Upload
kdg-dlo
View
2.102
Download
1
Embed Size (px)
Citation preview
Nederlands taalbeschouwing
woorden speurend verwoorden : speurdersverslag
Ria Van den EyndeVeerle Frateur
Woord vooraf
“Taal gebruik je altijd in concrete situaties…je kan nadenken over welke
soorten woorden er zijn en hoe ze gebruikt en gevormd worden.” deelleerplan TB p.14
. VVKBa 2010
Om hiermee aan de slag te kunnen in je klas, fris je best je eigen kennis over de
woordsoorten even op.
Speur je mee?
Speur je mee? • Het voorbeeldmateriaal bij dit cursus-
deel komt uit volgende publicatie:• Je vindt het geheel ook hier• Onderzoek zelf één moordzaak • (Her)ontdek ondertussen de
woordleer• Vind je de dader aan het eind?• Elke dia die verwijst naar deze publicatie
herken je aan de afbeelding van de voorpagina• Veel speurplezier!
Het lidwoord
Het lidwoord
•Onbepaald
•Onzijdig
•Enkelvoud
een
•Bepaald
•Mannelijk -vrouwelijk
•Enkelvoud - meervoud
de
•Bepaald
•Onzijdig
•Enkelvoud
het
Het lidwoord
Het lidwoord
•Bepaald
•Mannelijk
•Enkelvoud
De kok
•Onbepaald
•Mannelijk
•Enkelvoud
Een diefstal
•Bepaald
•Onzijdig
•Enkelvoud
Het passagiersschip
•Bepaald
•Vrouwelijk
•Enkelvoud
De kaars
•Bepaald
•Vrouwelijk
•Meervoud
De kaarsen
Kenmerken
• Een identieke tweeling
Komt steeds voor met zelfstandig naamwoord
• De twee (daders) die hem aangevallen hadden
Dat zelfstandig naamwoord kan verzwegen zijn
• Ik heb het gezien
Een of het niet in combinatie met een zelfstandig naamwoord is geen lidwoord
Het zelfstandige naamwoord
Het substantief
Kenmerken
•Een tweeling, de kip, de koksmuts, het humeur,de inspiratie, de keuken,de middag, de liter
Benoemt mensen, dieren, dingen, eigenschappen, idealen, ruimten, tijden en hoeveelheden
•Een tweeling, de kip, de koksmuts, het humeur,de inspiratie, de keuken,de middag, de liter
Wordt meestal voorafgegaan door een lidwoord
•Een kipje, een keukentje
Je kan het meestal verkleinen.
•De kippen, de middagen
Je kan het meestal in het meervoud zetten ( getal)
•Het moorden moet stoppen
Soms kan je van een andere woordsoort een zelfstandig naamwoord maken.
Zelfstandige naamwoorden:3 indelingen
Concreet versus abstract
Eigennaam versus soortnaam
Telbaar versus ontelbaar
Zelfstandige naamwoorden : indeling 1
Zelfstandige naamwoorden
Concreet
Stofnaam Verzamelnaam
Voorwerpsnaam
Persoonsnaam Diernaam Zaaknaam
Abstract
Zelfstandige naamwoorden : indeling 1
Zelfstandige naamwoorden
Concreet
water politie Voorwerpsnaam
kok kip pollepel
Abstract
angst
De reconstructie
De reconstructie
• Maak kennis met de crime scene en orden volgende woorden in bovenstaande tabel :Taart - gevogelte- koksmuts- tomaat- pan- voorproever- snor- water - wijn – kip - angst
• Voeg aan ieder woord het juiste lidwoord toe en benoem het.
• Bekijk oplossing
Zelfstandige naamwoorden : indeling 2
•Specifieke zelfstandigheid uniek gemaakt :Paco Paasei
Eigennamen
•Specifieke zelfstandigheid :kok
Soortnamen
De verdachten
• Maak kennis met de verdachten.
• Plaats de persoonsgegevens van één van de verdachten in de tabel op de vorige dia.
• Ga terug naar de plaats van de misdaad.
• Bekijk oplossing
Zelfstandige naamwoorden : indeling 3
•Komen voor in het enkelvoud met het lidwoord een
•Komen voor in het meervoud
telbaar
•Komen niet voor met het lidwoord een
•Komen enkel voor of in het enkelvoud of in het meervoud
•Stofnamen, verzamelnamen,abstracte substantieven en eigennamen
ontelbaar
Eerste aanwijzing
• Los de eerste aanwijzing op.
• Plaats de bekomen woorden in de tabel op de vorige dia.
• Bekijk oplossing
Tweede aanwijzing
• Plaats het woord ‘kaviaar’ in de drie schema’s.
• Zoek het genus en het getal van dit woord.
• Los de tweede aanwijzing op.
• Bekijk oplossing
Het bijvoeglijk naamwoord
Het adjectief
Kenmerken
Staat meestal bij een zelfstandig naamwoord en geeft hierover meer informatie: de grote kok
Kan meestal verbogen worden en heeft trappen van vergelijking: de lippenstift is roder dan de jurk.
Staat meestal vlak voor het zelfstandig naamwoord of erna als ze verbonden zijn door een koppelwerkwoord.De jurk is rood
Derde aanwijzing
• Zoek aan de hand van aanwijzingen de onschuldige kok. Beschrijf hem. Gebruik hierbij minstens 5 bijvoeglijke naamwoorden en de trappen van vergelijking. Markeer de zinnen waarin een koppelwoord aanwezig is. Vergelijk je beschrijving met één andere student.
Vierde aanwijzing
• Noteer alle bijvoeglijke naamwoorden in de vierde aanwijzing.
• Toets vier zelfstandige naamwoorden naar keuze aan de kenmerken van het zelfstandig naamwoord.
• Vergelijk met een andere student.
Het werkwoord
3 soorten werkwoorden
Zelfstandige werkwoorden Hulpwerkwoorden Koppelwerkwoorden
Kenmerken•Kan
zelfstandig het gezegde van de zin vormen.
•In een zin met WWG is het zelfstandig ww. het belangrijkste werkwoord
Zelfstandig werkwoord
•Komt nooit zelfstandig in de zin voor. Het ondersteunt steeds een zelfstandig werkwoord.
•In een zin met meerdere werkwoorden is de persoonsvorm altijd een hulpwerkwoord.
Hulpwerkwoord
•Is een werkwoord dat samen met één of meerder woorden van een ander woordsoort , het gezegde vormt.
•In een zin met een NWG is het koppelwerkwoord het belangrijkste werkwoord.
Koppelwerkwoord
Belangrijkste hulpwerkwoorden
Zijn
Hebben
Worden
Zullen
Moeten
Mogen
Kunnen
Willen
9 koppelwerkwoorden
Zijn
Heten
Worden
Blijven
Blijken
Lijken
Schijnen
Dunken
Voorkomen
ZWoBBeLS?
Zijn
Worden
Blijven
Blijken
Lijken
Schijnen
Koppelwerkwoorden
• Zoek in het deel ‘Zinnen spinnen, uitgesponnen’ de tips op om de stiekemerds onder de koppelwerkwoorden terug op te frissen.
TijdenHeden Verleden tijd Toekomende tijd
Vijfde aanwijzing
• Volg de instructies en vind de volgende tip.
• Duid alle werkwoorden aan in een kleur : zelfstandig werkwoord, hulpwerkwoord, koppelwerkwoord. Vergelijk.
• Vertel je partner in 4 zinnen welke route je gevolgd bent. Gebruik hierbij de verleden tijd en gebruik de kleurencode zoals hierboven aangegeven.
• Bekijk oplossing
De voornaamwoorden
KenmerkenVoornaamwoorden duiden personen en zelfstandigheden zonder ze zelf te noemen.
• Deze acht bordjes bevatten een woord.
Ze verwijzen naar een zelfstandig naamwoord
• De letters op de bordjes staan op het bord. Ze vormen een woord.
Ze vervangen een zelfstandig naamwoord en zijn dan ook zelfstandig.
Zesde aanwijzing
Soorten voornaamwoordenPersoonlijk voornaamwoord
Bezittelijk voornaamwoord
Aanwijzend voornaamwoord
Vragend voornaamwoord
Betrekkelijk voornaamwoord
Onbepaald voornaamwoord
Wederkerig en wederkerend voornaamwoord
Persoonlijk voornaamwoord
EnkelvoudIk,mij,je
Jij,je,jou,uHij, hem,zij, ze,
haar,het
Verwijzen naar een persoon
en komen zelfstandig
voor
MeervoudWij,we,ons
Jullie,uZij,ze,hen,hun
Kenmerken
Persoonlijk voornaamwoord
• Let op : sommige werkwoorden kunnen voorkomen met zich/
• De vormen van zich : me, je, zich, ons zijn GEEN persoonlijke voornaamwoorden.
“Wij amuseren ons!”
Bezittelijk voornaamwoord
EnkelvoudMij
Jouw, je, uwZijn, haar
Zijn smaak
Duiden een bezit aan.
Staan gewoonlijk voor een
zelfstandig naamwoord.
MeervoudOns, onze
Jullie, je, uwHun
Hun huwelijk
kenmerken
Zevende aanwijzing
• Bekijk de aanwijzing, vind de tip.
• Bekijk deze prachtige taart en schrijf een korte recensie waarin je in geuren en kleuren de taart en het vakmanschap van de kok beschrijft.Gebruik 10 persoonlijke en bezittelijke voornaamwoorden.
Aanwijzend voornaamwoord
Meest voorkomendeDie, deze, dat, dit,
zo’n, zulke, hetzelfde, diezelfde, dezelfde, datzelfde
Dezelfde kok
Wijzen nadrukkelijk personen of zaken
aan.Je kan ze vervangen
door een ander aanwijzend
voornaamwoord
AndereZulke,
dusdanige, zodanige, dergelijkeZulke kok
kenmerken
Vragend voornaamwoord
WieWatWelk
Wat voor eenWiens
Wat voor een blik is dat?
Vragen naar personen, begrippen
of dingen.Staan vaak van het begin van een zin.
LET OP : Waarom,wanneer,Waar,hoe zijn geen
vragende voornaamwoordenmaar bijwoordenWanneer werd de moord gepleegd?
kenmerken
Betrekkelijk voornaamwoord
Die ,dat,wiewat,welke,hetgeen
Het gebak dat klaargemaakt werd
Verwijzen naar personen of zaken die al eerder in
de zin genoemd zijn.
Datgene waarop ze betrekking hebben,
noemt men het antecedent.
LET OP : Soms is het antecedent verzwegen. Het zit dan
al ingesloten in het betrekkelijk
voornaamwoord wieWie de dader is , is
onbekend = Degene die de dader …
kenmerken
Achtste aanwijzing
• Vertaal het gebrabbel van de kok.
• Bevat deze tip één van de reeds aangehaalde voornaamwoorden?
• Bekijk oplossing
Onbepaald voornaamwoord
Zelfstandige onbepaalde
voornaamwoordenMen, iemand, niemand,iets, niets,geen,
al,alles,wat,iedereen,het, sommige
Het is een schande!
Geven een algemene aanduiding van
personen en zaken. Ze kunnen zelfstandig
en bijvoeglijk voorkomen.
Bijvoeglijke onbepaalde
voornaamwoordenEen of andere, zekere,
enige, iedere, elke
Iedere kok kan het gedaan hebben!
kenmerken
Onbepaald voornaamwoord• Let op : “het”
- indien je niet duidelijk weet wie wat vertelt onbepaald voornaamwoord
Het spookt. - indien je wel weet wie wat vertelt persoonlijk voornaamwoord Het probleem is moeilijk. Het is een
raadsel.
Wederkerig en wederkerend voornaamwoord
WederkerendVerwijzen naar
zichzelfMe(zelf), je(zelf)(zelf),
zich(zelf), ons(zelf)
Hij verveelt zich
Verwijzen naar de persoon zelf .
Verwijzen naar elkaar.
Wederkerig Verwijzen naar
elkaarElkaar, elkander
Mekaar
Ze beschuldigen mekaar
kenmerken
Wederkerig en wederkerend voornaamwoord
• Let op :Ik vergis me : me = wederkerend voornaamwoordHij vergist zich ( mogelijk te vertalen naar ‘zich’)
Geef me een goed voorbeeld : me = persoonlijk voornaamwoordGeef zich een goed voorbeeld * ( niet te vertalen
naar ‘zich’)
Telwoorden
TelwoordenHoofdtelwoord•Bepaald•Onbepaald
Rangtelwoord•Bepaald•Onbepaald
Telwoorden
HoofdtelwoordenBepaald : twee, honderd, duizend
Drie koks hebben een snor.
Onbepaald : enkel, verschillende,som-mige,verscheidene,
enigeEnkele koks hebben een
snor
Geven een hoeveelheid of een plaatsaanduiding in
en volgorde aan.
RangtelwoordenBepaald : tweede,
honderdsteDe derde kijkt boos.
Onbepaald : zoveelste, laatste,
middelsteDe laatste kijkt weg.
kenmerken
Voorzetsel, voegwoord en tussenwerpsel
Voorzetsel
• De fles staat op de eerste plank. Naast de fles ligt een tomaat.
Staat vaak aan het begin van een zin en zinsdelen
• Na heel wat speurderswerk kennen we over enkele dagen kennen de dief.
Komt vooral voor in plaats- en tijdsaanduidingen
• Daarom zal de dief nu snel bekennen, misschien vandaag al.
Kan een onzekerheid , een ontkenning,tijd, plaats, of reden aangeven
Negende aanwijzing
• Bekijk de aanwijzing, vind de tip.
• Bekijk de inhoud van de wandkast.
• Beschrijf ieder de inhoud van twee planken.
• Maak samen de inventaris van de kast op. Duid de verschillende telwoorden aan en benoem ze.
• Duid de voorzetsels aan.
Voegwoord
• De vrouw kan het niet gedaan hebben maar de andere passagiers blijven verdacht.
Nevenschikkend : verbindt twee evenwaardige zinnen.En, maar, want, of, dus, noch, doch
• De kok herinnert zich niets omdat hij een slag op het hoofd kreeg.
Onderschikkend : verbindt twee zinnen met elkaar waarvan één ondergeschikt is aan de andere.Dat, doordat, voordat, omdat, zodat, als, zoals, aangezien, hoewel, terwijl
Tussenwerpsel
• Plop, de kurk springt van de fles.
Uitroepen van emoties en klanknabootsingen
• Ja, we komen dichterbij de waarheid, hoor!
Ze staan altijd los van de zin voor of na een komma
Tiende aanwijzing
Het bijwoord
Kenmerken
• De zeer ingewikkelde zaak is bijna opgelost.
Kan iets vertellen over een bijvoeglijk naamwoord, een telwoord of een ander bijwoord
• De speurders werken hard. Ze werken zelfs zeer hard.
Kan iets vertellen over een werkwoord
• Daarom zal de dief nu snel gevat worden , misschien vandaag nog.
Kan een onzekerheid , een ontkenning,tijd, plaats, of reden aangeven
Identificatie• Identificeer de dief.• Schrijf een kort krantenbericht
over de dader( 10 lijnen). • Gebruik hierbij volgende
bijwoorden : zeer, erg, geniepig, zenuwachtig,aarzelend.
• Geef je beschrijving door aan je kwartet en controleer samen het juiste gebruik van het bijwoord.
• Overloop samen de gebruikte woordsoorten uit je tekst.
• Deadline : 14 november 2011