Upload
bobby-rond
View
81
Download
4
Embed Size (px)
Citation preview
Marketing
College 22Publieksgroepen, omgevingsfactoren en de organisatie
Doel van deze les
• Na deze les kun je:
• De verschillende publieksgroepen benoemen en herkennen
• De verschillende omgevingsfactoren benoemen en herkennen
• De interne organisatie analyseren
• Dit is belangrijk omdat:
• Je bij jouw stageplaats / werkgever kan beoordelen welke beslissing moet worden
genomen op basis van een SWOT analyse
Deze les
Publieksgroepen
• Net zoals in blok 1 besproken, zijn er 4 soorten publieksgroepen:
• Kapitaalverschaffers
• Overheden
• Media
• Overige publieksgroepen
Kapitaalverschaffers
• Banken en investeerders (kopers van aandelen)
• Banken lenen geld en willen hier rente voor terug
• Investeerders kopen een stukje van jouw bedrijf en willen dividend (een stukje winst)
• Ook kan het aandeel meer waard worden, hier verdient een investeerder mee
• Banken leveren advies over
• Branche ontwikkelingen
• Rekeningen openen
• Startkapitaal verkrijgen
• Omgaan met geld
Kapitaalverschaffers
• Als een bank geld leent, willen ze zekerheid:
• Een eigen huis als onderpand
• Spaarrekeningen, inventaris en voorraden
• Borgstelling van mensen uit je omgeving (familie)
• Borgstelling van de overheid
• Bij een lening of een krediet moet je letten op:
• Het te betalen rentepercentage
• Het opslagpercentage (winst voor de bank)
• De afbetalingsregeling
• Overige voorwaarden
Kapitaalverschaffers
• Lening of krediet?
• Lening is een vast bedrag met een vaste terugbetaaltermijn
• Krediet is een maximum bedrag wat iemand mag lenen (rood staan)
Overheden
• Een ondernemer moet bij de overheid / gemeente zijn voor:
• Vergunningen
• Bestemmingsplannen
• Stadsvernieuwingsplannen
• Structuurplannen (toekomstplannen)
• Verkeersplannen
Media
• Radio
• TV
• Internet
• Magazines
• Kranten
• Deze kun je gebruiken om meer publiciteit voor jouw bedrijf te krijgen
Overige publieksgroepen
• Hieronder rekenen we:
• Eigen omgeving (familieleden, kennissen, buren)
• Makelaars
• Kamer van Koophandel
• Werknemers- en werkgeversorganisaties
• Boekhouder / accountant
• Fiscus (de belastingdienst)
• Bedrijfsverenigingen (indien medewerkers werkloos of arbeidsongeschikt raakt)
• Verzekeringsmaatschappijen
• Milieuorganisaties
Omgevingsfactoren• Economische omgevingsfactoren
• Inkomen consument, werkgelegenheid, inflatie
• Klimatologische en geografische omgevingsfactoren
• Klimaat, weer, landschap
• Technologische omgevingsfactoren
• Internet, social media, computersystemen, betaalsystemen (iDEAL)
• Politieke / juridische omgevingsfactoren
• Wetten en regels (geen prijsafspraken, rookverbod, privacy persoonsgegevens)
• Culturele en sociale omgevingsfactoren
• Invloed van culturen / sociale klassen
• Demografische omgevingsfactoren
• Bevolkingsopbouw
• Grootte, leeftijd, bevolkingsgroei, aantal huishoudens en de grootte ervan
Trendonderzoek• Een trend kan twee dingen betekenen:
• Een constante verandering van de cijfers in een periode (zonder toeval of seizoensinvloed)
• Iets wat in opkomst is (dus het wordt in de toekomst populair):
• Smartphone
• Snapchat
• Een trendwatcher is de hele dag op zoek naar trends:
• http://www.frankwatching.com/archive/2015/03/09/swipen-smartwatches-de-4-opvallen
dste-trends-voor-mobiel
/
De organisatie• Twee onderdelen zijn belangrijk
• Interne factoren
• Bedrijfsformule
Interne factoren• De grenzen van het ondernemen worden door 5 factoren bepaald:
• De capaciteit van een onderneming
• Hoeveel hotelkamers / tafels / campingplaatsen zijn er?
• Financiën
• Is er voldoende budget om de plannen uit te voeren?
• De cultuur van een onderneming
• Hoe gedraagt het personeel zich? (Cultuur is heel moeilijk te veranderen)
• De administratie van een onderneming
• Hoe wordt alle informatie van je klanten en prospects bewaard?
• De kracht van de ondernemer zelf
• Heeft de ondernemer een studie gevolgd? Heeft hij ervaring?
Bedrijfsformule• De bedrijfsformule is een combinatie van de marketinginstrumenten (5 P’s)
• De marketinginstrumenten hebben vier kenmerken:
• Interdependentie
• Afhankelijk van elkaar
• Substitueerbaarheid
• Vervangbaar door elkaar
• Gelijktijdigheid
• Tegelijkertijd ingezet
• Multi-dimensionaal
• Meerdere manieren inzetbaar
Bedrijfsformule• Interdependentie (Afhankelijk van elkaar)
• Substitueerbaarheid (Vervangbaar door elkaar)
Bedrijfsformule• Gelijktijdigheid (Tegelijkertijd ingezet)
• Multi-dimensionaal (Meerdere manieren inzetbaar)
Huiswerk
• Lees pagina’s 117 t/m 132
• Maak opdrachten
• 6.01
• 6.05
• 6.10
• 7.02
• 8.01
• 8.02
• 8.07
• 8.09
Volgende week
• Stof voor de toets behandelen:
• Creatieve processen
• Concurrentie
• Leveranciers
• Publieksgroepen
• Omgevingsfactoren
• De organisatie
• Interne factoren
• Bedrijfsformule