Upload
gerda-claessens
View
219
Download
2
Embed Size (px)
Citation preview
HAVO 4: Jong & Oud
Hoofdstuk 3: Werken en leven
§3.2 In loondienst blz. 27-28
3 boxen:
Box 1:
Belastingsysteem in Nederland
Heffing op inkomen uit arbeid
Box 2: Heffing op aandelen
Box 3: Heffing op inkomen uit vermogen
? box 1
Welk inkomen wordt belast?
inkomen uit woning en werk, zoals:loon uit dienstverbandinkomen uit overige werkzaamheden, bijv. freelance opdrachteninkomen uit alimentatieeigen woning forfait
tarief 2010
Schijf tot 65 jaar 65 jaar en ouder
1Vanaf € 0 t/m € 18.218 33,45% 15,55%
2 Vanaf € 18.218 t/m € 32.738 41,95% 24,05%
3Vanaf € 32.738 t/m € 54.367 42% 42%
4Vanaf € 54.367 en hoger 52% 52%
aftrekposten reisaftrek openbaar vervoer fietsaftrek hypotheekrente en andere aftrekposten lijfrentepremies verrekenbare verliezen uit werk en woning
?
Welk inkomen wordt belast?
tarief 2010
aftrekposten
box 2
inkomen uit aanmerkelijk belang. Een aanmerkelijk belang ontstaat als een belastingplichtige ten minste 5% van het aandelenkapitaal van een vennootschap of coöperatie bezit.
25%
aftrekbare kosten verrekenbare verliezen uit aanmerkelijk belang
?
Welk inkomen wordt belast?
tarief 2010
aftrekposten
box 3
inkomen uit sparen en beleggen
30% over een vast rendement van 4% van het gemiddeld vermogen(vrijgesteld vermogen van € 20.616 per persoon + 2.762 per minderjarig kind).
Geen
Heffingskortingen voor personen jonger dan 65 jaaralgemene heffingskorting € 2.007arbeidskorting (max.) € 1.504 (inkomens- en leeftijdsafhankelijk) combinatiekorting € 1.765alleenstaande-ouderkorting € - jonggehandicaptenkorting € 678
* Voor personen van 65 jaar en ouder gelden gedeeltelijk andere bedragen.
§3.2 In loondienst blz. 27-28
Brutoloon
Aftrekposten -
Rekenen in box 1 met schijvensysteem:
Belastbaar inkomen
Voorbeeld:
David heeft een bruto inkomen van € 55.000,- Hij heeft in totaal voor € 5.000 aan aftrekposten.
Bereken het bedrag aan inkomstenbelasting dat hij moet betalen.
§3.2 In loondienst blz. 27-28
Voorbeeld:
David heeft een bruto inkomen van € 55.000,- Hij heeft in totaal voor € 5.000 aan aftrekposten.
Bereken het bedrag aan inkomstenbelasting dat hij moet betalen.
Schijven tarieven 20091e schijf € 0 - € 17.878
Percentage:33,50%*
2e schijf € 17.879 - € 32.127 42,00%*
3e schijf € 32.128 - € 54.776 42,00%
4e schijf boven de € 54.776 52,00%
§3.2 In loondienst blz. 27-28
Brutoloon
Aftrekposten –
Belastbaar inkomen
Schijven tarieven 2009 Lengte van de schijf:1e schijf € 0 - € 17.878 € 17.878
Percentage:33,50%*
2e schijf € 17.879 - € 32.127 € 14.248 42,00%*
3e schijf € 32.128 - € 54.776 € 22.648 42,00%
4e schijf boven de € 54.776 52,00%
€ 55.000
€ 5.000 –
€ 50.000
1e schijf: € 17.878 x 0,335= € 5.989
2e schijf: € 14.248 x 0,42 = € 5.984Over: € 17.872 3e schijf: € 17.872 x 0,42 = € 7.506+Totaal berekende heffing over schijven: €19.479
§3.2 In loondienst blz. 27-28
Brutoloon
Aftrekposten –
Belastbaar inkomen
€ 55.000
€ 5.000 –
€ 50.000
1e schijf: € 17.878 x 0,335= € 5.9892e schijf: € 14.248 x 0,42 = € 5.984Over: € 17.872 3e schijf: € 17.872 x 0,42 = € 7.506+Totaal berekende heffing over schijven: €19.479
Heffingskortingen
Algemene korting € 2.007
Arbeidskorting € 1.504 -
Verschuldigde inkomensheffing over 2009 € 15.968
§3.2 In loondienst blz. 29
Inkomensheffing Brutoloon x 100%
Gemiddelde tarief of gemiddelde heffingsdruk
Marginale tarief of marginale heffingsdruk
Percentage van de hoogste schijf
€ 15.968 € 55.000 x 100%= 29,0%
42%
§3.2 In loondienst blz. 29
Draagkrachtbeginsel
De hogere inkomen betalen in verhouding meer dan de lagere inkomens.
Heffingsbeginselen
Doelmatigheidsbeginsel
De inningskosten moeten opwegen tegen het te ontvangen belastingbedrag.
Profijtbeginsel
Degenen die profiteren van een voorziening ook zoveel mogelijk daarvoor te laten betalen
§3.2 In loondienst blz. 30
LorenzcurveGeeft mate van ongelijkheid van de inkomensverdeling
over personen weer.
http://ingrimayne.com/econ/AllocatingRationing/MeasuringIncomeDist.html
§3.2 In loondienst blz. 30
Nivellering Denivellering
Inkomensverschillen worden kleiner als gevolg van de herverdeling.
Inkomensverschillen worden groter als gevolg van de herverdeling.
Schevere inkomensverdeling
- Progressieve belastingen
- Inkomensafhankelijke subsidies & uitkeringen
Van rood naar blauw.
Van blauw naar rood.
http://www.economielokaal.nl/index.php/inkomen-en-inflatie-vwo/begrippen-inflatie-vwo/96-nivelleren
§3.2 In loondienst blz. 30
Progressieve belastingen Degressieve belastingen
Hoe hoger het inkomen, hoe procentueel meer je belasting moet betalen.
Hoe hoger het inkomen, hoe procentueel minder je belasting moet betalen.
-Sterkste schouders dragen de zwaarste lasten
Van rood naar blauw.
Van blauw naar rood.
http://www.economielokaal.nl/index.php/inkomen-en-inflatie-vwo/begrippen-inflatie-vwo/96-nivelleren
Proportionele belastingen
Iedereen betaalt hetzelfde tarief (percentage) aan belastingen.
§3.3 Eigen baas blz. 31
Als er productiefactoren nodig zijn om een goed te produceren zijn ze schaars…
Productiefactoren
Alle middelen die gebruikt worden bij het produceren. KANO
Schaarste
Beschikbare middelen zijn ontoereikend tov de menselijke behoeften.
Kapitaal
Arbeid
Natuur
Ondernemerschap
http://www.rgv.nl/fileadmin/user_upload/_temp_/32-Outdoor_Kano.jpg
§3.3 Eigen baas blz. 31
ArbeidAlle lichamelijke en geestelijke inspanning van mensen die beschikbaar is om in het productieproces te worden
ingeschakeld.
Natuur
KapitaalDe fabrieken, machines, gereedschappen, grondstoffen & voorraden eindproduct die bij productie worden ingezet.
Natuurlijke omgeving en natuurlijke hulpbronnen. Grond en delfstoffen.
Combineren van kapitaal, arbeid & natuur. Omgaan met economische risico’s.
Ondernemerschap
§3.3 Eigen baas blz. 31
ArbeidWerknemers: Loon & salaris
Zelfstandigen: toegerekend ondernemersloon & winst
Natuur
De beloningen van de productiefactoren:Kapitaal
Rente, huur, winst.
Pacht
Winst
Ondernemerschap
§3.3 Eigen baas blz. 31-34
Activa Balans per 1-1-2010 Passiva
Bezittingen Vermogen
BalansOverzicht van de bezittingen (activa) enerzijds en de
schulden en het eigen vermogen (passiva) anderzijds op één bepaald moment
§3.3 Eigen baas blz. 31-34
Activa Balans per 1-1-2010 Passiva
Vaste activa Eigen vermogen
Gebouw
Machines
Vlottende activa
Voorraden
Debiteuren
Liquide activa
Rekening Courant
Kas
Totaal
Lang vreemd vermogen
Kort vreemd vermogen
Crediteuren
Totaal
kapitaalgoederen die meerdere productieprocessen meegaan.
kapitaalgoederen die 1 productieproces meegaan. schuld waarbij de terugbetalingstermijn
langer dan 1 jaar is
schuld waarbij de terugbetalingstermijn korter dan 1 jaar is
Hypotheek
het geld waarover in principe door de eigenaar vrij kan worden beschikt (geld van de eigenaar zelf)
§3.3 Eigen baas blz. 31-34
Kosten Resultatenrekening Opbrengsten
Kosten Omzet
ResultatenrekeningEen overzicht van de kosten en opbrengsten van een
bedrijf over een bepaald tijdvak.
§3.3 Eigen baas blz. 31-34
Kosten Resultatenrekening Opbrengsten
Inkoopwaarde grond/hulpstoffen
Omzet
Loon
Huur
Rente
Pacht
Saldo WINST
Totaal
Saldo VERLIES
Totaal
Afzet x Gemiddelde Verkoopprijs
§3.3 Eigen baas blz. 31-34
Omzet - Inkoopwaarde grond en hulpstoffen & diensten van derden = Toegevoegde waarde
Netto toegevoegde waarde
Productiewaarde óf Toegevoegde waardeDe totale waarde die wordt toegevoegd aan de grond- en
hulpstoffen.
Beloning voor de productiefactoren; loon, huur, rente, winst & pacht
Netto toegevoegde waarde + afschrijvingen
Bruto toegevoegde waarde