24
Nautische CAO 1 januari 2014 tot en met 31 december 2015

cao Swets ODV nautisch 2014 t-m 2015PDF

  • Upload
    dinhthu

  • View
    225

  • Download
    0

Embed Size (px)

Citation preview

Page 1: cao Swets ODV nautisch 2014 t-m 2015PDF

Nautische CAO

1 januari 2014 tot en met 31 december 2015

Page 2: cao Swets ODV nautisch 2014 t-m 2015PDF

2

PREAMBULE De ondergetekenden, te weten; de besloten vennootschap: Swets ODV Groep B.V., statutair gevestigd te Almelo, gevestigd aan het Bedrijvenpark Twente 300 te (7602 KK) Almelo, rechtsgeldig vertegenwoordigd door de heer J.J. de Vries (directeur); en de werknemersorganisatie: CNV Dienstenbond statutair gevestigd en kantoorhoudende aan Polarisavenue 175 te (2132 JJ) Hoofddorp, rechtsgeldig vertegenwoordigd door de heer G.F. van Linden en de heer D. Swagerman; de werknemersorganisatie: Landelijke Belangen Vereniging statutair gevestigd en kantoor houdende aan de Strevelsweg 700/612 te (3083 AS) Rotterdam, rechtsgeldig vertegenwoordigd door mevrouw M.A. Dolman (voorzitter) en de heer M. Stavinga (secretaris); de werknemersorganisatie: Nautilus International statutair gevestigd en kantoorhoudende aan Schorpioenstraat 266 te (3067 KW) Rotterdam, rechtsgeldig vertegenwoordigd door de heer M. van den Broek (hoofdbestuurder); ieder als partij ter andere zijde, 1. overwegende, dat het ondernemingsbeleid er in het bijzonder op gericht zal zijn de

continuïteit en de bestaanszekerheid van de onderneming(en) te bevorderen alsmede de werkgelegenheid veilig te stellen;

2. overwegende, dat de werkzaamheden van deze onderneming(en) zich kenmerken door het leveren van flexibel nautisch personeel met inbegrip van de daaruit voortvloeiende reeks van aanverwante werkzaamheden;

3. overwegende, dat CAO-partijen het wenselijk achten een CAO op maat te realiseren; zijn de volgende overeenkomst aangegaan: Almelo, 15 december 2013 J.J. de Vries SwetsODV Groep BV G.F. van Linden D. Swagerman CNV Dienstenbond CNV Dienstenbond M.A. Dolman M. Stavinga Landelijke Belangen Vereniging Landelijke Belangen Vereniging

M. van den Broek Nautilus International

Page 3: cao Swets ODV nautisch 2014 t-m 2015PDF

3

INHOUDSOPGAVE artikel 1 Algemene definities 4 artikel 2 Duur, verlenging & beëindiging van deze CAO 4 artikel 3 Wijziging(en) van deze CAO tijdens de looptijd 4 artikel 4 Rechtsopvolging van partijen 5 artikel 5 Fusies & reorganisaties 5 artikel 6 Verplichtingen van de werkgever 5 artikel 7 Verplichtingen van de werknemer 5 artikel 8 Arbeidsomstandigheden 6 artikel 9 Arbeidsovereenkomsten 6 artikel 10 Beëindiging arbeidsovereenkomst 7 artikel 11 Wegvallen werk 8 artikel 12 Onwerkbaar weer 9 artikel 13 Rechtspositie bij opvolgend werkgeverschap 9 artikel 14 Arbeids- & Rusttijden 9 artikel 15 Werknemers met AOW gerechtigde leeftijd 9 artikel 16 Functiecategorie & Loon 9 artikel 17 Jeugdlonen 10 artikel 18 Loonstrook 10 artikel 19 Toeslagen & vergoedingen 10 artikel 20 Vakantiedagen & vakantiebijslag 10 artikel 21 Doorwerkvergoeding 11 artikel 22 Maaltijdvergoeding bij doorwerken 11 artikel 23 Buitengewoon verlof 11 artikel 24 Kortdurend zorgverlof 12 artikel 25 Langdurend zorgverlof 12 artikel 26 Calamiteitenverlof 12 artikel 27 Zwangerschaps- & bevallingsverlof 13 artikel 28 Ouderschapsverlof 13 artikel 29 Adoptieverlof 13 artikel 30 Onbetaald verlof 14 artikel 31 Organisatieverlof 14 artikel 32 Algemeen erkende feestdagen 14 artikel 33 Scholing 15 artikel 34 Melding & uitkering arbeidsongeschiktheid bij ziekte of ongeval 15 artikel 35 Jubileumuitkering 16 artikel 36 Uitkering bij overlijden 16 artikel 37 Vergoeding contributie vakverenigingen 16 artikel 38 Pensioen 16 artikel 39 Overgangsregeling 17 artikel 40 Personeelsverzekeringen 17 artikel 41 Werknemers niet permanent woonachtig in Nederland 17 artikel 42 Flexibiliteit en beschikbaarheid 18 bijlage 1 Functiecategorieën & Loonschalen 19 bijlage 2 Uitzonderingen Arbeidstijdenwet 22 protocol 1 loongebouw 24

Page 4: cao Swets ODV nautisch 2014 t-m 2015PDF

4

Artikel 1 ALGEMENE DEFINITIES In deze overeenkomst wordt verstaan onder:

1. Deze collectieve arbeidsovereenkomst (CAO) is van toepassing op de dochtermaatschappijen van Swets ODV Groep B.V. en haar werknemers die krachtens een arbeidsovereenkomst arbeid verrichten.

2. In deze CAO wordt onder “werkgever” verstaan: dochtermaatschappijen Swets ODV Groep B.V.

3. In deze CAO wordt onder “werknemer” verstaan: ieder natuurlijk persoon die voor be-paalde dan wel onbepaalde tijd een arbeidsovereenkomst heeft met de werkgever als bedoeld in het tweede lid van dit artikel.

4. In deze CAO wordt onder "oproepkracht" verstaan: ieder natuurlijk persoon die incidenteel bij onvoorziene omstandigheden wordt ingezet. Het betreft hier losse arbeid die niet volgens een vast patroon of wekelijks voorkomt en niet van tevoren is ingeroosterd. De oproepkracht is niet verplicht aan een oproep gehoor te geven. Voor oproepkrachten gelden niet de artikelen: 23 tot en met 30, 33 (tweede tot en met zesde lid), 34 en 35 van deze CAO.

5. In deze CAO wordt onder “opdrachtgever” verstaan: iedere natuurlijke- of rechtspersoon die zich door tussenkomst van de werkgever, als bedoeld in het tweede lid van dit artikel, voorziet van werknemers of oproepkrachten.

6. In deze CAO wordt onder “basisuurloon” verstaan: het vaste bruto uurloon van de werknemer als genoemd in artikel 16 van deze CAO alsmede bijlage 1 van deze CAO.

7. In deze CAO wordt onder “bedrijfsongeval” verstaan: een aan de werknemer in verband met het verrichten van arbeid overkomen ongewilde, plotselinge gebeurtenis, die schade aan de gezondheid of de dood tot vrijwel onmiddellijk gevolg heeft gehad en ertoe heeft geleid, dat de werknemer tijdens de werktijd de arbeid heeft gestaakt en niet meer heeft hervat, dan wel met de arbeid geen aanvang heeft gemaakt.

8. Waar in deze CAO gesproken wordt van de werknemer(s), wordt bedoeld: mannelijke en vrouwelijke werknemers alsmede waarin deze CAO gesproken wordt over hem of hij wordt bedoeld: hem/haar of hij/zij.

Artikel 2 DUUR, VERLENGING EN BEËINDIGING VAN DEZE CAO 1. Deze CAO is aangegaan voor een tijdvak van twee jaren dat aanvangt op 1 januari 2014

tot en met 31 december 2015. 2. Deze CAO kan door contracterende partijen tegen het einde van de looptijd worden

opgezegd met inachtneming van een opzegtermijn van drie maanden. De opzegging dient schriftelijk te geschieden door middel van een aangetekend schrijven of een deurwaardersexploot.

3. Indien de periode waarover deze CAO is afgesloten is beëindigd en deze CAO niet is opgezegd zoals bedoeld in het tweede lid van dit artikel, wordt deze geacht stilzwijgend ongewijzigd te zijn verlengd voor maximaal één jaar.

Artikel 3 WIJZIGING VAN DE CAO TIJDENS DE LOOPTIJD 1. Partijen keuren goed, dat bijzondere arbeidsvoorwaarden, welke na ondertekening van

deze CAO mochten worden overeengekomen, alsnog aan deze CAO zullen worden gehecht. Bij tussentijdse wijziging of aanvulling bij gemeenschappelijk overleg in of op de aan deze CAO gehechte, door partijen gewaarmerkte arbeidsvoorwaarden, zullen deze gewijzigde of nieuwe arbeidsvoorwaarden eveneens aan deze CAO worden gehecht en door partijen worden gewaarmerkt.

2. In gezamenlijk en regulier overleg, minimaal één keer per jaar, zal worden nagegaan of en zo ja op welke wijze voorzieningen nodig zijn om één of ander, met inachtneming van de dan geldende regelgeving, te realiseren.

Page 5: cao Swets ODV nautisch 2014 t-m 2015PDF

5

Artikel 4 RECHTSOPVOLGING VAN PARTIJEN In geval van fusie, overname, verkoop of faillissement, spreken partijen af, dat hun wederzijdse rechten en verplichtingen die uit deze CAO voortvloeien, zullen mogen en moeten worden overgenomen door de rechtsperso(o)n(en), die daartoe door enige partij schriftelijk aan de wederpartij zal (zullen) worden aangewezen. Artikel 5 FUSIES & REORGANISATIES 1. Met inachtneming van het SER-besluit Fusiegedragsregels 2000 en de daarin beschreven

gedragscode, zal de werkgever ongeacht het aantal betrokken werknemers, bij voorgenomen fusies, bedrijfsovernames en reorganisaties, partijen tijdig informeren en in de gelegenheid stellen om advies uit te brengen.

2. Partijen dienen onmiddellijk door de werkgever in kennis worden gesteld van een aan-vraag van surseance van betaling of van een ingediend verzoek tot faillissement.

3. In overleg met partijen dient (dienen) regeling(en) te worden getroffen voor een eventuele afvloeiing, welke een sociale begeleiding van de betrokken werknemers moet garanderen.

Artikel 6 VERPLICHTINGEN VAN DE WERKGEVER 1. De werkgever verplicht zich er toe met werknemers geen andere voorwaarden of arbeids-

overeenkomsten aan te zullen gaan dan als bedoeld in deze CAO. Afwijkingen in voor werknemer positieve zin zijn wel toegestaan.

2. De werkgever zal tijdens de duur en na het beëindigen van de arbeidsovereenkomst geheimhouding in acht nemen van al hetgeen hem omtrent de persoon en de persoonlijke omstandigheden van de werknemer bekend is geworden en waarvan de werkgever het vertrouwelijke karakter weet of redelijkerwijze kan vermoeden.

3. De werkgever is verplicht een exemplaar van de CAO aan de werknemer te verstrekken. Artikel 7 VERPLICHTINGEN VAN DE WERKNEMER 1. De werknemer is verplicht al datgene te doen en na te laten wat in gelijke omstandighe-

den een goed werknemer zou behoren te doen en na te laten. Daaronder valt in ieder geval het zich houden aan de bij de werkgever geldende bedrijfsreglementen en voorschriften en het opvolgen van redelijke orders en instructies.

2. De werknemer zal de hem toevertrouwde bedrijfsmiddelen oordeelkundig alsmede overeenkomstig de bestemming daarvan gebruiken en behandelen en in het algemeen daarvoor zorg dragen als een goed werknemer.

3. Nevenfuncties behoeven de goedkeuring van de werkgever. De goedkeuring kan door de werkgever slechts worden geweigerd als er sprake is van strijdigheid met de wettelijke voorschriften op het gebied van rust- en arbeidstijden en/of aantoonbare strijdigheid met de belangen van de werkgever (concurrerende werkzaamheden).

4. De werknemer is zowel gedurende als één jaar na beëindiging van de arbeidsovereen-komst verplicht tot absolute geheimhouding van alle feiten en bijzonderheden betreffende de onderneming, die het belang van de werkgever zouden kunnen schaden.

5. De werknemer is, indien de functie hierom vraagt, verplicht een verklaring van goed gedrag te overhandigen. De werknemer dient deze verklaring zo spoedig mogelijk, in ieder geval voor aanvang van de werkzaamheden, aan te vragen bij de daartoe bevoegde instantie. Indien een werknemer deze verklaring binnen twee maanden na aanvang van de arbeidsovereenkomst niet kan overleggen, wordt aangenomen dat er geen aanspraak bestaat op een verklaring van goed gedrag en is de werkgever gerechtigd de arbeidsovereenkomst direct te beëindigen.

6. De werknemer is gehouden om integer te werk te gaan. Integriteit is bij de uitvoering van de werkzaamheden noodzakelijk. Werkgever hecht belang aan integriteit en heeft de afspraken hieromtrent nader beschreven in het handboek. Integer werken betekent ook dat partijen zich houden aan de normen en waarden, welke gebruikelijk zijn in het maatschappelijk verkeer.

Page 6: cao Swets ODV nautisch 2014 t-m 2015PDF

6

Artikel 8 ARBEIDSOMSTANDIGHEDEN 1. Bij het aanvaarden en uitvoeren van welke arbeidsovereenkomst dan ook, is de Arbeids-

omstandighedenwet (Arbo-wet) onverkort van toepassing. 2. De werkgever dient er zorg voor te dragen, dat ten behoeve van haar werknemers bij de

locaties waar tewerkstelling plaatsvindt, alle passende maatregelen worden getroffen, welke nodig zijn ter uitvoering van de wettelijke voorschriften inzake veiligheid, ge-zondheid en het welzijn.

3. Er dient de nodige informatie en voorlichting gegeven te worden aan direct belangheb-benden over de aard van het werk, welke mogelijkerwijs de veiligheid, de gezondheid en het welzijn in gevaar brengen. De werknemer is gehouden alle wettelijke voorschriften alsmede de daarbij behorende bedrijfsinstructies op te volgen.

Artikel 9 ARBEIDSOVEREENKOMSTEN 1. De werknemer ontvangt een schriftelijke, mede door de werkgever ondertekende en

gedateerde arbeidsovereenkomst/supplement, waarin ten minste wordt opgenomen: a. Naam en adres van de werkgever en de werknemer; b. De plaats(en) waar arbeid wordt verricht; c. De functie van de werknemer en/of de aard van de arbeid; d. De functie-indeling en salarisschaal; e. De datum van indiensttreding; f. De proeftijd; g. De duur van de overeenkomst; h. De in acht te nemen opzegtermijnen; i. Het salaris en de wijze en het moment van uitbetaling; j. Arbeidsduur per dag of per week of per maand/periode; k. De aanspraak op vakantiedagen.

2. De werkgever en de werknemer verklaren beiden in de arbeidsovereenkomst dat deze CAO onverkort van toepassing is, alsmede conform deze CAO te zullen handelen.

3. ARBEIDSOVEREENKOMST VOOR BEPAALDE TIJD a. Het begin en het einde van het dienstverband zijn in de arbeidsovereenkomst vast-

gelegd. Het dienstverband eindigt van rechtswege op het moment dat de overeengekomen tijd verstreken is. Dit geldt zonder dat voorafgaande opzegging vereist is, behalve wanneer dit in de arbeidsovereenkomst werd overeengekomen. Om het dienstverband te beëindigen is geen toestemming vereist van het UWV.

b. De totale duur van een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd dan wel aanslui-tende arbeidsovereenkomsten bedraagt maximaal 36 maanden, waarbij tussen de diverse arbeidsovereenkomsten tussenpozen van niet meer dan twee maanden zijn gelegen.

c. Arbeidsovereenkomsten voor bepaalde tijd kunnen maximaal elf keer worden ver-lengd (voortgezet) en eindigen dan telkens van rechtswege zonder dat voor-afgaande opzegging of ontslagvergunning door het UWV is verkregen. Voor beëindiging van het dienstverband gelden de bepalingen van het Burgerlijk Wet-boek.

4. ARBEIDSOVEREENKOMST VOOR ONBEPAALDE TIJD a. Ingeval de arbeidsovereenkomst, na elf keer te zijn verlengd wordt voortgezet, dan

wordt deze dertiende arbeidsovereenkomst van rechtswege geacht te zijn aangegaan voor onbepaalde tijd.

b. Alleen de begindatum van het dienstverband staat vast. Voor beëindiging van het dienstverband gelden de bepalingen van het Burgerlijk Wetboek.

5. ARBEIDSOVEREENKOMST VOOR OPROEPKRACHTEN a. Er is sprake van een arbeidsovereenkomst als de oproepkracht op grond van een

daartoe strekkende afspraak daadwerkelijk werkzaamheden gaat verrichten voor de werkgever en daartoe een urenstaat ten behoeve van deze werkzaamheden heeft getekend.

Page 7: cao Swets ODV nautisch 2014 t-m 2015PDF

7

b. De arbeidsovereenkomst blijft bestaan voor de duur van de opdracht zoals deze door de werkgever wordt verstrekt. Deze duur wordt vooraf overeengekomen, maar kan na wederzijds overleg en goedkeuring ook tussentijds worden gewijzigd.

c. De arbeidsovereenkomst eindigt van rechtswege door het verstrijken van de duur van de opdracht. Artikel 7:668a, eerste tot en met vierde lid van het Burgerlijk Wetboek wordt uitgesloten.

d. Indien de oproepkracht de arbeidsovereenkomst tussentijds, tijdens de duur van de opdracht wenst te beëindigen is hij te allen tijde verplicht zijn voornemen terstond aan de werkgever te melden. De werkgever zal gelet op de specifieke om-standigheden bepalen of de oproepkracht tussentijds de arbeidsovereenkomst kan beëindigen.

e. Buiten het kader van een arbeidsovereenkomst is de werkgever aan de oproep-kracht geen beloning verschuldigd. De werkgever is alleen beloning verschuldigd over de periode dat de oproepkracht daadwerkelijk arbeid heeft verricht. Het be-paalde hieromtrent in artikel 7:628, eerste tot en met zesde lid van het Burgerlijk Wetboek blijft buiten beschouwing.

f. Bij aanvang van elke arbeidsovereenkomst komen de werkgever en de oproep-kracht het aantal uren overeen.

g. Bij aanvang van elke arbeidsovereenkomst ontvangt de oproepkracht desgewenst een schriftelijke bevestiging van de opdracht. Bij aanvang van de dienst tekent de oproepkracht het door de werkgever beschikbaar gestelde registratieformulier, dat de periode aangeeft waarover de arbeidsovereenkomst geldt.

h. De oproepkracht zal door de werkgever per oproep minimaal drie uur aaneenge-sloten worden te werk gesteld in casu quo worden uitbetaald.

6. PROEFTIJD a. Een proeftijd geldt maximaal de eerste maand van de dienstbetrekking en moet

schriftelijk worden afgesproken. Ook indien een kortere of geen proeftijd wordt afgesproken moet dit schriftelijk worden overeengekomen.

b. Gedurende de proeftijd is het zowel aan de werkgever als de werknemer toegestaan het dienstverband te beëindigen zonder dat er een opzegtermijn in acht genomen hoeft te worden.

7. OPZEGTERMIJN

a. Voor een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd geldt zowel voor de werkgever als de werknemer een opzegtermijn van twee maanden.

b. Voor een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd geldt zowel voor de werkgever als de werknemer een opzegtermijn van drie maanden.

c. Indien de arbeidsovereenkomst of een keten van arbeidsovereenkomsten minder dan één volledig dienstjaar heeft voortgeduurd, geldt een opzegtermijn van één maand.

d. De opzegging dient, vóór het einde van de maand, schriftelijk te geschieden. Artikel 10 BEËINDIGING ARBEIDSOVEREENKOMST 1. In de volgende gevallen wordt de arbeidsovereenkomst, geacht te zijn beëindigd:

a. Bij ontslag op staande voet wegens een dringende reden, krachtens artikel 7:677 van het Burgerlijk Wetboek en gedurende de proeftijd;

b. Bij het overlijden van de werknemer; c. Door duidelijke schriftelijke vastlegging van de ontbinding van de arbeidsovereen-

komst, met wederzijds goedvinden en met inachtneming van de opzegtermijn zoals bedoeld in artikel 9 lid 7 van deze CAO;

d. Door schriftelijke opzegging onder opgave van redenen door de werkgever na het verkrijgen van een ontslagvergunning van het UWV, met inachtneming van de opzegtermijn zoals bedoelt in artikel 9 lid 7 van deze CAO;

e. Door ontbinding van de arbeidsovereenkomst bij beschikking van de kantonrechter; f. Door het bereiken van de pensioengerechtigde leeftijd, op de eerste dag nadat men

de pensioengerechtigde leeftijd bereikt, zonder dat daartoe opzegging is vereist.

Page 8: cao Swets ODV nautisch 2014 t-m 2015PDF

8

2. Opzegging van het dienstverband door de werknemer geschiedt met inachtneming van de opzegtermijn, zoals bedoeld in artikel 9 lid 7 van deze CAO.

3. Bij het einde van de arbeidsovereenkomst dient de werkgever desgevraagd aan de werknemer een getuigschrift te verstrekken. De werkgever is vrij om de bewoording te kiezen en er mogen geen onwaarheden in staan. Het getuigschrift vermeldt: a. De aard van de werkzaamheden en de arbeidsduur per week; b. De datum van indienst- en uitdiensttreding; c. Hoe de werknemer zijn/haar werk geeft gedaan (bv. goed/naar behoren enz.); d. Wijze van beëindiging van het dienstverband (bv. einde contract, opzegging door de

werknemer of waarom de werkgever het dienstverband heeft beëindigd). 4. Bij beëindiging van het dienstverband zullen eventueel te veel of te weinig genoten

vakantiedagen worden verrekend. Het opnemen van vakantiedagen tijdens de opzeg-gingstermijn is gelijk aan de normale situatie. Dit houdt in dat opname uitsluitend mogelijk is na goedkeuring door de werkgever.

5. Indien de beëindiging van het dienstverband geschiedt conform lid 1 sub f van dit artikel, en partijen wensen te verlengen, dan geldt de overgangsregeling conform artikel 39 lid 3.

Artikel 11 WEGVALLEN WERK 1. Indien gedurende de looptijd van de arbeidsovereenkomst voor onbepaalde of bepaalde tijd

het werk wegvalt, is de werkgever verplicht passend en vervangend werk te zoeken en aan te bieden aan de werknemer. De werknemer is gedurende de looptijd van deze arbeidsovereenkomst verplicht passend en vervangend werk te aanvaarden.

2. Onder passend en vervangend werk wordt verstaan: werk dat zich bevindt op hetzelfde niveau of ten hoogste één niveau lager dan de oude functie. Daarnaast dient de werkgever rekening te houden met de werkervaring, het opleidingsniveau en de fysieke geschiktheid van de werknemer, het oude arbeidspatroon en de reistijd tot de werkplek.

3. Indien geen vervangend werk aangeboden kan worden heeft de werkgever gedurende de looptijd van de arbeidsovereenkomst voor onbepaalde of bepaalde tijd een loondoorbetalingverplichting. De werknemer heeft recht op doorbetaling van het laatst ver-diende basisuurloon, waarbij een referteperiode van 52 weken als grondslag dient.

4. Indien er passend en vervangend werk wordt aangeboden wordt het basisuurloon opnieuw bepaald. Indien het nieuwe basisuurloon hoger is dan, of gelijk is aan het oude basisuurloon, is het nieuwe basisuurloon direct van toepassing bij aanvang van de werkzaamheden. Indien het nieuwe basisuurloon lager is dan het oude basisuurloon zal het basisuurloon in een periode van drie loonperiodes, in drie evenredige stappen, afgebouwd worden naar het nieuwe basisuurloon.

5. De verplichting tot het zoeken en aanbieden van passend en vervangend werk en de loondoorbetalingverplichting vervalt, indien de werknemer niet langer voor werk beschikbaar is of aanbod tot passend en vervangend werk weigert.

6. Indien op enig moment blijkt dat er geen passend en vervangend werk aangeboden kan worden aan de werknemer kan de werkgever het UWV verzoeken om een ontslagvergunning. Het verzoek tot ontslagvergunning zal bij een arbeidsverleden van korter dan vijf jaar, pas ingediend kunnen worden indien de werkgever een herplaatsinginspanning heeft geleverd van tenminste één maand. Bij een arbeidsverleden van vijf tot tien jaar dient er een herplaatsinginspanning geweest te zijn van tenminste drie maanden, en bij een arbeidsverleden van meer dan tien jaar een herplaatsinginspanning van tenminste vier maanden.

7. Indien de werkgever de ontslagvergunning heeft verkregen van het UWV, kan er rechts-geldig opgezegd worden, met inachtneming van de geldende opzegtermijn.

Page 9: cao Swets ODV nautisch 2014 t-m 2015PDF

9

Artikel 12 ONWERKBAAR WEER 1. Indien er sprake is van onwerkbaar weer bij vorst en/of andere buitengewone natuurlijke

omstandigheden, is de werkgever niet gehouden aan de loondoorbetalingverplichting. De werknemer zal gedurende de onwerkbare periode aangemeld worden bij het UWV afdeling WW Weer/WTV.

2. Op verzoek van de werknemer kan de werkgever ter overbrugging van de verwerkingstijd van het UWV Werkbedrijf, afdeling WW Weer/WTV een voorschot uitkeren. Na uitbetaling van de uitkering zal werkgever het voorschot verrekenen.

Artikel 13 RECHTSPOSITIE BIJ OPVOLGEND WERKGEVERSCHAP 1. Indien de werknemer voor de werkgever werk gaat verrichten dient de werkgever de

rechten van de werknemer vast te stellen middels de overgangsregeling als bedoeld in artikel 39 van deze CAO.

2. Indien de werkgever de keuze, zoals bedoeld in het eerste lid van dit artikel, verzuimt te maken, dan zet de werknemer zijn rechten opgebouwd op dezelfde werkplek en in dezelfde of soortgelijke werkzaamheden, bij de werkgever voort.

Artikel 14 ARBEIDS- & RUSTTIJDEN 1. De wettelijk toegestane arbeidstijd volgens de overlegregeling uit de arbeidstijdenwet geldt

evenzeer voor de werknemer en wordt niet overschreden. 2. In overleg met de werkgever, is het de werknemer toegestaan af te wijken van de bij het

project geldende werktijden. Zulks kan bij aanvang van de arbeidsovereenkomst worden overeengekomen.

3. De Arbeidstijdenwet kent bijzondere situaties waarvoor afwijkende regels gelden. Deze afwijkende regels, zoals bedoeld in bijlage 2 van deze CAO, gelden voor de werknemer.

Artikel 15 WERKNEMERS MET AOW GERECHTIGDE LEEFTIJD EN OUDER Werkgever heeft het doel om een optimale arbeidsdeelname van de groep medewerkers die de pensioengerechtigde leeftijd bereiken te bevorderen en onderschrijft het belang om een bijdrage te leveren aan oplossingen omtrent de veranderende demografische ontwikkelingen. Daarnaast wensen partijen uitvoering te geven aan de behoefte van werkgever om werknemers die de AOW gerechtigde leeftijd bereiken te blijven binden en ontwikkelen.

1. De arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd eindigt van rechtswege door het bereiken van de AOW gerechtigde leeftijd, op de eerste dag nadat men de AOW gerechtigde leeftijd bereikt, zonder dat daartoe opzegging is vereist.

2. Indien werkgever en werknemer een nieuwe arbeidsovereenkomst overeenkomen, is werkgever verplicht hetzelfde basisuurloon aan te bieden voor dezelfde functie.

Artikel 16 FUNCTIECATEGORIE & LOON 1. De werknemer wordt op grond van de door hem te verrichten arbeid ingedeeld in één van

de functiecategorieën zoals bedoeld in bijlage 1 van deze CAO. De opsomming van functiebenamingen kan in voorkomende gevallen niet volledig zijn.

2. Het basisuurloon van de werknemer, ingedeeld in één van de functiecategorieën zoals bedoeld in bijlage 1 van deze CAO, is ten minste gelijk aan één van de bedragen zoals bedoeld in bijlage 1 van deze CAO.

3. Partijen evalueren eenmaal per jaar de loontabellen en kunnen dan indien noodzakelijk een nieuwe loonafspraak overeenkomen.

4. Partijen spreken af dat het basisuurloon van de werknemer ingedeeld in één van de functiecategorieën, per de eerste loonperiode van 2014 aangepast wordt met 1,75 procent.

5. Partijen spreken af dat het basisuurloon, van de werknemer ingedeeld in één van de functiecategorieën, per de eerste loonperiode van 2015 tenminste aangepast wordt met 1,25 procent.

Page 10: cao Swets ODV nautisch 2014 t-m 2015PDF

10

Artikel 17 JEUGDLONEN Voor werknemers van 22 jaar en jonger gelden de volgende percentages van het voor de werknemer geldende uurloon, conform de betreffende schaal en functiecategorie, zoals bedoeld in bijlage 1 van deze CAO: 22 jaar 85,0 procent van het uurloon; 21 jaar 72,5 procent van het uurloon; 20 jaar 61,5 procent van het uurloon; 19 jaar 52,5 procent van het uurloon; 18 jaar 45,5 procent van het uurloon; 17 jaar 39,5 procent van het uurloon; 16 jaar 34,5 procent van het uurloon; 15 jaar 30,0 procent van het uurloon.

Jeugdlonen zijn niet van toepassing op werknemers van 22 jaar en jonger die de opleiding Nautische Functies 1, 2 of 3 dan wel Nautische Leerlijnen hebben behaald. Artikel 18 LOONSTROOK 1. Op zijn minst maandelijks wordt aan de werknemer een loonstrook verstrekt. Werkgever

verstuurt de loonstrook, alsook de jaaropgave, op het door werknemer opgegeven e-mailadres. Op verzoek van werknemer kan de loonstrook via de post worden verzonden.

2. De loonstrook behoort ten minste de volgende bestandsdelen te bevatten: de feitelijke brutobeloning; eventuele suppleties; eventuele onkostenvergoedingen, reserveringen en wettelijke inhoudingen, óf in percentages óf in euro’s; de per betalingsperiode netto uitbe-taalde en cumulatieve bedragen.

Artikel 19 TOESLAGEN & VERGOEDINGEN 1. De toeslagen en vergoedingen worden per functie en per project vastgesteld door

werkgever. 2. De reiskostenvergoeding wordt per project vastgesteld door de werkgever op basis van

de postcode van het woonadres en de postcode van de werkplek, volgens de meest optimale route.

Artikel 20 VAKANTIEDAGEN EN VAKANTIEBIJSLAG 1. De werknemer heeft recht op 29 vakantiedagen op basis van een fulltime dienstverband

van 40 uur per week. 2. Op verzoek van de werknemer worden deze vakantiedagen per loonperiode omgezet in

een geldelijke beloning. De hoogte van de geldelijke beloning is gebaseerd op het basisuurloon vermenigvuldigd met het aantal gewerkte uren van de werknemer over een periode van 4 weken exclusief de toeslagen, vergoedingen en vakantiebijslag, rekening houdend met de wettelijk minimale vakantiedagen.

3. Voor de functiecategorie Binnenvaart en Zeevaart zijn de vakantiedagen als bedoeld in het eerste lid van dit artikel opgenomen in het basisuurloon.

4. Voor de werknemer is het recht op feestdagen opgenomen in de vakantiedagen, als be-doeld in het eerste lid van dit artikel.

5. De vakantiebijslag bedraagt 8 procent van het basisuurloon, vermeerdert met de genoten onregelmatigheidstoeslagen. De uitbetaling van het vakantiegeld vindt plaats na de loonbetaling van de maand mei, periode vijf of week 22 van elk jaar en na beëindiging van elke arbeidsovereenkomst, met dien verstande dat deze uitbetaling tegelijkertijd plaatsvindt met de betaling van het aantal gewerkte uren. Voor de berekening van de vakantiebijslag loopt het jaar van 1 juni tot en met 31 mei.

6. De verjaringstermijn voor zowel wettelijke als bovenwettelijke vakantiedagen is 5 jaar.

Page 11: cao Swets ODV nautisch 2014 t-m 2015PDF

11

Artikel 21 DOORWERKVERGOEDING De werkgever kan van de werknemer verlangen dat hij langer op de werkplek aanwezig blijft als een calamiteit dit noodzakelijk maakt. Er is sprake van calamiteiten als de werknemer langer dan een half uur extra moet werken aansluitend op de dienst. Werknemer hoort tijdens de dienst van de werkgever of er zwaarwegende omstandigheden zijn welke doorwerken noodzakelijk maken. Naast het gebruikelijke uurloon en onregelmatigheidsvergoeding ontvangt werknemer de hierna genoemde aanvullende vergoeding:

De eerste twee uren: een bruto vergoeding van 50% van het basisuurloon vermenigvuldigd met de doorwerktijd.

Alle uren daarna: een bruto vergoeding van 100% van het basisuurloon vermenigvuldigd met de doorwerktijd.

Artikel 22 MAALTIJDVERGOEDING BIJ DOORWERKEN 1. Wanneer er sprake is van calamiteiten en het dienstbelang niet toelaat dat de werknemer zijn

maaltijd op de hiervoor bestemde tijd en op de voor hem gebruikelijke plaats nuttigt, heeft de werknemer aanspraak op vergoeding van de werkelijk gemaakte maaltijdkosten, tenzij door de werkgever een maaltijd is verstrekt.

2. De maaltijdvergoeding bij calamiteiten, conform het eerste lid van dit artikel, bedraagt € 2,70 per dag, indien werknemer geen bewijs van betaling kan overleggen;

3. Indien kosten voor een maaltijd hoger zijn dan de in lid 2 aangegeven maximale vergoeding, kan de hogere vergoeding uitsluitend worden toegekend wanneer een bewijs van betaling wordt overlegd, tot een maximum van € 6,50 per dag.

Noot: voor zover dit fiscaal mogelijk is, zal de onkostenvergoeding van de maaltijd netto geschieden.

Artikel 23 BUITENGEWOON VERLOF 1. Met de in dit artikel genoemde echtgeno(o)t(e) wordt gelijkgesteld de geregistreerde

partner, alsmede de levenspartner en de relatiepartner. Onder de levenspartner wordt verstaan: een ongehuwd persoon met wie de ongehuwde werknemer aantoonbaar een duurzame huishouding voert. Dit dient aangetoond te worden door middel van een bewijs van inschrijving uit het bevolkingsregister. Onder de relatiepartner wordt verstaan: een alleenstaand ongehuwde persoon met wie de alleenstaand ongehuwde werknemer een vorm van een naaste relatie heeft waarvoor geen samenwoningeis geldt. De relatiepartner dient in Nederland woonachtig te zijn. Hiervan dient een schriftelijke mededeling aan de werkgever te zijn gedaan.

2. Het verlof dient daar waar mogelijk buiten het rooster te worden opgenomen. Het rooster kan zodanig worden aangepast dat het verlof buiten de gebruikelijke werktijd plaatsvindt. Indien aanpassing van het rooster niet mogelijk is, wordt in de volgende gevallen verlof met behoud van loon verleend.

KORT VERZUIM NAAR REDELIJKHEID TE BEPALEN TIJDSDUUR MET EEN MAXIMUM VAN 1

DAG PER JAAR: a. bij het afleggen van school- en vakexamens ter verkrijging van een erkend diploma,

indien dit in het belang van de onderneming is, te bepalen door de werkgever; b. bij bezoek aan huisarts, tandarts en specialist in overleg met de werkgever;

1 DAG: c. bij ondertrouw van de werknemer; d. bij het huwelijk van één van de (stief)ouders, schoon- en grootouders, kinderen,

pleeg- stief- en kleinkinderen, broers of zusters; e. bij het 25- 40- 50- 60- en 70-jarig huwelijk van de werknemer, (stief)ouders, schoon-

en grootouders, kinderen of pleeg- stief- en kleinkinderen; f. bij het overlijden van één van de grootouders, broers, zusters, zwagers, schoon-

zusters, schoonzoons of schoondochters; g. bij een 25- en 40-jarig dienstverband;

Page 12: cao Swets ODV nautisch 2014 t-m 2015PDF

12

2 DAGEN: h. bij bevalling van de echtgenote en bij adoptie; i. bij het huwelijk van de werknemer; j. bij het aangaan van geregistreerd partnerschap van de werknemer; k. bij het overlijden van één van de (stief)ouders of schoonouders;

4 DAGEN: l. bij het overlijden van de echtgeno(o)t(e), één van de kinderen of één van de pleeg-

stief- en kleinkinderen; m. bij het overlijden van één van de (stief)ouders of schoonouders, ingeval voor de be-

grafenis of crematie volledig zorg wordt gedragen. Artikel 24 KORTDUREND ZORGVERLOF 1. De werknemer heeft in ieder kalenderjaar gedurende 10 dagen recht op kortdurend zorg-

verlof, met behoud van 70 procent van het basisuurloon, in verband met de ziekte van de partner, (pleeg- stief-)kinderen of (pleeg- stief-)ouders.

2. Het verlof kan worden opgenomen onder de volgende voorwaarden: a. De werknemer meldt schriftelijk en met redenen omkleed de aanvangsdatum, de

omvang, de wijze van opneming en de vermoedelijke duur van het verlof; b. De werkgever kan achteraf van de werknemer verlangen dat hij aannemelijk maakt

dat hij vanwege noodzakelijk verzorging zijn werkzaamheden niet kon verrichten. 3. Indien het verlof langer duurt dan 10 dagen, dan kan de werkgever in overleg én met

instemming van de werknemer de bovenwettelijke vakantiedagen aanmerken als extra verlofdagen.

Artikel 25 LANGDUREND ZORGVERLOF 1. De werknemer heeft in ieder kalenderjaar recht op langdurend onbetaald zorgverlof in

verband met de zorg voor een zeer ernstig, terminaal zieke partner, kind of ouder. Dit recht biedt de werknemer, verdeeld over een periode van 12 aaneengesloten weken, een onbetaald verlof van maximaal zes keer het aantal arbeidsuren per week, zoals over-eengekomen in de arbeidsovereenkomst, op jaarbasis.

2. Na overleg en instemming van de werkgever kan het verlof over een langere of kortere periode worden opgenomen, variërend van minimaal 6 weken voltijds verlof en maximaal 18 weken verlof voor een derde van de wekelijkse arbeidsuren.

3. Het verlof kan worden opgenomen onder de volgende voorwaarden: a. De werknemer meldt schriftelijk de aanvangsdatum, de omvang en de wijze van op-

neming en de vermoedelijke duur van het verlof; b. De werkgever kan een verzoek om langdurend zorgverlof weigeren indien (aan-

toonbare) zwaarwegende bedrijfsbelangen zich daartegen verzetten. 4. Over de periode van het opgenomen onbetaald verlof wordt geen recht op vakantiedagen

en geen pensioen opgebouwd. Artikel 26 CALAMITEITENVERLOF 1. De werknemer heeft recht op calamiteitenverlof met behoud van basisuurloon gedurende

een korte naar billijkheid te berekenen tijd met een maximum van 1 dag. 2. Onder een calamiteit wordt onder andere verstaan:

a. Een onverwachte situatie in de persoonlijke sfeer, de verzorging van één of meer-dere gezinsleden, de bevalling van de echtgenote en de begrafenis van huisgenoten en bloed- en aanverwanten in de rechte lijn en de tweede graad van de zijlijn;

b. Een door wet of overheid zonder vergoeding opgelegde verplichting, waarvan de vervulling niet in vrije tijd kon plaatsvinden;

c. De uitvoering van het actief kiesrecht, waarvan de vervulling niet in vrije tijd kon plaatsvinden.

3. Bij spoedeisende zaken zal de werkgever in overleg met de werknemer naar een snelle oplossing zoeken, waarbij de duur van deze oplossing voldoende zal zijn om een eerste opvang te treffen en voorbereidingen te nemen voor een nog meer duurzamere oplossing.

Page 13: cao Swets ODV nautisch 2014 t-m 2015PDF

13

Artikel 27 ZWANGERSCHAPS- & BEVALLINGSVERLOF 1. Het zwangerschaps- en bevallingsverlof op basis van de wettelijke regeling bedraagt 16

weken. Dit verlof met behoud van periodeloon kan flexibel worden opgenomen: op zijn vroegst zes weken en op zijn laatst vier weken voor de vermoedelijke datum van be-valling.

2. Uiterlijk drie weken voordat werkneemster verlof wenst op te nemen dient de werkneem-ster dit aan werkgever, door middel van een zwangerschapsverklaring van de verloskun-dige met daarin opgenomen de vermoedelijke datum van bevalling, kenbaar te maken.

3. De werknemer heeft krachtens de Wet arbeid en zorg recht op een uitkering. De werkgever dient uiterlijk twee weken vóór de ingangsdatum van het verlof de uitkering bij het UWV aan te vragen. Deze uitkering vervalt met inachtneming van het eerste lid van dit artikel aan de werkgever.

Artikel 28 OUDERSCHAPSVERLOF 1. De werknemer heeft als de arbeidsovereenkomst tenminste één jaar heeft voortgeduurd,

gerekend per kind, tot de achtjarige leeftijd, recht op het wettelijk ouderschapsverlof. Dit recht biedt de werknemer, verdeeld over een periode van zes maanden, een onbetaald verlof van 13 keer het aantal arbeidsuren per week, zoals overeengekomen in de arbeids-overeenkomst.

2. Voor de werknemer die voor 1 januari 2009 reeds voor een kind (gedeeltelijk) ouder-schapsverlof heeft opgenomen, biedt dit recht de werknemer, verdeeld over een periode van 26 weken, een onbetaald verlof van 13 keer het aantal arbeidsuren per week, zoals overeengekomen in de arbeidsovereenkomst.

3. De werknemer kan uitsluitend met instemming van de werkgever het verlof verdelen over een kortere of langere periode.

4. De werknemer dient minimaal drie maanden van tevoren het verlof schriftelijk bij de werkgever aan te vragen. Over een beslissing op de aanvraag behoort de werknemer, uiterlijk één maand vóór de aanvangsdatum van het verlof, schriftelijk door de werkgever te worden geïnformeerd.

5. Het afwijzen van de in de aanvraag genoemde voorkeur van de werknemer kan slechts, indien deze aanvraag afwijkt van de wettelijke regeling zoals bedoeld in het eerste lid van dit artikel, op grond van schriftelijk geformuleerde, gemotiveerde en gewichtige redenen.

6. Tijdens het verlof worden geen vakantiedagen opgebouwd. Artikel 29 ADOPTIEVERLOF 1. De werknemer heeft recht op maximaal 4 weken onbetaald adoptieverlof. Het verlof moet

binnen een tijdvak van 18 weken worden opgenomen. Dit tijdvak vangt aan 2 weken vóór de datum van adoptie.

2. Indien tegelijkertijd twee of meer kinderen worden geadopteerd, geldt het recht op verlof slechts eenmaal.

3. De werknemer dient uiterlijk drie weken van tevoren het verlof bij de werkgever te melden, onder vermelding van de ingangsdatum en de duur.

4. De werknemer dient aan de werkgever een document te overhandigen, waaruit blijkt dat de werknemer een kind heeft geadopteerd of zal adopteren en waarin de datum van adoptie is vermeld.

5. De werknemer heeft krachtens de Wet arbeid en zorg recht op een uitkering. De werkgever dient uiterlijk 2 weken vóór de ingangsdatum van het verlof de uitkering bij het UWV aan te vragen. Deze uitkering vervalt met inachtneming van het eerste lid van dit artikel aan de werkgever.

Page 14: cao Swets ODV nautisch 2014 t-m 2015PDF

14

Artikel 30 ONBETAALD VERLOF 1. Het verlenen van onbetaald verlof is mogelijk met inachtneming van de volgende voor-

waarden. 2. De werkgever behoudt de vrijheid de aanvraag voor het onbetaald verlof al dan niet te

honoreren. 3. De financiële en verzekeringstechnische (pensioenopbouw, sociale verzekeringen,

subsidies, etc.) gevolgen van het onbetaald verlof zijn voor rekening van de werknemer. 4. Tijdens het onbetaald verlof worden geen vakantiedagen opgebouwd. 5. Gedurende het onbetaalde verlof mag de werknemer geen betaalde arbeid verrichten als

gevolg van een ter zake afgesloten arbeidsovereenkomst. In overleg en na toestemming van werkgever kan hiervan worden afgeweken.

Artikel 31 ORGANISATIEVERLOF 1. Aan de werknemer die ambassadeur / kaderlid is van LBV, CNV Dienstenbond of

Nautilus, zal organisatie verlof worden gegeven met behoud van basisuurloon voor het deelnemen aan vakbondsvergaderingen.

2. Een ambassadeur / kaderlid is een werknemer die constructief en inhoudelijk meedenkt met de werknemersorganisatie over het in deze CAO overeengekomen pakket loon- en arbeidsvoorwaarden. Daarnaast is een ambassadeur / kaderlid binnen de onderneming het aanspreekpunt voor de werknemers en de werknemersorganisatie.

3. Per ambassadeur / kaderlid kunnen, indien de arbeid dit naar het oordeel van de werkge-ver toelaat, maximaal drie dagen organisatieverlof per kalenderjaar worden opgenomen.

4. Ambassadeurs / Kaderleden die in aanmerking komen voor organisatieverlof worden door de werknemersorganisatie aan het adres van de werkgever schriftelijk kenbaar gemaakt. Voor elke vakbondsvergadering dient de ambassadeur / het kaderlid een daartoe be-doelde uitnodiging aan de werkgever te overhandigen.

5. Voor het deelnemen aan vakbondsvergaderingen heeft de werknemer die geen ambassadeur / kaderlid is, maar "gewoon lid” is van de werknemersorganisatie, waarmee deze CAO is overeengekomen en indien de arbeid dit naar het oordeel van de werkgever toelaat, recht op verlof met behoud van basisloon gedurende maximaal twee halve dagen per kalenderjaar.

6. Voor elke vakbondsvergadering dient de werknemer een daartoe bedoelde uitnodiging aan de werkgever te overhandigen.

Artikel 32 ALGEMEEN ERKENDE FEESTDAGEN & FEESTDAGENTOESLAG 1. Tot algemeen erkende feestdagen worden gerekend:

2014 2015

Nieuwjaarsdag 1 januari 1 januari

1e Paasdag 20 april 5 april

2e Paasdag 21 april 6 april

Koningsdag 26 april 27 april

Nationale Bevrijdingsdag* 5 mei

Hemelvaartsdag 29 mei 14 mei

1e Pinksterdag 8 juni 24 mei

2e Pinksterdag 9 juni 25 mei

1e Kerstdag 25 december 25 december

2e Kerstdag 26 december 26 december *eens in 5 jaar (2015, 2020, etc.)

Page 15: cao Swets ODV nautisch 2014 t-m 2015PDF

15

Artikel 33 SCHOLING 1. De werknemer kan in de gelegenheid worden gesteld interne en externe trainingen /

cursussen te volgen. Deze opleiding kan ofwel op verzoek van de werkgever ofwel op verzoek van de werknemer worden gevolgd. De opleidingskosten voor de medewerkers worden jaarlijks gebudgetteerd. Minimaal 1,25% van de algemene personeelskosten worden hiervoor aangewend. In specifieke gevallen zullen opleidingskosten jaarlijks direct worden vrijgemaakt.

2. De werkgever vergoedt 100 procent van de opleidingskosten rechtstreeks aan de oplei-dingsinstelling. Het examengeld wordt maximaal twee keer vergoed.

3. Tussen partijen wordt overeengekomen dat de werknemer de genoemde opleiding(en) met goed gevolg dient af te ronden. Afwijken van de studieduur is slechts mogelijk in overleg met en na akkoord van werkgever.

4. Indien de werknemer niet binnen de gestelde termijn de cursus met goed gevolg afrondt of indien de werknemer de cursus voortijdig beëindigd, zal de studieovereenkomst tussen partijen worden beëindigd. De werknemer dient deze cursus volledig aan de werkgever terug te betalen. Werkgever zal ingeval van overmacht van werknemer, naar redelijkheid en billijkheid een passende oplossing zoeken, waarbij werkgever kan besluiten tot kwijtschelding van (een deel) de studiekosten.

5. Kosten als gevolg van tijdsbesteding en niet nader genoemde zaken zijn voor rekening van werknemer. Reiskosten worden vergoedt op basis van de werkelijke kilometers of op basis van openbaar vervoer klasse 2.

6. De werknemer verleent toestemming aan het opleidingsinstituut om aan werkgever inzage te geven in de voortgang van de opleiding.

7. Indien de werknemer de studie met succes heeft beëindigd, neemt de terugbetalingsverplichting van de werknemer af, naarmate onderstaande periode is verstreken:

Na 1 jaar: Na 2 jaar: Na 3 jaar:

Opleidingskosten: 25 % 60 % 100 %

8. De kosten en vervolgkosten voor de werknemer die een EHBO-cursus volgt, dan wel een

cursus bedrijfshulpverlener volgt, dan wel in het bezit is van een geldig EHBO-diploma, komen voor rekening van de werkgever. De noodzaak hiervoor wordt aan de hand van relevante wetgeving bepaald door de werkgever.

9. De werkgever vergoed 50% van de vooraf vastgestelde cursustijd, voor de volgende cursussen: Bedrijfshulpverlening (BHV herhaling en basis), IVS en Omgaan met Agressie. Daarnaast betaalt werkgever, indien van toepassing, reiskosten en maaltijdvergoeding c.q. stelt hij maaltijden ter beschikking.

Artikel 34 MELDING & UITKERING ARBEIDSONGESCHIKTHEID BIJ ZIEKTE OF ONGEVAL 1. De werknemer, die door arbeidsongeschiktheid, vanwege ziekte of ongeval, niet in staat is

zijn werk te verrichten, dient zich voor wat betreft de melding aan de werkgever, te houden aan de binnen de onderneming geldende regels van de werkgever die in overleg met de Arbodienst zijn opgesteld.

2. De werknemer die door arbeidsongeschiktheid vanwege ziekte of ongeval niet in staat is zijn werk te verrichten, is verplicht zich te onderwerpen aan de medische- en leken-controle welke krachtens de sociale verzekeringswetten (inclusief Arbodienst en Ar-beidsomstandighedenwet) en enig bedrijfsreglement worden bepaald en/of uitgeoefend.

3. In geval van arbeidsongeschiktheid heeft de werknemer, gedurende het eerste ziektejaar vanaf de eerste ziekmelding recht op 100 procent loondoorbetaling van het basisuurloon vermenigvuldigd met het aantal gewerkte uren van de werknemer over een periode van 4 weken, inclusief onregelmatigheidstoeslag, berekend op basis van een referte periode van 52 weken voorafgaande aan de eerste ziektedag.

Page 16: cao Swets ODV nautisch 2014 t-m 2015PDF

16

4. In geval van arbeidsongeschiktheid heeft de werknemer, gedurende het tweede ziektejaar recht op 70 procent loondoorbetaling van het basisuurloon vermenigvuldigd met het aantal gewerkte uren van de werknemer over een periode van 4 weken, inclusief onregelmatigheidstoeslag, berekend op basis van een referte periode van 52 weken voorafgaande aan de eerste ziektedag.

5. Er is sprake van een nieuwe ziekmelding indien er tussen de eerste ziekmelding en de tweede ziekmelding een periode is gelegen van maximaal 4 weken.

6. Indien de werknemer niet voldoet of meewerkt aan de voor hem geldende verplichtingen en eisen bij arbeidsongeschiktheid vanwege ziekte of ongeval heeft de werkgever het recht de uitkering te verlagen tot 70 procent van het bruto basisuurloon vermenigvuldigd met het aantal gewerkte uren van de werknemer over een periode van 4 weken, op te schorten ofwel stop te zetten.

Artikel 35 JUBILEUMUITKERING 1. De werkgever zal aan de werknemer bij een respectievelijk 12½-, 25- 40- dan wel 50-jarig

dienstverband een jubileumuitkering verstrekken. 2. Deze uitkering bedraagt:

Bij een 12 ½ -jarig dienstverband kwart bruto basis periodesalaris; Bij een 25-jarig dienstverband één bruto basis periodesalaris; Bij een 40-jarig dienstverband twee bruto basis periodesalarissen; Bij een 50-jarig dienstverband drie bruto basis periodesalarissen.

Artikel 36 UITKERING BIJ OVERLIJDEN 1. Bij overlijden van de werknemer wordt aan de nabestaanden een pro rato uitkering ineens

verstrekt ter hoogte van drie bruto periodesalarissen. 2. Uitkeringen ter zake van overlijden aan de nabestaanden krachtens arbeidsonge-

schiktheid of de AAW/WIA worden op deze uitkering in mindering gebracht. 3. Bij overlijden van de werknemer ten gevolge van een bedrijfsongeval wordt aan de

nabestaanden een pro rato uitkering ineens verstrekt van 2 keer het jaarloon (basisuurloon vermenigvuldigd met de contracturen vermeld in de arbeidsovereenkomst).

Artikel 37 VERGOEDING CONTRIBUTIE VAKVERENIGINGEN De huidige belastingwetgeving kent fiscale faciliteiten voor de vakbondscontributie. Vakbondsleden kunnen van deze faciliteit gebruik maken en de werkgever verleent hieraan zijn medewerking. De werknemer dient uiterlijk op 30 november van het kalenderjaar schriftelijk opgave te doen aan de werkgever van de werkelijke kosten van het lidmaatschap middels een bij vakverenigingen aan te vragen verklaring omtrent de betaalde contributie. Noot: voor zover dit fiscaal mogelijk is, zal de onkostenvergoeding van de contributie netto geschieden.

Artikel 38 PENSIOEN 1. De werknemer neemt deel aan de bij de werkgever geldende pensioenregeling. 2. De voorwaarden tot deelneming zijn vastgelegd in een pensioenreglement, welke ter

inzage ligt ten kantore van de werkgever. 3. De pensioenregeling is inhoudelijk beschreven in de startbrief welke bij indiensttreding

aan werknemer ter hand wordt gesteld.

Page 17: cao Swets ODV nautisch 2014 t-m 2015PDF

17

Artikel 39 OVERGANGSREGELING 1. ALGEMEEN

In de overgangsregeling wordt onderscheid gemaakt tussen: a. De eerste arbeidsovereenkomst waarbij de werknemer nog niet eerder voor de

werkgever heeft gewerkt; b. Lopende arbeidsovereenkomsten die zijn aangegaan vóór 1 januari 2014 en op of

na 1 januari 2014 worden beëindigd; c. Nieuwe arbeidsovereenkomsten waarbij de werkgever en de werknemer op of na 1

januari 2014 een nieuwe arbeidsovereenkomst aangaan en een vorige ar-beidsovereenkomst reeds is beëindigd.

2. EERSTE ARBEIDSOVEREENKOMST a. Onder de eerste arbeidsovereenkomst wordt verstaan de arbeidsovereenkomst

aangegaan na 1 januari 2014 waarbij de werknemer nog nooit voor de werkgever heeft gewerkt.

b. De werkgever bekijkt op het moment dat er op of na 1 januari 2014 een nieuwe ar-beidsovereenkomst wordt aangegaan, het arbeidsverleden van de werknemer. De rechtspositie van de werknemer wordt vervolgens vastgesteld.

c. Bij een eerste arbeidsovereenkomst is deze CAO direct van toepassing, waarbij het aantal bij vorige werkgevers opgebouwde arbeidsovereenkomsten wordt overgenomen met een maximum van 4 en het aantal bij vorige werkgevers op-gebouwde maanden en de twee maanden tussenpozen tussen arbeidsovereen-komsten wordt overgenomen met een maximum van 12.

3. LOPENDE OF NIEUWE ARBEIDSOVEREENKOMST a. Bij lopende of nieuwe arbeidsovereenkomsten is deze CAO direct van toepassing,

waarbij het aantal opgebouwde contracten wordt overgenomen met een maximum van vier en het aantal opgebouwde maanden en de twee maanden tussenpozen tussen arbeidsovereenkomsten wordt meegenomen met een maximum van 12.

b. Indien de werknemer krachtens een lopende arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd werkzaam is, behoudt de werknemer het recht op de arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd.

Artikel 40 PERSONEELSVERZEKERINGEN 1. Werkgever heeft ter dekking van ongevallen van haar werknemers een collectieve

ongevallenverzekering afgesloten. 2. Werkgever heeft ter dekking van aanspraak op vergoeding van schade veroorzaakt door

haar werknemers een bedrijfsaansprakelijkheidsverzekering afgesloten. 3. Werkgever heeft ter dekking van schade gedurende de werkzaamheden met

motorvoertuigen een WEGAM-verzekering afgesloten. 4. Werkgever heeft een collectieve ziektekostenverzekering afgesloten, waaraan de werknemer

deel kan nemen. Voor werknemers vallend onder artikel 41, geldt deze niet. Artikel 41 WERKNEMERS NIET PERMANENT WOONACHTIG IN NEDERLAND Onderhavige regeling van werknemers niet permanent woonachtig in Nederland, zijn door CAO partijen een aantal specifieke regelingen / arbeidsvoorwaarden overeengekomen die beter aansluiten op de specifieke behoefte van deze groep werknemers.

1. Ten aanzien van de zorg met betrekking tot deze werknemer, spant werkgever zich in voor een adequate begeleiding.

2. Werkgever draagt er zorg voor dat de arbeidsovereenkomst, werkinstructie, handboek, arbo-instructies en bijbehorende stukken zowel in het Nederlands als in het Engels beschikbaar is.

3. Werkgever is gehouden werknemer voor te lichten over het nut en noodzaak van het afsluiten van een ziektekostenverzekering.

4. Werknemer is gehouden deel te nemen aan de door de werkgever voorgeschreven ziektekostenverzekering, ter zekerheidsstelling van de wettelijke bepalingen.

Page 18: cao Swets ODV nautisch 2014 t-m 2015PDF

18

5. Werkgever zal zorgdragen voor adequate voorlichting omtrent vervoer van en naar het land van herkomst. Het vervoer dat door de werkgever in eigen beheer wordt aangeboden moet voldoen aan de wettelijke vereisten.

6. In afwijking van artikel 32, vervalt Bevrijdingsdag en Koninginnedag. Werkgever stelt werknemer in staat om een alternatieve feestdag aan te wijzen. Werkgever zal haar medewerking daarvoor verlenen. De werknemer dient dit 13 weken voorafgaande aan de alternatieve feestdag aan te geven bij de werkgever.

Artikel 42 FLEXIBILITEIT EN BESCHIKBAARHEID 1. Werkgever en sociale partners hebben kennis genomen van de roosterproblematiek en

realiseren zich de verantwoordelijkheid hieromtrent ten opzichte van werknemer. Gezien de complexiteit en diversiteit zijn partijen niet in staat om hierover eenduidige richtlijnen te formuleren. De aard van de dienstverlening brengt met zich mee dat het werkaanbod pieken en dalen kent. Daarnaast wordt veel van het werk pas op het laatste moment aan bekend gemaakt door opdrachtgevers. Flexibiliteit is een belangrijk onderscheidend kenmerk.

2. Een werknemer is in de gelegenheid om voorafgaand aan het roosteren door de afdeling Planning een vrije dag aan te vragen of niet-beschikbaarheid door te geven. Wanneer een werknemer door de Planning is ingedeeld op een dag(deel) dat de werknemer beschikbaar is, kan hij deze dienst, uitgezonderd een noodgeval, niet meer weigeren.

3. Als een werknemer een ingedeelde dienst weigert uit te voeren, volgt een waarschuwing en zal de urenverplichting van werkgever voor de contractperiode teruggebracht worden met het aantal uren van de ingeleverde dienst.

4. Wanneer vanuit operationeel belang van werkgever een dienst ingetrokken, dan wel omgezet moet worden, zal – bij financieel nadeel voor de werknemer – gezocht worden naar compensatie in de vorm van een vervangende dienst.

Page 19: cao Swets ODV nautisch 2014 t-m 2015PDF

19

BIJLAGE 1 FUNCTIECATEGORIEËN & LOONSCHALEN 1. Elke functie valt in een bepaalde functiecategorie. Plaatsing binnen een functiecategorie

en schaal vindt plaats op basis van de kwalificaties van de werknemer. 2. Doorgroei binnen een functiecategorie vindt plaats op basis van een afgeronde opleiding

of van een meer dan gemiddelde prestatie. 3. De bedragen zijn bruto per gewerkt uur en exclusief eventuele, per project verschillende,

onregelmatigheidstoeslagen en reiskostenvergoeding. 4. Onderstaande functies geven de indeling weer voor de loonschalen. Het is mogelijk dat

de functies een andere benaming per project. 5. Het is mogelijk dat de werknemer tewerk wordt gesteld in een functie die niet in de func-

tiecategorieën van deze CAO wordt weergegeven. Functiecategorie 1: Nautische medewerkers:

Sluiswachter / Assistent sluismeester

Sluismeester

Brugwachter

Havenmeester / Jachthavenmeester

Nautisch opzichter

Operator / Verkeerscentrale operator / Operator Centrale Bediening

Algemeen nautisch medewerker

Centralist

Overige algemene nautische functies

schaal 1 schaal 2 schaal 3 schaal 4 schaal 5 1 € 8,64 € 10,41 € 11,51 € 12,61 € 13,71 2 € 8,69 € 10,52 € 11,62 € 12,72 € 13,83 3 € 8,76 € 10,63 € 11,73 € 12,83 € 13,94 4 € 8,86 € 10,74 € 11,85 € 12,94 € 14,04 5 € 8,97 € 10,85 € 11,96 € 13,05 € 14,16 6 € 9,05 € 10,95 € 12,07 € 13,16 € 14,28 7 € 9,15 € 11,06 € 12,17 € 13,27 € 14,38 8 € 9,30 € 11,18 € 12,28 € 13,37 € 14,48 9 € 9,42 € 11,28 € 12,39 € 13,49 € 14,58 10 € 9,53 € 11,40 € 12,49 € 13,60 € 14,71 11 € 9,64 € 11,51 € 12,61 € 13,71 € 14,82 12 € 9,75 € 11,62 € 12,72 € 13,83 € 14,93 13 € 9,86 € 11,73 € 12,83 € 13,94 € 15,04 14 € 9,97 € 11,85 € 12,94 € 14,04 € 15,14 15 € 10,08 € 11,96 € 13,05 € 14,16 € 15,24 16 € 10,19 € 12,07 € 13,16 € 14,28 € 15,35 17 € 10,30 € 12,17 € 13,27 € 14,38 € 15,48 18 € 10,41 € 12,28 € 13,37 € 14,48 € 15,59 19 € 10,52 € 12,39 € 13,49 € 14,58 € 15,69 20 € 10,63 € 12,49 € 13,60 € 14,71 € 15,79

Page 20: cao Swets ODV nautisch 2014 t-m 2015PDF

20

Functiecategorie 2: Overheidsvaartuigen/ponten:

Pontveerschipper

Pontschipper

Pontwachter

Steward / Kaartverkoper / Matroos Veerdienst

Kapitein snelboten

Kapitein ferry’s

Assistent gezagvoerder overheidsvaartuigen

Gezagvoerder overheidsvaartuigen

Matroos-Motordrijver overheidsvaartuigen

schaal 1 schaal 2 schaal 3 schaal 4 schaal 5 1 € 8,64 € 10,41 € 11,51 € 12,61 € 13,71 2 € 8,69 € 10,52 € 11,62 € 12,72 € 13,83 3 € 8,76 € 10,63 € 11,73 € 12,83 € 13,94 4 € 8,86 € 10,74 € 11,85 € 12,94 € 14,04 5 € 8,97 € 10,85 € 11,96 € 13,05 € 14,16 6 € 9,05 € 10,95 € 12,07 € 13,16 € 14,28 7 € 9,15 € 11,06 € 12,17 € 13,27 € 14,38 8 € 9,30 € 11,18 € 12,28 € 13,37 € 14,48 9 € 9,42 € 11,28 € 12,39 € 13,49 € 14,58 10 € 9,53 € 11,40 € 12,49 € 13,60 € 14,71 11 € 9,64 € 11,51 € 12,61 € 13,71 € 14,82 12 € 9,75 € 11,62 € 12,72 € 13,83 € 14,93 13 € 9,86 € 11,73 € 12,83 € 13,94 € 15,04 14 € 9,97 € 11,85 € 12,94 € 14,04 € 15,14 15 € 10,08 € 11,96 € 13,05 € 14,16 € 15,24 16 € 10,19 € 12,07 € 13,16 € 14,28 € 15,35 17 € 10,30 € 12,17 € 13,27 € 14,38 € 15,48 18 € 10,41 € 12,28 € 13,37 € 14,48 € 15,59 19 € 10,52 € 12,39 € 13,49 € 14,58 € 15,69 20 € 10,63 € 12,49 € 13,60 € 14,71 € 15,79

Page 21: cao Swets ODV nautisch 2014 t-m 2015PDF

21

Functiecategorie 3: Binnenvaart:

Deksman / Lichtmatroos Rijn- en binnenvaart

Matroos / Volmatroos Rijn- en binnenvaart

Matroos-motordrijver Rijn- en binnenvaart / Machinist

Stuurman Rijn- en binnenvaart

Schipper Rijn- en binnenvaart

Kapitein Rijn- en binnenvaart

Scheepskok Rijn- en binnenvaart

Nachtwacht

Wachtsman schaal 1 schaal 2 schaal 3 schaal 4 schaal 5 1 € 8,64 € 9,36 € 9,80 € 10,90 € 12,23 2 € 8,69 € 9,46 € 9,90 € 11,01 € 12,34 3 € 8,76 € 9,57 € 10,03 € 11,12 € 12,44 4 € 8,86 € 9,70 € 10,13 € 11,22 € 12,56 5 € 9,03 € 9,80 € 10,24 € 11,33 € 12,67 6 € 9,14 € 9,90 € 10,37 € 11,46 € 12,78 7 € 9,24 € 10,03 € 10,46 € 11,57 € 12,89 8 € 9,36 € 10,13 € 10,56 € 11,67 € 12,99 9 € 9,46 € 10,24 € 10,69 € 11,77 € 14,21 10 € 9,57 € 10,37 € 10,80 € 11,90 € 13,22 11 € 9,70 € 10,46 € 10,90 € 12,01 € 13,32 12 € 9,80 € 10,56 € 11,01 € 12,12 € 13,43 13 € 9,90 € 10,69 € 11,12 € 12,23 € 13,55 14 € 10,03 € 10,80 € 11,22 € 12,34 € 13,65 15 € 10,13 € 10,90 € 11,33 € 12,44 € 13,76 Functiecategorie 4: Zeevaart: Voor werknemers werkzaam op zeegaande schepen wordt het salaris per opdracht / opdrachtgever vastgesteld.

Page 22: cao Swets ODV nautisch 2014 t-m 2015PDF

22

BIJLAGE 2 UITZONDERINGEN ARBEIDSTIJDENWET 1. Langer werken voorafgaand aan feestdagen:

Indien langer werken voorafgaand aan feestdagen in verband met de voorbereiding op een feestdag noodzakelijk is, mag u in de periode van 7 dagen voorafgaande aan die feestdag 2 keer maximaal 14 uur werken (ook in de nacht). Onder een feestdag wordt in ieder geval verstaan: Nieuwjaarsdag, Pasen, Koningsdag, Hemelvaartsdag, Pinksteren, 5 december en Kerstmis, maar ook andere feestdagen kunnen hiervoor in aanmerking komen.

2. Langere nachtdienst in het weekend:

Tussen vrijdag 18.00 uur en maandag 08.00 uur mogen 12-uurs nachtdiensten worden gedraaid om zodoende extra vrije zondagen te creëren. Gedurende deze diensten (maximaal 2) mag u maximaal 11 uur werken. Direct na een dergelijke nachtdienst hebt u minimaal 12 uur rust. Als u van deze regeling gebruik maakt moet u ten minste 26 zondagen per jaar vrij hebben.

3. Langere nachtdienst buiten het weekend:

Indien buiten het weekend de bezetting van het personeel door onvoorziene omstan-digheden onder het minimum komt, of omdat het een feestdag betreft, mogen de over-blijvende werknemers 12-uurs nachtdiensten draaien. Gedurende deze diensten mag maximaal 12 uur worden gewerkt. Dit mag maximaal 2 keer per 2 weken en 8 keer per 52 weken. Direct na een dergelijke nachtdienst hebt u minimaal 12 uur rust.

4. Langer werken bij noodzakelijke werkzaamheden:

Indien werkzaamheden niet uitgesteld kunnen worden mag er langer doorgewerkt wor-den. Hierbij moet voorop staan dat dit langer werken niet te voorkomen is. U mag dan 1 keer per 2 weken maximaal 14 uur werken (ook in de nacht).

5. Kwartiertje extra voor overdracht van werkzaamheden:

Voor het overdragen van werkzaamheden mag de werktijd met 15 minuten worden verlengd en de dagelijkse rusttijd met 15 minuten worden verkort. Bijvoorbeeld in het geval van ploegendiensten. Als door deze 15 minuten een dienst een nachtdienst wordt, telt deze niet mee voor het aantal nachtdiensten.

6. Geconsigneerde pauze:

Uw werkgever mag u in geval van onvoorziene omstandigheden tijdens uw pauze op-roepen, als het soort werk dit noodzakelijk maakt. Het gaat hierbij om bereikbaarheid (bijvoorbeeld in de kantine). Hoewel u gedurende dit soort pauzes geconsigneerd bent, tellen deze pauzeperioden niet mee voor het aantal malen dat u oproepbaar mag zijn. Als u uw daadwerkelijke werkplek niet mag verlaten, dan tellen deze pauzeperioden mee als arbeidstijd.

7. Afzien van pauze:

Indien u door de aard van het werk uw werkplek niet kunt verlaten om pauze te nemen, is het mogelijk dat wordt afgezien van een pauze. Het gaat hierbij vaak om alleen werken, bijvoorbeeld als u brugwachter bent. In dat geval mag per periode van 16 weken maximaal gemiddeld 44 uur per week worden gewerkt. Als de afwijkende pauzeregeling op u van toepassing is en er wordt ook gebruikgemaakt van de regeling Langere nachtdienst in het weekend, dan mag u niet meer dan 10 uur per nachtdienst werken.

Page 23: cao Swets ODV nautisch 2014 t-m 2015PDF

23

8. Referentieperiode verlengen naar 52 weken: Door onvoorziene omstandigheden of door de aard van het werk kan het werkaanbod sterk wisselen gedurende het jaar (bijvoorbeeld seizoensgebonden werk). In dat geval mag de 16 weken waarover de gemiddelde arbeidstijd wordt berekend (de zogenoemde referentieperiode) worden verlengd naar 52 weken. Ook mag de referentieperiode verlengd worden als u uitsluitend of in hoofdzaak leiding geeft. Dit mag op twee manieren: In een periode van 52 weken mag u maximaal gemiddeld 48 uur per week werken. In geval van nachtdiensten: in een periode van 52 weken mag u maximaal gemid-

deld 40 uur per week werken. Voor deze verlenging kan ook een overeenstemming op ondernemingsniveau volstaan.

9. Rusttijden en rooster: De aard van het werk verhindert het rooster 28 dagen van tevoren aan de werknemer bekendmaken. De werkgever beperkt zich tot mededeling van de wekelijkse en zondagsrust. Uiterlijk vier dagen van tevoren krijgt de werknemer te horen op welke tijdstippen hij moet werken.

Page 24: cao Swets ODV nautisch 2014 t-m 2015PDF

24

Protocol 1: Loongebouw Door de complexiteit van de opzet van het loongebouw hebben partijen nog enige tijd nodig om te komen tot de vorming van een nieuw loongebouw. Doel is te komen tot een professionele en volwassen wijze van indelen van medewerkers. Partijen spreken uitdrukkelijk af vóór 30 april 2014 een loongebouw overeen te komen, waarbij de werknemers conform meetbare criteria ingedeeld zullen worden in functiecategorieën en loonschalen. Werkgever en ondernemingsraad zullen de diverse functiecategorieën wegen en vervolgens naar zwaarte rangschikken. Partijen zullen op systematische en geobjectiveerde wijze de rangorde van functies binnen de organisatie bepalen en met behulp van een functiewaarderingsmethode wordt de zwaarte van functies vastgesteld en uitgedrukt in een functieniveau. Belangrijk onderdeel van de criteria is de scholing en training van medewerkers, welke in een apart protocol is opgenomen. Na vaststelling van het loongebouw zullen de sociale partners worden geïnformeerd. Bij wederzijdse instemming zullen de medewerkers voor het einde van 2014 worden ingedeeld. Dit zal per medewerker worden vastgesteld. Indeling zal slechts gelden voor de medewerkers die per eind 2014 in dienst zijn. Partijen spreken af dat invoering van het loongebouw kostenneutraal is.