011 is een interne training basis bosmaaien opgezet. De cursus bosmaaien (met slagmes, draadkop en zaagblad) wordt door de EMCO-groep zelf op locatie georganiseerd. Een voorman van de EMCO-groep verzorgt de training in samenwerking met de Technische Dienst. In 2013 hebben 10 medewerkers aan deze training deelgenomen. Ook in 2013 zijn weer interne trainingen computervaardigheid en Office 2010 verzorgd. In totaal hebben 30 medewerkers aan deze interne trainingen deelgenomen. Twee medewerkers van de EMCO-groep zijn opgeleid om interne VCA-opleidingen te geven. Deze opleiding wordt afgesloten met een formeel examen dat wordt afgenomen door een extern examenbureau. In 2013 hebben 41 medewerkers van de EMCO-groep en 105 deelnemers van het Trainings en Diagnose Centrum (TDC) deelgenomen aan deze interne training. Eenzelfde constructie wordt gehanteerd bij de opleiding tot heftruckchauffeur. Het gebruik maken van de deskundigheid van de eigen medewerkers is als zeer positief ervaren. De interne medewerkers kunnen snel inspringen op de vraag naar trainingen. Een gunstig effect is dat de opleidingskosten zijn afgenomen. In totaal zijn in 2013 hiervoor 6 EMCO-medewerkers en 47 TDC deelnemers geschoold. DETACHERINGEN EN BEGELEID WERKEN De afdeling detacheringen is een operationele afdeling, waarin kostenreductie en opbrengstverhoging speerpunten zijn. Binnen deze afdeling wordt naast detacheringen ook Werken op locatie (WOL) en Begeleid Werken (BW) verzorgd.
Bij Detacheren werkt een medewerker op locatie en onder leiding van de klant. Detacheren gebeurt op individuele basis. Verrekening vindt plaats op basis van gewerkte uren of per maand.
Bij Werken op locatie werkt een groep medewerkers onder onze leiding op locatie van de klant. Verrekening vindt plaats op basis van geproduceerde artikelen.
Bij Begeleid Werken is de Wsw-geïndiceerde met inzet van een loonkostensubsidie in dienst van een externe werkgever conform de voor dat bedrijf geldende arbeidsvoorwaarden.
Detacheringen Het totaal aantal gedetacheerde medewerkers nam in 2013 af tot 287 (2012: 293, 2011: 341). Hiervan zijn er vanuit de diverse vestigingen 42 personen gedetacheerd (2012: 39, 2011: 41). Vanuit de afdeling detachering worden er 226 personen ondersteund (2012: 235, 2011: 257). Dit cijfer is inclusief Begeleid Werken (53 personen) en de personen die Werken op locatie bij Promaxa (19 personen).
Detacheringen 2010 t/m 2013
2011 2012 2013
Detachering vanuit vestiging 41
39
42
Detachering vanuit afd. deta 257
235
226
waarvan WOL 20 19 19
waarvan groepsdetachering 23
-
-
Totaal EMCO-groep 341 293 287
Door de slechte economische omstandigheden en daarmee samenhangende opzeggingen zijn de individuele detacheringen gedaald met 9 medewerkers. De opbrengst van de afdeling Detacheringen is ondanks de afname van 9 medewerkers in 2013 stabiel gebleven.
14
2 PROGRAMMAVERANTWOORDING (vervolg)
Begeleid Werken (BW) De uitvoering van Begeleid Werken voor de gemeenten Emmen, Coevorden en een deel van de gemeente Borger Odoorn was in 2013 in handen van de EMCO-groep. Als gevolg van een duidelijke toename van de instroom, is het totaal aantal mensen met een Begeleid Werken-contract aan het eind van 2013 wederom gestegen. De stijging t.o.v. het voorgaande jaar is ruim 10%. De gemiddelde realisatie is in 2013 ook gestegen, zowel voor de gemeente Coevorden als voor de gemeente Emmen. De Begeleid Werken-contracten zijn als volgt verdeeld: Begeleid Werken (BW) 2011 t/m 2013 (per ultimo 2013)
Aantal 2011
Aantal 2012
Aantal 2013
Gem. SE 2013
Emmen 40 45 48 42,12 Coevorden 4 2 4 3,50 Borger Odoorn (deel Odoorn) 0 0 0 0 Buitengemeenten 1 0 0 0
Totaal EMCO-groep 45 47 52 45,62
2.2.5 TRAINING- EN DIAGNOSECENTRUM WERKPLEIN ZUID OOST DRENTHE (TDC) ALGEMEEN Een samenwerkingsverband tussen de gemeente Emmen, het UWV, het Drenthe College en de EMCO-groep heeft twee jaar geleden geleid tot het oprichten van het Trainings- en Diagnose Centrum Zuid Oost Drenthe (TDC). Het uiteindelijke doel van het TDC is mensen met een uitkering te ondersteunen bij het vinden van werk waardoor mensen niet meer afhankelijk zijn van een uitkering van de gemeente. TDC – MODULAIRE AANPAK Begin 2013 jaar werd binnen het samenwerkingsverband besloten om het TDC verder door te ontwikkelen: het bieden van meer maatwerk en het uitbreiden van trainingen. Deze wensen zijn ook regelmatig door werkzoekenden naar voren gebracht. Inmiddels is er een nieuwe modulaire aanpak ontwikkeld, waar we vanaf 1 juli 2013 officieel mee zijn gestart. De modules worden georganiseerd en uitgevoerd door de EMCO-groep in nauwe samenwerking met het Drenthe College. De modules die het TDC aanbiedt: Werk en diagnose Als het lang is geleden dat de werkzoekende heeft gewerkt of nauwelijks werkervaring heeft opgedaan kan worden deelgenomen aan de module Werk en Diagnose. In een periode van 4 weken wordt, samen met de docent van het Drenthe College, gekeken welke sterke kanten de werkzoekende heeft en welke vaardigheden nog verder ontwikkeld kunnen worden. Dit gebeurt in een werksetting waar veel tijd en ruimte is voor groeps- en individuele activiteiten. Na het volgen van deze module is in kaart gebracht welke volgende stappen de werkzoekende kan zetten richting (dag)onderwijs of de arbeidsmarkt. Praktijkassessments Indien de werkzoekende graag wil werken in de logistiek, groenvoorziening of schoonmaak kan worden meegedaan aan het praktijkassessment in 1 van deze richtingen. In de praktijk wordt, in 8 weken tijd, geleerd wat het vak inhoudt. De module wordt afgesloten met een vakgericht certificaat zoals een hef/reachtruck certificaat, een schoonmaakcertificaat, een certificaat voor bosmaaien en snoeien of het VCA diploma. Na afloop wordt geprobeerd de werkzoekende te helpen bij het vinden naar een baan. Testen Wil de werkzoekende terug naar school? Of in aanmerking komen voor extra taalondersteuning? Dan kan het taal- en rekenniveau getest worden. Weet de werkzoekende niet precies in welke richting? Dan kan er een beroepskeuzetest worden afgenomen.
15
2 PROGRAMMAVERANTWOORDING (vervolg)
Solliciteren, ePortfolio en banenbeurs Wanneer de werkzoekende klaar is voor de arbeidsmarkt, maar wat extra hulp kan gebruiken bij het solliciteren zijn er verschillende mogelijkheden. De werkzoekende kan een ePortfolio maken waarin motivatie, sollicitatiebrief en CV digitaal in worden opgeslagen. Er kan geoefend worden met presenteren en het voeren van sollicitatiegesprekken. Op de banenbeurs kan gezocht worden naar, en geholpen worden bij, het vinden van vacatures. Omgaan met minder geld Het kunnen rondkomen met een uitkering valt niet altijd mee. Om hier beter mee om te leren gaan wordt in de module geleerd inzicht te krijgen in en beter omgaan met eigen financiën. De lange(re) trainingen/opleidingen die de EMCO-groep in 2013 heeft ontwikkeld samen met het Drenthe-college: MBO-1 AKA breed en groen De werkzoekende kan tegelijkertijd werken en leren bij de EMCO-groep. De AKA-opleiding duurt een jaar en wordt afgesloten met een diploma op MBO-1 niveau. De werkzoekende leert vakgerichte zaken en de algemene kennis wordt vergroot. Er zijn veel verschillende werkplekken zoals in de kantine, de post, metaal, in de productie, groenvoorziening of tuinbouw. MBO-2 Facilitaire dienstverlening De werkzoekende kan tegelijkertijd werken en leren bij de EMCO-groep. De facilitaire opleiding duurt een jaar en wordt afgesloten met een diploma op MBO-2 niveau (startkwalificatie). De werkzoekende leert binnen deze opleiding verschillende vakgebieden kennen zoals logistiek, horeca, schoonmaak en zorg. ANDERE TDC ACTIVITEITEN De trajectbegeleiders van het TDC hebben verschillende afdelingen van Sociale Zaken van de gemeente Emmen geholpen met het in kaart brengen van de arbeids- en participatiemogelijkheden van werkzoekenden die een uitkering van de gemeente ontvangen. Samen met klantmanagers zijn 600 werkzoekenden uit het participatiebestand gescreend, zo nodig gesproken en daar waar mogelijk doorverwezen naar de modules van het TDC. Eind 2013 zijn trajectbegeleiders van de EMCO-groep begonnen 600 werkzoekenden te spreken die in het verleden een arbeidsontheffing hebben gekregen, omdat ze langdurig niet konden werken. Dit project loopt door tot medio 2014. RESULTATEN In de eerste helft van 2013 hebben 563 werkzoekenden deelgenomen aan het TDC programma. In tweede helft van 2013 hebben 267 werkzoekenden samen 412 modules gevolgd. De werkzoekenden hebben de modules, op een schaal van 5, het cijfer 4,2 gegeven. Daarnaast hebben in 2013 ruim 100 werkzoekenden na hun TDC-traject bij de EMCO-groep een werk/leertraject gevolgd op een van de afdelingen van het bedrijf (met behoud van uitkering). Op een schaal van 5 punten waarderen de werkzoekenden hun traject bij de EMCO-groep met een 4,4.
16
2 PROGRAMMAVERANTWOORDING (vervolg)
2.2.6 VERZUIM EN RE-INTEGRATIE VERZUIMPREVENTIE EN VERZUIMBEGELEIDING Onderstaande tabellen geven het verzuimpercentage van 2013 weer, gerelateerd aan drie voorgaande jaren.
Verzuimpercentage 2013 2012 2011 2010
EMCO-totaal 14.7 14.9 13.6 13.3 Wsw-medewerkers 15.3 15.5 14.2 14.0 Ambtenaren 4.5 3.8 4.3 3.0
Toelichting Het verzuim onder Wsw-medewerkers is in 2013 minimaal gedaald ten opzichte van 2012. De dalende verzuimtrend die sinds 2009 was ingezet is in 2012 in negatieve zin omgebogen en in 2013 blijft het verzuim onverminderd hoog. Vooral het lange verzuim (43 t/m 365 dagen) en het verzuim > 1 jaar, is verantwoordelijk voor de stijging. Ook de instroom in de WIA na twee jaar ziekte is gestegen. De meldingsfrequentie vertoont een stijgende lijn naar 2.10 (2012: 1.9). Concreet betekent dit dat de verzuimdrempel voor een deel van de medewerkers verlaagd is. Het aantal 0-verzuimers blijft constant, in 2013 hebben 406 Wsw-medewerkers geen ziekteverlof aangevraagd. Opvallend blijft het aantal medewerkers met een tijdelijke aanstelling dat ziek uit dienst gaat. Deze mensen blijken niet in staat om duurzaam te werken. Zij vallen al na een aantal weken uit en blijven dan vaak tot het einde van het jaarcontract (gedeeltelijk) ziek. Een andere trend is dat het (psychisch) verzuim als gevolg van financiële problemen en verslaving toeneemt. Bedrijfsmaatschappelijk werk wordt dan ingezet om de problemen te inventariseren en de juiste instanties in te schakelen. Sinds twee jaar houdt een consulent van MEE-Drenthe maandelijks een spreekuur voor medewerkers. Het doel is om mensen met een verstandelijke beperking te verwijzen naar de juiste instanties omdat ze zelf niet meer in staat zijn zelfstandig de juiste beslissingen te nemen. Ook ondersteunt MEE een medewerker bij een indicatieaanvraag voor ambulante begeleiding door bijv. PromensCare of de Trans. Uit de evaluatie is gebleken dat dit spreekuur in een grote behoefte voorziet en verzuim kan voorkomen. Daarnaast starten we samen met Schulddienstverlening Emmen een pilot met preventiespreekuren bij de EMCO-groep. De vergrijzing krijgt steeds meer invloed op de hoogte en de duur van het verzuim. Per 31 december zijn van de 1.567 (2012: 1.626) WSW-dienstverbanden 1.095 (2012: 1.086) medewerkers 45 jaar of ouder. Daarvan zijn er 564 (2012: 526) ouder dan 54 jaar.
10
11
12
13
14
15
16
17
18
19
perc
en
tag
e
VP SW per maand
VP 2010
VP2011
VP2012
VP2013
17
2 PROGRAMMAVERANTWOORDING (vervolg)
De verzuimpercentages van deze groepen medewerkers:
45 t/m 54 jaar: 14.5% (2012: 15,1%)
55-jaar en ouder: 17.7 % (2012: 15,8%) Bij deze laatste categorie verzuimers is vaak sprake van beperkingen die al aanwezig waren maar nu vaker en langer tot uitval leiden. Ook manifesteren zich in deze groepen veel ziektes en beperkingen zoals diabetes, hart- en vaatziekten, klachten aan het houdings- of bewegingsapparaat en kanker. In vergelijking met de benchmark scoren we vooral in het verzuim van deze laatste categorie substantieel hoger (benchmark: 15,4%). De ontwikkelingen in de WSW-sector hebben invloed op de preventie en begeleiding van verzuim. Er is bij de EMCO-groep weinig geld beschikbaar voor preventieprogramma’s of interventiemogelijkheden bij (dreigend) langdurig verzuim. Hierdoor wordt het moeilijker om verzuim te voorkomen of te bekorten. Een ander knelpunt blijft de beschikbaarheid van passend werk binnen de organisatie. Het werkaanbod zorgt ervoor dat groepen medewerkers met bepaalde functies moeilijk te herplaatsen zijn in passend werk. Daarom zou het wenselijk zijn dat er meer en gevarieerdere arbeidsplaatsen in detachering of begeleid werken beschikbaar komen. Het verzuim van de ambtelijke medewerkers is in 2013 gestegen naar 4.5% (2012: 3.8%). Ook hier speelt de vergrijzing een rol. De meldingsfrequentie is 1.4 (2012: 1.3) ONTWIKKELINGEN 2014 In 2013 heeft de EMCO-groep opnieuw via Cedris ingeschreven voor de aanbesteding arbodienstverlening. Per 1 januari 2014 zal Zorg van de Zaak (voorheen ArboVitale) met twee bedrijfsartsen opnieuw de dienstverlening verzorgen. De arbeidsdeskundige wordt op verrichtingenbasis ingezet. 2.2.7 OVERLEG EN MEDEZEGGENSCHAP ONDERNEMINGSRAAD Vergaderingen Het overleg conform art. 24 WOR tussen dagelijks bestuur van de EMCO-groep en de ondernemingsraad heeft in 2013 een keer plaatsgevonden. In deze bijeenkomst is de algemene gang van zaken en de toekomst van de EMCO-groep aan de orde geweest. Er waren in 2013 drie bijeenkomsten gepland. De OR heeft twee bijeenkomsten geannuleerd. Het dagelijks bestuur van de OR en de directeur hebben 9 keer overleg gevoerd. Hier zijn de agendapunten voor de overlegvergadering voorbesproken. Naast de algemene gang van zaken was er ook ruimte voor allerlei zaken die op dat moment speelden. De Ondernemingsraad heeft 9 keer vooroverleg (OR vergadering) en 6 keer overleg met de directeur (overlegvergadering) gevoerd. In deze vergaderingen zijn de volgende onderwerpen aan de orde geweest: Agressieprotocol, continuering directievoering EMCO-groep t/m 2015, IOP, Werkkostenregeling, Jaarrekening 2012, Werktijdenregeling brugwachters en veenvaart, tijdelijke contracten, Participatiewet, RI&E, collectieve roostervrije dagen 2014, Regeling indienstname Wsw-personeel, ziekteverzuim en/of re-integratie (ARBO dienst). Scholing OR De OR is dit jaar niet op cursus geweest. Vanwege het wegvallen van de GBIO subsidie is uit kostenbesparing wel de keus gemaakt om waar mogelijk interne deskundigheid in te zetten. Ook is er voor 10 uur per week intern iemand vrij gemaakt om scholingsadviezen te geven. De OR is zich nog aan het oriënteren over een nieuwe werkwijze. Provinciaal contact De OR heeft deelgenomen aan de Provinciaal Ondernemingsraad Contact Noord Nederland (POC NN) dag in november 2013. In september 2013 is in Hoogeveen het visiedocument van het POC NN t.a.v. de Participatiewet opgesteld door alle aan het platform deelnemende OR-en. Dit visiedocument van het POC NN is op deze dag aan politiek Den Haag aangeboden. Wel met de kanttekening dat de OR van de EMCO-groep het POC NN visiedocument niet heeft ondertekend.
18
2 PROGRAMMAVERANTWOORDING (vervolg)
Financieel Regelmatig zijn de periodieke bedrijfsrapportages t.a.v. de begroting 2013 besproken met de directie. Ook zijn de investeringen en de begroting 2014 uitvoerig aan de orde geweest. ARBO De VGWM cie. heeft regelmatig overleg met de ARBO deskundigen van de EMCO-groep. De RI&E is voortdurend onderwerp van gesprek. Aan de hand van de ziektepercentages en het plan van aanpak uit de RI&E worden gericht afdelingen bezocht. De VGWM cie. heeft een afgevaardigde laten deelnemen aan de interne ARBO audits. Ook is een delegatie aanwezig geweest bij de bezoeken van de Arbeidsinspectie en zijn de inspectierapporten besproken. Instemmings- en adviesaanvragen In 2013 zijn de volgende Instemmingsaanvragen behandeld:
Agressieprotocol
IOP
Regeling indienstname WSW-personeel
Werktijdenregeling brugwachters en veenvaart
RI&E
Collectieve roostervrije dagen 2014 In 2013 zijn de volgende adviesaanvragen behandeld:
Continuering directievoering EMCO-groep t/m 2015
Sluiting bouwafdeling
Herbouw de Kwakel COMMISSIE VOOR GEORGANISEERD OVERLEG Het Georganiseerd Overleg (G.O.) is het overleg tussen ambtenaren en hun werkgever over rechtspositionele zaken. De vertegenwoordiging van de werknemersorganisaties bestaat uit ambtelijke medewerkers van de EMCO-groep die door hun vakorganisatie zijn aangewezen om het lokale overleg over de arbeidsvoorwaarden te voeren. De commissie voor Georganiseerd Overleg heeft in het verslagjaar twee keer vergaderd. In de vergadering van 27 maart 2013 zijn de volgende onderwerpen besproken:
Stand van zaken participatiewet;
Brief van het L.O.G.A. m.b.t. afspraken over wijzigingen van hoofdstuk 10d van de Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling (CAR). Het betreft afspraken over van werk tot werk trajecten bij reorganisaties.
Naar aanleiding van het gewijzigde hoofdstuk 10d CAR werd technisch overleg afgesproken over wijziging van het bestaande sociaal statuut. In de vergadering van 27 september 2013 werd een nieuw sociaal statuut voor het ambtelijk personeel ondertekend. Daarnaast werd opnieuw de stand van zaken met betrekking tot de participatiewet besproken. SOCIAAL PLAN WSW In het verslagjaar zijn onderhandelingen begonnen over een nieuw Sociaal Plan Wsw ter vervanging van het bestaande sociaal statuut. Inzet is om begin 2014 dit nieuwe Sociaal Plan vast te stellen.
19
HOOFDSTUK 3
FINANCIEEL VERSLAG
De EMCO-groep heeft het afgelopen jaar afgesloten met een winst van € 588.000. In deze winst is opgenomen
een boekwinst van € 1.821.000 die ontstaan is door de nieuwbouw van het afgebrande tuinbouwcomplex in
Klazienaveen. Deze boekwinst is ontstaan doordat de verzekering een schade-uitkering heeft betaald voor een
nieuw gebouw terwijl het opgebrande pand een relatief lage boekwaarde had. Daarnaast konden we door de
brand een deel van het oude niet afgebrande pand verkopen waardoor we nu een kassencomplex bezitten dat
aan al onze wensen voldoet.
Besloten is om de ontstane boekwinst te doteren aan een bestemmingsreserve voor de tuinbouw en deze jaarlijks
met een bedrag van € 150.000 te laten vrijvallen ten gunste van het resultaat.
Eind 2012 is besloten om de bouwvestiging te sluiten waarbij ten laste van het resultaat over dat jaar een bedrag
van € 500.000 is gedoteerd om de afvloeiingskosten van het boventallige ambtelijk personeel te kunnen
financieren. Per 1 april 2013 is de vestiging bouw in reorganisatie en het pand is per 1 januari 2014 verkocht.
Na de dotatie aan de bestemmingsreserve tuinbouw blijft er een negatief resultaat over van € 1.208.000.
De gewijzigde begroting gaf een tekort aan van € 1.995.000 waardoor het resultaat na dotatie aan de
bestemmingsreserve € 787.000 beter uitkomt dan was voorzien.
Zoals uit onderstaande opsomming blijkt zijn de opbrengsten € 929.000 lager dan begroot. Dit wordt meer dan
volledig gecompenseerd doordat alle kostensoorten lager zijn uitgevallen dan van te voren was verwacht.
Ten opzichte van de begroting zijn de volgende afwijkingen gerealiseerd.
Realisatie ten opzichte van de begroting Afwijkingen
(bedragen x € 1.000)
Nadeel opbrengsten -929
Voordeel overige personeelslasten WSW 122
Voordeel personeelslasten niet-WSW 400
Voordeel onderhoudskosten 24
Voordeel energiekosten 58
Voordeel afschrijvingen 95
Voordeel overige bedrijfskosten 254
Voordeel op algemene dekkingsmiddelen 7
Voordeel op overige baten en lasten 2.134
Voordeel rijksbijdrage 265
Voordeel personeelslasten WSW 89
Voordeel op kosten Begeleid Werken 64
Nadeel dotatie bestemmingsreserve tuinbouw -1.821
Voordeel vrijval bestemmingsreserve tuinbouw 25
Voordelig resultaat t.o.v. begroting 787
20
3 FINANCIEEL VERSLAG (vervolg) 3.1 WEERSTANDSVERMOGEN
De EMCO-groep heeft zelf geen eigen vermogen om verliezen in de toekomst op te kunnen vangen. Jaarlijks
wordt de begroting door het Algemeen Bestuur vastgesteld op basis waarvan de aangesloten gemeenten dan het
begrote verlies voorfinancieren. Indien aan het einde van het boekjaar blijkt dat het gerealiseerde tekort afwijkt van
de begroting moeten de aangesloten gemeenten, conform de afspraken in de Gemeenschappelijke Regeling, het
verschil bijbetalen of ze ontvangen een bedrag terug.
De EMCO-groep heeft een positief resultaat gerealiseerd van € 588.000. Van dit resultaat wordt een bedrag van
€ 1.821.000 gedoteerd aan de bestemmingsreserve Tuinbouw waarna er een negatief resultaat resteert van
€ 1.208.000,-. De goedgekeurde gewijzigde begroting gaf een verlies aan van € 1.995.000,-.
In de loop van 2013 is de begroting gewijzigd. De oorspronkelijke begroting over 2013 gaf een tekort aan van
€ 1.389.000,-. De bevoorschotting van het verlies heeft plaatsgevonden op basis van de gewijzigde begroting.
EMCO-groep zal aan de aangesloten gemeenten een bedrag van € 787.000,- terugbetalen.
De EMCO-groep heeft in 2009 een reorganisatie ingezet. Om de totale frictiekosten te kunnen financieren hebben
de aangesloten gemeenten de winst ten opzichte van de gewijzigde begroting 2009, ten bedrage van
€ 3.533.000,- voor dit doel beschikbaar gesteld. Een aantal medewerkers heeft niet tot het einde van de
wachtgeldperiode gebruik gemaakt van de regeling waardoor er een bedrag overblijft. Dit bedrag wordt
samengevoegd met de extra reservering die voor het sluiten van de bouwvestiging ten laste van het resultaat
2012 is opgenomen. Zoals het er nu naar uitziet zijn beide reserveringen voldoende om de lopende verplichting
van de reorganisatie uit 2009 en de reorganisatie van de bouw uit te kunnen voeren.
3.2 ONDERHOUD KAPITAALGOEDEREN
De EMCO-groep organiseert het onderhoud aan materieel en gebouwen in een combinatie van eigen
medewerkers en derden. De werkzaamheden worden zoveel mogelijk gespreid over de jaren gepland en
uitgevoerd. Inmiddels is beleid dat het geplande groot onderhoud voor de komende jaren op een zeer behoudende
maar verantwoorde wijze wordt doorgevoerd.
21
3 FINANCIEEL VERSLAG (vervolg)
3.3 FINANCIERING
Algemeen
Met ingang van 1 januari 2001 is de Wet Financiering Lagere Overheden (Wet FILO) vervangen door de Wet
Financiering Decentrale Overheden (Wet FIDO). Beide wetten hebben de treasury van gemeenten en
overheidslichamen tot onderwerp.
Treasury is het sturen en beheersen van, verantwoorden over en het toezicht houden op de financiële
vermogenswaarden, de financiële geldstromen, de financiële posities en de hieraan verbonden risico’s. Op grond
van de nieuwe wet is de EMCO-groep verplicht om zowel in de begroting als in de jaarrekening een zogenaamde
treasury-paragraaf op te nemen, waarin verantwoording over het treasury-beleid wordt afgelegd.
Treasury-beheer
De EMCO-groep heeft een laag risicoprofiel, doordat de rentepercentages van vrijwel alle langlopende leningen
voor een lange tijd vastliggen, geen gebruik wordt gemaakt van derivaten en de rente vrij stabiel is.
Kasgeldlimiet
De kasgeldlimiet wordt berekend door een (vastgesteld) percentage van de totale begrote bedrijfslasten van de
EMCO-groep te nemen. De netto vlottende schuld per kwartaal is het gemiddelde van de standen van deze schuld
op de eerste en laatste dag in het desbetreffende kwartaal. In het volgende overzicht wordt de werkelijke omvang
van de kasgeldlimiet getoetst aan de wettelijke norm overeenkomstig de Wet FIDO.
2013 2013 2013 2013
Omschrijving (bedragen x € 1.000,-) 1e kw 2e kw 3e kw 4e kw
Omvang van de begroting per 1 januari (=grondslag) 63.089 63.089 63.089 63.089
1 Toegestane kasgeldlimiet
in procenten van de grondslag 8,2% 8,2% 8,2% 8,2%
in een bedrag 5.173 5.173 5.173 5.173
2 Omvang vlottende korte schuld Opgenomen gelden korter dan 1 jaar
Schuld in rekening courant
94
809
651
1.559
Gestorte gelden door derden korter dan 1 jaar
-
-
-
-
Overige geldleningen niet zijnde vaste schuld
-
2.000
2.000
-
3 Vlottende middelen
Contante gelden in kas
7
6
6
15
Tegoeden in rekening courant -
- - -
Overige uitstaande gelden korter dan 1 jaar - -
-
-
4 Toets kasgeldlimiet Totaal netto vlottende schuld (2-3) 87 2.803 2.645 1.544
Toegestane kasgeldlimiet (1) 5.173 5.173 5.173 5.173
Ruimte (+) c.q. overschrijding (-) (1-(2-3)) 5.086 2.370 2.528 3.629
Uit dit overzicht blijkt dat over het hele jaar 2013 is voldaan aan de kasgeldlimiet.
22
3 FINANCIEEL VERSLAG (vervolg) Renterisiconorm
De renterisiconorm wordt berekend door een (vastgesteld) percentage te vermenigvuldigen met het
begrotingstotaal van de EMCO-groep. Het doel is het beheersen van de renterisico’s op de vaste schuld. Dit
renterisico heeft betrekking op het totaal van de begroting van enig jaar.
Hieronder wordt het renterisico over de komende vier jaren gerapporteerd.
Omschrijving (bedragen x € 1.000,-) 2014 2015 2016 2017
Basisgegevens
1a Renteherziening op vaste schuld o/g 1b Renteherziening op vaste schuld u/g
2 Netto renteherziening op vaste schuld (1a-1b)
-
-
-
-
3a Nieuwe aangetrokken vaste schuld 2.000 2.000 1.000
1.000
3b Nieuwe verstrekte lange leningen - - - - 4 Netto nieuw aangetrokken vaste schuld((3a-3b) 2.000 2.000 1.000
1.000
5 Aflossingen 1.596 1.505 705
705
6 Herfinanciering (laagste van 4 en 5)
1.596
1.505
705
705
7 Renterisico op vaste schuld ( 2+6)
1.596
1.505
705
705
Renterisiconorm
8 Omvang begroting 63.089 63.089 63.089
63.089
9 Het bij Min. Regeling vastgesteld % 20% 20% 20% 20%
10 Renterisiconorm berekend (8*9) 12.618 12.618 12.618
12.618
Toets renterisiconorm
11 Ruimte (+) c.q. overschrijding (-) (10-7) 11.022 11.113 11.913 11.913
Financiering
Door middel van het onderstaande overzicht wordt inzicht gegeven in de samenstelling, de grootte en de
rentegevoeligheid van de opgenomen leningen.
Gemiddelde
Omschrijving (bedragen x € 1.000,-) Bedrag rente Stand per 1 januari 2013 9.393 3,93%
Nieuwe leningen
Reguliere aflossingen -1.747
Stand per 31 december 2013 7.646 3,97%
23
3 FINANCIEEL VERSLAG (vervolg) 3.4 VERBONDEN PARTIJEN
De EMCO-groep participeert sinds de oprichting op 15 juni 2005 voor 100% in het kapitaal van M-Flex B.V. In het
boekjaar 2010 zijn de activiteiten uitgebreid met verloning van ambtelijke uitzendkrachten die bij de EMCO-groep
zijn geplaatst.
Het resultaat over 2013 van deze vennootschap is bijna nihil. Het resultaat wordt normaal gesproken verantwoord
onder de algemene dekkingsmiddelen. Conform de voorschriften van de BBV wordt de vennootschap niet
geconsolideerd met de EMCO-groep.
Per 13 december 2010 heeft er een bestuurlijke fusie plaatsgevonden met stichting RAP. De Raad van
Commissarissen van de stichting bestaat uit leden van het Dagelijks Bestuur van de EMCO-groep waaraan één lid
uit de voormalige Raad van Commissarissen is toegevoegd. De directie van de EMCO-groep treedt op als Raad
van Bestuur van de stichting RAP.
3.5 MARKETING, PRODUCTBELEID EN INNOVATIE
De SW-sector heeft nu en de komende jaren te maken met forse bezuinigingen als gevolg van een afnemend SW-
volume en kortingen op de rijkssubsidie. Immers, in het kader van de Participatiewet krijgt de huidige sociale
werkvoorziening met ingang van 1 januari 2015 een slot op de deur en zal het aantal SW medewerkers langzaam
maar zeker teruglopen naar, afhankelijk van de gemeentelijke keuzes, een beperkte groep beschut werken.
De potentiële en huidige werknemers zullen zoveel mogelijk bij reguliere werkgevers een baan moeten vinden.
Het kabinet wil dit met diverse instrumenten stimuleren en heeft in het Sociaal Akkoord afspraken gemaakt met de
Werkgeversorganisaties om de komende jaren ( tussen nu en 2026) 125.000 banen voor medewerkers met
afstand tot de arbeidsmarkt aan te bieden.
Om regionaal in te spelen op dit beleid is het Trainings & Diagnose Centrum actief en zal haar rol hierin verder
ontwikkeld worden.
Ook de gemeenten zelf kunnen hier een grote rol in spelen door enerzijds Wsw-medewerkers als gedetacheerden
in hun organisaties in te zetten en anderzijds door binnen hun contracten met leveranciers en andere
opdrachtnemers “social return of investment” op te nemen. Dit houdt in dat de gemeenten de organisaties
verplichten om mensen met een arbeidshandicap in de een of andere vorm in hun organisatie op te nemen als ze
in aanmerking willen komen voor de uitvoering van bepaalde werkzaamheden voor de gemeente. Ook in dit
verband is de eerder genoemde door de gemeente Emmen ingestelde Task Force van belang voor de
toekomstige inhoudelijke en financiële ontwikkeling.
Om de beweging van binnen naar buiten verder te bevorderen zal de komende periode ook onderzocht worden of
nauwere samenwerking met reguliere werkgevers georganiseerd kan worden. Deze PPS-constructies (Publiek
Private Samenwerking) zouden plaats kunnen vinden in de schoonmaak-, groen en metaalsector.
De EMCO-groep zelf zal zich in ieder geval blijven richten op de eenvoudige verpakkings- en assemblage
werkzaamheden die zowel door de werknemers, die aangewezen zijn op beschut werken, als de forse groep
werknemers die vooralsnog niet regulier zijn geplaatst, binnen moeten worden uitgevoerd.
Daarnaast is de directie van de EMCO-groep, samen met de aangesloten gemeenten in de vorm van de
eerdergenoemde projectgroep, nauw in overleg over de uitvoeringsmogelijkheden en vormen van de
Participatiewet in Zuid Oost Drenthe.
24
3 FINANCIEEL VERSLAG (vervolg)
3.6 WNT
Voor de uitvoering van de Wet normering bezoldiging topfunctionarissen in de (semi)publieke sector (WNT) heeft
de instelling zich gehouden aan de Beleidsregels toepassing WNT. De EMCO-groep heeft de Beleidsregels
toepassing WNT, waaronder het wetsvoorstel Aanpassingswet WNT, als normenkader bij het opmaken van deze
jaarrekening gehanteerd. Eerder genoemd wetsvoorstel mag op grond van de mededeling van de Minister van
Binnenlandse Zaken en Koninkrijkrelaties van 12 februari 2014 worden toegepast als ware de wettekst reeds in
werking getreden.
Wet Normering Topinkomens:
De Wet Normering Topinkomens (WNT) is met ingang van 2013 van toepassing en verbiedt organisaties met
topfunctionarissen in de (semi)publieke sector beloningen en ontslagvergoedingen overeen te komen hoger dan
de geldende WNT-norm. Daarnaast is er sprake van openbaarmakingsverplichting voor alle topfunctionarissen en
overig medewerkers in de (semi)publieke sector die een bezoldiging genieten boven de geldende
bezoldigingsnorm. Bij de EMCO-groep worden de leden van het Algemeen Bestuur, het Dagelijks Bestuur en de
directie aangemerkt als topfunctionaris.
Het Algemeen Bestuur bestond in 2013 uit de volgende leden:
H.G. Jumelet (voorzitter),
T.Pot-Eland (secretaris)
J.F.A. Alberts (lid)
B. Arends (lid)
De leden van het Algemeen Bestuur ontvangen voor de uitvoering van hun taken bij de EMCO-groep geen
vergoeding.
Het Dagelijks Bestuur bestond in 2013 uit de volgende leden:
H.G. Jumelet (voorzitter),
T.Pot-Eland (secretaris)
J.F.A. Alberts (lid)
De leden van het Dagelijks Bestuur ontvangen voor de uitvoering van hun taken bij de EMCO-groep geen
vergoeding.
Directie bestaat uit:
J.A. Mug Algemeen Directeur
J.T.H. Edzes Directeur Personeel en Arbeidsintegratie
H. Rozema Directeur Finance en Control
De directieleden worden middels een managementovereenkomst ingehuurd van Wedeka. In 2013 is hiervoor een
bedrag van € 274.068,- in rekening gebracht. De kosten zijn verantwoord in de programmarekening onder de post
uitzendkrachten. De leden van de directie staan op de loonlijst bij Wedeka.
25
3.7 ORGANIGRAM
26
HOOFDSTUK 4 BALANS
4 BALANS PER 31 DECEMBER 2013
Activa
(in duizenden euro's)
2013 2012
Vaste activa
Materiële vaste activa
Investeringen met een economisch nut 10.853 9.633
Financiële vaste activa
Deelnemingen 10 10
Overige uitzettingen met een
looptijd van 1 jaar of langer 23 39
33 49
Vlottende activa
Voorraden
Grond- en hulpstoffen 1.126 1.587
Onderhanden werk 137 141
Gereed product en handelsgoederen 8 6
1.271 1.734
Uitzettingen
Vorderingen op openbare lichamen 930 999
Overige vorderingen
3.071 2.644
4.001 3.643
Overlopende activa 544 524
Liquide middelen 15 12
16.717 15.595
27
4 BALANS PER 31 DECEMBER 2013
Passiva
(in duizenden euro's)
2013 2012
Vaste passiva
Eigen vermogen
Bestemmingsreserve 1.796 0
Voorzieningen 987 1.414
Vaste schulden
Banken en overige financiële instellingen 7.646 9.393
Vlottende passiva
Netto-vlottende schulden
Liquide middelen 1.370 350
Overige schulden 1.441 1.693
Overlopende passiva 2.690 2.327
Schuld uit verdeling resultaat boekjaar
Resultaat uit gewone bedrijfs- -1.208 -910
uitoefening na reservering
Ontvangen voorschotten
deelnemende gemeenten 1.995 1.328
16.717 15.595
28
HOOFDSTUK 5 PROGRAMMAREKENING MET SUBSIDIERESULTAAT (in duizenden euro's) realisatie begroting realisatie
Programmarekening 2013 2013 2012
Omzet 21.262
22.024 22.634
Kosten grondstoffen
7.938
7.768
8.091
Bruto bedrijfsopbrengsten 13.324 14.256 14.543
Verhuur onroerende goederen 151 148 231
Totaal netto opbrengsten 13.475 14.404 14.774
Overige personeelskosten WSW 839 961 877
Salariskosten ambtelijk personeel 4.776 5.024 4.904
Uitzendkrachten 1.126 1.278 1.348
Afschrijvingen 1.085 1.180 1.090
Dienstverlening derden 109 125 98
Rentelasten 333 410 392
Overige bedrijfskosten 3.227 3.478 3.394
Bedrijfs- en financieringslasten 11.495 12.456 12.103
Resultaat 1.980 1.948 2.671
Overige baten en lasten 2.134 0 204
Bedrijfsresultaat 4.114 1.948 2.875 Subsidieresultaat
Rijksbijdragen 39.188 38.922 39.742
Lonen incl. soc. lasten WSW -42.176 -42.265 -42.534
Kosten begeleid werken -538 -600 -493
Subsidieresultaat -3.526 -3.943 -3.285
Totaal resultaat uit gewone bedrijfsvoering 588 -1.995 -410
Dotatie bestemmingsreserve (Tuin)bouw
-1.821 - -500
Vrijval bestemmingsreserve Tuinbouw
25 - -
Resultaat na reservering -1.208 -1.995 -910
Gemeentelijke bijdrage 1.208 1.995 910
Totaal resultaat 0 0 0
29
HOOFDSTUK 6 KASSTROOMOVERZICHT (bedragen in de tabellen in duizenden euro’s) Kasstroom uit operationele activiteiten
Aanpassingen voor
Investeringen vaste activa -2.304
Afschrijvingen vaste activa 1.084
-1.220
Veranderingen in werkkapitaal
Voorraden 463
Uitzettingen -358
Overlopende activa -20
Bestemmingsreserve 1.796
Voorzieningen -427
Overige schulden -252
Overlopende passiva 732
1.934
Kasstroom uit financieringsactiviteiten
Opname lening o/g 0
Aflossing leningen o/g -1.747
Aflossing financiële vaste activa 16
-1.731
Mutatie liquide middelen -1.017
Liquide middelen
Stand per 1 januari 2013 -338
Stand per 31 december 2013 -1.355
Mutatie liquide middelen -1.017
30
HOOFDSTUK 7 GRONDSLAGEN VAN DE FINANCIËLE VERSLAGGEVING Grondslagen voor waardering en resultaatbepaling
Onderstaande samenvatting van de grondslagen waarop de financiële verslaglegging is gebaseerd, is bedoeld als
leidraad voor een juiste interpretatie van de financiële overzichten. De jaarrekening voldoet aan de eisen die
gesteld zijn in het Besluit Begroting en Verantwoording 2004 (verder BBV genoemd).
Algemene grondslagen voor het opstellen van de jaarrekening
De waardering van de activa en passiva en de bepaling van het resultaat vinden plaats op basis van historische
kosten. Tenzij bij de betreffende balanspost anders vermeld, worden de activa en passiva opgenomen tegen de
nominale waarde. Voor zover het BBV niet anders voorschrijft, zijn de baten en lasten toegerekend aan het jaar
waarop zij betrekking hebben. Winsten worden slechts genomen voor zover zij op de balansdatum zijn
gerealiseerd. Verliezen en risico’s die hun oorsprong vinden voor het einde van het begrotingsjaar, worden in acht
genomen indien zij voor het opmaken van de jaarrekening bekend zijn geworden.
BALANS
Materiële vaste activa
De waardering van de materiële vaste activa is gebaseerd op de verkrijgingsprijs of vervaardigingsprijs,
verminderd met de afschrijvingen. Bij de waardering wordt rekening gehouden met een vermindering van de
waarde indien deze naar verwachting duurzaam is. In het begrotingsjaar heeft een dergelijke vermindering niet
plaatsgevonden. De afschrijvingen vinden plaats volgens een stelsel dat is afgestemd op de verwachte
toekomstige gebruiksduur, zoals ook vastgelegd in de op 7 juli 2004 door het Algemeen Bestuur vastgestelde
Verordening ex artikel 212 Gemeentewet. Er wordt afgeschreven vanaf het moment van ingebruikname.
De afschrijvingstermijnen zoals genoemd in de verordening zijn:
Gronden en terreinen n.v.t.
Bedrijfsgebouwen – nieuwbouw maximaal 40 jaar
Bedrijfsgebouwen – renovatie en aankoop maximaal 25 jaar
Technische installaties in gebouwen maximaal 15 jaar
Machines, installaties en inventaris maximaal 10 jaar
Vervoermiddelen maximaal 5 jaar
Automatiseringsapparatuur maximaal 3 jaar
Financiële vaste activa
Waardering vindt plaats op basis van de verkrijgingprijs verminderd met eventuele duurzame waardeverminde-
ringen en aflossingen. Afschrijving vindt niet plaats. Waardering van deelnemingen vindt plaats tegen de
verkrijgingprijs of lagere marktwaarde. Het betreft hier een deelneming van ruim € 10.000 in M-Flex B.V.
Voorraden
De grond- en hulpstoffen worden gewaardeerd tegen vaste verrekenprijzen gebaseerd op de gemiddeld betaalde
inkoopprijs. Waarderingsverschillen tussen vaste verrekenprijs en werkelijk betaalde inkoopprijs worden als
bedrijfsresultaat verantwoord. Incourante voorraden zijn afgewaardeerd tot marktwaarde. De onderhanden
werken, halffabricaten en het gereed product worden gewaardeerd tegen de fabricagekosten of indien lager tegen
de verwachte marktwaarde. De fabricagekostprijs is opgebouwd uit de vaste verrekenprijzen van grondstoffen en
kosten uitbesteed werk.
Uitzettingen
De uitzettingen worden tegen nominale waarde gewaardeerd, waar nodig verminderd met een voorziening voor
oninbaarheid.
31
7 GRONDSLAGEN VAN DE FINANCIËLE VERSLAGGEVING ( vervolg)
Eigen vermogen
Ten laste van het resultaat over 2012 is er een bedrag van € 500.000 gedoteerd om de bouw te reorganiseren.
Indien in de toekomst blijkt dat dit bedrag onvoldoende is om alle kosten te dekken zal het worden aangevuld met
overschotten uit de FUWA voorziening of reorganisatievoorziening
In 2012 is het kassencomplex in Klazienaveen gedeeltelijk door brand verwoest. De schade-uitkering van de
verzekeringsmaatschappij was hoger dan de boekwaarde van het oude pand waardoor er een boekwinst is
ontstaan. Deze boekwinst is gedoteerd aan de bestemmingsreserve Tuinbouw.
Voorzieningen
De voorzieningen voor reorganisatie- en afvloeiingsverplichtingen worden opgenomen voor de kosten die naar
verwachting voortvloeien uit per balansdatum lopende reorganisatie- en afvloeiingsverplichtingen uit hoofde van
overeengekomen regelingen. Hierbij wordt eventueel rekening gehouden met de contante waarde van de
verplichtingen. Reorganisatie- en afvloeiingsuitgaven worden ten laste van deze voorzieningen gebracht.
Vaste schulden
De schulden aan kredietinstellingen worden gewaardeerd tegen de nominale waarde, verminderd met de reeds
gedane aflossingen. Het betreft schulden met een looptijd langer dan een jaar. De aflossingsverplichtingen voor
het komende jaar zijn in deze post begrepen.
Netto vlottende schulden
De netto vlottende schulden worden gewaardeerd tegen de nominale waarde
Deze verplichtingen omvatten de binnen één jaar vervallende schulden.
Niet opgenomen zijn jaarlijkse verplichtingen van vergelijkbaar volume die verband houden met arbeidskosten
zoals vakantiegelden.
PROGRAMMAREKENING
Omzet
De omzet is de opbrengst van aan derden in het boekjaar geleverde goederen en diensten exclusief de over de
omzet geheven belastingen.
Grond- en hulpstoffen en uitbesteed werk
Het grond- en hulpstoffenverbruik wordt berekend op basis van vaste verrekenprijzen. Bij uitbesteed werk geldt de
verkrijgingsprijs.
Overige personeelslasten WSW
Dit zijn de overige aan personeel gerelateerde kosten zoals reiskosten, kosten arbodienst, opleidingen en
werkkleding.
Salariskosten ambtelijk personeel
Hieronder worden verstaan de bruto salarissen, sociale lasten en pensioenkosten, alsmede de overige aan
personeel gerelateerde kosten van het ambtelijk personeel.
Uitzendkrachten
Hieronder worden o.a. personeel dat een arbeidsovereenkomst heeft in M-Flex B.V. en onze directie geboekt.
Afschrijvingen
De afschrijvingen op vaste activa bedragen een vast percentage van de historische aanschafprijs. Op grond wordt
niet afgeschreven.
32
7 GRONDSLAGEN VAN DE FINANCIËLE VERSLAGGEVING ( vervolg)
Dienstverlening derden
Hier wordt de inhuur van externe organisaties zoals bijvoorbeeld salarisverwerker en juridische ondersteuning
verantwoord.
Rentelasten
De rentelasten bestaan uit de rentelast van de langlopende geldleningen, kosten van opgenomen kasgeldleningen
en kosten van in rekeningcourant opgenomen gelden. De ontvangen rente op lopende rekeningen worden hier
ook verantwoord.
Overige bedrijfskosten
De overige bedrijfskosten worden berekend op basis van historische kosten.
Rijksbijdrage
Dit betreft de Rijksbijdrage zoals bedoeld in de Wet Sociale Werkvoorziening.
Lonen incl. sociale lasten WSW
Hieronder worden verstaan de bruto salarissen, sociale lasten en pensioenkosten voor WSW werknemers.
Kosten begeleid werken
Dit zijn loonkostensubsidies die EMCO-groep betaalt aan werkgevers die een WSW geïndiceerde werknemers in
dienst hebben in het kader van Begeleid werken.
Totaal resultaat
Het resultaat wordt ten laste van de deelnemende gemeenten gebracht naar rato van het gemiddeld aantal SE’s
over het betreffende boekjaar.
33
HOOFDSTUK 8 TOELICHTING OP DE BALANS (bedragen in de tabellen in duizenden euro’s)
Activa
Vaste activa
Materiële vaste activa
Gronden en
terreinen Bedrijfs-
gebouwen Vervoer- middelen
Machines, Apparaten, Installaties
Overige materiële
vaste activa Totaal
Boekwaarde per 01-01-2013
1.893 5.331 1.189 992
228 9.633
Investeringen
3
1.298 94
1.024
212
2.631
Desinvesteringen
198-
100-
24-
5-
8-
335-
Afschrijvingen
36-
436-
303-
233-
76-
1.084-
Boekwaarde per 31-12-2013
1.662 6.093 956
1.778
356
10.845
Nog niet geactiveerd in 2013 8
Werkelijke boekwaarde per 31-12-2013
10.853
In 2013 is voor een bedrag van € 2.631.000,- geïnvesteerd. Hiervan is een bedrag van ruim € 2.228.000,-
geïnvesteerd voor de herbouw van de Kwakel (de tuinbouwvestiging).
Voor de bouw en installaties een bedrag van € 1.643.000,- en voor de inrichting een bedrag van € 65.000,-.
Daarnaast zijn voor de Kwakel een potgrondbunker met perspottenlijn geïnvesteerd van € 156.000,- en een
watergeefunit voor een bedrag van € 145.000,-, verder nog een oppotmachine van € 32.000,-
Overige investeringen waren o.a. de aanschaf van een nieuwe Windows server incl. licenties van € 50.000, een
postregistratiesysteem van € 31.000, een wasplaats/tankstation van € 34.000,- , een kabelkrimpmachine van
€ 34.000,- een wasplaats bij de golfbaan in Aalden van € 35.000,- en allerlei kleinere investeringen.
Een bedrag van € 8.000,-- is per 31 december 2013 nog niet in gebruik genomen.
34
8 TOELICHTING OP DE BALANS (vervolg)
(bedragen in de tabellen in duizenden euro’s)
Financiële vaste activa
Deelnemingen Overige uitzet- Totaal
tingen met een
typische loop-
tijd > 1 jaar
Boekwaarde per 1 januari 2013 10 39 49 Deelneming in M-Flex - - - Verstrekte liquiditeitsbijdrage/bijschrijvingen - - -
10 39 49 Aflossingen - -16 -16 Resultaat deelneming M-Flex - - -
Boekwaarde per 31 december 2013 10 23 33
De deelneming in M-Flex BV betreft een 100% deelname in het kapitaal van deze vennootschap. In M-Flex
worden naast de medewerkers die een tijdelijk gesubsidieerd dienstverband hebben ook werknemers verloond
die anders een ambtelijke aanstelling zouden krijgen. Door deze medewerkers een dienstverband in M-Flex aan
te bieden in plaats van een ambtelijke aanstelling binnen de EMCO-groep wordt een eventuele toekomstige
wachtgeldverplichting voorkomen.
De overige uitzettingen betreft een liquiditeitsvoorschot in een aantal veilinginstanties voor een bedrag van
€ 23.000,-.
2013 2012
Vlottende activa
Voorraden
Grond- en hulpstoffen 1.126 1.587
Onderhanden werk 137 141
Gereed product en handelsgoederen 8 6
1.271 1.734
De voorraad grond- en hulpstoffen is met een bedrag van € 461.000,- afgenomen. Dit wordt onder andere
veroorzaakt door een veranderende orderportefeuille. Dit komt aan de ene kant door een betere forecast en
ordering vanuit de klant en minder marge van klanten waar wij voorraad van aanhouden. Insteek bij nieuwe
opdrachtgevers is dat zij zelf de materialen aanleveren.
35
8 TOELICHTING OP DE BALANS (vervolg)
(bedragen in de tabellen in duizenden euro’s)
Uitzettingen 2013 2012
Vorderingen op openbare lichamen
Deelnemende gemeenten 853 933 Ov. vorderingen op openbare lichamen 77 66
930 999
Overige vorderingen
Debiteuren - niet vervallen 2.938 2.459
Debiteuren - vervallen 133 185
3.071 2.644
Door de voortdurende aandacht op de debiteurenportefeuille is ondanks de recessie de debiteurenpositie
nauwelijks gestegen. In de laatste week van december is er aan de gemeente Emmen een factuur gestuurd ter
hoogte van € 400.000,-; deze is in januari 2014 voldaan. De werkelijke voorziening dubieuze debiteuren is
vastgesteld op € 100.000,- vooral ook vanwege het nog steeds ongunstige economisch klimaat.
2013 2012
Overlopende activa
Fietsplan 42 38
Voorschotten/nog te verrekenen met personeel 1 2
Brand/Nieuwbouw De Kwakel - 67
Vooruitbetaalde bedragen 114 182
Nog te factureren bedragen/nog te ontvangen 111 201
Nog te ontvangen bedragen 276 34
544 524
Het bedrag van € 42.000,- heeft betrekking op het fietsplan voor het personeel. De medewerkers kunnen via de
werkgever fiscaal aantrekkelijk een fiets kopen die in 3 jaar met hun salaris wordt verrekend.
De post Brand/Nieuwbouw De Kwakel uit 2012 is op 0 geboekt bij de afwikkeling hiervan. Zie voor meer informatie
onder bestemmingsreserve.
Het bedrag aan vooruitbetaalde bedragen bestaat uit vooral verzekeringspremies en onderhoudscontracten.
Op de balans staat nog een post m.b.t. een subsidie die is aangevraagd in het kader van het Europees Sociaal
Fonds van € 18.000,- daarnaast is er een bedrag van € 246.000,- opgenomen voor een eenmalige teruggave van
basispremie WAO/WIA in 2013 van het UWV die in 2014 wordt betaald.
36
8 TOELICHTING OP DE BALANS (vervolg)
(bedragen in de tabellen in duizenden euro’s)
2013 2012
Liquide middelen
Kasgelden 15 12
Bank 0 0
Depositorekening 0 0
15 12
Passiva
Eigen Vermogen 2013 2012
Bestemmingsreserve Tuinbouw 1.796 -
Saldo per 31 december 2013 1.796 0
Verloopoverzicht Bestemmingsreserve Tuinbouw
2013 2012
Saldo per 1 januari 2013 0 -
Dotatie aan bestemmingsreserve 1.821 -
Onttrekking aan bestemmingsreserve 25 -
Saldo per 31 december 2013 1.796 0
In 2012 is een deel van het tuinbouwcomplex de Kwakel door brand verwoest. Aangezien de EMCO-groep voor
herbouwwaarde is verzekerd is er een nieuw pand gebouwd. De gerealiseerde boekwinst ten bedrage van
€ 1.821.000,- die is ontstaan door de hogere uitkering van de verzekeraar ten opzichte van de boekwaarde is
opgenomen in een bestemmingsreserve Tuinbouw. Jaarlijks zal deze bestemmingsreserve met een bedrag van
€ 150.000,- vrijvallen ten gunste van het resultaat. Aangezien het complex per 1 november 2013 in gebruik is
genomen is er al een bedrag van € 25.000,- ten gunste van de exploitatie 2013 gekomen.
37
8 TOELICHTING OP DE BALANS (vervolg)
(bedragen in de tabellen in duizenden euro’s)
De afgelopen jaren zijn er een aantal medewerkers door reorganisaties boventallig geworden waardoor ze na een
re-integratie periode terug zullen vallen op wachtgeld. De periode dat de medewerkers boventallig zijn en de
periode dat ze wachtgeld ontvangen komen voor rekening van de EMCO-groep. Om deze kosten niet mee te
dragen in het financiële resultaat van de EMCO-groep, zijn telkens voorzieningen getroffen ten laste van het
resultaat om deze lasten te kunnen financieren.
De voorziening frictiekosten is opgenomen ter dekking van de financiële verplichtingen van ambtelijk personeel,
te weten bovenwettelijke werkloosheidsuitkeringen. Er zijn nog 2 medewerkers die op dit moment een
arbeidsongeschiktheidsuitkering ontvangen maar terug kunnen vallen op wachtgeld.
Voorzieningen 2013 2012
Voorzieningen
Frictiekosten 161 163
Overig 3 3
Reorganisatievoorziening 612 748
Reorganisatievoorziening Bouw 211 500
Saldo per 31 december 2013 987 1.414
Frictiekosten 2013 2012
Verloopoverzicht frictiekosten Saldo per 1 januari 2013 163 166
Onttrekking i.v.m. betalingen 2 3
Saldo per 31 december 2013 161 163
Voorziening lonen & sociale lasten 2013 2012
Verloop voorziening lonen & sociale lasten
Overig 3 3
Saldo per 31 december 2013 3 3
38
8 TOELICHTING OP DE BALANS (vervolg)
(bedragen in de tabellen in duizenden euro’s)
Van de oorspronkelijke € 3.417.000,- die uit het begrotingsoverschot van 2009 is voorzien, is tot en met 2013
€ 2.805.000,- uitgegeven waardoor er nog een bedrag resteert van € 612.000,-.
Bij het opmaken van de jaarrekening was er nog 1 ambtelijke medewerker die ten laste van de reorganisatie-
reserve werd gefinancierd. Deze medewerker is gedetacheerd bij een andere werkgever waarbij de afspraak
is gemaakt dat deze afspraak geldt tot zijn pensioen. Indien dit werkelijk zo zal uitkomen dan zal het resterend
saldo van de reorganisatiereserve ad € 612.000,- voldoende zijn om deze medewerker tot het einde van het
dienstverband en wachtgeldperiode te betalen.
Eind 2012 is een bedrag van € 500.000,- opgenomen in het resultaat om een bestemmings-voorziening te vormen
voor afvloeiing van het ambtelijk personeel voor de bouwafdeling. Per 1 januari 2014 is de bouwafdeling werkelijk
gesloten. In de loop van 2013 zijn er 2 FTE van de Bouwafdeling uit dienst gegaan, en is er 1 herplaatst. Van de
overgebleven 1,5 FTE is er inmiddels 1 FTE gedetacheerd bij een andere werkgever.
Reorganisatievoorziening 2013 2012
Verloopoverzicht Reorganisatievoorziening
Saldo per 1 januari 2013 748 1.255
Uitbetaald aan boventallig personeel -225 - 595
Opbrengst detacheringen van
boventallig personeel 89 88
Saldo per 31 december 612 748
Reorganisatievoorziening Bouw 2013 2012 Verloopoverzicht Reorganisatievoorziening Bouw
Saldo per 1 januari 2013 500 -
Uitbetaald aan boventallig personeel -301 - Opbrengst detacheringen van
boventallig personeel 12 -
Saldo per 31 december 211 500
39
8 TOELICHTING OP DE BALANS (vervolg)
(bedragen in de tabellen in duizenden euro’s)
Vaste schulden
Het verloop van de onderhandse geldleningen is als volgt:
Saldo per Aflossingen Saldo per Rentelast
1-1-2013 2013 31-12-2013 begrotingsjaar
BNG
9.393
1.747
7.646
332
Het verloop van de looptijden (aflossingen) is als volgt:
2013 2012 Kredietinstellingen
Resterende looptijd korter dan 1 jaar 1.596 1.747
Resterende looptijd 2 tot 5 jaar 3.620 4.511
Resterende langer dan 5 jaar 2.430 3.135
7.646 9.393
2013 2012 Liquide middelen
Bank 1.370 350
1.370 350
De rente voor rood staan bij de bank is momenteel lager dan de rente van langlopende leningen. In 2013 zijn er
daarom regelmatig kasgeldleningen opgenomen om zo langdurig rood staan te voorkomen.
40
8 TOELICHTING OP DE BALANS (vervolg)
(bedragen in de tabellen in duizenden euro’s
Vlottende passiva
Netto vlottende passiva 2013 2012
Overige schulden
Crediteuren 1.433 1.685
Overige 8 8
Totaal 1.441 1.693
Door gewijzigde orderportefeuille en daardoor minder inkopen is het crediteurensaldo afgenomen.
Overlopende passiva Overlopende passiva
2013 2012
Belastingen en premies 1.825 1.826
Transitorische rente 150 185
Vooruit ontvangen opbrengsten 400 0
Overige overlopende passiva/vooruit ontvangen 315 316
2.690 2.327
41
8 TOELICHTING OP DE BALANS (vervolg)
(bedragen in de tabellen in duizenden euro’s
Toedeling van het resultaat 2013
Deelnemende gemeenten Aantal SE Aandeel
in % Bedrag
Ontvangen voorschot-
ten
Terug te betalen aan gemeentes
Emmen 1.236.53 81,96% 990 1.638 -648
Coevorden 201.14 13.33% 161 264 -103
Borger-Odoorn 71.06 4,71% 57 93 -36
1.508.73 100,00% 1.208 1.995 -787
Overig (werkzaam binnen EMCO) -28.02 - - - -
Overig (werkzaam buiten EMCO) 20.59 - - - -
1.501.30 100,00% 1.208 1.995 -787 Totaal
De deelnemende gemeenten hebben voorschotten betaald op basis van de gewijzigde begroting 2013 van
€ 1.995.000,- aan de EMCO-groep. Na goedkeuring van de jaarrekening door het Algemeen Bestuur zullen de
gemeenten de teveel betaalde voorschotten op basis van het aantal SE’s terugontvangen.
Niet uit de balans blijkende verplichtingen
Niet opgenomen zijn de door medewerkers opgebouwde rechten ten aanzien van vakantiegeld voor een
bedrag van € 1.515.000,-.
De opgebouwde rechten ten aanzien van vakantiedagen bedragen € 1.670.000,- voor WSW personeel
en € 250.000,- voor niet WSW-personeel.
Tevens zijn in de balans niet opgenomen een huurverplichting voor bedrijfspanden € 63.000,- op jaarbasis en
een huurverplichting voor huurauto’s van € 157.000,- op jaarbasis.
42
HOOFDSTUK 9 TOELICHTING OP DE PROGRAMMAREKENING (bedragen in de tabellen in duizenden euro’s) Algemeen
Ondanks de huidige recessie heeft de EMCO-groep beperkt exploitatieverlies van € 1.208.000,- gerealiseerd.
Begroot was een verlies van € 1.995.000,-. Hiermee doet de EMCO-groep het € 787.000,- beter dan dat ten tijde
van het opmaken van de begroting kon worden voorzien.
Totale netto opbrengsten (toegevoegde waarde)
De totale opbrengsten zijn € 929.000,- ofwel 6,4% lager dan begroot. Ten opzichte van het voorgaande
verslagjaar zijn de opbrengsten met 8,8% gedaald naar € 1.299.000,-.
Netto opbrengsten Resultaat Begroting Resultaat
2013 2013 2012
Vestiging ATS 6.100 6.443 6.491
Coevorden 1.244 1.100 1.153
Groen Emmen 3.106 3.400 3.517
Groen Coevorden 2.196 2.350 2.411
Tuinbouw 493 515 569
Bouw 185 448 402
Bruto opbrengsten 13.324 14.256 14.543 Verhuur onroerend goed 151 148 231
Totale netto opbrengsten 13.475 14.404 14.774
Bruto opbrengsten per FTE (excl. Begeleid werken)
Aantal FTE's 1.399 1.398 1.434
Opbrengst per FTE 9.524 10.197 10.142
43
9 TOELICHTING OP DE PROGRAMMAREKENING ( vervolg)
(bedragen in de tabellen in duizenden euro’s) Bruto marge
De brutomarge is ten opzichte van het vorige boekjaar gedaald met € 1.219.000,- Dit wordt enerzijds veroorzaakt
doordat er 35 fte’s minder werkzaam zijn geweest binnen EMCO-groep. Daarnaast is de brutomarge met name
gedaald doordat de opbrengst van werksoorten zoals groen, metaal, digitalisering en bouw zijn teruggelopen.
Vestiging ATS
De opbrengst van de vestiging ATS is ten opzichte van de begroting met € 343.000,- achtergebleven. De omzet
van beter opbrengende werksoorten zoals metaal en detachering zijn lager dan verwacht. Dit verlies kan niet
opgevangen door verpakkingswerk. Hier zijn de prijzen laag door het grote aanbod van collega SW bedrijven en
andere verpakkers.
Coevorden
In de industriële vestiging Coevorden worden voornamelijk werkzaamheden op gebied van productie van kabels
uitgevoerd. EMCO-groep kan zich in deze markt goed staande houden waarbij de opbrengsten € 124.000,- hoger
uitgekomen zijn dan begroot.
Groen Emmen
Door bezuinigingen van de gemeente Emmen zijn de opbrengsten € 294.000,- achtergebleven bij de begroting.
Ten opzichte van de werkelijke opbrengst in 2012 is de marge € 411.000,- achtergebleven. Het is niet mogelijk om
deze bezuinigingen op te vangen omdat deze vestiging bijna in het geheel afhankelijk is van de gemeente
Emmen.
Groen Coevorden
In deze vestiging worden groenwerkzaamheden voor de gemeente Coevorden en voor bedrijven en particulieren
uitgevoerd. De gemeente Coevorden heeft het afgelopen jaar bezuinigd op haar groenonderhoud waardoor de
opbrengsten zijn gedaald. Daarnaast bezuinigen bedrijven en particulieren als gevolg van de recessie ook op het
groenonderhoud. Totaal zijn hierdoor de opbrengsten op groenonderhoud € 267.000,- achtergebleven bij de
begroting.
Hiertegenover staat dat de brugbediening op de vaarroute Ter Apel – Erica is uitgevoerd door de EMCO-groep.
Deze werkzaamheden waren niet begroot waardoor de achterstand op de begroting uiteindelijk
€ 113.000,- lager is uitgevallen.
Tuinbouw
De opbrengsten van de vestiging Tuinbouw zijn € 22.000 achtergebleven bij de begroting. Het afgelopen jaar zijn
de werkzaamheden door de brand, voor een groot deel van het jaar, uitgevoerd vanuit 2 noodlocaties. Hierdoor
kon er niet efficiënt worden gewerkt waardoor de opbrengsten zijn achtergebleven bij de verwachting.
Bouw
In 2012 is besloten om de bouwvestiging per 1 januari 2014 te sluiten. Hierdoor konden er in 2013 geen grote
projecten meer worden aangenomen waardoor de opbrengsten achterbleven bij de verwachting. De medewerkers
zijn voor een groot deel in de loop van 2013 ingezet op andere werksoorten.
Kosten grondstoffen
Door realisatie van de brutomarge is de overschrijding van de begrote kosten voor grond- en hulpstoffen
gecompenseerd.
44
9 TOELICHTING OP DE PROGRAMMAREKENING ( vervolg)
(bedragen in de tabellen in duizenden euro’s) Programmaresultaat
Resultaat Begroting Resultaat
2013 2013 2012 Overige personeelskosten WSW 839 961 877
Aantal FTE's 1.399 1.398 1.434
Loonkosten per FTE (in euro's) 600 687 612
De overige personeelskosten WSW zijn € 122.000,- of wel 12,7% lager dan begroot. Dit is vooral te danken aan
het voordeel in de studiekosten. In samenwerking met MBO scholen wordt getracht om werknemers door scholing
op een hoger niveau te krijgen. De scholing wordt gegeven in het kader van BBL waardoor er afdrachtskorting
onderwijs (WVA) kan worden geclaimd. Deze afdrachtskorting is hoger dan de scholingskosten waardoor er een
voordeel is ontstaan. Totaal is er aan WVA voor een bedrag van € 331.225,- geclaimd terwijl de studiekosten
€ 184.447,- zijn geweest.
Onder de overige personeelskosten WSW wordt ook het collectief vervoer verantwoord. Dit wordt volledig in eigen
beheer uitgevoerd. Verder worden hier onder andere de kosten voor arbodienst, werkkleding en overige kosten
WSW verantwoord.
Salariskosten ambtelijk personeel
Resultaat Begroting Resultaat
2013 2013 2012
Salariskosten ambtelijk personeel 4.732 4.977 4.847
Overige personeelskosten Ambtelijk 44 47 56
4.776 5.024 4.903
Formatie FTE Ambtelijk 81 84 86
Loonkosten per FTE (in euro's) 58.963 59.810 57.012
Ten opzichte van 2012 is de ambtelijke formatie met 5 FTE teruggelopen. Dit is een gevolg van de reorganisatie
van de bouw per 1 april 2013. Vanaf deze datum worden de salariskosten van 2,5 FTE ten laste van de
reorganisatievoorziening bouw geboekt.
Daarnaast zijn een aantal ambtenaren met pensioen gegaan.
45
9 TOELICHTING OP DE PROGRAMMAREKENING ( vervolg)
(bedragen in de tabellen in duizenden euro’s)
Resultaat Begroting Resultaat
2013 2013 2012
Uitzendkrachten 1.126 1.278 1.348
Hier worden alle uitzendkrachten verantwoord en alle medewerkers die via de constructie met M-Flex voor de
Emco-groep werken. De kosten zijn lager dan begroot doordat er vooral in het groen minder gebruik is gemaakt
van uitzendkrachten.
Resultaat Begroting Resultaat
2013 2013 2012
Afschrijvingskosten 1.085 1.180 1.090
In 2013 zijn de afschrijvingskosten € 95.000,- lager geweest dan begroot. Deels omdat een aantal investeringen
nog niet, op andere wijze of later in het jaar zijn gerealiseerd. Daarnaast is er in 2013 niet op het kassencomplex
in Klazienaveen afgeschreven omdat deze in verband met de brand totaal is gedesinvesteerd. Vanaf het moment
dat de nieuwe vestiging in gebruik is genomen, is er wel weer afgeschreven.
Resultaat Begroting Resultaat
2013 2013 2012
Dienstverlening derden 109 125 98
Onder dienstverlening derden worden de uitbesteding van de salarisverwerking (€ 70.000,-), incassoactiviteiten
(€ 5.000,-) eenmalige projectkosten voor het ESF ( € 6.000,-), taxatie inventarissen ( € 6.000,-),
kosten bezwarencommissie (€ 4.000) en overige niet nader gespecificeerde dienstverlening vermeld.
46
9 TOELICHTING OP DE PROGRAMMAREKENING ( vervolg)
(bedragen in de tabellen in duizenden euro’s)
Resultaat Begroting Resultaat
2013 2013 2012
Rentelasten 333 410 392
De rentelasten bestaan uit rente op langlopende leningen ten bedrage van € 332.000,- , rente op kasgeldleningen
ten bedrage van € 2.000,- en de ontvangen rente op het liquiditeitsoverschot ten bedrage van € 1.000,-.
De rentelasten zijn lager dan begroot omdat er geen nieuwe langlopende leningen zijn aangetrokken. Hiervoor in de plaats worden maandelijks kasgeldleningen aangetrokken tegen een fors voordeliger rentepercentage.
Resultaat Begroting Resultaat
2013 2013 2012
Overige bedrijfskosten
Huur- en leasekosten 196 190 189
Onderhoudskosten 986 1.010 1.048
Energiekosten 572 630 601
Belastingen/verzekeringen 280 311 280
Indirecte productiekosten 665 770 754
Algemene kosten 528 567 522
Totale overige bedrijfskosten 3.227 3.478 3.394
De overige bedrijfskosten zijn € 167.000,- lager dan in 2012 en € 251.000,- lager dan begroot.
De energiekosten zijn € 58.000,- lager dan begroot. Door energiebesparende maatregelen zijn de
elektriciteitskosten € 14.000,- en het gasverbruik € 28.000 lager uitgevallen. Daarnaast waren de kosten voor
waterverbruik € 16.000,- lager dan verwacht.
De indirecte productiekosten zijn € 105.000,- lager begroot. Dit wordt onder andere veroorzaakt door lagere
brandstofkosten ten bedrage van € 82.000,-. Door de lange winterperiode zijn de groenactiviteiten later opgestart
dan verwacht waardoor er in de eerste maanden van het jaar bijna niet is gereden met machines. Verder zijn er
door de verschraling van werkzaamheden minder kosten gemaakt voor hulpmiddelen en gereedschappen.
De algemene kosten zijn € 39.000,- lager dan gebudgetteerd. Besparingen zijn hier onder andere gerealiseerd bij
de telefoonkosten, reiskosten en verkoopkosten.
47
9 TOELICHTING OP DE PROGRAMMAREKENING ( vervolg)
(bedragen in de tabellen in duizenden euro’s)
Resultaat Begroting Resultaat
2013 2013 2012
Overige baten en lasten 2.134 - 204
Hieronder worden alle opbrengsten en kosten verantwoord die niet aan de gewone bedrijfsuitoefening over het
boekjaar kunnen worden toebedeeld.
In 2013 is met de brandverzekering de brandschade van de Kwakel in Klazienaveen afgewikkeld. De uitkering van
de verzekering voor een nieuw pand was € 1.821.000,- hoger dan de oorspronkelijke boekwaarde waardoor er
een winst is ontstaan.
Verder zijn hier onder andere Bonus voor Begeleid Werken uit 2011 (€ 126.630,-) en een lagere energieafrekening
over voorgaande jaren (€ 137.000,-) verantwoord. Daarnaast is de onderlinge verzekering OVO (frauderisico-
verzekering) geliquideerd waardoor er een bedrag van ruim € 16.000,- is ontvangen.
Subsidieresultaat
Resultaat Begroting Resultaat
2013 2013 2012
Rijksbijdragen 39.188 38.922 39.742
Formatie SE WSW 1.501 1.501 1.532
Rijksbijdrage per SE (in euro’s) 26.102 25.931 25.939
De systematiek van de bevoorschotting door het Rijk is enige jaren geleden gewijzigd.
De rijksbijdragen worden door de gemeenten ontvangen en doorbetaald aan de EMCO-groep.
Door het Rijk is voor 2013 € 26.102,- per arbeidsplaats (SE) beschikbaar gesteld. Dit is een toename ten opzichte
van de begroting van € 171,- per SE. Een bedrag van € 71,- per SE is een structurele verhoging ter dekking van
de hogere arbeidskosten. Het resterende bedrag van € 100,- per SE is een éénmalige vergoeding.
48
9 TOELICHTING OP DE PROGRAMMAREKENING ( vervolg)
(bedragen in de tabellen in duizenden euro’s) Vervolg subsidieresultaat Resultaat Begroting Resultaat
2013 2013 2012
Loonkosten WSW-personeel 42.176 42.265 42.534
Aantal FTE's 1.399 1.398 1.434
Loonkosten per FTE (in euro's) 30.147 30.232 29.661
De loonkosten WSW-personeel zijn € 89.000,- (0,2%) lager dan begroot en € 358.000,- (0,8%) lager dan het
voorgaande verslagjaar.
Het kabinet heeft in het regeerakkoord afgesproken dat de WAO premie over het 1e half jaar van 2013 gedeeltelijk
aan de werkgevers zou worden terugbetaald. EMCO-groep heeft hierdoor een bedrag voor de SW medewerkers
van € 223.000,- terugontvangen.
Resultaat Begroting Resultaat
2013 2013 2012
Kosten Begeleid Werken 538 600 493
In de begroting waren 50 SE’s opgenomen om deze te plaatsen in het kader van Begeleid Werken. In
werkelijkheid zijn er gemiddeld 45,6 SE’s geplaatst. De kosten van deze regeling bestaan uit een loonkosten-
subsidie die wordt betaald aan de werkgever waar deze mensen in dienst zijn. Aan loonkostensubsidie is een
bedrag van € 536.000,- uitbetaald. Daarnaast is € 2.000,- aan begeleidingskosten uitgegeven.
49
HOOFDSTUK 10
OVERIGE TOELICHTINGEN
10.1 SISA VERANTWOORDINGSBIJLAGE
50
10 OVERIGE TOELICHTINGEN ( vervolg)
10.2 CONTROLEVERKLARING