Upload
ten-bos
View
1.246
Download
0
Embed Size (px)
Citation preview
Ga jij met mij de weg die leven heet,een weg van nu eens dansen,
dan weer hinken?Deel jij met mij zoveel aan lief en leedwil jij die levensbeker met drinken?
Wil jij met mij ten einde toe, godweet, tot waar alleen nog horizon
kan blinken?
238
Ga jij met mij de weg die uittocht heet, een weg van opzien, afzien,
en van zwerven? Een tocht die uit moet lopen, hemelsbreed
op leven voor wie ongeleefd al sterven, en liefde voor wie aan de onmin leed
een thuis voor alwie onderdak moest derven.
238
(mel.: ‘Zo vriendelijk en veilig’)
Licht dat ons aanstoot in de morgen, voortijdig licht waarin wij staan
koud, één voor één, en ongeborgen, licht overdek mij, vuur mij aan.Dat ik niet uitval, dat wij allen
zo zwaar en droevig als wij zijnniet uit elkaars genade vallen
en doelloos en onvindbaar zijn.
238
(H. Oosterhuis / Oomen)
Licht , zevenvoudig vuur van boven, warmte als bron van ons bestaan,
waakvlam van liefde, niet te doven, vonken die dansend verder gaan.Vuur dat het onrecht wil verteren,
als as wil strooien in de zee,dat ons wil voorgaan in dit leven,
vrij van elk duivels waanidee.
238
(Biep/ Oomen)
238
Gezegend zij die vrienden zijn elkaar een steun en toeverlaat,
die delen brood en leven, die heiligen Uw naam.
Gezegend zij die vrienden zijn, die moeizaam of van harte
delen brood en vrede die stichten hier Uw rijk.
Laat niets je
verontrusten,
laat niets je beangstige
n.Wie God
heeft, ontbreekt
niets,God alleen is genoeg
Pr. Het was geen ritueel.Het waren alledaagse gebaren en doodgewoon brood en beker,waarvan Hij tot op goddelijke diepte, de ware zin en betekenis openbaarde:
238
Al.
het brood is het innerlijke, échte leven dat we met Hem delen;de beker, alles wat ons hart beroert en heilig is,alles wat ons door God gegeven is te doen, al het zoet dat we mogen smaken al het zuur dat we moeten proeven,
238
Pr. Gods belofte en Gods wil waar te maken in je leven.Brood en beker een testament: doe wat Ik heb gedaan.
238
Pr. Het was geen bloedeloos ritueel, zijn woorden geen gemeenplaatsen.
238
Al.
Het was een afscheid in vertrouwen, een vaarwel met grote toekomst:alles zal in God worden voltooid, allen in Hem vereeuwigd.
Pr. Dit afscheid van Jezus.In de loop der tijden onder leerstellige dogma's bedolven,soms overwoekerd door vrome devoties,struikelblok geworden tussen de christenen,vaak en nu weer de inzet van een machtsstrijd.
238
Al.
Dit afscheid van Jezus is vanaf het begin simpel maar intens herdachten door de christenen gevierd. 'Zij kwamen samen in een of ander huis;ze braken het brood, dankten Goden deelden alles samen.
238
Pr. Zo had het moeten blijven; zo zou het weer moeten worden:weten en vieren dat wij met Hem, delen in het Ene goddelijke Leven;weten en vieren dat we geroepen zijn te doen wat Hij heeft gedaan;weten en vieren dat wij en alle levenooit hoe dan ook zullen worden voltooid.
238
Al.
Wij mensen samen met alle leven onderweg;wij mensen in de spits, wegwerkers, baanbrekers;door Hem, met Hem, tot in Hem.
238
Gedenken wij wat is geschied:dat wij geschapen zijn om niet,
geboren en getogenom mensen met elkaar te zijn,elkaar te zijn tot brood en wijn,
in vrede ongelogen.
238
Daartoe zijn wij toch ooit bevrijd,uit niets en angstland weggeleid
naar goed en eerlijk leven.Zo kunnen wij de toekomst aan
door niet naar angstland t'rug te gaan,
maar om elkaar te geven
238
(jan van opbergen/ Biep)