12
1 Almere. Een samenwerking tussen kunst en architectuur Verslag van een excursie van Genootschap Flevo op 9 september 2016 Judith Flapper De Cantine De meeste deelnemers aan de Almere-excursie verzamelen zich in restaurant De Cantine in Lelystad. Het gebouw waarin deze horecagelegenheid is ondergebracht, stond oorspronkelijk als arbeiderskantine op het Werkeiland in Lelystad Haven. Van hieruit werden de ‘bouwers’ van Oostelijk Flevoland in de jaren vijftig en zestig van de vorige eeuw van een natje en een droogje voorzien. In verband met de herinrichting van het Werkeiland in 2010 moest het kantinegebouw, dat inmiddels een café-restaurant herbergde, worden afgebroken. Vanwege de cultuurhistorische waarden ervan is door de gemeente Lelystad en Nieuw Land Erfgoedcentrum besloten om het te behouden en met een horecafunctie te herbouwen in de nabijheid van Nieuw Land. André Geurts, secretaris van Genootschap Flevo, heet iedereen welkom en licht het excursieprogramma toe. Dit omvat ’s morgens een bustour waarin kunst en architectuur aan bod zullen komen. De tour zal starten bij het NS-station Almere Centrum, alwaar nog een aantal excursiedeelnemers zullen opstappen, en voert via de nieuwste kern van Almere, Almere Poort, naar de oudste kern, Almere Haven. In Almere Haven wordt de lunch gebruikt. Na het middagmaal volgt een wandeling door het centrum . Twee gidsen van Kunstlinie Almere Flevoland zullen voor een passende toelichting zorgen tijdens deze rondgang. Geschiedenis, architectuur en kunst komen daarin aan bod. Het excursieprogramma wordt afgesloten met een bezoek aan het toekomstige Floriadeterrein. Op de locatie van de wereldtuinbouwexpositie 2022 is er een ontvangst voorzien door de Urban Greeners, jonge milieubewuste en duurzame ondernemers. Zij zullen het eerste Floriadepaviljoen toelichten en een eigen drankconcept presenteren. Op weg naar Almere © Judith Flapper Via de A6 rijdt het gezelschap naar Almere en steekt de Knardijk over. Deze dijk is een icoon in het polderlandschap, die Oostelijk en Zuidelijk Flevoland scheidt. Oostelijk Flevoland is in 1957 droog gevallen, Zuidelijk Flevoland volgde in 1968. De Knardijk fungeert sinds laatstgenoemd jaar als een slaperdijk; als één van de polders mocht onderlopen dan is de andere droogmakerij maximaal drie dagen beschermd tegen het wassende water. De Knardijk wordt doorsneden door twee belangrijke bevaarbare kanalen: de Hoge Vaart en de Lage Vaart. Zij zijn de slagaders van Oostelijk en Zuidelijk Flevoland en zorgen ook voor de afvoer van het

Almere. Een samenwerking tussen kunst en architectuur

Embed Size (px)

Citation preview

Page 1: Almere. Een samenwerking tussen kunst en architectuur

1

Almere. Een samenwerking tussen kunst en architectuur Verslag van een excursie van Genootschap Flevo op 9 september 2016 Judith Flapper De Cantine De meeste deelnemers aan de Almere-excursie verzamelen zich in restaurant De Cantine in Lelystad. Het gebouw waarin deze horecagelegenheid is ondergebracht, stond oorspronkelijk als arbeiderskantine op het Werkeiland in Lelystad Haven. Van hieruit werden de ‘bouwers’ van Oostelijk Flevoland in de jaren vijftig en zestig van de vorige eeuw van een natje en een droogje voorzien. In verband met de herinrichting van het Werkeiland in 2010 moest het kantinegebouw, dat inmiddels een café-restaurant herbergde, worden afgebroken. Vanwege de cultuurhistorische waarden ervan is door de gemeente Lelystad en Nieuw Land Erfgoedcentrum besloten om het te behouden en met een horecafunctie te herbouwen in de nabijheid van Nieuw Land. André Geurts, secretaris van Genootschap Flevo, heet iedereen welkom en licht het excursieprogramma toe. Dit omvat ’s morgens een bustour waarin kunst en architectuur aan bod zullen komen. De tour zal starten bij het NS-station Almere Centrum, alwaar nog een aantal excursiedeelnemers zullen opstappen, en voert via de nieuwste kern van Almere, Almere Poort, naar de oudste kern, Almere Haven. In Almere Haven wordt de lunch gebruikt. Na het middagmaal volgt een wandeling door het centrum . Twee gidsen van Kunstlinie Almere Flevoland zullen voor een passende toelichting zorgen tijdens deze rondgang. Geschiedenis, architectuur en kunst komen daarin aan bod. Het excursieprogramma wordt afgesloten met een bezoek aan het toekomstige Floriadeterrein. Op de locatie van de wereldtuinbouwexpositie 2022 is er een ontvangst voorzien door de Urban Greeners, jonge milieubewuste en duurzame ondernemers. Zij zullen het eerste Floriadepaviljoen toelichten en een eigen drankconcept presenteren. Op weg naar Almere

© Judith Flapper Via de A6 rijdt het gezelschap naar Almere en steekt de Knardijk over. Deze dijk is een icoon in het polderlandschap, die Oostelijk en Zuidelijk Flevoland scheidt. Oostelijk Flevoland is in 1957 droog gevallen, Zuidelijk Flevoland volgde in 1968. De Knardijk fungeert sinds laatstgenoemd jaar als een slaperdijk; als één van de polders mocht onderlopen dan is de andere droogmakerij maximaal drie dagen beschermd tegen het wassende water. De Knardijk wordt doorsneden door twee belangrijke bevaarbare kanalen: de Hoge Vaart en de Lage Vaart. Zij zijn de slagaders van Oostelijk en Zuidelijk Flevoland en zorgen ook voor de afvoer van het

Page 2: Almere. Een samenwerking tussen kunst en architectuur

2

teveel aan polderwater. In de dijk zijn grote sluisdeuren aangebracht die de kanalen kunnen afsluiten en de doorgang van water van het ene naar het andere deel van Flevoland kunnen tegenhouden.

© Wikimedia Commons, foto Albert Kok

Op de Knardijk staat het beeld ‘De Tong van Lucifer’ van kunstenaar Rudi van de Wint. ‘De Tong’ likt de hemel, zeker wanneer donder en bliksem over de polder razen. Het beeld is gemaakt van koper en patineert met de tijd mee. Het beeld is negen meter hoog en vier meter breed. In 2006 is het zwaar beschadigd door koperdieven. De provincie Flevoland heeft toen besloten het werk te restaureren, er tijdelijk camera’s eromheen te plaatsen en het te voorzien van een permanent hekwerk. Niet iedereen was daar blij mee, mede vanwege de hoge kosten die ermee gemoeid waren. Gelovige groeperingen zagen niets in herstel omdat ze zich niet konden vinden in de symboliek en de titel van het werk. Zicht op Almere Almere komt als stad voor het eerst voor op de kaart van het structuurplan van de Zuidelijke IJsselmeerpolders, gepubliceerd door de Dienst der Zuiderzeewerken in 1961. Dit plan toont in het zuidwesten van Zuidelijk Flevoland een bosgebied waarin gele bolletjes zijn getekend; daarmee werd een strategische reserve voor woningbouw aangeduid. In 1968 wordt de zuidwesthoek van Zuidelijk Flevoland aangewezen als gebied voor stedelijke ontwikkeling, met name vanwege de urgente woningbehoefte in zowel Amsterdam als Utrecht en het Gooi. In de jongste IJsselmeerpolder ontstonden er daardoor twee afgebakende gebieden, één met stedelijke functies en één waarin het agrarisch grondgebruik overheersend bleef. Almere heeft vele namen aan zich voorbij zien gaan, zoals Zuidweststad en IJmeerstad. Uiteindelijk werd er gekozen voor Almere, een naam die in oude bronnen voorkomt en aan een groot binnenmeer refereert waarover in de vroege Middeleeuwen de prediker Bonifatius naar Friesland reisde. In 1970 begon de planvorming van Almere goed op gang te komen. Uitgangspunt was dat men geen tweede Lelystad wilde bouwen. In plaats van zich te richten op de totstandkoming van één groot stadslichaam werd besloten verschillende kernen te realiseren, die samenhang met elkaar vertoonden. Dit naar voorbeeld van het ‘Garden City’-model van Ebenezer Howard, ontwikkeld rond 1900. De nieuwe stad in Zuidelijk Flevoland zou verschillende kernen krijgen, die van elkaar gescheiden werden door groene wiggen. Deze wiggen moesten als stadslongen gaan fungeren. Functies die de bewoners van de stad met elkaar zouden moeten verbinden, kregen er een plaats in: sport, recreatie, natuur en stadslandbouw. De planvorming stond aanvankelijk onder leiding van Roel van Duin, die tussen 1968 en 1976 adjunct-directeur van de Rijksdienst voor de IJsselmeerpolders was. Als snel werd de planning in handen gelegd van het Projektburo Almere. Het was de tijd van democratie en discussie, en met het concretiseren van de stadsplannen schoot het niet echt op. Uiteindelijk kreeg dat ontwikkelings-bureau een projectleider met visie en durf: Dirk Frieling. Sinds zijn aantreden is het gelukt om Almere daadwerkelijk vorm te geven als een meerkernige stad, gebaseerd op het Howard-model. De groene zones tussen de kernen worden thans gezien als een bijzondere kwaliteit van Almere.

Page 3: Almere. Een samenwerking tussen kunst en architectuur

3

Destijds wist men niet hoe snel Almere zou groeien. Er werd uitgegaan van een stad van 250.000 inwoners in 2000. Zou de groei voorspoedig verlopen dan was er nog plek voor uitbreiding van de bebouwing, zou de groei tegenvallen dan zat men niet met een onverkoopbare woningvoorraad. De investeringskosten konden worden verdeeld naar gelang de groeibehoefte van de stad. Begin oktober zal Almere naar verwachting de 200.000ste inwoners verwelkomen! Het is de bedoeling dat rond 2040 350.000 mensen in Almere gehuisvest kunnen worden. Rode Donders We naderen Almere Buiten, te herkennen aan de ‘Rode Donders’. Deze woongebouwen zijn ontworpen door architect Liesbeth van de Pol. Zij is vier jaar Rijksbouwmeester geweest. De drie torens zijn een landmark die de grens markeren tussen het stedelijk en agrarisch polderlandschap. Ook de Lage Vaart en de A-6 markeren deze grens. De ‘Rode Donders’ hebben, heel toepasselijk, het silhouet van (Amerikaanse) graanschuren.

© VVV Almere

Olifanten Bij de splitsing van de A6 en de A27 zien we de ‘Olifanten’ van kunstenaar Tom Claassen. Rijkswaterstaat is opdrachtgever en eigenaar van deze beeldengroep. Het was de bedoeling een markante ingang naar de stad te creëren. De enigszins gestileerde olifanten vormen nu een onlosmakelijk onderdeel van de beleving van Almere. In 1999 was de officiële onthulling. Slechts twee olifanten waren toen gereed. In 2000 zijn de overige drie opgeleverd. Sindsdien vormen ze met zijn vijven een kudde die naar Almere leidt.

© www.Buitenmere.nl

Wijken en straten We rijden in Almere over de Veluwedreef, de Cinemadreef en de Landdrostdreef naar het NS-station Almere Centrum. Deze dreven vormen een van de belangrijkste toegangen tot het centrum van Almere Stad. De Veluwedreef ligt tussen de Filmwijk en de Danswijk. De Cinemadreef doorsnijdt die Filmwijk. De gebouwen langs de Cinemadreef vormen een soort coulissen voor de woningbouw erachter en zijn aan de noordzijde ontwikkeld door TKA, het bekende atelier van Teun Koolhaas. In het deel van de Filmwijk dat ten zuiden van de Cinemadreef ligt vond in 1992 de nationale BouwRai plaats met als thema: ‘Grensverleggend bouwen’. Doel van deze bouwexpositie was om voor een acceptabele prijs bijzondere woningen te ontwerpen. 588 woningen zijn door dertig architectenbureaus gerealiseerd. Het was een experiment en daarin excelleert Almere nog steeds; experimentele woningbouw vormt één van de identiteiten van Almere. In Almere wordt veel aandacht besteed aan de naamgeving van de openbare ruimte. Een speciale commissie, waarin ambtenaren, hulpdiensten en de Almeerse burgers zijn vertegenwoordigd,

Page 4: Almere. Een samenwerking tussen kunst en architectuur

4

adviseert het stadsbestuur over de gewenste namen van wijken en straten. ‘Herkenbaarheid’ en ‘samenhang’ zijn begrippen die de commissie hoog in het vaandel heeft staan. In Almere Stad eindigen de namen van alle woongebieden op ‘wijk’, in Almere Buiten op ‘buurt’, in Almere Poort op ‘kwartier’ en in Almere Hout op ‘horst’. In Almere Haven is er geen sprake van een specifiek achtervoegsel, maar vertonen de wijknamen wel samenhang; denk bijvoorbeeld aan benamingen als De Wierden, De Meenten en De Marken. Binnen elke Almeerse woonwijk zijn de straatnamen gebaseerd op een bepaald thema. Zo zijn bijvoorbeeld in de Literatuurwijk de straten genoemd naar Nederlandse schrijvers, in de Molenbuurt naar molentypen en in de Danswijk naar bekende balletdansers, choreografen en dansstijlen. Stadhuis en Stofzuiger Daar waar de Cinemadreef overgaat in de Landdrostdreef ligt het Almeerse Stadhuis, ontworpen door architect Cees Dam. Deze heeft als eerbetoon aan zichzelf zijn initialen in bladgoud in het gebouw verwerkt. Het Stadhuis ligt aan de oostzijde van het stadshart, op de grens tussen het oude en nieuwe winkelgebied. Een bijzonder gebouw aan de Landdrostdreef is de Stofzuiger. Dit is ontworpen door bureau O.M.A. (Office for Metropolitan Architecture), dat ook het masterplan voor het nieuwe stadshart heeft gemaakt. Het gebouw fungeert als centrale opvangplek van een buizenstelsel waarmee het afval uit het centrum van Almere Stad wordt weggezogen. De naam van het gebouw refereert aan zijn functie. De Stofzuiger is in 2003 opgeleverd. Sindsdien is de ondergrondse afvoer van afval in het centrum van de hoofdkern van Almere een feit.

© VVV Almere

NS-Station Almere Centrum en omgeving Aangekomen bij NS-station Almere Centrum voegen nog enkele excursiegangers en gids Marijke Jansen zich bij het gezelschap. Marijke is kunsthistorica en heeft veel projecten betreffende de plaatsing van kunst in de openbare ruimte gecoördineerd en gerealiseerd. Verder heeft ze zich verdiept in architectuur, vooral in die van Almere. Ze is begeleidster van het ochtendprogramma van de excursie.

© Judith Flapper

Page 5: Almere. Een samenwerking tussen kunst en architectuur

5

NS-station Almere Centrum is de belangrijkste treinhalte van Almere en werd geopend op 30 mei 1987. Het stationsgebouw, met perrons op de eerste verdieping, werd ontworpen door NS-architect Peter Kilsdonk. Onder de perrons ligt een deel van het busstation, waar de meeste stadsbussen aankomen en vertrekken. In de hal staat een bronzen kunstwerk van Peer Veneman. Het is een zuil met ornamentele motieven die dezelfde maatvoering heeft als de kolommen in de hal. Een ander kunstwerk bevindt zich aan de buitenzijde van perron 1. Het zijn zes witte platen met gele en rode dwarslijnen, die de wachtende passagiers tegen de wind beschermen. Dit werk, van Babette Treumann, werd ook in 1987 opgeleverd.

© Gemeente Almere De hal van Het NS-station ligt tussen twee pleinen: het Stationsplein – aan de zijde van het stadshart – en het Mandelaplein. Op dit laatste plein bevindt zich een kunstwerk van Jan van IJzendoorn. Het is getiteld ‘Bezinningsmonument’ en bestaat uit een gepolijste ellipsvormige steen op een sokkel. In de sokkelrand is het volgende gedicht aangebracht:

gebeiteld in het nu verstilde herinnering onbegrensd gezichtsveld het ogenblik eeuwig

Gedicht en kunstwerk nodigen iedereen uit zich op het leven en de plek te bezinnen.

© www.adgnews.com, foto Karres+Brands

Vanaf het Mandelaplein is, deels verscholen achter kantoorgebouwen, het Mandelapark te zien. Het is ontworpen door Karres+Brands Landschapsarchitecten BV en is een van de grootste groene dakgebieden van Nederland. Het architectenbureau werd uitgedaagd om op het dak van een grote parkeergarage een verblijfspark aan te leggen. Dit park geldt als entree naar de kantoorkolossen die het flankeren, maar ook als groene plek voor de mensen die even bij willen komen van het stadse rumoer of een pauze willen houden buiten de aangrenzende kantooromgeving. Feitelijk vormt het park de start van de ‘Groene Loper’, een wandelroute die Almere in het kader van de Floriade 2022 wil aanleggen vanaf het centrum van de stad naar het Weerwater. Het Mandelaplein en de Wandellaan bij het Flevoziekenhuis vormen daar de uiteinden van. Naast het park rijst het WTC-gebouw van Bureau Diederik Dam en Partners op. De kantoortoren van 120 meter hoog domineert Almere Stad. Het is tot nu toe het hoogste gebouw van Almere. De rode lamellen langs de gevel vangen elk uur van de dag het licht op en geven het gebouw zijn unieke uitstraling. De toren is in 2010 opgeleverd.

Page 6: Almere. Een samenwerking tussen kunst en architectuur

6

Het WTC heeft een goede buur: het gebouw Martinez van ZZDP Architecten. Dit is eveneens in 2010 opgeleverd. Het gebouw bestaat uit vier tegen elkaar geplaatste blokken, die als coulissen langs elkaar lijken te schuiven. Ze geven de kantoortoren een bijzondere vorm. De vier blokken komen in de sokkel bij elkaar en worden dus op het maaiveld visueel met elkaar verbonden. Langs het Mandelapark was nog een derde kantoorkolos gepland, maar omdat er geen vraag meer was naar nieuwe kantoorruimte bleef de bouw vooralsnog achterwege. Verhoogd maaiveld Vanaf het NS-station rijden we naar het Flevoziekenhuis en kruisen vervolgens ‘ondergronds’ het verhoogde maaiveld van het nieuwe stadshart. Dit verhoogde maaiveld is gebaseerd op een masterplan van Rem Koolhaas van bureau O.M.A. Onder het maaiveld zijn verkeerswegen, parkeergarages en grote supermarkten. Op het maaiveld bevinden zich winkels, alle gelegen aan luxe autovrije straten. Boven de winkels zijn woningen gerealiseerd. In het nieuwe stadhart is een vermenging van functies nagestreefd: er wordt gewoond, gewerkt en gerecreëerd. Richting het Weerwater daalt het verhoogde maaiveld af naar de Esplanade, een groot evenementenplein, waaraan Kunstlinie Almere Flevoland (met o.a. de schouwburg) is gelegen. O.M.A. heeft aan wereldberoemde architecten gevraagd een invulling te geven aan de gebouwen in het nieuwe stadshart. Velen hebben hieraan gehoor gegeven waardoor het nieuwe deel van het stadscentrum nu tal van hoogstandjes van hedendaagse architectuur telt. Dat trekt veel bezoekers uit binnen- en buitenland. Beatrixpark Niet ver van het centrum van Almere Stad ligt het Beatrixpark, één van de grote stadsparken van Almere en expliciet vermeld in de nota ‘Almere Parkstad’ uit 2003. Deze nota is een pleidooi voor het beschermen en borgen van het groen in de stad. Het Beatrixpark is tussen 1978 en 1980 aangelegd door Bureau Bakker en Bleeker BV en heeft tussen 1997 en 2003 een herinrichting ondergaan wegens achterstallig onderhoud. Het park wordt nu aan alle zijden omzoomd door stedelijke invullingen en vormt een groene long in het stadslichaam. Oorspronkelijk was onder het park een metroverbinding voorzien die een connectie zou maken met Amsterdam. Dit plan is niet doorgegaan. Prinses Beatrix heeft als koningin het park geopend; vandaar de benaming van het groengebied. Ter gelegenheid van de opening werd de Beatrixlinde geplant. Deze is regelmatig verplaatst en heeft een hele reis door Almere achter de rug. Uiteindelijk is in het park een nieuwe Beatrixlinde geplant. De entreepoort van het park aan de zijde van de Muziekwijk is ontworpen door de kunstenaar Pjotr Muller. Deze poort wordt gevormd door twee grote vogelkooien. De vogels in de volières zijn geen echte vogels maar vervaardigd uit polyester, net zoals de takken waarop ze zitten. Het kunstwerk werd in 2002, bij de heropening van het park, opgeleverd. In het Beatrixpark zijn meerdere kunstwerken van verschillende kunstenaars te bewonderen. De Realiteit Via de Hoge Ring, de rondweg om Almere, gaan we naar De Realiteit, de tweede experimentele wijk van Almere die naar aanleiding van een prijsvraag is verrezen. De eerste experimentele wijk was De Fantasie, gelegen aan de zuidoever van het Weerwater. De Realiteit, gesitueerd in het Noorderplassengebied, was bedoeld als een tijdelijk wijkje met een levensduur van maximaal vijf jaar. Maar het is inmiddels zo’n dertig jaar oud en een van de iconen van Almere. De opgave was: ontwerp een fantasierijke woning van tijdelijke aard, die goedkoop en energiezuinig is. De woningen die hier werden gebouwd waren hun tijd ver vooruit. Omdat men geen rekening hoefde te houden met bouwverordeningen of welstandsrichtlijnen, leverde de prijsvraag bijzondere huizen op. Eén

Page 7: Almere. Een samenwerking tussen kunst en architectuur

7

daarvan is ‘Polderblik’ van visionair stedenbouwkundige en architect Teun Koolhaas. Het is een prefab woning op palen, opgetrokken uit golfplaat, staal en glas. De woonverdieping bevindt zich op de eerste etage en biedt een fantastisch uitzicht over het polderlandschap en het water van de Noorderplassen.

© VVV Almere

Vlakbij De Realiteit staat een schuur die omstreeks 1970 is gebouwd door de Rijksdienst voor de IJsselmeerpolders, de organisatie die zorg moest dragen voor de ontginning en inrichting van Zuidelijk Flevoland. Deze loods, eigendom van de gemeente Almere, is thans in gebruik door de Stichting Behoud Oude Technieken, die zich ontfermt over oude landbouwmachines. Muziekwijk In de Muziekwijk bevinden zich naast grotere kunstobjecten, ook kunstwerken die zich specifiek richten op de bewoners, op het verrijken van de vormgeving van hofjes en straten. Deze kunst was opgenomen in het woningbouwplan van de gemeente Almere. Er zou zo meer identiteit en herkenbaarheid aan de verschillende delen van de buurt geven worden. De kunst is voornamelijk aangeschaft uit de destijds geldende 1%-regeling (1% van de bouwsom moet aan kunst worden besteed). Meerdere werken zijn tijdens de excursie vanuit de bus te zien.

José Peltzer, Gothische kathedraal, 1990 © Museum De Paviljoens

Rob Groot Zevert, Zonder Titel, 1992 © Gemeente Almere

Miriam Bolder, Zonder Titel, 1992 © Judith Flapper

Page 8: Almere. Een samenwerking tussen kunst en architectuur

8

Almere kent drie bouwexpo’s en een vierde komt eraan! In de Muziekwijk heeft in 1990 de eerste BouwRai plaatsgevonden. Bijzondere woningen en woonvormen gericht op wonen én werken, zoals die toen opgang maakten, werden hier neergezet. We rijden ook langs de woningen aan de Contrabasstraat waarvoor Gert Jan Hendriks in 1995 de eerste architectuurprijs van Almere heeft gewonnen. In 1992 vond de tweede BouwRai plaats in de Filmwijk. Toen was het een uitdaging om bijzondere standaardwoningen met een eigen identiteit in ontwerp en uitvoering te bouwen, en die tegelijk betaalbaar te houden. Hierna heeft er nog een BouwRai plaats gevonden: in de Eilandenbuurt in Almere Buiten, in 2001. Thema was toen: ‘Gewild Wonen, de bewoner aan zet’. Voor het eerst kregen bewoners inspraak in het ontwerp en de indeling van hun huis. Een vierde bouwexpo zal in 2017 plaatsvinden in Almere Poort. Onderwerp is: ‘Tiny Housing’. Dit thema is gerelateerd aan het feit dat in Almere voornamelijk grote of standaard eengezinswoningen zijn gebouwd. Tegenwoordig hebben we echter steeds vaker te maken met alleenwonenden. De huizenmarkt in Almere voorziet niet in woningen voor deze snel groeiende doelgroep. Vandaar dat de gemeente heeft besloten een vierde bouwexpo te organiseren met ‘kleine huizen’ als leidraad. Naar aanleiding van de prijsvraag ‘Tiny Housing’ zullen de 25 winnaars gelegenheid krijgen om in Almere Poort onder gunstige omstandigheden hun huisjes te bouwen als modelwoninkje of als huis voor verkoop, verhuur of om zelf in te wonen. Voordat we ons naar Almere Poort begeven, rijden we in de Muziekwijk nog langs het Muzenpark, alwaar een bomenroute en een zangfietspad zijn aangelegd. Via de Hoge Ring gaat het dan richting Almere Poort. Onderweg wordt nog aandacht gevraagd voor het landschapskunstwerk ‘Polderland Garden of Love and Fire’ van Daniël Liebeskind uit 1997, in Almere Pampus. Van dit kunstwerk is momenteel niet veel te zien. Na de complete vandalisering is onlangs een begin gemaakt met de restauratie.

Op weg naar Almere Poort © Judith Flapper

Almere Poort Almere Poort geldt als de zelfbouwkern van Almere bij uitstek. Het stedenbouwkundig plan is ontwikkeld door O.M.A. – projectarchitect Floris Alkemade – en uitgewerkt door het Almeerse architectenbureau Atelier Dutch. Naast veel zelfbouwprojecten treffen we in Almere Poort ook projectontwikkeling aan, onder andere met zogenaamde IBBA-huizen: Ik Bouw Betaalbaar in Almere. Deze rijtjeshuizen verschillen van elkaar, maar vormen ook een eenheid. Naar keuze kan men ze uitbreiden of ‘klein’ laten, afhankelijk van de portemonnee. De woningen zijn bedoeld voor starters of personen die door omstandigheden minder draagkrachtig zijn.

Page 9: Almere. Een samenwerking tussen kunst en architectuur

9

In het Homeruskwartier is kleinschalige nering onderdak gebracht in de Markthal. Na een moeilijke start is de Markthal nu een begrip geworden in de wijk. Naast de Markthal staat de oudste boom van Almere. Deze is naar de nieuwste kern van de stad overgebracht!

© Omroep Flevoland Nabij de hal van de Homerusmarkt bevinden zich nog lege kavels; hier komt de vierde bouwexpo met als thema ‘Tiny Housing’. In 2017 zullen de eerste huisjes te bezichtigen zijn! We passeren het Cascadepark. Dit park ligt midden tussen de woonwijken van Almere Poort, op een plek waar bijzondere archeologische vondsten in de bodem zijn aangetroffen. Bij bodemvondsten is het verboden om op de locatie waar ze zijn aangetroffen te bouwen. Enkele van de vondsten bestonden uit zaden uit de prehistorie. Zaden van de soort die men heeft aangetroffen zijn in het park geplant als herinnering aan de geschiedenis die zich in de bodem bevindt. In het Cascadepark hebben verschillende bewonersinitiatieven geleid tot een labyrinth, een moestuin en zandfollies naast het Klokhuisgebouw. Niet tijdens de excursie bezocht, maar vermeldenswaardig is de woonwijk Duin. Een kunstmatig duinlandschap vormt het raamwerk voor de stedenbouwkundige invulling. Huizen worden bekleed met gevelstenen die opgaan in het landschap. Het is een bijzonder gebied, dat zeker de moeite van een bezoek op een ander tijdstip waard is. Langs de weg Via de A6 rijden we richting afslag Almere Haven en passeren een kunstwerk van Hans Koetsier: de letter A. Deze letter fungeert thans als entree naar Almere Poort. Oorspronkelijk was het de bedoeling dat de kunstenaar op meerdere entreeplekken in de stad letters en leestekens zou plaatsen. Dat plan is in verband met zijn overlijden helaas maar zeer gemankeerd gerealiseerd; alleen op de Oostvaardersdijk bevindt zich nog een beeld van Hans Koetsier. Er komt ook zicht op een icoon van de beeldende kunst in Almere: de Energienaald van Jan van Munster uit 1984. Dit kunstwerk is meerdere malen verplaatst, maar heeft nu zijn definitieve plek aan de zuidoever van het Weerwater gevonden. De naald heeft een basis van 80 cm en een hoogte van 55 meter.

© Museum De Paviljoens Nadat we de autoweg hebben verlaten, worden we richting Almere Haven met meerdere kunstwerken geconfronteerd. De binnenkomst in de oudste kern van Almere blijkt een cultureel feestje te zijn!

Page 10: Almere. Een samenwerking tussen kunst en architectuur

10

Cyryl Lixenberg, Constructie II, 1981 ©Museum De Paviljoens, foto Witho Worms Cyril Lixenberg schonk zijn werk aan de gemeente Almere. Het kunstobject vormt onderdeel van een route met beelden van zijn hand, die reikt van Almere tot Ketelhaven.

Maarten Manson, Ontsnapping aan een driehoek, 1984 © Gemeente Almere

Maarten Manson wil met dit kunstwerk het ontsnappen naar de vrijheid, naar de ruimte weergeven. Dat ontsnappen is een moeilijke aangelegenheid omdat er verbindingen zijn met de aarde.

Frea Lenger, Theatraal, 2011 © Frea Lenger Met haar kleurrijke kunstwerk verwijst Frea Lenger naar cultureel centrum Corrosia in Almere Haven. Via de Oosterdreef gaan we richting de havenkom van Almere Haven. Kort voor het bereiken van deze kom passeren we de bijzondere begraafplaats van Almere Haven, ontworpen door Christian Zalm, die in de periode 1972-1987 werkzaam was voor de Rijksdienst voor de IJsselmeerpolders en de gemeente Almere. De begraafplaats is verhoogd aangelegd in verband met het grondwater dat hier niet ver onder de oppervlakte van het maaiveld aanwezig is. De plaats is ingedeeld in groen omzoomde grafkamers, waartussen een openbaar fietspad loopt. Christian Zalm wilde met zijn ontwerp het leven en de dood met elkaar verbinden. Het laatste kunstwerk op de busroute is van Paul de Reus. ‘Koester Diversiteit’ heet het beeld, dat betrekking heeft op de inwoners van Almere. Die inwoners komen overal vandaan en vinden in de Zuid-Flevolandse new town allemaal een (t)huis. Het beeld (uitgevoerd in geschilderd brons) is door de gemeente Almere aan de stad geschonken. Aanleiding voor deze schenking was het afscheid van Jan de Vletter als directeur van woningbouwcorporatie De Alliantie. Jan heeft vanaf het eerste uur veel betekend voor de stad in het algemeen en voor kunst- en cultuuruitingen in het bijzonder.

Page 11: Almere. Een samenwerking tussen kunst en architectuur

11

Lunch en wandeling Iedereen geniet na de bustocht van een heerlijke lunch in restaurant ‘Het Kompas’ in de havenkom van Almere Haven. Vervolgens vindt er een anderhalf uur durende wandeling in deze eerste kern van Almere plaats. De deskundige gidsen Marie-Josée Röselaers en Edward Apcar geven tekst en uitleg. Na afloop ontvangt iedereen de folder ‘Historische wandeling Almere Haven’, die door stadsdeel Almere Haven en het Stadsarchief Almere is uitgegeven ter gelegenheid van het feit dat het in 2016 veertig jaar geleden is dat zich de eerste inwoners in Almere vestigden. Een fotoverslag van de wandeling is te vinden op de website www.genootschapflevo.nl onder de knop ‘Agenda / Foto’s’. Floriade Het laatste programmaonderdeel van de Almere-excursie brengt ons bij de Urban Greeners. Zij zijn de voorhoede van de Floriade van 2022: jonge ondernemers die meebouwen aan de stad van de toekomst. Ze verbinden stad en land, boer en burger, natuur en techniek. Ze zetten in hun activiteiten duurzaamheid centraal. Met hun ondernemingen dragen ze bij aan een gezonde en duurzame, circulaire maatschappij. Architect Koen Kaljé geeft uitleg over de Drijfveer, het eerste Floriadepaviljoen dat is gebouwd. Het is een drijvende vergaderruimte die voor diverse gelegenheden kan worden gehuurd. Drijfveer is gemaakt van lokale materialen en producten zonder vervuilende footprint: wol van Almeerse schapen is vervilt en dient als behang, hennep van Almere bodem is gebruikt als isolatiemateriaal, diverse natuurlijke producten en koolzaadolie vormen de dakbedekking, het raamwerk is van hout en de gevelbedekking is eveneens van hout, dat echter op een bepaalde wijze is “ verkoold” en afgewerkt met lijnzaadolie.

© www.ingrum.net

Ook is er een kennismaking met Femke Mosch van onderneming PRIK. Zij presenteert een bijzondere cocktail. PRIK beoogt drankjes te ontwikkelen die voorbijgaan aan frisdrank. Groente, kruiden en sap van lokaal en regionaal fruit vormen de basis van haar heerlijke cocktails, waarbij de alcohol niet wordt gemist. Het is de bedoeling van PRIK om een productielijn te ontwikkelen die tijdens de Floriade door de catering aldaar wordt afgenomen. Een fotoverslag van het bezoek aan de Urban Greeners is te vinden op de website www.genootschapflevo.nl onder de knop ‘Agenda / Foto’s’.

Page 12: Almere. Een samenwerking tussen kunst en architectuur

12

Terug naar NS-station Almere Centrum en De Cantine in Lelystad Na de inspirerende afsluiting bij de Urban Greeners rijden we terug naar onze twee opstappunten. Voordat het eerste, NS-station Almere Centrum, wordt bereikt, ontvangen de excursiedeelnemers het boek Almere 30 jaar in verbinding met haar inwoners (Almere 2014). Deze uitgave wordt hen aangeboden door Wim de Bruijn van Fuser Communications BV. Hij is lid van Genootschap Flevo en verzorgde het grafisch ontwerp van de publicatie. Tijdens de busrit over de Hoge Ring, bedrijventerrein De Vaart en de Oostvaardersdijk richting Lelystad verzorgt André Geurts nog enige toelichting. Hij attendeert op de ‘komma’s’ van Hans Koetsier (een beeld dat aansluit bij het eerder vermelde kunstwerk dat de letter A verbeeldt), vertelt een en ander over het gemaal De Blocq van Kuffeler en brengt de inpolderingsgeschiedenis van Zuidelijk Flevoland in herinnering. Ook besteedt hij aandacht aan het ontstaan van de Oostvaardersplassen, die dit najaar samen met de Lepelaarplassen, het Markermeer en de Markerwadden als Nationaal Park Nieuw Land gaan streven naar het predicaat ‘Het mooiste natuurgebied van Nederland’. Park Nieuw Land is het grootste manmade natuurgebied ter wereld en de kwaliteiten ervan zullen door verschillende partijen in gezamenlijkheid worden geborgd en uitgebouwd.

Zicht op de Lelystadse kust vanaf de Oostvaardersdijk © Judith Flapper

We eindigen onze reis weer bij De Cantine in Lelystad. We kunnen terugkijken op een goed gevulde en informatieve dag waarbij kunst en architectuur een symbiose zijn aangegaan, en waarin we kennis hebben genomen van oude en nieuwe ontwikkelingen in en rond Almere. September 2016