View
255
Download
0
Embed Size (px)
Citation preview
Jeugdbeleidverankeren in het strategisch meerjarenplan
Het plan …
1. Fundamentele visie
2. Leefwereldperspectief
3. Categoriale jeugdreflex
4. Van reflex naar geïntegreerd beleid
JEUGDBELEID,belangrijk genoeg om te implementeren in een strategisch meerjarenplan
?
Jeugdbeleid≠
jeugdbeleid
VISIEFundamentele
1.
Jeugdbeleid start bij nadenken over de plaats en de rol van kinderen en jongeren in de samenleving.
De samenleving wordt kwalitatief beter (ook voor volwassenen) als kinderen en jongeren er mede-eigenaar en medebeheerder van worden
?
jong zijn is volwaardig en fundamenteel
Geloof in de kracht en de dynamiek die gepaard gaat met ‘jong zijn’
Offensieve kijk op wat kinderen en jongeren voor een samenleving kunnen betekenen
Kinderen en jongeren zien als expert en als het gaat over hun leefwereld, hun eigenheid.
Kinderen en jongeren hebben een mening en de competenties om mee na te denken
Geloof in volwaardig actorschap als meerwaarde voor een samenleving
De straat, buurt, wijk, gemeente is de primaire
leefomgeving van kinderen en jongere en bijgevolg van
wezenlijk belang in hun ontwikkeling
De ACTIERADIUS van
kinderen en jongeren is lokaal
• ontmoeten• vrije tijd beleven• experimenteren• leren• geconfronteerd worden met risico • ruimte verkennen en toe-eigenen• …
• weinig ‘dwingende’ belangen• niet stemgerechtigd• beschikken niet over de directe kanalen om te wegen
Noden en behoeften van kinderen en jongeren zijn, anders dan bij volwassenen, niet altijd helder, zichtbaar of scherp
Als grote bevolkingscategorie (1/3), met sterke lokale belangen, hebben kinderen en jongeren alle recht om betrokken te worden bij de invulling van lokaal beleid.
!
Dat maakt de verantwoordelijkheid
van een lokale overheid
GROOT !
Een lokale overheid zal zelf moeite moeten doen
!• voeling krijgen en houden met de leefwereld
van kinderen en jongeren
• betekenis van leeftijdsgebonden gedrag te begrijpen en als waardevol erkennen
• effectieve noden en behoeften van kinderen en jongeren bloot leggen
• kinderen en jongeren, volwaardig, eerlijk en respectvol te benaderen en te betrekken
Goed jeugdbeleid vindt geen goede voedingsbodem in…
… het ‘oplossen’ van acute, vaak extern gedefinieerde problemen
… aanpakken zonder begrijpen
… keuzes maken zonder werkelijk te weten wat noden en behoeften zijn
Onze ingrediënten voor goed jeugdbeleid
• Offensieve kijk op kinderen en jongeren in de samenleving.
• Onderdeel van goed participatief overheidsbeleid
• Kinderrechten als grondtoon voor lokaal jeugdbeleid
• Vertrekt vanuit een integraal leefwereldperspectief
• Goede, permanente en duurzame interactie als basishouding
• Participatie is een doel op zich met intrinsieke waarde
• Stimuleert zelforganisatie
LEEFWERELDPERSPECTIEF
2.
Goed jeugdbeleid is integraal• blikveld op alle levenssferen van
kinderen en jongeren
• Jeugdbeleid wil kinderen en jongeren niet kunstmatig onderverdelen in deelaspecten (sportbeoefening, jeugdwerk, onderwijs…)
• Vanuit deze invalshoek heeft lokaal jeugdbeleid raakvlakken met nagenoeg alle lokale beleidsdomeinen
Volwassenen
Waar zijn kinderen en jongeren mee bezig
Wat is hun werkelijkheid
Hoe vullen ze (vrije)tijd in
Waar liggen ze van wakker
Waarmee worden ze geconfronteerd
Wat zijn hun verzuchtingen en verwachtingen ?
• gericht op het versterken van kinderen en jongeren in hun totaliteit
• in dialoog de totale leefwereld leren kennen en begrijpen.
• zoekt afstemming op reële noden en behoeften.
• vanuit begrip en kennis te zoeken naar kansen en samenhang in een totaal beleid.
Beleid dat vertrekt vanuit een leefwereldperspectief is per definitie een
beter beleid
LEEFWERELDPERSPECTIEF
anders kijken naar de
verantwoordelijkheid van de overheid
Omgaan met
risico
“Kinderen zijn serieus benadeeld als ze niet leren omgaan met fysieke en emotionele risico’s.”
“Ze hebben een grote kans timide of roekeloos te worden en kunnen moeilijk omgaan met de gevolgen.”
Rondhangen
Maar hoe vertaal je deze visie op jeugdbeleid naar de praktijk
?
Categoriale jeugdreflex
3.
C a t e g o r i a l e j e u g d r e f l e x =
• interne horizontale kwaliteitsdynamiek
• streeft naar goed en geïntegreerd lokaal (jeugd)beleid
• brengt leefwereldperspectief in het beleidsdiscours
• richt zich breed naar alle levenssferen van kinderen en jongeren
VEILIGHEID HUISVESTING RUIMTELIJKEORDENING
ONDERWIJS WELZIJN VRIJE TIJD MOBILITEIT
C A T E G O R I A L E J E U G D R E F L E X
categoriale jeugdreflex is meer dan
een doelgroepenbenadering. Het plaatst kinderen en jongeren in een bredere samenlevingscontext
Jeugdbeleid is geen vacuüm waarbinnen enkel belangen van kinderen en jongeren primeren.
Net in de onderlinge afweging tussen doelgroepbelangen en sectorale belangen, zit de kiem voor een goed jeugdbeleid
H o r i z o n t a l e k w a l i t e i t s r e f l e x
Streeft naar beter beleid, niet alleen beter jeugdbeleid
Kindvriendelijke publieke ruimteKindvriendelijke gemeenteKindvriendelijke mobiliteitKind- en jeugdvriendelijk cultuurbeleid
BESPEELBARE KUNST
4.Van een categoriale jeugdreflex naar geïntegreerd beleid
Geïntegreerdevisieontwikkelling
• richtinggevend
• permanente toetssteen voor keuzes
• zorgt voor samenhang en verbinding
• inspireert en werkt wervend
• zorgt voor legitimiteit en draagvlak
• voorkomt ambtelijk vacuüm
• Hoe zien we de plaats en rol van kinderen en jongeren in de samenleving?
• Welke rechten, plichten, verantwoordelijkheden hebben kinderen en jongeren binnen een samenleving?
• Welke betekenis geven we aan leefwereld en eigenheid?
• Wat is de rol van een lokale overheid t.o.v. kinderen en jongeren?
• Welke zorg, ruimte, kansen, omgeving moeten we creëren om kinderen optimaal te stimuleren?
• Welke relatie wil een lokale overheid hebben met kinderen en jongeren?
• Welke interactie- en participatiegraad streven we na in de ontwikkeling van lokaal beleid?
• Vanuit welke waarden en overtuigingen vertrekken we om een jeugdbeleid vorm te geven?
?
Geïntegreerde visie
Een lokale jeugdbeleidsvisiekrijgt pas die status als ze op het juiste niveau, in de juiste context en met het juiste mandaat wordt ontwikkeld.
Doelgroepspecifiekecompetenties en kennis
Jeugdspecifieke kennis en competenties op vlak van …
• leefwereld, beleving en ontwikkeling van kinderen en jongeren• duurzame interactie met kinderen en jongeren. • communicatie met kinderen en jongeren. • (beleids)participatie met kinderen en jongeren
Jeugdbeleidsspecialisten spelen een cruciale rol in een categoriale jeugdreflex: Interageren, detecteren, interpreteren, begrijpen
Legitimiteitbinnen besluitvorming
Een categoriale jeugdreflex vraagt een expliciete plaats binnen de besluitvorming.
Legitimiteit categoriale jeugdreflex zal goed renderen binnen besturen die niet enkel vertikaal gemanaged worden. Een lokale overheid kan tegelijkertijd horizontale netwerkorganisatie zijn
waarbinnen kennis, expertise, specialisatie voortdurend bewegen en gecombineerd worden om beter lokaal beleid te creëren.
• efficiëntie• betrokkenheid• bewustwording• kennisdeling
Een categoriale jeugdreflex heeft nood
aan een netwerkmanagerdie verbindt, aanstuurt, bewaakt, expertise samenbrengt, kennis deelt en borgt en jeugdbeleid op strategisch niveau implementeert.
politiek
Bestuursakkoord
Meerjarenplan – (SD?)
Jaarplan/Budget – (OD?)
Actieplannen en acties!
• Waarmee worden ze geconfronteerd?
• Wat willen ze opgelost zien?
• Waar zien ze uitdagingen of verwachtingen?
• Waar kunnen of willen ze mee scoren?
De jeugddienststev ige cockta i l voor een categor ia le jeugdref lex
Basisopdracht 1:
De jeugddienst zorg voor goede, permanente en duurzame interactie en participatie
• permanente interactie en dialoog• grote expertise op vlak van de leefwereld • groot inzicht in lokale noden en behoeften • vanuit kennis en inzicht jeugdbeleid aansturen
• kinderen en jongeren juiste en eerlijk betrekken • expertise en tools om dialoog op hun maat vorm te geven
• jongeren uitnodigen tot actorschap en engagement.
Basisopdracht 2:
De jeugddienst is knooppunt van jeugdbeleid en manager van een categoriale jeugdreflex
• knooppunt voor interne en externe interactie rond kinderen en jongeren in al hun levenssferen
• leefwereldperspectief implementeren in het beleidsdiscours
• jeugdbeleid expliciteren in de strategische besluitvorming
• manager van de categoriale jeugdreflex en zoekt vanuit deze rol naar kansen voor beter en geïntegreerd (jeugd)beleid.
Basisopdracht 3:
De jeugddienst zorgt voor een
goed, gefundeerd en uitgebalanceerd
gemeentelijk jeugdaanbod
• gefundeerd lokaal jeugdaanbod uitbouwen
• via cyclische analyse de reële noden en behoeften van kinderen in kaart brengen
• partner in doelgroepgerichte actie van andere diensten of beleidsdomeinen (afstemming en samenhang)
Basisopdracht 4:
De jeugddienst zorgt voor een positief klimaat voor burgerinitiatief en
zelforganisatie
• positief en ondersteunend kader creëren waarbinnen burgerinitiatief en zelforganisatie zich optimaal kan ontplooien en ontwikkelen.
• zoeken naar ondersteuning op maat van elk initiatief, met respect voor de specifieke eigenheid