48
Curriculum Propedeuse |Semester 1 Fontys Hogeschool voor de kunsten, Academie voor beeldende kunst en vormgeving (ABV) 2015-2016 Cartoon van de Tilburgse cartoonist Gummbah

Fontys-ABV-Curriculum Propedeuse | Semester 1

  • Upload
    guus

  • View
    246

  • Download
    5

Embed Size (px)

DESCRIPTION

Hier zie je een overzicht van het jaarprogramma zoals dat in de propedeuse wordt aangeboden in het studiejaar 2015-2016, op basis van de studiegids. Per studie - voltijd of deeltijd - zie je vervolgens per vak en per domein wat je van een vak kunt verwachten en wat er van jou zal worden verwacht gedurende het eerste semester/periode. Vakbeschouwing is domein- en vakoverschrijdend en wordt alleen aan de voltijdstudie aangeboden.

Citation preview

Page 1: Fontys-ABV-Curriculum Propedeuse | Semester 1

Curriculum Propedeuse |Semester 1

Fontys Hogeschool voor de kunsten, Academie voor beeldende kunst en vormgeving (ABV) 2015-2016

Cartoon van de Tilburgse cartoonist Gummbah

Gu

mm

bah

, De

tijd

vlie

gt s

lech

t

Page 2: Fontys-ABV-Curriculum Propedeuse | Semester 1

propedeuse semester 1 2015 2016

2

Inhoudsopgave 1.Inleiding op het programma

2.Voltijd programma propedeuse - Praktijk 2d: Stijn Kriele en Wineke Gartz 3d: Ton van der Vleuten en Tim Breukers 4d: fotografie Martin Stoop en Mariska van Zutven 4d: film Guus Verschuur - Theorie der kunsten (Tdk) Christianne Niesten en Simone Rijs - Onderwijstheorie Vakdidactiek: Judith Boessen - Vakbeschouwing Kunstbeschouwing: Carolien Lassche Filosofie: Marinke Marcelis - COV (computer ondersteunend vormgeven): Fokke Müller

3.Deeltijd programma propedeuse

- Praktijk 2d: René Korten 3d: Ton van der Vleuten 4d: film Willem Aerts 4d: fotografie Mariska van Zutven - Theorie der kunsten Christianne Niesten - Onderwijstheorie Vakdidactiek: Mirjam Nelis en Renee Lievens - COV: Fokke Müller

Page 3: Fontys-ABV-Curriculum Propedeuse | Semester 1

propedeuse semester 1 2015 2016

2

Inleiding op het programma Hieronder zie je een overzicht van het jaarprogramma zoals dat in de propedeuse wordt aangeboden in het studiejaar 2015-2016, op basis van de studiegids. Per studie - voltijd of deeltijd - zie je vervolgens per vak en per domein wat je van een vak kunt verwachten en wat er van jou zal worden verwacht gedurende het eerste semester/periode. Vakbeschouwing is domein- en vakoverschrijdend en wordt alleen aan de voltijdstudie aangeboden. Het vak computervaardigheden is een ondersteunend vak voor m.n. de lessen 4d. Praktijkvakken Propedeuse voltijd en deeltijd Periode 1: Verschillende disciplines gaan in op het thema/onderzoek van “waarneming van de ruimte”. Periode 2: In deze periode staat de verbeelding van de ruimte centraal, waarbij verschillende invalshoeken vanuit de disciplines 2d, 3d en 4d behandeld worden. Onderwijstheorie Propedeuse voltijd Periode 1: Colleges: Onderzoek, bronnengebruik en leren reflecteren, communicatie: leren presenteren, de eigen mening formuleren, debatteren, taalvaardigheid ontwikkelen, recensie schrijven en presenteren en beoordelen van museumonderzoek. Zowel Pedagogiek/Psychologie/Onderwijskunde (PPO) als Vakdidactiek (VD): voorbereiding op het lesgeven. Periode 2: Oriënterende stage, sociale psychologie, communicatie: verdiepend programma presenteren en samenwerken, onderzoeken: kennismaking met onderwijsveld en observeren, deelname aan de beroepsoriënterende week. Onderwijstheorie Propedeuse deeltijd Periode 1: Vakdidactiek: voorbereiding op het lesgeven. Oriënterende stage gedurende het jaar. Vakbeschouwing Propedeuse voltijd Periode 1 en 2: doorlopend programma met de volgende onderdelen: kunstbeschouwing, filosofie en bronnenwand. Theorie der Kunsten Propedeuse deeltijd Periode 1: Hoor-en werkcolleges: Kunstbeschouwing: Morfologie, Iconografie, Semiotiek, tekstbegrip en onderzoek. Periode 2: Hoor-en werkcolleges: Kunstgeschiedenis: Oudheid tot Romaans. Theorie der Kunsten Propedeuse voltijd Periode 1: Hoor-en werkcolleges: Kunstgeschiedenis: Oudheid tot Romaans Periode 2: Hoor-en werkcolleges: Kunstgeschiedenis: Romaans tot en met de Renaissance. Er wordt een introductie gegeven op dans, muziek en theater vanuit een Fontysbreed programma. Extra informatie vind je op de portal van de ABV.

Page 4: Fontys-ABV-Curriculum Propedeuse | Semester 1

propedeuse semester 1 2015 2016

3

Praktijkvakken |VT 1

Ruimte Curriculum Propedeuse │ Semester 1

Page 5: Fontys-ABV-Curriculum Propedeuse | Semester 1

propedeuse semester 1 2015 2016

4

Docent: Wineke Gartz Vak: 2D Inhoud Hoe neem je ruimte waar? Hoe ervaar je ruimte. Wat is de plek die je inneemt. ‘Waar sta ik?’ Hoe kun je ruimte op het 2 dimensionale vlak suggereren, opbouwen, creëren, vormen? Wat is ruimte, fysiek maar ook mentaal? Ruimte komt op diverse manieren aan bod: binnen - buiten, landschap, stedelijk landschap en openbare ruimte, grenzen van ruimte, vorm, maat en schaal, vol en leeg, donker en licht, kleur, compositie, plaats- ruimte, tijd - ruimte, beweging- ruimte, choreografie. Tijdens de lessen worden korte en lange opdrachten en gegeven. Ook worden regelmatig kijk- en ervaringsoefeningen gegeven, klassikaal en in kleinere groepjes. Naast het bijhouden van een werkboek (bronnenboek) en bronnenwand is er regelmatig huiswerk. Er wordt relatie gelegd met de andere vakken 3D, fotografie en video t.a.v. van het gezamenlijke thema ‘ruimte’ Instructieve activiteiten - Instructies over het thema ‘ruimte’, inleiding en algemene uitleg over basisprincipes van perspectief en standpunt, diepte, donker en licht - Uitleg over hoe je het begrip ruimte zo open en vrij mogelijk kunt benaderen. Aanleren van een experimentele werkwijze bij het tekenen. Grondhouding. - Uitleg diverse tekenmaterialen, oefenen van motoriek, oog- hand-materiaal. - Uitleg verschillende onderzoeksbenaderingen: Hoe onderzoek ik via het materiaal. Hoe onderzoek ik via het vlak van het vel papier. Hoe onderzoek ik via het tekenen naar de waarneming, e.a. - Vertonen van voorbeelden en inspiratie ten aanzien van de opdracht: werk van kunstenaars, fotografen, architecten en uit relevante bronnen bijvoorbeeld uit de media, video’s en film, en van het internet. - Uitleg bij kijkoefeningen, waarnemingsoefeningen. Waarnemen via alle zintuigen en met het hele lijf. - Uitleg bij concentratie oefeningen. - Instructies opstarten van werkboek (dummy) en bijhouden van dit boek (ook wel: bronnenboek). Onderzoeksgerichte activiteiten (voor een deel van de studenten of een keuze) - Vertrouwd raken met het tekenmateriaal, de ruimte op het tekenvel, verbeteren motoriek, coördinatie oog- hand. Wat gebeurt er tussen hoofd – oog – hand? - Het zo ruim mogelijk leren onderzoeken van het thema ‘ruimte’ en de relatie tussen het 2 -dimensionale en 3- dimensionale; Het vergroten van het beeldend begrip over ruimte en de eigen plek, plaats, standpunt in de ruimte, zowel fysiek als mentaal. Waar sta ik? – Ik/wij en de ruimte- - Worden beelden en eigen ideeën voldoende bevraagd, onderzocht? Is er een open houding? - Leren verzamelen, associëren, onderzoek doen in de breedte - Leren concentreren. Hoe bewerkstelligt de student optimale concentratie voor zichzelf

Page 6: Fontys-ABV-Curriculum Propedeuse | Semester 1

propedeuse semester 1 2015 2016

5

Didactische accenten - Het beeldend leren onderzoeken van het begrip ‘ruimte’ op het platte vlak van het papier in relatie met het precieze waarnemen. - Leren concentreren en nauwkeurig waarnemen. - Leren van risico’s, toeval, fouten maken, belang van het proces. Worden beelden en eigen ideeën voldoende bevraagd, onderzocht? Is er een open houding? - De samenhang in het proces leren zien. - Het leren analyseren van en reflecteren op het eigen beeldend werk en proces. Leren verwoorden (mondeling en schriftelijk, met de nadruk op mondeling). - Groepsbesprekingen: Het leren analyseren van en reflecteren op het beeldend werk en proces van anderen. - Leren samenwerken. - Het opstarten en bijhouden van een bronnenboek- werkboek, ook als continue proces. Competenties A1, A2, B en E

Toetsing Korte en lange opdrachten in de lessen. Tussentijdse besprekingen, zowel individueel, in kleine groepjes als klassikaal . Huiswerkopdrachten. Bijhouden bronnenboek / werkboek. Beoordelingscriteria Eindbeoordeling / Domeinbeoordeling beeldende praktijk: - Via de getoonde (aantal) tekeningen/ beelden. Is er voldoende aan de opdrachten voldaan? - Via het beeldend proces: Heeft er een helder onderzoek plaatsgevonden t.a.v. het thema ‘ruimte’ in de omgang met materiaal, de waarneming en de eigen beelden? Is ‘ruimte’ via de waarneming voldoende onderzocht? Is het inzicht besef over het begrip ‘ruimte’ vergroot en verrijkt en heeft dit in voldoende nieuwe en eigen beelden geresulteerd? Heeft er verdieping plaatsgevonden, zijn er voldoende stappen gemaakt. - Kan het beeldend proces (werkproces) van de gehele periode voldoende worden overgebracht zowel via het meegebrachte werk als via de verbale uitleg van de student? - Is er voldoende vermogen tot analyse en reflectie op eigen proces en beelden. - Is het werk(bronnen)boek voldoende bijgehouden, hoe is er geëxperimenteerd, verzameld, hoe zijn bronnen gebruikt, hoe is een koppeling gemaakt met andere vakken, en met theorie en praktijk? Bronnen Tekenaars, beeldend kunstenaars, filosofen, schrijvers, wetenschappers, architecten, fotografen, film en videomakers, reclames, internet e.a. Zeer divers bronnenmateriaal met nadruk op kunstenaars die veel gebruik maken van tekenen.

Page 7: Fontys-ABV-Curriculum Propedeuse | Semester 1

propedeuse semester 1 2015 2016

6

Docent: Stijn Kriele Vak: 2D Inhoud Het komende semester ga je de wereld om je heen op een intensieve manier bestuderen. Kijken, tekenen, opnieuw kijken, bijstellen, kijken, schilderen… Net zo lang tot je daadwerkelijk vat weet te krijgen op je waargenomen onderwerp. Korte oefeningen en lange opdrachten wisselen elkaar af. Evenals het gebruik van diverse technieken. Daarnaast wordt er aandacht besteed aan kunstgeschiedenis, kunstenaars, teksten, films, korte excursies, etc. Instructieve activiteiten Materiaalkennis teken- en schildermateriaal, lineaire en tonale teken- en schildervaardigheid, invloed van materiaal op materiaal. (droog-nat; glad-stroef) Invloed van oog –hand. Ondergaan van de factor tijd Het ondergaan via waarnemen, verwerken, ontdekken, beïnvloeden, en het ondergaan van subjectieve waarden (het kunnen of het niet kunnen) Het open leren staan voor het onbekende, voor het nieuwe, gevoed door een brede visie en door een breed onderzoek aanbod. Zoektochten in de bibliotheek met betrekking tot het leggen van verbanden van het eigen onderzoek. Instructies mbt. tot diverse technieken. Uitleg over tekenmaterialen en dragers en het hanteren ervan. Onderzoek gerichte activiteiten (voor een deel van de studenten of een keuze) Beeld onderzoek naar aanleiding van het thema “ruimte”. 2 Dimensionaal onderzoek op welk en met welk middel dan ook: zichtbaar gemaakt met gebruikmaking van bronnenwand, beeldenbank, en waarbij zichtbaar is een onderzoekende, experimenterende en ontvankelijke houding, waar ook plaats is voor toeval en samenhang in onderzoek. Ontwikkelen van concentratie. De relatie tussen materiaal, vorm en techniek leren te herkennen. Daarnaast ook een open houding naar de samenhang tussen de aangeboden 2D, 3D en 4 D vakken. Didactische accenten Ideeën notatie in beelden. Groepsgewijze reflectie op en evaluatie van beeldende activiteit, leren het eigen en elkaars werk te bespreken op beeldende kwaliteit in relatie tot de opdracht. Competenties A1, A2, B en E Toetsing

Page 8: Fontys-ABV-Curriculum Propedeuse | Semester 1

propedeuse semester 1 2015 2016

7

'Verticale' presentatie(geen officiële toets) beeldende praktijk, feedback medestudenten en docenten; Eventueel vakbeoordelingen voorafgaand aan de domeinbeoordeling beeldende praktijk; Domeinbeoordelingen beeldende praktijk. Beoordelingscriteria Alle gebruikte informatie ed. moet uit het directe waarnemen voortkomen. Er moet sprake zijn van een helder onderzoek t.a.v. het materiaal en het beeld, d.w.z: het zoeken naar ‘leesbare’ beelden. Dit leidt tot het opslaan in het ‘beeldend geheugen’ met hergebruik en toespitsen van bijv. beeldopbouw/constructie en materiaaltoepassingen (beoefenen). Het onderzoek geschiedt in ‘extreme’ zin. Eigenheid en dus mogelijkheden van het materiaal worden in hun breedste zin onderzocht. Het onderzoek moet worden ondersteund en aangetoond door een kwantiteit aan getoonde beelden. Er moet sprake zijn van een onderzochte motoriek. De motoriek moet ten dienste staan van het beeld en het materiaal. Er is sprake van een efficiënt en leesbaar onderzoek. De student moet verbaal uitleg kunnen geven hoe hij te werk is gegaan t.a.v het onderzochte en de uiteindelijke beeldresultaten. Er is sprake van een beginnende professionele c.q. praktische werkhouding die af te lezen is aan het getoonde onderzoek. Verworvenheden of delen daarvan, worden zo nodig toegepast bij andere disciplines. Bronnen Alles kan gelden als je persoonlijke inspiratiebron. Daar wil ik dan ook graag over spreken met elke student. Maar ook zeer belangrijk vind ik het ontwikkelen van het besef van een kunsthistorisch kader waarbinnen je opereert. Dus het bezoeken van de mediatheek behoort tot een belangrijk onderdeel van je studie.

Page 9: Fontys-ABV-Curriculum Propedeuse | Semester 1

propedeuse semester 1 2015 2016

8

Docent: Ton van der Vleuten en Tim Breukers Vak: 3D Inhoud Dit eerste semester zal vooral een kennismaking met de ruimtelijke discipline zijn. Gestart wordt vanuit het onderzoekthema m.b.t. “waarneming van ruimte” Het ontstaan van ruimte: een materiaal onderzoek naar het ontstaan van beelden die ruimte afbakenen, omschrijven, begrenzen, verbeelden. Vanuit eenvoudige handelingen en strenge beperkingen, tot complexe handelingen in een breed kader. Alle basismaterialen komen aan bod. De opdrachten zijn kort (beginnend met 1 les per opdracht tot maximaal 2,3 lessen in de loop van het semester) en materiaal gebonden. Als we overstappen op een andere techniek / materiaal, wordt eerst een instructie behorende hierbij gegeven, zodat je weet wat je met het materiaal kunt doen. Instructieve activiteiten De volgende materialen komen aan bod. - papier / karton (vervormen, knippen verbinden) - metaal (vervormen, knippen verbinden) - klei (opbouwen in verschillende technieken) - hout (vervormen zagen verbinden) - textiele materialen (vervormen, verharden, verbinden opbouwen met textiele technieken) Onderzoek gerichte activiteiten Stapsgewijs laten ontstaan van beelden. Het herkennen van hun betekenis en kwaliteit, en het verbeteren van beelden. De relatie tussen materiaal, vorm en techniek. Later is het mogelijk om verschillende materialen en technieken, naar eigen voorkeur, met elkaar te combineren. Didactische accenten Het tonen van beeldmateriaal van beeldhouwers en vormgevers in boeken, alsmede het tonen van films die ter zake doende zijn, zoals gefilmde kunstenaarsportretten. Bijhouden en verslag leggen van werkprocessen in een dummy / werkboek, met behulp van schrijven, fotografie, tekenen of kopieën. Individueel bespreken en regelmatig groepsbesprekingen. Competenties A1, A2, B en E

Toetsing

- 'verticale' presentatie(geen officiële toets) beeldende praktijk, feedback medestudenten en docenten

- Eventueel vakbeoordelingen voorafgaande aan de domeinbeoordeling beeldende praktijk - domeinbeoordelingen beeldende praktijk

Beoordelingscriteria Gelet wordt op besef wat ruimtelijke vormgeving nu eigenlijk is. Kan er een ruimtelijk beeld gemaakt worden? Hoe is de ontwikkeling hiervan bij individuele student. Bronnen Dit kan van alles zijn. Afhankelijk van ontwikkelingen bij student en binnen de groep.

Page 10: Fontys-ABV-Curriculum Propedeuse | Semester 1

propedeuse semester 1 2015 2016

9

Docent: Martin Stoop Vak: 4D Fotografie Inhoud

Fotografie: Reportage

Maak een fotoreportage over een zelfgekozen onderwerp in zwartwit. Denk na over en neem een standpunt in m.b.t. het fenomeen “realiteit” en hoe reportagefotografie hier een rol in speelt. Oriënteer je m.b.t. het fenomeen manipulatie. Onderliggend doel van deze opdracht: previsualisatie. Werkwijze:

Ga op zoek naar een tijdschrift waarvan de inhoud en de fotografie je aanspreekt.

Kruip in de huid van de hoofdredacteur en schrijf een opdracht aan jezelf voor een reportage in zwartwit voor dit tijdschrift.

Denk hierbij aan omschrijving van de inhoud, de relatie met eventueel het te illustreren artikel, welke sfeer moet uitgestraald worden, doelgroep, aantal te plaatsen foto’s, de reden waarom de hoofdredacteur jou uitkiest voor deze reportage, etc.

Maak een tijdspad met: 1e voorstel, eventuele correcties, deadline.

Het is nadrukkelijk de bedoeling dat tussenstappen een aantal malen in de groep besproken worden (redaktievergadering).

Oriënteer je op reportagefotografen (waarvan het werk je aanspreekt).

Computer Ondersteund Vormgeven: De opdracht wordt aangevuld met een vervolgpublicatie in het COV programma. Instructieve activiteiten

Wat noodzakelijk is en waar behoefte aan is, afhankelijk van het proces / de inhoudelijke

ontwikkeling van de student. Klassikale instructie Adobe software, gebruik van de camera.

Onderzoeksgerichte activiteiten (voor een deel van de studenten of een keuze) Onderzoek naar:

realiteit

manipulatie

beeldtaal

communicatie van het beeld

Didactische accenten Wekelijks gezamenlijke werkbespreking en instructie.

Studenten becommentariëren elkaars werk. Verplicht bijhouden van werkproces in een dummy. Gezamenlijk bronmateriaal bespreken. Films en geluidsfragmenten gevolgd door discussie.

Page 11: Fontys-ABV-Curriculum Propedeuse | Semester 1

propedeuse semester 1 2015 2016

10

Competenties A1, A2, B en E Toetsing Na de herfstvakantie eerste presentatie met kwalificatie-indicatie. Half december vakbeoordeling. Beoordelingscriteria Persoonlijke invalshoek, zelfstandig werken, uitgebreidheid van het onderzoek, relatie materiaal / techniek / vorm / inhoud, technische realisatie, verslaglegging, inzichtelijkheid werkproces, begeleidbaarheid, betrokkenheid bij medestudenten, deelname aan discussies, , aanwezigheid en werkdiscipline. Bronnen Films over en boeken over (reportage)fotografen en kunstenaars met relevant werk.

Page 12: Fontys-ABV-Curriculum Propedeuse | Semester 1

propedeuse semester 1 2015 2016

11

Docent: Mariska van Zutven Vak: 4D Fotografie Inhoud 'En Route'. Het verdiepen en passeren als houding en fotografische keuze komen aan bod. Het onderzoeken, tegenkomen, bekijken, ontmoeten en niet weten waar je naar toe reist, ook in je fotografie zijn uitgangspunt van deze eerste periode. Je onderzoekt een route. Een route die gemakkelijk en op verschillende manieren kunnen bereizen. In die route ontmoeten je mensen, locaties, objecten, composities. Je kijkt, zoomt in en uit. Je onderzoekt in kleinere opdrachten. Een onderdeel van jouw reis werken je na een paar weken uit in een reeks waarin je de ervaring van de reis probeert over te brengen. Steeds meer komt de nadruk te liggen op de manier waarop je die ervaring fotografisch in beeld probeert te brengen. Instructieve activiteiten Presentaties over fotografen die zich met vergelijkbare thema’s hebben bezig gehouden, instructie cameratechniek, uitleg documentaire-strategieën. Onderzoeksgerichte activiteiten (voor een deel van de studenten of een keuze) En route in eigen directe omgeving. Beter kijken. Een safari in eigen directe omgeving. In de les passeren veel fotografen de revue die allemaal op de een of andere manier passant zijn in hun leven of reizen als houding. Verwerken van eigen beeld in beeldreeksen. Didactische accenten Bekijken fragmenten documentaires, bezoek Unseen fotofestival, bespreken eigen en andermans werk, analyseren beeldaspecten, werkbesprekingen: bespreken en bediscussiëren concepten en strategieën van elkaar en van de besproken fotografen. Competenties A1, A2, B en E Toetsing Aan het einde van deze periode presenteert de student 2 zines, een opdracht die betrekking heeft op het bezoek aan Unseen en een reeks van 10 foto’s. Presentatie afhankelijk van de door de student gekozen insteek. Beoordelingscriteria Ik beoordeel je onderzoeksvaardigheden: de mate waarin je in staat bent je onderwerp uitvoerig te onderzoeken met je camera en met je gedachten. Je experimenteert met je camera en met de verschillende manieren waarop je jouw onderwerp bekijken en benaderen kunt. Pas aan het einde trek je de noodzakelijke conclusies. Heb je lef? durf je te experimenteren? En ben je in staat om de juiste keuzes te maken voor je eindserie? Bronnen Sophie Calle, Martine stig, Vanessa van dam, Nan Goldin, Muybridge, Ryan Mcginley Mike Brodie, Elspeth Diederix, Bieke Depoorter. Ed van der Elsken, Walker Evans, Dorothea Lange, Lee Friedlander en meer. Archieven van fotomusea / foammagazine / www.photoq.nl

Page 13: Fontys-ABV-Curriculum Propedeuse | Semester 1

propedeuse semester 1 2015 2016

12

Docent: Guus Verschuur Vak: 4D Film/audiovisueel ontwerp

Inhoud Het thema ‘ruimte’ of ‘waarneming van ruimte in film’ definiëren aan de hand van een aantal vaste waardes locatie (waar), tijd (wanneer), gebeurtenis (wat). Dit geeft een conventionele inkijk in de wereld van film doordat de narratieve en chronologisch structuur bloot komt te liggen. Vanuit daar de focus verleggen naar andere vormen van film. Van speelfilm (Hollywood/Bollywood) naar arthouse om te eindigen bij audiovisuele kunst. In het 2e semester zullen we de focus ook wat meer richten op animatie en motion graphics. Instructieve activiteiten -Focus verleggen van conventionele speelfilm naar audiovisuele kunst -vooral in de breedte kennis laten maken met het vak film -klassikaal en/of individueel bespreken van werk -klassikaal les in FCP of Premiere (i.s.m. Fokke Müller) en after effects Onderzoeksgerichte activiteiten (voor een deel van de studenten of een keuze) -experimenteren met het vastleggen en creëren van beeld dmv verschillende technieken en media. -onderzoek naar de wijze en context van het presenteren van werk -gastles van o.a. Nienke Deutz over de betrekking van ruimte/omgeving in haar werk. Didactische accenten -het ontvangen en geven van gerichte feedback en feedforward -inzicht geven in werkproces -discussie over het vak aan de hand van door docent/student meegenomen fragmenten Competenties A1, A2, B en E

Toetsing -'verticale' presentatie (geen officiële toets) beeldende praktijk, feedback én feedforward medestudenten en docenten -Vakbeoordelingen voorafgaande aan de domeinbeoordeling beeldende praktijk -domeinbeoordelingen beeldende praktijk

Beoordelingscriteria Gelet wordt op besef wat audiovisuele vormgeving nu eigenlijk is, experiment en techniek. Hoe is de ontwikkeling hiervan bij individuele student. Bronnen Dit kan van alles zijn. Afhankelijk van ontwikkelingen bij student en binnen de groep. Wel wordt er verwacht dat de student zelf een actieve houding aanneemt. Inspiratiemateriaal wordt ofwel in klassikaal verband gedeeld/besproken ofwel via de facebookpagina: Fontys BKV Film URL: https://www.facebook.com/groups/1398987387042939/ Vimeo.com

Page 14: Fontys-ABV-Curriculum Propedeuse | Semester 1

propedeuse semester 1 2015 2016

13

youtube.com Domeinbeoordelingen Praktijkvakken Tijdens de domeinbeoordelingen worden de volgende competenties per vak beoordeeld waarbij de weging van elk praktijkvak even zwaar is. De namen van de praktijkdocenten die de beoordelingen zullen afnemen worden vooraf bekend gemaakt.

kwalificatie toelichting

comp. Omschrijving cijfer

A1

beeldende kwaliteit, proces en ontwikkeling

Elk vak weeg even zwaar.

A2

adequate toepassing materiaal en techniek, voldoende variatie

Elk vak weeg even zwaar.

B

reflectieve kwaliteiten t.a.v. eigen werk en dat van anderen (inclusief bronnen)

Elk vak weeg even zwaar.

E

interpersoonlijk functioneren in sociaal verband

Elk vak weeg even zwaar.

Te beoordelen competenties en gedragsindicatoren (uit: Overal ramen, zie portal ABV):

A1 CREËREND VERMOGEN 1 De student kan zelfstandig een beeldend proces op gang brengen, dit proces kwalitatief onderhouden en afronden. A1.1 je kunt – eventueel op aangeven van de docent – zelfstandig beeldend onderzoek verrichten A1.2 je laat een gevarieerde beeldenreeks zien A1.3 je verkent en herkent je eigen beeldende voorkeuren

A2 CREËREND VERMOGEN 2 De student creëert beelden in uiteenlopende disciplines en drukt de eigen beeldende visie uit met adequate middelen. A2.1 je kunt ideeën beeldend vertalen middels gekende materialen A2.2 je staat open voor andere verwerkingsmogelijkheden A2.3 je toont diversiteit in materiaal en techniek

B VERMOGEN tot REFLECTIE en ONTWIKKELING De student kan het eigen beeldend handelen, het kunsttheoretisch handelen, het pedagogisch en didactisch handelen beoordelen, in onderling verband hanteren, en zo nodig verbeteren. B.1 je kunt reflecteren op je eigen werk, hanteert bronnenmateriaal en toont een relatie daarmee in je beelden B.2 je gaat in op oriëntatie en onderzoeksvragen en je verwerkt nieuwe standpunten op zichtbare wijze B.3 je bent in staat tot het schrijven van een studieplan [persoonlijk ontwikkelingsplan] op basis van je beroepsperspectief en studievoorkeuren B.4 je stelt prioriteiten en verdeelt beschikbare tijd efficiënt voor jezelf

Page 15: Fontys-ABV-Curriculum Propedeuse | Semester 1

propedeuse semester 1 2015 2016

14

E INTERPERSOONLIJK VERMOGEN De student functioneert open en oprecht in een sociaal verband en je communiceert daarbij effectief. E.1 je houdt zichtbaar rekening met anderen E.2 je kunt je ideeën verwoorden voor anderen - je staat open voor andere meningen E.3 je kunt een verslag schrijven

Page 16: Fontys-ABV-Curriculum Propedeuse | Semester 1

propedeuse semester 1 2015 2016

15

Computervaardigheden │ VT1 Curriculum Propedeuse │ Semester 1

Docent: Fokke Müller Onderzoeksgebied/vakgebied: computervaardigheden propedeuse Inhoud Het vak computervaardigheden is een ondersteunend vak voor m.n. de vakken fotografie en film. In het eerste jaar zal de nadruk vooral liggen op het beheersen van de basis van filmbewerking (dmv het programma Adobe Première) en fotobewerking (d.m.v. het programma Photoshop) en het leren opmaken van een beeld- en tekstdocument in het programma Indesign. Instructieve activiteiten De nadruk zal liggen op klassikale instructies en eigen onderzoek. Didactische accenten klassikale instructies, individuele werkmomenten, eigen onderzoek, elkaar helpen. Toetsing Aangezien het vak ondersteunend is zal de toetsing vooral plaatsvinden tijdens de vakbeoordelingen van de 4d vakken. De opgedane kennis tijdens de instructies zal terug moeten komen in de kwaliteit van het te beoordelen werk bij de vakken fotografie en film. Vanuit het vak fotografie komt wel een specifieke collage opdracht waarin de opgedane Photoshopkennis getoetst kan worden. Deze opdracht wordt digitaal ingeleverd en als voldoende/onvoldoende beoordeeld (zie criteria) Beoordelingscriteria De beoordelingscriteria zijn vooral technisch van aard. Er wordt bijvoorbeeld gekeken of de student in staat is om een document aan te leveren in de juiste resolutie en formaat en of hij/zij in staat is de meest essentiële en geschikte gereedschappen te gebruiken in het programma. Er wordt daarbij beoordeeld op kwaliteit van uitvoering. (Hoe netjes is er gewerkt). Bronnen Bronnen voor het onder de knie krijgen van software zijn er in overvloed. Gebruikersfora op internet, Youtube, Vimeo, Adobe.com etc.

Page 17: Fontys-ABV-Curriculum Propedeuse | Semester 1

propedeuse semester 1 2015 2016

16

Theorie der Kunsten │ VT1 Curriculum Propedeuse │ Semester 1

Page 18: Fontys-ABV-Curriculum Propedeuse | Semester 1

propedeuse semester 1 2015 2016

17

Docenten: Christianne Niesten hoorcolleges werkcolleges Christianne Niesten en Simone Rijs Vak: Kunstgeschiedenis Inhoud Overzicht van de kunstgeschiedenis met cultuurhistorische accenten : Van Prehistorie tot Barok. Aanbrengen en verbreden van de kennis ten gunste van het docentschap/ kunsteducatie. Aanmeten van een referentiekader ten gunste van het praktijkvak. Instructieve activiteiten Hoorcolleges, vervaardigen van dictaat, individuele tijdlijn maken n.a.v. hoorcolleges. Werkopdrachten in het werkcollege. Onderzoeksgerichte activiteiten - informatiebronnen traceren, raadplegen en interpreteren. z- Aanbrengen van de essentiële inhoud in de tijdlijn, - schriftelijke verslaglegging in correct Nederlands. Didactische accenten Hoorcolleges. Individueel vervaardigde tijdlijn. Werkcolleges met werkopdrachten Interactiecolleges of responsiecolleges beogen. Studenten te stimuleren om actief het studiemateriaal te verwerken. Dit gebeurt door de studenten te vragen het college voor te bereiden en door tijdens het werkcollege het bestudeerde materiaal gestructureerd te behandelen aan de hand van een vraaggesprek. Responsiecolleges hebben een ‘actiever’ karakter dan hoorcolleges. Gedurende het jaar aangeboden dagexcursies en museumbezoek. Uitgangspunten

- beheersen van kennis over verschillende stijlperiodes, op basis van colleges, raadplegen van beeldende en literaire bronnen;

- kunstgeschiedenis van prehistorie tot barok; - toepassen van theoretisch onderzoekstraject.

Competenties A3.1, A3.2, A3.3. B

G.1 en G.2 Toetsing Toetsvorm

- schriftelijk tentamen; - schriftelijk verslaglegging in werkstukken (in groepsverband en individueel) in het werkcollege

Page 19: Fontys-ABV-Curriculum Propedeuse | Semester 1

propedeuse semester 1 2015 2016

18

- samenvatting maken van teksten - studievragen kunnen beantwoorden. Beoordelingscriteria Toetsvorm :schriftelijk tentamen: het correcte antwoord geven op inzichtelijke vragen m.b.v. tijdlijn, Domeinbeoordeling : Tentamen 2x, en werkopdracht(en) werkcollege 1 X= eindcijfer A3

B: reflectie in tentamen en tijdlijn,

- hoofd van bijzaken scheiden vanuit teksten

- goede beheersing Nederlandse taal en Engelse tekst kunnen analyseren, in correct Nederlands zich schriftelijk kunnen uitdrukken.

G: raadplegen van correcte informatiebronnen - je geeft blijk van een onderzoekende houding, en kunt daarbij een relevante bronnenverzameling aanleggen - je kunt kunstwerken plaatsen in de tijd, en toont daarbij inzicht in de samenhang tussen de kunstwerken van de behandelde perioden - de hoeveelheid verworven literatuur en het aantal zelfstandig bezochte tentoonstellingen.

Bronnen Honour, H. & Fleming, J., Algemene Kunstgeschiedenis, Uitgeverij Meulenhoff heruitgave 2009, ISBN10 9029662190 / ISBN13 9789029085175 Laarhoven, J. van, Van prehistorisch tot postmodern, Sun 1994, ISBN10 9061683858 / ISBN13 97890683858 Door docent aangereikte literatuur

Page 20: Fontys-ABV-Curriculum Propedeuse | Semester 1

propedeuse semester 1 2015 2016

19

Onderwijstheorie │ VT1 Curriculum propedeuse │ Semester 1

Page 21: Fontys-ABV-Curriculum Propedeuse | Semester 1

propedeuse semester 1 2015 2016

20

Docent: Judith Boessen Vak: Vakdidactiek

Inhoud Bronnenonderzoek: vakliteratuur, communities, kunst en cultuureducatie, museumeducatie;

Presentatie en communicatievaardigheden;

Basisbegrippen (6 sleutelbegrippen) voor het leren lesgeven;

Lesvoorbereiding maken en presenteren (visueel) lesmateriaal; Evalueren en reflecteren. Instructieve activiteiten Algemeen: plenaire uitleg over, en directe instructie behorende bij alle opdrachten (zie ook

lesbrieven).

Instructie bronnenbank: bestuderen en selecteren van kwalitatief goed bronmateriaal, hoe pak je

dat aan?

Instructie en demonstratie presentatievaardigheden en non verbale communicatie.

Inleiding en instructie ‘ontwerpen van lessen beeldend?’

Instructie en demonstratie (digitale) leermiddelen ontwikkelen. Onderzoeksgerichte activiteiten (voor een deel van de studenten of een keuze): Aanleggen van een individuele bronnenbank, verzamelen diverse soorten bronnen, selecteren,

analyseren en beoordelen, eigen mening geven en deze onderbouwen.

Onderzoek communicatiestijl voor de klas.

Onderzoek museumeducatie en publieksbegeleiding.

Bestuderen van de theorie over de opbouw van een les beeldend voor leerlingen.

Het ontwerpen van lessen (lesvoorbereiding) en lesmateriaal voor docent en leerlingen. Lesvoorbereiding en lesmateriaal, in de vorm van een directe instructie presenteren aan de klas. Reflecteren op doorlopen leerproces en het formuleren van verbeterpunten. Didactische accenten: De leerstof/ de opdrachten worden steeds klassikaal en interactief aangeboden waarna er in, en

buiten, de lessen zelfstandig aan gewerkt wordt. Naast groepsopdrachten werken studenten

individueel aan hun competentieontwikkeling en tonen zij de resultaten van hun onderzoek, en het

doorlopen leerproces in hun portfolio, en bij pitches en presentaties.

Terugkerende cyclus van aanbod/ onderzoek/ proces/ verwerken/ keuzes maken/ presenteren/ reflecteren en evalueren. Competenties: B, C, D, E en F (stage) Competenties en gedragsindicatoren voor dit semester:

B reflectief vermogen

Page 22: Fontys-ABV-Curriculum Propedeuse | Semester 1

propedeuse semester 1 2015 2016

21

D didactisch vermogen

E interpersoonlijk vermogen Toetsing: - weblog maken

- digitaal portfolio OT Vakdidactiek, met schriftelijke verwerking van alle opdrachten op weblog

- 80% aanwezigheid, en het op tijd en compleet aanleveren van het portfolio Vakdidactiek - herkansing wk 2 januari 2016. Beoordelingscriteria: - zie ook competenties en gedragsindicatoren hierboven;

- kwaliteit schriftelijke verwerking van de opdrachten en het leerproces in het portfolio (inhoud);

- kwaliteit en diepgang van de bronnenbank, leermiddelen en lesvoorbereidingen;

- presentatie en communicatievaardigheden;

- beheersing van de Nederlandse taal, spelling en zinsopbouw;

- actieve participatie in groepsoopdrachten, overlegmomenten, intervisie, evaluatie en reflectie

- 80% aanwezigheid, en het op tijd en compleet inleveren van het portfolio vakdidactiek. Bronnen: - Boek ‘Effectief leren, basisboek’ van S.Ebbens en S.Ettekoven;

- Tijdschrift ‘Kunstzone’, voor Kunst en Cultuur in het onderwijs. http://kunstzone.nl/

- VONKC, vereniging onderwijs Kunst & Cultuur http://www.vonkc.nl/

- website/ platform voor en door leraren www.leraar24.nl

- website cultuureducatie LKCA www.LKCA.nl

- http://www.kunstcontext.com/index1.htm over de legitimatie van het vak CKV en Kunst Beeldend

- Stichting Leerplan Ontwikkeling http://www.slo.nl/

- zie ook Bronnenlijst Vakdidactiek

- zie lesbrieven per opdracht op de portal

- Mediatheek Hogeschool voor de Kunsten.

Page 23: Fontys-ABV-Curriculum Propedeuse | Semester 1

propedeuse semester 1 2015 2016

22

Domeinbeoordeling Onderwijstheorie:

B

reflectieve kwaliteiten t.a.v. eigen werk en dat van anderen (inclusief bronnen)

Vakdidactiek:

Reflectie op leerproces (1)

Bronnenonderzoek (1)

PPO:

Reflectie opdracht basisschool (1)

C

pedagogische houding en inzicht

PPO:

Opdracht basisschool (1)

D

didactische vaardigheden Vakdidactiek:

Presentatievaardigheden (1)

Ontwerp les en leermiddelen (1)

PPO:

Opdracht basisschool (1)

E

interpersoonlijk functioneren in sociaal verband

Vakdidactiek:

Communicatievaardigheden (1)

Verslaglegging alle opdrachten (2)

Participatie (1)

F

vermogen tot samenwerking

alleen beoordelen indien beoordelingscriterium in dit semester

Nvt dit semester

Page 24: Fontys-ABV-Curriculum Propedeuse | Semester 1

propedeuse semester 1 2015 2016

23

Vakbeschouwing|VT 1

Domein- en vakoverschrijdend Curriculum Propedeuse │ Semester 1

Page 25: Fontys-ABV-Curriculum Propedeuse | Semester 1

propedeuse semester 1 2015 2016

24

De module vakbeschouwing is domein-en vakoverschrijdend en wordt gegeven door Carolien Lassche en Marinke Marcelis Docent: Carolien Lassche Vak: Kunstbeschouwing Inhoud Welke kennis hebben toekomstige docenten nodig voor een meer gedifferentieerde vorm van beschouwing? Cruciaal is het besef dat beeldende middelen verbonden moeten worden met een bepaalde kunstopvatting (mimetisch, modernistisch, conceptueel etc.). Aan de hand van concrete voorbeelden wordt uitgelegd hoe inhoud, kunstopvatting en artistieke problemen uit verschillende periodes worden ‘vertaald’ in vormgeving. Centraal daarbij staat: vanuit welke vertrekpunten kun je de kunsten benaderen? Hierbij gaan we vooral uit van het beschouwen met thema’s als: globalisering cultureel perspectief, materiaal en ruimte. Kunstbeschouwing en historische kennis moeten uiteindelijk samen tot inzicht leiden. De student leert bij verschillende kunstwerken relevante vragen te stellen. Instructieve activiteiten Hoorcolleges, het vervaardigen van dictaat, referaten en werkopdrachten in het werkcollege Onderzoeksgerichte activiteiten (voor een deel van de studenten of een keuze) - informatiebronnen traceren, raadplegen en interpreteren. - mondelinge presentatie met schriftelijke verslaglegging in correct Nederlands Didactische accenten De docent begint sturend, om daarna de student ook zelfstandig aan het werk te zetten met gerichte opdrachten. Werkcolleges met werkopdrachten daarnaast Interactiecolleges of responsiecolleges deze beogen de studenten te stimuleren om actief het studiemateriaal te verwerken. Dit gebeurt door de studenten te vragen het college voor te bereiden en door tijdens het werkcollege het bestudeerde materiaal gestructureerd te behandelen aan de hand van een vraaggesprek. Responsiecolleges hebben een ‘actiever’ karakter dan hoorcolleges. Gedurende het jaar aangeboden dagexcursies en museumbezoek. Uitgangspunten - kunnen hanteren van benaderingswijzen zoals de kunstbeschouwing, iconografie en semiotiek; - toepassen van theoretisch onderzoekstraject; - kunnen reflecteren zowel mondeling als schriftelijk. Competenties B. Reflectief vermogen De student kan het eigen beeldend handelen, het kunsttheoretisch handelen en het pedagogisch/didactisch handelen beoordelen, in onderling verband hanteren en zo nodig verbeteren

Page 26: Fontys-ABV-Curriculum Propedeuse | Semester 1

propedeuse semester 1 2015 2016

25

B.2 je gaat in op oriëntatie en onderzoeksvragen en je verwerkt nieuwe standpunten op zichtbare wijze- presentatie waarin reflectie op eigen onderzoek, zowel inhoudelijk als procesmatig, een plaats heeft. E. Interpersoonlijk vermogen De student functioneert open en oprecht in een sociaal verband en communiceert daarbij effectief E.3 je kunt een verslag schrijven en stelt je begeleidbaar op Toetsing Referaat met schriftelijke verslaglegging, data inleveren wordt nader bekend gemaakt. Beoordelingscriteria Domeinbeoordeling : referaat werkopdracht(en) werkcollege TdK 3 X= eindcijfer B en G, E gebaseerd op overkoepelend curriculum B: reflectie in tentamen en tijdlijn, - hoofd van bijzaken scheiden vanuit teksten - goede beheersing Nederlandse taal en Engelse tekst kunnen analyseren, in correct Nederlands zich schriftelijk kunnen uitdrukken E: - eigen inzet in onderzoek en werkcollege G: raadplegen van correcte informatiebronnen - je geeft blijk van een onderzoekende houding, en kunt daarbij een relevante bronnenverzameling aanleggen - je kunt kunstwerken plaatsen in de tijd, en toont daarbij inzicht in de samenhang tussen de kunstwerken van de behandelde perioden - de hoeveelheid verworven literatuur en het aantal zelfstandig bezochte tentoonstellingen. Data NTB Bronnen Braembussche, A.A. van den, Denken over kunst, Een inleiding in de kunstfilosofie, 2007 Boon, M. Filosofie van het kijken, kunst in een ander perspectief, 2009, Uitgeverij Lemniscaat Locher, H, Stilstaan bij wat zichtbaar is : vier teksten over inhoud, vorm en functie bij het bekijken van kunst, Zwolle, Waanders, 2006 Visser, A. de, Hardop kijken, Boom/SUN, Amsterdam , 1986 en latere drukken.

Page 27: Fontys-ABV-Curriculum Propedeuse | Semester 1

propedeuse semester 1 2015 2016

26

Docent: Marinke Marcelis Vak: Inleiding in de filosofie

Inhoud Op basis waarvan kan ik nu zeggen dat een kunstwerk goed is of juist niet? Als student kun je je vast vaak in het oordeel van je docent vinden, ook al baal je soms van de uitslag. Maar soms is dat niet het geval, dan begrijp je de uitslag niet. En het blijkt dan nog niet zo gemakkelijk om te verklaren of uit te leggen waar hem dat nu in zit: is het je gebrek aan ervaring of vind je dat het niet klopt in de vergelijking met wat je mede studenten aan oordeel hebben ontvangen? Of denk je echt dat de docent het niet bij het juiste eind heeft? En op grond waarvan dan? In de kunst en als docent in de kunsten krijg je te maken met de subjectiviteit die aan het vak ten grondslag ligt. Tegelijkertijd kun je niet ontkomen aan de systemen waaraan kunstinstituten onderhevig zijn, of dat nu het schoolsysteem is, het subsidiesysteem of het systeem van de vrije markt. Als je kunst wilt vertalen naar systemen dan lijken er wetten te gelden, maar die lijken nooit zo eenduidig als in de wiskunde of in een computertaal. Er is steeds sprake van een menselijke maat in de kunst. Dat is geen zwaktebod maar juist haar kracht. Zo heeft Michel de Montaigne het over het belang van (Renaissance) Humanisme. Het menselijke koppelt hij direct aan voor hem bij uitstek humane zaken als geschiedenis, poëzie, ethiek en retoriek. Hij trekt daarbij steeds opnieuw in twijfel wat hij dacht te weten, terwijl hij anderzijds menselijkheid hoog in het vaandel draagt. Maar hoe kun je nu betwijfelen wat het verschil is tussen goed en kwaad, of zo’n verschil überhaupt bestaat, terwijl je het goede wilt nastreven? Je wordt elke dag weer gedwongen – alleen al door het verstrijken van de tijd - om oordelen te vellen: je moet kiezen, want ook niet kiezen is kiezen, wat kies je wel en wat niet? Ook in de kunst ontkom je er niet aan, de vraag is dan: hoe ga je daar mee om, waar laat je je oordeel vanaf hangen? We behandelen tijdens dit blok de inleiding en hoofdstuk 1 van het boek ‘Erfenissen van de Verlichting’, van Renée Boomkens. De periode van de Verlichting is een sleutelmoment te noemen als het gaat om ons hedendaagse denken over kunst. We starten net even voor de Verlichting bij de Renaissancedenker Michel de Montaigne. Instructieve activiteiten Hoorcolleges, lezen van de voorgeschreven lesstof, het schrijven van essays en het maken en geven van een presentatie, actief bijdragen aan discussies. Onderzoeksgerichte activiteiten Het onderzoek start bij Montaigne, hoe kwam hij tot kennis? Wat verstaat hij onder de term essay? Hoe kom je zelf tot kennis? En wat is de waarde van die kennis dan? Doel is: kritisch leren denken d.m.v. het leren stellen van vragen m.b.t. kunstenaarspraktijk/docentschap in relatie tot de kunst- en cultuurfilosofische traditie. Didactische accenten We zullen verschillende werkvormen aanwenden. We zullen met elkaar in gesprek gaan (wat weet je al van filosofie? Wat wil je graag leren?), klassikaal discussie voeren. Er zullen hoorcolleges zijn en er zal je worden gevraagd een essay te schrijven dat je door het jaar heen steeds bijstelt.

Page 28: Fontys-ABV-Curriculum Propedeuse | Semester 1

propedeuse semester 1 2015 2016

27

Competenties B, E en G Toetsing In deze periode schrijf je drie essays in reactie op steeds dezelfde vraag: Op basis waarvan beoordeel ik een kunstwerk? Tussentijds ontvang je schriftelijk feedback om zo je essay aan te kunnen scherpen. Uiteindelijk lever je de essays allemaal tegelijk. Voor je eindessay ontvang je een cijfer waarbij ook de ontwikkeling van het essay door het jaar heen wordt meegewogen. Na essay 1: zichtbare verkenning van eigen gedachten n.a.v. de vraag: op basis waarvan beoordeel ik een kunstwerk? Mag nog volledig subjectief zijn. Na essay 2: Student onderzoekt eigen aannames. Waar baseer ik mijn oordeel eigenlijk op? Is er sprake van een objectieve grond? Lesstof dient hierna nog eens te worden bestudeerd. Na essay 3: student maakt koppelingen met aangeboden lesstof (colleges geven een korte inleiding op de erfenissen van de Verlichting). Student gaat kritisch na waar zijn of haar oordeel over kunst - na afloop van een jaar studie en de lessen vakbeschouwing – op gebaseerd is. Is je visie veranderd? Wat weet je nu over de verhouding subjectiviteit (jouw mening) en objectiviteit (een mogelijke grond/meetlat waarlangs je een oordeel kunt vellen). Beoordelingscriteria B: reflectieve kwaliteiten t.a.v. eigen werk en dat van anderen (inclusief bronnen):

eigenheid in het essayistische onderzoek en de presentatie (noodzakelijkheid van het onderzoek);

juiste interpretatie filosofische teksten (zorgvuldigheid);

opbouw tekst (hoofdvraag - argumentatie - conclusie) + goede beheersing Nederlandse taal in schrift en Engelse tekst kunnen analyseren;

implementatie leerdoel (-en), zie boven. E:Interpersoonlijk vermogen:

- betrokkenheid tijdens de lessen en in de voorbereiding op de les. G: gerichtheid op cultuurverschijnselen in de eigen omgeving:

implementatie leerdoel (-en): inzicht verwerven in (mogelijke) rol van de kunstenaar/ kunstvakdocent (autonomie staat dus ter discussie) anno 2014; als er een bepaalde autonomie kan bestaan, wat is dan de waarde daarvan binnen het onderwijs en breder, binnen de samenleving?; kunnen nadenken over de (mogelijke) rol van kunst vandaag de dag binnen het kunstonderwijs en binnen de maatschappij; onderscheid subjectiviteit-objectiviteit verhelderen; leren schrijven, denken en presenteren in relatie tot de rol die je in de toekomst in zou willen nemen.

Bronnen Verplichte Lesstof: Boomkes, R., Erfenissen van de Verlichting, Boom Amsterdam, 2011, Inleiding + hoofdstuk 1. Osborne, R, Art Theory for Beginners, London 2006, pp. 1-17, 58-71-158-164 Overige bronnen: Michel de Montaigne, Essays, Boom 1993. Peter Burke, Montaigne, Oxford University Press 1981, 1994 (Nederlandse vertaling van uitgeverij Lemniscaat). Joep Dohmen en Maarten van Buuren, De prijs van de vrijheid, Ambo 2011

Page 29: Fontys-ABV-Curriculum Propedeuse | Semester 1

propedeuse semester 1 2015 2016

28

Docent: Marinke Marcelis Vak: Praktijk ‘Beeldenwand/Playlab’ Inhoud Deze opdracht is gemaakt door beeldend kunstenaar (en voormalig ABV-docent) Hans de Wit. Uitgangspunt voor deze opdracht vormt de tekst ‘Beelden’ van kunstenaar Peter Doig, die tijdens de eerste les wordt gepresenteerd. Opdracht: Neem een confronterend beeld of een combinatie van beelden uit je beeldenwand. (De keuze voor een beeld of combinatie van beelden, wordt niet alleen bepaald door je visuele maar ook mentale verhouding die je met de beelden hebt. Dit kan dus vanuit een esthetische keuze zijn, vanuit een afkeer of vanuit het juist geen mening hebben. Het kunnen particuliere beelden zijn zoals familie of relationeel, maar er kan natuurlijk ook uit meer universele beelden gekozen worden (engagement zoals mode, sport, religie, vormgeving, politiek, maatschappelijk). Een combinatie van deze twee als tegenstelling is ook mogelijk: particulier <--- >universeel] Proces

- Maak n.a.v. de tekst van Peter Doig een keuze uit een aantal beelden uit je beeldenwand. - Zoek gegevens omtrent deze beelden en hun context. Maak notities, doe metingen d.m.v.

tekenen, drukken, fotograferen, construeren, fotograferen. - Onderzoek d.m.v. variëteit in standpunt, letterlijk en figuurlijk. - Start vanuit tweedimensionaal, optioneel discipline overstijgend (waarbij de inhoud

leidend is voor de vorm), Instructieve activiteiten Onderzoek welke invloed je onderzoek heeft op de beeldenwand; dus wat is het effect van die verslaggeving (= werkvorm). De opdracht is bedoeld als een aanzet tot en continuering van:

- het visueel aanwezig zijn van een beeldende studie in zijn of haar omgeving (=visuele confrontatie);

- het creëren van een noodzakelijke voedingsbodem voor de héle vier–jarige beeldende studie; - het ontwikkelen en bevragen van het actueel beeldend bewustzijn bij de student tijdens de

studie; - de positiebepaling van een (ver)beeldende student in de concrete wereld zowel binnen als

buiten de studie; - het leggen van verbanden tussen de verschillende beeldende- maar ook andere

disciplines; - het zich wapenen tegen een (onverwachte of gecreëerde) afwezige inspiratie; - het voortdurend beoefenen van het verbeelden en het fluctueren daarvan leren hanteren; - het verwoorden van het continue reflectieve aspect tussen de zintuigen en de wereld; - verbale maar ook beeldende verbanden en accentverschillen leren zien tussen de 3

verschillende domeinen (praktijk, kunsttheorie en onderwijstheorie) van deze studie; - het onderzoeken van de relatie tussen de reguliere opdrachten en deze opdracht; - deze opdracht hanteren als basale overkoepelende werkvorm;

Page 30: Fontys-ABV-Curriculum Propedeuse | Semester 1

propedeuse semester 1 2015 2016

29

- het leren 'bestormen', hanteren en ontwikkelen van een werkvorm, met als gevolg een constante wisselwerking tussen overweging en beoordeling, zowel in particuliere als algemene zin;

- het leren omgaan met het belang én de relatieve 'duur' van een beeld. Onderzoeksgerichte activiteiten Beeldonderzoek in de vrije ruimte. De opzet van deze opdracht is bedoeld om propedeusestudenten, naast de regulier gegeven opdrachten, te confronteren met een onderzoeksmethodiek die enerzijds overkoepelend kan werken ‘over de verschillende disciplines heen’, en dus een voedingsbodem kan opleveren voor een verder studieverloop, en anderzijds een ‘aan den lijve’ ervaren wat het (ver)werken van ‘eigen’ gekozen beelden kan betekenen. Dit laatste uit zich in een letterlijk fysiek aanwezige beeldenwand in de directe leefomgeving (van de student) waarbij er een voortdurende (wisselende) confrontatie is met beeld in de breedste zin van het woord (naast de bekende dummy). In de les wordt aan de student gevraagd een keuze te maken uit de aanwezige beelden en via onderzoek en verwerking te komen tot groter inzicht in authenticiteit en (evt. filosofische) bespiegeling (reflectie). Didactische accenten De rol van de begeleider is gelegen in het stellen van (binnen de context) relevante vragen, zodat een student leert de reeds in zichzelf aanwezige potentie (namelijk om zichzelf relevante vragen te leren stellen) naar boven moeten halen. In de propedeuse wordt met deze vorm van overkoepelend onderzoek gestart om een betere samenhang tussen de verschillende domeinen en haar vormen van (kritische) reflectie (praktisch/filosofisch/kunsttheoretisch/onderwijstheoretisch) aan te leren wenden om op deze manier je eigen beeldtaal, beeldonderzoek en –productie als toekomstig docent in de kunsten te leren (ver-)kennen en steeds ook weer bij te stellen om deze uiteindelijk in de beroepspraktijk te kunnen extrapoleren. Competenties Beeldend: A1, A2, B en E

Toetsing Ontwikkeling in beeldenwand is toets. In je onderzoek dient verandering (actief er mee bezig zijn) zichtbaar te worden. De criteria die je voor je zelf stelt dien je aantoonbaar kritisch te onderzoeken. Presentatie Elke week worden 4 studenten gevraagd, hun ontwikkeling omtrent "work in progress" toe te lichten. De opdracht maakt deel uit van de domeinbeoordeling Beoordelingscriteria

- Kwantiteit; hoeveelheid gedocumenteerd materiaal - Kwaliteit: gekozen onderwerp is vanuit diverse invalshoeken onderzocht - De verslaggeving bestaat uit een werkvorm die de verandering van je beeldenwand laat

zien. Er is dus sprake van een continue uitwisseling tussen de wand en die verwerking. - De werkvorm ontwikkelt zich voortdurend d.m.v. het tekenen als basis discipline, maar

Page 31: Fontys-ABV-Curriculum Propedeuse | Semester 1

propedeuse semester 1 2015 2016

30

hiernaast kan er sprake zijn van andere disciplines zoals grafiek, collage, 3d, fotografie, etc. - De werkvorm is een open systeem, wordt als zodanig ook beoefend en is transportabel!

- Er is sprake van een mondelinge toelichting tijdens het proces. Bronnen Paul Smith, Peter Doig, Ingeborg Meulendijks, Manfred Pernice, Martha Colburn, Julie Verhoeven, Miranda July en Harrell Fletcher e.a.

Page 32: Fontys-ABV-Curriculum Propedeuse | Semester 1

propedeuse semester 1 2015 2016

31

Praktijkvakken |DT 1

Ruimte Curriculum Propedeuse │ Semester 1

Page 33: Fontys-ABV-Curriculum Propedeuse | Semester 1

propedeuse semester 1 2015 2016

32

Docent: René Korten Vak:2D Inhoud Ontwikkelen van basisvaardigheden in tweedimensionale vormgeving en het werken naar de waarneming, en eerste verkenning van het beeldende proces a.d.h.v. het thema 'ruimte'. Opdracht naar aanleiding van een bezoek aan Museum De Pont, vervolgens lessen a.d.h.v. stillevens, de directe omgeving van de ABV en andere oefeningen en opdrachten. Diverse basismaterialen en technieken komen aan bod. Instructieve activiteiten Bezoek aan Museum De Pont, met daaraan gekoppeld een opdracht die enkele weken in beslag neemt. Ook daarna volgen specifieke opdrachten in samenhang met technische instructies. Onderzoeksgerichte activiteiten (voor een deel van de studenten of een keuze) Stapsgewijs ontwikkelen van vaardigheden, met aandacht voor de relatie tussen waarneming en gehanteerde techniek. Onderzoek en experiment om daarin individuele kwaliteiten te ontwikkelen. Gaandeweg meer eigen interpretatie, het ontstaan van persoonlijke beelden en het herkennen van betekenis en kwaliteit van die beelden. Informatie- en inspiratiebronnen zoeken. Didactische accenten Elke les gezamenlijke instructie bij aanvang, dan persoonlijke begeleiding, maar regelmatig terugkoppeling naar de hele groep en groepsbesprekingen. Heldere criteria bij aanbieding opdracht. Tonen en bespreken van beeldmateriaal van kunstenaars ter inspiratie en uitdaging. Verplicht bijhouden van werkproces in een dummy/werkboek, dmv. tekst, schetsen, studies, notities, kopieën, foto's (permanent verzamelen van inspirerende beelden, teksten etc.). Competenties A1, A2, B, E en G Toetsing - Verticale presentatie beeldende praktijk begin november(dit is geen officiële toets, maar feedback van medestudenten en docenten) - Eventueel vakbeoordelingen voorafgaande aan de domeinbeoordeling beeldende praktijk - Domeinbeoordeling beeldende praktijk begin januari Beoordelingscriteria Ontwikkelde vaardigheden voor het omzetten van waarneming naar een tweedimensionaal beeld. Vermogen om de kwaliteit van het beeld zelf te herkennen. Relaties tussen materiaal/techniek/vorm/inhoud, verslaglegging, uitgebreidheid van het onderzoek en oriëntatie op de kunstwereld, begeleidbaarheid, betrokkenheid bij medestudenten, deelname aan gesprekken en discussies, aanwezigheid, werkdiscipline. Bronnen Boeken van relevante kunstenaars. Talloze mogelijkheden, afhankelijk van ontwikkelingen binnen de groep en bij de student.

Page 34: Fontys-ABV-Curriculum Propedeuse | Semester 1

propedeuse semester 1 2015 2016

33

Docent: Ton van der Vleuten Vak: 3D Inhoud Dit eerste semester zal vooral een kennismaking met de ruimtelijke discipline zijn. Gestart wordt vanuit het onderzoekthema m.b.t. “waarneming van ruimte” Het ontstaan van ruimte: een materiaal onderzoek naar het ontstaan van beelden die ruimte afbakenen, omschrijven, begrenzen, verbeelden. Vanuit eenvoudige handelingen en strenge beperkingen, tot complexe handelingen in een breed kader. Alle basismaterialen komen aan bod. De opdrachten zijn kort (beginnend met 1 les per opdracht tot maximaal 2,3 lessen in de loop van het semester) en materiaal gebonden. Als we overstappen op een andere techniek / materiaal, wordt eerst een instructie behorende hierbij gegeven, zodat je weet wat je met het materiaal kunt doen. Instructieve activiteiten De volgende materialen komen aan bod. - papier / karton (vervormen, knippen verbinden) - metaal (vervormen, knippen verbinden) - klei (opbouwen in verschillende technieken) - hout (vervormen zagen verbinden) - textiele materialen (vervormen, verharden, verbinden opbouwen met textiele technieken) Onderzoek gerichte activiteiten Stapsgewijs laten ontstaan van beelden. Het herkennen van hun betekenis en kwaliteit, en het verbeteren van beelden. De relatie tussen materiaal, vorm en techniek. Later is het mogelijk om verschillende materialen en technieken, naar eigen voorkeur, met elkaar te combineren. Didactische accenten Het tonen van beeldmateriaal van beeldhouwers en vormgevers in boeken, alsmede het tonen van films die ter zake doende zijn, zoals gefilmde kunstenaarsportretten. Bijhouden en verslag leggen van werkprocessen in een dummy / werkboek, met behulp van schrijven, fotografie, tekenen of kopieën. Individueel bespreken en regelmatig groepsbesprekingen. Competenties A1, A2, B en E

Toetsing

- 'verticale' presentatie(geen officiële toets) beeldende praktijk, feedback medestudenten en docenten

- Eventueel vakbeoordelingen voorafgaande aan de domeinbeoordeling beeldende praktijk - domeinbeoordelingen beeldende praktijk

Beoordelingscriteria Gelet wordt op besef wat ruimtelijke vormgeving nu eigenlijk is. Kan er een ruimtelijk beeld gemaakt worden? Hoe is de ontwikkeling hiervan bij individuele student.

Page 35: Fontys-ABV-Curriculum Propedeuse | Semester 1

propedeuse semester 1 2015 2016

34

Bronnen Dit kan van alles zijn. Afhankelijk van ontwikkelingen bij student en binnen de groep.

Page 36: Fontys-ABV-Curriculum Propedeuse | Semester 1

propedeuse semester 1 2015 2016

35

Docent: Willem Aerts Vak: 4D Film Inhoud Het thema ‘ruimte’ of ‘waarneming van ruimte in film’ definiëren aan de hand van een aantal vaste waardes locatie (waar), tijd (wanneer), gebeurtenis (wat). Dit geeft een conventionele inkijk in de wereld van film doordat de narratieve en chronologisch structuur bloot komt te liggen. Vanuit daar de focus verleggen naar andere vormen van film. Van speelfilm (Hollywood/Bollywood) naar arthouse om te eindigen bij audiovisuele kunst. Opdracht Je wordt ingedeeld in een groep. Binnen die groep ga je een filmisch portret maken van iemand. De persoon kan een buurvrouw zijn, een klasgenoot, een held of heldin. het moet iemand zijn die jullie interessant vinden. ook moet de reden van je keuze duidelijk worden in het portret. Belangrijk is de ruimte waarin je deze persoon gaat vastleggen. De handeling die de persoon uitvoert, of misschien doet de persoon niets, de vorm is erg bepalend voor de inhoud van jullie film. Instructieve activiteiten -Focus verleggen van conventionele speelfilm naar audiovisuele kunst -vooral in de breedte kennis laten maken met het vak film -klassikaal en/of individueel bespreken van werk -klassikaal les in FCP of Première (i.s.m. Fokke Müller) Onderzoeksgerichte activiteiten (voor een deel van de studenten of een keuze) -experimenteren met het vastleggen en creëren van beeld d.m.v. verschillende technieken en media. -onderzoek naar de wijze en context van het presenteren van werk. Didactische accenten: -het ontvangen en geven van gerichte feedback -inzicht geven in werkproces -discussie over het vak aan de hand van door docent/student meegenomen fragmenten -gastles over de betrekking van ruimte/omgeving. Competenties A1, A2, B en E Toetsing Capaciteit om de opdrachten op een goede manier af te ronden en het proces op een goede manier te doorlopen. Inzet en betrokkenheid tijdens de lessen. Toepassen van de filmtheorie, techniek en inhoud in de opdrachten. Beoordelingscriteria -Keuze onderwerp -concept en ontwikkeling daarvan -storyboard -Montage en edit -De relatie tussen audio en visueel -Narratieve structuur -onderzoek/proces -Presenatie -Taakverdeling groep. Je wordt per groep beoordeeld. De student zal voornamelijk beoordeeld worden op het proces (Script/storyboard) maar ook op

Page 37: Fontys-ABV-Curriculum Propedeuse | Semester 1

propedeuse semester 1 2015 2016

36

inzet, samenwerking en het eindresultaat. Daarnaast wordt een hoge mate van actieve deelname in de les verwacht bij het bespreken van de eindresultaten en het meegebrachte audiovisuele materiaal. Van de student wordt verwacht dat hij/zij een logboek bijhoud waarin het proces te volgen is van de opdracht. Bronnen Internet Audiovisueel materiaal door studenten en docent meegenomen.

Page 38: Fontys-ABV-Curriculum Propedeuse | Semester 1

propedeuse semester 1 2015 2016

37

Docent: Mariska van Zutven Vak: 4D Fotografie Inhoud 'En Route'. Het verdiepen en passeren als houding en fotografische keuze komen aan bod. Het onderzoeken, tegenkomen, bekijken, ontmoeten en niet weten waar je naar toe reist, ook in je fotografie zijn uitgangspunt van deze eerste periode. Je onderzoekt een route. Een route die gemakkelijk en op verschillende manieren kunnen bereizen. In die route ontmoeten je mensen, locaties, objecten, composities. Je kijkt, zoomt in en uit. Je onderzoekt in kleinere opdrachten. Een onderdeel van jouw reis werken je na een paar weken uit in een reeks waarin je de ervaring van de reis probeert over te brengen. Steeds meer komt de nadruk te liggen op de manier waarop je die ervaring fotografisch in beeld probeert te brengen. Instructieve activiteiten Presentaties over fotografen die zich met vergelijkbare thema’s hebben bezig gehouden, instructie cameratechniek, uitleg documentaire-strategieën. Onderzoeksgerichte activiteiten (voor een deel van de studenten of een keuze) En route in eigen directe omgeving. Beter kijken. Een safari in eigen directe omgeving. In de les passeren veel fotografen de revue die allemaal op de een of andere manier passant zijn in hun leven of reizen als houding. Verwerken van eigen beeld in beeldreeksen. Didactische accenten Bekijken fragmenten documentaires, bezoek Unseen fotofestival, bespreken eigen en andermans werk, analyseren beeldaspecten, werkbesprekingen: bespreken en bediscussiëren concepten en strategieën van elkaar en van de besproken fotografen. Competenties A1, A2, B en E Toetsing Aan het einde van deze periode presenteert de student 2 zines, een opdracht die betrekking heeft op het bezoek aan Unseen en een reeks van 10 foto’s. Presentatie afhankelijk van de door de student gekozen insteek. Beoordelingscriteria Ik beoordeel je onderzoeksvaardigheden: de mate waarin je in staat bent je onderwerp uitvoerig te onderzoeken met je camera en met je gedachten. Je experimenteert met je camera en met de verschillende manieren waarop je jouw onderwerp bekijken en benaderen kunt. Pas aan het einde trek je de noodzakelijke conclusies. Heb je lef? durf je te experimenteren? En ben je in staat om de juiste keuzes te maken voor je eindserie?

Page 39: Fontys-ABV-Curriculum Propedeuse | Semester 1

propedeuse semester 1 2015 2016

38

Bronnen Sophie Calle, Martine stig, Vanessa van dam, Nan Goldin, Muybridge, Ryan Mcginley Mike Brodie, Elspeth Diederix, Bieke Depoorter. Ed van der Elsken, Walker Evans, Dorothea Lange, Lee Friedlander en meer. Archieven van fotomusea / foammagazine / www.photoq.nl Domeinbeoordelingen Praktijkvakken Tijdens de domeinbeoordelingen worden de volgende competenties per vak beoordeeld waarbij de weging van elk praktijkvak even zwaar is. De namen van de praktijkdocenten die de beoordelingen zullen afnemen worden vooraf bekend gemaakt.

kwalificatie toelichting

comp. omschrijving cijfer

A1

beeldende kwaliteit, proces en ontwikkeling

Elk vak weeg even zwaar.

A2

adequate toepassing materiaal en techniek, voldoende variatie

Elk vak weeg even zwaar.

B

reflectieve kwaliteiten t.a.v. eigen werk en dat van anderen (inclusief bronnen)

Elk vak weeg even zwaar.

E

interpersoonlijk functioneren in sociaal verband

Elk vak weeg even zwaar.

Te beoordelen competenties en gedragsindicatoren (uit: Overal ramen, zie portal ABV):

A1 CREËREND VERMOGEN 1 De student kan zelfstandig een beeldend proces op gang brengen, dit proces kwalitatief onderhouden en afronden. A1.1 je kunt – eventueel op aangeven van de docent – zelfstandig beeldend onderzoek verrichten A1.2 je laat een gevarieerde beeldenreeks zien A1.3 je verkent en herkent je eigen beeldende voorkeuren

A2 CREËREND VERMOGEN 2 De student creëert beelden in uiteenlopende disciplines en drukt de eigen beeldende visie uit met adequate middelen. A2.1 je kunt ideeën beeldend vertalen middels gekende materialen A2.2 je staat open voor andere verwerkingsmogelijkheden A2.3 je toont diversiteit in materiaal en techniek

B VERMOGEN tot REFLECTIE en ONTWIKKELING De student kan het eigen beeldend handelen, het kunsttheoretisch handelen, het pedagogisch en didactisch handelen beoordelen, in onderling verband hanteren, en zo nodig verbeteren. B.1 je kunt reflecteren op je eigen werk, hanteert bronnenmateriaal en toont een relatie daarmee

Page 40: Fontys-ABV-Curriculum Propedeuse | Semester 1

propedeuse semester 1 2015 2016

39

in je beelden B.2 je gaat in op oriëntatie en onderzoeksvragen en je verwerkt nieuwe standpunten op zichtbare wijze B.3 je bent in staat tot het schrijven van een studieplan [persoonlijk ontwikkelingsplan] op basis van je beroepsperspectief en studievoorkeuren B.4 je stelt prioriteiten en verdeelt beschikbare tijd efficiënt voor jezelf

E INTERPERSOONLIJK VERMOGEN De student functioneert open en oprecht in een sociaal verband en je communiceert daarbij effectief. E.1 je houdt zichtbaar rekening met anderen E.2 je kunt je ideeën verwoorden voor anderen - je staat open voor andere meningen E.3 je kunt een verslag schrijven

Page 41: Fontys-ABV-Curriculum Propedeuse | Semester 1

propedeuse semester 1 2015 2016

40

Computervaardigheden │ DT1 Curriculum Propedeuse │ Semester 1

Docent: Fokke Müller Onderzoeksgebied/vakgebied: computervaardigheden propedeuse Inhoud Het vak computervaardigheden is een ondersteunend vak voor m.n. de vakken fotografie en film. In het eerste jaar zal de nadruk vooral liggen op het beheersen van de basis van filmbewerking (dmv het programma Adobe Première) en fotobewerking (d.m.v. het programma Photoshop) en het leren opmaken van een beeld- en tekstdocument in het programma Indesign. Instructieve activiteiten De nadruk zal liggen op klassikale instructies en eigen onderzoek. Didactische accenten klassikale instructies, individuele werkmomenten, eigen onderzoek, elkaar helpen. Toetsing Aangezien het vak ondersteunend is zal de toetsing vooral plaatsvinden tijdens de vakbeoordelingen van de 4d vakken. De opgedane kennis tijdens de instructies zal terug moeten komen in de kwaliteit van het te beoordelen werk bij de vakken fotografie en film. Vanuit het vak fotografie komt wel een specifieke collage opdracht waarin de opgedane Photoshopkennis getoetst kan worden. Deze opdracht wordt digitaal ingeleverd en als voldoende/onvoldoende beoordeeld (zie criteria) Beoordelingscriteria De beoordelingscriteria zijn vooral technisch van aard. Er wordt bijvoorbeeld gekeken of de student in staat is om een document aan te leveren in de juiste resolutie en formaat en of hij/zij in staat is de meest essentiële en geschikte gereedschappen te gebruiken in het programma. Er wordt daarbij beoordeeld op kwaliteit van uitvoering. (Hoe netjes is er gewerkt). Bronnen Bronnen voor het onder de knie krijgen van software zijn er in overvloed. Gebruikersfora op internet, Youtube, Vimeo, Adobe.com etc.

Page 42: Fontys-ABV-Curriculum Propedeuse | Semester 1

propedeuse semester 1 2015 2016

41

Theorie der Kunsten │ DT1 Curriculum Propedeuse │ Semester 1

Page 43: Fontys-ABV-Curriculum Propedeuse | Semester 1

propedeuse semester 1 2015 2016

42

Docent: Christianne Niesten Vak: Theorie der Kunsten/Kunstbeschouwing

Inhoud Het ontwikkelen van een gedifferentieerde vorm van kunstbeschouwing. Het besef dat beeldende middelen verbonden zijn met een bepaalde kunstopvatting (mimetisch, modernistisch, conceptueel) is daarbij cruciaal. Aan de hand van concrete voorbeelden wordt uitgelegd hoe inhouden, kunstopvattingen en artistieke problemen uit verschillende periodes worden ‘vertaald’ in vormgeving. Aanbrengen en verbreden van de kennis ten gunste van het docentschap/ kunsteducatie Aanmeten van een referentiekader ten gunste van het praktijkvak. Instructieve activiteiten: Hoorcolleges, werkcollege-onderdelen, werkopdrachten n.a.v. colleges en collegestof. Onderzoeksgerichte activiteiten (voor een deel van de studenten of een keuze) – Informatiebronnen traceren, raadplegen en interpreteren.

– Aanbrengen van de essentiële inhoud in opdrachten.

– Schriftelijke verslaglegging in correct Nederlands

Didactische accenten Hoorcolleges, werkcollege-onderdelen Referaat met schriftelijke vastlegging. Individueel mondeling tentamen met schriftelijke verslaglegging. In interactieve of responsieve onderdelen beogen studenten te stimuleren om actief het studiemateriaal te verwerken. Dit gebeurt o.m. door de studenten te vragen het college voor te bereiden en door het bestudeerde materiaal gestructureerd te behandelen. Responsieve onderdelen hebben een ‘actiever’ karakter dan hoorcolleges.

Uitgangspunten

- Beheersen van kennis en vaardigheden over kunstbeschouwelijke methoden en inhouden.

- Toepassen van theoretisch onderzoekstraject.

- Gedurende het jaar aangeboden dagexcursies en museumbezoek

Leerdoelen Het tonen en verwerken van inzicht in en feitenkennis n.a.v. de behandelde stof van de colleges en zelfstandig bestudeerde literatuur. Competenties A3.1. A3.3 B.2 G.1 G.2 Toetsing Individueel referaat met schriftelijke opdracht: 29/10, 5/11

Page 44: Fontys-ABV-Curriculum Propedeuse | Semester 1

propedeuse semester 1 2015 2016

43

Individueel mondeling tentamen met schriftelijke verslaglegging: 26/11, 3/12 Schriftelijke herkansingen: 07/01 Beoordelingscriteria Toetsvorm: behandelde stof en opdrachten in correcte informatie, bronnengebruik en in correct Nederlands Referaat en schriftelijke vastlegging: 50% Individueel mondeling tentamen en schriftelijke verslaglegging: 50%. Domeinbeoordeling: Referaat en schriftelijke vastlegging 1 x + Individueel mondeling tentamen en schriftelijke verslaglegging 1x = eindcijfer A3 B: Reflectie in referaat, mondeling en schriftelijke opdrachten - Hoofd van bijzaken scheiden vanuit teksten - Goede beheersing Nederlandse taal en Engelse tekst kunnen analyseren, in correct Nederlands zich schriftelijk kunnen uitdrukken. G: raadplegen van correcte informatiebronnen - Je geeft blijk van een onderzoekende houding, en kunt daarbij een relevante bronnenverzameling aanleggen - Je kunt kunstwerken plaatsen in de tijd, en toont daarbij inzicht in de samenhang tussen de kunstwerken van de behandelde perioden - De hoeveelheid verworven literatuur en het aantal zelfstandig bezochte tentoonstellingen. Bronnen Locher, H, Stilstaan bij wat zichtbaar is : vier teksten over inhoud, vorm en functie bij het bekijken van kunst, Zwolle, Waanders, 2006 Visser, A.de, Hardop kijken, Boom/SUN, Amsterdam , 1986 en latere drukken Verschillende teksten van E.H. Gombrich Door de docent aangereikte literatuur

Page 45: Fontys-ABV-Curriculum Propedeuse | Semester 1

propedeuse semester 1 2015 2016

44

Onderwijstheorie │ DT1 Curriculum Propedeuse │ Semester 1

Page 46: Fontys-ABV-Curriculum Propedeuse | Semester 1

propedeuse semester 1 2015 2016

45

Docent: Renee Lievens (VD) en Mirjam Nelis (PPO) Vak: Vakdidactiek Onderzoeksgebied/vakgebied Onderwijstheorie Inhoud 1. Lesvoorbereiding & Lesmateriaal ontwikkelen 2. Voorbereiden stage, stage gids 3. Tools m.b.t. intervisie en zelfreflectie Instructieve activiteiten ( onder voorbehoud) Leertheorieën en leerstijlen • Week 36: introductie • Week 37: het vak, het onderwijs • Week 38: de bronnenbank • Week 39: het museum • Week 40: leesopdracht (geen klassikale les) • Week 41: Differentiatie op niveau, de klas (PPO) • Week 42: Klassenmanagement (PPO) • Week 43: Roostervrij, 18.30 lezing Tim Breukers • Week 44: Herstvakantie • Week 45: Instructie stagewerkplan • Week 46: Verticale presentaties • Week 47: Presentatie lessencyclus • Week 48: Presentatie lessencyclus • Week 49: Inleveren stagewerkplan & portfolio Onderzoeksgerichte activiteiten (voor een deel van de studenten of een keuze) We werken dit semester in duo’s. Samen onderzoek je verschillende beeldende en kunsthistorische thema’s, passende didactische toepassingen en geschikte leermiddelen. De resultaten van je onderzoek pas je toe in een concrete uitwerking, namelijk een lessencyclus beeldende vorming/CKV. Afronding met presentatie. Didactische accenten Thema 1: opdracht en presentatie in studiegroep Thema 2: individuele opdracht Thema 3: klassikale groepsgesprekken

Competenties Niv.2 competentie

Thema’s B3, B4, D, E2, F3

Page 47: Fontys-ABV-Curriculum Propedeuse | Semester 1

propedeuse semester 1 2015 2016

46

Stage & portfolio B, D, + E, F

1. presentatie duo’s 2. afgerond stagewerkplan (voorwaarde deelname stage) 3. deelname en participatie intervisie en groepsgesprekken 4. portfolio met verwerking opdrachten. 5. student moet begeleidbaar zijn, in concreto: aanwezigheid van minimaal 80% Alle toetsonderdelen moeten minimaal met een 5.5 worden afgesloten, het stagewerkplan moet ‘voldaan’ zijn. Herkansing: Portfolio en/of presentatie Bronnen o.a.:

Ebbens & Ettekoven: Effectief leren

Howard Gardner: Five minds for the future

Richard Sennett: De Ambachtsman

Lesbrieven via portal

www.slo.nl

www.leraar24.nl

www.lesvoorbereiding.com

www.slo.nl

ckvlokaal.jouwweb.nl

eduweb.hhs.nl/

Page 48: Fontys-ABV-Curriculum Propedeuse | Semester 1

propedeuse semester 1 2015 2016

47

Domeinbeoordeling Onderwijstheorie De domeinbeoordeling OT komt stand door een weging van de verschillende onderdelen die binnen VD en PPO getoetst worden. In onderstaand voorbeeld beoordelingsformulier vind je de weging van de verschillende onderdelen. VOORBEELD

B

reflectieve kwaliteiten t.a.v. eigen werk en dat van anderen (inclusief bronnen)

VD:

Reflectie op leerproces (2x)

Bronnenbank (1x)

PPO:

Reflectie opdracht basisschool (1x)

C

pedagogische houding en inzicht

PPO:

Opdracht basisschool

D

didactische vaardigheden VD:

Presentatie Museum (1x)

Lesvoorbereiding en lesmateriaal (1x)

PPO:

Opdracht basisschool (1x)

E

interpersoonlijk functioneren in sociaal verband

VD:

Recensie Museum (1x)

Verslaglegging alle opdrachten (1x)

F

vermogen tot samenwerking

alleen beoordelen indien beoordelingscriterium in dit semester

Nvt dit semester