Upload
others
View
0
Download
0
Embed Size (px)
Citation preview
NT2 protocol
Nieuwkomers in de school.
Opgesteld door: Betty Nederlof
Uitgevoerd door: Team en Taalklas OBS De Lijster
Datum: 1 september 2015
Versienummer: 1.0
Instemming verleend door MR:
Evaluatie: 1 september 2016
NT2 Protocol September 2015
Pagina 2 van 13
Voorwoord
Dit protocol is tot stand gekomen in samenwerking met de Taalklasleerkracht, de ib-er, een
vrijwilligster en team van obs de lijster.
Het afgelopen jaar zijn in totaal 12 leerlingen op de lijster als asielzoeker ingestroomd. Deze
nieuwkomers zijn ingedeeld in diverse groepen op de Lijster en worden begeleid door
verschillende professionals. Niet alle leerkrachten hadden evenveel ervaring met het werken
met nieuwkomers. Hierdoor ontstond de behoefte een doorgaande lijn te ontwikkelen,
waarbij voor iedereen helder werd wat er van welke professional verwacht mag worden en
welke bijdrage hij of zij levert in het proces.
In dit protocol wordt dit beschreven.
NT2 Protocol September 2015
Pagina 3 van 13
Inleiding
Als een nieuwkomer aangemeld wordt op de lijster, gaat dit over het algemeen via
vluchtelingenwerk. Samen met ouders volgt en intake, waarbij gekeken wordt naar o.a
leeftijd, schoolloopbaan, huidige taalvaardigheid in het Nederlands en letterschrift
beheersing. Op basis hiervan wordt bepaald in welke groep de leerling geplaatst wordt. Over
het algemeen bij leeftijdsgenoten, soms een groep lager. Doel is altijd om een nieuwkomer
zo snel mogelijk met zoveel mogelijk vakken met de groep mee te laten doen, met name
mondeling. Dit lukt bij jonge kinderen sneller dan bij oudere leerlingen. Daar waar het niet
mogelijk is om het niveau van de groep te volgen wordt een aangepast programma op maat
samengesteld, in nauw overleg met Taalklasleerkracht, ib-er, vrijwilligster en
groepsleerkracht.
Zodra een nieuwkomer op school komt wordt het gekoppeld aan een maatje, indien
mogelijk een maatje dat dezelfde taal spreekt. Het maatje vertaalt daar waar nodig, maakt
de nieuwkomer wegwijs in de school en ondersteunt daar waar nodig. Het kan helpen bij het
uitleggen van oefenmateriaal, spelletjes e.d. Er wordt vanaf groep 3 gewerkt met een
weekplan, waarop een steeds wisselend aantal werkzaamheden aangedragen en afgetekend
wordt.
Na ongeveer 6 tot 8 weken wennen starten de nieuwkomers van 4 tot 10 jaar, twee dagen
per week in de Taalklas. Hier wordt de nieuwkomer de hele dag begeleid met het verwerven
van taal.
De verschillende professionals spreken onderling af wie welke taak/rol in het
begeleidingsproces van de leerling heeft. Deze taakverdeling wordt verderop in dit protocol
beschreven.
Materialen die gebruikt worden voor de nieuwkomers zijn, naast de reguliere methodes van
lagere leerjaren, opgesomd in een materialen overzicht en een overzicht van de mogelijke
onderdelen van het weekplan.
NT2 Protocol September 2015
Pagina 4 van 13
Inhoudsopgave
Voorwoord............................................................................................................. Blz: 2
Inleiding................................................................................................................. Blz. 3
1. Aanmelding Nt2-leerlingen............................................................................... Blz: 5
2. De eerste 6 tot 8 weken, aanpak de Lijster...................................................... Blz: 5
3. Aanpak Groepen.............................................................................................. Blz: 5
- onderbouw............................................................................................. Blz: 5
- middenbouw.......................................................................................... Blz: 5
- bovenbouw............................................................................................. Blz: 6
4. Taakverdeling Taalklas/Leerkracht/RT/Vrijwilligster...................................... Blz: 6
- Taalklasleerkracht................................................................................ . Blz: 6
- Groepsleerkracht..................................................................................... Blz: 6
- RT-er.................................................................................................. ..... Blz: 6
- Vrijwilligster.................................................................................... ........ Blz: 7
5. Evaluatie............................................................................................................. Blz: 7
6. Contacten........................................................................................................... Blz: 7
7. Bijlagen.............................................................................................................. Blz: 8
7.1 Tips vanuit de Taalklas voor Nt2- kinderen die net gestart zijn...................... Blz: 8
7.2 Help een vluchteling in de klas........................................................................ Blz: 9
7.3 Voorbeeld dag/weektaak............................................................................... Blz: 11
7.4 Starttoets........................................................................................................ Blz: 12
7.5 Overzicht materialen...................................................................................... Blz: 13
NT2 Protocol September 2015
Pagina 5 van 13
1. Aanmelding NT2-leerlingen
De NT2 kinderen zijn leerlingen die Nederlands als Tweede Taal hebben. Deze kinderen zijn
of in Nederland geboren of komen uit een ander land. De kinderen worden aangemeld bij de
Lijster en geplaatst in een reguliere groep. Om tot een weloverwogen keuze te komen wordt
gebruik gemaakt van de Starttoets ( Bazalt ), zie bijlage 4
De 4 of 5-jarigen die hier geboren zijn (categorie 2 ) en kinderen die rechtstreeks uit het
buitenland komen (4-10 jarigen)(categorie 1 ) worden bij de Taalklas aangemeld. Zie voor
verdere toelichting www.taalklas-barneveld.nl, kopje Aanmelding, Criteria.
2. De eerste 6 tot 8 weken
De eerste 6 tot 8 weken schoolweken acclimatiseren de kinderen in de eigen klas. Intussen
worden ze in overleg met de ouders aangemeld bij de Taalklas, die ondergebracht is op de
Lijster.
De eerste weken staan in het teken van kennismaken, met de school, met de groep en met
de leerlingen. Er wordt gekeken wat de leerling al kan en indien mogelijk getoetst (met de
starttoets van Bazalt ) om het instapniveau te bepalen.
Per direct kan de NT2 leerkracht aangesproken worden voor ondersteuning/materialen. De
leerkracht van de Taalklas heeft een lijst van nuttige tips samengesteld hoe te handelen met
een net gestarte NT2- kind. (zie bijlage 1)
Een complete materialenlijst en achtergrondinformatie is eveneens te vinden op
bovenstaande site www.taalklas-barneveld.nl,, kopje Taalklas-o-theek.
Daarnaast is er ook in het vakblad van de AOB een artikel verschenen met nuttige tips. ( zie
bijlage 2 ). Ook Lowan en Bazalt hebben nuttige tips ( zie de links bij de contacten )
3. Aanpak groepen
Onderbouw
Er wordt thematisch gewerkt in de groepen 1/2 en 2/3. Elk thema duurt 3 of 4 weken. De
themawoorden worden buiten de les extra aangeboden door de interne begeleider en/of de
vrijwilliger in de vorm van woordenschattraining. Een overlapping van de themawoorden
tussen de Lijster en de Taalklas is wenselijk. Op maandag en dinsdag gaan sommige
leerlingen naar de Taalklas en op andere momenten worden ze uit de klas gehaald om extra
te oefenen.
Na 3/4 weken wordt er een toets afgenomen. De aangeboden themawoorden worden zowel
passief als actief getest. Van de resultaten wordt de betreffende leerkracht op de hoogte
gesteld.
Middenbouw
In de Taalklas werken de kinderen vanaf groep 3 met dagtaken. Per kind wordt er
gedifferentieerd en is uitgeschreven wat het op een dag zoal moet doen. De dagtaken
bestaan uit Veilig Leren Lezen (Werkboekje, Letterzetter, Veilig in Stapjes, Veilig en vlot en
Digibord), De Taaltrap, Hallo Hotel, Horen Zien en Schrijven, Stenvert (Aanvankelijk
Leesonderwijs en NT2 blok woordenschat), Schrijven, Memory, (Thema)woordenbingo,
Thema leesboekje, Woorden bedenken met letter.
NT2 Protocol September 2015
Pagina 6 van 13
Elke thema wordt gestart met een woordweb en wordt er gekeken naar de voorkennis van
de kinderen. In een gesprek wordt de voorkennis en woordweb uitgebreid. Alle informatie
verkregen uit toetsen, observaties e.d. worden verzameld in het digitale dossier. Elke week
gaat een groepje kinderen van de Lijster de klas uit om met de vrijwilligster of de interne
begeleider te oefenen.
Bovenbouw
Ook de bovenbouw werkt met dagtaken. Voor kinderen vanaf 11 jaar worden materialen
geleend van de Taalklas. Deze materialen zijn onder andere: Horen Zien en Schrijven,
Taaltrap, Stenvert, Eenvoudige basisgrammatica, Hallo Hotel, Zeg het eens. De kinderen
gaan of 2 dagen naar de Taalklas of worden 2 keer per week uit de les gehaald door de
interne begeleider of de vrijwilligster. Er worden nauwe contacten onderhouden met de
Taalklas die ook coaching en ondersteuning biedt aan de leerkrachten.
4. Taakverdeling Taalklasleerkracht/Groepsleerkracht/RT-er/Vrijwilligster
De Taalklasleerkracht
De Taalklasleerkracht werkt elke maandag en dinsdag met een kleine groep kinderen. Er
zitten hooguit 12 kinderen in de Taalklas, dus is er veel individuele aandacht, kinderen
moeten zich veilig voelen in de Taalklas. Alle facetten van taal komen aan bod, maar het
mondelinge aspect staat bovenaan. Er is veel aandacht voor corecte zinnen maken en het
oefenen van de articulatie. De kinderen werken vaak in kleine groepjes en leren coöperatief.
Alle kinderen hebben een dagtaak, waaraan gewerkt wordt. Er zijn korte lijnen met de
leerkrachten van de Lijster en de vrijwilligster.
Groepsleerkracht:
De groepsleerkracht biedt een veilige omgeving voor de nieuwkomer, zorgt dat het kind zich
thuis voelt. Er wordt een (wisselend) maatje aangesteld om het kind wegwijs te maken.
Welbevinden is de eerste voorwaarde. De leerkracht neemt de starttoets aan, zoals eerder
omschreven en stelt hierna een passend weekplan op. De leerkracht stelt de doelen voor het
kind, evalueert en stelt bij. De leerkracht is ook het eerste aanspreekpunt van ouders. De
leerkracht heeft korte lijntjes met de Taalklasleerkracht en geeft bij de RT-er en vrijwilligster
aan waar aan gewerkt kan worden. De leerkracht kijkt zelf al het werk na.
RT-er
Er is extra formatie aangevraagd en toegekend om extra ondersteuning te bieden aan
asielzoekerskinderen. Hierdoor kan twee of drie keer per week op individuele basis met
kinderen gewerkt worden. Als de niveauverschillen niet groot zijn, gebeurt dit in tweetallen.
Na overleg met de groepsleerkracht sluit de RT-er zo dicht mogelijk aan bij de
ondersteuningsbehoefte van het betreffende kind. De RT-er maakt waar nodig ook
weekplannen en zoekt de materialen bij elkaar. Hij/zij coördineert en monitort de zorg
omtrent de asielzoekerskinderen. Ook hier zijn korte lijnen met alle betrokken partijen
noodzakelijk.
NT2 Protocol September 2015
Pagina 7 van 13
Vrijwilligster
De rol van de RT-er en de vrijwilligster lijken erg op elkaar. De vrijwilligster put uit een
jarenlange ervaring aan onderwijs geven aan anderstaligen. Ze weet welke stappen er nodig
zijn om te komen tot een goede ontwikkeling van de Nederlandse taal. De vrijwilligster werkt
met individuele kinderen. Ze kijkt per keer wat er nodig is en haalt die input bij de leerkracht
of het kind zelf. Ze overlegt verder regelmatig met de Taalklasleerkracht en de RT-er.
5. Evaluatie
De Taalklasleerkracht stuurt elke 8 weken een voortgangsrapportage naar de betreffende
groepsleerkracht over de voortgang van de leerlingen. Jaarlijks worden de kinderen die
deelnemen aan de Taalklas 2 keer getoetst door de logopediste. In de voortgangsrapportage
worden de vorderingen en de testresultaten opgenomen.
Elk jaar wordt er gekeken naar de gang van zaken omtrent het NT2-beleid. Soms is het nodig
om het beleid aan te passen wat ook gebeurt.
6. Contacten
Hieronder een aantal contactgegevens van organisaties waar verdere info over het werken
met nieuwkomers te vinden is :
PO-raad
Info over extra bekostiging
https://www.poraad.nl/themas/school-kind-omgeving/asielzoekers-en-nieuwkomers
Vluchtelingenwerk Barneveld
Marjoske Kiers 06-20412230
http://www.vluchtelingenwerk.nl/oostnederland/locaties-adressen/barneveld
Lowan
Onderwijsondersteuning nieuwkomers Marieke Postma (0)6 - 28 925 768
http://www.lowan.nl/
Bazalt
Waardevolle tips voor de eerste opvang van nieuwkomers
Methode Horen, Zien en schrijven
KPC
Draaiboek Vluchtelingenkinderen op school
SLO
www.doelennieuwkomers.slo.nl/
NT2 Protocol September 2015
Pagina 8 van 13
7. Bijlagen
Bijlage 1: Tips vanuit de Taalklas voor Nt2- kinderen die net gestart zijn.
- De eerste periode geen al te hoge verwachtingen. Laat het kind vooral wennen,
kijken, opnemen en forceer niets. Bedenk wel dat het kind zich alleen voelt terwijl
alle andere kinderen samen zijn (lees dezelfde taal spreken). Het kind moet behalve
een nieuwe taal ook wennen aan alles wat Nederlands is (cultuurshock). Dit geldt
vooral voor kinderen die uit een oorlogsgebied komen.
- Hou er rekening mee dat er kinderen starten die nog nooit naar school zijn geweest.
Deze kinderen moeten naast de Nederlandse taal en cultuur ook nog schoolse dingen
bijgebracht worden, kost extra tijd.
- Een zelfdetaal-sprekend maatje toewijzen (indien mogelijk). Laat dit maatje vertalen
in eigen taal, vooral aan het begin van de school, zeer belangrijk. Het kind voelt zich
niet alleen.
- Een stagiaire zou elke dag op vaste tijden de klas uit kunnen gaan om met het kind te
spelen (puzzelen, memory, makkelijke boeken (interactief) voorlezen e.d.). De
stagiaire moet wel duidelijk gemaakt worden dat hij/zij wel veel en correct
Nederlands moet spreken bij het doen van deze activiteiten.
- Na een tijdje mag van het kind verwacht worden dat hij/zij dingen het geleerde ook
nazegt. Wel simpel beginnen, bijv. zelfstandige naamwoorden (met lidwoorden
graag) en korte zinnetjes.
- Namen van de klasgenoten/leerkrachten laten leren en uitspreken
- Rondleiding door de school(omgeving) (laten) geven.
- Basisbeginselen NL leren, kleuren, dagen van de week etc.
- Rustig wennen aan elkaar, de hele klas inclusief de leerkracht.
- In een lagere groep mee laten doen met bepaalde lessen. Dit is niet erg voor het kind,
omdat het zo druk is met het verwerven van de Nederlandse taal dat hij/zij niet
doorheeft, dat het dingen zijn die ‘kinderachtig’ zijn.
- Gebaren gebruiken om dingen te verduidelijken (Total Physical Response) en deze
gebaren ook benoemen. Terwijl je naar het raam loopt, zeg je: ‘ik loop nu naar het
raam’. Dit kan je niet de hele dag volhouden, kost veel energie, dus verdeel het een
beetje en ben je je er bewust van.
- De hele klas erbij betrekken zodat het een gezamenlijk probleem wordt en niet alleen
van de leerkracht of het kind zelf. We zijn verantwoordelijk voor elkaar, we houden
rekening met elkaar.
- Alle kinderen hebben wel iets waar zij goed in zijn, de een kan goed voorlezen, de
ander mooi tekenen e.d. Koppel deze kinderen aan het kind. Voorwaarde is wel dat
het kind matched met het kind en dat alles Nederlandstalig gemaakt dient te worden.
De kinderen moeten veel en correct NL praten met het kind, maar beslist geen
kinder- of onzintaal, zoals ‘jij wc’. Dit moet zijn: ‘ Wil je naar de wc’? Hierdoor worden
de kinderen gestimuleerd om zelf ook correct NL te spreken. Twee vliegen in een klap
dus.
- Je eigen gedrag als leerkracht onder de loep nemen, flexibel zijn. We weten allemaal
dat, als we goed voorbereid, lekker uitgeslapen en zonder stress de dag beginnen, dit
positief effect heeft op de kinderen. Rustig, geduldig en liefdevol blijven, daar heeft
het kind veel meer aan dan dat een leerkracht ongeduldig en opgejaagd wordt,
omdat het voorbereide werk niet af komt die dag.
NT2 Protocol September 2015
Pagina 9 van 13
Bijlage 2:
NT2 Protocol September 2015
Pagina 10 van 13
NT2 Protocol September 2015
Pagina 11 van 13
Bijlage 3: Voorbeeld dag/weektaak
NT2 Protocol September 2015
Pagina 12 van 13
Bijlage 4: Starttoets Bazalt
Starttoets eerste opvang NT2
De toets is een onderdeel van de methode Horen, Zien en Schrijven van Bazalt. In de
handleiding wordt aangegeven hoe de toets afgenomen kan worden. Er worden tips voor
observatie gegeven en een advies, n.a.v. de toetsgegevens, waar de leerling het best kan
instappen in de reguliere methodes t.a.v. lezen en rekenen.
De toets bestaat uit de volgende onderdelen:
Woorden Lezen
Letters verklanken
Lezen in de eigen taal
Visuele discriminatie van letters
Visuele discriminatie van plaatsjes
Rekenvaardigheid
Overschrijven
Schrijfpatronen
Natekenen van figuren
NT2 Protocol September 2015
Pagina 13 van 13
Bijlage 5: Overzicht materialen
Onderstaande materialen worden, afhankelijk van het niveau van het kind, ingezet in de
Taalklas en ook gebruikt in de reguliere groep.
LIJST MATERIALEN
- Methode: ‘Horen, Zien en Schrijven’
- Methode: ‘Mondeling Nederlands Nieuw’
- Stenvert NT2-blok Woordenschat A, B en C
- Stenvert Aanvankelijk lezen, Niveaublok A, B, C en D
Tekst en Werkboeken (alles is van uitgeverij Boom)
- ‘Klare Taal’, Uitgebreide basisgrammatica NT2
- ‘Beeldtaal’, 500 Nederlandse woorden en uitdrukkingen met oefeningen en antwoorden
- ‘De Taaltrap’, Nederlands voor anderstalige kinderen
- ‘Eenvoudige basisgrammatica voor NT2’
- ‘Zeg het eens’, Nederlands voor jonge buitenlanders
- ‘Hallo Hotel’, Nederlandse woordenschat voor anderstalige kinderen (Tekst- en Werkboek)
Daarnaast wordt er in de reguliere groep gebruik gemaakt van:
- Stap voor Stap evt ( VLL )
- Maatwerk rekenen
- Pico Picolo
- Varia
- Loco
- Computerprogramma's:
- Horen, zien en schrijven digitaal
- VLL
- Kleuterplein
- Rekentuin
- Taalzee
- Taal in Beeld
- Spelling in Beeld
- Pluspunt rekenen