Opleidingskunde
Minor Opleidingsbeleid en Trainersvaardigheden H3
Leren in educatief verband
Leren dat plaatsvindt door opzettelijk daartoe georganiseerde activiteiten
Niet de lerenden, maar anderen formuleren de leerdoelen
Gevolgen leren in educatief verband
1 dominantie van theoretisch leren
2 een externe sturing van het leerproces
3 neiging tot het gelijkstellen van onderwijs aan leren
4 een beperkte opvatting van leren bij alle betrokkenen
Opvattingen over kennis en leren in educatief verband• Kennis als vaststaand gegeven
• Abstracte kennis
• Strikte scheiding in vakken
• Eerst leren dan doen
‘Nieuwe’ onderwijsontwikkelingen
• Probleemgestuurd onderwijs• Competentiegericht hoger onderwijs• Leren in de praktijk• Leerstofgebieden
School-leren en motivatie
Motivatie van cursist moet opgewekt worden om de keuze van anderen minimaal te volgen.
Extrinsieke motivatie (goal-oriented)Conditionele motivatie (activity-oriented)Intrinsieke motivatie (learning-oriented)
Bruikbaarheid en praktische toepasbaarheid motiveren om te leren in educatief verband.
Referentiekader bij leren in educatief verbandDrie mogelijke oorzaken van resistentie tegen
verandering:• Noodzaak om te veranderen ontbreekt, kan verzet
oproepen;• Bewust van evt. gebreken in ref. kader of van
inconsistenties met nieuwe info• Kost moeite om te veranderen, gewoonten in
gedrag en denken zijn sterk. Assimilatie (selectief verwerken in overeenstemming met voorkennis) kost minder moeite dan accommodatie (wijziging en aanpassing van het referentiekader).
Breder begrip van leren
Leren is betekenisgeving: het tot stand komen van betekenis of van verandering in betekenis
En bevat een:• cognitief aspect (weten dat);• gedragsaspect (kunnen);• emotioneel aspect (gevoelens: band tussen het
onderwerp van leren en het individu, kan positief en negatief zijn).
Emoties en leren
Emoties kunnen het leren bevorderen of juist storen. Betekenis gaat niet zonder gevoel. Als leren gepaard gaat met een sterke emotie, wordt het geleerde beter onthouden.
Dezelfde situaties kunnen bij verschillende mensen verschillende emoties opleveren.
Emotionele gedragingen zijn aangeleerd (cultuurbepaald), maar ook aangeboren (worden algmeen begrepen).
Emoties en leren
• Emoties horen bij leren, zonder emotie geen leren. Ze zetten aan tot leren, bevorderen leren, kleuren de leerresultaten, maar kunnen het leren ook belemmeren. • Een sterke emotie eist de aandacht op, heeft
stuurvoorrang. • Bij leren hoort ook leren omgaan met emoties.
Onzekerheidstolerantie: het kunnen accepteren dat je iets niet weet of kunt. Hoe lager de onzekerheidstolerantie, hoe sterker de neiging vast te houden aan het bekende.
Competenties binnen en buiten het onderwijs• Je kunt veel kennis hebben maar incompetent
zijn;• Competent zijn zonder kennis is onmogelijk.
Verschillende soorten beroepscompetenties:- Sociaal-normatief- Sociaal-communicatief- Technisch-instrumenteel- Organisatorisch- Leercompetenties
EVC: erkenning verworven competenties
Stages: leren tussen opleiding en werk
• Leren in de praktijk heeft veel sterke leereffecten.• Leereffecten lijken krachtiger, zijn geen garantie
voor de beste resultaten. Dit is afhankelijk van de leermogelijkheden. • Factoren die de leermogelijkheden beïnvloeden
zijn:- Kenmerken van de organisatie en het werk;- Begeleiding bij het werkleren;- Persoonlijke factoren van de stagiair;- Relatie tussen opleiding en stage verlenende
instelling
Stages: leren tussen opleiding en werk vervolg• Kenmerken: aard werk, werkverdeling, sociale
interactie en positie van stagiairs. Voor stagiaires is het van belang gekoppeld te worden aan werkenden en werk in de ‘zone van de naaste ontwikkeling’.
• Begeleiding: o.a. leerzame taken, inzicht in spontane leerprocessen en leermogelijkheden, feedback (leren van eigen ervaring, leren door observeren, leren door soc. interactie).• Persoonlijke factoren: verwachtingen, motieven,
leerstrategieën, voorbereiding.• Relatie opleiding-stagebedrijf: eisen begeleiding,
docenten, beoordeling, stageplaatsen. Student helpen theoretisch leren te verbinden met leren in praktijk.
Leren en werken
Leerstofaanbod op de werkplek (Onstenk)
• Kenmerken functie (o.a. inhoud, regelmogelijkheden, vormgevings- en beslissingsruimte)• Informatieomgeving (informatie, handleiding etc.)• Sociale werkomgeving (contactmogelijkheden,
feedback, uitleg, stimulans collega’s etc.)
Werkleeractiviteiten
• Sociale interactie blijkt centrale rol tijdens leren in te nemen. • Leren van de ander als rolmodel gebeurt het
meest bij collega’s op gelijk niveau.• Werken in teams: samenwerken moet. Van
belang is hoe met verschil van mening en conflicten om wordt gegaan. • Verschil van mening is waardevol om tot een
betere oplossing te komen. Voorwaarde voor constructief conflict is psychologische veiligheid.
Kritisch reflectief werken in een lerende organisatie Essentieel voor organisatieleren (Van Woerkom). Ze
onderscheidt:• Reflectief werken: nadenken over werk (waarom zo,
kan het anders?)• Experimenteren• Leren van fouten• Kritische mening delen• Uitdagen van groepsdenken (kritische vragen stellen,
ervoor uitkomen dat je het er niet mee eens bent)• Feedback vragen• Loopbaanbewustzijn: op de goede plek?
Kritisch reflectief werken in een lerende organisatie vervolgBeïnvloed door:• Vertrouwen in eigen competentie;• Participatie en inspraak.Van een op autoriteit gebaseerde hiërarchie naar een democratisch, gezamenlijk delen en opbouwen van een handelingspraktijk. Veilige omgeving is van belang.
Wisselwerking tussen werknemersparticipatie, kritisch reflectief werkgedrag en vertrouwen in eigen competentie
Single-loop en double-loop leren
• Wanneer een fout wordt hersteld zonder onderliggende waarden ter discussie te stellen single-loop learning (veilig, zeker, beheersbaar etc.)
• Double-loop learning vertrekt vanuit onzekerheid, geeft ruimte voor onderzoek en zelfsturing, heeft risico’s, maar ruimte voor nieuwe ontdekkingen, nieuwe kennis, ruimte voor reflectie.
• Beide, single-loop (gericht op dagelijkse voortgang) en double-loop learning (gericht op complexe vraagstukken, op de toekomst gericht) zijn van belang.
The reflective practioner
Reflectie in directe relatie tot de werksituatieSchön: - Reflection in action: tijdens het werkproces
worden handelingen geëvalueerd en wordt er op gereflecteerd.
- Reflection on action: er wordt teruggekeken op het proces. Voordelen: 1. er wordt ‘in rust’ teruggekeken op het proces en daaronder liggende patronen, waarden etc. 2. praktijkwerker stapt uit de routine en blijft fris in zijn werk staan.
Opdracht
Pas het schema van Onstenk op je eigen werk of stage toe, zie opdracht blz. 179.