View
175
Download
1
Embed Size (px)
Citation preview
PROGRAMMA NATURA 2000
Een kader voor actie en vooruitgang
WAT IS DE OPDRACHT? WAAROM? RESULTAAT
Om de natuurdoelen (ND) uit te voeren zijn in Vlaande-
ren duizenden acties nodig in 455 deelgebieden. We
brengen hier focus en ritme in met een sluitend Natura
2000-programma. Dat moet op termijn elk habitat en
elke soort in een gunstige staat van instandhouding
brengen. De hoeksteen van het programma zijn Euro-
pese en Vlaamse afspraken: de Biodiversiteitsstrategie
(resultaten) en Vlaanderen in Actie (maatregelen).
Concreet willen we 16 habitats in een goede of verbe-
terde toestand brengen tegen 2020, en alle habitats en
soorten tegen 2050. In 2020 moeten we ook op 70%
van de oppervlakte aan de slag zijn. Via een zesjarige
cyclus, afgestemd op de Europese rapportages, moeten
voortdurende verbetering en aanpassingsvermogen
gegarandeerd worden. Elke actie in uitvoering van de
natuurdoelen moet kaderen in dit programma dat op
Vlaams niveau als één geheel wordt aangestuurd.
Ondanks 30 jaar natuurbeleid zijn slechts 3 kleine
habitats in een gunstige staat en is de meerderheid in
een zeer ongunstige staat. Verschillende oorzaken
kunnen aangehaald worden, maar de crisis en de
verdergaande versnippering bieden weinig perspectief
op beterschap. Kortom, we willen het geweer van
schouder veranderen, met een aanpak die:
Iedereen duidelijkheid geeft over de gestelde
(tussen)doelen en het tempo waaraan die uitgevoerd
moeten worden
Anderen motiveert en stimuleert om mee de handen
uit de mouwen te steken
Meetbaar is, zodat tussentijds de ambities en de
aanpak geëvalueerd en bijgestuurd kunnen worden
Zowel aandacht heeft voor de inrichting en het
beheer van de gebieden, als voor de externe milieu-
drukken.
Om te komen tot een duidelijke richting in het Vlaams
programma voor natuurdoelen zijn volgende elementen
van belang:
Afspraken over de algemene principes en succes-
factoren voor het Vlaamse IHD programma.
Duidelijke vastgelegde Vlaamse taakstelling als
vertaling van de Europese Biodiversiteitsstrategie en
Vlaanderen in actie.
Prioritering in de taakstellingen met het oog op de
eerste evaluatie van het IHD programma in 2020
PROGRAMMA NATURA 2000
Een kader voor actie en vooruitgang
PRINCIPES SUCCESFACTOREN
De implementatie is gebaseerd op drie pijlers:
Effectiviteit: de doelen moeten daadwerkelijk gere-
aliseerd worden binnen de vooropgestelde timing;
Efficiëntie: de ingezette instrumenten moeten
maximaal renderen. Hierbij wordt gemikt op een
duurzaam rendement, dat dus standhoudt op de
lange termijn;
Rechtvaardigheid: er wordt gestreefd naar een
rechtvaardige spreiding van de lasten in ruimte en
tijd, die rekening houdt met context, historiek en
proportionaliteit.
Vertrekkend van deze pijlers zijn vier operationele
principes afgeleid:
1. De sterkste schouders dragen de zwaarste lasten
2. Vrijwillig waar mogelijk, verplicht waar nodig.
3. Geen inspanningen zonder inspraak, geen inspraak
zonder inspanningen.
4. Samenwerken loont.
1. Het Natura 2000-programma moet zoveel mogelijk
zichzelf uitvoeren. Dat wil zeggen dat het voor
iedereen interessanter moet zijn om stappen vooruit
te zetten, dan stil te blijven staan.
2. Het Natura 2000-programma moet op Vlaams niveau
geschraagd zijn door engagementen van admini-
straties en medewerking van sectoren
3. Er moet ingezet worden op een maximale afstem-
ming van plannen van andere administraties en
sectoren met het Natura 2000-programma. Waar
mogelijk kan zo ook het concept “werk met werk”
toegepast worden.
4. Op het niveau van een deelgebied moeten operatio-
nele doelen door concrete contracten of beheer-
plannen gedekt zijn. Een concreet contract bevat
een duidelijke SMART engagement om doelstellingen
van het Vlaamse programma te realiseren.
5. De partijen betrokken bij de uitvoering en opvolging
van het Natura 2000-programma, zowel overheid als
socio-economische sectoren, moeten over voldoende
capaciteit beschikken. Dit gaat over menskracht,
deskundigheid, maar ook over structuur.
6. De implementatie van de natuurdoelen zal veel sa-
menwerking tussen individuen en sectoren vereisen.
Dit lukt uiteraard enkel in een sfeer van vertrou-
wen. Transparantie is in die context essentieel.
7. De beschikbaarheid van een toereikend budget is
noodzakelijk. Binnen de natuurbudgetten zal worden
gezocht naar efficiëntiewinsten en meer focus op
Natura 2000. Bovendien moet gezocht worden naar
slimme koppelingen en innovatieve financierings-
technieken
8. Er is nood aan een duidelijke procedure voor con-
flictbeheersing in het kader lokale conflicten tussen
partijen en betwistingen van overheidsbeslissingen
PROGRAMMA NATURA 2000
Een kader voor actie en vooruitgang
VLAAMSE PRIORITEITEN HABITATS 2020 PRIORITAIRE ACTIES
Vertrekkend van de Biodiversiteitsstrategie worden vijf
doelstellingen geformuleerd. Uit elk van deze doelstel-
lingen kunnen op Vlaams niveau taakstellingen voor
2020 afgeleid worden voor de habitattypes en soorten.
Per SBZ vertalen deze zich in prioritaire acties die tegen
2020 uitgevoerd worden.
1. Stoppen en vermijden achteruitgang tegen 2020 -
habitattypes en soorten
2. Gunstige of verbeterde staat in 2020 – habitattypes
3. Gunstige staat in 2050 – habitattypes
4. Gunstige of verbeterde staat in 2020 – soorten
5. Gunstige staat in 2050 - soorten
De doelstellingen van VIA (Pact 2020)worden pragma-
tisch vertaald als: in 2020 krijgt 70% van de oppervlak-
te die benodigd is voor de gunstige staat van instand-
houding van habitattypes en soorten het gepaste be-
heer. Dit wordt bijgehouden met een “hectareteller”.
Voor Vlaanderen wordt de Europese Biodiversiteitsstra-
tegie vertaald: een derde van de habitattypes (ofwel
16 van de 47) moet in 2020 in een gunstige staat zijn
of verbetering vertonen. De 2 habitattypes die in 2007
in gunstige staat waren, moeten dat in 2020 dus nog
steeds zijn. 15 andere habitattypes moeten vooruit-
gang kunnen vertonen. De selectie van de habitattypes
is gebaseerd op:
Een analyse van de haalbaarheid om de volledige
doeloppervlakte correct te beheren tegen 2020.
Een analyse van de mate waarin het realistisch is dat
betreffende habitattypes in 2020 nog steeds in een
goede staat zijn of een stap vooruit kunnen zetten in de beoordeling van de gewestelijke staat van instand-houding.
Voor de Europees beschermde soorten liggen de kaar-
ten beter dan gemiddeld in Europa. Zij genieten boven-
dien mee van de inspanningen voor de habitats, zodat
geen extra doelen gesteld worden tegen 2020.
De Vlaamse taakstelling 2020/2050 op het vlak van
inspanningen (70%/100%) en resultaat (16/47 habi-
tats) resulteert in concrete tussen- en einddoelen voor
elk van de 455 deelgebieden.
Het gaat om doelen op twee vlakken:
inrichting en beheer tegen respectievelijk 2020 en
2050
verbetering milieucondities tegen respectievelijk
2020 en 2050
De tussendoelen voor 2020 noemen we in beide geval-
len “prioritaire acties” Deze dienen integraal uitgevoerd
tegen 2020, volgens de opeenvolging: evidenties –
vrijwilligheid - verplichtingen.