ruimteconferentie 3 november 2009
Ruimtelijke veranderingen in het stedelijk gebied 1990 - 2006.Drie studies Dynamiek Stedelijke Milieus.
Jan Ritsema van EckJan Jaap HartsRoland GoetgelukHans van Amsterdam
2
Opbouw
Inleiding
Methodiek drie studies
Vergelijking
Oppervlak en uitbreiding stedelijk gebied
Dichtheid en verdichting
Regionale verschillen
Afsluitend
3Achtergrond
Drie rapporten uit 2000, 2005, 2009 Verzoek van RPD/DGR aan resp UU/OTB en RPB Over ruimtelijke ontwikkelingen in de stad
4Methodiek
Milieus, stedelijke dichtheden en functiemenging vastgesteld en geanalyseerd mbv GIS op basis van gegevens voor 250 x 250 m vierkanten
Data- CBS bodemgebruik: detailhandel/horeca, openbare voorzieningen,
sociaal-culturele voorzieningen, bedrijventerrein, groen– en sportvoorzieningen, infrastructuur, bouw- en overige terreinen
- Andere bronnen voor dichtheden en onderverdeling van woningen, arbeidsplaatsen en winkels/horecavestigingen
Data vertaald naar 250 x 250 m vierkanten; voortschrijdend ruimtelijk gemiddelde gebruikt voor beter interpreteerbaar beeld
Methodiek
Grid van 250m x 250m Ruimtelijk voortschrijdend gemiddelde 9 gridcellen Alle variabelen herschaald van 0 tot 100
6Methodiek
Vierkanten dmv clusteranalyse ingedeeld in aantal milieus Steeds op basis van zelfde criteria voor begin- en eindjaar Indices voor dichtheid en specialisatie/functiemenging (0 tot 100) op
basis van dichtheden van woningen, banen en verkooppunten
Milieugroepen
Legenda’s vergelijkbaar gemaakt adhv milieugroepen: centrummilieus, woonmilieus, werkmilieus en overige stedelijke milieus.
7
8Ruimtelijk beeld
9Ruimtelijk beeld
U bent hier
Vergelijking over 3 perioden
Vergelijkbaarheid uitkomsten is beperkt Doordat in iedere studie de milieus opnieuw
(inductief) zijn gedefinieerd Door verschillen in gebruikte (en beschikbare)
databestanden Door (kleine) verschillen in methodiek Feitelijke veranderingen in de stad
Maar “door de oogharen” is vergelijking wel mogelijk
10
11De onderscheiden milieus
1990-1996 1996-2002 2000-2006
Centrummilieu hoogstedelijk Centrummilieu hoogstedelijk Centrummilieu hoogstedelijk
Centrummilieu stedelijk Centrummilieu stedelijk Centrummilieu stedelijk
Centrummilieu laagstedelijkCentrummilieu laagstedelijk Centrummilieu laagstedelijk
Centrummilieu dorps Centrummilieu dorps
(Laagstedelijk centrum, bedrijventerrein) Detailhandelsmilieu perifeer
Woonmilieu hoogstedelijk Woonmilieu hoogstedelijk Woonmilieu hoogstedelijk
Woonmilieu stedelijkWoonmilieu stedelijk Woonmilieu stedelijk
Woonmilieu woonwijk
Woonmilieu laagstedelijkWoonmilieu laagstedelijk Woonmilieu laagstedelijk
Woonmilieu dorps Woonmilieu dorps
Wonen en groen Woonmilieu groenstedelijk Woonmilieu bij stedelijk groen
(Hoogstedelijk centrum, voorzieningenconcentratie) Kantorenmilieu hoogstedelijk
(Bedrijventerrein) Kantorenmilieu perifeer
VoorzieningenconcentratieBedrijvenmilieu voorzieningen Werkmilieu voorzieningen
Voorzieningen in buitengebied
Bedrijventerrein BedrijventerreinWerkmilieu bedrijventerrein
Bedrijven en wonen Bedrijventerrein bij woningen
Bedrijven en groen Bedrijventerrein (klein, rand) Bedrijventerrein (klein, rand)
Groen- en sportvoorzieningen Groen- en sportvoorzieningen Groen- en sportvoorzieningen
Infrastructuur Grootschalige infrastructuur Grootschalige infrastructuur
(...) Bouw- en stortterrein Bouw- en stortterrein
Oppervlak12
Dichtheid13
Regionale verschillen14
15Samenvattend en afsluitend
Methode robuust gebleken Door inductieve methode komen ook nieuwe
ontwikkelingen (milieus) naar voren (herkenbaar in het veld)
Nadeel (vergelijkbaarheid in tijd) blijkt mee te vallen Door niveau 250x250m vierkanten te aggregeren
naar iedere relevante gebiedsindeling Daardoor ook bruikbaar in ruimtegebruiksmodellen
en andere berekeningen