32
Hoe krijg ik wat ik wil... Groen, Groener, Groenst Verenigingsblad van S.G. Daedalus Juli 201 #27 Hoe krijg ik wat ik wil... -isme Groen, Groener, Groenst Onbegrensd ontwerpen Onbegrensd ontwerpen

OnOff 27 - -isme

Embed Size (px)

DESCRIPTION

Het verenigingsmagazine van S.G. Daedalus

Citation preview

Hoe krijg ik wat ik wil...

Groen, Groener, Groenst

Verenigingsblad van S.G. DaedalusJuli 201 #27

Hoe krijg ik wat ik wil...

-isme

Groen, Groener, Groenst

Onbegrensd ontwerpenOnbegrensd ontwerpen

[2] OnOff 27 -isme

Redactioneel dialoog

-isme OnOff 27 [3]

Redactioneel dialoog

Alfa: Ken je dat? Bèta: Wat? Alfa: Dat je opeens iets groots wilt zeggen… Dat bijvoorbeeld je kleine zusje besluit de wereld in te trekken. Of dat je iemand tegenkomt, verlaten door zijn vrouw, uit huis gezet en ook nog ontslagen. Of gewoon omdat het moment ernaar is, onder de sterrenhemel op een zwoele zomeravond, ver van huis met iemand waarvan je houdt… En op dat moment kan je alleen maar op clichés komen… Bèta: Ja.Alfa: Dat is niet zo raar, hè... De wereld zit namelijk niet zo simpel in elkaar. Weet je, de wereld is zo vreemd als de vervoegingen van het werkwoord être, eerst was de wereld nog fut, vandaag is het est en morgen is het opeens weer sera. Bèta: Geen touw aan vast te knopen.Alfa: Ja… Op het eerste gezicht tenminste. Wanneer je het ontstaan van de Franse taal gaat onderzoeken zal het steeds logischer worden. Zo zijn er ook mensen die de wereld onderzoeken. Wat zijn de constante factoren? En na decennia van onderzoek kunnen ze soms iets nuttigs zeggen. Bèta: Dus eigenlijk ben ik te laat begonnen. Anders had ik precies kunnen vertellen hoe de wereld in elkaar zit, onder die sterrenhemel, op die zwoele zomernacht, ver van huis, tegen die persoon waarvan ik houd.Alfa: Dat ook weer niet... Onze hersenen zijn niet gemaakt om de wereld te begrijpen. We vereenvoudigen het daarom tot simpele denksystemen. Denksystemen die worden aangegeven met het suffix–isme, zoals determinisme, animisme en surrealisme. Weet je, deze denksystemen zijn als een soort landkaarten. Alle bochten zijn versimpeld tot 90° en alles wat niet van belang is, is ook niet op de kaart aangegeven. Kaarten die niet op elkaar lijken kunnen toch van dezelfde stad zijn, omdat de één een wegen- en de ander een metrokaart is. Maar de kaarten kunnen ook fout zijn, want de stad is zo complex, dat een fout snel gemaakt is. Snap je het? Bèta: Ik denk dat ik eerst nog de rest van de OnOff moet lezen, voordat het me helemaal duidelijk wordt. Alfa: Let dan tussen het lezen door ook eens op de vormgeving. Alex Wesselink heeft vanaf deze uitgave het stokje geheel overgenomen van Sophie van Felius. Rozemarijn Klein Heerenbrink blijft de constante factor in de vormgeving.

Tekst Willem-Sander Markerink

[4] OnOff 27 -isme

Redactioneel dialoog

Inhoudsopgave Bestuur

StatischBestuur 5Onderwijs - Route 14+ 6Krabbelbox 11

RubriekenBachelor Opdracht Carlijn Vis 7Foto Rosan Harmens 19Boekrecensie Grafisch Design in Nederland 20-21Canon Alhazen 26Column Robert Wendrich 29-31

On topicHoe krijg ik wat ik wil 24-25Dogmatisch Design 27

Off topicOnbegrensd Ontwerpen 8-10Groen, Groener, Groenst 12-13 ‘t Isme wat! 14EPD 15-18Schapen 22-23Going South 28

-isme OnOff 27 [5]

BestuurNieuw bestuur, nieuwe kansen. Wij zijn nogal optimistisch, om er maar gelijk een mooi adjectief in te gooien. Ons nieuwe bestuur bestaat uit zes ontzettende enthousiastelingen die allen veel geven om de vereniging en met grote inzet zijn begonnen aan hun bestuursjaar. Graag zou ik ze allen even voor willen stellen! Beginnend met Daphne Laméris, onze secretaris. Daphne heeft al wat commissies gedraaid voor Daedalus en is verder erg sportief en gezellig. Dan hebben we Stef van den Bedem, onze penningmeester. Hij kwam één week voor de bestuurswissel terug uit Schotland, waar hij heeft gezeten voor zijn minor. Ouderejaars kennen hem beter als het meubilair van de StudIO. Als derde hebben we Ivo ten Brinck, de functionaris interne betrekkingen. Ivo is natuurlijk de ideale intern! Hij kent veel leden, vindt het superleuk om met mensen te chillen en is onmeunig gezellig! Dan komen we bij Tijmen van Diepen, onze functionaris externe betrekkingen. Tijmen is erg druk met volleyballen, maar maakt zich tegenwoordig ook nog eens druk om leuke cont(r)acten met bedrijven te leggen. Zijn partnership-ervaring helpt hem hier natuurlijk enorm bij! Dan hebben we nog Paul Breteler, onze onderwijscommissaris. Hij heeft vorig jaar in de Welcom gezeten en kent veel leden. Echter bleek zijn interesse in het onderwijs van IO erg hoog! Paul wil hervormen, verbeteren en communiceren: volgens hem kan er nog heel wat worden verbeterd bij het onderwijs van IO. Als laatste zal ik mezelf nog voorstellen: Marloes Swart, voorzitter. Ik heb geen ervaring met commissies bij Daedalus, maar was wel veel te vinden in de StudIO en bij activiteiten. Als tiende bestuur van S.G. Daedalus willen we een nieuwe website verwezenlijken en de communicatie van en naar de leden toe zal een stapje omhoog worden getild. Wat nog veel belangrijker is, is dat het gewoon een gezellig jaar gaat worden. Met de inzet van iedereen kunnen we de gaafste feesten en activiteiten neerzetten zoals we die van IO gewend zijn.

Ik ben in ieder geval vol enthousiasme en hoop dat dit een topjaar wordt!

Tekst Marloes SwartVoorzitter

[6] OnOff 27 -isme

Beste leden,

Op het moment van schrijven is het 23 maart. Inmiddels zijn wij al bijna 2 maanden bestuur van S.G. Daedalus. De tijd vliegt voorbij! Elke dag zetten wij ons in om de vereniging naar een nieuw niveau te tillen, net zoals de Universiteit dit nu probeert met de huidige veranderingen. Je hebt waarschijnlijk al veel verhalen en geruchten over Route 14+ gehoord. Verhalen die je misschien verontrusten. Om nog even een samenvatting te geven: Universiteit Twente is bezig met het herorganiseren van de bacheloropleidingen. Een actie die nodig was vanwege meerdere oorzaken. Zo willen ze met de veranderingen de kosten van het onderwijs terugdringen en de naam van Onderwijsuniversiteit terug verdienen. Ook proberen ze zo meer nieuwe studenten aan te trekken.

Er liggen al veel plannen op tafel, onderbouwd met goede intenties. Het probleem is echter dat er nog niets concreet is. En dat betekent dat er nog niets is om over te discussiëren. Op de onderwijsdag (8 april) worden de officiële plannen gepresenteerd en het lijkt er op dat er een hoop gaat veranderen. Er wordt veel gesproken over modulair projectonderwijs: per periode een project met een aantal aansluitende vakken. Voor Industrieel Ontwerpen zullen de veranderingen relatief meevallen, omdat de plannen aardig goed aansluiten met de huidige gang van zaken bij IO. Ook hoor je veel over het samenvoegen van studies. Dit zullen geen brede bachelors worden, zoals je veel hoort, maar tien nieuwe bacheloropleidingen met elk een brede start (net zoals een minor) waarna je je kunt specialiseren via een bepaalde “major”. Door de majors is het mogelijk om nog steeds grotendeels Industrieel Ontwerpen te kunnen volgen. Maar goed, om het nog een keer te herhalen: het zijn allemaal nog plannen, niks is concreet.

Als Commissaris Onderwijs zal ik me er toch volledig voor inzetten om te zorgen dat de kwaliteit van onze bacheloropleiding er niet op achteruit gaat. Onlangs ben ik toegetreden tot een klankbordgroep van de Universiteitsraad. Dit betekent dat ik samen met andere onderwijscommissarissen naar de plannen zal kijken en advies zal uitbrengen aan de URaad. Wat al wel zeker is, is dat je je studie, zoals je deze nu kent, gewoon kan afronden. Als er veranderingen komen, zullen deze pas in 2013/2014 worden doorgevoerd, en tot 2017 zullen vervolgens het nieuwe en oude systeem naast elkaar lopen.

Heb je nog vragen over dit onderwerp, dan kan je me altijd mailen of even langskomen.Tot in de StudIO!

Paul BretelerCommissaris Onderwijs

OnderwijsRoute 14+

-isme OnOff 27 [7]

De opdracht die ik heb uitgevoerd was onderdeel van een groot project. De studio was namelijk bezig met het inrichten van een medische kinderkliniek in het oude Claremont Theater in Harlem, New York. De kliniek wordt gerund door de ALL CITY Foundation die ‘Healing Commu-nities through Art and Medicine’ als motto heeft. De kliniek is gericht op tieners. Om hun bij het project te betrekken zijn locale graffitiartiesten betrokken bij het ontwerp van de inrichting en later zullen zij zelf doorlopend een kunstexpositie morgen organiseren. De kliniek wil zo de gemeenschap stimuleren om kinderen en families de mogelijkheid te geven een gezonder leven te leiden.

Mijn opdracht was om een ontwerp te maken voor de meubels die in het restaurant komen te staan en voor de onderzoekstafels op de dokterskamers. De kliniek is voor kinderen onder de 19 jaar en hier moest in het ontwerp van het meubilair rekening mee worden gehouden. Het uiterlijk van de inrichting van de kliniek moest aansluiten op wat populair is onder tieners. Het is de bedoeling dat het interieur zo een weerspiegeling wordt van de gemeen-schap die gebruik gaat maken van het gebouw.Het eindresultaat van mijn opdracht is een productieklaar ontwerp voor het restaurantmeubilair. Het ontwerp van de onderzoekstafel ligt in grote lijnen vast, maar er zijn nog enkele details die uitgewerkt moeten worden voordat het echt geproduceerd kan worden.

Restaurant meubilairIn de kelder van het gebouw zal een organisch, vegetarisch restaurant komen. Dit restaurant zal gericht zijn op het samen eten van families, omdat dit een belangrijke rol speelt in het gezond leren eten van kinderen. Het eten zal gebaseerd worden op de culturele achtergronden van de gemeenschap. Ook zal de stichting er workshops gaan geven over gezond eten. Het idee achter het ontwerp voor het restaurantmeubilair was om kinderen ‘op hun eigen hoogte’ te laten eten, maar toch een heel gezin aan dezelfde tafel te laten eten. De kindertafels hebben daarom een opstaande zijflap gekregen, zodat ze aan een grote tafel gezet kunnen worden.

OnderzoekstafelDe onderzoekstafel sluit qua ontwerp aan bij de rest van de inrichting van de dokterskamer. De kasten, planken en het bureau worden namelijk van rechthoekige houten profielen gemaakt. De tafel heeft een rugdeel dat met een gasveer bediend kan worden en een uitschuifbare voetensteun, zodat ook grote kinderen op tafel kunnen liggen. Dankzij het trappetje kunnen kinderen er zelf op klimmen. Uit de zijkant van het frame zullen nog op graffiti geïnspireerde vormen gelasersneden worden.

Ik heb die drie maanden een supertijd gehad en heel veel geleerd. Ik hoop dat diegene die hun BO nog moeten doen er net zo’n leuke tijd van maken. Succes!

Tekst Carlijn Vis

AFGELOPEN ZOMER HEB IK MIJN BACHELOROP-DRACHT GEDAAN BIJ STUDIO KAPTEIN ROODNAT IN AMSTERDAM. HET IS EEN KLEINE ONTWERPSTU-DIO DIE GERUND WORDT DOOR MARLEEN KAPTEIN EN STIJD ROODNAT. BEIDE ZIJN AFGESTUDEERD AAN DE DESIGN ACADEMY. ZE WERKEN MET Z’N TWEEE”N, MAAR VAAK HEBBEN ZE OOK NOG ‘E’EN STAGIAIR RONDLOPEN. ZE DOEN VEEL VERSCHIL-LENDE ONTWERPOPDRACHTEN. ZO HEBBEN ZE EEN KARAF ONTWORPEN VOOR ROYAL VKB, MAAR OOK SPEELTOESTELLEN VOOR OP SCHOOLPLEIN-EN EN DE INRICHTING VAN WINKELS.

[8] OnOff 27 -isme

Onbegr ensd

ontw erpenIn een wereld waarin geen grenzen zijn, zijn mogelijkheden logischerwijs eindeloos. In deze wereld kan ontwerpen dan ook plaatsvinden zonder limieten. De rol van de ontwerper zal in deze wereld allesbepalend en waardeloos tegelijkertijd zijn. Dat klinkt als iets irreëels, iets van een verre toekomst. Irreëel is het zeker, maar die toekomst is dichterbij dan je misschien zou denken.

-isme OnOff 27 [9]

Onbegr ensd

ontw erpenEigenlijk is het één een logisch gevolg van het ander. Zoals we komen te weten door ons te verdiepen in de geschiedenis van Industrieel Ontwerpen, is dit vakgebied - een doorontwikkeling van het klassieke vakmanschap als meubelmaker of uitvinder - een gevolg van allerlei factoren die ertoe hebben geleid dat er vraag kwam naar grootschalige ontwerpen. Personen met kwaliteiten om problemen om te zetten in oplossingen, geholpen door ervaring, wetenschap en technologie. De factor technologie die zoveel beïnvloedt in het leven van de ontwerper: diens functie ontwikkelend van een persoon die kleinschalig vormgeeft tot een creatieve geest die innovatie belichaamt, problemen oplost en creëert. Technologie gemaakt door wetenschappers en ontwerpers, technologie die ontwerpers mogelijkheden biedt en het ontwerpers moeilijk maakt. Zoals de Westerse wereld in de 20e eeuw grote ontwikkelingen doormaakte op gebied van technologie, zo heeft de ontwerper zijn rol zien veranderen. Een moderne ontwerper voldoet eigenlijk al niet meer als deze louter in staat is een stoel of ander meubel te ontwerpen en is daarmee niet veel meer dan een ruimtelijk kunstenaar. De echt moderne ontwerper is een technicus met visie, met een drang tot innovatie en creatie - die ontwerper wordt opgeleid aan de technische Universiteit.

Technologie als product van de briljante menselijke geest is een fenomeen dat zich uit in onze wereld, mogelijkheden

biedt en beperkingen elimineert. Voor zover onze wereld dat toelaat althans, want aan alle kanten worden we beperkt. Het begint en eindigt allemaal met de natuurwetten: atomen bewegen alleen bij temperaturen hoger dan het absolute nulpunt en begrenzen daarmee een fysisch principe. Aantrekkingskracht tussen deze atomen vormt bepaalde moleculen en zorgt op extreem grote schaal voor zwaartekracht. Moleculen vormen cellen, cellen vormen organismen en onze lichamen. Dat zijn mogelijkheden, maar eigenlijk vooral beperkingen die natuurwetten opleggen. De levende natuur baant zich hier een weg doorheen door te ontwikkelen en zich aan te passen aan de beperkingen, beter bekend als het principe van evolutie. Zo ontstond leven, aangepast aan de wetten die gelden in onze fysieke realiteit. Zo ontstond de mens en bedacht deze mens technologie en past deze technologie zich als natuurlijk aan naargelang de natuurwetten beperkingen opleggen. Technologie biedt mogelijkheden, maar nooit zal ze de wetten overtreden. Toch heeft technologie tot iets geleid dat uit zichzelf alle wetten overtreedt en daarmee in potentie grenzeloos is.

Het fenomeen begon ergens in de jaren ‘70 van de vorige eeuw te ontstaan en is pas in de laatste tien jaar echt geaccepteerd. We hebben er allemaal mee te maken en worden langzaam maar zeker onderworpen aan deze technologie die onze economie inmiddels bepaalt, die

[10] OnOff 27 -isme

kortom eigenlijk geen grenzen zijn, te interacteren met alles wat onze geest en de geesten van alle andere op internet aangesloten mensen, maar kunnen bedenken. Zie het als een droom waarin je kan vliegen: je fysieke lichaam doet er niet toe, je geest bedenkt de wetten in die droom. In het internet gebeurt precies hetzelfde, maar bedenken we collectief de wetten, ontwikkelen zich kunstmatige intelligenties als virtuele organismen en ziet iedereen eruit zoals hij of zij dat wenst: als een perfect gevormd mens, monster of totaal onzichtbaar.

Als je tot dit besef komt, ga je verder denken en besef je je ineens dat wij ontwerpers misschien wel nutteloos worden in een toekomst waarin The Matrix (de film) realiteit is en grote horden mensen zich storten in de Nieuwe Dimensie, zoals je het ook wel mag noemen. Er is in die virtuele wereld misschien wel helemaal geen vraag meer naar reflecties van fysieke fenomenen, zoals objecten in de bekende drie dimensies, met massa’s en andere fysische eigenschappen. Een Rietveld stoel heeft dan nog minder functionaliteit dan het weinige dat het nu heeft, namelijk helemaal niets meer. Een auto is een overbodig stuk technologie, want over welke weg moet deze rijden? Televisies, computers, telefoons, alleen maar interfaces om (virtuele) media te bekijken of ermee te interacteren in de fysieke wereld. Kortom, alle producten van ons ontwerpers, ontwerpers van het fysieke, compleet nutteloos.

Totdat we onze hersenen direct kunnen koppelen aan het mondiale hyperinternet en we altijd en overal in de fysieke wereld verbonden met de virtuele wereld zijn, moeten we ons maar blijven stukbijten op het ontwerpen van de toenemend complexe ‘smart technology’ producten die eigenlijk alleen maar interfaces bieden naar de onvermijdelijke Nieuwe Dimensie.

Tekst Chris ten Dam

Meer filosofische gedachten nodig over de grote overgang naar het

internet waarin we ons nu bevinden?

Koop voor 15 euro het boek :

‘Hoe verandert internet je manier van denken?’

van Edge.org (ISBN: 9789490574123).

Hierin staan goed leesbare, prikkelende, eigenlijk gewoon erg interessante

essays van grote denkers van deze tijd. Enkele hiervan zijn ook online

leesbaar.

Kijk voor meer info op bit.ly/f6ehlB

onze sociale samenleving begint te overheersen en onze geesten opslokt. Het heeft een wereld geopend die alle verbeelding te buiten gaat en die door ons pas net ontdekt wordt. Als veteranen begeven we ons op het platform van bekendheid, als pioniers denken we aan de wereld buiten dit platform. Deze technologie is natuurlijk het Internet. Het platform is het World Wide Web, beide nog met hoofdletters omdat ze die eer verdienen. Wat ons is overkomen in een decennium, de acceptatie van misschien wel de grootste uitvinding van de mensheid ooit, laat ons niet stilstaan bij de grandeur van dit fenomeen. Maar er bij stilstaan is momenteel juist interessant, voor de diepe denkers onder ons, maar ook voor zij die twijfelen over de toekomst van ontwerpers.Om te citeren uit een van de interessantste boekwerken die ik in tijden heb gelezen:

“Het is begrijpelijk dat we het netwerk (het Internet) verwarren met de mogelijkheden (het Web) die het in eerste instantie biedt. Bijna alle afnemers in de begintijd van elektriciteit geloofden dat ze ‘licht’ kochten. Die eerste toepassing was zo aantrekkelijk, dat ze geen oog hadden voor grootser mogelijkheden. Een enkele dromer speculeerde dat elektriciteit de wereld zou veranderen, maar je hoort een negentiende-eeuwse zuurpruim hun enthousiasme al temperen: ‘Elektriciteit is een handig middel om een ruimte te verlichten. Meer niet. De rest is elektrogezwets.’(…)Internet is veel meer dan het web. Ik wil het hier hebben over de minder voor de hand liggende veranderingen die internet teweeg zal brengen. Met internet bedoel ik het mondiale netwerk van computers dat onder andere het web mogelijk maakt. Ik wil het hebben over toepassingen die verder gaan dan communicatie van mens tot mens. Want die toepassingen zullen het grootste effect hebben op wie we zijn en hoe we denken.” (W. Daniel Hillis)

Het internet is dus een wereld op zich, niet louter het platformpje dat we kennen als het Web, volgestouwd met de ons zo vertrouwde traditionele media als het Schrift, Video en Audio. Het venster van de browser biedt alleen een blik op uitingen van bekende fenomenen in de onbegrensde virtualiteit. Een game laat al beter zien wat de mogelijkheden van het Internet zijn: interactie in een wereld met eigen wetmatigheden – die overigens vaak reflecteren met voor ons bekende en vertrouwde fysieke wetmatigheden. Een game is een simulatie gesitueerd in een gedefinieerde, door mensen ontworpen wereld, waarbij fysieke interfaces mogelijkheden bieden om invloed uit te oefenen in deze virtuele wereld. Het internet als technologie biedt ons grenzeloze mogelijkheden om in een nieuwe dimensie, waarin atomen niet bestaan, er geen absoluut nulpunt is, zwaartekracht afwezig is, er

-isme OnOff 27 [11]

liveinyourlivingroom.nl

youthedesigner.com/2010/11/01/30-bizarre-and-creative-packaging-design-examples/

Stop jouw ideeën in de krabbelbox

in de StudIO en het wordt hier

geplaatst.

Dtile..nl

erikaskin.com

open-output.org

google: tree of code

lookatbook.com

streetartview.com

[12] OnOff 27 -isme

‘Groenst’

Groen,

Want dat is waar het uiteindelijk om draait, het klimaat. Met enige regelmaat wordt ons angst ingeboezemd: het klimaat verandert, de polen smelten, dieren sterven uit en ondertussen kwijnt moedertje aarde langzaam weg. Vooralsnog is dit lichtelijk overdreven, maar iedereen weet natuurlijk dat de mens haar activiteiten aan zal moeten passen om een leefbare omgeving in stand te houden. Een groen en bewust leventje wordt steeds hipper en populairder, mensen raken zich bewust van de problematiek en staan in de rij om hun steentje bij te dragen aan een beter milieu. En wat is nou een betere manier om dit te doen dan consumeren, eco-friendly consumeren welteverstaan. Om aan deze vraag naar ‘groene’ producten te voldoen groeit deze marktsector snel. Al rondlopend door de supermarkt springen de verantwoorde producten je om de oren: biologische tomaatjes en melk, twee keer zo krachtig wasmiddel en zelfs bio-dagcrèmepjes staan op de schappen. Allemaal artikelen die worden geconsumeerd in de veronderstelling dat het milieu bij de productie geen schade heeft ondervonden en dat de ingrediënten op eerlijke wijze zijn verkregen. Maar hoe biologisch zijn deze producten nou eigenlijk?

Groener,Het lijkt een ware trend te worden, dat zogenaamde groen zijn. We drinken onze organische drankjes uit gerecyclede bekertjes door composteerbare rietjes op klimaatneutrale bankjes in onze ecologisch geteelde tuintjes, starend naar de lucht en hopend dat het gat in de ozon nu niet nóg groter wordt.

Tekst Joska Sesink

[12] OnOff 27 -isme

-isme OnOff 27 [13]

Groener,

Neem bijvoorbeeld onze biologische tomaatjes. Net als de meeste groentes zijn deze verpakt in een glimmend stukje plastic, alleen is het ditmaal geen gewoon plastic, maar composteerbaar plastic. Hypothetisch gezien zou je dit dus in de berm kunnen gooien zonder je er schuldig over te voelen. Onlangs was in een van mijn favoriete tv-programma’s, De Keuringsdienst van Waarde, te zien wat dat biologisch afbreekbare plastic nu precies inhoudt, behoorlijk interessant als je het mij vraagt. Dit materiaal wordt gemaakt van genetisch gemanipuleerd maïs, dat wordt geteeld in Amerika. Hier wordt het omgezet tot een soort poeder, dat vervolgens naar Europa wordt getransporteerd waar het verwerkt wordt tot plastic. Niet zo’n goed begin zou je zeggen, genetisch gemanipuleerde producten en transport over de Atlantische oceaan klinkt mij nou niet bepaald ‘groen’ in de oren. Als vervolgens ook nog eens blijkt dat dit plastic helemaal niet bij de afvalverwerking kan worden gecomposteerd kreukt mijn voorhoofd tot een bedenkelijke frons. Het spul wordt er namelijk gewoon uitgefilterd en vervolgens verbrand, omdat het niet binnen 10 weken tot compost vervallen is. Tja, daar sta je dan met je goede gedrag en een stukje ‘afbreekbaar plastic’ in je handen, toch bij het gewone afval dan maar. Stiekem word ik hier een beetje wantrouwig van, het zou me nogal een desillusie zijn als het zou blijken dat de hele biologische sector één grote poppenkast is. Natuurlijk is dit niet zo, maar toch moet de consument met een kritisch oog naar het uitgebreide scala aan ‘groene’ producten kijken. Niets is wat het lijkt, en niets kan zo misleidend zijn als al die prachtige reclames en aantrekkelijke producten. Het gras lijkt daar aan de overkant dus weer eens groener dan het is. Dit is niet alleen zo bij producten in de supermarkt, maar speelt ook bij andere zaken een rol. Als we een beetje realistisch naar de wereld kijken zullen er nooit bloemetjes uit de uitlaat van een auto komen en al helemaal niet uit de schoorsteen van een fabriek, zoals sommige reclameposters ons doen geloven. Hiermee wekt de fabrikant de indruk een milieuvriendelijk product te presenteren, en natuurlijk zou dit best kunnen, maar vaak worden dingen als productie hierbij totaal vergeten. Zo kan je hele duurzame spaarlampen maken, maar als je ondertussen schadelijke stoffen in een rivier dumpt kunnen hier wel een aantal vraagtekens bij gezet worden. De groene producten gaan als warme broodjes over de ecologische toonbank, groen is hip en wat hip is verkoopt goed. En wie wil er nou niet stinkend rijk worden? De fabrikanten in ieder geval wel en daarom proberen zij zo goed mogelijk in te spelen op de milieuvriendelijke gevoelens van de consument. Zij wil graag mooie duurzame producten, die hun zogenaamde ‘CO2-footprint’ compenseren, en ze een eerlijk en goed gevoel over hun

aankopen geven. De fabrikant probeert eenvoudigweg aan deze vraag te voldoen, alhoewel de producten er dan niet altijd zo vriendelijk uit komen als aanvankelijk de bedoeling was. Net heb ik al de term ‘CO2-footprint’ laten vallen, de afdruk die iemand op de aarde achter laat in de vorm van CO2-uitstoot. Tegenwoordig is het mogelijk dit te compenseren, door bijvoorbeeld een extra bijdrage ten goede van de bosbouw, zoals bij vliegtuigmaatschappijen erg populair is. Alle CO2 die jij de lucht in pompt tijdens je vlucht naar een zonnig oord kan op deze manier eenvoudig worden gecompenseerd, zo lijkt het in ieder geval. Dat dit niet zo blijkt te zijn volgt eveneens uit het programma De Keuringsdienst van Waarde, waarin werd uitgezocht hoe die CO2-compensatie precies in z’n werk gaat. Bij dit soort acties wordt altijd de suggestie gewekt dat er van jouw bijdrage een aantal nieuwe bomen worden geplant, die de door jou uitgestoten CO2 opslurpen. Uit de uitzending blijkt dat dit absoluut niet het geval is. De bossen waar het in deze kwestie om gaat bestaan namelijk allemaal al lang, zoals dat meestal het geval is bij een oerbos. Oerbossen, juist ja. Hoe kan het nou dat jouw CO2-uitstoot gecompenseerd wordt door een oerbos? Niet dus, het is louter gebakken lucht. Handelaren in deze compensatiebossen vertellen over de lichte bevolking van deze gebieden en hoe zij een enorme bedreiging voor deze bossen vormen. Koop jij het bos niet, wordt het verbrand of omgehakt door de enorm moordlustige plaatselijke bevolking, zo luidt het verhaal. Een zaak met een naar luchtje, ook wel een flink staaltje omkoperij te noemen. Hier komt ook nog eens bij dat de eigendomsakte van het stuk grond dat jij uit goede bedoelingen hebt aangeschaft, vaak vervalst is. Eenzelfde stuk grond wordt vaak zelfs meerdere malen verkocht: wat nou compensatiebossen?Weer zo’n vreemd verhaal dat je aan het nadenken zet en je argwanend naar producten laat kijken. Als consument doe je je best om een goede keuze te maken in de producten die je aanschaft. De bewuste consument koopt artikelen die puur en eerlijk zijn, niet schadelijk zijn voor het milieu en op een eerlijke manier worden verkregen. Producten die je doen denken aan een vriendelijk oud boertje die al fluitend met zijn hak tussen de spinazieplanten schoffelt. Maar wat nou als het een naar monster blijkt te zijn, die met zijn gif sproeiende ledematen over zijn monoculturele bouwlanden zwerft. Vooralsnog laten we dit monster nog maar even voor wat het is. Natuurlijk zijn er bedrijven en merken die ons voor de gek willen houden, maar over het algemeen kunnen we met een gerust hart aan ons boertje denken. Kijkend naar de lucht, al slurpend van mijn muntthee uit eigen tuin, maak ik me nog maar even niet druk om al die rampscenario’s. Het gras in mijn tuintje is groen genoeg, die paar rotte sprietjes knip ik er wel uit.

-isme OnOff 27 [13]

[14] OnOff 27 -isme

Op moment van schrijven steekt de lente een schalkse middelvinger op naar de winter. Terrasjes worden en masse gepakt, lentekriebels groeien al uit tot zomer-jeukbuien. De koperen ploert wordt met open armen ontvangen, want we hebben ten slotte een strenge winter achter de rug (de koudste in veertien jaar!). De eerste dappere dodo’s springen à la knakworstfab-rikantnieuwjaarsduikers met volle overtuiging onze Noordzee in, in de hoop dat de zee niet meer zo koud is als het smeltwater van de Alpen waar het mee aange-vuld wordt. Je merkt het gewoon aan alles om je heen: Nederland komt tot leven!

Die levensschwung is typerend voor de lente. Ware volksverhuizingen vinden plaats want we moeten zo-nodig “naar de zon” of “nog even van een berg afsjezen voordat de sneeuw pleite is”. Zo wordt Nederland weer overspoeld met Duitsers en zoeken Nederlanders mas-saal campings op in het pittoreske Frankrijk of Spanje. Ondertussen ontvluchten de Spanjaarden de Neder-landse vloedgolf aan Benidorm Bastards door Engeland of Italië te vereren met een bezoek. De Fransen blijven het liefst thuis, chauvinistisch als ze zijn. Italiaanse macho’s gaan Zweedse meiden scoren en ondertussen

loopt iedereen weer de nodige blessures op, want het is zaak “zomerfit” te zijn. Je zou bijna zeggen dat men te hárd probeert te genieten van de paar maanden dat de zon onze lichamen streelt en straft. Waar het voor nodig is mag Joost weten. Maar één ding is zeker: we zijn allemaal gelukszoekers.

Niet dat dat zo erg is. Maar als je de krant openslaat en ziet dat de president van Syrië zonder gène met tanks en ander zwaar geschut zijn bevolking aan gort schiet, dat generaties Oostblokkers terug kunnen blikken op 25 jaar nucleaire malaise, dat meisjes die hier geboren en getogen zijn misschien wel “terug” worden gestuurd naar een land waar nog altijd een burgeroorlog woedt, dat een misdadiger als Mugabe nog altijd zijn gangetje gaat in Zimbabwe, dat Noord-Korea verhongert of zelfs maar dat één of ander onverlaat een kat, zijn poten geducttaped hebbende, in een glasbak gooit om maar niet voor een asielverblijf te hoeven betalen, dan moet ik toch wel even slikken . Dan staat het schaamrood me op de kaken. Het besef dat er mensen zijn die zich zorgen maken over het feit dat ze een vetrolletje hebben terwijl er mensen ettelijke kilometers verderop liggen te sterven van de honger.. ’t Isme wat.

Tekst Laurens van den Broek

Goed, dat is het eerste en gelijk laatste flauwe woordgrapje dat ik zal maken. Maar meni-geen zal de laatste tijd exact die woorden in de mond genomen hebben. Want er is nogal wat gebeurd in de wereld, dit jaar alleen al. Overstrominkje hier, tsunamietje daar, nu-cleaire meltdown in Japan (kernsplijting, neen dank ), Khadaffi die als een zelfbenoemde Asterix zijn kleine dorp (land in dit geval) moet verdedigen tegen de boosaardige bin-nenvallende buut’nlanders... En dan is 2011 nog maar net begonnen.

’t Isme wat!

[14] OnOff 27 -isme

-isme OnOff 27 [15]

EPDEvolutionary

ProductDevelopment

Industrieel ontwerpen begint bij het uit elkaar slopen van producten, althans dat is de situ-

atie bij het mastervak Evolutionary Product Development (EPD). Op zich een logische gang

van zaken: iemand die een product ontwerpt zonder te weten hoe de voorgangers van het

product functioneren, is zeer waarschijnlijk bezig met problemen die in de voorgangers al

op opgelost zijn. Ook bij het ontwerpen van compleet nieuwe producten is het belangrijk

om te weten hoe de huidige producten werken. De kans is namelijk groot dat de proble-

men waar je tegen aanloopt in geheel andere producten al opgelost zijn. Om de kennis van

alledaagse producten te vergroten, worden vier voor EPD gesloopte producten voorgelegd.

[16] OnOff 27 -isme

De Exacta GBF 9200 is een elektronische weegschaal die ook eigenschappen als vetpercentage en spiermassa kan meten. Het gewicht wordt gemeten door middel van vier weegcel-len, op de hoeken van de weegschaal. In elke weegcel zit een metalen element dat vervormt wanneer er een kracht op gezet wordt. Op het metalen element zit een geleider, waarvan de weerstand verandert wanneer het metalen element vervormt. Uit de weerstand wordt het gewicht berekend, dat vervolgens weergegeven wordt op een Liquid Crystal Display.Eigenschappen als vetpercentage en spiermassa worden berekend door middel van bio-elektrische impedantieanalyse. Dit betekent dat er via de stalen plaatjes op het plateau van de weegschaal een miniscule stroom op het lichaam wordt gezet. Uit de weerstand van het lichaam, het gewicht, het geslacht en de lengte kan de lichaamssamenstelling berekend worden.Willem-Sander Markerink

Voor het gebruiken van een broodrooster moet hij eerst van stroom worden voorzien. Vervolgens wordt het brood in de rooster gedaan. Het brood wordt op zijn plaats gehouden door de brood-houder (1) en de broodklemmen (2). Hierna wordt de bruiningsgraad (3) en een toastprogramma in-gesteld. Door een programma in te kiezen, wordt een timer (4) ingesteld. Het brood zal vervolgens volgens de gekozen instellingen worden getoast.

Door de hendel (5) naar beneden te drukken zakt het brood vervolgens in het broodrooster. Deze handeling zorgt tevens voor het inschakelen van de stroom door middel van een aan-uit schakelaar (6). De metalen plaat (7), die verbonden is aan de hendel, komt in contact met een elektromag-neet (8), waardoor de broodhouder niet terug naar boven springt. Met de elektriciteit toevoer worden de NiChrome draden (9) verwarmd en wordt het brood geroosterd.

Wanneer de timer eindigt, wordt de stroomtoe-voer afgesneden. Hierdoor stopt de elektromag-neet met werken en wordt de brooddrager door twee veren omhoog geduwd. De hendel kan daarna nog gebruikt worden om de toast verder omhoog te liften. Zo kan de toast eruit gehaald worden, zonder blaren op te lopen.Tom Hilgerink

Broodrooster

Weegschaal

-isme OnOff 27 [17]

De exploded view geeft de onderdelen van een goedkope digitale camera weer. De camera is ruwweg opgebouwd uit een kunststof behuiz-ing, een lensmechanisme, bedieningselementen en twee printplaatjes met elektronica. Interessant is dat de sluiter via een digitaal signaal met een mechanisch systeem in werk-ing wordt gezet en niet veel meer voorstelt dan een blaadje kunststof dat voor de lens schuift. Hierdoor wordt de hoeveelheid licht dat op de beeldsensor valt bepaald. Dit wordt vervolgens omgezet in een digitaal signaal dat compressie ondergaat en vervolgens op een geheugenkaart wordt weggeschreven. Het is leuk om te zien hoe diverse mechanische schakelaars worden omgezet in een digitaal signaal. Bovendien is het aantal componenten in het apparaat verbazingwekkend.Erwin ten Velde

Digitale Camera

[18] OnOff 27 -isme

De Oral-B Professional Care 550 is een elek-trische tandenborstel die werkt door middel van een oscillerende-roterende beweging van de borstelkop. Er wordt een ronddraaiende beweging gegenereerd door een motor in de basis. Deze ronddraaiende beweging wordt omgezet naar een heen- en weergaande draaiende beweging (oscillerend-roterend). Er is een verbinding gecreëerd waardoor de borsteltjes verwisselbaar zijn, waarbij de oscillerend-roterende beweging overgebracht kan worden van de basis naar de borstel. In de borstel wordt deze beweging dan nog eens omgezet van een rotatie om een verticale as naar een rotatie om een horizontale as. De energie die nodig is voor het gebruik van de tandenborstel wordt geleverd door een oplaadbare accu in de basis. De basis kan op een oplader geplaatst worden waarbij door middel van inductie de accu wordt opge-laden. Deze techniek, waarbij geen geleidende verbinding nodig is tussen de basis en de lader, zorgt ervoor dat het product veilig kan worden gebruikt in een vochtige omgeving.

Jennifer Bijkerk

Elektrische tandenborstel

-isme OnOff 27 [19]

FotorubriekWinter op Fortmond, Overijssel. De tractor van de buren staat in onze tuin terwijl de IJssel steeds hoger komt te staan.

De foto is gemaakt met een Nikon D5000 en een oude extra flitser van zolder, zonder enige nabewerking.

Rosan Harmens

Staat jou foto hier de volgende keer?Mail naar [email protected]

[20] OnOff 27 -isme

Boekrecensie

GRAFISCH DESIGN IN NEDERLAND E E N K O R T E U I T E E N Z E T T I N G G E S C H R E V E N D O O R L A U R E N S V A N D E N B R O E K .

-isme OnOff 27 [21]

De desbetreffende ondertitel luidt: ‘Een uitgebreid overzicht van de hedendaagse grafische vormgeving’. Met de nadruk op ‘hedendaags’. Grafische kunstwerkjes uit het vorige milennium zul je in dit boek niet aantreffen. Dit boek focust zich enkel op de meest moderne werken die Nederlandse grafisch vormgevers te bieden hebben. Na een korte inleiding van Cristian Campos, een journalist gespecialiseerd in kunst en design en tevens hoofdredacteur van het Spaanstalige H magazine, volgen de creaties van een veertigtal Nederlandse ontwerpbureaus of ontwerpers die hun eigen draai aan de ogenschijnlijk ondefinieerbare maar duidelijk aantoonbare noemer ‘Dutch design’ geven.

Eén persoonlijke favoriet kan ik niet aanwijzen, daarvoor staan er gewoonweg té veel gave ontwerpen tussen. Enkele hoogtepunten uit het boek zijn de hilarische posters van Studio Jona, de elegante producties van Anothercompany, de doeltreffende simplesse van studio En Publique en de verfrissende veelzijdigheid van de kleurrijke Fons Schiedon (hoewel zijn website op het eerste oog anders doet geloven). Het leuke is dat je sommige werken gewoon in levende lijve kan gaan bewonderen, want veel van het werk wordt gepubliceerd of uitgebracht danwel aangebracht. Zo heb ik onlangs nog een muurschildering van grafisch ontwerpbureau Staynice mogen aanschouwen in Poppodium 013 te Tilburg. Dat geeft het boek toch wel een beetje een extra dimensie.

Leuke toevoegingen aan de grafische miniportfolio’s (ze mochten hun favoriete projecten zelf uitzoeken) van ‘onze’ ontwerpers zijn de korte ingevulde vragenlijstjes van de ontwerpers. De auteur noemt het resultaat een “frisse, gedetailleerde en spontane analyse”. Nu ben ik het daar niet helemaal mee eens aangezien de vragenlijstjes nogal kort zijn om als gedetailleerd te kunnen classificeren (en van spontaniteit is ook weinig sprake), maar ze bieden niettemin een boeiend inzicht in hun denkproces en het wel of niet aanwezig zijn van een (flink) ego. Zo heel af en toe gaat het de diepte in met vragen als “Moet grafische vormgeving,

volgens jou, een sociaal geweten hebben of is dat niet de zorg van de grafisch vormgever?”, maar juist wanneer het interessant begint te worden komen de standaardvragen weer tevoorschijn en blijven de vragenlijsten weer veilig binnen de lijntjes. Beetje jammer, want juist de diepe en lossere antwoorden van de wat minder rigide ontwerpers zijn boeiend om te lezen en nodigen uit tot zelfreflectie. Ook jammer: sommige ontwerpers nemen amper de moeite om serieus de vragen te beantwoorden en komen met welbekende clichés en one-liners op de proppen. Volgende keer gaarne face-to-face interviews, mijnheer de auteur!

Het ontbreken van iets dat ook maar enigszins op een conclusie lijkt, doet het boek ook niet veel goeds. Een analyse gaat vrijwel altijd met concluderende uitspraken gepaard, maar daar is in dit boek geen sprake van. Tevens ontbreekt een nawoord. Een gemiste kans, want nu komt het boek toch over als een overhaast vertaalkarweitje om snel van te profiteren. Dat is vooral zonde omdat het boek met íets meer moeite een stuk beter uit de verf had kunnen komen. Mijn gok is dat het merendeel van de ontwerpers die in het boek staan zelf geeneens een exemplaar op hun boekenplank hebben staan.

Hoe het ook zij, Grafische Design in Nederland mag dan geen baanbrekend boek of een absolute must-have zijn, het boek biedt wel een mooi assortiment aan inspirerende werken en interviews met ’s lands meest innovatieve grafische ontwerpers. En dat is ten slotte ook wat waard. Maar in ieder geval geen cent meer dan twintig euro, dat dan weer niet.

Cristian Campos - Grafisch Design in Nederland

Paperback, 311 pagina´s

ISBN: 978-90-5764-860-1

Adviesprijs: €19,95

Om meteen maar met de deur in huis te vallen: dit boek was absoluut niet wat ik er van had verwacht. Zo, dat lucht op. Het is fijn om onverwachte wendingen te kunnen veroordelen. Houden we niet van, als iets niet loopt zoals verwacht. De scherpe lezers onder jullie zullen echter al opgemerkt hebben dat ik aan mijn uitspraak geenszins een negatief oordeel gehangen heb. Want iets dat haaks op je verwachtingen blijkt te staan kan eveneens verrassend goed uitpakken. Waar ik dacht een mooi geschiedkundig overzicht van de Neerlandsche ontwikkelingen op grafisch gebied te hebben gevonden, trof ik iets heel anders aan. Kanttekening voor mijzelf voor de volgende keer: ondertitels kúnnen wellicht belangrijke hints bevatten betreffende de inhoud.

[22] OnOff 27 -isme

Als een zombie dwaalt de man rond de kom-kommers. Hij deponeert wat geplastificeerde

aardappels in zijn kunststof mandje. Gillende kinderen krijsen om hun wekelijkse dosis suiker. Moeders kunnen niet anders dan voldoen, en ko-pen bakken met zoetstoffen, smaakversterkers en chemicaliën in. Hypnotiserende bliepjes trekken zijn aandacht. Machines transporteren zijn bood-schappen. De pratende robot zegt iets. Of hij een bonnetje wil. Nee, niet nodig. Zijn aanwezigheid wordt gedetecteerd, en galant zwaaien de deuren open en hij staat weer buiten. Een zwerver speelt een zielig deuntje op zijn gitaar.Buiten wordt de blubber snel opgeruimd. Blad-blazers, takken versnipperaars en rioolzuigers zorgen ervoor dat de straten blinken. De bomen staan netjes op een rijtje langs het fietspad, net als de huizen. Aangekomen bij een voordeur, identificeert hij aan de hand van het nummer zijn hokje. Uitgeput ploft hij neer, en valt in slaap.

Het bed is klam en warm. Zwetend keert zijn bewustzijn terug. Is hij wakker? De man weet het niet. Zijn ogen zijn open. Hij denkt iets te voelen. Maar het kan ook een illusie zijn. Hij bedenkt dat hij weer moet gaan praten. Deze isolatie doorbreken. Hij belt ’s ochtends vroeg naar zijn vader. Weemoedig stapt hij ’s middags op de fiets, ondanks de frisse lentezon en roze bloesem.

Het abstracte gesprek is nu al enige tijd bezig. Ditjes en datjes, koetjes en kalfjes en al die andere kletspraat hebben ze links laten liggen. De oude handen van zijn vader trillen bij het inschenken van de thee. Ze zitten allebei comfortabel op de luxe stoffige meubels. ‘Spinoza was een van de weinigen die het begreep.

De vrije wil is een illusie, een constructie van de mens. Mensen denken dat hun ego gecontroleerd erop los kan willen. Zeg tegen iemand “Je hebt geen vrije wil” en hij zal je aanvallen. “HOEZO GEEN VRIJE WIL?” zal hij verontwaardigd zeggen.’Zijn vader komt op gang, en abstraheert verder: ‘Het ego en het hebben ervan wordt verheven tot absolute en hoogste waarheid. Die veronderstel-ling van de aanwezigheid van het ego, het ik, het zelf, leidt tot een aantal diepgewortelde overtuig-ingen die onze maatschappij bepalen en haar de afgrond in zullen stuwen.’

Zijn vader neemt een trekje van zijn pijp. Treurig kijkt hij uit het raam naar de schapen. Gesjor aan het gras, eindeloos gekauw op die groene stengels, om vervolgens de ontlasting op het voedsel van de volgende dag te deponeren. Schapen zijn vrij, in tegenstelling tot de mens. Een schaap eet, poept en vrijt als de tijd daar rijp voor is, zonder zich druk te maken om morgen. Los van het verleden en de toekomst leeft het, zonder woorden, tijd en vooral zonder keus. Alles is nu, zonder reflectie, en dat maakt ze vrij.

De rede wordt door zijn vader vervolgd: ‘De manifestatie van het veronderstelde ego in onze maatschappij heeft zijn uitwerking op alles. Tegelijkertijd was het onmogelijk om het ego niet te poneren. Overal hangen spiegels die een blik werpen op jezelf, op een hoopje botten, organen en andere rotzooi. Met de taal kwam de mogelijk-heid om de spiegelbeelden vast te leggen. Maar is een spiegelbeeld hetzelfde als het origineel, is een observatie gelijk aan het object?’‘Nee, eh. Ik denk ’t niet nee’. De zoon wordt aangekeken door zijn vader. ‘Natuurlijk niet, de observatie is een reconstructie van de

//Schapen

-isme OnOff 27 [23]

werkelijkheid. Gemedieerd door de limieten van taal, bijbehorende dogma’s en culturele fun-damenten ontstaat er een afbeelding. Afhan-kelijk van de kwaliteit van de afbeelding krijgt deze een eigen status toegewezen. Zie hier, het ‘waargenomen’ ego is geboren.’Zijn vader staat op en begint te ijsberen.‘Waarom ben je hier gekomen?’De man aarzelt na het horen van de onverwachte vraag. Stamelend zegt hij: ‘Soms begin ik het te begrijpen, de machine. Ik droomde vannacht, totdat ik wakker werd, te vroeg. Maar ik moet… Ik dacht dat…’‘Dat ik het kon uitleggen?’

De grijze baard van zijn vader danst mee op zijn woorden. Zijn ogen lichten op bij het voeren van dit existentiële gesprek. De bril op zijn hoekige hoofd maakt lichtvlekken op zijn grauwe huid. De man is oud, maar nog lang niet zo oud als zijn vader werd. De dood nadert, dat weten ze beiden, maar ze spreken er niet over.

‘Doe je nog steeds mee aan die groene onzin?’ zegt de oudste van de twee.‘Onzin? Waarom ben je altijd zo pessimistisch? Afgelopen jaar is er een afname in toename gem-eten. De top is nabij, en dan zullen we het tij doen keren. Iedereen om mij heen is er van overtuigd dat de koolstofdioxide-uitstoot op tijd beperkt kan worden!’Zijn vader kijkt hem vragend aan. Hij neemt de pijp uit z’n mond.‘Luister nou eens naar jezelf. Ik zou het op moeten nemen, deze wartaal. Je leeft nog steeds met il-lusies en waanbeelden, spoken en geesten! Je haalt symptomen en ziektes door elkaar! Heb je net niet geluisterd? Het gaat bij jou nog steeds om het ego.

Kijk om je heen! Het hebben van een ‘ego’ ten op-zichte van de ander impliceert de verrijking ervan, daarvoor zijn filosofische uitwijdingen overbodig. Uit angst voor afbreuk van het ego vindt de creatieve en inventieve mens talloze manieren om zich te beschermen en gebeurtenissen te con-troleren. Tegelijkertijd is er geen ontsnappen aan de verhouding tussen de geconstrueerde ego’s. Uit angst gaan de mensen zich steeds sterker vastklampen aan de waanideeën, en doen ze alles om die te verdedigen. Als ze de strijd verliezen of niet meer aan kunnen worden ze voor onbepaalde tijd gedrogeerd, om in een soort vegetatieve staat binnen de machine met haar ego’s te kunnen blijven overleven, voor zover dat woord hier van toepassing is, totdat het lichaam het begeeft. Eigenlijk zijn ze allang dood. Ik wil niet dat jij zo eindigt, jongen!’

De man had tranen in zijn ogen. Zijn vader hield van hem. Hij wist dat zijn vader gelijk had.‘Maar hoe! In vredesnaam?’ stamelde hij.‘Ontsnap uit de machine, stop met de pillen, en wordt zoals de schapen.’

Tekst Sefrijn Langen

[24] OnOff 27 -isme

1 - Toen de koning nog koning wasIn de middeleeuwen waren gemeenschappen nog kleinschalig en daarmee nog heel overzichtelijk. Je zorgde voor je eigen voedsel of je kocht het bij de buurman. In de middeleeuwen ontstond er ook een feodale maatschappij. De koning gaf het land aan de leenmannen die in ruil daarvoor de koning hielpen in tijden van oorlog. De leenman liet op zijn beurt weer boeren op zijn land werken die een deel van de oogst aan hem afstonden. In ruil daarvoor behoorde de leen-man te zorgen voor veiligheid en sociale zekerheid. De adel kwam deze verplichting echter slecht na; ze bestierden het land vooral uit eigenbelang. Na de middeleeuwen stelde Thomas More dit aan de kaak.

2 - Op naar UtopiaThomas More uitte zijn kritiek in het boek Utopia. In het boek voert More een gesprek met de fictieve Raphaël Hythlodaeus. Hythlodaeus heeft veel kritiek op manier waarop vorsten regeren. De vorsten bemoe-ien zich sterk met de burgers, maar niet met het doel hun leefomstandigheden te verbeteren: de vorsten handelen vooral uit eigenbelang. Hythlodaeus verteld bijvoorbeeld aan More hoe de adviseurs van de koning methoden voorstellen om de staatskas te vullen: “[…] Een ander stelt voor geld te innen om een zogenaamde oorlog te voeren, om de vrede weer te sluiten wanneer het geld binnen is. […] Een vierde stelt voor bepaalde zaken te verbieden, […] waarbij mensen die baat heb-ben bij het breken van deze regel aan de regel ontheven

Hoe krijg ik wat ik wil...De klant is koning! Een motto dat veel bedrijven gebruiken om de klant zich

koning te laten voelen. Vanaf het binnenkomen van de winkel tot aan de kassa moet de klant het gevoel hebben dat hij controle over de situatie heeft. Maar hoe vaak ge-beurt het niet dat na het uitlopen van de winkel de aankoop toch tegenvalt. Bijvoor-beeld een telefoon die uit elkaar valt vlak na de garantieperiode. Of je komt erachter dat er bloed aan je telefoon kleeft: vaak worden de mineralen die nodig zijn voor het

produceren van mobiele telefoons gekocht van Congolese rebellen, die van het geld de burgeroorlog in stand houden. Dat was nou ook net niet de bedoeling. Maar hoe

moeilijk kan het zijn om aan mijn wensen te voldoen? Er zijn in de geschiedenis veel systemen bedacht om de behoeftes te verzadigen, elk met zijn eigen nadelen.

Tekst Willem-Sander Markerink

-isme OnOff 27 [25]

kunnen worden, door een grote afkoopsom te betalen.”Dan vertelt Hythlodaeus over het land Utopia. In dit land, dat hij ooit als reiziger bezocht, dient de wetgev-ing de burgers en niet de heerser. De heerser zorgt ervoor dat iedereen in Utopia aanspraak kan maken op basisbehoeften zoals gezondheidszorg, kleding en voedsel. Ook zorgt hij ervoor dat er niet meer gewerkt hoeft te worden dan absoluut noodzakelijk is. Dat heeft wel tot gevolg dat de producten die geleverd worden puur functioneel zijn: grote hoeveelheden func-tionele producten zijn eenvoudig te produceren. In Utopia draagt iedereen bijvoorbeeld dezelfde kleding. Karl Marx was waarschijnlijk wel geïnspireerd door dit Utopia. In zijn tijd zag hij dezelfde zelfverrijking, maar het was niet de koning, maar de bourgeoisie die zich verrijkte ten koste van het proletariaat. Wan-neer je de sobere producten uit de DDR met westerse producten vergelijkt, zie je dat communisten zich ook voornamelijk op functionaliteit richtten. Door-dat iedereen dezelfde functionele producten kocht, werd het moeilijk je waarden uit te dragen met bi-jvoorbeeld kleren. De behoefte van mensen om zich te onderscheiden werd door de communistische re-gimes dan ook niet onderkend. Achteraf bleek dat de communistische regimes vaak ook moeite hadden de bevolking in de primaire behoeften te voorzien.

3 - De onzichtbare handIn de Verlichting ontstond een tegenhanger van het utopisch denken: het liberalisme. De liberalen waren er tegen dat heersers invloed uitoefenden, noch uit eigenbelang, noch om het volk te voorzien in hun behoeften. De gedachte hierachter is het principe van de onzichtbare hand. Adam Smith beschreef dit principe in zijn The Wealth of Nations: wanneer ie-mand probeert zijn eigen welzijn te verbeteren zal hij onbewust het welzijn van de gemeenschap verbe-teren, alsof hij geleid wordt door een onzichtbare hand. Net als het communisme vertoont ook het (neo)lib-eralisme zijn mankementen. Zo kaart Vance Packard met zijn in 1960 verschenen boek The Waste Makers de problemen van planned obsolescence aan. De vrije markt stimuleert het om producten een korte levensdu-ur te geven, door producten te ontwerpen die na een ti-jdje uit elkaar vallen, door steeds net iets functionelere producten op de markt te brengen of door producten uit de mode te laten gaan. Hierdoor worden grondstof-

fen verspild en het milieu wordt vervuild, wat nadelig is voor het algemeen welzijn. De onzichtbare hand lijkt hier afwezig. Een ander voorbeeld is het gebruik de conflictmineralen voor mobiele telefoons, waarbij het welzijn van miljarden Congolezen wordt geschaad.

4 - Juist geen nieuw –ismeDenksystemen, zoals communisme en (neo)liber-alisme, hebben een gevaar: doordat de aanhangers zo overtuigd zijn van de werking van het systeem worden ze blind voor de werkelijkheid. Wanneer het systeem niet werkt geven de aanhangers als reden dat het systeem nog niet ver genoeg is doorgevoerd. Denksystemen hebben in de politiek gelukkig niet meer de overhand. Tegenwoordig wordt er steeds vaker naar pragmatische oplossingen gezocht. Op het ene gebied mag de vrije markt zijn werk doen, terwijl op een an-der gebied controle wordt gehouden. Hierdoor zie je juist creatieve oplossingen ontstaan. Zo ontstond bi-jvoorbeeld het idee van emissierechten. Bedrijven kri-jgen rechten om CO2 uit te stoten. Wanneer een bedrijf minder uitstoot dan waar hij recht toe heeft, kunnen de overgebleven emissierechten verkocht worden. Op deze manier ontstaat er een handel in emissierechten. Een andere idee legde de architect Thomas Rau voor ti-jdens het symposium van S.G. Daedalus. Hij stelde dat veel producten niet gekocht worden omdat de consu-ment het product wil hebben, maar omdat ze van het product gebruik wil maken. De consument hoeft bijvoor-beeld geen televisie, maar wil televisiekijken. Wanneer bedrijven alleen deze dienst leveren, dus de televisies als het ware verhuren, werkt planned obsolescence juist in hun nadeel. Ze zullen de televisies duurzamer maken en ze zullen ervoor zorgen dat ze de delen en materialen na het afdanken weer kunnen hergebruiken of verkopen.De vraag is of de ontwerper zich hier wel mee bezig moet houden. De ontwerper is slechts één radertje in de productiemachine. Naar mijn mening zijn ontwer-pers wel mede verantwoordelijk voor hun producten, en dus zijn de telefoonontwerpers wel mede ver-antwoordelijk voor de burgeroorlog in Congo. De ontwerper is namelijk een onmisbaar radertje. Maar even belangrijk is dat de ontwerper het ontwerpen leuker kan maken. Het schenkt een ontwerper veel meer voldoening wanneer hij goede en eerlijke pro-ducten mag ontwerpen dan wanneer hij producten ontwerpt die na drie jaar uit elkaar moeten vallen.

Hoe krijg ik wat ik wil...

Historische canon der productontwerpen

AlhazenNet als Archimedes, behandeld in de vorige editie van OnOff, was Alhazen (965-1040) een ware polymathicus, een uiterst geleerd persoon in veel verschillende takken van kennis. De naam ‘Alhazen’ is een Latijnse verbastering van al-Hasan, wat weer afgeleid is van zijn volledige naam: Abū ʿAlī al-Ḥasan ibn al-Ḥasan ibn al-Haytham. In Europa werd Alhazen vaak ook aangeduid als “De Fysicus”, een eervolle en enigmatische bijnaam. Alhazen’s grootste verdiensten waren zijn bijdragen aan de optische en fysieke wetenschappen alsmede de ontwikkeling van de wetenschappelijke methode. Zijn beroemdste werk, het Boek der optometrie, was een ontzettend belangrijke verhandeling voor de optische wetenschappen: zo was hij de eerste die nauwkeurig kon vertellen wat de werking is van een camera obscura.

Het manuscript ging niet alleen in op fysische principes, maar ook de filosofische kanten van ruimteperceptie werden besproken. Met zijn experimenten op het gebied van visuele perceptie brak een nieuw tijdperk aan in de optische wetenschappen: hij toonde aan dat het licht niet úit ogen kwam en daarmee alles wat om een mens heen was gecreëerd werd, maar dat juist het licht afkaatste van de wereld om ons heen en ín onze ogen terecht kwam . Deze

radicale nieuwe ‘kijk’ op visuele perceptie luidde een revolutie in zowel de wetenschap als de filosofie in. Zijn werk werd later geciteerd door grote natuurkundigen als Roger Bacon en Johannes Keppler. Over Keppler gesproken: in één van zijn andere werken, vér voor de Europese middeleeuwen geschreven, beweerde hij al dat de aarde rond was!

Het einde van zijn leven is enigszins tragisch te noemen. In een overmoedige bui en blakend van vertrouwen in zijn wiskundige vaardigheden claimde hij de stand van de Nijl te kunnen reguleren.Toen het hoofd van de staat, de kalief, hem beval zijn uitspraak waar te maken en tot uitvoering te brengen, zag Alhazen pas in hoe onmogelijk zijn idee eigenlijk was. Om straf van de kalief te ontlopen deed hij alsof hij krankzinnig was geworden en werd daardoor tot huisarrest veroordeeld. Tijdens en na zijn huisarrest heeft hij zijn leven aan de wetenschap gewijd, tot de dood erop volgde. Als we zijn tijdsgenoten mogen geloven heeft hij tijdens zijn lange leven (hij werd 76!) meer dan 200 werken geschreven, maar ‘slechts’ een vijftigtal is daarvan bewaard gebleven.

Echt concrete producten heeft de beste man niet ontworpen, maar zonder zijn inzichten zouden velen van jullie niet eens in staat zijn dit artikel te kunnen lezen!

Tekst Laurens van den Broek

Wij zijn allen bekend met de grote Europese wetenschappers en hun grandioze vondsten. Wat we vaak niet beseffen is hoeveel zij (en daarmee wíj) te danken hebben aan de islamitische wetenschappers uit de vroege middeleeuwen. De kunst van het destilleren hebben Arabische alchemisten geperfectioneerd. De oudste gevonden mathematische geschriften komen uit diezelfde regio (Babylonië) en ook veel astronomi-sche ontdekkingen kunnen wij toedichten aan de islamitische wetenschap van de middeleeuwen. Om het besef van onze historische wetenschappelijke achtergrond wat te vergroten wordt in dit tweede deel van de canon de erfenis van een bijzonder scherpe islamitische geest behandeld: Alhazen.

[26] OnOff 27 -isme

Historische canon der productontwerpen

Alhazen ‘Staatliches Bauhaus’ werd in 1919 gesticht door architect Walter Gropius in de Weimarrepubliek (het toenmalige Duitse rijk). Bauhaus was een nieuwe benadering op productontwerpen: in plaats van een nieuwe ontwerpstijl toe te passen vond er een methodologische kentering plaats. Productontwerpen moest de massa dienen en functioneel zijn. Er was geen plaats meer voor nutteloze versieringen en ornamenten: rationaliteit was de nieuwe norm, harmonie tussen de functie van een object en het ontwerp daarvan het streven. De Nieuwe Zakelijkheid deed zijn intrede, een definitief antwoord op het expressionisme dat toentertijd hoogtij vierde. En ook De Stijl kent iedereen wel; Rietveld en Mondriaan doen bij de meesten wel een belletje rinkelen. In welk opzicht Bauhaus, De Nieuwe Zakelijkheid en De Stijl ook moge verschillen, de onderliggende beweging is duidelijk: strak, zakelijk, primair van opzet, functionalistisch en bovenal logisch. Dat wat geen functie had, was nutteloos en moest derhalve verdwijnen.

Dieter Rams, sinds 1998 designhoofd van Braun af, is één van de overblijfselen van de eens zo opzienbarende Bauhaus-traditie. Rams formuleerde zijn eigen dogma, in de geest van De Nieuwe Zakelijkheid. In de jaren ‘90 zag Rams een steeds “verwarrender en ondoordringbaar wordende massa van vormen, kleuren en lawaai”. Omdat goed design volgens Rams niet te meten valt in absolute parameters, stelde Rams een tiental ontwerpprincipes samen die in zijn ogen goede ontwerpen waarborgt. De tien ‘geboden’ luiden als volgt:

“There is no longer room for irrelevant things. We have no longer got the recources. Irrelevance is out.”Dieter Rams

1. Een goed ontwerp is innovatief2. Een goed ontwerp maakt een product nuttig3. Een goed ontwerp is esthetisch4. Een goed ontwerp maakt een product begrijpelijk5. Een goed ontwerp is bescheiden6. Een goed ontwerp is eerlijk7. Een goed ontwerp is duurzaam en tijdloos8. Een goed ontwerp is grondig en doordacht tot op het laatste detail9. Een goed ontwerp is milieuvriendelijk10. Een goed ontwerp is zo min mogelijk ontwerp

De principes zijn kort en bondig en spreken voor zich, behalve wellicht punt 5, 6 en 10. Met ‘bescheiden’ doelt Rams op het functionalistische aspect van producten: een product vervult een functie en kan daardoor vergeleken worden met een stuk gereedschap. Producten zijn geen decoratieve objecten of kunst en behoren daarom een neutraal en gematigd karakter, zodat er ruimte blijft voor de gebruiker om zich er mee uit te drukken. Daarnaast is een goed ontwerp dus ‘eerlijk’: het pretendeert niet waardevoller, innovatiever of krachtiger te zijn dan het werkelijk is en doet geen poging de consument te manipuleren met niet waar te maken beloftes. Nummer 10 is misschien nog wel de meest cryptische omschrijving, maar de boodschap erachter is helder: minder maar beter, omdat de essentiële aspecten geconcentreerd worden en randzaken achterwege worden gelaten en zo het ontwerp niet kunnen belasten.

Kortom, terug naar simplisme. Een dogma naar jullie hart of is Rams zélf zijn grip op de realiteit verloren?

Tekst Laurens van den Broek

Niet zo héél lang geleden lag de focus bij productontwerpen nog niet op duurzaamheid. Het was een randzaak; de producten zélf dienden een hoger doel. Dit alles naar aanleiding van een romantische kunststroming die elke realiteitszin verloochende. Het begin van de vorige eeuw wordt gekenmerkt door dogmatisch design dat heden ten dage nog altijd weerklank vindt.

Dogmatisch designOntwerpen vanuit een visie

-isme OnOff 27 [27]

[28] OnOff 27 -isme

goede vruchtbare grond. Het enige dat mist, is water. Hiervoor plaatst men nylon netten die de mist die van-uit de zee tegen de bergen op waait opvangt, om zo dat broodnodige beetje water voor landbouw op te vangen. Om minder afhankelijk te worden van de windrichting hebben twee Chileense architecten een ronde toren bedacht die meer water opvangt dan de lange rechte netten (en er stiekem ook wel heel erg mooi uitziet). Een ander voorbeeld. Ooit nagedacht over de hoeveel-heid plastic luiers die poepende baby’s per stuk achter-laten op een vuilnisbelt? Vijfduizend. In Portland (Oregon, VS) realiseerden twee milieubewuste jonge ouders zich dit. Daarom zijn zij nu druk bezig om de biologisch afbreekbare luiers alom bekend te maken. Met aardig succes. In``zmiddels hebben ze een hele groep enthousiastelingen verzameld die niet alleen deze luiers gebruikt, maar ook hun best doet de rest van de wereld te laten poepen in bio-luiers. In totaal zijn er 25 afleveringen in deze se-rie. Toch wordt het nooit saai! Ik werd aflevering na afle-vering gegrepen door de schoonheid van de ver-schillende landen die men aandeed, vooral in Zuid- Amerika. Tussen deze grote verscheidenheid aan beelden door loopt het verhaal van twee excentrieke tweetallen, vastbesloten zo veel mogelijk te zien bin-nen het jaar dat ze ervoor hebben. En alle beelden zijn door henzelf gefilmd: er is geen cameraploeg aan te pas gekomen. Helaas niet meer op tv, wel op Uitzending Gemist. Absolute aanrader, want het ve-randert je beeld van de continenten aan de andere kant van de oceaan voorgoed.

Going SouthTekst Han Slob

Fog Tower Susana Ortega & Alberto Fernández

Zevenentwintigduizend kilometer. Van het noorde-lijkste puntje in Alaska tot het zuidelijkste puntje van Argentinië. Over koude hoogvlaktes, langs kolkende rivieren en onder de kolossen van het regenwoud. Tussen campers en huifkarren, tussen Noord- en Zuid-Amerikanen. En dat allemaal op de fiets. Het klinkt als een droomreis, te mooi om waar te zijn. Maar Fin & Alex en Asa & Javier doen het. Een jaar lang geven ze werk, huis en vrienden op om deze tocht tussen de twee uitersten te maken. Om de immense afstand te overbruggen delen ze de reis op in tweeën. Alex & Fin beginnen in Prudhou Bay, in het noordelijkste puntje van Alaska, naar Bogota, de hoofdstad van Colombia. Asa & Javier vertrekken daar, op weg naar Ush-uaia in het zuiden van Argentinië. Uitgerust met een fiets, een tent, wat kleren en een camera trek-ken ze van stad naar stad, van land naar land, en brengen zo langzaam de wereld in beeld. An sich een interessante trip, en nog goed voor de gezondheid ook, maar waarom deze klereafstand (want dat is het uiteindelijk) per fiets afleggen? Met deze reis willen zij aandacht vra-gen voor het milieu; door met eigen ogen te kij-ken hoe het er in deze landen aan toe gaat en dit over te brengen aan ons, de kijker in de luie stoel. Gedurende hun reis doen ze verschillende duur-zaamheidsprojecten aan die opgezet zijn door de lokale bevolking en een verfrissende blik geven op deze in Nederland toch ietwat uitgekauwde term. In Chili bijvoorbeeld ligt de Ataca-ma-woestijn. Misschien bekend van de geredde mijnwerkers, maar ook een van de droogste plekken op aarde. De woestijn heeft echter wel

[28] OnOff 27 -isme

-isme OnOff 27 [29]

In dit politieke bestel en met de huidige regering, nou ja regering, hierbij zou je direct al kunnen gaan denken aan een isme in de vorm van; ‘dat er iets mis mee is’. En ook weer niet, want democratie dus de helft plus één heeft de meerderheid, eerlijk is eerlijk. Is me dat wat, het geslinger en gedraai van christen-democraten (geen Kapitalen !) die zich al wurmend en kringelend in het Wilde harnas hebben gefrommeld en dan samen met de vrijheid zingende volkspartij zich vrijend democratisch schoonlik-ken aan machtswellust. Heerlijk dit platte land, dit voorbij aan de poldercultuur. Flevoland wordt géén Wereld Cultuurerfgoed, dat is jammer voor het poldertoerisme . Maar dit terzijde.De verWilderde bende in Den Haag weet zich geen raad en blijft zich ontpoppen als een pop zonder inhoud die zeker en nooit een vlinder wordt of zal kunnen worden. Er is geen liefde onderling, geen vlinders in de buik van Verhaeghe* en geen in de buik of virtueel scrotum van Rhuytte*. In het harnas bij de populisten zit je gewoon niet lekker en de politieke sexdans is ook niet om speciaal naar Den Haag voor te komen. Zonde van al deze jaren van utopische sociaal-democratie , na 2008 is er een heftig einde gekomen aan de ismen. Alle sociale en culturele drijfveren zijn weg gevaagd en verschraald.

Het isme wat. In de plaats gekomen is het naargeestig bashen van vaak laag geschoolde inwoners van niet-Nederlandse herkomst, maar wel op uitnodiging en dringend verzoek hier gekomen. Uitgenodigd om hier de laagbetaalde banen, laagdrempelige en laagvloerse werkzaamheden uit te oefenen alles ten dienste van de zich zo inspannende prestatie gerichte con-sumerende mede Nederlanders . In onze Hollandse Staat is de ontvangst zo welgemeend, spontaan en uitnodigend, echter eenmaal in het Hollandse harnas ingesponnen dan wordt het menens. We hebben een rijk en welvarend bestaan, hard gewerkt achter de duinen. Vele polders drooggemalen en land herwon-nen, kanalen gegraven en spoorlijnen aangelegd. Oh, we zijn zo trots op ons Vaderland en op Ons-Moeder-Zorg-Boerderij. Alles geregeld; perfectie in systeem, uitvoering en loyaal, maar vooral sociaal en voor allemaal die uitmuntende: solidariteit. Behalve voor die, die en vooral die groep niet. Om beroerd van te worden, deze tendens komt voort uit angst. Angst geboren uit onwetendheid, misleidende en halve in-formatie leidend naar absurd nihilisme. Waar is onze donder gebleven? Ons gevoel, onze hartstocht? Onze zogenaamde en veel geroemde tolerantie? De gren-zen die we ooit in Europees verband hebben willen slechten, worden langzamerhand weer opgetrokken

Het IsMe Wat met die Ismae

n?

‘We are forced to live as if we were free’

(John Gray)

Tekst Han Slob

[* Namen van personen, groepen en dieren zijn opzettelijk onherkenbaar geschreven]

-isme OnOff 27 [29]

Tekst Robert Wendrich

[30] OnOff 27 -isme

en zichtbaar aan de periferie van ons nederige land. Grenzen waar we vele miljarden euro’s aan hebben besteed en vergaderd in Brussel, Straatsburg en Den Haag . Grenzeloosheid, die ons in een groter geheel had kunnen plaatsen. Met economisch-cultureel ver-keer welke synergetisch had kunnen werken, waarbij er geen fascisme, racisme of nepotisme meer toegang kreeg in het politieke discours maar zeker niet in het dagelijkse van alleman. De teloorgang van de sociaal-democratische samenleving die plaats maakt voor eigen land, eigen volk eerst. Een laakbare mentaliteit, een denkpatroon gevoed door hoogmoed, arrogantie en vooral zinloosheid met de waan van gelijk heb-ben. Ik vermoed dat ook jaloezie een rol heeft in dit steekspel van macht, geld en voorspoed. De grens is bereikt wat mij betreft, het moet afgelopen zijn met populisten en ja-knikkende gluiperds die politiek zien als een prettige kruipruimte. Slijm en drek zijn deel van een kruipruimte, geloof of geen geloof, dit gekonkel moet echt stoppen. Maar, de zogenaamde Linkse-Hobby zijde treft ook blaam en heeft een ste-vige reprimande nodig (zwaarder dan billenkoek). In dit echelon politieke ondieren zit net zoveel onkunde als aan welke andere kant dan ook! Het gezwalk in de Groen-Eco-Duurzame-Bio Partijen is het net zo onhandig en droevig als de eerder genoemde overwin-naars van de voorjaarsverkiezingen , of was het najaar of wellicht een nucleaire winter? Die Bush en neo-cons hebben het landschap behoorlijk veranderd, nou ja verwoest is beter in deze context. Schoothondjes Blaere, Bulkenoende, Surkouzy en andere oplichters en zwendelaars hebben de Staatskassen behoorlijk leeggeschud en hun miserabele Pisme-pistolen op weerloze isme-landen leeggeschoten(en nóg). We spreken hier van dekmantel NATO , Neo-Con-NATO, een verdragsorganisatie die werkelijk, maar dan ook werkelijk geen enkele betekenis heeft, maar zeer ze-ker geen waardevolle bijdrage levert aan Onze Wereld. Een geldverslindende oorlogszuchtige machine, die gesteund door het militair-industriële complex zich maar internationaal blijft moeien met zaken die niet in het belang zijn van het land waar ze zich in moeien. De belangen zitten ironisch genoeg aan de kant van de multi-nationale energie- en grondstoffen behoefte en dus niet voor vrede en veiligheid zoals zo vaak wordt gesuggereerd. De nationale regering, de onze dus, heeft zich volledig gecompromitteerd aan deze NATO-strategieën en kan na de vele politieke blunders die er gemaakt zijn (en worden)geen enkele goede of standvastige keuze meer in maken dan, om maar weer een missie te doen. Het arsenaal aan goed gelukte beslissingen is zo laag en depressief makend dat de ervaringsvelden van het verleden te diep zijn gezakt dat enig zonnegloren voor de komende decennia niet

meer zichtbaar kan worden. Een eenzaam ongewis Zwart Gat. Dat zijn er dan twee, politiek en financieel. Gevolg, ontslagen bij Defensie en het verkopen op Marktplaats van militair gereedschap. Welke van-zelfsprekend terecht komen bij huurlingen, creatief boekhoudende roversbendes van bananenrepublieken of CO2-emissierechten verhandelende organisaties of special-free-trade zone handelaren in goederen, voorwerpen en voedsel. Kortom tuig voor tuig; mani-pulerende despoten, alleenheersers, kruidenbaron-nen, hell-raisers, of gewone terroristen.

The history of the contemporary free market was written in shocks.Some of the most infamous human rights violations of the past thirty-fiveyears, which have tended to be viewed as sadistic acts carriedout by anti-democratic regimes, were in fact either committed withthe deliberate intent of terrorizing the public or actively harnessedto prepare the ground for the introduction of radical free-marketreforms.(Naomi Klein,2007)

Alles ten koste van mensen, vele mensen, mensen die gewoon hun dagelijksheid willen vervullen en hun geluk willen nastreven. Mensen die zich al voort-plantend, luierend en werkend een weg willen banen door hun eigen leven in het bijzijn van vele anderen. De zon schijnt voor iedereen, plaats maakt niet uit. Gebrek aan inzicht, gebrek aan begrip, gebrek aan essentie, gebrek aan compassie, gebrek aan kennis is het euvel. Een gebrek voortkomend uit ‘de strijd, de markt, het welzijn en geluk’(ibid. Hans Achterhuis), maar dan vooral en bovenal eerst voor jezelf, maar wel veilig in het collectief. Wij allen zijn deelgenoot, omstander, beschouwer, toeschouwer en verant-woordelijk om dit gebrek humanistisch op te lossen. Oplossen, spreken we hier van een probleem? Geen gebrek aan problemen, als we ze niet zien dan maken we ze. Het Gebrek is een Probleem. We zijn gek op gebrek economisch gezien, gebrek aan geld leidt tot het zoeken naar een baan of een dienst verlening om geld aan te verdienen. Schaarste leidt naar prestatie en stimuleert de werking/werkzaamheid in de van nature luie mens. We zijn dolgedraaide gebrekver-vullers , geldzuchtige gebrekinvullers. Voor alles is er wel een baan, arbeid of werkbezigheid bedacht, het is ongelooflijk hoe deze toename in schijnbaar zinloze tijdsinvulling is ontaard in het najagen van het Gebrek. Het communisme was of is een gefaald

[30] OnOff 27 -isme

-isme OnOff 27 [31]

experiment? Mensen hebben geen stimulans en geen prestatiedrang las ik ergens, ik begrijp dat niet? Volgens mij zijn er behoorlijk wat feiten en daden gepleegd die wel degelijk duiden op prestatie en stimulatie. Natuurlijk zou je kunnen stellen dat de overheid, smalle top (Politbureau), de stimulans en prestatie aanwakkerde. Verbanningen, verdwijnin-gen, folteringen, gevang-ismen zou een natuurlijk dwangmatige angst ontketenen welke uiteindelijk wel tot iets werkends zou leiden. Gebrek was ook daar een fantastisch wapen om de dwang te stimuleren, dus dat er geen prestaties en stimulaties waren is feitelijk onzin. Het communisme heeft lang gewerkt, en toen ineens was het voorbij...Glasnost, Perestroika, weg IJzeren Gordijn...tsjonge, tsjonge, als je dat zo achter elkaar zet dan is het van de een op de andere dag weg. Sneeuw voor de Zon. Weggevaagd uit de herinner-ing, weg uit het collectief, en wij (Westen) zijn de Grote Overwinnaars...zie je wel, we hebben gelijk! De cultuur van beschouwen en verdoemen, zodat je jezelf beter voelt. Altijd ten koste van een ander, altijd ten koste van de medemens. De mens, immer reagerend op de ellende misstanden en kommer van de ander. Menselijk ja wellicht, humaan? Nee!Spreek met en lees over de mensen groot geworden Achter Het IJzeren Gordijn, dan ga je wel anders denken en spreken. Aan alles gebrek, op welke schaal? Aan wat? Gebrek aan wat? Gebrek aan wat wij vinden waar je geen gebrek aan zou moeten hebben? Gebrek aan ismen? Gebrek aan Kapitalisme, Consumentisme, Seksisme of aan Toerisme? Idiotie! Tend Your Own Garden! Mind Your Own Business! Waar wij een ge-brek aan hebben in dit land, is politiek besef. Het besef dat wij al heel lang in communistisch-consumentisme klem zitten; zelfde auto’s, zelfde soort baan, zelfde soort partner, zelfde soort huis, zelfde soort kleding, zelfde soort televisie, zelfde soort programma’s, zelfde soort supermarkt, zelfde soort voedsel, zelfde soort sport, zelfde soort vakanties, zelfde soort opleiding, zelfde soort politieke minkukels, zelfde soort geloof, zelfde soort collectieve zorgverzekering, zelfde soort Banken van de STAAT...enzovoorts, enzovoorts!! Wij zijn net zo opgeheven en mismaakt Voor het IJzeren Gordijn als Achter het IJzeren Gordijn. Die eeuwige genoegdoening aan het ongeluk en niet-zijn van de ander is stuitend en volledig ten onrechte. Ik heb er het inleveren van ieder ISME voor over om deze gebrekkigheid op te lossen. De ander na te wijzen, de ander te vernietigen, de ander te verpulveren tot stof. Vanwaar deze trots, deze grootsheid, deze egocen-trische genoegdoening? Waar is het mis gegaan? Nihilisme? Het Isme Wat! Dank aan het Kapitalisme…dank ook aan IMF, World Bank, Federal Reserve… dank aan Marxisme!

Economists have a singular method of procedure. There are only twokinds of institutions for them, artificial and natural. The institutions offeudalism are artificial institutions, those of the bour-geoisie are naturalinstitutions. In this, they resemble the theologians, who likewise establishtwo kinds of religion. Every religion which is not theirs is an invention ofmen, while their own is an emanation from God. When the economistssay that present-day relations--’:the relations of bour-geois production arenatural, they imply that these are the relations in which wealth iscreated and productive forces developed in conform-ity with the laws ofnature. These relations therefore are themselves natural laws independentof the influence of time. They are eternal laws which must always governsociety. Thus, there has been history, but there is no longer any. There hasbeen history, since there were the institutions of feudalism, and in theseinstitutions of feudalism we find quite different rela-tions of productionfrom those of bourgeois society, which the economists try to pass off asnatural and, as such, eternal.(Karl Marx, 1847)

“There is no economic rationale for distinguishing‘virtual capitalism’ from ‘real capitalism’: nothing real hasever been produced without first being financed ... even in a time offinancial crisis, the global benefits of the new finan-cial markets havesurpassed their cost” (Guy Sorman,2001)

Tot slot: Duurzaamheid is een Illusie! Alles Veranderd, Alles Isme Ideologie! “We are the ones we have been waiting for” (old Hopi saying)

Panta Rhei!

-isme OnOff 27 [31]

colo

fon

HoofdredactieWillem-Sander Markerink

EindredactieLaurens van den Broek

RedactieChris ten DamHan SlobJoska SesinkRosanne MartensRoy Stroek

VormgevingAlex WesselinkRozemarijn Klein Heerenbrink

DrukwerkproductieNetzoDrukEnschede

RedactieadresS.G. Daedalus t.a.v. On Off Universiteit Twente Horst C.006 Postbus 2177500 AE Enschede

053 4894439 [email protected]

Suggesties of opmerkingen, wil je ook een stuk schrijven? Neem contact op met iemand van de redactie.