211
Met de trein, boot, bus, vliegtuig, tuktuk, brommer, motor, tongshew, vrachtwagen, cyclo en fiets van Peking tot Singapore China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore

Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

  • Upload
    others

  • View
    0

  • Download
    0

Embed Size (px)

Citation preview

Page 1: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

Met de trein, boot, bus, vliegtuig, tuktuk, brommer,

motor, tongshew, vrachtwagen, cyclo en fiets van

Peking tot Singapore

China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore

12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998

Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

Page 2: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

1. De heenreis.......................................................................................1

2. China.................................................................................................12.1 Zonder nachtrust naar de Verboden Stad en het Tian-An-Men plein

22.2 De Chinese muur............................................................................52.3 Op zoek naar de Chinese pandabeer.............................................72.4 Eten van de straat..........................................................................82.5 In ‘soft sleeper’ wagon naar Nanjing..............................................92.6 In ‘hard sleeper’ wagon naar Huangshan.....................................122.7 Met rugzak trekkend door het Huangshan-gebergte....................142.8 Ziek naar een verkeerde bestemming.........................................162.9 Uitzieken in Nanchang in gezelschap van rat...............................172.10 De Qingpingmarkt van Kanton.....................................................212.11 Met de boot naar Hongkong.........................................................242.12 In ‘soft seat’ wagon terug naar Kanton........................................282.13 Tussen het Chinese leger naar Guilin...........................................302.14 Al varend over de Li-rivier door het karstgebergte naar Yangshuo

332.15 In bus met pinda-etende baby terug naar slangenetend Guilin. . .342.16 33 uur lang, onderdeel uitmakend van een Chinese familie, treinen..................................................................................................392.17 Met Xue op stap...........................................................................412.18 De slaapbus naar het koude Lijiang heeft motorpech..................432.19 Fietsend richting sneeuwgebergte...............................................452.20 Even vliegen en dan olifanten zoeken in Jinghong.......................472.21 Op zoek naar de Mekong..............................................................502.22 Verre van fit naar het grensplaatsje Hekou..................................54

3. Vietnam..............................................................................................563.1 Lopend de grens over naar het met stokken slaande Vietnam....563.2 Hmong en Red Zao in Sapa..........................................................583.3 In ‘hard seat’ wagon naar Hanoi..................................................593.4 Jurk laten maken in Hoi An en ananas eten op het strand van Cao Dai 643.5 Palmomzoomd strand van Nha Trang en snorkelen bij kleine eilandjes................................................................................................683.6 Met de cyclo Ho Chi Minh stad verkennen....................................72

4. Cambodja........................................................................................754.1 Choeng Ek, het afschuwelijke vernietigingskamp van Pol Pot......774.2 Achter op de brommer naar Tonle Bati........................................784.3 Zwart geld wisselen in Phnom Penh.............................................79

5. Thailand, Burma en Laos.................................................................805.1 Khao San Road.............................................................................805.2 Trouwen in Thailand ?..................................................................825.3 Kerstinkopen................................................................................855.4 Op koningendag naar Chiang Mai en Chiang Rai.........................86

Page 3: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

5.5 Via een Lahu-, Karen-, Akka- en Yao-dorp even naar Burma........875.6 Als haringen in een ton naar Chiang Kong...................................895.7 Stroomafwaarts over de Mekong langzaamaan naar Pakbeng.....915.8 Met speedboot naar Luang Prabang.............................................925.9 Over de beruchte ‘13’ in bus met houten bankjes naar Vientane 935.10 Terug naar de Khao San Road......................................................965.11 Trouwpak ophalen, bezoek drijvende markt en dan trouwjurk ophalen.................................................................................................985.12 Lamai Coconut Resort op Koh Samui, ons ideale stekkie...........1015.13 Per boot en trein vanaf Surat Thani naar Maleisië.....................107

6. Maleisië.........................................................................................1096.1 Hoofddoeken en beefburgers.....................................................1096.2 Zwart van de diesel naar Mentakab...........................................1106.3 Kerst in Tasek Chini....................................................................1126.4 Leuke ontmoeting en zwemmen in Kuala Lumpur.....................1146.5 Vlindertuin en ‘Little India’.........................................................117

7. Singapore......................................................................................120

8. Weer naar huis..............................................................................123

Page 4: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

1. De heenreisZo. 12-10-1997

Eindelijk is het dan zover, we gaan op weg naar China!We zitten nu in het vliegtuig Frankfurt - Peking. Na net een warme vismaaltijd te hebben genuttigd, zit ik nu, na een rood wijntje, al een beetje weg te dommelen. Helaas zijn de borden nog niet opgehaald en is het licht nog aan, we kunnen dus nog niet gaan slapen.Roland z’n koptelefoon werkt niet en de meegenomen weekbladen hebben we ook al uit. Eigenlijk is het vliegen strontvervelend. De vlucht Amsterdam - Frankfurt was wel aardig, drie kwartier is net leuk. De overstap op het Frankfurt-vliegveld was net iets te lang voor het mooie, van stoelen hebben ze daar nog niet gehoord. Gate B45 hebben we na 5 minuten al gevonden, we maken dus maar van de tijd gebruik om alvast wat eerste indrukken van de Chinezen in ons op te nemen (alsof we dat de eerste maand niet meer kunnen ...). Ieder Chinees mannetje van een jaar of twee ziet er in ieder geval hetzelfde uit, tenminste zo lijkt het nu.Zittend in het vliegtuig denken we nog aan onze familie. Wat vinden ze het eng wat we gaan doen en Oh, wat zullen ze blij zijn als ze ons weer op kunnen halen. Maar dan moeten ze nog wel even 2½ maand wachten ... Als ze ons tegen hadden kunnen houden ...Wij zien onze reis echter als iets fantastisch, als een niet te missen ongekende ervaring. Ik zit zo druk te schrijven, dat ik nou mooi de theeronde heb gemist!

Ma. 13-10-1997

Pas om 04:00u (Chinese tijd) gaan de lichten uit en wordt er een film vertoond. Omdat er tijdens het inchecken geen plaats meer bij het raam was, was ons extra beenruimte beloofd. Oké, dat hebben we dan ook wel een beetje, omdat we op de eerste rij zitten (achter de toiletten). In plaats van dat we onze benen onder de stoel van de mensen voor ons kunnen strekken, kunnen we ze ‘in de lucht’ tegen de toiletten zetten. Het eindresultaat: Een slapeloze nacht, alhoewel nacht ... Om 06:00u komen de stewardessen al met het ontbijt. De maximaal te behalen nachtrust, zo’n 2 uur, hebben we bij lange na niet gehaald. Na de ‘fly-robic’ wordt de landing ingezet, om 08:13u hebben we weer vaste grond onder onze voeten.

2. China

Daar zijn we dan, in China! We lopen achter de Chinezen aan en komen dan uit bij de paspoort/visumcontrole.‘Wat een rijen!’ ‘Waar moeten we gaan staan?’ ‘Er zit maar één ding op, gewoon een rij, kies maar een leuke uit’.En daar staan we dan, in een benauwde aankomsthal. Al met al vlotten de rijen best aardig en zijn we er dus zo doorheen. Het vliegveld van Peking is overzichtelijk, alles staat netjes in het Engels aangegeven. De bagageband hebben we dus ook zo gevonden. Gelukkig komen onze rugzakken heelhuids en onvertraagd aan. ‘En wat nu?’‘Eerst maar onze rugzakken ontdoen van hun hoezen, dat draagt wat makkelijker.’

Pag. 1

Page 5: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

Direkt komt er een Chinees op ons af.‘Hebben jullie een taxi nodig, naar welk hotel moeten jullie?’‘Ja, ja, dat is prima, maar eerst zullen we toch geld moeten hebben.’ ‘Oh, jullie hebben geld nodig, geen probleem’, zegt de Chinees al wijzend naar boven.‘ Ligt het nou aan mij, ik zie niets ... nou, ik ook niet ...’ ‘O, wacht, daar is een roltrap’.Wonder boven wonder is er inderdaad een bank direct boven aan de roltrap. We zijn niet echt de enigen. Roland mengt zich tussen de Chinese menigte, terwijl ik van een zijlijn toekijk en me erover verbaas hoe goed en gemakkelijk Chinezen voor kunnen dringen. Maar het lukt, ongelooflijk hoeveel handtekeningen er nodig zijn om een beetje geld in handen te krijgen. Met 2460Y (300 US$) lopen we China in.Daar moeten we voorlopig toch wel mee kunnen doen ...De Chinees staat nog geduldig op ons te wachten, hij ziet het al helemaal zitten. Hij weet een leuk hotel, voor 3 nachten incl. de reis er naar toe met zijn taxi, voor slechts 200Y. Nou, dat is een koopje, dus dat doen we dan maar.We krijgen een angstig vermoeden dat er iets niet in de haak is, als de rit van het vliegveld naar de stad aardig lang gaat duren. Als we vragen wat de taxirit nu echt gaat kosten en dat we de meter graag aan zouden willen hebben, blijkt de o zo vertrouwde Chinees ineens geen woord Engels meer te kunnen. Uiteindelijk begrijpen we hem, 200Y, hotel + taxi. Nou, het zal dan wel. Mooier kan toch niet? Zijn we gewoon te achterdochtig of gaat dit gewoon perfect? We zien wel.

Aangekomen in het ‘Liu He hotel’ doet een Chinees meisje haar uiterste best om ons duidelijk te maken wat het hotel echt gaat kosten. We begrijpen er niets van.‘200Y, alles erbij inbegrepen, toch?’ We kijken naar onze taxi-Chinees, die nu zegt graag die 200Y te willen ontvangen.‘Hotelkosten regelt het meisje’.Dit is ongelooflijk, onze eerste rit in China en nu al belazerd!Hij kan wachten tot ‘ie een ons weegt, 150Y kan de taxi-Chinees krijgen, geen cent meer. Uiteindelijk druipt ‘ie af. Voor het hotel kunnen we 3 x 340Y betalen. Zo schiet het lekker op, maar ach ... we hebben in ieder geval een hotel.De kamer (1408) is best aardig, AC, TV en warm water. Marjolein is moe en even gaan liggen, ik ga mijn Chinees even ophalen met de vele Tv-zenders. Marjolein kan toch niet slapen, dus we besluiten toch Peking alvast maar te gaan verkennen. Eerst moeten we op zoek naar een plattegrond, want we weten niet eens precies waar het hotel ligt. Nu ik dit schrijf, kom ik erachter dat een laptop wel handig zou zijn. In het vliegtuig zat er een Duitser, met buik over de spatiebalk, naast me met zo’n ding.

2.1 Zonder nachtrust naar de Verboden Stad en het Tian-An-Men plein

Nadat we eerst naar zuid, toen naar oost en daarna naar noord zijn gelopen, vinden we iemand die een plattegrond van Peking verkoopt (3Y). Weliswaar in het Chinees, maar goed daar redden wij het wel mee, toch? Direct naast het kraampje gaan we op straat zitten.‘Eens even kijken ... Waar zijn we nu? Hier?’‘Nee joh, volgens mij daar’‘Oh ja, je hebt gelijk ... Of toch niet, daar heb je ook zo’n rotonde ...’‘Maar hier ergens moet ons hotel toch zijn, zo ver hebben we toch niet gelopen?’‘Dit werkt dus niet, de Chinese plattegrond kunnen we wel weggooien ...’ ‘Als ik nou eens de Chinese tekens van de verkeersborden ga vergelijken met de plattegrond?’

Pag. 2

Page 6: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

‘Ja joh, doe jij dat maar ...’‘Ah wacht, als we nou eens aan een langslopende Chinees vragen waar we zijn?’‘Oh ja, en hoe ga je dat vragen dan?’‘We hebben toch zo’n mooi vertaalboekje, daar staat het vast in’Dus niet ... We lopen uiteindelijk gewoon maar verder. Roland z’n gedachten gaan naar het stripboek van de avonturen van Kuifje: “De blauwe lotus”. ‘We gaan wel met een taxi terug naar ons hotel, verdwaald zijn we nu toch al ...’ We kopen wat theezakjes (welke ... er zijn er zoveel ...) en proberen nog eens vast te stellen waar we nu zijn. Een gemoed willige Chinees wil ons daar graag bij helpen. Helaas neemt hij al snel de benen.‘Zullen we gewoon maar even een taxi aanhouden en naar de verboden stad gaan?’‘Nu al ... het is nu in Nederland 05:00u in de ochtend, ik begin eigenlijk wel slaap te krijgen ... Ach wat, waarom eigenlijk ook niet.’Bij de eerste de beste taxichauffeuse wijzen we de Verboden Stad aan op onze Chinese plattegrond, trots dat we dat zomaar weten. Het wordt direkt begrepen. Daar gaan we dan, in een taxi waarin de bestuurder zichzelf opsluit in een soort van plastic cabine.‘Hier is het.’‘Wat? Hier?’We stappen uit en zien wel.‘Volgens mij is het hier links. Het is ommuurd, dus dat moet het keizerlijk paleis zijn.’‘Oh, hier is de ingang’.We kopen een kaartje, maar 2Y ... ‘Dat is vreemd, hoe kan dat nou ... Het moet minstens 40Y zijn, dat hebben vorige reizigers er ook voor betaald ...’‘ Nou, dan zijn die mooi in de maling genomen.’Eenmaal binnen de muren blijkt het om vele bijgebouwen van het keizerlijk paleis te gaan, omgebouwd tot soort van park met speeltuin. Overhal hangen nietszeggende foto’s. De Chinezen vinden het hier blijkbaar prachtig. Achter elkaar gaan ze op de foto bij de entree. Wij missen echter iets. De daken zijn geel en daarmee dus keizerlijk, maar daar is dan ook alles mee gezegd. Uiteindelijk komen we tot de ontdekking dat waarschijnlijk aan de andere kant van de muur de ‘Verboden stad’ moet liggen.Eenmaal weer buiten, kunnen we gewoon niet om de goede entree heen. Het is er zwart van de Chinezen. We lopen onder het portret van Mao Zedong door, door de loodzwaar uitziende deuren.‘Ja, die herken ik van de film ‘The Last Emperor’We moeten als entree 15Y per persoon betalen. Weer geen 40Y ... We begrijpen er niets van. Maar goed, hier is het druk, dus hier moet het dan toch zijn? We moeten onze tas afgeven, het fototoestel mag mee. Terwijl we de trap oplopen zien we een Chinees jongetje van zo’n jaar of 2 met een gat geknipt in z’n broek bij z’n kont. Dat is makkelijk, kan die zomaar gaan zitten waar ‘ie maar wil ... ‘t zijn net hondjes die voor je op straat gaan zitten poepen (achteraf blijkt dit iets typisch Chinees te zijn).We blijken er weer naast te zitten. We zijn zonet in de Poort van de Hemelse Vrede geweest, waar Mao vanaf het balkon het volk toesprak. Pas de volgende gebouwen omvat het echte keizerlijk paleis, of we nu even 55Y per persoon willen betalen ... We staan niet alleen in de verkeerde rij, de toegangsprijs is ook nog eens opgeslagen. ‘Ach, we komen hier nooit meer, dus dat kan er ook nog wel bij.’Net op het moment dat ik trots loop te vertellen dat het wel erg toeristisch is, maar gezellig toeristisch omdat het allemaal Chinezen zijn, komt er een horde bussen met westerlingen aan, voorafgegaan door politie met zwaailicht. Zij worden dus gelijk wel bij het goede afgezet, met als gevolg dat we gelijk met hun de Verboden Stad in lopen. We worden nog terug

Pag. 3

Page 7: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

geroepen, omdat onze kaartjes afgescheurd moeten worden. We haasten ons zo snel mogelijk, zo ver mogelijk van de ‘orang puti’ (Indonesische benaming voor witte mens) de Verboden Stad in. Hier hebben de keizers ook gelopen, en weer zien we in onze gedachten Pu Yi in de zonet genoemde film lopen. Na een tweetal tronen hebben we het wel gezien. Op de terugweg komen we de horde toeristen weer tegen, zij moeten verplicht alle verhalen aanhoren. Wij gaan alvast naar het Tian-An-Men-plein, het Plein van de Hemelse Vrede. Al zittend op een stoeprand kijken we zomaar wat om ons heen en maken we foto’s van kleine kinderen om ons heen, die we als beloning een ballon geven. Het maakt ook niets uit, waar je ook bent in Indonesië of China, niet alleen de kinderen maar ook de ouders zijn daarmee zo blij als een klein kind. Het mausoleum van Mao is net 20 minuten dicht, hè gemist ...‘Morgen dan misschien?’‘Laten we dan alvast maar een treinkaartje naar Nanjing gaan regelen.’Onderweg komen we weer een handelaar tegen met plattegrond: Chinees- en Engelstalig, dat is handig, die nemen we dus ook maar (nog steeds goedkoper dan de 28 US$ op Frankfurt).Deze Chinese man begrijpt er niets van dat we hem niet verstaan, mankeren we iets aan onze oren? Hij gaat langzamer en harder praten. Als Roland hem in het Nederlands antwoord: “Wij kunnen je niet verstaan”, lijkt hij het enigszins te gaan begrijpen. Het is nog een heel eind lopen naar het treinstation, maar uiteindelijk lijken we het dan toch in het vizier te krijgen. ‘Dat is vast het treinstation ... kijk, daar met dat onwijze beeldscherm ...’We proberen ons door de mensenmassa die voor het station liggen, staan en zitten heen te dringen om in het onwijze treinstation te komen. ‘Waar moeten we heen?’Hier staat alles in het Chinees, dus dat is niet voor ons, kijk daar staat in het Engels ‘Ticket office’, dus daar moeten we vast heen’.We worden echter doorverwezen naar boven, wat niet blijkt te bestaan. We vragen vervolgens de weg aan een Chinees in pak, met z’n bril er erg intelligent uitziend. Hij wijst naar een ander loket, waar we proberen met behulp van het vertaalboekje onze wens kenbaar te maken. Met een paar Chinese tekens op een papiertje worden we weer naar boven verwezen. Inmiddels weten we dat boven niet bestaat. Omdat er inmiddels achter ons een rij Chinezen heeft verzameld, lopen we dan toch maar bij het loket vandaan. We zijn moe (wat wil je als je een nacht overslaat en vervolgens nog dezelfde dag Peking gaat verkennen) en we hebben honger (12u geleden voor het laatst ontbeten in het vliegtuig), het kan ons niets meer schelen. Morgen of overmorgen, het zal ons ooit nog wel lukken. Of moeten we nu 2½ maand in Peking blijven?We willen met een taxi terug naar ons hotel. Maar ja, bij een treinstation weten ze de prijzen natuurlijk: 50Y, dus niet, hè ... hooguit 20Y. ‘Oké, maar dan niet in mijn mooie taxi, ga maar in dat busje ...’Daarin blijkt nog een stel te zitten, die duidelijk niet echt op ons zitten te wachten. In elkaar gevouwen hou ik me stevig aan de knie van Roland vast, onderwijl met grote verbazing kijkend naar de honderden fietsers. Het is ongelooflijk dat het busje er toch nog doorheen komt zonder een fiets aan te rijden. En wij willen ook nog een fiets huren? Dat staat gelijk aan zelfmoord, daar beginnen we dus maar niet aan!

Eenmaal terug in ons hotel regelen we allereerst voor morgen een trip naar de Chinese muur, in een groep voor 300Y per persoon. Individueel is helemaal niet te betalen. Roland komt vervolgens op het grandioze idee om beneden bij de ‘travel service’ te vragen of zij (ze spreekt goed Engels én Chinees) misschien treinkaartjes naar Nanjing voor ons kan regelen. En ja hoor, één telefoontje is genoeg! Met slechts 50Y per persoon extra aan provisie, hebben we het toch maar mooi voor elkaar. Tevreden gaan we op zoek naar een eettent. Na ons

Pag. 4

Page 8: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

genesteld te hebben in een gezellig tentje, blijken we in een theehuis te zitten ... foutje ... dat heb je nou als de menukaart alleen uit Chinese karakters bestaat.‘Hier is het druk, borden zien er goed gevuld uit, laten we hier naar binnen gaan.’Inderdaad blijkt dat een goede keus te zijn. Een beetje uit het zicht werken we onze maaltijd met stokjes naar binnen, dat is nog eventjes wennen ... maar het eten smaakt fantastisch. Gelukkig kunnen we bij het gezin wat naast ons zit afkijken hoe we worden getracht te eten. Dat ze het niet zo nauw nemen is ons na het eerste etentje in China wel duidelijk. Een moeder vlooit haar kind, maar onze dag kan niet meer stuk. Buikje vol, ticket naar Nanjing geregeld en Peking al verkend, toch hartstikke goed voor zo’n eerste dag?Roland slaapt inmiddels al zo’n uur, buiten hoor ik Chinezen met een Nederlands nummer meelallen, geen gehoor. Karaoke is ook hier dus al een bekend fenomeen. Ik hoef alleen nog maar m’n ogen dicht te doen en ben dan ook vast direct vertrokken ...

2.2 De Chinese muurDi. 14-10-1997

We vertrekken rond 09:00u naar de Ming-tombes, om daarna naar de Chinese muur te gaan. Als ontbijt krijgen we witte boterhammen met jam en warme, zoete melk. De Chinezen krijgen allerlei apart uitziende lekkernijen, zoals groente & soep, voorgeschoteld. Al slurpend zit er een Chinees aan onze tafel duidelijk van z’n ontbijt te genieten. Maar goed, wij zien er westers uit, en dienen dan dus ook westers te eten.In de bus blijken naast Chinezen ook een Australiër, Australische, Senegalese, een man uit Kenia en een meisje uit Zimbabwe te zitten. Internationaal gezelschap dus.De eerste stop is bij de Ming-tombes, tenminste datgene wat er nog van over is, eigenlijk niets dus. Er valt daar dus weinig bijzonders over te schrijven, alleen het uitzicht was wel aardig. Maar goed, nu gaat het dan gebeuren ... de Chinese muur ... Dus niet, ons geduld wordt aardig op de proef gesteld. We zitten nu naast een winkeltje waar van steen van alles wordt gemaakt. Onze mede busgenoten lopen binnen ergens rond. Oh wacht, daar komen ze geloof ik ... Zullen we nu echt naar de Chinese muur gaan? Het blijkt echter nog een tijdje te duren voordat echt iedereen weer present is. We eten terwijl een sinaasappel, die we van een klein Chinees jongetje hebben gekregen. Verder valt er langs de drukke weg weinig te beleven. Voordat we naar de Chinese muur gaan, gaan we eerst nog iets eten. Een echte originele Chinese lunch ... met stokjes dienen we van ieder gerecht, die op een groot draaiplateau in het midden van de tafel staat, iets over te brengen naar je eigen bakje. Als je een maaltje bij elkaar hebt gesmokkeld is het de bedoeling dat je van daaruit verder eet ... Wat we allemaal eten is een raadsel, misschien is dat maar goed ook. Maar daarna gaan we dan eindelijk op weg naar de Chinese muur. Tijdens de rit er naar toe maakt de Australiër zich verschrikkelijk druk om de reden van de bouw van de muur.‘Waarom hebben ze de muur gebouwd, als niemand de bouw overleefde?’

Eindelijk zien we hem dan, DE CHINESE MUUR, hoog in de bergen!We rijden nog kilometers door om van daaruit met honderden Chinezen de Chinese muur te ‘beklimmen’, want zo kan je het wel noemen. Het is geen recht pad, zoals je wellicht zal denken. Nee, de muur is gebouwd op een heuvelrug, en bestaat dus voornamelijk alleen uit traptreden. Het uitzicht is overweldigend, tussen de bergen door ligt de Chinese muur gekronkeld. Roland moet denken aan z’n viewmaster, waarin ook zo’n plaatje zat. Iedere keer maken we voor onszelf weer de keuze, gaan we verder of niet?‘Ik blijf lopen tot ik er bij neer val, je bent hier maar eens in je leven.’

Pag. 5

Page 9: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

Dat ik op mijn laatste tandvlees loop valt niet op, de Chinezen om ons heen lopen er misschien nog wel afgepeigerder bij. ‘Vandaar is het uitzicht vast veel mooier.’‘Oké, dan lopen we daar ook nog maar heen ...’ Daar aangekomen zien we dat we weer een trap verder kunnen, en dan nog één en nog één ...Uiteindelijk geven we het op. We moeten ook weer terug, en omdat we nu als een soort van toerist reizen, moeten we ook weer op tijd terug zijn. Op de terugweg zien we mooie Chinese kalenders, beeldjes, etc. Het nadeel van met een rugzak reizen is echter dat je niet of nauwelijks iets van souvenirs mee kan nemen. Het eerste fotorolletje is inmiddels vol. De terugweg (voornamelijk trappen af) gaat ons wat beter af en dus kunnen we nu nog beter van het uitzicht genieten. We treffen het ook bijzonder goed, een strakblauwe lucht waarin de muur als het ware in afgeschilderd lijkt. We raken niet uitgekeken en uitgepraat.‘We lopen nu écht op de Chinese muur.’ We willen nog wel langer blijven, maar helaas ... de bus wacht ... Eenmaal beneden laat de bus nog zo’n drie kwartier op zich wachten. Maar niet getreurd hoor, zoomlens op de camera, en dan zomaar foto’s maken van dagelijkse tafereeltjes is ook prachtig. Op de terugweg maken we een heel mooie route door de bergen. Ik val van alle indrukken in slaap.Toch vreemd dat ons niets van de route bekend voorkomt, we begrijpen het pas als we stoppen bij een shop waar ze Chinese vazen maken. Hoewel het niet afgesproken is, is het toch best wel aardig. Ik ben helemaal weg van een Chinese jurk die er te koop hangt, maar zeg tegen mezelf dat we die later ook vast nog wel tegenkomen op een niet zo toeristische plaats, tenminste ... dat is te hopen. Weer staan we als eerste buiten, zodat we ons dagboek bij kunnen werken.

Terugrijdend naar het hotel wordt het al snel donker en weer worden we ingehaald door politie, gevolgd door een stel bussen met toeristen. Bij Peking belanden we in een verkeerschaos, onze medereizigers beginnen elkaar om de tijd te doden sterke verhalen te vertellen.‘Wat ik gisteren bij Mac Donalds meemaakte ... een Chinees in pak vloog over de balie om de bediende een hens in z’n gezicht te geven, waarschijnlijk (ook zijn Chinees is niet zo goed) omdat hij niet beleefd genoeg bediend werd of te lang op z’n eten moest wachten.’Trouwens, ik wist niet dat Nederlanders er om bekend staan niet deel te willen nemen aan discussies. We werden echter met onze neus op de feiten gedrukt door het meisje uit Zimbabwe.Tijdens de Chinese lunch van vanmiddag werd er een bordje met appels neergezet.‘Nee joh, dat is een peer’, zegt de Zimbabwese.‘Je bent gek, dat is toch echt een appel’, zegt de man uit Kenia.Een Chinees meisje zegt ineens: “Appel”, blij dat ze iets van het gesprek opvangt.Om het meisje in de maling te nemen, zegt nu ook de Australiër dat het een peer betreft. Het meisjes begrijpt er niets meer van, twijfelt aan haar Engels, en lacht verlegen.Roland sluit de discussie, door te zeggen: “Nee joh, dit is een banaan.”Iedereen houdt spontaan zijn mond, voor de Zimbabwese was het toen dus duidelijk ... die komen uit Nederland.

Het valt ons op dat de stad heel gering verlicht is. Er hangen wel overal fel gekleurde Chinese tekens/uithangborden, maar er is geen overdaad aan straatverlichting. In flats zien we als verlichting alleen TL-lampen. Dat is iets wat de Chinezen niet zo goed kennen, de typisch Nederlandse gezelligheid ... Alhoewel, zo Chinees is het ook weer niet, in Indonesië viel ons al hetzelfde op.

Pag. 6

Page 10: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

Nadat we zijn afgezet bij ons hotel, gaan we direct op zoek naar een eettent. Deze keer staan er weer alleen Chinese karakters op de menukaart. Geen nood, we wijzen gewoon iets aan, en we zien wel weer ...De serveerster begint te lachen, uit haar gebaren blijkt dat we iets anders moeten kiezen. Het moet wel iets heel vreemds zijn wat we nu weer hebben aangewezen. Oké, maar wat is dan wel iets voor ons? Via ons vertaalboekje bestellen we uiteindelijk van alles wat. Tot nu toe hebben we echt niets over het eten te klagen. Het eten met stokjes gaat voor Chinese begrippen blijkbaar toch nog niet zo goed. Een Chinese man zit ons vanaf de zijlijn zo eens een tijdje te volgen en stuurt dan vervolgens de serveerster op ons af met een paar lepels. We betalen en bedanken haar, wederom via ons boekje, voor het heerlijke eten.De tweede dag is nu alweer voorbij. Morgenochtend willen we naar het park, een berichtje sturen via e-mail en eigenlijk ook nog naar de dierentuin.

2.3 Op zoek naar de Chinese pandabeer Wo. 15-10-1997

Als ontbijt zitten we weer aan twee boterhammen met jam met dezelfde, niet te drinken, zoete melk. Deze keer worden we aan tafel vergezeld door drie slurpende Chinezen, waar ik me nu verschrikkelijk aan erger. Zeker omdat één ervan tamelijk verkouden is, met moeite haalt hij met de ergste geluiden de rochels vanuit z’n tenen ...

Wat later dan de bedoeling gaan we lopend (ca. 1 uur) naar het Chaoyang park. Tot onze verbazing herkennen we de Chinese tekens bij de entree, toch handig zo’n Chinese plattegrond. Acht cent moeten we betalen als entree, naar ons idee kunnen ze dus beter de moeite besparen ...Via een groot gebouw menen we het park in te moeten lopen ... Binnenin het gebouw is het echter een puinhoop van jewelste, diverse speelgoed vliegtuigjes staan her en der verspreid. We lopen spontaan bijna bij een Chinees z’n ‘huis’ binnen, die daar blijkt te wonen. Aan z’n gebaren en z’n woorden lijdt het geen twijfel ... We moeten zo gauw mogelijk zien weg te komen hier!We blijken nog vóór het gebouw rechtsaf te moeten en komen dan bij een groot meer terecht. Helaas zijn er weinig Chinezen en zijn we ook te laat voor de ochtendgymnastiek, de Tai ji quan. Al snel staan we weer buiten en gaan met een taxi naar Fuchengmen Wai Dajie Street, op zoek naar een Internet-café. Onderweg komen we tot de ontdekking dat we de e-mail adressen in het hotel hebben laten liggen, toch besluiten we op zoek te gaan naar een Internet-café, we zien wel hoever we komen. Vanuit de taxi zien we het Voltone building al, waarin het café gevestigd zou moeten zijn. Eenmaal binnen lopen we wonder boven wonder heel snel het internet-café binnen. Zowel bij het opvragen van de homepage http://www.backpackers.com als bij het verzenden van e-mail krijgen we de melding: ”The server does not have a DNS entry.” Diverse meisjes snellen ons ter hulp. Hoe goed ze het ook bedoelen, wij spreken geen Chinees en zij geen Engels, dus het wordt niets. Na 1½ uur geven we het zwaar gefrustreerd op, zeker Roland, 80Y voor niets uitgegeven ...Naast het Internet-café zit Mac Donalds, waar we als lunch hamburgers eten. Ik kom er voor het eerst deze vakantie een hurktoilet tegen (er zullen er nog vele volgen). Diverse GSM’s of piepers gaan af. Hier lijken de Chinezen ineens Europeanen, met handen hun patat etend. We kunnen hier beter een patatkraam beginnen ...

Lopend gaan we verder richting dierentuin om voornamelijk de pandaberen te bekijken. Onderweg komen we tot de ontdekking dat we de plaatsnaam Peking nu ook in het Chinees herkennen. Wat een schitterende/lieve beesten zijn die panda’s toch, het zijn net knuffelberen.

Pag. 7

Page 11: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

De bussen met toeristen komen niet verder dan de panda’s. Wij gaan nog even bij het water tussen de Chinezen zitten, eendjes en mensen kijken ...Alweer lopend gaan we op zoek naar een ander Internet-café aan de Baiishiqiao Lu. Al snel kunnen we het vinden, weer ‘Sparkice’ en weer dezelfde foutmelding ...Omdat de Chinezen hier wel een beetje Engels spreken, krijgen we het met elkaar toch nog voor elkaar een berichtje te sturen naar Aad à 15Y(daar weten we tenminste het adres van uit ons hoofd). Met een taxi (ruim ½ uur rijden) gaan we vervolgens naar de Tempel van de Hemel. Helaas wordt het al schemerig als we er aan komen, ook de hekken lijken deels al gesloten. Om toch nog een blik op te kunnen vangen van de plaats waar de keizers vanaf de Ming-dynastie t/m de Qing-dynastie leefden, lopen we toch nog maar even naar binnen. Om echt het paleis in te kunnen moeten we 30Y betalen, maar omdat de boel na een ½ uur al sluit laten we dat maar achterwege. In plaats daarvan lopen we door het bijbehorende park met coniferen, welke allemaal in dezelfde puntvorm zijn gesnoeid. Twee oudere Chinezen zijn bezig met tai ji quan.

In de spits zijn rijden we, alweer met een taxi, naar ons hotel terug. Als we bij de receptie navraag doen omtrent de treintickets naar Nanjing, blijken er nog geen tickets klaar te liggen en wanneer de trein vertrekt is ook nog even niet bekend. De Chinese jongen is erg behulpzaam, hij belt/piept iemand op, maar het mag niet baten. Hij belooft ons nog wel op te bellen in onze hotelkamer. Hij houdt zich aan z’n woord: Morgenochtend om 10:00u liggen de tickets klaar, waarschijnlijk vertrekt de trein om 17:00u. Afwachten maar ...We eten ‘s avonds rundvlees, kip en nasi. In het restaurant werk ik m’n dagboek bij. Tijdens het afrekenen laten we het stuk glas zien wat uit de nasi is gekomen. Er volgt de één na de andere verontschuldiging, de 8Y van de nasi hoeven we niet meer te betalen. Als we vervolgens toch 4Y fooi geven, begrijpt ze er niets meer van ... Glas in je nasi en toch fooi? We lopen al buiten als ze nog steeds verontwaardigd met de 4Y flappert.

Do. 16-10-1997

Vanmorgen krijgen we bij het ontbijt voor de verandering in plaats van witte boterhammen eens bruine boterhammen. Dan is het wachten op de treintickets naar Nanjing. Ondertussen pakken we onze spullen en schrijven we een aantal ansichtkaarten. We checken uit bij het Liu He hotel en laten onze rugzakken bij de receptie achter. Z sjouwen zich een breuk om ze vanaf de balie achter zich neer te kunnen zetten.

2.4 Eten van de straat

We lopen voor de laatste keer door de straten van Peking. We doen de ansichtkaarten op de post en eten samen met de Chinezen tijdens de ‘spits-lunch’ van de taxichauffeurs langs de straat. Er staan allerlei bakjes op tafel met voornamelijk groenten, maar ook allerlei soorten sausjes en soorten vlees. Het is de bedoeling dat we zelf alvast op een plastic bakje neerleggen wat we willen eten, waarbij benadrukt wordt dat we het vlees en de groente gescheiden moeten houden. Op een olievat wordt een vuurtje gestookt, waarop vervolgens het door ons bij elkaar gezochte maaltje wordt bereid in een wok. De ‘kok’ gooit er nog een paar handen extra groente bij, anders wordt het blijkbaar zo’n zielig maaltje ... Vervolgens worden er allerlei soorten sausjes en kruiden bij gedaan. In hetzelfde plastic bakje (hoe zit het nu met evt. bacteriën ...) krijgen we het klaargemaakte eten opgediend. Naast de tafel met ingrediënten staat een pan met rijst, een andere pan met (koude) kippepoten en een zak met pannekoeken. Het is de bedoeling dat we iets daarvan kiezen om samen met het wok-maaltje

Pag. 8

Page 12: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

op te eten. Op een stoeltje van zo’n 20 cm hoog en aan een tafel van zo’n 40 cm hoog kan Roland rustig van z’n maaltje genieten, wat net op tijd klaar is. Als de kok met mijn portie bezig gaat komt er van alle kanten politie aangerend. Waarschijnlijk hebben ze niet voor de staanplaats betaald. Na het uitdelen van diverse flappen is de politie net zo snel vertrokken als ‘ie gekomen is, wordt het vuur weer opgestookt en gaat m’n maaltje opnieuw in de wok. Terwijl we zitten te eten, zien we dat de Chinezen hun restjes op een stapeltje liggen, die vervolgens worden opgehaald door zwervers. In een smoezelig kloffie zien we zo’n zwerver naar het volgende stalletje lopen ... zien we het goed? Om het daar door te verkopen? ... Voor 2 gulden per persoon hebben wij in ieder geval bijzonder lekker gegeten. Lopend naar het Lantone Shopping centre passeren we om de 2 meter zo’n zelfde eettentjes. Eén sausschaaltje zien we worden bijgevuld, met coca-cola ... ach, je moet maar op het idee komen. In het Lantone Shopping centre valt niet echt veel te beleven.

We gaan dus maar terug naar ons hotel, wat niet blijkt te liggen waar wij het zo mooi in onze plattegrond hadden ingetekend. Het is dus nog even flink zoeken. We zijn wonderbaarlijk genoeg toch nog op tijd om onze rugzakken in het hotel op te halen. We nemen afscheid van de ‘travel agents’ van het hotel, we wisselen onze adressen uit en beloven een kaartje te versturen uit Nederland. Een taxi brengt ons naar het treinstation.

2.5 In ‘soft sleeper’ wagon naar Nanjing

Al snel lopen we de centrale wachtruimte binnen. We staan er een tijdje, maar het is er zo onwijs druk en we worden zo aangestaard dat we het niet zien zitten om daar twee uur door te brengen. Inmiddels hebben we een mooi plekje veroverd boven de perrons, weliswaar op een smerig muurtje, maar we kunnen hier vanaf de zijlijn eens mooi bekijken hoe de mensenmassa de treinen in wordt geloodst. Alles lijkt erg gestructureerd te gaan, het lijkt echter alsof de treinen maar niet vol raken. In groepen en in rijen (het lijkt in rangen en standen te gaan) komen ze eerst de hal binnen waar wij zitten. Bovenaan de trap bij hun perron krijgen ze vervolgens een knip in hun treinkaartje, waarop de meeste als een speer naar beneden rennen om zo gauw mogelijk de trein in te komen. De meeste zullen hard-seat plaatsen hebben en omdat er in de laagste klasse geen vaste zitplaatsen zijn stampen ze die wagons dus net zo lang vol tot ze ‘uitpuilen’. Als je dus niet zo’n 20 uur wilt staan, betekent dat dat je even je benen uit je lijf moet rennen. Een Chinese vrouw komt op ons af, wijst naar m’n paarse rugzak en kan er duidelijk niet over uit ... Wat moet je met zo’n ding? We zien nu ook Chinezen met een donkere huidkleur, die er weer heel anders uitzien dan de mensen in Peking, waarschijnlijk zijn ze afkomstig vanuit het zuiden.

Het is nu 19:00u, we zitten in de trein naar Nanjing. We hebben zonet een hapje gegeten in de restauratiewagon. Verbaast zat er een klein Chinees mannetje ons aan te staren. Nog geen minuut nadat ik hem een ballon heb gegeven, klapt ‘ie tot ieder z’n schrik uit elkaar (de ballon, niet het mannetje). We zitten nu achter een plastic bekertje met thee. We zitten in een coupé met nog twee andere Chinezen waarvan het meisje Engels spreekt, ze waren in Peking voor zaken.Ik probeer een gesprek aan te knopen met het Chinese meisje, Liu Yang. Ze maakt van de gelegenheid gebruik om me in een spoedcursus Chinees te leren. Het lijkt nergens op natuurlijk. Rond 20:45u proberen ze al te gaan slapen. We doen het licht dus maar uit en proberen hetzelfde.

Pag. 9

Page 13: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

Vr. 17-10-1997

Als de Chinees gaat snurken, alle geluiden producerend die je je maar kan bedenken, kunnen we ondanks de pogingen van Liu om hem niet zo te laten snurken, onze hoop om in slaap te vallen wel helemaal vergeten. Vele geurtjes dringen ‘s nachts de wagon binnen: kolen, rotte eieren, en andere niet thuis te brengen geurtjes. Af en toe wordt het zo ondraaglijk, dat je niet meer weet hoe je moet ademen. Rond 04:30u heb ik wel een beetje geslapen, Roland (die inmiddels 180 graden is gedraaid) echter nog niet. We nemen een kopje thee en vallen daarna tot rond half 8 in slaap.

Het is nu 09:00u en we hebben ons wat opgefrist. Er is geen ontbijt beschikbaar dus zitten we nu aan een door ons uit Nederland meegenomen opkikker, want een thermoskan met heet water hebben we zoals altijd wel tot onze beschikking. Zometeen gaan we maar eens informeren (bij wie, en hoe?) hoe we naar de Huangshan gebergten kunnen komen, ons volgende reisdoel. Het is daar waarschijnlijk nu wel erg koud, maar toch willen we er proberen naar toe te gaan.Volgens Liu komen we om 12:30u aan, dat zou 19u treinen zijn. Onze medereizigers hebben er wat langer dan ons opzitten, ze komen uit Mongolië. Er is zojuist een stoomlocomotief langs gekomen. Liu praat nog wat met ons. Ze is verbaast over mijn grote neus, onze grote schoenen, de blauwe ogen van Roland en ons ‘gele’ haar. In China blijken ze geen vakantiedagen zoals bij ons te kennen, alleen op zaterdag en zondag zijn ze vrij. De grootste droom van iedere Chinees is om ooit nog eens de wereld over te reizen, maar dat valt niet mee zonder vakantie. Liu hoopt het via haar werk ooit nog eens voor elkaar te krijgen. Maar alles verandert snel in China, vertelt ze. Veel studenten gaan nu al in Amerika of Canada studeren. Van Japanners moet ze niets hebben, omdat zij tienduizenden mensen in Nanjing, haar geboorteplaats, hebben vermoord. Ze zijn wel slim, want ze hebben een hoop geld, zo vertelt ze ons later. We vragen aan haar of zij weet hoe we naar Huangshan kunnen komen. We kunnen of met de bus, of met de trein. De bus is 8 uur, maar erg vermoeiend. De trein is 10 uur, maar daar kan je dan wel lekker in slapen (nou ja, als je tenminste geen snurker naast je hebt liggen ...). We denken dat we toch maar voor de trein zullen kiezen. Liu schrijft de naam van een goed en goedkoop hotel voor ons op. Ik geef haar een delfsblauw klompje uit Nederland waar ze dolblij mee is, waarna ik van haar een heel mooie jade armband krijg. Het prijsje staat er nog op: 688Y! Ik voel me flink bezwaard en weet dat ik vanaf nu tot het allerlaatste moment moet wachten om iets aan Chinezen te geven, ik ben er natuurlijk wel waanzinnig blij mee. We wisselen onze adressen uit en dan zijn we er, in Nanjing.

We nemen een taxi naar het, door Liu aanbevolen, Jiangsu hotel. Het blijkt nog een heel eindje rijden te zijn, zo’n 20 minuten. Nadat we voor één nacht een hotel hebben geboekt (Nanjing is tenslotte maar een tussenstop), vragen we aan de receptie of zij voor ons een treinkaartje willen regelen naar Huangshan, dat zou de snelste manier zijn volgens Liu. Ze begrijpen er echter niets van. Ze komen met mappen vol met Chinese tekens aandragen, waar wij natuurlijk niets van begrijpen. Maar ook hier doen ze hun best, ze bellen iemand op die Engels spreekt. De hoorn wordt in mijn handen geduwd. ‘Een treinkaartje naar Huangshan? Geen probleem, om 15:00u bel ik je in je hotelkamer op om de zaken te regelen.’Dat betekent dat we nog twee uur hebben om Nanjing een beetje te verkennen. Eerst gaan we proberen wat te eten, want het ontbijt hebben we ook al overgeslagen. We gaan op zoek naar een Mac Donalds, al snel hebben we er één gevonden.

Pag. 10

Page 14: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

We zitten beneden achter een groot raam aan onze hamburgers en orange juice, als we erachter komen dat we als een stel aapjes door voorbijgangers worden aangestaard. Alle Chinezen, groot en klein, lopen terug, kijken nog eens, lopen weer weg en kijken nog eens om. Exact om 15:00u worden we teruggebeld. Of we naar hotel Linjang willen gaan, daar kunnen ze treintickets voor ons regelen. We nemen dus maar een taxi, eenmaal bij de ‘ticket-office’ van het hotel aangekomen:‘ Treinticket naar Huangshan? Sorry, niet hier.’‘Waar dan?’Ze overlegt met andere Chinese meisjes en zegt dat we het zelf bij het treinstation moeten regelen. Nou, daar komen we net vandaan en Liu zei al dat dat niet mee zou vallen voor ons ... Er zit niets anders op dan om het toch maar te proberen, dus daar gaan we dan, op naar het treinstation ... Er zijn zoveel loketjes, iets minder weliswaar dan in Peking. Waar zullen we het eens gaan proberen? Bij het eerste loket: ‘Nee, nee’, ze schrijft iets op ons papiertje, waar we in het Chinees op hebben laten schrijven: ‘We willen voor morgen voor 2 personen een ‘soft seat’ naar Huangshan.’ Het eerste karakter herkennen we als een 9 (nog één geluk dat getallen op dezelfde manier als bij ons worden geschreven), dus wellicht loket 9?We lopen de hal binnen en gaan in de rij van loket 9 staan. Ik schuif m’n papiertje door het loket, wat niet meer is dan een luikje. Het lijkt te werken, ze kijkt in de computer en gaat dan vragen stellen ... dat is minder, want dat begrijpen we natuurlijk niet ... dus schrijft ze het op in het Chinees, wat we nog minder begrijpen .... De rij achter ons wordt alsmaar langer, het is beter om maar niet achter ons te kijken, totdat de Chinesen gaan roepen en het ons wel heel duidelijk laten merken dat ze er genoeg van krijgen. Net als het loketmeisje de moed met ons wil opgeven komt er een Chinese jongen aangelopen. Drie woorden Engels blijken voldoende te zijn om ons duidelijk te maken wat we willen, al snel krijgen we dan onze tickets. Alleen ... ze kosten slechts 65Y, waar zullen we voor dat bedrag morgen nu weer terecht komen? Binnen en buiten het treinstation, iedereen blijft ons maar aanstaren. Het is in Nanjing een stuk warmer en vochtiger dan in Peking.

We lopen vervolgens naar het meer tegenover het treinstation. We zitten nog geen seconde of er komt een Chinese vrouw aangehuppeld. Of we een Chinese krant willen kopen, en of we Engels spreken. Dat komt even mooi uit, dan kunnen we weer een gesprek aanknopen ... dus niet ...‘Do you speak English?’ en ‘I’ve been a teacher for 3 years’ blijken de enige zinnen te zijn die ze in het Engels kan uitspreken. Binnen een mum van tijd zijn we omgeven door Chinezen die allemaal hun Engels op willen halen. Maar dat valt niet mee, ze krijgen wel Engels op school, maar alleen in geschreven taal en niet in uitspraak. Ze hebben dus geen idee hoe de Engelse letters uitgesproken moeten worden, laat staan hoe het klinkt. Net zo min als wij dat weten van Chinese karakters. Na een poosje stappen we maar op, het is knap vermoeiend om zo te ‘communiceren’.

We gaan iets eten in één van de vele straattentjes. We bestellen kippesoep, naast groente en ei valt er echter niets van kip in te bekennen. Voor de eerste keer in China smaakt het ook nergens naar. Als ik een worm tegenkom heb ik het echt helemaal gehad. Laat het eten verder maar zitten ... We besluiten om als avondeten maar een tros bananen te kopen, dat is vast veiliger. Met een taxi (afpingelen bij een treinstation werkt niet, inmiddels weten we dat we iets verder moeten lopen voor een taximeter) gaan we weer terug naar ons hotel. We hebben het voor elkaar, treinkaartjes naar Huangshan ...

Pag. 11

Page 15: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

2.6 In ‘hard sleeper’ wagon naar Huangshan Za. 18-10-1997

Vanmorgen zijn we voor het eerst in de gelegenheid om met Chinezen mee te ontbijten. Lopend buffet; we proberen wat, maar het is geen groot succes. Ook hier alleen maar zoete warme melk ... We zijn toch in China, hoe zit dat dan met de thee? We lopen dus maar weer naar Mac Donalds om ons vochtgehalte op peil te krijgen. We lopen een rondje door de stad, het is duidelijk dat vandaag, zaterdag, staat voor schoonmaakdag. Overal zijn ze hun winkels en huizen aan het poetsen, dweilen en soppen.We zijn nu weer terug in ons hotel, ze zijn bezig ons toilet te ontstoppen. Gelukkig lukt het, want inmiddels ben ik een beetje aan de diarree. Rond half 12 gaan we, nu met al ons ‘hebben en houwen’, met een taxi naar het treinstation.

In de wachtruimte lijkt het een mierenhoop van Chinezen, we storten ons er ook maar tussen. We kopen nog wat water omdat dat in Huangshan heel erg duur schijnt te zijn, zo zei Liu ons gisteren in de trein. Ik loop wat rond in de stationshal (voor zover het gaat) om te kijken waar we moeten gaan zitten/staan voor de trein naar Huangshan. Het treinnummer is, voor zover ik het ‘af kan lezen’ van het treinkaartje, 589. Voor iedere rij staat een bordje met het treinnummer erop. Roland staat dan mooi in de verkeerde rij. Het is in de rij waar hij staat ook al zó rustig ... In ‘onze’ rij staan al honderden Chinezen, moeten wij daar bij? Het lijkt van wel, dus we mengen ons maar in de mensenmassa ... Het duurt nog één uur voordat onze trein vertrekt, dus die tijd staan we samengeperst tussen de Chinezen. Roland blaast een ballon op voor een klein Chinees ventje, hij vindt het prachtig. Z’n moeder probeert angstvallig de ballon in de buurt te houden. Op een gegeven moment doet alles me pijn, m’n schouders, m’n nek en heupen ... we moeten blijkbaar nog even wennen aan de rugzakken.Om 13:20u is het dan zover, we mogen naar het perron. De hekken gaan open, ik voel me net een stier die losgelaten wordt. Om 13:26u vertrekt de trein, dus we moeten nog rennen ook om de juiste wagon te vinden. Na vier keer doorverwezen te zijn, mogen we dan eindelijk naar binnen. En dan op zoek naar onze plaats, in plaats van een ‘soft seat’ blijken we ‘hard sleeper’ plaatsen te hebben. Eigenlijk is het zo gek nog niet, met drie bedden boven elkaar. Wij hebben een kaartje voor het onderste en voor het bovenste bed. Roland zit met z’n fototoestel klaar om een stoomtrein te fotograferen. Een Chinese jongen zit te kijken hoe raar ik schrijf (oeps, ineens wordt er zo hard geremd, dat we dan ook direct stil staan ...). Hij vindt het maar vreemd. Een andere Chinese jongen komt met twee kopjes thee aan. Ik probeer te vragen hoe laat we in Huangshan aankomen, maar heb daarbij niet veel succes. Ze lachen alleen maar.Dan komt er een oudere Chinese man aan, die blijkbaar vanaf de zijlijn mee heeft zitten luisteren. Hij laat op een treinschema (wel in het Chinees, maar inmiddels begrijpen we dat al een beetje) zien, dat we om 21:04u aankomen, het is nu 15:20u.De Chinese jongens hebben nu ons vertaalboekje gepakt en liggen helemaal in een deuk. Het is warm in de trein, gelukkig rijden we inmiddels weer.

Inmiddels is het 19:25u, we rijden al in de bergen denk ik. Het is hartstikke donker, maar we rijden wat rustiger en het koelt af. We hebben nog zo’n 1½ uur te gaan. Zonet ben ik op zoek gegaan naar een toilet, toen ik de verkeerde kant op liep werd ik gelijk aan m’n shirt teruggetrokken en ‘te recht gewezen’. Lezend in ons China-boek zijn we er achter gekomen dat we onze eerste treinreis op een ‘soft sleeper’ hebben doorgebracht (4 bedden in een afgesloten coupé, kunstplantje, tapijt, gordijnen en geborduurd kussen), daarom was de eerste rit natuurlijk zo luxe en duur. Deze treinrit is dus zo goedkoop omdat we nu echt een ‘hard

Pag. 12

Page 16: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

sleeper’ hebben (6 bedden, geen afgesloten coupé, geen tapijt). Eigenlijk is dit veel gezelliger, zo tussen de Chinezen.Dus: voor onze eerste rit hebben we gevraagd om een ‘hard sleeper’ en ‘soft sleeper’ gekregen en voor onze tweede rit hebben we een ‘soft seat’ gevraagd en een ‘hard sleeper’ gekregen. Ach, geen slechte score, toch? Ik krijg een beetje een harde kont, Roland heeft inmiddels een stoomtrein op de foto gezet. De twee Chinezen recht tegenover ons liggen heel gebroederlijk naast elkaar op een 60 cm breed bed te praten en te zingen.

Een iets oudere Chinese vrouw begint ineens in het Engels met ons te praten, nadat we weer een ballon hebben uitgedeeld. Ze biedt aan ons te helpen bij het zoeken naar een hotel in Huangshan. Vanaf het treinstation wordt het oudere Chinese paar opgehaald met een busje, we mogen mee in hetzelfde busje. We worden afgezet bij het eerste het beste luxe hotel. 400Y voor één nacht is echter iets boven ons budget. Het hotel ziet er zo fantastisch uit, dat we wel begrijpen dat we niet onder de 300Y terecht kunnen. Maar ook dat vinden we nog te veel. Uiteindelijk zegt het Chinese vrouwtje dat ze wel een leuk hotel voor 200Y voor ons weet. We stappen weer in het busje en rijden naar het Huangfa Hotel. We krijgen zelfs nog 40Y korting. De oudere Chinese vrouw regelt voor ons dat we morgen met hetzelfde busje naar de bergen zullen worden gebracht. Als we onze hotelkamer uit lopen om nog even ergens te proberen een hapje te eten, komen we onze chauffeur voor morgen weer tegen. Recht tegenover ons blijkt het oudere Chinese stel een kamer te hebben. Ze horen ons praten op de gang en komen ook naar buiten. De Chinese vrouw dient als tolk. Morgen om 06:00u vertrekt het busje naar de bergen, het is zo’n 1½ uur rijden. Omdat ik bang ben haar niet meer te zien, geef ik haar gauw een klompje. Nog geen minuut later staat ze weer bij ons op de stoep, met een dasspeld voor Roland en ontbijt voor morgenochtend (zwarte kaakjes met soort van leverworst). Als we zeggen dat wij nog even iets gaan eten, vertelt het vrouwtje ons dat er niet veel meer open zal zijn. Ze overlegt met haar man en de andere Chinezen die zich inmiddels op de gang verzameld hebben. Uiteindelijk gaan we met z’n allen op weg. Het is inderdaad te laat, alle restaurants zijn al gesloten.

We lopen een gesloten restaurant binnen. Als ze onze medereizigers zien worden we uitgenodigd om met z’n allen naar boven te gaan. We komen uit in een echt Chinese huiskamer. Met z’n zevenen zitten we aan tafel en krijgen van alles voorgeschoteld. Het is een raadsel wat we eten, het lijkt op kikker en andere delicatessen. We proosten diverse keren en proberen wat met elkaar te praten via onze tolk, de Chinese vrouw. Er komt geen einde aan, steeds meer eten wordt er aangedragen. Rond 23:30u zijn we klaar met eten, we mogen echter niets betalen. De oudere man staat erop dat hij betaald. We lopen terug naar het hotel, wensen het stel een goede nacht en bedanken ze voor het heerlijke eten. Dit is nou het leuke van op jezelf reizen, dit soort dingen maak je anders niet mee ... we kunnen er maar niet over uit, wat een gastvrijheid. Maar nu moeten we gauw ons bed gaan opzoeken, want morgen gaan we bergen ‘beklimmen’. Het wordt met de dag leuker in China.

2.7 Met rugzak trekkend door het Huangshan-gebergte Zo. 19-10-1997

Waar zal ik vandaag eens mee beginnen? Het is nu 18:15u en we zijn totaal uitgeteld ...Vanmorgen zijn we om 06:00u met het busje vertrokken naar de Huangshan gebergten, nadat we het gekregen ontbijt van de Chinese vrouw hebben verorbert. Halverwege de rit moesten we overstappen in een andere bus, waar nog meer Chinezen in zaten. En de rest moesten we lopen en nog eens lopen ...

Pag. 13

Page 17: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

Het eerste stuk zijn we met de kabelbaan omhoog gegaan. Eenmaal boven eten we een bakje indo-mie en gaan dan proberen de zojuist afgelegde kilometers terug te lopen. Maar in plaats van dat we naar beneden gaan, gaan we alleen maar trappen op en op, we doen blijkbaar dus iets niet goed ... We passeren overal hijgende Chinezen, die net als ik het even niet meer zo zien zitten. Pas dan komen we tot de ontdekking dat we niet bezig zijn terug te lopen, maar bezig zijn de Huangshan gebergten over te steken met een volle rugzak! En waar we op dit moment uithangen, Joost mag het weten ... We zijn totaal verloren, ook dat nog ...Voor de tweede keer hebben we een plattegrond met Chinese karakters, zie hier het resultaat. Daar beginnen we vanaf nu dus echt niet meer aan. Maar ach, wie eigenwijs is ...Na uren door te hebben geworsteld komen we uiteindelijk bij een soort van ziekenboeg terecht. Gelukkig hebben we ze nog niet echt nodig, maar het is zeer aangenaam dat we er in ieder geval iets kunnen drinken. M’n darmen gaan na de 7-up flink aan het rommelen. Als ik op zoek ga naar een toilet wordt ik voor de eerste keer geconfronteerd met een wel heel vreemde Chinese gewoonte:Met z’n allen naast elkaar de broeken laten zakken ...Als afscheiding zijn er nog wel 1m hoge tussenschotten, maar een deur ontbreekt. Toch vreemd hoor, de Chinezen zijn te preuts om in een korte broek te lopen, daar moet hoe warm het ook is een panty onder. Ze laten echter wel op een rijtje hun broeken zakken. Ik ga er maar tussen zitten, gelukkig blijft de echte diarree nog een tijdje uit ...

Voorlopig lijken we er nog niet te zijn, we hebben sowieso nog één hele berg te gaan. Het laatste stuk hoeven we gelukkig alleen maar trappen af te lopen, maar ook dat gaat niet echt soepel ... waar ik vanaf het begin al mee te kampen had, trillende benen, wordt nu zelfs zo erg dat er uiterste concentratie nodig is om de trappen af te kunnen lopen. Ik sta zo wankel als een rietje op m’n benen, wat een rare gewaarwording. Maar, en dat moet ook gezegd worden, het uitzicht is prachtig! Steenmassa’s, waar je soms toch nog bomen op ziet groeien ... adembenemend!Alleen is het dus niet zo’n goed idee geweest om die bergen over te steken met een volle rugzak. Eindelijk komen we dan bij het, door de oudere Chinese vrouw, beloofde hotel aan. De kamers zijn goed voor zo’n 600Y per nacht, als we echt 2½ maand willen reizen dan zit er dus maar één ding op: Doorlopen, de bergen weer uit! Gelukkig komt er vrij snel een kabelbaan in zicht, waarmee we het laatste stuk af kunnen leggen.Maar wat een rij ... en weer 60Y per persoon. Doordat we kaartjes overnemen van een Amerikaanse, die ze heeft laten kopen door Chinezen wordt het uiteindelijk 30Y per persoon.Er zit totaal geen gang in, het schiet voor geen meter op. Al wachtend in de rij brullen Phil Collings en George Michael uit de luidsprekers. Na zo’n uur zijn we dan eindelijk doorgeschoven tot in het overdekte wachtgedeelte. Tot ieders grote verbazing rits ik m’n broekspijpen weer aan.

We stappen in de kabelbaan, ditmaal van Chinese makelaardij zo te zien, kompleet met plastic ramen. Als mieren in een potje gaan we staand de kabelbaan af. Wel even wat anders dan de heenweg, in de cabines van Zwitserse makelaardij voor precies 6 personen (3 rechter- en 3 linkerzitplaatsen). We kunnen niet of nauwelijks genieten van het mooie uitzicht. We hebben al moeite genoeg om ons, met onze rugzakken, staande te houden.Eenmaal beneden gaan we op zoek naar een bus terug naar Huangshan-city. Diverse Chinese vrouwen komen op ons af. Ze blijven alsmaar Chinees tegen ons babbelen, zelfs als we via ons vertaalboekje kenbaar maken dat we geen woord Chinees spreken. Ook zet het geen zoden aan de dijk als we in het Nederlands zeggen: “We verstaan jullie niet.” Maar dan kom ik op het idee om Huangshan in het Chinees op te schrijven. Ik zoek het woord ‘stad’ op in

Pag. 14

Page 18: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

ons vertaal boekje en daar staat het dan als het goed gaat: Huangshan-stad. En ja hoor, allemaal staan ze trots te knikken, het wordt begrepen. ‘Oh, willen jullie met een minibus naar Huangshan-city?’

En dan de volgende stap, onderhandelen over de prijs. ‘300Y ...’, dus niet. Op de heenweg hebben we 140Y betaald, dus we betalen geen cent meer dan 150Y. Uiteindelijk gaan we op weg voor 180Y. Als je al doodmoe bent zijn dit soort dingen dus echt strontvervelend. Onderweg nemen we nog diverse andere Chinezen mee, die uiteraard niets hoeven te betalen (hebben wij blijkbaar al gedaan ...). Het lijkt wel een georganiseerde trip, we stoppen nog bij een souvenirwinkel ook. Eenmaal binnen krijgen we direct thee voorgeschoteld en moeten en zouden we de winkel van voor tot achter doorlopen, hoogstwaarschijnlijk komt er dus nooit iemand ... Eigenlijk zitten we er totaal niet op te wachten, maar ze zijn zo trots op hun spulletjes en ze doen zo hun best, dat we dan toch maar wat rondkijken. Uiteindelijk zie ik een leuk Chinees tafelkleedje, we zijn echter te moe om af te dingen en lopen dus de winkel weer uit zonder iets gekocht te hebben. Eenmaal terug in het busje dut ik af en toe wat in. Al rijdend tussen de rijst, welke op de weg ligt uitgestald, valt het ons op dat zelfs op het platteland alle huizen van steen én behoorlijk groot zijn.

We worden afgezet bij het treinstation, een Chinese vrouw (zeer armoedig gekleed) helpt ons met het zoeken naar een goedkoop hotel. Niet zover van het station vinden we er eentje ... maar ... nee hè? Ons geld is op! Na al het geld te hebben uitgestald op de balie halen we het net, op de 50Y deposito na. Uiteindelijk zijn ze tevreden met 5 US$, die flappen zien ze maar al te graag. We zijn er echter nog lang niet, eerst moeten we nog een Chinees aankomstformulier invullen ... Weer hetzelfde tafereel, we wijzen 5x aan dat we geen Chinees kunnen lezen en spreken, maar geheel onbewogen blijven ze in het Chinees doorpraten. Ik wordt nu echt ongeduldig en begin er zo langzamerhand genoeg van te krijgen. We hoeven onze kamer niet eens even te zien, alles is goed ... als we maar kunnen slapen. Na wat bijgekomen te zijn in de nogal primitieve kamer gaan we wat eten, nadat het me bij een duur hotel gelukt is om 30 US$ om te wisselen in 240Y. En dan nemen we ons voor om het er eens flink van te gaan nemen ... nou, dus niet. Het dure eten smaakt naar niets. We krijgen heimwee naar Peking, waar het eten wel zo goed smaakte.

2.8 Ziek naar een verkeerde bestemming

Inmiddels liggen we in bed met een vitaminepil, 2 diarree-remmers, en een malariapil. Ik ben aan de poeperij. Roland heeft last van z’n keel en heeft een loopneus, hij zegt: “Ik had lekker rustig aan het werk kunnen zijn”. Eigenlijk ben ik dat wel met hem eens ...Wat kan een mens in één dag tijd aftakelen ...Maar ... Het weer is nog steeds mooi, we hebben nog geen druppel regen gehad!

Ma. 20-10-1997

Vanmorgen zijn we met een riksja (beide te moe om te lopen) eerst maar geld gaan halen bij een normale bank. We hopen dat we er weer een tijdje mee door kunnen. We voelen ons beroerd en willen maar één ding, terug naar bed en uitzieken ... We beginnen maar met één nacht extra te boeken.

Een Engels sprekende Chinees biedt ons aan te helpen met het kopen van een treinticket. Alhoewel ons hoofd er niet echt naar staat, gaan we graag op zijn aanbod in. We willen

Pag. 15

Page 19: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

rechtstreeks door naar Kanton maar dat blijkt onmogelijk, eerst moeten we naar Xiantang. We lopen met de Chinees mee naar het treinstation, het loket waar we een kaartje moeten kopen blijkt helaas gesloten. Als er even later Chinese meisjes aan komen lopen (lunchtijd voorbij zeker), regelt de Chinees voor ons de kaartjes. Nou ja, kaartjes ... we krijgen een papiertje waarmee we bij een ander loket de kaartjes op moeten halen. Daar aangekomen krijgen we te horen dat we ‘s middags om 14:00u terug moeten komen. We lopen terug naar ons hotel en ploffen op bed. Om twee uur haal ik (weer in het bijzijn van de Chinees, hij staat erop mee te lopen ...) de kaartjes op, Roland blijft in bed. Bij het loket van een paar uur geleden staan we niet goed, we moeten bij een ander loket zijn ... Op een ander papiertje staat nu het een en ander gekrabbeld. Dat zouden onze treinkaartjes moeten zijn ...

Ik ben blij dat ik terug m’n bed in kan. Roland is nu ook aan de poeperij en lijkt er beroerder aan toe te zijn dan ik. Onze medicijndoos raakt snel leeg op deze manier. Morgen om 07:00u vertrekt onze trein naar Xiantang, het is te hopen dat we ons dan wat beter voelen. Als diner kopen we een tros bananen.

Het is nu 23:15u, Roland ligt onder een dekbed, sprei en deken. Hij heeft het echter nog steeds koud, heeft ongetwijfeld koorts en ziet er dan ook behoorlijk ziek uit. Ik voel me niet veel beter. Ik heb gelukkig geen koorts, maar van onder en van boven komt er alles uit ... Alhoewel, ik heb niets meer om over te geven, dus van die kant is het gestopt. Ik wil nog maar één ding, naar huis ...

Di. 21-10-1997

Als om 5:00u de wekker gaat hebben we amper geslapen en zijn we nog steeds hartstikke beroerd. We staan dan voor de keuze: Of hier nog minimaal drie dagen blijven of om 7:00 uur met de trein mee. Aangezien de hotelkamer inmiddels is veranderd in een bacillen-bron (het toilet is sinds gisterenavond al niet meer door te spoelen), besluiten we om toch maar onze spullen te pakken en met de trein mee te gaan. Onze maag/darmen zijn geheel leeg, dus als we niets eten zouden we daar geen ellende van moeten ondervinden. Als een soort mummies zitten we in de wachtruimte. De eerste trein trekt nauwelijks onze aandacht. Bij de tweede gaan we maar eens kijken. En ja hoor...dat is de onze, we sjokken naar wagon 14. We hebben hard sleepers besteld, 1 op de eerste en 1 op de tweede. Eenmaal op plaats van bestemming, blijkt er al een Chinees op de tweede te liggen ronken. We zijn zo futloos, dat Roland zonder protest dan maar naar de derde toe kruipt. Ik nestel me op de eerste... Wonder boven wonder dutten we een beetje in. De treinrit zou 7 uur duren, maar al na 5uur komt het wagonmeisje naar ons toe om de kaartjes van onze slaapplaatsen te innen. Dat kan maar één ding betekenen, bij de volgende halte zijn we er.

De volgende halte blijkt i.p.v. Xiantang, Yinlang te zijn. Toch moeten we er hier uit, anders dalen we te ver af, want de spoorlijn buigt zo af naar het zuiden en wij moeten naar het westen. We zijn de enige die uitstappen, de deuren van de uitgang blijven dus mooi gesloten. Maar we worden natuurlijk zo ontdekt, speciaal voor ons worden door een voorbij rijdende fietser de deuren opengemaakt. En daar staan we dan ... in het gehucht Yinlang. Gelukkig voelen we ons inmiddels stukken beter, want nu moeten we toch op één of andere manier naar Xiantang zien te komen. Bij nader inzien gaan we liever rechtstreeks naar Nanchang, dat is tenminste een grote stad...met Mac Donalds of Pizza hut ?! We lopen naar het dichtstbijzijnde hotel en worden weer door iedereen aangestaard. Je hebt hier niets te zoeken als toerist, dus we worden als buitenaardse wezens gevolgd en nagewezen. Ze praten

Pag. 16

Page 20: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

honderd-uit, maar dat heeft weinig zin ... Chinees, ik had het vooraf toch echt moeten leren! In het dichtstbijzijnde hotel zijn ze zoals altijd ook weer erg behulpzaam. We moeten met een Chinees meelopen, die ons naar een nog veel duurder hotel toebrengt. Maar dáár komen we niet voor, we willen zo snel mogelijk weg uit dit gehucht! Maar warempel, een Chinees meisje begint in het Engels te vertellen dat een Chinees met ons mee zal lopen naar het busstation en kaartjes voor ons zal kopen naar Nanchang.

2.9 Uitzieken in Nanchang in gezelschap van rat

Onderweg komen we de bus naar Nanchang tegen ... gemist ... ook dat nog. Maar niet getreurd, gelukkig blijken ze om het uur te rijden. Zittend in de bus weten we eigenlijk niet hoe we ons nu voelen, we kunnen in ieder geval wel weer genieten van wat we om ons heen zien. Dan komen we erachter dat de rit vier uur zal gaan duren, de moed zakt spontaan in, in ieder geval mijn, schoenen. ‘Dit is ook vakantie, we komen er vanzelf, we laten het maar over ons heen komen’.En inderdaad, met zo'n instelling komt alles weer op z'n pootjes terecht. Toch wel grappig om samen met Chinezen in een lokale bus door China te rijden. We moeten uitwijken voor een stoet ganzen, overstekende auto-onderdelen en noem maar op ... ja, we kunnen weer genieten... We rijden de stad Nanchang in ... allebei zijn we gespitst op het zoeken naar een Mac. Donalds of iets wat erop lijkt. De bus stopt in een achterbuurt, we lopen het busstation uit en gaan het eerste het beste hotel binnen. Is het nou echt leuk om weer als enige westerlingen hier rond te lopen en door iedereen te worden aangestaard? De fietsers stoppen met fietsen, afijn... alle Chinezen stoppen waar ze mee bezig zijn als wij langslopen.

We zitten nu in het Jiaotong hotel, aan de kamer mankeert niets. We hebben nu tenminste een normale badkamer en geen omgebouwd balkon wat voor badkamer door moet gaan zoals in Huangshan. De douche heeft wat kuren, maar ach... verder hebben we eigenlijk niets te klagen. Na ons banaantje en meloen van gisteravond, proberen we vanavond een appel, banaan en een opkikker... we gaan vooruit. We hebben besloten hier net zolang te blijven totdat we ons weer helemaal jofel voelen.

Wo. 22-10-1997

Roland is alweer wat opgeknapt, ik totaal nog niet. Ik heb te kampen met darmkrampen, een bekend verschijnsel uit Indonesië. Het is nu 16:30u, er is een Amerikaanse serie op de TV, in het Chinees nagesynchroniseerd. Toen we gisteren met de bus hierheen reden, kwamen we door dorpjes waar de huizen van natuursteen worden gemaakt. Veel mannen waren druk bezig een berg in rechthoekige stenen van ongeveer 50 cm lang te hakken. Roland moest denken aan de Lucky Luke - Daltons, die in de gevangenis stenen moesten hakken.

Vanochtend hebben we onze kleding naar een wasserette gebracht, 100Y ... voor dat geld kan je beter nieuwe kopen. Daarna zijn we wat gaan lopen. We kopen eerst wat te eten, want van al dat fruit knap je ook niet echt op. Met brood, jam, nescafé en pindakoekjes (uit Nederland) lopen we terug naar ons hotel. Na een uur buiten te zijn geweest zijn we flink bezweet, het is zo’n 30 ºC.Roland heeft net een bakje mie gegeten, ik hou het bij een banaan. Zelfs dat gaat niet goed, halverwege zit ik met darmkrampen te kreunen in m’n stoel. Ik kijk uit het raam en vraag me af waarom de bussen aan touwtjes zitten (trolly-bussen) ... ik ben dus echt ver heen.

Pag. 17

Page 21: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

Het gaat weer een beetje ... Zonet zijn we in een luxe uitziend restaurant een hapje gaan eten. Peking Duck met nasi, tenminste ... alleen het vel van de eend dan, de eend zelf wordt zeker in een ander gerecht gebruikt. Overal, op de zakdoeken, het tafelkleed, de borden, het bestek en zelfs op het eten zitten kleine vliegjes, wat onze eetlust niet echt bevordert. Peking Duck hadden we natuurlijk in Peking moeten eten, maar helaas ... dat zijn we domweg vergeten. Al snel staan we, 88Y armer, weer buiten. Via een tunnel, waar allerlei leuke dingen worden verkocht, lopen we naar een plein en zitten we een tijdje bij een monument. Waar het monument (1912 - 1977) voor dient is ons nog even een raadsel, Nanchang staat niet in ons reisboek beschreven. Over heel de Jianxi-provincie staat er trouwens niets in. Wat moet je hier als toerist ook zoeken? Dat wij nou net hier moeten belanden om uit te zieken ... In een straal van 2m verzamelen de Chinezen zich om ons heen, hier durven ze dus geen ‘praatje’ met ons te maken. Plotseling wordt er op een gigantisch beeldscherm iets van (denk ik) politiek of zo afgedraaid. Wij zijn niet belangrijk meer, alle koppie’s draaien naar het scherm. Wij kijken ook aandachtig, alsof we er ook maar iets van begrijpen ... Links en rechts van het plein, overal is neonverlichting reclame, je zou je eerder in Tokio wanen. Het heeft niets weg van een ‘communistisch’ China, ook de draadloze telefoon heeft hier al behoorlijk zijn intrede gedaan. Het is een zwoele avond, dus we zitten echt te genieten. Het zit alleen een beetje hard op zo’n betonnen trap, zodat we langzaam maar weer eens terug gaan lopen naar ons hotel. Vele winkels zijn inmiddels gesloten en voorzien van rolluiken, andere zijn nog open. Waar vanmorgen nog de stoeltjes uit stonden gestald om je schoenen te laten poetsen door op hun hurken zittende Chinese vrouwen, zitten nu Chinese mannen schoenen te verkopen. Slim bedacht.

Als we bij het hotel aan komen is het helemaal donker.‘Zou het hotel gesloten zijn? Moeten we buiten slapen?’De reden blijkt eenvoudig, elektriciteitsbesparing ... We zijn nog maar net binnen of er is weer licht en de lift doet het dan gelukkig ook weer. Zoals altijd moeten we onze sleutel ophalen bij het etage-meisje, een sleutel meenemen is uit den boze. Het eten van vanavond is er bij mij in één keer weer uit, Roland kan nu helemaal niet meer. Op TV zien we een herhaling van een Engelse les, die we ook al in Huangshan hebben gezien. Weer zien we hoe de Chinezen wijs wordt gemaakt dat als je in Europa op visite bent en naar huis wilt, je altijd een smoes moet verzinnen ... bv, we moeten morgen vroeg op om de kinderen naar school te brengen. Het motto is; verzin in ieder geval iets, misschien zit er wel een kern van waarheid in ...Morgen willen we proberen treinkaartjes te regelen naar Kanton. Als de krampen er niet zijn, gaat het best wel weer.

Do. 23-10-1997

We voelen ons vandaag weer heel wat, maar boeken er toch nog maar een nachtje bij. Met een taxi gaan we op zoek naar het treinstation, echt ver blijkt het niet te zijn. Het station lijkt nog groter en chaotischer dan dat in Peking, we lopen dus maar ergens naar binnen. ‘We zitten hier vast niet goed, laten we maar een ander gebouw proberen.’ ‘Daar is het druk, daar zal het dan wel zijn ...’ Rond zo’n 20 loketjes lopen Chinezen te krioelen.‘Welke zullen wij eens nemen?’Ik heb in het Chinees zo goed en kwaad als het gaat opgeschreven waar we naar toe willen en wanneer. Inmiddels kan ik van de borden aflezen welke trein we moeten hebben, dat móet dus goed gaan. Ik probeer het loket waar de minste mensen staan en duw m’n papiertje door

Pag. 18

Page 22: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

het loket. Nee, ‘t is niet waar, ze begrijpt het door mij geschreven Chinees ... Maar helaas, er is geen plaats meer, voor zover ik uit de gebaren begrijp. Morgen/tomorrow, eh ... ik wijs het aan in het vertaalboekje. Ook niet. Overmorgen dan ... weer via het vertaalboekje, als we dat toch niet hadden. We worden steeds vindingrijker, want hoe dan ook, eens willen we hier toch wel weer weg. Overmorgen dus ook niet, jee ... wat nou? In plaats van een hard sleeper dan maar duur, een soft sleeper ... en ja hoor, er is plaats. Je weet nooit of de goedkope kaartjes nou echt uitverkocht waren, of dat ze ze niet willen verkopen aan ons. Maar goed, we hebben in ieder geval treinkaartjes voor morgen rond 17:00u. Trots als een pauw verlaten we het station, ‘t is ons toch maar weer gelukt!

Lopend gaan we terug naar het plein met het monument. Per winkel wordt één soort waar verkocht: matrassen, boeken, eten, motoren of onderdelen daarvan, vuurwerk, WC-potten, deurmatten, noem maar op. Er zijn ook hele straten die maar één soort waar verkopen, bv. kleding of stenen. Het is aardig warm, weer zo’n 30 º C. We lopen door naar een park en eten onderweg een kokos- en eibroodje in een warenhuis, waar ze er van alles aan doen om er zoveel mogelijk westers uit te zien en te leven/eten. Het park bestaat voornamelijk uit water, er is weinig groen, maar toch is het wel aardig. Oude Chinese mannen zijn wat aan het kaarten en een enkeling beoefent ‘tai ji quan’. We zitten een tijdje op een bankje, naast ons hebben jongeren het druk met kaarten en ze flirten wat met elkaar. Na een tijdje lopen we verder naar, wat ons is belooft, een shopping centre.Onderweg posten we wat kaarten. Ansichtkaarten verkopen ze niet in deze toerist-arme stad. De postzegels moet je plakken met een stokje in een lijmpotje. We lopen langs een boeken- en videowinkel, waar ononderbroken ‘hello’ uit de luidsprekers klinkt. ‘Hello’ is dan ook het enige woord wat de meeste Chinezen kennen, terwijl bijna de gehele dag door Engelse les op de TV wordt uitgezonden. Het ‘shopping centre’ blijkt geen ‘shopping centre’ te zijn, wat het wel is weten we niet. Het lijkt op een soort van tempel, maar we vinden het niet bijzonder genoeg om 56Y voor de entree te betalen. We nemen maar een taxi terug naar ons hotel en rusten wat uit. M’n maag begint te knorren, dat is een goed teken, ik krijg weer trek. We zagen vanmiddag een ‘American cowboy restaurant’, het zag er westers uit dus misschien is dat wat ...

We proberen het restaurant weer te vinden, het blijkt verder lopen te zijn dan we dachten. Eenmaal voor het restaurant voorspellen de dure auto’s en de luxe entree niet echt een goedkoop etentje. We vragen ons af wat dit nu weer zal worden, maar gaan dan toch maar naar binnen. We worden direkt naar een tafeltje geleid en dan zien we wat de bedoeling is ... een soort gourmet! Per tafel staat er één grote koekepan, waarin je zelf je eten klaar moet maken. De hele achterwand in het restaurant staat vol met van alles en nog wat: nasi, rijst, vele soorten groente en vlees, fruit, kant en klare gerechten, loempia’s, ei, ijs, vis, keuze genoeg. We laden onze borden vol en bekijken hoe we dat eens gaan doen. We doen het blijkbaar niet goed, want direct komt er een meisje aangerend die spontaan het vlees voor ons gaat braden. Een beetje zout erbij, een ander kruidje, nog een kruidje ... weer even bakken, nog meer zout en kruiden ... Nou, nou, die weet van wanten ... dat wordt een gekruid goedje, dat vinden onze darmen vast niet leuk. Dat is een zorg voor later, het is in ieder geval gezellig. We genieten ervan en we weten in ieder geval dat het vlees vers is en hoe het is klaargemaakt ... Daar zitten we dan, met plastic slabbetjes voor.Het smaakt prima, wie had dat nou gedacht zo midden in China? Wat hebben we, de serveersters en alle Chinezen (stuk voor stuk zien ze er uit om door een ringetje te halen, die hebben wel iets te verteren) om ons heen een lol. Gourmetten met stokjes, weer eens wat anders.

Pag. 19

Page 23: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

Alles wat maar een beetje westers aandoet, valt ontzettend in de smaak bij de Chinezen.‘We moeten hier een soort ‘Bram Ladage’ beginnen, frikandellen en patat dat zal hier vast aanslaan.’‘Laten we stoppen met werken en hier een eigen zaakje beginnen.’We zien het helemaal zitten, de serveerster blust de koekepan met een kan bier. ‘En wat zal dit ons nu gaan kosten?’ Ook hier heeft vrijwel iedereen een draadloze telefoon. Maar dat valt mee! Nog geen Fl. 15,= per persoon. Dat hebben we ‘ns mooi uitgezocht ... een aanbeveling voor ons reisboek.

Vr. 24-10-1997

‘s Nachts moeten we het bezuren, al het eten komt er met dezelfde gang weer uit. Rond 3:00u zit ik op het toilet als er een dik zwartbruin beest, lijkend op een rat (en volgens mij was het dat ook) tussen mijn voeten doorschiet de hotelkamer in. Ik geef een gil, naast Roland zullen andere hotelgasten ook wel rechtop in hun bed hebben gezeten. We zoeken nog, maar helaas tevergeefs, het beest is nergens meer te bekennen. Het idee dat ‘ie ergens in de kamer rondloopt is voor mij reden genoeg om de rest van de nacht vrijwel geen oog meer dicht te kunnen doen.

We zitten nu midden op het plein, waar we ‘s avonds ook al hebben gezeten, te wachten tot het 15:00u is, dan kunnen we ons boeltje op halen en naar het treinstation gaan. Zojuist hebben we naar pa en ma Flier in Nederland gebeld, 260Y voor zo’n 3 minuten, dat doen we dus niet meer ... we e-mailen wel. Nou weten we nog niet wat voor weer het in Nederland is, vergeten te vragen. Eigenlijk weten we helemaal niets van wat er nou zoal in de wereld gaande is, toch wel een raar idee. Ze kennen nou eenmaal hier in China geen (en zeker geen buitenlandse) nieuwsprogramma’s op TV. Op het moment dat ik dit nu aan het schrijven ben, drommen er steeds meer Chinezen om ons heen. Het is me al eerder opgevallen dat als je begint te schrijven steeds meer Chinezen naar je toe durven te komen. Een Chinees meisje (nou ja, meisje ... ze is zo ongeveer een kop groter dan ik) die hier als Chinese toerist naar het monument komt kijken wil graag met me op de foto en dat baart natuurlijk opzien. En als er één schaap over de dam is ... binnen zeer korte tijd staan er vele, met name jonge, Chinezen in een kring om ons heen. Dan begint de fotosessie: op een bankje, in het gras, dan weer zus en zo, eindelijk lijkt het dan voor elkaar. Maar het feest is nog niet afgelopen, een Chinese jongen (pas 17 jaar, ziet eruit als een jaar of 30) wil ook met mij op de foto. Vooruit nog één keer dan ... Maar nee, ze willen ook nog een foto van Roland en mij. Wat hebben ze daar nou aan zal je denken ... niks dus, het is de bedoeling dat we ze kopen ... hoezo handelsgeest?!Er wordt belooft dat de foto’s om 15:00u klaar zijn, dat wordt dus nog één uur wachten op hetzelfde stenen bankje. Het ene uurtje schiet voorbij, velen proberen een praatje te maken om daarmee hun Engels een beetje uit te proberen. Als er verderop een vechtpartijtje uitbreekt, zijn ze ineens allemaal foetsie, dat is natuurlijk nog méér sensatie. Om 15:00u komt de jongen met de foto’s aangelopen. Ook de Chinese toeriste komt met haar foto’s aangerend. Ze heeft ze dubbel ontwikkeld, dus mogen we de dubbele houden. We wisselen onze adressen uit, maar dan moeten we toch nog opschieten, want we willen ook nog inkopen doen voor in de trein.

2.10 De Qingpingmarkt van Kanton

Inmiddels zitten we in de wachtruimte voor de trein naar Kanton. Het blijft wennen dat waar je ook kijkt wordt aangestaard. Zelfs een vrijend stelletje, die recht voor ons zitten, lijken

Pag. 20

Page 24: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

geen aandacht meer voor elkaar te hebben. Het is waarschijnlijk een behoorlijk nieuw treinstation, alles ziet er nog zo schoon uit. Ons ‘rantsoen’ ziet er inmiddels hetzelfde uit als onze mede-reizende Chinezen: fruit, indo mie, water, tissues of WC-papier, daar doen we het dan mee zo’n ruim 17 uur. Waarom ze de luidsprekers toch altijd zo onwijs hard zetten is mij een raadsel, wij kunnen het in ieder geval toch niet verstaan.De meeste Chinezen zitten nu te lezen of te eten, het restje zit ons nog steeds aan te staren. Voor zo’n grote getale aan Chinezen is het opvallend stil. De mooiste koffers zien we langs komen, met hier en daar een playboy-konijn. De Chinese meisjes en vrouwen zien er onberispelijk uit, ze zijn keurig opgemaakt en doen mee met de nieuwste westerse mode: strakke fel gekleurde shirts, leren mini-rokken en blokhakken of mantelpakjes met naaldhakken. In het noorden liepen alle mannen/jongens met blazers aan, hier is het daar te warm voor, dus lopen ze in een overhemd rond. Spijkerbroeken zie je nauwelijks, de nette katoenen broeken voeren de boventoon. Overal is het ook verboden om te roken, iets wat je toch niet echt verwacht in Azië. Onze rij naar Kanton begint al aardig vol te lopen.

Za. 25-10-1997

We hebben zoals we al dachten inderdaad een soft-sleeper coupé. Als het goed gaat zijn we over een uur of 2 in Kanton. Gisterenavond hebben we wat zitten pe-chancen en hebben we ook nog wat liggen lezen. Het werd binnen een uur al donker, dus al snel viel er buiten niets meer te zien. Twee wagonjuffrouwen kwamen nog even moeilijk doen ... Of we een ‘soft sleeper’ wilden ruilen voor een ‘hard sleeper’ ... Ja hoor, maar dan willen we het verschil aan geld wel terug hebben, echte Nederlanders als we zijn. We schijnen het verkeerd te begrijpen, het is niet de bedoeling dat we van plaats veranderen. Wij begrijpen hun en zij ons weer eens niet, ditmaal bieden ook de vertaalboekjes geen uitkomst. Misschien bedoelen ze dat we onze kaartjes af moeten geven als we in Kanton zijn of dat we alvast onze terugreis kunnen bevestigen. Het laatste willen we helemaal al niet, we gaan tenslotte niet meer dezelfde weg terug. Ze druipen na een tijdje weer af, het zal wel goed zijn ... Rond 21:00u proberen we wat te slapen, omdat onze medecoupe-reizigers ook al duidelijk pogingen in die richting aan het ondernemen zijn.

Roland heeft aardig geslapen, ik weet eigenlijk niet of ik sowieso al in slaap gevallen ben. Om 07:00u begint een Chinees in onze coupé met zijn walkman mee te lallen, hij moest zichzelf eens horen ... Langslopende Chinezen werpen een nieuwsgierige blik in onze coupé. Het is dus wel héél lelijk of vreemd, want Chinezen trekken normaal gesproken werkelijk niets van elkaar aan. Inmiddels is het weer licht, het is duidelijk dat we in de buurt van de tropen komen: Begroeide bergheuvels, bananenbomen, overheersende bamboe-struiken in kombinatie met de voor ons bekende rijstvelden uit Indonesië. Erg zonnig is het jammer genoeg niet. We rijden door vele tunnels, rechts zien we de rivier ‘Bei Jiang’ met her en der zandplaten. Ook Kanton blijkt in het bezit te zijn van een ontzettend groot treinstation.

Een Engels sprekende Chinees helpt ons, nadat we een plattegrond hebben gekocht, aan een hotel en brengt ons er in zijn busje naar toe. We hebben een kamer op de 7e verdieping in het Xin Xing hotel in het noorden van de stad. We hebben onderweg een Mac Donalds gezien en weten dus niet, nadat we onze spullen hebben gedumpt, hoe snel we bij Mac Donalds moeten komen. We eten onze buik vol, er vanuit gaande dat dit westerse voedsel er een beetje ‘in blijft’. Na één dag nauwelijks iets gegeten te hebben smaakt dat wel!!

Pag. 21

Page 25: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

De boot naar Hongkong schijnt nogal vaak volgeboekt te zijn, dus lopen we met volle maag ‘opgekikkerd’ eerst maar naar het zuiden van de stad op zoek naar een ticket. Weer worden we van hot naar her verwezen, maar dat zijn we zo langzamerhand wel gewend. Gelukkig komen we uiteindelijk een ‘lotgenoot’, een andere westerling, tegen. ‘Aan het einde van de straat rechts én ze spreekt Engels!’En inderdaad, na deze aanzet hebben we zo een kaartje in handen. Alleen zit helaas de nachtboot vol, dus vertrekken we morgenmiddag om 13:00u al. We lopen wat door de erg armoedige achteraf straatjes. We lopen dus maar stevig door richting de parelrivier. Langs deze rivier vindt het leven van alledag plaats: straatkappers met spiegel aan de boom, oud & jong doen verschillende soorten spelletjes en er wordt veel geslapen op de stenen bankjes. Het is pas 14:00u als ook wij op zo’n bankje zitten te genieten van een fles water. ‘Wat zullen we vanmiddag nou nog eens gaan doen?’‘Wat stond eigenlijk op ons programma ... oh ja, natuurlijk, de Qingping-markt.’We nemen een taxi naar het Shamian-eiland wat vroeger een gesloten enclave was, waar de Fransen en Engelsen zich in die tijd vestigden. Het eiland was verboden voor ‘Chinezen en honden’, zoals het gebod destijds luidde. Nu, zo’n 100 jaar later, is daar niets meer van te zien. Alleen een R.K.- kathedraal en een moskee zijn de in het oog springende overblijfselen van die tijd.

De Qingping-markt is precies zoals ik het me had voorgesteld ... schildpadden (met of zonder schild), krabben, kakkerlakken, vissen, katten, kippen, vogels, konijnen, wat je je maar kan bedenken zitten in kooien, teilen of kisten te wachten om levend (en dus vers) te worden verkocht voor de consumptie. Dat is misschien toch een nadeel van een uitgebreide voorbereiding. Je stelt je iets bij de verhalen voor en als het er in de praktijk dan precies zo uit blijkt te zien, dan lijkt het zo gewoon ... alsof je het al eens eerder hebt gezien. Maar het blijft iets bijzonders en indrukwekkend, dat is een ding wat zeker is. Het gedroogde voedsel en het fruitgedeelte van de markt doet ons aan Indonesië denken en is dus voor ons niet echt een bezienswaardigheid meer. In een zijstraat blijken dezelfde dieren, die in de vorige straat werden verkocht voor de consumptie, hier als huisdieren te worden verkocht. Het is dus maar net waar je terecht komt. Een klein, wit, langharig poesje zou ik zo mee willen nemen ...Na de Qingping-markt lopen we naar het dichtstbijzijnde park.

De afstand valt nog wel tegen, evenals het park zelf trouwens. Roland krijgt de hik, wat dan wel eens een poosje kan gaan duren. Het leuke van een park zoals dit is altijd, dat als het niet in een reisboek staat vermeld, het dus een attractie is voor en door Chinezen. Hun manier van ontspanning en omgang met elkaar blijft fascinerend om naar te kijken. Vrijwel alle gezinnen bestaan uit man, vrouw en 1 kind, omdat na het gezag van Mao Zedong geboortenbeperking is ingesteld. We bewonderen de mooie palmbomen, waar we inmiddels echt een passie voor hebben.Als we het park uit lopen (Roland heeft nog steeds de hik) is het niet meer zover naar ons hotel, we nemen toch maar een taxi. Helaas weet de chauffeur de weg niet zo goed (of hij wil de files vermijden, want in Kanton zijn teveel auto’s en te veel Chinezen, zoals zij dat zelf zeggen), dus qua tijd hadden we net zo goed kunnen gaan lopen. Maar ach, we hebben de tijd gelukkig.

Roland neemt een douche (alleen koud water), ik maak als echte Nederlander het kasboek op. We kunnen nog wel een poosje blijven reizen als het mee zit. Maar ja ... morgen wordt het pas écht duur ... Hongkong.

Pag. 22

Page 26: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

In het donker gaan we op zoek naar een restaurant, wat niet echt meevalt. Naast ons hotel is het zo onwijs druk dat er zo op het eerste gezicht geen plaats meer lijkt te zijn. ‘We lopen wel even verder.’‘Alle Kantonezen zijn blijkbaar naar Europa verhuist, een normale Chinese eetzaak schijnen ze hier niet (meer) te hebben.’Met gevaar voor eigen leven steken we de straten over, het maken van zebra-paden heeft hier dus echt geen zin want dan sta je te wachten tot je een ons weegt.Uiteindelijk gaan we bij een niet zo groot, redelijk uitziend tentje naar binnen, we worden direct toe- of uit gelachen. Ook hier is de menukaart weer alleen in het Chinees. Via het vertaalboekje wijs ik een aantal gerechten aan.‘Die hebben we niet, dat ook niet ...’Wat hebben ze dan wel?Dan komt een Engels sprekende Chinees, die zelf ook zit te eten, ons vragen wat we willen eten en geeft dit vervolgens door aan de naar schatting 13-jarige koks. Nadat ons eerste gerecht is geserveerd (wat in volgorde van bereidingstijd op tafel wordt gezet, je kan het dus zo treffen dat je start met het nagerecht en stopt met het voorgerecht) komt er een brildragende Chinees met ietwat te vet haar aan gesprint. Of hij ons kan helpen, nu dus niet meer ... de bestelling is al doorgegeven. Hij loopt naar een tafel vol met Chinezen, leent aldaar een camera en zet ons vervolgens op z’n gemakkie op video. Daarna pakt een andere Chinees en vervolgens de serveerster de camera, om ons dus vanaf alle mogelijke kanten op de film te krijgen. Wat zullen ze daar nou toch mee gaan doen? Een Chinese vrouw zit, sinds wij binnen zijn, omgekeerd op haar stoel ons van top tot teen op te nemen en de koks staan in de deuropening te kijken hoe we hun eten naar binnen werken. Gerechten die niet op het menu staan ... alhoewel, morgen misschien wel. Het eten smaakt ons best. De brildragende Chinees blijkt de eigenaar van het restaurant te zijn, hij bedankt ons vele malen dat we zomaar in zijn tent hebben willen eten. Het valt ons steeds meer op dat de Chinezen niet zo stug zijn als we dachten, ze blijven net zo lang proberen totdat het ze gelukt is ons te helpen, hoe & wat, wanneer dan ook.

2.11 Met de boot naar Hongkong

Zo. 26-10-1997

Vanmorgen hebben we ontbeten bij Mac Donalds. Op de terugweg hebben we tevergeefs geprobeerd traveller cheques om te wisselen in HK$.

Rond 11:00u gaan we met de taxi naar de boot, we zijn blij want allebei zijn we weer eens normaal naar het toilet geweest.We rijden door krottenwijken, maar ook de meest moderne gebouwen worden of zijn inmiddels neergezet. Ze zijn dol op plantjes, ieder balkon staat er vol mee. Daarboven hangt vaak de was te drogen. Voor ieder raam is een ijzeren hekwerk aangebracht, wat de boel al snel een armoedig aanzicht geeft. We zitten een tijdje in de wachtruimte van we denken de boot naar Hongkong, als we een ‘arrival certificaat’ in moeten vullen. We worden voor paspoortcontrole in een rij van alleen westerlingen gezet, de Chinezen moeten in een andere rij. Onze rij gaat tergend langzaam.‘Hongkong is nu toch ook China, wat doen ze nou toch moeilijk?’We krijgen tot onze verbazing een stempel op ons visum van China. ‘Dat is een mooie ... ons visum is ‘good for one entry’ staat er met dikke letters op ... betekent dit dat we na Hongkong niet meer terug kunnen naar China, wat is dat nou voor onzin?’

Pag. 23

Page 27: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

‘We moeten wel terug ... We willen nog naar het binnenland van China en voor Vietnam hebben we een landvisum, dus vliegen van Hongkong naar Vietnam werkt ook niet ... Nou ja, we zien wel, dan moeten maar een extra visum regelen in Hongkong.’De boot blijkt niet zo luxe zoals afgebeeld was op de posters die ophingen bij de kaartverkoop, met zwembad enzo. We hadden ons er al helemaal op verheugd om een duik te kunnen nemen. De boot is niet veel meer als een veerpont met vieze vliegtuigstoelen. Koffie, eten & drinken moet je zelf betalen. Niet zo’n succes dus ... we weten ook al niet wanneer we nu bij Kowloon of Hongkong-eiland aankomen, afwachten maar.Wat een geluk, na nog geen 4 uur (i.p.v. 9, wat wij zo ongeveer hadden begrepen) zien we de skyline van Hongkong! We leggen aan bij Kowloon-zijde. Ook hier wordt de paspoortcontrole zeer nauwlettend uitgevoerd. Er wordt gedaan alsof je naar een ander land gaat, weer een stempel erbij.

‘En waar moeten we nu heen?’Overal staan onwijs hoge moderne gebouwen, aan de eerste de beste westerling (wat hier nogal gewoon is) vragen we de weg. Via het Kowloon-park (met o.a. flamingo’s) lopen me naar Nathan Road.‘Nu op zoek naar no. 40, daar zit volgens ons boek een gasthuis, dat is wellicht nog enigszins te betalen.’Eerst moeten we echter nog geld omwisselen, money-changers zijn er om de paar meter dus dat is niet echt een probleem. We lopen nog maar nauwelijks op de Nathan Road of er komt al een Indiër op ons af. Hij weet een goed gasthuis, ‘Lily’s guesthouse’, om de hoek. Lily’s guesthouse is in pastelkleuren, roze met mintgroen, geverfd. Echt schoon is het niet, douche en toilet moeten we delen, maar in ieder geval hebben we voor 160 HK$ een kamer voor ons tweetjes (nog geen 4 m2, maar mét TV & airco). We zitten tussen de negers, arabieren, centraal en voor een bedrag waarvoor we nog niet in China hebben overnacht.

We eten ‘s avonds in het Spaghetti House, Roland neemt spaghetti en ik lasagne. Het is een behoorlijk bord vol en het smaakt perfect! De prijs is wat minder ...Nu zitten we op de punt van Kowloon te genieten van Hongkong eiland! Het is al donker en dat maakt de skyline met al die lichtjes waanzinnig! Het doet me denken aan New York, Roland moet denken aan Suske & Wiske: ‘De Sissende Sampan.’ Toch maar goed dat ‘ie vroeger veel stripverhalen heeft gelezen ... alleen waren tijdens de sissende sampan-tijd nog niet zoveel wolkenkrabbers. Ik kan hier wel uren van het uitzicht blijven genieten ... wat een onwijze stad is dit! Een mix van alle kleuren en culturen bij en door elkaar, dat is ook iets wat de stad zo bijzonder maakt.

We proberen in slaap te komen op een bed waar Roland niet lang uit kan liggen, waar de auto’s voorbij razen en de airco een oorverdovend lawaai maakt. Onze lakenzakken zijn ook iets te klein voor het mooie, zeker voor Roland. Ik doe oordoppen in, maar het slapen wil toch niet erg lukken.

Ma. 27-10-1997

Ik heb wel wát geslapen, maar daar heb je ’t dan ook wel mee gehad. Een aantal keren ben ik eruit geweest, maar op de gang hing een onuitstaanbare stanklucht. Roland lijkt de nacht wat beter doorgekomen te zijn. Ik lig al vroeg wakker om me heen te staren, maar ben snel uitgekeken in een kamer van 1.70 x 1.70m. Ik schrijf dus vast maar een paar kaarten, Roland wordt dan ook al snel wakker. We ontbijten bij (ja ... alweer) Mac Donalds. Daarna gaan we

Pag. 24

Page 28: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

achter onze visums voor China aan, want die hebben we inderdaad dus nodig. Het is eenvoudig te regelen in een reisbureautje.

Lopend gaan we daarna naar het noordoosten, het Hung Hom District, op zoek naar het Future café om te e-mailen. Het is nog een heel eindje lopen ... door het Kowloon-station en langs alledaagse gezellige steegjes. Op een gegeven moment wordt alles wat moderner, luxe woonappartementen worden afgewisseld door de mooiste winkels ... We zijn in Whampoa Garden beland en al snel lopen we dan de zgn. Internet Zone in. In het ‘home world’ gedeelte staan alle winkels vol met computers- en benodigdheden. Ineens staan we voor hét ‘Future café’, maar helaas ... het bordje ‘closed’ pronkt nog achter het raam. De deur staat al wel open, dus loopt Roland naar binnen en draait het bordje om, zo nu is ‘ie open ... Het is oké, we mogen wel wat internetten, eten & drinken is er alleen nog even niet. Zomaar in één keer loggen we aan in Backpackers.com, de boel is nu dus weer operationeel blijkbaar.We sturen een tweetal berichtjes en bekijken de binnengekomen e-mailtjes. Leuk om op deze manier met het thuisfront in kontakt te blijven! Het is eigenlijk nog zo eenvoudig ook en bovendien heel wat goedkoper dan bellen. We sturen ook nog even een berichtje naar Mark z’n GSM. Zo, die is lekker vroeg wakker. Terwijl we het winkelcomplex uitlopen, ontdekken we dat we alleen het eten en drinken maar hoefden te betalen.Het is al aardig warm geworden als we een gebouw binnenlopen waar TV- en radio stations aan het uitzenden zijn. Er is ook nog een kelder in het gebouw, zien we dat nou goed? Dat lijkt wel een ijsbaan! Hoe kan dat nou? Dat is gaaf ... daar gaan we heen, even schaatsen voor de afwisseling ... in Hongkong tussen de Chinezen, terwijl buiten de mussen van het dak vallen! Maar helaas, eenmaal beneden blijkt er gewerkt te worden aan de ijsbaan, vanaf 21 oktober is ‘t ie voor onbepaalde tijd gesloten ... dat is nou jammer zeg, we hadden een weekje eerder moeten zijn! Nu hebben we twee plaatsen waar we eigenlijk ooit toch nog wel eens willen schaatsen: hier en in New York, Rockefeller Plaza.

Lopend gaan we terug, weer via het station, maar nu ook geheel over de promenade met uitzicht op Hongkong eiland. Jammer dat het zo nevelig is. Als we een poosje zitten te kijken, komt er plotseling zo’n typisch zeilbootje (jonk) met bruine zeilen aan, nu is het Hongkong plaatje pas echt kompleet! We schrijven een aantal kaarten en lopen dan naar het Kowloon park. Het is een mooi aangelegd park met vijverpartijen en vele tropische planten, bomen, bloemen en volgels. We lopen wat rond en komen dan uit bij een zwembad ... als het zo uitkomt, dan gaan we hier beslist nog een duik nemen, nu is het daar te laat voor. We eten bij de Pizza hut, waar de bediening aller belabberdst is en ze ook al geen bier hebben. De fooi zit bij de prijs inbegrepen, maar we krijgen mooi geen wisselgeld terug. We vragen er dus gewoon maar om, de serveerster heeft er behoorlijk de pest in. De fooienpot wordt omgekeerd en we krijgen stilzwijgend ons geld terug. Kom nou, er kan geen lachje af en het eten wordt ons als het ware toegegooid, dat is ons geen fooi waard!

EN DAAR ZITTEN WE WEER ... Hongkong bij nacht ... we kunnen er niet genoeg van krijgen! Hee, wat is dat nou, een stroomstoring, dat is gek om te zien ...

Di. 28-10-1997

Gisterenavond koelde het snel af, zodat het enigszins mogelijk was om in de kleine slaapkamer in slaap te komen. Vandaag gaan we naar Hongkong eiland!

Pag. 25

Page 29: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

We posten onze stapel kaarten en gaan dan met de Star Ferry naar centraal Hongkong, Hongkong eiland. Het is bewolkt en de temperatuur is flink gedaald (± 22 ºC). Hopelijk houden we het droog vandaag ... We lopen door de wolkenkrabbers, omgeven door zakenmensen. Naast super-de-luxe winkels is er qua gezelligheid niet echt veel te beleven. Het ene gebouw is nog mooier en ruimer opgezet dan het andere. Ook hier zijn er, net als in Kowloon, veel (weg)werkzaamheden. Er rijden veel van die typische Hongkong-dubbeldekkers rond.In het Capital Place aan de Luard Road kunnen we weer e-mailen. We kijken of we al reply’s op de notes van gisteren hebben gekregen. Alle computers zijn verschrikkelijk traag, en reply’s zijn er ook al niet ... Dat is nou ook wat, doorkruisen we zo’n beetje heel Hongkong-eiland om iets te horen van het thuisfront en dan is er geen enkel bericht, helemaal niets! Of we zijn gewoon te ongeduldig ... We gaan vervolgens op zoek naar de tram naar de Victoria Peak. Dat betekent dat we weer het hele stuk terug moeten lopen. Het trammetje gaat in een hoek van 45º, dus aardig steil, omhoog. Het uitzicht vanaf de Victoria peak is inderdaad prachtig. Kowloon, Hongkong en The New Territories zijn in één oogopslag te zien. Alleen is het helaas nog steeds wat nevelig, zodat we redelijk snel uitgekeken zijn. De vele restaurants zijn overvol, krijsende kinderen zijn voor ons reden genoeg om daar niet tussen te gaan zitten. We lopen wat rond de Victoria-piek door het groen, hoe is het mogelijk ... een soort van jungle-omgeving zo boven de wolkenkrabbers uit! Je schijnt de hele piek rond te kunnen lopen, maar daar beginnen we maar niet aan. We gaan weer terug met hetzelfde piek-trammetje. We stappen iets eerder uit, omdat het dan niet meer zo ver lopen is naar de ‘Zoological en botanical gardens’, zo horen we Engelsen tegen hun kinderen zeggen.

Het blijkt een complete dierentuin, kompleet met Borneose Orang-oetang (dat wordt schrikken als Roland die volgend jaar ‘tegen het lijf loopt’), te zijn. Er staan schitterende palmen, waaronder de phoenix, koningspalm en reizigerspalm. We nemen verschillende zaadjes mee. Soms is het leuker om naar de kleuterklasjes te kijken dan naar de dieren zelf. Als de Orang-oetangs op hun gemakje vanuit de hoogte hun urine op de grond laten kletteren is het helemaal één en al plezier. Als we teruglopen naar downtown Hongkong vliegt er plots in het wild een papegaai over ons heen.

We zitten nu op een muurtje in ‘Chater garden’. Op zich is de hoogbouw niet te vergelijken met New York (maar dat doe je toch automatisch). Ze kunnen nog heel wat bijbouwen hier. In de bergen schijnen de zakenmensen te wonen, maar wat ik daarvan zag vanuit de tram viel een beetje tegen. Maar hier in downtown Hongkong zie je dat Ferrari goede zaken doet. Ook valt het op dat niemand zelf rijdt, iedereen heeft een chauffeur. Van alles loopt op het plein rond: Schoolkinderen, zakenlui, toeristen en volgens de laatste mode geklede vrouwen. Nu gaan we gauw op zoek naar iets te drinken, want inmiddels hebben we aardige dorst gekregen. We lopen verder naar de Ladder Street en Hollywood Road. In het Central District zien we ook het andere Hongkong met marktkraampjes en op- en aflopende straatjes. Ook hier wordt alles wat enigszins eetbaar is, verkocht. Ja, het trekt me toch wel hoor, dat chineesachtige ... gecombineerd met het zakelijke, maakt dit Hongkong tot een interessante stad. Op Hongkong Road stikt het van de souvenirwinkels en dus van de westerlingen. Ladder Street doet zijn naam eer aan, de straat bestaat uit alleen maar trappen, vermoeiend maar vast goed voor de lijn. Op het ‘Statue Square’ gaan we zitten wachten totdat het donker wordt, want de oversteek terug naar Kowloon willen we in het donker maken. Het uitzicht vanaf de veerpont is dan vast het mooist. Indiërs verkopen kleding, vele Chinezen zitten naar de fonteinen te

Pag. 26

Page 30: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

staren. Lopend langs het water om de skyline van Kowloon vanaf Hongkong te bekijken, lopen we langs het luxe Mandarin hotel. Het uitzicht is niet zo bijzonder als andersom, de skyline van Hongkong.Daar kunnen maar weinig skylines tegenop ... We gaan met de Star Ferry terug naar Kowloon, we zitten midden in de spits. Veel zakenmensen werken dan wel op Hongkong eiland, maar wonen blijkbaar toch op het goedkopere Kowloon.

Eenmaal terug in Kowloon gaan we eten in een Spaans restaurant. Paëlla, dat lijkt ons een goede keuze. Het is echter niets anders dan gebakken rijst met wat vis erdoor. En dat voor zoveel geld, dat is nou pas echt zonde! Het is wel een gezellige tent, maar toch.We gaan voor de laatste keer genieten van de Hongkong skyline bij nacht. Drie keer is scheepsrecht, dit vergeten we nooit meer! We drinken zoals op iedere avond op ons gemak de jus d’orange op die we bij 7-eleven hebben gekocht. Er staat een aardig windje en het koelt dus snel af. Teruglopend naar ons gasthuis leggen we de mooi verlichte Nathan Road nog even op de foto vast.

Wo. 29-10-1997

Na een lekker Frans ontbijt gaan we kijken of onze visums er al zijn. Het is pas 10:00u, om 14:00u zouden we de visums pas op kunnen halen. Maar dan lopen we zo lang doelloos met onze rugzakken rond, dat is niet zo’n succes. Gelukkig liggen ze al klaar, dat is dus mazzel. We kunnen weer terug naar China! Maar ... ik ga toch echt Hongkong niet uit voordat ik hier typisch Chinese kleding heb gekocht, ik heb zoveel mooie dingen gezien. We lopen in één keer naar een winkeltje wat ik een paar dagen geleden in mijn geheugen heb gegrift. Ze hebben twee mooie blouses, een keuze kan ik niet maken dus neem ik ze gewoon maar allebei.

2.12 In ‘soft seat’ wagon terug naar Kanton

Zo, nou kunnen we terug naar China ... We checken uit en gaan met de taxi naar het Kowloon treinstation. We kopen metro-kaartjes en doen er een klein uurtje over om in Lo Wu, het grensplaatsje Hongkong - China te komen. Vanuit de metro zien we de wolkenkrabbers naar het noorden toe steeds luxer worden. Ook hebben de huizen meer fleur, mede doordat ze in allerlei kleuren zijn geschilderd: geel, roze, blauw en groen met typisch glimmende pagode-daken. Het lijkt erop dat ze de opgedane Hongkong bouwervaringen hier in de New Territories hebben gebruikt om het gelijk goed te doen. Lopend moeten we de grens over naar China, naar Shenzen. Eerst in de rij voor paspoortcontrole vertrek Hongkong, daarna weer in de rij voor paspoort/visumcontrole aankomst China. Het is maar goed dat we een nieuw visum hebben gehaald, want twee Japanse meisjes worden mooi teruggestuurd vanwege visumproblemen. Het blijft vreemd, Hongkong is in dit opzicht nog echt geen China. ‘Nu op zoek naar een treinkaartje voor Kanton ...’Maar dat blijkt voor vandaag nog onmogelijk, er is een festival dus alles is vol. Morgen dan misschien ... Dus daar zitten we nu, in Shenzen ... mét treinkaartjes Shenzen -> Kanton en Kanton -> Guilin voor morgen. Een jongeman bood aan de kaartjes voor ons te kopen, dus ditmaal kwamen we er wel heel gemakkelijk vanaf. Gelukkig zitten we weer in een beetje hotel ...

Pag. 27

Page 31: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

Shenzen lijkt niet op de andere Chinese steden zoals we die tot nu toe hebben gezien. Door de vele wolkenkrabbers neigt de stad een soort van Hongkong te worden. En aan de maquettes in de winkelcentra te zien zal er nog heel wat worden bijgebouwd. Eén winkelcentrum bestaat alleen maar uit juweliers. Als we geld gaan halen in de ‘Bank of China’ is het toch ineens weer echt China. Op de begane grond worden we doorverwezen naar de 2e verdieping, daar vandaan worden we vervolgens naar de 14e gestuurd. Het schiet niet erg op met de lift.‘Wat doen al die Chinezen hier?’Op de 14e worden we weer terug verwezen naar de 2e. In de lift komen we weer dezelfde Chinezen tegen (is dat hun werk?). We lopen weer naar hetzelfde meisje die ons zo vriendelijk naar de 14e had verwezen. Daar worden we dus niets wijzer van. ‘Please, follow me ...’ horen we ineens achter ons zeggen. Achter haar aan lopen we naar een andere balie. ‘Nee, hier moet je niet zijn, ga daar maar heen ...’En zowaar, om de hoek zit een rij Chinezen die zowaar ook nog traveller cheques herkennen. De 1e Chinees bekijkt de cheques, checkt de handtekening en schrijft op zijn gemakje een receive uit. De receive gaat met paspoort naar de Chinese vrouw ernaast, zij checkt de handtekeningen drie keer en berekent nogmaals op hoeveel yuans wij nu eigenlijk recht hebben. Ze zitten zoveel te kwekken dat het te geven geld eveneens drie keer nagerekend moet worden. ‘Is de Chinese bank met dit soort mensen zo groot gegroeid?’Uiteindelijk wordt er cash-geld gehaald en wordt het weer zo’n drie keer nageteld. Daarna komt ons geld en m’n paspoort weer bij het eerste mannetje terug. Die telt het toch ook nog maar even voor de zekerheid twee keer na. En ja hoor, dan krijg ook ik ons geld ... ik tel het dan toch ook nog maar even na ... Nu ik dit zo opschrijf is dat natuurlijk van de zotte. Uiteindelijk verlaten we dan toch met gevulde buidels de bank. We gaan wat drinken bij een soort van café in een overdekt winkelcentrum met een gigantische fontein, die water spuit op het ritme van de muziek... grappig. Leren rokjes zijn hier helemaal in de mode, evenals schoenen met dikke zolen en onwijs hoge hakken. Ook hier lijken ze met een GSM aan hun oren te zijn geboren.

We rusten wat uit in onze hotelkamer. Ik neem een bad (die zelfs voor mij eigenlijk net te klein is) en Roland kijkt TV. ‘s Avonds eten we bij de Pizza-hut, we blijven maar zeggen ... nou kan dat nog. We zijn geschrokken van wat het Chinese eten kan veroorzaken, we durven gewoon niet meer zo goed. Dus als het niet hoeft, dan stellen we het eten van Chinees liever zo lang mogelijk uit. Wat een verschil met de Pizza-hut in Hongkong! Hier krijgen ze dus wél een fooi.Inmiddels zijn we weer terug in het hotel. Tijdens het wassen blijkt de wasbak te lekken en Roland slaat net een kakkerlak dood, verder valt het wel mee. Wat ben ik blij om weer in een normaal bed te liggen, eigenlijk zijn we gewoon nep-rugzakreizigers!

Do. 30-10-1997

Vanmorgen hebben we weer, en nu waarschijnlijk echt voor het laatst, bij Mac Donalds ontbeten. Daarna zitten we eventjes in een park (of wat het vroeger dan ook is geweest) met zwervers om ons heen onder een helderblauwe lucht. Toch is het niet al te warm. De kleintjes lopen met mutsen op, dus de Chinezen zelf hebben het blijkbaar ook niet echt warm. We rusten nog wat uit in het hotel, we zijn allebei wat sloom en lamlendig. Na een dextro Energy hijsen we de rugzakken om en lopen we naar het treinstation. In Shenzen staat alles in het Chinees én in het Engels aangegeven, dat is dus makkelijk ... de wachtruimte is snel

Pag. 28

Page 32: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

gevonden. Je kan trouwens in Shenzen zowel met HK$ als met yuans betalen. Het lijkt dus een beetje niemandsland, waar het geld van Hongkong door gesluisd lijkt te worden naar China. Een half uur voor vertrek gaan zoals gebruikelijk de meeste Chinezen al in de rij staan. Als we uiteindelijk de trein in mogen wordt duidelijk waarom ... Net als in Indonesië sjouwen ze hier ook van alles en nog wat met zich mee, wat persé boven hun zitplaats opgeborgen moet worden. En je moet het netjes doen, anders kan je het op verzoek van de wagonjuffrouw opnieuw doen. Toch moeten vele koffers en zakken diverse keren worden verplaatst.

We zitten nu in de trein naar Kanton. In een soft-seat wagon, weer eens wat anders. Dat hebben we nog niet eerder gedaan. ‘t Is niet zo ver naar Kanton ... het schiet al aardig op, we zijn al in Shilong. Heuvelachtig landschap wordt afgewisseld met vlak landschap. De huizen zijn voornamelijk flats, het ziet er allemaal best wel aardig uit. Krottenwijken zie je nauwelijks, dat is toch wel wat anders dan in Indonesië. Op zich is de 2e klasse hier best luxe, ook duidelijk anders dan in Indonesië. Er is zelfs airco ... die zo hard aan staat dat ik het er zelfs koud van krijg. Er is geen kan met heet water voor koffie of thee, in plaats daarvan loopt de wagonjuffrouw af en aan met een karretje etenswaar en drinken. De meeste Chinezen slapen af en toe, waarbij ze’t soms presteren om binnen een mum van tijd ook nog te kunnen gaan liggen ... terwijl we toch redelijk ‘hutje mutje’ zitten. Een klein Chinees meisje of jongetje zwaait verlegen naar Roland en laat trots zijn fel oranje pluche beest zien. Velen hebben dekbedden in Shenzen gekocht, ze verwachten blijkbaar dat het echt koud gaat worden. Volgens mij zijn we er bijna, alles wordt weer een beetje wakker. Het duurt nog een ½ uurtje, maar dan zijn we er ... in Kanton. Inmiddels weten we de weg in Kanton. Roland haalt wat hamburgers in de drie uur die we door moeten zien te komen op het treinstation, want pas dan vertrekt onze trein naar Guilin.

2.13 Tussen het Chinese leger naar Guilin

We kijken een paar uurtjes ‘mensen’, altijd een leuke tijddoding ... Als we naar binnen gaan moet onze rugzak weer door zo’n onhandig Röntgen-apparaat, daar stikt het van in China. We ‘lezen’ van de borden af dat wij voor onze trein, trein 36, in wachtkamer 6 moeten zijn. Wachtkamer 2, 4 & 5 kunnen we vinden, maar 6 dus niet. We gaan uiteindelijk maar in de centrale hal op onze rugzak zitten wachten. Dat is echter blijkbaar niet de bedoeling, want na nog geen kwartier worden we al mooi weggestuurd. Een van de vele mannetjes van de beveiliging (daar stikt het trouwens overal van, bij hotels, in winkels ...) verwijst ons naar het rookhok.‘We roken niet, dus we gaan daar mooi niet heen.’Hij blijft maar wijzen en dus stappen we er uiteindelijk dan toch maar op af. Aan de andere zijde van het rookhok (slim gedaan trouwens, geen dak ... ) zien we dan eindelijk wachtkamer 6, in een bijgebouwtje. Had ‘ie toch gelijk ...We zitten nog maar net als we in kudde naar de trein moeten lopen, we zijn blijkbaar net op tijd. We schieten niet snel genoeg op met het omdoen van onze rugzakken, een geschreeuw van jewelste door de luidsprekers maakt dat wel overduidelijk. ‘Rustig nou, de trein vertrekt toch pas over een uur ofzo ...’We krijgen inmiddels aardig door welke wagon we in moeten en welke bedden voor ons zijn. We slapen op de onderste bedden en blijken om die reden iets meer voor de kaartjes te hebben betaald. Het is ijskoud in de trein.

Oh jeetje, waar zijn we nu weer beland? Nee hè, tussen het Chinese leger ... ?

Pag. 29

Page 33: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

Tegenover ons zitten drie Chinezen op een rijtje ... 1, 2 en 3 sterren, waarvan de ene met één ster ook nog twee strepen heeft, we hebben geen idee wat dat betekent ... Hun petjes hangen al netjes aan een haakje boven hun bed. Binnen zeer korte tijd is onze wagon (tenminste, daar waar wij zitten dan) omgetoverd in een rijend café. Het 1e karretje wat voorbij komt wordt geplunderd voor bier en iets wat lijkt op pittige boontjes, vacuüm verpakt. Roland rent achter het karretje aan om ook een pilsje te bemachtigen. Het openen daarvan met de tafel als hulpmiddel geeft een natte vloer én een natte 1-ster Chinees, wat later de kolonel van het stel blijkt te zijn! Gelukkig kan hij (en de rest) er om lachen. Ook bij de rest spuit het bier uit de flesjes, als ze de flessen op hun beurt proberen te openen met een aansteker. Vanaf dat moment zitten we dus echt met onze voeten ‘in het bier’. De restjes van de pittige boontjes komen ook op de grond, en dus in het bier, terecht. Roland krijgt vacuüm verpakte boontjes aangereikt, ik waag me er niet aan. De Chinees met de 3 sterren (zou toch het goede voorbeeld moeten geven?) gaat er vandoor en komt vervolgens met iets sterkers (36%) terug. Wat het is weten we niet, maar we móeten meedoen ... Iedere keer dient er getoost te worden, ook al bij het bier van zonet was dat vaste prik. Ze vinden het prachtig om met de glazen tegen elkaar te kunnen slaan. Daarna wordt het gewone eten (rijst, boontjes, kippepoot met extra kippepoot) verorbert. Na het ‘diner’ worden er voor bij de borrel nog pinda’s gehaald. Wat stouwen die Chinezen toch ontzettend veel weg, die zouden dicht moeten groeien zou je toch denken?Een verlegen 22-jarig meisje, Zhangli, met haar vriend of broer (in ieder geval wel een heel wat oudere Chinees) komen nadat ze de boel eerst van een zijlijn hebben zitten te bekijken, na een tijdje op de onderste bedden erbij zitten. Na het sterke drankje haalt Roland voor iedereen nog een 1L pilsje. Na het openen van deze flessen is de ruimte om ons heen pas écht verandert in een plakkerige, vieze massa. Zonder blikken of blozen maakt de wagonjuffrouw het afvalbakje leeg en maakt ze de vloer schoon met een niet te aanschouwen goor moppie. Het ergste vuil lijkt in ieder geval weg te zijn, totdat er een fles bier omvalt ... Tot overmaat van ramp ook nog eens over onze schoenen. Er wordt nog steeds van alles gegeten, zoals schuimpjes en gedroogd vlees van Zhangli. Er wordt wat afgepraat en gelachen. We verstaan geen woord maar toch lijken we het gesprek af en toe te kunnen volgen. De legerchinezen zitten bij Zhangli er op aan te dringen dat ze met ons moet gaan praten ... maar onder het mom van ‘t is al zolang geleden dat ik Engels heb gesproken durft ze dat dus niet. Eén legerchinees is een doetje, drinkt niet, eet alleen schuimpjes van Zhangli en is al onder zeil als het bij ons nog een feest van jewelste is. Ik schrijf wat vragen in het Engels op voor Zhangli, dat vindt ze wel grappig en zo ‘praten’ we dan uiteindelijk met elkaar. Al toostend wordt het laatste bier opgedronken. Een oude Chinees bekijkt de legerchinezen met argusogen. Nou nou, moet dat nou allemaal zo? De wagonjuffrouw komt langs om te vertellen dat we wat stiller moeten zijn. Er zijn mensen die willen slapen, en weer maakt ze de vloer schoon ... Als de legerchinezen besluiten een sigaret op te steken wordt het de oude Chinees echt te bont, hij scheldt er wat op los: Roken doe je maar in een andere wagon ... de gebaren spreken boekdelen. De legerchinees met de meeste sterren, die het best tegen het bier leek te kunnen, moet nu door een paar man sterk richting ‘draaistel’ worden geduwd. Ze zijn een poosje weg om daar te paffen, het oudje heeft zijn zin. Eenmaal terug beginnen ze over onze kleding te praten, dat is legerkleding! Onze schoenen vinden ze armoedig.‘Die kan je hier voor nog geen tientje kopen, in China lopen de zwervers in dat soort schoenen rond!’We vertellen dat wij daar in Nederland mooi zo’n Fl. 200,= voor hebben betaald, dat geloven ze dus niet.

Pag. 30

Page 34: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

Om 22:00u gaat het licht uit ... het is bedtijd. Daar zitten we dan, in het donker, in een ietwat viezige ruimte ... Ik moet gaan slapen op het onderste bed, maar goed dat ik niet meer zo goed kan zien hoe dat er nu uitziet. Met behulp van m’n zaklamp doe ik m’n daglenzen uit en gooi ze in de afvalbak, dit tot grote verbazing bij de legerchinezen. We maken ze duidelijk dat we maar moeten gaan slapen. Ik ben blij dat ik onder de dekens kan, want ondanks de drank ben ik toch door en door koud. Vrijwel direkt vallen we als een roos in slaap, tot nota bene de volgende morgen toe ... we gaan het al aardig leren.

Vr. 31-10-1997

Om 7:30u zijn we al op plaats van bestemming, Guilin. Het reisboek zit er naast, het is geen 24u rijden maar slechts 13.5 uur! We stappen uit de trein en worden daarbij direkt ‘overvallen’ door een CITS-Chinees (China International Travel Service).Hij mag hooguit een goedkoop hotel voor ons regelen, een boottocht en een stadstour doen we wel op eigen houtje ... Hij schrijft een receive voor een hotelkamer uit en laat ons vervolgens aan ons lot over, hij heeft er duidelijk de pest in dat we zelf het één en ander willen regelen. We gaan met slechts alleen een receive in de hand lopend op zoek naar het hotel.‘Dit is niet voor dit hotel, dit is een receive voor een heel ander hotel’. We hebben dus mis gegokt. Daar staan we dan. Onze Engels-naar-Chinees vertaling is dus nog niet helemaal je van het. We nemen maar een taxi en geven het receive aan de chauffeur. We worden afgezet bij het ‘Guilin Riverside resort’, een leuk onderkomen mét zelfs een zwembad. De kamer moet nog worden gestofzuigd als wij al binnen bezig zijn een bakje koffie te zetten. We hebben uitzicht over de Li-rivier met de daarbij behorende karstbergen en dat voor zo’n Fl. 50,=. Het zonnetje schijnt, toch is het niet echt warm. We hebben nota bene onze truien zelfs nodig ...Nou hebben we eens een zwembad ... Alleen hebben we er nu niets aan.

Na een klein wasje te hebben gedaan rijden we met een taxi naar de ‘heuvel van de opgestapelde zijde’. De klim naar de top zou volgens het reisboek inspannend moeten zijn. Dat valt echter reuze mee, zeker na de klim in Huangshan. In het zonnetje is het lekker warm, maar in de schaduw is het door de harde wind gewoon koud. Halverwege de klim is er een grot waar het behoorlijk tocht, de inscripties en boeddha beelden lopen we in een sneltreinvaart voorbij, terug naar de zon. Het uitzicht over de stad is wel aardig, het uitzicht over de karstebergen valt wat tegen. Ze liggen in de nevel en zijn derhalve nauwelijks te fotograferen. In de verte zien we de ‘Fubo-heuvel’ liggen, lopend gaan we er heen. De beloofde stalactietenformatie lijkt nergens meer op, het meeste is al gesloopt voor de verkoop aan (met name Chinese) toeristen. Overal zijn souvenirwinkels, ook de grot met uitgehouwen boeddha beelden is hier niet echt bijzonder. Vervolgens beklimmen we ook deze heuvel. Het uitzicht is niet anders dan bij de vorige heuvel. ‘Kijk, langs de Li-rivier loopt een pad ...’We lopen naar beneden, kopen een plattegrond en nootjes die we in het gras langs de rivier oppeuzelen. Lopend langs de rivier proberen Chinese meisjes in het Engels een gesprek aan te knopen (ze zijn stomverbaasd dat we ze zomaar verstaan), een man haalt vis binnen en oude, verroeste glijbanen worden door kinderen nog intensief gebruikt. We lopen langs diverse boten, waarmee we morgen wellicht over de Li naar Yangshuo kunnen gaan. Als we uiteindelijk een loket lijken te hebben ontdekt, laat het meisje achter het loket overduidelijk merken dat ze niet van plan is kaartjes aan ons te verkopen. ‘Loket is gesloten, morgen ...’.

Pag. 31

Page 35: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

Tegelijkertijd verkoopt ze kaartjes aan een Chinese vrouw. We lopen op ons gemakje verder over de pier als er een Chinese jongen aan komt fietsen. We praten over van alles en nog wat, z’n Engels is niet echt ‘je-van-het’. Ach, hij probeert het in ieder geval. We vragen of hij misschien voor ons kaartjes voor een boot wil reserveren. Dat is toevallig ... zijn broer heeft ook zo’n boot. We lopen terug naar z’n broers boot. We kunnen afdingen tot het bedrag wat Chinezen moeten betalen, maar dan nog blijft het een dure trip! Maar ach, de Li-rivier met z’n karstbergen is na de Chinese muur en Hongkong ons 3e hoogtepunt, dus gaan we overstag. Op het moment dat we alvast een deel betalen, verschijnt er vrijwel direct een waanzinnige grijns op z’n gezicht. Wij krijgen op onze beurt een angstig vermoeden dat we behoorlijk zijn beduveld. Eenmaal terug op de pier komt er een andere Chinese jongen op ons af gefietst. Hij is schilder en vraagt of we morgenavond naar zijn schilderkunsten willen komen kijken. Hij biedt een boottrip aan voor ¼ van de prijs van wat we net afgesproken hebben. Of we hebben écht te veel betaald of hij bluft ... We houden het maar bij het laatste, één ding is in ieder geval zeker ... we zijn goedkoper uit dan bij het CITS-mannetje.Via een park, waar mannen gezellig kaartspelletjes aan het doen zijn, lopen we naar de olifantenheuvel, het teken van Guilin. De heuvel heeft inderdaad iets weg van een olifant. We lopen ditmaal langs de heuvel, we hebben geen zin om weer entree te betalen voor een grot met bijbehorende souvenirstalletjes.

We lopen in één keer terug naar ons hotel. ‘Zo, en nu een duik in het zwembad ...’Dus niet, op het moment dat we het terrein van het hotel op lopen, wordt het bewolkt. We voelen nog even wat de watertemperatuur is en laten het er dan maar helemaal bij zitten. We rusten als alternatief een poosje uit in het hotel, Roland valt als een blok in slaap.

‘s Avonds hopen we in het hotel iets te kunnen eten. Nee dus, wij spreken geen Chinees en zij geen Engels ... Een dom uit zijn ogen kijkende Chinees stuurt ons simpelweg gewoon weg, de weg van de minste weerstand volgend. Het is tenslotte een drukte van jewelste binnen en eenmaal buiten zien we busladingen Chinezen aan komen. Voor hun is er dus wél te eten, we balen er behoorlijk van! Het hotel is leuk maar ligt wel achteraf, dus waar moeten we nou in vredesnaam gaan eten? We lopen een KTV-zaak binnen, wat karaoke TV blijkt te betekenen. En als wij ergens een hekel aan hebben ... We betalen ons scheel aan kippesoep en een vleesschotel met nasi. De kippesoep bestaat uit een geheel in stukken gehakte kip. De kop en de poten, alles drijft er gezellig in. Het kippevlees is er blijkbaar uitgevlogen of zit in een ander gerecht. De vleesschotel met nasi is ook niet veel bijzonders. We smachten naar het eten in Peking, waar we tot op dit moment alleen nog maar aardig Chinees hebben kunnen eten. We zitten tussen vier schotten ‘ingesloten’, we hebben dus wel veel privacy maar of het nou ook zo gezellig is? Tot onze verbazing wordt ‘Stille nacht, heilige nacht’ afgedraait. Als ontbijt kopen we langs de weg alvast chocolade-koekjes, want morgen vertrekken we om 8:30u met de boot over de Li-rivier naar Yangshuo.

Roland heeft het bad heerlijk voor me vol laten lopen en een lekker bakje koffie gezet. Daar ga ik maar eens lekker van genieten ...

2.14 Al varend over de Li-rivier door het karstgebergte naar Yangshuo

Za. 1-11-1997

Pag. 32

Page 36: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

Rond half 9 staan we gereed bij ‘onze’ boot om de Li-rivier af te varen. We zijn echter de enige, dat is wat vreemd. Twee tourboten worden losgemaakt, een speedboot komt er voor in de plaats. Dat blijkt de boot te zijn waar wij in moeten. Dat hadden we even niet verwacht, we dachten als een oud stel in een soort van cruise-boot te moeten stappen. Nu begrijpen we waarom de trip zo duur was ... ‘Een speedboot, dat schiet tenminste lekker op joh ...’En inderdaad ... Maar wat is het koud! Het zonnetje probeert wel door te breken, erg mee zit het hem echter niet. Naarmate de tocht vordert wordt het uitzicht steeds mooier, de karstbergen rijzen als zeer steile bergen in de meest uiteenlopende vormen uit het water op. We minderen af en toe vaart voor kleding wassende vrouwen, tanden poetsende kinderen en overzwemmende waterbuffels. Na een paar uurtjes komt de zon pas echt door, maar dan zijn we er ook bijna. We stoppen één keer onderweg, omdat ik ‘op springen sta’. Hè, ik kan weer genieten van het uitzicht, wat een opluchting ...

Yangshuo is een klein toeristisch dorpje, maar toch heel gezellig. We vinden al snel een leuk hotel. Inmiddels hebben we wel honger gekregen en gaan dus nadat we onze rugzakken hebben gedumpt op zoek naar een eettent. We laten onze keuze vallen op Lisa’s restaurant, we eten pannekoeken wat geweldig smaakt! Dat is nou het voordeel van een toeristisch dorpje, dan hebben ze tenminste ‘normaal’ te eten. Tijdens het eten worden we aangesproken door een Chinees meisje, Xifong. Ze heeft een schrift bij zich waar toeristen allemaal verhaaltjes in hebben geschreven. Ze vraagt of wij ook met haar iets leuks willen gaan doen in Yangshuo. In het begin komt ze wat opdringerig over, maar het lijkt ons toch wel leuk om met haar per fiets de omgeving van Yangshuo te verkennen. Heuvels beklimmen hoeft van ons niet meer, dat hebben we al genoeg in Guilin gedaan. Xifong huurt mountainbikes voor ons en we gaan dan met z’n drietjes op pad. In het begin fietsen we nog over geasfalteerde wegen, maar al snel is de weg niets meer dan wat keien in zand. Gelukkig is het inmiddels prachtig weer, met regen zou dit tochtje niet leuk zijn. We fietsen langs rijstvelden, waar hard gewerkt wordt door het hele gezin. Overal lopen karbouwen rond. De rijstvelden, gecombineerd met de karstbergen, zijn prachtig om te zien. Met Chinezen als acteurs/actrices geeft het vele leuke plaatjes, we schieten binnen korte tijd een fotorolletje vol. We varen met de lokale bevolking mee met iets wat voor een veerpont door moet gaan. Een oude man brengt de boot met een stok naar de overkant. Eenmaal veilig met fiets en al aan de overkant lopen we nog wat rond in een klein gehucht. Wat genieten we van deze trip! Het Chinese leven op het platteland, ook dat hebben we nu meegemaakt ...We leggen heel wat km’s af, we fietsen langs de Moonhill en de kamelenheuvel, beide genoemd naar waar de heuvels zogenaamd op lijken. Ik moet zeggen dat ze daar erg fantasierijk in zijn. Met behoorlijke zadelpijn fietsen we Yangshuo weer in. We geven de fiets weer af en schrijven een verhaaltje in het schrift van Xifong. Deze trip hadden we voor geen goud willen missen!We zeggen Xifong gedag en lopen dan richting het park, tegenover ons hotel. Het park stelt niet zoveel voor, aan een stenen tafeltje schrijf ik verder in m’n dagboek. Al snel kan ik daar mee stoppen omdat een Chinese jongen z’n Engels wil uitproberen. Als hij nou maar een héél klein beetje Engels zou spreken ... maar helaas, z’n Engels is zo beroerd dat het dan alleen maar vermoeiend is. We piepen er snel tussenuit en lopen terug naar ons hotel. We hebben airco maar dat is hier dus niet écht nodig, een verwarming zou beter zijn ...‘Ik heb het maar koud’, zegt Roland dan ook nu, al lopend uit de badkamer.

Pag. 33

Page 37: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

‘s Avonds eten we weer bij Lisa’s restaurant. Roland bestelt spaghetti en een pizza, ik neem nasi met babi pangang of iets wat er op lijkt. Het smaakt nog niet eens gek. We lopen in het vuurwerk terug naar ons hotel, het ‘Golden.Leaves hotel’. We kopen onderweg snickers en genieten er, samen met een bak oploskoffie, echt van. Er is inmiddels warm water, dus we kunnen nog douchen ook. Wat was het vandaag een bijzonder enerverende dag.

Zo. 2-11-1997

We ontbijten bij (alweer) Lisa’s café: geroosterde boterhammen met jam, eieren, fruit en/of worst. We zijn dus wat eten betreft weer een beetje bijgetankt hier in Yangshuo, alleen hebben we nog steeds zadelpijn. Weer komt er een Chinees meisje met een schrift aanzetten. Wij hebben Yangshuo nu wel gezien, we willen vandaag weer terug naar Guilin.

2.15 In bus met pinda-etende baby terug naar slangenetend Guilin

We halen onze rugzak op en worden eenmaal buiten direkt al in een bus naar Guilin geloodst. We zijn 20Y kwijt, dat is wel wat anders dan de 700Y die we kwijt waren op de heenweg met de boot.

We worden op de achterbank gepropt, dat wordt dus hobbelen ... Inderdaad dus, maar helaas is dat niet het enige ... Ook de ramen zitten niet zo vast, ze rammelen er zowat uit en dat veroorzaakt dus ook nog de nodige herrie. Eerst zit er een oud stel naast ons, een zonnebloempit etend meisje staat voor onze neus en bevuilt daarmee de bus (voor zover dat opvalt). Later komt er een meisje met een ontzettend dik aangeklede baby naast ons zitten. Naarmate de rit vordert wordt de baby van het één na het andere kledingstuk ontdaan. Wat ons opvalt is dat hier zo weinig baby’s huilen, dat is hier echt een zeldzaamheid. Ze worden overal mee naar toe gesjouwd en krijgen datgene te eten wat hun moeder ook eet. En dat kan variëren van een Mac Donalds hamburger, een zuurtje tot zelfs pinda’s. Deze baby heeft een wel erg plat achterhoofd, maar is wel lief. We stoppen voor overstekende koeien. Bij een wegversperring wordt weer eens duidelijk hoe ongeduldig Chinezen zijn. Aan alle kanten hangen ze uit het raam (dat ze er niet uit rollen is een wonder) en voortdurend wordt er getoeterd. Dat is trouwens iets wat je de gehele dag door hoort in China. Samengevat is deze rit eigenlijk veel leuker dan de boottocht van gisteren.

Sneller dan verwacht zijn we in Guilin. We stoppen bij het busstation wat tevens het treinstation is. ‘Dat is handig, dan kunnen we gelijk treinkaartjes kopen.’We besluiten om niet direct naar Kunming te gaan, maar er bij Liuzhi er even uit te gaan. Daar in de buurt schijnen de ‘Long Horn Miao’ te wonen. Een Chinees ventje weet ons echter eerst in een, eigenlijk te duur voor wat je krijgt, hotel te loodsen. Omdat de trein naar Kunming vaak overvol zit gaan we toch zo snel mogelijk achter treinkaartjes aan. Eenmaal in het treinstation loop ik naar het eerste het beste loket. Ik schuif het papiertje, waarop ik nota bene in het Chinees (!) mijn verzoek heb geschreven, door het luik. Het enige wat ik als antwoord krijg is een snauw. Ik blijf staan en na een paar minuten schuif ik nogmaals hetzelfde papiertje door het luikje, met als antwoord weer dezelfde snauw. ‘Dit heeft geen zin, misschien biedt een ander loket uitkomst?’Op dat moment zie ik het CITS-mannetje, die ons bij onze aankomst in Guilin ineens liet staan toen we lieten blijken dat we onze tochten wel zelf zouden regelen. Hij wil wel treinkaartjes voor ons regelen, maar daar moeten we dan wel voor dokken. En flink ook, 60Y per persoon. Dus niet! ‘Bij CITS is het nog duurder, ik doe het voor een speciale prijs.’

Pag. 34

Page 38: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

‘Oh ja, speciale prijs?’‘Ik haat CITS, jij haat toch ook CITS.’‘Jij werkt nota bene bij CITS, man.’‘Hoe weten jullie dat nou?’Wij herkennen hem dus wel, hij ons niet, dat is grappig ... Na een tijdje gaat er een lampje bij hem branden, maar hij verblikt of verbloost niet. Ik loop intussen maar naar een ander loket. Zij leest m’n papiertje tenminste nog en wijst naar loket nr. 5. Oké, dan probeer ik dat.Maar helaas, de gordijnen zitten nog dicht bij loket nr. 5, daar heb ik dus ook niets aan. Ik loop weer naar Roland, die nog steeds met het irritante CITS-mannetje staat te praten. ‘We lopen wel naar buiten, dan komt er vanzelf iemand op ons af die ons wel wil helpen.’En inderdaad, direkt komt er een Chinese jongen op ons af. Hij wil wel proberen kaartjes naar Liuzhi voor ons te regelen. Hij loopt naar de info-balie ... morgen om 7:00u, 17:00u ...‘Eigenlijk is het beter om naar Guiyang te gaan, want Liuzhi is nogal een gehucht weet je ...’ Hij loopt naar het loket waar ik met een snauw werd teruggestuurd. Ook hij wordt doorgestuurd naar loket nr. 5. Het blijkt dat buitenlanders en mensen uit Macau of Hongkong alleen bij loket nr. 5 kaartjes mogen kopen, zogenaamd omdat we ‘speciaal’ zijn.Het irritante CITS-mannetje zien we een andere rugzakreiziger met zich op sleeptouw nemen, hij heeft een ‘slachtoffer’ gevonden ...Pas om 15:30u gaat het loket open, dat wordt dus nog zo’n 2 uur wachten ... we eten een pannekoek en lopen dan nog wat rond in Guilin.

We zitten nu in een park met een klein speeltuintje. Een klein speelgoedtreintje rijdt voor de kinderen wat rond, waar de kinderen zelf echter niets van moeten hebben. Dat laten ze dan ook duidelijk merken en horen, als ze dan tóch door hun (eigenwijze) moeder in een wagonnetje worden neergezet. De ballenbak (à la Mac Donalds) is gesloten. Zwervers liggen tussen het parcours te slapen. Andere Chinezen zitten aan, ook hier weer stenen tafeltjes, spelletjes te doen. Het is nog redelijk druk, dat komt waarschijnlijk doordat het zondag is en er dus vele mensen vrij hebben. Velen hebben hun jas over hun hoofd getrokken om zich te beschermen tegen het zonnetje. Een heel oude man staat op en is (als ‘ie geluk heeft) voor het donker wel thuis, stapje voor stapje loopt ‘ie met z’n stok weg. Naast ons zat een Chinese vrouw sinaasappelen te verkopen, inmiddels is ze weer weg. Ze was zo door haar fruit heen. Ja, wat wil je ... wat zij vraagt voor een zak sinaasappelen betalen wij op straat voor één sinaasappel. We gaan nogmaals proberen om treinkaartjes te kopen ...De Chinese jongen die al eerder vandaag z’n best voor ons heeft gedaan staat al op ons te wachten. Morgen een trein naar Liuzhi, hardsleeper, hij zal z’n best proberen te doen ...Pas over 3 dagen is er plaats! Ons reisboek zei al dat de treinen richting Kunming altijd overvol zitten, maar die informatie hadden we nu eens een keer met een korrel zout genomen. ‘Wat nu, een hard seat dan maar?’ ‘Dat wordt dan vechten om een plaats met het risico 17u te moeten staan.’‘Of zullen we met het vliegtuig gaan ... maar daar schijnen vertragingen van dagen ook heel normaal te zijn.’We weten het niet. De Chinese jongen ziet dat we er geen raad mee weten. Dan biedt hij aan om het nogmaals te proberen. Hij zegt het meisje achter het loket goed te kennen en dat hij misschien toch wel iets voor ons kan regelen tegen een kleine vergoeding. Hij maakt het meisje wijs dat we bij hem een hotel hebben geboekt en dat hij het zeer op prijs zal stellen als ze toch kaartjes voor ons zou kunnen regelen. Het meisje loopt naar ‘achteren’ en komt na een minuut of tien terug met twee kaartjes in haar hand. Hard sleeper voor morgennacht ... hoezo corrupt?De trein vertrekt om 02:00u, dat is wat minder ... maar ja, we hebben in ieder geval kaartjes!

Pag. 35

Page 39: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

We geven de jongen 50Y waar ‘ie dolblij mee is. Voor vanavond weet hij een leuke plaats om met ons heen te gaan en hij wil graag dat we vanmiddag met hem mee gaan naar een park. Het is een aardige knul, dus we gaan graag op zijn aanbod in.

Hij propt ons in een taxi van z’n neef en daar gaan we dan, op weg naar het ‘Guilin Chian’ park. Het blijkt het park te zijn, waar wij op uitkeken tijdens onze eerste overnachting in Guilin. We praten over de verschillen tussen Nederland en China op het gebied van politiek, belasting, het dagelijkse leven en vaste (woon)lasten. Het beeld wat hij heeft van Nederland is niet echt de realiteit, maar zo denken nou eenmaal vrijwel alle Aziaten over Europa. We hebben een mooi uitzicht, met in de verte een pagode. Dan rinkelt er een bel, het is de bedoeling dat we een grot gaan bezichtigen. We hebben net nog zitten verkondigen dat we niet zo van grotten houden en waar brengt ‘ie ons naar toe ... juist ja, een grot. Heeft ‘ie nou sowieso wel iets begrepen van ons verhaal van zonet?Enkel en alleen om hem een plezier te doen gaan we de grot in. Het is nog erger dan we hadden gedacht. Overal hangt een soort van kerstverlichting op, ook de druipsteenformaties zijn voorzien van allerlei fel gekleurde lampen. We vinden er weinig aan, het is nog uitkijken ook want de vloer is vochtig en je ligt dus zo op je gat. Wat wel aardig is, is om naar de Chinezen zelf te kijken. Ze staan alles met open mond aan te staren en nemen de tijd om op hun gemakje te poseren voor druipsteenformaties ... dé foto van hun leven. De Chinese gids doet na haar verhaal vrijwel direkt de kerstverlichting weer uit, zeker als teken dat we door moeten lopen.

Eenmaal buiten kunnen we nog net genieten van de prachtige zonsondergang. De jongen staat nog op ons te wachten. Hij begrijpt niet dat wij foto’s maken zonder onszelf er op.‘Dan kan je toch net zo goed een ansichtkaart kopen.’‘Je moet jezelf er ook opzetten, als teken dat je er echt bent geweest en nu, in de herfst ...’‘Mocht je hier nou nog een keer komen in een ander jaargetijde dan kan je dat mooi laten zien door weer op dezelfde plaats jezelf op de foto te zetten ...’Ach, er zit wel iets in ... we zijn gewoon anders, hè? ...Z’n neef met taxi staat ook nog steeds op ons te wachten. We halen onze truien op en gaan dan met z’n drietjes eten. Onderweg zien we vanuit de taxi een luchtballon. Dat is hier blijkbaar iets heel bijzonders, want iedereen (dus of je nu op de fiets zit, de straat oversteekt of achter het stuur zit) staart naar de lucht ... levensgevaarlijk. Het blijkt vandaag een belangrijke dag te zijn voor Guilin, het is de dag van de meeting ‘toeristen-informatie’.

Zoals in Huangshan moeten we ook nu weer naar boven en komen we zoals toen ook weer in een soort van huiskamer terecht. De jongen bestelt lekker eten, ‘Potatoes voor de King’ (moet je een keer gegeten hebben), Chinese champignons, pittig gekruid rundvlees en groente. Het enige verschil met Huangshan is dat we hier wel zelf voor moeten betalen. Het in Sichuan-stijl klaargemaakte eten smaakt prima, maar is toch wel een beetje heet. De jongen vertelt dat zijn vader schilder is en dat hij ook druk bezig is te leren schilderen. Hij vraagt of we bij z’n leraar in z’n atelier willen gaan kijken. Nou dat lijkt me wel wat, ik wil wel eens zien hoe ze hier schilderen. We sjokken achter hem aan. In het atelier hangen ontzettend mooie olieverfschilderijen en schilderijen waar met waterverf op papier of zijde is geverfd. Ik kijk vol interesse naar hoe de zwart/wit schilderijen van het karstlandschap worden gemaakt. Het lijkt zo simpel, ik krijg zelf ook gelijk zin om een kwast te pakken. Ik zou wel les willen hebben van deze schilder, als we thuis zijn ga ik het gewoon eens proberen ... Het is uiteraard de bedoeling dat we iets kopen, als we eenmaal weer buiten staan is de prijs al 3x zo laag

Pag. 36

Page 40: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

geworden. Maar omdat we niet weten waar we zoiets op moeten hangen en omdat het nou ook weer niet zó bijzonder is, kopen we niets. Er zal trouwens ook niets van overblijven na 2 maanden kreukelen in onze rugzak.

Vervolgens brengt de jongen ons (nog steeds in de taxi van zijn neef) naar de lokale bevolking van deze provincie. Eenmaal daar aangekomen blijken we niet echt de enigen te zijn. Busladingen (Chinese) toeristen worden afgezet, maar erger nog ... ook de lokale bevolking arriveert in speciale bussen. Daar trappen we dus niet in. We zijn in China gekomen om het echte Chinese leven te zien en niet een stel nep-Chinezen, die iets leuks (want dat zal vast wel) opvoeren speciaal voor toeristen voor een leuk bedrag. We kopen dus geen kaartjes. De jongen begrijpt er niets van als we zeggen terug te willen naar ons hotel. We proberen hem duidelijk te maken dat we het échte China willen zien, hij begrijpt er niets van.Hij vindt ons maar gekke en vreemde toeristen, dat is wel duidelijk ... Iedere toerist vindt dit leuk, waarom jullie dan niet? We rijden terug, de straatverlichting is paars, geel, groen en oranje, hoe feller hoe mooier.

Eenmaal terug in onze hotelkamer zien we boven de stad een prachtig vuurwerk ... ter ere van de economische verbetering van de stad als gevolg van het oprukkende toerisme in Guilin ...

Ma. 3-11-1997

Als ontbijt eten we op straat een bolus. Half Guilin zal wel zonder telefoon hebben gezeten, want een paar Chinese jongens zaten zojuist alle draadjes uit een kast te trekken. We geven onze rugzakken af en zijn vanaf dat moment weer ‘zwervend’. Dat wordt vast een lange dag ... Pas om 2:00u vannacht vertrekt de trein. We besluiten om maar wat rond te gaan neuzen.

We zijn nog maar nauwelijks onderweg of er komt een Chinees ventje zijn Engels bij ons uitproberen, de zoveelste al. ‘Waar komen jullie vandaan?’‘Hoe lang blijven jullie in Guilin?’‘Zijn jullie al naar Yangshuo geweest?’Iedere keer worden dezelfde vragen gesteld. Hij vraagt of we bij zijn broer willen lunchen, die heeft een goed & schoon restaurant, zo belooft hij ons.‘Wie weet ... misschien ...’Wij gaan de hoek om op zoek naar een plaats waar we kunnen e-mailen, hij fietst rechtdoor en gaat naar collegeles. Ineens zie ik voor een winkel een spandoek hangen met ‘internet’ er op.‘Dat kan toch niet waar zijn?’ Hebben ze in dit achterafstraatje een internet-café? Eenmaal binnen blijkt het een winkel te zijn waar ze computers verkopen. Net als ik bezig ben om ‘internet’ in het Chinees in ons vertaalboekje op te schrijven, komt er iemand anders op ons af. Hij zegt dat we boven wel een e-mailtje kunnen versturen. We lopen met hem mee en komen in het ‘Instituut van electronische technologie’ terecht. Er staan een aantal computers in het kamertje wat als instituut doorgaat. We worden achter een computer neergezet, welke iets te traag is naar onze zin. Het lijkt de jongen beter om dan maar de computer uit elkaar te schroeven. Vervolgens stopt hij er een nieuwe kaart in.‘Hij zou nu iets sneller moeten zijn ...’

Pag. 37

Page 41: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

En warempel, het werkt ... Backpackers.com werkt dan weliswaar niet, maar we kunnen wel een berichtje sturen! De jongen hoeft er niets voor te hebben. Hij wil als tegenprestatie graag dat we vanuit Nederland een berichtje aan hem sturen, hij geeft ons zijn kaartje.

Op het moment dat we de jongen, die we een paar uurtjes geleden hebben ontmoet, weer tegenkomen lopen we wat doelloos rond. Is het al tijd om te gaan lunchen bij zijn broer? Vooruit dan maar, hij doet zo z’n best ... Eenmaal aangekomen bij zijn broer is de winkel niet echt datgene wat we ons ervan hadden voorgesteld. In rode teilen zit vis, krab, aal en in gazen mandjes diverse soorten slangen. We mogen kiezen wat we willen eten.‘Slang, dat moet je eens proberen, dat smaakt echt goed!’We beginnen er toch maar niet aan. Nasi met vlees en een lokaal iets, dat lijkt ons een beter idee. Terwijl we op ons eten zitten te wachten wordt er naast ons een slang uit zijn kistje gehaald, daarna word ‘ie onderste boven gehouden en vervolgens wordt het bloed uit ‘m geknepen. Het bloed wordt vermengt met een één of ander sterk drankje en wordt dan opgedronken door een voorbijlopende Chinese man. ‘t Schijnt goed te zijn voor je huid, ach het zal wel ...De volgende stap is het verwijderen van de ingewanden. Als laatste wordt uiteindelijk de gehele slang gevild. De kop wordt op een eettafel neergelegd en vergeten. Ons eten wordt opgediend, het smaakt echter naar niets en eigenlijk heb ik na het slachten van de slang ook niet zo’n trek meer ... Een Chinees meisje raapt de kop van de slang op van de eettafel (het bloed sijpelt er nog uit) en stopt ‘m dan in een fles gevuld met sterk water, die recht achter ons staat. Dan pas zien we het ... achter ons staan diverse flessen met slangekoppen opgesteld! Ze zijn er zeker trots op om te laten zien hoeveel slangen ze al hebben gevild. Maar nee ... het is nog gruwelijker ... een ander Chinees meisje pakt zo’n fles met slangekoppen van de plank, schudt eens flink en schenkt dan een glas vol met, laten we het maar slangekop-bouillon noemen. Een andere Chinese man drinkt het glas in één teug leeg. We zien de Chinese man langslopen die zojuist het bloed/alcoholdrankje heeft gedronken, hij ziet er niet echt florissant uit. Nu hebben we het wel gehad, we gaan er maar weer eens vandoor.

We lopen weer wat door Guilin. Inmiddels schijnt het zonnetje flink en is het in het zonnetje behoorlijk warm. We zitten nu in het ‘7-sterren’park, we hebben zonet een wereldontvanger gekocht voor zo’n Fl. 15,=. Roland is druk bezig een voor ons verstaanbare zender op te zoeken, met de hoop dat we nog iets van nieuws kunnen horen. Het lukt niet erg, dus we besluiten om nog maar wat door het park te gaan lopen. We beklimmen een heuvel en nemen een kijkje in een zeer armoedige (kleine) dierentuin. Alle dieren komen verschrikkelijk zielig en verwaarloosd over. Plots wordt er naar ons geroepen dat we moeten maken dat we weg komen, de dierentuin gaat dicht ... we blijken de laatste te zijn. We hebben het hele park dan eigenlijk wel gehad.

Dwars door het drukke verkeer lopen we naar een ‘fast food’ restaurant. Luid gepepper en getoeter zorgen voor oorverdovende straatgeluiden. Als je even niet oplet is de kans groot dat je omver wordt gefietst. In plaats van ‘fast food’ staat er echter alleen rijst op het menu. Bestellen, betalen en dan pas eten blijkt de procedure te zijn. Fast food hebben ze hier dus ietwat te letterlijk genomen.Snel eten op tafel en snel weer weg is het motto. Het eten moet dan dus niet al te warm zijn ...‘Hoe lang ligt alles er al?’

Pag. 38

Page 42: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

Roland eet geen hap. Ik neem nog iets, want mij smaakt het nog een heel klein beetje. Maar als ik dan weer aan Huangshan denk, hoe ziek we daar waren geworden, stop ook ik abrupt met eten. De afstand terug naar ons hotel blijkt nog aardig groot te zijn. Onderweg stappen we nog maar even een enigszins luxe uitziend hotel in. Ik bestel naar m’n idee een toetje, het blijkt echter warme derrie te zijn. Roland z’n hotpot smaakt gelukkig wel. Chinezen houden van privacy, in het restaurant zijn allemaal aparte kamertjes gemaakt waar ze waarschijnlijk tegelijkertijd vergaderen én eten. We hebben dat al vaker gezien, maar blijven het toch een ongezellige gewoonte vinden.

2.16 33 uur lang, onderdeel uitmakend van een Chinese familie, treinen

Het is nu 23:40u, om 02:00u gaat onze trein, we hangen wat rond beneden in de lobby van het hotel. Zometeen gaan we onze rugzakken maar eens ophalen en langzaam naar het treinstation toe lopen. Eenmaal zittend op de harde, lichtblauwe wachtkamerstoeltjes in het treinstation hou ik het maar nauwelijks wakker. M’n ogen vallen vanzelf dicht, ondanks het feit dat onze rugzakken (of wijzelf) weer een hele bezienswaardigheid zijn.

Di. 4-11-1997

De trein komt rond 01:50u aan. Zoals altijd mogen we pas op het allerlaatste moment het perron op. Het wordt dus weer eens hard rennen, zeker als je dan nog de verkeerde kant op rent ook. Net op tijd stappen we in. Als we gaan rijden gaat direkt het licht uit, begrijpelijk natuurlijk ... het is middernacht, de meeste mensen willen slapen rond dit uur. We kruipen dus maar direkt op onze hard sleepers, Roland op de 3e, ik op de 1e.We slapen aardig lang door. We rijden continu door bergen, dus de trein rijdt verschrikkelijk langzaam. Liggend op mijn bed lijkt het raam tegenover me wel een groot TV-scherm. Met een rustig Chinees muziekje op de achtergrond en uitzicht op de prachtige karstbergen val ik wederom in slaap.

Inmiddels is het al middag en het schiet niet erg op. Zojuist hebben we in een tunnel zeker een ½ uur stil gestaan, dus als het zo door gaat zijn we pas om 23:00u in Guiyang. In plaats van bij Liuzhi gaan we er bij een halte eerder uit, in Guiyang. Dit op aanraden van de Chinezen in ons hard-sleeper optrekje. De Long Horn Miao wonen in de omgeving van Longoeng, vanuit Guiyang gaat er iedere dag wel een bus. Vanuit Liuzhi blijkt dat moeilijker te zijn. Een Chinese vrouw van een jaar of 40, Whang Ming Kun stippelt samen met Xue Jian Xin (is eveneens rond de 40, maar hoort geloof ik niet bij Whang) een hele route voor ons uit voor de 7 dagen die ons nog resten in China. Maar in het Chinees natuurlijk en dus kost het de nodige inspanning om ook maar iets van elkaar te begrijpen. De route hebben ze als volgt gedacht: Kunming/Dali/ Lijiang/grens Burma/Xishuangbanna/naar grens Vietnam. Whang maakt in de trein uit allerlei zakjes een lunch voor ons klaar, het smaakt nog goed ook. Het lijkt een soort van spaghetti. Andere mede-passagiers wonen in de omgeving van Longoeng, ze zijn zeer verrast dat we daar heen willen. ‘Het is daar nu winter en er is geen water. Er is daar nu echt helemaal niets te doen, hoor!’‘Jullie doen er beter aan om Longoeng over te slaan.’ ‘Maar wat dan?’‘We hebben tickets tot Liuzhi’

Pag. 39

Page 43: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

Alle Chinezen in de wagon zitten op één lijn, we moeten maar ineens meereizen tot Kunming. Tot laat in de avond proberen we met z’n allen (in het bijzonder Whang en Xue) het voor elkaar te krijgen dat onze tickets worden doorgezet naar Kunming. Xue durft inmiddels een beetje Engels te praten, geleerd van zijn 8-jarige zoon. Hij is dan ook degene die uiteindelijk de kaartjes bij de treinconducteurs geregeld krijgt en het ons duidelijk kan maken hoeveel we bij moeten betalen. Hij heeft er een rood hoofd van gekregen. Het treinvoedsel smaakt best wel, het is eigenlijk fantastisch om al etend te genieten van het voorbij schuivende landschap. Chinezen zie je de grootste dingen, vaak aan een stok, met zich meesjouwen. In Guiyang komen kleine Chinese zwervertjes de wagon in gerend, alles wat eetbaar is in hun zakken gooiend.

Weer gaan we de nacht doorbrengen op een hard-sleeper, ik begin het echt leuk te vinden ... Ik ga dit nog missen, weet je dat ...

Wo. 5-11-1997

Het is nu 8:20u, we hebben er nu ruim 30 uur in de trein op zitten. Langzaam aan is nu iedereen in de wagon wakker. Wang en Xue zijn nog steeds bezig met onze planning. We begrijpen dat het de bedoeling is dat we met hun mee reizen naar Dali en Lijiang, we zien wel. De wagon-chinees loopt zojuist langs om het vuil op te halen. Net bij ons barst de vuiliniszak uit zijn voegen, vieze derrie loopt richting onze rugzakken, ook leuk. Met een onwijs vies moppie is nu de boel nat (en een beetje schoon) gemaakt. Toch blijft het leuk om tussen de Chinezen te bivakkeren, in plaats van te reizen in een bus van ‘Boer en (Z)wendel’. Wat echter nooit went, zijn de boeren latende, rochelende en winden latende met name oudere Chinezen. De toiletten kun je na een 30-urige treinrit ook beter maar zien te mijden, als het echt niet anders kan dan is de enige oplossing een handdoek voor je neus te binden. De jongere Chinezen zingen af en toe wat mee met de Chinese muziek en hangen/lopen wat rond. Ze laten elkaar trots zien wat ze hebben gekocht tijdens hun reis. Ze zijn dol op steentjes, zeker als hangertje aan een ketting. Het eten delen ze net zolang met elkaar totdat het op is. En het bijzondere van Chinezen is ook dat ze vrijwel direkt met elkaar praten alsof ze elkaar al jaren kennen, ze zijn zo ontzettend hulpvaardig! Het feit al dat ze met elkaar proberen een ticket voor ons te regelen naar Kunming. Ik zie het al voor me dat een Chinees, zittend in een trein in Nederland, met zo’n probleem zou zitten. Eenmaal in Kunming (na 31.5 uur treinen!) lopen we met Whang en Xue naar een hotel. Whang wordt door haar vader opgehaald en is dan ineens spoorloos, we hebben jammer genoeg geen afscheid kunnen nemen. Xue gaat nog voordat we een hotel gevonden hebben eerst bustickets voor ons en hemzelf regelen naar Lijiang voor morgenavond. Dat wordt 14.5 uur in een nachtbus, ‘t zal me benieuwen. Daarna brengt Xue ons naar het ‘Three Leaves Hotel’. Maar helaas is (weer) ons geld op, we zullen dus eerst op zoek moeten naar een ‘Bank of China’, voordat we in kunnen checken. Met onze rugzak om doorkruisen we zo’n beetje heel Kunming. We hebben de échte ‘Bank of China’ nodig, bij andere banken staan we iedere keer weer netjes zonder geld buiten. We hebben eigenlijk de moed al opgegeven als we op de terugweg dan toch eindelijk DE bank tegenkomen. Met centen op zak is het dan ineens niet meer zó erg om het hele stuk weer terug te moeten lopen. Eindelijk kunnen we inchecken ... eenmaal in onze kamer ploffen we op bed.

2.17 Met Xue op stap

We liggen net bij te komen als Xue alweer aanbelt. Hij zegt dat hij over een poosje wel terugkomt om met ons te gaan lunchen. Maar hoe lang een poosje is voor Chinezen weten we

Pag. 40

Page 44: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

niet. Het duurt ons te lang, dus besluiten we maar op zoek te gaan naar zijn kamer. Met hulp van de receptie hebben we hem zo gevonden. Hij zit in het oude gedeelte, omdat daar de kamers de helft goedkoper zijn. Maar ook daar is TV, staan 2 bedden en is een badkamer, het enige verschil is een stenen vloer in plaats van vloerbedekking. Wij hadden voor dat geld ook wel hier willen zitten ...Xue pakt zijn spullen en gaat met ons mee. Nou ja, wij gaan met hem mee kan je beter zeggen. We worden in een lokale bus ingeladen. ‘Waar gaan we nu weer heen, we hoeven alleen maar te eten.’Nou, dat hebben we dus mooi verkeerd begrepen. Hij blijkt al te hebben gegeten en brengt ons dus maar naar iets leuks (tenminste, dat vindt hij), het provinciaal museum van Yunnan. We houden niet zo van musea en zijn daar blijkbaar niet de enige in, want speciaal voor ons wordt het licht aangedaan. Alle kostuums van de minderheden in Yunnan zijn uitgestald. Het zegt me echter zo weinig, al die ‘doodse’ dingen. Ik was nog in de naïeve veronderstelling dat ik de minderheden zelf in deze klederdracht in China tegen zou komen ... Binnen een kwartier staan we al weer buiten. Bij het eerste het beste restaurant proberen we Xue duidelijk te maken dat we nu toch wel even iets willen eten, na zo’n 2 dagen amper iets gegeten te hebben wordt dat wel tijd. We worden bediend door Chinese meisjes in klederdracht, het eten is wat heet met een beetje veel knoflook, maar toch niet gek. Naast ons hangt er in de buitenlucht open en bloot een trafo.

Het volgende gebeuren waar we door Xue naar toe worden gesleept is een park waar iedere Chinese minderheid met een paar huisjes (mini-dorpen) hun cultuur/klederdracht/gewoontes hebben nagebootst aan de overkant van de weg. Roland moet bij de ingang met Xue op de foto, dat hoort er gewoon bij ... Nou wou ik inderdaad minderheden zien, maar dat heeft Xue iets té letterlijk opgenomen. Dit is ons toch echt veel en veel te toeristisch! De Chinezen vinden het prachtig. Eens in je leven moet je ook hier geweest zijn, zo zegt Xue. Voor de zoveelste keer worden we met de verschillen tussen Chinezen en Nederlanders (wellicht alle Europeanen) geconfronteerd. Niet alleen qua taal zij we verschillend, ook de cultuur en de manier van ontspanning/recreëren is totaal anders. De Chinezen moeten zich vermaken zo vertelt Xue. ‘Hebben jullie net in dat ene dorp die duiven gehoord?’‘Leuk hè, dat geluid wat door de huizen wordt weerkaatst.’In een ander dorp kan je oefenen met schieten en weer ergens anders kan je nep-trouwen. In een dorp waar dansjes worden opgevoerd (best leuk op de simpele danspasjes na en jammer dat een danseres haar kunstnagels verliest) tracteert Xue ons op een kopje echte Chinese thee. 10Y per kopje, dat zouden wij er nooit voor over hebben gehad. Weer ergens anders moet Roland net zo hard met zijn handen over handvaten (aan een of andere teil) wrijven tot het water in de teil begint te spetteren. Waar zijn we nou toch eigenlijk mee bezig? ...We lopen langs een Boeddha-tempel, doen onze schoenen uit en gaan naar binnen. In de gehele ruimt hangt een wierook-lucht. Xue bidt, wordt door een monnik met water besprenkelt en laat vervolgens heel veel geld achter. Maar hij krijgt er dan ook iets moois voor: Een soort van certificaat, waarop staat dat hij een heel goed persoon is, zo vertaalt hij. Al snel hebben we ook het park gezien. We willen zien hoe de Chinezen leven, het recreëren vinden we nu wel goed. Maar de dag is nog niet voorbij, dus loodst hij ons een kabelbaan in. Misschien is het uitzicht wel aardig ...We ‘hobbelen’ over het sterk vervuilde Dianchi-meer, het laatste stuk naar de Drakenpoort is wat steiler. Echt soepel loopt de kabelbaan niet. Xue laat ons een één of ander graf zien, maar helaas zegt dat ons zo weinig. ‘Is het wat om met een trammetje mee naar de top van de heuvel te gaan?’

Pag. 41

Page 45: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

Het eindpunt van de tram blijkt nog niet de top te zijn, via trappen moeten we verder naar boven. We schuifelen diverse tempels en pagodes voorbij. We lopen daarbij trouw achter Xue aan en laten maar zo min mogelijk blijken dat we er echt niets aan vinden. Goed voor ons humeur is het echter niet. Terug gaat er geen trammetje, we zullen moeten lopen. We balen ... We hadden niet moeten luisteren naar de Chinezen in de trein, maar gewoon bij Liuzhi uit moeten stappen. Dan hadden we nu misschien wel tussen de ‘Long Horn Miao’ gezeten, rustig in een één of ander gehucht, tussen de mensen die denken dat ze van de vlinders afstammen. We horen het de Chinezen nog zeggen: ‘Er is niks te doen in Longoeng’. Dat was waarschijnlijk nou net datgene waar onze aandacht juist wel naar uit gaat ...Dit achterlijke toeristische gedoe, werkelijk zonde van onze tijd. Vanaf nu weten we dus dat we ons nooit en te nimmer meer moeten laten tegenhouden door Chinezen, alleen is het voor nu helaas te laat ...Met de bus gaan we terug naar Kunming. Als Xue voorstelt om morgen naar het stenen woud in Shilin te gaan, proberen we hem duidelijk te maken dat we voorlopig geen berg meer kunnen zien. Hij lijkt enigszins beledigd als we hem zeggen niet van toeristische trekpleisters te houden. We gaan morgen wel proberen een fiets te huren om iets van Kunming en omgeving per fiets te gaan verkennen.

We eten ‘s avonds bij het City Café Restaurant, voor nog geen tientje eten we fantastisch. Vol energie lopen we weer terug naar ons hotel. Onderweg lopen we langs blinde masseuses, het gaat er zo ruig aan toe dat ik er maar vanaf zie. Eenmaal terug in het hotel nemen we een heerlijk warme douche, want het is behoorlijk koud hier in Kunming. ‘Stad van de eeuwige lente’ wordt deze stad genoemd, waar ze dat verhaal vandaan halen is mij een raadsel.

Do. 6-11-1997

Het gratis ontbijt van het hotel stelt niets voor, dat komt waarschijnlijk ook doordat we te laat zijn. De meeste bakken van het lopend buffet zijn al leeg. We halen dus maar een aantal (zoete) broodjes bij de dichtstbijzijnde supermarkt. We laten onze rugzakken achter in het hotel en gaan dan op zoek naar een fiets. Maar waar we het ook vragen, we worden van hot naar her gestuurd met als eindresultaat: geen fiets ...We lunchen (alweer) bij het City Café Restaurant; hamburgers en patat!

Uiteindelijk gaan we lopend Kunming verkennen. Het weer is inmiddels lekker opgeknapt. We kopen Chinese cassettebandjes, eten een stuk zwarte bamboe en maken een leuke wandeling over de treinrails. Dat is iets wat in Nederland verboden is, dat maakt het voor ons dus nóg leuker. Het leven langs het spoor, ook dat hebben we nu eens meegemaakt, best grappig ... De Chinezen vinden het maar raar dat we op het spoor lopen, dat doen toch alleen maar zwervers?! Ach, zwerversschoenen dragen we al, dus wat dat betreft ...Op de ‘terugweg’ lopen en lopen we maar, zonder dan ook maar iets te herkennen. Dat kan maar één ding betekenen: We zijn weer eens verdwaald ... en dus nemen we zoals we inmiddels wel vaker doen, een taxi terug naar het hotel. We eten nog snel iets bij het City Café Restaurant.Het valt ons op dat allerlei Chinezen in Kunming rondlopen; van blanke types tot bijna zwart, sommige met gezonde rode wangetjes die er vaak het armoedigst uit zien. Dat zijn zeker dan de minderheden, die ik nog zo graag (in klederdracht) wou zien in China ... Eenmaal terug in het hotel zit Xue al helemaal klaar voor de busrit op ons te wachten.

Pag. 42

Page 46: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

2.18 De slaapbus naar het koude Lijiang heeft motorpech

We zitten nu in de slaapbus naar Lijiang, de bus stroomt al aardig vol. De 2-persoonsbedden zien er kompleet uit, met een bloemetjes-kussen en -dekbed. Het lijkt een redelijk komfortabele nacht te worden, maar of we dat ook nog zeggen als we zo gaan rijden ... Er gaat aardig wat tijd overheen voordat alle bagage met touwtjes op het dak is bevestigd, maar uiteindelijk is het dan zover ... één voor één rijden de bussen het busstation uit. Er kunnen zo’n 36 mensen in deze slaapbus, maar het is allemaal gemaakt op Chinezen en derhalve voor ons (zeker voor Roland) allemaal nogal krap. In Nederland zou het niet werken om twee ‘wildvreemden’ bij elkaar in een 2-persoonsbed te stoppen, waarvan het beddegoed nooit of in ieder geval heel weinig van verschoont zal worden. Ik vind het dan ook wel prettig dat Roland naast me ligt in plaats van een snurkende Chinees. De Chinezen gaan heel anders met elkaar en hygiëne om, hier in China zijn de slaapbussen dan ook een groot succes. We stoppen om de haverklap ... dan weer om te tanken, dan weer om te plassen en zelfs nog om tanden te poetsen. Om 23:00u moet iedereen verplicht uit de bus, er moet nog even gegeten worden. De Chinezen eten werkelijk de gehele dag door.

Vr. 7-11-1997

Van slapen komt niets terecht. Alles trilt, er piept van alles en de wegen zijn nogal hobbelig. We liggen dus al hobbelend in de slaapbus, soms kom je zowat vrij van je matras. Met oordoppen in lukt het me om af en toe in te dommelen, maar niet voor lang.

Rond 6:00u staan we ineens wel heel lang stil, nee hè ... bus kapot! De koelvloeistof-slang is op meerdere plaatsen lek geslagen, waarschijnlijk omdat we over gaas heen zijn gereden. Alle koelvloeistof loopt over de weg. Daar staan we dan, vlakbij Dali. Inmiddels is de buschauffeur weer gearriveerd met een nieuwe slang. We staan langs een drukke weg, maar niemand zal eens even stoppen om te helpen. ‘Wanneer zullen we nu eindelijk in Lijiang aankomen?’‘Laten we maar gaan liften naar Dali, dan slaan we Lijiang wel over ... Daar is het waarschijnlijk toch veel te koud.’We geven de moed toch niet zo snel op, na vier uur is het euvel verholpen en is het inmiddels mooi weer geworden. Er is volop Chinese muziek in de bus, dat geeft een gezellig sfeertje. Al snel belanden we bij Zhoucheng, het grootste dorp van de Bai-minderheid in Yunnan en zo’n 30 km ten noorden van Dali, in een file. Ik zit er niet zo mee, want het betekent dat ik even leuke foto’s kan maken. Vanuit de bus gaat het alleen niet zo goed, dus ga ik de bus maar uit om naar de plaatselijke markt aan de hoofdweg te lopen. Ik zie ze later wel weer. Dat tref ik even mooi, echt een geluk bij een ongeluk! Overal lopen Bai-minderheden in traditionele kledij. Als we geen pech hadden gehad dan hadden we hier mooi in het donker voorbij gescheurd. We hadden net besloten om Dali maar over te slaan, maar nu hebben we mooi twee vliegen in één klap ...We staan totaal bijna 2 uur in de file, tenminste Roland en de rest dan. Ik loop vooruit totdat de file is opgelost en stap dan weer in. Ik ben hartstikke trots ... Het ‘sprookjesachtige’ China bestaat dus echt!

Eenmaal terug in de slaapbus heeft een Engels sprekend Chinees meisje weer nieuwe ideeën voor ons, met als gevolg dat we nu weer een nieuwe route in ons hoofd hebben: vliegen van Lijiang -> Kunming, daarna van Kunming -> Xishuangbanna en vandaar met de bus naar Vietnam.

Pag. 43

Page 47: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

We zijn blij dat we uit de file zijn en eindelijk weer eens door kunnen kachelen, het is echter niet voor lange duur ... we stoppen weer eens om te eten. Hier maak ik voor het eerst een damestoilet mee waar je, zelfs zonder tussenschotten, naast elkaar zit te poepen. Er is één goot waar we met z’n allen alles ‘in’ moeten doen, doorspoelen is er niet bij. Het is wel zo ontzettend vies en smerig, ongelofelijk ... Ook beginnen ze dan nog eens in hun beste Engels een gesprek, daar zit je op zo’n moment dus echt niet op te wachten! Daarna rijden we gelukkig op nog slechts één stop na (een meisje stapt eerder uit en omdat er van alles van haar op het dak van de bus ligt, waaronder een TV, duurt het even voordat alles tevoorschijn is getoverd) in één keer door naar Lijiang. Onderweg zien we in de verte de eerste besneeuwde bergtoppen.

Na 24 uur (!) komen we dan eindelijk bij het busstation in Lijiang aan. Wat een trip was dat, dat doen we dus niet meer! Voor ons staat nu al vast dat we terug wel gaan vliegen. Direct tegenover het busstation zien we een hotel. Voor 70Y hebben we een ‘double room’, zo goedkoop hebben we nog niet eerder overnacht. Het betekent echter wel dat we een gezamenlijke douche & toilet hebben. Preuts moet je hier dus niet zijn, ons gaat het er om dat we in ieder geval warm water hebben. Ik heb het geluk dat ik op dezelfde verdieping terecht kan om te ‘badderen’. De mannen-douches zijn een verdieping hoger en dus moet Roland met z’n badtas- en handdoek een deel van het hotel door. Met temperaturen rond het vriespunt is dat niet echt een pretje. In de doucheruimte bijken helemaal geen ramen te zitten en in de hotelkamer kunnen de ramen niet helemaal meer dicht. Voor het eerst deze vakantie hebben we het nu dus écht koud.

We eten ‘s avonds met Xue Chinese hotpot in een vieze, drukke maar toch ook gezellige tent. De stoelen zijn weer eens ietwat te klein, in Nederland zet je kleuters niet eens op zulke krukjes. Het lukt niet erg om te achterhalen wat we aan het eten zijn. Xue probeert ons wijs te maken dat het vis is ... ja hoor, en die heeft bot en snorharen zeker?! Bepaalde ‘onderdelen’ doet ons aan schildpad denken. Het is de bedoeling dat we groente uit een vergiet zelf een poosje in de buillon gaar koken. Het vuurtje (met schoorsteen) zorgt ervoor dat de boel goed kookt. Naast ons zitten een aantal Chinese jongeren een één of ander spel te doen, waarbij de verliezer een nogal sterk drankje moet op drinken. Als gevolg hiervan gaat de grootste verliezer naast me met de nodige bijgeluiden op z’n gemakje lekker over zitten geven. Eet smakelijk ... inmiddels lijken we overal aan gewend te zijn, we eten dan ook gewoon door. Xue drinkt een paar biertjes, wat al iets te veel voor ’m is. Met rode wangen probeert hij in z’n gebrekkig Engels allerlei verhalen op te hangen. Xue betaalt de hotpot.

Na het eten nemen we afscheid van Xue, we geven ‘m een klompje uit Nederland. Hij gaat morgen weer een dag in de bus zitten, wij zien daar maar vanaf. Wij gaan morgen proberen een fiets te huren. Hopelijk hebben we hier meer succes dan in Kunming.

2.19 Fietsend richting sneeuwgebergte Za. 8-11-1997

Het is koud, erg koud, als we op moeten staan. We hebben uitzicht op het 5596 m hoge sneeuwgebergte van de Jade Draak. Het zonnetje schijnt op de besneeuwde bergtoppen. We zitten nu nog maar 125 km van Burma en 180 km van Tibet vandaan. Roland blijft liever in z’n bed dan dat ‘ie er zelfs ook maar aan wil denken pogingen te wagen om eruit te komen.

We boeken nog één nacht bij in hetzelfde hotel en gaan dan zo snel mogelijk achter vliegtickets aan voor morgen. Deze kou is niets, één dag voor Lijiang lijkt ons wel

Pag. 44

Page 48: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

voldoende. Met een taxi gaan we naar een bureau van CAAC, een Chinese luchtvaartmaatschappij. Voor 1880Y regelen we zonder problemen twee vluchten: Lijiang -> Kunming, Kunming -> Xishuangbanna. We kunnen evt. ook vanaf Kunming met de bus verder naar Xishuangbanna, maar dan zijn we wel (zonder vertraging) weer twee dagen verder ... We vliegen dus maar. We hebben een overstaptijd van 70 minuten, dat zal toch wel voldoende zijn? Ons reisboek zegt dat vliegen met CAAC een hachelijke onderneming is, ach ... we zien wel. We hebben in ieder geval tickets voor morgen.

Met de tickets op zak gaan we op zoek naar een eettent. We willen het eerste het beste hotel in lopen, maar zien dan dat het hotel pas vandaag geopend gaat worden. Kinderen staan klaar met muziekinstrumenten, bloemen worden neergezet en de speech wordt voorbereid. Uiteindelijk komen we in een tentje met plakkerige vloeren en tafels terecht, verder ziet het er aardig uit. De noodles smaken wat vreemd, wederom kunnen we niet thuis brengen wat er allemaal in drijft. Eenmaal weer buiten kopen we een aantal koeken en wat te drinken voor tijdens onze fietstocht, er helemaal van uitgaand dat we hier wel een fiets verhuur bedrijfje kunnen vinden. Waarschijnlijk is dat er echter één voor heel Lijiang, ofzo. We struinen CITS en diverse hotels af. Tijdens onze zoektocht kopen we nog een brok heerlijke verse chocoladecake bij de plaatselijke bakker. Mijn laatste happen geef ik aan bedelende zwervers. Bij een groot plein, waar een beeld van Mao Zedong staat, zien we uiteindelijk een stalletje waar we fietsen kunnen huren. Met verwaarloosde fietsen gaan we op pad. We fietsen door gehuchten over wegen die uit keien en zand bestaan, met als gevolg dat we na zeer korte tijd al te kampen krijgen met zadelpijn. Als we op een ietwat grotere weg uitkomen zorgen vrachtwagens en tractors voor het opwaaien van het nodige stof, wat vervolgens tussen mijn lenzen terecht komt. Het is niet echt een succes. We fietsen maar even terug naar ons hotel om te kijken waar we nu precies heen willen, want ook dat weten we eigenlijk nog niet zo. Onderweg koop ik een zonnebril, in Shenzen heb ik m’n oude ‘achtergelaten’ in een warenhuis. We zullen nog wel meer stoffige wegen tegenkomen, dan ben ik er nu tenminste tegen bestand. We zijn gewaarschuwd dat ook in China vaak fietsen worden gestolen, angstvallig proberen we dus zo veel mogelijk in de buurt van de fietsen te blijven.

Een heel lange weg loopt ten noorden van Lijiang naar het sneeuwgebergte. We fietsen over deze weg richting de bergen. Onderweg zien we dat de grootste en mooiste hotels worden gebouwd. Ook appartementen worden de grond uit gestampt. Vele Chinezen zijn bezig om de borders aan te kleden met beplanting. Lijiang zal snel een zeer toeristisch oord worden, voor zover dat nu nog niet het geval is. De westerlingen dié je ziet, zijn op dit moment nog rugzak reizigers. We fietsen langs een berg die op dat moment wordt opgeblazen met springstof. We fietsen en fietsen maar. Er komt maar geen eind aan de weg en de bergen blijven naar ons idee nog steeds net zover weg. Gecombineerd met zadelpijn gaan we na zo’n drie uurtjes maar weer terug. We willen ook oud-Lijiang met zijn klinkerstraatjes nog zien en morgen gaan we hier alweer weg. We brengen onze fietsen terug, drinken iets bij Peters café en schrijven kaarten. We kunnen niet snel genoeg een postkantoor vinden, dus lopen we maar alvast richting oud-lijiang.

‘Dit is nou typisch China’, is datgene wat we tegen elkaar blijven zeggen. De donkerrode/bruine scheef hangende deuren en ramen met de typisch Chinese glimmende daken ... Wat schitterend dat we hier in Oud-Lijiang dan toch nog het sprookjesachtige China vinden, zoals we dat ons voor hadden gesteld. De Naxi-minderheden lopen in hun traditionele kleding rond. Bij een oud Naxi-vrouwtje ga ik proberen m’n trui te ruilen voor een Naxi-jasje, daar trapt ze echter niet in. Maar voor nog

Pag. 45

Page 49: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

geen fl. 15,= hoef je ook niet echt te tobben, natuurlijk. ‘t Is een lekker warm jasje van zijde gevoerd met katoen, helemaal te gek! Het vrouwtje vindt het geloof ik maar raar dat ik zomaar bij haar het jasje koop. We kunnen maar niet genoeg krijgen van het lopen door de Chinese steegjes. Uiteindelijk komen we bij een soort marktplein uit, waar overal kraampjes staan uitgestald. Een Naxi-man van 77 jaar komt op ons af en nodigt ons uit om zijn huis te bekijken. Hij blijkt een bekende dichter en leraar te zijn Overal ligt post vanuit diverse landen, zo ook uit Nederland. Zijn slaapkamer is bedolven onder kaarten, boeken, kalenders en foto’s. Trots laat hij een foto van koningin Beatrix zien. TV, journalisten ... Hij is al door vele mensen benaderd, wat dan ook blijkt uit de vele kranteknipsels die overal verspreid liggen. Om en om gaan Roland en ik met hem op de foto, die hij graag opgestuurd wil hebben. We kopen een spreuk van hem, getekend op rijstpapier, in drie talen: Chinees/Naxi/Engels. Zijn vrouw maakt ondertussen het avondeten klaar en verschoont tegelijkertijd de kippen, die ze op het erf in kooitjes hebben staan. We eten naast hun huis in een gezellig westers uitziend restaurant spaghetti. Het smaakt ook nog naar spaghetti, alleen is het jammer dat er nog meer ‘orang puti’ zitten. Als er nog meer reizigers binnen komen lopen, waarvan eentje al ruim een maand in dicht gehucht schijnt te bivakkeren, gaan wij er snel vandoor. Op stoere verhalen zitten wij niet te wachten.

Roland kiest de weg terug naar ons hotel uit. We lopen in het donker trappen op en af, totdat we uiteindelijk bij een serie grommende honden uitkomen. Hondsdolheid is nou net het enige waar we niet tegen zijn ingeënt, we maken dus maar snel rechtsomkeer. Via een smal aflopend paadje komen we dan toch weer in de bewoonde wereld terecht. Dit was me het dagje wel weer ...

2.20 Even vliegen en dan olifanten zoeken in Jinghong Zo. 9-11-1997

Vandaag moeten we vroeg opstaan. Nou is dat op zich niet zo erg, het is echter weer zo koud in onze kamer dat we er niet aan moeten denken ons zometeen naar de toiletten en douches te moeten begeven. Daar vriest het hoogstwaarschijnlijk zelfs. We nemen een taxi naar het CAAC-bureau en gaan van daaruit met een bus naar het vliegveld. Het land is afgedekt met een laagje bevroren dauw, het is zo’n -4 ºC. Het is nog een flink stuk hobbelen in de bus. De wegen worden na verloop van tijd zo stoffig dat de huizen, bomen & planten en zelfs de mensen wit uitgeslagen zijn. Het vliegveld is nieuw, van 1996. Maar toch is het klein, alleen vliegen van en naar Kunming blijkt mogelijk te zijn. Een oud Chinees Naxi-stel wordt uitgezwaaid door kinderen en kleinkinderen. Huilend neemt een jongetje afscheid van zijn opa, het ziet er naar uit dat ze nog nooit hebben gevlogen. Als de deuren naar buiten open worden gedaan rénnen de Chinezen naar het vliegtuig (om vervolgens in het vliegtuig te gaan zitten wachten). Nog voor de officiële vertrektijd gaan we de lucht in. Het is nog geen half uur vliegen naar Kunming (waar we op de heenweg met de slaapbus 24 uur over hebben gedaan ...). Het toestel ziet er nieuw, schoon en degelijk uit. Tijdens de korte vlucht krijgen we toch nog een sapje en zwarte bonen/rijst-gelei, wat smaakt naar drop. Als souvenir krijgen we een sleutelhanger van Yunnan airlines, met een autootje eraan (waarom geen vliegtuigje?). Eenmaal in Kunming aangekomen proberen we direkt in te checken voor de vlucht naar Jinghong. Als we eenmaal aan de beurt zijn worden we naar de andere kant van de hal gestuurd. Onze bagage moet persé weer door een Röntgen-apparaat. We hoeven gelukkig niet voor de tweede keer luchthaven belasting te betalen. Zelfs op de luchthaven zijn houten beelden nog spotgoedkoop, je zou dat soort dingen even over moeten kunnen zippen naar Nederland.

Pag. 46

Page 50: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

We zitten nu in de wachtruimte te wachten op ons vliegtuig, tegenover ons zit een moeder haar baby de borst te geven, met moeder/oma er naast. Wat zijn de Chinezen toch een druk volk. Standaard een half uur van tevoren worden ze zenuwachtig, gaan ze om zich heen staan kijken en gaan dan alvast netjes in de rij staan. De boarding-cards zijn al verfrommelt voor ze het vliegtuig in kunnen. Iedereen drinkt thee, nu uit een soort van thermosfles. De vlucht naar Jinghong duurt een uurtje, in plaats van een sleutelhanger krijgen we nu een doosje speelkaarten. Het eten en drinken is identiek aan de vorige vlucht. We zijn nog niet geland of een Chinees wringt zich langs Roland om zo snel mogelijk het vliegtuig uit te kunnen, het blijft een typisch volk. Het vliegveld van Jinghong ziet er vriendelijk uit, de gebouwen zijn volgens de typsche Dai-huizen architectuur gebouwd. We moeten onze bagage zelf van de kar afslepen.

Gelukkig is de temperatuur hier stukken beter! Met een minibus gaan we naar het Xishuangbanna hotel. Voor Fl. 20,= hebben we nu tenminste een eigen douche en toilet. Boven onze bedden hangt een klamboe, een teken dat we nu echt richting het zuiden gaan. ‘t Is hier nog wel subtropisch, maar toch blijkt malaria hier al voor te komen. Naast onze kamer wordt er het één en ander gesloopt, dus een beetje lawaaierig is het wel. Er is een leuke tropische tuin bij het hotel. De zondagsrust wordt hier echt in ere gehouden: geld opnemen is niet mogelijk en vele winkels zijn gesloten. Diverse reisbureaus lopen we af om te vragen welke uitstapjes er zoal mogelijk zijn vanuit dit gehucht. We hebben zelf al wel een idee, maar in de praktijk werkt het dikwijls dan toch weer anders. Bij alle reisbureaus (zelfs ook bij CITS) wordt echter alleen maar Chinees gesproken, alhoewel de engelstalige uithangborden vaak anders doen vermoeden. Hemel en aarde moeten we bewegen om een plattegrond van Jinghong in handen te krijgen. Het stikt van de Chinese toeristen, westerlingen zie je nauwelijks. Dit gebied is dus duidelijk in trek bij de Chinezen zelf (straks komen we Xue weer tegen ...).

We willen op zoek gaan naar wilde olifanten, niemand kan ons daarmee helpen. Ook de Kongming-berg, die begroeid zou moeten zijn met jungle, is volledig onbekend. Getsie, daar komen we nou net voor ...Bij CITS begrijpen ze het ook niet, totdat een Chinees meisje driftig gaat telefoneren. Heeft zij het dan eindelijk begrepen? Dus niet ... Ze geeft vervolgens de hoorn aan mij.‘Dan kan je het zelf eventjes vragen.’Communiceren in Chinees-Engels werkt dus niet echt. Het enige wat ik begrijp is dat er nog wel een natuurreservaat is met wilde olifanten. Maar aangezien het een Chinese trekpleister is hebben we een angstig voorvermoeden dat de olifanten niet meer zo wild zullen zijn. In het ergste geval zullen ze mischien wel met rokjes aan kunstjes vertonen ... De Chinezen moeten tenslotte altijd worden vermaakt, anders is het zo saai. Het is jammer dat er niemand Engels spreekt, soms wordt je daar echt een beetje moe van. Het meest eenvoudige is om met een stel Chinese toeristen met een dagrit mee te gaan. Wij wagen ons daar niet aan, inmiddels weten we wel dat onze culturen daarvoor teveel verschillen. En probeer dan maar eens duidelijk te maken wat je wél wilt, die bezienswaardigheden zijn hier simpelweg niet bekend. Ach, we zien wel ... Morgen willen we toch maar wel naar het natuurreservaat gaan, gecombineerd met een bezoek aan Jinuo voor plaatselijke minderheden. Uit het telefoongesprek heb ik begrepen dat dat wel iets voor ons zou moeten zijn. In het Chinees heb ik nu het één en ander op papier gezet. Ik ben benieuwd of ze het zullen begrijpen, morgen op het busstation.

Tegen de loop van de avond proberen we alvast busstation nr. 2 te vinden. Maar helaas wordt het wel heel snel heel donker, bovendien valt om de haverklap de ‘straatverlichting’ uit. We

Pag. 47

Page 51: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

hebben al moeite genoeg om op de been te blijven (voor je het weet stap je in een één of ander gat in de weg of heb je de kans te worden onthoofd door electriciteitsdraden die dwars over het trottoir zijn gespannen) laat staan dat we het busstation kunnen vinden. Morgen zien we wel. We gaan eten bij een echt reizigers-cafe: ‘Forest café’. Naast ons zitten reizigers meer op elkaar af te geven (heb je daar zóveel voor betaalt? Ik ben hier al heel lang, dus ik kan het weten ... dat had je zus en zo moeten doen) dan dat ze elkaar wat zinnigs vertellen. Er staan allerlei boeken in het restaurant. We slaan de Lonely Planet er op na, wat we zoal kunnen gaan doen in de omgeving van Jinghong. Alles wat er in staat is ons echter al bekend.

We drinken liever nog iets tussen de Chinezen, in plaats van tussen dit volk, en doen dat dan dus ook. Naast Chinezen hebben we ook gezelschap van een hondje. We vinden Jinghong best een grappig plaatsje en met de vele palmbomen heeft het ook iets gezelligs. Na een wasje te hebben gedaan is het een beetje rommelig geworden in onze kamer ...

Ma. 10-11-1997

Het bed is nog harder dan een ‘hard sleeper’ in de trein, het is niet meer dan een houten plank. Ik kan dan ook nauwelijks de slaap vatten, al vroeg sta ik weer op.

Als eerste proberen we een buskaartje te regelen naar het natuurreservaat ‘Sancahe’. We laten een foto van een olifant zien met daarbij een papiertje met daarop Sancahe in het Chinees geschreven. Zonder problemen krijgen we direkt twee buskaartjes. De tijd dat de bus vertrekt is helaas wat minder ... over 5 minuten! Tijd voor ontbijt is er dus niet meer, we zoeken haastig de juiste bus op. Het eerste gedeelte tot Mengyang is ontzettend bergachtig, het landschap doet me denken aan Sulawesi. Het één na het andere Chinese meisje hangt uit het raam om over te geven, de wegen zijn van asfalt en daar heb je het dan ook wel mee gehad. Al hobbelend rijden we in de wolken de vele haarspeldbochten door. De bomen/bergen staan in de mist, wat een heel aparte sfeer geeft. Eenmaal boven de wolken schijnt de zon, alles ziet er nu weer wat vrolijker uit. Er wordt zonder pardon in de raarste bochten ingehaald. Het is dus niet zo gek dat we een personenauto in de kreukels weggesleept zien worden en er een vrachtwagen in de greppel vastzit. Vanaf Mengyang is het nog zo’n half uur naar Sancahe. In ‘the middle of nowhere’ worden we afgezet. ‘Is dit het?’Nou, het CITS meisje had in ieder geval wel gelijk toen ze zei dat er weinig toeristen zijn.Al snel zien we een soort van ingang van een park. Het park blijkt pas in 1996 te zijn geopend, vandaar dat het in nog geen enkel boek staat vermeld.

Het is weer eens wat anders, zo lopend door de jungle op zoek naar olifanten. Dit schijnt de enige plaats te zijn waar ze nog in het wild voorkomen. En inderdaad ... overal zie je olifantenpoep en verse sporen, ze zouden dus echt in de buurt moeten zijn! We zijn een tijdje onderweg als we steeds meer Chinezen luidruchtig horen praten en zelfs iets van muziekgeluiden herkennen. Hoe kan het ook anders? Een park in China zou nooit geen bestaansrecht hebben als er geen leuke vermaak-dingetjes zijn. Dus wat komen we tegen ... Nee hè? Kunstjes vertonende olifanten ... dat hadden we dus al verwacht. Luid applaudisserende Chinezen vermaken zich uitstekend. Wij weten niet hoe snel we weg moeten komen. Wij willen olifanten in het wild zien. We volgen een willekeurig pad, al snel bemerken we dat we blijkbaar niet de goede hebben gekozen. Het pad houdt uiteindelijk helemaal op, er zit niets anders op dan om het hele stuk maar weer terug te lopen. En dus weer voor de zoveelste keer in deze vakantie is het trappen lopen, heel veel trappen lopen.

Pag. 48

Page 52: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

Maar het blijft leuk, zo in de jungle! Het zonnetje schijnt inmiddels fel, maar zo in het oerwoud merken we daar weinig van. Onderweg blijven we sporen van olifanten tegenkomen, we gaan er vanuit dat we ze toch deze middag nog ‘tegen het lijf’ te lopen. Bij het eindpunt van het nog begaanbare pad staan allemaal bamboe-hutten op palen, omdat anders wellicht je hutje omver gelopen wordt door olifanten? We kunnen zelfs in deze hutjes overnachten ... We lopen al twijfelend wat rond, we hebben echter niet meer voldoende yuans bij ons om de overnachting te kunnen betalen.‘Wellicht kunnen we met US-dollars betalen?’‘Maar als we ook nog langs Jinuo willen, dan zullen we nu echt al terug moeten gaan naar Mengyang. Dan kunnen we daar overnachten om morgen door te gaan. Dat redden we niet als we hier blijven.’En dus gaan we de terugtocht aanvaarden. Inmiddels is het veel warmer én vochtiger worden. Onderweg komen we een valkuil tegen ... die wordt natuurlijk gebruikt om olifanten te vangen die gebruikt gaan worden om kunstjes te vertonen.We zien vele verschillende torren, sprinkhanen, vlinders en andere insekten. Maar helaas dus geen olifanten ... de Chinezen maken ook zoveel lawaai! We lopen het park uit en balen er op dat moment toch wel een beetje van dat we geen (wilde) olifanten hebben gezien. Maar ach, de tocht was in ieder geval ook de moeite waard!

Nou moeten we vervoer zien te krijgen naar Mengyang ... We zitten langs de weg doppinda’s te pellen al hopend dat er snel iemand bereid is ons mee te nemen. De eerste bus die langskomt zit propvol, daar kunnen we écht niet meer bij. In de tweede bus kunnen we mee, zelfs tot Mengyang! Ik val, nota bene al hobbelend, in slaap. Het zonnetje schijnt ook zo lekker. In Mengyang worden we afgezet. Het blijkt een nietszeggend gehucht te zijn, zonder hotels. Er is wel een bank, die alleen even geen buitenlands geld om kan wisselen. Dat schiet dus niet echt op, we besluiten vandaag nog terug te gaan naar Jinghong. We stappen in een stilstaande bus ... en staan ook zo weer buiten. Bij een oud mannetje moeten we eerst netjes een buskaartje kopen. Met kaartjes op zak stappen we weer in. Dat wordt weer zo’n 2.5 uur hobbelen, eigenlijk wil ik dan toch eerst nog even uit voorzorg een toilet zien te vinden ... Nou, die is dus nergens. Er zit niets anders op dan net als de Chinezen ‘het’ gewoon maar op straat te doen. Ik zoek een leuk hoekje op en ben blij dat ik ‘het’ dan toch maar weer kwijt ben. Roland kijkt vanuit de bus toe. En daar gaan we dan weer ... Weer wordt er overgegeven, terwijl ik heerlijk zit te doezelen. Eenmaal terug in Jinghong kunnen we zelfs ook geen geld omwisselen, morgen om 8:00u zijn we de eersten. Gelukkig hebben we nog net genoeg geld om te eten. We eten weer bij het ‘forest café’, lezen wat in de Lonely Planet en drinken weer een biertje bij een Chinees tentje. We hebben er allebei toch wel een beetje spijt van dat we niet in de bamboe-hutjes zijn gebleven, dan hadden er nu misschien wel olifanten ‘onder ons doorgelopen’ of waren we uit onze slaap gehouden door olifanten-geluiden ... Roland sloopt nu een ventilator ...

2.21 Op zoek naar de MekongDi. 11-11-1997

Vandaag staat een dagje uitrusten bij een zwembad op het programma!Maar eerst moeten we geld halen, vliegtickets regelen en kaarten (geschreven in Lijiang) op de bus doen. We komen langs een publiek zwembad, maar zoals de naam al doet vermoeden is het bruine/zwarte water niet om aan te zien. Daar springen we dus niet in! We hebben nog heel wat weekjes te gaan, de kans dat je hier een enge ziekte op doet is wel heel erg groot.

Pag. 49

Page 53: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

Dan kunnen we nog beter een duik gaan nemen in de Mekong. Nadat we onze ‘verplichtingen’ hebben afgerond, boeken we nog twee nachtjes bij in het Xishuangbanna hotel. We lunchen bij James café. De baas probeert ons een tocht aan te smeren voor 1000Y per persoon. We huren morgen wel een fiets ofzo, dat is vast goedkoper én gezelliger! Het is inmiddels flink heet geworden als we dan toch eindelijk op zoek gaan naar een hotel met zwembad, waar we naar horen zeggen ook als niet-gast mogen zwemmen. Het is een eind lopen, maar het idee dat we zo een duik kunnen nemen maakt een hoop goed. Bezweet en moe komen we bij het zwembad aan. Maar helaas ... er zit geen water in! Ons geluk, het ene zwembad is te vies, in het andere moet je droogzwemmen en het zwembad bij ons hotel is omgetoverd tot gazon. ‘Wat nou?’‘Teruglopen maar ...’

Via originele Dai-huizen en andere boeren huisjes gaan we op zoek naar de Mekong. Een meisje huilt tranen met tuiten tijdens haar wasbeurt in een teil, jongetjes gooien steentjes. Varkens en karbouwen zitten achter slot en grendel maar zijn toch duidelijk hoorbaar aanwezig, overal liggen hopen vuilnisbelten. De Chinezen gooien hun vuil, waar dan ook, gewoon op straat. Door de vele straatvegers wordt het verzamelde vuil tot net buiten het zicht weggebracht. We lopen langs bananenboom plantages en diverse cadavers, compleet met bloed en vliegen. Ook liggen overal dode ratten. Hagedissen schieten voor ons de straat over. We komen niet zover dat we de Mekong kunnen zien ... het achterafstraatje leidt ons automatisch weer naar de drukke doorlopende weg. In de hitte lopen we terug naar ons hotel. We pakken wat leesdingetjes en gaan dan in de pagode op het hotelterrein lekker niets zitten doen. Alle in de afgelopen maand verzamelde papiertjes, folders en rekeningen zoeken we uit. Roland voelt zich wat lamlendig. Als we bijna klaar zijn, komen er twee Duitse meisjes op ons af. Voor we het weten zitten we gezellig te kletsen en geven we hun een hoop informatie, het is hun eerste dag hier. We beginnen zo langzamerhand echte reizigers te worden ... Het is inderdaad best leuk om over je ervaringen te kunnen vertellen. Het is inmiddels al donker als we met z’n vieren de pagode verlaten.

‘s avonds eten we bij Mei Mei’s café. Er zitten nog twee westerlingen, wat eveneens Nederlanders blijken te zijn. Na een poosje komen er nog twee, alweer Nederlanders, bij. Meer kunnen er dan niet meer bij, de tent zit vol. We wisselen ervaringen uit: zo horen we dat de hoofdweg in Laos (Luang Prabang - Vientane) helemaal niet veilig is, Ganlaba een leuk plaatsje moet zijn (dat ligt zo’n 30 km van Jinghong, wellicht iets voor morgen), treinkaartjes vanaf Kunming naar Vietnam heel moeilijk te regelen zijn en we in Lijiang hadden kunnen e-mailen. Ja, we mogen nu dan toch onder de echte reizigers worden geschaard, geloof ik. Het ene wat oudere stel is uitgewerkt. Na 2 jaar onbetaald verlof met een omgebouwde vrachtwagen in Europa te zijn rondgetrokken zijn ze verslaafd geraakt aan het reizen. Na tien jaar keihard te hebben gewerkt en gespaard zijn ze, tot grote verbazing bij familie/kennissen, gestopt met werken. Nu zijn ze, al 7 jaar lang, de wereld aan het verkennen van de gespaarde centen. Als ik dat zo hoor ... Het klinkt niet écht gek, maar zelf zou ik daar toch niet voor kiezen, geloof ik. Al het geld moet tien keer worden omgedraaid, met als gevolg dat ze soms weken achter elkaar verplicht in eenzelfde gehucht als dit moeten blijven. Toch blijken ze in hetzelfde hotel als ons te zitten. Maar wel in een 3-persoonskamer, dat is tenslotte een stuk goedkoper. Als er iemand het derde bed op komt eisen dan is dat nou eenmaal jammer.

Pag. 50

Page 54: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

Het is nu 23:15u, we zitten te wachten tot 23:30u. Dan komt via de wereldomroep Nederlands nieuws, dat hebben we zonet van het oudere stel gehoord ... Die zogenaamde reizigers ontmoetingsplaatsen zijn dus soms toch wel een beetje handig. De dag is wat anders verlopen dan we hadden gedacht, maar het was zeker geen weggegooide dag!

Pag. 51

Page 55: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

Wo. 12-11-1997

Na een kikker vanuit onze kamer buiten te hebben gezet gaan we ontbijten bij Mei Mei’s café. We zijn vandaag van plan een beetje aan te gaan rommelen. Na een maand heb ik weer eens Muesli met yoghurt en fruit kunnen eten! We lezen wat in het reizigers-schrift (iedereen mag/kan daar als ‘ie er zin in heeft iets in schrijven). De ervaringen van vorige reizigers liggen nogal uiteen. Waar de één positief over is, staat de andere weer negatief tegenover. Voor alles geldt dat je het gewoon met eigen ogen moet zien en ondervinden. Zoals ook Ganlaba, waar we zometeen op aanraden van andere reizigers met de bus naar toe zullen gaan.

De bus is pas echt een minibus, de bank is niet hoger dan zo’n 25 cm en dan nog zit je met je hoofd verdacht dicht bij het dak, zelfs ik! Ganlaba, ook wel Menghun genoemd, vinden wij echter niets bijzonders. Het is niet anders dan een ander willekeurig dorp in China. De markt is ook niet kleurrijker dan andere markten in Azië. We lopen wat langs de Mekong, maar na wederom een aantal vuilnisbelten te zijn gepasseerd hebben we dat snel gezien. We besluiten maar weer naar Jinghong terug te gaan, dat is een veel gezelliger plaatsje en tenminste ook niet zo vies. Ganlaba vinden we niet meer dan een smerig gehucht, waar we zo snel mogelijk vandaan willen. Het is vast en zeker goedkoop, daarom zal het wel in trek zijn bij de echte reiziger ... Tevergeefs proberen we nog een fiets te huren om iets van de omgeving van Ganlaba te kunnen zien. Want op de heenweg hebben we in de minibus als sardientjes in een blik gezeten (en ik ben nog in slaap gevallen ook ... volgens mij heb ik een chronisch slaaptekort). Weinig of niets hebben we dus van de omgeving kunnen zien.

Maar dan komen de twee Duitse meisjes, die we gisteren hebben ontmoet, uitgeput al fietsend op ons af. Ze zijn op aanraden van ons van Jinghong naar Ganlaba gefietst. Dat waren wij ook van plan, maar toen wij gisterenavond hoorden dat er ook een bus rijdt hadden we al snel de keuze gemaakt. Ze vonden de fietstocht heel mooi, maar moeten er niet aan denken om weer 32 km door de bergen terug te moeten fietsen. En dus is het heel simpel: we maken een deal, zij met de bus en wij met hun fiets terug ... Nou, dat hebben we geweten. De wegen zijn stoffig, bovendien krijgen we voor de eerste keer deze vakantie een paar druppels regen op ons ‘dak’. Maar het uitzicht over de Mekong, de rijstvelden en de kleine dorpjes zijn inderdaad de moeite waard! Zwart van het stof, bezweet en met spijkerbroek/T-shirt al plakkend aan ons lijf, komen we aan bij het fietsverhuur bedrijfje bij Mei Mei’s café. De fietsen waren toch door andere meiden opgehaald? Leg dat maar eens uit aan half Engels sprekende Chinezen.

Voordat we iets gaan eten besluiten we ons toch maar eerst wat op te gaan frissen. Hier in Jinghong is het heel normaal dat zwangere vrouwen heel de dag door in pyama lopen, ik blijf het maar een rare gewoonte vinden. Met natte haren lopen we weer terug naar Mei Mei’s café. Het eten smaakt weer perfect, het is echt een bijzonder goede tent. Alleen val ik zowat in slaap aan tafel, terwijl het toch heus niet zo ongezellig was met de Duitse meiden. Zo ook nu, al liggend in bed dit schrijvend, terwijl het nog geeneens 21:00u is.

Oh, ik ben nog wat vergeten, we hebben geprobeerd te e-mailen. In een computer-toko kwam op de vraag of wij daar konden e-mailen, een Chinees meisje met een faxmodem aangerend. Bij nader inzien leek het haar toch beter dat we het morgenochtend gaan proberen. In het postkantoor kent ze iemand die er meer verstand van zou moeten hebben, ik ben benieuwd ...

Pag. 52

Page 56: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

Al met al zouden we vandaag rustig aan doen, daar is dus weer weinig van terecht gekomen!

Do. 13-11-1997

Al redelijk vroeg wordt ik wakker, malend over wat we allemaal al gezien hebben en wat we nog gaan zien. En zouden we vandaag echt een berichtje naar het thuisfront kunnen sturen? Het is alweer zo’n tijd geleden dat we iets hebben kunnen versturen en iets van het thuisfront hebben gehoord!

We staan precies op de afgesproken tijd (om 8:30u) op de stoep bij de computershop, de rolluiken zijn nog dicht. Langzaam aan zien we andere rolluiken om ons heen open gaan. Een kat, die ‘s nachts het ongedierte blijkbaar uit de winkels moet houden, wordt in doos en al aan een boom vastgebonden. Na enige tijd gaan ook de rolluiken van ‘onze’ winkel open. Het Chinese meisje van gisteren vraagt of we met haar mee willen lopen naar Post Telecom. Voor het Post Telecom pand komt er een Nederlandse op ons af, die in een zo kort mogelijke tijd zoveel mogelijk van ons te weten wil zien te komen. ‘Waar kan ik goedkoop overnachten?’ Zo’n eerste vraag hadden we nou helemaal niet verwacht, maar niet heus ... ‘Ganlaba, dat is vast iets voor jou.’

Het Chinese meisje is inmiddels al naar binnen gegaan op zoek naar iemand die verstand heeft van modems en Internet. Na een paar minuten komt ze met een jongen, die een modem onder zijn arm heeft, weer naar buiten. We lopen met z’n vieren weer terug naar de computerwinkel. Aldaar moet de modem en Internet nog even worden geïnstalleerd. Een computer wordt geheel uit en in elkaar gezet, en ja hoor ... Rond 10:00u is het dan zover, we kunnen een berichtje sturen! En dat niet alleen, nee ... we kunnen zelfs in backpackers.com! Dat is nou pas service ...Vele berichtjes hebben we ontvangen en dus door te lezen. Als we op de helft zijn met ons bericht om aan het thuisfront terug te sturen verschijnt er een foutmelding op het scherm. Het half uurtje tikken is voor niets geweest. Voor alle zekerheid proberen we maar even een testbericht en dat gaat goed. Uiteindelijk lukt het ons toch om een aantal berichtjes te versturen. Als we om 12:00u uitgecheckt willen zijn dan zullen we ons nog moeten haasten. 10Y (de telefoonkosten) is alles wat ze ervoor willen hebben, daarvoor is de Telecom-man voor een ochtend bij z’n baas vandaan gehaald.

We slaan onze bagage op en komen dan de twee Duitse meisjes weer tegen. Van een met hun mee reizende Australische is haar tas met alles erin (paspoort, vliegtickets, camera, fotorolletjes) gestolen bij het busstation. Tien maanden heeft ze zonder problemen door Azië gereisd en nu, nota bene op haar laatste vakantiedag, wordt hier in China de boel gejat. Zowel de Australische ambassade als de Chinese politie nemen verder geen aktie. Ze geeft zelf lachend toe dat ze iets te makkelijk is geworden,. Ze zit er niet erg mee.‘Ik zie wel weer hoe nu verder ... Morgen weer een dag.’‘M’n vakantie duurt nou mooi nog wat langer.’ Ik zou er niet aan moeten denken. Op zo’n manier wordt je wel weer even met je neus op de feiten gedrukt.

We gaan brunchen bij James café. Eén van de Duitse meiden komt hun trip bij James afzeggen, omdat ze hun geld nodig hebben om het Australische meisje te helpen. Is dat nobel of niet? Nou vonden ze de trip van James ook wel iets te duur, ze hebben nu dus wel een

Pag. 53

Page 57: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

goede smoes om er onder uit te komen ... We kopen nog een tasje uit Burma en gaan dan iets drinken bij Sarah’s café.Roland zit te lezen in de Lonely Planet van Vietnam. Wat we voor leuks daar allemaal kunnen gaan zien en doen ... Over een paar dagen hopen we tenslotte al in Vietnam te zijn!Een hele lading schoolkinderen met rugzak komen bij de buurman van Sarah voor een paar centen een bakje noodles of rijst eten. Na een half uurtje vertrekken ze allemaal weer. De rust keert weder, de rommel wordt opgeruimd, de school begint blijkbaar weer. In Sarah’s café zit een man met een flinke baard, geboren in Oostenrijk. Hij is nu echter Australisch en woont nu min of meer in China. We praten gezellig een poosje met hem, hij runt ook een beetje Sarah’s café. We lopen daarna weer wat rond, wisselen wat geld om en gaan dan voor de laatste keer eten bij Mei Mei’s café. Voor de laatste keer lopen we het stukje Mei Mei - hotel.

2.22 Verre van fit naar het grensplaatsje Hekou

Nadat we onze rugzakken hebben opgehaald gaan we, nadat ik m’n trui aan een andere reiziger heb gegeven en Roland na ruim 10 jaar trouwe dienst z’n coltrui heeft weggegooid, met een taxi naar de luchthaven. We krijgen de taxichauffeur niet zover dat hij de meter aanzet. Eenmaal bij de luchthaven durft hij voor het ritje 30Y te vragen, op de heenweg hebben we daarvoor 1Y betaald. We geven hem tenslotte 14Y. De luchthaven lijkt op een Chinees treinstation, druk en chaotisch. Na veel geduw in de rij voor de bagagecheck staan we uiteindelijk weer buiten, waar een Duits meisje met haar Nieuw-Zeelandse vriend ook zitten (we hebben hun al eerder ontmoet bij James café). Omdat hij ziek is willen ze zo snel mogelijk terug naar Kunming. Het vliegtuig heeft een half uur vertraging. Als uiteindelijk de hekken opengaan, rennen de Chinezen om het hardst om als eerste in het vliegtuig te zitten. Ineens begin ik me hartstikke beroerd te voelen in het vliegtuig. Duizelig en bezweet kom ik de 50 minuten in het vliegtuig door. Eenmaal in de aankomsthal komt de inhoud van m’n maag er in één keer uit. De Chinezen, die normaal voor niets of niemand aandacht hebben gaan zelfs in een kringetje om me heen staan om me van alle kanten eens goed aan te kunnen gapen. Ook in Kunming vragen de taxichauffeurs weer veel te veel. Roland staat druk te onderhandelen, terwijl ik nog steeds sta te kokhalzen. Uiteindelijk stappen we (ik met vieze ‘braak-schoenen’) voor een redelijk bedrag een taxi in.

We zitten weer in het Three Leaves hotel, ik voel me ziek en heb het verschrikkelijk koud. Alle dekbedden heeft Roland voor me uit de kast gerukt. Hij is degene die vandaag in ons dagboek schrijft. Zittend zal ik in slaap moeten zien te vallen.

Vr. 14-11-1997

Ik ben nog steeds behoorlijk beroerd. Terwijl ik lekker in bed blijf gaat Roland proberen treintickets te regelen naar Vietnam. Eerst boekt hij nog maar een nacht bij in het hotel en haalt hij nog wat geld op. Met een taxi gaat ‘ie naar het noordelijke treinstation, daar vandaan zou de trein naar Vietnam moeten vertrekken. Er zijn vier loketten, waarvan het rechtse het internationale loket is. Ze blijken echter alleen kaartjes voor de dag zelf te verkopen. Dus helaas, we zullen het op de dag van vertrek opnieuw moeten proberen ... Lopend gaat Roland terug naar ons hotel, onderweg koopt hij brood en koffie.

Het is nu 20:50u en ik voel me weer stukken beter. Zojuist zijn we bij Wei’s gaan eten, Roland neemt lasagne en ik probeer wat tomatensoep. We schrijven een stukje in het

Pag. 54

Page 58: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

reizigersschrift, mochten wij of familie/kennissen hier ooit nog eens komen dan is dat vast leuk om te lezen. Al had ik er totaal geen zin in, ik ben toch wel opgeknapt van het stukje lopen in de buitenlucht. Er valt over vandaag niet zoveel te schrijven. Ik heb de gehele dag op bed gelegen, wat gelezen, TV gekeken en geslapen. Na afgelopen nacht waren m’n darmen weer geheel leeg, ik ben dus weer ‘met een schone lei begonnen’. Iedere keer als je zoiets overkomt blijf je je afvragen: Waar komt het nou van? Het overkomt je gewoon ineens. Wat heb ik voor anders gegeten dan Roland? Je wilt zo graag iets de schuld geven. Is het de overschakeling van koud naar warm weer, was de fietstocht de boosdoener, ben ik soms oververmoeid en waarvan dan wel, of komt het door het eten bij James (daar heeft de jongen uit Nieuw-Zeeland tenslotte ook gegeten, die hartstikke ziek zat te zijn op de luchthaven van Kunming). Of is het een reactie op dat we weer iets gehoord hebben van het thuisfront ... Ik zal het nooit weten, in ieder geval wens je het je grootste vijand niet!Morgen gaan we, nu hopelijk samen, weer proberen treinkaartjes te regelen. Op straat hebben we zojuist met een klein Chinees mannetje pennen geruild. We zijn genept, want de pen die wij van hem gekregen hebben doet het mooi niet. Hoe kort je ook op straat vertoeft, je maakt altijd wel iets mee. Ook de blinden waren weer druk bezig met massage of met het maken van muziek. Het is dat ik me nog geen 100% voel en omdat het er nogal hardhandig aan toe gaat, anders had ik me weleens willen laten masseren voor de gein. Het oversteken in de Chinese steden blijft een kunst, iedere keer is het weer een wonder als je heelhuids de overkant haalt.

Za. 15-11-1997

Al vroeg zijn we op het treinstation. Voor het internationale loket staat een houten plankje met daarop een aantal Chinese karakters geschilderd. Boven het loket staat dat ze vanaf 6:00u geopend zijn, dus ze moet zeker even haar nagels lakken. Ik kan me daar in tegenstelling tot de Chinezen verschrikkelijk aan ergeren. Het blijft vreemd dat de Chinezen zonder probleem in een rij kunnen staan, ze fietsen/lopen ook tergend langzaam, maar naar of vanuit een trein rennen ze de benen uit hun lijf. Ach, het blijft gewoon een ander volk dan wij ...En wat beter is (voor zover je dat zo kan noemen) ... ik zal het niet weten. Zij zijn in ieder geval met veel meer dan wij, dus misschien zijn wij wel gewoon vreemd. Maar dan wordt toch eindelijk het houten plankje weggeschoven. Ze zijn hier min of meer op toeristen voorbereid, want ze hebben de benodigde vragen met diverse daarop mogelijke antwoorden voor het kopen van een treinkaartje opgeschreven in een schrift. We kunnen voor vandaag nog twee kaartjes regelen naar Hekou, het grensplaatsje met Vietnam. De trein vertrekt pas 14:45u, we moeten dus even nog zo’n 6 uur in Kunming zien door te brengen. Twee westerlingen komen op ons afgerent, het lukt hun op geen enkele manier om treinkaartjes naar Hekou te bemachtigen. Ik snap het probleem niet zo, in plaats van twee koop ik daarom gelijk maar vier kaartjes ... zijn zij ook weer blij.

In de resterende uren brengen we onze bagage (die we reeds op onze rug hadden meegesjouwd) eerst terug naar ons hotel en brunchen we bij het City Cafe Restaurant. Terwijl we zitten te eten komt er een klein (zelfs in vergelijking met de rest van de Chinezen) vreemd oud vrouwtje aan en jawel ... met ingebonden voetjes. Het is de eerste keer dat we het vroegere schoonheidsideaal in China met eigen ogen kunnen ‘bewonderen’ en dat op onze laatste dag in China! We lopen wat rond in de stad en proberen het rode Mao-boekje te bemachtigen. De Chinezen willen echter niet meer aan die tijd herinnert worden en dus liggen die boekjes niet meer voor het op grijpen. We lopen dwars door het park van Kunming, het is er reuzedruk. Vele Chinezen gaan op de foto bij goudafrikaantjes of begonia’s. De Chinezen zijn gek op

Pag. 55

Page 59: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

bloemen, daarom zijn ze ervan overtuigd dat Nederland een prachtig land moet zijn met al die tulpen (weten hun veel dat ze maar zo’n 2 maanden bloeien). Overal hangen dan ook Nederlandse schilderijen met zoveel mogelijk bloemen erop te koop. We zouden hier een echt Nederlands restaurant moeten beginnen en daarbij geïmporteerde tulpen, tulpebollen en klompen moeten gaan verkopen. We eten een pizza in een pas nieuwe tent van Wei’s (Wei’s pizzeria), kijken op ons gemak bij een cavia/konijnverkoper (Is Snowy ook zo klein geweest en hoe zal het nu met Snowy zijn?), kopen een mooie gouden ring voor mij en halen onze bagage weer op.

Inmiddels zitten we in de trein naar Hekou, over zo’n kwartiertje vertrekken we hopelijk. De trein bestaat maar uit een paar wagons en de hard sleeper wagons bestaan uit twee in plaats van drie bedden boven elkaar. Vreemd, dat hebben we nog niet eerder gezien. Het is ook niet druk in de trein, niet zoveel Chinezen willen blijkbaar naar Vietnam.

3. Vietnam Zo. 16-11-1997

We lagen vannacht vlakbij de locomotief, die het nodig vond voortdurend keihard te pepperen. Alweer kwam van slapen, in ieder geval bij mij, dus weinig terecht. Roland leek soms toch wel in diepe rust. Exact om 7:00u komen we aan, weer zijn we precies op tijd vertrokken en aangekomen.

3.1 Lopend de grens over naar het met stokken slaande Vietnam

We zitten nu in Hekou ons inmiddels favoriete drankje, cocosnootsap, te drinken. Pas om 8:30u zou de grens naar Vietnam open moeten gaan, maar ach ... Het is zondag dus het zou me niets verbazen als de grens simpelweg gesloten blijft. In dat geval zoeken we wel weer een hotel op. Toch hopen we vandaag al in Sapa aan te komen, want daar is vandaag zondagmarkt. Alle bergvolken komen dan naar Sapa om aldaar inkopen te doen voor de rest van de week ... Laten we er het beste maar van hopen. Op dit moment zijn Chinese meisjes en jongetjes met elkaar aan het handje klappen en aan het zingen. Om de paar minuten komen ze naar mij toe om over m’n schouders mee te kunnen lezen. Ze denken Engels te lezen, van het Nederlands begrijpen ze natuurlijk helemaal niets. Maar interessant en grappig vinden ze het wel, dat is wel overduidelijk. De meisjes giechelen, de jongens staan wat gespannen slechts te gluren. Roland gaat nu laten zien waar we vandaan komen, ze schrikken van z’n blauwe ogen (wat is dat nou voor een wezen?), maar volgen hem aandachtig en lijken het zelfs te begrijpen. Als Roland met gebaren gaat uitleggen hoe we hier zijn gekomen, per vliegtuig en trein, liggen ze in een deuk. Maar hoe is dat dan mogelijk, zomaar in de lucht? Ze brabbelen heel wat af , waar wij natuurlijk weer niets van begrijpen. Velen hebben in plaats van een broodtrommel een pannetje bij zich, ze gaan zeker een dagje uit. De meisjes hebben de mooiste gekleurde strikken in hun gevlochten haar en hebben fel gekleurde leggings en truitjes aan. Ze zien er echt op hun zondags uit. De jongens hebben een sjaaltje om en worden in gemotoriseerde riksja’s hier naar toe gebracht, al schreeuwend naar hun vriendjes als ze die in hun vizier krijgen. Roland zegt dan ook in zijn eigen bewoordingen: ‘Ze maken wel een klereherrie!.’ De meisjes hebben iets nieuws ontdekt: mijn haar. Naast de typische kleur snappen ze ook niet hoe dat nu in elkaar zit. Eerst staan ze een tijdje te staren en gaan dan bij elkaar mijn rommelige kapsel nadoen. Zonde van hun netjes gekapte haar ...Plots, in nog geen seconde tijd lijkt het wel, zijn ze vertrokken. De rust is wedergekeerd.

Pag. 56

Page 60: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

We zijn zo druk bezig geweest met al die kinderen om ons heen dat we geeneens in de gaten hebben dat er inmiddels mensen over de brug naar Vietnam, dus de grens, lopen!

Snel doen we onze rugzakken om en lopen richting brug. Door de eerste de beste ‘legerchinees’ worden we in onze kraag gegrepen.‘Paspoort ...’Ja, ja ... Hij neemt de paspoorten mee een gebouwtje in en komt pas na zo’n half uur weer met in ieder geval gestempelde paspoorten weer naar buiten. We worden doorgestuurd naar ‘China Customs’, waar onze paspoorten nogmaals worden gecheckt. Voordat we dan eindelijk de brug over mogen lopen, worden onze paspoorten voor de 3e keer nagekeken. En dat alleen maar om een land uit te kunnen gaan, wat voor soeza zullen we dan zo beleven als we Vietnam in willen?We lopen over de brug, eigenlijk dus in een stukje niemandsland. China laten we achter ons, wat zal Vietnam ons brengen?Aan het eind van de brug staan de Vietnamese douanebeambten ons al op te wachten ... we weten dat op ons visum de verkeerde plaats van binnenkomst staat vermeld, we hebben besloten te doen alsof onze ‘neus bloed’.Warempel, we mogen zomaar doorlopen ... Daarna worden we een groot gebouw ingeloodst, alwaar dus de échte controle blijkt plaats te vinden. We lopen langs de rij Aziaten, voor buitenlanders is tenslotte een apart loket. En ja hoor, daar waren we dus al bang voor ...‘Dit visum is voor Long Bat, niet voor Long Cai.’ Ik doe in eerste instantie alsof ik hem niet begrijp, maar helaas spreekt hij goed Engels en heeft dat dus weinig zin. ‘Wat kan ik doen? Ik heb zojuist China verlaten, dus ik kan in ieder geval niet daarheen terug.’‘Betaal me maar 40US$ per persoon.’‘Wat? 40 US$, je bent hartstikke gek!’Hij duwt onze paspoorten weer onder het luikje door. ‘Volgende ...’Ik schuif de paspoorten weer terug. Maar met dat heen en weer geschuif komen we er natuurlijk ook niet. We zitten gewoon in een ellendige situatie. Hij kan vragen wat ‘ie wil, hij weet dat we China sowieso toch niet meer inkomen. We betalen uiteindelijk in yuans, daar zijn we dan ook gelijk van af, vooruit dan maar ...Als we gevraagd worden formulieren in te vullen voor de aanvraag van een geheel nieuw visum begrijpen we dat we 40 US$ moeten betalen. In Nederland was het visum nog duurder, maar waarom nou een heel nieuw visum? Later, in Saigon, komen we achter de ware reden ... We hebben een luchtvisum in plaats van een landvisum. Bij de grensovergang waar we hadden gedacht overheen te moeten gaan, hadden we dus mooi hetzelfde probleem gehad.We vullen het formulier in en dan is het wachten, wachten en nog eens wachten. Ook de rij Aziaten wordt wat ongeduldig, als reactie hierop slaat een norse Vietnamese douanier er een aantal met een stok van achter het loket op hun hoofd. Waar zijn we nu weer beland, wat zijn dit voor praktijken? Zijn doelwit is een al wat ouder vrouwtje, die vervolgens niet meer in de buurt van ‘m durft te komen. Ze geeft haar paspoort aan iemand anders en dat werkt. Na twee stempels en zo’n uur verder krijgen we dan eindelijk ons paspoort met een nieuw visum terug. Maar we zijn er nog niet ...De volgende stap is de bagagecheck, een röntgen-apparaat kennen ze nog niet in Vietnam (wel wat anders dan in China, waar alles zelfs voor het kleinste treinritje nog door zo’n apparaat moet). Hier kan je je tas dus uitpakken, wat een doffe ellende ... Gelukkig vindt ze ‘t

Pag. 57

Page 61: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

al snel goed, de inhoud van de rugzak ziet er tenslotte niet echt fris meer uit. Maar of we nog wel even 1 US$ willen betalen per persoon, dit om de grens over te mogen steken. Het gaat ons niet om ‘t geld, maar waar halen ze het lef vandaan!Weer moeten we een formulier invullen, als bewijs dat onze bagage is gecontroleerd. Als laatste moeten we nog langs de ‘gezondheid-check’. Dat betekent weer een formulier invullen, deze keer hoeven we voor de verandering eens niet te betalen. Maar goed ook, anders was ik dus echt ontploft! We wisselen wat geld om en proberen dan zo snel mogelijk naar Sapa te komen.

3.2 Hmong en Red Zao in Sapa

We kunnen met rugzak en al achter op een motor voor 300.000 dong per persoon, zo’n Fl. 50,=. We zien dat niet echt zitten, 45 km al hobbelend achter op zo’n ding. Behalve dat de prijs belachelijk is, is na afloop ook m’n rug hoogstwaarschijnlijk afgeschreven. Lopend gaan we in het gehucht, waar we natuurlijk ‘heg noch steg’ weten, maar op zoek naar een busstation. In de vochtige warmte zweten we ‘peultjes met peentjes’. De motorjongens blijven ons maar achtervolgen ... om gek van te worden. Of ze zijn doof, of ze hebben een bord voor hun kop. Inmiddels is de prijs wel gehalveerd, maar hoe vaak moeten we het nog zeggen dat we echt niet volgepakt op zo’n ding gaan zitten. We lopen een brug over en komen dan wonder boven wonder uit bij een busstation. Alleen gaan er vandaag geen bussen meer naar Sapa, ook dat nog! De enige manier om vandaag nog naar Sapa te komen is met een legerjeep. Voor 100.000 dong stappen we na wat aarzelen dan uiteindelijk toch maar in.Eenmaal een poosje onderweg wordt de jeep ingehaald door een motor, die vraagt of hij nog even iemand anders mee wil nemen. We maken dus weer rechtsomkeer en stoppen bij een ‘manusje van alles’. Zowat de inhoud van z’n hele winkel moet in de laadbak van de jeep. We beginnen ‘m te knijpen ... de zondagmarkt, zometeen is ‘ie afgelopen voordat wij in Sapa zijn! ‘We willen nú vertrekken naar Sapa, als je nu niet vertrekt dan betalen we dus niets.’Het heeft geen effect, op hun dode gemakje gaan ze verder waar ze mee bezig zijn. ‘Als we niet meer op tijd voor de zondagmarkt zijn, kunnen we net zo goed in één keer doorgaan naar Hanoi, dit wordt niets.’‘Laten we gewoon maar uitstappen en dreigen dat we wel gaan lopen ofzo.’En dat werkt dus, dat hadden ze even niet verwacht. We zijn het dorp nog niet uit, of dan moet er nog weer even worden getankt ... en de tijd tikt maar door. Maar dan sjezen we eindelijk door de bergen, op naar de bergvolken van Sapa. Geef ons tot nu toe China maar, de Vietnamezen zijn nors terwijl we dat nou juist van de Chinezen hadden verwacht.

Sapa maakt alle ellende gauw weer goed, de markt is nog in volle gang als we aankomen. De bergvolken (Hmong en de Red Zao) zijn nog in grote getale aanwezig. Hun handen zijn blauw tot zwart geblakerd, ze dragen grote zilveren oorringen en hun haar wat vaak in een rol op hun hoofd is gedraaid en in een ‘soort bakje’ wordt vastgezet is soms door het zonnetje van zwart naar rood verkleurt. De ‘montagnards’, ook die hebben we nu ontmoet! Het dorp staat vol met Frans koloniale gebouwen, welke met de typische bergvolken een vreemd contrast vormen. Eindelijk hebben we dan tijd om een hapje te eten, voor het eerst vandaag. En ja hoor, dankzij de Fransen ... stokbrood met kaas! Wat geniet ik daarvan, te samen met heerlijk verse papaya-juice. In de eettent staat de videofilm ‘Rocky de zoveelste’ te draaien. Allemaal jongens staan buiten voor het raam naar binnen te gluren, alle koppie’s zijn naar het beeldscherm gericht.

Pag. 58

Page 62: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

We lopen wat door het gehucht, overal zie je restaurants en gasthuizen. Het toerisme heeft hier blijkbaar ook al aardig zijn intrede gedaan. Sapa is erg geliefd bij rugzak reizigers, ik snap inmiddels waarom. Zelfs wij zitten in een goed gasthuis met eigen badkamer voor slechts 8 gulden en het eten is ook spotgoedkoop. Maar in een paar uurtjes kan je heel Sapa toch wel een paar keer doorkruisen ... wat je hier dus een week, laat staan een maand, zou moeten zoeken is mij een raadsel. Maar het is fantastisch dat we hier toch even naar toe zijn gegaan! Wat we wel missen op onze kamer is een thermoskan met heet water, in ieder hotel/gasthuis in China hadden we die. Hier kunnen we dus niet zomaar een bakkie koffie zetten.

Tegen de avond lopen we nogmaals Sapa door, de markt loopt een beetje op zijn eind en de bergvolken trekken zich langzamerhand terug. Toch maar goed dat we hier op zondag aangekomen zijn. Doordeweeks zal dit dorp niet veel verschillen van de andere. Al vroeg gaan we iets eten en drinken daarbij fruitwijn uit Sapa. Voor morgenochtend 6 uur hebben we alweer buskaartjes weten te bemachtigen terug naar Lao Cai. Roland heeft voor de eerste keer onze meegebrachte klamboe opgehangen.

3.3 In ‘hard seat’ wagon naar HanoiMa. 17-11-1997

We verlaten Sapa met de bus in de motregen. Het leuke, gezellige en kleurrijke Sapa van gisteren is veranderd in een grauw, saai spookachtig dorp. We vinden het dus niets erg dat we zo snel al naar Hanoi doorreizen. Heel de bus wordt volgepropt met bagage en Vietnamezen, net zolang totdat ‘ie zowat uit z’n voegen barst.

Inmiddels zitten we in de trein van Lao Cai naar Hanoi. Het kopen van treinkaartjes levert hier in Vietnam geen enkel probleem op, een voordeel van de Vietnamezen ten opzichte van de Chinezen is dat zij heel wat beter Engels spreken, wat natuurlijk komt door hun ook Latijnse alfabet. Eenmaal in de trein worden onze kaartjes bij ieder station gecontroleerd, wat was dat in China toch juist weer veel beter georganiseerd. Daar stap je in, de wagonjuffrouw wisselt je treinkaartje in voor een zit/ligplaats-kaartje en vlak voor de halte waar je eruit moet (wat het treinpersoneel in de gaten houdt) krijg je je treinkaartje weer terug. Bij de uitgang van het treinstation moet je het kaartje weer laten zien, dat is dus ook een manier om zwartrijden te voorkomen!

De trein rijdt tergend langzaam. Over 200 km zullen we naar verwachting zo’n 10 uur gaan doen, we hebben er zo’n 3 uur opzitten en hebben nu al een harde kont. Dat komt doordat we voor het eerst eens een ‘hard-seat’ hebben genomen. De Vietnamezen vervierdubbelen namelijk de prijzen van treinkaartjes voor westerlingen, dus dat schiet niet echt op! Maar ach, we hebben na deze treinrit alle vier mogelijke treinklassen meegemaakt en dat is natuurlijk ook wel grappig. Met zulk soort regeltjes verdrijf je natuurlijk wel met name reizigers, maar zo slim om dat in te zien zijn ze nog niet. De Chinezen hebben de onzin van aparte bedragen voor westerlingen gelukkig al in 1993 afgeschaft. Reizigers willen toch zo weinig mogelijk betalen en kopen dan dus net als ons in plaats van een hard sleeper een hard seat, waar ook alle Vietnamezen zitten. Met als gevolg dat het alleen maar hartstikke druk wordt in de hard-seat wagons. Ook hier komen regelmatig karretjes met etenswaar voorbij. Wij hebben echter lekkere Franse broodjes met Franse kaas meegenomen (we blijven natuurlijk toch Nederlanders). Roland zit geloof ik te slapen want hij reageert niet ... Ik wou hem zeggen dat de Israëlische reizigers in onze wagon nu een klein zakje nootjes zitten te bikken voor 2000

Pag. 59

Page 63: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

Dong. Ons lekkere Franse broodje met kaas voor 3000 Dong was te duur naar hun zin ... nou ja! Roland is weer wakker en zit naar buiten te staren. Ik heb even ruzie met mijn overbuurman, hij zit met zijn benen onder ons bankje en omdat het etenswaar-karretje weer langskomt zal ik met m’n benen dus het gangpad uit moeten. In Vietnam zitten in tegenstelling tot China tralies in de vorm van gaas voor de ramen, tegen het naar binnen gooien van stenen zo hebben ze ons wijsgemaakt. Inmiddels zitten/staan overal, maar dan ook overal Vietnamezen om ons heen. Er zijn veel mensen ingestapt en omdat de hard-seat wagons geen vaste plaatsen kent, moet je dus als je pech hebt een aantal uur staan. Maar ach ... wij zitten er al vanaf het begin in en dus blijven wij zitten waar we zitten. Alleen kunnen we onze benen niet meer verzetten en het ‘verzitten’ gaat ook niet meer zo eenvoudig. Als je gaat staan om je benen te strekken dan weet je zeker dat een Vietnamees jouw plaats in beslag neemt. Er wordt hier overal veel meer gerookt dan in China, daar hing in alle gebouwen een rookverbod op, waar de mensen zich dan ook netjes aan hielden ...Ook de muziek in de trein is hier veel primitiever, wel even luidruchtig als in China, maar met een hoop gekraak is dit helemaal niet aan te horen. Wat jammer nou ... nou gaat de versterker net kapot ... Wat een rust. We stoppen zomaar in ‘the middle of nowhere’, maar toch stappen er veel mensen in en uit. Gelukkig verandert er een Vietnamees van plaats, zodat ik nu tenminste niet meer z’n rook in hoef te ademen. Ook de passagiers tegenover ons hebben gewisseld. Een oude man zonder schoenen met rood hoofddoek en een shirt wat wit hoort te zijn en een man in legerkostuum zonder sterren of wat dan ook hebben plaats gemaakt voor een jongere Vietnamees (die ik nu aankijk om te kijken wat ‘ie aanheeft en die dus op zijn beurt ons van top tot teen zit op te nemen) en een jong Vietnamees vrouwtje. Hij ziet er keurig uit in z’n overhemd, nette broek en open sandalen. Zij heeft een oma-jurk aan, blauw met witte kleine wiebertjes met daarop fel oranje bloemen, de kraag is nog onberispelijk wit. Het bijbehorende tasje is zwart met witte bloemetjes en ze draagt teenslippers. Hoe oud ze is valt niet te schatten.Ook diverse minderheden zitten in onze wagon ... op zo’n manier reizen heeft dus ook wel wat ... (hadden we misschien toch ook maar een keer in China moeten doen).Zonet is er een Vietnamees tussen onze overburen in komen zitten, maar omdat hij geen kaartje heeft gekocht wordt hij na de kaartjescontrole bij het eerstvolgende ‘station’ er temidden van de spoorwegpolitie uitgezet. Waar die ineens overal vandaan komen is me een raadsel, overal zijn ineens mannen in uniform met bijbehorende petten.

Ik ben uit verveling weer eens aan het lezen geslagen in ons dagboek van China. Ineens valt het me op dat hier dus niemand een draadloze telefoon heeft, terwijl dat in China niet weg valt denken uit het straatbeeld. Vietnam lijkt een stuk armer dan China tot op heden. Ineens hangt er een hoofd naast me, over m’n schouder wordt meegelezen wat ik nou zoal aan het schrijven ben. Hij vraagt waar we vandaan komen en hij schijnt het nog te begrijpen ook, het wordt direkt de hele wagon door verteld. Hij nestelt zich tussen onze overburen in om een ‘praatje’ te maken. We hebben echter geen Vietnamees vertaalboekje gekocht, dus veel gesprekstof is er niet. Hij pakt ons Vietnamese reisboek en gaat op zoek naar leuke plaatjes. Hij en z’n buren vinden het prachtig, hij weet dan ook van ieder plaatje wat het is of wat het voorstelt. Het is jammer dat ‘ie rookt en zo nors kijkt, maar dat doen vele Vietnamezen hebben we inmiddels gemerkt. Het sombere weer lijkt wat op te knappen, het zonnetje probeert erdoor te komen en het wordt dus wat lichter buiten. We zijn nu zo’n 5 uur onderweg en we zijn zonet de bergen uitgereden, we gaan nu gelukkig iets sneller.

Pag. 60

Page 64: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

We hebben er nu zo’n 8 uur opzitten ... dit doen we dus niet meer, het moet nog wel vakantie blijven. Nu gaat het meer op een beproeving lijken. Inmiddels hebben vele Vietnamezen ons Vietnam-reisboek door zitten kijken. We hadden een boek van Nederland mee moeten nemen, dat we daar niet aan gedacht hebben ...Ik weet niet meer hoe ik moet gaan zitten. Ik heb het idee dat de houten latten allemaal in m’n zitvlak zijn gestriemd. Zonet kwam er een jongen aan met een soort van theepot en een grote pijp. Onze rokende overbuurjongen ziet het wel zitten om een beetje opium te gaan roken, van dichtbij slaan we de boel gade hoe dat er nu weer aan toe gaat. Ook de wagonman, die als taak heeft het omroepen van de naam van een naderend treinstation, rookt voor onze neus een beetje opium. De wagonman veegt de wagon niet aan, zoals ze dat wel zo vaak in China doen, maar ja ... Hier wordt dan ook niet gespuugd en gerocheld natuurlijk.Daarentegen moet je het hier echt uit je hoofd laten om een toilet op te gaan zoeken, als de trein stopt is de stank al onverdraaglijk en wordt je genoodzaakt om door je mond te ademen.Roland heeft al een paar dagen een zere keel en af en toe heeft hij ook een heel raar niesje. Wat moeten we daar nu weer aan doen? Ik zit af en toe nog steeds met darmkrampen. En we kunnen allebei dus bijna echt niet meer zitten, verder gaat het wel. Helaas is ook de verveling een beetje toegeslagen.

Na 10.5 uur zijn we er dan eindelijk. We lopen al snel tegen een hotel op, het is Koreaans en ziet er goed uit. Als we op zoek gaan naar een restaurant lopen we tegen het probleem aan dat er weinig, of beter gezegd geen, restaurants zijn in Hanoi. En de restaurants die er zijn, zijn inmiddels gesloten of gaan net dicht. Leuk als je heel de dag al reizend op twee broodjes hebt geleefd en je dan ‘s avonds ook nog niet eens kan eten. Roland zit er niet mee, maar ik heb inmiddels toch wel verschrikkelijke trek en wordt dan ietwat chagrijnig. Op de valreep kan ik gelukkig nog twee croissants en een bakje yoghurt kopen. Het is niet het maal waar ik op heb gehoopt, maar ach ... ik heb in ieder geval iets binnen. Te samen met een vitaminepil moet het voldoende zijn.Ik ben blij dat we een normale badkamer hebben, toe aan een douche zijn we ook wel een beetje. Maar helaas ... Er is geen warm water! Ook dat nog!

We zien op CNN dat er in Egypte toeristen zijn vermoord. Roland heeft het wel naar z’n zin, op de wereldontvanger kan hij Nederland ontvangen en op TV diverse Engels zenders. Hij heeft het er gewoon druk mee. Ik denk echter nog maar aan één ding, slapen ...

Di. 18-11-1997

Wat heb ik lekker geslapen. Misschien wel te vast, want met hoofdpijn word ik wakker. Roland heeft darmkrampen, wat zijn we toch weer een gammel stel. Ik smeer m’n hoofd in met Thico-tholin, voor mij een wondermiddel, en zo gaan we vier trappen af voor ons ontbijt. Van een lift hebben ze blijkbaar nog even niet gehoord, en ach ... zoveel trappen hebben we nog niet gelopen deze vakantie. Het ontbijt valt nog geeneens tegen: 4 geroosterde boterhammen met kaas, 2 eieren en thee. Dat gaat er best in. Na het eten ruilen we onze kamer om voor een kamer waar het warme water wel van werkt. De badkamer is bovendien ook nog luxer, is dat even mooi ... vanavond ga ik dus echt een paar uur in bad liggen!

We voelen ons nog niet al te jofel als we dan toch maar de stad in gaan, op zoek naar een manier hoe we het beste in Danang kunnen komen. Het natuurreservaat, 120 km ten zuiden van Hanoi, laten we toch maar schieten. Na zoveel jaar oorlog (met gebruik van

Pag. 61

Page 65: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

ontbladeringsmiddelen) zijn we bang dat het tegen zal vallen en we komen nog genoeg natuurreservaten tegen als het goed gaat. We lopen over het spoor naar het treinstation, uiteraard is er een apart loket voor buitenlanders. We informeren hoeveel een hard sleeper kost naar Danang (85 US$). Voor alle zekerheid gaan we ook nog even bij Vietnam Airlines langs om te vragen hoeveel het kost om per vliegtuig in Danang te komen, het dubbele dus ... dat doen we maar niet.

We vragen ook de prijs van Ho Chi Minh naar Vientiane (Laos) nog even na: 333 US$ per persoon. We moeten nog eens goed nadenken of we dat niet op een andere manier kunnen aanpakken. Het is heel verleidelijk om toch maar via Cambodja naar Thailand te gaan. Oké, we hebben vrienden en familie beloofd dat niet te doen, maar in Cambodja hebben ze het tenminste niet zoals in Egypte op toeristen gemunt. Die zullen ze toch wel proberen te missen, want anders hebben ze direkt de hele wereld tegen zich. De Oostenrijkse Australiër in Jinghong had twee weken ervoor nog een lerares gesproken die les geeft in Cambodja en volgens haar was er niets aan de hand. Het toerisme heeft een klap gekregen dat wel, betreurde ze. Ach, als we in Ho Chi Minh zijn zullen we op Internet weleens kijken wat buitenlandse zaken te zeggen heeft over Cambodja en dan zien we wel.

We lopen maar weer terug naar het treinstation om dan toch maar een hard-sleeper te regelen voor morgen, maar helaas ... volgeboekt. We staan te twijfelen over wat dan als het meisje achter het loket iets moeilijks brabbelt wat we niet begrijpen. Het schijnt ineens toch wel te kunnen. Als we onze tickets in handen hebben is het ons ineens duidelijk. We zullen elkaar morgenavond gedag moeten zeggen, want we hebben slaapplaatsen redelijk ver bij elkaar vandaan ... dat is dus wat ze ons duidelijk wilde maken. En, zelfs na 5 weken op elkaars ‘lip te hebben gezeten’, zitten we daar nou niet echt op te wachten. Maar ach, ook dat zien we wel weer. Wel zullen we allebei naar het bovenste bed moeten klimmen.

We kopen ansichtkaarten en gaan dan lunchen bij het enige echte ‘Old darling Café’, daar waar er twee van schuin tegenover elkaar zijn gesitueerd en dus elkaar flink beconcurreren. Beide beweren dat zij het echte, originele, eerste ‘Old Darling Café’ zijn. We kunnen de cafés niet zo makkelijk vinden en zijn dus blij als we een ‘bekende’ (onze rokende overbuurjongen uit de trein) op ons af ziet komen. Wat grappig om elkaar zo in de stad weer tegen te komen, we schudden elkaar de hand en dan wijst hij ons de weg naar de Darling cafés. We staan nauwelijks voor de deur als hij gaat zeuren dat hij geld moet krijgen voor zijn ‘gids’-rol. Voor een paar meter vindt hij 1 US$ een leuk bedrag, dat is voor Vietnamezen een hoop geld. Wij dachten nog wel dat we inmiddels een soort van vrienden waren geworden. Als we hem iets, maar wel wat minder (we hebben geen zin om de markt te verzieken) willen geven, zien we ineens een heel ander persoon voor ons ... irritant en inhalig, op het brutale af. We krijgen al snel genoeg van onze zogenaamde vriend en lopen dan, zonder hem iets te geven (het is iets of niets) het Darling Café binnen. Als we zitten komt ‘ie binnen moeilijk doen, echter niet voor lang, hij wordt met harde hand buiten gezet ... dat is de laatste keer dat we hem gezien hebben. We schrijven een aantal kaarten in het café en eten er bijzonder lekker. Gisterenavond zijn we in plaats van de stad in, de stad uit gelopen ... vandaar dat er geen restaurants waren, logisch! Niet dat het er bol van staat in het centrum, maar er zijn er in ieder geval wel een aantal. De serveerster vertelt ons dat we kunnen e-mailen, is dat even mooi, ik verheug me er direkt al op. We moeten ten westen van het Hoan-Kiemmeer zijn, en daar moeten we toch naar toe om onze kaarten te posten.

Pag. 62

Page 66: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

We lopen naar de Dong-Xuanmarkt, maar als we er eenmaal zijn valt dat nogal tegen. De afdeling levende have (tropische vogels, apen en slangen) is niet opgesteld, wel zo prettig voor de beesten zelf uiteraard! Op straat komen we later nog wel 4 honden in één mandje tegen ... Lopend langs het meer kopen we, na flink afdingen, bij een stel kinderen een plattegrond van Hanoi. De lokatie, waar we zouden kunnen internetten, kunnen we niet vinden. Vele koloniale gebouwen (want die zijn er genoeg) lopen we in en uit, maar zonder resultaat. ‘Ze zijn hier gewoon nog niet zover, ze zijn al blij dat ze kunnen faxen ...’We lopen langs okergele gebouwen door brede lanen, waar de Franse sfeer nog zeer goed te proeven is. Overal is ook Franse literatuur verkrijgbaar, het lijkt alsof de Vietnamezen hier terug verlangen naar de koloniale tijd. Als we een buslading Fransen tegen het lijf lopen hebben we het wel gehad. We besluiten om maar weer naar de oude wijk van Hanoi, ten noorden van het meer, te lopen.

Op de heenweg hebben we een tent gezien waar we seafood-pizza’s konden eten. Die tent kunnen we echter niet meer vinden, we lopen van hot naar her, zonder resultaat en daar balen we dus behoorlijk van. Uiteindelijk gaan we dan toch maar weer bij het ‘Old Darling Cafe’ eten, achteraf gezien hadden we natuurlijk even de concurrent moeten proberen ... Er staat spaghetti op het menu, dat is niet gek ... wat we bestellen is dus niet moeilijk te raden.Midden in de spits lopen we terug naar ‘ons’ hotel. Roland stippelt de route uit en dat werkt. Via een straat met Chinese rommel en een treinspoor zus en zo over lopen we vlak bij ons hotel plotseling door een avondmarkt, waar vrouwen op de grond etenswaar zitten te verkopen. Het is een drukte van jewelste, beter gezegd een verkeerschaos met brommers, motors en fietsen. Auto’s zijn er bijna niet. De enkele auto’s die er zijn, zijn spiksplinternieuwe BMW’s. Als ze hier massaal auto’s gaan kopen staat het hier ongetwijfeld de hele dag vast. Om hier lopend over te kunnen steken is dus wel lef nodig, als onze familie ons toch eens al zigzaggend zou kunnen zien lopen ... Maar goed, we komen toch heelhuids weer aan in ons hotel.

Na een douche is het warme water helaas op ... een bad is dus gewoon te mooi om waar te zijn. Roland ligt CNN te kijken. We hebben op ons bureautje een heel grappig lampje staan, als je ’m aanraakt en weer loslaat gaat ‘ie aan en uit en dat op 5 standen ... een leuk speledingetje.

Wo. 19-11-1997

We hebben vandaag lekker uitgeslapen. Allebei hebben we weer dezelfde ziektebeelden als gisteren ... maar ach, gelukkig hebben we een goed gevulde medicijndoos bij ons.Rond 10:00u kunnen we gelukkig nog ontbijten in ons hotel, er wordt een uitgebreide soort brunch voor ons klaargemaakt. Ze doen erg hun best en zijn erg vriendelijk in dit Le Hoa hotel. We pakken onze spullen, checken uit, en gaan dan voor de verandering weer eens lopend op pad. Als eerste proberen we geld om te wisselen bij het treinstation, nadat we tevergeefs illegaal hebben geprobeerd het spoor over te steken. Helaas worden onze traveller cheques niet geaccepteerd, dus moeten we op zoek naar een ‘echte’ bank. Net als gisteren lopen we langs het Hoan-Kiem meer, naar achter het postkantoor waar we gisteren ook al zijn geweest, op zoek naar een bank. Eindelijk zien we een bank, en ja hoor ... gesloten, zo’n vermoeden hadden we al. Om de tijd te doden gaan we maar iets eten bij het ‘andere’ Old Darling Cafe. Eenmaal terug bij de bank krijgen we wel heel wat sneller en gemakkelijker

Pag. 63

Page 67: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

ons geld dan in China, dat moet gezegd worden. Hier zijn ze ook niet echt bang om beroofd te worden. Ze zitten hier niet achter tralies en/of glas zoals in China, daarentegen zitten ze hier ‘open & bloot’ het geld te tellen en worden geldzakken voor je neus geleegd.

Na het geld halen gaan we lopend naar het legermuseum. Vele foto’s, wapens, tanks, wrakken van vliegtuigen, kledingstukken, andere materialen en gereedschap staan opgesteld en geven als totaalplaatje een aardig beeld van 30 jaar oorlog. In het museum lopen vele Fransen rond, het museum is echter voor ons niet boeiend genoeg om er een langere tijd door te brengen. Al snel zitten we lekker te genieten van ons drankje: Roland heeft weer eens bier en ik kan maar niet genoeg krijgen van het standaard kokosdrankje. Via het Ho Chi Minh mausoleum, waar we net de wisseling van de wacht te samen met vele Vietnamezen kunnen gadeslaan, lopen we naar de eenzuilige pagode. Langzamerhand vinden we dat we Hanoi nu toch wel zo’n beetje hebben gezien, heel de stad hebben we geloof ik inmiddels doorkruist. De eenzuilige pagode is klein, maar liggend tussen de lotusbloemen is het toch mooi om gezien te hebben. We lopen het ‘park’ uit en gaan dan, nadat we rustig de tijd hebben genomen om flink af te dingen, met een cyclo naar Huang Can, restaurant nr. 22.

En daar zitten we dus nu, via de keuken zijn we in een soort van huiskamer terecht gekomen. Er is blijkbaar net iets lolligs op TV, want er wordt uitbundig gelachen. De vogeltjes fluiten en je hoort nauwelijks straatverkeer. Op zoek naar een toilet word ik via een slaapkamer (waar iemand heerlijk ligt te slapen) en een bijkeuken naar de badkamer geleid. Je bent dus gewoon bij de mensen thuis, een leuke afwisseling!Maar dan moeten we toch snel weg, want over 2 uur vertrekt de trein naar Danang. Vanuit de cyclo hebben we een multimedia computer shop gezien en daar willen we eigenlijk ook nog even langs. Als we de shop eindelijk gevonden hebben, blijkt ‘ie gesloten te zijn. We halen onze spullen op uit het hotel en het Koreaanse meisje neemt allervriendelijkst afscheid. Eenmaal op het treinstation staat de trein er al, we kunnen dus direkt instappen. Het blijft prettig dat ze hier niet zo streng met veiligheid omgaan. De trein is wel wat anders dan in China. De wagons zijn veel smaller, er zijn geen stoeltjes in het gangpaden en de zes ‘hard sleepers’ zijn ondergebracht in een afgesloten coupé. Je kan elkaar nauwelijks passeren, zeker als je een rugzak op je rug hebt hangen. Geef ons de trein van China maar!

3.4 Jurk laten maken in Hoi An en ananas eten op het strand van Cao Dai

Do. 20-11-1997

Het is nu 06:00u geweest, maar heel m’n coupé is al wakker en zijn lekker druk aan het babbelen. Aangezien Roland (die een paar coupés verder ligt) mijn horloge heeft, heb ik er geen idee van hoe laat het is. Als ik al weg gedut ben vannacht dan is dat niet vaak geweest. M’n rug deed pijn en ik wist dus niet erg hoe ik liggen moest. Ik ga nog eens wennen aan weinig slaap op deze manier. Ik lag voor het eerst op de 3e ‘verdieping’, het uit het bed klauteren was een nog minder succes dan het erin klimmen. De ruimte boven je op de 3e is zo gering dat je slechts alleen op je bed kan liggen, je omdraaien gaat zelfs niet eens soepel ... je zou claustrofobie krijgen, een ‘tosti-ijzer’ is er niets bij. Ook m’n haar zat iedere keer vast aan een deurtje wat alsmaar stond te klapperen.

Ik ben blij dat ik weer met beide voeten op de grond sta. Ik heb amper de tijd om even ‘bij te komen’, slaperig sta ik wat verdwaasd rond te kijken als twee van de vier Vietnamese

Pag. 64

Page 68: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

vrouwen uit m’n coupé me direkt gaan masseren. Ook moeten ze allemaal even aan m’n haar voelen ...De dag begon mistig, maar inmiddels schijnt volop de zon ... voor het eerst in Vietnam! Kunnen we dan toch een paar dagjes uitrusten op het strand?De enige man in de coupé probeert een gesprek met me aan te knopen door op een papiertje van alles in het Frans/Engels op te schrijven, mijn Frans is echter behoorlijk weggezakt. Wat ik nog net kan ontcijferen is dat hij geboren is in 1933, net als m’n eigen vader, alleen ziet dit mannetje er stukken ouder uit. Z’n vader, moeder en zus zijn omgekomen tijdens de oorlog.Als ontbijt krijgen we een soort van ba pao broodje, waarvan ik de vulling (op een ei na) niet thuis kan brengen. Zonet hebben we een kop thee gedronken, die smaakt hier stukken beter dan in China! Nou ga ik maar eens kijken of Roland inmiddels wakker is.

We staan nu stil in een één of ander gehucht. Ook hier hebben alle Vietnamese vrouwen een rijsthoedje op, het straatbeeld is precies zoals ik me het al had voorgesteld. Inmiddels zijn we Hué al gepasseerd. Alle westerlingen zijn daar uitgestapt, om de restanten (want meer is het niet) van de oude keizerlijke stad te gaan bekijken. Het stadsbestuur heeft geld gekregen van Unesco om de verboden stad weer op te bouwen, maar omdat men niet meer weet hoe de stad er voorheen heeft uitgezien beginnen ze er gewoonweg maar niet aan. Wij nemen dus niet de moeite om hiervoor uit te stappen. We zitten nu in een 2-persoons coupé, het is dus lekker rustig. Omdat er zoveel buitenlanders zijn uitgestapt mogen wij hier nu zitten. Maar toch was het leuk om een tijdje tussen de Vietnamezen te hebben gebivakkeerd. Het landschap wat aan ons voorbij schiet is zo mooi, dat er geen natuurfilm tegenop kan. Links hebben we af en toe uitzicht over de zeekust met rotsen en rechts de rijstvelden met diverse dorpen. Tussen de rijstvelden, achter de huizen of zo in het open veld zie je overal grafstenen, af en toe geeft dat een wat lugubere indruk. Overal wordt je herinnert aan de oorlog, hoeveel Vietnamezen zullen er eigenlijk in totaal omgekomen zijn tijdens de zo’n 30 jaar oorlog?

Rond 12:00u staan we in Danang. We regelen alvast maar treinkaartjes voor overmorgen naar Nha Trang, weer moeten we zo’n 3x zoveel betalen als de Vietnamezen. Daarna proberen we vervoer te regelen naar Hoi An, eigenlijk willen we rechtsreeks naar het strand van Cao Dai zien te komen. Het wordt weer flink afdingen ... Ik word daar soms zo moe van, zeker omdat ze hier zo achterlijk hoog beginnen. Het voordeel is dat ze meestal dan ook wel snel zakken in prijs, maar meestal is niet altijd zoals nu. Uiteindelijk wordt ons voor een redelijk bedrag beloofd dat we direkt bij het Cao Dai hotel op het gelijknamige strand zullen worden afgezet.‘Dat is mooi, dan kunnen we gelijk plat ...’Onderweg rijden we over een brug gemaakt door Amerikanen. Direkt ernaast ligt een brug gemaakt door Fransen in 1954, terwijl hun landgenoten in Dien Bien Phu werden afgeslacht. Ook passeren we het oude vliegveld van de Amerikanen, dat tot 1975 dienst heeft gedaan tijdens hun strijd tegen Noord Vietnam. Het Cao Dai hotel blijkt niet op/bij het strand te liggen, maar in Hoi An. Maar ach, het hotel ziet er best aardig uit, dus besluiten we om daar toch maar te blijven. We maken ons klaar voor het strand en huren dan voor alle zekerheid toch maar een fiets. Ze zeggen wel dat het slechts 2,5 km naar het strand is, maar inmiddels gaan we de Vietnamezen kennen, de kans is klein dat ze de waarheid spreken. En inderdaad, op het eerste bord wat we tegenkomen staat ‘Cao Dai - 4 km’.

Daar zijn we dan ... op het strand van Cao Dai. Ons boek spreekt over een magnifiek strand, dus we hebben er waarschijnlijk te veel van verwacht. Dat moet je dus gewoon nooit doen ...

Pag. 65

Page 69: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

het strand is aardig, maar niet bijzonder. Er zijn wel palmen, maar niet op het strand zelf en het water is ook niet echt helder. Voordat we op het strand gaan liggen, eten we eerst nog wat in een strandtent, heel toepasselijk vis ... voor een achterlijk bedrag (een tientje). En dan, rond 3 uur is het eindelijk zover, we spreiden onze handdoek uit. Niet te geloven ... zonnetje weg, wolken, wolken en nog eens wolken. Ons geluk ... Roland neemt nog een duik in zee, hij kan als een kleine jongen toch altijd zo genieten van een paar golven! Ik wordt voor de zoveelste keer lastig gevallen door een Vietnamees verkoopstertje. ‘Wil je een ananas?’‘Waar kom je vandaan?’‘Nederland’. ‘Mooi land is dat.’ Dat zegt ze natuurlijk tegen iedereen.‘Hoe heet je? Ik heet Lil (of Lee).‘Ananas?’‘We hebben net gegeten ...’‘Misschien later, vergeet me niet, mijn naam is Lil.’Stuk voor stuk dreunen ze allemaal hetzelfde verhaal op om hetzelfde te verkopen. Nee, echt slim zijn ze hier niet. Helaas blijft het zonnetje weg, het ziet er dan ook naar uit dat ‘ie zich niet meer wil laten zien. Dus fietsen we maar weer terug en nemen een douche.

‘s Avonds besluiten we om te gaan eten in een tent waar we vanmiddag hebben langs gefietst. Half over een meer hangend zag het er erg gezellig uit. We stappen dus maar weer op onze fiets, inmiddels is het donker, pikkedonker kan je beter zeggen. Als op een gegeven moment de straatverlichting er ook nog mee ophoudt, moeten we de rest dus echt op de tast zien af te leggen. Maar goed ... eindelijk komen we dan toch op de plaats van bestemming aan. ‘Oh Nee, hè ... Karaoke-hork, wat erg ... Wat nu? Zullen we maar weer terug gaan?’‘We kijken wel even binnen naar hoe het menu eruit ziet ...’Met als resultaat dat je dan niet meer zo gauw wegloopt. Tot overmaat van ramp blijken er twee karaoke-hokjes te zijn, die tegen elkaar op de ergste geluiden produceren. Wat erg ...Als het licht tot drie keer toe uitvalt, willen we er eigenlijk wel stiekem vandoor gaan (ik zeg het, Roland denkt het). Roland bestelt vis, krijgt ‘rubber-inktvis’. Mijn beef is gewoon beef, maar het is toch best lekker.

En dan moeten we weer terug zien te komen. Zonder in een sloot te zijn beland, rijden we uiteindelijk dan toch het terrein van ons hotel op. Wat een dag ... kijken wat het morgen weer wordt ...

Pag. 66

Page 70: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

Vr. 21-11-1997

Na ons ontbijt in het hotel (met stokbrood, jam, fruit en thee dus niet echt gek, Roland z’n koffie heeft wat van bagger weg en is dan ook niet te drinken) zijn we naar de markt van Hoi An gefietst. Het blijft grappig, die Aziatische markten. Ook al lijken ze erg veel op elkaar, toch is er geen één hetzelfde. Ook hier wordt weer van alles verkocht: groente, fruit en kruiden, maar ook eenden en varkens. Een Vietnamees meisje komt op ons af en vraagt of we alsjeblieft naar haar moeders winkel willen komen kijken. Vooruit dan maar, maar eerst willen we nog even langs de kade lopen ...Als we met het meisje mee willen gaan, staan onze fiets niet meer op de plaats waar we ze hebben neergezet. ‘Wat nu? Fietsen weg?’ Onze fietsen blijken in een fietsstal te zijn neergezet, daar kunnen we ze dus ophalen en er netjes voor betalen. We staan dus blijkbaar ergens wat niet echt de bedoeling is. De winkel waar we naar toe worden geloodst blijkt een winkel met allerlei stofjes te zijn. Chinese zijde, Thaise zijde, noem maar op. Stapels boeken liggen klaar, ik hoef maar te kiezen en hun maken dat dan razendsnel op maat in welke stof dan ook ... Ik kan het niet weerstaan om iets voor mezelf te laten maken, dus laat ik mezelf opmeten, kies ik een leuk model en een leuk stofje uit en voor Fl. 50,= heb ik er dan vanavond als het goed gaat een jurk bij ... voor de bruiloft van Lisette & Corné?We lopen de toko uit en dan, nee ... dit is werkelijk niet te geloven ... weer zijn de fietsen verdwenen, wat een land! Ik loop terug naar de kledingtoko en vraag of hun misschien weten waar onze fietsen nu weer uithangen. We hadden het kunnen weten ... in een weer andere fietsenstalling, weer moeten we betalen. We fietsen nog even langs de ‘Japanse brug’ en eten een overheerlijke bananenpannekoek. Via het hotel fietsen we zo snel mogelijk naar het strand, de lucht is nog blauw maar de bewolking komt al snel dichterbij.

We zijn nog niet op het strand of de verkopertjes komen alweer op ons af, weer met hetzelfde verhaal. In plaats van rechts gaan we nu links van de parasols zitten, lekker rustig. We lopen langs vissers die in ronde manden (dichtgemaakt met pek) de zee opgaan, lekker stabiel ... Daar moet je niet inzitten als zo’n storm zoals ‘Linda’ voorbij komt, zoals begin deze maand het geval was. Vele Vietnamese vissers zijn hierbij om het leven gekomen. Er zijn lekkere hoge golven en als na verloop van tijd de bewolking ook optrekt, is het echt helemaal té gek. ‘Dit is pas echt vakantie.’We brengen heel wat tijd in de zee door, de golven lijken steeds hoger te worden. Als ik uiteindelijk over de kop sla is dat bijna wel zeker, wat een strandpret! Zeker omdat ik alles gewoon kan zien, wat een uitvinding die weggooi lenzen! We kopen een ananas bij een aardige ananas (hoe kan het ook anders) verkoopster. Zorgvuldig schilt ze de vrucht, Roland en ik krijgen allebei een helft. We hebben net het laatste stukje op als de rest van de verkoop(st)ers op ons afkomen.‘Waarom heb je geen ananas bij mij gekocht?’‘Je hebt het mij beloofd.’‘Nee hoor, we hebben alleen maar gezegd, misschien later ...’Maar het zet geen zoden aan de dijk, stug blijven ze bij ons zitten. Eén verkoper (Lucky Luke) maakt het zelfs zo bont dat ‘ie traantjes laat vloeien hopend dat ‘ie op die manier toch maar iets kan verkopen. Helaas Lucky ...Rond een uur of vier wordt het weer bewolkt. Na veel afdingen koopt Roland nog een broodje met kaas, ui, tomaat en komkommer het zand krijgt ‘ie er gratis bij. ‘Ik maak de beste broodjes.’

Pag. 67

Page 71: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

‘Je gaat er van houden, ik weet het zeker, iedereen houdt ervan, het is erg lekker, ik maak de beste.’Ze weet de boel goed te verkopen, in Sapa hadden we voor hetzelfde geld twee broodjes gehad, maar ach. En ja hoor, daar komt Lucky Luke weer, trots dat toch mooi al z’n ananassen zijn verkocht. ‘Ben je weer vrolijk nu?’‘Ik ben nooit gelukkig ...’‘O, ...’Plakkerig en onder het zand fietsen we weer terug naar ons hotel. Een douche doet op zo’n moment wonderen. Opgefrist gaan we naar de toko van vanmorgen, daar waar m’n jurk klaar zou moeten hangen. In het donker is het wat moeilijk te vinden, maar eenmaal bij de goede toko aangekomen hangt ‘ie er gelukkig ... Achter een doek, die vastgehouden wordt door twee Vietnamezen, moet ik ‘m nog even passen. Hij wordt ter plekke nog even versteld en ja hoor, dat is ‘m dan. We eten Italiaans en lezen de Vietnamese krant. Gelukkig is de smog een beetje weg uit Singapore en Maleisië. Op de terugweg fietsen we ineens langs een rollerskate baan. Dat is gaaf, dat gaan we doen! Dus niet, we blijken de enige te zijn, dat is dus wat minder. Misschien later op de avond? Inmiddels lig ik verbrand en enigszins loom te zijn op bed. Ik geloof dat ik het rolschaatsen niet meer zo zie zitten ...

Za. 22-11-1997

Van het rolschaatsen is gisteren niets meer terecht gekomen. Allebei zijn we in slaap gevallen, rond tien uur werden we wakker van de regen. Precies twaalf uur later gaan we met een taxi terug naar het treinstation in Danang. Ik koop nog een aantal Franse broodjes voor in de trein en dan is het wachten op de trein. Precies op tijd komt ‘ie het station binnengereden.

Er wordt zojuist eten geserveerd. Dat is hier gratis, maar dat mag ook wel als je ziet wat voor bedragen we voor Vietnamese begrippen neer moeten tellen voor treinkaartjes. Het drinken meten we wel zelf betalen. Het eten blijkt echter vol met mieren te zitten, dan vergaat de trek je dus ook wel. ‘Dan eet ik alleen het wafeltje maar op, dat zit tenslotte in plastic verpakt ...’Helaas, het aantal mieren wat zich daarin hebben verzameld, is helemaal walgelijk.

3.5 Palmomzoomd strand van Nha Trang en snorkelen bij kleine eilandjes

Het is inmiddels alweer rond 16:00u, we zitten in de trein naar Nha Trang. Deze trein is nog irritanter dan de vorige. De bedden zijn zo dicht boven elkaar geplaatst dat zelfs het Vietnamese meisje tegenover ons zo’n 20 cm tekort heeft om rechtop te kunnen zitten. Als het bed boven je niet bezet is, dan heb je geluk want dan kan je die tenminste naar boven klappen. Anders ben je verplicht te gaan liggen, ineengedoken te zitten of maar in het gangpad te gaan staan. En dan te bedenken dat we nog niet eens op de helft zijn! De treinen zijn smerig, de lakens worden niet zoals in China verschoont, alles bij elkaar geven deze treinen een wat groezelige indruk Het uitzicht is veelal fantastisch, maar het door tralies kijken (gaas van 2x 2 cm) gaat snel vervelen. Weer wordt het fraaie landschap vaak gedomineerd door grafstenen, blijkbaar is dat dan toch iets typisch Vietnamees.

Pag. 68

Page 72: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

Na de stop in Qui Nonh wordt het al snel donker. We proberen maar wat te slapen. Helaas maakte de trein alweer een oorverdovend lawaai, gelukkig bieden m’n oordoppen weer uitkomst. Als we in Nha Trang aankomen heb ik toch nog zo’n uurtje kunnen slapen. Vanaf het treinstation rijden we met twee cyclo’s naar het Vina-hotel, vlakbij het strand. We eten nog een hapje bij het hotel, proberen in het donker de omgeving rond het hotel te verkennen (‘s avonds elf uur, dus alles is kompleet uitgestorven) en nemen gaan dan genieten van een verrukkelijke douche. We zijn weer verlost van het treinvuil en ongedierte. We hebben ook weer een TV op de kamer, maar op dit uur stelt dat niet veel voor.

Zo. 23-11-1997

Wat een heerlijk bed hebben we hier in het Vina hotel! Alleen levert een 1-persoons dekbed voor 2 personen af en toe wel wat koude ledematen op. De airco raast op volle toeren. Ik hoef m’n bed niet zo nodig uit, allerlei regengeluiden maken dat niet erg aantrekkelijk. Totdat ik er langzaam wakker wordend eindelijk achter kom dat het geluid veroorzaakt wordt door een ietwat te stoffige airco. De zon blijkt uitbundig te schijnen. Wat een geluk, want vandaag is het stranddag!We eten een heerlijk ontbijt in het dorp met aller erop en eraan. Daarna besluiten we om toch ook maar even een wasje te doen, want het is tenslotte de bedoeling dat we hier wel even blijven. Het kleine spul gaat in de badkuip, de grote spullen geven we af bij de receptie van het hotel. En dan ... zo snel mogelijk naar het strand.

Ons hotel ligt nog geen 100m van het strand, rond 11 uur liggen we dus al lekker te ‘bakken’. De vele palmbomen maken het strand aantrekkelijker dan dat van Cao Dai in Hoi An. Het witte zandstrand ligt aan een baai met vele eilanden voor de kust. Het water is helder, maar niet echt spectaculair helder. De zee is wat rustiger dan bij Cao Dai, het spelen in de golven ‘missen’ we dus een beetje, al dobberend genieten we behoorlijk van deze rustige vakantiedag. Roland koopt een tweetal T-shirts van een 12-jarig meisje. Rond 15:00u komen we er achter dat ik als een soort ‘rode kreeft’ in het water aan het dartelen ben, dus verplaatsen we ons boeltje maar naar een schaduwplaats onder de kokospalmen. Ook kopen we op het strand reuze garnalen, die door een wat oudere Chinese vrouw ter plekke op een houtskool vuurtje worden gaar gestoomd. Het smaakt niet verkeerd ...Een ander, ditmaal een ietwat dikke, Vietnamese gaat spontaan Roland masseren en een teen manicuren. Dat wordt dus niets, Roland ‘springt’ alle kanten op, hij ligt in een deuk. Dat gefreubel aan z’n lijf is niets voor hem. De Vietnamezen vinden z’n reactie wel grappig, zodat binnen afzienbare tijd zo’n beetje alle verkoop(st)ers van het strand zich om ons heen verzamelen. Ze pakken het hier wat slimmer aan dan in het noorden, hier verkopen ze tenminste niet alleen ananassen. Wat ons ook opvalt is dat ze hier veel vriendelijker zijn en tenminste niet zo ‘doordrammerig’ als in het noorden. Waarschijnlijk is dat toch het gevolg van het communisme, wat daar zolang de hele economie heeft verziekt. De economische hervormingen gaan in het zuiden dus blijkbaar veel sneller dan in het noorden. Het verschil is overduidelijk, Zuid Vietnam lijkt nog steeds een geheel ander land. Vietnam wordt op deze manier dus steeds leuker. Na de overheerlijke garnalen naar binnen te hebben gewerkt, lopen we via het strand naar het vissersdorp Cau Da. Van alles is aangespoeld; dode vissen, paling, een rat tot zelfs varkens en een één of ander rund zonder kop toe. Niet echt een fris gezicht dus ...Na zo’n 6 km gelopen te hebben, valt het dorp nogal tegen. De huizen op palen met vissersboten, waar het dorp zo bekend om staat, bekijken we vanaf de haven en lopen dan weer terug.

Pag. 69

Page 73: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

We eten pizza bij een Italiaans restaurant aan het strand. Via de Tran Phu Boulevard lopen we terug naar ons hotel. Er kan hier nog genoeg gebouwd worden, wat waarschijnlijk dan ook wel zal gaan gebeuren. Bij een soort van reisbureau boeken we een boottocht bij de alom bekende ‘Mama Linh’ maatschappij. Morgen gaan we dus naar de eilanden Mieu, Tam en Mot voor de kust als het goed gaat. We proberen nog collect-call te bellen, maar net als in China werkt dat hier dus ook niet.

Ma. 24-11-1997

Om 8:00u zijn we al zover dat we geld hebben gehaald en treinkaartjes hebben geregeld voor morgen naar Ho Chi Minh (Saigon). We eten nog snel een broodje ei en wachten dan op de minibus wat ons naar de boot van ‘Mama Linh’ zal brengen. En, waar we dus al bang voor waren ... het busje zit vol met toeristen. De boot wordt tot overmaat van ramp kompleet vol gestouwd met nog veel meer toeristen.

Via het Moon-eiland gaan we naar het ‘Tam’-eiland, alwaar we wat snorkelen en zwemmen. Veel valt er niet te zien, zeker niet als je het vergelijkt met de eilanden voor de kust van Lombok! Als lunch eten we voornamelijk ‘seafood’, niet gek. Na afloop moet er zo nodig gezongen worden, als een soort van kleuterklas worden we geacht een Vietnamees lied te leren. Als wij ergens een hekel aan hebben dan zijn dat dus zulk soort dingen! Dan worden er zwembandjes uitgeleverd, we mogen nog even in het water dobberen ... Zwemmen kunnen we ook in het Haringvliet vanuit het bootje van Aad. Hier zijn we om Vietnam, in dit geval de eilanden te zien en niet om bezig gehouden te worden. De rest van de toeristen (m.n. Duitsers) vinden het prachtig, nou ... wij dus niet.Nu weten we het dus echt zeker. Na de georganiseerde trip in Tunesië en deze dag hebben wij ons lesje wel geleerd. Nooit, maar dan ook nooit meer, zullen wij iets georganiseerd gaan ondernemen. We hadden gedacht dat we op de eilanden zouden worden gedropt, en dan na een tijdje te hebben rond gekeken, op naar het volgende eiland. Maar nu kom je nog geen eens óp een eiland, vanaf de boot moet je het water in en uit. We zijn nu op het eiland ‘Hon Mot’. We mochten het eiland pas op mits we daarvoor 2000 Dong/persoon voor betaalden. Je kan wat volleyballen of jet-skiëen, maar van het eiland zelf zie je dus niets. Het is ook niet de bedoeling geloof ik dat we op eigen houtje eens even het eiland gaan verkennen. Alles is afgezet.Het lijkt erop dat de regering de toeristen zover mogelijk van alles en iedereen vandaan wilt houden, want dat is nu zeker het geval. Het is een slimme manier om de toeristen te bundelen en af te zonderen, contact met Vietnamezen ontbreekt in z’n geheel en dat is waarschijnlijk nou net de bedoeling. Maar ach wat zeuren we nou eigenlijk ... We hebben mooi weer, het is een rustige dag en velen zouden waarschijnlijk dus zo met ons willen ruilen. Eenmaal terug op de boot staan er allerlei soorten vers fruit uitgestald (papaya, mango, mangoestan, lemon, ananas, etc.), dat is dus even flink door eten!Tot slot gaan we naar het eiland Mieu (Hon Tre), weer ankeren we vóór het eiland. Vietnamese kinderen zijn druk bezig om elkaar nat te spetteren vanuit een gepekt mandje en dat is leuk om te zien. Voor mij het hoogtepunt van de trip. De Vietnamese bevolking, flora en fauna, daarom zijn we tenslotte hier.

Eenmaal terug in het hotel frissen we ons op en gaan we eten in onze favoriete ontbijt tent, ‘Des Amis’. Ik heb zin om eens goed voor de inwendige mens te zorgen en dus bestel ik biefstuk. ‘t Smaakt anders dan in ons eigen landje, maar het is zeker goed te eten.Het is nu 19:30u en echt, ik heb al behoorlijke slaap en lig dus ook al in bed.

Pag. 70

Page 74: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

Onvoorstelbaar ... m’n ogen vallen simpelweg gewoon dicht.

Di. 25-11-1997

Al vroeg zijn we uit bed. Als we bij onze favoriete ‘Des Amis’ komen, worden de reclameborden net buiten gezet. Maar uiteraard zijn we al welkom. De broodjes moeten nog even op straat worden gekocht en het fruit wordt ook net afgegeven. Wat willen we nog meer ... warm brood en vers fruit. Om 8 uur gaan we al richting strand, het is dan al zo’n 32 °C. Er is dan ook geen wolkje aan de lucht te bekennen.We kopen ansichtkaarten van de eerste de beste verkoopster en tussen het schrijven door, dobbelen we ter afkoeling heerlijk in zee. De zee is nu écht turkoois én helder! Een 14-jarig Vietnamese jongen zwemt met ons mee. Wij zijn zijn vrienden, zo zegt Hoi. Rond 11 uur moeten we dan toch echt terug naar ons hotel, want om 12 uur moeten we weer uitgecheckt zijn. Na onze spullen te hebben gepakt, huren we een fiets. We fietsen door de achteraf straatjes van Nha Trang naar het noorden. Als de verharde weg verandert in een zanderige massa weten we bijna wel zeker dat we verkeerd zitten. Het verbaast ons dus niet echt als we uiteindelijk uitkomen bij een rivier (Cai rivier) en we dus niet meer verder kunnen. Direkt komen er vele Vietnamezen op ons af, door twee ventjes worden we (met fiets) uiteindelijk in een bootje naar de overkant gebracht. Dit tochtje is leuker dan de gehele boottocht van gisteren.

We zitten nu bij de Cham torens van Po Nagar op de noordelijke oever van de Cai rivier. De bouwwerken zijn gewijd aan de vrouw van de hindoe-god Shiva. Bij de ingang zitten mismaakten te wachten op een wonderbaarlijke genezing. Vanaf het platform hebben we een prachtig uitzicht over de vissersboten en het dorp met de paalwoningen. Het is bloedje heet en nog steeds is er geen wolkje aan de lucht! Om te fietsen is dit eigenlijk wel iets te veel van het goede, maar ach ... het idee dat de temperatuur in Nederland nu zo rond het vriespunt ligt, daar zouden we helemáál niet aan moeten denken.Na het bezoek aan de Cham torens fietsen we naar de ‘Long San’ pagode. Voor het eerst in deze vakantie hebben we een soort van culturele middag. Bij de pagode lopen een jongen en meisje aan de hand met ons mee, ze willen dat we ze meenemen naar Nederland.

Nadat we de ansichtkaarten op de post hebben gedaan, gaan we nog even iets drinken aan het strand onder de kokospalmen bij een gezellige tent. Ik bestel kokosnootsap en krijg daarop een gehele kokosnoot voor m'n neus met een rietje en lepel erbij. Ik lepel de gehele kokosnoot uit, net zolang tot er geen stukje kokos meer te bekennen is. Roland geniet van z’n standaard 1L biertjes. Plotseling komen we erachter dat we er eigenlijk niet zo goed zitten, onder een onwijze kokospalm, waar vele kokosnoten aan hangen op zo’n 8 m boven ons, als die op je knar vallen ...Met deze temperaturen is lekker niks doen in de schaduw wel wat beter dan fietsen. In een ander leuk uitziende tent gaan we iets eten. Mijn kip met rijst stelt nog iets voor, Roland z’n varkensvlees daarentegen lijkt nergens op. De tent is bovendien te duur en is ook niet zo gezellig zoals we vanmiddag dachten. Roland z’n maag is niet gevuld met dit kleine beetje eten dus gaan we maar weer terug naar de vorige tent waar ‘ie een lekkere (nou ja, dat moet ‘ie nog even afwachten natuurlijk) pizza bestelt. Ja hoor, daar komt ‘ie dan ... ‘Ach, hij smaakt aardig, bij ons uit de vriezer smaken ze zeker zo goed ...’We zijn gewoon weer toe aan een Mac Donalds denk ik. Het is eigenlijk erg, nou hebben we eens westers te eten, is het weer niet goed.

Pag. 71

Page 75: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

We geven onze fietsen weer af en gaan dan met de cyclo naar het treinstation, waar op dat moment ‘onze’ trein al binnen komt gereden. We drinken nog even iets en gaan dan de waardeloze Vietnamese trein in (ditmaal komen we tot de ontdekking dat het om een oude afgekeurde Chinese trein blijkt te gaan). Gelukkig valt de rit mee, de trein is stukken schoner dan de vorige. Tijdens de rit komen we op het onderwerp ‘trouwen’, het zal toch wel erg leuk zijn als we dat in Thailand zouden kunnen ...Daarna praat Roland met een Vietnamees tot in de late uurtjes over politiek. De trein maakt weer onwijs veel lawaai, maar weer dankzij m’n oordoppen val ik dan toch in slaap. Als ik wakker wordt zijn we inmiddels al in Ho Chi Minh aangekomen.

3.6 Met de cyclo Ho Chi Minh stad verkennen Wo. 26-11-1997

Rond 5 uur in de ochtend komen we aan in Ho Chi Minh, alweer per cyclo gaan we op zoek naar een hotel. Maar ‘s ochtends valt er op dit tijdstip nog niet veel te beleven, alle winkels zien er verlaten uit. We zien al wel eetkraampjes op straat verschijnen, sommige mensen liggen nog op straat te slapen terwijl andere al actief bezig zijn met ochtendgymnastiek. Maar gelukkig kennen de cyclo-rijders de nodige eigenaren van gasthuizen. We geven de prijsklasse door wat wij er zo ongeveer voor over hebben. Bij een smal maar hoog gasthuis stoppen we en na wat gebonkt te hebben op de deur wordt er open gedaan. De kamer is best aardig, met airco voor slechts 12 US$/2 personen.We luisteren naar de wereldomroep en maken een lijstje wat we vandaag allemaal willen vragen aan een reisbureau en wat we vandaag zoal kunnen gaan doen.

We ontbijten bij het ‘Kim-café’, favoriet bij reizigers en toeristen, evenals het Sin Café een deur verder. Beide cafés zitten dan ook propvol met westerlingen. Om half 9 komt er een bus voorrijden naar Tay Ninh (tempel van de Cao Dai religie), gecombineerd met een trip naar de Cu Chi tunnels. Tien minuten later wordt de volgende bus vol geladen richting Mekong delta. Wat is dit een toeristisch oord!Het zijn precies de twee trips die we hier hadden gepland, maar na de boottrip van een paar dagen geleden, moeten we er niet aan denken om weer de toerist uit te gaan hangen. De Cu Chi tunnels blijken een toeristische attractie te zijn geworden, speciaal voor de toersten is een bepaald gedeelte breder gemaakt, dat is dus het enige wat je te zien krijgt en waar wij dan dus niet zo op zitten te wachten. En om in rijen door een tempel te schuifelen (ik zie het al voor me) is ook niets voor ons. ‘Wat nou?’‘Laten we maar uit gaan zoeken hoe en wanneer we Vietnam kunnen verlaten, dat lijkt me een beter idee.’

Het stikt van de reisbureaus, degene die adverteert met een trip naar Cambodja trekt ons het meeste aan. We lopen naar binnen en vragen of Cambodja op dit moment wel een beetje veilig is. ‘Geen probleem, wij organiseren bustochten over de grens en meestal komen de bussen met de mensen netjes weer terug, dus het zal wel goed zijn.’We kunnen dus eventueel over land naar Cambodja, maar de Visumdienst vanuit Nederland (zo bleek vanmorgen nadat we ons visum hadden laten checken om narigheid bij het verlaten van Vietnam te voorkomen) heeft ons een luchtvisum aangesmeerd dus dat kunnen we wel vergeten. Ik had het nog zo duidelijk gezegd: We hebben een landvisum nodig want we komen over land aan. Uit een extra telefoontje wat ik voor de zekerheid toch nog maar even had geplaagd bleek al dat ze het verschil tussen land- en luchtvisum totaal niet begrepen. Een leuke geldklopperij, zo’n visumdienst. Maar goed, nu zit er dus niets anders op dan Vietnam

Pag. 72

Page 76: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

per vliegtuig te verlaten. We kunnen vliegen naar Vientiane (Laos) of naar Bangkok of voor hetzelfde geld via een tussenstop in Cambodja naar Bangkok. Maar als we het laatste willen zullen we moeten vliegen met Cambodia Airlines. Het is allemaal zo verleidelijk dat we uiteindelijk overstag gaan, tegen alle adviezen van het thuisfront in (die we het ook nog maar even niet vertellen) regelen we dus toch een vliegticket naar Phnom Penh, de hoofdstad van Cambodja, alwaar we een paar dagen zullen blijven alvorens we doorgaan naar Bangkok. Zometeen kunnen we het ticket ophalen. De stroom is in de toko, waar we hebben geboekt, uitgevallen dus we kunnen niet met visa betalen. Achter op de motor wordt Roland naar het hoofdkantoor gebracht, daar zou wel stroom moeten zijn.Na zo’n half uurtje komen ze weer terug, het betalen is gelukt.

We besluiten om voor een halve dag maar 2 cyclo-rijders ’in te huren’. Dat is tenminste een snelle manier om de stad te verkennen, want morgen vertrekken we nu al naar Cambodja!We hebben de vaart er dus echt inzitten ... we zitten tenslotte niet in Zuid-Oost Azië om westerlingen te bekijken, dat kunnen we ook in eigen land. Op een zo eenvoudig mogelijke manier willen we Ho Chi Minh toch nog wel even zien. En een cyclo is daar, zeker met dit weer (zon, ± 32 °C, 85% vochtigheid) het ideale vervoermiddel voor.

Als eerste gaan we naar het ‘museum van de oorlogsmisdaden’, waar duidelijk vanuit Vietnamees oogpunt foto’s zijn opgehangen van de gruweldaden die tijdens de Vietnamoorlog door de Amerikanen zijn gepleegd. Ook de gevolgen van Agent Orange (het ontbladeringsmiddel wat de Amerikanen gebruikten om de schuilplaatsen van de Vietcong te kunnen ontdekken) worden op een afschuwelijke manier in de vorm van foto’s afgebeeld. Potten met misvormde embryo’s maken het beeld nog schokkender dan het al is. Ook de bombardementen en de gevolgen van de aanvallen met fosfor en napalm worden op een verschrikkelijke manier aan de bezoekers getoond. Het uitmoorden van het dorp ‘My Lai’ wordt op een levensgrote foto afgebeeld, die destijds de wereldpers haalde. Al met al geeft het museum dus een eenzijdig beeld, maar goed dat kan ook niet anders. Aan beide kanten, zowel in Vietnam als in Amerika, hebben we nu toch een bepaald beeld kunnen vormen. De Vietnam Veteranen Herdenkingsmuur in Washington staat, wat dat betreft, ook nog steeds in mijn geheugen gegrift. Het is ongelofelijk waar mensen waar dan ook, zeker in oorlogstijd, toe in staat zijn ...

Na het bezoek aan het museum worden we naar het Tam Tam internet café gebracht, een heel stuk fietsen voor de cyclo-rijders. We willen zo langzamerhand weer wel eens wat horen van het thuisfront. Maar helaas ... voor het opzetten van deze tent is geen toestemming gevraagd bij de Vietnamese regering, die het café vervolgens dus verboden heeft westerlingen gebruik te laten maken van Internet. En waarschijnlijk niet alleen voor westerlingen maar ook voor de Vietnamezen zelf, want kan natuurlijk zomaar niet ... zo gemakkelijk kontakt met de buitenwereld. Ook hier in Saigon geldt dat de georganiseerde trips waanzinnig goedkoop zijn (zo’n 4 US$ per dag), de reden daarvoor wordt me steeds duidelijker ... de toeristen blijven op een kluitje bij elkaar en kontakt met Vietnamezen wordt op zo’n manier uitgesloten. Als je echt zo nodig op eigen houtje wil gaan dan betaal je gewoon ruim 10x zo veel ... dat doet dus geen hond. Maar goed, e-mailen is er dus helaas niet bij.

We rijden naar de voormalige Amerikaanse ambassade, waar we alleen de buitenkant van kunnen zien, waarbij de betonnen muur rondom het gebouw (soort van bunker) nogal de boventoon speelt. Het platform, waar vandaan de Amerikanen in 1975 per helicopter zijn vertrokken, is nog duidelijk te zien. Vervolgens gaan we naar de pagode van de jade-keizer. De wierooklucht hangt als een smog-wolk in de lucht, wat het geheel wel een heel aparte

Pag. 73

Page 77: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

sfeer geeft, zoals overigens voor alle pagodes geldt. Voor ons als leek lijken ze echter allemaal als twee druppels water op elkaar, we zijn dan ook zo weer vertrokken.

Inmiddels is ons vochtgehalte zover gedaald dat we voorstellen om maar een restaurant op te gaan zoeken. Na een flink glas avocado-juice en een gehele kokosnoot te hebben leeggedronken en Roland zich tegoed heeft gedaan aan het bier, gaan we na nog iets te hebben gegeten boven in een slaapkamer een e-mail verzenden. Tijdens het eten zit er een Nederlandse leraar z’n proefwerken na te kijken, een andere Nederlander horen we zeggen: ‘Die idioot die een paar jaar gelden het Van Gogh schilderij heeft vernield is weer vrijgekomen en heeft het nu weer gedaan bij een ander schilderij.’ De eerste woorden die we na zo’n lange tijd weer in het Nederlands opvangen, dat is dus behoorlijk vreemd ... Achter z’n krant zit ‘ie te genieten van een zelf meegenomen broodje, hoezo typisch Nederlands?Het lukt ons uiteindelijk om slechts alleen naar pa Woutersen te e-mailen, die zorgt zeker weten wel voor de verspreiding van het berichtje. Berichten van het thuisfront hebben we niet kunnen bekijken.

Tot slot brengen de cyclo-rijders ons naar een markt, zo’n smerige, vieze oude markt heb ik nou nog nooit gezien. Met neus dicht, al bukkend om niet door het spinrag ‘te worden gevangen’ lopen we de markt door. Je moet goed opletten waar je je voeten neerzet anders breek je onherroepelijk je benen, je loopt namelijk over de afvalresten die hoeven ze dan namelijk niet af te voeren. Daar zijn we dus zo weer weg. Ik ben gek van markten, maar dit is iets té. De pagode aan de andere kant van de straat is wel aardig, zeker omdat juist op dat moment Vietnamese kinderen juist godsdienst les aan het volgen zijn. Wat spontaan ophoudt als ik voor de deur verschijn om een foto te proberen te maken, wat dan dus niet leuk meer is. Buiten de pagode worden zieken behandeld met gloeiend hete glazen of bamboe-hulzen. Deze worden op de huid (waar de kwaal zich bevindt) geplaatst. Na afkoeling van het glas of de bamboe wordt door het ontstane vacuüm de kwaal er als het ware uitgezogen, zo denkt men. Het is een typisch Chinees gebruik. Bezweet en klam komen we weer aan bij het hotel, waar we proberen even niets te doen ... gewoon wat bijkomen. Ik schrijf wat kaarten en daarna eten we bij een Italiaans restaurant. Ik neem lasagne en Roland, hoe kan het ook anders, natuurlijk pizza. Twaalf verkoopsters proberen allerlei rommel (zoals aanstekers in de vorm van bommen, waterkannen en met leuke lichtjes) aan ons te slijten. Al likkend aan een ijsje lopen we nog wat door de stad. Eenmaal terug in ons hotel krijgen we een bordje ananas mee naar boven en dat terwijl we net hebben verteld dat we maar één nacht blijven in plaats van drie.

Pag. 74

Page 78: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

4. Cambodja Do. 27-11-1997

Vandaag gaan we naar Cambodja! Het is al flink warm als we onze eerste stap buiten zetten, daarom gaan we maar met een cyclo (nu één, dus de cyclo-rijder moet flink doortrappen) naar het postkantoor om de kaarten te verzenden. Terug zijn we ondanks de warmte toch gaan lopen, waarop de cyclo-rijder reageert om voor de heenreis het dubbele te vragen, daar trappen wij dus mooi niet in! Gelukkig is het onderweg af en toe bewolkt, maar toch komen we geheel bezweet in het hotel aan. Een ijsje onderweg heeft geen effect. Eenmaal binnen komen we, mede dankzij de airco en een koude douche, weer een beetje op temperatuur. Ruim voor tijd staat de taxi (die we gisteren via de cyclo-rijder hebben geregeld) al op ons te wachten om ons naar het vliegveld te brengen. De hele familie van het gasthuis zwaait ons uit. Onderweg naar het vliegveld wordt al het verkeer tot stilstand gebracht langs de kant van de weg ... de president komt langs, begeleid door politie.

Na zo’n half uur staan we bij het vliegveld. Volgens het scherm moeten we inchecken bij balie B. En inderdaad, ons vluchtnummer staat op de lichtbalk boven de balie. ‘Sorry mevrouw, maar de vlucht is geannuleerd.’‘Oh nee.’‘Morgen kunt u terugkomen en opnieuw proberen, mevrouw.’‘Meent ze dat nou?’ vraag ik aan Roland die al druk bezig is de rugzakken in de beschermhoezen te proppen. ‘Hun hebben een probleem, wij niet ... wij hebben voor vandaag geboekt en gaan dus ook vandaag weg.’Een andere Vietnamees komt op ons af.‘Geen probleem, jullie kunnen vliegen met Vietnam Airlines, de incheckbalie is bij de buren.’ En ja hoor, zonder problemen krijgen we een boarding-card van Vietnam Airlines. Het blijft een vreemde gang van zaken ... we hebben geboekt bij Cambodia Airlines, ons ticket is van Malaysia Airlines en we vliegen uiteindelijk met Vietnam Airlines. Ach, als we maar heel aankomen, dan is alles best. Het verlaten van Vietnam is een ‘eitje’, zeker in vergelijking met de binnenkomst. We eten nog even een hamburger en worden dan al snel in een bus geloodst naar het vliegtuig, een Fokker 70. Vandaag lazen we trouwens, in onze eerste krant vanuit Nederland deze vakantie, dat Fokker het opnieuw gaat proberen onder de naam Rekkof. De vlucht stelt niets voor. Het is flink dooreten en -drinken, want binnen een half uur staan we alweer aan de grond. Tijdens de landing moet de boel nog worden opgehaald. Het is niet echt warm in het vliegtuig, de overgang van temperatuur bij het uitstappen is alsof er een elektrische deken om je heen wordt geslagen. ’Het is 33 °C in Phnom Penh’, zo zei de stewardess al.

Alles is prima geregeld op het vliegveld. De eerste balie is voor de visum aanvraag. Vervolgens gaat ons paspoort met aanvraagformulier en pasfoto wel wat veel (zo’n tien) Cambodjanen langs. De tiende steekt de paspoorten in de lucht, dat is dus zo gepiept. 20 US$ per persoon, wel wat makkelijker en goedkoper dan zo’n visumdienst. Maar ja, in China/Vietnam lukt dat nou eenmaal niet op zo’n manier, dan hadden we nu hoogstwaarschijnlijk op Schiphol ‘wortel geschoten’.De tweede balie is paspoortcontrole, ook al geen probleem. ‘Goh, dat is wel wat anders dan onze vorige grensovergang!’ Onze bagage ligt al op de bagageband op ons te wachten, waar we langs lopen naar de derde balie: geldwisselaar, ja dat hebben we natuurlijk ook nodig.

Pag. 75

Page 79: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

Met een taxi gaan we op zoek naar een betaalbaar hotel. Overal in de stad hangen spandoeken met als opschrift: ‘Met elkaar delen is voor elkaar zorgen’. De eerste twee gasthuizen keuren we af, ze zijn vies en bovendien is er geen airco. Lopend gaan we op zoek naar een maar iets luxer hotel. Al snel vinden we een aardig hotel ... voor het eerst Nederlanders als gast, dat vinden ze dus maar wat grappig. We proberen wat af te koelen en gaan dan op zoek naar een reisbureautje. We komen er al snel achter dat Cambodja duur is, dat komt onder meer omdat alles in US$ moet worden betaald. We tour laten we dus maar niet verzorgen, we besluiten om zelf maar iets te regelen. Via de centrale markt lopen we een rondje en eten we goed in een gezellige tent. Het teruglopen naar het hotel gaat niet zo soepel meer, vanwege de hoge vochtigheid zijn de onverharde wegen namelijk verandert in een soort van modderpoel en bovendien is er ook al geen straatverlichting.

Na een paar uurtjes in Cambodja is het verschil met China en Vietnam al overduidelijk. De meeste Cambodjanen zijn bijna zwart. In China en Vietnam worden armen, lichaam en het gezicht afgeschermd tegen de zon (lange handschoenen lapje voor het gezicht), dit om zo wit mogelijk te blijven. De rijsthoedjes zijn verruild voor een ‘soort van theedoeken’, die om het hoofd worden gebonden. Cambodja is een stuk rijker dan Vietnam, een aantal blikken in mooi ingerichte huizen, vele videospellen winkels en vele dure auto’s zijn hiervan het bewijs. Net als de Chinezen zijn Cambodjanen een stuk vriendelijker dan de Vietnamezen. En net als in China hebben we weer heet water op de kamer. Roland heeft net een lekker bakkie koffie gezet. Gelukkig is het hier niet zo’n toeristisch oord als in Saigon. We zijn blij dat we toch naar Cambodja zijn gegaan ...

Vr. 28-11-1997

We ontbijten in ons hotel en kopen een ‘Cambodia Daily’. Uit de artikelen blijkt dat Cambodja inderdaad nog niet echt veilig is. Zeker in de buurt van Siem Raep, waar de alom bekende Angkor Wat staat, kan je beter wegblijven. We lezen letterlijk dat gisteren een Thaise toerist en iemand van het leger door de kop zijn geschoten. Bovendien gaat met een bezoek aan Angkor Wat veel geld gemoeid (expres boot 50US$, entree 20US$, dat is dus zo’n 70 US$ per persoon voor één dag).

We lopen naar de markthal in het centrum van de stad, duidelijk herkenbaar aan een grote koepel. Het is te warm om ‘lekker te snuffelen’. We kopen kaarten en staan nog even stil bij een aantal cavia’s en dan hebben we het wel gezien. We zien nog net een stel monniken zeer geïnteresseerd Tv’s bewonderen, en dan staan we dus weer buiten. Lopend gaan we naar de Wat Phnom Penh. In de bloedhitte lopen we nog verkeerd ook , gelukkig doet een koude fles water soms wonderen ... Ik loop de trap op naar de Wat, Roland blijft beneden wachten. Net zoals in alle andere tempels staat er ook hier weer een gigantisch boeddhabeeld. Buiten de tempel staan kooitjes met vogeltjes. Door de vrijheid te kopen van deze vogels kan je het geluk vanaf deze plaats afsmeken. De vogels worden echter vrijwel direkt weer gevangen ... We lopen verder naar de rivier Tonle Sap om de Chruoy-Chongvarbrug te bekijken die in 1975 door de rode Khmer is opgeblazen. Eenmaal op plaats van bestemming blijkt dat de brug inmiddels weer in gebruik is. Japan had al aangeboden om ‘m te repareren, de brug heet nu daarom dan ook de Japanse Friendship bridge. We zoeken het hoofdpostkantoor op om de kaarten te schrijven, tegelijkertijd proberen we wat af te koelen in de schaduw.

4.1 Choeng Ek, het afschuwelijke vernietigingskamp van Pol Pot

Pag. 76

Page 80: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

De zengende hitte is vermoeiend, dus na de lunch houden we een soort van siësta door op ons gemak een krant te lezen en gewoon lekker te zitten en niets doen. Na een tijdje lopen we op ons gemak naar het koninklijk paleis. Op het moment dat we erachter komen dat het paleis voorlopig nog wel even gesloten is, komt er een brommer-rijder op ons af. Hij wil ons wel naar Choeng Ek, het vernietigingskamp van Pol Pot , brengen. Met z’n tweeën gaan we achterop ... 15 km over stoffige, niet altijd makkelijke toegankelijke wegen. Ach, het heeft wel iets, dit vervoermiddel hebben we tot vandaag tenslotte nog niet gebruikt.In een glazen herdenkingsstupa zijn de stoffelijke resten, schedels, botten en kleding uitgestald. Ongelofelijk waar een man zoals Pol Pot toe in staat is. Het schijnt zelfs zo te zijn, dat wanneer je het gebit van een familielid herkent, je de schedel mee mag nemen, hoezo gruwelijk ...We lopen langs de massagraven, waar de resten botten en kleding nog de grond uitsteken, enkele graven zijn maar opengemaakt. Alles is verschrikkelijk aangrijpend. Onze brommer-rijder, Map, begrijpt het ook niet. ‘Hoe kan Pol Pot hier opdracht voor hebben gegeven?’‘We zijn toch allemaal Cambodjanen?‘Op deze weg heeft Pol Pot gelopen om te zien hoeveel Cambodjanen inmiddels waren of werden afgeslacht.’‘Pol Pot moet opgesloten worden ... Rainsy is een goed man, hij kan ons de vrijheid geven die we verdienen. Gisteren is hij terug gekomen naar Phnom Penh.’‘Ik heb vertrouwen in hem. Twee ministers die elkaar voortdurend bevechten, daar hebben we toch niets aan?’‘Waarom komen jullie eigenlijk naar Cambodja?’‘Volgend jaar is alles hier vast beter, dan komen er vast meer toeristen, ik wil dan een eigen hotel gaan beginnen.’‘Ik heb nu twee banen, de rode Khmer zou me alleen daarom al dood willen hebben ... we moeten tenslotte allemaal even weinig hebben.’‘Of ik ga bij de Cambodia Daily werken, want ik studeer ook nog politiek in m’n avonduren.’Map is evenals de andere Cambodjanen die we tot nu toe hebben gesproken zeer open en vriendelijk. Hij gaat duidelijk niet bij ‘de pakken neerzitten’, gelukkig probeert ‘ie er nog iets van te maken. Hij zet ons weer af bij het koninklijk paleis. We lopen langs de Wat Ounnalem, de zetel van het hoofd van de Cambodjaanse boeddhisten. Vele (jongere) monniken zitten op het bouwwerk over de muur naar ‘het echte leven’ te staren.

We eten een ijsje, drinken wat en drinken weer wat ... het is nog steeds waanzinnig heet, maar desondanks hebben we toch weer veel gezien en gedaan ...Lopend gaan we terug naar ons hotel en nemen zo snel mogelijk een koude douche. Daarna eten we in het restaurant ‘Tropicana’. Buiten ziet het er gezelliger uit dan binnen. Bovendien is het eten duur en krijg je er nog weinig voor ook. Kortom, het had dus zo een Nederlands restaurant kunnen zijn. Ook moeten we lang wachten op het eten, iets wat niets voor ons is, daarom eten we ook nooit in Nederland in een restaurant, dat duurt allemaal veel te lang! We overwegen om in plaats van overmorgen maar morgen naar Bangkok te vliegen. Op het Tong Sleng museum na, hebben we ook nu van Phnom Penh toch al heel wat gezien.

Pag. 77

Page 81: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

Za. 29-11-1997

Na het ontbijt lopen we langs de militairen, die overal langs de kant van de weg staan, naar het Tuol Sleng museum. Tussen 1975 en 1979 deed de Tuol-Sleng school dienst als gevangenis S21 van de Nationale Veiligheidsdienst. De gevangenen werden op gruwelijke wijze beroofd van hun bezittingen, geïntimideerd en gemarteld. Velen werden vanuit S21 naar Choeng Ek gebracht, om daar met knuppels en geweerkolven doodgeslagen en vervolgens in de massagraven geworpen te worden. De foto’s, de cellen, de martelwerktuigen, alles is zo weerzinwekkend ... Het lijkt allemaal nog zo echt ... het is natuurlijk allemaal ook nog maar relatief kort geleden en daarbij komt ook nog dat de angst voor de terugkeer van de rode Khmer ook nog steeds verschrikkelijk groot is. Ik ben blij als ik weer buiten de poort sta, met een vreemd gevoel in m’n maag lopen we weer terug naar ons hotel. Ik heb even nodig om datgene wat ik heb gezien te kunnen verwerken ... Doorweekt van het zweet komen we in het hotel aan. We proberen wat bij te komen, maar hebben daar nauwelijks de tijd voor.

4.2 Achter op de brommer naar Tonle Bati

Na ruim een uur hangt Map alweer aan de telefoon. Gisteren hadden we al afgesproken om vandaag een iets grotere afstand te gaan afleggen op de bromfiets. Map mag zelf beslissen waar hij ons heen brengt voor 10 US$ totaal voor 2 brommers. De tocht van ruim een uur leidt in de stad over slechte wegen, brengt ons naar dorpjes en we rijden door vlakke landschappen op zoek naar het Cambodjaanse leven op het platteland. Via de nationale weg 2 rijden we naar de Takêv provincie. Het is beter de wegen niet te verlaten, de borden langs de kant van de weg wijzen erop dat de kans anders wel erg groot is dat je op een mijn stapt, zo vertelt Map. Het levende bewijs zijn dan ook de vele Cambodjanen met nog één been of arm. In Tonle Bati (30 km ten zuiden van Phnom Penh) stoppen we om de Ta Prohm tempel (of wat er van over is) te bekijken. Ook hier heeft de rode Khmer veel vernielingen aangericht. We worden al snel omringd door vele Cambodjaanse kinderen, beide genietend van verse kokosmelk uit de kokosnoot zelf. Vervolgens brengt Map en z’n vriend ons naar de rivier de Bati. Onderweg passeren we de plaatselijke bevolking in de alom bekende huizen op palen, compleet met varkens.

We zijn al in Phnom Penh als Map een lekke band krijgt. Ze kennen hier geen bandenplak stickers, in plaats daarvan wordt met een soort van teer/rubber het gat dichtgemaakt. Door verhitting middels een brander moet het zwarte goedje smelten. De ‘bandenplakker’ heeft ook nog maar één been, toch weet ‘ie snel de klus te klaren. Ik kijk wat rond, een Cambodjaanse is de vuilnis aan het nazoeken en complete gezinnen rijden op een één of andere gemotoriseerde kar over de stoffige weg naar huis.

We worden afgezet bij de Tonle sap rivier. Bij dezelfde tent als gisterenmiddag eten we spaghetti en lopen dan weer via de slechtste en vuilste wegen die je je kan bedenken terug naar het hotel. Het is de laatste dagen een heerlijkheid om een douche te ‘kunnen pakken’ ... zeker ook nu, bruin van het stof komen we aan. Ondanks dat het niet echt de bedoeling was, zijn we dan toch de hoofdstad nog even uitgeweest.

Pag. 78

Page 82: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

4.3 Zwart geld wisselen in Phnom Penh Zo. 30-11-97

Roland is z’n bed niet uit te krijgen . Terwijl hij dus nog lekker lui naar CNN ligt te kijken, ga ik in m’n uppie naar de centrale markt. Zoiets moet je nou eenmaal meerdere keren hebben gezien, mannen vinden het nou eenmaal niets om over een markt te slenteren. Van de laatste Riels koop ik, na flink afdingen (ik kan dat dus blijkbaar ook zelf), een Cambodjaanse sarong. Helemaal bezweet kom ik weer terug bij Roland, die nu al voor de 3e keer deze vakantie in een hotel de airco aan het stofvrij maken is. Om 12:00u kunnen we nog net van onze laatste dollars gaan ‘brunchen’.

Tot 15:00u mogen we in onze hotelkamer blijven. We kijken een aantal films en worden na verloop van tijd wederom opgebeld door Map. Met rugzak en al stappen we achterop een bromfiets, echt bevorderlijk is dat niet voor je rug ... Eenmaal bij het vliegveld maak ik verzoek van Map een foto van hem met de vraag of ik die in Nederland wil laten zien. ‘Zeg hen dat ik een goedkope en goede gids in Phnom Penh ben.’ En inderdaad, dat is ‘ie zonder meer, we geven hem een klompje uit Nederland als souvenir.

‘Oh nee hè ... we moeten luchthaven belasting betalen ...’ Alle geldwisselkantoren blijken gesloten te zijn op zondag. ‘Dan moeten we hier maar overnachten.’ ‘Ik denk er niet aan’.‘Kunnen we geen Nederlands geld omwisselen? Misschien weet het postkantoor raad? Zullen we in een restaurant vragen of we een groter bedrag op VISA mogen pinnen? Zullen we geld mogen lenen bij andere westerlingen?’We proberen van alles uit om aan geld te komen, maar helaas ... niets werkt dus. Totdat er een Cambodjaan op ons afstapt die ons belooft dat ‘ie wel een plaats in Phnom Penh weet te vinden waar we geld om kunnen wisselen. Zonder aarzelen stap ik in z’n auto (ik ga toch echt niet buiten slapen ...), Roland blijft bij de bagage. Tergend langzaam rijdt hij naar Phnom Penh, alle banken zijn dus mooi gesloten ... De Cambodjaan probeert bij een bank ‘aan te kloppen.’‘Wellicht willen ze even voor jou open gaan’.Maar helaas, het heeft geen succes. Bij een groot hotel zie ik ineens in grote letters staan: ‘Geldwisselaar is hier beschikbaar’. Dat is mooi, dat móet gewoon werken. De Cambodjaan is echter niet van plan te stoppen ... hij zegt iets beters te weten, dus niet. Het hotel waar ‘ie me af zet geeft ook weer geen enkel resultaat. Ik sta nauwelijks weer buiten of de Cambodjaan komt op me afgestormd.‘Ik heb wat gevonden, kom mee ... goed voor jou.’En ja hoor, in een achteraf straatje lukt het me dan eindelijk (weliswaar tegen een niet zo gunstige koers) een traveller cheque om te wisselen. ‘Zo, en nu als de bliksem terug naar het vliegveld.’Nou, dus niet ... wil de auto toch niet meer starten zeg! ... ook dat nog.Na een paar keer starten krijgt ‘ie ‘m gelukkig weer aan de praat. Alweer tergend langzaam rijdt ‘ie terug. Over 20 minuten moeten we ingecheckt zijn, nog 15 ... schiet nou toch eens op! Nog 10 ... Ik sprint (in 35 °C) naar de vertrekhal, we betalen de luchthaven belasting en checken in ... gelukkig, dat hebben we gehaald, Roland had de hoop al opgegeven.In de wachtkamer zit ik na te puffen.

Pag. 79

Page 83: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

5. Thailand, Burma en Laos

In het vliegtuig val ik zowat in slaap ... Binnen het uur zijn we al in Bangkok, de warmste stad van de wereld. Ze proberen om ons een visum aan te smeren ... wat is dat nou? Ze kunnen me wat, vanuit Nederland heeft niemand een visum nodig voor zover we weten, we zien het vanzelf wel bij de paspoortcontrole ... Zonder problemen lopen we daar dus door. We halen Bahts en zijn vanaf dat moment klaar om Thailand te bezoeken. Het lijkt alsof we Azië hebben verlaten, rijdend in een (wellicht voor ons té) luxe taxi door de ‘westerse’ wereldstad Bangkok.

5.1 Khao San Road

We laten ons brengen naar de Khao Shan Road, een paradijs voor rugzak reizigers. En inderdaad, dat is het! Het is zelfs zo erg dat je gewoon moet zoeken om een ‘echte’ Thai(se) te ontdekken. Overal in de straat zijn kledingwinkeltjes, restaurants, bars, reisbureaus, gasthuizen en vele souvenirwinkels. Vele gasthuizen zijn reeds vol, overal wordt zo ongeveer hetzelfde gevraagd voor een kamer. Uiteindelijk kunnen we in het Siam Oriëntal terecht.

Uitgeput duikt Roland onder de douche en plof ik op bed. Het had weinig gescheeld of we hadden nu nog in Phnom Penh ergens rondom het vliegveld ‘rond gezworven’ ... ik moet er niet aan denken. In één van de vele restaurant eten we een pittig curry-maaltje. We weten nog niet erg wat we van Bangkok moeten denken. Eén ding is zeker, er zijn veel toeristen, maar daar zullen we wel aan moeten gaan wennen. Na het eten sturen we nog even een e-mail en bekijken we de inkomende berichtjes, waar we er heel wat van hebben ontvangen. In dezelfde tent bellen we ook nog even collect-call naar pa en ma W. Gelukkig gaat alles op het thuisfront ook goed!

Ma. 1-12-1997

Als we beneden komen om te ontbijten valt er nog maar weinig te beleven in het restaurant. Vreemd, zo vroeg is het toch niet meer, 8:30u. Als we buiten komen wordt het ons duidelijk ... vele winkels zijn nog gesloten, alleen de eettentjes en enkele reisbureaus zijn hun luiken aan het open schuiven. We besluiten om toch maar zo snel mogelijk naar het noorden te gaan. Een georganiseerde trip zien we niet zo zitten. In ieder reisburau bieden ze vrijwel dezelfde tours aan; bamboe-rafting (hebben we in Borneo al meegemaakt en vast op een ietwat spectaculairdere wijze) en een trip op de rug van een olifant (die willen we in het wild zien, dan is ’t pas leuk). Dus er zit maar één ding op: we moeten een visum voor Laos of naar Burma zien te regelen. Dat is iets wat de reisbureaus hiervandaan niet regelen, dus dat vinden wij dan hoogstwaarschijnlijk veel leuker. Het visum voor Laos wordt, naarmate we meer en meer resibureaus afstruinen, steeds goedkoper. Een landvisum voor Burma lijkt niet mogelijk te zijn, Burma kunnen we alleen maar per vliegtuig in zo wordt ons verteld ... Burma slaan we dus maar even over, met als gevolg dat we ons alleen nog maar richten op Laos. We komen erachter dat het regelen van een visum voor Laos zo’n 5 dagen duurt. Wat moeten we al die dagen in Bangkok gaan zitten doen? Dat zijn we niet meer gewend, om zo lang in één stad te bivakkeren. Voor Fl. 30,= extra blijkt het visum in 2 dagen geregeld te kunnen worden, daar kiezen we dus dan ook maar direkt voor. De volgende stap is het kopen van een treinkaartje Bangkok - Chiang Mai. Onderweg ben ik ineens Roland hartstikke zoek, hij blijkt plots

Pag. 80

Page 84: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

ergens naar binnen te zijn geschoten om geld uit de muur te halen terwijl ik het druk had met het kijken naar kleding.

Lopend, jawel ... zo’n 10 km bij 34 °C en een zeer hoge vochtigheid ... gaan we richting treinstation. We lopen wat af deze vakantie. Eenmaal op plaats van bestemming blijken alle treinkaartjes al uitverkocht te zijn zelfs voor 4 t/m 7 december!‘Vrijdag is de koning jarig.’‘Iedereen is vrij voor zo’n 4 dagen, vele mensen gaan dan reizen ...’Ons geluk, nou worden dus mooi voor nop met spoed onze Laos visums geregeld ... Het snelste wat mogelijk is, is om op 5 december met de bus naar het noorden te gaan. Vooruit maar.

Met de buskaartjes op zak gaan we op zoek naar een Mac Donalds. Die hebben we moeten missen sinds Kanton in China. De 5 km die we er weer extra voor moeten lopen nemen we op de koop toe. Juice, milkshake, fanta, alles wat drinkbaar is slaan we in. Binnen mum van tijd staan er alleen nog maar lege bekers op tafel. Ook de hamburgers smaken weer te gek! We komen helemaal bij. De volgende 5 km naar de slangen boerderij moet dan geen probleem meer zijn. We kunnen ‘m echter niet zo snel vinden ... Op dat moment hoeft het, zeker van mij, niet meer zo erg. Ik wil nog maar één ding, een koude douche! Met een tuk-tuk gaan we terug naar het gasthuis, pas dan merken we hoeveel we hebben gelopen. Voor het eerst neem ik een koude (echt koude) douche, iets waar ik normaal gesproken (hoe warm het ook is) zelfs niet aan moet denken!We ploffen op bed, ik lig zo wat te dommelen, m’n benen willen niet meer. Tot Roland zegt: Wanneer kunnen we ons visum nou ophalen? Half slapend lig ik te malen ... 3 dec. toch? Waarom hebben we dan bustickets geregeld voor de 4e? ... Foutje, wat nou?Zullen we terug gaan naar het treinstation en het buskaartje verzetten? Of per telefoon?Het telefoonnummer hebben we alleen niet, dus zit er maar één ding op: weer naar het station, maar nu gaan we toch echt niet lopend meer, we nemen wel weer een tuk-tuk. Het geld wat we vanmorgen hebben uitgespaard zijn we dus mooi weer kwijt. Maar ... het lukt. Het is inmiddels donker als we aankomen, maar gelukkig is de boel nog open. Er is nog plaats in de bus voor de 3e.

Zo, dat is beter geregeld, om nog 2 dagen in Bangkok te vertoeven lijkt ons wel aardig. We eten lasagne, kopen weer kaarten en slenteren dan terug naar het hotel. Ik koop nog een leuke oranje blouse in de Khao San Road en we maken nog een paar foto’s van Bangkok bij nacht.

Di. 2-12-1997

Wat is het toch een genot om met ‘n zonnetje in je gezicht langzaam wakker te worden. Het zonnetje is zelfs zo fel dat we maar weer onder de lakens kruipen. En zo bedenken dan ook een route voor vandaag. We gaan een Wat-tocht (Wat = tempel) maken, we zijn van plan zo’n 7 Wats te gaan bekijken. Na ons standaard ontbijt (2 geroosterde boterhammen met jam) gaan we op zoek naar ‘Wat Mahatat’.

We komen uiteindelijk aan bij een totaal vreemde Wat. We hebben een waardeloze plattegrond in onze handen laten drukken. De straatnamen komen niet overeen met de straten zoals ze genoemd worden op onze plattegrond, met als gevolg dat we rondjes blijven lopen. Tenslotte lopen we maar een brug over, omdat we daar tenslotte nog niet zijn geweest. Zowaar staan we dan ineens voor het Koninklijk Paleis, de eindbestemming van onze geplande trip nota bene. Wat nu? Op dat moment komt er een tuktuk-rijder op ons af. Voor

Pag. 81

Page 85: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

20B (1 gulden) wil hij ons naar 3 Wats brengen ... Wat een koopie! De Wat Po, Wat Pra Keo en het koninklijk paleis blijken vanmorgen gesloten te zijn, vanwege een Thaise ceremonie ... moeten wij net weer treffen, natuurlijk ... Dus brengt ‘ie ons naar drie andere Wats: de staande en de zittende Boeddha, en de Wat, die ligt op de ‘gouden berg’.

5.2 Trouwen in Thailand ?

Na de staande Boeddha wordt het ons duidelijk waarom de tuktuk-rijder zo goedkoop en hulpvaardig is. Als hij ons naar een kledingwinkel mag brengen, dan krijgt hij van de eigenaar van zo’n winkel een coupon ... wat hij daarmee dan kan doen weten we nog even niet. Dus worden we bij Tommy’s fashion afgezet. En ja hoor, we kunnen de verleiding niet weerstaan. Roland wordt een kostuum aangemeten, geheel kompleet: blazer, overhemd, pantalon, gilet en stropdas. Eenmaal weer terug in de tuktuk komen we ineens op het idee dat we wel kunnen gaan trouwen in Thailand, ik heb tenslotte ook al een jurk laten maken in Vietnam ...Na het bezoek aan de zittende Boeddha worden we afgezet bij een Chinese juwelier. Maar die vraagt van die achterlijke bedragen , dat we dar zo weer buiten staan. Nadat we bij de gouden berg zijn afgezet, neemt de tuktuk-rijder trots afscheid, want hij heeft nu twee coupons waarmee hij dus mooi voor niets z’n tank mee vol kan laten gooien. Een slimme zet van de plaatselijke kledingmakers/juweliers. We beklimmen de berg, vanaf de top hebben we een aardig uitzicht over de stad. Eenmaal beneden krijt het idee om hier te trouwen steeds meer vorm.

‘Zullen we bij een reisbureau vragen of het überhaupt mogelijk is en welke papieren we nodig hebben?’ We zijn druk zoekend in een reisboek naar een adres, als er alweer een andere tuktuk op ons af komt. We leggen hem ons ‘plan’ uit, waarop hij ons wel naar TAT (Toeristen Autoriteit Thailand) wil brengen. Voor 5B nota bene, een kwartje! En ja hoor, dus stoppen we weer bij een kledingmaker. Er hangen leuke modellen, maar helaas de stoffen stellen niets voor. En in de juwelen zijn allemaal steentjes verwerkt, iets wat voor mij niet perse hoeft. Zonder koop stappen we weer in de tuktuk. TAT vertelt ons dat trouwen in Thailand mogelijk is en nog relatief eenvoudig ook! We moeten eerst langs de Nederlandse ambassade en daarna naar een Thaise vertaler. En dan kunnen we, in welk district dan ook, trouwen waar we willen. Voordat de tuktuk ons naar Mac Donalds brengt, krijgen we nog een laatste tussenstop. Logish natuurlijk, want dan heeft ook hij een tweetal coupons. En ja hoor ... je raad het nooit, ik vraag pardoes of ze misschien een echt traditionele Thaise bruidsjurk voor me kunnen maken. Er wordt een boek vol met de mooiste modellen aangerukt, ik ben dus zo verkocht. Nu wordt ik dus helemaal opgemeten en we kiezen een mooie kleur uit.

M’n hoofd maalt als we bij Mac Donalds hamburgers zitten te eten in Chinatown. Lopend gaan we terug naar ons hotel. Het is een lange trip, maar dat dringt niet erg tot me door. ‘Gaat het nu echt gebeuren? Gaan we hier trouwen? Komen we getrouwd in Nederland aan? Hoe zal Roland z’n pak en mijn jurk uitvallen?’ Het ontgaat me totaal dat het snikheet is. We stappen flink door, voor ik er erg in heb staan we geheel bezweet voor ons hotel. We zijn beide gek op Azië en we zijn al zolang bij elkaar, we willen allebei gewoon geen ‘soeza’ voor/op onze trouwdag. Dat weten onze vrienden, kennissen en familie zo onderhand wel. Maar hoe zullen we het vinden als we nu echt getrouwd thuis komen? Zullen ze het begrijpen? Ons lijkt het gewoon het einde om op een tropisch eiland elkaar het jawoord te geven! En trouwen doe je omdat je het zelf wilt, ja toch? Eenmaal thuis gaan we gewoon

Pag. 82

Page 86: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

weer gezellig eten zoals met onze verloving ... Wanneer en hoe moeten we het iedereen vertellen? Er zijn nog zoveel vragen, misschien komen de antwoorden nog wel boven borrelen ... Maar op dit moment zijn, in ieder geval mijn gedachten, één grote chaos. Roland is er al helemaal uit. Hij ziet het wel zitten, trouwen in Thailand. Weer eens wat anders dan anders ...Ja, dat vind ik ook en trouwen wil ik al zolang, dus waar wachten we dan eigenlijk nog op?!

Morgenochtend gaan we naar de Nederlands ambassade. Om 14:00u moet Roland z’n pak passen om 16:00u ik mijn jurk. Om 18:30u kunnen we ons visum voor Laos ophalen en om 19:30u moeten we op het treinstation klaar staan om met de bus te vertrekken naar Chiang Mai, om aldaar de volgende morgen aan te komen. Hoezo, je hoeft niets te plannen als je op vakantie bent? We hebben ons op zo’n dag heel wat op de hals gehaald ... Wat kan zo’n toeristische promotiedag allemaal niet op gang zetten? Hoe meer ik erover nadenk ... Wat zou het waanzinnig zijn ... Trouwfoto’s onder de palmen?

Wo. 3-12-1997

We worden al vroeg wakker. Dat komt natuurlijk doordat we toch met heel het trouwgebeuren in ons hoofd zitten. We nemen amper de tijd om te ontbijten. Iets voor 9 uur zitten we alweer in een tuktuk richting Nederlands ambassade. We worden afgezet op de Wireless Road, maar nergens is dus de Nederlandse ambassade te vinden. Vietnam, Nieuw-Zeeland, USA ... maar geen Nederland. Daar waar Nederland zou moeten zijn is op dit moment een bouwput. We hebben de moed eigenlijk al opgegeven, als we dan ineens ‘Je Maintendrai’ tegen het lijf lopen. Gevonden ... we lopen door een gigantisch park (ach, onze belastingcenten moeten toch ergens blijven, nietwaar ...) naar het kantoor.

‘Wij willen trouwen in Thailand. Is dat mogelijk? Welke papieren hebben jullie nodig?’Dat een Thaise met een Nederlander wilt trouwen komt vaak voor, maar twee Nederlanders? Dat heeft hij nog niet eerder meegemaakt ... Des te mooier, eens moet toch iemand de eerste zijn, toch? We krijgen de huwelijksprocedure, de lijst met benodigde papieren en een aanvraagformulier voor een ‘Certificate of Capacity to Contract Marriage’ voorgeschoteld. We hebben een uittreksel van geboortenregisters en uit bevolkingsregisters nodig, een verklaring van huwelijksbevoegdheid en een verklaring van onze werkgevers.‘Kunnen ze dit thuis voor ons regelen?’ ‘‘Dan moeten jullie waarschijnlijk wel eerst je ouders machtigen en ... wij moeten de originelen hebben. Als wij alle papieren hebben dan krijg je binnen een dag een huwelijksbevoegdheid. Maar ... dat moet wel in het Thais worden vertaald en te worden getekend door het Thaise Ministerie van Buitenlandse zaken.’Kortom, we moeten de tijd nemen om alles te regelen, en dat is nou net wat we niet hebben: tijd. Om nu de rest van de vakantie hier te blijven en het thuisfront alles te moeten laten verzamelen met de kans dat de vertaalslag dan alsnog te lang op zich laat wachten ... We gaan natuurlijk onder op de stapel voor een handtekening ... Nee, dat wordt niks. ‘Als we alles direkt op laten sturen naar de Nederlandse ambassade, terwijl wij dan de trip naar het noorden en Laos maken, kunnen zij wellicht dan al veel regelen ... Hoe we het ook proberen in te passen, er blijven zoveel schakels over waar het kan mislukken. Het idee was leuk, maar helaas dus niet uitvoerbaar! We willen te veel in te korte tijd. We lopen naar het dichtstbijzijnde winkelcentrum. We hebben er allebei zwaar de pest in, ik des te meer als Roland zegt: ‘Nog geen 24 uur geleden waren we er nog van overtuigd dat we hier zouden

Pag. 83

Page 87: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

trouwen, het had zo mooi kunnen zijn.’ De vragen die gisteren nog door m’n hoofd suisden zijn op slag totaal niet belangrijk meer. We wilden het allebei zo graag, en dat is tenslotte toch het enige wat telt! Maar dat dringt pas echt tot je door, als het ‘te laat’ is ...We proberen het hoofdstuk ‘trouwen’ dus maar uit ons hoofd te zetten, ‘t is niet anders.We kopen muziekcasettes en eten weer een hapje bij Mac Donalds. Met een tuktuk gaan we weer terug naar Khao San Road. We kopen het AD, drinken wat en gaan dan op zoek naar een postkantoor. Maar helaas, dus zonder resultaat, nergens is een postkantoor in de nabije omgeving te bekennen.

We frissen ons wat op (dat is het fijne van een halve dag hotel bijboeken) voordat we onze gemaakte kleding voor de eerste keer moeten gaan passen. We gaan als eerste naar Oriëntal (mijn jurk-maker), de taxi chauffeur heeft nogal wat moeite om de winkel te vinden. Eenmaal binnen is mijn jurk er nog niet. ‘Nog 5 min. alsjeblieft.’ Na 10 minuten: ‘Nog 2 minuten, alsjeblieft.’ Nee hè, dat is toch zeker niet de mijne! Dat is een heel andere kleur, daar ga ik niet mee lopen!’‘Maak u maar niet druk, mevrouw, deze jurk is alleen even voor de maat.’ Eenmaal in je jurk gestoken, vindt ik zelfs de jurk in deze gekke kleur al helemaal te gek! Alleen moeten er in plaats van korte mouwen, lange mouwen in komen. Dat wordt vast een plaatje ... Als een speer gaan we naar Tommy voor Roland z’n pak. Die is dus al bijna helemaal af. Een heel andere Roland, echt té gek! Er wordt nog wat aan ‘m gepriegeld, maar in grote lijnen is zijn pak al af. Nou nog even zien, wanneer we deze kleding daadwerkelijk kunnen dragen, want dat loopt nu toch even iets anders dan in eerste instantie de bedoeling was.

Eenmaal terug in ons hotel bestellen we alvast eten, in de tussentijd pakken wij zo snel mogelijk onze rugzakken. We zitten wat in tijdnood, over een half uur moeten we ons visum voor Laos al op gaan halen. We kunnen niet echt genieten van het eten. Al hebben we maar iets binnen ... we hebben zo wel een busrit van 12u te gaan. Met rugzak gaan we op zoek naar onze visum-toko. Waar was het ook alweer? Drie keer lopen we verkeerd, als we uiteindelijk binnen stappen merken we beide dat er iets niet in de haak is.’‘De Laos ambassade was gisteren gesloten, dus we hebben jullie visum nog niet, morgen zijn ze klaar ...’ Dat is dus de druppel die de emmer doet overlopen voor vandaag! Allebei schieten we uit ons vel. ‘Dat is dan mooi uw probleem, niet de onze. We hebben een busticket naar Chiang Mai, we vertrekken over een uur.’Hij laat ons lekker uitrazen en zegt dan dat ‘ie de busrit voor ons wil proberen te verzetten. Ach, er zit niets anders op, hij gaat z’n gang maar.‘Dat zal niet eenvoudig gaan. Iedereen is vrij omdat de koning jarig is.’Maar warempel, het lukt hem nog ook, over twee dagen kunnen we nog een poging wagen om met de bus naar Chiang Mai te gaan. Maar echt leuk vinden we het niet, teruglopend naar ons hotel waar we een uur geleden hebben uitgecheckt. Een paar dagen geleden waren we nog zo trots dat we een busticket voor twee dagen eerder hadden kunnen regelen. Dat alles is dus mooi voor niets geweest en ook vandaag hebben we voor niets onze benen uit ons lijf gelopen. Veel van dit soort ‘grapjes’ moeten we toch echt niet meer hebben, dan kunnen we omwille van de tijd de trip naar het noorden en Laos wel vergeten.

Daar staan we dan weer, bij de balie ... een uur geleden nog uitgecheckt om nu weer in te checken. We hoeven maar voor een halve dag bij te betalen. Als we de lift in stappen zien we er toch wel een beetje de lol ervan in. Dachten we nu echt dat alles per minuut valt te plannen

Pag. 84

Page 88: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

in Azië? Ach, nou maken we in Thailand ook eens koningendag mee. En eigenlijk hebben we Bangkok ook nog lang niet helemaal gezien.Inmiddels hadden we al in de bus moeten zitten. In plaats daarvan zit Roland nu met een biertje op bed het AD te lezen. Wat een dag!

5.3 Kerstinkopen Do. 4-12-1997

We beginnen de dag met een bezoek aan het hoofdpostkantoor. De taxi heeft er vanwege allerlei verkeersopstoppingen nog een heel poosje voor nodig. We willen weten hoe lang het duurt en hoeveel het kost om pakjes naar Nederland te verzenden. Zonder probleem blijken we dat vanuit Bangkok te kunnen doen ...

We besluiten om deze dag te gaan gebruiken om kerstinkopen voor de familie te gaan doen. Voor een ieder wat wils proberen we in te kopen, ook verwennen we onszelf: Roland koopt een gouden ring en ik gouden oorbellen. Toch vreemd hoor, om lopend in de zon met klamme warmte en in de uitlaatgassen, cadeaus voor de kerst te kopen. We zitten dan weer in tuktuks (en soms dus weer verplicht langs kledingwinkels/juweliers), dan weer in een taxi of we lopen terwijl het water over onze rug loopt. We rusten uit bij (waar kan het ook anders) Mac Donalds. Het blijft altijd moeilijk om voor iedereen iets leuks en toepasselijks te vinden. Rond half 5 komen we vol beladen aan in ons hotel. Snel pakken we de spulletjes in (in krantenpapier, kerstpapier hebben ze niet) en proberen de boel dan nog zo snel mogelijk te versturen. Gelukkig blijkt er een pakjes verstuur-toko om de hoek te zijn, anders hadden we alles mee moeten nemen tijdens onze trip naar het noorden en Laos! In de verzend-toko wordt er niet al te zachtzinnig met de pakjes omgegaan, het zal ons benieuwen hoe & of ze aankomen.

Inmiddels hebben we onze buik vol gegeten in de Pizza hut en hebben we eindelijk het visum voor Laos in handen. Zullen we dan morgen toch echt naar het noorden kunnen vertrekken? Zeven weken geleden gingen we met de trein van Peking naar Nanjing, onze eerste treinreis, wat lijkt dat al een eeuwigheid geleden!Ter ere van koningedag, morgen, hangen overal vlaggen op en worden de straten overheerst door onwijze foto’s van de koning. We hebben zojuist vuurwerk gehoord. Het zal mij benieuwen hoe zo’n dag als morgen er in Thailand uit ziet. Als er voor ons echt helemaal niets te beleven valt, gaan we een zwembad opzoeken!

Vr. 5-12-1997

Vandaag in Nederland Sinterklaas! Wij beginnen de dag met het versturen van een e-mail en gaan dan op zoek naar een zwembad, vele winkels zijn naar we al dachten gesloten vanwege koningendag. De taxi chauffeur weet een hotel met zwembad, waar wij ook vast wel even gebruik van mogen maken. Het zwembad is wat kaal, er is weinig groen en het aantal zitjes is zeer beperkt. Gelukkig zijn we nog vroeg en kunnen we direkt twee ligstoelen in beslag nemen, angstvallig houden we ze een paar uurtjes met onze hotelbaddoeken bezet. Maar het is zeker geen straf, lekker zwemmen in ietwat koud water, om daarna lekker op te drogen in de warme zon. Gewoon lekker een paar uurtjes nietsdoen. We denken nog even aan de e-mail die we vandaag ontvingen uit Nederland, daar moeten ze autoruiten krabben ... om daarna naar het werk te gaan ... We rekken ons nog maar eens lekker uit ...Zometeen gaan we een hapje eten, geld pinnen, uitchecken en dan gaan we het voor de zoveelste keer proberen, op naar het noorden en Laos.

Pag. 85

Page 89: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

Terwijl we op de lift staan te wachten in ons hotel zien we de koning in een auto, voorafgaand door politie voorbij rijden. Vervolgens komt het muziekkorps, gevolgd door marionetten, langs. ‘t Lijkt warempel onze koninginnedag wel.

5.4 Op koningendag naar Chiang Mai en Chiang Rai

We lopen naar onze visum-toko, daarvandaan worden we opgehaald als het goed gaat. En ja hoor, na een poosje worden we opgehaald door een Thaise jongen, we lopen achter hem aan en langs de weg worden we geacht daar maar verder op de bus te wachten. We worden vergezeld door steeds meer en meer westerlingen. Na zo’n half uur komt de bus eraan. De bus wordt volgepropt met de horde westerlingen. We blijven nog zo’n half uur zomaar staan, omdat één orang puti blijkbaar nog niet zo goed klok kan kijken en dus veel te laat de bus komt ingestormd. Maar dan gaan we toch eindelijk ... op weg naar het noorden. Het schiet niet erg op, heel Bangkok lijkt uitgelopen te zijn. Heel de bevolking zit op pleintjes of loopt op straat met in hun hand ballonnen of vlaggetjes. We rijden hele stellages speciaal opgesteld voor de koning, voorbij. In de bomen hangen slierten vol met lampjes, wat de stad ontzettend gezellig maakt. Hierdoor kost het de bus echter wel de nodige moeite en tijd om de stad uit te komen. We zijn goed en wel de stad uit of we hebben alweer onze eerste stop. Na 4 stops wordt van ons verlangt dat we ook nog eens op ons gemakje een hapje gaan eten. In China gaven we de Chinezen de schuld, maar de westerlingen blijken dus net zo gek te zijn.

Za. 6-12-1997

Het slapen in de bus valt niet mee. Voor ons zit een arrogant stel, die hun stoel zover achterover zetten dat Roland totaal klem komt te zitten met z’n benen. Bovendien gooien ze hun zweetkakkies nog ‘ns naast de stoelen van de mensen die voor hun zitten. Ook de airco staat veel en veel te koud. Het kleine dekentje wat we krijgen is duidelijk niet voldoende om het er warm van te kunnen krijgen. Na verloop van tijd gaat alles pijn doen, we zijn dan ook dolblij als het zover is dat we uit kunnen stappen. In minibusjes worden we verder naar de stad, Chiang Mai, gebracht. We worden bij een gasthuis afgezet. Voor hun een slimme zet, maar wij zeggen de boel zo snel mogelijk gedag, slaan de thee vriendelijk af en gaan dan direkt op zoek naar een tuktuk.

Het is nog te vroeg, de tuktuk-rijders zijn nog in diepe rust. Dus besluiten we om eerst maar even een hapje te gaan eten. Ook in de eettoko moet de boel nog even worden opgestart, maar al snel krijgen we op onze nuchtere maag een bord nasi ... Daarna rijden we met een tuktuk naar het busstation. Zo op het eerste gezicht lijkt Chiang Mai weinig te bieden te hebben, we hebben geen spijt dat we besloten hebben gelijk op doorreis te gaan naar Chiang Rai. Eenmaal bij het busstation hebben we zo buskaartjes te pakken, in een lekker zonnig plekje wachten we rustig op de bus. We proberen wat op temperatuur te komen want we zijn echt door en door koud geworden in die gekke bus en hier, in Chiang Mai zo’n ruim 600 km ten noorden van Bangkok en bovendien hoger gelegen, is het sowieso een stuk koeler dan in Bangkok. We hebben dan ook zonder pardon nu een bus zonder airco naar Chiang Rai geregeld.

Wat een slimme zet, zo zonder airco. We zitten daardoor ook tussen de lokale Thaise bevolking en dat blijft gewoon leuk en grappig. De wegen in Thailand zijn nog de beste die we tot nu toe in zuidoost Azië hebben gehad, maar helemaal achterin (waar wij dus zitten) blijft het toch hobbelen. Bovendien is de bus zo stoffig en zanderig dat alles binnen de kortste tijd echt bruin is van het stof, incl. wijzelf en de rugzakken. Een Thai die voor ons zit is

Pag. 86

Page 90: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

binnen het uur hartstikke grijs geworden. De bus zit ook nog eens een stuk lekkerder dan de VIP-bus uit Bangkok. Onze rugleuning kan lekker ver achterover, achter ons zit tenslotte niemand. Roland kan zowaar z’n benen kwijt. Lekker in het zonnetje achter het glas dutten we af en toe zelfs een beetje in. Al na 3.5 uur rijden we Chiang Rai binnen.

Een tuktuk brengt ons naar het Pintamorn gasthuis, waar we de laatste kamer in beslag nemen. Het is niet veel bijzonders, geen airco, hurktoilet en koud water ... maar ach, wat wil je voor zo’n Fl 6,=. We werken een sandwich naar binnen en gaan dan op zoek naar een reiswinkeltje. In Bangkok en Chiang Mai zijn er genoeg, nou hier dus niet!Uiteindelijk komen we bij ‘Ben Tours’ terecht, hij kan ons wel verder helpen. Morgen gaan we een trip door Noord Thailand maken en misschien gaan we ook nog even een bezoek aan Burma brengen. We hebben de vaart er dus weer aardig in. Na het eten (pizza’s) komen we zowaar een e-mail toko tegen en dus moeten en zouden we, gewoonweg weer even, toch even in blik werpen in ‘backpackers.com’. Aad heeft een hoop ellende gehad met onze vijver binnen.

Inmiddels is het 19:10u, Roland ligt al bijna te pitten en lijkt wat verkouden te worden. Ik zie het ook wel zitten om een beetje ‘bij’ te slapen. Busritten zijn vermoeiend en zeker ‘s nachts. Tot nu toe hebben we al drie opgetuigde kerstbomen gezien.

5.5 Via een Lahu-, Karen-, Akka- en Yao-dorp even naar Burma Zo. 7-12-1997

Dat we daadwerkelijk in een gehucht zijn blijkt uit een kraaiende haan rond een uur of vijf. Na het klokje rond te hebben geslapen worden we na toast met jam naar binnen te hebben gewerkt door Tommy, onze gids, in een jeep opgehaald. Als metgezel hebben we vandaag een zo’n 55-jarige Australiër, Jack. De dag begint ietwat mistig, maar bij onze eerste stop, bij een heet water fontein, wordt het al snel flink warm. De lucht is helder blauw met slechts af en toe een wolkje. Een eitje koken in het hete water laten we maar even achterwege. Via de Super highway rijden we na afgeslagen te zijn bij Mae Chan verder naar het westen, naar Tha Ton parallel aan de Mae Kok-rivier. We rijden al hobbelend door een Lahu-dorpje, maar omdat het vandaag zondag is en de Lahu-bevolking erg christelijk is, is er niet veel leven in het dorp te bekennen. Ze zullen hoogstwaarschijnlijk in de kerk zitten, zo vertelt Tommy.

We vervolgen onze weg naar Tha Ton en stoppen aldaar bij de Burmese grens bij een Karen-dorp, de zgn. ‘longnecks’. De ‘longnecks’ dragen goudkleurige ringen om hun hals en/of benen, opdat ze na jaren een lange nek kunnen ‘kweken’. Dit proberen ze te bewerkstelligen door er om de zoveel tijd een gouden ring erbij om te doen. De Karens komen oorspronkelijk uit Burma en Tibet, het grotendeel van de Thaise bergbevolking aan de grens met Burma bestaat dan ook uit deze Karens. Het karendorp is echter niets anders dan een toeristische attractie. Je zou het kunnen vergelijken met een soort dierentuin, je betaalt tenslotte ook entree, 10$ per persoon zelfs. In plaats van aapjes kijken is het nu mensjes kijken die zichzelf aardig hebben verminkt (zo noem ik dat maar). De ‘longnecks’ zitten netjes te zitten os verkopen toeristische rotzooi. Het is dat dit volk wereldwijd bekend is en wij dus nieuwsgierig waren naar dit soort mensen die zichzelf dit aan kunnen doen, maar toch was het geld het eigenlijk niet waard. Maar ach ... we hebben in ieder geval de ‘longnecks’ wel gezien. Onze Australische metgezel is echt van mening dat de Karen-bevolking zo leeft zoals in dit nep-dorp. Tommy maakt hem wijs dat er af en toe beschietingen zijn en dat hij van tevoren heeft nagevraagd of we vandaag wel veilig hier naar toe konden gaan. Hij luistert

Pag. 87

Page 91: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

ingespannen naar de verzonnen verhalen, ook het verhaal dat de gaten in de grond nog worden gebruikt als grondbunkers wordt met een oeh en bah bekrachtigd. Wat een giller, iedereen ziet toch dat het allemaal show is? Wij hebben geen andere benaming voor het dorp dan ‘mensendierentuin.’ Ook hangt de gids een verhaal op dat we nu in Burma zijn ... een Thai in een haveloos overhemd zou iemand van de douane moeten zijn. Ja, ja, natuurlijk ... Dus niet, hè? We zijn gewoon in een plaats vlakbij Burma, niets meer en niets minder. Maar Jack gelooft het verhaal en luistert aandachtig, hij begint het allemaal wel interessant te vinden.

Na het bezoek aan de Karens gaan we naar een Akha-dorp, via China zijn zij vanuit Tibet Noord Thailand binnen getrokken. Het is een grappig dorp vol met kinderen. De vaders schijnen binnen te zitten in hun rieten/houten huizen en hebben dan ook geen zin om naar buiten te komen. De moeders, die nog in speciale klederdracht zouden moeten lopen, zijn aan het werk op het land en die zien we dus ook niet. Het dorp heeft iets gezelligs, varkens lopen los rond evenals kippen en hanen. Tommy koopt een halfdood vogeltje met veel kleurtjes voor 60B, in Chiang Rai denkt ‘ie ‘m te kunnen verkopen voor zo’n 1000B. ‘Het is een gelukkige vogel, vanavond hoeft de barbecue nog niet aan voor hem ...’‘Weten jullie wat zo’n beest eet?’We vervolgen onze trip naar een Yao-dorp, met de vogel achterin de jeep. Onderweg stoppen we bij souvenir stalletjes waar we Akha-moeders in klederdracht ‘tegen het lijf’ lopen. We kopen voor 5B een papaja, wat is zo’n ding toch overheerlijk. Wat kan ik daarvan genieten, papaja kan ik eten tot het m’n neus en oren uitkomt. Als je ze in Nederland koopt dan zijn ze klein en de smaak lijkt in de verste verte ook niet op die van daar. We geven de Australiër ook een stuk. Die heeft nog nooit van z’n leven zelfs een papaja gezien, laat staan geproefd.Als we aan komen rijden in het Yao-dorp gaan ze als een speer op zoek naar hun rode boa, onderdeel van hun zogenaamde , laat ik het inmiddels maar toeristische, klederdracht noemen. Nadat we Mae Chan weer zijn gepasseerd gaan we via de Super highway naar het uiterste noorden van het land, Mae Sai. We eten een rijstgoedje en gaan dan op weg naar de grens met Burma, waar wij natuurlijk toch nog wel even graag heen willen. Maar dan krabbelt de gids, Tommy, terug.

‘Er is niet genoeg tijd, het duurt allemaal zo lang ... je hebt ook een copy van je paspoort nodig, enz., enz.’ Hij probeert koortsachtig nog meer enge dingen te verzinnen, we zouden bv. ook niet meer terug kunnen naar Thailand ... en dat allemaal opdat wij het idee om de grens over te steken maar uit ons hoofd zetten. Nou, dus niet. Zo eigenwijs als ik ben loop ik naar de eerste de beste op een douanier lijkende Thai af. Het blijkt totaal geen probleem te zijn. We krijgen een nieuwe Thaise aankomst/vertrekkaart, worden uit gestempeld en lopen dan over de brug in niemandsland naar Burma. In Burma krijgen we zonder probleem een 1-dags stempel en voordat we er erg in hebben lopen we dan toch ineens in Burma. We lopen over de markt, kopen een cassettebandje en kijken wat rond. Lang kunnen we niet blijven, want Jack en Tommy staan zometeen ons weer op te wachten. Jack, de slappeling, zag het helemaal niet zitten. Stel je voor dat je Thailand niet meer in mag? Wat dan ...? Zonder probleem lopen we (een paar stempels rijker) echter Thailand weer in. Jack heeft de pest erin dat het ons toch is gelukt.‘Waar is de gids, ik doe ‘m wat!’

Onze volgende stap is de ‘Gouden Driehoek’, het drielandenpunt Laos, Burma en Thailand. Jack heeft geen idee waar ‘ie uithangt, ongelofelijk voor iemand die al ruim twee maanden in Thailand heeft doorgebracht.

Pag. 88

Page 92: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

Het is grappig om te zien, zo drie landen in één oogopslag. De Mekong is de overheersende scheidingslijn. Kinderen lopen in klederdracht rond, speciaal voor de foto ... ‘één foto, één persoon, 5B.’Inmiddels begin ik m’n buik vol te krijgen van die zgn. ‘minderheden’, het is goed voor het Thaise toerisme en niet meer dan dat. Roland bezoekt nog even het opium-museum, terwijl ik buiten de uitbundig bloeiende bougainvilles sta te bekijken.

En dan zijn we toe aan een gasthuis of iets wat er op lijkt. Roland wordt nu echt verkouden en mijn hoofd lijkt ‘verstopt’. Het tweede gasthuis waar we stoppen in Chiang Saen lijkt ons wel wat. We hebben een privé puntvormig houten hutje, als dakbedekking zijn houten latten gebruikt. Het is dus niet erg lux maar wel gezellig! Het is niet te hopen dat we vannacht een bui op ons dak krijgen, want het dak is vast allesbehalve waterdicht. Kleine schattige poezen en puppies lopen los rond ons hutje, evenals rode mieren en tjic tjacs. Het eten in het bijbehorende restaurant laat nogal een poos op zich wachten. Na het eten rent er een puppie vrolijk achter ons aan zo ons hutje in. Hij speelt met onze rugzakken en alles wat maar toevallig los op de grond ligt.

We liggen nu in bed, nadat we eerst een ware slakkenplaag hebben uitgeroeid. We horen bootjes langs komen in de Mekong, Thaise muziek en allerlei andere jungle-achtige geluiden.

5.6 Als haringen in een ton naar Chiang Kong Ma. 8-12-1997

Na het ontbijt pakken we onze spullen zo snel mogelijk weer bij elkaar, we hopen vandaag naar Laos te kunnen gaan. Onze rugzakken lijken steeds zwaarder te worden.We lopen ruim 1 km naar Chiang Saen centrum, onderweg zien we voor het eerst deze vakantie een slang in het wild. Het is dan nog aardig vroeg (zo’n 9:00u), maar het zonnetje schijnt dan toch inmiddels al flink.

Als we een aantal omgebouwde trucks naderen hebben we het vermoeden dat dat vast de lokale bussen zijn. En ja dus ... één ervan wil ons wel naar Chiang Kong brengen, voor 400B in een soort van privé-truck. Maar dat is niet wat we willen, we willen met de lokale bevolking mee voor 40B. Dus moeten we wachten totdat de bus vol is. Toch knap, hoe ze het voor elkaar krijgen om zo’n 20 man in een mini-laadbak te kunnen proppen. De lading/bagage ligt los op een rek bovenop de truck, we vertrekken zonder dat de boel wordt vastgemaakt. Gelukkig liggen onze rugzakken onderop. Als haringen in een ton zitten Roland en ik in de truck, zoals je zit moet je blijven zitten, want ruimte om te gaan verzitten is er niet. Waar hebben we dat eerder meegemaakt? China, Vietnam ... we gaan er zo langzamerhand aan wennen en bovendien ga ik er ook echt van genieten zelfs. Iedereen wordt persoonlijk bij zijn/haar huis afgezet, of daar nu flink voor omgereden moet worden of niet. De rit schiet dus niet erg op, maar wel wordt de truck met kleine stapjes weer wat leger. Alhoewel de bus tussentijds wel weer wordt voorzien van nieuwe ladingen, zoals balen rijst, visvoer, groente en fruit. Allerlei figuren zitten in de truck, een modern Thais meisje met spijkerjas en GSM en super moderne zonnebril, een verlegen klein chinees-achtig meisje, oudere Thaise mannen en vrouwen die of netjes zijn aangekleed of er ietwat slobberig uitzien. Maar zo zien wij er inmiddels ook uit ... of misschien nog wel erger. We verstaan ze niet maar het is duidelijk dat dorpsroddels de boventoon voeren in de gesprekken. Als de truck bijna leeg is en ik dus hoop dat we eindelijk bij het eindstation zijn, moeten we op één Thai na als enige overstappen. We blijken er nog lang niet te zijn. De aansluitende trip

Pag. 89

Page 93: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

is de mooiste tot nu deze vakantie. Door de bergen, langs kleine gehuchten, met uitzicht over de Mekong en Laos. Soms zijn er stukken weg weggeslagen en/of is de weg niet in al te goede staat. Na zo’n 2.5 uur zijn we dan eindelijk in Chiang Kong, wat een lange 53 km! De truck dropt ons gewoonweg ‘ergens’, waar we nu weer huizen is ons een groot raadsel. Al snel komt er een nogal bereisde reiziger op ons af, hij wil van z’n Lonely Planet over Laos af. Dat komt dus mooi uit, met het boek onder de arm gaan we op zoek naar de pier naar Laos. Voor 1700B hadden we ook hier een visum kunnen regelen, zelfs binnen 3 uur! We zien al snel het douane-gebouwtje en dus ook de pier. Het vertrek uit Thailand is geen enkel probleem. Met een speed-veerpont steken we de Mekong over, eenmaal in Laos krijgen we er weer een paar stempels bij en dat is het dan. Daar zijn we dan, in Huay Xai ...

We wisselen 100US$ om voor de Laotiaanse kip, een onwijze stapel geld is het resultaat. Hier ben je zo miljonair, net als in Cambodja. Direkt gaan we op zoek naar een reisbureau, want we willen eigenlijk vandaag nog door naar Luang Prabang met een ‘langzame’ boot. Als we dan uiteindelijk een reisbureautje zien, moet het mannetje achter z’n bureau eerst nog even wakker worden gemaakt. Het duurt even voor hij begrijpt wat we nou eigenlijk willen, we maken uit z’n verhalen op dat de trip Huay Xai - Pakbeng al één dag duurt, dus vandaag lukt dat zeker niet meer. Vooraf reserveren gaat ook niet, we zullen er voor moeten zorgen dat we morgen op tijd bij de boten staan. Er zit niets anders op om dan toch maar een overnachtingsplaats te gaan zoeken. Het lijkt erop dat we met steeds minder tevreden zijn. Als we in Peking naar zo’n hotel waren geloodst, hadden we gelijk een cultuurshock gehad. De kamer is smerig, dat wordt weer slapen in een lakenzak.

Inmiddels zitten we in een restaurant met uitzicht over de Mekong, daar waar de veerponten af en aan varen. Het voorgeschotelde rijstmaal vult niet echt, maar we vermaken ons desalniettemin uitstekend. Roland leest in de Lonely Planet en komt er zojuist achter dat guerilla-bewegingen, boeven, bandieten en drugsellende vele aanvallen op zowel Laotianen als buitenlanders op hun geweten hebben. Als je over de weg reist is de kans groot dat je in een ziekenhuis beland vanwege de vele aanrijdingen omdat de wegen zo erbarmelijk slecht zijn. Niets wordt officieel gerapporteerd dus hoe de situatie nu echt is kunnen we alleen maar proefondervindelijk vast gaan stellen. We houden het dus maar bij reizen over het water tot Luang Prabang, dat is vast de veiligste manier. Naar Vientiane moeten we over de beruchte weg A13, waar reeds vele berovingen hebben plaatsgevonden. Maar ach, dat is een zorg voor later. We zijn in ieder geval nu al in het 6e land beland en dat is té gek. Roland is nog steeds verkouden, maar ziet er toch wel relaxt uit. Alhoewel ... eigenlijk staan z’n ogen wel wat waterig, maar door z’n bruine koppie ziet ‘ie er zo gezond uit. Eigenlijk is ‘ie volgens mij gewoon wel ziek, als ik ‘m eens goed op zit te nemen ... Na een poosje gaan we ons toch wel een beetje vervelen. Stil zitten en niets doen is iets wat we blijkbaar niet meer kunnen, na 8 weken reizen.

We gaan voor de zekerheid maar even op zoek naar de plaats waar we morgen heen moeten om met de ‘langzame’ boot naar Pakbeng te gaan. Volgens Lonely Planet is het 2 km ten zuiden van het centrum. Na zo’n 2.5 km gelopen te hebben gaan we in een zijspan van een brommer verder, we blijken dan nog maar een klein stukje te hoeven. Onderweg rijden we fietsende Laotianen voorbij, die net als de Chinezen, zowat omvallen ... zo langzaam komen ze vooruit. We komen uiteindelijk bij een aanlegplaats voor speedboten, wat niet helemaal de bedoeling is. De ‘langzame’ boten liggen zo’n 1 km ten noorden van het centrum, foutje van de Lonely planet. Maar goed, nu weten we in ieder geval waar we morgenvroeg naar toe moeten. Net op tijd zijn we terug in het hotel, zodat we nog even vanaf het balkon kunnen

Pag. 90

Page 94: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

genieten van de zonsondergang met uitzicht over de Mekong naar Thailand. Het is een plaatje, net een schilderij.

‘s Avonds eten we in een knus ‘tentje’, we eten als het ware bij een Laotiaans gezin. Achter de lange tafel waar wij zitten is de huiskamer, een deel van het gezin zit naar de TV te staren. Andere familieleden staan op straat (wat de keuken voor moet stellen) eten klaar te maken. Het eten smaakt helaas naar niets, dat is jammer. Voorbijschietende ratten geven het geheel ook niet echt een frisse indruk. Eenmaal terug in het hotel valt het ons pas echt op hoe smerig onze kamer is. Sinds de bouw is de kamer zeker nog nooit schoongemaakt. Onder ‘t bed (daar moet je natuurlijk nooit kijken ...) ligt volgens Roland zo’n 10 cm stof, maar goed dat we daar niet allergisch voor zijn. Ik kijk niet want vanavond wil ik nog wel een beetje kunnen slapen. We hebben zowaar een warme douche, ondanks de lekkere temperatuur (zo’n 25 ºC) is dat toch wel lekker. Een frans gezin met kind heeft een kamer naast ons tot hun beschikking. Het kind kucht zo vreselijk dat ze beter zo snel mogelijk naar de dichtstbijzijnde dokter kunnen gaan.

Verder lijk is alles niet meer zo goed op te kunnen nemen. Waarschijnlijk zien we teveel in te korte tijd en is dat de tweede reden (de eerste reden is en blijft dat het goedkoper is) waarom reizigers vaak op één plaats blijven. Ik moet gewoon lang nadenken waar we nou eigenlijk afgelopen nacht geslapen hebben, dat is een vreemde gewaarwording. Ik ben dus duidelijk geestelijk ietwat moe en Roland is lichamelijk een beetje aan het tobben ... Buiten probeert iemand wat gitaar te spelen, een lekker achtergrondmuziekje om bij in slaap te vallen ...

5.7 Stroomafwaarts over de Mekong langzaamaan naar Pakbeng Di. 9-12-1997

Na ons standaard ontbijt, brood met jam, rijden we in een mini-truck naar de aanlegplaats van de ‘langzame’ boten. Diverse boten liggen te wachten. Gisteren blijkt er middels een gevecht te zijn vastgesteld wie vandaag met de reizigers op sleeptouw naar Pakbeng mag vertrekken. Eén van de groene boten is de gelukkige. Vreemd genoeg is er weer paspoortcontrole, op een papiertje wordt een stempel gezet waarna het in onze paspoort wordt gevouwen, ‘t zal wel.

Het duurt nog eigenlijk een heel tijdje voordat we eindelijk vertrekken. Roland, ik en 2 Franse jongens zitten op het dak. Omdat we stroomafwaarts varen zit er gelukkig toch nog wel wat vaart in. Af en toe is het bij stroomversnellingen en rotsblokken wat uitkijken geblazen. We worden ingehaald door vele speedboten, die met een waanzinnige snelheid voorbij razen. We passeren een aantal kleine dorpjes.Het is een mooi gezicht om tussen de bergen door te varen, maar of het echt spectaculair genoemd kan worden? De rit haalt het niet bij onze trip in Borneo over de Negara of met de tocht over de Li-rivier in China. Het is flink bewolkt, maar toch schijnt de zon nog heel wat tijdens de tocht. En dat is maar goed ook, anders is het niet eens warm zo op het dak. We hebben er nu zo ongeveer de helft op zitten, het lijkt ons nu al een goed idee om morgen toch maar een speedboot te charteren. Bij een tussenstop danst, zingt en swingt een Laotiaans meisje met theedoek om haar hoofd en hoog opgeschoren voorhoofd op de rotsen voor ons. We zijn blijkbaar een leuke afwisseling voor deze jungle bewoners.

Rond 16:00u komen we in Pakbeng aan, onderweg werd het uitzicht steeds fraaier zeker nadat we afbogen van de grens met Thailand. Maar we hebben helaas het geduld niet om de gehele dag zo te zitten, wij ervaren zoiets na een aantal uur al snel als saai ondanks de mooie

Pag. 91

Page 95: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

indrukwekkende natuur. Pakbeng is een zeer klein gehucht in de bergen en heeft zonder meer iets aandoenlijks. Het gasthuis is het minste wat we tot nu toe hebben gehad, onze kamer is niets meer dan een houten garagebox waar net twee bedden in passen. WC en douche zijn buiten in een rieten hokje. Er is simpelweg niets anders, dus we zullen het ermee moeten doen. Licht is er ook niet, dus blijven we tot bedtijd een beetje hangen bij het restaurant, waar we alweer rijst hebben genuttigd. Tot nu toe lacht iedere Laotiaan. Kinderen maken een zichtbaar blije indruk, trappelen met hun benen en klappen in hun handen als je iets tegen ze zegt of zelfs alleen maar naar hun knikt. In Pakbeng stikt het van de kinderen, ze ‘elastieken’ (o, wat deed ik dat vroeger ook graag) of blazen planten-dingetjes door een PVC-buis (wat Roland ongetwijfeld vroeger ook graag deed). Inmiddels wordt het bedtijd, dat is wel duidelijk. Kleine ventjes halen hun nog kleinere zusje op en vanuit vele huizen horen we huilgeluiden. Dat is wel begrijpelijk, badderen in koud water in de bergen (zo’n 22 ºC) is niet echt een lolletje. De verlichting van het dorp is waarschijnlijk gezamenlijk, vanuit één generator. We moeten dus zorgen dat we in bed liggen als deze wordt uitgezet. Van dichtbij zie ik nog net hoe een baby in bed wordt gestopt, met gebreide muts en pompoen en al.

5.8 Met speedboot naar Luang Prabang Wo. 10-12-1997

Om half 6 gaat de wekker, maar dat is niet echt meer nodig. Alle hanen uit het dorp kraaien er inmiddels op los. Tegen elkaar in, met een echo door de bergen. Rond half 7 wordt het pas licht, pas dan besluiten we dus maar om op te staan. Douchen in de kou met een bakje koud water hebben we maar achterwege gelaten, dan beter nog maar een dagje vies zijn. We eten stokbrood en voor vertrek moeten we weer het papiertje in ons paspoort laten stempelen. Waar dat nou toch goed voor is?

We moeten nog even flink afdingen om met een speedboot naar Luang Prabang te kunnen gaan. Inmiddels, na zo’n 3 uur, zijn we er. Wat een herrie met zo’n toyota-motor, maar goed dat we nog oordoppen bij ons hadden. Met valhelm en al hebben we er vast niet uitgezien ... jammer dan. De tocht per speedboot was heel wat spectaculairder dan gisteren, wat zijn we blij dat we hier vandaag voor hebben gekozen. Met een aardige vaart zijn we de Mekong afgegaan met poncho’s binnen handbereik. Het is ons inmiddels ook duidelijk waarom nou al dat gestempel zo nodig moest ... zo kunnen ze je eventueel traceren als er onderweg iets gebeurt, dat schijnt namelijk nogal eens voor te komen ... maar goed dat we dat nu pas weten. We stappen gebroken uit de speedboot, Roland heeft 3 uur in elkaar gekreukeld gezeten en ik begin weer last van m’n rug en knie te krijgen.

Met een truck worden we naar het centrum gebracht (na onze laatste stempel te hebben gehaald). Onderweg loopt er in plaats van buffels (wat we inmiddels gewend zijn) een olifant langs de kant van de weg. We worden gedropt bij een aardig uitziend gasthuis. We hebben inmiddels warm water en dat is het enige wat op dit moment lijkt te tellen. We zijn door en door koud geworden in de speedboot, de zon heeft zich niet laten zien en we ruiken niet meer al te fris. Na een soepje & spaghetti te hebben gegeten bij ‘Le Sardinier’ zijn we weer helemaal opgekikkerd. We hebben weer energie en daar gaan we dan maar gebruik van maken ook. Als eerste zoeken we uit hoe we morgen het beste naar Vientiane kunnen gaan.‘Er is de laatste drie jaar niets gebeurt op weg 13, jullie kunnen vast per bus wel naar Vientiane’, is het enige wat we te horen krijgen. Alhoewel we toch andere berichten hebben gehoord en gelezen (meest recente voorval is 1 jaar geleden), besluiten we het er morgen toch maar op te gaan wagen om met de bus over de bewuste weg te rijden. Dit ondanks de negatieve aanbevelingen van de Franse ambassade.

Pag. 92

Page 96: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

We beklimmen de ‘Phu Si’ berg, vanwaar we een fantastisch uitzicht hebben over de stad. Het lopen van trappen gaat niet meer zo soepel als tijdens het begin van de vakantie, wat wil je ook als je alleen maar rijst eet (terwijl we vaak genoeg daar niet aan mee doen). Daarna lopen we langs de ‘Nha Khan’ rivier, kopen papaja en lopen we via de Mekong weer terug. We passeren vele Wats en monniken sieren het straatbeeld in Luang Prabang. Kinderen gooien als spelletje hun slippers naar elkaar over en langs de weg liggen rijstkoekjes te drogen. We drinken wat en schrijven kaarten langs de Mekong in een gezellige tent en zitten daar tot zonsondergang.

In het donker proberen we het Franse tentje van vanmiddag weer te vinden, maar we lopen totaal de verkeerde kant op. Ik vind het niet erg, het stelt mij mooi in de gelegenheid om bij Laotiaanse gezinnen in huis te koekeloeren. Maar echt veel valt er niet te zien: een tafel met stoelen en wat kasten, dat is vaak het enige wat er in zo’n huisje staat. Het is practisch, dat wel. We lopen langs vele Wats, waar monniken op zangerige toon gezamenlijk waarschijnlijk aan het bidden zijn. Het geheel geeft een heel aparte sfeer.Gelukkig vinden we het Franse tentje toch nog. We eten heerlijk Europees (kippeschnitzel met patat). Roland gooit zojuist de cocktailprikkers om en zit nu aan een bananenshake, ik zit lekker aan een rood wijntje. Normaal zit Roland aan het bier en ik aan een shake, weer ‘ns wat anders ... De warme douche is een beetje heel erg warm met weinig druk, een tegenvaller als je denkt ‘ns lekker uitgebreid te kunnen douchen. Roland z’n dekbed heb ik als een ‘wieber’ over hem heengelegd, anders past ‘ie niet. Hij is al in diepe rust ...

5.9 Over de beruchte ‘13’ in bus met houten bankjes naar Vientane Do. 11-12-1997

Vanmorgen gaat alweer om 6 uur de wekker af. Is dit nou vakantie? Jawel, vandaag wordt weer een echte reisdag, en daar genieten we vaak des te meer van. Maar wat we vandaag gaan doen heeft toch wel iets avontuurlijks ... over dé weg 13. Er is nog niets open om te ontbijten dus gaan we direkt maar met een tuktuk naar het busstation.

De bus, in de vorm van een vrachtwagen, staat al te wachten. Terwijl onze rugzakken op het dak worden gegooid drinken wij nog even een kopje thee en eten we een stuk cake bij een kraampje bij het busstation. We haasten ons niet om in te stappen, we hebben tenslotte nog ruim 1 uur voor vertrek. Als we dan eindelijk besluiten om ook maar ‘ns de vrachtwagen in te gaan klauteren, blijken alle plekjes bij het raam reeds bezet te zijn. Roland heeft nog een rugleuning, ik zal het tijdens de rit zonder moeten stellen. Tegen onze verwachting in, blijkt de conditie van de wegen toch best aardig te zijn. Maar toch schiet de rit niet erg op, Noord Laos is zo bergachtig dat de met Laotianen vol geladen bus af en toe nog maar amper de bergen opkomt. Tijdens de eerste paar uurtjes van de rit is Laos in de mist gehuld. We kachelen dus wat langzaam voort in een ietwat somber aandoend Laos. Af en toe kost het me de grootste moeite om maar niet ‘om te rollen’ in de tal van haarspeldbochten, maar omdat we ‘hutje mutje’ zitten hou je elkaar aardig zittend. Hooguit wordt je wat in elkaar geperst of kukel je achterover ... toch lastig zo zonder rugleuning. Vele dorpen rijden we door of voorbij, heel de dag door ... dat geeft ons dus aardig de tijd om een indruk van Laos te krijgen. In ieder dorp worden we toegezwaaid, blijkbaar wordt er dus nog niet zoveel gebruik gemaakt van weg 13. In het kritische stuk, Phou Khoun tot Kasi, wordt de vrachtwagen/bus voorzien van militaire bescherming. Waar zijn we aan begonnen?

Pag. 93

Page 97: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

Plots weet ik niet meer zo zeker hoe en of we Vientane binnen zullen rijden. Overal langs de kant van de weg lopen Laotianen met geweren rond ... erg op m’n gemak zit ik dus niet, maar ach het maakt de boel tenminste een beetje spannend. Naast me zit een man uit Nepal, werkzaam bij een reisbureau. Trots laat hij zien dat hij zich goed heeft voorbereid op deze gevaarlijke trip: hij heeft z’n sieraden maar in een plastic tasje in z’n broekzak gedaan. ‘Stel dat we overvallen worden, dan heb ik m’n goud tenminste nog. Want dat gebeurt hier vaak hoor, wist je dat al?’Voor de zoveelste keer moeten we zomaar om niets weer eens stoppen.‘Ja hoor, daar zal je het hebben ... een overval.’Daar wordt je dus niet echt rustig van, met zo iemand naast je.

Eenmaal bij Kasi zou het grootste gevaar geweken moeten zijn. We mogen daarom even onze benen strekken (of ik daar aan toe ben ?!!). Inmiddels is het zonnetje doorgekomen, dat is niet gek want echt aangenaam was de temperatuur niet, in een open vrachtwagen door de bergen in de mist. Na zo’n kwartier vertrekken we weer, de vrachtwagen is dan nog wat voller gepropt. Vanaf nu zijn we dus gedoemd te blijven zitten zoals we zitten ... maar gelukkig heb ik nu ook een deel van een rugleuning vergaard, een plaatsje naast moeder en baby. De baby is goed ingepakt, heeft een wollen muts op maar heeft daarentegen wel blote voetjes (iets typisch Zuid-OostAziatisch). De baby komt de 12u zonder maxicoshi of voeding om de zoveel uur bijzonder kalm door, verschonen blijkt hier ook niet nodig te zijn ... ik ruik tenslotte nog niets. Af en toe krijgt ‘ie de borst en dat is voldoende. Tevreden kijkt ‘ie mij en Roland, die nu recht achter mij een plaatsje heeft, met z’n grote ogen aan. Het is duidelijk dat ‘ie iets vreemds aan ons ziet, maar wat ...Ik zit zo ingeklemd dat ik niet eens even aan m’n neus kan jeuken als ik daar zin in heb. Echt comfortabel is het dus allemaal niet. Ik kan beter ook maar niet achter me naar een samengeperste Roland kijken, volgens mij heeft ook hij ‘het niet echt breed’. Maar ... we rijden tussen en met de Laotianen en dat is tenslotte wat we willen, ‘t is een hele belevenis. Laos is nog puur Laos, ze leven hun eigen leven. Ze zwaaien vriendelijk naar ons, maar hun leven zullen ze door niets of niemand laten beïnvloeden dat is een ding wat zeker is en wat Laos dan ook zo bijzonder maakt. Niks geen poespas, nee ... Laos zie ie zoals het is. Ook is Laos zeer nog zeer bosrijk. Nationale parken kent het land niet, omdat Laos zelf één groot park is. Al met al zijn we blij dat we op deze manier door (toch) het vriendelijke Laos zijn gereisd. Na zo’n 12 uur rijden we Vientiane dan eindelijk in. Alsof de rit nog niet lang genoeg is geweest krijgen we nog even een rondrit van de zaak. Dit om de tuktuks van ons ‘af te schudden’, die in een rij nadat we Vientiane zijn binnengereden ons achtervolgen om (waarschijnlijk) met name ons verder te rijden naar een hotel.

We kunnen nog een plaatsje krijgen op de bovenste (4e) verdieping van het Pangkham gasthuis. Het is een benauwd klein kamertje, maar met douche en zachte bedden ... ‘s Avonds eten we Italiaans in een achteraf veel te luxe tent, we voelen ons ietwat opgelaten. We laten de rit van vandaag nog even aan ons passeren, wat een fantastisch mooie uitzichten hebben we gehad ... De busrit was even een risico, maar nu we die ook weer heelhuids hebben doorstaan, kunnen we toch wel zeggen dat het weer een geslaagde dag was vandaag!

Roland heeft rode/blauwe bulten op z’n rug en kont (erfenis van het hobbelen in de vrachtwagen mét z’n rugleuning) en zal daarmee een paar dagen moeten leven ...

Vr. 12-12-1997

Pag. 94

Page 98: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

Vandaag hebben we naar ons idee behoorlijk uitgeslapen. Pas om 8:30u zijn we op zoek gegaan naar een plaats om te ontbijten. Mijn sandwich smaakt perfect, Roland z’n American breakfast lijkt op niets ... we gaan dus nog maar even een stokbrood met ‘Lavache quirit’ kopen in de plaatselijke supermarkt. Via de ‘Zwarte Stupa’ lopen we naar het postkantoor. We posten de kaarten die we in Luang Prabang hebben geschreven en zien dan dat we voor weinig geld pakketjes tot 2 kg naar Nederland kunnen verzenden. Dat opent nieuwe perspectieven ...Spontaan gaan we in de ochtendmarkt op zoek naar houten beelden, er van uitgaande dat iets meer kilo’s dan ook nog wel goedkoop zou zijn. En ja hoor, we lopen toch tegen een stel mooie beelden op ... voor alle zekerheid informeren we toch nog maar even bij het postkantoor wat het kost om grotere pakjes te verzenden, valt dat even tegen ... dat is dus niet leuk meer, we hebben ons voor niets ‘lekker’ gemaakt. I.p.v. beelden kopen en versturen we dus maar kerstkaarten voor het thuisfront en vullen we een pakje tot 2 kg met oude rommel van onszelf. Dat scheelt weer een beetje gewicht in onze rugzakken, want het lijkt alsof die alsmaar zwaarder worden ...

In de middag doorkruisen we met een gehuurde fiets Vientiane. Het is dan inmiddels al flink warme geworden. We bezoeken de Pha That Luang, Laos belangrijkste monument ... het nationale heiligdom. Ook fietsen we langs de oudste tempel van Vientane, de Wat Si Saket, en langs de Mekong. De water in de Mekong staat zo laag, dat het eiland Don Chanh drooggevallen is. Ongelooflijk dat dit rustige water in de regentijd verandert in een woeste rivier. We willen nog even van het uitzicht over de Mekong genieten en eten dus even een hapje in een restaurant langs de Mekong. We hebben het echter zo druk met het weren van vliegen, eten en drinken, dat de rivier niet echt onze aandacht meer trekt. We worden bediend door een knappe Laotiaanse met baard in de keel, deze mensen worden hier sneller geaccepteerd dan in ons eigen kikkerlandje. Vientane lijkt niet echt op een hoofdstad maar heeft meer weg van een klein, Frans koloniaal provinciestadje. We brengen de fietsen weer terug en relaxen dan een poosje op onze kamer, die nog steeds vier verdiepingen trappen lopen is.

‘s Avonds hebben we zin om eens lekker uitgebreid te gaan eten, we lopen wat af om de voor ons geschikte eettent te kunnen vinden. Dat moet maar weer eens een keertje, de inwendige mens moeten we natuurlijk ook niet vergeten. Bij ‘Le Metropole’ gaan we het proberen, nadat we bij weer een veel te lux Italiaans restaurant (l’Opera) zijn weggelopen). We nemen crème kippesoep vooraf. Wel wat anders dan de kippesoep in China waar de kop en pootjes nog zo gezellig in rond dwarrelden ...Als hoofdgerecht nemen we kip met macaroni. Ondanks dat de kip nog even terug moet om echt gaar te worden gebakken, blijkt het restaurant toch een heel goede keuze te zijn. Gelukkig was er niemand zo gek om mee te gaan lopen lallen met de ‘karaoke-TV’! De bediening is allervriendelijkst, ze zijn zichtbaar blij dat we in hun tent zijn komen eten. Als toetje verwennen we ons met een heerlijke ijscoupe. Het is een lange tijd geleden dat we met zo’n voldaan gevoel een restaurant uitlopen. Eenmaal buiten zijn we zo aan de praat dat we eerst de straat van ons hotel niet meer kunnen vinden en als we dan uiteindelijk in de goede straat komen, lopen we ons gasthuis straal voorbij.

Morgenavond willen we in de trein naar Bangkok zitten ... Met een vitaminepil gaan we de nacht in.

Pag. 95

Page 99: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

5.10 Terug naar de Khao San Road Za. 13-12-1997

Om 7:00u pakken we onze spullen, we checken uit (Roland maakt het receptie-mannetje blij door hem erop te wijzen dat ‘ie i.p.v. twee maar één nacht in rekening wil brengen). We gaan op zoek naar vervoer om naar de Friendship bridge te kunnen komen. Een tuktukrijder komt op ons af en wil ons voor een redelijk bedrag wel wegbrengen. Het is nog een beetje mistig, ook blijkt het nog een heel eindje rijden te zijn. Kinderen worden naar school gebracht in laadbakken van trucks of fietsen/lopen op hun dode gemakje zelf richting school. Ik blijf genieten van zulk soort trips.

De brug tussen Laos en Thailand is pas in 1994 gebouwd en gefinancierd door Australië. Bij de grens willen ze overal geld voor hebben, zoals bij de douane van Thailand omdat het vakantie (zaterdag) is en voor de brug, omdat je daar zo graag overheen wilt. Terwijl dat nota bene een krijgertje is. Wij willen graag lopend over de brug naar Thailand, maar helaas dat is verboden, je moet en zal gebruik maken van een bus ... lopend blijft gewoon veel échter!Tot slot betalen we nog even om Thailand in te mogen. Dus daar zijn we dan weer, in Thailand. Al met al was de grensovergang eigenlijk een ‘fluitje van een cent’.Na flink afdingen gaan we alweer met een tuktuk naar het treinstation van Nongkai. Maar helaas, de trein is al foetsie ...Trein gemist, nee hè? ‘t Is nu 8:45u, de eerstvolgende gaat om 18:00u, wat moeten we hier in vredesnaam de hele dag zoeken?’

We gaan dus maar met een andere tuktuk mee naar het busstation. ‘Misschien hebben we daar meer geluk.’Roland heeft er weinig vertrouwen in en ziet zichzelf zometeen met een tuktuk wel weer terug gaan naar het treinstation.Wat een geluk ... de motor van de bus naar Bangkok staat al te draaien. Snel laden we onze rugzakken in de bus, kopen bustickets en bij het eerste het beste tentje nog even iets eetbaars ... het eten is er tot dan toe helemaal bij ingeschoten ... en vliegen dan zo gauw mogelijk de bus in. We zitten nog maar nauwelijks, of de bus vertrekt. Een lokale bus zonder airco, 640 km naar Bangkok, voor Fl. 7,50.Bij elke plaats wordt gestopt en stappen mensen in en uit. Op hetzelfde moment stormen dan verkoop(st)ers met allerlei eetwaar de bus in. Variërend van kip/vlees op de meest fraaie manieren aan stokjes vastgebonden tot kleine eitjes (soort en afkomst mij volledig onbekend), fruit, nootjes en cola/fanta in plastic zakjes. Vaak zijn ze niet op tijd de bus uit als de bus alweer gaat rijden. Ook de busjongens rennen zich kapot om de bagage van de passagiers in & uit de bus te krijgen. We zijn nog niet zo lang onderweg of daar komen ze weer ... de darmkrampen. Ze blijven slopend, in een hobbelende lawaaierige bus voel je je dan even echt behoorlijk beroerd. Als de bus stopt om te tanken ga ik op zoek naar een toilet. Dat heeft geholpen, gelukkig zakt het weer. Ik kan weer genieten van de busrit, er geen flauw benul van hebbend hoe lang de busrit zal gaan duren. Als we de afgelegde km’s versus tijd vergelijken met de nog te gane km’s, dan wordt het in ieder geval al duidelijk dat het geen vroegertje wordt. Maar dan zijn we er bijna ... helaas, dus niet ... foutje, we moeten nog zo’n 2 uur. Onze bus doet gek, dus we moeten ook nog overstappen. We zijn dan pas bij het vliegveld, dat betekent dat we nog zo’n beetje een uur te gaan hebben.

Het busstation ligt niet in het hartje centrum. Het is 22:00u (12.5 uur al hobbelend in de bus doorgebracht, dan ben je het inmiddels dus wel goed zat ...) als we met een taxi verder gaan

Pag. 96

Page 100: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

naar Khao Shan Road. Ze proberen ons flink af te leggen, maar ze weten even niet dat we een week geleden ook al in Bangkok waren en inmiddels de prijzen zo ongeveer dus wel weten ...‘We willen taxi-meter.’‘200B’‘Nee, nee ... taxi-meter ...’Ze blijven op hun standpunt, 200B, met taxi-meter betaal je als westerling te weinig, zo is hun mening. We besluiten om dan maar in een lawaaierige tuktuk te stappen, totdat ook hij 200B vraagt.‘Nee, een tuktuk-rit naar Kaho Shan Road is max. 100B waard.’Maar de aanhouder wint, uiteindelijk stappen we in een taxi met meter.

Het is alsof we thuis komen, zo vertrouwd is ons Siam Oriëntal gasthuis. Binnen een week is het gasthuis voorzien van tientallen papiertjes: “Kostbare bezitten in kluis en als je in je kamer bent, de twee extra sloten toch afsluiten.” Er is dus vast en zeker iets gebeurt in de tijd dat wij op doorreis waren. Gelukkig kunnen we nog een hapje eten in ons gasthuis. We hebben nog maar net besteld of de live-band gaat oorverdovend hard spelen, beter gezegd ‘lallen’. Roland gaat spontaan het AD kopen, het eten is onderhand koud als ‘ie met de krant onder z’n arm weer aan komt lopen .. z’n gezicht staat op onweer.‘Wat een geluid, zullen er nou echt mensen zijn die dit mooi vinden?’Roland gaat op zoek naar z’n oordoppen, tenslotte leent hij ze maar van mij. Ook ik kan het niet aanhoren, terwijl Roland zit te eten ga ik er vandoor om drinken te kopen in de supermarkt om in onze kamer op te drinken. Wat een gezellig etentje!

Heerlijk relaxt drinken we op nog een paar mooie weken. Roland leest z’n AD, ik heb het druk met m’n dagboek. We hadden gehoopt nu in de trein te zitten naar Bangkok ... Hoe hebben we het weer voor elkaar, we zijn niet eens meer onderweg ... nee, we zijn er zelfs al!

Pag. 97

Page 101: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

Zo. 14-12-1997

‘s Ochtends eten we ons ozo vertrouwde ontbijt, toast met jam. Een deel van onze kleding hebben we zojuist afgegeven bij de ‘laundry-service’. Als er bij het openen van je rugzak een misselijkmakende stank vrijkomt, wordt dat gewoon wel weer eens tijd. Onze plattegrond van Bangkok zijn we verloren en omdat je in Bangkok echt ‘verloren’ bent zonder kaart, kopen we dus maar een nieuwe. Het feit dat we gisteren de trein hebben gemist, is voor ons de druppel geweest om toch maar de Lonely Planet van Zuid-OostAzië te kopen. Toevalligerwijs hebben we in Laos wel de beschikking gehad over een Lonely Planet, maar verder hebben we onze reis ter plekke van toevalligheden af laten hangen ... met zo’n instelling van: we zien wel hoe het loopt. Om met de Lonely Planet in je hand te lopen, op de manier van: Hier moeten we links en dan rechts en nog een keer links en dan zouden we hier dus goedkoop moeten kunnen overnachten ... wat is daar dan nog leuk aan? Daar hebben wij bewust niet voor gekozen, het komt zoals het komt klinkt ons beter in de oren ... We hebben nog zo’n 2 weken te gaan, maar ach ... we hebben weer iets te lezen, hè?

5.11 Trouwpak ophalen, bezoek drijvende markt en dan trouwjurk ophalen

We nemen een taxi naar Tommy Fashion om Roland z’n pak op te halen. Het is zondag (zoals de Thaisen zeggen: vakantie) en dat betekent dat de meeste winkels (nog) dicht zijn. Maar we hebben geluk, Tommy z’n winkel is al open, z’n fleurige winkel valt wel op tussen al die sombere grijze rolluiken. Roland past z’n pak, het past perfect ... wat een heer. We sjouwen het pak mee naar het volgende adres: Oriëntal fashion, waar mijn jurk klaarligt ... althans, dat hopen we dan maar. Ook zij zijn vrijwel de enige die open zijn, het geluk is met ons vandaag.Tot zover zit het dus nog niet tegen, totdat m’n jurk te voorschijn komt ...‘Zo heb ik ‘m niet besteld ...’Ik schrik me kapot en geef dat dan ook wel even duidelijk te kennen. Ze mogen me m’n geld terug geven, of vandaag nog de jurk herzien. Dat is nou de ellende van de verschillen in taal, wie nou wie verkeerd heeft begrepen weet ik niet, maar deze jurk trek ik nooit van m’n leven aan! Ze kiezen voor het laatste, in één dag tijd denken ze nog wel even een bijna kompleet nieuwe jurk te kunnen maken. We zien morgen wel weer verder, tenslotte kan niet alles meezitten ... We eten bij onze ‘oude vertrouwde’ Mac Donalds, waarop m’n darmen weer aardig beginnen te protesteren. Er zit blijkbaar niets anders meer op dan simpelweg maar niets meer te eten vanaf nu. We lezen wat in onze nieuwe Lonely Planet en gaan dan met de taxi terug naar Khao Shan road. We halen geld uit de muur, regelen vliegtickets naar Koh Samui en gaan dan op ons gemakje e-mailen. We hebben heel wat berichtjes binnen gekregen. Roland krijgt op dat moment last van z’n darmen, we zijn weer lekker bezig. We gaan dus maar weer terug naar onze kamer en proberen iets af te koelen. Echt lang de tijd kunnen we er ook weer niet voor nemen, want morgenvroeg willen we naar de drijvende markt in Damnoen Saduak en dat moeten we nog wel even ergens zien te regelen. Er zijn reisbureaus zat in onze straat, zonder al te veel moeite spelen we het klaar om morgen met een busje naar Damnoen Saduak te gaan, rond 7:00u moeten we klaar staan..

We lopen vervolgens naar de Chao Praya rivier. We steken ‘m over, terwijl de auto’s ons voorbij razen. Bangkok is berucht om zijn herrie en de vele uitlaatgassen, de mensen die dat zeggen zijn blijkbaar nog nooit in Jakarta geweest ... Voor Aziatische normen ‘loopt’ het verkeer allemaal best ordelijk en hoor je weinig gepepper.

Pag. 98

Page 102: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

We eten bij het ‘Hello restaurant’. Het lijkt erop alsof ik m’n darmproblematiek heb overgedragen aan Roland.

Na het eten ben ik eigenlijk te lui om nog een douche te nemen, terwijl toch alles ‘plakt’.Roland leest alweer, nu de nieuwste versie, van het AD.

Ma. 15-12-1997

Het busje naar de drijvende markt in Damnoen Saduak laat een heel poosje op zich wachten. Het is echt weer een toeristische trip en dat betekent dat het busje vol geladen moet worden met westerlingen. Wij zijn de één na laatste die instappen, dus dat verklaart de vertraging. Voordat we Bangkok uit zijn, zijn we weer zo’n half uur verder. Onderweg is er ook nog een opstopping, i.v.m. een één of ander festijn. Mooi aangeklede Thaisen, muziekcorpsen en kinderen houden het verkeer op. Een geluk bij een ongeluk is dat we in verband met de tijd het bezoek aan een suikerfabriek overslaan (kregen we er gratis bij), iets waar we toch niet echt op zaten te wachten.

Na z’n 3 uur rijden komen we dan eindelijk in Damnoen Saduak aan. We stappen in een motorbootje en varen naar de drijvende markt. We worden uitgezwaaid door een Thaise vrouw met een aapje in haar armen. De markt is nog veel toeristischer dan we ons hadden voorgesteld. Natuurlijk is het grappig en leuk op de Thaise vrouwen handel te zien drijven vanuit hun bootjes. Maar de ‘handel’ is niet meer dan toeristische rotzooi ... het is maar al te duidelijk dat zonder toeristen deze markt gewoonweg niet zou kunnen bestaan. De markt ‘aan wal’ lijkt inmiddels de boventoon te voeren. Westerlingen hebben het druk met het zoeken naar leuke souvenirs en/of goedkope jurkjes of boxershorts. De mogelijkheid om een foto te maken met een phyton om je schouders is bij velen dé attractie van deze dag. Halfnaakt lopen ze rond, iets wat je ziet door heel Thailand. Officieel mag je de tempels dan niet eens in, maar zolang er niets van gezegd wordt, hebben ze lak aan de Aziatische gewoonten en gebruiken. Je moet toch zeker wel zien dat je in Azië bent geweest als je thuiskomt? Jammer dat Thailand al zo verziekt is. Als je echt Azië wil zien kan je inmiddels Thailand of Bali beter maar links laten liggen. Het land is makkelijk bereisbaar en is goedkoop. Dat moet gezegd worden ... het is gewoon jammer dat het Aziatische leven geheel op de achtergrond is gedreven door het toerisme. Op zich was het idee om de drijvende markt te gaan zien toch wel aardig, maar het is niet te vergelijken met de drijvende markt in Banjarmasin (Kalimantan). Die markt was heel wat rustiger, interessanter en nog ‘puur natuur’ en dus een heel wat betere keuze. Daar zaten we ‘s ochtends om 6 uur al op een bootje, en daar dreven we zo’n beetje zelf handel ... Op de terugweg stoppen we verplicht bij een ‘handicraft centre’. We haten die verplichte dingen, maar je ontkomt er gewoon niet aan in dit soort landen ...We maken toch maar even van de gelegenheid gebruik om op zoek te gaan naar een bijzet-olifantentafeltje, maar helaas zonder resultaat. We hebben spijt dat we het olifantentafeltje in Laos op de ochtendmarkt niet hebben gekocht.

Rond 13:00u zijn we weer terug in Bangkok, terwijl de rest nog doorgaat naar andere toeristische attracties. We eten een hapje, relaxen wat in onze kamer en wachten op mijn jurk die rond 17:00u gebracht zou worden. Inmiddels is het kwart voor acht en een telefoontje later, maar er is dus nog niemand langs geweest. Het zit niet echt mee met m’n jurk ...

Pag. 99

Page 103: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

De vliegtickets voor Koh Samui hebben we tussen de bedrijven door al opgehaald, dus wat dat betreft kunnen we morgen vertrekken. Maar dan moet dus wel m’n jurk gearriveerd zijn, kompleet afgewerkt en al ...Rond half 9 krijg ik het enigszins benauwd. Om 9 uur sluit D’Oriëntal en nou is er hier nog niemand te bekennen. Er lijkt dan nog maar één ding op te zitten, ik zal als een speer naar D’Oriëntal moeten gaan. Roland moet maar hier in onze hotelkamer blijven, voor het geval de jurk toch nog hier afgeleverd wordt. Ik neem me voor dat ik net zo lang in de winkel blijf totdat ik m’n jurk in handen heb. ‘t Is niet anders ... morgen voor openingstijd moeten we tenslotte al op weg zijn naar het vliegveld. Eerst vraag ik voor de zekerheid beneden bij de receptie of er een jurk is gebracht, je weet maar nooit ... dus niet. Alle taxi’s op de Khao Shan Road lijken inmiddels vaste absurde bedragen te vragen voor ieder willekeurig ritje. Eindelijk vind ik er dan één die op z’n meter wil gaan rijden. Er is alleen één probleem: hij spreekt totaal geen Engels. Ik wijs op z’n kaart aan waar ik heen wil en hoop dan maar dat hij me begrepen heeft. ‘Soi 5?’‘Yes ..’Trots telt hij in het Engels van 1 tot 5, wat heb ik daar nou aan?Overal staat het verkeer vast en tot overmaat van ramp wordt ik dan ook nog eens in de verkeerde straat afgezet, ‘Siam 5’ ... Ach, het lijkt op elkaar, nietwaar ...Via voorbijgangers komen we dan uiteindelijk in ‘Soi 5’ terecht.

Tot m’n verbazing is de winkel nog open, het is dan tenslotte al rond half 10 dus na sluitingstijd. Eenmaal binnen probeer ik in een stormvloed aan woorden duidelijk te maken dat ik nou 4 uur aan het wachten ben op m’n jurk, en me toch wel begin af te vragen waar ‘ie nu eigenlijk op dit moment huist. Als de verkoper me een receive toont met handtekening van de ontvanger begrijp ik er echt helemaal niets meer van. Een jongen uit de zaak biedt aan mij achterop z’n brommer naar ‘het hotel’ te brengen waar hijzelf de jurk heeft afgegeven ... Hij speert er vandoor, alle files schieten we voorbij. Ik heb nota bene nog nooit achterop een brommer gezeten, dus dit is mijn brommer-doop, zonder helm en met losse handen ... Wat ‘n rit, in 10 minuten staan we weer voor het Siam Oriëntal hotel. Hoe is dat nou mogelijk, vanuit de verte zie ik ‘m nu ook hangen ... Wat een consternatie, en eigenlijk dus blijkbaar om niets! Om 6 uur blijkt de jurk gebracht te zijn, waar was ‘ie dan toen ik er naar vroeg? Ik moet de boel even laten bezinken en kan er dan toch eigenlijk wel om lachen ...De jurk blijkt uitstekend te passen, wat is ‘ie fantastisch! Precies zoals de bedoeling was! Nou nog even twee weekjes zien mee te slepen. En wanneer zal ik ‘m dragen?!

Rond half 11 zitten we aan een pizza in een afhaal Pizza hut. We sturen nog even een e-mailtje, halen nog wat te drinken en het AD van zaterdag. Wat een dag was dit weer, wat heb ik zin om naar Koh Samui te gaan. Lekker niks doen!Als het aan mij ligt blijven we daar de rest van de vakantie. Geestelijk reismoe, dat is het denk ik, wat nu steeds vaker de kop opsteekt.

Pag. 100

Page 104: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

5.12 Lamai Coconut Resort op Koh Samui, ons ideale stekkie Di. 16-12-1997

Half slapend schrijf ik dit stukje in bed van het ‘Seabreeze hotel’ met zeegeluiden op de achtergrond ...

De start was vanmorgen niet echt optimaal. Het busje wat ons naar het vliegveld zou brengen was weliswaar op tijd, waar het niet dat het verkeer voor één grote chaos zorgde. Met als gevolg dat het weer eens flink haasten was om op tijd ons vliegtuig naar Koh Samui te halen. We konden in feite zo doorlopen het vliegtuig in, eigenlijk toch ook wel makkelijk ... voor Roland dé ideale manier van inchecken. Het propellervliegtuig (AVT 72) doet er vervolgens toch nog een heel tijdje over om ons naar het eiland te brengen. De nog even gauw gratis ‘meegepikte’ reclameboekjes van Koh Samui spitten we alvast door.Naarmate we verder richting Koh Samui vliegen wordt het alsmaar bewolkter ...De aanvliegroute is grotendeels boven zee. Het vliegveld bestaat uit rieten huisjes en geeft dus een heel gezellige sfeer. We zijn de enige met rugzakken, we zijn nu dus blijkbaar tussen de échte toeristen beland. Niet zo gek als je je bedenkt dat het vliegtuig zo’n 8x zo duur is als de combinatie trein - boot. Dat doen wij dus ook maar op de terugweg.

Alle taxi’s vragen 200B naar het strand van Lamai, na een half uur afdingen geven we het op ... de baas van alle busjes is bij ons komen staan en vertelt ons dat we hier wel kunnen overnachten als we niet voor 200B meegaan. Als iemand jullie voor minder geld wegbrengt dan hoeft ‘ie bij mij niet meer terug te komen ... Hij belooft ons persoonlijk naar Lamai te brengen.‘Ik heb een hoop geld ... dus dan zitten jullie tenslotte in een luxe auto, nietwaar ...’We stappen dus maar in zijn Mitsubishi Lancer. Volgens mij denkt ‘ie dat we ze niet allemaal op een rijtje hebben, met z’n 32 km naar Lamai ... dan steek je het hele eiland over! Onderweg blijft ‘ie volhouden dat ‘ie alsmaar vele km’s aflegt, wat wij stellig ontkennen ... waarom doet z’n kilometerteller het eigenlijk niet?Op een gegeven moment wordt het mannetje écht behoorlijk irritant en dat zeggen we hem dan ook. Wat er dan bij ‘m in z’n koppie gebeurt weten we niet, maar na zo’n 10 km (we zijn er bijna) maakt ‘ie rechtsomkeer. Hij wil ons niet meer naar Lamai brengen omdat we hem betiteld zouden hebben als leugenaar. ‘200B willen we best betalen, daar gaat het ons allang niet meer om, maar wees tenminste eerlijk over het aantal km’s en doe niet alsof we achterlijk zijn ...’Eerst vertelt hij dat hij rijk is en zo & zoveel land tot zijn beschikking heeft ... vervolgens beklaagt hij zich dat hij het zo slecht heeft, wie is hier nou de leugenaar? Onze eerste Thai die we meemaken op dit eiland ... dat begint goed, evenals het weer. Zo’n 9 weken hebben we schitterend weer gehad en net nu we een strandweekje in willen lassen is het bewolkt en zelfs meer dan dat ... we worden in de regen weer bij het vliegveld afgezet. Het zijn kleine buitjes en ze worden weliswaar afgewisseld met de zon, maar echt een ideale tijd om dit tropische eiland te bezoeken is het dus niet. Eigenlijk wisten we dat al, maar ja ... we wilden Koh Samui toch even bekijken op trouwmogelijkheden en op zoek gaan naar een waanzinnige ‘honeymoon-suite.’ We bedanken de Thai voor zijn mooie ‘sightseeing tour’, echt veel ermee opgeschoten zijn we alleen niet. We stappen voor 200B in een jeep bij een wat jongere Thai, angstvallig houden we onze mond ... voor je het weet maakt hij zometeen ook rechtsomkeer ...Hij wil ons diverse hotels laten zien, maakt niet uit hoeveel ... hij stopt wel.

Pag. 101

Page 105: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

Het eerste complex, ‘Seabreeze’, spreekt ons wel aan. We kiezen voor een huisje met airco, bijna op ‘t strand. De zee is wild, daardoor is er vrijwel geen strand meer over. Roland gaat ondanks de zwarte vlag toch de zee in ... de grootste immense golven zie ik op hem afkomen, het is iedere keer weer afwachten waar en of z’n koppie weer bovenkomt. Ik vind het maar niks. We blijven er dan ook niet lang, niks doen en ‘zomaar’ lui op het strand liggen ... het lukt niet meer. Een strandwandeling, dat vinden we wel wat. We lopen eerst naar het zuiden en dan naar het noorden, kijken of er hotels zijn met meer strand en/of een zwembad.De zwembad-hotels zijn gelijk meer dan 2x zo duur, de rest is eigenlijk een beetje ‘potnat’.Het Lamai Coconut Resort trekt ons vanwege het bredere strand wel iets meer aan dan waar we nu zitten, morgen gaan we daar dus maar heen.Na zo’n 8 km met blote voeten door het grove zand te hebben gelopen heb ik het wel gehad. We drinken nog wat en lopen dan verder terwijl het zonnetje langzaam achter de palmbomen onder gaat. Er zijn palmbomen genoeg op dit eiland trouwens. Koh Samui heet niet voor niets kokospalmen eiland, het doet zijn naam eer aan! Eigenlijk zou het strand van Miami aan de kuststrook van Lamai geplakt moeten worden, dat is dé ideale formule!Vanwege het stormachtige weer is het niet mogelijk om te snorkelen. Jammer, want dat zou hier zo mooi moeten zijn! Toch blijft de kuststrook een plaatje, ideaal voor trouwfoto’s ...

‘s Avonds eten we traditioneel Thais, behoorlijk scherp maar toch erg smakelijk. Roland gooit er nog wat extra pepers en sambal tegenaan. Het water loopt langs z’n hoofd, beide hebben we een loopneus. Toch wel een sterk goedje dus ... Ik ben reuze benieuwd hoe onze maag hier nu weer op zal reageren.‘t Is nauwelijks voor te stellen dat we vanmorgen nog in Bangkok waren, dat komt waarschijnlijk door de totaal andere omgeving ...

Wo. 17-12-1997

Vanmorgen hebben we lekker uitgeslapen. 9 uur, wat een mooie tijd!Terwijl we naar het restaurant lopen om te ontbijten drupt het al wat, eenmaal in het restaurant gaat het al onweren en dan komt me er daar toch een stortbui! Het restaurant is aan de zijkanten geheel open, het dak is van palmbladeren gemaakt, het lijkt alsof we achter een waterval zitten. Best een fraai gezicht .. we genieten er dus maar van en blijven daar dus maar zitten totdat het weer weer een beetje is opgeklaard. We reizen blijkbaar te snel, want we zijn nu druk bezig de regentijd in te halen ...

We pakken onze rugzakken weer in om te verhuizen naar het Lamai Coconut Resort. Eerst red Roland nog even een stok of zeven stekelachtige vissen van de dood, door de hevige regenval zijn ze de vijver uitgedreven. Ze proberen angstvallig naar de zee te komen, Roland helpt ze daarbij een handje. De straat door het dorp is ook geheel overstroomd. Al snel zit er niets anders op dan de wandelschoenen te verwisselen voor slippers, onze broek zo ver mogelijk op te stropen en tot aan onze knieën door het modderige water te banjeren. En dat met een rugzak waar m’n rug zo langzamerhand onder lijkt te gaan bezwijken. Als er een auto met een flinke vaart voorbij rijdt, is dus ook m’n broek écht nat. Wat een lolbroek, ach ik ben nou toch nat .. wat maakt het ook uit? Roland staat inmiddels al op het droge. Dat heb je ervan als je zonodig een foto moet maken ... Een beetje nat komen we dus aan bij het Lamai Coconut Resort. Het is maar goed dat we gisteren al hebben gereserveerd, alle hutjes met airco zijn nu uitverkocht. Voor de kerst is trouwens ook alles al volgeboekt. Wat ideaal, om hier kerst te vieren met je hele familie...

Pag. 102

Page 106: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

We maken ons nieuwe hutje eigen (met andere woorden, we halen onze rugzakken leeg en binnen afzienbare tijd is ons hutje waarschijnlijk het rommeligst van allemaal ...) en gaan dan lekker naar het strand, wél 10 m lopen! De zee is wat rustiger en het strand is wat breder. Er is genoeg ruimte kan je wel stellen. Maar het geluk is niet echt met ons, al snel begint het te druppelen gevolgd door een nieuwe hoosbui! We vluchten naar het restaurant, kijken naar een film van Mr. Bean en drinken wat. Voor we erg in hebben schijnt het zonnetje alweer. En gelukkig blijft ‘ie dan ook schijnen ...Na een paar uurtjes zonnen gaan we ons allebei aardig vervelen. We kopen een hangmat voor Roland (alvast voor Borneo) en gaan weer lekker een stuk wandelen. We lopen naar het Sawadee Internet café. Drie keer proberen we een berichtje te versturen, maar door een ‘server disconnection’ foutmelding mislukt dat dus ook alle drie de keren. We nemen een andere computer en dan lukt het wel. Ze zijn bezig om een live-cam in de internet-shop neer te zetten. Er zou reeds een werkende camera op Chaweng-beach moeten staan. Wat zou het leuk zijn als het thuisfront ons op ‘t prachtige strand daar kan zien ... dat gaan we proberen! We moeten proberen een tijd af te spreken dat we daar zijn, wat een techniek ...

We lopen terug naar ons restaurant, drinken wat en kijken alweer naar mr. Bean. We zijn favoriet bij de muggen in de nabije omgeving, lek gestoken lopen we maar naar onze kamer. Terwijl ik een douche neem, hangt Roland z’n hangmat op aan het balkon. Dat is pas vakantie ... al kijkend nar de sterren, lekker warm liggend in een hangmat met zeegeluiden op de achtergrond. We wisselen elkaar af. Al schommelend in de hangmat hoor ik de regen ‘op me afkomen’. Wat een hoosbui ... het is een grappig gevoel/gehoor, dankzij het afdakje kan ik lekker blijven liggen. Totdat het zo hard gaat waaien dat de was van de lijn waait, ik daarachter aan moet rennen en ik dus ook nat wordt ... Na de bui gaan we aan de ‘hoofdstraat’ op zoek naar een eetgelegenheid. De straten blijken nog steeds (of alweer?) overstroomd te zijn. Het aantal bereikbare eettenten is daardoor aanzienlijk vermindert. Roland wil persé pizza eten, met als gevolg dat we terug moeten naar ‘ons eigen restaurant’. In een reisbureau proberen we tevergeefs te informeren omtrent een bruidssuite, waar en wie ons wellicht op een later tijdstip (als wij onze papieren klaar hebben) kan trouwen. Het is al snel duidelijk ... dat zal niet zonder slag of stoot te regelen zijn.

Roland luistert op dit moment naar de wereldomroep. In Nederland hebben ze last van ijzel, -8 °C vannacht met gevoelstemperatuur -18 °C! Moeilijk voor te stellen ... wij lopen heel de dag het zweet van ons hoofd te vegen. Roland vindt het wel grappig dat het nu zo koud is in Nederland, ik natuurlijk eigenlijk ook wel ...

Do. 18-12-1997

Na sandwiches naar binnen te hebben gewerkt hebben we eerst een aantal ansichtkaarten afgegeven bij een zeer hartelijke Thaise vrouw. Voor een dubbeltje zorgt ze ervoor dat ze bij een postkantoor terecht komen. We wisselen geld om, sturen nog even een e-mailtje en kopen dan weer het AD. Vandaag hebben we een heerlijke stranddag in gepland. We brengen de dag zeer relaxt door, gewoon lekker lui bakkend in het zonnetje. Geen regenbuien vandaag ... heel de dag een blauwe lucht met af en toe een klein wolkje.

‘t Is behoorlijk heet in het zonnetje, maar goed dat er een zee in de buurt is. Met 28 °C niet echt een super afkoeling, maar toch zeer aangenaam. Van alles wordt te koop aangeboden: hangmatten, sarongs, tekeningen, etc. Ook kan je je onder de palmen laten verwennen met een Thaise massage of je haar in kleine vlechtjes laten vlechten. Vlechtjes en tattoo’s, dat is

Pag. 103

Page 107: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

helemaal in bij de westerlingen in Thailand op dit moment. Niet alleen hier op Koh Samui, ook in Bangkok viel ons dat al op. Zonder tattoo hoor je er niet echt bij. Tattoo Tam doet dan ook goede zaken, van ‘s morgens vroeg tot ‘s avonds laat is het druk in z’n toko.Kinderen lopen op ‘t strand te spelen met hond of elkaar, Thaise vrouwen zijn in de vloedlijn op zoek naar krabbetjes. Helemaal aangekleed lopen ze in zee, wat een contrast met de westerlingen ...

Het diner ziet er goed uit ... Roland heeft een seafood cocktail vooraf en als hoofdgerecht sweet & sour chicken, ik hou het bij tomatensoep en als hoofdgerecht heerlijk gestoomde vis. We reserveren alvast een jeep voor morgen en boot- en treinkaartjes voor a.s. maandag naar Maleisië.Als we ‘s avonds ons ozo vertrouwde e-mail bureautje binnen lopen moeten we ineens 300B betalen, omdat ze vanmorgen onze traveller cheques te gunstig heeft omgewisseld. Nou ja, zeg! Als we nou niet meer langs waren geweest ...Maar vooruit, omdat het haar fout was mogen we even gratis e-mailen ...

Vr. 19-12-1997

Na het ontbijt halen we ‘onze’ jeep op. We rijden allerlei hotels af voor onze mogelijke honeymoon. Het links rijden is wat wennen.Blue Lagoon heeft een mooi uitzicht, de kamer is echter niet veel bijzonders. De Poppies bungalows liggen in een prachtig aangelegde tuin, de badkamers zijn simpelweg ‘gewoon’ buiten, wel met alle luxe die je je maar kan wensen, heel apart dus. Het uitzicht is niet bijzonder, de kamer is wel wat luxer dan in de Blue Lagoon. De receptie komt met een voor ons wel heel bijzondere mededeling: als we een kamer bij Poppies reserveren kunnen hun de bruiloft regelen, plots begint er toch weer een lichtpuntje te komen.‘Is het dan toch mogelijk om hier te trouwen?’Het White house valt bij Poppies een beetje in het niet. Als laatste rijden we naar het Tongsai Bay hotel. Dat overtreft dus echt alles ... een bad op je balkon met uitzicht over de zee, leuke zithoekjes en een hemelbed! Ja hoor, dat is het helemaal ... Al vele bruiloften zijn aldaar gehouden, dus dat is ook ideaal. Voor de ‘registratie’ zoals ze het hier noemen (meer is het natuurlijk ook niet) halen ze iemand naar een ‘huisje’ op het strand. Foto’s, video, traditionele bruiloft met monniken, alles blijkt hier mogelijk te zijn. Het is allemaal prachtig, eerst moeten we toch de papierenwinkel rond zien te krijgen, en dat kunnen we pas zien in Nederland of dat überhaupt mogelijk is! Inmiddels hebben we wel op ons netvlies, met wie waar en hoe. Nu kunnen we hier niets meer doen ... we weten nu in ieder geval wat we willen en zijn dus wat dat betreft weer een stuk verder.

We verzetten onze trouwgedachten tijdens onze jeep-trip naar het uitzichtpunt. Kuilen, kiezels en gaten in de weg maken de trip tot iets avontuurlijks. Door elkaar geschud komen we bij de top aan, blij dat we het gehaald hebben. Het uitzicht is bijzonder: de kustlijn van Koh Samui, Koh Phangan daarachter en het bergachtige binnenland van het eiland met miljoenen kokospalmen op de voorgrond. We eten een rijst gerecht met lekker veel knoflook en gaan dan verder, op zoek naar een waterval. Wat een spectaculaire rit ... door rivieren, door bagger, steile heuvels op en af en dat gecombineerd met weggeslagen stukken weg (waarschijnlijk het gevolg van een paar maanden regentijd). Het lijkt steeds onwaarschijnlijker dat de weg daadwerkelijk op een doorgaande weg uit zal komen. Palmbladeren klappen tegen de voorruit en kippen zoeken angstig naar een wat veiligere beschutting.

Pag. 104

Page 108: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

En ja hoor, we zijn dus hartstikke verkeerd gereden. De weg houdt op bij een hutje, we proberen de jeep te keren, een slapende hangmatfiguur daarbij in z’n rust storend. En dan het ergste, we moeten hetzelfde stuk weer terug ... Uiteindelijk lijken we de weg naar de waterval gevonden te hebben. Op het moment dat Roland zegt: ‘Je kan wel zien dat hier meer gereden wordt, kijk ‘ns wat een mooie weg’, rijden we een kei-zone in. Keien met gaten, blubber en palmbladeren ... daar moeten wij doorheen. Volgens mij rijden we nu op de waterval zelf ... Dat wordt lachen als de toeristen ons zometeen de waterval af zien komen rijden ... we maken er maar een grapje om en hopen dat de jeep het nog even volhoudt. We kunnen wel mee gaan doen aan de ‘Camel-trofee’ ... door de blubber was niets, maar door die stenen al helemaal niet. Maar dan zijn we er toch eindelijk, bij de waterval. Tenminste dat doet een bordje aan een boom vermoeden ... We lopen in de richting waar het bordje naar toe wijst door de jungle en dalen af naar de waterval. Echt goed begaanbaar is het niet, het is wat drassig dus af en toe is het wat glibberen. ‘Ach, je moet er wat voor over hebben, hè ...’ De waterval blijkt niets anders te zijn dan een soort van snelstromend riviertje, hebben we daar nou al die moeite voor gedaan? Wat ‘n ellende nou moeten we hier nog maar heelhuids vandaan zien te komen. Eerst de klim lopend terug en dan verder met de jeep ...Eenmaal weer hobbelend in de jeep krijg ik plotseling de slappe lach, het is ook zo komisch hoe we hier nou toch met z’n tweetjes voort kachelen in de ‘bush bush’. De ellende is alleen dat zoiets aanstekelijk werkt, Roland moet er natuurlijk nog wel enigszins z’n gedachten bij houden! Maar ach, we hebben in ieder geval lol. ‘Hopelijk halen we de grote weg nog, je zal zien ... als we daar eenmaal zijn kapt’ ie ermee.’‘Dat is tenminste beter dan dat ‘ie het nou op zou geven ...’

Dat hadden we dus nou net niét moeten zeggen, nota bene 300m voor de grote weglaat de versnellingsbak het afweten. Daar staan we dan ... de motor draait wel leuk, maar we komen geen meter meer vooruit. Totaal aan de andere kant van het eiland dan waar ons hotel ligt.Al snel rijdt er een bromfietser voorbij, we springen op zijn verzoek achterop. Gelukkig zijn we niet zover van de bewoonde wereld vandaan gestrand. We leggen ons probleem voor bij een soort van garage, alwaar een pompoenverkoper zojuist z’n band staat te verwisselen. Hij wil wel even naar het plek des onheils terug rijden ... Maar helaas, dat mag niet baten.‘Waar moeten jullie eigenlijk naar toe?’‘Lamai’‘Oké, stap maar in, ik breng jullie wel.’Ik mag bij hem voorin, Roland moet in de laadbak tussen de pompoenen. We missen nu de kans om te kijken hoe getrainde apen de kokosnoten uit de palmen halen, dat is jammer ... hopelijk komen we hier ooit nog eens terug ...Het mannetje van de jeep begrijpt er niet veel van wat we nu weer hebben gepresteerd. ‘Kom vanavond maar terug, ik ga eerst kijken ... daarna krijg je je paspoort wel weer terug.’Engels spreekt ‘ie niet of nauwelijks, maar dat is dus datgene wat we er van begrijpen.

We drinken wat in ons restaurant, lopen naar de internet-shop, eten een hapje en gaan dan weer terug naar de jeep-thai. Ja hoor, daar staat ‘ie weer, ‘onze’ jeep. Er blijkt iets kapot te zijn gegaan tussen de 2- en 4-wielaandrijving. We halen onze boot- en treintickets op en lopen weer terug naar ons hutje. We lopen wat af deze vakantie!

Roland staat nu onder de douche, daar ga ik ‘m vandaan schoppen, want ik wil het zweet ook wel eens van me af spoelen ... Ik wil pitten, alweer ... we lopen niet alleen, maar slapen ook heel wat af deze vakantie!

Pag. 105

Page 109: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

Za. 20-12-1997

Vandaag staat er een fietstocht op de planning, maar helaas ... nergens in het dorp is een fietsverhuur of iets te vinden. Motoren en jeeps, dat is het enige wat verhuurt wordt. Tijdens onze speurtocht is het inmiddels al flink warm geworden. Het weer wordt zo mooi, zo hebben we dat nog niet eerder gezien hier op Koh Samui. We steken ons in badkleding en gaan dan plat op het strand. Wat een fantastische dag! Af en toe afkoelen in de zee is een ‘must’.

Rond 2 uur gaan we naar ons hutje terug, pakken onze tas en maken ons klaar om naar Chaweng beach te gaan. Door een songthew laten we ons afzetten bij Poppies. Eerst lopen we nog even langs ‘Go internet café’, om even te kijken of daar netmeeting mogelijk is. Alles wat we nodig hebben lijkt er te zijn, maar kan alleen nog even niet worden gebruikt. Als we over het strand naar Poppies lopen, is het wel een heel vreemd idee dat ze ons thuis zometeen misschien wel live kunnen zien. We zien hem al snel staan en proberen direkt rechtstreeks in het vizier te gaan zitten. Op het strand zelf (naast de live-camera) staat een computer, waar we kunnen e-mailen en waarop we dus ook kunnen zien of en hoe we in beeld zijn. Een Nederlander, woonachtig in Hongkong is ons voor, ‘t lukt ‘m niet erg om een e-mailtje te verzenden. Als wij er dan eindelijk bij kunnen, en trots naar de live-cam pagina ‘surfen’, komen we tot de conclusie dat de live-camera mooi niet aan staat! We proberen ‘m nog aan de praat te krijgen, maar zoveel verstand hebben we er nu ook weer niet van.Helaas, het thuisfront moet dus nog maar een paar weekjes wachten om ons te zien. Dat is dan ook datgene wat we naar het thuisfront vanaf het strand e-mailen ...De zee bij Chaweng is veel ruwer dan bij Lamai. We kunnen het niet nalaten (ook ik niet) om de zee met hoge golven nog even in te gaan. Wat een pret! Wat kwamen we hier ook alweer doen ... we zouden het spontaan vergeten. Het zand is hier fijner, maar het strand is als zodanig niet bijzonderder dan Lamai. Nat en al stappen we weer in een songthew terug naar Lamai.

We eten pizza in een Zweedse tent, we lijken een eenling tussen al die Scandinavische lui. Vieze T-shirts hangen aan het plafond, op schoolborden staat het menu geschreven. We moeten een heel poosje op de pizza’s wachten, zodat ik mooi de tijd heb om nog wat kaarten te schrijven. Terwijl we zitten te eten komen diverse Thaise mannen en vrouwen langs met simpele karretjes met daarop etenswaar. Overal zie je ze proberen hun inkomen op te krikken door te profiteren van het weelderig tierende toerisme. De ene keer rijdt er een karretje met popcorn langs (met een Thais ventje achterop die op dat moment een computerspelletje aan het doen is), in het geval van gedroogde vis ruik je zo’n karretje al naderbij komen.Als we teruglopen naar ons hutje, komen we langs kraampjes met saté, drinken, Thais eten en uiteraard vele souvenirkraampjes. Het wordt al zichtbaar drukker, zo voor de kerst. Met name Duitsers vonden Lamai blijkbaar een leuke plaats om de kerst door te brengen. De bars, cafés en pubs, allemaal doen ze goede zaken. Het aantal reisbureautjes is en blijft wat veel ...

We zeggen ‘ons’ huisaapje nog even gedag en welteruste, zoals eigenlijk op iedere avond, en gaan dan zelf naar bed ... nadat Roland nog even een gigantische kakkerlak heeft doodgeslagen.

Zo. 21-12-1997

Pag. 106

Page 110: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

Vandaag hebben we wederom zeer rustig op het strand doorgebracht. Nou ja, we hebben meer in het water gedobberd omdat het op het strand niet echt uit te houden was. Het is ons weer niet gelukt om een AD te bemachtigen, alleen Duitse bladen schijnen verkocht en dus ook ingekocht te worden. ‘s Avonds blijken we de eerste pizza-proevers te zijn in een Thais uitziende tent. Gisteren is de oven pas neergezet en is de kok in huis gehaald. Met wat extra oregano erover smaakt het niet eens gek. Eerst zijn we de eerste in het geld omwissel kantoor, nu weer dit.Er valt niet veel te schrijven over zo’n relax-dagje ...

Ma. 22-12-1997

Vanmorgen zijn we weer tevergeefs op zoek gegaan naar het AD. We hebben wel twee boekjes gekocht: één met foto’s van het eiland en één van de flora van Thailand. ‘t Is een beetje stoffig op de weg in het dorp. Op sommige plaatsen maken ze de weg daarom nat, wat een blubberige straat tot gevolg heeft omdat de afvoer niet of nauwelijks werkt. Over de straat hangt al sinds onze aankomst een knetterende electrische draad.

Overdag ziet Lamai er wat saaier uit dan ‘s avonds als het nachtleven op gang komt. Roland besluit om even een bezoek aan de kapper te brengen, dat wordt zo langzamerhand wel tijd. Nadat z’n haar is gewassen volgt er een nogal rigoureuze massage ... een zachte handdoek wordt over z’n hoofd gelegd waarna de kapster er uitgelaten op los bonkt en slaat. Geschrokken ga ik bij de wasbak kijken wat daar nu gebeurt, spontaan stopt ze waar ze mee bezig is ... mijn blik spreekt zeker boekdelen. Vervolgens gaat ze met een tondeuse aan de slag. ‘Niet te kort!’ roep ik al lezend in het Koh Samui fotoboek vanuit de wachtbank. Vlokken haar vallen op de grond. Het resultaat is helemaal zo gek nog niet, de kapster heeft goed haar best gedaan. Er moest gewoon nogal wat af! Ons restaurant is inmiddels voorzien van een klein kerstboompje met een beschimmeld kerstmannetje. Het is rustig op het strand, dus of het is te warm of het wordt later op de dag nog drukker, hetgeen meestal het geval is. Helaas moeten wij er zometeen vandoor ... Het wordt steeds moeilijker om onze rugzakken te pakken, dat heb je als je er alsmaar dingen bij koopt; een hangmat en een stel boeken, dus nog niet het lichtste spul ook. Roland z’n rugzak rust precies op z’n schouders waar ‘ie is verbrand. Voor het eerst deze vakantie vind ik het maar niets om hier weg te gaan, waarom nou ... Nadat we ‘ons’ aapje gedag hebben gezegd (die het veel te druk heeft met het jeuken aan z’n kop) worden we met een auto van het ‘Lamai Coconut Resort’ naar de Nathon Ferry pier gebracht.

5.13 Per boot en trein vanaf Surat Thani naar Maleisië

De expresboot ligt al klaar en is druk bezet met reizigers. Toch grappig om dat verschil te zien; de heenreis per vliegtuig zaten we tussen de toeristen, nu op de goedkope manier tussen de reizigers. Heel veel gemengde stellen (Thai - westerling) zijn er op de boot, iets waar de Samui-krant over schreef: ‘De blanke man zal nooit worden geaccepteerd door de Thaise gemeenschap en de Thaise vrouw zal te samen met haar familie in aanzien afnemen. Niemand schiet er dus iets mee op ...’

We vervelen ons altijd snel bij boottrips, zo ook met deze. We zitten nogal opgevouwen aan de zijkant van de hut langs de railing, de boot zit propvol. Het grappige wat we zien zijn de schollen visjes die met de boot meezwemmen. Eenmaal bijna bij Surat Thani varen we langs mangrove-bossen, hetgeen een typisch spookachtig uitzicht geeft. Met een harde kont gaan

Pag. 107

Page 111: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

we na zo’n 3 uur vanaf de boot de bus in, die ons al op staat te wachten ... het lijkt wel een georganiseerde trip. Het treinstation van Surat Thani ligt vele kilometers buiten de stad. De buschauffeur zet ons af voor het restaurant van, naar later blijkt, z’n vriendin. Het is een bijzonder aardige meid, dus we besluiten om er gelijk maar even een hapje te eten. Nu nog 6 uur wachten totdat de trein vertrekt ...We lezen wat in de Lonely Planet en maken een wandeling naar de lokale avondmarkt. Het etenswaar ziet er best aantrekkelijk uit, ik kan echter niet thuisbrengen wat het e.e.a. voorstelt. We worden behoorlijk aangegaapt, dat komt waarschijnlijk doordat vrijwel alle reizigers direkt de trein door naar Bangkok nemen. Dat wij nou zo nodig naar Maleisië willen en dus 6 uur moeten wachten ... We halen onze rugzakken op bij het restaurant, een toiletbezoek maar beter achterwege latend, mits je het niet erg vindt om ‘aangevallen’ te worden door alle insekten die je je maar kan voorstellen. Hebben we hier gegeten ... ?

Inmiddels zitten we op het treinstation, over 2 uurtjes zitten we in de trein als het goed gaat. Net als het tijd is dat de trein moet arriveren, wordt op het vertrekbord erbij geschreven dat onze trein een vertraging heeft van 100 minuten, vertrek 02:23u. Dat is voor het eerst deze vakantie, vertraging ...Er zit niets anders op om maar weer te wachten, ik probeer te slapen op een stenen bankje, Roland leest het Maleisië boek. Op het perron tegenover ons rennen een stel ratten van de ene vuilnisbak naar de andere. Een kat heeft z’n hoop gevestigd op een voorbij scheurende rat. Ook lopen er veel zwerfhonden en hoor/zie je de tjic tjacs om je heen. Zelf hebben we het druk om de kakkerlakken bij onze rugzakken vandaan te houden. Vele muggen maken de fauna kompleet. Zo komen we onze tijd dus nog best wel door, om 2:30u komt de trein er dan uiteindelijk aan.

We blijken de één na laatste wagon te moeten hebben, daar waar het perron al lang geen perron meer is. De trein zet zich alweer in beweging terwijl wij nog naar onze wagon aan het zoeken zijn. We springen dus maar snel in een willekeurige wagon, hij wil z’n tijd blijkbaar in zien te halen. Bij iedere wagon moeten we de bedienden wakker maken om de tussendeuren open te maken. In tegenstelling tot China en Vietnam zijn hier de bedden in de lengte geplaatst met het looppad in het midden.Iedereen ligt al te ronken, nou is dat natuurlijk niet zo gek om deze tijd. De bagage-rekken zijn allemaal al vol gestouwd. Ik gooi m’n rugzak maar bovenop de rest met daarbij een hele grote kans dat ‘ie er wal af zal vallen, wat dus ook prompt bijna direkt gebeurt. Hij ligt er goed, morgen zien we wel weer verder ... Het bed en het beddegoed komt zo uit een plastic verpakking, dat hebben we nog niet eerder meegemaakt. Ook hangt er voor ieder bed een gordijntje, wat een privacy! Het nadeel is dat het kontakt met de lokale bevolking minimaal is, maar ach midden in de nacht mis je dat ook niet echt. Ook het toilet ziet er uit om door een ringetje te halen.

Pag. 108

Page 112: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

Di. 23-12-1997

Weer heb ik oorproppen nodig. Naast de nodige herrie liggen we nu ook behoorlijk te schudden. Door het bonken van de trein komen we af en toe los van ons bed, iets waar voornamelijk Roland in het bovenbed mee te kampen heeft. Als een trein in Nederland zo zou rijden dan zou er de grootste paniek uitbreken en al vele malen aan de noodbel getrokken zijn. We slapen wel, maar niet echt vast en ook niet lang. Rond half 9 zijn we in Hat Yai, waar heel wat westerlingen uitstappen, zo blijkt na een kleine blik door m’n gordijntje om daarna weer verder te slapen. Roland lijkt op dat moment nog in dromenland te zijn. Ineens is het half 11 als ik wakker schrik, Roland zit al op. We zijn nog de enige, in ieder geval, onze wagon. Het uiterste zuiden van Thailand heeft het mooiste landschap van Thailand wat we tot op dit moment hebben gezien. De olifantenkop (Noord Thailand) heeft qua landschap niets bijzonders te bieden. Rond 11 uur zijn we in Sugai Kolok. Achterop de brommer rijden we naar de grens. We verlaten Thailand lopend over de brug naar Maleisië.

6. Maleisië

Nadat we er weer een stempel bij hebben lopen we Maleisië in. Maleisië lijkt zo op het eerste gezicht, lopend op een stukje niemandsland, weer een totaal ander land. Alle vrouwen lopen met hoofddoeken om, duidelijk een islamitisch land. Ook hier zijn de mensen weer bijzonder vriendelijk. Waar je ook komt in Zuid-Oost Azië, overal (op Noord-Vietnam na) blijkt dat het geval te zijn. Met inmiddels veel te zware rugzakken gaan we in de hitte op zoek naar een bank, Ik lijk wel zo’n ‘Michelin-vrouwtje’, een klein zetje en dan rol ik hoogstwaarschijnlijk zo om ... ook leuk als je van een brommer probeert af te stappen. Vanaf nu koop ik dus echt niets meer!We lopen de money-changer zo voorbij, nou zoeken we die natuurlijk ook niet echt in een duty free shop ... Bij A&W halen we van onze omgewisselde Bahts iets wat op een hamburger lijkt, uiringen en drinken wat we geen van beiden thuis kunnen brengen. Het spoor van Thailand blijkt niet door te lopen naar Maleisië, in tegenstelling dat de Lonely Planet doet vermoeden. We moeten op een één of andere manier 15 km verder naar Perlis Mas of 40 km verder naar de wat grotere stad Kota Bahru zien te komen. We kiezen maar voor de lokale bus. Terwijl we naar het busstation lopen, wisselen we onze traveller cheques nog even in bij de plaatselijke bank. De lokale bus blijkt superdeluxe te zijn, iets wat we niet echt meer gewend zijn. Maleisië is duidelijk heel wat rijker dan de andere door ons bezochte Zuid-Oost Aziatische landen. Airco en luxe vliegtuigstoelen, we weten niet wat we meemaken. Ik maak nog net de kontrole mee en zie nog net dat er i.p.v. honden schapen met lammetjes lopen, maar val dan prompt in slaap tijdens de 1 uur durende rit naar Kota Bahru.

6.1 Hoofddoeken en beefburgers

Bij het busstation in Kota Bahru ziet het ‘zwart’ van de hoofddoeken, ik moet er even aan wennen. Wat een leven hebben de islamitische vrouwen ... blote armen is taboe, lange rokken met hoofddoek is het motto, ik zou er niet aan moeten denken in deze warmte. Alleen kinderen lopen er soms ietwat Europees bij. Een man komt op ons af met folders over z’n gasthuis ‘Madura’. We rijden met hem mee naar z’n gasthuis en voor de zoveelste keer deze vakantie zijn de airco-kamers dan ineens dubbel zo duur. Bovendien ligt het uit het centrum en om 5 trappen te lopen naar je kamer is ook niet erg aantrekkelijk. We zien er dus maar vanaf. We pakken onze rugzakken dus maar weer en gaan dan lopend terug naar het centrum.

Pag. 109

Page 113: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

Bij het derde, ditkeer Chinese, hotelletje checken we uiteindelijk maar in, mede omdat ik geen zin meer heb om nog maar één stap te verzetten met het loodzware ding op m’n rug in de snikhitte. Voor 2 ringgit minder hebben we nou zo’n stuk gelopen, de kamer is nog smoezelig ook ... dat wordt weer slapen in m’n lakenzak. Het eerste hotel had achteraf toch een betere keuze geweest.

We frissen ons op en lopen een rondje door Kota Bahru. We eten beefburgers bij (waar kan het ook anders) Mc Donalds. Zelfs de meisjes bij Mc Donalds lopen met donkerblauwe hoofddoekjes om. Roland vraagt in eerste instantie om hamburgers. Deze blijken niet te koop te zijn, sterker nog ... ze begrijpen niet wat we bedoelen. Tuurlijk, we zitten in een islamitisch land, hier heten ze natuurlijk beefburgers! Ze lijken inderdaad nog wat anders te smaken ook.

Het is nu 20:15u, we liggen al in bed. Ik in m’n lakenzak, Roland waagt het zonder. De wekker voor morgen staat op 5:00u. Om 6:00u of half 7 zou de zogenaamde jungle-trein moeten vertrekken naar het zuiden. De rit wordt door het plaatselijke reisbureau afgeraden, omdat vanwege de vele stops vertragingen van enkele uren heel normaal zijn. Alleen 3e klas wagons zijn beschikbaar, kaartjes waren niet vooraf te reserveren. Wat we morgen zullen aantreffen in de jungle is ook nog even niet duidelijk, vanwege het regenseizoen kan het varen en/of wandelen weleens ‘in het water vallen’ ...

6.2 Zwart van de diesel naar MentakabWo. 24-12-1997

Om kwart voor 5 gaat de wekker. We pakken onze rugzakken en lopen in de regen naar buiten. Op zoek naar een taxi houdt het op met zachtjes regenen, drijfnat stappen we uiteindelijk een taxi in. Rond kwart voor 6 zijn we op het treinstation Wakaf Baru. Na een kwartier gaat het loket kaartjesverkoop open. We hebben besloten om naar Mentakab te gaan, vandaar met de boot naar Tasek Chini en dan over de weg door naar Kuala Lumpur. Hopelijk kunnen we morgen iemand charteren die een beetje met een boot overweg kan, en dat op 1e Kerstdag ... Taman Negara slaan we toch maar over. Ten eerste is er een grote kans dat het park gesloten is en ten tweede moet je er minstens 4 dagen blijven wil je echt iets van de fauna zien en die tijd hebben we simpelweg niet meer. Over een week vliegen we al terug naar Nederland. Hopelijk komen we hier ooit nog eens terug ...

Voor ca. fl. 8,= per persoon doorkruisen we meer dan de helft van Maleisië. Terwijl we op de trein zitten te wachten stroomt de wachtruimte vol met de drie grootste bevolkingsgroepen van het land. Maleiers: alle vrouwen en zelfs ook vaak kinderen met hoofddoek, felgekleurde rokken

met lange blouses en slippers. En een rotzooi dat ze bij zich hebben! Zakken groente, broodjes, koekjes, dozen en zelfs moppies.

De Chinezen herken je zo ... geen hoofddoeken, kort haar en ja hoor ... ze rochelen er wat op los. Wat lijkt het alweer een eeuwigheid geleden dat we dit voor het laatst gehoord hebben.

Indiërs: de meisjes hebben alle een steentje op hun voorhoofd, ze hebben alle een bijna geheel zwarte huidskleur en krullend haar.

Als de trein er aan komt is het opschieten geblazen, want de trein blijft niet lang staan. Zeker de Maleiers hebben met al hun pakjes de grootste moeite om alles op tijd binnen te krijgen. Heel de trein is inderdaad 3e klasse, geen airco en we zitten inderdaad tussen de lokale bevolking. Behalve dat de ramen niet kunnen, wat ‘s morgens op een miezerige ochtend toch wel wenselijk is, valt het allemaal best mee en wachten we nieuwsgierig af wat komen gaat.

Pag. 110

Page 114: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

Luxe zachte stoelen en heel wat beenruimte is iets wat we niet hadden verwacht voor een 3e klasse. We slaan m’n lakenzak maar om ons heen, want na onze taxi-zoektocht zijn we doornat, dus is dit de ideale manier om kou te vatten. Het is eigenlijk wel knus ook.

Het is een stoptrein, daar hadden ze ons al voor gewaarschuwd. Maar dat ‘ie bij ieder huisje en zelfs midden in de jungle stopt, hadden we toch ook weer niet verwacht. We zijn inmiddels bij de 55e stop, net voorbij Kuala Lipis. We wilden perse de dagtrein, omdat de trein dwars door het oerwoud gaat. Ons inziens de ideale manier om in korte tijd iets van Maleisië te zien. En inderdaad, de trip verveelt niet ... alles is groen, maar toch zie je iedere seconde wat anders. Een jungle-tour op doorreis, beter hebben we het niet kunnen doen. Inmiddels is het knap warm geworden in de trein, vele verkoop(st)ers zoals in Thailand zijn er niet. Bij ieder ‘station’ stappen mensen in en uit, zodat de trein iedere keer wordt ‘ververst’ en wij weer tegen nieuwe gezichten op kijken. Wat hetzelfde blijkt zijn de hoofddoekjes en de mannen die ‘kretek’ roken, de voor ons ozo vertrouwde lucht wat je overal in Indonesië ruikt. We hebben geen idee waar we vanavond nu weer uitkomen, inmiddels zijn we dat gewend en is dat nou juist datgene wat het reizen op deze manier zo aantrekkelijk maakt. Maar ja ... kerstavond is toch wel een speciale avond ... Hopelijk is er wel een plaats om te douchen, Roland is zo onderhand echt zwart. Niet zo gek als je ziet hoe de binnenkant van de trein er uitziet en als je zonodig dan ook nog eens bij het raampje wil zitten ...

Met slechts 45 minuten vertraging komen we na 67 stops uiteindelijk in Mentakab aan. Dat hadden we niet durven hopen, zeker omdat we bij Jerantut zo’n uur moesten wachten op een tegemoetkomende trein. Voor mij het ideale tijdstip om even ijsjes te kopen.We zijn nog maar nauwelijks uitgestapt of er komt al iemand op ons afgestormd die ons waar dan ook naar toe wilt rijden. Temerloh lijkt ons een goed idee, dan hoeven we daar zelf morgen niet meer naar toe zien te komen omdat daarvandaan de boot naar Tasek Chini zou moeten vertrekken. Mentakab blijkt nog een grote plaats te zijn, met zelfs een Mc Donalds.In de trein maakten we er nog grapjes over ... ‘Stel je voor, zo midden in de jungle, een Mc Donalds ... Natuurlijk, en daarna overnachten we in Hilton’.

Als de auto in de stortregen het terrein van een hotel oprijdt ziet het naar uit dat het ietwat boven ons budget zal zijn. Maar nee hoor ... lux en betaalbaar! Ongelooflijk, 3 écht schone bedden, een écht schone badkamer en sinds Cambodja hebben we weer TV! Na een douche lijken we ineens wel weer erg wit, in (niet echt) schone kleding gestoken voelen we ons weer een heel ander mens. We hebben geen zin meer om op zoek te gaan naar een eettent met daarbij het risico om weer drijfnat te worden. We eten dus maar in het hotel, wat zonder meer heel aardig is. Roland moet zich onthouden van bier, dat heb je nou eenmaal in een islamitisch land. Als een klein ventje zit ‘ie nu op de grond voor de TV te ‘zippen’. Het was natuurlijk flink afzien, ruim drie weken zonder TV. Wij brengen de kerstavond dus vast en zeker (op de grond?) voor de TV door.

Pag. 111

Page 115: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

6.3 Kerst in Tasek ChiniDo. 25-12-1997

We hebben eens goed en rustig kunnen slapen in een schoon bed, met normaal beddegoed. We ontbijten in het hotel, toast met jam, met Barry White: ‘I’m dreaming of a white Christmas’ als achtergrondmuziek. Hier is echter niets wat je ook maar enigszins aan kerst zou laten doen denken. Geen kerstbomen, geen versieringen, niets dus. De reden is simpel, islamieten kennen geen kerst, toeristen zijn er niet, dus hoeven ze niet te doen alsof.

Niemand in het hotel weet hoe we naar Tasek Cini kunnen komen, dus dat begint al goed. We doen onze rugzakken dus maar om en gaan op goed geluk op weg. Het busstation is nog geeneens zo gek ver weg, het vinden van de juiste bus blijkt echter niet zo eenvoudig.Bij het eerste loket worden we verwezen naar het loket om de hoek, aldaar wordt er gewezen naar de andere kant van het busstation. We proberen tussen de menigte door daar te komen. Als we vandaar weer worden terugverwezen naar waar we begonnen, begint het pas echt irritant te worden. ‘Jullie moeten de ‘Hayi Awang’ bus organisatie hebben.’‘Daar komen we net vandaan, volgens hun moesten we hier naar toe.’‘Onze bus gaat niet naar Maram, maar naar Kuantan.’We lopen dus maar weer terug.‘Ticket naar Maram, alsjeblieft.’ ‘Naar de andere kant.’‘Nee, zij zeggen dat we hier moeten zijn.’‘Naar Maram zei je, O ... volgende balie, alsjeblieft.’‘Maar daar is niemand ...’Vervolgens komt er iemand aangelopen.‘Twee tickets Temerloh - Maram, alsjeblieft.’‘Jullie moeten een ticket in de bus kopen, in de gele.’We lopen dus maar naar de gele bus.‘Ja, deze bus gaat naar Maram, om tien uur.’Dat is even mooi, dan hebben we nog tien minuten. We pakken onze spullen en stappen in. ‘Deze bus gaat niet naar Maram hoor, maar naar Kening.’Nee hè, net zei hij nog ... het heeft geen zin om boos te worden, kalm blijven ...‘Sorry, om10:50u gaat er een gele bus naar Maram’.Ja ja, natuurlijk, daar trappen we niet meer in. Inmiddels hebben we kennis gemaakt met de islamitische Maleiers. Zoals we al wisten geeft een islamiet liever foute informatie dan dat hij in gebreke blijft. Zeggen van ‘dat weet ik niet’ kan niet in hun ogen, ze zouden ons dan tenslotte met hun onwetendheid teleurstellen ... Nee, dit schiet wél op, om van het kastje naar de muur gestuurd te worden. Ik vind het zeer irritant, ook Roland wordt het zat. We gaan nogmaals naar het meisje die ons naar de gele bus had verwezen. ‘Bus rijdt niet meer vandaag, geen bus meer naar Maram.’‘Wel potvr ...’Aan de meisjes met hoofddoek moeten we dus maar niets meer vragen, dat is duidelijk. Wat was het dan in China toch eigenlijk een makkie!Uiteindelijk gaan we beide, ieder aan een kant van het busstation ten rade voor nogmaals een bus naar Maram. Roland gaat om een Chinees typetje af, zonder hoofddoek. Hij smijt z’n rugzak voor het loket. Die gaat daar niet meer weg, voordat ‘ie antwoord heeft ...

Pag. 112

Page 116: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

Ik probeer het aan de overkant, nogmaals bij degene die ‘zichzelf indekte’ met busmaatschappijen. ‘Je moet de groene bus nemen.’ Terwijl iemand achter hem roept: ‘Nee joh, de gele.’‘Nou even geen geintjes, ik heb zo langzamerhand iedere bus gezien. Kan je even met me meelopen en het daar even voor me vragen?’‘De gele.’‘De groene.’‘Waarom zeggen jullie niet gewoon de waarheid?’‘Als je boos wordt, dan zoek je het maar lekker zelf uit.’ Terwijl wordt m’n kaart terug gesmeten. Ik wordt niet boos, niet boos worden ... ‘Dank jullie wel, ik zal de groene bus proberen, bedankt.’ Grrrrr.... Als het niet zo is, dan ...Roland loopt op dezelfde (groene) bus af, dat is een goed teken. Hij heeft het voor elkaar gekregen dat het Chinese meisje het wel persoonlijk voor hem is gaan vragen. Uiteindelijk vertrekken we dan toch naar Maram, wat een volk! Van de stoelen is niet veel meer heel, het leer is er of afgesneden, of afgescheurd of de algehele rugleuning (op het frame na) ontbreekt. Ach, de rit is in ieder geval niet duur. Weer stoppen we zo’n beetje bij ieder huis.

Daar staan we dan, in Maram. Wat nu? Inmiddels staan we weer in jungle-gebied, bussen kunnen we dus wel vergeten. Liften of een taxi? We kiezen vanwege de tijd maar voor het laatste, per taxi rijden we naar Kampung Bilambang. De route voert door vele dadelpalmplantages, maar ook door kale vlaktes als gevolg van het platbranden voor de aanleg van nieuwe plantages. Bij een huisje aan een rivier worden we afgezet. Nadat de chauffeur iemand wakker heeft gemaakt, worden we door de bewoners uitgenodigd in het drijvende huis.‘Merry Christmas.’Oh ja, bijna vergeten, ‘t is kerst vandaag ...We moeten eens even rustig gaan zitten aan de eettafel, wel schoenen uit. We krijgen een kop thee en stukken watermeloen. De zoon van onze ‘gastheer’ wil ons wel naar het meer ‘Tasek Chini’ brengen. Overnachting aan het meer is mogelijk, maar wel erg duur. Hij stelt voor dat we ook wel in dit drijvende huis mogen overnachten tegen een kleine vergoeding. Dat lijkt ons een veel beter idee ... kerstdiner en overnachting bij een Maleisisch gezin.Als we naar ‘onze’ slaapkamer worden gebracht weten we het ineens niet meer zo zeker. Zo’n vuile kamer hebben we nog niet gehad, zwermen muggen houden de kamer bezet ...

Via de rivier S. Pahang gaan we naar het meer. Bij een waterval moeten we over land oversteken naar een wat nauwere rivier. Na een tijdje komt onze bootman mét hetzelfde bootje als net aanvaren. De rit door het oerwoud is bijzonder mooi, we varen langs een varaan die lekker van het zonnetje ligt te genieten, ijsvogels vliegen laag over het water, lianen hangen over het water en veel soorten felgekleurde vlinders vliegen om ons heen. Het lijkt wel een droom. Diverse palmbomen en onwijze ficussen met luchtwortels flankeren met boomvarens de rivieroevers. De typisch bij het oerwoud behorende geluiden, het tjirpen en knetteren is zelfs nog hoorbaar boven het motorgeluid. Uiteindelijk komen we aan bij het lotusmeer, het meer waar het ‘monster van Tasek chini’ zou huizen, de Maleisische familie van het monster van Loch Ness. Het uitzicht over het meer is ook fraai, maar niet zo bijzonder als de route er naar toe. We stappen uit bij een ‘orang asli’ dorp, afstammelingen van de oudste bevolking van Maleisië. Je weet bij dit soort dorpen nooit zeker of het ‘echt’ is, zeker niet als het schieten met blaaspijpen door ons mag worden uitgeprobeerd ... aapjes aan kettingen maken ons vermoeden nog sterker.

Pag. 113

Page 117: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

Op de terugweg door het oerwoud zien we een krokodil het oerwoud inschieten, diverse apen slingeren wat rond in de bomen. Helaas is de trip door het dichte oerwoud wat kort en door het rasen van de buitenboordmotor maken de dieren wel dat ze wegkomen. Eigenlijk zou je hier met een kanootje rustig doorheen moeten peddelen, de tijd van de wereld nemend. Maar al met al was het bezoek aan het meer zeker de moeite waard. Het idee dat we vannacht in het vieze hokje moeten slapen is minder prettig. Ik verzin snel iets en hang vervolgens het verhaal op dat we omdat we weinig tijd hebben en het nog redelijk vroeg is het beter zou zijn als we vandaag nog terug zouden kunnen reizen naar Temerloh. Er schuilt nog iets van waarheid in ook. We laten als dank voor de gastvrijheid een klompje bij het gezin achter, die nu zonder pottekijkers kunnen genieten van hun kerstdiner, nasi. Heel de familie is intussen bij elkaar getrommeld. Het had vast hartstikke gezellig kunnen zijn, maar het idee om vannacht te moeten bivakkeren in het met ongedierte doordrenkte hutje maakt het geheel zeer onaantrekkelijk.

We worden door een familielid van de gastheer naar het busstation in Maram gebracht. Helaas is de laatste bus naar Temerloh net 5 minuten gelden vertrokken. Dat wordt dus een dure rit met een taxi ... we hebben nu eenmaal onze zinnen op ons ‘vertrouwde’ hotel gezet en dat geven we toch echt niet zomaar op. Het wordt uiteindelijk al met al een toch nog wel goedkoop mini-busje. We worden gedropt bij het busstation, was het vanmorgen dat we hier zo moeilijk hebben lopen doen, het lijkt wel een week geleden ...Morgen gaat er vanaf 7:00u ieder uur een bus naar Kuala Lumpur, dat weten we vast. Inmiddels kennen we in Temerloh de weg al aardig, we sjokken naar ‘ons’ hotel. Dat is wel wat beter dan midden in de jungle, we kunnen ons tenminste normaal opfrissen en oh, wat waardeer je dat als je weet wat je alternatief is. Ons kerstdiner nuttigen we bij Kentucky Fried chicken. Allebei hebben we een kipburger, frietjes, jelly, cola. Roland neemt cappuccino als toetje en ik juice. Weer eens wat anders. Terwijl we door de straten lopen horen we een kerstliedje. Roland ontdekt een Chinese supermarkt, z’n kans om een biertje te bemachtigen. En ja hoor, Carlsberg in een blikje.

We zitten nu een film te kijken, Roland genietend van z’n lauwe biertje. Misschien zitten ze nu thuis de door ons opgestuurde kerstcadeaus vanuit Bangkok uit te pakken, raar idee ...

Vr. 26-12-1997

Het is nu tweede kerstdag, de dag die ze in West Europa hebben uitgevonden om de restjes van de eerste kerstdag op te eten. We hebben uitgeslapen tot ca. 8:00u. Wederom hebben we als ontbijt toast met jam. Met volgeladen rugzakken begeven we ons wederom naar het busstation. We blijken net op tijd te zijn, want de expresbus naar Kuala Lumpur blijkt niet om 10 uur te vertrekken maar half 10. De weg is bochtig, maar wel in goede staat. Ik lijk last te hebben van wagenziekte, duizelig hobbel ik half liggend richting Kuala Lumpur.

6.4 Leuke ontmoeting en zwemmen in Kuala Lumpur

Rond kwart over 12 komen we in Kuala Lumpur aan. Direct naast het busstation is een taxi standplaats. Omdat de Chinezen bekend staan om hun goedkope gasthuizen vragen we de taxi chauffeur ons naar Chinatown te brengen. We nemen de eerste de beste, hartje Chinatown. Een kamer net airco en voor Chinese begrippen nog aardig schoon ook. Rugzakken af en dan zo snel mogelijk naar Mc Donalds, in de gauwigheid hebben we gezien dat er eentje op nog geen 50m afstand zit. Milkshakes hebben ze niet, maar toch eten we genoeg om een Mc Donalds kalender te krijgen.

Pag. 114

Page 118: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

Vervolgens besluiten we om eens even een fikse wandeling door Kuala Lumpur te gaan maken. Zo’n vijf winkelcentra doorkruisen we, op zoek naar een Internet café. Als we er dan uiteindelijk eentje vinden, is de verbinding zo traag dat we backpackers.com niet eens inkomen. Dat schiet dus niet erg op. Het valt ons op dat er in Maleisië weinig komputerwinkels zijn, het lijkt alsof ze op dat gebied nog een beetje achter lopen, zeker als je het vergelijkt met China. Kuala Lumpur is ook erg rommelig qua stadsplanning. De wegen worden om de nieuw gebouwde gebouwen aangelegd, in plaats van andersom. Er zit dus geen systeem in. Als iemand zin heeft om een oude buurt te slopen om daar een wolkenkrabber neer te zetten, dan gebeurt dat dan blijkbaar zonder enig overleg. Het lijkt bijna een onmogelijke opgave om nu de straten nog enigszins op elkaar aan te laten sluiten. Ook de trottoirs zijn soms niet meer dan enkele asfaltbrokken, echt schoon is de stad trouwens ook niet. De winkelcentrums verschillen van zeer rommelig (de wat oudere) tot super modern. Zelf loop ik het liefst in de wat oudere, waar het lekker druk is en dus ook gezellig. Je loopt er tegen de vreemdste prullaria op. Het is duidelijk dat de Maleiers, Indiërs en islamieten ook hier liever rondneuzen.

Na de winkelcentra-tour lopen we richting de Menors, het uitzichtpunt van Kuala Lumpur, 421m hoog. De weg er naar toe is steil en dus aardig vermoeiend, zeker als je er al een paar kilometers op hebt zitten in de benauwde 32 °C atmosfeer. Tuktuks, riksja’s of wat dan ook kennen ze hier niet. Taxi’s rijden vanaf vaste staanplaatsen (die je dus maar net moet kennen) en als buitenstaander is het vrijwel onmogelijk om ook maar iets van het busstelsel te begrijpen. Dé manier om de stad te bekijken is dus lopend. We lopen nog steeds richting de Menora, als we plotseling iemand al hijgend achter ons horen vragen: ‘Ken ik u niet ergens van?’‘Krijg nou wat, wat doe jij hier?’Het blijkt Piet Hansum te zijn, een oud-collega van Roland. Dat is wel heel toevallig ... precies op dezelfde tijd op dezelfde plaats in hetzelfde land, als we het nou nog van elkaar wisten? We gaan met z’n drieën het uitzicht vanaf de KL Tower bewonderen, nadat we eerst in een flinke rij hebben staan wachten om met de lift naar boven te gaan. Het uitzicht is prachtig, je kijkt over de gehele stad heen, zelfs nog daarbuiten. De hoogbouw heeft nog niet echt een dusdanig overweldigende vorm aangenomen, zoals ik dat eigenlijk wel van Kuala Lumpur had verwacht. Op Piet z’n kosten drinken we wat bij Mc Donalds. Heel Holec gaat over de tong, nou ja ... bijna dan. Plots zien we in de verte een flinke rookpluim. Daar waar rook is is vuur, dat moeten we van bovenaf even gaan bekijken. We kunnen wonder boven wonder weer met hetzelfde kaartje naar boven, dat heeft Piet eens even mooi voor ons klaargespeeld. Het blijkt nog een aardige brand te zijn met uitslaande vlammen. Piet maakt zich zorgen, bang dat het zijn hotel is. We wachten in de Menora totdat het donker wordt, de bijnaam van Kuala Lumpur is tenslotte ‘the city of lights’. Hetgeen een ietwat overdreven gekozen benaming kan worden genoemd. Bij de wolkenkrabbers die er staan hebben ze blijkbaar lang nog niet allemaal zin om geld te steken in een fraaie verlichting. De verlichte ‘twin tower’ is eigenlijk het enige écht fotowaardige object. Of ook hier is het een kwestie dat we inmiddels ‘verpest’ zijn door een New York of Hongkong ...In het donker gaan we met z’n drieën op zoek naar een eettent, de pizza hut staat op het punt om te sluiten. We kiezen uiteindelijk voor een Maleisisch buffet. Het eten komt ons dankzij Rita niet alleen bekend voor, ook de smaak komt geheel overeen zoals zij soortgelijke gerechten klaarmaakt. De disco om de hoek geeft het geheel nog een gezellige tint ook.

Pag. 115

Page 119: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

We zeggen Piet gedag en moeten dan de kilometers terug naar ons hotel nog lopend afleggen. Maar goed, het is in ieder geval niet meer zo waanzinnig warm en het is goed voor de spijsvertering. Toch wel enigszins vermoeid komen we aan. Roland is wederom aan de poeperij, ik krijg spontaan een soort van migraine-aanval. Blijkbaar hebben we vandaag weer ietwat ‘te veel hooi op onze vork genomen ...’

Za. 27-12-1997

We starten rustig vandaag en dat is achteraf maar goed ook, want als we rond half 10 op zoek gaan naar een plaats waar we kunnen ontbijten blijkt alles nog gesloten te zijn. Waaronder ook de grote winkelcentra. Uiteindelijk kunnen we ontbijten bij (we hebben nu toch echt geprobeerd een alternatief te vinden) Mc Donalds. Inmiddels zijn de winkelcentra ook al open gegaan. Het cybercafé is nog maar half open, toch lopen we naar binnen om nogmaals te proberen in te loggen in backbackers.com. Weer is de verbinding vanwege de trage computers nauwelijks te maken. In een uur tijd kunnen we slechts drie kleine berichtjes lezen en er twee versturen. Blij dat het gelukt is, stappen we de toko opgewonden weer uit. We kopen nog even ansichtkaarten en een Kuala Lumpur T-shirt voor Roland.

Ter afkoeling gaan we, reeds in zwemkleding gestoken, op zoek naar een zwembad. We lopen langs diverse dierenwinkels; puppies, raskatten, vogels, cavia’s, hamsters, konijnen ... allemaal zitten ze hier te wachten op een nieuw baasje (en niet zoals in China, om opgegeten te worden). Maar wat graag lopen we in zulke winkels rond. ‘Hoe zal ‘t met Snowy zijn?’Ja hoor, niet eens zo gek ver bij ons vandaan, nog in Chinatown, is een publiek zwembad. Voordat we tot het Chinese zwembad toegelaten worden, moeten we eerst aantonen dat we daadwerkelijk zwemkleding aan of bij ons hebben. Als Roland spontaan z’n broek wil laten zakken, geloven ze het wel. Alle douches/kleedruimtes zijn afgesloten, heerlijk preuts dus allemaal. Het is behoorlijk warm in het zonnetje. Op het grasveld mogen we niet liggen, dus zijn we min of meer verplicht om onze handdoek te spreiden op de gloeiende tegels. Echt comfortabel ligt zoiets niet, in het water is het beter uit te houden. Grote borden wijzen de zwemmers op zaken zoals: ‘Niemand duwen, gevangenisstraf is wat er op volgt.’ ‘Kijk of het water helder is, voordat je erin springt.’ (lekker fris idee ...) ‘Als je niet zo goed kan zwemmen, is het diepe water erg gevaarlijk.’ Alle borden zijn voorzien van een in zwemkledij gestoken Goofy. Ik schrijf wat kaarten en Roland leest de Lonely Planet. We eten mie-soep, zwemmen en zonnen, al met al hebben we dus een lekker relaxte middag. Tenminste, totdat de lifeguards’ het ineens nodig vinden om het gras te gaan maaien met een kantenknipper. We pakken onze spullen, ineens hebben we het wel gezien, mede omdat het ook flink bewolkt wordt. Met een ijsje lopen we via de dierenwinkels weer terug naar ons hotel.

We zitten momenteel zomaar een poosje te niksen in onze kamer. Ik zit naar buiten te staren, Roland zoekt uit hoe het fototoestel nu precies werkt. Voordat we ergens gaan eten, besluiten we eerst maar even buskaartjes te gaan regelen naar Singapore, wat niet zonder slag of stoot te realiseren is. ‘Twee tickets naar Singapore graag, voor maandag de 29e.’‘No’.‘Uitverkocht.’‘Alles is vol.’‘Vol.’‘No.’

Pag. 116

Page 120: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

Dit is het enige wat we te horen krijgen, niets meer en niets minder. We lopen zo’n 20 bureautjes af, ieder heeft z’n eigen busorganisatie. Waar hebben we dit eerder meegemaakt, ook Maleisië toch? ... Wat is dit voor iets geks? Loopt heel Kuala Lumpur leeg naar Singapore voor oud en nieuw?‘Tickets zijn op.’‘Ook voor maandag.’‘Ja, zei ik toch.’‘Waarom dan, waarom is alles dan vol?’Antwoord krijgen we niet. We blijven bij z’n bureau staan en bedenken wat eventueel nog andere opties zijn ... trein, vliegtuig ... Redden we het nog wel, woensdag in Singapore?We zien het allebei even niet meer zo lukken, bij de reisbureautjes kunnen we het wel vergeten ... en dus besluiten we het regelrecht bij het busstation maar te gaan proberen, nergens op hopend.‘Waar zijn we nu weer aan begonnen.’Honderden mensen voor tientallen loketjes. Daar waar niemand staat hangen al bordjes op ‘Bus naar Singapore uitverkocht.’We kunnen nauwelijks onze oren geloven als we dan toch nog in een VIP-bus de twee laatste plaatsen in een bus kunnen bemachtigen. Om 7:30u pm, een waardeloze tijd dus ... dat betekent midden in de nacht aankomst in Singapore, een halve dag korter in Singapore, toch kopen we gretig zonder twijfel de kaartjes.

Het kaartjes kopen duurt dus wat langer dan gedacht. Geduld, dat is blijkbaar het enige waarmee je in dit land iets kan bereiken. Niemand is echt vriendelijk, ze hebben blijkbaar geen zin om hun tijd te verdoen aan die lastige westerlingen. Laat staan dat ze proberen moeite voor je te doen, zoals in China. Vol of uitverkocht, makkelijk toch ... in één keer ben je van die lastpakken af.

Het vinden van een eettent blijkt zeker zo moeilijk te zijn als het bemachtigen van een buskaartje. Fast food familie-restaurants zijn er genoeg, maar restaurants met menu zijn er dus niet of in ieder geval moeilijk te vinden. Uiteindelijk komen we bij een Italiaan terecht. Ook daar is sprake van een soort van lopend buffet. Daar waar je keuze op valt wordt ter plekke verwarmd in de magnetron. Laat dus maar ... weer staan we buiten.Wat een stad is dit, ze moeten nog veel leren. En die willen zich meten aan een Singapore? Het is niets meer dan een chaotische, rommelige stad waar vooruitgang niet of nauwelijks valt op te merken. Uiteindelijk eten we afhaal-kebab in een warenhuis, met een veel te zoete ‘softdrink’, het lijkt het beste te zijn wat we kunnen vinden.Vanavond zullen we er maar weer een vitaminepil aan wagen ...

6.5 Vlindertuin en ‘Little India’ Zo. 28-12-1997

Gebruikmakend van het feit dat er voor tienen nog weinig te beleven valt in de stad, blijven we tot 10 uur lekker in bed. We nemen als ontbijt een Mc Egg bij Mc Donalds. Lopend gaan we via snelwegen naar het postkantoor, er wordt niet echt rekening gehouden met voetgangers. We passeren de nieuwe moskee en het treinstation in Moorse stijl. Het postkantoor zelf is ook een zoekplaatje, alles lijkt inefficiënt geregeld te zijn in deze stad. Uiteindelijk lukt het ons dan toch om bij een vriendelijk meisje de kaarten te posten.

We zetten onze wandeling voort richting vlindertuin, wat een prachtig aangelegd park blijkt te zijn. In eerste instantie heeft het iets weg van Center Parcs, maar tegen zoveel tropische

Pag. 117

Page 121: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

planten kunnen zelfs zij niet op, laat staan de vele soorten vlinders. Ik had nooit gedacht dat vlinders me zo zouden kunnen boeien, het is fantastisch om in het park rond te lopen. Onze droom om ooit zelf te beschikken over zo’n tropische tuin, komt weer boven borrelen. De verzameling overige insekten, zoals torren/schorpioenen/spinnen en wandelende takken mag er ook best zijn. Ons volgende doel is de hibiscus tuin, welke een beetje tegenvalt omdat het e.e.a. nog wat op moet groeien. De orchideeën tuin is aanzienlijk mooier, ondanks dat we daar niet echt grote liefhebbers van zijn. We raken er zelfs zo van in de ban dat we er spontaan maar liefst 45 stuks van kopen, verpakt in een glazen erlenmeyer. Hoe moeten we dat nu weer mee zien te krijgen? Na de bloemen gaan we richting vogels in de vogeltuin. We eten een hot-dog in een restaurant tussen de neushoornvogels. Als we in het park zelf naar binnen lopen, blijkt het veel groter te zijn dan in eerste instantie leek. Er vliegen diverse soorten vogels rond, bepaalde soorten die elkaar niet kunnen verdragen zijn in kooien ondergebracht. Alles bij elkaar is het nog een hele wandeling om het gehele vogelpark te kunnen zien. Ook Piet komen we weer tegen.We eten een ijsje en lopen dan door het omliggende hertenpark-complex. Je kan je niet voorstellen dat we ons in feite in hartje Kuala Lumpur bevinden. De zon brandt goed, het lopen (laat staan het ‘klimmen’) gaat dus niet altijd van een leien dakje. Onze park trip eindigt bij een klim naar het planetarium, waar het binnen zo verschrikkelijk koud is dat het onaangenaam genoemd mag worden. Als we het vergelijken met het Air Space museum in Washington, dan komt het er helemaal bekaaid vanaf. Maar ach, eigenlijk kan je dat niet met elkaar vergelijken natuurlijk.

Het is inmiddels bewolkt geworden als we teruglopen naar ons hotel, wat de wandeling een stuk plezieriger maakt. We frissen ons wat op in het hotel, sturen nog wat e-mailtjes vanuit het warenhuis en gaan dan weer hoopvol op zoek naar een geschikte eettent. Bij een luxe uitziend hotel stappen we naar binnen. Ja hoor, een menukaart ... het is een beetje duur voor niet al te bijzonder eten, maar ach ... je wil toch ook proberen om af en toe iets gezonds te eten, hè. De obers hebben het druk met het kijken naar een film, wij kijken gratis mee. Op de avondmarkt (recht voor ons hotel) kopen we een Maleisisch cassettebandje, met daarop het nummer waar we nu al zo’n 3 dagen dag en nacht helemaal gek van worden.

Ma. 29-12-1997

Alweer slapen we uit en eten we bij Mc Donalds. Daarna vervolgen we onze stadswandeling van de afgelopen dagen. Via de centrale markt (waar pas rond 11:00u de eerste luiken opengaan) lopen we langs het vrijheidsbeeld. We lopen wat rond op het plein en kijken naar een groep japanners, die allemaal aandachtig staan te luisteren naar wat de groepsleider te vertellen heeft. We lopen verder naar ‘Little India’ waar het straatbeeld wordt bepaald, zoals de naam al zegt, Indiërs. Ik koop oorbellen en een portemonnaie. Voor ons is een wandeling door een stad zoals deze pas echt genieten. Op z’n tijden houden we echt van grote steden. Wanneer de lucht gaat betrekken maken we maar rechtsomkeer, we hebben het centrum nu ook wel zo’n beetje doorkruist. We lopen nog even bij de centrale markt naar binnen, waar nu wel wat meer bedrijvigheid heerst. Via een zgn. netcardmachine kunnen we nu zelfs ter plekke e-mailen, alleen hebben we helaas niet zo’n netcard. Zo’n apparaat kennen wij in Nederland nog niet eens. De souvenirwinkeltjes zijn nogal prijzig, dat komt ook doordat we inmiddels weten wat de prijzen in het land van herkomst zijn. Ook komen we erachter dat er rond en in de centrale markt een aantal restaurants zitten, die net iets meer op de menu-kaart (want die hebben ze zelfs) hebben. Dat hadden we eerder moeten weten!

Pag. 118

Page 122: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

In onze hotelkamer, die we gelukkig voor een halve dag langer mogen ‘bewonen’, lezen we wat in de zojuist gekochte tijdschriften, één over reizen en één over plantjes. M’n benen lijken zo langzamerhand genoeg van te krijgen van al het geloop. Als we op zoek gaan naar een eettent, voelen ze aan als lood. Onderweg valt de regen in bakken naar beneden, een flinke hoosbui dus. Net als de rest van de mensen op straat schuilen we dus maar. Hutje mutje staan we te wachten tot het enigszins lichter wordt. De straat is binnen een tijd van nog geen 10 minuten verandert in een snelstromende rivier. Net zo spontaan als de regen begon houdt het ook weer op. We lopen verder naar een pizza-tent. Met pizza en spaghetti vullen we onze maag, weer eens wat anders dan hamburgers. Ook op de terugweg halen we het om tussen de buien door droog aan te komen in ons hotel. Voor het laatst de 65 treden op!

Inmiddels zijn we zo’n beetje klaar om te vertrekken naar Singapore. Eerst moeten we nog wel even met onze rugzakken, die nu echt uitpuilen, lopend naar het busstation zien te komen en aldaar de juiste bus zien te vinden. Hopelijk houden we het droog, toch gaan we maar met de poncho’s in de aanslag op weg. We blijken ze niet nodig te hebben. Nu we voor de tweede keer in het busstation lopen wordt het op het eerste gezicht chaotische systeem ons iets duidelijker. De kaartjes koop je van tevoren, op de dag van vertrek moet je bij dezelfde balie informeren bij welk platform jouw bus aankomt, zij kunnen je dat dan met redelijke zekerheid vertellen. Wij moeten wachten boven bij platform 19, een kwartier voor tijd mag je naar beneden naar het daadwerkelijke platform. Maar zover is het nog even niet, we zoeken dus maar een plaatsje om te zitten en wachten af, onderwijl mensen kijkend. Het is een drukte van jewelste. Alle soorten en maten schuifelen voorbij. Moslim-vrouwen met hoofddoekjes, terwijl hun wederhelft met baseball-petjes rondlopen. Maar ook super modern geklede vrouwen lopen driftig voorbij, evenals monniken met GSM-telefoon.Tijdschriften worden voornamelijk verslonden door de (vaak dikke) moslim-vrouwen, terwijl er in de bladen geen enkele vrouwen met hoofddoekjes zijn afgebeeld.

Om 19:15u gaan we de trap af richting onze bus, tenminste ... zo hopen/denken we naar later blijkt. Er staan twee bussen, één naar Taipeh en één naar Ipoh. De bus naar Singapore is nergens te bekennen. Het wordt snel half 8, de tijd dat we zouden moeten vertrekken. Mochten we de bus missen, dan hebben we echt een probleem, dan missen we dus ook het vliegtuig naar huis ... Al snel wordt duidelijk wie nog meer ook op zoek zijn naar de bus naar Singapore, we wachten dus gewoon maar af. Plotseling komt er een jongen aangerend. ‘Singapore, Singapore ...’ gevolgd door iets, voor ons onverstaanbaar. Als’ ie ons ziet, wordt dat laatste vertaald in: ‘Volg me.’We lopen het busstation uit, buiten staat dan de ‘supercoach’ al helemaal klaar. Het is een ontzettend luxe bus. De stoelen zijn dusdanig ruim opgesteld dat je er zo ongeveer een bed van kunt maken. Met uiteindelijk slechts 20 minuten vertraging vertrekken we naar Singapore. Als ‘ie beneden tussen de rij bussen was gaan staan bij perron 19, dan had het nog wel even geduurd. Theoretisch lijkt het een goed systeem: boven wachten tot het tijd is, dan naar beneden, je bus in en vertrekken. Als tientallen busmaatschappijen rond hetzelfde tijdstip van hetzelfde platform willen vertrekken, werkt het in de praktijk dus niet. Helaas zitten we in de uiterst achterste stoelen, zodat de rugleuning niet ver naar achteren kan. Eenmaal een paar uurtjes onderweg, komen er vlagen van warmte achter onze stoelen vandaan, de matjes op de grond klapperen en doordat de buschauffeur nogal wat paniekerig rijdt zit je dus niet echt relaxt achterin. Vergeleken met de vrachtwagenrit in Laos blijft de rit toch gigantisch lux. Jammer dat we weer stoppen om te eten, bij iedere busrit tot nu toe hebben we ons daar

Pag. 119

Page 123: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

over verbaast, waar is dat nou goed voor. We zijn zo’n 2 uur onderweg, waarom eten die mensen niet gewoon voor vertrek ...De tijd die de chauffeur heeft gewonnen door als een idioot te rijden, gooit ‘ie nu zo weer weg. Rond 1:30u komen we bij de grens aan, het is druk voor de grens, file-rijden dus. Zo makkelijk als we ‘Maleisië-uit’ gestempeld worden hebben we nog niet eerder meegemaakt. We stappen de bus weer in en na een paar minuten zijn we bij de grenspost van Singapore. Omdat we een aankomstkaart in moeten vullen lopen we al snel achter op de rest van de bus, wat allemaal Singaporezen blijken te zijn en derhalve zo door kunnen lopen. Het feit dat ik in Birma ben geweest, heeft tot gevolg dat er even een copy van m’n paspoort moet worden gemaakt, het waarom is me niet duidelijk. Bij Roland heeft ‘ie daar blijkbaar overheen gelezen. Onze bus horen en zien we niet meer. Die is toch niet vertrokken zonder ons? Maar nee hoor, verderop staat ‘ie geduldig op ons te wachten.

7. Singapore

We worden afgezet bij Beach Rd, redelijk ver bij het centrum vandaan. Daar staan we dan, zonder geld midden in de nacht. Nou op zoek naar een hotel ... Het enige pin-apparaat in de buurt werkt niet en ‘s nachts om half 3 zijn er uiteraard ook geen banken en/of money-changers open. Een taxi-chauffeur brengt ons voor 6 US$ naar de Bencoolen-street, waar goedkoper ‘travellers lodgers’ zouden moeten zijn. Die blijken er inderdaad wel te zijn, maar de receptie is alleen gesloten. Zo blijkt na een bezoek aan een tweetal gasthuizen, twee keer diverse trappen op gelopen hebbend.We slenteren verder richting Orchard Rd., bij een ietwat lux uitziend hotel gaan we ‘t nog eens proberen. 95 S$ voor een half nachtje is ons toch wat te gortig. Pas om 7:00u gaat er voor hun een nieuwe dag in, inmiddels is het drie uur. Ons geluk, dan gaan we maar 4 uurtjes buiten op de stoep zitten ...Maar dat hebben we na 5 minuten wel gezien. We besluiten maar even een nachtwandeling te gaan maken, richting het ‘Le Meridien’ hotel, waar Roland 4.5 jaar geleden heeft overnacht. Toen betaalde de baas dat, nu komt het niet in ons hoofd op om daar te overnachten. Zittend op een muurtje, voor een vijver en onder palmbomen, heeft Roland het druk met ophalen van herinneringen. Dat is natuurlijk best leuk, maar veel schieten we er niet mee op. Als zwervers zitten we nou net te doen alsof we geen cent meer te verteren hebben ... eigenlijk is het erg.Via het park (plots zie ik het wel zitten om er op een bankje te overnachten, maar als je wordt gesnapt weet je zeker dat je een fikse boete kan betalen) lopen we maar weer terug naar de ‘goedkope’ straat. Daar aangekomen stuurt de bewaker van een eveneens te duur hotel, ons naar een ander gasthuis. 40S$ met airco, vooruit maar, ondanks de gemeenschappelijke badkamer. Ik heb m’n nachthemd al aan als ik toch nog maar even om de hoek kijk waar Roland zo lang blijft. Hetzelfde probleem van inchecktijd doet zich ook nu weer voor. De check-in tijd is 6:00u, ‘t is nu 4:00u ... voor 2 uurtjes moeten we voor één nacht betalen. Dat gaan we dus niet doen. Ik pak m’n boeltje weer bij elkaar, zet ‘t buiten en 2 uur lang brengen we halfslapend door in de stoelen recht voor de receptie, wat een hard gelach als je er van overtuigd ben dat je eindelijk je bed in kan stappen.

Klokslag 6 uur mogen we ‘onze’ kamer weer in. Omdat zonet een meisje vol met bulten bij de receptie haar beklag deed, besluiten we om maar in onze lakenzak te duiken. Gekke, niet thuis te brengen beestjes schijnen in het gasthuis, rond te springen die dus gigantische bulten kunnen veroorzaken ...

Di. 30-12-1997

Pag. 120

Page 124: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

Het is nu bijna 11 uur. Na zo’n uur geschreven te hebben over onze ervaringen van gisteren, ben ik zo langzamerhand wel wakker, van Roland valt dat nog niet echt te zeggen. Helaas is het bewolkt, zal ons Sentosa-dagje dan nog wel doorgaan? Het wordt tijd dat Roland ook wakker wordt ... Op ons gemak nemen we een douche en brunchen we bij Mc Donalds. We zijn te laat voor een Mc Egg met hashbrown, het wordt een fish-o-filet menu.

We lopen terug naar de plaats waar we vannacht op een muurtje voor het ‘Le Meridien’ hotel. Overdag ziet het er toch weer heel anders uit. De shopping mall bij het hotel bestaat niet meer, zeker failliet verklaard na Roland z’n bezoek in 1993. De entree heeft daardoor een iets verwaarloosde indruk gekregen. De Orchard Road staat vol met shopping malls, de één na de andere lopen we binnen, op zoek naar een organiser. We schrijven alvast wat aanbiedingsprijzen als richtlijn op. Echter, het conformeren van de vlucht Singapore-Amsterdam heeft de grootste prio, dus gaan we daar maar eerst achteraan. We moeten persoonlijk bij het kantoor van Lufthansa langs gaan. We kunnen het niet telefonisch afdoen, met als gevolg dat we de gehele Orchard Rd. ervoor af moeten lopen. In een waanzinnig lux kantoorkomplex lukt het ons dan toch eindelijk om de vlucht te conformeren.

Omdat we dan toch al een heel eind op weg zijn richting Internet café, besluiten we om er gelijk maar even heen te gaan. Het is even zoeken, wat bovendien niet echt wordt beloond. De verbinding is wederom zo traag, dat we weer niet in backpackers.com terecht kunnen. We kunnen dus geen berichtjes versturen of verzenden, maar betalen moeten we wel!‘Business is business.’Als je alleen maar naar het computerscherm gaat zitten kijken blijk je al 9S$ lichter te zijn. Ik heb dus echt geen zin om dat betalen, maar direct gaat hij in de aanval en dreigt met het erbij halen van politie. Nou, dat is ook weer niet nodig ... ik betaal dus maar. Voor al die ongein hebben we geen tijd. In de nog te gane 1,5 dag tijd willen we nog zo ontzettend veel doen. Er komt op dat moment zo’n dreigende lucht aan, dat we besluiten om ons bezoek naar Sentosa-eiland maar een dag uit te stellen. We zetten in plaats daarvan onze speurtocht naar een organiser voort. Uiteindelijk lijkt voor de Sharp ZR-5800 300S$ de bodemprijs te zijn. Als we teruglopen naar deze ‘bodemprijswinkel’ blijken ze zich te hebben vergist in de prijs. Het prijsverschil was ook wel erg groot. Maar, uiteindelijk kopen we de organiser toch voor een leuk prijsje, wat je nooit in Nederland zal lukken. De handleiding is uitgebreider, groter en zwaarder dan de organiser zelf. Een kadootje voor m’n nieuwe job ... nieuwe job, oh ja ... nee, hè ... over een week ben ik alweer twee dagen aan het werk. Nog even niet aan denken ...

We kopen voor de laatste keer kaarten, drinken nog wat bij Mc Donalds en gaan dan lopend via de Orchard Rd. naar ‘Boat Quay’, het Singapore waar ik Singapore van herken. Weer is het een hele trip, bovendien wordt de kans dat we droog ons einddoel bereiken per stap kleiner. De lucht is nu echt donkergrijs, wel een mooi gezicht met de groene koepel van het Surpreme-court, die er mooi tegenaf steekt, op de achtergrond. Vreemd idee, dat mensen zoals Van Damme hier waarschijnlijk z’n laatste rondje heeft gelopen. Voor het beeld van de leeuw, het teken van Singapore, is een nieuwe brug aangelegd. Het mooie van het beeld is hierdoor wel weggehaald, jammer. Bij ‘Boat Quay’, eten we in een gezellig tentje Italiaans. Het eten is prijzig, maar wel uitstekend. M’n voeten staan nu echt bijna op begeven, een irritante kramp onder m’n hiel maakt dat ik wat onrustig zit te eten.

Pag. 121

Page 125: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

Toch moeten we het hele eind weer teruglopen, maar als de vaart er eenmaal weer inzit, gaat het weer best. Inmiddels zijn we weer terug in het overvolle gasthuis. Zo, en nu ga ik m’n nieuwe organiser eens uitproberen ... Op het moment dat ik het door begin te krijgen valt het licht uit ...Overal brandt nog licht, alleen in onze kamer dus niet. Morgen lossen we dat wel op ...

Wo. 31-12-1997

Rond half 8 luisteren we naar de wereldomroep, echt goed te ontvangen is ’ie helaas niet. Het nemen van een frisse douche gaat ook niet door, de generator is kapot. Rond 9 uur ontbijten we weer bij Mc Donalds en lopen daarna naar een bushalte waar bus E, een bus naar Sentosa-eiland, langskomt.

Over een brug, die er 5 jaar geleden nog niet was volgens Roland, komen we op het eiland aan. Het is broeierig warm. Lopend steken we het eiland over, waar de één na de andere attractie is verrezen, richting strand waar Roland 5 jaar geleden heeft liggen luieren. Vanwege uitbreidingswerkzaamheden is dit strand echter gesloten, dus lopen we maar richting het centrale strand. Inmiddels loopt het zweet van ons hoofd. Het enige wat ik nog wil is een duik in zee. We gaan bij een lifeguard-toren liggen, die de boel in de gaten houdt van een klein stukje baai. We zwemmen naar of om een ‘onbewoond eilandje’ (wellicht iets te overdreven ... een stel plastic drijvende blokken) en wisselen het af met heerlijk in het zonnetje nog even bij te kleuren voor we naar huis gaan. Roland loopt nog even naar het zuidelijkste puntje van het continent van Zuid-Oost Azië. We treffen het nog aardig met het weer vandaag, maar goed dat we gisteren in de stad zijn gebleven. Uit een donkere lucht in de verte horen we onweer ...Rond 3 uur eet ik een ijsje en drinkt Roland een biertje. Met de monorail gaan we richting kabelbaan. We rijden heel het eiland rond, maar veel zie ik niet tijdens de trip, met moeite kan ik m’n ogen open houden.

Vanuit de kabelbaan hebben we een mooi uitzicht over de haven en skyline van Singapore. Nadat we eerst aan de verkeerde kant van de weg op de bus hebben staan wachten, laat bus 65 ook nog een heel tijdje op zich wachten. Onderweg komt de bui, die we in de loop van de middag al aan zagen komen. De regen valt in bakken naar beneden, nu zitten we nog droog en is het dus wel grappig om te zien hoe het water op de straat klettert, maar dan moeten ook wij uitstappen ... Onder het bushhokje staan we nog redelijk droog, als een regengordijn sijpelt de regen vanaf het dak. Inmiddels is het al bijna 5 uur, er zit dus weinig anders op om dan toch maar nat te worden, 6uur is tenslotte onze uitcheck-tijd. We storten ons in de regenmassa, na een paar minuten zijn we doorweekt. Eenmaal bij Mc Donalds, waar de airco op volle toeren draait, zitten we allebei al rillend te eten. Zo snel mogelijk proberen we het eten naar binnen te proppen. Als we weer naar buiten lopen, lijkt het wel alsof er een kacheltje staat te loeien, de ramen zijn aan de buitenkant beslagen.

Het is inmiddels droog geworden. In een kwartiertje tijd douchen we (koud water, maar er is in ieder geval water), pakken we onze spullen in voor vertrek naar huis en steken we ons in een schoon kloffie. We lopen naar een taxi standplaats, maar midden in de spits valt het dus niet mee om een lege taxi te vinden. Na zo’n 20 minuten lukt het ons dan toch eindelijk. Op naar Anuar, de zoon van Rita. ‘t Is maar goed dat we met een taxi zijn gegaan, want met de bus hadden we blok 710 natuurlijk nooit gevonden. Op naar de 11e etage. Het laatste huis van de galerij zou het moeten zijn. Het ziet er erg donker uit, maar plots zie ik dan toch Isam

Pag. 122

Page 126: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

de gordijnen opzij schuiven en koekeloeren. Maria doet de deur met een duidelijke blik van herkenning open en laat ons binnen. Direct gaat ze richting keuken om eten voor ons klaar te maken en dan komt Anuar aangelopen. Het is leuk om allemaal bekende foto’s te zien hangen, Aad & Rita, Mida & Robin, Lisa/Hans & Rosanne. We maken foto’s van het gezin, de twee oudsten herkenden ons nog, Isam niet. Zo verlegen als 1,5 jaar geleden is hij niet meer, toen ‘ie verlegen in onze huiskamer ineengedoken heeft zitten ‘nepslapen’. Ze hebben een erg mooie, ruime flat met een mooi uitzicht. Maria gaat nog snel wat eten kopen, wat Rita graag wil hebben. Kruidjes en dingen, die in Nederland niet of nauwelijks te verkrijgen zijn. Het is jammer dat we maar zo kort bij hun kunnen zijn, na zo’n 2 uurtjes moeten we richting vliegveld. Anuar en de drie kinderen lopen met ons mee naar beneden voor een taxi naar het vliegveld en zwaaien ons uit.

8. Weer naar huis

Eenmaal op het vliegveld heb ik wel zo’n vreemd, typisch gevoel in m’n maag. Ik wordt een beetje weemoedig als het langzaam tot me door begint te dringen dat de vakantie er nu echt bijna op zit. Aan de ene kant is het best aardig om weer naar huis te gaan en hartstikke leuk om iedereen weer te zien, maar dit leventje bevalt me ook best en het is nou eenmaal niet mogelijk om na bv. een weekje weer terug te gaan. We vallen vast wel weer in ons dagelijkse leventje terug, maar O ... wat zullen we moeten wennen! Tot de laatste minuut, op de luchthaven sturen we nog even een e-mailtje, zijn we druk bezig geweest. We hebben geen tijd genomen om ook maar een beetje naar het einde van de vakantie ‘toe te leven’. Dat is natuurlijk ook iets watje gewoon niet wilt ... genieten tot het laatste moment, dat is wat je wilt.

Daarom is de vlucht naar huis nu ineens zo abrupt, zo onwerkelijk, dat een onbeschrijfbaar gevoel zich meester van me maakt. Teleurgesteld en toch ook blij ...Met tegenstrijdige gevoelens stappen we dus het vliegtuig in. In de krant die we te lezen krijgen, staan de verhalen van de verongelukte Silk-Air Boeing. Niet erg opbeurend dus, ik heb het ook niet meer zo op vliegen, ik ben blij als ik weer met beide benen op de grond sta. Nog voordat we de lucht ingaan krijgen we de champagne al aangereikt. We zijn dan ook nog niet vertrokken om 23:59u. Oud & nieuw maken we dus helaas niet in de lucht mee, maar nog ‘aan de slurf’.Een stewardess begint met aftellen naar het jaar 1998, maar komt als ze op haar horloge kijkt tot de ontdekking dat het al 12 uur is geweest. ‘Gelukkig nieuwjaar ...’, roept ze spontaan, en we taxiën weg. Het vliegtuig is lang niet vol, dus eenmaal op de gewenste hoogte bemachtig ik drie stoelen voor mezelf. Roland heeft er dan ook drie. Tijdens het opstijgen had ik moeite om wakker te blijven, maar eenmaal genesteld met dekens en 4 kussens blijft het slapen vrijwel uit ...

Do. 1-1-1998

Rond 3:30u heb ik toch wel het idee dat ik af en toe wat ben ingedut, anders was de tijd ook nooit zo snel gegaan. Ik loop naar Roland om te kijken os hij al wakker is. Hij is zo wakker dat ‘ie niet eens op z’n plaats zit. De erlenmeyer met orchideeën is waarschijnlijk omgevallen in z‘n handbagage. Alles staat halfnat uitgestald op de grond. Plaats voor mij is er dus eigenlijk niet meer, ik loop dus maar weer naar ‘m’n eigen plek’.

Pag. 123

Page 127: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

Ons ontbijt hebben we, tenminste ik in ieder geval, achter onze kiezen. Na de fly-robic (wat doet me dat aan de heenvlucht denken) kunnen we tekenfilmpjes kijken. Ik speel nog wat met m’n organiser. Over zo’n 1,5 uur zijn we in Frankfurt.

Het bijna 2,5 uur wachten op Frankfurt gebruik ik om mezelf na 2,5 maand weer eens een beetje op te maken en speel ik weer verder met m’n organiser. Roland probeert nog wat te slapen, wat ik niet eens hoef te probéren, en neemt daarbij drie stoelen in beslag. Bij de controle bij gate A5 gaat werkelijk bij iedereen de metaaldetector af, een rits is al genoeg om het ding af te laten gaan. Al snel kunnen we ‘boarden’. Op het moment dat we vertrekken komt net het zonnetje door. Het broodje wat we onderweg krijgen, waar we best naar uitgekeken hebben, krijg ik niet door m’n strot. Te zenuwachtig om iedereen weer te zien ... Wie zal ons eigenlijk op komen halen? We denken pa en ma Flier.Naarmate we verder bij Nederland komen, wordt het alsmaar bewolkter. Het wolkenpak verandert in een wattendeken. Voor Nederlandse begrippen blijkt het nog niet eens zo koud te zijn, zo’n 4 gr. C.

Paspoortcontrole blijkt niet meer nodig te zijn, we kunnen zo doorlopen naar de bagageband. 8 man sterk staat op ons te wachten: pa & ma Flier, pa & ma Woutersen, Lisette & Corné en Wim & Margret. Ik ben blij dat het even duurt voordat onze rugzakken er aan komen rollen, kan ik vast even wennen om ze weer te zien, voordat het zo’n emotionele toestand wordt. We zijn zo lang weggeweest en dan is het zo fijn om iedereen daar zo weer te zien staan! Blanke , wat slaperige koppie’s staan ons aan te staren en we dachten nog wel dat alleen Chinezen dat deden ... grapje. Wat wil je ‘s ochtends vroeg op nieuwjaarsdag. Wim filmt. Gelukkig is er geen controle, dat komt vast doordat we via Frankfurt zijn gekomen, vanuit Singapore (het winkelparadijs) hadden we vast en zeker wel controle gehad. ‘t Is een heel gezoen als we door de deur ‘naar buiten’ lopen. Wat is het vreemd om iedereen weer te zien, het lijkt een eeuwigheid geleden ...Ze verbazen zich over het gewicht van onze rugzakken en dat we daar zo lang mee hebben kunnen lopen.

Met pa & ma Woutersen rijden we naar Ouderkerk. Wat is alles schoon en wat ruikt het fris!Lisette en Corné staan al te wachten. Pa & ma Flier en Wim & Margret komen later ook aan bij huize Woutersen. En wie staat er nog meer op ons te wachten? Snowy ... ook hij ziet er goed uit, helaas leeft z’n vriendje Rambo niet meer ...We drinken koffie en op dat moment komen de verhalen los.Roland neemt nog even een douche, nadat ‘ie Mark en Linda even gezellig wakker heeft gemaakt. ‘Daar is je favoriete broertje weer ...’Later op de dag eten we bij huize Flier. Soep & stokbrood met salade en diverse soorten kaas. Dat smaakt goed! Daarna gaan we met z’n allen nog even naar oma Heuvelman, gedag zeggen en gelukkig nieuwjaar wensen. Oma Woutersen en opa Dubbelt bellen we op. ‘s Avonds eten we stokbrood, hot dog, russisch ei en salade bij huize Woutersen. Langzaam aan worden we toch wel wat vermoeid.

Het wordt tijd om naar ons eigen huis te gaan. In onze eigen auto rijden we naar Den Bommel, wat vreemd! Het is nog vreemder om het huis binnen te stappen. Alles ziet er zo keurig uit, ma Flier heeft zich binnen flink uitgesloofd en ma Woutersen buiten. Is dit ons huis? Er staan vele bossen bloemen (Aad & Rita, pa & ma Woutersen, Mark & Linda, pa & ma Flier en Wim & Margret en Lisette & Corné, mevr. Strötbaum en Snowy). Vele welkom-thuis kaarten staan, te samen met de kerstkaarten, uitgestald op het dressoir.

Pag. 124

Page 128: Azie_final... · Web viewPeking tot Singapore. China, Hongkong, Vietnam, Cambodja, Thailand, Maleisië, Singapore. 12 oktober 1997 t/m 1 januari 1998. Inhoudsopgave ‘ZUID-OOST AZIË’

Roland stort zich nog op de post, ik probeer zo gauw mogelijk ons bed te vinden. Ik kan, en later Roland ook, de slaap niet vatten, we hebben het koud ...

Daar zijn we weer, in het koude kikkerland ...

Tot slot wat getallen op een rij:

We hebben afgelegd:

per boot -> 5x, totaal 19.5 uur (590 km) per trein -> 16x, totaal 184 uur (8110 km) per bus -> 18x, totaal 94 uur (3580 km)

per vliegtuig -> 10x, totaal 30 uur (21165 km)

Dus: Totaal 33.452 km in 327.5 uur, excl. de wachttijden, vrachtwagen, taxi, fiets, cyclo, riksja, tongshew, brommer, tuk-tuk en datgene wat we lopend hebben afgelegd ...

In totaal hebben we 37 e-mails verstuurd en 62 e-mails ontvangen ... Twee WC's hebben we laten verstoppen, beide in China ...

Pag. 125