1

Click here to load reader

Omdat vier ogen meer zien dan twee

Embed Size (px)

DESCRIPTION

Een nieuwe ‘e-health start-up’ biedt patiënten van over de hele wereld de kans om hun medische beelden door een tweede specialist te laten analyseren. Ze moeten daarvoor niet in de auto stappen of op de fiets kruipen, een bezoekje aan het platform Diagnose.me volstaat. “Met dit initiatief willen we vermijden dat mensen een verkeerde therapie krijgen op basis van een foute diagnose”, legt dr. Erik Ranschaert uit.

Citation preview

Page 1: Omdat vier ogen meer zien dan twee

6 I I 7

Medi-Sfeer 438 ]�26 maart 2014 Medi-Sfeer 438 ]�26 maart 2014

De socio-demografische gegevens leren ons dat vooral oudere, man-nelijke huisartsen de enquête in-

vulden. Bij de Nederlandstaligen is 2 op 5 (42,92%) tussen 50 en 65 jaar en één op drie (33,82%) 30 à 50 jaar. Meer dan de helft (55,51%) studeerde langer dan 20 jaar geleden af. Voor 6,40% en 16,61% is dat respectievelijk 15 à 20 jaar en 5 à 15 jaar geleden. Bij de Vlaamse respondenten is 8,43% amper 2 jaar afgestudeerd, 5,39% is huisarts in opleiding. 3 antwoorden op 5 (62,5%) kwamen van mannelijke artsen.

De Franstalige respondenten zijn nog ou-der. Meer dan de helft (53,80%) is tussen 50 en 65 jaar, 14,75% is zelfs 65-plusser. Een kwart (26,90%) bevindt zich in het leeftijdssegment 30- tot 50-jarigen. Am-per 4,56% van de Franstalige antwoorden kwam van jonge huisartsen tussen 25 en 30 jaar. Geen wonder dus dat drie kwart (72,23%) meer dan 20 jaar geleden afstu-deerde. Voor de volledigheid: 6,94% stu-deerde 15 à 20 jaar geleden af en 14,75%

5 tot 15 jaar geleden. Jonge Franstalige respondenten zijn er nauwelijks: slechts 1,30% is twee jaar afgestudeerd en 1,08% is nog in opleiding. Niet minder dan 68,98% van de antwoorden waren afkom-stig van mannen.

KU Leuven en UCL

2 Vlaamse huisartsen op 5 hebben weke-lijks 50 tot 100 patiëntencontacten, bij iets meer dan 1 op 3 (36,07%) schommelt dat tussen 100 en 150 contacten. 16,07% geeft aan wekelijks meer dan 150 patiën-tencontacten te hebben en 8,76% heeft er minder dan 50.

Bij de Franstalige huisartsen zit een kleine helft (45,12%) in het segment tussen 50 en 100 patiëntencontacten per week, een derde (33,84%) tussen 100 en 150 en 1 op 10 (9,54) meer dan 150. Daar staat te-genover dat 1 op 10 Franstalige huisartsen zegt (11,50%) minder dan 50 patiënten-contacten per week te hebben.

3 op 5 (57,19%) Vlaamse huisartsen stu-deerde af aan de KU Leuven, een vijfde (22,42%) aan de Universiteit Gent. Verder volgen UAntwerpen (12,71%) en de VUB (6,12%). UCL, ULg en ‘andere’ universitei-ten zijn samen goed voor 1,54%.

Aan Franstalige zijde volgde het gros (61,33%) zijn opleiding aan de UCL en een kwart (25,71%) aan de ULg. Een tiende (11,67%) studeerde aan de ULB. ‘Andere’

en de Vlaamse universiteiten zijn samen goed voor iets meer dan 2%.

Tot slot geven we nog mee dat het gros van de Vlaamse (85,96%) en van de Frans-talige (81,78%) huisartsen samenwoont met een partner. Respectievelijk 11,24% en 13,88% gaf aan alleen te wonen. ]

Geert Verrijken

MS8

351N

Huisartsenpopulatie in dwarsdoorsnedeDankzij u, beste lezer, was deze toekomstenquête een onver-hoopt groot succes. Zoals we al op pagina 1 aangaven, vulden niet minder dan 1.421 huisartsen de vragenlijst netjes in. Van de respondenten is twee derde (943) Nederlandstalig en één derde (478) Franstalig.

BEROEPSNIEUWS

Iedereen deed mee!

12,44% tussen 25 en 30 jaar

9,47% ouder dan 65 jaar

46,63% tussen 50 en 65 jaar

16,06% tussen 30 en 40 jaar

15,40% tussen 40 en 50 jaar

Figuur 1: Leeftijd van de Belgische huisartsen die antwoordden op de toekomstenquête

Het enquêteformulier over ‘De toe-komst van de huisartsgeneeskun-de’ werd onder blister als bijlage

meegestuurd met Medi-Sfeer nr. 422 van 9 oktober 2013. U had de tijd tot 15 novem-ber om de vragen in te vullen. Daarnaast konden de vragen ook via de nieuwsbrief en de website www.medi-sfeer.be beant-woord worden. Bovendien circuleerde de link naar de enquête via e-nieuwsbrieven,

blogs, websites en andere communicatie-kanalen volop in het (huis)artsenwereld-je. We danken iedereen die daaraan zijn steentje heeft bijgedragen.

Werkten aan de verspreiding mee (in alfa-betische volgorde): de academische centra voor huisartsgeneeskunde van Antwer-pen, Gent en Leuven, het Algemeen Syn-dicaat van Geneeskundigen van België,

Domus Medica, Mediwacht, het Syndicaat van Vlaamse Huisartsen, het Vlaams Art-sensyndicaat (VAS), de provinciale afdelin-gen van het Vlaams Artsensyndicaat en tot slot de Vereniging van Wijkgezondheids-centra. Een bijzonder woordje van dank gaat naar professor Birgitte Schoenmakers (ACHG, KU Leuven). Dr. Schoenmakers begeleidde niet alleen de redactie van de vragenlijst, ze nam ook de statistische ver-

werking van de resultaten voor haar rekening.Drie respondenten vulden het enquête-formulier netjes in en werden door een onschuldige hand uitgeloot. Dr. Peter De Coster en Drs. Reinier Hueting en Mélanie Blaise mogen dus eerstdaags een aan-koopbon van Mediamarkt van respectie-velijk 1.000 en 500 euro verwachten. ]

G.V.

Communautaire verschillen uitgedieptAbstractie gemaakt van variabelen zoals leeftijd, geslacht, aan-tal jaar dat men is afgestudeerd en het aantal patiëntencon-tacten blijven er toch nog een aantal opvallende verschillen in visie tussen Nederlands- en Franstalige huisartsen.

De verwerking van de enquêtere-sultaten gebeurde via een univari-ate analyse. Daarbij wordt telkens

slechts één variabele meegenomen. “Op zich is daarmee weinig mis”, legt prof. Bir-gitte Schoenmakers (ACHG, KU Leuven) uit, “maar toch is enige omzichtigheid ge-boden.” Om een aantal items uit te die-pen, deed ze daarom ook een multivariate analyse. In dat geval gaat het niet over één, maar over verschillende variabelen en de mate van samenhang daartussen. Deze

analyse geeft een aantal duidelijke ver-schillen in opvatting weer tussen Vlaan-deren en Franstalig België.

Meer/minder vrijheid

Bijna 2,4 maal meer Frans- dan Neder-landstalige huisartsen zijn bijvoorbeeld van oordeel dat de toegang tot de zorg best volledig vrij blijft. Patiënten moeten dus de mogelijkheid behouden om zonder verwijsbrief of verwijzing door de huisarts

en zonder een hogere eigen bijdrage te betalen, rechtstreeks een andere zorgver-strekker te consulteren.

Geheel in de lijn met het voorgaande blijkt er ook een duidelijk verschil in op-vatting tussen Zuid en Noord over de rol van de huisarts als poortwachter van de gezondheidszorg. De multivariate analyse toont aan dat 1,8 maal meer Franstalige dan Vlaamse huisartsen vinden dat derge-lijk systeem eigenlijk overbodig is.

Over de manier waarop er meer geld in de huisartsgeneeskunde gepompt moet worden, zijn de visies evenmin eenduidig. Tweemaal zoveel Nederlandstalige als Franstalige huisartsen zijn gewonnen voor

een vast bedrag per patiënt gekoppeld aan een betaling per prestatie.

Verder blijkt dat mannelijke Franstalige huisartsen coaching, opleidingen in time-management en prioriteitenbeheer niet als een ondersteuning van hun praktijk ervaren. Tot slot konden geen communau-taire verschillen vastgesteld worden in de visie op het gedeeld patiëntendossier. Het idee dat alle zorgberoepen hiertoe toe-gang moeten hebben voor de input van gegevens ! waarbij de validatie gebeurt door de behandelende arts ! krijgt wel vooral steun van mannelijke artsen en van artsen tussen 25 en 30 jaar. ]

G.V.

Verkeerde diagnoses als gevolg van een misinter-pretatie van de medische beelden kunnen een pak leed veroorzaken voor patiënten en hun familie.

Dat gaat soms ver: diagnostische fouten zijn de tweede belangrijkste oorzaak van vermijdbare overlijdens in zie-kenhuizen (1). Een tweede opinie over het radiologisch onderzoek kan vaak problemen voorkomen, maar niet elke patiënt heeft toegang tot een specialist medische beeldvorming. Daar wil de Belgisch-Nederlands-Slovaakse start-up Diagnose.me iets aan veranderen.

Sinds eind december van vorig jaar kunnen patiënten hun medische beelden uploaden op het digitale platform van Diagnose.me en rechtstreeks doorsturen naar één van ra-diologen uit het wereldwijde netwerk van het jonge be-drijf. De radioloog analyseert vervolgens de beelden en stuurt het rapport binnen de afgesproken tijd terug naar de aanvrager. “We willen zo vooral mensen bereiken die niet meteen toegang hebben tot de beste geneeskundige zorg en zo vermijden dat zij verkeerde therapieën krijgen voorgeschreven op basis van een foute of onvolledige diagnose”, vertelt onze langenoot dr. Erik Ranschaert, chief medical officer bij Diagnose.me en radioloog in een Nederlands opleidingsziekenhuis. “Maar uiteraard is ie-dereen welkom die een tweede opinie wil.”

Momenteel telt het netwerk van Diagnose.me ruim 50 radiologen uit 23 verschillende landen. Onder hen ook vier Belgen: dr. Els Nijs (Children’s Hospital, Philadelphia, VS), dr. Philip Pevenage (MRI Centrum, Amsterdam, Nederland), dr. Bart Claikens (AZ Damiaan, Oostende) en dr. Bert De Foer (GZA Sint-Augustinus, Wilrijk). “En dat

mogen er gerust meer dan drie worden! Geïnteresseerden kunnen zich aanmelden via de website”, aldus dr. Ran-schaert, die indertijd ook het teleradiologiebedrijf Eurad Consult oprichtte en later consultant was bij het Zweedse telegeneeskundebedrijf Unilabs. “We streven ernaar om in totaal 150 radiologen bijeen te brengen die top zijn in hun vakgebied. De medische adviesraad, waar ik ook in zit, ziet streng toe op de selectie. Wie er nog in zetelt? De Ameri-kaanse professor dr. William G. Bradley van het vermaarde UCSD Hospital, de Russische professor Valentin Sinitsyn, die president was van het European Congress of Radiology 2014, de gewezen voorzitter van de Nederlandse Vereni-ging voor Radiologie dr. Frits Barneveld Binkhuysen en zijn

landgenoot Paul Algra en de voorzitter van de Indische vereniging voor Radiologie dr. Bhavin Govindji Jankharia.”

Tussen 50 en 200 euro

Voor een second opinion betalen mensen tussen de 50 en de 200 euro. “Artsen in ons netwerk mogen zelf bepalen hoeveel ze vragen, al staan we geen excessen toe”, zegt de Belgische radioloog. “Eigenlijk hadden we verwacht dat patiënten voor die specialisten zouden opteren die een prijs tussenin vragen, maar na goed drie maanden merken we dat ze vooral kiezen voor de artsen die het minst vragen. Veel kans dus dat sommi-ge leden hun prijs naar beneden zullen bijstellen. Al zullen dé topexperten altijd meer blijven vragen.” Voor heel wat men-sen is ook de ‘bodemprijs’ van 50 euro echter onbetaalbaar, beseft dr. Ranschaert. “Dat is de moeilijkheid van een wereld-wijd platform. Aan sommige mensen geven we wel korting, als we merken dat ze zich in een moeilijke situatie bevinden.”

Wat als iemand een second opinion wil maar op het platform geen radioloog terugvindt die zijn taal spreekt? Ranschaert: “Patiënten kunnen hun rapport laten vertalen. Voorlopig kan dat al in zeventien talen, maar we willen het aanbod nog uitbreiden. Die vertalingen gebeuren door radiologen die een van die talen als moedertaal hebben. Het is dan ook logisch dat hier een kostprijs van 30 euro aan vasthangt.”

Second, not first

De specialisten van Diagnose.me onderzoeken patiën-ten niet fysiek, maar bekijken enkel de beelden. “Ze voeren een ‘tweede lezing’ uit van een elders uitgevoerd

onderzoek dat al door een andere radioloog is bekeken”, aldus dr. Ranschaert. “We drukken iedereen die bij ons aanklopt dan ook op het hart om het rapport van onze specialist te bespreken met zijn of haar behandelende arts. Opdat de patiënten het probleem zelf ook beter zouden begrijpen, is aan het verslag ook een advies in ‘lay language’ toegevoegd, aangevuld met enkele relevante plaatjes.”

Hoe reageren behandelende artsen eigenlijk als hun patiënt ‘op een ander gaat’ voor een tweede opinie? “Dat verschilt per cultuur”, vertelt Ranschaert. “In West-Europa is het belang van second opinions door-gedrongen en wordt dit dus als zeer positief ervaren – ook al omdat wij nooit verslagen van de behandelende arts zullen afbreken, maar louter constructief werken. In sommige landen daarentegen zien artsen ons initiatief als een bedreiging, maar dat houdt ons niet tegen: het belang van de patiënt moet centraal staan.”

Royal Doctors?

Eerder dit jaar kwam Royal Doctors in de pers, een initia-tief waarbij patiënten rechtstreeks naar ‘de juiste specia-list’ worden gestuurd. Het Belgische bedrijf van ceo Joris Vanvinckenroye kan evenwel op weinig begrip rekenen van de medische wereld en wordt vooral beschouwd als een com-merciële demarche. Vreest Erik Ranschaert dat Diagnose.me straks dezelfde kritiek krijgt? “Niet meteen, neen, want wij werken toch op een andere manier”, is hij er gerust op. “Wij communiceren bijvoorbeeld duidelijk over al onze activitei-ten en onze leden. Van elke dokter in ons netwerk kunnen patiënten het profiel opvragen op de website, de ‘peer-to-peer ratings’ bekijken én de beoordelingen door andere patiënten nagaan.”

“Daarnaast zijn we openhartig over de manier waarop we ons netwerk samenstellen. Het probleem met telegenees-kunde is dat men niet altijd weet wie aan het andere eind van de kabel of ‘de ether’ zit: is dat een echte specialist of niet? Net daarom zijn we volledig transparant over onze se-lectieprocedures”, sluit dr. Ranschaert af. “En ik kan u verze-keren dat grondig selecteren aartsmoeilijk is. Wij richten ons enkel op radiologen, en dat is al een ongelofelijk intensief werk – zelfs al bestaat onze board uit radiologen van over de hele wereld, die elk een pak contacten in de sector hebben.” ]

Tijs Ruysschaert

Referentie1. Cognitive Errors in Radiology:”Thinking fast and slow”, G. Jager,

J. J. Fütterer, M. Rutten, ‘S Hertogenbosch/NL, ECR 2014.

JS11

23N

Omdat vier ogen meer zien dan tweeEen nieuwe ‘e-health start-up’ biedt pa-tiënten van over de hele wereld de kans om hun medische beelden door een tweede specialist te laten analyseren. Ze moeten daarvoor niet in de auto stappen of op de fiets kruipen, een bezoekje aan het platform Diagnose.me volstaat. “Met dit initiatief willen we vermijden dat mensen een verkeerde therapie krijgen op basis van een foute diagnose”, legt dr. Erik Ranschaert uit.

BEROEPSNIEUWS

“De specialisten van Diagnose.me voeren een ‘tweede lezing’ uit van een elders uitgevoerd onderzoek dat al door een andere radioloog is bekeken.”