44
reken maar! (2) 8 okt. 2015 Rotterdam

Reken maar (deel 2)

Embed Size (px)

Citation preview

reken maar! (2)

8 okt. 2015Rotterdam

1000500 1500 20001

*Adam, 1

*Seth, 129,5

*Enos, 234*Kenan, 323,5

*Lamech, 870

*Henoch, 619

*Metusalach 683,5

*Mahalalel, 393

*Noach, 1051,5

*Jered, 457,5

begin vloed, 1651

*Sem, 1554,5van Adam tot de vloed

*Arfachsad, 1654

*Selah, 1688,5

*Heber, 1718

*Peleg, 1751,5

*Rehu, 1781*Serug, 1812,5

*Nahor, 1840

*Terah, 1870,5

*Abram, 2000Noach †

1500 1600 1700 1800 1900 2000

eind vloed, 1652

van de vloed tot Abram

2000 2100 2200 2300 2400 2500

geboorte Abram, 2000

van Abram tot de uittocht

geboorte Izaak, 2100

geboorte Jakob, 2160

aankomst Jakob in Egypte, 2290

uittocht

2000 2100 2200 2300 2400 2500

geboorte Abram, 2000

van Abram tot de uittocht

geboorte Izaak, 2100

uittocht

400 jaren

Genesis 15:13

2000 2100 2200 2300 2400 2500

geboorte Abram, 2000

van Abram tot de uittocht

belofte bij Abrams roeping, 2070

uittocht

30 & 400 jaren;

Exodus 12:40,41 en Galaten 3:17

Handelingen 1317 De God van dit volk Israel heeft onze vaderen uitverkoren en het volk verhoogd, toen zij bijwoners waren in het land Egypte, en Hij heeft hen met hoge arm daaruit gevoerd,

Handelingen 1317 De God van dit volk Israel heeft onze vaderen uitverkoren en het volk verhoogd, toen zij bijwoners waren in het land Egypte, en Hij heeft hen met hoge arm daaruit gevoerd,18 en Hij heeft gedurende een tijd van omstreeks veertig jaren in de woestijn hun eigenaardigheden verdragen;

maar toch op de maand nauwkeurig!Numeri 32:13; Jozua 5:6; Ps.95:10; Hand.7:36; enz.

2500 2600 2700 2800 2900 3000

uittocht Egypte, 2500

van de uittocht tot salomo

40 jaar woestijnreis, aankomst in beloofde land, 2540

Handelingen 1319 en na zeven volken uitgeroeid te hebben in het land Kanaan, heeft Hij hun land hun ten erfdeel gegeven...

dat is niet in één jaar gebeurd... >

Exodus 2329 Ik zal hen niet in één jaar voor u uit verdrijven, opdat het land geen woestenij worde en het wild gedierte u niet te veel worde.30 Langzamerhand zal ik hen voor u uit verdrijven, totdat gij zo vruchtbaar wordt, dat gij het land in bezit kunt nemen.

lett. klein-beetje, klein-beetje

Exodus 2329 Ik zal hen niet in één jaar voor u uit verdrijven, opdat het land geen woestenij worde en het wild gedierte u niet te veel worde.30 Langzamerhand zal ik hen voor u uit verdrijven, totdat gij zo vruchtbaar wordt, dat gij het land in bezit kunt nemen.

lett. ontvangt-als-lotbezit

Handelingen 1319 en na zeven volken uitgeroeid te hebben in het land Kanaan,heeft Hij hun land hun ten erfdeel gegeven,20 omstreeks vierhonderd vijftig jaren lang.En daarna gaf Hij hun richters tot op de profeet Samuel.

lett. Hij-verdeelt-door-loting het land van-hen

Handelingen 1319 en na zeven volken uitgeroeid te hebben in het land Kanaan,heeft Hij hun land hun ten erfdeel gegeven,20 omstreeks vierhonderd vijftig jaren lang.En daarna gaf Hij hun richters tot op de profeet Samuel.

weergave St.Vert. (Textus Receptus) in strijd met alle oude, grote handschriften

20 En daarna omtrent vierhonderd en vijftig jaren, gaf Hij hun rechters, tot op Samuel, den profeet.

Handelingen 1319 en na zeven volken uitgeroeid te hebben in het land Kanaan,heeft Hij hun land hun ten erfdeel gegeven,20 omstreeks vierhonderd vijftig jaren lang.En daarna gaf Hij hun richters tot op de profeet Samuel.

lett. ongeveer [in] jaren vierhonderd en vijftig

2100 2200 2300 2400 2500 2600

geboorte Izaak, 2100uittocht Egypte, 2500

400 jaren

intocht, 2540

land veroverd, 2550

450 jaren vanaf "de vaderen" tot aan verdeling van het land.

Daarna begon sabbatsjaren telling...

Leviticus 252 Spreek tot de Israelieten en zeg tot hen: Wanneer gij in het land komt, dat Ik u geef, DAN zal het land rusten, een sabbat voor de HERE.

Leviticus 253 Zes jaar zult gij uw akker bezaaien en zes jaar zult gij uw wijngaard snoeien, en de opbrengst daarvan inzamelen,4 maar in het zevende jaar zal het land een volkomen sabbat hebben, een sabbat voor de HERE: uw akker zult gij niet bezaaien en uw wijngaard niet snoeien.5 Wat vanzelf opkomt van uw oogst, zult gij niet inoogsten en de druiven van uw ongesnoeide wijnstok zult gij niet inzamelen; het zal een jaar van rust voor het land zijn.

Leviticus 253 Zes jaar zult gij uw akker bezaaien en zes jaar zult gij uw wijngaard snoeien, en de opbrengst daarvan inzamelen,4 maar in het zevende jaar zal het land een volkomen sabbat hebben, een sabbat voor de HERE: uw akker zult gij niet bezaaien en uw wijngaard niet snoeien.5 Wat vanzelf opkomt van uw oogst, zult gij niet inoogsten en de druiven van uw ongesnoeide wijnstok zult gij niet inzamelen; het zal een jaar van rust voor het land zijn.

Leviticus 253 Zes jaar zult gij uw akker bezaaien en zes jaar zult gij uw wijngaard snoeien, en de opbrengst daarvan inzamelen,4 maar in het zevende jaar zal het land een volkomen sabbat hebben, een sabbat voor de HERE: uw akker zult gij niet bezaaien en uw wijngaard niet snoeien.5 Wat vanzelf opkomt van uw oogst, zult gij niet inoogsten en de druiven van uw ongesnoeide wijnstok zult gij niet inzamelen; het zal een jaar van rust voor het land zijn.

Leviticus 258 Voorts zult gij u zeven jaarsabbatten tellen, zevenmaal zeven jaren; zodat de dagen van de zeven jaarsabbatten negenenveertig jaren zijn.9 Dan zult gij bazuingeschal doen rondgaan in de zevende maand op de tiende van de maand; op de Verzoendag zult gij de bazuin doen rondgaan door uw ganse land.

Leviticus 258 Voorts zult gij u zeven jaarsabbatten tellen, zevenmaal zeven jaren; zodat de dagen van de zeven jaarsabbatten negenenveertig jaren zijn.9 Dan zult gij bazuingeschal doen rondgaan in de zevende maand op de tiende van de maand; op de Verzoendag zult gij de bazuin doen rondgaan door uw ganse land.

Leviticus 2510 Gij zult het vijftigste jaar heiligen en vrijheid in het land afkondigen voor al zijn bewoners, een jubeljaar zal het voor u zijn, dan zal ieder van u tot zijn bezitting en tot zijn geslacht terugkeren.11 Een jubeljaar zal dit vijftigste jaar voor u zijn, dan zult gij niet zaaien en wat dan vanzelf opkomt zult gij niet oogsten en dan zult gij de ongesnoeide wijnstok niet aflezen.

Leviticus 2510 Gij zult het vijftigste jaar heiligen en vrijheid in het land afkondigen voor al zijn bewoners, een jubeljaar zal het voor u zijn, dan zal ieder van u tot zijn bezitting en tot zijn geslacht terugkeren.11 Een jubeljaar zal dit vijftigste jaar voor u zijn, dan zult gij niet zaaien en wat dan vanzelf opkomt zult gij niet oogsten en dan zult gij de ongesnoeide wijnstok niet aflezen.

Leviticus 25(...)19 En het land zal zijn vrucht geven, zodat gij tot verzadiging eet en daarin veilig woont.20 Wanneer gij zegt: wat zullen wij in het zevende jaar eten, zie, wij mogen niet zaaien noch onze oogst inhalen...

Leviticus 25(...)19 En het land zal zijn vrucht geven, zodat gij tot verzadiging eet en daarin veilig woont.20 Wanneer gij zegt: wat zullen wij in het zevende jaar eten, zie, wij mogen niet zaaien noch onze oogst inhalen...

Leviticus 2521 dan zal Ik mijn zegen in het zesde jaar over u gebieden, dat het u een opbrengst geve voor drie jaren.22 In het achtste jaar zult gij zaaien, maar van de vorige oogst eten, tot het negende jaar; totdat de oogst daarvan binnenkomt, zult gij van de vorige eten.

Leviticus 2521 dan zal Ik mijn zegen in het zesde jaar over u gebieden, dat het u een opbrengst geve voor drie jaren.22 In het achtste jaar zult gij zaaien, maar van de vorige oogst eten, tot het negende jaar; totdat de oogst daarvan binnenkomt, zult gij van de vorige eten.

7 jaar

het 50e jaar= het jubeljaar

14 jaar 21 jaar 28 jaar 35 jaar 42 jaar 49 jaar 7 jaar

2100 2200 2300 2400 2500 2600

400 jarenverdeling land, 2550

Het 450e jaar waarin het land verdeeld werd was 2550 AH, een jubeljaar.

Daarna begon de sabbatsjarentelling...Synchroon met de telling vanaf Adam!

Handelingen 1319 en na zeven volken uitgeroeid te hebben in het land Kanaan,heeft Hij hun land hun ten erfdeel gegeven,20 omstreeks vierhonderd vijftig jaren lang.En daarna gaf Hij hun richters tot op de profeet Samuel.

en daarna...de koningen

Saul, David

en Salomo...

1Koningen 61 In het vierhonderd tachtigste jaar na de uittocht der Israelieten uit het land Egypte, in het vierde jaar van Salomo's regering over Israel, in de maand Ziw, dat is de tweede maand, bouwde hij het huis voor de HERE.

2500 2600 2700 2800 2900 3000

uittocht Egypte, 2500

start bouw van de tempel, 2980

480 jaar

1Koningen 637 In het vierde jaar werd het huis des HEREN gegrondvest, in de maand Ziw,38 en in het elfde jaar, in de maand Bul, dat is de achtste maand, was het huis in al zijn onderdelen en geheel volgens bestek voltooid; hij bouwde het dus in zeven jaar.

1Koningen 71 Maar over zijn eigen huis bouwde Salomo dertien jaar; toen had hij zijn gehele huis voltooid.

2Kronieken 81 Na afloop van de twintig jaren, waarin Salomo het huis des HEREN en zijn eigen huis had gebouwd, 2 versterkte Salomo de steden...

zie ook 1Koningen 9:10

2500 2600 2700 2800 2900 3000

uittocht Egypte, 2500

start bouw van de tempel, 2980

tempel+ gereed, 3000

2Kronieken 711 Toen Salomo het huis des HEREN en het huis des konings voltooid had, en alles wat Salomo in de zin gekomen was, in het huis des HEREN en in zijn eigen huis te maken, voorspoedig tot stand gebracht had,12 verscheen de HERE aan Salomo des nachts en zeide tot hem: Ik heb uw gebed gehoord en deze plaats voor Mij tot een huis der offeranden verkoren.

2Kronieken 711 Toen Salomo het huis des HEREN en het huis des konings voltooid had, en alles wat Salomo in de zin gekomen was, in het huis des HEREN en in zijn eigen huis te maken, voorspoedig tot stand gebracht had,12 verscheen de HERE aan Salomo des nachts en zeide tot hem: ...

en de navolgende woorden zijn weer bepalendvoor de komende 500 jaar...

de richteren-periode

2500 2600 2700 2800 2900 3000

uittocht Egypte, 2500 start bouw van de tempel, 2980

2980 > vierde jaar van Salomo

2977: David stierf en Salomo volgde hem op

David †, 2977

2500 2600 2700 2800 2900 3000

uittocht Egypte, 2500

David regeerde veertig jaar (2Sam.5:4,5)2937 - 2977

David koning, 2937

David †, 2977

2500 2600 2700 2800 2900 3000

uittocht Egypte, 2500

Saul regeerde veertig jaar (Hand.13:21)2897 - 2937

Saul koning, 2897

Saul †, 2937

2500 2600 2700 2800 2900 3000

begin Richteren-periode, 2550

dus de richteren-periode duurde van 2550 – 2897 = 347 jaar

tot en met Samuël, 2897