15
onderzoek van je ogen

onderzoek van je ogen - hetwkz-kind.nl · Waarom uw kind dit onderzoek ... Je komt in ons ziekenhuis voor een onderzoek van je ogen. Dat is een onderzoek waarbij de dokter ... Zien

  • Upload
    dokien

  • View
    214

  • Download
    0

Embed Size (px)

Citation preview

onderzoek van je ogen

Onder ouders verstaan wij ook verzorger(s), pleeg- of adoptieouder(s) U kunt wijzigingen of aanvullingen op deze informatie door-geven per E-mail: [email protected]

1

Inleiding voor ouders 2

Informatie voor jongeren vanaf 12 jaar 4

Onderzoek van je ogen 6

Tips 19

Wil je meer weten? 20

Voor ouders: voorbereiding en begeleiding 21

Wat staat er in deze folder

2

Een onderzoek in een ziekenhuis kan een ingrijpende gebeurtenis zijn. Uw kind voelt zich misschien niet goed of heeft zelfs pijn. Het krijgt te maken met verschillende behandelaars en hoort allerlei medische termen. Wij vinden het belangrijk u en uw kind hierbij goed te begeleiden.

Deze folder is bedoeld om uw kind voor te bereiden op het onderzoek. Maar ook om ú te informeren over wat er gaat gebeuren. Begrijpelijke informatie is nodig. Het geeft vaak meer zekerheid en vertrouwen. Een deel van de voorlichting gebeurt in het ziekenhuis. De arts vertelt:

• Waarom uw kind dit onderzoek krijgt• Hoe we dit onderzoek doen

Thuis stellen kinderen meestal meer vragen dan in het ziekenhuis. Uw kind vertrouwt u. Daarom kunt u het beste uitleggen wat er gaat gebeuren. U weet welke informatie uw kind begrijpt en kan verwerken. Deze folder helpt u bij de voorbereiding.

Inleiding voor u als ouder

3

Lees de folder eerst zelf. U kunt de tekst daarna voorlezen of in uw eigen woorden navertellen. Of uw kind leest de tekst zelfstandig. Bespreek daarna samen of alles duidelijk is. Als u korte vragen stelt over de tekst, kunt u nagaan of uw kind de informatie begrepen heeft.

Achterin deze folder staat hoe u uw kind kunt voorbereiden en begeleiden bij het onderzoek.

4

Informatie voor jongeren vanaf 12 jaar

Een onderzoek in het ziekenhuis kan vervelend zijn. Je krijgt te maken met verschillende artsen, assistenten en verpleegkundigen. Je hoort ook allerlei medische termen.Wij willen je zo goed mogelijk voorbereiden op het onderzoek. Lees daarom deze folder goed door. Als je weet wat er gaat gebeuren, ben je meestal minder zenuwachtig. Je ouders lezen deze folder ook. Vraag of ze kunnen uitleggen wat je niet snapt.

Wie beslist: jij, je ouders of samen?Wat is het beste voor je als je ziek bent? Wie beslist dat eigenlijk? Moet er rekening gehouden worden met jouw mening? Dat staat in een speciale wet: de Wet op de Geneeskundige Behandelings Overeenkomst (WGBO).

Ben je ouder dan 12 jaarDan moet de dokter ook aan jou vragen of je het goed vindt wat hij gaat doen. Jij en je ouders moeten allebei toestemming geven. Maar wat gebeurt er als jij het niet eens bent met je ouders? Hoe gaat het dan? Ook dat staat in deze wet. Lees er meer over op www.jadokterneedokter.nl

Ben je ouder dan 16 jaarDan beslis je zelf. Dan is alleen jouw toestemming nodig. Maar moet de arts dan wel informatie over de behandeling geven aan je ouders? Lees er meer over op www.jadokterneedokter.nl

5

Tips

Neem iemand mee naar het ziekenhuis. Je vader, moeder of iemand anders die je vertrouwt.

Praat met je ouders, broers, zussen, vrienden en vriendinnen over wat er gaat gebeuren in het ziekenhuis.

Schrijf je vragen op, dan vergeet je ze niet. Bij je volgende bezoek aan het ziekenhuis kun je ze stellen.

Wil je meer weten? www.hetwkz.nlwww.umcutrecht.nl www.opeigenbenen.nu www.ikvoelpijn.nl

6

Je komt in ons ziekenhuis voor een onderzoek van je ogen. Dat is een onderzoek waarbij de dokter bekijkt of je ogen goed werken.

Een oogarts en een orthoptist (dat is iemand die veel weet over scheelzien) doen samen het oogonderzoek.

Het onderzoek duurt ongeveer één uur.

Om je ogen goed te onderzoeken, krijg je oogdruppels. Het indruppelen van je ogen kan even pijn doen. Het geeft een prikkelend gevoel.

Er mag iemand bij je blijven tijdens het oogonderzoek. Je vader, moeder, of iemand anders die je graag bij je hebt.

Het oogonderzoek wordt gedaan op de polikliniek OogheelkundeLocatie AZU – 2e verdieping – receptie 28, balie geel.

Het WKZ ligt naast het AZU. Het AZU is het ziekenhuis voor volwassenen. Als je opgenomen bent, ga je van het ene naar het andere ziekenhuis door een tunnel. Lopend, zittend in een rolstoel of rijdend in een bed.

Oogonderzoek

7

Je ogen werken eigenlijk net als een fotocamera. Een fotocamera krijgt lichtstralen binnen. De lenzen zorgen ervoor dat die precies op de “filmplaat” terecht komen. Ondertussen kun je nog scherpstellen. De echte foto krijg je pas als je hem print.Met je ogen gaat het net zo. In je ogen komt licht binnen. Via lenzen komt dit licht op je netvlies. Daar wordt het licht omgezet in signalen. Die gaan via de oogzenuw naar een speciaal gedeelte van je hersenen. Daar wordt een beeld gevormd.

Eigenlijk zie je dus pas iets als de signalen in je hersenen aankomen. Dat gaat allemaal zo razendsnel en achter elkaar door, dat je daar niets van merkt. Je ziet gewoon de hele dag door alles. Zien doe je dus eigenlijk met je ogen èn met je hersenen.

Het oog bestaat uit:

de oogbol

de oogzenuw

oogspieren

oogleden

traanklieren en buisjes

Je ogen

8

De oogbol bestaat (van voor naar achteren) uit:

De oogrok, dat is het witte gedeelte van je oog. Dat noemen we sclera.

• Een gedeelte van de oogrok is doorzichtig. Dat heet hoornvlies of cornea.

Het regenboogvlies of de iris. Dat zit achter het hoornvlies. De iris is het gekleurde gedeelte van je oog. Daaraan zie je dus wat voor kleur ogen je hebt. Blauw, bruin of groen.

• De iris regelt hoeveel licht er in je oog binnenkomt. In je iris zit namelijk een ronde opening. Dat is de pupil. De pupil zie je aan de buitenkant van het oog als het zwarte rondje. Het is zwart, omdat het in je oogbol donker is.

9

Als er veel licht op je oog valt, wordt je pupil kleiner. Als het donker wordt, wordt je pupil juist groter. Hij moet dan zoveel mogelijk licht proberen op te vangen.

• Je iris is ook de scheiding tussen de voorste en de achterste oogkamer.

De lens zit weer achter je iris. De lens lijkt een beetje op een vergrootglas.

Achter de lens zit een gelei-achtig gedeelte, het corpus vitreum. We noemen dit ook wel glasvocht of het glasachtig lichaam. Het vult de hele achterste oogkamer. Het zorgt ervoor dat je oogbol mooi rond blijft.

Helemaal achter in de oogbol ligt het netvlies. Dat noemen we ook de retina.

• Het netvlies bestaat uit miljoenen zenuwvezels. • Deze vangen de lichtstralen op en zetten ze om in signalen

die via de oogzenuw naar de hersenen gaan.

In het midden van het netvlies zit de ‘gele vlek’. Een ander woord is macula lutea. Deze vlek zorgt ervoor dat we hele kleine dingen kunnen zien.

De oogzenuwDe oogzenuw is het eerste gedeelte van de oogzenuwbaan. De oogzenuw zit aan de achterkant van de oogbol als een stekker in een stopcontact. De plek waar de oogzenuw vast zit aan de oogbol heet de papil. Met de oogspiegel kan de oogarts deze plek bekijken.

10

Op de plaats van de papil zit geen netvlies. Met dit gedeelte kun je dus niet zien. Het wordt daarom de blinde vlek genoemd.

In de oogzenuw zitten ruim 1 miljoen zenuwvezels. Elke zenuwvezel geeft tegelijkertijd verschillende signalen aan de hersenen door. Het gedeelte in je hersenen dat de signalen uit de oogzenuwen opvangt, noemen we het zienscentrum.

De oogzenuwen van het rechter- en het linkeroog kruisen elkaar achter in je hoofd. Signalen van je rechteroog komen daardoor in het zienscentrum links. Signalen uit je linkeroog komen in het zienscentrum rechts.

11

De oogspierenDe oogspieren zitten met één uiteinde vast achter in de oogkas en met het andere uiteinde aan de buitenkant van de oogbol. Er zijn vier rechte oogspieren, die boven, onder en aan de twee zijkanten van het oog zitten. Hiermee kan het oog naar boven, onderen en opzij worden gedraaid. Ook zijn er twee schuine oogspieren, die zorgen voor het schuin naar boven en beneden kijken.

De oogledenDe oogleden kun je zelf zien. Het zijn de twee gedeelten waarmee je je ogen sluit. De oogleden beschermen je ogen tegen:

uitdroging, er is altijd een heel dun laagje traanvocht op je oog, daarom glimmen je ogen een beetje. Als je knippert met je ogen wordt het traanvocht dat op het hoornvlies ligt steeds ververst.

fel licht, je knijpt je ogen tot spleetjes. Daardoor komt er minder licht door de pupil in je oog en word je niet verblind.

vreemde voorwerpen die op je afkomen. Als dat gebeurt, zorgt een reflex ervoor dat je oogleden snel dicht gaan.

De traanklieren, kanaaltjes en traanbuisJe traanklieren maken traanvocht. Traanvocht beschermt je ogen tegen uitdrogen, vuil en stof. De traanklieren liggen onder het bovenste ooglid. Het traanvocht vloeit uit de traanklier als een dun laagje over de voorkant van je oog. Je traankanaaltjes zorgen ervoor dat het traanvocht via de traanzak weg kan lopen.

12

Het traanvocht gaat via de traanbuis naar je neusholte. De traankanaaltjes zitten aan de kant van je neus in allebei je oogleden. Als je huilt, komt er extra traanvocht. Dat extra vocht zoekt een uitweg. Het rolt als tranen uit je ogen.

En via de traankanaaltjes, de traanzak en traanbuis komt er veel vocht tegelijk in je neus waardoor je begint te snotteren.

13

Kom je van thuis, neem dan mee …

Iets om je te vermaken tijdens het wachten. Houd er dan wel rekening mee dat je door de oogdruppels slechter gaat zien (hierover lees je meer bij stap 2 van “hoe doen we het onderzoek”).

Dus denk aan muziek of een luisterboek.

Als je contactlenzen draagt, neem dan je (reserve) bril mee.

We doen het oogonderzoek in drie stappen:

Stap 1: kijken naar je ogen en vaststellen hoe goed jij ziet en of ze goed bewegen

Stap 2: druppelen van je ogenStap 3: kijken in je ogen (na het druppelen)

Vóór het oogonderzoek

Hoe doen we het oogonderzoek?

14

Stap 1 (dit duurt ongeveer 15-20 minuten)

Hiervoor kom je in een onderzoekskamer. Daar doen we het volgende:

Eerst kijkt de orthoptist hoe je ogen staan. Dat gaat zo: • Je kijkt naar een lampje ongeveer 30 centimeter vóór je. De

orthoptist houdt afwisselend haar hand vóór één van je ogen. • Daarna vraagt de orthoptist of je naar iets wilt kijken dat 5

meter verder staat of hangt. De orthoptist houdt weer afwisselend haar hand vóór één van je ogen.

Dan kijkt de orthoptist hoe je ogen bewegen. • Je volgt een lichtje met je ogen. De orthoptist houdt het

lampje boven, onder, rechts en links van je ogen.

Daarna kijkt de orthoptist hoe je twee ogen samenwerken.

Dit kan op verschillende manieren. Welke manier de orthoptist kiest, hangt af van hoe je ogen staan.

• Staan je ogen recht? Dan willen we weten of je diepte kan zien. We vragen dan of je figuurtjes kunt aanwijzen op een speciale kaart.

Als laatste kijkt de orthoptist hoeveel jij ziet met ieder oog apart.

• Eerst plakken we je linkeroog af met een pleister of je krijgt een bril op waar je maar met 1 oog door kan kijken. Daarna doen we hetzelfde met je rechteroog.

• Ben je jonger dan twee jaar of kun je niet praten? Dan laten we je naar een grote grijze plaat met streepjes of plaatjes kijken.

15

• Ben je tussen de 2 en 6 jaar dan laten we je naar plaatjes kijken. Jij vertelt dan wat je ziet.

• Kun je al cijfers en letters lezen? Dan laten we je naar cijfers of letters kijken en moet jij zeggen wat je ziet.

Het kan zijn dat hierna ook de oogarts nog naar je ogen wil kijken. Dat doet hij dan met een speetlamp. Dat is een apparaat (een microscoop) dat je oog vergroot. Dan kan de oogarts je ogen goed bekijken. Het gaat zo:

• Je zet je kin in het kinsteuntje van het apparaat. • Je voorhoofd steunt tegen een bandje. • Je moet heel rustig zitten en niet met je ogen knipperen. • Als je het moeilijk vindt om zo stil te zitten kan je vader of

moeder je helpen door je hoofd goed vast te houden. Dan kan de dokter het onderzoek goed doen.

• De dokter kijkt in je ogen. • Soms meten we ook de oogdruk.

Stap 2 (het onderzoek duurt 5 minuten, maar de druppels moeten 30 minuten inwerken)

Je gaat naar een andere kamer. Daar doet een verpleegkundige druppels in je ogen. Dat gaat zo:

Je gaat op een stoel zitten, of op schoot. Je doet je hoofd achterover. De verpleegkundige druppelt 4 druppels in je ogen. Eerst rechts, dan links, dan rechts en dan weer links. Of andersom.

De druppels moeten een half uur inwerken. Je wacht in de wachtkamer of ergens anders in het ziekenhuis. We spreken af hoe laat je terug moet zijn.

16

Door de druppels worden je pupillen groot. Daardoor kun je niet meer zo goed zien. Vooral de dingen dichtbij zie je wazig. Ook zijn je ogen gevoeliger voor licht. Je zult misschien gaan knijpen met je ogen.

Als je donkere ogen hebt, duurt het groter worden van je pupillen langer dan wanneer je lichte ogen hebt.

Als je na een half uur terugkomt, kijken we of je pupillen groot genoeg zijn. Is dat niet zo? Dan geven we je nog een druppel in ieder oog.

Jasmijn (8 jaar): ‘Die druppels waren echt

naar. Het was gelukkig snel voorbij. Ik ging

met mijn moeder even in het ziekenhuis

rondlopen. Er is een winkel en daar vlakbij

een vijver met vissen!’

17

Stap 3 (dit duurt ongeveer 15 minuten)

Je komt op de afgesproken tijd weer op de oogpolikliniek. In een onderzoekskamer meten we de sterkte van je ogen. Dat gaat zo:

De orthoptist kijkt met een speciale lamp (skiascoop) en een plat glaasje naar allebei je ogen.

Dit kunnen we ook met een speciaal apparaat doen, dat heet autorefractometer. Je zit dan achter het apparaat en kijkt naar een plaatje.

De oogarts onderzoekt je ogen ook nog een keer. Soms heeft hij daarbij weer de speetlamp nodig (zie stap 1).

Als laatste kijkt de oogarts met een felle lamp en een vergrootglas naar de binnenkant van allebei je ogen.

Na het oogonderzoek mag je weer naar huis of terug maar de afdeling.

Meestal vertelt de oogarts meteen aan jou en je ouders wat hij tijdens het onderzoek gezien heeft. Hij vertelt dan ook of er nog andere oogonderzoeken nodig zijn. Zo nodig maken we een vervolgafspraak.

Na het onderzoek van je ogen

De uitslag

18

Door de druppels zie je alles dus wat vager en zijn je ogen gevoelig voor licht. Langzaamaan wordt dat weer beter. Na 24 uur zijn de druppels helemaal uitgewerkt.

Zelfs als een onderzoek helemaal goed is gedaan (“volgens het boekje”), kunnen er problemen ontstaan. Zulke problemen noemen we complicaties.

Bij oogonderzoek is er geen kans op complicaties. Een oogonderzoek is veilig. Je wordt er niet ziek van. Je klachten worden er ook niet erger door.

Bijwerkingen

Complicaties

19

Bedenk met je ouder een verhaal of maak vakantieplannen.

Misschien vind je het fijn om een hand vast te houden. Of om je te laten masseren of zachtjes op je huid te laten kriebelen.

Heb je geen Pijnpaspoort?* Bedenk dan van tevoren wat jou dan helpt. Bijvoorbeeld bij het oogdruppelen. Wil je dat ze tellen of juist niet.

Heb je ergens last van? Heb je pijn? Of zit je bijvoorbeeld niet goed? Vertel dit dan altijd. Dan kijken we wat we daar aan/tegen kunnen doen.

Als je iets wilt weten of iets niet snapt, mag je het altijd vragen.

* Het Pijnpaspoort is een persoonlijk boekje waarin je kunt opschrijven wat jou helpt als je pijn hebt of bang bent. Je laat het aan de mensen in het ziekenhuis lezen als je dat nodig vindt, bijvoorbeeld voordat je een prik krijgt. Zij kunnen dan rekening houden met jouw wensen, zonder dat je het steeds weer hoeft te zeggen. De pedagogisch medewerker kan je hier meer over vertellen.

Tips

20

Kijk dan op:

www.oogartsen.nl www.orthoptie.nlwww.hetwkz.nl www.umcutrecht.nlwww.kindenziekenhuis.nlwww.jadokterneedokter.nl

Heb je nog vragen?

Schrijf ze op, dan kun je ze niet vergeten. Je kunt ze stellen als je in het ziekenhuis bent.

Voor vragen over het oogonderzoek kun je bellen met de afdeling Orthoptie: telefoonnummer 088 75 589 70 (maandag t/m vrijdag) of e-mailen naar [email protected].

Voor andere vragen of advies kun je bellen met een pedagogisch medewerker via het secretariaat Pedagogische Zorg:

• op maandag, dinsdag en donderdag van 9.00 tot 10.00 uur • telefoonnummer 088 75 542 24

Je ouders kunnen deze nummers ook bellen.

Wil je meer weten?

21

Hieronder staan algemene adviezen. U kunt zelf inschatten wat bij uw kind past.

• Kies een rustig moment voor de voorbereiding. Bijvoorbeeld niet vlak voor het slapen gaan. Zorg dat er tijd is voor uw kind om vragen te stellen.

• Begin bij jonge kinderen niet te vroeg met voorbereiden. Ze hebben een ander tijdsbesef dan volwassenen. Jonge kinderen leven in het ‘hier en nu’. Een paar dagen van tevoren is meestal vroeg genoeg. Zorg wel dat er voldoende tijd is om er nog eens op terug te komen. Herhaling is belangrijk. Bij oudere kinderen kunt u wat eerder beginnen.

• Laat uw kind de informatie navertellen aan uzelf of aan anderen. Zo merkt u of alles begrepen is.

Voor ouders: voorbereiding en begeleiding

Hoe kunt u uw kind voorbereiden

22

• Kies woorden die uw kind begrijpt, vertel zo eenvoudig mogelijk. Sluit aan bij zijn/haar belevingswereld.

• Vraag wat uw kind al weet over het onderzoek.

• Leg geen nadruk op nare dingen, maar vertel er wel eerlijk over.

• Vertel alleen over wat uw kind bewust meemaakt tijdens het onderzoek. Dus over alles wat het ziet, voelt, hoort, ruikt en proeft.

Hoe vertelt u en hoe

23

----------------------------------------------------------------------------------------------

----------------------------------------------------------------------------------------------

----------------------------------------------------------------------------------------------

----------------------------------------------------------------------------------------------

----------------------------------------------------------------------------------------------

----------------------------------------------------------------------------------------------

----------------------------------------------------------------------------------------------

----------------------------------------------------------------------------------------------

----------------------------------------------------------------------------------------------

----------------------------------------------------------------------------------------------

----------------------------------------------------------------------------------------------

----------------------------------------------------------------------------------------------

----------------------------------------------------------------------------------------------

----------------------------------------------------------------------------------------------

----------------------------------------------------------------------------------------------

Schrijf hier je aantekeningen

24

----------------------------------------------------------------------------------------------

----------------------------------------------------------------------------------------------

----------------------------------------------------------------------------------------------

----------------------------------------------------------------------------------------------

----------------------------------------------------------------------------------------------

----------------------------------------------------------------------------------------------

----------------------------------------------------------------------------------------------

----------------------------------------------------------------------------------------------

----------------------------------------------------------------------------------------------

----------------------------------------------------------------------------------------------

----------------------------------------------------------------------------------------------

----------------------------------------------------------------------------------------------

----------------------------------------------------------------------------------------------

----------------------------------------------------------------------------------------------

----------------------------------------------------------------------------------------------

----------------------------------------------------------------------------------------------

---------------------------------------------------------------------------------------------- KH

CH

.22.

001

Colofon

Divisie Heelkunde© februari 2013, UMC Utrecht

UMC Utrecht

Locatie AZU

Heidelberglaan 100

3584 CX Utrecht

Tel 088 75 555 55

www.umcutrecht.nl

www.hetwkz.nl