Upload
dgorter
View
941
Download
0
Embed Size (px)
Citation preview
Ale tholdoth: ‘dit zijn de verwekkingen’
1:1 – 2:4 schepping en herstel
2:4 de verwekkingen van hemelen en aarde 5:1 …Adam 6:9 …Noach 10:1 …Noach 11:10 …Sem
11:27 de verwekkingen van Terach
25:12 …Ismaël 25:19 …Isaäk 36:1 …Esau 36:9 …de zonen van Esau 37:1 …Jakob
Structuur: Genesis
25:19
Dit zijn de verwekkingen van Izaäk, de zoon van Abraham; Abraham verwekte Izaäk
De God van: Abraham geloof - rechtvaardiging Izaäk belofteJakob keuze
25:19
Dit zijn de verwekkingen van Izaäk, de zoon van Abraham; Abraham verwekte Izaäk
Abraham (verheven vader van een menigte) – gelooft God, die doden opwektIzaäk (doet lachen)
25:20
En Izaäk was veertig jaar oud, toen hij Rebekka, de dochter van Bethuël, de Syriër, uit Paddan-Aram, en de zuster van Laban, de Syriër, voor zich tot vrouw nam.
Rebekka: de boeiende, grote samenloop samenbinding
Izaäk – de belofte (Romeinen 9:7; Galaten 4:28)
25:21En Izaäk bad IEUE (Ik ben) voor zijn vrouw, want zij was onvruchtbaar. En IEUE werd gebeden door hem en Rebekka, zijn vrouw, werd zwanger.
Izaäk gelooft – bidt op de beloften dieIEUE gegeven had
25:22
De zonen botsten in haar tegen elkaar. En zei zij: Zou dit zo zijn? Waarom heb Ík dit? En zij ging onderzoeken bij IEUE.
Onderzoeken : de Heer vragen, Zijn woord opzoeken
25:23En IEUE zei tegen haar: Er zijn twee natiën in jouw buik, en twee volken zullen zich uit jouw ingewanden verdelen, het ene volk zal sterker zijn dan het andere, en de meerdere zal de mindere dienen
Gods plan bekendgemaakt, zowel voor de mens als voorvolkeren.
25:24,25
En vervuld zijn de dagen voor haar om te baren, en zie! een tweeling in haar schoot.
En de eerste ging uit, rossig en helemaal behaard als een haren mantel; en men roept hem bij de naam Ezau.
Ezau: ruige, ruw doenerEdom: rood, aarde, bloed
25:26Daarna kwam zijn broeder te voorschijn, en zijn hand de hiel van Esau vasthield; en men riep over hem de naam Jakob.Izaäk was zestig jaar bij hun geboorte.
Twee broersTwee zonen van
samen in één gezinJakob hield de hiel (akev) vastJakob = vasthouder: wie? de broeder
25:26Daarna kwam zijn broeder te voorschijn, en zijn hand de hiel van Esau vasthield; en men riep over hem de naam Jakob.Izaäk was zestig jaar bij hun geboorte.
Twee broersEerstgeborene Esau
Jakob werd de eerstgeborenevoor Esau;
de Heer voor ons:de Eerstgeborene onder veel broeders
25:27,28Toen die jongens opgroeiden, werd Ezau een man, een bekende jager, een man van het veld. En Jakob is een oprecht man, woonde in tenten.
Ezau een man, een bekende jager
Jakob is een oprecht man, woonde in tenten
25:27,28Izaäk had Esau lief, want hij eet wildbraad; en Rebekka heeft Jakob lief.
Voorkeur van ouders niet in overeenstemming met Gods wil,Zijn bedoeling / voornemen werkt Hij uit!