20
Onderzoeksvoorstel Minor Internationalisering 2016 Childhood in a Nordic perpective 1

childhoodinnordicperspective.files.wordpress.com  · Web viewEén van de redenen waarom een groen schoolplein wordt aangelegd is dat men verwacht dat op een groen schoolplein intensiever

  • Upload
    others

  • View
    0

  • Download
    0

Embed Size (px)

Citation preview

Page 1: childhoodinnordicperspective.files.wordpress.com  · Web viewEén van de redenen waarom een groen schoolplein wordt aangelegd is dat men verwacht dat op een groen schoolplein intensiever

OnderzoeksvoorstelMinor Internationalisering

2016Childhood in a Nordic perpective

Renske de Reus S1087325Anna Otten S1088092Vrijeschool PaboReinou KuipersHogeschool Leiden

1

Page 2: childhoodinnordicperspective.files.wordpress.com  · Web viewEén van de redenen waarom een groen schoolplein wordt aangelegd is dat men verwacht dat op een groen schoolplein intensiever

InhoudAanleiding..............................................................................................................................................3

Theoretisch debat...............................................................................................................................3

Eigen invalshoek................................................................................................................................3

Probleemstelling.....................................................................................................................................4

Doelstelling........................................................................................................................................4

Eigen professionalisering...................................................................................................................4

Bijdrage aan schoolontwikkeling.......................................................................................................4

Onderzoeksvraag en deelvragen.........................................................................................................4

Conceptueel kader..................................................................................................................................5

Gegevensverzameling............................................................................................................................6

Uitvoerbaarheid en omvang...................................................................................................................6

2

Page 3: childhoodinnordicperspective.files.wordpress.com  · Web viewEén van de redenen waarom een groen schoolplein wordt aangelegd is dat men verwacht dat op een groen schoolplein intensiever

AanleidingDe directe aanleiding voor het schrijven van dit onderzoeksvoorstel is ontsprongen uit de minor internationalisering die wij in ons derde jaar van de vrijeschool pabo gaan volgen.Voor deze minor gaan wij drie maanden studeren in het robuuste Noorwegen (Oslo). Onze minor heet Childhood in a Nordic perspective. De focus van deze minor ligt op spelen, beweging en experimenteel werk gerelateerd aan een variatie van klimaat en educatieve context. Wij zullen zowel theoretische als praktisch te werk gaan. Centraal in deze cursus staat het zelf ervaren door doen, bewegen en leven in de natuur. Naast het educatieve programma in Oslo zullen wij ons in één van de eerste weken zeven dagen begeven in Copenhagen en omstreken. Hier zullen wij leren hoe je natuureducatie kan inzetten in een stedelijke omgeving.Ter voorbereiding voor de minor Childhood in a Nordic perspective schrijven wij een onderzoeksvoorstel en een paper. In de paper hebben wij ons theoretisch onderzoek verwerkt. Wij gaan hier in op periode onderwijs op de Vrijeschool. Ook hebben wij ons verdiept in Noorwegen doormiddel van een landenonderzoek.

Theoretisch debatHet kind leert vaak spelenderwijs, vooral kinderen op de basisschool. In het huidige Nederlandse onderwijssysteem moeten kinderen veel stilzitten en hebben ze weinig ruimte om te bewegen. Door met de kinderen naar buiten te gaan en daar te bewegen zijn de hersenen van de kinderen op een andere manier actief. De kinderen kunnen zich hierdoor tijdens latere lessen beter concentreren en zijn weer gemotiveerd. Doormiddel van buitenonderwijs hou je balans in je onderwijs zo ontstaan in- en uitademende activiteiten, volgens de vrijeschool pedagogiek.

“Leerlingen voelen zich het best op een schoolplein dat tot uniek spel uitnodigt”

Een groen schoolplein (met natuurlijke elementen zoals gras, struiken, moestuin en boomstammen) wordt zowel door leerlingen, leerkrachten als door ouders beter gewaardeerd dan een betegeld 'grijs' schoolplein. Deze conclusie volgt uit de pilot-studie Groene Schoolpleinen die is uitgevoerd op vijf scholen in Helmond, waar 350 leerlingen van groep 4, 5 en 6, hun leerkrachten en ouders naar hun mening over het schoolplein is gevraagd. Met dit onderzoek is een start gemaakt met het beschrijven en meten van de voor- en nadelen van natuurlijke elementen op schoolpleinen en een verdeling tussen groene, betegelde (grijze) en een combinatie van beide (grijs-groene) schoolpleinen.

Groene schoolpleinen worden leuker, avontuurlijker, mooier, fijner en gezelliger gevonden dan schoolpleinen met alleen maar tegels (zie figuur). Leerkrachten gebruiken groene vaker voor onderwijsactiviteiten dan leerkrachten op scholen met een grijs schoolplein. Met name gym, natuurlessen en tekenen worden op het groene schoolplein gegeven, maar ook wordt er af en toe taal en handvaardigheid gegeven.

Leerlingen geven aan het leuk te vinden om buiten les te krijgen en zeggen veel te leren op het groene

3

Page 4: childhoodinnordicperspective.files.wordpress.com  · Web viewEén van de redenen waarom een groen schoolplein wordt aangelegd is dat men verwacht dat op een groen schoolplein intensiever

plein. Daaruit blijkt dat een groen schoolplein eerder uitnodigt tot gebruik als onderwijsleeromgeving dan een groen-grijs of grijs schoolplein. Ook de concentratie van de leerlingen werd beter na het buitenspelen. Uit nadere analyses bleek dat jongens zich na de pauze op een groen schoolplein nog iets beter konden concentreren. Meisjes lijken zich juist beter te kunnen concentreren na een pauze op een grijs schoolplein.

Eén van de redenen waarom een groen schoolplein wordt aangelegd is dat men verwacht dat op een groen schoolplein intensiever en meer gevarieerd bewogen kan worden. Het zou daarmee een gunstig effect kunnen hebben op het toenemende overgewicht onder kinderen. Leerkrachten en ouders geven aan dat groene schoolpleinen meer beweging en variatie in het spel van kinderen laten zien. Vervolgonderzoek zal moeten uitwijzen of leerlingen ook daadwerkelijk meer en gevarieerder bewegen op het groene schoolplein.

Leerkrachten en directeuren beoordelen groen-grijze schoolpleinen als het meest veilige type schoolplein. Grijze schoolpleinen worden niet als veilig ervaren, omdat er meer opstootjes zijn. Ook groene schoolpleinen worden niet altijd als veilig ervaren vanwege bosjes en struiken, die het zicht belemmeren. Kinderen kunnen zich daarin verstoppen en er kunnen onveilige situaties ontstaan (slaan met takken, ruzies). Door aanpassingen in het surveilleersysteem (niet op één plek blijven staan) kan de veiligheid relatief eenvoudig worden verbeterd. Overigens is het gevoel van onveiligheid iets dat alleen onder leerkrachten en directeuren speelt. Leerlingen waarderen bosjes en struiken uiteraard zeer. Toch zijn er ten aanzien van het sociaal gedrag (ruzies en samenspelen) geen verschillen tussen de type schoolpleinen.

(Schoolfacilities , 2013)

Natuur- en milieueducatie is een educatief vak op het gebied van natuur en milieu. Natuur- en milieueducatie betreft alle vormen van (systematische en planmatige) leeractiviteiten met betrekking tot natuur, ecologie, milieu, landschap en duurzaamheid. Vaak met als achterliggende gedachte dat bekendheid hiermee en kennis hiervan zal leiden tot meer betrokkenheid, respect, natuur- en milieuvriendelijk handelen en daarmee tot duurzaamheid en leefbaarheid van de samenleving. De term wordt vaak gebruikt om 'binnensschoolse' educatie aan te duiden, met name in het basisonderwijs en voortgezet onderwijs, in de vorm van ecologische basisvorming (een van de kerndoelen van basisonderwijs in Nederland). Het betreft echter alle vormen van voorlichting, educatie, burgerparticipatie en communicatie voor een algemeen publiek, waarbij het gaat om natuur, landschap, erfgoed, leefomgeving, milieu, leefbaarheid en duurzaamheid. Middelen hiertoe zijn: bezoekerscentra, (natuur- en milieu-)educatieve centra, natuur(historische)-musea, campagnes, websites, geprinte media, tentoonstellingen, excursies et cetera.

(Wikipedia, 2015)

Eigen invalshoekWijzelf denken dat buitenonderwijs niet persé alleen buiten plaats vind. Ook binnen het schoolgebouw kan je werken aan buitenonderwijs, je haalt de natuur naar binnen.Verder zijn wij het eens met Katho en natuurpedagoog Kees Both. In buitenonderwijs werk je met actieve buitenactiviteiten, omgevingsonderwijs en persoonlijke en sociale ontwikkeling. Een mooie gedacht vinden wij dat je met omgevingsonderwijs leert over de natuur en de rol van de mens daarin.

Op dit moment wordt er op veel scholen weinig tot geen aandacht besteed aan buitenonderwijs. In dit onderzoek hopen wij enkele ideeën te geven voor buitenonderwijs voor vrijeschool leerkrachten die de natuur in de periodes willen verwerken.

4

Page 5: childhoodinnordicperspective.files.wordpress.com  · Web viewEén van de redenen waarom een groen schoolplein wordt aangelegd is dat men verwacht dat op een groen schoolplein intensiever

ProbleemstellingDoelstellingDe doelstelling van het onderzoek is om er achter te komen hoe het Noorse schoolsysteem buitenonderwijs verwerkt in hun curriculum. In deze minor willen wij onderzoeken hoe je buitenonderwijs kan vormgeven en kan toepassen op het periode onderwijs in de Vrijeschool. Ook is voor ons nog niet helemaal duidelijk wat allemaal binnen de lijnen van Noors buitenonderwijs valt. Wij hopen deze kennis te vergaren in het theoretisch kader en tijdens ons verblijf in Noorwegen en Denemarken.

Eigen professionaliseringTijdens onze stages op vrijescholen hebben we gemerkt dat de natuur zich leent als een rijke leeromgeving. Wij denken echter dat de natuur nog niet genoeg geïntegreerd is in het vrijeschool onderwijs en dat de periodes zich hiervoor lenen. De natuur in Noorwegen is uitermate geschikt voor buitenonderwijs aangezien het land grotendeels uit ongerepte natuur bestaat. Door deze minor in Noorwegen te volgen komen wij eerst in aanraking met buitenonderwijs volgens het Noorse model dat wij ons daar eigen kunnen maken. Vervolgens kunnen wij die kennis individualiseren om het om te vormen naar passend Nederlands buitenonderwijs. Wij hopen dit later in onze eigen klas of zelfs op de hele school in te brengen. Wij denken dat buitenonderwijs in Nederland ook belangrijk is omdat je dan aangewezen wordt op je eigen krachten. De natuur is naar ons idee het fundament van de mens, alle oerprincipes zijn daar gecreëerd. Wanneer je als persoon een stevig fundament hebt kan van daaruit verder bouwen. Hier heb je de rest van je leven wat aan, je staat met beide benen op de aarde.

Bijdrage aan schoolontwikkelingTijdens ons verblijf in Noorwegen bezoeken wij scholen in Noorwegen maar dragen wij niks bij aan het onderwijs.

Onderzoeksvraag en deelvragenDe onderzoeksvraag voor dit onderzoek luidt:

Welke waargenomen vormen/elementen van Noors buitenonderwijs lenen zich voor periode uit het leerplan van de Vrijeschool?

Vanuit deze vraagstelling zijn de volgende deelvragen ontstaan:

1. Hoe ziet het Noorse buitenonderwijs eruit? 2. Welke vormen/elementen zijn aanwezig in het Noorse buitenonderwijs?3. Wat is periode onderwijs in de Vrijeschool?4. Welke periodes met betrekking tot buitenonderwijs worden er per klas gegeven?

In het literatuuronderzoek worden deelvraag 2 en 3 onderzocht en beantwoord. In het praktijkonderzoek wordt deelvraag 1 onderzocht en beantwoord.

5

Page 6: childhoodinnordicperspective.files.wordpress.com  · Web viewEén van de redenen waarom een groen schoolplein wordt aangelegd is dat men verwacht dat op een groen schoolplein intensiever

Conceptueel kaderWat wordt er verstaan onder buitenonderwijs?Buitenonderwijs kan kortweg gedefinieerd worden als ervaringsgericht leren in een buitenomgeving (Ardroy, 2014).Buiten wordt in deze context niet opgevat als een schoolplein of een speeltuin maar buiten in een minder afgebakend, geasfalteerd gebied zoals een park. In de meeste literatuur (Katho, 2014) wordt buitenonderwijs omschreven als een combinatie van verschillende factoren; actieve buitenactiviteiten, omgevingsonderwijs en persoonlijke en sociale ontwikkeling. Met omgevingsonderwijs wordt onderwijs bedoelt waarin geleerd wordt over de natuur en de rol van de mens daarin.Natuurpedagoog Kees Both verteld in een interview (Both, 2014) buitenonderwijs als volgt: “Buitenonderwijs is een heel breed begrip. In het buitenland wordt het ook wel outdoor learning en outdoor education genoemd. Buitenonderwijs betekend letterlijk buiten zijn. Het is als leren in een echte wereld. (…) Ik onderscheid eigenlijk drie vormen van leren; informeel leren vanuit het spel, het formele leren vanuit een lesprogramma en het nonformele leren vanuit de omgeving. Dit kan cultuur of natuur zijn. Buitenonderwijs kan een vorm of combinatie zijn van deze verschillende vormen van leren.” Met buitenonderwijs wordt dus letterlijk bedoeld; buiten onderwijzen; buiten leren, ervaren, beleven en letterlijk in aanraking komen met de omgeving.Er is een duidelijke tweedeling te onderscheiden in buitenonderwijs. Enerzijds kan buitenonderwijs bedoeld zijn om de natuur te leren kennen vanuit het hoofd, vanuit de cognitie. De weg die hierbij gegaan wordt is van feiten naar waarneming.Anderzijds kan buitenonderwijs bedoeld zijn om de natuur te beleven vanuit het gevoelsgebied. Met het gevoelsgebied wordt het gebied bedoeld waarbij de mens vanuit zijn gevoel de wereld benadert. Zintuiglijke prikkels komen op deze laag binnen. Deze ervaringen en waarnemingen kunnen uiteindelijk tot kennis worden.1

In dit hoofdstuk gaan wij per klas in op de inhoud van de periodes. Dit geven wij weer in een schema waardoor wij uiteindelijk gemakkelijk per onderdeel kunnen kijken waar er ruimte is voor buitenonderwijs. De vormen van buitenonderwijs voegen wij later in het schema toe bij de conclusie van de onderzoeksvraag.

klas 1 klas 2 klas 3TaalIn de belevingswereld van de eersteklasser passen bij uitstek de rijke beelden uit de klassieke volkssprookjes die centraal staan in de vertelstof. In de taalperiodes worden de letters aangeleerd. Bij het schrijven gaat de leerkracht uit van letterbeelden die vaak voortkomen uit de vertelstof. Zo ontstaat bijvoorbeeld “ de koningsletter”, de k, of de slangenletter: de s. Het schrijven is nauw verbonden met het spreken en luisteren. De motorische vaardigheden, nodig

Taal en toneelHet lopend schrift vervangt dit jaar de blokletters. Veel aandacht is er voor de juiste schrijfhouding en de pengreep. Ook worden dit jaar stappen gezet in het zelf stellen en het onder de knie krijgen van de eerste spellingsregels. Door het hele jaar heen, inclusief twee periodes tutorlezen met de vijfde klas, oefenen de kinderen het technisch lezen. Door gedichtjes, ritmische

TaalIn de taalperiodes wordt er druk geoefend met spelling en lezen. De leestekens worden behandeld en geoefend. Ook wordt eenvoudige grammatica behandeld (zelfstandige naamwoorden, bijvoeglijke naamwoorden en werkwoorden). De vulpen doet zijn intrede, vaak in een periode die het ontstaan en de ontwikkeling van het schrift behandelt. De kinderen oefenen het schrijven van verhaaltjes, aansluitend op de vertelstof. Het technisch lezen wordt zowel

1 Scriptie: Buitenonderwijs; vraag het de bomen, de dieren en de stenen door Daphne Bongers

6

Page 7: childhoodinnordicperspective.files.wordpress.com  · Web viewEén van de redenen waarom een groen schoolplein wordt aangelegd is dat men verwacht dat op een groen schoolplein intensiever

om te kunnen schrijven, worden o.a. versterkt door het vormtekenen. Ook wordt het spreken geoefend: spraakoefeningen, gedichten, kinderversjes en toneelspel. Het lezen volgt uit het schrijven. De kinderen lezen de letterbeelden en woorden van het bord en uit hun schrift. Ook lezen ze teksten van door hen gekende versjes van het bord. Eind eerste klas doen ook de leesboekjes hun intrede in de klas.

oefeningen, reciteren en toneelspel worden het spreken en de uitspraak ontwikkeld. In de toneelperiodes leren de kinderen hoe ze een verhaal door spel en gebaren kunnen ondersteunen en beleven. In de tweede klas is er meer gelegenheid voor kleine individuele stukjes tekst of andere bijdragen. (Periodeplan Vrije school Zoetermeer, 2013)

zelfstandig als in groepjes geoefend.

RekenenVoordat met het tellen en rekenen wordt begonnen, probeert de leerkracht eerst een verbinding met de getallenwereld te maken. Wat is eigenlijk één? Eén is misschien wel het grootste getal, want wat is zo bijzonder dat er maar één van is? God, de zon of.. IK ! Er wordt geteld, geordend en verdeeld met eikels of kastanjes, kralen, ballen of bonen. Er wordt geklapt en gestampt met handen en voeten. Vanuit het tellen worden ritmisch lopend de getallenreeksen van de eerste tafels van vermenigvuldiging geoefend. De Romeinse cijfers drukken het beeldkarakter van de getallen heel goed uit: I + II = III sluit goed aan bij het wezen van het tellen. Romeinse cijfers vormen de brug naar de abstracte, maar veel handzamere Arabische cijfers die wij gebruiken. Het rekenen gaat net als het overige onderwijs bij voorkeur uit van het geheel, om van daaruit naar de delen te kijken. Vanuit de verschillende manieren van verdelen leren de kinderen de vier hoofdbewerkingen: optellen, aftrekken, vermenigvuldigen en delen kennen. Dus steeds vanuit het doen naar de abstractie. (Vrije

RekenenIn de rekenperiodes leren de kinderen zich vrij te bewegen met de getallen door middel van de vier hoofdbewerkingen. Er wordt gerekend tot de 100. In de tweede klas worden de tafels van vermenigvuldiging geleerd en een deel daarvan geautomatiseerd. Steeds weer wordt vanuit het bewegen (het letterlijk “onder de knie krijgen” ) en vanuit de beleving naar de abstractie en het oefenen toegewerkt.

Rekenen In de rekenperiodes gaat het vooral om het goed dooroefenen en het automatiseren van het rekenen onder de 1000. Om goed zicht te krijgen op eenheden, tientallen en honderdtallen worden deze gelopen en gesprongen. Ook moeten de tafels van 1 t/m 12 worden gekend. In de derde klas komen tevens de wat moeilijker rekensommen uit het dagelijks leven aan bod, zoals rekenen met geld in winkels en het meten. Het eerste meten gaat uit van de menselijke maat: de duim, de el en de voet. De kinderen maken kennis met het positiestelstel dat gebruikt wordt voor het cijferend optellen en aftrekken. (Vrije school de Zonnewende, sd)

7

Page 8: childhoodinnordicperspective.files.wordpress.com  · Web viewEén van de redenen waarom een groen schoolplein wordt aangelegd is dat men verwacht dat op een groen schoolplein intensiever

school de Zonnewende, sd)

HeemkundeIn de eerste klas hebben de kinderen twee heemkundeperiodes, één in de herfst en één in de lente. De kinderen maken als het ware een verkenningstocht door de natuur, waardoor ze de omgeving en de tijd leren kennen. Aan de hand van verhalen, knutselwerkjes, liedjes, gedichtjes, tekeningen en wandelen worden de elementen van de herfst en de lente beleefd. (Periodeplan Vrije school Zoetermeer, 2013)

HeemkundeIn de periode heemkunde worden de kinderen gestimuleerd tot een bewustere en fantasievollere verbinding met de eigen omgeving. De aandacht voor planten, dieren en jaargetijden wordt verder uitgebreid. Vaak worden de seizoenen, maanden en de klok behandeld. (Vrije school de Zonnewende, sd)

HeemkundeIn de derde klas staan ambachtelijke werkzaamheden centraal in de heemkundeperiodes. De kinderen ervaren dat de mens afhankelijk is van de natuur en van het werk van andere mensen. Verschillende ambachten worden zelf uitgeprobeerd, zoals het brood bakken, papier, kaas of inkt maken. In de huizenbouwperiode worden diverse aspecten van wonen en bouwen belicht, door ervaren, bewegen en praktisch handelen: het ontdekken van metselverbanden, het leren kennen van diverse gereedschappen en het zelf maken van werkstukjes die met wonen en bouwen te maken hebben. (Periodeplan Vrije school Zoetermeer, 2013)

8

Page 9: childhoodinnordicperspective.files.wordpress.com  · Web viewEén van de redenen waarom een groen schoolplein wordt aangelegd is dat men verwacht dat op een groen schoolplein intensiever

klas 4 klas 5 klas 6Taal In de taalperiodes wordt het reciteren van de gedichten met het stafrijm (beginrijm) geoefend, ondersteund door beweging. De kinderen oefenen verder aan een goed leesbaar lopend handschrift. Bij het schrijven van de eigen verhalen en gedichten is er veel aandacht voor de vorm en inhoud. Ook beginnen we met het schrijven van brieven. De spellingsregels worden systematisch geoefend. In de grammatica komen alle woordsoorten aan de orde en worden de kinderen zich bewust van de verschillende tijden (de werkwoordsvormen). Naast het beoefenen van de leesvaardigheid, wordt er ook gewerkt aan het begrijpend lezen van meer informatieve teksten en houden de kinderen een eerste spreekbeurt.

Taal In de taalperiodes wordt het reciteren en lopen van de hexameter geoefend. De kinderen leren de directe en indirecte rede en de bedrijvende en passieve vorm onderscheiden. De vervoeging van de werkwoorden in de zes tijden, de spellingsregels en het toepassen van de leestekens, wordt veelvuldig geoefend. Ook is er veel aandacht voor het begrijpend lezen. Er wordt gewerkt aan een toneelstuk, waarin het gaat om het gezamenlijke sociale proces en het leren expressie te geven aan een individuele rol. (Periodeplan Vrije school Zoetermeer, 2013)

Taal Vanaf de zesde klas hebben kinderen voldoende abstractievermogen om de grammatica te begrijpen. De zinsbouw krijgt aandacht en taalkundige en redekundige ontleding worden geoefend. De werkwoordspelling blijft aandacht krijgen en ook komt de spelling van vreemde woorden aan bod. De kinderen leren de verschillen benoemen tussen diverse tekstsoorten en oefenen in het zelf schrijven ervan (gedichten, recensies, toneeldialogen, werkstukken, verslagen en het maken van aantekeningen). De klas oefent het spreken en breidt de woordenschat uit, aan de hand van spreekbeurten, toneeloefeningen en klassengesprekken.

Rekenen Het hoofdrekenen wordt verder uitgebreid. De kinderen oefenen om met grote getallen te rekenen en leren verschillende rekenstrategieën kennen. Bij het cijferen komen de standaardprocedures aan de orde. Een echt nieuw onderwerp dat aan bod komt, zijn de breuken. De één als geheel wordt op tal van manieren gedeeld en weer samengevoegd. Zo leren de kinderen de stambreuken kennen en later ook de andere breuken, ondersteund door concreet materiaal. Ook nieuw dit jaar is het meten. Vanuit concrete situaties en het doen leren de kinderen het metrieke stelsel kennen.

Rekenen Het meten in al haar aspecten; lengte, gewicht, inhoud, oppervlakte en omtrek, is onderwerp van de rekenperiodes. De wereld van de procenten wordt verkend en in relatie gebracht met breuken en kommagetallen. Het hoofdrekenen richt zich op handig rekenen en de kinderen leren cijferen met kommagetallen. (Periodeplan Vrije school Zoetermeer, 2013) De breuken worden uitgebreid met tiendelige breuken en getallen achter de komma. Ook het gedrevenen wordt bij de kommagetallen betrokken, het cijferen wordt geoefend aan grote getallen en er is aandacht voor het (praktisch) wegen en meten en uiteindelijk het metriek stelsel. (Vrije school deZonnewende, sd)

Rekenen De procenten, breuken en kommagetallen worden verder geoefend aan de hand van realistische vraagstukjes. De verhoudingstabel wordt veelvuldig toegepast. Ook worden er renteberekeningen gemaakt. Het hoofdrekenen richt zich op handig rekenen en het rekenen met zeer grote getallen. Bij het cijferen is er veel aandacht voor het cijferen met kommagetallen.

9

Page 10: childhoodinnordicperspective.files.wordpress.com  · Web viewEén van de redenen waarom een groen schoolplein wordt aangelegd is dat men verwacht dat op een groen schoolplein intensiever

Aardrijkskunde De aardrijkskunde in de vierde klas kent een aardrijkskundig en geschiedkundig aspect, uitgaande van de verbondenheid met de eigen woonomgeving. Het is een eerste oriëntatie in ruimte en tijd. De kinderen tekenen plattegronden en kaarten met de kenmerken van het landschap en leren de windrichtingen. Met aardrijkskunde komt het ingrijpen van de mens in de natuurlijke omgeving aan bod; dijkenbouw, ontginning en inpoldering. Met kaarttekenen, oriëntatie aan de windrichtingen en de topografie van Nederland wordt begonnen.

Aardrijkskunde In de aardrijkskundeperiodes gaat het in de vijfde klas om de verbinding met de mensen in de wereld. Aan de hand van de rivier de Rijn leren de kinderen over het stroomgebied van een rivier, de landbouw in de verschillende gebieden en de leefwijze van de mensen. In de economische aardrijkskunde leren zij over de herkomst van een product, het productieproces en welke mensen hier allemaal bij betrokken zijn. Ook wordt er een werkstukje over een zelfgekozen product gemaakt.

Aardrijkskunde De aarde wordt verkend als een levend organisme met zijn specifieke verschijnselen als aardbevingen, vulkanen, het ontstaan van bergen, nieuw land. De verschillen tussen kalk en graniet worden als exemplarisch voor verschillen tussen gesteentes behandeld. Daarnaast wordt ook meer specifiek naar verschillen tussen gesteentes, mineralen en edelstenen gezocht. Het ontstaan van gassen en olie en het verschijnsel erosie kan worden besproken. Het weer en het klimaat op aarde worden bestudeerd: de invloed van de zon, het dag- en nachtritme op polen en evenaar en dichter bij huis wind, wolken en temperatuur.

Mens- en dierkunde Vanuit het beeld van de veelzijdige mens komen de dieren aan bod in hun eenzijdigheid en specialiteit, klimmen, graven, rennen, vliegen etc. Steeds staat de bijzonderheid van het dier in relatie tot de mens centraal. De verschillende dieren worden ook geboetseerd, geschilderd en getekend. Zo leren de kinderen naar de verhoudingen te kijken en ontdekken zij de karakteristieke vorm van het dier. Ook wordt er zelfstandig een werkstukje over een dier gemaakt.

Plantkunde Wij maken in de plantkundeperiodes een gang door de verschillende stadia van het plantenrijk: Paddenstoel, algen, korstmos, mossen, varens, naaldbomen en de bloeiende planten. De planten rij wordt in verband gebracht met de ontwikkeling van de mens van geboorte tot volwassenheid. Ook wordt de bouw van de plant met wortel, stengel, blad en bloem onderzocht en wordt de samenhang met de vier elementen behandeld.

Natuurkunde De onderwerpen geluid, licht, warmte, magnetisme en statische elektriciteit worden behandeld. Er worden veel proeven gedaan waarmee de kinderen oefenen om goed waar te nemen, daarover na te denken en te beschrijven wat ze hebben gezien en gedaan. Van daaruit worden de algemenere conclusies en abstracte begrippen gevormd. (Periodeplan Vrije school Zoetermeer, 2013)

Geschiedenis Tijdens twee periodes worden de oude culturen : De oud-Indische, oud-Perzië, Egypte, Babylonië en Griekenland, behandeld. Het gaat hier vooral om de ontwikkelingslijn die in deze reeks zichtbaar wordt, om het beleven van de eigenheden van iedere periode en om het wekken van bewustzijn voor wat elke cultuur heeft bijgedragen aan de

Geschiedenis In twee periodes worden de geschiedenis van het Romeinse Rijk en de Middeleeuwen behandeld. Aan de orde komen de verhalen over de eerste koningen, de tijd van de consuls en de overgang naar het keizerrijk. De komst van het Christendom wordt daarbinnen een plaats gegeven. De kracht van de Romeinse cultuur en zijn invloed wordt beleefbaar

10

Page 11: childhoodinnordicperspective.files.wordpress.com  · Web viewEén van de redenen waarom een groen schoolplein wordt aangelegd is dat men verwacht dat op een groen schoolplein intensiever

ontwikkeling van de mensheid. De kinderen beleven de overgang van het ‘mythische’ naar het concrete denken. Zij maken een werkstuk over de leefwijze en cultuur van de Egyptische mens of van de oude Grieken. (Periodeplan Vrije school Zoetermeer, 2013)

gemaakt. Daarna komen de volksverhuizingen, de opkomst van de islam en de middeleeuwse cultuur aan de orde.

Meetkunde In de meetkunde wordt uitgegaan van de centrale rol van de cirkel. Daarbinnen worden de driehoek, vier- en zeshoek geconstrueerd. De soorten hoeken worden behandeld en de basisconstructies worden uitgewerkt en beschreven. De soorten driehoeken worden ontdekt en beschreven, evenals de soorten vierhoeken.

11

Page 12: childhoodinnordicperspective.files.wordpress.com  · Web viewEén van de redenen waarom een groen schoolplein wordt aangelegd is dat men verwacht dat op een groen schoolplein intensiever

GegevensverzamelingTijdens ons verblijf van drie maanden in Oslo voeren wij ons praktijkonderzoek uit. De meeste informatie voor ons onderzoek zullen wij vergaren tijdens de zowel theoretische als praktische lessen die binnen de minor vallen. De kennis die wij in deze lessen hebben opgedaan, zullen wij vastleggen in een verslag. Dit verslag gebruiken wij als basis voor het beantwoorden van de onderzoeksvragen. Daarnaast zijn wij van plan om leraren op Noorse basisscholen te interviewen met betrekking tot verschillende vormen van buitenonderwijs. Dit wordt gedaan doormiddel van een open vragenlijst. We willen op de scholen die we bezoeken tien interviews afleggen. Ook zullen wij de waargenomen vormen van het buitenonderwijs vastleggen in een verslag. Op deze manier kunnen wij daadwerkelijk nagaan welke vormen van buitenonderwijs in de praktijk worden toegepast.

Zodra wij de informatie in verslag leggen ordenen wij deze ondervonden informatie per klas. Elke periode heeft daarin een eigen hoofdstuk. Deze verslagen vormen de basis voor de uiteindelijke conclusie van de hoofdvraag.

Zo zullen wij gaande weg steeds meer informatie verzamelen waaruit wij uiteindelijk een selectie maken van vormen die in de periodes van het vrijeschoolonderwijs in Nederland toegepast kunnen worden. Het uiteindelijke resultaat zullen wij in een schema weergeven.

Uitvoerbaarheid en omvangHet grootste gedeelte van de te vergaren informatie over de natuureducatie valt binnen het programma van de minor. Naast de lessen is er voor ons tijd om de opgenomen kennis vast te leggen in een verslag. Zo zal dit verslag gaande weg groeien.Tijdens de dagen waarop wij naar de Noorse basisscholen gaan, grijpen wij onze kans om leraren te interviewen met de open vragenlijst. Wij zijn van plan om onze waarnemingen van buitenonderwijs gelijk in verslag vast te leggen bij terugkomst op de campus. Ook dit verslag zal gaande weg groeien.In totaal hebben wij twaalf weken de tijd om alle informatie te verzamelen en de resultaten te verwerken voor het onderzoek.

In dit onderzoek zijn verschillende mensen betrokken namelijk; leerkrachten op de Noorse basisschool, docenten van de University college of applied sciences van Oslo en wij zelf. Hierdoor ontwikkelen wij een betrouwbaar beeld van de verschillende aspecten van buitenonderwijs.

12

Page 13: childhoodinnordicperspective.files.wordpress.com  · Web viewEén van de redenen waarom een groen schoolplein wordt aangelegd is dat men verwacht dat op een groen schoolplein intensiever

Bibliografie(2014). Opgehaald van Ardroy: http://www.ardroy-oec.co.uk/schools/outdooreducation.asp

Both, K. (Uitvoerend artiest). (2014). 812_0021.

Carlgren, F. (1979). De vrije school, Erziehung zur Freiheit. (J. G. Baggerman, Vert.) Zeist: De IONA stichting, Amsterdam. In samenwerking met Uitgeverij Vrij Geestesleven, Zeist.

Katho. (2014). Opgehaald van http://www.katho.be/download/buitenonderwijs%20Dusseldorf%20-%20Jan%20Allegaert.pdf

Periodeplan Vrije school Zoetermeer. (2013, september). Zoetermeer, Nederland.

Schoolfacilities . (2013, Juli). Opgehaald van http://www.schoolfacilities.nl/schoolomgeving/groenvoorziening/3456-leerlingen-voelen-zich-het-best-op-een-schoolplein-dat-tot-uniek-spel-uitnodigt

Vrije school de Zonnewende. (sd). Opgehaald van http://www.vrijeschooldezonnewende.nl/56/onderwijs/werkwijze/leerplan/2/

Wikipedia. (2015, Januari 8). Opgehaald van https://nl.wikipedia.org/wiki/Natuur-_en_milieueducatie

Zwart, A., Verhage, K., & Kiefte, d. F. (2003). Ik zie rond in de wereld. Driebergen: Bond van de Vrije Scholen.

13