Schoolgids
2012- 2013
- 2 -
DE SCHOOLGIDS
VOOR WIE
e Schoolgids is bestemd voor ouders die ervoor hebben gekozen hun kind op ODS De
Starter te plaatsen en voor alle ouders die overwegen hun kind in de toekomst op deze
school te plaatsen.
WAT
De Schoolgids geeft algemene informatie over de schoolorganisatie en het onderwijs dat op de
school wordt gegeven. Tevens bevat de gids informatie die de Gemeente van belang acht voor
ouders, zoals de klachtenregeling. Adressen van bij de school betrokken instanties en de diverse
Vensterschoolpartners vindt u in de schoolgids terug. Aanvullingen op of wijzigingen van de
schoolgids worden vermeld in het Startsein, het tweewekelijkse digitale mededelingenblad van de
school. U kunt het Startsein ook in papieren versie ontvangen; u moet dit bij de directie aanvragen.
ACTUEEL
Belangrijke data, vakantiedagen, namen van het personeel en leerlingen vindt U in een losse
bijlage bij deze gids. Daarnaast kunt u veel informatie vinden op onze site, www.destarter.nl, bij
het onderdeel Actueel. Hier vindt u ook aangepaste en actuele zaken.
VAN WIE
De Schoolgids is opgesteld onder verantwoordelijkheid van de schooldirectie en is vastgesteld door
de medezeggenschapsraad van de school.
SCHOOL- EN ZORGPLAN
De informatie in deze gids vindt u in uitgebreidere vorm terug in het Schoolplan en het Zorgplan
van De Starter. Deze plannen liggen ter inzage bij Gerry van Ewijk, de directeur van Openbare
Daltonbasisschool De Starter.
Gerry van Ewijk, directeur
Alice, voorzitter Medezeggenschapsraad
D
- 3 -
Inhoud van de schoolgids
Voorwoord en inhoud
2
1. Sterke punten van de Starter
6
2. ODS de Starter
Basisschool
Openbare school
Vensterschool
Daltonschool
Geschiedenis van de school
Onderwijsvernieuwing
Schoolkeuze
Kwaliteitsbeoordeling
7
8
3. Vensterschool Stadspark Gronings Vensterschool project
Activiteiten van Vensterschool Stadspark
Voor- en buitenschoolse opvang
De Vensterschoolpartners van de Starter
Overige deelnemende instanties
De Organisatie
9
10
11
4. De doelstellingen van het onderwijs De ontwikkeling van het kind
Daltononderwijs
Het werken met taken
De aansluiting met het voortgezet onderwijs
12
13
5. De organisatie van het onderwijs De indeling in groepen
De locatie
Bij afwezigheid van de directeur
Vervanging van een leerkracht
Wie lopen er nog meer op school
De conciërge
Administratieve zaken
Vragen staat vrij
Inrichting van de school
Calamiteiten
Het schoolteam
De rol van de leerkracht
Huiswerk
De dag- en weekindeling
Bijzondere activiteiten
Activiteiten buiten school
15
16
17
18
19
- 4 -
6. Het onderwijs in de groepen De kleuterperiode groepen 1-2
Kring
Werkuur
Thema
Beweging
Groepen 1 en 2
Schooltijden
Te laat
Telefoonnummers
Overdracht
Fruitpauze
Overblijf
Gymnastiek
Speelgoeddag
Communicatie
Groep 3
Vakken
Groep 4
Groep 5
Groep 6
Groep 7
Groep 8
Internetgebruik
21
22
23
24
25
7. De leerlingenzorg De toetsing
Leerlingenbespreking
Driehoeksoverleg
Klein zorgteam
G.G.D.
De schoolresultaten
Aannamebeleid leerlingen met een specifieke onderwijs-
behoefte
Aanname van leerlingen in hogere groepen
Wat kunnen we
Waaraan moeten leerlingen met een LGF voldoen ?
Waar liggen onze grenzen ?
Specifieke onderwijsbehoeften
Nieuwe leerlingen
De overgang van groep naar groep
De tussentijdse overgang naar een andere school
De overgang naar het speciaal onderwijs
De overgang naar het voortgezet onderwijs
Verwijdering van leerlingen
De zorg van de fysieke groei
26
27
28
29
30
31
8. De schoolregels
De Vreedzame School
Bemiddeling
De omgang met leerlingen
Omgangsregels in de groep
Aanmelding en proefbezoek
Leerplicht en schoolverzuim
32
33
- 5 -
De tussen-de-middag opvang
Media (foto’s en website)
Groepssamenstelling
Pleintoezicht
Schooltijden
Verjaardagen
Ziekte / afwezigheid
Eten en drinken
De kleding voor het bewegings onderwijs
Informatie naar ouders
Klachtenregeling Openbaar Onderwijsgroep Groningen
(O2G2)
34
35
36
9. De ouders De betrokkenheid van ouders
De schoolgids, het Startsein en de website
Informatie- en contactavonden
De klassenouders
De Ouderraad
De ouderbijdragen
Ongevallenverzekering
De Medezeggenschapsraad
Waarom is er een MR
Met wie heeft de MR te maken
Wat doet de MR
Hoe doet de MR zijn werk
Contact met de MR
37
38
39
40
10. Namen - en adressenoverzicht Medezeggenschapsraad
Ouderraad
Vensterschool(partners)
Overige instanties en personen
Internetadressen
41
42
11. Vakanties en vrije dagen 43
Vakanties
Margedagen
Schooltijden
- 6 -
1. STERKE PUNTEN VAN DE STARTER
Als sterke punten van O.D.S. De Starter zien wij:
dat wij als gecertificeerde Daltonschool efficiënt onderwijs bieden en tegelijkertijd het
kind de mogelijkheid geven zich verder te ontwikkelen op de gebieden van
zelfstandigheid, samenwerken en vrijheid. Dit alles samen vormt een prima voorbereiding
voor het voortgezet onderwijs;
dat wij op grond van onze prestaties door de onderwijsinspectie uitgeroepen zijn tot
excellente school;
dat wij voor iedere leerling zorgen voor onderwijs op maat;
dat mede door inzet van de De Vreedzame School een goed pedagogisch klimaat aanwezig
is;
dat wij over een enthousiast hard werkend team kunnen beschikken;
dat er op allerlei gebieden (leren, opvoeding, maar ook met buitenschoolse opvang en het
voorgezet onderwijs) sprake is van duidelijke doorgaande lijnen;
dat gebruik wordt gemaakt van diverse ICT toepassingen (bijvoorbeeld digitale
schoolborden, laptops) en er sprake is van een doorgaande ICT leerlijn.
dat wij in een doorgaande lijn geïntegreerd onderwijs aanbieden door middel van
bijvoorbeeld storyline approach en er mede hierdoor meer ruimte komt voor leren door
doen
dat er regelmatig binnen- en buitenschoolse activiteiten plaatsvinden op cultureel gebied;
het bestaan van een uitgebreid netwerk met partners binnen de vensterschool, het
voortgezet onderwijs, Dalton en op cultureel gebied;
de diverse vernieuwingsactiviteiten die de school ontwikkelt, thans bijvoorbeeld op het
gebied van hoogbegaafdheid, science, leren ondernemen en rekenen;
dat de school zowel aan de "onderkant" nauw samenwerkt met de peuterspeelzaal "Tante
Toosje" en het kinderdagverblijf de “Poolster” en er aan de "bovenkant" aandacht is voor
een zogenaamde warme overdracht naar het voortgezet onderwijs;
dat de Starter een academische school is, wat resulteert in onderzoek- en
innovatiepraktijken voor studenten en leerkrachten. (i.s.m. de PA en RUG)
dat in het kader van de Vensterschool nauw wordt samengewerkt met het buurthuis en de
buitenschoolse opvang.
- 7 -
2. DE STARTER
e Starter is een openbare basisschool die deel uitmaakt van Vensterschool Stadspark
en die onderwijs geeft volgens de Daltonprincipes.
Basisschool
Een basisschool geeft acht jaar basisonderwijs aan kinderen vanaf vier jaar om hen voor te bereiden
op het voortgezet onderwijs en op de samenleving.
Openbare school
Openbare basisschool De Starter valt onder de verantwoordelijkheid van de Stichting Openbaar
Onderwijs Groep Groningen. De Starter staat als openbare school open voor kinderen uit alle
culturen en gezindten.
Vensterschool
De Starter is onderdeel van een Vensterschool. Dit betekent samenwerking met ouders en met
andere instanties die bij de opvoeding en het welzijn van kinderen zijn betrokken. De bedoeling
van een Vensterschool is een geheel van voorzieningen te bieden voor kinderen van nul tot vijftien
jaar op werkdagen tussen zeven uur ‟s ochtends en zeven uur ‟s avonds. Van de Vensterschool
Stadspark maken verder deel uit: de peuterspeelzaal Tante Toosje, de buitenschoolse opvang De
Poolster en het Buurtcentrum Stadspark. Andere samenwerkingspartners zijn onder meer de
Stichting COP, SKSG, de GGD, de Openbare Bibliotheek Zuid en het Centrum Jeugd en Gezin
Daltonschool
De Starter is een erkende en gecertificeerde Daltonschool. De uitgangspunten van Daltononderwijs
zijn vrijheid, zelfstandigheid en samenwerking van leerlingen. Deze principes zijn in het hele
onderwijs van de school terug te vinden. Op grond van de Daltonprincipes werken leerlingen
taakgericht, zowel individueel, in groepjes, als klassikaal.
Geschiedenis van de school
De Starter is als basisschool ontstaan in 1985 uit een fusie van twee lagere scholen, de Jan Evert
Scholtenschool en de Mulock Houwerschool en de daarbij behorende kleuterscholen.
De Starter is gehuisvest in een pand uit 1926/27 van de stadstekenaar S.J. Bouma. Het pand, de
oorspronkelijke Leonard Springerschool en Mulock Houwerschool, is een rijksmonument.
De Starter is een school met ongeveer 450 leerlingen. De Starter probeert de voordelen van een
grote school, een breed onderwijsaanbod en een duidelijke en gestructureerde schoolorganisatie, te
combineren met de individuele aandacht voor het kind.
De leerlingen van de school zijn afkomstig uit alle lagen van de Groningse bevolking. De Starter
gaat uit van de culturele en levensbeschouwelijke veelzijdigheid van de samenleving.
Onderwijsvernieuwing
De Starter is zeer bewust bezig met de vormgeving van het onderwijs en de aandacht voor de
leerling. De school hecht veel waarde aan het bewaken van de Daltonprincipes en de doorgaande
lijnen op diverse gebieden binnen de school. Daarnaast probeert De Starter voortdurend haar
onderwijs te verbeteren. Dit komt onder meer tot uitdrukking in de volgende
vernieuwingsprojecten:
D
- 8 -
De verdere uitbouw van het Daltononderwijs en het afstemmen van leertaken op de
individuele mogelijkheden en behoeften van kinderen;
Er is een leerlijn ontwikkeld voor begaafde kinderen. Deze zullen we verder
implementeren. Daarnaast nemen we deel aan een driejarig project rondom
hoogbegaafdheid en excellentie.
Deelname aan het onderwijsprogramma De Vreedzame School, een programma dat
er naar streeft om een school een gemeenschap te laten zijn waarin iedereen zich
betrokken en verantwoordelijk voelt voor het geheel en waarin iedereen op een
prettige manier met elkaar omgaat. In de bovenbouw wordt dit programma
aangevuld met een mediatietraining en het aanbieden van een
weerbaarheidsprogramma.
De school heeft een doorgaande lijn met betrekking tot science onderwijs (biologie,
natuurkunde, scheikunde, verzorging en techniek) ontwikkeld. Het uitgangspunt
hierbij is leren door doen. Dit zal de komende tijd worden geïmplementeerd in de
groepen.
In de onderbouw wordt thematisch gewerkt.
Ontwikkeling en implementatie van “levend rekenen”, te beginnen in de groepen 3.
Deelname een de Academische School in samenwerking met de PA en RuG.
Leerkrachten en stagiaires worden hierbij op een academische manier geschoold in
onderzoek doen.
Schoolkeuze
Ouders kiezen De Starter voor hun kind zowel om reden van nabijheid als om het speciale karakter
van de school. Voor veel ouders is De Starter de meest dichtbij zijnde of gemakkelijkst te bereiken
school op weg van huis naar werk. Veel kinderen zijn afkomstig uit omliggende wijken zoals de
Grunobuurt, de Rivierenbuurt, Laanhuizen, de Zeeheldenbuurt, Picardhof, Hoornse Meer, Hoornse
Park en Corpus den Hoorn Noord of uit de nieuwe wijken Buitenhof, Heerenhof, Peizerhove en Ter
Borgh.
De Starter heeft ook een buurtoverstijgende betekenis vanwege het werken met Daltononderwijs,
de vernieuwingsonderwerpen, of de nabijheid van buitenschoolse opvang. De Starter is de enige
openbare school in het zuiden van de gemeente Groningen die werkt volgens de Daltonprincipes.
In het zuiden van de stad wordt op enkele locaties buitenschoolse opvang verzorgd, waarvan
meerdere zich nabij De Starter bevinden.
Kwaliteitsbeoordeling
De Onderwijsinspectie en ons schoolbestuur, O2G2, beoordelen De Starter jaarlijks. Een maatstaf
voor vergelijking vormen de jaarlijkse CITO-scores van groep 8. De gemiddelde CITO-score van
groep 8 was de laatste jaren gelijk aan of hoger dan wat van een school met deze samenstelling van
leerlingpopulatie kan worden verwacht. Het Integraal Schooltoezicht en het Regulier
Schooltoezicht van de Inspectie voor het onderwijs bieden een tweede maatstaf voor vergelijking.
De Onderwijsinspectie heeft in april 2006 het Periodiek Kwaliteitsonderzoek uitgevoerd op De
Starter. In 2010 is De Starter op grond van jarenlange goede prestaties op CITO-toetsen en
inspectiebezoeken door de Onderwijsinspectie betiteld tot een excellente school.
Wij zijn als school zeer tevreden over de uitkomsten in het rapport van de Inspectie.
Het volledige rapport van de Onderwijsinspectie met betrekking tot dit Periodiek
Kwaliteitsonderzoek 2006 en 2010 kunt u lezen op de site van de onderwijsinspectie,
www.onderwijsinspectie.nl. vervolgens kunt u bij het invulschema zoeken onder O.D.S. De
Starter.
Daarnaast vindt er vanuit de Nederlandse Dalton vereniging een 5 jaarlijkse visitatie plaats. De
Starter werd in 2010 gevisiteerd, en kreeg opnieuw voor 5 jaar een licentie.
- 9 -
3. VENSTERSCHOOL STADSPARK
Gronings Vensterschoolproject
e gemeente Groningen is in 1995 gestart met het Vensterschoolproject. Tot een
vensterschool behoren: een basisschool en eventueel het deel basisvorming van een
school voor voortgezet onderwijs, instellingen die zich bezighouden met de opvang,
gezondheid, opvoedingsondersteuning en hulpverlening van kinderen van nul tot
veertien jaar en instellingen en voorzieningen ter ondersteuning van de
opvoedingstaak van ouders en de band tussen ouders en school en tussen ouders en kinderen.
Kenmerken van een Vensterschool zijn:
een integrale aanpak van opvoedingsproblemen en onderwijsachterstand
de verlengde schooldag door de combinatie van onderwijs en buitenschoolse activiteiten
en
een grote mate van ouderparticipatie.
.
Activiteiten van Vensterschool Stadspark
Vensterschool Stadspark is officieel gestart in september 1999. Het
was op dat moment de vijfde Vensterschool in de gemeente
Groningen. De belangrijkste deelnemende partners van
Vensterschool Stadspark waren al in elkaars nabijheid gehuisvest .
Zo kon men direct vanaf het begin de activiteiten goed op elkaar
afstemmen Vanaf het begin van Vensterschool Stadspark zijn
activiteiten ontwikkeld, die uitgingen van één of meer van de
volgende criteria:
betrekking hebben op onderwijs en opvoeding,
aansluiten bij reeds bestaande samenwerkingsverbanden,
een relatie hebben met ouders,
betrekking hebben op de verlengde schooldag,
betrekking hebben op specifieke doelgroepen zoals allochtonen, kinderen van
werkende ouders en kinderen die in een sociaal isolement verkeren.
Voor - en buitenschoolse opvang
Met ingang van 1 januari 2007 zijn alle basisscholen verplicht om voor- en naschoolse opvang te
bieden tussen 7.30 uur en 18.30 uur. Scholen hoeven dit niet zelf te doen, zij kunnen faciliteiten
creëren waarbinnen andere partijen deze opvang aanbieden.
Het schoolbestuur is verantwoordelijk voor het regelen van de aansluiting tussen onderwijs en
kinderopvang waarbij de kwaliteit van de opvang voorop staat.
Het bestuur van de openbare scholen in Groningen heeft een overeenkomst gesloten met de SKSG,
waarbij de garantie wordt gegeven dat indien gewenst, uw kind geplaatst wordt voor buitenschoolse
opvang in een locatie van de SKSG in de nabijheid van onze school. Nadere informatie over deze
overeenkomst en de praktische uitwerking kunt u krijgen via de directie van de school.
D
- 10 -
De Vensterschoolpartners van De Starter
Peuterspeelzaal Tante Toosje Deze is sinds voorjaar 1999 gehuisvest in een lokaal van De Starter aan de Parkweg. De
peuterspeelzaal verzorgt op maandag tot en met donderdag tussen 8.30 en 12.00 uur
speelgelegenheid voor kinderen van twee tot vier jaar. Op vrijdag is er een open speel-mee-
ochtend voor peuters. Er vindt afstemming plaats tussen de leiding van de peuterspeelzaal en de
leerkrachten van de groepen 1-2 van De Starter. Zo wordt een overdrachtformulier gebruikt voor
kinderen die van de peuterspeelzaal naar De Starter gaan. De peuterspeelzaal is aangesloten bij het
Centraal Orgaan Peuterspeelzalen (COP).
Kindercentrum De Poolster, Dit kindercentrum maakt onderdeel uit van de Stichting Kinderopvang Stad Groningen (SKSG), en
verzorgt buitenschoolse opvang voor kinderen uit het basisonderwijs, ook op margedagen en
tijdens vakanties. De kosten voor deze opvang worden
berekend aan de hand van het inkomen van de ouders en
het aantal dagdelen dat het kind de naschoolse opvang
bezoekt. Kindercentrum De Poolster is ondergebracht in
het pand aan de Huygensstraat 2. Kindercentrum De
Poolster werkt mee aan naschoolse activiteiten die
aansluiten bij de activiteiten onder schooltijd. Het pand
huisvest naast vier groepen naschoolse opvang, waar
onder de Van Lieflandgroep, ook enkele groepen
kinderopvang voor 0-4-jarigen.
Buurtcentrum Stadspark, voorheen het buurthuis Parkzucht, is gehuisvest aan de Lorentzstraat. Regelmatig werken de school
en het buurtcentrum samen. In het buurtcentrum worden tal van activiteiten georganiseerd, zowel
voor ouderen als voor kinderen en tieners. Sommige activiteiten worden aangeboden in
samenwerking met andere Vensterschoolpartners.
Overige deelnemende instanties
Verder participeren in de Vensterschool Stadspark diverse andere instanties, die niet zijn
gehuisvest op een van de locaties van deze vensterschool.
GGD De GGD is een provinciale gezondheidsdienst. De GGD biedt aan scholen een onderzoek naar
gezicht, gehoor en gebit in de groepen 2 en 7 en doet onderzoek naar gezondheidsbepalende
factoren bij ouders (groep 2 en 7). Op grond van de uitkomsten van dit onderzoek wordt het
gezondheidsbeleid van de school vorm gegeven. De GGD werkt mee aan het opzetten van het
zorgcentrum en aan andere vormen van opvoedingsondersteuning.
Centrum voor Jeugdzorg en gezin levert een bijdrage aan activiteiten voor opvoedingsondersteuning.
Openbare Bibliotheek Groningen Het filiaal zuid van de Openbare Bibliotheek Groningen neemt deel aan activiteiten van de
Vensterschool die betrekking hebben op allerlei vormen van lezen en omgaan met literatuur. Deze
activiteiten vinden zowel plaats op de school als in de bibliotheek. De Stedelijke Muziekschool, het
Groninger Museum, het Grafisch Museum en het Kunstencentrum behoren tot de instanties
waarmee de Vensterschool op projectbasis regelmatig samenwerkt.
- 11 -
De Organisatie
De organisatie van Vensterschool Stadspark is als volgt. Afstemming vindt plaats in de plangroep,
waarin alle deelnemende instellingen zijn vertegenwoordigd. De dagelijkse coördinatie van de
Vensterschool berust bij de locatiemanager. Deze is tevens de contactpersoon met de
gemeentelijke regiegroep van het Groninger Vensterschoolproject.
- 12 -
4. DE DOELSTELLINGEN VAN HET ONDERWIJS
De Starter heeft de eigen visie op het basisonderwijs beschreven in het schoolplan. De
doelstellingen van het onderwijs zijn als volgt:
Alle leden van de schoolgemeenschap, leerlingen en leerkrachten, de nodige ruimte
geven voor een eigen ontwikkeling; de school is een open huis waar ieder zich in
warmte, saamhorigheid en met wederzijds respect thuis kan voelen; wij
verwachten dat deze uitgangspunten gedragen worden door ouders.
Bij jonge kinderen steeds uitgaan van de eigen beleving en ervaring; bij oudere
kinderen wordt naast het vormingsaspect het kennisaspect steeds belangrijker;
De principes van Daltononderwijs, zelfstandigheid, vrijheid en samenwerking, in
de dagelijkse praktijk vormgeven;
De kinderen in contact brengen met verschillende culturen en
levensbeschouwingen;
De kinderen een tolerante houding ten opzichte van andere culturen, anders
denkenden en mensen met een beperking aanleren.
De kinderen kritisch leren omgaan met hun omgeving, zoals in woordgebruik, het
tonen van respect, gelijkwaardigheid en verantwoordelijkheid, en de zorg voor het
milieu.
De Starter bereidt kinderen voor op een multiculturele samenleving. Op onze
school wordt geprobeerd om een sfeer te scheppen waarin ieder kind zich
geaccepteerd voelt met zijn/haar uiterlijk, taal en culturele achtergrond.
Uitgangspunt hierbij is de Vreedzame School, een methode voor sociaal
emotionele ontwikkeling die bij ons wordt gebruikt van groep 1 t/m 8. De
Vreedzame School gaat uit van respect voor een ander, ook al verschilt die ander
van jezelf in bijvoorbeeld gedrag of uiterlijk. Meningsverschillen en ruzies worden
bespreekbaar gemaakt. Het is belangrijk om anderen af en toe een 'opsteker' te
geven en om 'afbrekers' te vermijden. Met hulp van anderen kan naar een oplossing
worden gezocht. De Vreedzame school leert kinderen respectvol met elkaar om te
gaan en gezamenlijk een veilig schoolklimaat te creëren. De leerkrachten vinden
het hun taak om, in een zorgvuldig opgebouwde sfeer van vertrouwen, de
ervaringen en de kennis van kinderen te gebruiken om van elkaar te leren.
Leerkrachten hebben hierbij een voorbeeldfunctie in gedrag naar een ieder
In elke groep wordt aandacht besteed aan verschillende godsdiensten en
levensovertuigingen en daarbij behorende vieringen.
De ontwikkeling van het kind
De Starter probeert een onderwijsleersituatie te scheppen, die het mogelijk maakt een continu
proces te bewerkstelligen op alle aspecten van de kinderlijke ontwikkeling. Deze aspecten betreffen
de verstandelijke, sociale, emotionele, motorische en creatieve ontwikkeling. Het onderwijs richt
zich zowel op leerinhouden, zoals de beheersing van elementaire vaardigheden als lezen,
taalgebruik en rekenen, als op de sociaal-emotionele vorming. Hiervoor vormt de Vreedzame
School de basis.
De Starter probeert samen met de ouders een bijdrage
te leveren aan het kunnen functioneren van elk kind
op zijn/haar niveau. Daarbij wordt rekening gehouden
met de eigen identiteit van de kinderen en met hun
verschillen in ontwikkeling, begaafdheid,
belangstelling en motivatie. Uitgangspunt daarbij is
het Daltononderwijs. De leermiddelen en de opzet
van de organisatie zijn zodanig gekozen, dat deze
continue ontwikkeling van ieder kind wordt
gewaarborgd. Wanneer zich stagnatie voordoet in de
- 13 -
ontwikkeling is het mogelijk dat er extra hulp in of buiten de klas wordt gegeven of dat een deel
van de leerstof wordt herhaald. Als een kind extra uitdaging nodig heeft is het mogelijk dat hij/zij
een aangepast programma op school aangeboden krijgt. De school heeft hiervoor speciale leerlijnen
waarbij het principe gehanteerd wordt dat we het kind niet willen lastig vallen met hetgeen het
reeds beheerst. Dit alles vindt plaats in overleg met de ouders/verzorgers van het kind en het kind
zelf.
Daltononderwijs
De Starter geeft als gecertificeerde Daltonschool onderwijs vanuit een opvoedkundig idee: Dalton.
Dalton biedt het kind de mogelijkheid zich verder te ontwikkelen op de gebieden van
zelfstandigheid, samenwerken en vrijheid. Daarnaast vinden wij het een efficiënte manier van
lesgeven. De uitgangspunten van het onderwijs zijn ontwikkeld door de pedagoge Helen Parkhurst.
De kenmerken van Daltononderwijs zijn:
1. het leren hanteren van vrijheid (beroep doen op eigen verantwoordelijkheid);
2. het leren zelfstandig te werken;
3. het leren samenwerken.
Het doel van Daltononderwijs is het kind vormen tot een waardevolle burger, volgens het westers
democratisch model. Leerlingen dienen opgeleid te worden tot volwassenen die een grote mate van
verantwoordelijkheid voelen voor een democratische
maatschappij.
Bij het leren hanteren van vrijheid ligt het accent vooral op
de sociale aspecten van die vrijheid. De kinderen krijgen de
vrijheid om hun persoonlijkheid te ontplooien. In hun
vrijheid ontdekken zij normen en waarden, regels en grenzen.
Zij leren die vrijheid te delen met anderen en er samen
gebruik van te maken. Het kind is verantwoordelijk voor
hetgeen het met zijn/haar vrijheid doet. De leerkracht heeft
hierbij een begeleidende, kaderstellende rol.
De koppeling van het leren zelfstandig te werken aan het
vrijheidsprincipe houdt zelfwerkzaamheid in. Dit bevordert het leren en het denken. De kinderen
zoeken oplossingen voor de gestelde problemen en ontwikkelen eigen denkgewoonten bij zowel de
weergave als de toepassing van het geleerde. Het beginsel van de zelfwerkzaamheid sluit aan bij
het feit, dat kinderen van nature actief en zelfontdekkend bezig willen zijn.
Het samenwerkend leren heeft een vaste plaats binnen de school. Het leren samenwerken met
anderen is zowel op school als in het latere dagelijkse leven voortdurend nodig. Het samenwerkend
leren is een didactische manier van werken, waarbij een heldere en duidelijke structuur zichtbaar is
van bijvoorbeeld wie met wie, wanneer, waar, welke regels er zijn en hoe het is georganiseerd.
De school heeft een doorgaande opbouwende lijn in de diverse aanbiedingsvormen van het
samenwerkend leren en voor de vaardigheden die nodig zijn voor kinderen om hier mee om te
kunnen gaan .
- 14 -
Bovengenoemde kenmerken moeten een waarborg zijn voor de sociale opvoeding van kinderen en
een hiermee samenhangende, sterk op de persoon gerichte aanpak van het onderwijs
Het werken met taken
De Daltongedachte staat centraal in de dagelijkse werkwijze op De Starter. De drie uitgangspunten
worden verwezenlijkt in het takensysteem. Kinderen krijgen leer- en doetaken, die binnen een
bepaalde tijd, een dag tot een week, worden afgerond. Het kind kan aan de taak zien wat, wanneer
en op welke wijze moet worden uitgevoerd. De omvang van de taak is afhankelijk van de leeftijd
en de hoeveelheid stof die een kind kan overzien. De taak is voor ieder kind op maat.
De kinderen hebben de vrijheid om zelf de volgorde te kiezen waarin zij aan de verschillende
taakonderdelen werken. Ook bepalen zij hoeveel tijd aan een vak of vakonderdeel wordt besteed en
welke hulpmiddelen daarbij worden gebruikt. Het takensysteem bevordert zelfwerkzaamheid. De
kinderen werken aan taken die uitdagen tot het dragen van eigen verantwoordelijkheid. Ook
samenwerking komt bij de taken aan de orde. Er is sprake van zogenaamde stilte – (zelfstandig
werken) en overlegmomenten(samenwerken). Onderlinge hulp of elkaar overhoren is mogelijk bij
het gezamenlijk uitvoeren van opdrachten.
Op De Starter werken kinderen van jongs af aan met taken. Via middelen
als takenbord en weektaakformulier leren kinderen plannen en
reflecteren. Er is een doorgaande lijn en opbouw in de manier waarop met
de weektaakformulieren gewerkt wordt en hoe ze er uit zien. Als de
kinderen een bepaald onderdeel af hebben, tekenen zij dat af op hun
weektaakformulier. Zo is in één oogopslag te zien welke onderdelen al
zijn gemaakt en wat er nog moet worden gedaan. Van leerlingen wordt
ook gevraagd te reflecteren op hun taak. De leerkracht heeft hierbij een
stimulerende en begeleidende rol.
Het takenpakket wordt zo samengesteld, dat het elk kind een uitdaging biedt op zijn/haar niveau van
ontwikkeling. Naast de reguliere taak die passend is voor elke leerling biedt De Starter in alle groepen
voor ieder kind keuzewerk aan. Keuzewerk sluit aan bij de belangstelling en het niveau van het kind.
De aansluiting met het voortgezet onderwijs
Het onderwijs wordt zo ingericht, dat het mede de grondslag legt voor het volgen van aansluitend
voortgezet onderwijs. Om een goede aansluiting te realiseren, heeft De Starter contact met scholen
voor het voortgezet onderwijs. Daarnaast wordt in groep 8 ieder jaar een speciaal V.O.-project
georganiseerd.
De Starter streeft ernaar dat de kinderen, wanneer zij na acht jaar basisonderwijs de school
verlaten, het volgende hebben bereikt overeenkomstig hun ontwikkelingsniveau:
elk kind kan zich zowel mondeling als schriftelijk uitdrukken, lezen, en omgaan
met hoeveelheden en getallen;
elk kind heeft zich de noodzakelijke kennis van de diverse vakgebieden eigen
gemaakt;
elk kind kan zich op een creatieve manier uitdrukken en omgaan met creatieve
uitingen van anderen;
elk kind heeft zich als sociaal wezen ontwikkeld, zodat het optimaal kan
deelnemen aan het menselijk verkeer;
elk kind kan omgaan met de eigen emoties en met die van anderen.
Van kinderen die deze leerdoelen beheersen, mag worden verwacht dat zij zich staande kunnen
houden in een voortdurend veranderende maatschappij.
- 15 -
5. DE ORGANISATIE VAN HET ONDERWIJS
De indeling in groepen
et onderwijs van De Starter is georganiseerd in groepen naar leeftijd. Er zijn vijf
kleutergroepen van kinderen in de leeftijd van vier tot en met zes jaar, twee groepen
3, één groep 3/4, twee groepen 4, twee groepen 5, twee groepen 6 , twee groepen 7
en twee groepen 8.
Elke groep heeft één of twee vaste leerkrachten .Daarnaast zijn er twee vakleerkrachten voor
gymnastiek.
De locatie
De Starter is gevestigd, voor de groepen 3 t/m 8, op de locatie Parkweg 128. Het gebouw is voor
voetgangers bereikbaar vanaf zowel de Parkweg als de Lorentzstraat. Fietsers en automobilisten
dienen de ingang aan de Lorentzstraat te gebruiken. Voor automobilisten geldt dat overdag na 9 uur
alleen geparkeerd kan worden met een parkeervergunning of tegen betaling. Aan de Parkweg is
een bushalte voor het openbaar vervoer. De groepen 1 en 2 zijn tijdelijk gehuisvest in een
noodlocatie aan de Concourslaan. Dit gebouw is voor voetgangers en fietsers bereikbaar vanaf
zowel de ingang aan de Concourslaan als de Verzetsstrijderslaan. Automobilisten kunnen alleen
gebruik maken van de ingang aan de Verzetsstrijderslaan, waar zich de Kiss and Ride strook
bevindt.
Bij afwezigheid van de directeur:
Bij afwezigheid van de directeur zal Karin Dokter (adjunct – directeur) de directietaken
waarnemen.
Vervanging van een leerkracht:
Als een van de leerkrachten wegens ziekte of andere omstandigheden niet aanwezig kan zijn voor zijn
of haar taak aan de Starter zorgt de directie ervoor dat er een invaller(ster) de taken waarneemt.
Binnen O2G2 (Openbaar Onderwijs Groep Groningen) hanteren de directies een lijst van invallers. In
deze tijd van schaarste op de arbeidsmarkt, kan het voorkomen, dat we geen invalkracht kunnen
H
- 16 -
vinden. Is dit het geval dan probeert de school de vervangingen te laten plaatsvinden door parttimers,
Lio- stagiaires of onderwijsassistenten (onder verantwoordelijkheid van een leerkracht).
Wanneer dit ook niet lukt dan zal de desbetreffende groep verdeeld worden, voor ten hoogste 2 dagen,
over andere groepen binnen de school. Als er geen invaller beschikbaar is en als de desbetreffende
groep al twee dagen verdeeld is over andere groepen binnen de school dan volgt het volgende
noodscenario:
De spelregels hierbij zijn:
ouders worden minimaal 1 dag van tevoren schriftelijk gevraagd hun kind thuis te houden;
voor kinderen die niet thuis opgevangen kunnen worden, wordt opvang op school
georganiseerd binnen een van de andere groepen;
als deze stap wordt toegepast, wordt het bestuur geïnformeerd (contactpersoon van de school)
als deze maatregel langer dan twee dagen duurt (bij dezelfde groep) gaat school er toe over
deze stap bij toerbeurt toe te passen. Dit houdt in dat deze stap op andere groepen wordt
toegepast. Waarbij de betreffende groepsleerkracht de taken van de afwezige collega voor een
periode van maximaal 2 dagen overneemt;
uiteraard blijft de school intussen verder zoeken naar een vervanger. Om te voorkomen dat
zorgtaken stagneren en de organisatie van het onderwijs in gevaar komt hanteren we de
stelregel dat de directie en de intern begeleider zo min mogelijk als invalleerkracht ingezet
worden.
Hierbij dient gemeld te worden dat tot op heden nog nimmer van dit noodscenario gebruik is gemaakt.
Wie lopen er nog meer rond op school
De conciërge:
Als u de school binnenwandelt zult U in veel gevallen onze conciërges Nico Leuwol (Parkweg),
Nouradinne Koubaa (Concourslaan) en Diena Bouland (Parkweg) tegen komen. Zij ondersteunen het
team met hun werk. Bij hen moet U ook zijn als het gaat om b.v. gevonden voorwerpen.
Administratieve zaken:
Jenny Tjaberings helpt ons bij allerlei zaken op het gebied van de administratie.
De stagiaires van onze school komen van de volgende opleidingen:
1. Sociaal Pedagogisch Werk (SPW)
2. PA (Hanze hogeschool Groningen). Leraar in opleiding (LIO en Academische School). Deze
vierdejaars stagiaire komt 4 dagen per week en zal in het kader van het afstudeerproject een
langere periode zelfstandig een groep begeleiden. Er kunnen ook studenten van andere
leerjaren worden geplaatst.
Vragen staat vrij
We hopen, dat U bij vragen en opmerkingen direct bij ons komt, bij de
leerkracht of de directie. Bel even voor een afspraak of loop zo even
binnen. Na schooltijd kan de leerkracht tijd vrij maken om met een ouder
over het kind te praten. Het is aan te bevelen om van te voren even een
afspraak te maken. De leerkracht hoeft dan niet het nakijken van
schriften, het voorbereiden van de nieuwe schooldag te onderbreken,
maar kan dan deze tijd geven aan het gesprek. Voor schooltijd is er
doorgaans geen gelegenheid voor oudergesprekken.
- 17 -
Inrichting van de school
De klaslokalen van De Starter zijn ingericht volgens bepaalde schoolafspraken, waardoor ze
geschikt zijn voor zowel klassikale activiteiten als groepswerkzaamheden en individueel werk. In
zowel de onderbouw als de bovenbouw worden ook de gangen gebruikt voor spelen en werken. De
lokalen zijn tevens in gebruik als overblijflokalen. In het Buurtcentrum is een speellokaal voor
bewegingsonderwijs aan de kleuters.
De Starter heeft een eigen schoolplein aan de achterzijde van het gebouw. Er is een verbinding
tussen de school en het buurthuis. Hierdoor ontstaan er afzonderlijke schoolpleinen voor de
onderbouw en de bovenbouw. De inrichting van deze pleinen is afgestemd zijn op de verschillende
leeftijdsgroepen. Zo is er nu een elementenplein voor de kinderen van Tante Toosje en de jongste
kinderen van de school.. De pauzes zijn zo ingedeeld dat er niet teveel kinderen tegelijk op het
plein aanwezig zijn.
Het gymnastiekonderwijs wordt vanaf groep drie gegeven in de gymzaal van de Vrije School aan
de Merwedestraat (alleen maandagmiddag) en in de gymzaal van het Noorderpoortcollege aan de
Muntinghlaan, beide op loopafstand van de school. Het zwemonderwijs voor groep 5 wordt
gegeven in het Helperzwembad, Moddermanlaan 40. Het vervoer naar en van het zwembad gaat
per bus.
Calamiteiten
Voor de school is een calamiteitenplan opgesteld waarin procedures en vluchtroutes met betrekking tot
mogelijke calamiteiten zijn opgenomen. Regelmatig vinden er oefeningen op dit gebied plaats. De
school is in het bezit van enkele bedrijfshulpverleners die bijstand kunnen leveren bij ongevallen.
Het Schoolteam
De leerkrachten van de school vormen samen het schoolteam. Het team wordt aangevoerd door
een directeur. De directeur heeft ook administratieve taken en een extra inhoudelijke
verantwoordelijkheid en draagt zorg voor de contacten met ouders, de gemeente en andere
instanties. De directeur wordt bijgestaan, door de adjunct-directeur. Eén leerkracht is tevens
coördinator zorgbreedte, dat wil zeggen dat hij/zij het overleg coördineert over leerlingen die
extra aandacht behoeven. De coördinator onderwijsvernieuwing, de directeur, adjunct directeur,
een coördinator zorgbreedte en de bouwcoördinatoren vormen samen het managementteam dat de
organisatorische zaken op school regelt. Maandelijks is er overleg tussen de coördinatoren
zorgbreedte en de directie.
Het schoolteam komt wekelijks in verschillende samenstellingen bijeen. Er wordt dan onder meer
gesproken over organisatorische en huishoudelijke zaken, zorgbreedte, onderwijsinhoud en de
aanpak van specifieke leer- en gedragsmoeilijkheden bij leerlingen. Daarnaast zijn er af en toe
aparte teamvergaderingen over één bepaald onderwerp of is er teamoverleg per bouw.
Ouders die iets hebben te melden of vragen hebben, kunnen voor of na schooltijd met de
leerkracht(-en) altijd een afspraak maken om hierover van gedachten te wisselen. Tijdens de lessen
zijn leerkrachten in principe niet te bereiken. Wilt u met de directie spreken, dan is een afspraak
onder schooltijd wel mogelijk.
De rol van de leerkracht
De leerkrachten vervullen in de groep een belangrijke rol in het realiseren van de drie
Daltonprincipes. Het schoolplan bevat de volgende verwachtingen van de groepsleerkrachten.
- 18 -
De leerkracht dient de leerlingen regelmatig de vrijheid te geven om alleen of
samen aan de oplossing van een probleem te werken. De leerkracht dient zich
steeds af te vragen of regels, die in de groep en/of de school gelden, de vrijheid van
de leerlingen beperken. Het ontbreken van regels kan kinderen eveneens hinderen
in hun ontplooiing.
De leerkracht moet voorwaarden scheppen om kinderen zelfstandig te laten zijn,
rekening houdend met de leermogelijkheden en de verschillende niveaus van de
leerlingen. De leerkracht stimuleert en ondersteunt initiatieven van leerlingen.
De leerkracht schept voorwaarden voor de samenwerking tussen kinderen en helpt
meningsverschillen en conflicten door leerlingen zelf op te lossen. De leerkracht
maakt duidelijk, wat samenwerken inhoudt en zorgt ervoor, dat niet steeds dezelfde
kinderen met elkaar samenwerken. Uitleg over een goede samenwerking en een
goede taakverdeling leidt meestal tot een efficiënter gebruik van de beschikbare
tijd.
De leerkrachten maken gebruik van een gevarieerd aanbod aan hulpmiddelen. Zij behandelen elk
vakgebied volgens een bepaalde methode. Bij deze methoden behoren instructie- en oefenboeken
en andere ontwikkelingsmaterialen. Daarnaast maken zij gebruik van hulpmiddelen zoals
smartboarden, schooltelevisie, computers, laptops en een documentatieruimte met een uitgebreide
collectie aan informatieve en leesboeken. De leerkrachten hanteren het handboek “Werken op de
Starter” waarin de afspraken met betrekking tot schoolregels, aanpak lessen e.d. zijn opgenomen.
Huiswerk
Soms moeten kinderen thuis iets voorbereiden voor school. Tafels, plaatsnamen en woordenlijstjes
leren, werkstukken schrijven zijn enkele voorbeelden. Voor de ouders biedt dit de mogelijkheid
wat meer te zien van datgene waar de kinderen op school mee bezig zijn. Ook bij projecten en
spreekbeurten kunnen de kinderen wel eens thuis komen met de vraag om foto‟s, plaatjes of andere
informatie.
Voor de leerlingen in groep 8 komt het huiswerk regelmatiger voor als voorbereiding op het
voortgezet onderwijs.
De dag- en weekindeling
Een schooldag is als volgt ingedeeld: Soms is er vrije inloop en gaan de
kinderen zelfstandig aan het werk bij binnenkomst, enkele dagen per week
wordt begonnen met een kringgesprek. Na de kringactiviteit worden de
schooluren verdeeld in instructie- en taakuren. Nadat de leerkracht instructie
heeft gegeven, gaan de leerlingen werken aan hun taak. De klasse- of
groepsinstructies leiden vanuit een probleemstelling de nieuwe leerstof in: de
richting van een mogelijke oplossing wordt aangegeven. Er wordt gebruik
gemaakt van een getrapte instructie. Kinderen die de instructie niet nodig
hebben, hoeven die niet te volgen. Tijdens de taakuren gaan de kinderen zelf
aan de slag. Op een ochtend kunnen er meerdere instructiemomenten zijn. Aan
de instructietafel geeft de leerkracht uitleg aan leerlingen die extra instructie
nodig hebben.
- 19 -
Bijzondere activiteiten
Gedurende het jaar zijn er de volgende bijzondere activiteiten.
De groepsvoorstelling: Regelmatig verzorgt een bepaalde groep een voorstelling
voor de andere groepen uit de bouw. De groepsvoorstelling vindt vrijdags plaats.
Ouders van kinderen van de uitvoerende groep zijn welkom. Op de website kunt u
het schema van deze voorstellingen vinden
Sint Maarten. De kinderen maken op school een lampion. Op 11 november wordt
Sint Maarten gezamenlijk gevierd met het zingen van een aantal liedjes. Daarna
krijgen de kinderen een traktatie aangeboden door de ouderraad.
Sinterklaasviering. Op 5 december arriveert Sinterklaas met zijn Pieten om ± 8.30
uur op school en worden onthaald op het plein van de school waar alle kinderen
aanwezig zijn. Om ± 09.15 uur wordt het feest voortgezet in de klassen. Dit
schooljaar zal Sinterklaas ons bezoeken op 3 december.
Kerstmarkt. In de laatste week voor
kerstvakantie worden er op school allerlei
creativiteitsactiviteiten gehouden rond het
thema Kerst.
Kerstmaaltijd. Op de laatste donderdag
avond voor de kerstvakantie vindt een
kerstmaaltijd plaats op school. De maaltijd
begint rond 17.00 uur en eindigt rond 18.30
uur.
Paasjaarfeest. In de week voor de
Paasvakantie zijn er een aantal
paasactiviteiten. De kinderen gaan dan bijvoorbeeld een speurtocht houden in het
Stadspark of hebben een creatieve morgen met als thema Pasen.
Schoolreisjes. Ieder jaar gaan alle groepen op schoolreisje. Voor de groepen 1 - 2
wordt een bestemming in of rondom de stad Groningen gezocht. De groepen 3 tot
en met 6 maken een ééndaagse schoolreis met de bus naar een bestemming in de
omgeving van Groningen. Groep 7 heeft een meerdaags sciencekamp. Groep 8
gaat op een meerdaagse schoolreis met overnachting in een kampeerboerderij.
Jaarafsluitfeest. Ieder jaar wordt afgesloten met een groot buurtfeest op school,
meestal in de voorlaatste week voor de grote vakantie op de vrijdagmiddag vanaf
16.00 uur. Er zijn spelletjes voor jong en oud en hapjes en drankjes. Ook de ouders
zijn op dit jaarafsluitfeest van harte welkom.
Musical. Na acht jaar verlaten de kinderen van de groepen 8 de school. Zij vieren
dit meestal met een musical, die wordt opgevoerd in de laatste week voor de grote
vakantie. Overdag voeren de groepen 8 de musical op voor de kinderen van de
school en „s avonds voor hun ouders, familieleden en kennissen.
Activiteiten buiten school
Bibliotheekbezoek. De Openbare Bibliotheek nodigt de kinderen van de groepen 1
- 2 jaarlijks en de kinderen van de groepen 5 en 6 tweejaarlijks uit voor een bezoek
aan de bibliotheek. De kinderen worden er op een speelse manier wegwijs
gemaakt. Tijdens de Kinderboekenweek wordt op school aandacht besteed aan
nieuw verschenen boeken en aan het thema van de Kinderboekenweek.
- 20 -
Verkeersproef. De leerlingen van de groepen 7 en 8 leggen elk jaar een
verkeersproef af. In groep 7 krijgen de kinderen het theoretische gedeelte en in
groep 8 het praktische deel.
Zwemmen. De leerlingen van groep 5 krijgen eenmaal per week zwemonderwijs.
Hierbij hebben zij de gelegenheid zwemdiploma‟s te halen.
Schooltuintjes. De kinderen van groep 6 zullen in het schooljaar 2012-2013 van
april tot eind juli 2013 eenmaal per week hun schooltuintjes verzorgen in de
Kinderwerktuin Helpman aan de Helperzoom. De kinderen van groep 7 doen
hetzelfde in de periode augustus tot eind oktober 2012.
Naast genoemde activiteiten wordt in het kader van de Vensterschool Stadspark het
contact met de Bibliotheek uitgebreid tot samenwerking bij thema‟s en projecten.
Ieder jaar is er in elke groep een thema of project.
De Starter geeft de leerlingen elk jaar gelegenheid aan een aantal sporten mee te doen. Hieronder
vallen in ieder geval de volgende sporten.
Voetbal. De school doet mee aan het Paasvoetbaltoernooi om het Kampioenschap
voor basisscholen van de gemeente Groningen. Kinderen van de groepen 6 tot en
met 8 kunnen aan beide toernooien deelnemen.
Avondvierdaagse. In juni neemt de school deel aan de avondwandelvierdaagse in
Hoogkerk. Kinderen van groep 1 tot en met 4 kunnen zich opgeven voor de 5-
kilometerwandeling, kinderen van de groepen 5 tot en met 8 voor de 10-
kilometertocht. Dit wordt georganiseerd door de ouderraad
Denksport. Bij voldoende belangstelling wordt
deelgenomen aan de Groningse
schaakkampioenschappen.
Sport en spel. Wekelijks is er de mogelijkheid
voor jongere en oudere kinderen om mee te doen
aan een sportinstuif.
- 21 -
6. HET ONDERWIJS IN DE GROEPEN
De kleuterperiode – groepen 1 - 2
Elk kind dat vier jaar wordt, mag naar de basisschool. Om de overgang te versoepelen mag de bijna
vierjarige in overleg met de leerkrachten al een aantal dagdelen op bezoek komen. De nieuwe
leerling mag drie weken voor zijn verjaardag, zes keer een dagdeel komen wennen. Ouders krijgen
hiervoor een uitnodiging.
Vierjarige kinderen komen de basisschool binnen met verschillende ervaringen. Het ene kind is
naar de peuterspeelzaal geweest, een ander heeft op een dagverblijf gezeten, weer anderen
hebben nog niet zoveel ervaringen opgedaan met leeftijdsgenootjes. Ook hebben kinderen elk hun
eigen ontwikkeling doorgemaakt. Het ene kind is toe aan een nieuwe uitdaging, voor een ander
kind komt de basisschool nog wat vroeg. In overleg met de leerkrachten is daarom gedurende een
bepaalde tijd een aangepaste schooltijd mogelijk.
In het begin van groep 1 krijgt een kind alle gelegenheid om te wennen. Vanuit een gevoel van
veiligheid komt een kind tot spelen. Dit spelen leidt tot brede leerervaringen. Het onderwijs in de
kleutergroep sluit aan bij het individuele ontwikkelingsniveau van leerlingen en is gericht op hun
verdere ontwikkeling.
Kring „s Morgens wordt er begonnen in de kring of er is een inloop. In de onderbouw zijn er
verschillende activiteiten die zich afspelen in de kring, zoals:
Dagen van de week, dagritme en verjaardagen
Vertelkring
Verbredingsactiviteiten in de hoeken, zoals het voorspelen van rollenspellen.
Reken- en taalspelletjes
Muziek
Vreedzame School
Samenwerkend leren activiteiten
Kind van de week
Weektaak instructie
Werkuur Na de kring of de inloop, gaan de kinderen aan het werk. Het lokaal is ingericht in hoeken, zoals
huishoek (waarin rollenspel vanuit het aangeboden thema plaats kan vinden), bouwhoek, kleur en
vorm, tekenen en knutselen, voorbereidend lezen en rekenen, leeshoek, puzzelen en water- en
zandtafel.
In elke hoek liggen materialen van verschillende moeilijkheidsgraad, zodat alle kinderen daaruit
een keuze kunnen maken. Ieder kind kiest een activiteit uit één van de hoeken of gaat aan de gang
met één van de weektaken. Door de weektaken komen alle leerlingen in aanraking met materialen,
vaardigheden en activiteiten die belangrijk zijn voor hun ontwikkeling.
Thema
De onderbouw werkt vanuit thema‟s. Thematisch opgebouwd
onderwijs maakt het mogelijk om samenhangende en zinvolle
kernactiviteiten te creëren. Dit houdt in dat zoveel mogelijk
activiteiten in een periode binnen hetzelfde thema passen.
Beweging
‟s Ochtends en ‟s middags spelen de leerlingen buiten. Bij zeer
slecht weer is er de mogelijkheid tot spelen in het speellokaal.
Daarnaast biedt de leerkracht twee keer in de week een les bewegingsonderwijs aan. Hierbij ligt de
nadruk op de grove motorische ontwikkeling van het kind.
- 22 -
Groepen 1 en 2
Schooltijden
Maandag, dinsdag, donderdag van 8.30 tot 12.00 uur en van 13.00 tot 15.00 uur
Woensdag en vrijdag van 8.30 tot 12.00 uur.
Te laat
Wanneer de groep al begonnen is, stoor dan zo weinig mogelijk. Neem zachtjes
afscheid.
Telefoonnummers
Wij willen graag weten wie we kunnen bellen wanneer er zich iets voordoet.
Zorg dat de leerkracht op de hoogte is van het nummer voor noodgevallen.
Overdracht
Het is heel fijn wanneer er geen onzekerheid bestaat of een kind wel of niet
overblijft of naar de BSO gaat. Geef veranderingen aan ons door. Ook wanneer
uw kind na schooltijd door iemand anders wordt gehaald, meldt dit dan bij de leerkracht van uw kind.
Fruitpauze
Drinken en fruit zijn voldoende. Liever geen zoete koeken en zoete dranken meegeven: snoep is
helemaal niet toegestaan.
Overblijf
Op de school is gelegenheid om over te blijven. De kinderen moeten zelf eten en drinken meenemen.
U kunt uw kind aanmelden via de site, onderdeel TMO.
Gymnastiek
Gymkleding is niet nodig maar mag wel. Gymschoenen, met de naam van uw kind erop, zijn wel
nodig in verband met voetwratten. Houdt bij de aanschaf van gymschoenen rekening met het feit dat
de kinderen zich zelf uit- en aankleden ( klittenbandsluiting of elastieken bandjes). Een gymtas is
handig. Controleer regelmatig of de gymschoenen nog passen.
Speelgoeddag
Iedere vrijdag mogen de kinderen speelgoed mee van huis nemen. Steppen en skeelers staan wij niet
toe op het schoolplein. Wij zijn gek op leuke gezelschapsspelen. Schiettuig, pistolen, zwaarden en
dergelijke mogen niet mee naar school.
Communicatie
Mocht er iets niet duidelijk zijn, kom dan gerust naar ons toe.
Groep 3
Om de overgang van groep (1-) 2 naar groep 3 zo soepel
mogelijk te laten verlopen, gaan de kinderen gedurende het
eerste deel van het schooljaar nog regelmatig een bezoek
brengen aan groep (1-)2.
In groep 3 krijgen alle leerlingen een pen van school. In de
daarop volgende groep kan deze 1 keer door de school
worden vervangen. Heeft uw kind daarna geen pen meer, is
het de bedoeling dat u deze i.v.m. de kosten en het dragen
van eigen verantwoordelijkheid, zelf verstrekt.
- 23 -
Vakken Naast deze vorm van werken komen de leerlingen in groep 3 in aanraking met vakken als taal,
lezen, rekenen, schrijven, wereldoriëntatie. Vooral in het begin van groep 3 wordt veel tijd
besteed aan het leren lezen met de methode Veilig leren lezen en aan het leren schrijven. Tijdens
deze activiteiten worden de vorderingen van de leerlingen nauwlettend in de gaten gehouden.
Als de kinderen eenvoudige teksten kunnen lezen, wordt begonnen met een dagtaak. Hierop staat
vermeld wat de leerlingen die dag aan elk vak moeten doen (bijvoorbeeld les 4 van taal). Na de
instructie kunnen de leerlingen zelf de volgorde van het werk bepalen. Daarnaast is er elke week
keuzewerk voor alle kinderen en hebben de kinderen voor een deel hun eigen werk. Dat is passend
voor elke leerling op zijn eigen niveau. Er is een doorgaande lijn van groep 1 t/m 8 voor de
creatieve vakken.
Het bewegingsonderwijs bestaat in groep 3 uit tweemaal gymnastiek per week, door de
vakleerkracht gegeven.
Groep 4
In groep 4 wordt de kennismaking met taal, lezen, schrijven, rekenen en wereldoriëntatie
voortgezet. In groep 4 werken de leerlingen met een dagtaak, bestaande uit vaste taken, eigen werk
en keuzewerk. In de loop van groep 4 wordt overgestapt naar een meerdaagse taak. Behalve aan
planning van de taak wordt er in alle groepen veel waarde gehecht aan de werkhouding en de
verzorging van het werk.
Naast de genoemde vakken krijgt groep 4 bewegingsonderwijs in de vorm van tweemaal
gymnastiek per week.
Groep 5
In groep 5 wordt zo snel mogelijk begonnen met een hele weektaak. Kinderen, die het nog
moeilijk vinden om een hele weektaak te overzien, maken samen met de leerkracht een
dagplanning.
In groep 5 krijgen de leerlingen dezelfde vakken als in groep 4. Naast de methodegebonden
toetsen worden in januari en juni ook methode -onafhankelijke toetsen afgenomen.
Ook in groep 5 is er keuzewerk en eigen werk.
Het bewegingsonderwijs in de vorm van gymnastiek vindt in groep 5 tweemaal per week plaats;
eenmaal in de vorm van gymnastiek en eenmaal in de vorm van zwemonderwijs. Voor de groepen
1 tot en met 8 is een doorgaande lijn ontwikkeld voor de creatieve vakken.
In de loop van het jaar worden in groep 5 de laptops geïntroduceerd.
Groep 6
In groep 6 wordt gewerkt met hele weektaken. Ook hier geldt dat kinderen die het nog moeilijk
vinden om een hele weektaak te overzien, samen met de leerkracht een dagplanning maken. Op de
weektaken is ruimte voor zelfreflectie door de leerlingen. De taken zijn zodanig samengesteld dat
ze voor iedere leerling passend worden gemaakt door het eigen werk en keuzewerk. Dit kan zowel
betekenen dat leerlingen extra hulp krijgen als dat ze extra uitdagende opdrachten krijgen.. In beide
gevallen kan dat leiden tot verkorting van de reguliere lesstof. In groep 6 krijgen de leerlingen
dezelfde vakken als in groep 5. Alleen bij het vak wereldoriëntatie wordt het onderdeel topografie
ingevoerd. In groep 6 moeten alle leerlingen een spreekbeurt houden en een werkstuk maken. Bij
een spreekbeurt mogen alleen de kernwoorden op papier staan. Tevens stelt de spreker vragen op,
die hij/zij aan de rest van de groep stelt na afloop van de spreekbeurt. De leerlingen kunnen hulp
krijgen bij de voorbereiding De prestatie wordt door de leerkracht en de leerlingen beoordeeld
- 24 -
volgen een vaste procedure.
Het keuzewerk, eigen werk, het bewegingsonderwijs en de creatieve vorming zijn in groep 6 op
dezelfde wijze geregeld als in groep 5. De leerlingen kunnen in de taakuren over een laptop
beschikken. Op de Starter wordt gewerkt aan een doorgaande lijn in ICT-vaardigheden (groep 1
t/m 8) waarbij ICT geheel geïntegreerd is in het onderwijs.
Groep 7
Ook in groep 7 wordt gewerkt met hele weektaken. Naast de
vaste taken per vakgebied maken ook in deze groep het
keuze- en eigen-werk deel uit van de weektaak.
In groep 7 maken de leerlingen kennis met het vak Engels.
Tevens is er veel aandacht voor interculturele aspecten van
onze samenleving. Alle kinderen krijgen verkeersonderwijs
ten behoeve als voorbereiding op het schriftelijk
verkeersdiploma.. In groep 7 krijgen de kinderen
laptoponderwijs in het kader van het ICT-plan van De
Starter.
Evenals in groep 6 wordt per week twee lessen bewegingsonderwijs in de vorm van gymnastiek
verzorgd door de vakleerkracht. Voor de groepen 1 tot en met 8 bestaat een doorgaande lijn voor de
creatieve vakken. Tevens wordt er in alle groepen aandacht gegeven aan vieringen van
verschillende geloofsovertuigingen.
Groep 8
Ook in groep 8 wordt gewerkt met een weektaak. Naast de vaste taken per vakgebied maakt ook in
deze groep het eigen werk deel uit van de weektaak. Het keuzewerk, ook onderdeel van de
weektaak, wordt één keer in de week aan alle leerlingen aangeboden. Door de hele schoolperiode is
een doorgaande lijn te vinden van taken, keuzewerk, hoekenwerk, taakborden en computergebruik.
De spreekbeurten, presentaties en boekbesprekingen vormen een belangrijk onderdeel van taal.
In groep 8 besteedt de groepsleerkracht veel aandacht aan de overgang naar het voortgezet
onderwijs. Met het zelf maken van werkstukken en huiswerk kunnen de leerlingen zich gaandeweg
voorbereiden op de middelbare school. De resultaten van het leerlingvolgsysteem, afgesloten met
de landelijke Cito-eindtoets helpen bij de plaatsing van de leerlingen op de voor hen juiste school.
Evenals in groep 7 krijgen de leerlingen per week twee lessen bewegingsonderwijs in de vorm van
gymnastiek van de vakleerkracht.
Met een meerdaagse schoolreis en musical „vieren‟ de kinderen het afscheid van de basisschool.
- 25 -
Internetgebruik
ODS De Starter is sinds 2002 een voorloper op het gebied van ICT-gebruik. Op dit moment is de
school een Kennisnet-voorbeeldschool op het gebied van breedband-internet-gebruik. Voor het
internetgebruik sluiten de leerlingen in groep 5 met de school een contract af. Er worden afspraken
gemaakt over met name ongewenste internetsites en emailgebruik.
De school gebruikt geen firewalls om ongewenste sites buiten de schoolmuren te houden. Omdat
internetgebruik door kinderen niet stopt wanneer de school uit is, willen we dat onze leerlingen weten
wat ze moeten doen als ze op een ongewenste site komen. We willen dat met de kinderen kunnen
bespreken, vandaar onze keuze firewalls te weren. Dit past in ons pedagogisch klimaat en onze
daltonaanpak: zaken bespreekbaar maken. Overigens is met firewalls nooit het internet dicht te
timmeren wat betreft ongewenste sites.
- 26 -
7. LEERLINGENZORG
De toetsing
egelmatig worden de kinderen getoetst op hun
voortgang. De Starter gebruikt twee soorten toetsen. Dit
zijn ten eerste methodegebonden toetsen, dat wil
zeggen toetsen die behoren bij de door de school
gebruikte methoden voor begrijpend lezen, rekenen,
spellen enz. Hiermee kan worden bekeken hoe een kind
of een groep zich ontwikkelt.
Daarnaast worden tweemaal per jaar, in januari en mei/juni, niet-
methodegebonden toetsen afgenomen voor rekenen, spelling en
begrijpend lezen. Deze toetsen zijn bedoeld om te kijken welke
problemen/moeilijkheden een leerling (of groep) nog heeft, zodat de
leerkracht er zonodig individueel of per groep aandacht aan kan
besteden.
De ouders ontvangen regelmatig een rapport over de vorderingen van hun kinderen. In de groepen
1 - 2 komt het rapport in juni. Vanaf groep 3 verschijnen de rapporten tweemaal per jaar: in
februari en juni. Daarnaast worden de ouders driemaal per jaar in de gelegenheid gesteld om op een
contactavond te overleggen over hun kind.
In de rapporten wordt voor alle kinderen aangegeven, wat de algemene indruk is van hun
functioneren in de groep in relatie tot de drie Daltonprincipes. Verder staat in het rapport
aangegeven hoever het kind is met bepaalde onderdelen van de leerstof (de vakken), hoe er is
gewerkt en hoe de resultaten zijn. Daarbij wordt niet alleen gekeken naar toetsresultaten, maar
ook naar belangstelling en vaardigheden. Er worden geen cijfers gegeven, maar beoordelingen op
een 5-puntsschaal die loopt van + tot -. In de hoogste groepen kan het aantal onderdelen, waarop
leerlingen worden beoordeeld, oplopen tot meer dan 50.
Leerlingenbespreking
Vier keer per jaar vindt er een bespreking van leerlingen plaats met de intern begeleider. Deze
leerlingenbespreking betreft de leerlingen die, op welk gebied dan, ook zorg nodig hebben. Dit kan
zijn gedrag- en/of leerproblemen, zorg rondom de thuissituatie of leerlingen die behoefte hebben
aan extra uitdaging.
Wanneer uit de leerlingenbespreking blijkt dat nader onderzoek
didactisch/psychologisch/medisch/logopedisch) nodig is, dan volgt hierover altijd eerst overleg met
de ouders van de betreffende leerling. Dit overleg wordt gevoerd door de groepsleerkracht en/of de
intern begeleider. Het resultaat van het interne overleg en eventueel het externe onderzoek kan het
opstellen van een handelingsplan zijn. Of verwijzing naar externe hulp. Het handelingsplan wordt
opgesteld door de groepsleerkracht en/of in overleg met de intern begeleider. Een handelingsplan
wordt in een volgende leerlingenbespreking geëvalueerd en eventueel daarna bijgesteld.
Van alle leerlingen wordt een dossier bijgehouden in een afsluitbare dossierkast. Verslagen van de
bespreking van zorgleerlingen, onderzoeken en handelingsplannen worden in het leerlingendossier
opgenomen. Dit dossier kunnen ouders op verzoek inzien.
Driehoeksoverleg.
Zes keer per jaar vindt er een driehoeksoverleg plaats. In dit team zitten de intern begeleiders, een
schoolpsycholoog van de schoolbegeleidingsdienst en een ambulant begeleider vanuit het speciaal
R
- 27 -
basisonderwijs. In dit overleg kan worden besloten tot het afnemen van een observatie of een
psychologisch en/of didactisch onderzoek.
Klein zorgteam.
Zes keer per jaar vindt er een klein zorgteam plaats. In het team hebben de intern begeleiders en de
sociaal verpleegkundige van de GGD zitting. Binnen dit overleg worden leerlingen met sociaal
emotionele problemen besproken.
GGD. Ouders kunnen zelf (opvoeding) vragen stellen aan de sociaal verpleegkundige. Contact kan gelegd
worden via de intern begeleiders, leerkracht of door de ouders zelf. Op school liggen folders over
allerlei opvoedkundige vragen. Er hangen posters waarin de sociaal verpleegkundige zichzelf
introduceert en in het Startsein staat indien nodig relevante informatie vanuit de GGD. Tevens is de
sociaal verpleegkundige aanwezig bij de koffieochtenden voor de ouders van de kleutergroepen.
De schoolresultaten
De leerlingen van De Starter hebben in voorgaande schooljaren op de landelijke CITO-toetsen
een resultaat geboekt dat gemiddeld of hoger is in vergelijking met andere scholen in Nederland.
Tegelijkertijd is er een grote spreiding in individuele prestaties. Dit komt overeen met de
doelstelling van De Starter om leerlingen op alle niveaus stof aan te bieden. Indien de
schoolresultaten worden vergeleken met andere scholen met ongeveer dezelfde
leerlingkenmerken, dan heeft De Starter in voorgaande jaren een gemiddeld tot hoog resultaat
geboekt. Op grond daarvan zijn wij als excellente school gekenmerkt door de onderwijsinspectie.
Naast de toetsresultaten geven ook de schooladviezen voor het voortgezet onderwijs een indruk
van het resultaat van het onderwijs aan De Starter. Van de vertrekkende groep 8 was het afgelopen
jaar de verdeling over de verschillende schooladviezen als volgt: 29% VWO; 33% HAVO; 26%
VMBO TL en 12% VMBO KB.
Aannamebeleid leerlingen met een specifieke onderwijsbehoefte
De bevordering van de emancipatie en integratie van mensen met een handicap vormt een belangrijke
doelstelling in het beleid van de rijksoverheid. Ook in het onderwijs is er behoefte aan emancipatie en
integratie van gehandicapte kinderen. Van oudsher is het onderwijs aan gehandicapte kinderen
georganiseerd in speciale scholen. Steeds meer ouders willen graag dat hun kind zoveel mogelijk kan
opgroeien in de thuisomgeving. Zij zien hun kind dan het liefst geplaatst op een school in de buurt. Om dit mogelijk te maken heeft de overheid een speciale regeling ontworpen, de leerlinggebonden
financiering (LGF). Hierin zitten middelen waardoor het mogelijk wordt leerlingen met een handicap
op te vangen binnen het „gewone‟ basisonderwijs. Binnen onze school proberen wij rekening te houden met de individuele verschillen tussen leerlingen.
Dit houdt in dat wij in principe bereid zijn kinderen met een handicap op te nemen en aan hen
onderwijs op maat te bieden.
Om in aanmerking te komen voor een LGF indicatie moeten ouders zelf een aanvraag indienen bij de
commissie van indicatiestelling.
- 28 -
Aanname van leerlingen in hogere groepen.
Tijdens het lopende schooljaar kunnen leerlingen van andere scholen of van buitenaf op onze school
worden aangemeld. Plaatsing zal enkel plaatsvinden als de school hiervoor toestemming heeft
verleend. Dit heeft alles te maken met groepsgrootte, het aantal zorg- leerlingen per groep en borgen
van de kwaliteit van ons onderwijs.
Bij aanmelding voor een hogere groep belt de directie of de SP‟er met de huidige school van de
leerling over:
de sociaal emotionele ontwikkeling van het kind
de cognitieve ontwikkeling van het kind
het welbevinden van het kind
Daarnaast overleggen de directie, de leerkracht van de desbetreffende groep van ODS de Starter en de
IB-er over de plaatsing van het kind op onze school. Het is aan te raden de leerling een dag mee te
laten draaien op school om op die wijze de bevindingen van beide partijen te onderbouwen.
Daarna wordt de keus gemaakt voor eventuele aanname.
Wat kunnen we?
We proberen zoveel mogelijk zorg op maat te bieden. Dat betekent tijdige signalering van problemen
door de leerkracht, gevolgd door extra zorg, zowel in de klas als daarbuiten. Voor een kind met een
handicap willen we een onderwijsaanbod bieden dat aansluit op de mogelijkheden van deze leerlingen.
Dit onderwijsaanbod kan gestalte krijgen in de groep, maar ook daarbuiten, in de vorm ambulante
begeleiding vanuit het Regionale Expertisecentrum (REC).
Algemene uitgangspunten
Er zal met betrekking tot een toekomstige leerling met een handicap goede informatie voorhanden
moeten zijn van de ouders en aanvullende gegevens van andere deskundigen.
Het beeld van het betreffende kind dient, zowel op lichamelijk als geestelijk gebied, vooral waar
het de sociaal-emotionele ontwikkeling betreft, zo volledig mogelijk te zijn. Volgens de nieuwe
wetgeving zijn de ouders verantwoordelijk voor de aanlevering van het dossier. De taak van het
Regionaal Expertisecentrum is om hen hierbij te ondersteunen.
Een reëel beeld van het verwachtingspatroon met betrekking tot de verdere schoolloopbaan en de
ontwikkelingen van het kind, gebaseerd op een zo breed mogelijke informatie, eventueel
aangevuld met eigen observatiegegevens, is een essentieel onderdeel van het
besluitvormingsproces wat betreft mogelijke aanname.
Het is belangrijk op voorhand duidelijkheid te verkrijgen op welke mate van betrokkenheid en/of
vormen van ondersteuning, met name vanuit het speciaal onderwijs maar ook vanuit andere
deskundigheden, de school kan rekenen.
De inzet van extra middelen wordt in overleg geregeld; in dat overleg participeren de ouders, de
school en eventueel begeleidende instanties. Dat overleg leidt tot een handelingsplan.
Waaraan moeten nieuwe leerlingen met een LGF voldoen?
De leerling moet in principe in het „voedingsgebied‟ van de scholen van „bevoegde gezag‟ wonen.
De leerling mag geen gevaar vormen voor zichzelf en/of zijn omgeving.
De leerling mag geen belemmering vormen voor het onderwijsleerproces van de rest van de groep
Indien noodzakelijk moet er, in samenwerking met de ouders, een zindelijkheidstraining kunnen
worden opgezet. In de tussentijd wordt in goed overleg afgesproken wie het kind wanneer
verschoont. De ouders zijn verantwoordelijk voor de zindelijkheidstraining, er mag van de
leerkracht(en) niet verwacht worden dat zij daar actief aan deelnemen.
Er moet een redelijke verwachting zijn dat de leerling zowel op onderwijsinhoudelijk als op
sociaal-emotioneel gebied kan voldoen aan minimale doestellingen.
- 29 -
Waar liggen onze grenzen?
1. Verstoring van rust en veiligheid. Indien een leerling een handicap heeft die ernstige gedragsproblemen met zich meebrengt, leidend
tot een ernstige verstoring van de rust en de veiligheid in de groep, is voor ons de grens bereikt. In
een dergelijk geval is het niet meer mogelijk om kwalitatief goed onderwijs aan de gehele groep
en aan het betreffende kind met een handicap te bieden. 2. Wisselwerking tussen verzorging/behandeling en het onderwijs.
Indien een leerling een handicap heeft die een zodanige verzorging/behandeling vraagt dat
daardoor het onderwijs aan de betreffende leerling onvoldoende tot zijn recht kan komen, is voor
ons de grens bereikt. Ook in dit geval is het niet meer mogelijk om kwalitatief goed onderwijs aan
het betreffende kind te bieden. 3. Verstoring van het leerproces voor de ander kinderen.
Indien het onderwijs aan de leerling met een handicap een zodanig beslag legt op de tijd en de
aandacht van de leerkracht, dat daardoor de tijd en aandacht voor de overige leerlingen in de groep
onvoldoende of niet kan worden geboden, is voor ons de grens bereikt. Het is dan niet meer
mogelijk om kwalitatief goed onderwijs te bieden aan de leerlingen in de groep. 4. Gebrek aan opnamecapaciteit.
Het kan zijn dat een groep zo vol is dat het plaatsen van nog een leerling in die groep extra
problemen met zich meebrengt. Dit is zeker het geval bij plaatsing van een gehandicapte leerling
die zich voort moet bewegen met behulp van een rolstoel. Ook dan kan er kwalitatief geen goed
onderwijs geboden worden.
Specifieke onderwijsbehoeften
In geval van een handelingsplan krijgt een leerling extra begeleiding indien daartoe aanleiding is.
Deze begeleiding omvat bijvoorbeeld extra oefeningen en extra hulpmiddelen. Er kan ook sprake
zijn van een aangepast en verzwaard programma voor die leerlingen die juist meer uitdaging nodig
blijken te hebben. Deze verbreding vindt plaats op het niveau van de groep waarin de leerling zit.
In principe vindt de extra begeleiding binnen de klassensituatie plaats. Door de Daltonwerkwijze
kan in de klas tijd vrij worden gemaakt voor de kinderen, die extra aandacht nodig hebben.
Wanneer er in de groep gelegenheid is tot zelfstandig werken, kan de leerkracht de zorgleerlingen
aan de instructietafel begeleiden. Is er meer hulp nodig, dan wordt gekeken welke tijd de interne
schoolbegeleider en andere leerkrachten beschikbaar hebben. Wanneer collega‟s of de leerkracht
zorgbreedte worden ingeschakeld, streeft men naar zoveel mogelijk regelmaat en vaste afspraken.
In bijzondere gevallen kan de school een beroep doen op de ouders om het kind ook buiten
schooltijd te begeleiden. Eventueel kunnen de afspraken tussen school en ouders in een soort
overeenkomst worden vastgelegd. Bij de eerste aanmelding van het kind in het zorgteam worden de
ouders ingelicht.
Nieuwe leerlingen
Wanneer een leerling nieuw op De Starter is, probeert de school met behulp van de nodige
informatie vooraf (ouders/peuterspeelzaal/kinderdagverblijf) en observatie een zo goed mogelijk
beeld te krijgen van de betreffende leerling. Mocht een leerling in een hogere klas binnenkomen,
dan vraagt de school elders (basisschool/speciaal onderwijs) informatie op. Ontbreken er relevante
gegevens, dan krijgt de leerling toetsen die recentelijk door klasgenoten zijn gemaakt. Eventueel
krijgt hij/zij extra ondersteuning bij bepaalde vakgebieden.
- 30 -
De overgang van groep naar groep
Tijdens de eerste leerlingenbespreking in het nieuwe kalenderjaar wordt al gekeken welke
leerlingen mogelijk nog niet toe zijn aan de overgang naar een volgende groep. Er volgt een
periode van verhoogde aandacht, waarin zondig extra besprekingen en onderzoeken plaats
vinden. In april/mei valt na overleg met de betrokken ouders een beslissing over de te nemen
stappen. Van dit alles komt weer een verslag in het leerlingendossier.
Aan het eind van het schooljaar vindt tussen de groepsleerkrachten een uitwisseling plaats van
relevante gegevens over alle leerlingen, die het volgende schooljaar bij een collega komen.
De tussentijdse overgang naar een andere school
In geval van de overgang van een leerling naar een andere school streeft De Starter er altijd naar
om schriftelijk contact te leggen met de nieuwe school. Hierdoor verloopt de overgang zo soepel
mogelijk. Hiervoor wordt het onderwijskundige rapport gebruikt, dit is een samenvatting van de
belangrijkste gegevens uit het leerlingendossier en de indrukken van de groepsleerkrachten. Verder
geeft de school kopieën van onderzoeksresultaten mee.
De overgang naar het speciaal onderwijs
De aanmeldingsprocedure voor een school voor speciaal onderwijs is beschreven in een brochure
die verkrijgbaar is bij De Starter of bij de Gemeente. De Starter maakt deel uit van een
samenwerkingsverband van 24 basisscholen en 1 speciale school voor basisonderwijs. Dit
samenwerkingsverband stelt elk jaar een zorgplan op met het beleid om de zorg voor de leerlingen
te verbeteren. Plaatsing op een school voor speciaal onderwijs gebeurt door een zogenaamde
permanente commissie leerlingenzorg. Een jong kind gaat bij voorkeur eerst naar een
basisschool. Ouders/verzorgers kunnen, bij voorkeur in overleg met de school, hun kind aanmelden
bij de plaatsingscommissie. De basisschool schrijft een onderwijskundig rapport, op grond
waarvan de commissie een beslissing kan nemen. De basisscholen in het samenwerkingsverband
hanteren allemaal hetzelfde model onderwijskundig rapport. In dit rapport wordt onder meer
vermeld wat de problematiek is, de mogelijke oorzaken en de pedagogische en didactische
behoeften van het kind. Ook de ouders/verzorgers geven in het rapport hun visie op de
problematiek van het kind.
De overgang naar het voortgezet onderwijs
Na acht jaar basisschool volgt de stap naar het voortgezet onderwijs. In november wordt in groep
8 een project Voortgezet Onderwijs gehouden waarbij de kinderen een antwoorden krijgen op
vragen die over het VO bij hen leven. In juni krijgen de leerlingen van groep 7 de CITO-
entreetoets. Deze toets is niet bedoeld als hulp bij de schoolkeuze, maar om te zien welke
problemen/moeilijkheden een leerling (of groep) eventueel nog heeft, zodat de leerkracht aan deze
problemen/moeilijkheden het daarop volgende schooljaar gericht iets kan doen.
Voor de ouders van leerlingen in groep 8 organiseert de school in oktober een ouderavond waarop
zij worden geïnformeerd over de mogelijkheden voor de toekomstige schoolkeuze van hun kind. In
de maand januari vinden de zogenaamde open dagen voor de scholen van het voortgezet onderwijs
plaats. In februari volgt de CITO-eindtoets voor groep 8. Rond deze tijd vindt er overleg tussen de
leerkracht, de leerling en de ouders plaats om te komen tot een definitieve schoolkeus.
De Starter overlegt in het kader van het Vensterschoolproject met het Zernikecollege om de
doorstroom van anderstalige leerlingen te versoepelen.
- 31 -
Verwijdering van leerlingen
In het kader van ons daltononderwijs en de vreedzame school straffen wij in principe niet. Wij doen
(met succes) een beroep op de verantwoordelijkheid van het kind. Echter, het kan voorkomen dat er
toch gekozen wordt voor straf. Soms zijn er echter situaties waarbij de school niet meer in staat is om
het gedrag van de leerling te corrigeren. Deze situaties ontstaan vaak als de veiligheid van andere
leerlingen of een leerkracht in het geding is. Daarom kan bij ernstig wangedrag dan wel bij
herhaaldelijk overtreden van de voorschriften een leerling definitief van school worden verwijderd.
Gelukkig komen dergelijke situaties zelden voor.
Om te voorkomen dat een leerling echt verwijderd wordt, zal bij de situaties zoals boven beschreven
worden gezocht naar een andere school die bereid is de leerling toe te laten. Pas als dat niet lukt, zal de
leerling verwijderd worden. Dit alles is beschreven in het protocol “time-out & verwijdering in PO”.
Dit protocol ligt ter inzage bij de directie.
De zorg voor de fysieke groei
Na aanmelding van uw kind kunt u het boekje Gezonde Basis van de GGD krijgen. In dit boekje
vindt u informatie over onderwerpen, waar u als ouder/opvoeder mee te maken krijgt. Ook voor
allerlei vragen over geneeskundige hulp zijn gegevens in het boekje opgenomen.
De GGD doet gedurende de basisschooltijd enkele keren onderzoek naar de fysieke toestand van de
kinderen. Kinderen van groep 2 en 7 krijgen in de loop van het jaar een brief mee van de
GGD. De ouders kunnen hiermee toestemming geven, om hun kind door de GGD te laten
onderzoeken. Het gaat om een fysiek onderzoek (meten, wegen, ogen en oren testen). Daarna
vindt er een gesprek met de ouders en de verpleegkundige plaats. Er is een
schoolverpleegkundige aan de school gekoppeld. Dit is Paula Martin. U kunt met haar een
afspraak maken.
Met vragen kunt u altijd terecht bij de contactpersoon van de GGD,
- 32 -
8. DE SCHOOLREGELS
De Vreedzame School
inderen moeten zich op school veilig en op hun gemak kunnen voelen. Daartoe dienen
kinderen zich te houden aan duidelijke afspraken en regels. Deze afspraken over de
sfeer op school en de omgangsregels staan vermeld in het schoolplan van De Starter.
De schoolregels van De Starter zijn gebaseerd op het idee van de Vreedzame School.
Dit idee is ontwikkeld in de Verenigde Staten van Amerika. De Starter past het idee
van de Vreedzame School in alle groepen toe. De Vreedzame School gaat uit van respect voor een
ander, ook al verschilt die ander van jezelf in gedrag, uiterlijk enz.. Meningsverschillen en ruzies
worden bespreekbaar gemaakt. Het is belangrijk om andere kinderen af en toe een opsteker
(compliment aan een medeleerling) te geven en om afbrekers (negatieve opmerking over een
medeleerling) te vermijden. Met hulp van anderen kan naar een oplossing bij conflicten worden
gezocht. De school heeft zelf een weerbaarheidsproject gemaakt voor groep 7 en/of 8 op het gebied
van seksuele intimidatie, drank – en drugsgebruik, media en pestgedrag.
Door de hele school wordt het positief waarderen van de medeleerling in de vorm van “het kind
van de week” aangeboden.
Bemiddeling
Alle leerlingen uit groep 8 krijgen een training aangeboden
om als mediator, bemiddelaar, op te kunnen treden voor
hun schoolgenoten. Bij ruzies op het schoolplein kunnen
deze bemiddelaars door de kinderen te hulp worden
geroepen. In alle groepen besteden de groepsleerkrachten
eenmaal per week aandacht aan situaties die met de ideeën
van de Vreedzame School kunnen worden aangepakt.
De leerkrachten vervullen een belangrijke rol bij het
bevorderen van een goede sfeer. De leerkracht staat open
voor de kinderen, is respectvol, geeft duidelijkheid over
afspraken en regels en bevordert de vriendelijke omgang van kinderen met elkaar. De houding van
de leerkracht naar ouders dient ook open en met begrip te zijn. Ouders zijn bij problemen,
onduidelijkheid en boosheid welkom om erover te praten. Van leerkrachten onderling verwacht de
school ook openheid. Kritiek op elkaar moet kunnen, maar er dient ook tijd te zijn voor
gezelligheid en bereidheid om goed naar elkaar te luisteren.
De omgang met leerlingen
Een groot probleem van het opvoeden in deze tijd is het overdragen van waarden en normen.
Kinderen krijgen veel informatie over zich heen en zij doen op jonge leeftijd meer indrukken op
(bijvoorbeeld via de televisie) dan ooit eerder in de geschiedenis. Ook krijgen kinderen steeds
jonger met steeds meer andere mensen te maken.
De Starter probeert recht te doen aan kinderen. Dit betekent dat kinderen rust, veiligheid en
structuur wordt geboden. Kinderen worden gerespecteerd, maar van hen wordt ook respect
gevraagd. Een persoonlijke benadering is hierbij van het grootste belang.
Recht doen aan kinderen betekent bijvoorbeeld, dat een gepest kind in bescherming wordt
genomen. De leerkracht kan invloed uitoefenen bij het voorkomen en tegengaan van pestgedrag.
Daarbij kunnen acties worden ondernomen zoals het gepeste kind serieus nemen, het bespreken
van de groeps- en schoolregels, het toezicht op het schoolplein verscherpen, het aanspreken van
kinderen op hun eigen verantwoordelijkheid en onderwerpen in de kring aan de orde stellen over de
K
- 33 -
omgang met elkaar. Pesters worden op hun gedrag aangesproken en duidelijk gemaakt dat
pestgedrag op school niet wordt getolereerd. Eventueel worden de ouders van de pesters
ingeschakeld. Bij het tegengaan van pestgedrag is een goede communicatie tussen ouder en
leerkracht van het grootste belang.
Omgangsregels in de groep
De omgangsregels in de groep zijn gebaseerd op de algemeen geldende omgangsregels. Voor een
goed verloop van de organisatie van het onderwijs komen daar nog een paar regels bij. Als een
leerkracht met een andere groep leerlingen bezig is, mag
hij/zij niet worden gestoord. De leerling is dan
aangewezen op medeleerlingen. Zij mogen rustig
overleggen. Ook tijdens momenten dat de leerkracht
individuele hulp geeft of werkt aan de instructietafel, mag
hij/zij niet worden gestoord. Deze momenten maakt de
groepsleerkracht door een afgesproken teken
(verkeerslicht) aan de leerlingen duidelijk. Het spreekt
voor zich, dat de leerkracht verreweg het grootste deel van
de dag beschikbaar is voor alle leerlingen.
Over andere klassenregels, zoals weekdienst, tutorschap en wc-gebruik, worden aan het begin
van het schooljaar afspraken gemaakt.
Aanmelding en proefbezoek
Een ouder is verplicht om zijn/haar kind aan te melden bij een basisschool van eigen keuze
wanneer het kind de leeftijd van vijf jaar bereikt. Ieder kind, dat vier jaar wordt, mag echter al
naar de basisschool. Om u, voordat u een keuze gaat maken, een idee te geven hoe De Starter er
uitziet en wat er wordt gedaan, kunt u een afspraak maken voor een vrijblijvend gesprek met de
directeur of adjunct directeur. Tijdens dit onderhoud krijgt u de nodige informatie en kunt u allerlei
vragen stellen. Door het lezen van deze schoolgids kunt u thuis alles nog eens rustig overwegen.
Indien u besluit uw kind op De Starter te doen, dan kunt u dit kenbaar maken bij de directie en uw
kind aanmelden als leerling.
Nadat u een beslissing heeft genomen, kan uw kind voordat het 4 jaar wordt in overleg met de
leerkracht van groep 1 een aantal dagdelen op bezoek komen en eerste indrukken opdoen. Hierover
ontvangt u 3 weken voordat uw kind 4 wordt een uitnodiging.
Voor nieuwe leerlingen in de hogere leerjaren geldt ook, dat zij eerst eens mogen komen kijken om
sfeer te proeven. In de bovenbouw wordt vaak een klasgenoot als begeleider aan de nieuwkomer
gekoppeld om de kennismaking zo soepel mogelijk te laten verlopen.
Leerplicht en schoolverzuim
Ieder kind vanaf 5 jaar moet een wettelijk bepaald aantal dagen per jaar naar school. Toch
kunnen zich situaties voordoen, waardoor hij/zij niet naar school kan. Heeft u het idee, dat er een
goede reden is om vrij te vragen voor uw kind, neem dan tijdig contact op met school.
Indien uw kind ziek is, dan wordt van u verwacht, dat u dit zo mogelijk voor aanvang van de
schooltijd doorgeeft. Wanneer er een andere reden is, waardoor het kind niet op school kan komen,
dan moet u daarvoor contact opnemen met de groepsleerkracht of de schoolleiding. Er kan volgens
de Leerplichtwet geen verlof worden gegeven voor bijvoorbeeld een verlenging van vakanties of
zomaar vrije dagen. Verzuim is wel geoorloofd, wanneer daarvoor gewichtige omstandigheden
zijn, zoals een sterfgeval in de naaste familie, zware ziekte van een ouder of trouwdagen of jubilea
van naaste familieleden.
- 34 -
Elke morgen en middag inventariseert de groepsleerkracht welke leerlingen onafgemeld afwezig
zijn. Indien noodzakelijk doet de conciërge van de school navraag bij de ouders. De leerkracht
houdt de absentieadministratie bij. De school meldt afwezigheid van leerlingen bij de
leerplichtambtenaar, wanneer de ongeoorloofde absentie de drie dagen te boven gaat.
De tussen-de-middag-opvang
Voor de leerlingen bestaat de mogelijkheid tot overblijven op school tussen de ochtend en de
middag. De tussen-de-middag-opvang wordt georganiseerd door de school zelf. De kinderen
nemen zelf hun brood en drinken mee.
U kunt uw kind aanmelden voor het overblijven via de website van de school. De kosten voor het
overblijven bedragen tot januari 2012 € 1,55 per keer. Per januari 2013 wordt het overblijfgeld
verhoogd tot € 1,60 per keer. Het geld wordt via automatische incasso van uw bank- en/of
girorekening afgeschreven.
Het overblijven wordt door een aantal vaste overblijfkrachten verzorgd.
Media (foto’s en website)
Bij diverse activiteiten in en om de school worden foto‟s gemaakt die gebruikt kunnen worden voor in
de klas, maar ook voor de klassenkrant op onze website e.d. Mocht U bezwaar hebben tegen gebruik
van foto‟s waarop Uw kind valt te bewonderen, dan dient U dit aan het begin van het schooljaar
bekend te maken bij de directie. Dit kan tot 1 oktober.
Wij wijzen U erop dat in het geval de pers foto‟s of films maakt van een activiteit dit onder de
persvrijheid valt. Wel zullen we in een dergelijk geval de betreffende personen wijzen op de
bezwaren, zodat er kan worden geprobeerd daar rekening mee te houden.
Groepssamenstelling
M.b.t. de groepssamenstellingen van de groepen 1/2 en 3 is een protocol samengesteld waarin de
regels zijn opgenomen die uitgangspunt zijn voor het samenstellen van een groep leerlingen. U kunt
het protocol opvragen bij de directie.
Pleintoezicht
Voor aanvang van de schooltijd, zowel „s ochtends als „s
middags, en in de ochtendpauze kunnen kinderen vanaf groep 3
spelen op het schoolplein. Daarbij treden steeds twee
leerkrachten op als pleinwacht. Het is, zowel voor de leerlingen
als de ouders, verboden om op het schoolplein en in de gangen
naast het buurtcentrum te fietsen.
Schooltijden
Alle groepen hebben dagelijks les van 08.30 tot 12.00 uur en van 13.00 tot 15.00 uur. De groepen 5
t/m 8 gaan woensdags van 08.30 tot 12.30 naar school. De groepen 1 t/m 4 gaan woensdags van
08.30 tot 12.00 uur naar school en hebben op de vrijdagmiddagen vrij. Met deze
schooltijdenregeling voldoet ODS de Starter al acht opeenvolgende jaren ruimschoots aan de
inspectienorm.
- 35 -
De school kent een vrije inloop vanaf 08.00 uur. Tot 08.15 zijn de ouders verantwoordelijk voor
hun kinderen, na 08.15 nemen de leerkrachten deze verantwoordelijkheid over van de ouders.
Verjaardagen
Trakteren is natuurlijk leuk maar maak het niet te gek. Wij houden van een gezond hapje. Kinderen
die vier worden, vieren over het algemeen hun verjaardag op de peuterspeelzaal of crèche. Het is
prettiger voor uw kind om de verjaardag met bekenden te vieren. De school staat voor een goed en veilig sociaal klimaat. Dat betekent dat bij gezellige en feestelijke
activiteiten altijd alle kinderen mee mogen doen. Daarom aan leerlingen en ouders het verzoek om
uitnodigingen voor besloten feestjes en dergelijke niet op school of op het plein uit te delen.
Ziekte / afwezigheid
Is uw kind ‟s ochtends niet in staat om naar school te gaan, dan kunt u voor 09.00 uur bellen met de
conciërge (Nico) van de school voor de groepen 3 t/m 8. Het telefoonnummer is 050-5290267.
Voor de groepen 1 en 2 kunt u bellen met de conciërge (Nourradine) van de Concourslaan. Het
telefoonnummer van deze locatie is : 050-5252045.
Ook kunt U uw kind afmelden via onze website www.destarter.nl, onder de kop „Contact‟ en
vervolgens „Ziekmelding‟.
Eten en drinken
De kinderen in de onderbouw krijgen halverwege de ochtend de gelegenheid om iets te eten (brood
of fruit) en te drinken (liever geen koolzuurhoudende dranken). Ouders dienen de kinderen zelf iets
te eten en/of drinken mee te geven (liever geen zoetigheid). Op lunchtrommels en drinkbekers
dient de naam van het kind te staan.
De kleding voor het bewegingsonderwijs
In de groepen 1 - 2 krijgen de kinderen in het speellokaal van de school
bewegingsonderwijs in de vorm van spel en kleutergymlessen. Ouders dienen te zorgen
voor passend schoeisel. Goed zittende schoenen met elastiek over de wreef en stroeve zool
zijn zeer geschikt. De schoenen, die kinderen zelf moeten kunnen aantrekken,voorzien van
naam, kunnen op school blijven.
In de groepen 3 tot en met 8 krijgen de kinderen les in een aparte gymzaal van een
vakleerkracht. Geschikte kleding, dus niet te ruim zittende sportkleding, en stroeve
sportschoenen (niet met zwarte zool: dit geeft strepen op de vloer) zijn noodzakelijk.
Mocht u het als ouder nodig vinden om incidenteel van deze regel af te wijken, dan dient
de leerkracht daarvan vooraf telefonisch of schriftelijk in kennis te worden gesteld.
Het schoolzwemmen van groep 5 vindt plaats in het Helperzwembad. Zwemkleding en
handdoek zijn noodzakelijk.
- 36 -
Informatie naar ouders
Onze school neemt een neutrale positie in ten aanzien van persoonlijke conflicten en duurzame
verwijdering tussen ouders. Het belang van een rustige omgeving voor het kind staat bij ons voorop.
Dat betekent dat wij te maken hebben met belangen van beide ex-partners. Primair geven wij
informatie en doen wij zaken met de eerst verzorgende ouder, maar ook de andere partij heeft
belangstelling voor zijn/haar kinderen en recht op informatie (tenzij de rechter dat heeft verboden).
Daarnaast kan er sprake zijn van co-ouderschap waarbij beide partijen en verantwoordelijkheden
delen.
Wat betreft de informatievoorziening denken wij aan de volgende zaken:
a) De nieuwsbrieven
b) De ouderavonden/10-minutenavonden.
c) De rapporten.
Omdat beide ouders recht op informatie hebben, maar de school anderzijds ook niet dubbel belast
hoeft te worden, stellen wij het volgende voor:
Bij een grote groep gescheiden ouders is er voldoende onderlinge communicatie en hoeft de school
nauwelijks actie te ondernemen. Rapporten worden onderling doorgespeeld en bezoeken van
contactavonden worden samen gedaan of onderling kortgesloten.
Daar waar de onderlinge communicatie is verstoord kan voor de volgende oplossing worden gekozen.
1. Indien rapporten niet worden doorgegeven kan een afspraak met de school worden gemaakt
om een kopie van de rapporten op te sturen.
2. De nieuwsbrieven kunnen via e-mail naar de ouders op afstand worden gestuurd of
gedownload worden van onze site www.destarter.nl. Dat kan ook met de schoolgids en andere
relevante schoolinformatie gebeuren.
3. Tien-minutenavonden/contactavonden. Afgesproken kan worden dat bij voorkeur de
ouders om beurten de avonden bezoeken. Bij het eerste rapport de eerstverzorgende, bij het
tweede rapport de andere ouder. Als toch beide ouders contact rond alle rapporten wensen,
kan gekozen worden voor een telefonisch contact met een van de ouders.
4. Bij overige zaken die hierboven niet vermeld staan treden wij graag met u in overleg.
Klachtenregeling Openbaar Onderwijsgroep Groningen (O2G2)
Ouders/verzorgers of personeelsleden van de school kunnen een klacht indienen over gedragingen en
beslissingen van het schoolbestuur (O2G2), personeel van de school of de permanente commissie
leerlingenzorg. De termijn voor het indienen van een klacht moet binnen jaar plaatsvinden nadat het
incident heeft plaatsgevonden.
De mogelijkheid om een klacht in te dienen is gebaseerd op de klachtenregeling Openbaar Onderwijs
Groep Groningen. De klachtenregeling maakt een onderscheid in algemene klachten en klachten over
seksuele intimidatie.
Klachten worden in principe eerst intern binnen de school behandeld en opgeschaald
(groepsleerkracht, bouwcoördinator, locatieleider, directeur). Als de school er met de klager niet
uitkomt, kan de klacht via de contactpersoon van de school aan het College van Bestuur gezonden
worden (zie hiervoor verder de klachtenregeling Openbaar Onderwijs Groep Groningen). De
contactpersoon voor de school is Greetje Smit (zie ook de site van de school, onderdeel contact).
Voor wat betreft de externe klachtencommissie zijn we als openbaar onderwijs sinds de
verzelfstandiging aangesloten bij de Stichting Onderwijsgeschillen, postbus 85191, 3508 AD te
Utrecht.
- 37 -
9. DE OUDERS
De betrokkenheid van ouders
uders vervullen een belangrijke rol bij het onderwijs aan hun kinderen. Een kind
brengt ongeveer 25 uur per week door op school gedurende zo‟n 40 weken per jaar,
acht jaar lang. Het doet kennis, vaardigheden en contacten op, die zijn of haar
verdere leven mee helpen vormen.
Elke ouder stelt daarom belang in de school van het eigen kind en het onderwijs dat hij/zij krijgt.
Belangstelling van de ouder voor de school stimuleert het kind. Kinderen nemen regelmatig
schriften, tekeningen of andere voorwerpen, die zij hebben gemaakt, mee van school om aan hun
ouders te laten zien. Het meeleven met en begeleiden van het kind door ouders moedigt aan om van
de schooltijd een plezierige leerperiode te maken. Om de ouders bij de school te betrekken,
ontvangen zij gedurende het jaar op verschillende manieren informatie, zoals in de jaarlijkse
schoolgids en het tweewekelijkse Startsein.
Het is ook voor de school belangrijk dat de ouder betrokkenheid toont. In het beleid van de
Vensterscholen is ouderparticipatie een belangrijk begrip. Een goed contact tussen de ouder en
de leerkracht kan helpen om de specifieke ontwikkeling van een kind beter te begrijpen. Ook helpt
overleg met ouders om het onderwijs in het algemeen af te stemmen op de kinderen. Als
klassenouder kunnen ouders direct deelnemen aan het schoolleven. Ze hebben een soort
“brugfunctie” tussen de ouders van de klas en de leerkracht. Als lid van de Ouderraad kunnen
ouders helpen bij het organiseren van bepaalde activiteiten of vieringen. Als lid van de
Medezeggenschapsraad zijn ouders betrokken bij het onderwijsbeleid van de school.
De Schoolgids, het Startsein en de website
De algemene informatie over De Starter vindt u in de schoolgids. Deze gids wordt elk jaar aan het
begin van het schooljaar uitgebracht.
Elke veertien dagen verschijnt het digitale Startsein . Deze wordt naar alle ouders gemaild en staat
tevens op de site. Het Startsein is een schoolkrant in het klein. In het Startsein worden
mededelingen gedaan, die voor de ouders en de kinderen van belang zijn, zoals bijzondere
gebeurtenissen, margedagen, voorstellingen.
Op de website van de school (www.destarter.nl) treft u algemene en actuele informatie m.b.t.
de school aan.
Informatie- en contactavonden
Enkele weken na het begin van het schooljaar zijn er voor de groepen 3 en 8 informatieavonden
voor de ouders van de kinderen uit deze groep. De leerkrachten geven dan uitleg over het
onderwijs dat de kinderen het komende schooljaar zullen volgen. Ook kunt u zelf zien welke
schoolboeken en andere hulpmiddelen daarbij worden gebruikt. De informatieavond is niet bedoeld
om over individuele kinderen te praten. Verder is er een ouder-kind avond gepland op dinsdag 12
maart 2012.
Driemaal per jaar is er een contactavond, waar een ouder gelegenheid heeft om met de leerkracht
te spreken over het eigen kind. In een gesprek van zo‟n tien minuten vertelt de leerkracht hoe uw
kind presteert, wat zijn of haar sterke en zwakke punten zijn en kunt u met de leerkracht hierover
van gedachten wisselen. De eerste contactavond is in september en is meer bedoeld als een
kenningsmakingsgesprek, de tweede in januari/februari en de laatste in mei of juni. Het kind krijgt
een brief mee van school, waarin de ouder wordt uitgenodigd. Op een antwoordstrookje kan
worden aangegeven wanneer u kunt. Dit strookje kan uw kind inleveren op school, waarna het later
het precieze tijdstip meekrijgt, waarop de leerkracht u kan ontvangen.
O
- 38 -
Mocht u behoefte hebben aan een langer gesprek of vaker per jaar met de leerkracht willen praten,
dan kunt u een afspraak maken.
De klassenouders
Een school functioneert niet alleen door de inzet van leerkrachten. Medewerking van ouders is
onmisbaar. Ouders kunnen op verschillende manieren meehelpen. Sinds 2008 heeft de Starter
klassenouders. Zij vormen een soort van brug tussen de leerkracht en de rest van de ouders van een
klas op organisatorisch gebied. Aan het begin van het nieuwe schooljaar wordt een oproep gedaan
aan alle ouders van een klas wie zich hiervoor beschikbaar stelt. Daarnaast wordt alle ouders
gevraagd aan te geven of en met welke activiteiten die de klas betreffen zij mee zouden willen
helpen.. Zulke activiteiten zijn bijvoorbeeld de leerkracht helpen in de klas of hulp bieden bij
creatieve activiteiten in school..
Ook kunnen ouders af en toe behulpzaam zijn, bijvoorbeeld door mee te gaan op bezoeken aan de
bibliotheek, de zwemlessen, assisteren bij het schoolreisje of de kerstmaaltijd van alle groepen,
controleren op luizen, mee te helpen bij sportdagen of andere festiviteiten, maar ook onderhoud
of de schoonmaak van het speelgoed aan het einde van het schooljaar. De rol van de
klassenouders hierbij is dat zij, met de leerkracht, al deze hulp coördineren.
Dat De Starter een Vensterschool is, houdt in dat een groter beroep wordt gedaan op medewerking
van de ouders. Ouderparticipatie is voor de gemeente Groningen een van de doelstellingen van een
Vensterschool. Op dinsdag worden in het Buurtcentrum zogenaamde koffieochtenden gehouden,
waar ouders met elkaar en met medewerkers van het Buurtcentrum kunnen praten. Daarnaast zijn
er vensterschoolacitiviteiten voor ouders, zoals het Vensterschoolkoor.
De Ouderraad
Naast klassenouders heeft De Starter ook een Ouderraad. De Ouderraad is een initiatief van de
ouders zelf. De ouderraad heeft als doel te bevorderen dat ouders zich voor de school interesseren,
mee te helpen met ondersteunende werkzaamheden. De ouderraad ondersteunt extra
activiteiten, zoals de Sinterklaasviering, de kerstmaaltijd, deelname aan de avondvierdaagse en het
schoolfeest aan het eind van het jaar. Ook bespreekt de ouderraad algemene schoolzaken en geeft
zonodig haar mening daarover aan de medezeggenschapsraad. De activiteiten van de ouderraad
worden bekostigd uit de vrijwillige ouderbijdrage. De ouderraad komt ongeveer eens in de zes
weken bijeen. Als u zelf in de ouderraad plaats wilt nemen, kunt u contact opnemen via de website.
De ouderbijdragen
De Ouderraad van De Starter beheert een schoolfonds. Dit fonds wordt gevormd uit vrijwillige
bijdragen van de ouders voor de school. Enkele festiviteiten die de school geheel of gedeeltelijk uit
dit bekostigt, zijn: St. Maarten, Sinterklaas, sportevenementen, culturele activiteiten, projecten,
schoolverzekering. De thans zittende Ouderraad stelt voor om de ouderbijdrage voor het schooljaar
2012-2013 vast te stellen op € 25 per kind per schooljaar. Indien een ouder het geld niet betaald,
kan er overwogen worden om het kind niet te laten deelnemen aan bepaalde activiteiten. Er zal dan
een vervangende activiteit aangeboden worden. Eén keer per jaar wordt verantwoording van de
inkomsten en uitgaven afgelegd aan de ouders via het Startsein.
Tijdens het schooljaar vraagt de Ouderraad de ouders enkele keren een bijdrage voor een bepaalde
activiteit, zoals de kerstmaaltijd, het schoolreisje en de avondvierdaagse. De kosten van het
schoolreisje kunnen in één keer worden voldaan of in termijnen. Mocht U niet in staat zijn om dit
bedrag te voldoen, dan kunt U een aanvraag indienen bij de Sociale Dienst. Nadere informatie
hieromtrent volgt in het Startsein. U kunt ook gireren op gironummer 3295734 t.n.v. de dir.
O.D.S. De Starter onder vermelding van de naam van het kind of de kinderen.
- 39 -
Ongevallenverzekering
De Ouderraad sluit elk jaar voor alle leerlingen en voor binnen de school werkzame ouders, die
een collectieve ongevallenverzekering afgesloten. De kosten worden betaald uit het schoolfonds.
De verzekering is van kracht gedurende de schooltijden alsmede één uur voor en één uur na
schooltijd.
De Medezeggenschapsraad
Waarom is er een MR?
In de loop der jaren is de wens gegroeid om de positie van ouders in het onderwijs meer te versterken.
Om dat te bereiken is in 1992 de Wet Medezeggenschap Onderwijs ingevoerd. Hierdoor hebben
ouders invloed op onder meer de vormgeving van het opvoedkundige karakter van de school, op het
opstellen van het schoolplan en op allerlei zaken die te maken hebben met de organisatie van de
school.
In de MR zijn de ouders en het personeel gesprekspartners van het bevoegde gezag. Elk van deze twee
geledingen heeft in die gesprekken een eigen inbreng, die voortkomt uit de eigen
verantwoordelijkheid.
Met wie heeft de MR te maken?
In de eerste plaats met het bevoegde gezag. Formeel gezien is dit het College van burgemeester en
wethouders, het gemeentebestuur. Daarbinnen is de wethouder als portefeuillehouder het eerste
aanspreekpunt voor het onderwijsbeleid. Overigens heeft in de gemeente Groningen de
onderwijswethouder voor de uitvoering van het onderwijsbeleid een werkmaatschappij opgericht; de
wethouder blijft eindverantwoordelijk.
In verband met de praktische uitvoerbaarheid heeft het bevoegde gezag de schoolleiding de
bevoegdheid gemandateerd, d.w.z. er is een volmacht gegeven, om met de MR besprekingen te voeren
over een bepaald aantal onderwerpen. Onder schoolleiding wordt verstaan de directeur of de adjunct-
directeur. Dus waar in het vervolg het bevoegde gezag wordt genoemd wordt ook de directeur
bedoeld.
In de derde plaats heeft de MR ook een relatie met de Ouderraad. De Ouderraad kan advies uitbrengen
aan de MR, gevraagd of ongevraagd. Het gaat dan vooral over zaken die de ouders aangaan. De MR
mag een dergelijk advies niet zomaar naast zich neerleggen. Op verzoek van de Ouderraad moet de
MR een advies van die raad ter kennis brengen van het bevoegde gezag. De Ouderraad moet zijn
begroting ter goedkeuring voorleggen aan de MR.
Tot slot is er de Landelijke Geschillencommissie voor het openbaar onderwijs, bij wie de MR of het
bevoegde gezag terecht kan indien er een verschil van mening is ontstaan over de besluitvorming over
een bepaalde aangelegenheid.
Wat doet de MR?
Kort gezegd behartigt de MR de belangen van ouders, en daarmee van leerlingen, en personeel en
weegt die belangen af om tot een evenwichtig oordeel te komen. De gezamenlijke inbreng van ouders
en personeel bepaalt mede de inhoud en de organisatie van het onderwijs op de school.
Om deze taak goed te kunnen vervullen is aan de MR een aantal rechten gegeven. Als zwaarste recht
geldt het instemmingsrecht: zonder instemming mag het bevoegde gezag bepaalde besluiten niet
uitvoeren. Wil het bevoegde gezag het besluit toch doorzetten, dan moet het de stap naar de
geschillencommissie maken.
In een bepaald aantal gevallen heeft de MR als geheel instemmingsrecht. In andere gevallen heeft
alleen de oudergeleding instemmingsrecht, terwijl de personeelsgeleding in die gevallen adviesrecht
heeft. Ook het omgekeerde komt voor.
Het tweede belangrijke recht wat de MR heeft is het adviesrecht. In de wet en het daarop gebaseerde
medezeggenschapsreglement is vastgelegd dat het bevoegde gezag bij een aantal onderwerpen het
advies van de MR moet inwinnen. Legt het bevoegde gezag dit advies naast zich neer, dan kan de MR
hiertegen een geschil aanhangig maken bij de geschillencommissie.
- 40 -
Naast deze twee belangrijke rechten heeft de MR nog drie rechten:
- het informatierecht: zonder informatie kan de MR zijn taken niet naar behoren vervullen en als
volwaardig gesprekspartner van het bevoegde gezag functioneren;
- het recht op overleg;
- het initiatiefrecht: de MR heeft het recht om over alle aangelegenheden die de school betreffen
voorstellen te doen en standpunten kenbaar te maken.
Hoe doet de MR zijn werk?
De MR vergadert ongeveer zeven keer per schooljaar. Bij die vergaderingen is de directeur aanwezig.
Twee weken voor de vergadering vindt er een vooroverleg plaats tussen de directeur en de voorzitter
en/of de secretaris van de MR. Hierbij wordt besproken welke onderwerpen op de agenda komen.
Van de vergaderingen worden verslagen gemaakt, die voor iedereen ter inzage hangen in de tussenhal
en ook te vinden zijn op de website van de school.
Als het nodig is kan de MR een deskundige uitnodigen.
Binnen de MR worden in voorkomend geval de te ondernemen acties verdeeld.
Contact met de MR
De vergaderingen van de MR zijn openbaar. U kunt dus (een deel van) die vergaderingen bijwonen.
Verder kunt u met vragen en/of opmerkingen terecht op het emailadres [email protected] of
schriftelijk via het postvakje in de conciërgeruimte in de hal aan de Parkweg zijde.
Ook kunt u persoonlijk of telefonisch contact opnemen met één van de MR-leden, van wie de
gegevens achterin deze gids en op de MR-pagina van de website van de school vermeld zijn.
- 41 -
10 Namen en adressen
Medezeggenschapsraad
Contactpersoon oudergeleding: Alice Steenkamp tevens MR voorzitter, tel.: 050-3137644
Geert Boer
Carin Brandt
Wilmar de Munnik
Leonie Jolly
Personeelsgeleding: Harm Jan Hoogeberg, Francisca Slagman, Edwin Haverkamp, Folkert Oldersma
en Dick Kooistra.
Ouderraad
Contactpersoon: Ineke van den Akker, voorzitter, tel.: 050-5266393
Diana van Dingen
Ineke van den Akker
Caroline Bouman
Dick Specht
Klaas de Jong
Jeroen Beugels
Margreet Wijkstra
Vanuit De Starter: Elske Wiersma en Karin Dokter
Vensterschool(partners)
Locatiemanager Vensterschool Stadspark, Ymke van der Wal
Lorentzstraat 11 9727 HW Groningen. 06-53937394
SKSG, Stichting Kinderopvang Stad Groningen
Heresingel 10 9711 ES Groningen 050 3137727
Kindercentrum de Poolster, Willemijn van Gelder
Huygensstraat 2 9727 JD Groningen 050 5278485
COP, Centraal Orgaan Peuterspeelzalen Postbus 41166 9701 CD Groningen 050 3124325
Peuterspeelzaal Tante Toosje,
Parkweg 128 9727 HD Groningen 050 5290267
Buurtcentrum Stadspark, Lorentzstraat 11 9727 HW Groningen 050 5257134
Openbare Bibliotheek Zuid, Thea Ploeger
Van Iddekingeweg 183 9721 CG Groningen 050 5255055
GGD, Paula Mentink
p/a HVD, Hanzeplein 120 9713 GW Groningen 050 3674000
Stichting Thuiszorg van Ouder- en Kindzorg, Anja Freije
H. Colleniusstraat 20 9718 KT Groningen 050 5241444
- 42 -
Overige instanties en personen
Inspectie van het onderwijs,
www.onderwijsinspectie.nl
Vragen over onderwijs: 0800 – 8051 (gratis)
Klachtenmeldingen over seksuele intimidatie, seksueel misbruik, ernstig psychisch of fysiek geweld:
meldpunt vertrouwensinspecteurs 0900 – 111 3 111 (lokaal tarief)
Onderwijswinkel
Nieuwe Sint Jansstraat 38 9711 VK Groningen 050 3124856
Daltonvereniging / Stichting Dalton Nederland
Bezuidenhoutseweg 251-253 2594 AN Den Haag 070 3315281
Spel- en Opvoedingondersteuning (ma t/m vr 9-13 u. + wo 14-16½ u.)
Vismarkt 34a 9711 KT Groningen 050 3120360
Kindertelefoon (tussen 2 en 8 uur, gratis)
06-0432
Opvoedtelefoon (44 ct. p. min.)
06-8212205
Internetadressen
www.destarter.nl
www.onderwijs.groningen.nl (o.a. alle basisscholen en scholen voor VO in de stad)
www.minocw.nl (Ministerie van Onderwijs Cultuur en Wetenschappen)
www.kennisnet.nl (het Kennisnet)
www.dalton.nl (Daltonvereniging)
www.owinsp.nl (Onderwijsinspectie)
www.cbs.nl (Centraal Bureau voor de Statistiek)
www.50tien.nl (adres waar ouders informatie en advies kunnen inwinnen over onderwijs)
www.voo.nl (vereniging voor openbaar onderwijs)
www.deltaopschool.nl
- 43 -
11. Vakanties en vrije dagen
Het schooljaar ‟12-„13 begint op 3 september 2012 en loopt door t/m 5 juli 2013. Het schooljaar
wordt onderbroken door enkele vakanties en vrije dagen. De vakantie regeling ‟12-„13 is als volgt:
Herfstvakantie
22-10-12 t/m 26-10-12
Kerstvakantie 24-12-12 t/m 04-01-13
Voorjaarsvakantie 18-02-13 t/m 22-02-13
Paasvakantie 29-03-13 t/m 01-04-13
Meivakantie 29-04-13 t/m 10-05-13
Pinkstervakantie 20-05-13
Zomervakantie 08-07-13 t/m 16-08-13
Margedagen
Tijdens het schooljaar kan het team gebruik maken van dagdelen voor andere vergaderingen dan na
schooltijd. Dit zijn de zogenaamde margedagen of middagen. Deze dagdelen worden o.a. gebruikt
voor het voorbereiden en opzetten van projecten en de voorbereiding van onderwijsvernieuwingen. De
kinderen zijn op de volgende marge (mid-)dagen vrij.
13-09-12
Margedag hele school
10-10-12 Groepen 1 t/m 4
17-10-12 Groepen 1 t/m 4
21-12-12
12-02-13
15-04-13
16-04-13
Groepen 5 t/m 8 (alleen ‟s middags)
Margedag hele school
Groepen 1 t/m 4
Groepen 1 t/m 4
22-05-13 Margedag hele school
03-06-13 Margedag hele school
05-07-13 Groepen 5 t/m 8 (alleen ‟s middags)
LET OP!!!!!!
In verband met het kerstdiner en jaarafsluitfeest zijn de schooltijden op 20-12-2012 en
28-06-2013 veranderd. De tijden zijn dan van 08.30 tot 12.00 en van 16.30 tot 18.30.
Schooltijden
Groepen 1 t/m 4
Maandag: 8.30 - 12.00 en 13.00 - 15.00 uur,
Dinsdag 8.30 - 12.00 en 13.00 - 15.00 uur,
Woensdag: 8.30 - 12.00 uur,
Donderdag: 8.30 - 12.00 en 13.00 - 15.00 uur,
Vrijdag: 8.30 - 12.00 uur.
Groepen 5 t/m 8
Maandag: 8.30 - 12.00 en 13.00 - 15.00 uur,
Dinsdag: 8.30 - 12.00 en 13.00 - 15.00 uur,
Woensdag: 8.30 - 12.30 uur,
Donderdag: 8.30 - 12.00 en 13.00 - 15.00 uur,
Vrijdag: 8.30 - 12.00 en 13.00 - 15.00 uur.
Rond 10.30 uur heeft elke groep een kwartier pauze.
Op woensdag en vrijdag verschillen de eindtijden voor de kinderen uit de onder- en bovenbouw.
Recommended