83
Jo Oss, 23 februari 2015

Joris Luyendijk, maandag 23februari2015 in Oss

  • Upload
    oefenen

  • View
    28

  • Download
    1

Embed Size (px)

Citation preview

Jo

Oss, 23 februari 2015

Dit kan niet waar zijnJoris Luyendijk, 23 februari 2015

3

4

“Het oude verhaal van oneindige groei inspireert niet meer. Oude systemen

bieden geen hoop op verbetering. Mensen maken zich heus niet alleen

zorgen over de restschuld op hun huis en het verliezen van hun baan,

maar ook over waar we met de samenleving naartoe gaan.” (Een @nder soort geld, 2014 p. 20-21)

5

6

Veel buitenstaanders willen er niet aan, heb ik gemerkt: dat de financiële wereld voor een belangrijk deel niet bestaat uit

mensen die moedwillig kwaad doen, maar uit conformisten die zichzelf

überhaupt geen vragen meer stellen over goed en kwaad. Ze hebben het in hun zeepbel prima voor elkaar, en gaan alleen nog om met gelijkgezinden. (Joris, p. 165)

7

8

9

10

11

12

13

14

15

“Want dit is onze realiteit: we zitten gevangen in een ‘geldspel’ met een

aantal regels die voor de mensen en de natuur ongelukkig uitpakken. Niemand wordt hier op de langere termijn beter van, zelfs de rijkste mensen niet, al

denken de meesten van hen dat ze veel te winnen hebben bij het in stand

houden van deze regels.” (Een @nder soort geld 2014, p. 27)

16

17

18

Lange tijd kon ik daarmee leven, toen niet meer. Het was niet één

moment. Ik stelde me voor dat een zoon of dochter op een gegeven moment zou vragen: Daddy, wat

doe jij voor werk? Wat moest ik dan zeggen? “Nou, lieverd, daddy belazert andere mensen?” (Joris, p. 182)

19

20

“Het geldsysteem is onze samenleving steeds meer gaan domineren. Sociale welvaart,

kansen op ontplooiing, ondernemerschap en

natuurbehoud, allemaal zijn ze ondergeschikt aan geld

geworden.” (Een @nder soort geld, 2014 p. 21)

21

22

“Je hebt geen slechte mensen nodig om een

slecht systeem draaiende te houden. Dat is een

fundamentele vaststelling die ik gemaakt heb” (Joris, 10 oktober 2010)

23

24

25

26

27

"In 2008 werd echter duidelijk dat we het financieel systeem niet zomaar

vormgeven naar het model van een zelfregulerend en gedecentraliseerd systeem. Als je regulering gewoon

weglaat, krijg je geen vrije markt maar een oligopolie. Dat leidt op zijn beurt tot

een extreme verwevenheid van belangen, regelrechte corruptie en een

ziek systeem.“ (interview De Morgen, 10 oktober 2014)

28

29

30

Dit kan niet waar zijnJoris Luyendijk, 23 februari 2015

“Ik heb me wel eens afgevraagd wat er zou gebeuren als ondernemers en particulieren elke week zelf dat geld moesten brengen bij die paar procent van de bevolking die nu

netto aan rente verdient. Volgens mij hadden we dan binnen de

kortste keren een volksopstand.” (Een @nder soort geld, 2014 p. 142)

32

33

34

35

“Onze politieke bewindvoerders zijn eigenlijk niet meer dan de uitvoerders

van de wetgeving die door de zogenaamde markten wordt opgelegd.

Het is echt niet overdreven om te stellen dat de financiële sector de

heersende politieke macht is op dit moment. De wereld krijgt gestalte via de

vormen die het financiële kapitalisme dicteert.” (interview De Morgen, 10 oktober 2014)

36

37

“Daarnaast zijn de media hier vooral het probleem. Eigenlijk houden

politieke journalisten zich nauwelijks bezig met wat zich afspeelt binnen de banken en

tussen de banken en de politiek. Op die manier verwaarlozen

journalisten hun kerntaak” (Joris in De Morgen, 10 oktober 2014)

38

39

“Maar wat heb je aan een stabiele banksector in een sociaal instabiele samenleving met een

instabiel ecosysteem?” (Een @nder soort geld, 2014 p. 160)

40

41

“Geld concurreert met wat van waarde is, in plaats van dat het een

weergave van die waarde is.” (Een @nder soort geld, 2014 p. 73)

42

43

44

Jo

Oss, 23 februari 2015

46

Er is een politieke consensus van rechts tot links dat tijdens de komende tien jaar wijdverbreide en snelle veranderingen in het gedrag vereist zijn. Regeringen en bedrijven hebben van oudsher monetaire prikkels gebruikt als het primaire motivatie-instrument om niet-spontane gedragspatronen op te wekken. Alleen zit ons monetaire systeem nu zelf ernstig in de knoei. Wegens de groeiende uitdagingen waar we voor staan, is de manier waarop geld vorm geeft aan onze motivaties en daden eerder een deel van het probleem geworden dan de oplossing. (Geld en duurzaamheid, 2012 pagina 45)

47

“… maar we gaan dit regelen. Hopelijk net

vóór we collectief verarmd en

getraumatiseerd zijn, en niet erná.” (Joris in Humo, 17 februari 2015)

48

49

“Mensen projecteren hun eigen houding op bankiers, terwijl we

eigenlijk geen haar beter zijn. Als jij voor weinig geld een T-shirt koopt

dat gefabriceerd is in een sweatshop in een lagelonenland: zit dat niet evengoed in die grijze zone

tussen amoreel en immoreel?” (Joris in Humo, 17 februari 2015)

50

51

“Je wordt continue gerangschikt. De financiële sector is daar

niet alleen in, want zoals Paul Verhaeghe schrijft in

‘Identiteit’, zet het neoliberale model mensen overal tegen elkaar op, in de overtuiging dat alles dan beter wordt.”

(Joris in Humo, 17 februari 2015)

52

53

54

“Wie gelooft dat we eeuwig door kunnen

gaan met exponentiële groei in een eindige

wereld is óf een dwaas óf een econoom.” (Een @nder soort geld, 2014 p. 108)

55

56

We stuiten op de volgende paradox. Om het kapitalisme op lange termijn veilig te stellen, is democratie nodig. Democratische instellingen maken het mogelijk om snel de collectieve belangen te identificeren en er een stem aan te geven. Dit dwingt politici om de collectieve belangen te behartigen in plaats van de individuele belangen van diegenen die veel

geld en invloed uitoefenen. Op die manier zorgen democratische instellingen voor stabiliteit. De discrepantie tussen collectieve en individuele

belangen wordt er niet overdreven groot. (Paul de Grauwe. De limieten van de markt, 2014 p. 118-119)

57

58

Vandaag de dag wordt deze beslissing (van president Hollande om topinkomens in Frankrijk 75 procent

belasting te laten betalen), vooral in de Angelsaksische pers, op ongeloof of zelfs

hoongelach onthaald. Maar dat kan veranderen. Als de ongelijkheid blijft groeien, creëert dat een politieke

voedingsbodem om ook in andere landen tot dergelijke verhogingen van de belastingen over te

gaan. En laten we de geschiedenis niet vergeten. () Wat vandaag ridicuul lijkt, zal het niet meer zijn als de toename van de ongelijkheid niet wordt gestopt. (Paul de

Grauwe. De limieten van de markt, 2014 p. 131)

59

60

“Het is een ontzettend nieuwswaardig onderwerp en er bestaat grote honger naar

kennis. Maar in plaats daarvan houden journalisten

zich liever bezig met het reduceren van politiek tot een

soort soap.” (Joris in De Morgen, 10 oktober 2014)

61

62

De hoge lonen zijn ook een symbool van het feit dat ons economisch systeem geëvolueerd is naar een mix van markt en staat. Zonder een

staat die zorgt voor publieke goederen en sociale zekerheid kan een marktsysteem niet

overleven. Tegelijk genereert een sterk marktsysteem de middelen om sterke sociale zekerheidssystemen uit te bouwen. Markt en staat zijn als tweelingbroeders: ze kunnen zonder elkaar niet leven, en ze versterken

elkaar. (Paul de Grauwe. De limieten van de markt, 2014 p. 170)

63

64

Als vroeger een beschaving ten gronde ging, bouwde de mensheid even verderop vrolijk

weer een nieuwe. Dat is verleden tijd. We zijn nu één menselijke beschaving. Maar

gelukkig, we beschikken nu over de mensen, de kennis en het kapitaal om oplossingen te

creëren. Bevoorrecht betekent dus ook bevoorplicht: we zijn inderdaad de eerste

generatie die het zich niet kan permitteren om te verzaken, want anders is het game over.

(Jan Jonker. Nieuwe business modellen, 2014)

65

66

“Heel reëel. Het domineert ons leven en ons collectief bestaan. We hebben eigenlijk te maken met een 21ste-

eeuwse variant van het kolonialisme. Grote banken zijn in staat om landen werkelijk te bezetten. Het verschil is

gewoon dat ze geen harde macht meer nodig hebben om te overheersen.

Banken overheersen zonder dat ze onmiddellijk leger of politie moeten

inzetten.” (interview De Morgen, 10 oktober 2014)

67

68

“Wat frappant is, is dat uitgerekend de liberale partijen als geen ander het bestaande oligopolie hebben verdedigd. Terwijl de meer linkse partijen

in feite hebben gepleit voor kleinere spelers, en dus voor

meer vrije markt.” (Joris in De Morgen, 10 oktober 2014)

69

70

De leiding van een bedrijf wordt beloond alsof het risiconemers zijn, maar dat is niet het geval.

Als het slecht gaat met de onderneming komt de rekening

ergens anders te liggen. Het bestuur stelt de buit keer op

keer veilig. (George Möller. Waardenloos, 2012 p. 307)

71

72

“Ik geloof in natuurlijke groei, in groei van onze kwaliteiten, maar

niet in de exponentiële groei waartoe we vanwege die rente

worden gedwongen. Exponentiële groei is de groei

van een kankergezwel.” (Een @nder soort geld, 2014 p. 79)

73

74

“Politiek heeft in principe die macht. Maar dan zal de

politiek zich wel eerst moeten losweken uit de greep van de

financiële sector. Het draaideursysteem moet weg.”

(Joris in De Morgen, 10 oktober 2014)

75

76

En het zijn juist de eigenaars van kapitaal, die gedurende de laatste decennia een steeds

groter deel van de economische koek hebben verworven, die een gevaar vormen voor het voortbestaan van het kapitalisme. In die zin zijn de kapitalisten de grootste vijanden van

het kapitalisme. Om het vrijemarktsysteem te redden moet de overheid de hoogste

inkomens en vermogens veel zwaarder belasten dan ze momenteel doet.

(Paul de Grauwe. De limieten van de markt, 2014 pagina 106)

77

78

“… een bijkomend probleem: politiek is nog steeds regionaal

of nationaal georganiseerd, terwijl het financieel systeem

globaal functioneert. Dat is niet zomaar op te lossen. Politiek zelf zal een schaalvergroting moeten

doormaken.” (Joris in De Morgen, 10 oktober 2014)

79

80

“Het vermogen van westerlingen om uit te leggen waarom ze niet met de rest van de wereld hoeven te delen is groot. Bankiers kunnen ook goed uitleggen waarom ze desondanks

recht hebben op subsidies. Mensen reserveren heel wat

hersenbandbreedte om te bedenken waarom hen geen blaam treft.” (Joris in Humo, 17

februari 2015)

81

82

“de woorden van de

tegenstander proberen te

kapen” (Rutger Bregman, Radio 1 België, 17 februari 2015)

83