12
Goed van God denken

Goed van God denken

Embed Size (px)

DESCRIPTION

Een fragment

Citation preview

Page 1: Goed van God denken

Goed van God denken

10172_Van God denken 5.0 27-01-2011 14:23 Pagina 1

Page 2: Goed van God denken

10172_Van God denken 5.0 27-01-2011 14:23 Pagina 2

Page 3: Goed van God denken

J.H. Gunning Jr.

Goed van God denkenTeksten uit Magdalena

Ingeleid en verzorgd door Leo Mietus

Uitgeverij Boekencentrum, Zoetermeer

10172_Van God denken 5.0 27-01-2011 14:23 Pagina 3

Page 4: Goed van God denken

Deze uitgave kwam tot stand in samenwerking met deStichting Heruitgave Oudere Ethische Theologie

isbn 978 90 239 2495 1nur 700, 707

Omslagontwerp Anton SinkeVormgeving binnenwerk zetR, Hoogeveen

© 2010 Uitgeverij Boekencentrum, ZoetermeerAlle rechten voorbehouden.

10172_Van God denken 5.0 27-01-2011 14:23 Pagina 4

Page 5: Goed van God denken

Inhoud

Ter inleiding 7

Korte biografie 9

Het Evangelisch Jaarboekje Magdalena 13

Is er vergeving der zonden ook zonder Middelaar? 15

Voorbede 25

Zelfverloochening 35

Taalbederf door de kerkelijke strijd 45

Eerst het natuurlijke, daarna het geestelijke 55

De heerlijkheid des Woords 63

Enige literatuur over J.H. Gunning Jr. 73

Het project heruitgave werken van J.H. Gunning Jr. 75

10172_Van God denken 5.0 27-01-2011 14:23 Pagina 5

Page 6: Goed van God denken

10172_Van God denken 5.0 27-01-2011 14:23 Pagina 6

Page 7: Goed van God denken

Ter inleiding

De predikant en theoloog J.H. Gunning Jr. schreef tal-rijke boeken en artikelen. Dit boek bevat een sprekendeselectie van zijn bijdragen voor de almanak Magdalenaen geeft een indruk van de voorgenomen heruitgavevan Gunnings werk door de Stichting Heruitgave Ou-dere Ethische Theologie.

De spelling van de teksten is aangepast en korte in-leidingen geven een eerste indruk van de tekst. Enkelevoetnoten met bronvermelding of ter verduidelijkingzijn toegevoegd.

De titel van deze bloemlezing is ontleend aan een uit-spraak van een Hilversumse wever, die Gunning aan-haalt in zijn artikel ‘Zelfverloochening’.

7

10172_Van God denken 5.0 27-01-2011 14:23 Pagina 7

Page 8: Goed van God denken

10172_Van God denken 5.0 27-01-2011 14:23 Pagina 8

Page 9: Goed van God denken

Korte biografie

Johannes Hermanus Gunning Jr. (Vlaardingen 20 mei1829 – Arnhem 21 februari 1905) studeerde theologie inUtrecht van 1846 tot 1851. Al in het begin van zijn studiekwam hij dankzij C.W. Opzoomer in aanraking met demoderne richting in de theologie en werd zijn belang-stelling gewekt voor de wijsbegeerte van Spinoza. Hijkon zich echter niet verenigen met het moderne stand-punt en zocht aansluiting bij theologen van het Réveilzoals A. Vinet en anderen. Hij bleef overigens zijn levenlang in vriendschappelijke betrekking tot zijn moderneleermeester Opzoomer en zijn studievrienden L.W.E.Rauwenhoff en A. Pierson, die beiden voor de modernetheologie kozen. Van 1854 tot 1857 was Gunning Her-vormd predikant te Blauwkapel. Omstreeks 1854 kwamhij door toedoen van ds. N. Beets in contact met hettheologisch gezelschap Ernst en Vrede en leerde hij deWaalse predikant en theoloog D. Chantepie de la Saus-saye kennen. In diens voetspoor werd Gunning een vande belangrijkste vertegenwoordigers van de zogenaam-de ethische theologie, die een vernieuwing probeerdeteweeg te brengen van de kerk en de universitaire theo-logie in Nederland. Zij bestreed zowel de orthodoxie,die Gods handelen bovennatuurlijk dacht, als de mo-derne theologie, die God als immanente (pantheïsti-sche) kracht in de natuur en de geschiedenis deed op-gaan en daarmee een ernstige crisis veroorzaakte tenaanzien van de vertolking van de Bijbel en het christe-

9

10172_Van God denken 5.0 27-01-2011 14:23 Pagina 9

Page 10: Goed van God denken

lijk geloof. De ethische theologie legde nadruk op devereniging van God en mens in Christus en reflecteerdeop het inwendige, geestelijke leven van de mens, datdoor wedergeboorte weer het orgaan kon worden vanGods verlossende werking in de wereld.

Gedurende zijn predikantschap in Hilversum van1857 tot 1861 publiceerde Gunning zijn eerste geschrif-ten, waarmee hij een zekere bekendheid kreeg, zoalsGordel en Wijnkruik uit 1859, Beginsel en Meeningen uit1860 en Het Kruis des Verlossers uit 1861. Vervolgens washij lange tijd predikant in Den Haag van 1861 tot 1882.In deze periode schreef hij belangrijke werken zoalszijn vierdelige Blikken in de Openbaring (1866-1869) enzijn studie Spinoza en de Idee der Persoonlijkheid uit 1876.Gunnings theologie werd in deze tijd beïnvloed door dezogeheten christelijke theosofie, een stroming die te-rugging op J. Böhme, een Duitse mysticus uit de zes-tiende eeuw. Ook door F.C. Oetinger en F. von Baader,die Böhmes theosofie in de achttiende en negentiendeeeuw verder uitwerkten, werd Gunnings theologiebeïnvloed. Hij ontleende aan deze theosofie een eigennatuurbegrip. Haar centrale gedachte was dat het gees-telijke leven door offer en overwinning van ‘donkere’,tegenstrevende krachten in de natuur tot stand komten dat de natuur op die manier wordt vergeestelijkt.Gunning kon nu zijn ethische theologie, die bij hemgecentreerd was op de notie van de zelfverloochening,verder verdiepen en het debat aangaan over de wijsbe-geerte van Spinoza, die onder modernen in zijn tijd eenrevival beleefde. Gunning was ervan overtuigd dat hu-maniteit zonder wedergeboorte en zelfverloocheningtot mislukken gedoemd is en dat zelfs bij een edeledenker als Spinoza de vrijheid en humaniteit niet veilig

10

10172_Van God denken 5.0 27-01-2011 14:23 Pagina 10

Page 11: Goed van God denken

is, maar ondergeschikt wordt gemaakt aan het onper-soonlijke ‘algemene volksbelang’.

In 1878 kwam Gunning in aanvaring met A. Kuypernaar aanleiding van de eerste aflevering van Gunningsboek Het Leven van Jezus. Gunning noemde de geboorte-verhalen in zijn geschrift ‘heilige legenden’. Kuypersscherpe afkeuring van Gunnings eerste aflevering vandit boek leidde tot grote beroering in de kerk en haaldede kolommen van veel kranten en tijdschriften. Gun-ning en zijn geestverwanten, waaronder de jongere ethische theologen J.J.P. Valeton Jr., P.D. Chantepie dela Saussaye en Is. van Dijk, kwamen vanaf die tijd lijn-recht tegenover Kuyper en zijn confessionele richtingte staan. De onderlinge verhoudingen verslechterdennog meer door de oprichting van de Vrije Universiteitin 1880 en door de kerkelijke afscheiding van de Dole-antie in 1886. Intussen werd Gunning kerkelijk hoogle-raar te Amsterdam (1882-1889) en later staatshoogleraarte Leiden (1889-1899). Hij richtte zich nu niet meer zo-zeer op de theosofie, maar op de heilshistorische theo-logie van de Duitse godgeleerden J.T. Beck en M. Käh-ler. Een belangrijke vertolking daarvan is te vinden inhet geschrift De Prediking van de Toekomst des Heeren uit1888.

Gunning was een irenisch theoloog. In zijn geschrif-ten maakte hij duidelijk dat hij niets verwachtte vanharde strijd. Door in de kerk en de staat actie te voerenen ‘onpersoonlijke’ partijpolitiek te bedrijven werd debetekenis van het evangelie en de wedergeboorte tekortgedaan. Slechts door ridderlijke strijd en erkenning vande goede intenties van de persoon van de tegenstanderkon de overwinnende macht van het evangelie wordengetoond. In zijn boekje Onze schuld tegenover de ‘Gerefor-

11

10172_Van God denken 5.0 27-01-2011 14:23 Pagina 11

Page 12: Goed van God denken

meerden’ uit 1887 probeerde hij dit tegenover de Dole-renden in praktijk te brengen.

In Leiden doceerde Gunning aanvankelijk wijsbe-geerte van de godsdienst. Toen hij echter had ingeziendat het niet mogelijk was zijn theologie te ontwikkelenop de grondslag van een ‘neutrale’ godsdienstweten-schappelijke wijsbegeerte, die alle godsdiensten princi-pieel aan elkaar gelijk maakt en ontkent dat er slechtséén ware godsdienst is die op ‘openbaring’ rust, ruildehij dit vak met zijn collega C.P. Tiele. Aan het eind vanzijn leven zocht Gunning samenwerking met de confes-sioneel georiënteerde Hervormde theoloog Ph.J. Hoede-maker. Hij richtte zijn aandacht nu vooral op de reor-ganisatie van de kerk op de grondslag van deNederlandse geloofsbelijdenis en wilde het gezag vande belijdenis herstellen. Zijn geestverwanten verweethij ‘individualisme’ ten opzichte van de kerk en on-trouw aan de belijdenis, zoals onder andere in het ge-schrift De opbouw der Kerk op haren grondslag uit 1900blijkt. Door deze ‘confessionele wending’ inspireerdehij de latere bewegingen voor kerkherstel en kerkop-bouw in de Nederlandse Hervormde Kerk.

12

10172_Van God denken 5.0 27-01-2011 14:23 Pagina 12