16
1 Milieu-onderzoeker / Milieu-inspecteur EINDTOETS IBS 2: Het Bedrijf in Proces ONDERDEEL “PITCH” De toetsing van elk IBS examen bestaat uit drie onderdelen. In IBS 2 zijn dat: Theorie, Werkstuk en een Pitch. Dit is het onderdeel PITCH. Klas MO41 IBS 2 Basis van de IBS Een projectleider vraagt je om gegevens te verzamelen t.b.v. de verduurzaming van een productie- of verwerkingsproces van een bedrijf in een kwetsbare leefomgeving. Naam Het Bedrijf in Proces Toetsvorm Pitch: een presentatie op basis van Pecha Kucha Groepsgrootte Elke groepje bestaat uit 2 leerlingen. In het geval van een oneven aantal leerlingen wordt er een “groepje” van één leerling gemaakt. Leerdoelen 1. weet hoe je informatie over een gebied uit diverse bronnen kunt destilleren en rubriceren en begrijpt uit de inhoud ervan de relaties met de kwaliteiten van de leefomgeving. 8. begrijpt hoe de staatsrechtelijke inrichting van Nederland op hoofdlijnen in elkaar steekt. 9. de leerling kan de verschillende rechtsgebieden zoals strafrecht, bestuursrecht en privaatrecht toepassen in de bescherming van natuur en milieu door het bevoegd gezag. Cesuur In combinatie met andere deelpunten. Er is geen ondergrens voor de pitch. Bijlagen 1: Pecha Kucha 2: Beoordelingsrubric 3: Presenteren (in het algemeen)

Milieu-onderzoeker / Milieu -inspecteur ONDERDEEL “PITCH” · 1. Lay-out technisch: algehele verzorging van de Pecha Kucha; 2. Gedrag leerling: Vloeiend verhaal, in contact met

  • Upload
    others

  • View
    0

  • Download
    0

Embed Size (px)

Citation preview

Page 1: Milieu-onderzoeker / Milieu -inspecteur ONDERDEEL “PITCH” · 1. Lay-out technisch: algehele verzorging van de Pecha Kucha; 2. Gedrag leerling: Vloeiend verhaal, in contact met

1

Milieu-onderzoeker / Milieu-inspecteur EINDTOETS IBS 2: Het Bedrijf in Proces ONDERDEEL “PITCH” De toetsing van elk IBS examen bestaat uit drie onderdelen. In IBS 2 zijn dat: Theorie, Werkstuk en een Pitch. Dit is het onderdeel PITCH.

Klas MO41 IBS 2 Basis van de IBS Een projectleider vraagt je om gegevens te

verzamelen t.b.v. de verduurzaming van een productie- of verwerkingsproces van een bedrijf in een kwetsbare leefomgeving.

Naam Het Bedrijf in Proces Toetsvorm Pitch: een presentatie op basis van Pecha Kucha Groepsgrootte Elke groepje bestaat uit 2 leerlingen. In het geval van

een oneven aantal leerlingen wordt er een “groepje” van één leerling gemaakt.

Leerdoelen 1. weet hoe je informatie over een gebied uit diverse bronnen kunt destilleren en rubriceren en begrijpt uit de inhoud ervan de relaties met de kwaliteiten van de leefomgeving.

8. begrijpt hoe de staatsrechtelijke inrichting van Nederland op hoofdlijnen in elkaar steekt.

9. de leerling kan de verschillende rechtsgebieden zoals strafrecht, bestuursrecht en privaatrecht toepassen in de bescherming van natuur en milieu door het bevoegd gezag.

Cesuur In combinatie met andere deelpunten. Er is geen ondergrens voor de pitch.

Bijlagen 1: Pecha Kucha 2: Beoordelingsrubric 3: Presenteren (in het algemeen)

Page 2: Milieu-onderzoeker / Milieu -inspecteur ONDERDEEL “PITCH” · 1. Lay-out technisch: algehele verzorging van de Pecha Kucha; 2. Gedrag leerling: Vloeiend verhaal, in contact met

2

Beroepssituatie: Een projectleider vraagt je om gegevens te verzamelen t.b.v. de verduurzaming van een productie- of verwerkingsproces van een bedrijf in een kwetsbare leefomgeving. De projectleider heeft flinke plannen. Hij wil in de toekomst misschien het bedrijf gaan uitbreiden door een nieuwe hal bij te bouwen. Hierdoor kan er milieuvriendelijker geproduceerd gaan worden. Ook wil hij extra parkeerplaatsen voor elektrische auto’s gaan aanleggen en een reclamebord langs de weg gaan plaatsen.

Inmiddels is de projectleider erachter gekomen dat er voor deze activiteiten waarschijnlijk een omgevingsvergunning nodig. Het bedrijf is gevestigd in de gemeente waar jij woont.

De projectleider heeft niet eerder te maken gehad met de gemeente. Om een beter beeld te krijgen van de haalbaarheid van zijn ideeën, vraagt hij aan jou om een aantal zaken uit te gaan zoeken. Je krijgt de opdracht om binnenkort in het teamoverleg, in de vorm van een Pecha Kucha, antwoord te geven op een aantal vragen. De hoofdvragen zijn:

• Wie is de burgemeester?/Wat zijn de taken van de burgemeester? • Wie zijn de wethouders/ Wat zijn de taken van de wethouders? • Wat is de raad?/ Wie zitten er in de raad?/ Wat zijn de taken van de raad?/Hoe zijn de zetels

verdeelt? • Wat is een raadsvergadering? Wanneer zijn die? Wat wordt er dan besloten? Kun je een

voorbeeld geven van een raadsvergaderings-onderwerp? • Welke (ambtelijke) afdelingen zijn er binnen een gemeente? • Wat doen die afdelingen? • Welke ambtenaar heb je gesproken? Van welke afdeling? Wat is zijn/haar taak? • Maakt deze gemeente eigen wet- of regel-geving? • Hoe kan de gemeente nieuwe wet- en regelgeving maken? • Maakt deze gemeente ook (extra) regels voor bedrijven? • Geeft deze gemeente een vergunning aan het bedrijf? • Wat staat er ongeveer in zo’n vergunning? • Controleert de gemeente bedrijven?/Wie doet dat? • Wie van de gemeente komt ons bedrijf straks controleren?/Hoe vaak? • Waarop komen ze ons bedrijf dan controleren? • Wat gebeurt er als ons bedrijf volgens de gemeente niet voldoet aan de regels?

Om deze vragen te beantwoorden doorloop je drie delen.

Page 3: Milieu-onderzoeker / Milieu -inspecteur ONDERDEEL “PITCH” · 1. Lay-out technisch: algehele verzorging van de Pecha Kucha; 2. Gedrag leerling: Vloeiend verhaal, in contact met

3

Deel 1: Voor-onderzoek.

Via internet of door een gesprekje met mensen uit je omgeving die je kunnen helpen, vorm je je een eerste beeld van de gekozen gemeente. (Stem je gemeente-keuze af met de docent. Dit om te voorkomen dat te veel groepjes wellicht bij één gemeente onderzoek gaan doen.)

In het voor-onderzoek kun je vragen zoals: “Wie is de burgemeester?” al gaan uitzoeken.

Deel 2: Interview met iemand van de gemeente.

Je maakt een afspraak met iemand van de gekozen gemeente die bereid is om je ongeveer een halfuur te woord te staan. Het heeft natuurlijk de voorkeur om een gesprekje met de burgemeester of wethouders te regelen, echter dit lukt niet altijd.

• Je geeft binnen dit deel antwoord op de vraag: “Welke ambtenaar heb je gesproken? Van welke afdeling? Wat is zijn/haar taak? “

Daarnaast is het de bedoeling dat je iemand spreekt die antwoord kan geven op de overige hoofdvragen welke je in je voor-onderzoek nog niet beantwoord hebt.

Dit kan iemand zijn van de afdeling communicatie of wellicht ken je iemand uit je omgeving die bij de gemeente werkt. Neem hierbij mee, dat de conciërge van het gemeentehuis, ook een ambtenaar, je mogelijk minder kan vertellen over de gang van zaken binnen een gemeente. Een interview met de conciërge zal van invloed zijn op de kwaliteit van je onderzoek terwijl een interview met de burgemeester je waarschijnlijk de gewenste diepgang van je onderzoek geeft.

Vraag of één van jullie met de geïnterviewde op de foto mag voor in jullie presentatie. TIPS voor het regelen van een interview:

• Bel zo snel mogelijk! Niet mailen! Je kunt pas mailen als je iemand gesproken hebt binnen de gemeente die weet waar je naar toe moet mailen. Anders verdwijnt wellicht je mailtje op de stapel (als je pech hebt);

• Bereid je telefoongesprekje voor op papier: o Wie ben je? o Waarom bel je? o Wie zou je willen spreken? Maak dit specifiek, want de dame of heer die je telefoon

aan neemt wil alleen maar weten naar wie of welke afdeling ze je moet doorschakelen!

o Wanneer kun jij? Welke data: vooraf specifiek maken! o Wanneer kan ik terugbellen?/ Wanneer hoor ik of het door kan gaan?

• Als reactie uitblijft omdat je bijvoorbeeld zou worden teruggebeld of een mailtje zou ontvangen: schroom niet: meteen weer bellen of mailen!

• Werk de vragen voor het interview vooraf uit op papier; • Als de één een vraag stelt kan de ander notuleren. Werk als een team. • Bedankt hem of haar hartelijk voor het vrijmaken van tijd.

Page 4: Milieu-onderzoeker / Milieu -inspecteur ONDERDEEL “PITCH” · 1. Lay-out technisch: algehele verzorging van de Pecha Kucha; 2. Gedrag leerling: Vloeiend verhaal, in contact met

4

Deel 3: Bijwonen van een raadvergadering of commissievergadering: Omdat wij als burgers in staat moeten zijn om onze volksvertegenwoordigers te controleren, zijn de raadsvergaderingen openbaar. Jij kunt daar bij zijn. Meer specifieke zaken worden door commissies uitgewerkt en ook die vergaderingen zijn bij te wonen. Dit noem je commissievergaderingen. Bijvoorbeeld de commissie ruimte bereidt stukken voor die te maken hebben met bijvoorbeeld bestemmingsplannen. Je kunt meestal ook via internet en MP3’s vergadering beluisteren. Jullie gaan echter “live” een vergadering bijwonen op het gemeentehuis.

• Zoek via de website van jouw gemeente naar de vergaderdata van de raad en/of commissies. • Kijk naar de onderwerpen die op de agenda staan. • Kies een interessant onderwerp op een avond dat jullie kunnen. • Bezoek de vergadering.

Je zult antwoord moeten geven op de volgende hoofdvragen:

• Wat is een raadsvergadering? Wanneer zijn die? Wat wordt er dan besloten? Kun je een voorbeeld geven van een raadsvergaderings-onderwerp?

Je maakt een selfie tijdens de gemeenteraadsvergadering, of vraagt iemand anders om een foto van jullie te maken. Beoordeling/cesuur van de Pitch: De opdracht wordt beoordeelt aan de hand van een pitch in de vorm van een Pecha Kucha. Je geeft met je medeleerling een presentatie van 6min40sec, alsof je de projectleider voorlicht. In dit geval zullen tenminste 2 docenten de rol van de projectleider op zich nemen, en jullie beoordelen. Je neemt je presentatie mee op een usb-stick. Je mag zoveel hulpmiddelen, papier meenemen als je wilt. Na de presentatie is er nog ongeveer 8 minuten tijd voor het stellen en beantwoorden van vragen. In totaal zal het maximaal 15 minuten duren. Het definitieve eindpunt wordt in de week daarna bekend gemaakt. In principe krijgt de groep één punt. Het is echter mogelijk voor de beoordelaars om hiervan af te wijken. Redenen om af te wijken zijn er als blijkt dat één groepslid veel meer gedaan heeft dan de ander, en/of als blijkt dat er een erg groot onderling verschil is in opgedane kennis. De beoordeling bestaat uit drie componenten:

1. Lay-out technisch: algehele verzorging van de Pecha Kucha; 2. Gedrag leerling: Vloeiend verhaal, in contact met de projectleider. 3. Inhoudelijk: Zijn alle vragen van de projectleider naar tevredenheid beantwoord?

Voor de onderdelen is een beoordelingsmodel (of te wel een rubric) opgenomen in de bijlage. De rubric wordt gebruikt om tot een eindpunt te komen. Deze rubric kan je tevens helpen om te checken of je aan alle voorwaarden van deze pitch hebt voldaan.

Page 5: Milieu-onderzoeker / Milieu -inspecteur ONDERDEEL “PITCH” · 1. Lay-out technisch: algehele verzorging van de Pecha Kucha; 2. Gedrag leerling: Vloeiend verhaal, in contact met

5

BIJLAGE 1: Rubric Pecha Kucha IBS 2 Kansen voor duurzame ontwikkeling Beroepssituatie: Een projectleider vraagt je om gegevens te verzamelen t.b.v. de verduurzaming van een productie- of verwerkingsproces van een bedrijf in een kwetsbare leefomgeving. GROEP (LEERLINGEN): KLAS: DATUM: BEOORDELAARS:

Onderwerp Waar wordt op beoordeelt? Max. punten

Behaalde punten

Lay-out-technisch Pakkende foto’s (incl. selfies) 20

Algehele verzorging 20 sheets-20sec-binnen de tijd

Gedrag leerlingen Houding

30

Stemgebruik Contact met luisteraars Vloeiend verhaal

Inhoud

• Wie is de burgemeester?/Wat zijn de taken van de burgemeester?

• Wie zijn de wethouders/ Wat zijn de taken van de wethouders?

• Wat is de raad?/ Wie zitten er in de raad?/ Wat zijn de taken van de raad?/Hoe zijn de zetels verdeelt?

• Wat is een raadsvergadering? Wanneer zijn die? Wat wordt er dan besloten? Kun je een voorbeeld geven van een raadsvergaderings-onderwerp?

• Welke (ambtelijke) afdelingen zijn er binnen een gemeente? • Wat doen die afdelingen? • Welke ambtenaar heb je gesproken? Van welke afdeling?

Wat is zijn/haar taak? • Maakt deze gemeente eigen wet- of regel-geving? • Hoe kan de gemeente nieuwe wet- en regelgeving maken? • Maakt deze gemeente ook (extra) regels voor bedrijven? • Geeft deze gemeente een vergunning aan het bedrijf? • Wat staat er ongeveer in zo’n vergunning? • Controleert de gemeente bedrijven?/Wie doet dat? • Wie van de gemeente komt ons bedrijf straks

controleren?/Hoe vaak? • Waarop komen ze ons bedrijf dan controleren?

• Wat gebeurt er als ons bedrijf volgens de gemeente niet voldoet aan de regels?

50

TOTAAL 100

EVENTUELE OPMERKINGEN:

Page 6: Milieu-onderzoeker / Milieu -inspecteur ONDERDEEL “PITCH” · 1. Lay-out technisch: algehele verzorging van de Pecha Kucha; 2. Gedrag leerling: Vloeiend verhaal, in contact met

6

BIJLAGE 2: Pecha Kucha nader toegelicht

Binnen de opleiding vinden we het belangrijk dat je verschillende manieren leert om kennis aan collega’s, buurtbewoners je toekomstige leidinggevende enz. over te dragen. Dit bijvoorbeeld middels een poster, presentatie of een verslag.

Ook pecha kucha is een techniek om (snel) kennis overdracht te bewerkstelligen aan luisteraars.

Het ontstaan van Pecha Kucha

Pecha Kucha is een presentatietechniek die in 2003 is bedacht door twee architecten uit Tokyo (Astrid Klein en Mark Dytham). Ze bedachten een event: PechaKucha Night waar jonge designers konden samenkomen om te netwerken en hun werk te tonen.

Pecha Kucha is Japans voor chit chat, oftewel prietpraat

Het werd een groot succes en PechaKucha Night gaat inmiddels de hele wereld over. Tijdens het event worden presentaties gehouden waarbij in korte tijd met behulp van afbeeldingen een verhaal wordt verteld met een standaard lengte. Deze vorm van presenteren was bedacht omdat Klein en Dytham vonden dat architecten – en andere creatievelingen – vaak veel te lang aan het woord zijn tijdens een presentatie. Maar met powerpoint is dat eigenlijk voor iedereen hetzelfde verhaal.

Page 7: Milieu-onderzoeker / Milieu -inspecteur ONDERDEEL “PITCH” · 1. Lay-out technisch: algehele verzorging van de Pecha Kucha; 2. Gedrag leerling: Vloeiend verhaal, in contact met

7

Hoe werkt Pecha Kucha (in het kort)?

Tijdens een Pecha Kucha-presentatie worden 20 afbeeldingen getoond. Elke afbeelding wordt 20 seconden getoond en dan volgt automatisch de volgende slide met een nieuwe afbeelding. Er is geen play, stop of pauzeknop. presentatie duurt dus precies 20 x 20 seconde, oftewel 6:40 minuten. Simpel! Of toch niet?

Een goede Pecha Kucha-presentatie voorbereiden

Nog even de spelregels op een rij:

• elke presentatie bestaat uit 20 slides • een slide duurt 20 seconden • er is geen play, stop of pauze-knop • Vooral afbeeldingen of foto’s, liever geen tekst

De spelregels maken het zo leuk: je wordt gedwongen om in minder dan 7 minuten te vertellen wat je luisteraars willen weten, je moet dus heel concreet en gevat zijn. En dat is meteen het lastige: het is wel wat werk om een goede presentatie te maken. Maar met de juiste handleiding kom je er goed mee uit de voeten!

Je verhaal in 6 minuten en 40 seconden

Basistips

De focus ligt op je verhaal en de beelden die getoond worden zijn illustratief. De beelden ondersteunen je verhaal, dus het is wel belangrijk om een afbeelding / foto te kiezen die blijft hangen. Zo kunnen je luisteraars makkelijk het beeld later in hun geheugen oproepen en het stukje verhaal erbij reproduceren.

Als je teveel wilt uitleggen, dan heb je teveel woorden nodig en heb je te weinig tijd om dat in 20 seconden te proppen. Dus vertel eerder minder dan meer, kies je woorden zorgvuldig en oefen vooral veel. Eigenlijk moet je zorgen dat je minder te vertellen hebt dan je in die 20 sec (of 40 als je

Page 8: Milieu-onderzoeker / Milieu -inspecteur ONDERDEEL “PITCH” · 1. Lay-out technisch: algehele verzorging van de Pecha Kucha; 2. Gedrag leerling: Vloeiend verhaal, in contact met

8

twee slides gebruikt voor één onderwerp) beschikbaar hebt, want als je uitloopt in je presentatie, dan is het vaak lastig om weer in te lopen.

En je moet nog tijd hebben om op adem te komen voor de volgende slide. Hou dat in de gaten. Schrijven is schrappen is de bekende, hier zou ik zeggen: oefenen is minder vertellen. Maar meer zeggen.

Pecha Kucha voor- en nadelen

Voors

1. Korte presentaties, dus neemt weinig tijd in beslag van de luisteraar. 2. Daardoor kun je ook meer presentaties in een korte tijd houden. 3. De aansprekende beelden helpen bij het onthouden en terughalen van je verhaal. 4. Het is leuk om te doen!

Tegens

1. Wil je diep kunnen ingaan op een bepaald onderwerp, zoals bijvoorbeeld de detail-opbouw van een bodem in horizionten, dan is Pecha Kucha minder geschikt door de snelheid waarmee de slides voorbij komen.

2. Je moet goed van tevoren selecteren welke informatie je wilt gaan vertellen en ook je verhaal goed afstemmen op die 20 seconden per slide. Je zit dus vast aan een vooraf gedefinieerd stramien, anders loop je uit de pas. Een nadeel dus als heel weinig voorbereidingstijd hebt (een voordeel ook omdat je gedwongen wordt te kiezen uit alle info die je beschikbaar hebt).

3. Interactie, vragen tussendoor beantwoorden, is niet mogelijk tijdens een Pecha Kucha-presentatie. Je zit immers vast aan je verhaal en die 20 x 20 seconden. Dus je luisteraars zullen vragen moeten bewaren tot na de 6:40 minuten.

4. Oefenen. Oefenen. De presentatie is vrij strak qua opzet en timing waardoor oefenen het enige is wat goed werkt.

Checklist Pecha Kucha maken

1. Bepaal de volgende drie dingen voordat je uberhaupt start: – Wat is je boodschap? – Wie is je doelgroep? – Wat wil je bereiken bij je doelgroep?

2. Maak eerst een opzet – een storyboard – voor je verhaal, voordat je de plaatjes erbij zoekt (het gebruik van 20 dia’s betekent niet dat je ook 20 onderwerpen behandelt. Sommige onderwerpen kunnen drie dia’s omvatten, soms wisselen een aantal onderwerpen zich om de 20 seconden af.) Of technisch gezegd: zorg voor een logische informatie-structuur.

Neem een goede pakkende binnenkomer (dus een bijzondere tekst en een bijzonder beeld) en bedenk steeds: wat heeft mijn luisteraar hier aan? Een persoonlijke noot helpt ook altijd. Wat je kunt doen is eerst alles opschrijven wat je wilt zeggen, om daarna te rangschikken. De belangrijkste dingen eerst en wat overblijft en niet meer past weggooien. Stapje voor stapje dus.

Page 9: Milieu-onderzoeker / Milieu -inspecteur ONDERDEEL “PITCH” · 1. Lay-out technisch: algehele verzorging van de Pecha Kucha; 2. Gedrag leerling: Vloeiend verhaal, in contact met

9

3. Zoek de beelden voor de slides. Goede afbeeldingen zijn wel echt de basis voor een goede presentatie. De bedoeling is dat je foto’s of illustraties vindt die dienen als metafoor voor je belangrijkste punten van die slide. Vooral die pakkende beelden samen met je verhaal zorgen ervoor dat de boodschap of inhoud blijft hangen. Op Flickr kun je makkelijk mooie foto’s vinden.

4. Oefen je presentatie. Je moet hem echt uit je hoofd kennen, dat is belangrijk voor een goede presentatie. Je zult dan ook meteen merken dat je bij sommige slides teveel te vertellen hebt en bij andere slides te weinig. Probeer je tekst nog wat aan te passen of te schuiven van de ene naar de andere 20 seconden. Wil je de diepte ingaan met 1 slide en heb je aan die 20 seconden niet genoeg? Gebruik dan gewoon de volgende slide met een iets aangepaste afbeelding die ook past bij dat deel van je verhaal. Geen probleem, niemand die er last van heeft en je hebt wel extra tijd gecreëerd voor meer diepgang. Oefen met een handige online timer (bijvoorbeeld deze, die wij maakten).

Nog een tip: als je je presentatie geeft en je hebt je punt bij de betreffende slide al gemaakt voordat de nieuwe slide verschijnt (je was sneller dan 20 seconden), ga dan gewoon alvast verder met je volgende punt van de nieuwe nog te verschijnen slide. Je verhaal pauzeren omdat de volgende slide nog niet is verschenen verstoort je flow en dat valt op bij je publiek. Je verhaal loopt veel soepeler als je doorpraat.

Je kunt een timer gebruiken die je helpt. Kijk eens op www.pechakuchatimer.nl. Gebruik de timer op een aparte smartphone of tablet – niet op je presentatiescherm.

Page 10: Milieu-onderzoeker / Milieu -inspecteur ONDERDEEL “PITCH” · 1. Lay-out technisch: algehele verzorging van de Pecha Kucha; 2. Gedrag leerling: Vloeiend verhaal, in contact met

10

Bijlage 3 Presenteren Onderstaande tekst komt uit de theoriebundel: :”werken met structuur 2016-2017” http://maken.wikiwijs.nl/bestanden/599854/Theoriebundel%20Werken%20met%20structuur%202016-2017.pdf Hoofdstuk 3 ( PRESENTEREN 1. Het voorbereiden van een presentatie Een presentatie is een manier om mondeling informatie over te brengen op anderen. Dit betekent dat je informatie op zowel een begrijpelijke als een prettige wijze overbrengt op anderen. Niets is zo erg dat je tijdens een presentatie de draad van het verhaal kwijt raakt, of dat je door de zenuwen niet meer weet op welke wijze je iets moet zeggen, of dat je stem te zacht is, of dat je jezelf telkens verspreekt. Het is van belang dat het presenteren voor zowel de spreker als de toehoorders op een prettige wijze verloopt. Om dit te bereiken zal je een presentatie altijd moeten voorbereiden. Een succesvolle presentatie hangt af van de volgende factoren: verbale aspecten: stemgebruik, zinsbouw, taalgebruik non-verbale aspecten: houding, oogcontact, gebaren. Opdracht 1 Omschrijf het doel van de presentatie. Je presentatie zal altijd een bepaalde bedoeling moeten hebben. De spreker zal zich een van de volgende doelen kunnen stellen: anderen overtuigen anderen informeren anderen tot actie aanzetten anderen laten denken anderen amuseren. Het doel van een presentatie wordt bepaald door de situatie. Dit is bijvoorbeeld een opdracht die je moet uitvoeren. Bij het omschrijven van het doel houd je rekening met de bedoeling van de presentatie. Hierbij probeer je antwoord te geven op de vraag: wat wil ik bereiken bij de ander? 10

Page 11: Milieu-onderzoeker / Milieu -inspecteur ONDERDEEL “PITCH” · 1. Lay-out technisch: algehele verzorging van de Pecha Kucha; 2. Gedrag leerling: Vloeiend verhaal, in contact met

11

Enkele voorbeelden van doelen bij presenteren: ik heb mijn publiek overtuigd van… ik heb de ander geïnformeerd over… ik heb mijn medeleerlingen tot de volgende actie aangezet…. ik heb mijn medeleerlingen laten nadenken over…. ik heb mijn klas geamuseerd met…. Opdracht 2 Omschrijf de doelgroep. Voor de spreker is het van belang dat hij de doelgroep al tijdens het voorbereiden kan inschatten. Dit betekent, dat hij een antwoord kan geven op vragen zoals: wie is mijn publiek? wat weten zij al van het onderwerp? welke gegevens zijn voor hen belangrijk? Opdracht 3 Stel een stappenplan op voor het verzamelen van materiaal. Stel voor het verzamelen van materiaal een gericht plan op. Ga niet in het wilde weg zoeken naar informatie, maar bedenk eerst wat je wilt bereiken en op welke plaats je wilt zoeken. Beantwoord de volgende vragen: wat is het doel van mijn presentatie? wat weten de anderen al van het onderwerp? wat willen zij weten? waar kan ik materiaal verzamelen? welk materiaal is geschikt? Opdracht 4 Orden je materiaal in een logische volgorde. Materiaal ordenen betekent kiezen welke informatie van belang is voor jouw presentatie. Daarna moet je de informatie structureren. Dit betekent dat je de informatie in een logische volgorde moet zetten. Opdracht 5 Maak een logische opbouw in de presentatie. De opbouw van een presentatie bestaat in principe uit drie onderdelen, namelijk:

• Inleiding • Kern • Slot

Inleiding Presenteer in dit onderdeel van de presentatie de aanleiding van de presentatie. Dit betekent dat je:

• het doel van de presentatie vertelt

Page 12: Milieu-onderzoeker / Milieu -inspecteur ONDERDEEL “PITCH” · 1. Lay-out technisch: algehele verzorging van de Pecha Kucha; 2. Gedrag leerling: Vloeiend verhaal, in contact met

12

• het belang van deze presentatie vertelt • de structuur van de presentatie toelicht.

Kern Presenteer in de kern de belangrijkste bevindingen van het onderwerp van je presentatie. Probeer de hoeveelheid informatie in dit onderdeel te beperken tot de hoofdzaak. Door te veel informatie kan je verhaal onduidelijk worden voor je publiek. Richt je dus op de kern van je onderwerp. Pas op dat je niet in herhalingen valt! Slot Het slot van een presentatie bestaat uit: heb je het doel van de presentatie behaald? heb je je aan de opdracht gehouden? het beantwoorden van de vragen Nadat je de presentatie uitgeschreven hebt, oefen je de presentatie. Opdracht 6 Schrijf je presentatie uit. Bij het uitschrijven bepaal je de inhoud van de presentatie. Hierbij houd je rekening met: - het doel van de presentatie Waarom moet ik presenteren? - de opdracht Wat moet ik presenteren? - de doelgroep Aan wie moet ik presenteren? - de structuur van de presentatie Wat is de structuur van mijn presentatie? - de tijd Hoe lang duurt mijn presentatie? Opdracht 7 Maak een powerpoint presentatie.. Voor je presentatie maak je gebruik van powerpoint. Enkele tips bij het gebruik van powerpoint controleer de werking vooraf weet waar knoppen voor dienen sta nooit in beeld houd oogcontact met je toehoorders geef je toehoorders voldoende leestijd Let bij het maken van de sheets op de volgende aanwijzingen: kies een onderdeel per sheet schrijf groter dan normaal schrijf 5 à 6 regels per vel houd brede marges aan gebruik schema’s gebruik voldoende “wit”regels werk netjes: rechte kantlijnen en rechte regels. 12

Page 13: Milieu-onderzoeker / Milieu -inspecteur ONDERDEEL “PITCH” · 1. Lay-out technisch: algehele verzorging van de Pecha Kucha; 2. Gedrag leerling: Vloeiend verhaal, in contact met

13

2. Het oefenen van de presentatie in stappen Het oefenen van je presentatie kun je in de volgende stappen uitvoeren: 1. Lees de presentatie enkele malen aandachtig door. Doe dit hardop en let daarbij op het duidelijk spreken. Tijdens een presentatie zul je iets langzamer moeten praten dan dat je gewend bent in een normaal gesprek. Gebruik eventueel een dictafoon om de verstaanbaarheid van je woorden en zinnen te controleren en zo nodig bij te stellen. 2. Leer de eerste zinnen van je presentatie letterlijk uit je hoofd. Je bent dan zeker van een goed begin, wat je meer zelfvertrouwen zal geven. 3. Oefen op moeilijke woorden. 4. Oefen de presentatie, waarbij je rekening houdt met de beschikbare tijd. 5. Gebruik een spiegel, zodat je jezelf kunt beoordelen op oogcontact, houding, gebaren en mimiek. 6. Schrijf kernwoorden van je presentatie op kleine blaadjes, een zogenaamd spiekbriefje, zodat je tijdens het presenten de juiste structuur van de presentatie kunt aanhouden. 7. Vraag een medeleerling kritisch naar je presentatie te luisteren. 3. Het uitvoeren van de presentatie Let bij het uitvoeren van je presentatie op de volgende dingen: Oogcontact Oogcontact is erg belangrijk om de aandacht van het publiek te krijgen én vast te houden. Zoek dus oogcontact. Beperk je daarbij niet tot één persoon, want die zal zich erg ongemakkelijk gaan voelen. Oogcontact wil niet zeggen dat je letterlijk in andermans ogen moet kijken. Dat is zelfs helemaal niet prettig. Waar het om gaat is dat je het publiek het gevoel geeft dat je tegen ze praat. Houding Probeer rechtop te blijven staan. Ga niet op een tafel leunen of hangen. Door een ingezakte houding komt je ademhaling in de knel. Bovendien lijk je kleiner en straal je onzekerheid uit. Beweging van je lichaam Breng dynamiek in je presentatie. Blij niet als een zoutpilaar staan. Doe eens een stap naar links of naar rechts. Beweging helpt ook om je nervositeit in goede banen te leiden. Maar let wel op dat je niet gaat ijsberen, want dat leidt juist de aandacht van het verhaal af. 13

Page 14: Milieu-onderzoeker / Milieu -inspecteur ONDERDEEL “PITCH” · 1. Lay-out technisch: algehele verzorging van de Pecha Kucha; 2. Gedrag leerling: Vloeiend verhaal, in contact met

14

Handen Probeer je handen zoveel mogelijk te laten hangen. De gebaren komen vanzelf wel. Zet je handen in elk geval niet in je zij en zeker niet allebei. Een hand in de broekzak kan eventueel bij een informele presentatie, maar over het algemeen is het af te raden. Pas op voor friemelen: dat leidt af! Gebaren Gebaren zijn een belangrijk hulpmiddel bij het spreken. Tenminste als ze het verhaal ondersteunen. Pas op voor overdrijving: als je overdrijft kom je minder serieus over. Ademhaling Het is van belang de adem laag te houden bij het spreken. Dan blijven keel- en halsgebied vrij van spanning en kun je je stem onbelemmerd gebruiken. Mimiek Met je gezicht kun je aangeven of iets leuk is of niet. Let op je gelaatsuitdrukking en durf een glimlach te tonen, of frons je voorhoofd of trek je wenkbrauwen op. Stemgebruik Spreek voldoende luid en niet te snel. Wissel het spreektempo af. Varieer het stemgeluid door klemtonen te leggen en afwisselend hoog en laag te spreken. Articuleer zorgvuldig. Breng rust in je presentatie door kalm te spreken. Taalgebruik Pas de taal aan je publiek aan. Maak niet te lange zinnen. Wees begrijpelijk en pas op voor jargon. Let op stopwoordjes. Gebruik standaardtaal. Stiltes Wees niet bang voor stiltes. Gebruik stiltes om over de volgende zin na te denken en geef de ander de tijd om de informatie te verwerken. Beantwoorden van vragen De vragen aan het einde van de presentatie zijn bedoeld voor je toehoorders om nadere uitleg te vragen over jouw presentatie. Belangrijk is dat je jezelf door deze vragen niet van de wijs laat brengen. Als je een antwoord even niet weet, blijf dan beleefd, en zeg gewoon dat je dit nu even niet weet en dat je graag na de presentatie op die vraag terug wilt komen. Aanwijzingen voor het omgaan met vragen naar aanleiding van een presentatie zijn: luister aandachtig naar de gestelde vraag herhaal de vraag als niet iedereen de vraag heeft verstaan neem even de tijd om na te denken over het antwoord antwoord kort en bondig. 14

Page 15: Milieu-onderzoeker / Milieu -inspecteur ONDERDEEL “PITCH” · 1. Lay-out technisch: algehele verzorging van de Pecha Kucha; 2. Gedrag leerling: Vloeiend verhaal, in contact met

15

Checklist voor het presenteren Naam ……………………………………………………………………………….. (van degene die presenteert) (Score: 1= onvoldoende, 2= matig, 3= voldoende, 4= ruim voldoende, 5= goed) ______________________________________________________________________________ Score Aantekeningen inhoud het vermelden van de aanleiding 1 2 3 4 5 van de presentatie het vermelden van het doel van de presentatie 1 2 3 4 5 het vermelden van de structuur van de presentatie 1 2 3 4 5 het aangeven van de hoofdzaken 1 2 3 4 5 de informatie wordt begrijpelijk 1 2 3 4 5 gepresenteerd de informatie wordt aantrekkelijk 1 2 3 4 5 gepresenteerd taalgebruik het taalgebruik is respectvol 1 2 3 4 5 het taalgebruik is doelgericht 1 2 3 4 5 het taalgebruik is concreet 1 2 3 4 5 stemgebruik de spreker is verstaanbaar 1 2 3 4 5 de spreker articuleert 1 2 3 4 5 de spreker gebruikt een gevarieerd stemvolume 1 2 3 4 5 de spreker gebruikt een gevarieerd spreektempo 1 2 3 4 5 houding de spreker kijkt zijn toehoorders wisselend aan 1 2 3 4 5 de spreker maakt functionele gebaren 1 2 3 4 5 organisatie het gebruik van hulpmiddelen 1 2 3 4 5 Eindbeoordeling 1 2 3 4 5 Opmerkingen:……………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………… 15

Page 16: Milieu-onderzoeker / Milieu -inspecteur ONDERDEEL “PITCH” · 1. Lay-out technisch: algehele verzorging van de Pecha Kucha; 2. Gedrag leerling: Vloeiend verhaal, in contact met

16

Aanvulling bij de presentatie: http://www.kennisnet.nl/cpb/po/praktijkinbeeld/bestanden/thema-Presenteren-handleiding-powerpoint.pdf Criteria educatieve PowerPoint-presentatie Inhoud • Het onderwerp van de presentatie is relevant binnen je vakgebied en de presentatie is een onderdeel binnen een les Opbouw • Je presentatie heeft een heldere structuur: is opgebouwd uit een inleidend gedeelte, een kern en een afsluitend gedeelte • In de inleiding geef je aan wat de doelstelling is van je presentatie en geef je een overzicht van de punten die je gaat behandelen • De verschillende onderdelen van je presentatie staan in een logische volgorde (bijvoorbeeld gerangschikt op thema of in chronologische volgorde. En bij het presenteren van een onderzoek ligt een methodische opzet weer voor de hand) • In de afsluiting geef je een samenvatting van wat er in de presentatie is behandeld (wat wilde je aantonen, welke aspecten waren te onderscheiden en tot welke conclusies ben je gekomen) Vormgeving • Tekst is goed leesbaar: voldoende grote letters, goed leesbaar lettertype, kleur letters en achtergrond • Beeldmateriaal (zoals illustraties en grafieken) is goed zichtbaar • De informatie per dia is overzichtelijk: niet te veel informatie op een dia • De hoeveelheid dia’s is beperkt • Je presentatie is aantrekkelijk doordat tekst wordt afgewisseld met beeldmateriaal • De vormgeving van je presentatie (zoals het gebruik van beeldmateriaal/geluiden/diaovergangen) is functioneel (voegt iets toe aan en leidt niet af van de inhoud)