170
ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S dr. M. Wijnans M.J. Saris-Wijnans september 1983 BIJ SCHILDERS IN ROTTERDAM EN DEN HAAG

ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

  • Upload
    others

  • View
    8

  • Download
    0

Embed Size (px)

Citation preview

Page 1: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S

dr. M. Wijnans M.J. Saris-Wijnans

september 1983

BIJ SCHILDERS

IN ROTTERDAM EN DEN HAAG

Page 2: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

Dit rapport maakt deel uit van een serie onderzoeken over de arbeidsomstandigheden van schilders en de mogelijke gevolgen die deze hebben voor hun gezondheid. Een verkorte samenvatting van de vijf onderzoeksprojecten is uitgebracht onder de titel:

"Gezondheidsrisico's van schilders in de bouwnijverheid"

De andere onderzoeken betreffen:

Arbeidshygiënisch onderzoek naar de blootstelling van onderhoudsschilders aan oplosmiddelen

Arbeidshygiënisch onderzoek naar de blootstelling aan oplosmiddelen bij het schilderen in kleine ruimten

Ziekteverzuim van schilders in de bouwnijverheid

De prevalentie van huidaandoeningen bij huisschilders

Deze rapporten zijn te bestellen bij de BGBouw, postbus 8114, 1005 AC AMSTERDAM

Page 3: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

Inhoudsopgave

Samenvatting Inleiding 1. Opzet van het onderzoek 2. Selectie van personeel 3. Methoden van onderzoek

3.1. vragenlijsten

DEEL I:

METHODEN

3.2. lichamelijk onderzoek 3.3. biometrie 3.4. chemie 3.5. hematologie 3.6. urine

4. De methoden van statistische verwerking 4.1. de vragenlijsten 4.2. lichamelijk onderzoek 4.3. biometrie 4.4. chemie 4.5. hematologie 4.6. urine

Literatuurlijst Appendices A t/m J

DEEL II:

RESULTATEN

pagina

1 2 2 3 4 4 4 4 5 5 6 6 6

10 10 11 12 12 13 14

1. De vragenlijsten 47 1.1. algemene gezondheidstoestand en huidklachten 47 1.2. arbeidsanamnese 49 1.3. vragen over het werk 49 1.4. de leeftijd 50

2. Lichamelijk onderzoek 50 3. Biometrie 51 4. Chemie 53 5. hematologie 56 6. urine 58 Tabellen en figuren 59

DEEL III:

ALGEMENE BESCHOUWINGEN NAAR AANLEIDING VAN HET ONDERZOEK

1. Inleiding 155 2. Problemen bij een survey 155 3. Referentiewaarden 156 4. Het vergelijken van twee groepen 157 5. Statistiek van het tweeling-onderzoek 158

5.1. het onderscheidingsvermogen van de toetsingen 159 6. Nabeschouwing 160 7. Samenvatting 161

Page 4: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …
Page 5: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

-1-

Onderzoek naar de gezondheidsrisico's bij schilders in

Rotterdam en Den Haag. I en II

Dr. M. Wijnans en M.J. Saris-Wijnans

SAMENVATTING

In 1980-'81 is op last van de B.G.-Bouw een onderzoek ingesteld naar de

gezondheidstoestand van schilders. Daarbij werden gegevens verzameld en

vergeleken met die van een controle-groep bouwvakkers.

Bij het parallelle onderzoek in Den Haag en Rotterdam worden statis­

tisch significante verschillen alleen aanvaard als deze gelijkelijk in beide

steden zijn gesignaleerd.

De gegevens bevatten de antwoorden op in te vullen vragenlijsten

betreffende de algemene gezondheidstoestand en klachten over de huid, de

arbeidsanamnese en vragen over het werk. Tevens is een lichamelijk, een

biometrisch, een hematologisch en een klinisch-chemisch onderzoek verricht,

in totaal zijn er omstreeks 450 gegevens per werknemer verzameld.

Belangrijk is dat de groep schilders meer met lood besmet is dan de

controle-groep, gezien de hogere waarden van zinkprotoporfyrine (ZPP) in het

bloed. Ook wordt relatief frequent een loodconcentratie in het bloed hoger

dan 400 ppb gemeten. De herkomst van de besmetting is nog duister, er zijn

namelijk geen verschillen in ZPP concentraties waargenomen tussen verschil­

lende subgroepen ingedeeld naar: kortere of langere diensttijd (meer of

minder dan 25 dienstjaren), al of niet kontakt met afbrandgassen van verf,

met loodmenie en -plamuur of met stof of damp.

Zoals te verwachten is, komt de groep schilders frequenter dan de

controle-groep in kontakt met schildersbenodigdheden, afbrangassen van verf,

loodmenie en -plamuur, ontsmettingsmiddelen voor metaal en ammonia, en

minder frequent met cement en beton. De schilders hebben ook frequenter last

van stank, damp en nevel en minder frequent van psychosomatische klachten in

de deelcategorie, rol+ prive's, en behoeven ze minder frequent iets te doen

wat niet bij hun werk hoort dan de overige bouwvakkers.

Page 6: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

-2-

Onderzoek naar de gezondheidsrisico's bij schilders in

Rotterdam en Den Haag. I: Methoden

Dr. M. Wijnans en M.J. Saris-Wijnans

INLEIDING

In de jaren 1980-1981 is een onderzoek ingesteld naar de gezondheids­

toestand van schilders in Rotterdam en Den Haag. Voor het oorspronkelijke

protocol van dit onderzoek zij verwezen naar Appendix A. In het onderhavige

deel van dit rapport worden achtereenvolgens beschreven:

1. de opzet van het onderzoek.

2. de selectie van personeel.

3. de methoden van onderzoek.

3.1. vragenlijsten

3.2. lichamelijk onderzoek

3.3. biometrie

3.4. chemie

3.5. hematologie

3.6. urine

4. de methoden van statistische verwerking.

In deel II van dit rapport worden de resultaten van de statistische

verwerkingen en de conclusies vermeld, terwijl bovendien een algemene

bespreking van het onderzoek is toegevoegd.

1. Opzet van het onderzoek

Een onderzoek naar gezondheidsrisico's levert per individu een breed

scala van mogelijk relevante gegevens op. Per individu kunnen deze gegevens

vergeleken worden met de door de onderzoekcentra opgegeven zogenaamde

referentiewaarden (vroeger normaalwaarden genoemd) . Dit zijn meestal 95%

tolerantiegrenzen, die bij een groot aantal waarnemingen overeenkomen met

95%-betrouwbaarheidsgrenzen.

Bij de beoordeling van de gezondheidsrisico's waaraan personen als

groep blootstaan dient men tevens te beschikken over analoge gegevens van

een groep zogenaamde contröles waarmee de gegevens van de onderzoeksgroep

vergeleken kunnen worden. Statistisch veronderstelt men dan dat er geen

verschillen zijn tussen de twee groepen, d.w.z. de onderzoeksgroep niet aan

extra gezondheidsrisico's is blootgesteld, en men toetst vervolgens hoe

Page 7: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

- 3 -

betrouwbaar deze veronderstelling is. Is deze betrouwbaarheid kleiner dan

een tevoren vastgestelde waarde (level of significance, onbetrouwbaarheids­

drempel of a genoemd) dan verwerpt men de veronderstelling en concludeert

dat er een verschil tussen beide groepen bestaat (er is een statistische

significantie). Gebruikelijk is a (tweezijdig) gelijk aan 5% te stellen. Nu

is er een grote moeilijkheid bij multivariate gegevens (meerdere gegevens

per individu). Toetst men univariabel, d.w.z. vergelijkt men de twee groepen

voor elke variabele apart, dan vindt men op grond van het toeval bij onge­

veer 5% van de toetsingen die men uitvoert significante verschillen tussen

de groepen indien er in werkelijkheid helemaal geen verschillen zijn. Men

kan ook het verschil tussen beide groepen multivariabel toetsen, waarbij het

pakket van gegevens van de ene groep als geheel wordt vergeleken met dat van

de tweede groep. De statistische modellen die hierbij worden gebruikt

stellen echter vele voorwaarden aan het waarnemingsmateriaal. Een eis is

o.a. dat het aantal personen per groep ca. 10 maal het aantal onderzochte

variabelen bedraagt, hetgeen een onpraktisch groot aantal in de twee

groepen met zich meebrengt. Een uitweg uit deze moeilijkheden is gelijk­

tijdig een parallel onderzoek te doen. Voor dezelfde variabele zullen

toevalssignificanties zoals bovengenoemd zich in de beide onderzoekingen

tegelijkertijd met vrijwel de geëiste onbetrouwbaarheid voordoen, indien

beide verschillen tevens in dezelfde richting liggen.

Op basis van deze overwegingen is gekozen voor een parallel onderzoek

in Rotterdam en Den Haag met een praktisch zo groot mogelijke onderzoeks­

groepen en even grote controlegroepen. Zowel in Den Haag als Rotterdam zou

een onderzoeksgroep van 50 schilders en een controlegroep van 50 overige

bouwvakkers worden onderzocht.

2. Selectie van personeel

Bij een experimenteel onderzoek wordt geëist dat individuen aselect

worden uitgekozen. Dit is bij een bedrijfshygiënisch onderzoek praktisch

onuitvoerbaar. Daarom vond selectie als volgt plaats.

Routinematig worden elk kwartaal schilders en overige bouwvakkers,

die een leeftijd bereiken van 35, 40, 45, 50, 53, 56, 58, 60, 62 of 64 jaar

voor een periodiek onderzoek uitgenodigd. Personen die in de periode

1-11-1980 tot 1-4-1981 aan dit verzoek gehoor gaven, werd gevraagd of ze aan

het onderhavige wat uitgebreidere wetenschappelijke onderzoek wilden

meewerken. Het betrof uitsluitend mannen uit de onderzoeksgroep

onderhoudsschilders (s) en de controlegroep onderhoudsbouwvakkers,

merendeels timmerlieden en metselaars (b).

Page 8: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

- 4 -

3. Methoden van onderzoek

3.1 Vragenlijsten

Er werden vragenlijsten verstuurd naar de te onderzoeken werknemers,

die thuis konden worden ingevuld en die achteraf werden gecontröleerd en

zonodig aangevuld door de bedrijfsgeneeskundige. De vragenlijst bestond uit

vier onderdelen (appendices B t/m E).

a. Vragen betreffende de algemene gezondheidstoestand.

b. De arbeidsanamnese.

c. Vragen over het werk.

d. Vragen over huidklachten.

3.2 Lichamelijk onderzoek

Het lichamelijk onderzoek werd verricht door de bedrijfsartsen van

Rotterdam en Den Haag. Daarbij diende een bevindingenlijst te worden inge­

vuld (appendix F). De psyche werd niet onderzocht. Nadien moest nog een

aanvullende lijst huidafwijkingen worden ingevuld (appendix G).

3.3 Biometrie

Dit onderzoek werd verricht door de betreffende bedrijfsartsen en

bedrijfsverpleegkundigen. De door hen gebruikte invullijst is weergegeven in

appendix H.

Uit de lengte en het gewicht werd de Quetelet-index als volgt

berekend:

Q = g/12.

g = gewicht in kilogrammen.

1 = lengte in centimeters.

Hier is zoals gebruikelijk vermeld Q x 105

. Als normaalwaarden geeft men op

195 tot 269, waarbij men op basis van de gegevens van levensverzekeringssta­

tistieken ook voor ouderen de waarden voor 20-35 jarigen hanteert.

58-89

De polsslag werd afgelezen uit het ECG. Als grenzen zijn aangenomen -1

min (8).

De bloeddruk werd gemeten met een automatische bloeddrukmeter,

waarbij de exemplaren in Rotterdam en Den Haag gelijktijdig geijkt werden.

In Den Haag werd één en in Rotterdam twee keer gemeten. Als grenzen werden

voorgesteld diastolisch 95 en systolisch 160. Dit zijn pathologische gren­

zen. Moderner is voor alle leeftijden een grens van 139 aan te houden en

waarden tussen 140 en 159 als teken van subgezondheid te beschouwen (1, 2).

Page 9: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

.- 5 -

De longfunctie werd gemeten door onder standaardomstandigheden na een

geforceerde expiratie de hoeveelheid uitgeademde lucht tegen de tijd te

registreren. Uit de registratie worden de diverse parameters afgelezen (FEVx

= Forced Expiration Volume na x sec, Vitale capaciteit = het maximale

uitgeademde volume) .

Uit een nomogram (appendix I) wordt de verwachte waarde van FEVS

afgelezen. De grenzen zijn deze waarde~ 0,7 liter. Voorts wordt de

Tiffenau-index (FEVl/FEVS x 100%) berekend. 90%-grenzen zijn 78 ~ 10%.

Over de parameters die uit het E.C.G. (elektrocardiogram) zijn

verkregen zijn zo weinig subjectieve bijzonderheden vermeld dat ze niet in

de beschouwingen zijn opgenomen. Ook de metingen van de visus zijn

fragmentarisch en daarom niet in de beschouwing opgenomen.

3.4 Chemie

De chemische bepalingen, die merendeels in het laboratorium te

Rotterdam werden verricht, zijn samen met de betreffende "norrnaalwaarden" in

appendix H vermeld (de laatste drie bepalingen vermeld onder "Hematologie"

vallen ook onder deze categorie) •

Als bepalingsmetheden zijn opgegeven:

cholesterol

y-GT

SGOT

SGPT

LDH

cholinesterase

ZPP in bloed

Pb in bloed

Liebermann Burchard, fotometrisch

fotometrisch kinetisch

fotometrisch kinetisch

fotometrisch kinetisch

fotometrisch kinetisch

fotometrisch kinetisch

hematofluorimetrisch, voor Den Haag zijn deze

bepalingen uitgevoerd in het Medisch Biologisch

Laboratorium TNO, Rijswijk

atomaire absorptie, voor Den Haag uitgevoerd in het

MBL

De Pb-bepaling werd alleen verricht indien de ZPP-waarde groter was dan 2,0.

3.5 Hematologie

De hematologische bepalingen en de betreffende normaalwaarden zijn

eveneens vermeld in appendix H. De normaalwaarden voor BSE (bezinking) zijn

als grenswaarde voor subgezondheid (appendix I) discutabel. Waarden van 5

tot ca. 20 of 30 komen bijvoorbeeld reeds voor bij kleine wondjes aan de

vingers, zoals bij werknemers veel voorkomen. In het ziekenhuis wordt bij

deze waarden de bepaling herhaald. Slechts waarden boven de 30 mm worden als

Page 10: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

- 6 -

ziekelijk gezien. De vraag is nu of men waarden van 5-30 door kleine wondjes

aan de handen als teken van subgezondheid kan zien.

Als methoden zijn opgegeven:

BSE

Hemoglobine

Erythrocyten

Leucocyten

Differentiaties

methode van Westergren, na 1 uur

fotometrisch (sysmex)

conductometrisch

conductometrisch

microscopisch, aangenomen wordt dat er visueel 200

cellen gedifferentieerd zijn

3.6 Urine

Zie appendix H. Er zijn geen methoden opgegeven.

4. De methoden van statistische verwerking

4.1 De vragenlijsten

4.1.1 De vragenlijsten betreffende de algemene gezondheidstoestand (appen­

dix B) en de huidklachten (appendix E) zijn tezamen verwerkt. Hierbij zijn

deze vragen in 19 categorieën onderverdeeld (zie appendix J).

a. Neurasthene klachten.

Hiertoe behoren vragen 200 t/m 204, hierop zijn 10 antwoorden te

geven. Ja wordt met 1, nee met 0 gewaardeerd. De relatieve frequentie

van het aantal ja's werd gescoord en tussen onderzoeksgroep en

controlegroep statistisch verwerkt met de tweezijdige toets van

Fisher voor deze zogenaamde 2x2-tabellen (3). Vervolgens werd de

totaalscore per werknemer bepaald. Aangezien er bij verschillende

werknemers een enkel antwoord niet is aangekruist wordt om de homo­

geniteit te handhaven het aantal waarnemingen gesteld op het aantal

onderzochte werknemers; geen antwoord = 0. Voor de vier groepen werd

het gemiddelde met de standaardfout berekend. Deze gemiddelden van

onrterzoeksgroep en controlegroep zijn voor Den Haag en Rotterdam

afzonderlijk vergeleken met behulp van de toets van Welch (4). Een

overeenkomstige bewerking is toegepast op alle andere antwoorden van

de vragenlijsten.

b. Oogklachten.

Op de vragen 210 en 211 zijn vier antwoorden mogelijk; ja ~ 1, nee ~

o.

Page 11: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

- 7 -

c. Oorklachten.

Op de vragen 220 t/m 222 zijn zeven antwoorden mogelijk; ja = 1, nee

= o. d. Longklachten.

Op de vragen 240 en 241 zijn negen antwoorden mogelijk; ja = 1, nee =

0.

e. Hartklachten.

Op de vragen 250 t/m 253 zijn elf antwoorden mogelijk; ja = 1, nee =

0.

f. Maag-, darm- en mictieklachten.

Op de vragen 260 t/m 264 zijn vijftien antwoorden mogelijk; ja = 1,

nee == 0.

g. Botklachten.

Op de vragen 280 t/m 321 zijn achttien antwoorden mogelijk; ja = 1,

nee = 0. Op vraag 320 zijn twee en op 321 vier antwoorden mogelijk.

h. Hoofdpijn/duizeligheid.

Op de vragen 340 en 341 zijn zes antwoorden mogelijk; ja

0.

1, nee =

i. Bloedvaten.

Op de vragen 360 en 361 zijn twee antwoorden mogelijk; ja = 1, nee =

0.

j. Allergische klachten.

Op vraag 370 zijn vier antwoorden mogelijk; ja = 1, nee = 0.

k. Onder behandeling arts/laatste drie jaar.

Op de vragen 390 t/m 408 zijn negentien antwoorden mogelijk; aange-

kruist = 1, anders 0.

1. Operaties.

Op de vragen 410 t/m 413 zijn vier antwoorden mogelijk; ja = 1,

o. m. Familie-ziekten.

Op de vragen 420 t/m 423 zijn vier antwoorden mogelijk; ja = 1,

o. n. Algemeen.

Op vraag 430 is één antwoord mogelijk; ja = 1, nee = 0.

o. Roken.

De kruisjes op de vragen 440 t/m 447 zijn als volgt gewaardeerd:

440 ja = 1, nee = 0

nee

nee

441 kruis = 1

442 kruis = 2

444 kruis = 1

445 kruis = 2

446a kruis = 1.

=

=

Page 12: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

443 kruis ~ 3

maximum score ; 7

p. Alcohol.

- 8 -

446 kruis ~ 3

De kruisjes op de vragen 450 t/m 453 zijn als volgt gewaardeerd:

450

451

452

453

ja ~

kruis

kruis

kruis

1, nee

~ 1

2

~ 3

maximum score = 4

q. Inspanning.

~ 0

Op de vragen 460 t/m 462 zijn drie antwoorden mogelijk; ja ~ 1, nee ~

0. Voor de somscore wordt het antwoord op vraag 460 niet meegerekend.

r. Diversen.

Op de vragen 470 t/m 500 zijn vier antwoorden mogelijk; ja ~ 1, nee

o. s. Huidklachten (appendix E).

Er zijn zeven vragen waarop twaalf antwoorden mogelijk zijn. Vraag

615 komt niet voor statistische analyse in aanmerking.

De vragen 601, 602, 605, 607, 616 en 617 betreffen huidklachten; ja~

1, nee ~ 0.

De vragen 609 t/m 614 betreffen voorzorgen; ja~ O, nee ~ 1.

De vragen 603, 604, 606 en 608 dienen eventueel met een jaartal te

worden ingevuld.

De vragen 613 en 615 dienen eventueel met een middel te worden

ingevuld, de vragen 616 en 617 met een stof.

4.1.2 Arbeidsanamnese (appendix C)

Relevant en relatief volledig ingevuld zijn de antwoorden op vraag 12

en 13. Deze zijn verwerkt als volgt: op vraag 12 zijn veertien antwoorden

mogelijk: ja ~ 1, nee of weet ik niet ~ 0. Subvraag 15 werd te fragmenta­

risch ingevuld om verwerkt te kunnen worden. Op vraag 13 zijn vijftien

antwoorden mogelijk: ja~ 1, nee of weet ik niet~ 0. Subvraag 16 werd te

fragmentarisch ingevuld en het antwoord "weet ik niet" is onmogelijk, zodat

het antwoord niet is verwerkt.

4.1.3 Vragen over het werk (appendix D)

De met 1 gewaardeerde antwoorden op de vragen het werk betreffende

zijn in appendix D aangekruist. De vragenlijst is opgesteld na overleg met

de SBGZ (Stichting Bedrijfsgezondheidszorg West-Brabant) aan de Werkgroep

Page 13: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

- 9 -

Directeuren Gezamenlijke Bedrijfsgezondheidsdiensten en is opgebouwd uit de

volgende negen categorieën (zie ook appendix J):

a. Fysieke belasting: vraag 1 t/m 5; vijf a~twoorden, ja = 1, nee = 0.

b. Perceptief-mentale belasting: vraag 6 t/m 10; vijf antwoorden, ja =

1, nee = 0, behalve bij vraag 9, nee = 1.

c. Omgevingsaspecten: vraag 11, 12, 13a t/m 13e, l4a t/m 14g en 15;

vijftien antwoorden, ja= 1, nee 0, behalve bij vraag 15, nee = 1.

d. De werktaak: vraga 16 t/m 20; vijf antwoorden, ja = 1, nee = 0,

behalve bij vraag 18, nee = 1.

e. Organisatie + leiding: vraag 21 t/m 25; vijf antwoorden, ja= 1, nee

= 0, behalve bij vraag 21, nee = 1.

f. Sfeer + samenwerking: vraag 26 t/m 30; vijf antwoorden bij vraag 26,

29 en 30, ja = 1, bij vraag 27 en 28, nee = 1.

g. Werkkring (verwachting, waardering en zekerheid): vraag 31 t/m 35;

vijf antwoorden, ja = 1, nee = o, behalve bij vraag 32, nee = 1.

h. Eigen rol + privé: vraag 36 t/m 40; vijf antwoorden, bij vraag 36, 39

en 40, ja 1, bij vraag 37 en 38, nee = 1.

i. Samenvattende vraag: vraag 41; vier antwoorden.

Op de somscores leverde de computer de P2's van de univariate F-toets; deze

komen overeen met die van de toets van Student. Bij de gebruikte aantallen

en door de geringe verschillen tussen de varianties (SD2

) van de onderzoeke­

groepen en de overeenkomstige contrölegroepen zijn deze vrijwel gelijk aan

de P2's berekend met de toets van Welch, die elders werd toegepast.

Op de samenvattende vraag zijn de antwoorden in te

2x4-tabel. De tweezijdige overschrijdingskans is berekend

van Woolf (5).

4.1.4 De leeftijd

delen in een 2

met de X -toets

De leeftijd werd verkregen uit het antwoord op vraag 101 (arbeide­

anamnese). De gegevens zijn uitgezet in histogrammen, waarbij de leeftijd

ingedeeld is in groepen van vijf jaren, en in cumulatieve frequentieverde­

lingen. Het verschil in leeftijd tussen de onderzoeksgroepen en overeenkom­

stige contrölegroepen werd getoetst met de toets van Kolmogorov-Smirnov (4),

P2's ~0,05 worden vermeld. Tevens zijn de gemiddelden met hun standaard­

fouten opgegeven, waarop wederom de univariate F-toets (= Student t-toets)

is toegepast; de P2's zijn vermeld. P2's ~0,05 zijn onderstreept.

Page 14: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

- 10 -

4.2 Lichamelijk onderzoek

De gegevens van het lichamelijk onderzoek zijn onder te verdelen in

13 categorieën met elk een vrij groot aantal bevindingen (appendix F en voor

specifieke huidafwijkingen appendix G, appendix J4). De relatieve frequen­

ties zijn weer getoetst met de methode van Fisher voor de 2x2-tabellen. P2's

~0,05 zijn onderstreept.

4.3 Biometrie

De biometrische gegevens (appendix H) zijn uitgezet in histogrammen,

waarbij er naar gestreefd is een aantal categorieën te kiezen dat ongeveer

gelijk is aan de vierkantswortel van het aantal waarnemingen. Bovendien zijn

deze gegevens samengevat in cumulatieve frequentieverdelingen, waarbij zoals

bij de leeftijd (zie 4.1.4) twee toetsen zijn toegepast, Kolmogorov-Smirnov

op de frequentieverdelingen en Welch op de gemiddelden.

De polsfrequentie werd in Den Haag nog eens extra geteld, deze

gegevens zijn niet verwerkt, wel de hartfrequentie die werd afgelezen uit

het ECG. De bloeddruk werd in Rotterdam twee keer gemeten. De laagste

waarden hiervan zijn vermeld. De bijzonderheden die zijn vermeld onder

ritme, as, ST-T interval en algemene bijzonderheden zijn zo specialistisch

dat deze moeilijk statistisch te verwerken zijn. Wat de longfunctie betreft

zijn als karakteristieke parameters vermeld de vitale capaciteit, FEV1/FEV5,

de peak flow en de FEVS-verwachte waarde. FEVl en FEVS zijn niet afzonder­

lijk vermeld. Er zijn geen figuren gemaakt van de deels afgeleide variabelen

Quatelet-index en EeG-parameters. Deze zijn apart getabelleerd.

Een aantal variabelen is zinvol gegroepeerd (zie hieronder). zowel

voor Den Haag als voor Rotterdam werden deze variabelen voor schilders en

bouwvakkers met een multivariate toets vergeleken. Er werden P's berekend

met behulp van de lambda-toets van Wilks, gereduceerd voor twee groepen. Dit

komt overeen met de T2-toets van Hotelling en met de D

2-toets van Mahalano­

bis (6). De aantallen, gemiddelden met standaardfouten en P2's berekend met

de to~ts van Student zijn eveneens vermeld. Met het computerprogramma werden

tevens de correlatiecoëfficiënt voor elk tweetal variabelen berekend en deze

werd getoetst tegen de hypothese dat er geen correlatie tussen het betref­

fende tweetal bestaat (7). Significante correlaties (P2 ~0,05) zijn vermeld.

De groeperingen waren als volgt:

Longfunctie :

Bloedsomloop:

vitale capaciteit, peak flow, FEVl/FEVS en FEVS-verwachte

waarde.

leeftijd, cholesterol, Quetelet-index, systolische en

diastolische bloeddruk.

Page 15: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

- 11 -

ECG QRS, FR-interval en frequentie.

De volgende referentiewaarden werden aangenomen (vgl. appendiced Hen I):

a. Voor leeftijd, gewicht en lengte werden geen grenzen gehanteerd.

b. Grenzen voor de vitale capaciteit (1) werden berekend met de formule

(8) 50,8 x (gem. lengte in zm) - 32,0 x (gem. leeftijd) - 3020 + 2SD.

SD = 450 ml. Voor gemiddelde lengte is genomen 175 cm en voor de

gemiddelde leeftijd 46,0 jaren.

De gemiddelde vitale capactiteit is dan 4,36 liter met 95%-grenzen (2

x SD) 3,46 en 5,26. Aangenomen is dat de metingen zittend zijn

verricht.

c. Grenzen voor de peak flow (1/min) zijn berekend met de formule:

4,45 x lengte- 3,09 x leeftijd- 7 + 2SD. SD = 114. Condities als

onder c. De gemiddelde peak flow is dan 630 1/min met grenzen 400 en

860 1/min.

d. FEV1/FEV5: gemiddelde 0,88 met 90%-grenzen 0,78 en 0,98.

e. FEV5-verwachte waarde, -0,7 tot +0,7 liter.

f.

g.

Cholesterol: 3,9- 7,3 mmol/1.

Quete1et-index: 195 x 105

tot 269 5

x 10 •

h. Systolische bloeddruk: bovengrens 139 mm Hg.

i. Diastolische bloeddruk: bovengrens 89 mm Hg.

j. EeG-parameters voor de leeftijd van 40-60 jaar (voor 20-40 jaar

verschillen de waarden minimaal) met 95%-grenzen werden geschat uit

de spreidingsbreedte van metingen aan 424 personen (8):

frequentie (per minuut) gem. 70 met grenzen van 58 tot 89; QRS tijd

(sec) gem. 0,091 met grenzen 0,077 en 0,111; FR-interval (sec) gem.

0,164 met grenzen 0,141 en 0,189.

4. 4 Chemie

Onder "Chemie" (appendix H) zijn naast de bepalingen van cholesterol,

y-GT, SGOT, SGFT en LDH in het bloed ook de bepalingen van cholinesterase,

ZFF en lood in bloed opgenomen. Van de verschillende parameters zijn

histogrammen en cumulatieve frequentieverdelingen gemaakt. Ook de aantallen,

gemiddelden met standaardfouten worden opgegeven. Verschillen tussen de

cumulatieve verdelingen werden getoetst met de toets van Kolmogorov-Smirnov

en verschillen tussen de gemiddelden met de toets van Student. De

leverfunktie, d.w.z. de groep bepalingen y-GT, SGOT, SGFT en LDH tezamen,

van de onderzoeksgroep in de controlegroep werd onderworpen aan de

mu1tivariate toets van Wilks. Voor de leverfunktie zijn voorts de

correlatiecoëfficiënten voor alle paren variabelen berekend.

Page 16: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

- 12 -

De volgende referentiewaarden werden gehanteerd (appendix H):

a. cholesterol 3,9 - 7, 3 mmol/1.

b. y-GT 6 - 28 U/1

c. SGOT tot 18 U/1.

d. SGPT tot 22 U/1.

e. LDH 120 - 240 U/1.

f. cholinesterase 3000 - 9300 U/1.

g. ZPP tot 2,0 )lg/gHb.

h. Lood in bloed tot 400 )Jg/1.

4.5 Hematologie (appendix H)

De gegevens van de bloedbezinking (BSE), hemoglobine (Hb), aantallen

erythrocyten (Ery's), leucocyten (Leuco's) en thrombocyten (Thrombo's) zijn

samengevat in histogrammen en cumulatieve frequentieverdelingen. Verschillen

tussen de cumulatieve freqeuntieverdelingen werden getoetst met de toets van

Kolmogorov-Smirnov, verschillen tussen gemiddelden met de toets van Student.

De gegevens zijn tevens multivariaat getoetst met behulp van de lambda toets

van Wilks en er zijn correlatiecoëfficiënten berekend voor alle paren

variabelen. Gezien de onnauwkeurigheid van de bepalingen, zijn van de

gegevens van de differentiatie alleen de frequenties vermeld van de waarne­

mingen die buiten de referentiegrenzen liggen. Er werd getoetst met de

exacte toets van Fisher.

De volgende referentiewaarden werden gehanteerd (appendix H):

a. BSE tot 5 mm/uur, beter is tot 30 mm/uur.

b. hemoglobine 8,5 - 11,2 mmol/1.

c. erythrocyten 4,0 x 1012

- 6,0 x 1012

;1.

d. leucocyten 5 x 109

- 9 10 x 10 /1.

9 9 e. thrombocyten 150 x 10 - 350 x 10 /1.

4.6 Qrine (appendix H)

De frequenties van positieve bevindingen van albumen, reductie en

bloed zijn getoetst met de exacte toets van Fisher.

Page 17: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

- 13 -

LITERATUURLIJST

1. H.E. Bock. Pathophysiology, Band II. George Thieme Verlag, Stuttgart,

1972, pag. 111.

2. Advies maximaal toelaatbare concentraties natrium in drinkwater.

Advies van de Gezondheidsraad, 1980, ~. 12-13.

3. H. de Jonge. Inleiding tot de Medische Statistiek, deel I, Ze druk

1963, p. 257. Verhandeling van Instituut voor Praeventieve Genees­

kunde XLI.

4. M.G. Natrella. Experimental Statistica. Nat. Bureau of Standards,

Handhook 1, 1963, p. 3.26 t/m 3.30.

5. L. Sachs. Angewandte Statistik. Springer Verlag, Berlin, 1974, p.

273-281.

6. R. Darrell Bock. Multivariate Statistical Methods in Behavioral

Research. McGraw Hill Bo. Co., New York, 1975, p. 153, formule

3.4.11, p. 400.

7. L. Sachs. Angewandte Statistik, Springer Verlag, Berlin, 1974, p.

329-330.

8. Ph.L. Altman and D.S. Dettmer. Respiration and circulation, Fed. of

Am. Soc. for Exper. Biolog., 1970, p. 37, 47, 277-278.

9. L. Sachs. Angewandte Statistik, Springer Verlag, Berlin, 1974, p.

228-230.

Page 18: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

- 14 -

Appendices

A Protocol enz.

B Personalia, vragenlijst gezondheidstoestand

C Vragenlijst voor werknemers in de bouwnijverheid

[arbeidsanamnese)

0 Werkvragen

E Vragenlijst huidklachten

F Personalia, lichamelijk onderzoek

G Onderzoek huidafwijkingen

H Biometrie

I Normen voor subgezondheid

J Aantallen antwoorden in de verschillende categorieën

pag. 1 - 3

pag. 4 - 8

pag. 9 - 14

pag .15 - 16

pag .17 - 18

pag .19 - 22

pag. 23

pag. 24

pag.25 - 28

pag.29 - 32

Page 19: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

Appendix A

Protocol van onderzoek schilders die mogelijk waren~

Doel

- 15 -

naar gezondheideeffecten bij onderhoude­een gevolg zijn van hun contact met verf-

Doel van het onderzoek is het meten van statistische associaties tussen gezondheidsparameters en arbeids-parameters in een groep van 200 werknemers uit de bouwnijverheid.

Op de eerste plaats wordt onderzocht of verschillen aanwezig zijn tussen schilders en andere bouwvakkers. Op de tweede plaats wordt onderzocht of de tijd het voorkomen of ernst van gevonden effecten beïnvloedt. Daarvoor zullen vragen ge­steld worden over leeftijd, dienstjaren en duur van blootstelling aan schadelijke stoffen zoals oplosmiddelen en andere verfwaren.

Inleiding

100 ondeLl•<>udsschilders en 100 onderhoudsbouwvakkers van boven de 35 jaar krijgen een uitgebreide APO-keuring en vullen een gedetail­leerde Arbeideanamnese in. De keuringen worden verricht door de BGD-Rotterdam en BGD-Den Haag. De beide BGD'en keuren ieder 50 schilders en 50 bouwvakkers uit hun eigen regio in de periode 1 september 1980 t/m 1 april 1981.

11ethode

e Van de in de periode (1 september 1980 - 1 april 1981} te keuren bouwpopulatie worden in beide regio's de onderhoudsbouwvakkers en de onderhoudsschilders uitgenodigd om mee te doen in het kader van wetenschappelijk onderzoek. Per BGD zullen één arts en één verpleegkundige het hele APO-onder­zoek uitvoeren. De bloed en urine bepalingen worden zoveel mogelijk op één lab gedaan (Rotterdam} behalve de uitzaksnelheid van het bloed.

e De resultaten van de keuring worden vastgelegd in de door de Com­missie Standaardisatie van de Werkgroep Directeuren van Gezamen­lijke Bedrijfsgezondheidsdiensten definitief voorgestelde vragen en observatielijsten.

e Naast de vraag- en observatielijsten komt er één arbeidshygiënische vragenlijst over kontakten met verfwaren en oplosmiddelen en over het aantal jaren dat men aan deze stoffen heeft blootgestaan.

e Alle gegevens zullen volstrekt vertrouwelijk worden behandeld.

Uitvoering

Het onderzoek van de personen is grofweg in drie groepen te verdelen:

I Invullen van enquêtes II Onderzoek door de arts III Klinisch chemisch onderzoek

Page 20: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

ad. r

ad. !I

- 16 -

De bedrijfsverpleegkundige loopt de volgende reeds thuis ingevulde lijsten samen met de onderzochte persoon na en voegt zonodig nog wat gegevens toe.

1. Arbeidsanarnnese

2. Personalialijst (vragenlijst gezondheidstoestand)

3. Werkvragenlijst

De verpleegkundige bergt arbeidsanamnese en werkvragenlijst op en brengt de werknemer met de "vragenlijst gezondheidstoestand" mee naar de arts, waarbij ernaar wordt gestreefd, dat de arts het beroep van de werknemer niet kent.

Lichamelijk onderzoek omvat•

1. Ogen

2. Hoofd en hals

3. Longen en borstkas

4. Hart

5. Buik

6. Bovenste extremiteiten

7. Onderste extremiteiten

8. Wervelkolom

9. Zenuwstelsel

10. Vaten

11. Huid en slijmvliezen

12. Habitus

Resultaten worden genoteerd in de personalialijst. Een extra lijst wordt nog toegevoegd door huidklachten.

De verpleegkundige zal van der werknemer verder nog bepalen:

1. Visueel prestatie profiel

2. Electracardiogram (klinische beoordeling)

3. Longfuntie (droge spirometrie)

4. Bloeddruk

5. Gewicht

6. Lengte

Page 21: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

- 17 -

Van de Rotterdamse werknemersgroep zal aanvullend de natte spirometrie en een computerbeoordeling van het electracar­diogram worden uitgevoerd.Bij de onderzoeken van BGD Den Haag vindt ook vetplooimeting en flikkerfusietest plaats.

ad. III Klinsich chemisch onderzoek In het bloed zullen de volgende parameters onderzocht worden:

1.(5-GT

2. SGOT

3. SGPT

4. LDH

5. Cholinesterase

6. BSE

7. Hemoglobine

8. Leucocyt en •

9. Eosmofielen (Dit'GJ

10. ZPP

Urine-onderzoek

1. Albumen

2. Reductie

3. Bloed

chemie

hematologie

Al het bloed en urine onderzoek zal plaatsvinden in Rotterdam. Dagelijks zal het in Rijswijk afgenomen bloed naar Rotterdam worden vervoerd. De BSE zal ook in Rijswijk worden bepaald.

Verwerking

Van de biometrie en andere cijfermatige gegevens zullen de gemiddelden en de standaardafwijkingen worden bepaald. Van elke pathologie wordt het aantal schilders met deze pathologie verge­leken met het aantal bouwvakkers met deze pathologie.

Kosten

De kosten van het normale APO onderzoek Z1Jn ~n principe voor de BGD'en. Extra onderzoeken en bepalingen zijn voor rekening van BGBouw. Onkosten (bv. transport van bloed- en urinemonsters) en de verwerking zijn voor rekening van BGBouw

Page 22: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

- 18 -

Appendix B

PERSONALIA

VRAGENLIJST GEZONOHEIOSTOESTANO

Deze liragenlijst is ui_tslultend bedoeld om een inzicht te verkrijgen

in uw gezondheidstoestand, met name in de re1atle met uw werk,

Wi !t u de v~agen op de volgende bladzijden beantwoorden door uw

antwoord met een kruisje aan te geven in het hokje achter de vraag.

Page 23: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

200. Bent u v~:~<:~k moe?

Zo ja: ~ij het op~ taan?

na het werk?

'!>-avonds?

201. Bent u vaak slaperig o{ suf?

202. Slaapt u slecht?

- 19 -

20]. Heeft u voortdurend het gevoel, dat u er niet

tegenop kunt?

ZOG. Heeft u nerveuze klachten (last van 'zenuwen'}?

Zo ja: Sent u vaak prikkelbaar?

Sent u vaak op~cwonden of gejaagd?

nee ja

DO DO DCl

BB DO

200

201

202

DO 203

OD 204

DO DD ----·

210. Draagt u een bril of contactlenzen?

211. Heeft u klachten over het zien (zelfs als u

contactlenzen of uw bri I draagt)?

·zo ja: bij het zien veraf?

bij het zien' dichtbij?

220. Heeft u klachten van de oren?

Zo ja: - sI echt horen?

oorsuizen?

loopoor?

221. ,, "" neus regelmatig verstopt?

Zo ja: - langer dan maanden achter elkaar?

222. Bent u vaak hees?

240. Moet u regelmatig hoesten?

Zo ja: - moet u gedurende de laatste 2 jaar

regelmatig hoesten?

- hoest u langer dan 3 maanden achter elkaar?

- moet u ook si i jm ophoesten?

zq1. Heeft u 0ogal eens Jast van kortademigheid?

Zo ja: in rust

bij lichte lichamelijke inspanning,

(gewoon lopen?)

Bij zwaardere lichamelijke inspanning,

(de trap oplopen, tegen de wind inlopen,

of fletsen)?

komt de kortademigheid in aanval I en van

benauwdheid {astma)?

250. Heeft u 's-nachts vaak last van benauwdheid?

Zo ja: - Is het noodzakelijk op meer dan één kussen

te slapen?

251. Heeft u nogal eens pijn of een beklemd gevoel op de

borst of in de hartstreek.?

Zo Ja: in rust?

bij lichte lichamelijke Inspanning (gewoon

lopen)?

biJ zwaardere lichamelijke Inspanning (de trap

oplopen. tegen de wind inlopen of fietsen)?

bij opwinding?

- bij overgang van warmte naar koude?

na de maaltijd?"

"2$2. 'Hoei U 1 s-paCbis gewooi'll !jk meer dan eens plass\!n?

25). Heeft 1.1 's~avonds \!aak dikke voeten?

DO "o

DCJ 211

0 0

DO 220

DO DO DO DO 221

DO DO 222

DO 240

DO DO DO DO DO

241

DO

DO DO

DO 250

DO DO 251

DO DO DO DO DO DO DO 252

DO 253

Page 24: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

- 20 -

260. Heeft u regelmatig klachten over de maagstreek?

Zo ja: - maagpijn?

- •zuur branden'?

261. Heeft u regelmatig buikpijn?

Zo ja: - in hevige aanv'~Jlen7

- langdurig en zeurend?

262. Heeft u regelmatig problemen met de ontlasting?

Zo ja: verstopping?

diarree?

bloed bij de ontlasting?

26). Heeft u een breuk (I iesbreuk, navelbreuk of andere breuk)?

264. Heeft u klachten bij het plassen?

2B0.

281.

282.

283.

284.

285.

300.

)01.

302.

303.

)04.

305,

Zo ja: moet u vaak plassen?

plrut u moeilijk?

- heeft u een branderig gevoel tijdens het plassen?

Heeft u regelmt.~tig pijn of stijfheid in de bovenste ledematen?

Zo ja: scho•Jder

bovenarm

eI leboog

onderarm

pols

hand of vingers

Heeft u regelmatig pijn of stijfheid In de onderste ledematen?

Zo ja: heup

bovenbeen

knie

onderbeen

enkel

voet of tenen

320, Heeft u regelmatig pijn of stijfheid in de nek?

Zo ja: - trekt het ergens naar toe7

321. Heeft u regelmatig pijn of stijfheid in de rug?

Zo ja: middr.n in de rug

in de lendestreek

trekt het ergens naar toe?

340. Heeft u regelmatig Jast van ernstige hoofdpijn?

Zo ja: - migraine?

)-41. S!!nt 'J "<iè!k (fulzelig?

1n:.•et u dan gaan zitten?

v"<lt u d<}n fla~JW?

bent u duizelig bij verandering van houding?

360. Heeft u spataderen?

361. Heeft u pijn in de kuit(en) gedurende het lopen?

)70: Bent u ergens overgevoelig voor?

Zo ja, hebt u daarbij last van:

-de huid (bijv. uitslag, jeuk)

- de neus (biJv. loopneu!}

de ademhaling (b1jv. benauwd, kriebelhoest)

nee J•l

DO 260

LJO DO DO 261

00 DO [JU 262

0[.] DO DO D[J 263

DO 264

DO DO DO

DO 0 280

0 281

0 28~

0 283

0 284

0 285

DO 0 300

0 301

0 302

0 30 3

0 304

0 305

DO 320

DO DO 321

0 0 0

DO 340

DO DO 341

DO DO DO

DO 360

DO 361

DO 370

DO DO DO

Page 25: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

Bent u de ~'!..t~_!!...!:!L.!_!:_l:~!. onder behaode I i nq gcwees t voor enn of mceïdere

vo1n de hieHmCer gC!noemde ziekten of aanducnin'Jcn (gen('csmiddclen, operatie$,

dieet, rustkuur, bes.tr<ding, maHage of leefregels):

39(1. (aankruisen) suikerziekte

391.

392.

393.

)94.

395.

396.

397.

398.

399·

400.

401.

402.

403.

404.

405.

406.

407. 408.

hoge blócddruk

hartliek:.P..

vaatziek te (biJv. trombose)

overgewicht

overspanMnh~id

slapeloosheid

vallende ziekte

huidziekte

bronchitis (of astma)

rheuma

spier- of gewrichtskiachten

langdurige nek- of rugklachten

maag

galblaas

lever (bijv. geelzucht}

nieren

-ernstig ongeval

andere ziekten of aandoeningen

zo ja, welke?

410. Sent u w~l eens geopereerd?

411. z~ ja: - de laatste 3 jaren?

Zo ja, waarvoor? Korte omschrijving van operaties gedurende de laatsle 3 jaar

~12. Heeft u nog klachten van vroegere operaties?

Zo ja, welke? Korte omschrijving:

0 390

0 391

0 391

l1 393

0 )94

0 395

0 396

0 397

0 )98

0 399

0 4oo

0 401

0 407

0 403

0 404

0 405

0 406

0 407

0 408

DO 410

DO 411

DO 412

~13. Gebruikt u nogal eens geneesmlddelen (slaapmiddelen, asperine, de pil, enz.)? DO 413

420.

421.

422.

42).

4)0.

440.

441.

442.

44),

444.

445.

446.

Zo ja, welke? (zo mogelijk naam en aantal) .••.•••..•.•..•••.•••••••.•.•.•••••••.•..•

Zijn één of meer van uw ouders, broers, zusters, voor het 55e jaar lijdende (geweest)

aan een:

hartinfarct

beroerte (hersenbloeding)

te hoge bloeddruk

suikerziekte

Heeft u nog iets anders over

Zo ja: - korte omschrijving:

Rookt u?

Zo ja: hoeveel sigaretten,

minder dan 10

10 tot 20

meer dan 20

uw gezondheid op te merken?

shagjes of sigaartjes per dag:

hoeveel pijpen of grote sigaren per dag?

minder dan 5

5 tot 10

meel"' dan 10

1461. - be::t u het .1fge!opm Jnr d~f:r,itief 6e1topt met ro:...<!ll ?

DO 420

DO 421

DO 412

DO 423

DO 4)0

DO 440

8 441

442

0 443 .

0 444 ;

0 445 i

0 446 '

0 •Hb

Page 26: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

- 22 -

~·so. Drinkt u alcoholische drank bier, jenever, wijn of dergelijke}?

Zo ja: Hoevee I glazen P" week:

45 I. minder ''" 10

452. 10 tot 25

'5). meer d.1n 25

'60. Spant " zich I icharnel ijk wel eens f 1 i nk in?

461. tijdens het werk

462. - In vrije tijd (bijv. sport)

lj]O. Denkt u, dat u in deze lijst kf.:.chten heeft gen~"'md, die mog~lijk met het werlo.. ~amenhangen?

Zo ja, wilt u hieronder aangeven: nummer van de vraag, klacht en oorzaak volgens u:

no. vraag klacht oorzaak volgens u

480. Voelt u zich gezond?

~90. Zijn alle in deze I ijst opgegeven klachten bij uw huisarts of special i st bekend?

Zo nee: -welke klachten niet (wilt u de nummers, die voor de desbetreffende vragen staan, hier

vermelden): ............................. .

korte omsc.hrijvi ng: •• ,, •••••......•••.. , ••• , ........................... , .•.....•.....

500. Heeft u er bezwaar tegen, dat g~gevens van~ onderzoek naar uw huisarts worden doorgestuurd?

neo j•

Oll 'SO

0 '•S 1

0 ,52

[] 1153

[§Ja 1160

0' ,,, d "' ~J

Oll '7•

480

490

DO 5oo

Page 27: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

Appendix C - 23 -

VRAGENLIJST VOOR WERKNEMERS IN DE BOUWNIJVERHEID (ARBEIDSANAMNESE)

In deze lijst worden vragen gesteld over uw opleiding en uw

werkzaamheden vanàf de lagere schooltijd. Ook worden er

vragen gesteld over het gebruik van gezondheidsschadelijke

stoffen binnen en buiten uw beroep.

~lilt u alle vragen beantwoorden? Indien u met bepaalde vra­

gen moeilijkheden hebt dan kunt u hierover, op de dag dat

u gekeurd wordt, met de bedrijfsverpleegkundige overleggen.

1. Wat is uw geboorte jaar?

2. In welke stad of gemeente bent u geboren?

........ ~ ................................ .

3, In welke gemeente is uw huidige werkgever ge-

vestigd? ................................

4. Uit hoeveel werknemers (inclusief bedrijfs­

leiders, administratief- en winkelpersoneel)

bestaat het bedrijf waar u thans werkt?

(Alleen het vakje achter het juiste antwoord

aankruisen) •

·eigen eenmansbedrijf

1 - 5 werknemers

6 - 10 werknemers

10 - 20 werknemers

21 - 50 werknemers

meer dan 50 werknemers

5, School, militaire dienst en vorige betrekkingen

_Wilt u hieronder aangeven welke dagopleiding u

hebt gevolgd, welke beroepen u hebt uitgeoefend

en in welke jaren u dit heeft gedaan? Gelieve

119 ...

bij de periodes dat u in de bouwnijverheid heeft

gewerkt aan te kruisen of u in de nieuwbouwsector

de onderhouds- en verbouwsector of de overige

sectoren (scheepsbouw en constructie, grond-:

weg- en waterbouw, spuiterij enz.) heeft ge­

werkt.

- Indien u een of meerdere keren van werkgever

bent veranderd Eonder van beroep en sector te

Deze kolom niet eschrijven,

!lol

Page 28: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

- 24 -

veranderen kunt u die periodes als één •

aaneengesloten periode invullen.

- een beroep dat u korter dan 5 maanden hebt uit­

gevoerd hoeft u niet apart te vermelden

Voorbeeld

periode van tot

1952 ... ~ 1958

1963

1958

1953

1965

soort opleiding en beroep

lagere school ~~~--~············· LTS Electratechniek ................... Militaire dienst ...................

1965 . 1965 w.w . .. . . . . . . . . . . . . . . . . . . 1965 1973 Electromonteur ................... 1973 heden Sterkstroommonteur

Vul hier uw

periode van .tot

19. . 19 .•

19. . 19.

19. . 19. . 19 •• 19.

19 •. 19. . 19. 19. . 19 •• 19. . 19. 19. .

.................... eigen gegevens in:

soort opleiding en beroep

... . . . . . . . .. . . . . .

. . . . . . . . . . . . . . ...

. . . . . . . . . . ... . ..

. . . . . . . . ...... . .

. . . . . . .

... . . . . . . . . . . . . .. .

. . . . . . . . . . . . . . .

. . . . . . . . . . . .. . . .. .

. . . . . . . . . . . . . . . .. . .

bouwnijverheidssector .nieuw- onderhoud overige bouw en verbouw

bouwnijverheidssector nieuw- onderhoud overige

· bouw en verbouw

5. Zijn er periodes in uw loopbaan geweest dat u in

deeltijd (part-time: minder dan 40 uur in de

W•Jek.) 'o<:rkte door werktijdverkorting ,ziekte e.d.?

Zo·nee,dan kunt u doorgaan naar vraag 7

Zo ja, kunt u dan aangege~n in welke jaren dat

was, hoeveel maanden u toen deeltijdwerk ver­

richtte en hoeveel uur u toen gemiddeld per

week werkte?

Periodes korter dan één maand hoeft u niet

te vermelden

105

106

107

108

109

Page 29: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

- 25 -

van tot aantal maanden aantal uren werk • per week

19 •• 19 .. . . . . . . . . . . . . . . . ........... · .... 19 •• 19 •• . . . . . . . . . . . . . . . ................ 19 •• 19 .. . . . . . . . . . . . . . . . ............... 19 .. 19 .. . . . . . . . . . . . . . . . ............... 19 .. 19 .. . . . . . . . . . . . . . . . . ............... 19 .. 19 .. . . . . . . . . . . . . . . . . ...............

De volgende vragen gaan niet allemaal over uw beroeps­

uitoefening. Wij zijn geïnteresseerd in de vraag hoe­

veel uur men per week met schadelijke stoffen in kon­

takt is zowel binnen het beroep als daarbuiten. U kunt

er op rekenen dat uw antwoorden vertrouwelijk zullen

worden behandeld.

7. Hoeveel uur hebt u het afgelopen jaar gemiddeld

per week overgewerkt? (Alleen het vakje achter

het juiste antwoord aankruisen.)

niet overgewerkt

4 uur of minder per wee~

van 5 tot en met 9 uur per week

van 10 tot en met 19 uur per week

van 20 tot en met 29 uur per week

"" "van 30 tot en met 39 uur per week

40 uur of meer

8. Verrichtte u vroeger minder, evenveel of

meer overwerk dan.het afgelopen jaar?

(Alleen het vakje achter het juiste antwoord

aankruisen. ) minder

evenveel

meer

rrn=J ( 120

Page 30: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

- 26 -

9. Hoeveel uur besteedde u het afgelopen jaar

gemiddeld aan k~ussen bij uzelf thuis of

bij anderen die direct met uw huidige beroep

te maken hebben?

(Alleen het vakje achter het juiste antwoord

aankruissen).

geen klussen

lt uur of minder

van 5 tot en met 9 uur per week

van 10 tot en met 19 uur per week

van 20 tot en met 29 uur per week

van "30 tot en met 39 uur per week

ltO uur of meer per week

10. Kluste u vroeger minder, evenveel of

meer dan het afgelopen jaar? minder

evenveel

meer

11. Hebt u hobby's?

Zo nee, dan kunt u doorgaan naar vraag 13

Zo ja, wilt u die hieronder kort omschrijven?

" ............................................. . . . . .. . . . .. . .. . . . . . .. . . . . .. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .. . ······~······································ • • o o • e • • • • ,. • • • • • • • " • • • .. • • " • • • • • o • • o o • o • • • o • • •

.... ~ ................................................. .

J 2. Hieronder vindt u een lijst met mogelijk

scha1•dijke stoffen. Met welke van de ge­

noemde stoffen bent u het afgelopen jaar

:i.n uw beroep (werk,overwerk) ten minste

~~n keer in kontakt geweest? (Per stof

of groep van stoffen alleen het vakje

onder het juiste antwoord aankruisen.)

ja •nee

1. Bestrijdings middelen (tegen algen­groei, insekten e.d.)

DO 2. houtveredelings- en conserveer­

middelen DO

jm

wee:t: ik niet

D l12s

D 1127

Page 31: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

. ' - 27 -

3. lasmaterialen en lasrook

4. soldeermaterialen en soldeer-

5. stof (van asbest, cement, hout, kalk, kwarts, allerlij soorten schuurstof)

6. teer, pek, bitumen, asfaltmate­rialen

7. schildersbenodigdheden (verf, lak, vernis, peut, afbijt)

8. afbrandgassen bij verfverwij­dering

9. lijm en plakmiddelen (behangers-lijm, glaskit)

10. loodplamuur, loodmenie

11. cement, beton

12. betonreparatiemateriaal

13. ontvettingsmiddelen voor metaal (bijv. tri)

14. ammonia

15. andere u bekende schadelijke stoffen namelijk •.•••.•...

13. Hieronder vindt u nogmaals de lijst

met mogelijk schadelijke stoffen.

Met welk van de genoemde stoffen

bent u het afgelopen jaar in uw

vrije tijd (hobby, klussen) ten­

minste ~en keer in aanraking geko­

men? (Per stof of groep van stoffen

alleen het vakje onder het juiste

antwoord aankruisen.)

1. bestrijdingsmiddelen (tegen planteziekten, insekten, ratten, muizen, algengroei e.d.)

2. houtveredelings- en conserveer­middelen

3. lasmaterialen, lasrook

4. soldeermaterialen, soldeerdamp

5. stof (asbest, cement, hout, kalk, kwarts, allerlij soorten schuurstof)

ja nee weet ik niet

§ § § DO DO DO DO

BB

ja nee

DO

D 0 0 0

B

weet ik niet

0

0 0 D

§§ §

128

129

130

135

136

137

138

143

144

145

Page 32: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

• . . - 28 -

• 6. teer, pek, bitumen, as-faltmaterialen

7. schildersbenodigdheden (verf, lak, vernis, peut, afbijt)

8. afbrandgassen bij verfver­verbranding

9. lijm en plakmiddelen (ook modelbouw, behangerslijm, glaskit)

10. cement beton

11. loodplamuur, loodmenie

12. betonreparatiemateriaal

13. ontvettingsmiddelen voor metaal (bijv. tri)

14. bij fotografie gebruikte stoffen (ontwikkelen, af­drukken)

15. ammonia

16. andere u bekende schadelijke stoffen namelijk •••••••.•••

ja nee

DO DO DO DO

DO

BB

weet ik niet

D D 0 D

0

B

1146 I 1147 I 1148 I 1149 I 150

151

152

153

115'+ I

ill8 6

Page 33: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

- 29 -

Appendix 0 Oe antwoorden,die met 1 zijn gewaardeerd,zijn aangekruist

Voornamen

Geboren

woonp 1 aan

Strdatnaam

.. , ' ....

W E R K V R A G E N

Bedrijf

Fu'lktie

Huisarts

Adres

Na~l.c vragen over uw g~.zondheia wi I de bedrljfSl1rts meer weten over uw werk. Dit kan een evt. gesprek met de beariJfsarts nuttig maken. ~eantwoord u de vragen zo ~~untaan moge~ tijk. Het is niet de bedoeling dat u lang gaat litten nadenken. Uw antwoorden worden even vertrouwelijk behandeld als de vraqen over uw gezondheid. ~i I t u ook nu weer het Juiste antwoord aangeven met een kruisje In het hokje achter de vraag.

I. Ondt:r<Jindt u tijdens het wt: rk vee I hind~r van langdurig .ti tten7

2. Ondervindt u tijdens het werk vee I hinder van l•ngdur i g staan?

). Ondervindt u t 1 jdens het werk veel h I ode r van langere tIjd te moeten

werken in eenl.e! fde houding?

4. Ondervindt u tijdens het werk vt!el hinder van regelmatig te moeten bukken?

5. Is uw werk lichamelijk erg -inspannend?

6. Is uw werk geestelijk erg in5;pannend?

7. Moet u zich tijdens her werk sterk concentreren?

8. Vereist uw werk grote nauwkeurigheid?

9. Kunt u gemakkelijk weg van de plaats waar u wtHkt?

10. Werkt.u geregeld onder tijdsdruk?

I I. Ondervindt u in het werk veel hinder vdn lawaai?

12. Ondervindt u veel hinder van (mechanische) tri I Jingen of schokken i .h. werk?

1]. Ondervindt u in het werk veel hinder van:

stank

- stof

- rook

damp o t neve I

ga;

14. Ondervindt u in het werk veel hinder van:

- koude

- warmte

temperdtuurswiss~lingen

- tOCht

- droge lucht

- vochtige lucht

- gebrek aan frisse lucht

lS. VIndt u dac het in orde h met de veiligheid In hel werk7

nee ja

0~ 00 OCJ

00 OQ

0(] OQ

DB 00 DGJ 00 om OQ DGl

B~

m

Page 34: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

- 30 -

17. Hcbt u 10 uw wc.[k vvlllucnUt= uh-11S'::il!l iny?

tB. Vindt u uw wctk lc ccHI/uudH:I?

1~. Htbl u Wt=lk Ll<.tt U!J u !J<.l':>l?

10. Hebt u lllt!C~ldl vlcltCf 10 het wtrk7

21. \olurdt uw werK vuuk ln.~lcnvnt:rJ door unverw..lchte si tuutit:.'!l?

22. h hc.::t wcrk Jvt..<~y ... ~t.Hl'> yut:d 'Jeurguoi3ecrd7

13. Werkt u undl:!f yuctlc duycll Jlo.-;,C leiding?

1~. Houdt Je l.iuyci•Jio.-.c lcidtlHJ .... uldoend~ rekening met wat u Legt?

L~. !ie~;;tt ûe dugc-\1 Jk':.c lt!1Jiny een jui'!)t beeld van uw wcrlo..?

l/. V11Hh u de utH.kliHHjl'" -:.lcc1 u!J hel werk goed?

18. Kunt u voldocnllc uvcr legyen over uw werk?

11). Wordt uw wef}.. tJcmuc1lijkt \.luur ,dwt:!ziyheid 'tldll ~ndtrt:n?

}0. WOrdt u .In uw \<o~t:flo. tJcreyeld l.jt:hlnderd omdat anderen hun werk niet got 1 doen1

J3. liJII uw vuvruitLiLiltt:n

34. Vue I t u ll dl in d 1 t Ued

JS. Vindt u uw belun1oy in

\/U I JUl . .! I Hit: ;;:ekerheid?

• nncnhur t ungun<., ti ye vef.JIIdc•

lJI j tJcLt: werkgever yoed!

f I jt voldoende gewaardeerd'!

ovc' een-, tewm 1 ng met het werk

inycn '" uw wt::rk1

<J•t u doet?

j6 Moet u Vd..Jio. lt.;'l':> doen d<Jt el~t!idijk niet tot uw tddk bt!hoort?

j/. l.let::t u wuu.lvüur u wel en niet verdotwoordelijk bent in uw werk?

j8. \oleet u w..Jl dildelen u~ dt: •. dd~::-1 ing van u verwachten?

j'j. Ltjn c1 vm::>l<~nû,;jht:Jen in het wc1k die een onyuo':>tîge invloed hebben op uw

1--lf 1 vé~ leven?

!;0. I.Jurdt u leven ulltjUH':>tty UcïuvlucJ door onregelmdtÎgè werktijden7 (lüdl':>

IJIOt!ljCfldlt:n':>t, lhH .. htJien-:.r, overwerk)

4!. Al me( ..1!, v1nJt u nu Lt!ll dut u goed. cedelijk, motig of niet goed zit met

yueJ

lli<J t! y

niet yu~.;J

fi<.:L' j .J

riJD 00 DGJ DID 0@

-~-~'::'

x IJ x

:::::~ 00 00

00

GD

0 0 0 0

Page 35: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

. ' , . ·, \

VRAGENLIJST HlJIDKLACHTt:N

- 31 -

Appendix E

1. Heeft u op het o~cnblik huidklaehten? •

2. Heeft u vroeger huidklachten gehad?

Zo nee, GA DOOR NAAR VRAAG 3

Zo ja in welk jaar is dat begonnen?

119 .. Indien u op het ogenblik geen huidklachten

meer hebt in welk jaar zijn die dan geëin-

digd? 119 ..

3. Bent u ooit door een arts behandeld voor

huidafwijkingen?

Zo nee, GA DOOR NAAR VRAAG 4.

Zo ja, in welk jaar voor het eerst?

119 .. Bent u hiervoor nog steeds in behandeling?

Zo ja, GA DOOR NAAR VRAA~ 4.

Zo nee, in

eindigd?

welke jaar

119 .. is de behandeling ge-

4. Gebruikt u op het werk over het algemeen

een of andere bescherming voor de huid?

-beschermende kleding (overall e.d.)

- hoed of pet

- handschoenen

- crème's

- andere, namelijk ••••....••.•.•••••

5. Wast u na het werk de huid met iets anders

dan met water en zeep?

Zo ja, hoe heet dat middel?

...........................................

6. Zijn er op het werk stoffen waar uw huid

niet tegen kan?

Zo ja, welke stoffen?

.............................................

. . . . . . . . . . .. .. . .. . .. . .. . . . . . . .. .. . . . . . . . . . . . . . .

. . . . . . . . . . .. . . . . . . .. .. ,. ..................... .

JA

0

0

0

0

0 0

0

NEE

D

0

0

0

D D

D

Deze kolom niet beschrijven.

1608

609

610

611

612

613

Page 36: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

- 32 -

7. Zijn er thqis stoffen waar uw huid niet

tegen kan?

Zo ja, welke stoffen?

..........................................

. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

JA NEE

0 D

Indien u huidklachten heeft of had, zal de bedrijfsarts hierover

nader vragen en/of onderzoeken.

I .

I

Page 37: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

Appendix F - 33 -

PERSONALIA

Page 38: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

toe! ichting

- 34 -

LICHAMELIJK ONDERZOEK

I. OGEN

AfwiJkingen van: - conjunctivae

- pup i !Jen

-pupilreflex

Nystagmus

Ptosîs

I I. HOOFD EN HALS

Operatie-littekens

oogbewegingen

Afwijkingen van: -keel (tonsillen)

- 1 ymphk 1 ie ren

loopoor

Otitis externa

-neus (doorgankelijkheid)

stem

-schildklier

-trommelvliezen

Slechte toestand gebit

Foeter ex are

I I I. LONGEN EN BORSTKAS

Afwijkingen van: - vorm

-beweeglijkheid

Asymetrie

Afwijkingen bij: -percussie

-auscultatie

IV.~

Afwijkingen bij: - percussie

- auscultatie

Ritme-stoornissen

..........................................

V.~

Operatie-littekens

Lever palpabel

Milt palpabel

Herniae

Haemorrhoi den

Genitaal afwijkingen

u

• • u L

uo .o 'ë~ re I i

OGEN

DDD 212

000 213

000 214

000 215

D 0 216

0 0 217

0 0 218

hoofd en hals

88 00 DO DO DO 000 000 OOD DO DO DO Jongen­borstkas

DO DO DO DO DO DO hart

oo oo OD DO buik

DO oo Do oo 0.0 DO DO

223

224

225

226

227

228

229

230

231

2)2

233

234

242

243

244

245

246

247

254

255 256

257

265

266

267

268

269

270

271

Page 39: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

toe I ichting

- 35 -

VI. BOVENSTE EXTREMITEITEN

Operatie littekens

Anatomische of functionele afwijkingen van:

- schouder

- bovenarm

elleboog

- onderarm

pols

hand + vingers

- Sensibele afwijkingen

- Zweethanden

Vil. ONOERSTE EXTREMITEITEN

Operatie littekens

Anatomische of functionele afwijkingen van:

heup

bovenbeen

knie

onderbeen

enkel

voet + tenen

Sensibele afwijkingen

Zweetvoeten

VIII. WERVELKOLOM

Operatie littekens

Versterkte kyphose

Scoliose: -cervicaal

- thoracaal

- 1 umbaa 1

lordose: - versterkt

- verstreken

Bewegingsbeperklng: cervicaal

lumbaal

Schobert <:: 9 cm.

Bekkenscheefstand

. ZENU\ISTELSEL

Abnormale - KPR

- APR

- voetzoolreflex

Andere reflexpathologie

Romberg positief

lasègue positief

Tremoren

Sensibiliteitsafwijkingen

"0

" " "0 ~

~o 00 ·-" c: .o re I;

Bov. Extrem.

000 Z86

000 Z87

000 Z88

000 Z89

000 290

000 291

BBB 292

29)

oo 294

DO 295

Ond. Extrem.

000 )06

000 307

[100 )08

000 )09

000 J 10

000 ) 1 I

000 )12

000 3 I)

DO 314

DO )15

wervelkolom

DO 323

DO 324

000 325

000 326

000 327

DO )28

DO )29

DO )JO

DO 3 3 1

DO 332

DO 333

DO 334

zenuwstelsel

000 342

000 343

000 )44

00 345

DO 346

000 347

DO 348

000 349

0 0 350

Page 40: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

toelichting

- 36 -

X. VATEN

Varices

Afwijkingen van pulsaties been- en voetarteriën

XI. HUID- EN SLIJMVLIEZEN

Excemen, dermatitis

Ontstekingen

Andere huidafwijkingen

SJ ijmv\ iesafwijkingen

Cyanose

Ulcus cruris

Sterk zweten

XII. HABITUS

Asthenie

Adipositas

XII I. PSYCHE

" • • " -~o • 0 ï: ]l re 1 i

vaten

000 362

000 36)

0 0 364

huid en sl. vl.

DO 371

DO 372

DO 373

DO 374

DO 375

000 376

DO DO habitus

DO DO DO

377

378

)80

381

)82

Page 41: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

Appendix G

- 37 -

ONDERZOEK

Huidaf'wijkingen momenteel nanwe:zig/af'wezi.g

Lokalisatie vingers rugzijde palmzijde zijkanten

nagels handpalm handrug pols palmzijde

strekzijde arm buigzijde·

strekzijde elleboog plooi

punt

Beeld + omschrijving:

• 4 • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • •

Diagnosf': 00 = psoriasis 01 = dishyd:--otisch eczeem 02 ~ allergisch kontakteczeem 03 = orthoergische kontelctdermati tis o4 " constitutioneel eczee-n 05 = allergisch + orthoergisch eczeem o6 = allergisch + constitut:looneel 07 = orthoergisch + constitutioneel 08 = nummulair eczeem 09 = ongeklassificeerd 10 = paronychia 11 -- vitiligo 1:? = fotodermutos" 13 = andere

Hoofddiagnose zekerheidsdiagnose of waarschijnlijk­heidsdiagnose

. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

aanw atw

I I I neen ja

I 2 cijfers

I zeker waarach

Page 42: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

BIOME1'RIE:

Gewicht zonder kleding: Lengte zonder schoenen:

Longfunctie: FEVl FEV5

ECG

Vitale cap.: FEV1/FEV5 Peak Flow

ritffie QRS

- 38 -

App~mdix H

as : bijzonderheden:

Visus

Chemie:

cholesterol Y-GT SGOT SGPT LDH

Hematolo9'ie:

BSE hemoglobine erythrocyten leuco•s leuco diff.

eos baso staafk. segm~

lymfo mono div. tot.

thrombo's

met correctie zonder correctie:

mmol/1 U/1 U/1 U/1 U/1

mm/uur mmolÜ x !JO /1. 10 /1.

% % % % % % % %

109 /l. x

cholinesterase: U/1 ZPP ~g/gHb PbB IJg/1.

Urine: Albumen negatief Reductie necgatief Bloed , negatief

kg. cm.

1. 1. 1. % 1/min.

dossierno:

(verw. war ràe:

frequentie : PR-interval: ST-T

OD: OS: OD: OS:

normaalwaarcle:

~.9-7.3 JO: 6-28 v: m: tot 18 v: m: tot 22 v: 120-240

m: tot 5 v: m: 8,5-11.2 v: m: 4.0-6.0 v: 5-10

1-4 0-1 0-4 55-66 22-35 4-8

100 150-350 3000-9300 tot 2.0 tot 40,0

sl/min. I l

4-18 tot 15 tot 17

tot 10 7.5-9.9 3.9-5.0

Page 43: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

- 39 -

Appcndj: J

v.•J'V.'l'll, lo

B\.D Rolt(•xd.1rn d.d. 24-JO-'RO

Aanwezig: Neclcm~n, Rijpstr~, l:lop en Schcffers (notulist).

polsslag wordt afgelezen uit het ECG

ondergrens.( 50 slagen per minuut

bov.engrens>l20 sle~gen per minuut

bloeddruk: a na] oog aan bes taande normen f.;te 1 t men de norm op:

/95 diastoliscli €n ) 160 systolisch.

longfunctie: hiervoor zijn twee. kriteria.

Met behulp van leeftijd en lengte wordt in een nomogn1m de

verv.•ac.htc FEV5

afgelezen. De werkelijke FEV5

mae niet meer

of minder zijn dan de verwachte waarde plus of minus 0.7

liter.

Met behulp van de FEV1en FEV

5 wordt in een nomogram de

Tiffenait index bepaald (FEV(FEV5

) x 100%). De berekende

waarde mag niet buite.n hc.t interval 687.-88% komen.

Vetgehalte:

Met behulp van de lengte en gewicht v10rdt de Broca..:.index

bepaald. Rijpstra zorgt voor de normering.

B-S.E

De B.G.D. Rotterdam houdt een norm aan van 5 mm/uur. Men

vindt dit aan de lage kant. Neeleman stelt lOrom/uur voor.

Geen overeenstemming kon worden bereikt. Men zal uitzoeken

hoe men aan deze norm komt.

d.d. 13-11-'80

Vetzucht.

In overleg met Rijpstra is kontakt gezocht met deskundigen •

. Deze wezen erop dat niet de llroca-index maar de Quetelct­

index een aanvaardbae~r kriterium is voor vetzucht.

Zie bijlage I en II

Voorgesteld wordt deze index en normering te ge~ruiken.

Bezinking. mm Het MBL hanteert voor mannen 3-5 /uur. Een groep gezonde

mnnnt.'lijke werknemers vnn het M.BL kwam niet boven de '2 mm/uur.

Page 44: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

i '

- 4U - l -CLASSIFIC11TIE VOOR Ef.N AOIPOSIT,\S-11/CEX l.l' B .. SIS v,;u G(~ICHT/LLI:Gn: (kg/crr. l

(INDEX Vi\:1 QUETELET) Appendix I (vervolg]

indien men niet boschikt over huidplooidiktc .. ctlngon van een populatie, kan""" aan da eoti>1nat1a 1n;l•o c~ gewicht een rodelijk gocdo aandjzing ontlcnan voor do oatc van overtollig vot rcsc. velnig vat. Voor cp\cec\c­logisch ond,;rzock n.1>r do Invloed van overgewicht resp. ondarqs<icht op ggzondhold$para•aters van een bevolL:!~g, bijv. ziektcfrcquentio, doodsoorza:wn etc. Is do Oudclct-in.jox (G/L2) eon aanvaardbaar kr1tcr!um voor vetzucht dot hoog gccorre 1 cerd 1s met totaa 1 11 chaarnsgevl cht ( r - 0.85) en onafhankelijk van 1i chaamsgroottn (loog to) (T. KOSI!LA en G.T. LO:IE, Brit, J. Prev. Soc. Med. 21 (1967) 122-128; Ch. du V. FLORE.Y, J. Chron. Dis • .?l (1973) 93-103). Oe Ouotelctindox Is bij mannen van 20-35 jaar hoog gncorrolocrd !let de som van de triceps • subscapu]a huidplooidikten (R • 0,75).

Van een rcfcronticgroep von het C.I.V.O,-TI!O~an 2û-35 jarige gezonde 1113nnen (N • 217) en vrouwen (N • 14:i) Is een frequentle~verdellng verkregen van OI f 10.1l'J11 dio het rogolijk maakt tot eon classificatie te kooen o;> basis van percentlelgrenzcn, vari3rend van 'zeer mager'(< P2•5) tot 'adipeus'(> Pg7,5l. ·

Bevindingen bij een gezonde leeftijdsgreep van 20-35 jarigen vordt •stand;ard' geacht ook voor oudere led• t!jd, o,a. offidat het handhavan van het lichaamsgewicht rond 25-30 jaar volgens statistiskon van levensverzokerings­~aatschappljen de bcsto prognose inhoudt voor ziekte- en sterftecijfers or ood"ro 'oe'tljd.

Do Quetalet-1ndax is niet een kwantitatieve maat voor overgewicht, maar een lndicdor voor vetmassa, d.w.z •.. deze Index Is redolijk hoog gecorreleerd. met vetmassa. Voor kinderen geldon andere indices.

HIJlNEN " :-· ·', <-,:-:: . ,_.~' '·: #

Percentielen Score Classificatie voor Ql)( 10.000 C ~··_,

; .. -0 < 195. zeer mager ··.:·

. j

;

.;. >·, .. -' .·,,

P2.5 u 195

p10 • 207 195 • 219

p25 • 219

p50 ·230 11 220- 2A4

p75 • 245

p90 • 255 lil 245- 209

p97.5. 269

IV > 270

VROUWEN

0 < 165. zeer mager

P2,5 • 165

p10 • 188 165 - 200

p25 ·200

Pso • 210 11 200 - 229

p75 • 229

P9o ·242 lil 230 - 259

p97.5 • 2f:ll

IV I > 200

mager tot s 1 ank

gemiddeld

tamelijk dik

vat

sagor tot slank

gom i dde ld

tamelijk dik '

vat C,l.V,O. 100; li1.B.1973 lV

--::·;~ ':_ ·:· .._

' f _, . .'

~.::·<:~ i I . -; .. , ..

;t-._: -· f

··· . . .

-:;, .•·

: ~: ~~ _ ....

. ,"!

' i

'

Page 45: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

I I' t

_,

Figvre 2.2.4

Age- an.d sex-specific mean value~ of Quetelet-index (105xW/H2)

Gesfachts- en leeftijdsspecifieke gemiddelde waarden van de Ouetelet-index (105 x G/L2),

n = 10.334 (EPOZ, 1978) G/L2r-------------------------------------------; w;:;2

260

220

180

140

QUETELET­INDEX

-···· •••••••••••••••

G :=kg, l =cm

••

•••••••••••••••••••••••••••••• ••• • • ...

<! (n = 4956}

••••••••••• ~ (n = 5378)

----.,----- -,---- -- ~~ -.----r--'

10 20 30 40 50 60 70 80 (jr)

280 "" u u ID ::J 0. .....

240 x

"' H ~

~ 1\) < . ID w '1 1\) < 0 ,_,

OQ 200 ~

160

Page 46: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

- 42 -

-- ------·---~---;---.--··

i ,J

. .'

' '·

·-- 'r . -~, .. ·., ..

~~- . ·•

~~ ... "" •. :-!.:~_..;:~~.:.::;..; .. Postbus 3S. !. • . \. .:!. ~ ~ :::. :Vt.

i- 2 . :...--·~ ",.._:. ,.. . _,.,; .. - . -.~ ·. -~-··'"' ... . . .. ---- -·-'-·-----.-:

NCMOGRAM VÓOR HET t.EPALEN VP.N DE NORMAALWAAJ\D5 vÁN \}J; .. -- ·--~-·-· . . - -·;---- . .· ... :·:-

• I Appendix I vervolg

Page 47: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

- 43 -

Appendix J

Aantallen antwoorden in de verschillende categorieën

1. Vragenlijst gezondheidstoestand+ huidklachten 152

2. Arbeideanamnese 31

3. Vragen over het werk 51

4. lichamelijk onderzoek + huidafwijkingen 92

5. Klinisch fysisch en klinisch chemisch onderzoek + 24

hematologie

Voor 200 werknemers is het totaal ongeveer 200 x 350 antwoorden.

Page 48: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

- 44 -

1. Vragenlijst gezöhdheidstoestand

a) neurasthene klachten 10

b) oogklachten 4

cl oorklachten 7

dl longklachten 9

el hartklachten 11

f) maag-~ darm- en mictieklachten 15

g) botklachten 16

hl hoofdpijn/duizeligheid 6

i) bloedvaten 2

j) allergische klachten 4

k) onder behandeling arts/laatste 3 jaar 19

1} operaties 4

m) familie - ziekten 4

nJ algemeen 1

o) roken 8

p) alcohol 4

q) inspanning 3

r) diversen 4

s) huidklachten 17

2. Arbeidsanamnese

vraag 12: werk - schadelijke stoffen 15

vraag 13: thuis - schadelijke stoffen 16

Page 49: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

- 45 -

3. Vragen over het werk

al fysieke belasting 5

b) perceptief-mentale belasting 5

cl omgevingsaspecten 15

d) werktaak 5 ! el organisatie + leiding 5 psycho-sociale '

fl sfeer + samenwerking 5 "' \ aspecten g) werkkring (verwachting, zekerheid) 5

hl eigen rol + privé 5

i) samenvattende vraag 1

4. Lichámelijk onderzoek

a) ogen 7

b) hoofd en hals (+oren) 12

cl longen en borstkas 6

d) hart 4

e) buik 7

fJ bovenste extremiteiten 10

g) onderste extremiteiten 10

hl wervelkolom 12

i) zenuwstelsel 9

j] beenvaten 3

k) huid en slijmvliezen 8

1) habitus 3

ml huid: 14 ziektes 1 12 lokelisaties

Page 50: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

- 46 -

5. al Klinisch fysische metin!1;en

1 • longfunctié 4

2. ECG 3

3. gewicht + lengte 2

4. bloeddruk 2

b) Klinisch chemische metingen

1 • enzymen 5

2. ZPP (lood) 2

3. cholesterol 1

cl Hematologie 5

(+differentiaties)

Page 51: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …
Page 52: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …
Page 53: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

- 47 -

Onderzoek naar de gezondheidsrisico's bij schilders

in Rotterdam en Den Haag. II: Resultaten

Dr. M. Wijnans en M.J. Saris-Wijnans

Resultaten van de statistische verwerking en conclusies

1. De vragenlijsten

1.1 Algemene gezondheidstoestand en huidklachten

De relatieve frequenties van de ja-antwoorden zijn samengevat in tabel

la, de gemiddelde scores met hun standaardfouten in tabel lb. Ze zijn

onderverdeeld in Den Haag, respectievelijk Rotterdam. De frequenties zijn

getoetst door de tweezijdige overschrijdingskans (P2) te berekenen met de

exacte toets van Fisher (tabel la) en de somscores met de toets van Welch

(tabel lb). In de tabellen en figuren zijn de P2's opgegeven in Engelse

notatie, terwijl de 0 voor de komma niet is vermeld, naar analogie van de

getallen zoals ze uit de computer komen. P2's ~0,05 zijn onderstreept.

a. Neurasthene klachten.

Wat de frequenties betreft zijn er in Den Haag twee P2's >0,05. De

conclusie is dat er noch in Den Haag, noch in Rotterdam verschillen

zijn gevonden tussen schilders en andere bouwvakkers.

b. Oogklachten.

Geen onderstreepte P2. Conclusie: geen verschillen tussen s en b, noch

in Den Haag, noch in Rotterdam.

c. Oorklachten.

Geen onderstreepte P2. Conclusie: geen verschillen tussen s en b, noch

in Den Haag, noch in Rotterdarna

d. Longklachten.

In Rotterdam is één klacht met P2 ~0,05, in Den Haag geen. De P2 (0,05

in Rotterdam wordt dus in Den Haag niet bevestigd. Bij de somscores is

geen P2 onderstreept. Conclusie: geen verschillen in Den Haag en

Rotterdam tussen s en b.

e. Hartklachten.

In Rotterdam één P2 (0,05, in Den Haag geen. Conclusie: geen verschil­

len in Den Haag en Rotterdam tussen s en b.

Page 54: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

- 48 -

f. Maag-, darm- en mictieklachten.

Geen onderstreepte P2. Conclusie: geen verschillen in Den Haag en

Rotterdam tussen s en b.

g. Botklachten.

In Rotterdam bij twee klachten P2 onderstreept, in Den Haag geen.

Conclusie: geen verschillen in Den Haag en Rotterdam tussen s en b.

h. Hoofdpijn/duizeligheid.

Geen onderstreepte P2. Conclusie: geen verschillen in Den Haag en

Rotterdam tussen s en b.

i. Bloedvaten.

Geen onderstreepte P2. Conclusie: geen verschillen in Den Haag en

Rotterdam tussen s en b.

j. Allergische klachten.

Geen onderstreepte P2. Conclusie: geen verschillen in Den Haag en

Rotterdam tussen s en b.

k. Onder behandeling arts/laatste 3 jaar.

Geen onderstreepte P2. Conclusie: geen verschillen in Den Haag en

Rotterdam tussen s en b.

l. Operaties.

Geen onderstreepte P2. Conclusie: geen verschillen in Den Haag en

Rotterdam tussen s en b.

m. Familie-ziekten.

In Den Haag één klacht met onderstreepte P2, in Rotterdam geen. Bij de

somscores is er geen onderstreepte P2. Conclusie: geen verschillen in

Den Haag en Rotterdam tussen s en b.

n. Algemeen.

Geen onderstreepte P2. Conclusie: geen verschil in Den Haag en Rotter­

dam tussen s en b.

o. Roken.

Geen onderstreepte P2. Conclusie: geen verschillen in Den Haag en

Rotterdam tussen s en b.

p. Alcohol.

Geen onderstreepte P2. Conclusie: geen verschillen in Den Haag en

Rotterdam tussen s en b.

q. Inspanning.

In Rotterdam twee klachten met onderstreepte P2, in Den Haag geen.

Verder geen P2 (0,05. Conclusie: geen verschillen in Den Haag en

Rotterdam tussen s en b.

Page 55: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

- 49 -

r~ Diversen.

In Den Haag is één klacht met onderstreepte P2, in Rotterdam geen.

Conclusie: geen verschillen in Den Haag en Rotterdam tussen s en b.

s. Huidklachten.

Een overzicht geeft tabel lc (zie ook appendix C van deel I van dit

rapport). Geen onderstreepte P2. Er zijn dus geen verschillen tussen s

en b waargenomen.

wat betreft de "voorzorgen11 geven de somscores aan dat zowel in Den

Haag als in Rotterdam de bouwvakkers minder voorzorgen nemen dan de schil­

ders. Het verschil berust voornamelijk op de beantwoording van vraag 614; b

wast zich na het werk minder frequent dan s. In Den Haag is er gezien de

zeer kleine P2 nog een tweede element: de schilders dragen vaker bescher­

mende kleding (zeer kleine P2 bij beantwoording vraag 609).

Wat betreft de "jaartallen", vragen 603, 604, 606 en 608, zijn er geen

verschillen gevonden in de duur van de klachten en de behandeling daarvan.

1.2 Arbeidsanamnese

De resultaten van de antwoorden op de vragen 12 en 13 zijn samengevat

in tabel 2. (vgl. appendix C van deel I van dit rapport). De somscores zijn

niet vermeld; dit heeft voor de verschillende toxinen weinig zin.

Vraag 12:

Subvragen met zowel voor Den Haag als Rotterdam onderstreepte P2's

geven aanleiding tot de volgende conclusies:

subvr. 7.

subvr. 8.

subvr. 10.

subvr. 11.

subvr. 13.

subvr. 14.

De s komen frequenter in aanraking met schildersbenodigdheden

dan de b.

De s komen frequenter in aanraking met afbrandgassen bij

verfverwerking dan de b.

De s komen frequenter in aanraking met loodplamuur en lood­

menie dan de b.

De b komen frequenter in aanraking met cement en beton dan de

s.

De s komen frequenter in aanraking met ontvettingsmiddelen

voor metaal dan de b.

De s komen frequenter in aanraking met ammonia dan de b.

De van te voren te voorspellen uitkomsten zijn door de resultaten

bevestigd.

Page 56: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

- 50 -

Vraag 13:

Conclusies analoog aan die bij vraag 12 zijn mogelijk.

1.3 Vragen over het werk

De resultaten zijn samengevat in tabel 3 (zie ook appendix D van deel I

van dit rapport). De relatieve frequenties zijn vermeld in tabel 3a. Er zijn

maar 3 vragen waarbij zowel in Den Haag als in Rotterdam de P2 is onder­

streept (P2 ~0,05). Dit levert de volgende conclusies op: des ondervinden

frequenter veel hinder van stank (vraag 13a) en van damp of nevel (vraag

13d). Bovendien hoeven ze minder frequent iets te doen dat eigenlijk niet

tot hun taak behoort (vraag 36).

In tabel 3b zijn de somscores samengevat. Op de gemiddelden leverde de

computer de P2's van de univariate F-toets; dit komt overeen met die van de

toets van Student. Bij de gebruikte aantallen verschillen deze weinig van de

P2's die de toets van Welch oplevert, waarbij rekening wordt gehouden met

ongelijke varianties van de groepen s en b. Zowel voor Den Haag als Rotter­

dam is de P2 van de deelscore van "rol + privé" onderstreept, een onderdeel

van de categorie psycho-sociale klachten. Dit wettigt de conclusie dat

waarschijnlijk s gemiddeld hoger scoren dan b.

In tabel 3c zijn de frequenties van de antwoorden op vraag 41, de 11 samenvattende" vraag, weergegeven. Eén P2 is onderstreept. Conclusie: geen

verschillen tussen de antwoorden van s en b.

1.4 De leeftijd

De gegevens zijn samengevat in fig. lal, la2 en lb. Hieruit blijkt dat

zowel in Den Haag als in Rotterdam de groepen schilders en bouwvakkers zeer

goed vergelijkbaar zijn.

2. Lichamelijk onderzoek

De relatieve frequenties en de berekende P2's zijn vermeld in tabel 4.

Wat betreft de specifieke huidafwijkingen (deeli, appendix F) is de lijst

uit Rotterdam zeer fragmentarisch ingevuld.

Er zijn geen P2's ~0,05. Conclusie: er zijn noch in Den Haag, noch in

Rotterdam verschillen geconstateerd tussen de relatieve frequenties van

lichamelijke afwijkingen van schilders en van de overige bouwvakkers. In

tenminste een van de twee gemeenten zijn de relatieve frequenties van de

volgende afwijkingen hoog:

Page 57: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

- 51 -

Den Haag Rotterdam

schilders bouw schilders bouw

slechte toestand gebit 26% 32% 2% 0%

opmerkingen gebit 8% 14% 48% 65%

operatielittekens 24% 10% 13% 8%

lever palpabel 10% 10% 2% 0%

schouder 18% 20% 0% 4%

knie 12% 8% 2% 0%

lordose verstreken 22% 20% 2% 0%

bewegingsbeperking 22% 18% 4% 4%

varices 18% 10% 6% 4%

adipositas 52% 32% 2% 0%

Opmerking de verschillen tussen Den Haag en Rotterdam zijn mogelijk te

wijten aan verschillende inzichten van de twee bedrijfs­

artsen.

3. Biometrie

In fig. 2, a t/m h zijn de histogrammen weergegeven van de biometrische

gegevens (zie ook deel I, appendix H). De index 1 achter de letters a t/m h

duidt op gegevens afkomstig van werknemers uit Den Haag, 2 op gegevens voor

Rotterdam. De cumulatieve frequentieverdelingen zijn weergegeven in fig. 3,

a t/m hl boven de gegevens uit Den Haag, beneden die uit Rotterdam. Hierbij

zijn vermeld de P2 <0,05 van de toets van Kolmogorov-Smirnov (K.S.), de

aantallen, de gemiddelden met hun standaardfouten en de P2's berekend

volgens de toets van Student.

Uit de histogrammen kan men zien of de verdelingen symmetrisch zijn,

één of meertoppig zijn en of er uitschietende waarnemingen zijn. De

cumulatieve frequentieverdelingen laten duidelijk uitkomen of er verschillen

zijn tussen de waarnemingen van schilders (s) en andere bouwvakkers (b).

Achtereenvolgens worden besproken:

a. De lichaamsgewichten.

Er zijn noch in Den Haag, noch in Rotterdam verschillen tussen s en b.

Ook de verdelingen zijn van beiden redelijk gelijk.

b. De lichaamslengte.

Hiervoor gelden dezelfde opmerkingen als bij de gewichten.

Page 58: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

- 52 -

c. De systolische bloeddruk.

Er zijn noch in Den Haag, noch in Rotterdam verschillen tussen s en b.

Bij een groot percentage van de werknemers is de druk boven de gezond­

heidsgrens van 139 mm Hg, in Den Haag 70 tot 90%, in Rotterdam 30 tot

40%. In Den Haag is zelfs een vrij groot percentage boven de patholo­

gische grens van 160 mm Hg, namelijk ca. 25%. De gemiddelden in Den

Haag liggen rond 150, in Rotterdam rond 130 mm Hg. De verschillen

tussen Den Haag en Rotterdam zijn waarschijnlijk te groot om verklaard

te kunnen worden door verschillen in de procedure van het opnemen van

de bloeddruk. Bij de bouwvakkers is er over het algemeen een groter

percentage met een druk onder 139 mm Hg dan bij de schilders.

d. De diastolische bloeddruk.

Geen verschillen tussen s en b. Ongeveer 50% heeft een druk boven de

grens van 89 mm Hg.

e. De vitale capaciteit.

Geen verschillen tussen s en b. Een acceptabel klein percentage van

ongeveer 5 à 10% van de werknemers heeft een vitale capaciteit onder de

ondergrens van 3,46 liter.

f. FEV1/FEV5.

Geen verschillen tussen s en b. Een te groot percentage werknemers

heeft een waarde beneden de ondergrens van 78%, namelijk ongeveer 30

tot 45%.

g. De peak flow.

In Rotterdam is er in de cumulatieve frequentieverdeling tussen s en b

een P2 (K.S.) ~0,05. Dit wordt in Den Haag niet teruggevonden. De

conclusie is dan ook: geen verschillen tussen s en b. Bij ca. 10% van

de werknemers, 20% bij de Haagse bouw, vinden we een waarde onder de

ondergrens van 400 1/min; 20% is een te hoog percentage.

h. FEV5-verwachte waarde.

In Rotterdam is er één P2 (K.S.) ~0,05. Dit wordt niet teruggevonden in

Den Haag. Conclusie: geen verschillen tussen s en b. Een te hoog

percentage werknemers heeft een waarde beneden de ondergrens van -0,7

1; in Den Haag respectievelijk 30 tot 45%, in Rotterdam 10 tot 20%.

In tabel 5 zijn de gegevens gerangschikt naar lichaamsfunktie voor het

toepassen van een multivariabele toets. Daar voor toepassing van deze toets

voor elke werknemer alle metingen moeten zijn verricht, zijn de aantallen

van s en b in Den Haag en Rotterdam meestal kleiner dan die voor de eerder

vermelde univariabele toetsingsmethoden. Besproken worden achtereenvolgens:

Page 59: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

- 53 -

I. De longfunktie.

Ook de lambda-toets van Wilks levert geen verschillen tussen s en b

(zie tabel 5) . Over het algemeen is er een significante positieve

correlatie tussen de vier parameters. De correlatiecoëfficiënt is

echter slechts in één geval groter dan 0,71 (in dat geval wordt meer

dan 50% van de variantie verklaard door de correlatie), dat is in Den

Haag de correlatie tussen vitale capaciteit en FEV5-verwachte waarde.

II. De bloedsomloop.

Ook hier worden geen verschillen gevonden bij de multivariabele toets

tussen s en b. Wat de univariabele toetsing betreft wordt cholesterol

elders besproken. Het aantal werknemers met een Quetelet-index boven

269 x 105 is zowel bij s en b in Den Haag en Rotterdam te hoog. Wat de

systolische en diastolische bloeddruk betreft is het aantal werknemers

dat waarden boven de 139 respectievelijk 89 heeft veel te hoog. Ook is

in Den Haag het aantal werknemers met een pathologische hoge bloeddruk

(>160 mm Hg) te hoog, bij s n=14, bij b n=13. Bij deze werknemers zal

vaker de bloeddruk gecontroleerd moeten worden. Er zijn tussen de

verschillende parameters vooral in Den Haag vele significante positieve

correlaties. Behalve voor de systolische en diastolische bloeddruk in

Den Haag (r=0,808) zijn deze correlaties echter niet hoog. Men had toch

tussen leeftijd en systolische bloeddruk, Quetelet-index en systolische

bloeddruk en tussen cholesterol en diastolische bloeddruk hogere

correlaties verwacht.

III. E.C.G.

Er zijn geen verschillen bij univariabele of multivariabele toetsingen

tussen s en b. Het aantal werknemers dat een frequentie lager dan de

ondergrens heeft is in Den Haag opvallend groot; ook is zowel in Den

Haag als in Rotterdam het aantal werknemers met een FR-interval hoger

dan de bovengrens groot.

4. Chemie

Van de verschillende parameters (deel I, appendix H) zijn histogrammen

en cumulatieve frequentieverdelingen gemaakt. De histogrammen zijn weerge­

geven in fig. 4, a t/m g, de cumulatieve frequentieverdelingen in fig. 5, a

t/m g. In fig. 5 zijn de aantallen, gemiddelden met standaardfouten vermeld.

Verschillen tussen de cumulatieve verdelingen zijn getoetst met de toets van

Kolmogorov-Smirnov (K.S., een P2 ~0,05 werd vermeld), verschillen tussen

gemiddelden met de toetst van Student (P2 ~0,05 onderstreept). De lever­

funkties zijn met de multivariate lambda-toets van Wilks vergeleken (tabel

Page 60: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

- 54 -

6), waarbij significante correlaties (P2 <0,05) zijn vermeld. Achtereenvol­

gens worden besproken:

a. Cholesterol.

In het histogram van de bouw in Rotterdam zijn twee uitschietende

waarnemingen, respectievelijk 3,50 en 10,30 mmol/1, niet opgenomen.

Deze zijn te zien in de cumulatieve frequentieverdeling. In Den Haag is

er een significante P2 (0,042), dit is niet het geval in Rotterdam. Er

zijn dus geen verschillen tussen s en b. Waarden boven de bovengrens

van 7,3 mmol/1 komen zowel voors als b voor. In Den Haag respectieve­

lijk 30 en 10%, in Rotterdam 20 en 10%. Voor de schilders is dit te

hoog.

b. y-Glutamyltransferase (y-GT).

De histogrammen zijn alle scheef. Er zijn geen verschillen tussen s en

b. Waarden boven de bovengrens van 28 U/1 komen in Den Haag voor bij

respectievelijk 15 en 20% van de s en b, in Rotterdam bij respectieve­

lijk 20 en 5%, 20% is een te hoog percentage.

c. Aspartaat aminotransferase (SGOT).

Voor de bouw in Rotterdam is één uitschietende waarneming van 37,0 U/1

niet in het histogram uitgezet, in de cumulatieve frequentieverdeling

is deze duidelijk te zien. Er is geen verschil tussen s en b. De

frequentieverdelingen zijn iets scheef. Waarden boven de bovengrens van

18 U/1 komen in Den Haag voor bij respectievelijk 5 en 15% van de s en

b, in Rotterdam bij respectievelijk 5 en 5%.

d. Alanine aminotransferase (SGPT).

Er zijn geen verschillen tussen s en b. De frequentieverdelingen zijn

iets scheef. In het histogram van de bouw in Den Haag zijn twee uit­

schietende waarden van elk 61,0 U/1 niet uitgezet. Waarden boven de

bovengrens van 22 U/1 komen in Den Haag voor bij respectievelijk 15 en

15% van de s en b, in Rotterdam bij respectievelijk 10 en 10%.

e. Melkzuurdehydrogenase (LDH).

Er is geen verschil tussen s en b. De verdelingen zijn iets scheef.

Slechts een zeer gering percentage van de waarden ligt boven de

bovengrens van 240 U/1.

In tabel 6 is de multivariate toets voor de leverfunktie vermeld. Het

betreft de vier leverenzymen beschreven onder b tot e. De aantallen zijn

door de onvolledigheid van de gegevens iets geringer dan die bij de univa­

riate toetsen. Er is geen verschil tussen s en b. Zoals verwacht zijn er

paarsgewijs significante positieve correlaties tussen de enzymconcentraties,

Page 61: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

- 55 -

maar geen een is er groter dan 0,71. In Den Haag zijn niet alle correlaties

significant.

f. Cholinesterase.

Er zijn geen verschillen tussen s en b. Bij de schilders komt zowel in

Den Haag als in Rotterdam slechts één waarde beneden de ondergrens van

3000 U/1.

g. Zinkprotoporfyrine (ZPP).

In de histogrammen van de schilders zijn enkele uitschietende waarne­

mingen boven de 6 ug/g Hb niet opgenomen. Deze verdelingen zijn scheef.

zowel voor Den Haag als voor Rotterdam zijn de toetsen van Kolmogorov­

Smirnov en Student significant. De s hebben een hogere ZPP-waarde dan

de b. Zowel in Den Haag als Rotterdam hebben 50% van de schilders

waarden boven de grens van 2 ug/g Hb.

Boven een ZPP-waarde van 2 zijn er bepalingen van de Pb-concentratie in

bloed verricht. De gegevens zijn vermeld in tabel 7. Van de enige bouwvakker

met ZPP >2 is geen Pb bepaald. De waarden zijn te hoog, in Den Haag zijn er

acht (33%) en in Rotterdam vier (20%) schilders met een Pb-waarde boven de

400 ppb. Dat het ZPP en Pb in het bloed verhoogd zijn stemt tot enige

verwondering daar het sinds 20 jaar verboden is loodverfstoffen te gebruiken

(behalve loodplamuur, loodmenie die relatief weinig worden gebruikt en het

onoplosbare loodchromaat). Daarom is een nadere analyse gemaakt door de

schilders in bepaalde subgroepen in te delen. Het gemiddelde en de stan­

daardfout van de ZPP-waarden werd berekend en het verschil werd getoetst met

de toets van Student. De indelingen waren als volgt (zie tabel 8):

I. Meer of minder dan 25 dienstjaren.

II. Komt in aanraking met afbrandgassen of niet.

III. Komt in aanraking met loodmenie en/of loodplamuur of niet.

IV. Komt in kontakt met stof of niet.

v. Komt in aanraking met damp of niet.

Er is slechts één tweezijdige overschrijdingskans P2 (0,05, namelijk in

Rotterdam voor de subgroep die in aanraking komt met loodplamuur en/of

loodmenie. Er is dus geen duidelijke aanwijzing voor de herkomst van de

loodbesmetting. Voorts is er nog een rangcorrelatiecoëfficiënt van Spearman

(1) berekend voor de ZPP-waarden en het aantal dienstjaren van schilders.

voor Den Haag en Rotterdam bedragen deze respectievelijk 0,004 en -0,473.

Deze laatste is significant (P2 ~0,05) verschillend van 0. Bij meer dienst­

jaren dus lagere ZPP-waarden. Voorts zijn er nog significant positieve

correlaties tussen ZPP-waarden en enkele leverenzymen:

Page 62: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

- 56 -

ZPP - y-GT in Den Haag 0,252

ZPP - SGOT in Den Haag 0,458, in Rotterdam 0,395

ZPP - SGPT in Den Haag 0,242

De correlatiecoëfficiënten zijn niet groot en de redenen voor deze

correlaties zijn duister.

5 Hematologie

De gegevens van de bloedbezinking (BSE), het hemoglobinegehalte (Hb) en

de aantallen erythrocyten (Ery's), leucocyten (Leuco's) en thrombocyten

(Thrombo's) zijn samengevat in de histogrammen in fig. 6 at/me, en de

cumulatieve frequentieverdelingen in fig. 7 a t/m e. Getoetst is met de K.S.

en Student toetsen. Ook zijn de gegevens multivariaat getoetst met behulp

van de lambda toets van Wilks (tabel 9).

Gezien de onnauwkeurigheid van de bepalingen zijn van de gegevens van

de differentiatie alleen de frequenties vermeld van de waarnemingen die

buiten de referentiewaarden liggen. Getoetst werd met de exacte toets van

Fisher (tabel 10).

Achtereenvolgens worden besproken (zie fig. 6 en 7):

a. Bloedbezinking.

De histogrammen zijn alle scheef, enkele uitschietende waarnemingen

zijn niet uitgezet. Deze komen tot uitdrukking in de cumulatieve

freqeuntieverdelingen. Er zijn geen verschillen tussen s en b. Voor de

s en b zijn de percentages boven de statistische grens van 5 mm/uur in

Den Haag respectievelijk 40 en 40% in Rotterdam, 25 en 20%; boven de

pathologische grens van 30 mm/uur liggen in Den Haag respectievelijk 5

en 0%, in Rotterdam 2 en 2%.

b. Hemoglobine.

Bij schilders is er een enkele uitschietende (lage) waarde niet in de

histogrammen uitgezet. Er zijn geen verschillen tussen s en b. In Den

Haag komen waarden onder de referentiewaarde van 8,5 mmol/1 voor bij 5%

van de s en 10% van de b, in Rotterdam bij 10% van de s en 5% van de b.

Waarden boven de bovengrens van 11,2 mmol/1 komen niet voor.

c. Erythrocyten.

Er zijn geen verschillen tussen s en b. In Den Haag komen waarden onder

de ondergrens van 4,0 x 1012

;1 voor bij 2% van de s en 0% van de b, in

Rotterdam bij 2% van de s en 0% van de b. Waarden boven de bovengrens

van 6,0 x 1012

;1 komen niet voor.

Page 63: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

- 57 -

d. Leuco's.

De verdelingen zijn iets scheef, één uitschietende waarneming (15,7 x

109/1) is niet in het histogram van schilders in Den Haag uitgezet. Er

zijn geen verschillen tussen s en b. Waarden beneden de ondergrens van

5 x 109

11 komen in Den Haag voor bij respectievelijk 20% van de sen

35% van de b, in Rotterdam bij 15% van de s en 20% van de b. Deze

percentages zijn te hoog. Pathologisch neemt men wel een waarde van 3 x

10911 als ondergrens aan. Boven de bovengrens van 10 x 10911 komen in

Den Haag 2% van de s en 5% van de b, in Rotterdam respecteivelijk 5% en

2%.

e. Thrombo's.

Er zijn geen verschillen tussen s en b.Waarden beneden de ondergrens

van 150 x 10911 komen in Den Haag voor bij 2% van de s en 10% van de b,

in Rotterdam bij respectievelijk 0% en 2%. Stoornissen in de bloedstol­

ling (pathologische grens) komen bij niet inferieure thrombocyten voor 9

bij waarden onder de 30 x 10 /1.

In tabel 9 zijn de gegevens voor multivariate toetsen vermeld. Er zijn geen

verschillen tussen s en b. Als bovengrens voor de BSE is 30 mm/uur aangehou­

den. Boven 5 mm/uur zijn de frequenties voor s en b respectievelijk 17 en 13

in Den Haag, 11 en 11 in Rotterdam. Significant negatieve correlaties werden

gevonden tussen BSE en aantal Ery's. Dit is bekend. Bovendien tussen BSE en

Hb, hetgeen ten dele berust op de significant positieve correlaties (r

>0,71) tussen Hb en Ery's. In Den Haag werd bovendien een positieve corre­

latie gevonden tussen BSE en Thrombo's, maar niet in Rotterdam.

f. Differentiatie van leucocyten.

De frequenties beneden de onder- en boven de bovengrens zijn vermeld in

tabel 10. In Den Haag is er een onderstreepte P2 bij lymfe. Bij s komen

vaker hogere waarden voor dan bij b. Dit wordt niet gevonden in Rotter­

dam, er zijn dus geen verschillen tussen s en b.

Van eosinofielen, de staafkernige en segmentkernige neutrofielen en de

monocyten zijn de aantallen buiten het referentiegebied hoog. De

getelde aantallen eosinofielen en monocyten zijn relatief klein, zodat

telfouten groot zijn.

Belangrijk is of de referentiewaarden opgesteld zijn in hetzelfde

laboratorium. Alleen in dat geval zou men voorzichtig conclusies kunnen

trekken.

De percentages staafkernigen en lymfocyten zijn sterk afhankelijk van

het aantal getelde leucocyten. Verder is het bekend dat er bij ouderen

hogere percentages lymfocyten voorkomen. Ook zijn er personen die hun

Page 64: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

- 58 -

hele leven een infantiel hoog percentage lymfocyten houden. Daar de

diverse mogelijkheden geen belang hebben voor de vraag of er verschil­

len tussen s en b zijn, zijn ze niet nader statistisch geanalyseerd.

6. Urine

In tabel 11 zijn de relatieve frequenties van afwijkingen in de urine

samengevat. Er zijn geen vershillen tussen s en b wat betreft albumen,

positieve reductie en bloed.

Page 65: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

- 59 -

Tabel 1a Vragenlijst betreffende de algemene gezondheidstoestand:

relatieve frequenties

Oen Haag 200. Bent u vult ~e7

Zo ja: ~ij het op~taan7

- na het werk7

- 's-i.".ön-';1-i?

201. Bent u vaa~ slaperig of suf?

202. Slaapt .., '!>lecht1

20). Heeft u voortd~rend het gevoel, dat u er niet

tegenop kunt?

20~. Heeft u n~rveuze klachten (last van 1 z~ouwen')?

zo ja: -Bent u ~~~k prikkelbaar?

- Sel'lt v vaak opgewonden of g~jél<l!Jd?

210. ofaagt u een bri 1 of contactlenzen?

211. Heeft u llachten ever het zien (zelfs als u

cootacttenz.eJ'1 of U"" bri 1 draagt)?

Zo ja: bij het zien verrJf?

bij het zien' dichtbij?

220, Heeft u klachten van de oren?

Zo ja; - slecht horen?

- oonvizen?

- loopoor?

221. Is uw netts reçelm.atig verstopt?

Zo ja: - langer dan 3 maanden achter elkaar?

222. Bent v vaak hees?

240, Moet u regelMatig hoe!oten?

Za ja: - moet u gedurende de laatste 2 jaar

regelr.~<~:ig hoesten?

- hoest u langer dan 3 maanden achter elkaar?

-moet u ook slijm ophoesten?

241. Heeft u nogal eens tast van kortademigheid?

Zo ja: in rust

-bij lichte lkhi!melijke inspaMing,

(gewoon lopen?)

- Sîj zwaadere lichamelijke inspanning,

(de trap oplopen, tegen de wind inlopen,

of fietsen)?

-komt de kortademigheid in aanvallen van

b-etl..'uwdkeid (astma)?

250. Heeft u 's-nachts vaak last van benauwdheid?

Zo ja: - h het tloodzakelijk op meer dan één kussen

te sl.apen?

2)1, Heeft u nogal eens pijn of een beklemd gevoel op de

borst of in de hartstreek7

Zo ja: - in rust?

-biJ lichte lichame.lijll.e inspanning (gewoon

topen} 1

-bij r.~aardere liche~l!lelijke insp.anning {de trap

oplopen. tegen de wind Inlopen of fietsen)?

• biJ opwinding7

- biJ overgang van warmte na.ar koude?

-na de ma.altljdl

2)2, Ho~t u l~·nachts gewoon! Ijk meer dan eens plaHen?

25), Heeft u •s-avonds vaak dikke voeten1

schiJders

22/5[1 1 o;~;o 21/50 11/50 10/50

5/50

2/SO

21/50 15/50 23/50

22/50 8/50

3/50 7/50

8/50 4/50

4/50 1/50

11/50 3/50 3/50

8/50

7/50

6/50

8/50 14/50 1/50 1/50

13/50

1/50

0/50 2/50

18/50

12/50 3/50

5/50

7/50 3/50 2/50 4/50 5/50

bout.oJ P2

7?./SO 1 .o 11/Sfl • ~~!!~l ?1/'.iO 1 .0 1~/40 .4B4 8/50 . 785 5/50 1.0

1/49 .908

9/49 .016 12/50 -:553

11/50 .020

17/50 .412 6/50 .774

3/50 1 .o 8/50 .999

3/50 .200 3/50 .899

1/50 .362 0/50 .999

13/50 . 815 3/50 1 .0 1/50 .617

6/50 .774

5/50 .760

2/50 .269

5/50 .554 8/49 .227 1/50 1.0 3/50 .617

10/50 .6 5

1/50 1. 0

0/50 1.0 1/50 .999

9/50 .070

5/50 .108 2/50 .989

3/50 • 715

4/50 .525 0/50 .242 2/50 1 .o 3/50 .999

2/50 .436

Page 66: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

- 60 -

260. l!.:.q,ft u regclm,~otig k!achte.., ov~r dr. r."<lo3<JHrt-ek7

Zo ja: ~ maJgpljn1

- 'zuur branden'?

261. Heeft u regelmati2 touikpi jn?

Zo ja:- in hevige Hnvallen7

• langdurig en zeurend?

262. l!et:ft u regelmatig problemen met de ontlasting?

Zo j~: - v~rstopping7

diarree?

-bloed bij Ce ontlasting?

263. Heeft u een breuk {llesbre~,~k, n<~:velbreuk of andere breuk)?

264, tltr.ft u klachten bij het plas5en1

Zo j11: - I'I'>Ooet u vaak pI assen?

pb;t u moeilijk?

-heeft u c":n branderig gevoel tijdens het plHsen7

-------------------!leeft u regelmatig pijn of stijfheid in de t.ovcn-;tt! ledc.w . .:~tcn?

280, Zo ja: schouder

281. bovenarm

zez. elleboog

283. onderarm

28~. - pols

zes. -hand of vingers

Heeft u regelmatig pijn of stijfheid in de onderste ledematen?

)00. Zo ja: heup

)0 I. bollenbeen

302. knie

30). • onderbeen

304. • enkel

305. • voet of tenen

320, Heeft u regelmatig pijn of stijfheid in de nek?

lo ja: ~ trekt het ergens na~r toe?

321. Het\ft u regelmatig pijn of stijfheid in de rug?

Zo ja: w midden in de rug

In de lendestreek

~ trekt het ergens naar toe?

~40. Heeft u regelmatig la.st van ernstige hoofdpijn?

Zo ja: w migraine?

)41. Sent u 11aak duizelig?

Zo ja: - moet u dan gaan ti tten1

· valt u dan flaw1

-bent u duilelig bij verandering 11an houding?

360. Heeft u spataderen?

)61. Heeft u pijn in de kuit{en} gedurende het lopen?

l70 •. aent u ergens Ollerge."oellg 1100r?

Zo J•• hebt u daarbij l<1st v.an:

• de huid {bij .... uitslag, jeuk}

de neus (bijv. loopneus)

-de .ademhaling (bijv. benauwd. kriebelhoest)

........................

schilders

13/50 S/50

1 0/~}0

1/50 0/50 1/50

4/50 1/50 0/50 1/50

1/50 1/50 4/50 0/50

2/50

16/50 13/50 9/50

8/50 4/50 8/50

8/50 3/50 9/50

4/50 5/50 -4/50

10/50 6/50

17/50

6/50 15/59

8/50

7/50 4/50 3/50 1/50 1150

9/50

5/50 4/50

11/50

10/50 2/50 7/50

bouw

8/50 4/50 4/49

0/50 0/50 1/50

1/50 1/50 0/50 0/50

1/50 1/50 5/50 0/50

0/50

12/50 7/50 4/50

2/50 4/50 3/50

3/50 2/50 9/50

4/50 3/50 5/50

6/50 3/50

21/50

5/50 17/50 7/50

8/50 1/50 3/50 2/50 0/50

7/50

1/50 2/50

8/50

7/50 4/50 2/50

P2

.326 • 9~iQ

.148

.999 1. 0 1 . c • ::HJ ;; 1 . (J 1 .ll .~9J

1. D 1 'fJ .999 1.0

.495

.504

.211

.234

.o,:?. -1,Q

.200

.200

.999 1 .0

1.0 .715 .999

.414

.487 • 537

.999

.830

.999

.999

.362 1.0 .999 .999

.786

.204

.678

.611

.595

.678 .1Bo

Page 67: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

- 61 -

Den Haag

Btnt v dct l.:!!.:~.~~j~'!! onder beJ·,önde I i nq gcw~es t voor t..tn of 11\eCrdere

v.':!n de hiero"é<'.r genccmd!! ziekten of "'~ndc.eningtn (genee,..-nidde!en, operaties, schildors dieet, ruHkuur, benr~ling, md~sage of leefregels):

390. (aankrvisen) - suike-rziekte

391. ~ hoge blol:!d"'ruk

)92.

)9).

)94.

)95.

);.:6.

)97.

)98.

)99.

400.

40 I.

402.

40).

404.

405.

406.

407. 408.

- hartziekte

- vaatziEkte {bijv. trombos~)

- overgewicht

- oyenpannen!1eid

- slapeloosheid

- vallende ziekte

huidziekte

bronchi tls (of astma)

rheuma

spier- of gewrichnkl<lchten

langdurige nek- of rugklachten

- maag

- galblaas

- lever (bijv. gct::lzucht)

- nieren

- ernstig on9eval

- andere ziekten of aandoeningen

zo ja, welke?

410. eent u wel eens geopereerd?

411. Zo ja: - de laatste 3 juen7

Zo ja, wailrvoor1 Korte omschrijving van operaties gedurende de laatste 3 jaar

412. Heeft u nog klachten van vroegere operaties?

Zo ja, welke? Korte omschrijving: .. ." ............ , , ••••.•..•..••••• , •••.••• , , •••.••...

1/50 6/~iO

2/50 2/50 3/50

9/50 4/50 1/50

4/50 1/50 1/50

14/50

16/50 8/50 1/50 0/50

2/50 0/50 6/50

25/50 6/50

5/50

41). Gebruikt u nogal eens gen.aesmiddelen (slaapmiddelen, asperine, de pil, enz.)7 12/50

Zo ja, welke? (zo ~gelijk naam en aantal) ......................................... .

Zijn één of meer van uw ouders, broers, zusttrs, voor het 55e jaar lijdende (geweest)

.. n een:

~20. hartinfarct 4/50 421. beroerte (hersenbloeding) 7/50

422. - te hoge bloeddruk 7/50 423. suikerziekte 5/50

............................................................................... ; ....

4]0. Heeft u nog iets anders over uw gezondheid op te ~rken1 6/50 Zo ja: - korte omschrijving: ..................................... .,. ................ .

440. Rookt u7 31/50 Zo ja: • hoeveel sigaretten, shagje' of sigadrtjes per dag:

"'· ·minder dan 10 6/50 412. • UI tot 20 14/50 'IJ. - meer dan 20 10/50

-hoeveel pijpen of grote 1lgaren per dag7

144. - mlnder dan 5 1/50 11s. - S tot 10 1/50

41(6. .. m<er dan 10 0/50

'-~4} (.",., • 6.....1 n ..-kt t-~1,\. t"""'- ,u ~ .. J ~ "-"''- <;<>lrf 0/50

·- ··----.··-,··----··--·-··-

bouw

2/50 "1/50

1/50 1/50 0/50

4/50 2/50 o;:)o 5/50 0/50 0/50

12/50

13/50 4/50 0/50 1/50

1/50 2/50 1/50

21/50 4/50

6/50

9/50

2/50 0/50

2/50 2/50

2/50

21/50

5/50 8/50 6/50

0/50 2/50 0/50 1/50

P2

.SUB

.741

.999

.889

.242

.234

.078 .898

.988

.899

.999

., 820

.EGO

.357

.999

.999

.999

.485

.112

.422

.741

.899

.624

.678

.012

.~60

.436

.269

. 071

.998

.227

.414

.988 .889 1 .0 .888

Page 68: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

- 62 -

Den Haag schildars bouw P2 ---···---

450. OdnY.t u .11col-iol hch~ dran\.;; ( biH, jenever, w!jn of dergelijke)? 39/,-l9 33/50 .176 Zo ja: Hoev<!el çhzel'l per loó'~ek:

451. minder d•n 10 18/48 23/50 ~)2. 10 tot 25 16/49 9/50 45). meer dan 2S 5/49 3/50 q{,o. SpAn• u zlcfl lich.u"elijkwel eens flink in? 35/47 32/49 461. tijdens het "...erk 31/47 29/49 462. - in vrije tijd (bijv. sport) 25/47 16/49

q70. Oe~kt u, dat u in deze lijst klachten heeft genoemd, die moqelijk ~~et het werk samenh-'ln!]en? 12/28 9/31

Zo ja, wilt: u hieronder aangeven; nu!Mler "an de vraag, kl.i!•;ht en oorzaak volgefls u:

no. vraag k I acht oorzaak volgen~ u

.41G

.110

.487

.378

.53?

.06:1

. 41fJ

~80. Voelt u zich gezond?

430. Zijn alle in deze lijst opgege"Jen klachten bij uw huisarts of specialist bekend? 33/47 35/42

33/49 21/40

.820 ,004

Zo nee; -welke klac.!•ten niet (wilt u de nummers, die voor de desbtHreff~nde vragen staan, hier

vermelden): •••.•••.••

- korte omschrijving: .... , ................... ,,.,,,,,, .....•. ,. .•• ,., ...••. ,,,., ...... .

500. Heeft u er be<:.vaar tegen, dat gegevens van E.i.!. onderzoek naar uw huisarts worden doorgestuurd? 1/50 1/49 .999

Page 69: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

Hotterdam 200. Bent u v~ak rrç~?

lo jol: qiJ het op~t.I.;n?

na het .,.,erk 7

's-avonds?

201. Bent u vaak slaperig of suf?

202. Sl<t<3pt u sled1l?

- 63 -

20). Hf!eft u voortdure:r'ld het gevoel, dot u er niet

tegenop kunt?

20li. Heeft u nerveuze klachten (last ViHJ 'zcntr ... en')?

Zo ja: Sent u vla~ prikkelbaar?

~ Bent u vaa\., op~e·.•onden of gejaagd?

·--210. Oia<:gl u een bril of cor.t?ctlenzen?

211. Heeft u klachten over het zien (zelf5 als u

conta~tl~nt~n of~ bril draagt)?

Zo ja: ûlj het zit>n veraf?

bij het zien' dichtbij?

220. Heeft u klachten van de oren?

Zo ja: slecht horen?

ooro;ui zen?

loopoor?

221. l'S uw neus regelmatig verstopt?

Zo ja: - langer d<1n 3 maanden achter elkaar?

212. Bent u vaak hees?

2~0. Hoet u regelmatig hoesten?

Zo ja: ~ moet u gedurende de laatste 2 jaar

reg~l~tig hoesten?

~ hoest u ldnger dan 3 maanden achter elkaar?

-moet u ook slijm ophoesten?

241. Heeft u nogal eens last van kortademigheid?

Zo ja: in rust

bij lichte lichamelijke inspanning,

(gewoon lopen?)

Bij zwaardere lichamelijke inspanning,

{de trap oplopen, tegen de wind inlopen,

of fietsen}?

komt de kortademigheid in aanv~l !en Yan

benauwdheid (astma)?

250. Hoeft u 's~nachts vaak last van benauwdheid?

Zo ja: * Is het noodzakelijk op meer dan !én kussen

te slapen?

251. Heeft u no;a1 eens pijn of een beklemd gevoel op de

borst of in de hartstreek.?

Zo ja: in rust?

• bij lichte Tfchamelijke insp4~ning (gewoon

lopen)?

~bij rwa.tr'dere ll<;.harnelijke Inspanning (de trap

oplopen. tegen de wind Inlopen of fietsen)?

- bij opwinding?

• bij over;ang van warmte naar koude?

- na de maaltijd?

252. Hoet u 's~nachts gewoonlijk meer dan eens plassen7

lSJ. Heeft u 's~avonds vaak dikke voeten1

schilden;

17/4ll 9/48

15/48 12/40

8/48 7/48 5/48

14/48 12/48 15/48

24/48 5/48

1/48 10/48

12/48 6/48 4/48 3/48

8/48 4/48

2/48

12/48 10/48

5/48

8/48 13/48 1/48 5/48

13/48

3/48

4/48 3/48

14/48

7/48 5/48

6/48

9/48 5/48 4/48 4/48 3/48

bouw

18/52 8/52

18/52 16/52

9/52 6/52 6/52

19/52 9/52

17/52

31/52 4/52

2/52 7/52

17/52 11/52 6/52 0/52

9/52 4/52

3/52

7/52 4/52

4/52

4/52 12/52

0/52 0/52

14/52

1/52

2/52 1/52

18/52

10/52 1/52

5/52

6/52 1/52 0/52 3/52 3/52

P2

1.0 .791 .832 .656

1 .o .7G9 1 .0

. 525

.462 1 • 0

.422

.734

.999

.426

.509

.295

.743

.107

1 .0 1 .0

1 .o

.202

.083

.734

.223

.653

.480

.023

1.0

.348

.423

.348

.669

.601

.102

.754

.404

.102 .aso .707 1.0

Page 70: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

- 64 -

2GO. 1/~:l:lft u regelmatig kl.achten over dt: ma.1g-strcekl

Zo Ja: ~ "'.Ut:p;jn7

~ ".tuur branden'?

261. Heeft u r-t'qel'llatig buikpijn?

Zo ja:- in hevige a.tTwallen?

- langdurig en zeurend?

262. lluft u reqell'l'atig problem~n met de ontla-stin91

Zo ja: - verstopping?

- diarree?

- bloed bij de ontlasting?

26), Hu ft u een bre1.1k {1 ie<;breuk, navelbr.:uk of andere bre~:l-.)1

26~. Hel.'ft u klachten bij het plass-en?

Zo J•: - ~t u Ya<Jk plassen?

- p&c u moei 1 ijk?

-he-eft u een branderig sevO"!I tijdens het pl.:~ssen?

Heeft u regelmatig pijn of stijfheid in de bovenste ledematen?

280. Zo ja: - schouder

28 I • - bovenarm

282. - elleboog

283. - onderarm

284. - pols

20~. - hand of vingers

P.eeft u regel~atig pijn of stijfheid in de onderste led~maten1

300. Zo ja: - heup

)01. -bovenbeen

302. - knie

30 3. - ondubeen

304. - enkel

305. - voet of tenen

320. Heeft u regelmatig pijn of stijfheid in d~ nek?

Zo ja; - trekt het ergens naar toe7

)21. Heeft u regelrnatig pijn of stijfheid ln de rug7

Zo ja: - ~nidden in de rug

- in de lendestreek

- trekt het ergens naar toe?

3~0. Heeft u regelmatig last van ernstige hoofdpijn?

Zo ja: - ~igraine?

3-'lt. Bent u vuk duizelig?

Zo ja: - ~t u dan gaan zitten?

- valt u dan flaiJW'7

-bent u duitelig bij verandering van houding?

360. Hedt u spataderen?

)61. Heeft u pijn in de kult(en) gedurende het lopen?

370. Bent u ~rgens overgevoelig voor7

Zo ja., hebt u daarbij last van:

-de huid {bijv. ultsl.lg, jeuk)

-de neus (bijv. loopneus)

-de ademhaling (bijv. benauwd, kriebelhoest)

........................

schi ldor::-,

8/48 5/48 5/48 3/48 0/48 3/48

5/48 1/48 2/48

2/48 3/48 1/48 5/48 0/48

0/48

14/48 9/48 4/48

5/48 6/48 6/48

1/48 2/48 7/48

2/48 1/48 4/48

14/48 8/48

16/48 5/48

11/48 7/48

3/48 1/48

11/48 4/48 0/48 7/48

8/48 2/48

10/48

9/48 4/48 3/48

8/52 3/52 5/:i2 1/52 0/52 1/S2

6/52 3/52 3/52

1/52 3/52 2/52 8/52 0/52

1/52

1S/S2 9/52 5/52

2/52 2/52 8/52

7/52 4/52

10/52

2/52 4/52 3/52

11/52 6/.G2

29/52 5/52

23/52 7/52

8/52 2/52

8/52 2/52 1/52

10/52

5/52 4/52

13/52

12/52 4/52 4/52

P/

1. 0 .47S 1 .0 .34B 1.0 .348

1 .o .619 1 .0

.606 1.0 .899 .558 1 .0

1 .0

1 .0 .989 1 '0

.256 '149 .777

.061

.679 '601

.999

.364

.707

.368

.568

.G28 1. 0 .034 1.0

.204

.999

.445

.423 1 .o .601

.377

.679

.643

.631 1. 0 .999

Page 71: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

- 65 -

schilders bouw

Bent \l de 1.!~..!~!..~~~~-<t_! or.d!lr hehand!!!linq ge .. ~es( voor een of n•~trdcre

van dt hieronder g<!noe'~~de zid<.ten of aMd~ningen {genee-;..,iddelen, op(,r,.tits,

dieet, rustk•Jvr, beHr.;;ling, rM~s.açe of leefre!ieh):

}9'.'. (<~ankruisel'l) w s>Jiken:iek~l'!

)')1. .- hoge bloeddruk

)91.

393.

394.

395.

)96.

m. )98.

399. 400.

4C1.

1!02..

40J. 404.

l!OS.

406.

40).

400.

~ hartziekte

- vaatziekte (bijv. trombose)

- ovcrge~>dcht

- ov~rspdnnenheid

w slapeloosheid

-vallend!;) ziekte

- huidziekte

bronchitis (of astma)

spier- of gewrlchtsklachLen

langdur i ge nek- of rugk 1 ach ten

- ma.;~g

- galblaas

- lever (bijv. geelzucht}

- nieren

- ernstig ongeval

-andere zi(:kten of aandoc.ningen

zo jh, welke?

410. &ent u wel eens geopereerd?

411. Zo ja: -de laatste 3 jaren?

Zo ja, _waarvoor? Korte omschrij,dng van operaties gedurende de laatste 3 jaar

412. Heeft u nog klachten van vroegere operaties?

Zo ja, welke? Korte omschrijving: ••.••.....••••••..•.•••..••.••••••••• _ .••.••••.•.•••

0/48 7/48 2/48 0/48 1/48

4/48 2/48 0/48

3/48 4/48 0/48

11/48 15/413

4/48 0/48

1/48 2/48 1/48 5/48

24/48 6/48

5/48

41). Gebruikt u r~ogal eens geneesmiddelen (slaaPJ'liddelen, asperi!'e, de pil, enz.)? 6/48

uo. 421.

422.

4ZJ.

Zo ja, welke? {zo mogelijk 11aam en aantal) ........................................ ..

Zijn één of meer van uw ouders, broers, zusters, voor het 5Se jau lijdende (geweest)

aan een:

hartinfarct

bf!:rO<:rte (henanbloeding)

tf! hoge bloeddruk

- suikerziekte

7/48

3/48 9/48 4/48

4)0. Heeft u oog iets anders over uw gezondheid op te merken? 13/48

Zo ja: - korte omschrijving; ... , ......................... , .......................... .

440. Rookt u? 23/48 Zo ja: • hoeveel sigaretten-, shagjes oF sigaartjes per- dag:

441. -minder dan 10 6/48 442. ~ 10 tot 20 14/48

41). - meer d~n 20 2/48

• hoeveel pijpen of grote slg~ren per dag?

411. • mindet dan S 1/48

445. - S tot 10 2/48

446. - meer dan 10 1/48

'-14} (..""' • b...-1 lA ...-kt t..~l,\t (~- .<.t ~ .. J~f """L '>'-'~r~ 1/48

1/52 5/~12 2/52 U/52 1/52

6/S2 2/52 0/52

6/52 2/52 0/52

13/52 13/52 2/52 1/52

0/52 2/52 1/52 2/52

26/52 6/52

7/52

12/52

7/52

4/52 9/52 7/52

10/52

24/52

6/52 15/52

3/52

0/52 0/52 0/52 1/52

1'2

1 .o .544 .989 1 .0 1 . 0

. 743

.999 1 .o .490 .423 1 .0

.82n

. ~~ 1;

.423 1.0

.480

.999 1. 0 .2S6

1 .o .999

• 762

.200

1 .0

.999

.999

.529

.476

.999

.999 1 .0 1.0

.480 .228 .480 1 .o

Page 72: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

- 66 -

Rotterdam schiJders boul:! I'? ----- ----------450. Orlnt<t u alcohol tscht: drank ( bi ~:r • Jen<sv.c.·, wijn of dergelijke:)? 37/48

Zo j.a: Hoeveel gl aun per week:

~sI. - minder ''" 10 19/48 452. 10 tot 25 15/48

4>J. meer dJn 25 3/48

460. Sp<"ot u zich I ichamd ijk wol eens flink . ' !!1t 37/47 1.61. tijdens het werk 33/47 46 z. - in vrije tijd (bijv. sport) 23/47

--------------470. Oe:-~kt u, dat u in deze lijst ldachtl:!n heeft genoemd, di~ moqelijk met het ~~crk samenhaPgCt!?'i9/41

Zo ja, wilt u hieronder aangr.ven: nu!T'I'ller van de vraag, klacht en oorzaak volgens u:

480.

4)0.

no. vraag klacht oorzaak volgens u

Voelt u zich gezond? ............ ····· ......•......... ":i6Ï46

Zijn alle in deze lijst opgegeven !(Jachten bij IJiot huisarts of .specialist bekend? 32/43 Zo nee: - welke klachten niet (wî I t u de nummers, die voor de desbetreffende vragen sti'lan, hier

vermelden): • . . . . .• . •• .. • • ... . .. . •. , •...•.

• korte omschrijving: •••...•••.••.•..••••.•••.••.••••....••.•.•••••••....•.•.....•••••.

SOC. Heeft u er bezwaar tegen, dat gegeYens van~ onderzoek naar uw huisarts worden doorge~tuurd7 2/47

44/5:!" .44S

23/52 • Gf'IO 18/~j/. .832

3/o;< 1 .0

45/l'lü .040 43/48 . D2~: 15/48 .096

18/35 .818

43/48

25/40

.165

.34(

1/52 .603

Page 73: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

- 67 -

Tabel 1b.

Gemiddelde met standaardfout van de somscores van de 18 categorieën

betreffende de algemene gezondheidstoestand.

Den HE!Bg

klachten schilders bouw

M+SEM n M+SEM n

neurasthene 2.480+.2774 50 2.440+,3285 50

oog .700+.1116 50 .860+,1213 50

oor .580+.1110 50 .680+.1193 50

long .920+.1934 50 .860+.1539 50

hart . 940+ .1925 50 .780+.1721 50

maag,darm,mictie .740+.1303 sa .540+.1284 50

bot 3.040+.4490 50 2.520+.3706 50

hoofdpijn/duizelig .600+.1370 50 .680+.1725 50

bloedvaten .220+.0592 50 .160+.0597 50

allergischa .400+.0946 50 .360+.0893 50

onder beh. arts/ 1. 700+ .1922 50 1.280+.1853 50 laatste 3 jaar

operaties 1.100+,1348 50 • 900+ .1378 50

familie ·· ziekten .500+.1464 50 .220+.0871 50

algemeen .120+.0464 50 .100+.0429 50

roken 1. 540+ .1647 50 1. 320+ .1677 50

alcohol 1.521+.1191 48 1.340+.1092 50

inspanning 1.391+.1006 46 1.224+.0786 49

diversen:

vraag 470 .560+,1013 25 .539+.0997 26

vraag 480 .783+.0615 46 .894+.0455 47

vraag 490 .949+.0358 39 .757+,0715 37

vraag 500 .020+.0204 49 .021+.0208 48

P2

.927

.334

• 541

.810

.537

.277

.374

. 718

.477

.760

.119

.302

.104

.753

.351

.265

.194

.884

.150

.020

.973

Page 74: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

- 68 -

Tabel 1b, vervolg.

Rotterdam

klachten schilders bouw

M+SEM n M+SEM n P2

neurasthene 2.021+.3227 48 2.096+.2844 52 .863

oog • 750+ .1094 48 • 7 89+ .1 003 52 • 794

oor .583+.1326 48 .692+.1274 52 .555

long .958+.2207 48 . 577+ .1261 52 .138

hart 1.021+.2335 48 .673+.1420 52 .207

maag,darm~mictie .583+.1222 48 .577+ .1110 52 .971

bot 2.250+.3701 48 2.404+.3758 52 .772

hoofdpijn/duizelig . 542+ .1487 48 .596+.1607 52 • 807

bloedvaten .208+.0592 48 .173+.0597 52 .678

allergische .333+.0860 48 .404+.0921 52 .575

onder beh. arts/ 1.292+.1683 48 1.135+.1822 52 .528 laatste 3 jaar

operaties .854+ .1396 48 1.000+.1288 52 .444

familie-ziekten . 458+ .1152 48 . 51 9+ .1148 52 .709

algemeen .271+.0648 48 .192+.0552 52 .356

roken 1. 042+ .1858 48 . 885+ .1418 52 .504

alcohol 1.208+.1262 48 1.333+.1108 51 .459

inspanning 1.277+.0787 47 1.250+ .0815 48 .813

diversen:

vraag 470 .475+ .0800 40 .514+.0857 35 • 741

vraag 480 .787+.0600 47 .896+.0446 48 .148

vraag 490 .744+.0673 43 .610+.0771 41 .194

vraag 500 .043+.0298 47 .019+.0192 52 .500

Page 75: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

- 69 -

Tabel 1c. Vragenlijst betreffende huidklachten: relatieve frequenties

en somscores (gem. + standaardfout).

Huidklaèhten Den Ha a~ Rotterdam

vraag no. schilders bouw P2 schilders bouw P2

601 10/50 6/49 .795 6/47 8/51 • 777

602 12/50 12/49 1.000 8/47 14/51 .236

605 13/50 11/49 .815 7/47 14/51 .147

607 1/50 3/49 .362 0/47 3/51 .244

616 11/50 5/49 .171 7/47 6/51 .769

617 1/50 1/49 1,000 0/47 1/51 .999

somscores n=50 n=49 n=47 n=51 M + SEM .960+.161 .816+.174 .596+,142 .902+.188

P2=.545 P2= .1 97

Voorzor~en Den Haag Rotterdam

vraag no. schilders bouw P2 schilders bouw P2

609 4/50 33/49 .42x10 -9 19/47 29/51 .112

610 43/50 45/49 .525 38/47 45/51 .403

611 39/50 39/49 1.000 33/47 32/51 .523

612 39/50 47/49 .0147 43/47 49/51 .423

613 47/50 47/49 1. 000 42/47 49/51 .255

20/50 43/49 -6 22/47 45/51 614 .83x1D . 11 x1 0

somscores n=50 n=49 n=47 n=51

M + SEM 3.74+.180 5.18+.136 4.19+.168 4.88+.176

P2=.74x10 -a P2=.56x10 -3

-4

Page 76: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

tabel 1c,vervolg

vraag no

jaartallen (+1900)

603

604 (verschil met 603)

606

608 (verschil met 606)

middelen, stoffen

vraag 613:

alcohol

stofkap/masker

bril

zalf

straalpak

werkschoenen

vraag 61S:

terpentine/thinner

peu:: (+ lij noliel

Fit fris verfreiniger /swarfega/sigma

wasbenzine

waspoeder/sunil

typol

dreumex hand cleaner

zeep op oliebasis

zeep + koffiedik

- 70 -

Den Haag

schilders bouw

n~6 n~7

56.0+5.04 63.6+2.89 - P2~.226

n~4 n~7

1.25+.48 1.0+0

P2=.639

n~7 n~5

60.7+5,78 63.5+4.69 P2~.715

n~5 n~2

3.80+3.31 1.0+0 P2~.445

n~3 n=2

1 x

1 x

1 x

n=30 n=6

17 x

3 x

8 x 1 x

1 x

5 x

1 x

Rotterdam

schilders bouw

n~6 n~11

74.7+2.30 66.1+2.28 P2~.o2o

n=5 2.8+1.59

!'2=.962

n~4

5.5+2.60

n~6 n=13 74.0+2.21 68.1+2.52

P2~.098 n=5 n~7

2.0+1.30 5.0+1.77

P2=.202

n=5 n=2

2 x

1 x

1 x

1 x

1 x 1 x

n=25 n~6

15 x 2 x

3 x 1 x

4 x

1 x 1 x

1 x

1 x

Page 77: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

- 71 -

tabel 1c, vervolg

Den Haag Rotterdam

middelen, stoffen schilders bouw schilders bouw

"ra a!( 616: n=11 n=5 n=7 n=O

peut 1 x

terpentine/thinner 4 x 6 x

cement/kalk/gips 1 x 2 x

afbijt betonreparatie/ 4 x bijtende stoffen

celluloseverdunning 1 x

xyleen 1 x

ontvettingsmiddelen 1 x

isolatiemateriaal 1 x

2 houtsoorten 1 x

steen/glasvJOl 1 x

vraag 617: n=1 n=1 n=O n=1

nylon 1 x

huismyt 1 x

afwasmiddelen 1 x

Page 78: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

- 72 -

tabel 2 ArbeidSanamnese: relatieve frequenties van de ja-erihmorden.

vraag 12

Den HaaJ;_ Rotterdam --·--schilders bouw P2 schilders bouv.• P2

' sub vx:_.· 1. 8/50 4/50 .357 7/47 4/50 .347

2. 33/50 22/50 .044 32/47 24/50 1.0

3. 2/50 8/50 .092 6/48 9/50 .577

4. 6/50 6/50 1.0 4/48 3/50 .712

5. 42/50 42/50 1.0 39/48 45/50 .257

6. 1a/50 14/50 .521 11/4a 13/50 • 81G

7. 49/50 ;>7/50 .13a x 10-6 48/48 31/50 .4[1'1 x 10 ··G

----- ~~~~-~~:_-{1 a. 44/50 4/50 .794 x 10 ·16 37/48 4/50 ------· 9. 41/50 2a/50 .0089 33/48 29/50 .300

10. 43/50 14/50 .523 x 10-8 42/48 '17/50 -7

.445 >:_1Q__

11. 16/50 45/50 .243 x 10- 8 15/48 44/50 .820 x 10 -8 ------

12. 30/50 16/50 .0088 19/48 19/50 .999

13. 33/50 5/50 .778 x 10-8 35/48 7/50 .345 x 1[)-B

14. 44/50 12/50 .814 x 10- 10 42/48 6/50 .149 Y. 10-13

vraag 13

DE'n Haag Rotterdam

schilders bouw P2 schilders bouw P2

sub vr. 1. 9/50 5/50 .38a 7/48 10/50 .595

2. 22/50 18/50 .541 25/48 22/50 .544

3. 2/50 4150. .678 2/48 2/50 .999

4. 13/50 11/50 .a15 8/48 6/50 .573

5. 33/50 29/50 .537 29/48 32/50 .835

6. 9/50 a/50 1.0 7/48 9/50 • 786

7. 43/50 26/50 .00044 38/48 30/50 .aso a. 29/50 4/50 .112 x 10-6 19/48 3/50 .684 x 10- 4

9. 38/50 31/50 .194 27/48 27/50 .842

10. 13/50 25/50 .023 11/48 30/50 .00023 ---11. 27/50 7/50 .426 x 10-4 19/48 7/50 .0057

12. 16/50 5/50 .013 8/48 10/50 .796

13. 19/50 1/50 .585 -5 x 10 . 15!4a 6/50 .027

14. 3/50 2/50 1.0 1/48 0/50 .490

15. 34/50 14/50 .00012 23/48 6/50 .00013

Page 79: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

vraag 1.

2.

3.

4.

s. 6.

7.

8.

9.

10.

11 •

12.

13a.

b.

Co

d.

e.

14a.

b.

c.

d.

e.

f.

g.

15.

16.

17.

18.

19.

20.

21.

22.

23.

24.

25.

- 73 -

Tabel 3a Vragen over het werk: relatieve frequentjes ven de met

1 gewaardeerde antwoorden

Den Haag

schilders bouw

2/50

14/50

21/50

23/50

27/47

4/49

17/49

35/50

36/46

29/49

10/50

3/50

29/50

38/50

3/50

14/50

3/50

26/49

16/49

33/49

31/49

14/50

19/49

13/49

34/50

27/50

45/50

12/48

45/48

43/50

17/50

41/50

29/43

33/41

36/41

1/49

17/49

22/50

31/50

32/46

13/50

27/48

41/48

31/46

16/48

16/49

9/48

3/50

31/49

3/50

2/50

3/48

26/49

10/50

27/50

33/49

9/49

10/50

5/47

30/47

34/46

40/47

8/47

38/45

41/45

10/47

29/44

25/42

28/43

30/42

.999

.521

.999

.160

.283

• 031

.042

.091

.349

.015

.176

.068

.193 x 10-7

.194

1 .o .0019

.999

1. 0

.176

.218

.832

.342

.049

.066

.675

.057

.546

.452

.189

.530

.1 81

.098

.504

.145

.1 01

Rotterdam

schilders bouw

2/47

15/46

15/46

14/44

18/41

7/46

14/45

35/45

34/44

14/46

12/42

7/44

16/42

29/44

7/46

15/44

4/45

18/45

15/45

21/45

22/47

16/46

10/46

17/46

37/45

27/45

40/46

10/41

41/47

40/45

9/43

37/45

27/41

26/34

27/35

1/52

13/52

15/51

17/50

29/48

13/49

23/47

35/49

34/49

9/49

15/46

6/49

5/51

31/~0

2/50

1/51

0/49

22/50

10/48

28/51

29/50

6/51

10/50

4/49

36/48

33/50

49/51

6/51

44/49

43/51

14/50

36/49

32/48

38/48

42/49

P2

.603

.503

.827

.999

.140

.213

.093

.636

.484

.231

. 818

. 766

.0022

.830

• 082

.35 x 10-4

.049

.835

.242

.540

.312

.0082

.999

.0010

.456

.671

.145

.166

.757

.564

.478

.334

.999

.792

.390

Page 80: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

tebel 3a, vervolg - 74 -

Den Haag Rotterd11m

schilders bouw P2 schilders bouw P2

vrellg 26. 22/48 16/44 .401 13/45 14/48 1. 0

27. 36/46 39/45 .410 37/43 38/49 .420

28. 39/45 35/48 .126 36/45 45/49 .136

29. 9/45 9/47 .999 5/44 5/52 1 .o 30. 21/45 16/46 .290 9/41 10/51 . 801

31. 29/45 18/44 .034 29/44 29/46 • 828

32. 7/45 11/36 .118 8/47 8/46 .999

33. 26/41 18/37 .254 29/43 31/41 .473

34. 35/46 33/44 .999 36/42 43/52 .782

35. 27/46 19/43 .206 24/44 26/49 1. 0

36. 13/49 28/47 .0018 3/44 31/50 .101 x 10-7

37. 48/48 40/44 .049 44/46 50/52 .999

38. 33/41 36/45 1. 0 35/43 39/48 1. 0

39. 5/48 8/48 .552 3/47 8/51 . 204

40. 2/49 0/48 .495 0/46 0/52 1. 0

Page 81: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

- 75 -

tabel 9b

Somscores: gemiddelde~ standaardfout

Den Haag schilders bouw

categorie n = 50 n = 50 P2

Fysieke belasting 1.77 + .190 2.12 + .202 .209

Perceptief-mentale 1.97 + .173 2.34 + .1 92 .156 belasting

Omgevingsaspecten 5.38 + .485 4.24 + .456 .090

Werktaak 3.96 + .174 4.04 + .168 .742

Organisatie + 3. 72 • . 1 82 3.32 • .239 .187 leiding

Sfeer/samenwerking 3.48 + .165 3.60 + .192 .636

Werkkring 3.37 • • 209 2.71 • .226 .0346

Rol • privé 4.32 • .117 3.84 • .129 .0069

::r. = psycho-sociale 18.85 • . 548 17.51 • .692 .132 1'\Specten

Rotterdam

categorie n=47 n=52 P2

Fysieke belasting 1 .48 • . 208 1 . 51 • .156 ,9 06 Perceptief men~ale 1. 80 + .168 1.99 • .202 .479 belasting

Omgevingsaspecten 4.97 + .484 3.86 + .332 .576

Werktaak 3.86 • .173 4.19 t .143 .145 Organisatie • 3.70 + .185 3.69 + .215 .984 leiding

Sfeer/samenwerking 3.91 • .191 4.05 • .154 .562

Werkkring 3.50 + .211 3.44 • .208 .841 Rol + privé 4. 58 ~ .1 02 3.97 + .125 .00029

~ = psycho-sociale 18.55 • .568 19.35 • • 568 • 798

aspecten

Page 82: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

tabel 3c - 76 -

vraag 41: Samenvattende vraag: Vindt u zelf dat u goed, redelijk, matig of niet goed

zit met uw werk?

goed 13/47 16/46 18/47 21/52

redelijk 29/47 16/46 24/47 21/52

matig 5/47 11/46 4/47 9/52

niet goed 0/47 3/46 1/47 1/52

WooH' test: I(_ 2 = 10.575 ?( 2

= 2.152

df = 3 cr 3

p = • 014 p = • 54

Page 83: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

I j

- 77 -tabel 4. Lichamelijk onderzoek en huidafwijkingen: relatieve frequenties.

toelichting

.....................

......................

LICH~ELIJK ONOE~ZOEK

t. OCEII

A~ijkingen van: - conjunctivae

• pupilfen

- pup i 1refle~

.. oogbewegingen

Nystagmus

Ptosis

b;i.jl'JlrJdarbaden ....................... .

11. HOOFOEN HALS

Operatie-littekens

Afwijkingen van: -keel (tonsillen)

• - fymphkl i eren

... neus (doorganke 1 ijkhei d)

-stam ~~

- schildR.lier

.. t rOfn'Tle t v 1 ie zen

toopoor

Otitis externa

Slechte toestand gebit

Feetor ex ore

OPJ1l8I:~î.ngçm. OY.tlr . .geb;i. t ............ .

lil. LONGEN EN BORSTKAS

Afwijkingen van: - vorm

-beweeglijkheid

Asymetrie

Afwijkingen bij: ... percussie

- auscultatie

t;J~,.j. ~::'.')9!".r:~!'.c!'?~ ....................... .

IV. HART

Afwijkingen bij: - percussie

- auscultatie

Aitme-stoornissen bij zonderheden ..........................................

V.~

Opera ti e-1 i t tekens

Lever palpabel

11i1t palpabel

HernT ae

Haemorrhoiden

Genitaal a~ijkingen

I;J;i.JzDnoar.J:>î".den ...................... .

Den Haag

schilders bouw

1/50 0/50 0/50 0/50

0/50 0/50 1/50

1/50 1/50 0/50

1/50 0/50

0/50 4/50 0/50

3/50 13/50

0/50 4/50

0/50

0/50 0/50 0/50 3/50

1/50

0/50 1/50

3/50 0/50

12/50 5/50 0/50

2/50

0/50 3/50

0/50 0/50 0/50 0/50

0/50 0/50 0/50

0/50 0/50 0/50

0/50 0/50

0/50 4/50 0/50

1/50 16/50

0/50 7/50

1/50

0/50 0/50 0/50 2/50

1/50

0/50 1150

0/50 0/50

5/50 5/50 0/50

0/50 niet bepaald

0/50 1/50

P2

1.0 1. 0 1. 0 1. 0

1. 0 1. 0 1. 0

1. 0 1 • 0 1 • 0

1 • 0 1 .0

1. 0 1. 0 1 • 0

.617

.660 1 .o .525

1 • 0

1 .0 1 . 0 1 • 0 1. 0

1 • 0

1. 0 1. 0

.242 1 • 0

.1 OB 1. 0 1. 0

.495

1. 0 .617

Page 84: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

- 78 - Den Haag

schilders bouw P2

t~l icht!ng Vl. BOVENSTE EXTREMITEITEN

................................ Operatie littekens

... ........ ... .•... ..•••. .. ..... Anatomische of functionele afwijkingen van;

......... ····· ................. .

....... ········ .... ······ ...... .

................................

.. ············ ................. .

................................

................................

................................

- schouder

- bovenarm

- elleboog

- onderarm

- pols

- hand + vingers

- Sensibele afwijkingen

- Zweethanden . ?.i.~ ~-~'"!?.e.':'~-~9~.'! ... __ ............. ____ .. _.

Vil. ONDERSTE EXTREMITEITEN

Operatie littekens

Anatoml~che of functionele afwijkingen van:

heup

bovenbeen

knie

onderbeen

enkel

voet + tenen

Sensibele afwijkingen

Zweetvoeten

_i;> ~J ;;ÇJ nc)\l.r:IJ \l.c!E!D •........•..•...•..•.......

VI I I. WERVELKOLOM

Operatie littekens

Versterkte kyphose

Scoliose: - cervicaal

.... , . . . . • . . . . . . . . . . . • . . . . . . . . . . " thoracaa I

··········•·················•··· -lumbaal • . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Lordose: ... versterkt

- verstreken

Beweg!ngsbeperking: cervicaal

lumbaal

Schobert ..C: 9 cm.

Bekkenscheefstand

.t: tJ.z. q fl.c! '! r.CJ'! çl_fl D .......................... .

XI. ZENUWSTELSEL

.. . . . . . . . . .. . . . . . . . . .. . . • . . . . . . . Abnormale - KPR

................................

................................

.................................

- APR

- voetzool reflex

Andere reflexpathologie

Romberg positief

Lasàgue positief

Tremorert

Senslbi1iteitsafwijkingen

..

!'.U ;z_qoçlgrr.El9.sn ...•.................••...

1/50

9/50 1/50

3/50 0/50 0/50 2/50

niet 0/50 0/50

3/50

2/50 1/50 6/50

2/50 1/50 1/50

0/50

10/50 0/50

3/50 0/50 1/50 0/50

bepaald 0/50 0/50

1/50

0/50 0/50 4/50

1/50 0/50 0/50

niet bepaald 2/50 0/50

1/50 1/50 1/50

4/50 0/50 1/50

11/50 1/50

11/50 0/50

4/50 0/50

2/50 0/50 0/50

2/50 1/50 1/50

5/50

0/50 0/50

1/50 2/50 0/50

1/50 1/50 3/50

10/50 1/50 9/50 2/50

2/50 1/50

1/50 0/50 0/50

1/50 1/50 1/50

1/50

1. 0

1 • 0 1 • 0

1. 0 1. 0 1. 0 .495

1 • 0 1 . 0

.617

.495 1 . 0 . 741

.999 1 .0 1. 0

.495 1 . 0

1.0 .999 1 . 0

.362 1 . 0 .617

.999 1 . 0 .803 .495

.678 1 . 0

.999 1. 0 1 . 0

.999 1.0 1. 0

.204 niet bepaald

0/50 0/50 1. 0

Page 85: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

:oettchting

' •••••• * •••••••••••••••••••••••••••••••••••••••

····· ... ······· ............................... . ..............................................

............................ ··················

..............................................

..............................................

.............................................. -............................................ . ..............................................

. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

- 79 -

X. VATEN Varic;es

AFwijkingen van pulsaties been- en voetarteriën

~~). ~?.r:<!~.r:~~.d.~~ ............................ .

XI. HUID- EN SLIJMVLIEZEN

Excemen. dermatitis

Ontstekingen

Andere huidafwijkingen

SI i jmv1 fesafwijkingen

Cyanose

Ulcus cruris

Sterk Z\.,eten

~ ~Jz;q r!'l~r.~'l9.e.Q ............................. .

XII. HABITUS

Atthenie

Adlposltas

.~~~.~?!'.~:'!':~~~.';':' ........................... .

XIII. PSYCHE

' . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . ........................... ' .................. .

Den Haag

schilders

9/50 0/50 0/50

bouw

5/50 0/50 0/50

P2

.388 1 .0 1 • 0

niet bepaald

3/50 26/50 4/50

2/50 16/50 1/50

.669

.068

.362

niet bepaald

Page 86: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

tabel 4, vervolg. - 80 -

toeltchtfng

..........................

.......................

........ ~.~···········

..... ~ .............. .

.......................

.. ~ ................. .

.....................

LICHAMELIJK ONDE~ZOEK

I. OGEN

A~fJklngen van: - conjunctivae

• pup i I fen

... pup i I reflex

.. oogbeweg i ngen

Nystagmus

Ptosis

. !J.:i,j f:.qo>l.'lrl>.'lc;il'n •..•..•.•..•.•••..•.••.

11. HOOFD EN HALS

Operatie-littekens

Afwijkingen van: .. keel (tonsillen)

"' - fymphkl i eren

-neus (doorgankelijkheid)

... stem ~-

- schildR.lier

- tronme1v1 iezen

loopoor

Otitis externa

Slechte toe,tand gebit

Foeto,. e" ore

. ~P.'!'!l!.~ ~-~!'.'!"~. ÇJ:V:~r. .&!'!J.H ........... .

111. LONGEN EH BORSTKAS

AfwiJkingen van: - vorm

- beweeglijkheld

Asymetrie

AfwiJkingen bij: .. percussie

-auscultatie bijzonderheden ..........................................

IV. HART

Afwijkingen biJ: - percussie

- ausc~,~ltatie

Ritme~stoorni5sen

bij zonderheden ..........................................

V.~

Operatfe-1ittekens

Le ... er palpabel

Milt po1lpabel

ttef'nlaa

Hotemorrhoiden

Genitaal afwijkingen

. ~f . .J.:?Pn9~.r:0!l.cl'?!"1. ..................... .

Rotterdam

schilders

0/48

0/48 0/48 0/48

0/48 0/48 2/48

2/48 0/48 0/48

1/48 0/48 0/48

1/48 1/48 0/48 4/48

1/48 23/48

0/48 0/48

0/48 0/48 0/48 1/48

0/48 3/48 0/48

0/48

6/48

1/48 0/48 1/48 0/48

1/48 3/48

bouw

0/52

1/52 0/52 0/52

0/52 0/52 2/52

0/52 0/52 0/52

0/52 0/52 0/52

1/52 0/52 0/52 2/52

0/52 34/52

0/52 0/52

0/52 0/52 0/52 0/52

0/52 1/52 0/52

0/52

4/52

0/52 0/52 0/52 0/52

0/52 2/52

P2

1 • 0

1.0 1 .o 1. 0

1.0 1. 0 .999

.228 1 .o 1 .o .480 1. 0 1 • 0

1 • 0 .480 1 • 0 .423

.480

.106

1. 0 1. 0

1. 0 1. 0 1. 0 .480

1.0 .348 1. 0

1 .0

.514

.480 1 . 0 .480 1 • 0

.480

.669

Page 87: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

too l i ct'lt i ng

....... ········ ................ .

'• ............................ .

' -............................ .

' • * •• ~ ~ •••••••••••••••••••••••••

- 81 -

Vl. BOVENSTE EXTREMITEITEN

Operatie littekens

Anatomische of functionele afwijkingen van:

- schouder

- bovenarm

- elleboog

- onderarm

- pols

- hand + vingers

- Sensibele afwijkingen

- Zweethanden bijzonderheden ..............................................

VIl. ONDERSTE EXTREMITEITEN

Operatie littekens

Anatomische of functionele afwijkingen van:

heup

bovenbeen

knie

onderbeen

enkel

voet + tenen

Sensibele afwijkingen

Zweetvoeten

. ?.~~ ~.~~?.~~~.~9!'l.~ ......................... .

VIII. liERVELKOLOM

Operatie littekens

Versterkte kyphose

Scoliose:- cervicaal

- thoracaal

- lumbaal

Lo;dose: - versterkt

- verstreken

Bewegingsbeperking: cervicaal

lumbaal

Schobert < 9 cm.

Bekkenscheefstand

. ?.i) ~?.~?.e~~!':c!~n ............... .......... .

XI. ZENUWSTELSEL

Abnormale - KPR

- APR

- voetzool reflex

Andere reflexpathologie

Romberg positief

lasègue positief

Tremoren

Sens i bi I i te i tsafwi jki ngen

..

. ~~). ~?.~~!".':~~.~?~ ......................... .

Rotterdam

schilders

0/48

0/48

1/48 0/48 1/48 0/48

0/48 0/48 0/48

1/48

2/48

0/48 0/48

1/48 2/48 0/48 3/48

0/48 0/48 3/48

0/48 1/48

0/48 0/48 0/48

0/48 1/48 2/48

2/48 0/48 1/48 0/48

0/48 0/48 0/48

0/48 0/48 0/48

0/48 1/48 0/48

bouw

0/52

2/52

2/52 2/52 0/52 1/52

1/52 0/52 0/52

0/52

2/52

0/52 0/52

0/52 1/52 2/52 0/52

0/52 2/52 1/52

0/52 1/52

0/52 1/52 0/52

0/52 0/52 0/52

2/52 0/52 0/52 1/52

0/52 0/52 0/52

0/52 0/52 0/52

0/52 0/52 0/52

P2

1 • 0

.496

.999

.496

.480 1. 0

1. 0 1 • 0 1. 0

.480

1.0

1. 0 1. 0

.480

.606

.496

.107

1. 0 .496 .348

1. 0 1. 0

1 . 0 1 . 0 1. 0

1. 0 .480 .228

1 .o 1. 0 .480 1 .o

1. 0 1 . 0 1.0

1 .o 1 . 0 1. 0

1 . 0 .480 1. 0

Page 88: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

toe ti d'1t i ng

...............................................

...............................................

...............................................

...............................................

- 82 -

Rotterdam

X. VATEN schilders bouw P2

.669 1 .o 1 .o

Vartees

Afwijkingen van puls~ties been- en voetarteriën

.~ ~,l.<wn.<!~ :r:~~~.~'! ........................... .

XI. HUID• EH SLIJMVLIEZEN

Excemen. dermatitis

Ontstekingen

Andere huidafwijkingen

Slijmvliesafwijkingen

Cyanose

Ulcus cruris

Sterkzweten

.~i).~'? !'.t!~!'".~\'9.~1! ............................ .

XII. HABITUS

Asthenie

Adtpositas bijzonderheden

XIII. PSYCHE

3/48 1/48 0/48

3/48 0/48 2/48

0/48 0/48 0/48

0/48 2/48

0/48 2/48 1/48

2/52 1/52 1/52

3/52 0/52 1/52

0/52 0/52 0/52

0/52 5/52

1/52 2/52 0/52

1 .o 1. 0 .606

1 . 0 1 .o 1 .0

1 . 0 .439

1 .0 .999 .480

niet bepaald

Page 89: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

- 83 -tabel 4, vervolg. Den Haag

schilders bouw P2 _ Huidafwijkingen

( momenteel aanwezig l

voet

oksel

vingers rugzijde

palmzijde

zijkanten

nagels

handpalm .l handrug

pols palmzijde

strekzijde

arm buigzijde

strekzijde

elleboog plooi

punt

gezicht

rug

borst

buik

onderbenen

DO = psoriasis

01 dishydrotisch eczeem

02 = allergisch kontakteczeem

03 = orthoergische kontaktdermatitis

04 constitutioneel eczeem

10/50 5/49

1/50 0/49

1/50 0/49

0/50 2/49

1/50 0/49

0/50 2/49

0/50 0/49

0/50 0/49

1/50 0/49

1/50 0/49

0/50 0/49

0/50

2/50

1/50

2/50

1/50

0/50

0/50

3/50

1/50

0/50

1/50

0/49

0/49

1/49

0/49

0/49

1/49

05 = allergisch + orthoergisch eczeem 1/50

0/49

2/49

0/49

0/49

0/49

0/49

0/49

0/49

0/49

0/49

0/49

0/49

0/49

3/50

DB allergisch • constitutioneel

07 orthoergisch + constitutioneel

08 nummul.air eczeem

09 ongeklassificeerd

10 paronychia

11 = vitiligo

12 = fotodermatose

13 = andere

0/50

0/50

0/50

0/50

0/50

0/50

0/50

6/50

.262

Rotterdam

schilders bouw P2

1/47

0/47

0/47

0/47

0/47

0/47

0/47

0/47

0/47

0/47

0/47

0/47

0/47

0/47

0/47

0/47

0/47

0/47

0/47

0/47

0/47

0/47

0/47

0/47

0/47

0/47

0/47

0/47

0/47

0/47

1/47

2/51

0/51

0/51

0/51

0/51

0/51

0/51

0/51

0/51

0/51

0/51

0/51

0/51

0/51

1/51

1/51

0/51

1/51

0/51

0/51

0/51

0/51

0/51

0/51

0/51

~ /51

0/51

0/51

0/51

0/51

0/51

1 .0

Page 90: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

a

b

c

d

Q

b

ç

d

- 84 -

tabel 5 Biometrische gegevens waarop de multivariate lambda toets van

Wilks is toegepast. Opgegeven zijn de gemiddelden + standaard­

fouten, n = aantal waarnemingen.

u = aantal waarnemingen kleiner dan de ondergrens en groter dan

de bovengrens van de parameters voor schilders; v = idem

voor de bouw.

P2 = overschrijdingskans berekend voorStudent's t-toets.

P overschrijdingskans berekend voor Wilks' lambda.

w = significante correlaties (P2~.05) tussen paarsgewijs ver­

geleken parameters (voor s+b).

r = correlatiecoefficient.

I longfunctie

Den Haa!l; schilders bouw

parameter n = 43 u n = 48 V P2 w

vitale capaciteit ( 1 ) 4.51+.154 4 - 7 4.56+.137 7 - 9 . 795 a-b

peak flow (1/minl 512+15.8 4 - 0 518+16.0 9 - 0 .777 a-d

FEV1/FEV5 .78+.010 3 - 1 .79+.012 6 - 2 .730 b-c

FEV5-verw. waarde ( 1) -.54+.109 19- 1 -.53+.106 16- 1 .933 c-d

b-d

À = .997 p .993

Rotterdam

parameter n = 44 u n = 52 V P2 w

vitale capaciteit (1) 4. 85+ .132 2 -17 5.13+.106 1 -19 .1 03 a-b

peak flow (1/min l 478+8.6 2 - 0 503+10.8 5 - 0 .078 a-d

FEV1/FEV5 .77+.012 4 - 2 .79+.009 1 - 3 .252 b-c

FEV5-verw. waarde (1) -.09+.092 7 - 4 .13+.076 5 - 6 .059

À= .931 p = .160

r

.527

. 784

.557

.253

.401

r

.250

.674

.103

Page 91: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

- 85 -

tabel 5 vervolg

II Bloedsomloop

Den Haag schilders bouw

parameter n = 49 u n = 46 V P2 w r

a leeftijd (jaren l 45.8+1.31 45.6+1.14 .943 a-c .287

b Quetelet-index (x105J 260+4.30 0 -16 254+4.43 0 -15 .343 a-d .228

c syst.bloeddruk (mm Hgl 152+2,20 - 42 147+2.83 -29 .170 a-e .211

rl diast.bloeddruk(mm Hgl 90.8+1.31 - 32 87.7+1.45 - 21 .116 b-c .492

8 cholesterol (mmol/1) 6.81+.149 0 -16 6.40+.143 0 -10 .049 b-d .426

c-d .808

À= .939 p = .334 d-e .214

Rotterdam

parameter n = 40 u n = 46 V P2 w r

a leeftijd (jaren) 46.4+1;32 45.4+1.09 .580 c-d .685

b Quetelet-index (x105J 251+4.39 1 - 8 249+3.75 0 -11 .728

c syst.bloeddruk (mm Hgl 133+1.98 - 12 131+2.39 - 15 .564

d diast.bloeddruk(mm Hg) 86.6+1.69 - 12 84.7+1.34 - 12 .368

e cholesterol (mmol/1) 6.69+.166 0 -10 6.36+.169 1 - 8 .165

}= .963 p = .684

III E.C.G.

Den Haag schilders bouw

parameter n = 47 u n = 48 V P2 w r

a frequentie (min) 62.5+1.27 6 - 0 62.0+1.55 14- 0 .801 a-b .212 ,, QRS (sec) .082+.0011 2 - 0 .083+.0011 2 - 0 .620

·- PR (sec) .174+ .0029 0 -12 .175+.0032 0 - 8 .901

À= .996 p = .994

Rotterdam

parameter n = 45 u n = 49 V P2 w r

a frequentie (min) 69.1+2.29 2 - 1 69 .9+1.34 4 - 1 .761 b-c -.290

b QRS (sec) .084+.0012 0 - 1 .083+.0012 0 - 1 .584

c PR (sec) .175+. 0031 1 - 7 .175+.0033 0 -12 1.000

À= .995 p .923

Page 92: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

a

b

c

d

a

b

c

d

- 86 -

tabel 6 Chemische gegevens waarop de multivariate toets van Wilks

is toegepast. Indeling als bij tabel 5.

De leverfunktie

Den Haag schilders bouw

parameter n=50 u n=49 V P2 w

"t-GT 20.6+1.64 0-10 18.1+2.04 0-5 .341 a-c

SGOT 12.4+ .52 - 3 12.6+ .62 -5 .833 b-c

SGPT 16.6+ .96 - 7 16.8+1.61 -5 .891 b-d

LDH 173+4.7 0- 1 168+3.8 0-1 .424

À= .969 p = .552

Rotterdam

parameter n=45 u n=50 V P2 w

'g'-GT 19.4+2.02 0- 8 14.7+1.27 0-3 .044 a-b

SGOT 11. 8+ .47 - 2 12.4+ .60 -1 .426 a-c

SGPT 15.1 + .98 - 5 14.9+ .es -7 .859 a-d

LDH 158+3.4 0- 0 156+3.3 o-o .700 b-c

b-d

À= .903 p .0545 c-d =

r

.629

.674

.450

r

.524

.474

.252

.583

.395

.242

Page 93: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

- 87 -

tabel 7 Concentraties van lood (Pb) in bloed in delen per miljard

(p.p.b.) van schilders en bouwvakkers in Den Haag en

Rotterdam. Vermeld zijn de aantallen (n), de gemiddelden

met standaardfouten en P2 (tweezijdige overschrijdingskans)

berekend met de toets van Student. Tevens zijn het aantal

waarden boven de 400 (a) en 600 ppb (b) vermeld.

schilders bouw

n a b n b P2

Den Haag 24 353+28.7 8 1 4 199+32.8 0 0 .043

Rotterdam 20 268+26.3 4 0 0

Page 94: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

- 88 -

tabel 8 ZPP-waarden (~g/1 x 100) bij schilders. Subgroepenindeling op grond van verschillende criteria, opgegeven zijn aantallen (n), gemiddelden met standaard­fouten en P2's (toets van Student).

I Meer (+) of minder (-) dan 25 dienstjaren.

Den Haag

Rotterdam

n=25

n=19

+ 265+42.8

236+51.7

n=23

n=12

229+41.1

240+27.4

II In aanraking met afbrandgassen, ja=+, nee=-.

Den Haag

Rotterdam

n=44

n=37

+ 241+30.0

203+21.4

n=6

n=10

278+96.9

221+84.1

P2 .548

.273

P2 .672

.766

III In aanraking met loodplamuur sn/of loodmenie, ja=+, nee=-.

Den Haag

Rotterdam

n=43

n=41

+

250+30.6

222+26.5

n=7

n=6

IV In aanraking met stof, ja=+, nee=-.

Den Haag

Rotterdam

n=38

n=28

V In aanraking met

Den Haag n=14

Rotterdam n=14

+

262+34.8

207+28.9

damp, ja==+"

+ 261+52.9

231+48.1

n=12

n=15

nee=-.

n=36

n=29

204+83.7

107+31.2

183+42.1

219+53.6

236+34.3

204+31.3

P2 .587

.014

P2 .242

.837

P2 .706

.629

Page 95: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

a

b

c

d

e

a

b

c

d

e

- 89 -

tabel 9 Hematologische gegevens waarop de multivariate toets van

Wilks is toegepast. Indeling als bij tabel 5.

Oen Haag schilders bouw

parameter n=50 u n=48 V P2 w r

BSE 6.8+1.08 -2 4.6+.54 -o .080 a-b -. 318

Hb 8.7+.10 2-0 8.8+.07 o-o .720 a-c -.332

Ery's 4.86+.046 1-0 4.88+.043 0-0 .592 a-e .231

Lauco's 6.34+.294 10-2 5.76+.251 18-2 .136 b-c .794

Thrombo's 244+6.6 1-0 226+8.0 4-2 .077

À= .930 p = .238

Rotterdam

parameter n=46 u ns49 V P2 w r

BS E 5.0+1.03 -1 4.4+.64 -o .636 a-b -.372

Hb 9. 3+. 1 0 3-0 9.4+.07 1-0 .482 a-c -.424

Ery's 4.89+.055 1-0 4.92+.041 0-0 .603 b-c .804

Leuco 's 6.62+.276 5-2 6.24+.238 11-2 .302

Thrombo's 232+5.6 o-o 236+7.2 2-1 .714

À =. 973 p =.785

Page 96: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

- 90 -

tabel 10 Gegevens van de leucocytendifferentiatie.

Den Haa~

Aangegeven is het aantal waarden dat onder (<l

de onder- of boven ()) de bovenreferentiewaarde

ligt. P2 is de tweezijdige overschrijdingskans

berekend met Fisher's exacte toets voor 2x2-ta­

bellen van de aantallen (=) binnen deze referen­

tiewaarden. De volgende afkortingen zijn gebruikt

met tussen haken de referentiewaarden in %.

eos = eosinofielen baso = basofielen

(1-4) (0"11

staafk = staafkernige neutrofielen (0-4) segm = gesegmenteerde neutroffelen (55-66) lymfo = lymfocyten (22-35) mono = monocyten (4-8)

s n=SO b n=49

soort cellen < > = < > = P2

eos 11 8 31 8 11 30 1. 0

baso 1 49 0 49 1. 0

staafk 2 48 1 48 1. 0

segm 21 8 21 18 5 26 .317

lymfo 7 23 20 2 13 34 .0046

mono 7 16 27 5 13 31 .416

Rotterdam s n=45 b n=51

soort cellen < ) = ..( > = P2

eos 11 7 27 11 8 32 .835

baso 2 43 2 49 1 .o staafk 0 45 1 50 1. 0

segm 16 9 30 19 6 26 .148

lymfo 5 15 25 2 22 27 .839

mono 10 9 26 15 6 30 1. 0

Page 97: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

- 91 -

tabel 11 De relatieve frequenties ven afwijkingen in de urine

(albumen, positiève reductie en bloed). P2's berekend

volgens Fisher.

Den Haag

meting

albumen

reductie

~loed

Rotterdam

meting

albumen

reductie

bloed

schilders

0/50

1/50

0/50

bouw

0/49

3/49

0/50

schilders bouw

2/45 0/51

0/45 1/51

0/45 1/51

P2

1. 0

.362

1 .o

P2

.217

1.0

1 .0

Page 98: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

- 92 -Fig. 1a 1 Histogram van de relatieve frequentie van de leeftijden

W SO· 1.!1 g fü 45 u

~40

35·

30·

25·

20·

15·

fO

5·+-----1

30 35

tB so J•

lf t-

45-c w u I! w 11.

4(].

35

30·

li!S·

20·

15

10

30 35

van werknemers in Den Haag

SC.I-I ILOERS LEEFTIJD

40

BOUIU LEEFTIJD

40 45

n. so

50

n. 50

so

55

.

55

60

60

65

J~r-~En

6S

J~En

Page 99: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

Fig. 1 a2

IB so J•

!! 45-fii

!!! ~ 40·

3S

30

a;.

20

15-

10-

30

w 50 1-

l!J 0: ,__

45-c w lt w 0..

40

35

30-

25

20-

15

10

5-

30

- 93 -Histogram van de relatieve frequentie van de lee~tijden van werknemers in Rotterdam

SCHILDERS n • 48 LEEFT IJO

.

35 45 50 55 60

BOUUJ n. 52 LEEFTIJD

35 45 so ss 60 :::c

Page 100: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

- 94 -Fig. 1b de cumulatieve frequentieverdelingen van de leeftijden

van de werknemers in Den Haag en Rotterdam

.. 100

~ u. 80

§ u

40

20

... tOO

à w I! 11. 1!10 É :a u

60

Den Heag LES:TIJO

30

Rotterdam LEEFTIJD

• SCHILOEI'5 n • 50 • BOUUJ n • SO

35 40 45 50

• 5CHILDEI'5 • BOUUJ

55

45.6+1.29 45.971.10

60 65

46.2+1.22 45.971.03

P2•.860

P2=.868

Page 101: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

~ 50

0: ,_ 45-c w

u I! w 11.

40

35

30

25

20-

15·

10

5

..!. 50

w 50 1·

l!J II ,_

45-c w u I! w Q.

40

35

30-

25-

20-

15-

10-

5

.!. so

- 95 -Fig. 2, a1 Histogrammen van de relatieve frequentie van biometrische

gegevens van werknemers in Den Haag (1) en Rotterdam (2)

SCHILDEr-IS n - 5o GEWICHT

60 .]_ 70 80

BOUW n - 50 GEWICHT

60 .! • 70 80

' 90 100

I ' 90 100

I

' 110

KG

' 110

Page 102: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

Fig. 2, a2

~ so J•

a: ,_ 45-1: w

u I!

~ 40

35·

30·

25

20·

15

10·

5

I • 50 60

w 50 J·

l!J a: .... 45 c w

u I! w 40 tl.

35·

30·

25

20·

IS

10

5

I • so 60

- 96 -

SCHILOEI'IS GEWICHT

I 70 80

BOUW n - 52 GEWICHT

I 70 80

I

90

T 90

• 100

I •

100

110

KG

110

KG

Page 103: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

Fig. 2, b1

lH so

a: .... 45 c w

u 1!: w 40-Q.

35-

30-

25·

20

15·

10·

r ' 155 160

w so l!l a: ....

45 c w u 1!:

Ir 40·

35-

30-

25

20-

15·

10

5

155 160

- 97 -

SCHILDERS n • so LEnGTE

165 170 175 180

BOUUJ n - 50 LEnGTE

165 170 175 1BO

I 185 190 195

cm

t

I ' 185 190 195

cm

Page 104: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

Fig. 2, bZ - 98 -

50 SCHILOEr-IS

w ,_

LEnGTE L!J 111: ,_

45-5i I!! w 40-n.

3'5-

30-

25-

20-

15-

10

5-

I ~

155 160 165 170 175 180 185 190 195 cm

50 BOUW n - sz

w ,_

LEnGTE L!J a: ,_

45-c w u I! w 11.

.110

35

30

25

20-

15-

10-

• 5

-. 155 160 !65 170 175 180 185 190 195

cm

Page 105: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

Fig. 2, c1

~ SC J•

.... 45 fii ~ w a. 40-

35·

30-

25

20

15·

10-

5-

IOC

w 50-l!l a: .... c 45-w u !! w 40-0..

35

30-

25·

20-

IS

10

100

I ' 120

• 120

99

SCHILOEr:IS n - 49 SYSTOLISCHE BLOEOORUI<

• 140 160

BOUW SVSTOLISCHE BLOEOORUI<

140 160

I I

• 180

180

I • 200

mm Hg

I 200

mm Hg

Page 106: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

~ c w

~

~ a: ,._ c w u I! w a.

Fig. 2, c2

50-

45·

40·

30

25

20

1 s-

10-

5i----l

• 100 120

50

45

40-

35

30

25

20-

15-

10"

. 100 120

- 100

!öC!oliLOERS n- 43 SVSTOLISCHE BLOEDDRUI<

140 160

BOUUJ n- 4& SVSTOLISCHE BLOEDDr.lUK

• 140 160

180

'

I 180

200

mm Hg

:! 200

mm Hg

Page 107: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

Fig. 2, d1

w 50 l!l a: ....

45· c w u I! w a. 40-

35-

30

25-

20-

15-

10-

5 I I

60 70

w 50-l!l a: ,_ m 45-

u I! W40 a.

35

30-

25-

20

15

10-

- 101 -

SCHILDEf-IS n. 49 DII'ISTOLISCHE BLOEDDf.IUK

' 80 90 100

BOUIU n- 46 DII'ISTOLISCHE BLOEDOf-lUK

5"J----..--~

I ' 60 70 BO 90 100

T 110

'

' 110

I T

120

mm Hg

I 120

mm Hg

Page 108: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

Fig. 2, d2 - 102 -

so SCHILOE~S w OII=ISTOLISCHE BLOEOOI=IUI< l.!l II ... 45 5i u I! w 11.

40-

3!!;.

30-

25-

20

is.

10

s

I I I

60 70 80 90 100 110 120

mm Hg

so BOUilJ n- 46

m J• OII=ISTOLISCHE BLOEOOr.IUK

g: ... 4S. c: ~ I! w !!.

40

3'S·

30-

25-

20-

15·

10-

s- •

I I I I

60 70 80 90 100 110 120

mm Hg

Page 109: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

Fig. 2, e1 - 103 -

50 SCHILDEr-!5 n • 48

UI VITI'lLE CI=!PI'lC I TE I T l!J a: noT PLOTTED: 8,00 ...

45-c UI u !! UI Q.

40·

35

30

25-

20-

15-

10

5-

I ' '

2 3 4 s 6 7

L

BOUW n- 49

~ 50-

VIT~LE C,:;jP,:;jCITEIT

a: nor PLOTTED: 1 • 10 ... 45-c

UI u !! UI 0.

40-

35

30-

25-

20·

15

10

5- • I I

' 2 3 4 5 15 7

L

Page 110: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

Fig. 2, e2 - 104 -

so SCHILDERS n - 47

~ J· VITI=ILE CRPI=ICITEIT

a: ... .115 !ii

u l! w 40-ll

35

30-

25·

20

15

10

5

l ' 0 0 l

2 3 5 6 7

50 BOUUJ n • 52 w VITI'ILE Ct:IF't:ICITEIT l!J a: ,_

45 c w u C! w ll

40-

3S

30

25

20-

15

10

5

I • 0 0

6 2 3 6 7

L

Page 111: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

Fig. 2, f1 - 105 -

50 SCHILDEr-tS n • 49 w J• . l!1

I=EV 1/I=EVS tr ....

45 c w u C! w 40-n.

35-

30-

25-

20-

15

10

5

r 1 l ' ' 0.5 0.6 0.7 0.8 0.9

X 100Z

50 BOUUJ n - 48

w J· I=EV1/FEV5

l!1 tr nor PLOTTED: 1 . 0 1 ....

45-c w u er w 40-n.

35

30-

25-

20-

15

10

5 • l l

' 0.5 0.6 ' 0.7 0.8 0.9

x 1001

Page 112: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

Fig. 2, f2 106 -

so SCHILDEr-IS n. 47 w

. 1!1

FEV11FEV5 a: ,_

4115 c w u [! w 40-0.

35·

30·

è!S

è!O

t!l·

10·

5· l I I I

I 0.5 0.6 0.7 o.a 0.9

x 1001

so BOUUJ n - 52 w J- FEV1/FEV5 1!1 a: ,_

45· c w u [! w 40 Cl

35·

30-

25

20

15

10-

I I • --. I

0.5 0.6 0.7 0.8 0.9 x 100S

Page 113: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

Fig. 2, g1 - 107 -

50 SCI-liLDEr:!S

~ ,. .

PERI< F=LOW a: riOT PLOTTED: 2.25 ...

45-5i 1:!! !f 40

35·

30

25

20

IS

. 10

5

I ' • • -. 2 3 4 5 6 7 B

100 Llmtn

50 BOUW n • 49

w PEI=IK FLOW 1!1 er ...

45· c w !i! w Q.

40·

35·

30

25·

20·

15·

10

5· • I

I I I • ' 2 3 4 5 6 7 B

1oo Llmtn

Page 114: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

- 108 -Fig. 2, g2

SO· SCHILD li:r:lS n. 47 .

UI PEt:lK F LOW !!) a: ....

45· c: UI u I! UI Q.

40

35

30

25

20

15·

10

• • • 2 3 4 5 6 7 B

100 Lllmn

50 BOUW n- 52

UI J• PEt:lK FLOW

l!J a: ..... 45 c UI u !! w Q.

40

35

30

25

20

15·

10-

5· •

I I I ' ' ' ' I

2 3 4 5 6 7 B

1 DO L/lTlln

Page 115: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

Fig. 2, h1

w 50· l!l « ... 5i 45

l!' w 40-D.

35·

30

25

20-

15-

10

5~----i

-2.0

w 50 I!J er ...

45-c w l!' w IJ.

40-

35-

30-

25

20-

15

10

5

' -2.0

-1.5

-1.5

- 109 -

SCHILOE~S n • 4a ~EV5-VE~W~CHTTE W~~~DE

nor PLOTTEO: 1 . 75

' -1.0 -o.5 -0.0 0.5 1.0 1.5 L

BOUW ~EV5-VE~W~CHTTE W~~~DE

nor PLOTTEO: -3.30

I I I I

-1.0 -o.5 -o.o 0.5 t.O 1.5 L

Page 116: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

Fig. 2, h2

~ 50

a: .... "'S-c w u t:! w 11.

40-

35-

30

25·

20-

15-

10

5-

' -2.0

w 50-

g fü

~ 45-

40-

35-

30·

25

20

15-

10

5

-2.0

• -1.5

r 1 l

-1.5

- 110 -

SCHILOE~S

FEVS-VERW~CHTTE W~~~DE

' ' ' -1.0 -0.5 0.5 1.0 -0.0 1.5

L

BOUW

I I

-1.0 -o.5 -0.0 0.5 1.0 1.5

L

Page 117: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

Fig. 3

a

- 111 -cumulatieve frequentieverdelingen van de biometrische gegevens van werknemers in Den Haag en Rotterdam. P2 K.S .. ~.OS zijn opgegeven. Tevens zijn gemiddelden met standaardfouten en P2 's opgegeven. Î P2~.05 zijn onderstreept. De referentiewaarden zijn aangegeven met •

Oen Haag GEWICHT

• SCHILDERS • BOUW

n • so n- so

79.9•1.33 77.971.49 P2~.336

.. ,00 ------ó

~ § u

.. d w I! l.l

É :J u

40

20

100

BO

60

40

20

Rotterdam GEWICHT

• , • I

--• I I

•' • --· , , ,

70

• SCHILDEr-IS • BOUW

70

80

n • 46 n = sa

I --•' , , • ' ' '

90 100

76.7+1.59 76.671.16

--· ' -· ' '

100

110

KG

P2=.945

, 10

KG

Page 118: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

.. d w I! u. É :J u

.. d w I! u. É :J u

fig. 3b

100

80

60

40

20

100

80

60

40

20

Den Haag LEnGTE

130 140

Rotterdam LEnGTE

130 140

- 112 -

• SCHILDERS n • 50 -souw n-so

150 160

• SCHILDEr-IS • SOUU.J

150 160

170

n • 44 n - 52

170

' • • ' , I

I

• •

175.7+,96 17s.e7.es

' • ' I

• • •

180 190

cm

174.6+.95 175.2+.97

t

180

P2=1.0DO

P2=.642

Page 119: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

Fig. 3c

.. 100

d w I! u. 80 É ~ u

60

.. 100

d

ff 80

60

40

20

- 113 -Den Haag

SYSTOLISCHE BLOEDDRUK • SCHILDERS n - 419 • BOUW n- 46

100 120 1410

Rotterdam SYSTDLISCHE BLOEDDRUK

• SCHILDERS n • 43

---------- • BDUUJ n • 46

/ , '

' ' '

,-' ' '

' ' ' ' ' ' ' ' ' ' ' /

' ' '

/

,­' '

160

152.2+2.20 147.3+2.83

180

mm Hg

133.8+2.05 131.3+2.39

__ ..... ---

oL-~~~·~~-4~-41~~~ 100 120 140 160 180

mm Hg

P2=.438

Page 120: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

Fig. 3d

.. d w I! u. 6 :::l u

.. d w I! lL

É :::l u

100

110

60

40

20

Oen Haag - 114 -OII'ISTOLISCHE BLOEDDr.lUK

• SCHILDE~S

• BOUW

, ........ ,. .... ---""

n - 49 n. 46

, , ,I , ,

• I I

, , I

' I I

,

90.8+1.31 87,7"+1.45

__ ,.._

I" I ,

0~--~~--~-,~~~--~~--~--~ 50 60 70 110 90

Rotterdam OIRSTOLISCHE BLOEOOr:IUK

• SCHILDEr:IS n • 43 ---------- = BOUUJ n • 46

!00

80

, , ' ,

60 , , , I ,

I , I I

40 I , I I ,

I I

20

0 50 60 70 110 90

100 110

mm Hg

86.4+1.58 84.7"+1.34

100 110

mm Hg

P2=.116

P2=.406

Page 121: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

Fig. 3e - 115 -

.. é I!! u. É :l u

.. d w I! u. É :l u

Oen Haag VITffi.E CI'IPI'!CI TElT

• SCHILDERS

---------- - souw n - 49 n- so

100

ao

60

40

20

2 3 4

Rotterdam VITf:ILE Ct:IFACITEIT

• SCHILDERS

---------- • BOUW

' '

• ' ' ' ' ' ' •

' ' • , ' ' '

5

n • 47 n -sa

!00

80

60 • ' • ' ' I ' ' ' ' ,

' ' -' ' ' • ' ' • ,.•

0 • 1 3 4 5 G

6

4. 50+ .140 4.547.137

.......

7

4.91+.130 5.137.106

7 11

L

a L

P2=.819

P2=.185

Page 122: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

Fig. 3f

.. ó w l! Ll

Ê :::l u

100

80

60

40

20

Den Heag FEV1/FEV5

- 116 -

• SCHILDEr-G • BOUW

n - 49 n - 49

.78+.010

.797.012

... --- ... --

P2•.713

--OJ--,--~-~--r----~----L,------r----Lr-0.5

Rotterdam FEV1/FEV'5

0.6 0.7 0.8

• SC::HILOEr:t!ió n • 417 • BOUW n • '52

0.9 1.0 x 100%

.78+ .011

.79+.009

x 100%

P2•.309

Page 123: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

Fig. 3g

.. 100

ó w I! IL 80 Ei ::l u

60

.. 100

d

~ 110

§ u

ISO

0

'

Oen Haag

PEI'IK FLOW

2 3

Rotterdam PEI:IK F'LOW

----------

- 117 -

• SCHILDERS • BOUW

4 5

• SCHILDERS - BOUUJ

' I

' I I I I

' • • • I

' ' • , I

'

....... --• , 2 3 4 5

'

n - 44 n - 49

6

n- 47 n- 50!

' ' ' ' I I I ,

'

6

5.11+.155 5.14+.161

----~

7 8

1 o o Lltrun

4.77+ .082 5 .03"+.1 08

------

7 8

100 L.llnln

P2=.875

P2=.062

K.S. P2(.05

t

Page 124: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

Fig. 3h

... 100

~ 80

60

40

.. 100

cj w [! u. É :J u

80

60

40

20

- 118 -Oen Haag FEV5-VE~W~CHTTE W~E

a SCHILDE~S n • 49 ---------- • BOUUJ n • 49

'

-3 -2 -1

Rotterdam FEVS-VE~WRCHTTE W~R~DE

0

• SCHILDE~S n • 44 ---------- • BOUW n • 52

' , ' ' '

' '

-3 -2 -1

, • ' ' ' ' ' ' ' ,

0

• ' • ' ' •

-.581+.103 -.521•.104

1

-.093+.092 .133-; :076

1

2

L

2

L

P2=.688

P2=.059

K.S. P2~.05

Page 125: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

Fig. 4, a1

w so l!J a: ....

'IS c w u I! w Q.

'10-

3S-

30-

2S-

20

15

10-

5-

"

w so l!J a: .... 'IS c w u I! w Q.

'10

35

30-

25-

20-

15

10-

s

"'

- 119 -Histogrammen van de parameters van het chemische onderzoek in Den Haag (1] en Rotterdam (2]

SCHILDEr-IS n. so CHOLESTEI'IOL

I

s 6 7

BOUUJ n • 5o CHDLES TEr-lOL

' s 6 7

8 9

• I .

8 9

I ' 10

mmOLIL

I

10

mmOLIL

Page 126: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

fig. 4, a2

w 50 J•

I!J a: .... 45· c

w !i! w 40-11.

35·

30·

25

20-

15-

10

5

4

w 50·

Ij! .... fii !i! w a

45·

40-

35-

30

25·

20-

15

10-

5-

5

- 120 -

SCHILDERS n • 47 CHOLESTEROL

6 7 8

BOUUJ n • 50 CHOLESTEROL

noT PLOTTED: 1 0. 30 3.50

• I

-,-9 10

mmoLIL

r 1 6 7 8

I

9 10

mmOLIL

Page 127: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

Fig. 4, b1

1!1 50·

a: ,_ 45-c w

u I! w 40-4.

3S

30-

25

20

15·

10

5

I

0 20

w 50 l!J a: ,_

45-c w u I! w 40 a.

35·

30·

25-

20-

15-

10-

5

0 20

- 121 -

SCHILDEr-IS n. 50 V-GLUT~mVLTr.l~nSFEr.I~SE

I

40 60

BOUW n • 49 V-GLUT~mVLTr.l~nSFEr.IRSE

I I • 40 60

.

I . 80

• BO

I I

100

UIL

100

U/L

Page 128: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

Fig. 4, b2

w 50 l!J a: .....

45· c w u I!

lf 40

35

30·

25-

20

15

10-

I 0 20

w 50-<!l a: ...

45-c w u I! w 40 IL.

35

30-

25·

20-

15

10-

5

I

0 20

- 122 -

SCHILDERS n. 47 V-GLUT~mVLT~n5FER~SE

I I

40 60

BOUW n- 50 V-GLUT~mVLT~nSFER~SE

I -. ' 40 60

I I

BO

I I

BO

l

T 100

UIL

• 100

UIL

Page 129: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

Fig. 4, c1

w 50 ,. l!J a: ... 45 c w ~i w 40· 11.

35-

30-

25

20

15

10·

5

I

5 10

w 50 l!J a: ....

45 c w u !! w 11.

40

35

30·

25

20

15

10

I

5 10

- 123 -

SCHILOEr:IS n. 50 RSPRr:ITRRT AmlnOTRRn5FEr:IRSE

I I

15 20

BOUW n - 50 RSPRr:!TART RmlnOTRRn5FEr:!ASE

I

15 20

I

25

I

25

I I

I

I

30

UIL

30 UIL

Page 130: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

Fig. 4, c2

w 50 ,. l!l a: ....

45 c w u !! w 40 D.

35-

30-

25-

20-

IS-

10

5

5 10

w 50 J•

l!l a: ,_ 45 c w

u !! w D.

40

35-

30-

25-

20-

!5-

10

5-

5 10

- 124 -SCHILDEr-IS n - 45 t:!SPI'II'ITr:lr:IT r:JmlnOTr:lr:lnSI=EI'Ir:ISE

I -r 15 20 25

BOUUJ n - 49 r:ISPr:lr:ITI=Ir:IT r:~mlnOTI'Ir:lnSFEr:lr:ISE

nOT PLOTTED: 37 • 00

I I I ' 15 20 25

I

30

UIL

30

U/L

Page 131: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

Fig. 4, d1

w 50 1!1 a: ...

45 c w u I!

lf 40

35·

30·

25·

20

IS

10·

s 10 15

w 50 1!1 a: ... 45 c w u I! w 11.

40·

35·

30·

25

20·

15

10

5

' 5 10 15

- 125 -

SCHILDEr:IS n- so t=ILt=lnlnE t:lmlnOTr:lr:ln5f=Er:lr:ISE

I l I •

20 25 30 35

BOUW t=~Lt=~nlne l=!mlnOTr:~t:~nSFEr:lt:ISE

naT PLOTTED!

' ' ' ' 20 25 30 35

I • 40

61 .00 61 .00

40

I 45

• 45

50 UIL

• 50

UIL

Page 132: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

Fig. 4, d2

~ 50 J·

a: ..... 45 c w u I! w 11.

40-

35

30

25

20

IS

10·

5

' 5 10 15

w 50 1!.1 a: ....

45 c: w u !! w 11.

40

35

30

25

20

15

10

5

' ' ' 5 10 15

- 126 -

SCHILDEr-IS n- 45 ~l..~nlnE ~lnlnOTf.ll'lnSFEr::II'ISE

I ' 20 25 30 35

BOUUJ n • 50 ~LI'InlnE RmlnOTr:ll'lnSFEr:II'ISE

' ' ' 20 25 30 35

I I 40

I I ' 40

• 45

45

' 50

UIL

' 50

UIL

Page 133: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

Fig. 4, e1

w 50· l!J g m ti! lf

45-

40-

35-

30-

25-

20·

15-

10+----1

5-

120

m SO-

II E 45-w ti! lf 40

35

30

25-

15

10

5-

120

140

140

- 127 -

SCHILDEr:IS na 50 mELKZUUr:IOEHVDr:IOGE~SE

I 160 180 200 220 240 260

U/L

BOUW n - 50 mELKZUUr:IDEHYDr:IDGEn~

l

I 160 180 220 240

UIL

Page 134: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

f'ig. 4, e2

w 50 ll) a: 1- 45 c: w u [! w D.

40

35-

30·

25-

20

15

10-

5

120

tll 50-

a ::= 45-w 51 Ir 40-

35

30-

25-

20-

15

10·

120

140

140

- 128 -

SCHILDEr:lS n - 45 mELKZUUr:lDEHYDr:lOGEn~SE

160 180 200 220

BOUUJ n- 50 mELKZUUr:lDEHYDr:lOGEn~SE

160 180 200 220

240

I • •

240 260

UIL

Page 135: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

Fig. 4. f1

tll 50

er .... 45-c w

u I! w Q.

40-

35-

30-

25

20

15-

10-

5

I ' ' 1000 2000 3000

w 50 ,. l!J a: ....

45 c w u I! w 40 D.

35

30-

25

20-

15-

10

5

' ' 1000 3000

- 129 -

SCHILDERS n • 50 CHOLtnESTERt:ISE

' ' 4000 5000 6000

BOUUJ n- 50 CHOLinESTERRSE

. ' ' 5000 6000

' 7000 aooo

' 7000 8000

I 9000

UIL

• 9000

UIL

Page 136: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

Fig. 4, f2

w 0 5 J·

1!1 a: ... 45 c w b! w 40 Q.

35

30-

25·

20

15

10-

5

T ' 1000 2000 3000

w 50 1!1 !I ...

45· c w u I! w 40· Q.

35

30

25

20-

15-

10

I ' ' 1000 2000 3000

- 130 -

SCHILDERS n- 45 CHOI...InESTERI=ISE

l T

4000 5000 6000

BOUW n - 50 CHOLinES TERI'ISE

' ' 4000 5000 6000

' 7000

'

&000

8000

9000

u/L

9000

UIL

Page 137: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

Fig. 4, g1

w 50 1!1 II ...

45· c w u t! w 40-11.

35

30·

25-

20·

15

10-

5-

I ' 0 1

w 50 1-

1!1 a: ... 45-c w

u t! w 40-11.

35

30

ë!S-

ë!Q.

15

10

r 0 1

- 131 -

SCHILDE~ ZlnKF'~TOF'OI=IFVr:llnE

nor F'LOTTED:

I ' I

2 3 4

BOUW n • 49 ZlnKF>~TOPOr:IFVr:llnE

I ·-:r .!_ • ii! 3 4

. 6.40 10.50

5

'

T 6

~-~oG/GHB

·r

Page 138: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

- 132 -Fig. 4, g2

50 SCHILOEI'IS n- 45 .

tU ZlnKPr-KJTOPO~FV~tnE

a: nor PLOTTEO: 7.30 ....

45 9.30 c: w u I! w Q.

40·

35·

30· .

Z5

20

15·

10

5

I I I I I ' I • I

0 1 2 3 4 5 6

~/GHB

50· BOUUJ n - 51

w ZlnKPROTOPORFVRtnE l!l a: ....

45 c: w u I! w 11.

40·

35·

30

25

20·

15

10-

5

I ' '

0 1 2 3 4 5 6

~IGHB

Page 139: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

a

b

c

d

ll b

c o

- 133 -

tabel 5 Biometrische gegevens waarop de multivariate lambda toets van

Wilks is toegepast. Opgegeven zijn de gemiddelden~ standaard­

fouten, n = aantal waarnemingen.

u = aantal waarnemingen kleiner dan de ondergrens en groter dan

de bovengrens van de parameters voor schilders; v = idem

voor de bouw.

P2 = overschrijdingskans berekend voorStudent's t-toets.

P = overschrijdingskans berekend voor Wilks' lambda.

w = significante correlaties (P2~.05) tussen paarsgewijs ver­

geleken parameters (voor s+b).

r = correlatiecoefficient.

I longfunctie

Oen Haag schilders bouw

parameter n = 43 u n = 48 V P2 w

vitale capaciteit (1) 4.51+.154 4 - 7 4.56+.137 7 - 9 .795 a-b

peak flow Cl/min J 512+15.8 4 - 0 518+16.0 9 - 0 .777 a-d

FEV1/FEV5 . 78+. 010 3 - 1 .79+.012 6 - 2 .730 b-c

FEV5-verw. waarde (l) -.54+.109 19- 1 -.53+.106 16- 1 .933 c-d

b-d

À = .997 p = .993

Rotterdam

parameter n = 44 u n = 52 V P2 w

vitale capaciteit (1) 4. 85+ .132 2 -17 5.13+.106 1 -19 .103 a-b

peak flow Cl/min) 478+8.6 2 - 0 503+10.8 5 - 0 .078 a-d

FEV1/FEV5 .77+.012 4 - 2 .79+.009 1 - 3 .252 b-c

FEV5-verw. waarde (l) -.09+.092 7 - 4 .13+.076 5 - 6 .059

\ = .931 p = .160

r

.527

.784

.557

.253

.401

r

.250

.674

.103

Page 140: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

fig. Se

... 100

d w ff 1!10 r;; ::l u

60

40

20

.. 100

d w I! IJ. ao

60

20

- 134 -De cumulatieve frequentieverdelingen van de parameters van het CBemische onderzoek. Tevens zijn opgegeven de PZ's~.OS van de toets van Kolmogorov·Smirnov (K.S.) en de.aantallen, gemiddelden met standaardfouten en P2's berekend met de toets van Student. Onderstreept zijn P2's~.OS. De referentiewaarden zijn aangegeven met een t.

Den Haag CI-IOLESTEI"'IL

• SCHILDEr:lS

- souw

Rotterdam CHOLES TEr-lOL

5 6

• SCHILDEr::lS • BOUUJ

, I

,

n • 50 n- sa

,. ·' I • ,

' • I , . ,

7 8

n - 47 n- s2

, , ' ,•'

4 5

,• ' ' ,·1

, ' ' ,

6

• ' ' I

I

' ' ,

7 8

6.81+.146 6.407.134

9 10

mmOLIL

6.67•.157 6 .43"+.166

---------

9 10

mmOLIL

P2=.042

P2=.296

Page 141: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

Fig. Sc - 135 -Den Haag

r:ISPQr-ITAr:IT QmiOOTr:u::lnSFEr-IRSE

.. 100

d w I! u. 80 È :::l u

60

20

.. 100

d w [

80

~ u

60

40

20

5

Rotterdam RSPr:IRTr:IRT

5

• SCHILDERS n • 50 • BOUUJ

, t --· , ' ------

,. ' I I

'

• • I ' '

,. I

10 15 20 25

l=!m I nOTRRnSFERI=ISE • SCHILDERS n • 45 • BOUUJ n • 50

12.4+.52 -. 12.8+.65

30 35

U/L

P2•.647

11 . B+. 47 12.4-:;:-,60 P2•.426

----~~--~------------------

I ,I

10

' ' ' I I

,I

15 20 35

UIL

Page 142: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

Fig. 5d - 136 -

Den Haag RLRn1ne Rmlnorr-u=~nsFERRse

• SCHILDERS n • 50

---------- • BOUUJ n • 50 16.6+.96 17.3~1.64

... 100 ' ". ________ _

i

.. d !!! u. r;; :l u

... -------, ..... -"

...... --""

.-

20

0+-----,------r~---r-----,----~~----r-0 10 20 30

Rotterdam I=ILI'lnlnE RmlnDTRI'lnSFERI=ISE

= SC:HILDEI'IS n - 45 ---------- • SOUUJ n = 50

100 __ ............

ao

60

40

30 40

50

15.1+.98 14.9+.85

60

U/L

• 60

UIL

P2=. 721

P2=.859

Page 143: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

.. 100

d w I! u. 80 r;:; ::l u

80

.. 100

d w I! u. 80 r;:; ::l u

60

Fig. Se - 137 -

Oen Haag mELKZUU~DEHYO~OGEn~SE

• SCHILOE~S n • 50 ---------- • BOUW n • 50

100 150

Rotterdam mELKZUU~OEHYO~OGEn~se

/-

,• -· .-I

200

• SCHILDE~S n • 45 ---------- • BOUW n • 50

100 150 200

--

173+4.7 168+3.7

---..

250

UIL

158+3.4 156+3.3

250 UIL

P2=.700

Page 144: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

.. 100

d ~ u. 80

§ u

.. 100

d ~ u. 80 É :J u

60

Fig. 5f - 138 -

Den Haag CHOLinES TERI'lSE

• SCHILDERS

---------- • BOUIU '

2000 4000

Rotterdam CHOLinES TERI'lSE

=SCHILDERS

---------- • BOUIU

2000 4000

n - 50 n - so

6000

n - 45 n- so

6000

5255+156 5325-;165

8000

5088+156 5394-;135

' ----

8000

UIL

UIL

P2=.760

i

P2= .140

i

Page 145: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

.. 100

0 w I! ll

Ê a 80

60

20

... 100

~ u. Ê

80

a 60

40

20

Fig. 5g - 139

Oen Haag ZlnKPROTOPORI=YRinE

• SCHILDERS ---------- • SDUUJ

' ' ' ' I

I

I

' I

• • • • • • I

• • • I I I _.

-• • • I

,-1

I I I --• I

2 4

Rotterdam ZlnKPROTDPORI=YRinE

' ' ' ' ' I

' I I I

I I

I

' I I

' I

' I

' ' I

' I I

' ' ' '

I ,

2

• SCHILDERS • BOUW

4

n - 5o n - 49

6

n- 47 n - 51

6

8

8

2.43+.285 1.02+.087

10

11-G/GHB

2.07+.240 1.07+.058

10

~J,G/GHB

-5 P2=.8x10

K.S. P2<'D01

-4 P2=.6x10

K.S. P2<.001

Page 146: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

Fig. 6, a1 - 140 -

Histogrammen van de relatieve frequentie van hematologische gegevens van werknemers in Den Haag (1) en Rotterdam (2)

SCHILDEr:lS n • 47 50 w BSE

l!J nDT PLOTTED: 27.00 a: .... 45 30.00 c w 38.00

u [! w 40-11.

35

30

25

20

15

10-

5

I ' ' ' ' '

-2 0 2 4 6 a 10 12 14 16 18 20 22

mmtuur:t

50 BOUW n • 50

w BSE l!J II ....

45 c w u [! w 11.

40·

35-

30

25

20·

15

10·

5 • I I I

' I I I I ' 0 2 6 a 10 12 14 16 18 20 22

mm/UUR

Page 147: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

Fig. 6, a2 - 141 -

0 SCHILOEr-IS n- 47

w 5 J• BSE .

l!l a nor PLOTTEO: 46.00 ... 45-c: w

u [! w 40 Q.

35

30

25

20

15-

10-

5-

I I ' --. • ' • • •

-2 0 2 4 6 8 10 12 14 16 18 20 22 mm/uUr-1

so BOUUJ n - 5o w J· BSE l!l nor PLOTTEO: 24. 00 a ...

45-c: w u [! w 40 Q.

35

30·

25·

20-

IS·

10-

5· • I I I I

• • • • • • • • • -2 0 2 4 6 8 10 12 14 16 18 20 22

Page 148: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

Fig. 6, b1

w 50 J•

I!J a: ... 45· c: w u

C! w 40-Q.

35

30-

25-

20-

15·

10

I I

8.0 8.5

w 50 ·-I!J a: 1-

45-c: w u C! w Q.

40-

35

30·

25-

20-

15-

10-

5-

• I

8.0 8.5

- 142 -

SCHILOEI=IS n"' 49 . HElilOGLOBinE

nDT PLOTTEO: 6 . 90

I

9.0 9.5 10.0 10.5

BOUUJ n - 49 HEmOGLOBinE

I • I

9.0 9.5 10.0 10.5

11.0

mmOLIL

l I

11.0

mmOLIL

Page 149: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

Fig. 6' b2

~ 50 J·

a: ... 45 c w

~ w IL

40-

35

30-

25-

20-

15

10-

5

a.o a.5

w 50 ·-l!J a: .... 45 c w u I!

lf 40

35

30

25

20·

15-

10

5

I • a.o 8.5

- 143 -

SCHILDEr:IS n. 47 HE1!10GLOBinE

nor PLOTTEO:

9.0 9.5 10.0

SOUUJ n - 52 HEmOGLOBinE

• 9.0 9.5 10.0

. 7.40

10.5

• 10.5

I

I • 11.0

mmoLIL

I 11.0

mmoLIL

Page 150: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

Fig. 6, c1

i 50

1-45· c: w

u t:r w 40-Q.

35

30-

25-

20-

15

10-

5-

T • 4.0

w 50 L~ !I 1-

45· c: w u t:r w 40-Q.

35

30

25-

20·

15

10

r 4.0

- 144 -

SCHILDERS n • 50 ERVTHROCVTEn

• 4.5 5.0

BOUUJ n • 49 ERVTHROCVTEn

I 4.5 5.0

.

5.5

'

.. 5.5

l 6.0

1.E12/L

:l 6.0

1.E12/L

Page 151: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

Fig. 6, cZ

lH 50 J·

a: ... 45· c w

u I!

lf 40·

35·

30

25

20

15·

10

5

. 4.0

w 50 J•

l!l a: ... 45· c w

u I!

lf 40

35-

30·

25·

20

15·

10·

5

I 4.0

- 145 -

SC: Hl LDEf.lS n • 47 Ef.lYTHROC:YTEn

4.5 5.0

BOUW n - 52 Ef.lVTHROC:VTEn

' <4.5 5.0

.

' 5.5

' 5.5

I ' 6.0

1.E f ii!IL

I ' 6.0

1.E12/L

Page 152: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

Fig. 6, d1 - 146 -

so SCHILOEr-IS n. 49 w ,.

LEUCOCYT En 1.!1 a: OOT PLOTTEO: 15.70 ....

45 c: w u I! w 11.

40

35

3Q.

;as.

ë!Q.

15

10· (

5

I I I I I I r

2 3 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14

1.E9/L

so BOUUJ n - 49 w LEUCOC:YTEn 1.!1 0: ....

45· c: w u I! w 11.

40-

35-

30

25

ë!O-

15-

10-

5 • 1 I I I

"' I I I • .1 . I

2 3 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14

1.E9/L

Page 153: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

Fig. 6, d2 - 147 -

50 SCHILDE~S

w J• LEUCOCYT En

l!J II 1-

45-c w u I! w 40-Q.

35

30-

25-

20-

15-

10

5-

-, 1

2 3 5 6 7 B

50 BOUW

w ,_

LEUCOCVTEn l!J II 1-

45-c w u I! w IB.

40-

35-

30

25-

20-

15-

10

5-

• T

2 3 5 6 7 B

n - 47

I I

l 9 10 11

n - 52

I I I I

9 10 11

12

I 12

l T 13 14

1.E9/L

I

13 14

1.E91L

Page 154: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

Fig. 6, e1 - 148 -

50 SCHILDERS

w TI-4AOn1BOCVTEn I!J a ....

45 c w à' w 40· a.

35-

30-

25-

20-

f5·

10·

5-

I ' ' 100 150 200 250 300 350 400

I.E9/L

50 BOUW n - 4&

w ·- THr.!OmBOCVTEn l!l a ..... 45 c w u I! w a. 40·

35·

30

è5

zo.

15-

10-

5

l • I -T

100 150 200 cso 300 350 400

t.E9/L

Page 155: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

Fig. 6, e2 - 149 -

50 SCHILDEr-IS n - 47 .

w THr-~omsocvren l!l er ...

45 c w u I! w 40· a.

35·

30-

25-

20

15

10-

5-

' ' 100 150 200 250 300 350 400

1.59/L

50 BOUW n - 5o w THRomsocvren l!l er ...

45 c w u I! w a. 40-

35

30

25-

20-

15-

10-

5 • -I L I

• • - ' 100 150 200 250 300 350 400

1.E9/L

Page 156: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

- l~U -Fig. 7a De cumulatieve frequentieverdelingen van de parameters van het

hematologische onderzoek. Tevens zijn opgegeven de P2's ~.OS van de toeta van Kolmogorov-Smirnov (K.S.J en de aantallen, gemiddeldén met standaardfouten en P2's berekend met de toets van Student. Onderstreept zijn P2's ~.os. De referentiewaarden zijn aangegeven met een f .

.. ó w I! IJ.

Ê ::3 u

.. ó

~ r;; ::3 u

100

80

60

40

20

• Oen Haag

ese

,

, I I

' •

• SCHILOEr-IS • eeuw

" ...... ----· ., ... "" ,

I

n - so n • so

6.8+1,09 4.8-:; .ss

O+---~--r-------,------;-------.-----

100

80

60

40

20

0 10

Rotterdam a se

20

• SCHILDERS - e.ouw

--·

30

n- 48 n • s1

40

mmtuUR

S.1+.99 4.4-:;.61

• o·~--~--T-------~-----;-------.-----

0 10 40

mm/UUr:l

P2= .1 OS

P2=.528

Page 157: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

Fig. 7b - 151 -

.. 100

ó

~ 80

60

40

.. 100

ó w I! u. 80 ,;;; ::l u

60

Den Haag HEmOGLOSinE

• SCHILDERS • SOUUJ

6 7

Rotterdam HEmOGLOSinE

8

• SCHILOEr-IS

---------- - souw

6 7 a

n. so n - 49

9

n - 4B n- 52

9

9.72+.097 9. 76-:;. 066

10 11

mmoLIL

9.33+.095 9.42+,071

,,

10 11

mmOLIL

P2=. 629

P2=.438

Page 158: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

Fig. 7c

.. 100

é w I! u. ao r;; ::l U·

50

.. 100

d w I! u. 80 É :;) u

60

40

zo

Oen Haag ERVTHROCVTEn

- 152 -

• SCHILOERS n • 50 ---------- - e.oUUJ n • 49

' • '

4.96+,046 s.oo+.044

' ' ' ' I ,• , ' I ,-

'

3.5 4.0 4,5 5.0 5.5 t.E1ZIL

Rotterdam

ERVTHr:IOCYTEn • SCHILDERS n • 47

---------- • BOUW n • SZ

• ,• ,

• • • • ·'

' ' I I

'

I I

I I

} I

'

4.90+.054 4.91'+.040

I

'

• l

oJl~-r-r~T-~~::=:~-~·:·~~~~~-r~T-~~~--3.5 4.0 4.5 s.o 5.5

t.EtZ/1..

P2=.476

T

P2=.824

i

Page 159: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

Fig. 7d - 153 -

.. "100

d

~ 80 É a

so

40

20

0

.. 100

d ~ u. 80

~ u

80

Den Haag LEUC:OCYTEO

• 5C:HII..OEI'lS

---------- - e.ouw

'

' I •

' ' • I I I

I I ,

• • • • I • • • • • • • • • •

4 s s

Rotterdam Leucoc.-ren

-­.-

I I

I I ,

I

• I I

I I

I I

I

• 5C:HII..OEI'lS - e.ouw

-· --I -- I

I I

~-~ I I

I

• , I

I I

n - 50 n • 49

'

10 12

n- 47 n - sa

6.34+.294 5.73!:.248 P2• .115

14 16

1.E9/I..

6.72+.285 6 .29+.248

P2=.263

0~~·-T~+-~--~~--~-+--r--r--r--r----~ 6 to 12 14 16

f.E9/I..

Page 160: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

Fig. 7e · - 154 -

.. 100

d ~ u. 80

ISO

40

20

.. 100

d w (! u. ao Ê ::J u

60

Den Haag THRDmaocvren

• SCHILDERS n • 60 ---------- • BOUUJ n • 48

100 ISO

Rotterdam THROmBOCYTEn

,,- ...... I -­' I

I

' t

' ' ·" t

' ' ' ' I I

' I

'

200 250 300

244+6.6 226+"8.0 P2=.077

350 400

1.E9/I..

• SCHILDERS

---------- • BOUUJ

n- 47 232+5.5 n - 50 237+"7 .1 P2=.583

-------------

100 150 200 250 350 400

1.E9/I..

Page 161: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …
Page 162: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …
Page 163: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

- 155 -

ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S

BIJ SCHILDERS IN ROTTERDAM EN DEN HAAG

III, Algemene beschouwingen naar aanleiding van het onderzoek

Dr. M. Wijnans en M.J. Saris-Wijnans

1. Inleiding

In de jaren 1980-1981 werd een onderzoek ingesteld naar de gezond­

heidstoestand van schilders in Rotterdam en Den Haag. De opzet van het

onderzoek is beschreven in Appendix A van het eerste deel van dit rapport.

In dit derde deel worden enkele probleme.n besproken, die zich bij een der­

gelijk bedrijfstoxicologisch onderzoek voordoen, met het doel suggesties te

doen en algemene richtlijnen te geven voor dit type onderzoek. Er worden

problemen naar voren gebracht, die in het schildersonderzoek te weinig aan­

dacht hebben gekregen. Tevens wordt erop gewezen dat een ongerichte survey,

hoe uitgebreid ook van opzet, in het algemeen slechts een betrekkelijk ge­

ringe hoeveelheid informatie zal opleveren.

2. Problemen bij een survey

Het doel van een survey is na te gaan of de arbeidsomstandigheden in

een bedrijf of bedrijfstak de gezondheidstoestand van de werknemer aantas­

ten. In tweede instantie wordt dan vastgesteld of er beschermende maatre­

gelen moeten worden genomen.

De vele onbekende factoren bij en de. beperkte mogelijkheden van een

survey nopen tot een bijzondere aanpak. Elk uitzonderlijk verschijnsel dat

wordt waargenomen moet vaak afzonderlijk worden beoordeeld. De volgende

maatregelen, die in de kliniek gemakkelijk kunnen worden genomen, zijn bij

een survey vaak minder goed te verwezenlijken.

a. Het nemen van bepaalde voorzorgen, bijv. in de vorm van toediening van

bepaalde stoffen, alvorens een waarneming te verrichten.

b. Herhaling van een waarneming bij een uitzonderlijke uitslag.

c. Herhaling van een bepaling waarvan de uitslag door psychische factoren

wordt beïnvloed (bijvoorbeeld, bepaling van de bloeddruk) onder betere

condities.

d. Vergelijking van een resultaat met zogenaamde referentiewaarden. Men

moet meestal zoeken naar geringe, incidenteel voorkomende afwijkingen.

Page 164: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

- 156 -

Op de problemen met betrekking tot referentiewaarden wordt hieronder nader

ingegaan.

3. Referentiewaarden

Referentiewaarden worden nog dikwijls ten onrechte "normaalwaarden"

genoemd. In feite verstaat men hieronder waarden die frequent worden gevon­

den bij gezonden. Een normstelling aan de hand hiervan is echter niet goed

mogelijk. Daarvoor is de variatie tussen mensen te groot; elk individu is

uniek.

Bij het vaststellen van referentiewaarden en het vergelijken hiermee

dient men steeds het volgende voor ogen te houden:

Talloze eigenschappen van de mens hebben over 24 uur een cyclisch ver­

loop, veelal aangeduid met dag-nachtritme. Men moet ook de nodige voorzich­

tigheid betrachten bij het vergelijken van dag- en nachtwerkers, alleen al

met het oog op ander eetgedrag. Er doen zich ook seizoenschommelingen voor.

Vanzelfsprekend moet men bij werknemers rekening houden met de 5-daagse,

40-urige werkweek en de vrije dagen. Ook talrijke tijdelijke factoren kun­

nen andere waarden tot gevolg hebben. Leeftijd, geslacht, erfelijke aanleg,

lichaamsbouw, ras e.d. zijn dikwijls van invloed. Zo kan men, als gevolg

van verschillen in lichaamsbouw, fouten maken bij vergelijking van admini­

stratief personeel met personeel dat zware lichamelijke arbeid verricht

(bijv. met betrekking tot de hartfrequentie of tot de grootte van de lever

bij referentie t.o.v. de ribbenboog).

De bepalingsmetbode moet gevoelig genoeg zijn, d.w.z. de minimaal te

meten hoeveelheden (concentraties) moeten liggen onder de grens die rele­

vant is voor het onderscheid gezond-ziek. Voorts moet de reproduceerbaar­

beid, die de variatie in de uitkomst bij herhaling van de bepaling weer­

spiegelt, voldoende zijn. In het algemeen neemt de variatie toe als een

nieuw monster wordt genomen voor een herhaling van de meting, op een andere

tijd wordt gemeten, een andere analist(e) de meting verricht, een ander

exemplaar van hetzelfde type of een apparaat van een ander type wordt ge­

bruikt, de herhaling in een ander laboratorium wordt verricht of een andere

bepalingsmetbode wordt gebezigd. Bij het hanteren van referentiewaarden

boude men hiermee terdege rekening.

Bij de berekening van referentiewaarden gaat men er dikwijls van uit

dat de resultaten verdeeld zijn volgens een normale of log-normale verde­

ling. Dit moet echter eerst getoetst worden. Anderzijds gebruikt men para­

metervrije methoden. Vergeten wordt dat men hierbij weliswaar geen veron­

derstellingen over de verdeling behoeft te maken, maar toch wel enkele

Page 165: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

- 157 -

andere. Verdelingsvrije grenzen zijn sterk afhankelijk van het aantal

waarnemingen en meestal onbruikbaar ver uiteen gelegen.

Op grond van de grote variabiliteit tussen de te onderzoeken werkne­

mers, de vele factoren die biologische waarden heinvloeden en de fouten die

aan de bepalingsmetboden kleven heeft het vergelijken van de resultaten van

een survey met referentiewaarden slechts een zeer beperkte waarde. Te meer

daar waarden buiten het referentiege.bied niet in een voortgezet onderzoek

geanalyseerd worden en onderling slecht met elkaar in verband kunnen worden

gebracht. In een survey dient dan ook steeds een groep geëxponeerden met

een groep niet-geëxponeerde werknemers te worden vergeleken, waarbij andere

(aspecifieke) verschillen tussen de groepen zo veel mogelijk moeten worden

vermeden.

4. Het vergelijken van twee groepen

Statistisch gezien is het optimaal indien de twee groepen uit gelijke

aantallen werknemers bestaan.

Het is een misvatting om te denken dat er altijd meer informatie wordt

verkregen naarmate een onderzoek groter wordt opgezet en daardoor in het

algemeen engerichter is. Hoe groter het aantal werknemers, hoe groter de

kans op invoering van aspecifieke verschillen. Men moet dan bijvoorbeeld de

controlegroep uitbreiden met werknemers uit een ander bedrijf, of men moet

in elk van de groepen mannen en vrouwen of binnen- en buitenlandse werkne­

mers samenvoegen.

Naarmate het aantal onderzoekingen en bepalingen (variabelen genoemd)

toeneemt, neemt de "ruis" van grootheden die niet verschillen tussen de

groepen toe en gaan werkelijke verschillen hierin onder. Dit houdt verband

met de aard van de statistische toetsingamethoden ("Bonferroni statis­

tiek"). Toepassing van multivariabele methoden stelt de nodige voorwaarden

aan het waarnemingsmateriaal: de variabelen moeten multinormaal verdeeld

zijn, multi-homoscedastisch zijn (de variantie van overeenkomstige variabe­

len dient in beide groepen gelijk te zijn) en de correlaties in de onder­

zeeksgroep dienen gelijk te zijn aan de overeenkomstige in de controle­

groep. Praktisch komt dit neer op de eis dat het aantal werknemers in elke

groep 10 x het aantal variabelen moet zijn, bij 200 variabelen dus 2000

werknemers in elke groep. In de medische biologie wordt vrijwel nooit aan

deze eisen voldaan.

Men dient te beseffen dat met een survey dikwijls alleen maar aanwij­

zingen worden verkregen. Slechts indien dan bij herhaling van het onderzoek

overeenkomstige resultaten worden gevonden, is er meer houvast. Daarom is

Page 166: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

- 158 -

bij het BG-Bouw onderzoek gekozen voor twee parallelle onderzoekingen, die

gelijktijdig in Den Haag en in Rotterdam werden uitge.voerd. In het kader

van dit "tweelingonderzoek" zou in beide steden in het zelfde tijdvak bij

een geëxponeerde en een niet-ge!!xponeerde groep onderzoek worden gedaan.

Een dergelijk onderzoek heeft enkele voordelen boven een "eenling-onder­

zoek". Men komt gemakkelijker aan vergelijkbare groepen en aan een groter

aantal werknemers. Bovendien spreekt de gebruikelijke statistiek meer aan.

Men kan ook de strenge kriteria voor alle werknemers wat afzwakken: de

werknemers in Den Haag mogen iets verschillen van die in Rotterdam, als het

maar geen essentiële verschillen zijn. Het vergelijken van de gegevens van

beide steden met elkaar is namelijk niet aan de orde. Slechts de verschil­

len tussen de groepen in Den Haag worden vergeleken met de overeenkomstige

verschillen in Rotterdam. Voor de onbetrouwbaarheidsdrempel voor elke toets

wordt de alom bekende 0,05 gekozen, met de eis dat de verschillen in beide

steden hetzelfde teken moeten hebben.

5. Statistiek van het tweeling-onderzoek

Als men de gekozen onbetrouwbaarheidsdrempel c noemt, de drempel die

in werkelijkheid gehanteerd wordt a en het aantal van elkaar onafhankelijke

variabelen k, dan geldt volgens Bonferroni voor significanties van ver­

schillen tussen de groepen in beide steden bij dezelfde variabelen: a = 2 0,5 x k x c • De factor 0,5 is een gevolg van de eis dat de verschillen in

beide steden hetzelfde teken moeten hebben.

Vanzelfsprekend wordt steeds tweezijdig getoetst, daar men bij biolo­

gisch onderzoek (en a fortiori op het vrij onontgonnen terrein van de be­

drijfstoxicologie) van tevoren nooit weet in welke richting een verschil

zal liggen. Het invoeren van persoonlijke opvattingen hieromtrent zou het

onderzoek van tevoren onzuiver maken.

Voor c = 0,05 of voor a = 0,05 geeft dit het volgende lijstje:

Page 167: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

- 159 ·-

c = 0,05 a = 0,05

k a c

1 0,00125 0,3162

10 0,0125 0,1000

20 0,0250 0,0707

40 0,0500 0,0500

50 0,0625 0,0447

100 0,1250 0,0316

200 0,2500 0,0224

400 0,5000 0,0158

450 0,5625 0,0149

500 0,6250 0,0141

Zoals reeds opgemerkt, geldt dit voor variabelen die niet gecorreleerd

zijn. Bij toeneming van het aantal variabelen verwacht men dat ook het aan­

tal correlaties toeneemt. Toenemen van correlaties komt overeen met afname

van het aantal variabelen. In eerste benadering kan men zich houden aan de

tweede kolom. Wil men zeer streng zijn, dan houde men zich aan de derde.

Aangezien het volgende gedeelte geïllustreerd wordt aan de hand van de ge­

gevens van het BG-Bouw onderzoek, zij hier opgemerkt dat hantering van de

strenge eis c = 0,0149 voor de 450 variabelen vrijwel geen verschil maakt

met toepassing van de minder strenge eis. Het heeft alleen gevolgen voor de

antwoorden op vraag 13 (kontakt met schildersbenodigheden buiten het werk),

sub 7, 10 en 13.

5.1 Het onderscheidingsvermogen van de toetsingen

Men kan een schatting maken welke verschillen tussen geëxponeerden en

niet-geëxponeerden kunnen worden gedetecteerd. De verschillen kunnen zowel

worden uitgedrukt in de populatie SD (sigma) op grond van Student's t-toets

als in de werkelijk bestaande verschillen op grond van analyse van 2x2-ta­

bellen, waarbij gebruik wordt gemaakt van een benadering met behulp van de

binomiale verdeling. In het volgende lijstje is een 95% betrouwbaarheid

gekozen voor 3 verschillende c's. Hierbij is gestandaardiseerd op 4 groepen

van 50 werknemers.

Page 168: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

- 160 -

tweeling-onderzoek

n = 4 x 50

eenling-onderzoek

n = 2 x 100

c = 0,05

a= 0,450

1-10

5-19

10-27

20-40

30-52

40-62

50-72

C a 0,0149 c = 0,05/450

(Bonferroni, 450 variabelen)

Student's t-toets

a= 0,736

2x2 tabellen

(verschillen in procenten)

1-20

5-31

10-40

20-54

30-65

40-75

50-83

a= 0,812

1-22

5-33

10-43

20-57

30-68

40-77

50-85

Opmerking: men kan uit de tabel ook de complementen aflezen, bijv. het

complement van 50-72 is 28-50.

Onder de beschouwde condities heeft het tweeling-onderzoek een groter on­

derscheidingsvermogen dan het eenling-onderzoek, al is het verschil tussen

de kolommen 2 en 3 niet groot.

6. Nabeschouwing

Het eerste onderzoek betrof een vergelijking van het ziekteverzuim van

schilders met dat van andere bouwvakkers. Er was geen verschil tussen het

gemiddelde aantal ziektedagen per man. Ook werd er geen verschil ontdekt in

het patroon van diagnoses, maar de gebrekkige standaardisatie van de diag­

noses belemmerde het onderscheiden ernstig (T.M.L. Scheffers, J.M.F. de Wit

en M.J. Saris-Wijnans (1983), Ziekteverzuim van schilders in de bouwnijver­

heid).

Het tweede onderzoek betrof ruimtemetingen en persoonlijke monsterne­

ming. Bij een vrij groot gedeelte van de werknemers werd een specifieke

blootstellingsindex boven 0,5 of 0,8 gevonden, bij enkelen zelfs boven 1,0

(T.M.L. Scheffers en F.J. Jongeneelen (1981), Arbeidshygiënisch onderzoek

naar de blootstelling van onderhoudsschilders aan oplosmiddelen).

Het derde onderzoek betrof de survey, waarvan de resultaten in de de­

len I en II van dit rapport zijn verwerkt. De vragenlijsten zijn met veel

Page 169: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …

- 161 -

overleg samengesteld en gerangschikt in zeer veel relevante categorieën.

Het verdere onderzoek was zeer uitgebreid en maakt de indruk weloverwogen

te zijn. Helaas is de opzet niet beschreven. Er zijn in beide steden weinig

verschillen tussen de geëxponeerde en niet-geëxponeerde groepen gevonden.

Wat betreft de verschillen die er wel zijn, zijn de waarnemingen voor Den

Haag en Rotterdam zeer consistent. In alle groepen zijn er te veel

werknemers met een slecht gebit en naar moderne opvattingen teveel met een

te hoge bloeddruk. Opmerkelijk zijn de hoge loodwaarden. Het verdient zeker

aanbeveling de bron van de loodbesmetting op te sporen en de werknemers met

een loodconcentratie in bloed boven 400 ppb nauwlettend te vervolgen.

Dit is de plaats om enkele opmerkingen te maken over de ZPP- (zinkpro­

toporfyrine) en de Pb-bepaling in bloed. Het resultaat van de eenvoudige

ZPP-bepaling werd, zoals wel vaker gebeurt, gebruikt om te beslissen of een

Pb-bepaling zou worden uitgevoerd. De relatie tussen Pb en ZPP is echter

onvoldoende eenduidig om met enige betrouwbaarheid uit de ZPP-bepaling de

Pb-concentratie af te leiden. Stelt men de biologische grenswaarde voor Pb

op 600 ppb, dan geeft het dubbel-criterium "Indien ZPP groter is dan 2 )Jg

per g hemoglobine dan de Pb-bepaling uitvoeren; indien in een groep de

fractie personen met ZPP > 2 boven een bepaalde frequentie uitkomt dan in

de hele groep Pb bepalen" geen onaanvaardbaar hoge fractie vals positieven

of vals negatieven. Bij een lagere biologische grenswaarde schiet ook dit

dubbel-criterium te kort. In het onderhavige onderzoek ware het achteraf

bezien beter geweest de Pb-bepaling bij alle werknemers te verrichten.

Op grond van de resultaten van het onderzoek in zijn geheel kan worden

geconcludeerd dat de schilders geen gezondheidrisico's van enige betekenis

lopen, al blijft "individuele" controle gewenst. Voor verdere aanbevelingen

zij verwezen naar de samenvattingen van de rapporten I en II.

7. Samenvatting

De resultaten van het onderzoek van de BG-Bouw naar de gezondheidsri­

sico's bij schilders geven geen aanwijzing voor een bijzonder risico. Er

worden enkele suggesties gedaan waarmee rekening zou moeten worden gehouden

bij voortgezet onderzoek.

Page 170: ONDERZOEK NAAR DE GEZONDHEIDSRISICO'S BIJ …