Stage Verslag J.C. de Poort

Embed Size (px)

DESCRIPTION

Stage verslag

Citation preview

Stage: Jongerencentrum de Poort

Stage: Jongerencentrum de PoortStudent: Rik Smies

Stage begeleider: Bob Heemskerk

Stage begeleider ABV: Dorianne Vervoort

Datum: 1-02-2014/15-03-2014

Inhoudsopgave

1. Inleiding p. 32. Het jongerencentrum p. 33. Doelgroepen p. 43.1 Jongeren voor dagbesteding p. 43.2 Jongeren met een taakstraf p. 53.3 Vrijwilligers p. 53.4 Middelbare scholieren p. 53.5 Collega stagiaires p. 53.6 Bezoekers p.53.7 Leermomenten p. 64. De projecten p. 74.1 Het MAS-feest p. 74.2 Uitvoering p. 84.3 Leerdoelen p. 84.4 Eindresultaat p. 85. De lessituatie Mas-feest p. 95.1 Theorie van graffiti p. 105.2 Gevoel voor kleur, vorm, compositie, inhoud (binnen de thematiek) p. 115.3 Samenwerking p. 115.4 Praktische kant van graffiti p. 125.5 Reflectie p. 126. Evaluatie MAS-project p. 13 7. Projectplan graffiti p. 13 7.1 Uitvoering p. 137.2 Leerdoelen p. 147.3 Reflectie p. 148. De lessen graffiti project p. 158.1 Reflectie p. 169. Conclusie p. 1710. Competenties, Bronnen en beeldmateriaal1. InleidingIn dit derde studiejaar heb ik er bewust voor gekozen om een buitenschoolse stage te gaan doen. Vorig jaar heb ik stage gelopen in het basisonderwijs en dit beviel me goed. Ik deed mee aan het Xpect-Primair project en werd toegewezen aan de Petteflet. Een basisschool waar ik de totale vrijheid kreeg om zelf lessen te ontwikkelen en te geven. Het stukje vrijheid voelde goed en ik ging er verantwoordelijk mee om, maar ik miste wel een stukje begeleiding, die ik toch wel nodig heb in deze fase van mijn studie. Dit jaar wilde ik graag een oudere doelgroep, jongeren van tussen de 12 en de 18 jaar. Aangezien ik hier later mee zou willen werken. Buitenschools sprak me aan omdat dat een hele andere sfeer en groepsdynamiek met zich mee brengt. De keuze viel al snel op het jongerencentrum De Poort omdat ik hier in het verleden ook al een aantal projecten mee heb gedaan en ze het grootste jongerencentrum zijn van Den Bosch.

Voorafgaande aan de stage had ik geen duidelijk beeld of verwachtingen van mijn samenwerking met de poort en wat ze precies doen voor de jongeren van de Maaspoort en omgeving. Ik was wel erg benieuwd naar de diversiteit van de jongeren die binnenkomen in het jongerencentrum en kwam er langzaam maar zeker achter dat de doelgroep nog veel diverser was dan dat ik had gedacht. 2. Het jongerencentrum

Het jongerencentrum de Poort is al een lange tijd een begrip in Den Bosch. Vooral voor de jongeren van Maaspoort en omgeving is het een mooie plek om elkaar te vinden en deel te nemen aan diverse activiteiten. Het jongerencentrum wordt gerund door een team van jongerenwerkers. Samen met de vrijwilligers en stagiaires etc. regelen ze alles wat met het jongerencentrum te maken heeft. Het organiseren van feesten, activiteiten, en de normale inloop uren die plaatsvinden in de avond waarbij alle jongeren welkom zijn om bijv. te poolen, playstationen en andere leuke activiteiten te doen.

Niet alleen is er plaatst voor stagiaires en vrijwilligers, maar er komen ook jongeren van bureau-Halt, en jongeren die een dagbesteding moeten hebben. Deze worden ook actief betrokken bij het werken in de Poort. Zo is maandag de vaste dag om samen schoon te maken, klusjes uitvoeren, versieren voor carnaval of andere nuttige bezigheden. Tussen de middag samen lunchen is een mooi moment om nader tot mekaar te komen en de groepssfeer te verbeteren. Het is al snel een hecht team waar iedereen wordt gewaardeerd en dat is mooi om te zien en om deel van uit te maken. Een ander aspect waar de jongerenwerkers zich mee bezig houden is het Ambulant werk. Dit houdt in dat de jongerenwerkers, jongeren (in dit geval uit het gebied Maaspoort) opzoeken op de plekken waar ze hun vrije tijd doorbrengen, zoals hangplekken buiten. Dit werken heeft meerdere doelen. Zo is het bijvoorbeeld belangrijk om een vertrouwensband op te bouwen met de jongeren die eigenlijk niet naar het jongerencentrum komen. Gewoon eens een praatje maken en te laten zien dat je er bent wanneer ze hulp nodig hebben etc. Uit een onderzoek van Dr. Judith Metz over het ambulant werk heb ik veel opgestoken. Zo staat er bijvoorbeeld; Vanzelfsprekend zijn jongeren de voornaamste gebruikers van het ambulant jongerenwerk. Aandacht voor de gemeenschap is van belang omdat de gemeenschap zowel deel is van het probleem als onderdeel is van en mogelijkheden biedt voor de oplossing. Door ambulant te werken leert het jongerenwerk ook (mogelijke) steunpilaren in de omgeving van de jongeren kennen zoals een lokale ondernemer die jongeren een kans wil geven door het bieden van een stageplek of een bijbaantje etc.

Ik weet, ondanks dat ik nog nooit mee ben geweest met het ambulant werk, zeker dat de jongerenwerkers van de Poort, erg goed zijn in het benaderen en praten met jongeren buiten het jongerencentrum. 3. Doelgroepen

Zoals ik eerder al zei, zijn er verschillende doelgroepen waar ik mee in contact kom en die ik zal begeleiden en waar ik nauw mee samenwerk. Het was bij deze stage belangrijk dat het contact met de begeleiders goed was, zodat ik bepaalde dingen kon vragen en van hun kon leren. Bijvoorbeeld als het gaat over omgaan met bepaalde jongeren die problemen veroorzaken. Ik heb nog niet veel ervaring met verschillende jongeren, of met probleemjongeren etc. Dit was voor mij een goede leerervaring. Goed opletten en situaties leren analyseren en begrijpen. De verschillen in de jongeren is iets waar ik me in heb verdiept. Wat er kan spelen bij jongeren, hoe ze in mekaar zitten en hoe een groep het gedrag van bepaalde jongeren kan benvloeden.

Een korte uiteenzetting van de verschillende jongeren heb ik hieronder beschreven. Het is niet de bedoeling dat ik jongeren in een hokje plaats, maar meer om de verschillen duidelijk aan te geven. Bij jongeren zijn er meestal een aantal factoren die meespelen in het gedrag. Zo kan er sprake zijn van de invloed van een groep, de onzekerheden van een jongeren, de druk om zich te bewijzen, problemen thuis of op school etc. Al deze factoren hebben invloed op het gedrag van jongeren en ik heb me proberen te verdiepen in de verschillen die er dus zijn, per leeftijdscategorie en milieu etc. Zo heb ik gebruik gemaakt van meerdere bronnen, waar ik in dit verslag nog naar verwijs en af en toe uit citeer. Bij het jongerencentrum hebben we te maken met hele diverse jongeren die allemaal via een ander traject bij de poort zijn gekomen. Hieronder een kleine opsomming van de verschillende jongeren. Ik ben van mening dat je niet bewust moet gaan handelen naar de reden van werken bij de poort. Ik behandel iedereen hetzelfde, maar ook als individu. Zo vind ik het belangrijk om iemand eerst beter te leren kennen en zo te weten, hoe je wel of niet met diegene om moet gaan.

3.1 Jongeren die voor dagbesteding meehelpen: Deze jongeren zijn gestopt met school, hebben geen werk en weten nog niet goed wat ze willen doen in de toekomst. Deze jongeren hebben een vorm van dagbesteding nodig. Zodat ze toch een bepaalde routine en vastigheid blijven houden. In het boek De kleine ontwikkelingspsychologie word ook hier iets over gezegd:

Het problematische patroon, waarbij de jongeren vaak worstelen met zingevingsvragen en vooral zinloosheid en doelloosheid ervaren. Er is dan sprake van een pessimistisch toekomstperspectief

Bij de poort kunnen ze samen met de jongerenwerkers en de andere jongeren helpen aan verschillende activiteiten. Ik merk dat de jongeren hier iets nuttigs door leren en meekrijgen. Ze voelen zich goed wanneer ze bezig zijn of wanneer ze iets hebben gedaan. Ik denk dat het ook belangrijk is dat de jongeren een bepaalde vorm van verantwoordelijkheid krijgen. Hierdoor voelen ze zich gewaardeerd en kunnen ze laten zien wat ze in huis hebben. Samen praten over toekomstplannen is ook een goede manier om te werken met de jongeren. Op een ongeforceerde manier proberen uit te vinden wat ze nu precies willen in het leven en wat de mogelijkheden zijn. Op het gebied van verantwoordelijkheid geven aan de jongeren, vind ik dat de Poort erg goed bezig is. Zo geven ze veel jongeren een sleutel van het jongerencentrum. In het begin vond ik dit best apart, omdat je je dan vrij kwetsbaar opstelt. Naar mate we er vaker over praatte begon het bij me te dagen. Door het krijgen van de sleutel, voelen de jongeren zich verantwoordelijk. Het is niet langer een plek waar ze mogen komen, het wordt een beetje hun plek. Door dit gevoel van verantwoordelijkheid gaan ze overal ook beter mee om. Ze voelen zich gewaardeerd en een belangrijk deel van het jongerencentrum. Zo zullen ze ook vaker ingrijpen wanneer hun leeftijdsgenoten iets doen wat niet mag. 3.2 Jongeren met een taakstraf: Deze jongeren moeten voor hun taakstraf van Bureau Halt gedwongen een aantal uur helpen bij het jongerencentrum. Het kan variren van te vaak te laat komen op school, tot serieuzere delicten. De jongeren zijn onder de 18 jaar, want daarna ga je gelijk door naar justitie en is er geen mogelijkheid op een taakstraf. Met deze jongeren wordt wel iets anders omgegaan, omdat ze toch hun werkstraf goed moeten benutten. Ze worden vaak toegewezen aan minder leuke klusjes, maar wanneer ze laten zien dat ze goed omgaan met de taakstraf worden er leukere dingen gedaan. Voor deze jongeren is de taakstraf verplicht, dus ze zijn niet altijd enthousiast over het werk. Maar ik denk dat de meeste zich wel realiseren waarom ze het moeten doen en dat de poort zeker niet de slechtste plek is om de taakstraf uit te voeren. Wanneer er interactie plaats vind met deze jongeren, ben ik persoonlijk vaak genteresseerd in wat ze hebben gedaan om de taakstraf te krijgen. Het is alleen niet heel slim om meteen bij het eerste contact dit bespreekbaar te maken. Daarom vind ik het zelf belangrijk om eerst een goede connectie te leggen en een goede sfeer te creren. De begeleiding van de poort kan dit ook zeer goed. Er word niet anders omgegaan met deze jongeren als met anderen. Iedereen heeft wel eens de regels overtreden en we zijn allemaal mensen. Zo is er genoeg ruimte voor een grapje etc. 3.3 Vrijwilligers: De vrijwilligers van de poort zijn de jongeren en ouderen die al een langere tijd komen en op vrijwillige basis meehelpen aan allerlei activiteiten en de organisatie hiervan. Zo kunnen ze bardiensten draaien bij de inloop of helpen organiseren van een feest. Er zijn geregeld vergaderingen waar alle vrijwilligers bij elkaar komen om te bespreken wat er op de planning staat. Zo kan iedereen zijn of haar inbreng doen en word er van alles georganiseerd en geregeld. 3.4 Middelbare scholieren: Naast alle middelbare scholieren die meehelpen als vrijwilliger of langskomen bij de inloop. Is er ook een project waar ik momenteel bij betrokken ben waar ik later nog verder op in zal gaan, wat de samenwerking aan gaat met veel middelbare scholen in Den Bosch en omstreken. Hierbij zijn een aantal leerlingen van elke middelbare school betrokken en werken we nauw samen met elkaar.

De leeftijdsgroep van deze middelbare scholieren is ook bepalend voor het gedrag. Velen kennen elkaar en hierdoor kan het wel eens rumoerig worden of onrustig. Het is leerzaam om te zien hoe hier mee om wordt gegaan en na de vergadering hebben we een moment ter evaluatie met alle stagiaires en de begeleiding.

3.5 Collega stagiaires: Er zijn naast mezelf ook een aantal andere stagiaires bij het jongerencentrum. Ieder heeft zijn of haar eigen achtergrond. De een studeert MBO jongerenwerk en de ander HBO evenementenorganisatie. Er zitten wel bepaalde eisen vast aan het stage lopen bij het jongerencentrum. Het is de bedoeling dat de opleiding die je volgt, aansluit bij het werk op de Poort. Ook kiest het jongerencentrum mensen uit, waarvan ze denken dat ze er iets aan hebben. Hierdoor krijgen we een flinke diversiteit aan stagiaires met ieder zijn eigen kwaliteiten. 3.6 Bezoekers: De inloop (de openingstijden van het jongerencentrum in de avonden) bestaat eigenlijk uit alle jongeren van Maaspoort en omstreken die vrij langs mogen komen en een plek hebben waar ze hun gang kunnen gaan. Er zijn allerlei dingen om te doen tijdens de inloop, mits de jongeren zich aan bepaalde regels houden. Bij een inloop kunnen er meerdere complicaties op treden. Zo zijn er uiteraard bepaalde jongeren die het niet zo goed kunnen vinden met andere jongeren. Hier word dan een oplossing voor bedacht. Het is eigenlijk zonde dat dit voorkomt en ik heb er al vaker over nagedacht hoe dit op te lossen is. Ik merk aan de leiding dat ze ook verschillende dingen hebben geprobeerd, maar momenteel komen deze jongeren gewoon op verschillende dagen naar het jongerencentrum waardoor conflicten vermeden worden.

3.7 Leermomenten: Er is een moment geweest wanneer ik duidelijk zag dat een van de begeleiders bij de inloop niet bepaald blij was met gedrag van twee jongeren. Ze werden apart genomen en later heb ik gevraagd aan de begeleider wat er aan de hand was. Ze vertelde me dat de jongens zich constant misdroegen. Hierna mochten ze niet meer in het jongerencentrum die avond. Dit ging natuurlijk gepaard met veel constellatie. Maar het is belangrijk dat grenzen duidelijk worden aangegeven en sancties ook worden uitgevoerd. Een plotseling zeer serieus gesprek is ook wel eens voorgekomen. Tijdens het werken aan een graffiti opdracht met een aantal jongeren, doken er plotseling vrij heftige onderwerpen op, namelijk gepest worden op school. Je kan dan zien dat het voor deze jongeren moeilijk is om een positief zelfbeeld te creren, omdat je toch bewust of onbewust zoekt naar acceptatie van anderen.

In het boek van Rita Kohnstamm Kleine ontwikkelingspsychologie staat bijvoorbeeld:

De drijvende kracht in de adolescentie is het streven naar en vasthouden van een positieve zelfwaardering Dit heeft weer te maken met een aantal factoren waaronder, weten waar je graag bij wil horen en de acceptatie van anderen

Bij sommige jongeren zie ik dit wel terug, omdat ze zich toch iets anders gedragen wanneer er anderen bij zijn of juist niet. Het versterken van de zelfwaardering en ergens bij horen is iets waar het jongerencentrum ook een grote rol in speelt.

Dit gesprek overviel me een beetje en ik wist niet zo goed hoe ik er mee om moest gaan. We waren met een groep waarin iedereen zijn zegje kon doen en ik vond het mooi om te zien hoe andere jongeren opkwamen voor de gepeste en probeerde te helpen. Oplossingen te bedenken en steun te bieden. Praten met deze jongeren tijdens het werken gaat eigenlijk vanzelf en vrij makkelijk. Door het samenwerken leer je elkaar kennen en ga je als gelijken met elkaar om. Zo is het ook makkelijker voor de jongeren om wat te vertellen over hun leven, wat goed gaat, waar ze mee bezig zijn of tegenaan lopen.

Er is goed vertrouwen in de jongeren van de inloop, maar het is ook belangrijk dat je, je spullen niet onbeheerd overal laat rondslingeren. Tijdens de inloop je jas en tas opbergen op kantoor in plaats van aan de openbare kapstok in het jongerencentrum. Een van de mooiere dingen op mijn stage vond ik bijvoorbeeld de interactie met de jongeren. Wanneer ze binnenkomen en je ze voor het eerst leert kennen, reageren ze allemaal anders. Bij iedereen is er een soort voorzichtigheid, bij de een meer als bij de ander. Het mooie vind ik dat de overgang zo zichtbaar is, wanneer ze zich op hun gemak bij je voelen. 4. De projecten

Er zijn een aantal projecten waar ik in mijn stage aan werk. Ik zal ze kort uiteenzetten en vertellen wat ik heb gedaan, wat ik heb geleerd, wat ik goed vond gaan en wat ik minder goed vond gaan:4.1 Het MAS-feest: Zoals ik eerder al heb aangegeven hebben we een project waarbij er verschillende leerlingen van verschillende middelbare scholen samenkomen om een feest te organiseren voor alle maatschappelijke stagiaires van Den Bosch. Het zogenoemde MAS-feest oftewel de Masterparty.

Het project bestond uit meerdere doelen: De relatie tussen jongerencentrum De Poort, de middelbare scholen enMAS-pointte intensiveren. Meer jongeren bekend maken met jongerencentrum De Poort. Het doel is om De Poort vol te hebben: 450 personen. Minimaal hopen we 200 bezoekers binnen te krijgen. De verwachting is, dat als alle scholen enMAS-pointmee werken, dit ook gaat lukken. Een leuke en gezellige avond aan te bieden aan alle maatschappelijke stagiaires uit s-Hertogenbosch van schooljaar 2013-2014. Een leuke, leerzame en volwaardige maatschappelijke stage aanbieden voor schooljaar 2013-2014. Jongeren een positief beeld meegeven over de maatschappelijk stage en ze motiveren om zelf vrijwilligerswerk te gaan doen.Het idee is om De Poort op te delen in verschillende areas. In elke area is aparte muziek, verlichting en aankleding. De ruimtes worden aangeduid met grote borden. In elke ruimte zijn er ook mensen die verkleedt binnen het thema rondlopen. De volgende areas zijn er:-Entreehal(TheLazyLounge) (Begeleiding groepje) -Caf(De Straat / Pub Urban) (Begeleiding groepje)-Grote Zaal(DancingDome)-Buitentent (Tralala Tent)

Het eindresultaat van de MAS-Party graffiti4.2 UitvoeringMeerdere vergaderingen gaan vooraf aan het feest, waarin we samen met elkaar brainstormen en kijken naar mogelijkheden voor het feest. De gesprekken vinden plaatst in groepsverband, maar ook in de kleinere groepen. Elk groepje is verantwoordelijk voor zijn of haar toegewezen ruimte binnen het feest. Zo is er een groep verantwoordelijk voor de foute tent, een ander voor de hoofdzaal enz. Stagiaires van het Jongerencentrum krijgen elk een groepje onder hun hoede, welke ze moeten begeleiden in het proces. De bedoeling is dat ik een zo sturend mogelijke rol heb, maar het daadwerkelijke werk overlaat aan de leerlingen zelf. Zo zijn er in de eerdere vergaderingen al meerdere dingen besproken.

4.3 Leerdoelen

Persoonlijke leerdoelen voor mijzelf zijn onder andere; het realiseren van een prettige werksfeer. Het doel is dat de leerlingen in mijn groepje zelf met ideen komen en aan het werk gaan. Het is een maatschappelijke stage waarin ze moeten leren samen werken en tot een eindresultaat komen. Ik ben hierin een helpende factor. Het is belangrijk dat ik ervoor zorg dat ze een veilige en vertrouwde sfeer ervaren waarin ze zich niet terughoudend hoeven op te stellen.

Het beperken van mijn eigen functie tot een sturende rol. Ik merkte in de eerdere vergaderingen al op, dat het lastig is om een sturende rol aan te nemen en geen uitvoerende rol. Het is niet de bedoeling dat ik mijzelf aan het werk zet, maar de leerlingen zelf. Voor sturing en hulp kunnen ze altijd bij mij terecht.

De creativiteit van de leerlingen stimuleren en inspelen op hun belevingswereld. Het is belangrijk dat de leerlingen enthousiast zijn over het project wat ze opzetten. Hier doen we met het hele project dan ook veel moeite voor. Het gaat er echt om, wat de jeugd van vandaag de dag aanspreekt.

4.4 Eindresultaat

Aan het eind van dit project hoop ik meer geleerd te hebben over het leiding geven aan een groep jongeren. Ze begeleiden naar een succesvol resultaat en een duidelijke planning en structuur binnen het werk gerealiseerd te hebben. Ik hoop mijn leerdoelen gehaald te hebben. Het project zelf is een geheel nieuwe ervaring voor mij en ik denk dat ik er veel profijt van ga hebben en van ga leren. Het is een hele andere manier van leiding geven aan een groep, dan wat ik gewend ben, maar juist hierdoor zal ik er veel van opsteken denk ik. Verwijsborden Master party 5. De lessen voor het MAS-feestHet project voor de maatschappelijke stagiaires kreeg vorm. De groepen waren individueel bezig met de aan hun toegewezen taak. Het groepje wat ik onder mijn hoede had, was verantwoordelijk voor de vormgeving van de Reggae/Lounge zaal en de Hiphop/Urban zaal.

Ter voorbereiding voor het gehele feest hebben we veel vergaderingen gehad met de gehele groep van maatschappelijke stagiaires en de begeleiding vanuit het jongerencentrum.

Bronmateriaal Graffiti in New York Klassieke elementen graffitiEr was ook ruimte om per groepje te gaan plannen en afspraken te maken over hoe we het zouden aanpakken. Hieruit heb ik al veel geleerd over de aansturing van een groep, initiatief tonen en het nemen van de verantwoordelijkheid, over de groep en het eindresultaat.

Er was dus veel organisatie nodig en een goede planning. Met een kleinere uitvoerende rol voor mij als begeleider, maar een grotere rol in de aansturing van de maatschappelijke stagiaires.

Om te beginnen vond ik het lastig om een goede middenweg te vinden tussen het sturende en het zelf uitvoerende. Het bedenken van ideen was voor de scholieren geen enkel probleem, al snel wisten ze precies wat ze wilde en wat zou werken voor de ruimtes. Wanneer we dan concrete afspraken moesten maken over wie wat zou doen en hoe we het zouden aanpakken, werd er wel van me gevraagd om het voortouw te nemen en echt samen met de scholieren te zoeken naar de mogelijkheden.

In het begin was dit nog een beetje lastig, en moesten we samen op gang komen. Waarschijnlijk ook omdat het voor de scholieren nog even wennen was en ze echt het idee moesten krijgen dat ze alles konden en mochten vragen. Er moest een vertrouwensband worden gecreerd tussen iedereen die meedeed met het project. Ik merkte dat we naar maten de vergaderingen vorderden dit steeds meer hadden en daarna ging het allemaal vrij soepel.

Het eerste echte lesmoment, waar ik mijn beeldende kennis en vaardigheden zou kunnen overdragen, kwam toen we aan de slag gingen voor de vormgeving van de zalen. We hadden samen besloten dat we een grote graffiti wand zouden maken, die achter het podium zou staan in de Hiphopzaal. Naast dit, hadden we ook het idee om verwijsborden te maken naar de andere zalen en een soort richtingaanwijzer op een centraal punt in het jongerencentrum om duidelijk te maken waar alle zalen te vinden waren.

De opdracht was, om een Hiphop/Urban zaal te creren. Dus het werk zou een weergave moeten zijn van de hiphop cultuur. Aangezien graffiti een van de elementen is van de Hiphop cultuur, waren we er al snel uit dat het in deze vorm het beste tot zijn recht zou komen.

Over het ontwerp en de lessen die ik er aan zou verbinden heb ik lang nagedacht. Hoe geef ik mijn les vorm en wat wil ik dat de leerlingen ervan leren. Ook heb ik erover nagedacht welke bronnen ik wilde gebruiken. 5.1 Theorie van Graffiti

Om te beginnen met het theoretische aspect van graffiti. Samen met mijn groepje scholieren hebben we op een zaterdag de les graffiti ingepland. Tot mijn genoegen, maar ook verbazing kwamen er ook scholieren van andere groepen meehelpen. De interesse was dus al vanaf het begin aanwezig en dit zorgde voor een goed verloop van de dag.

De bronnen die ik had meegenomen, waren divers en lieten de verschillende kanten van de graffiti kunstvorm goed zien. Ik begon mijn les met een introductie waarin ik de verschillende bronnen bij gebruikte. De geschiedenis en de ontwikkeling die heeft plaatsgevonden binnen de graffiti hadden een centrale rol in mijn introductie. Daarnaast leerde ik de scholieren over de verschillende vormen binnen de graffiti. Van een tag tot aan een piece etc.

Om de verschillen te illustreren, maakte ik gebruik van bronnen. Het verschil tussen graffiti en street-art werd duidelijk toen ik het boek Wall and Piece van Banksy liet zien. En de geschiedenis van de graffiti werd verduidelijkt toen ik voorbeelden liet zien van Spray Can Art . De verschillende vormen van de graffiti wereld, probeerde ik te verduidelijken met The exchange een boek uit de On the Run serie. Als we nog meer tijd hadden gehad, had ik waarschijnlijk ook stukken laten zien van belangrijke documentaires op graffiti gebied. Zoals Style Wars of Kroonjuwelen

Om de verschillen duidelijk te maken tussen legale en illegale kunst, maar ook om in te spelen op de belevingswereld van de scholieren, gebruikte ik een boek wat zijn oorsprong heeft in de Nederlandse Graffiti scene. Overrated Magazine uit Inspiratie opdoen voor het schetsen2013 geeft een weergave van de activiteit die nog steeds plaatsvindt in Nederland. Ik kon zien aan de scholieren dat ze het interessant vonden en dat ze er iets van opstaken. 5.2 Gevoel voor kleur, vorm, compositie, inhoud (binnen de thematiek)

Het tweede doel van de lessenserie was, om de scholieren bewust te maken van de vormen, de ruimte, de kleuren en het achterliggende thema van het werk. Het was van belang dat ze al deze aspecten meenamen in de ontwikkeling van het werk. Met de ruimte bedoel ik, dat ze rekening Bronmateriaal Keith Haring houden met de grootte van het werk.

Over kleuren hebben we het ook uitvoerig gehad. Ik liet voorbeelden zien van werk van verschillende kunstenaars. Zo legde ik gelijk de link met de kunstwereld. Verschillende stromingen zoals de Street-Art, met kunstenaars als Obey en Keith Haring. Het fauvisme met kunstenaars zoals Derain. De Pop-art beweging met kunstenaars zoals Warholl. Het boek wat ik hiervoor gebruikte was Kunst Begrijpen door Stephen Little. Hierin word op een gemakkelijke manier geprobeerd, inzicht te verkrijgen in de kunst.

Het was belangrijk voor me, dat ik de kennis van de scholieren iets verbreedde op kunstgebied in het algemeen. Door vragen te stellen bij het bekijken van werk, merkte ik dat ze anders gingen kijken naar de afbeeldingen.

De thematiek en de inhoud, moest natuurlijk ook niet verloren gaan. Het was een werk binnen het thema Hiphop. Het resultaat zou dus elementen bevatten van deze subcultuur. Over de inhoud hebben we even gebrainstormd. We besloten de graffiti bus en de speakers te verwerken in het werk, als een indicatie van de straatcultuur. De afkorting van het project; Maatschappelijke stage feest, afgekort MAS zou de centrale piece zijn in het werk. Daaronder Sub-Urban Pub.

5.3 SamenwerkingWat ik ook belangrijk vond, was dat de samenwerking goed zou verlopen. We moesten met zijn allen een product afleveren. Samenwerken is lastig wanneer er veel verschillende ideen en visies zijn. In dit geval verliep alles soepel. Er werd goed overlegd tussen de scholieren, over de vorm en de andere belangrijke punten tijdens het schets proces. Tijdens het schetsen heb ik ook hier en daar geholpen. Voorbeeldjes maken, tips geven, maar ze vooral ook veel zelf laten proberen. Ik merkte hier al op dat er veel onderscheidt is tussen verschillende kinderen. De een is een beetje onzeker en bladert eerst door de boeken heen, voordat het voorzichtig begint aan een schets. De ander begint direct en laat vaak trots zien hoe het vordert. Ik probeer de onzekerheid weg te nemen, door te vertellen dat iedereen kan tekenen en dat het echt een kwestie van oefenen is. Fouten maken is niet erg, als je ervan kan leren. Maar niet geschoten is altijd mis. Ik probeerde een vertrouwde sfeer te creren en ik denk dat de scholieren dit erg op prijs stelde. Tijdens de uitvoering van de graffiti, heb ik wel af en toe moeten aansturen, maar ik wilde ze veel zelf laten ontdekken. Door ze af en toe fouten te laten maken, leren ze ook wat werkt en wat niet werkt. Wanneer het echt niet lukte, hielp ik natuurlijk. 5.4 Praktische kant van GraffitiDe praktische kant van het graffiti spuiten, kwam vlak voordat we begonnen. Het is van belang dat de jongeren om weten te gaan met een spuitbus. Dat er verschillende dopjes of caps bestaan, die elk een andere dikte verf spuiten. Verschillende technieken van graffiti, bijvoorbeeld het faden en hoe je outlines moet zetten heb ik even gedemonstreerd.

Ook was het belangrijk dat is ze duidelijk maakte wat wel en wat niet de bedoeling is. Het was nodig om een beetje streng zijn, want het zou zo maar kunnen gebeuren dat ze misbruik maken van de situatie en gaan klieren, elkaar bespuiten of ergens spuiten waar het niet de bedoeling is.

Een van de jongeren heb ik een aantal keren moeten waarschuwen, toen hij bezig was met iets wat ik duidelijk had verteld dat niet mocht. Wanneer de ernst van de situatie bij hem binnen kwam en hij zich realiseerde dat als hij zo door ging, hij niet meer mee mocht doen, veranderde het gedrag.

Om ze rustig te laten beginnen, heb ik ze elk de verantwoording gegeven over een aanwijsbord, voor de zalen. Daarbij moesten ze dus ook hun geleerde kennis toepassen, door de kleur en vorm te laten passen bij de inhoud van de zaal. Dit ging bijzonder goed! Toen ze dit eenmaal hadden gedaan, waren ze al gewend aan de spuitbus en konden ze samen beginnen op het eindwerk.

Ik heb van de mogelijkheid gebruik gemaakt, om toenadering te zoeken tot een jongen in het bijzonder. Al bij veel vergaderingen is het duidelijk, dat deze jongen niet erg zijn best doet en eigenlijk alleen maar aan het vervelen en klieren was. Na de laatste algemene vergadering en voordat we de graffiti les zouden doen, hadden de andere stage begeleiders, samen met Bob en mezelf een evaluatie. Dit doen we meestal na de vergaderingen om even door te spreken, wat er goed ging en wat er niet goed ging. Net zoals bij de vorige vergaderingen viel het ons op dat deze specifieke jongen, weer niet goed mee deed. Er zou iets moeten veranderen aan zijn gedrag, anders zou het niet goed komen met zijn stage bij het jongerencentrum.

Het verbaasde me daarom ook, dat hij bij de graffiti les, wel aanwezig was. Aangezien hij niet in het groepje zit waar ik de leiding over had. Hij deed goed mee en naderhand heb ik van de mogelijkheid gebruik gemaakt om hem aan te spreken op zijn gedrag. Ik had het idee dat ik tot hem doordrong en dat hij de ernst van de zaak inzag. Ik maakte hem duidelijk dat hij hier voor zichzelf is en dat hij het project als een bijzondere en leuke uitdaging moest zien. Dit vond ik een mooi moment, waarna ik zelf ook erop gereflecteerd heb en vond dat ik dit goed had aangepakt. 5.5 De reflectieEen belangrijk onderdeel vond ik de reflectie. Samen met de scholieren kijken naar het werk en horen wat ze er goed aan vonden en wat ze er minder goed aan vonden. Ik merkte dat de scholieren erg trots waren op het geleverde werk. Er werden direct fotos gemaakt en op de groeps-watsapp gedeeld. Een paar kleinere puntjes van kritiek hadden ze zelf, maar over het algemeen waren ze zeer tevreden met het resultaat.

6. Evaluatie van het MAS-project

Mijn ervaring met het Maatschappelijke stagiaire project, in relatie met mijn vooropgestelde doelen is als volgt. Over het algemeen vond ik het een bijzonder mooi project om aan mee te werken. Ik vroeg me in het begin af, hoe ik het zou moeten aanpakken. Impressie van Lazy Lounge Voor mij is deze vorm van lesgeven en begeleiden, totaal vreemd. Ik had er zin in, maar was er ook een beetje huiverig voor. Wat ik heb geleerd in dit project is om echt samen te werken, niet bang te zijn om hulp te vragen van mijn collega stagiaires of de begeleiders. Initiatief tonen, en de scholieren te begeleiden. Organiseren, taken verdelen, plannen en vergaderen waren de kern begrippen in dit project. Normaal gesproken ben ik helemaal niet goed in het plannen van bepaalde dingen. Met dit project heb ik hier veel in geleerd. Het gevoel van verantwoordelijkheid was bij iedereen die meedeed aan het project aanwezig.

Als ik kijk naar de leerdoelen (bovenaan in dit verslag) die ik voor mezelf heb opgesteld, zie ik dat ik een aantal dingen goed heb volbracht, en sommige dingen ook beter had kunnen doen.

Ik wist van te voren dat het me wel zou lukken om een prettige, vertrouwde werksfeer te creren. Het duurde wel even voordat de scholieren zich helemaal op hun gemak voelde, maar toen het eenmaal zover was, ging het prima. Wat ik, en mijn begeleiding en mede stagiaires wel merkte was dat niet iedere scholier evenveel betrokkenheid voelde. Er waren scholieren die vanaf het begin af aan

enthousiast waren en verantwoordelijk met hun taak omgingen. Er waren ook scholieren bij wie dit moeilijk of helemaal niet op gang kwam.

We hebben het er tijdens het proces nog over gehad, hoe we dit konden verbeteren. Helaas mocht het niet bij iedereen baten en zijn er scholieren bij die hun stage uren in moeten halen.

Bronmateriaal hedendaagse graffiti kunst Overrated magazineHet beperken van mijn eigen functie naar een sturende rol, vond ik erg lastig. Vooral ook omdat mijn groepje verantwoordelijk was voor het Hiphop gedeelte en ik veel mensen ken die met deze muziek en kunstvorm bezig zijn. Uiteindelijk hebben we het goed opgelost en heb ik de taken verdeeld. Zorgen dat de artiesten gebeld werden en het regelen van de aankleding hebben we samen gedaan en dit verliep eigenlijk super. Flyeren en promoten op de scholen, waar iedere leerling eigenlijk super goed meehielp.

In de week voorafgaande aan het feest, werd er door de begeleiding een moeilijke beslissing gemaakt. Aangezien het erop leek dat er weinig mensen zouden komen, besloten ze het feest gratis toegangbaar te maken. Ook werd er besloten, dat de buitentent niet meer door zou gaan. Hierdoor zou er meer volk binnen zijn en je sneller een gezellige sfeer krijgen.

Het feest zelf verliep eigenlijk ook heel goed. Er waren onverwachts veel mensen. De aankleding was erg mooi en de maatschappelijke stagiaires genoten met volle teugen van datgene waar ze al zo lang naar toe aan het bouwen waren. Een hele mooie ervaring om vanaf het begin bij iets betrokken te zijn, er veel werk in te stoppen en dat het uiteindelijk zon succes word.

7. Stage Projectplan Graffiti Samen met mede stagiaires en jongeren (vrijwilligers of andere jongeren) het realiseren van een nieuw graffiti werk op meerdere plekken binnen het jongerencentrum. Samen met deze jongeren is het de bedoeling dat ik een aantal aangewezen plekken ga beschilderen. Om te beginnen met de opslag container. Hieraan vooraf gaan een aantal lessituaties waarin ik de jongeren uitleg geef over de theoretische aspecten van deze kunstvorm, maar ook over de praktische aspecten.7.1 Uitvoering

Zelf ben ik bezig geweest met het zoeken naar vrijwilligers en medestagiairs die interesse hebben in de kunstvorm en er graag iets mee zouden willen doen en erover leren. Mijn plan van aanpak was om het via flyers en posters aan te kaarten aan de jongeren die de vrije inloop bezoeken, om zo te kijken of er animo was voor het meehelpen. De flyers waren al klaar, maar na overleg met de stagebegeleiding, was het toch een beter idee om de mede stagiaires te vragen. Ook zodat het niet te druk wordt bij de uitvoering, want met te veel hulp, kan je ook tegen bepaalde dingen aanlopen. De stagiaires waren allemaal heel enthousiast en uiteindelijk hebben we een dag uitgekozen voor het theoretische deel, en een dag voor het praktische deel. Het maken van een ontwerp heb ik zelf voor mijn rekening genomen, maar ik heb samen met de groep samen gekeken naar het ontwerp en ze uitgelegd hoe het in elkaar steekt. Ook heb ik ze geleerd over de theoretische en de praktische kant van graffiti. Uiteindelijk hebben we bij de theoretische les, samen het ontwerp gemaakt voor een andere plek binnen het jongerencentrum. Die word later nog een keer vervaardigd. We hebben al meerdere gesprekken gehad over de realisatie van het doel en plannen gemaakt om dit te kunnen bereiken.

7.2 Leerdoelen

Persoonlijke leerdoelen in dit project zijn bijvoorbeeld; samenwerken en tot een goed eindresultaat komen, naar ieders wensen. Ook vind ik het belangrijk dat de jongeren er iets van op steken. Dat ze met het materiaal leren om te gaan, maar ook een bepaalde theoretische kennis eraan opdoen. Wellicht ze aansporen om zelf ook creatief bezig te gaan.

Aanspreken op de belevingswereld van de jongeren. Ze enthousiast maken voor het kunstvak en voor de graffiti discipline. Jongeren zijn al vaker geneigd om een vorm van enthousiasme te hebben voor graffiti, maar ik wil ze de theoretische punten ook leren.

De grenzen duidelijk maken en laten blijven tussen mijn rol als uitvoerend stagiair en in dit geval ook docent en een vriendschappelijke band hebben met de leerlingen. Dit punt is ook terug te vinden in mijn stage werkplan. Het blijft voor mij een punt om aan te werken en daarvoor is dit project en deze stage de uitgelezen mogelijkheid. 7.3 Eindresultaat

Aan het eind van dit project wil ik het volgende bereikt hebben; Ik wil dat ik samen met de jongeren tot een resultaat kom waar niet alleen ik tevreden over ben, maar de jongeren ook. De jongeren kunnen een kunstproduct met openheid en nieuwsgierigheid tegemoet treden of

ondergaan. Het doel zal zijn om de jongeren enthousiast te maken voor het vak en het gevoel te geven dat ze iets bijdragen aan het geheel van het jongerencentrum De Poort. Ook zou ik graag bereiken, dat ze iets leren over kunst. Ik zal dan ook (net als bij de maatschappelijke stagiaires) tijdens de les, meerdere bronnen gebruiken. Niet alleen van de graffiti wereld, maar ook van de kunstwereld. Om ze inzicht te geven in kunst, waarom kunstenaars doen wat ze doen, wat kleur en vorm kan betekenen voor een werk. Hoe je om moet gaan met verschillende oppervlaktes en groottes van het werk etc. In dit geval gaat er ook wat meer tijd in zitten, om de jongeren te laten zien hoe je om moet gaan met verschillende materialen. Aangezien het geen perfect blanco canvas is, maar een oppervlak bestaande uit veel relif. Dit is extra moeilijk om te spuiten.

De reflectieve kant van het project is ook belangrijk. Dat de jongeren zelf stilstaan bij wat ze hebben gemaakt en kunnen praten met elkaar over wat ze goed vonden gaan en wat ze goed vinden aan het werk, maar ook wat minder ging. Onderling moeten de jongeren ook goed hebben samen gewerkt.

8. De lessen voor het graffiti projectVoor de lessenserie van mijn eigen graffiti project. Heb ik een soortgelijke manier toegepast, als voor de maatschappelijke stagiaires. Als introductie heb ik met behulp van diverse bronnen uitgelegd hoe graffiti is ontstaan en wat de verschillende vormen zijn. Als opwarmer besloot ik de groep te laten nadenken over hun eigen tag of handtekening. Om ze te laten experimenteren met de verschillende technieken en vormen van de graffiti kunst. Dus na het bedenken van hun tag, het laten maken van een trow-up en daarna een piece. Voor de container had ik eerder al een ontwerp gemaakt, deze hebben we besproken en overlegd over het kleurgebruik. Op beeldend vlak probeerde ik ze veel te leren in relatie tot de kunstwereld. Wederom gebruikte ik bronnen en voorbeelden van de graffiti wereld, maar ook van de kunstwereld. We keken samen naar werk van beeldend Graffiti project Container kunstenaars en er ontstonden interessante discussies. Over complementaire kleuren wisten ze me veel te vertellen. Dit hebben we proberen toe te passen op het eindwerk. Ook hebben we gekeken naar de binnenkant van het jongerencentrum, aangezien we het een beetje in dezelfde stijl wilden houden. Daar zijn verschillende grijstinten op een expressieve manier met druipers en vegen aangebracht. Het leek me een mooie manier om de jongeren enthousiast te krijgen en meteen een link met de kunstwereld te leggen. Op de Jackson Pollock manier van action painting hebben we eerst de achtergrond gemaakt. Daarna zijn we overgegaan op het werk zelf. Daarmee leerden ze meteen een ander belangrijk onderdeel van de graffiti kunst. Het beginnen bij de achtergrond en steeds verder naar voren werken. Hierdoor krijg je een sterker gevoel van diepte. Samen met de 3d en de highlight springt het werk er direct uit. Een andere kunstenaar van wie ik bronnen heb gebruikt is de Nederlandse Delta een virtuoos op het gebied van 3dmensionaal werk en diepte op het platte vlak. Voor de rokersruimte hebben we samen gebrainstormd en zijn we tot een ontwerp gekomen. Door na te denken over inhoud en de gedachten erachter. Zo was het belangrijk om het roken niet te aantrekkelijk te maken. Ook vorm en compositie speelde een rol. Zo werden ze gevraagd om na te denken over de vorm van de objecten en hoe je dit in relatie kan brengen tot je werk. Deze groep kwam wel wat langzamer op gang. Ze hadden meer stimulans vanuit mijn kant nodig. Wanneer ze elkaar afleidde, moest ik ze weer even aan het werk zetten. De een was geconcentreerder bezig dan de ander, wat zorgde voor onrust. Waar ik vooral rekening mee moest houden, waren de verschillen tussen deze groep, en de groep maatschappelijke stagiaires. Bij deze les, kreeg ik de leiding over een groep stagiaires waar ik al een langere tijd mee samenwerk. Dit maakt het extra lastig. Met deze jongeren heb ik namelijk gedurende mijn stage periode een vriendschappelijke band opgebouwd, wat de lessituatie nog een stuk moeilijker maakt. Juist omdat het een van mijn leerdoelen is, om duidelijk de grenzen aan te geven en consequent te zijn met wat wel en niet mag.

Het was een goede uitdaging om aan deze groep les te geven, omdat ik toch een bepaalde vorm van respect moest afdwingen. Hier heb ik veel van geleerd. Na het schetsen gingen we met de groep naar buiten voor een praktische les. De basis kwam als eerst aan bod. Hoe om te gaan met een spuitbus en met het object. Bronmateriaal Banksy, Wall and Piece Daarna kregen ze de mogelijkheid om zelf te oefenen. Tijdens het maakproces, merkte ik dat er nog een zekere onzekerheid heerste. De jongeren waren niet helemaal zeker van wat wel en niet goed was, en vroegen daarom vaak om hulp. Ik heb ze zoveel mogelijk gestimuleerd om zelf tot oplossingen te komen. Door vaak een stapje achteruit te doen, even goed te kijken naar het werk en te overleggen kwamen we er samen uit. Het was voor mij belangrijk dat de jongeren leerde samenwerken en door te kijken, te doen, en te reflecteren, tot een beeld te komen. Geheel in de trant van de leerstijl van Kolb.

In allebei de lessituaties ging het om een gezamenlijk eindproduct. Aan de ene kant is dit wel goed, zodat de jongeren leren samenwerken. Aan de andere kant laat dit weinig ruimte over voor individuele begeleiding en ontwikkeling. Wat ook jammer was is dat we maar een paar uur hadden voor de theoretische les en een paar uur voor de praktische les. Dit is wel iets wat ik meeneem naar de volgende stage en iets waar ik in kan verbeteren. Meer tijd vrijmaken en inplannen kan zorgen voor een lessituatie met veel meer diepgang en overdracht.

8.1 De reflectieOver het algemeen vond ik deze lessen goed gaan. Het was niet zo goed en zeker een leerpunt, dat ik de tijd slecht had ingepland. Ik kwam tijd tekort, waardoor er inhoudelijk minder overdracht heeft kunnen plaatsvinden. Tijdens de theoretische les heb ik me niet gehouden aan een tijdschema. Hierdoor heeft de les denk ik een informele en onrustige sfeer gekregen. Ik was wel blij met het enthousiasme van de leerlingen. Hiernaast vind ik dat ik voldoende bronnen heb gebruikt. De link met de kunstwereld vind ik lastig om te leggen, wanneer het de techniek graffiti betreft. Het zijn toch zulke verschillende disciplines in de kunst en dit is zeker iets waar ik verder over na moet denken. Hoe de link nog beter te leggen. Wanneer we spreken over compositie, kleuren, vormen etc. vind ik het vaak lastig om concreet te vertellen waarom de keuzes zijn gemaakt zoals ze zijn. In de beeld en vormtaal, is het voor mij vrij abstract wanneer iets er goed of niet goed uitziet. Ik probeerde door middel van gesprekken, vragen en reflectie de jongeren zelf tot antwoorden te laten komen. 9. Conclusie

In mijn stage op het jongerencentrum de Poort heb ik het ontzettend naar mijn zin gehad. Ik vond het een hele leuke stage plek waar ik elke keer met veel plezier naar toe ging. De sfeer was goed, de stage begeleiding was goed, en ik kijk met een tevreden gevoel terug op meer als twee maanden stage. Ik heb ook het idee dat ik veel heb geleerd. Over de omgang met jongeren, met de begeleiding en ook over het lesgeven en begeleiden van een andere doelgroep als dat ik gewend ben. Wat ging er goed?

Een van de dingen die ik op deze stage goed vond gaan, was het contact met de jongeren. Ik stel mezelf open en probeer vanaf het eerste moment een vertrouwde sfeer te creren. Wanneer dit eenmaal gelukt is, krijg je ook veel sneller toenadering tot de jongeren. In gesprekken die ik had met de stage begeleiding, kwam ik erachter dat ik vaker bewust moet zijn van de dingen die ik doe op sociaal vlak. Ik hoef niet zo zeer bewust te handelen op het moment zelf (in sommige gevallen ook wel) maar eerder nadat ik een gesprek heb gehad met een jongeren, bij mezelf nagaan waarom ik deed wat ik deed. Ik heb het idee dat ik bewuster ben gaan reflecteren over mijn handelen. Zo heb ik bijvoorbeeld ook geleerd bewuster te kijken en te leren van de manier waarop de jongerenwerkers omgaan met situaties met jongeren. Dat verschilt van de kleinste dingen, zoals het wegleggen van telefoons bij het eten.. tot de grotere dingen, relevante gesprekken voeren en advies geven. Ik ben er tijdens deze stage achtergekomen, dat deze situaties belangrijk zijn. Voor mij als docent, in de omgang met allerlei soorten jongeren. Langzaam maar zeker ben ik me bewust geworden van de rol die een jongerencentrum inneemt, en de rol die ik daar zelf ik kon spelen.

Ook heb ik mezelf verdiept in de psychologische achtergronden van jongeren. Dit verklaart vaak het gedrag wat er word getoond. Dit heeft mijn gevoel, dat iedereen uniek is, extra versterkt. Het is goed om te weten waar bepaald gedrag door kan komen. Niet dat dit per definitie zo hoeft te zijn, maar het is goed om ook hiervan op de hoogte te zijn. Zo heb ik bijvoorbeeld geleerd uit ervaring met de bezoekers van de inloop en de link gelegd met theorie uit het boek De kleine ontwikkelingspsychologie

Er is een wij-gevoel tegenover de anderen, maar tegelijkertijd ook vaak een subtiele hierarchie met een informele leider aan de ene kant, en een jongen of meisje die er een beetje bij hangt aan de andere kant en de overigen daartusseninDit verklaart in sommige gevallen, het gedrag van veel jongeren. Het zoeken naar waardering en het gevoel hebben zich te moeten bewijzen. Dit is vooral zichtbaar bij de groepen jongeren die de inloop bezoeken, en hoe daar mee om te gaan is iets wat ik goed heb geobserveerd. Ik ben erachter gekomen dat deze stage plek voor mij een ideale keuze is geweest. Op het beeldende vlak heb ik mezelf niet heel goed kunnen ontwikkelen, maar op didactisch, sociaal en pedagogisch vlak ben ik enorm gegroeid. Vanaf het begin wist ik dit eigenlijk al. Een jongerencentrum legt de nadruk niet zozeer op beeldende lessen geven, maar meer op het algemene contact met de jongeren. Ik vind dit eigenlijk alleen maar goed bij mijn leerdoelen passen, omdat ik me later net zo veel bezig wil houden met de jongeren en wellicht bijkomende problematiek, als met het beeldende aspect.

Wat ging er niet zo goed? Wat er niet zo goed ging sluit eigenlijk aan bij het eerder genoemde. Ik vond het aan de ene kant heel prettig om zo sociaal bezig te zijn en hierover te leren. Ik heb echter wel het gevoel, dat ik mijn beeldende capaciteiten nog verder had kunnen ontwikkelen en kunnen overdragen. Nu is het wel zo dat ik op het gebied van leerlingen begeleiden in een project wel enorm veel heb geleerd, maar mijn vaardigheden voor lesgeven zijn hier een beetje op de achtergrond geraakt.Ik vond het in het begin van de stage lastig om initiatief te nemen en vragen te stellen. Ik denk dat dit komt, doordat ik zelf ook nog moest wennen aan de stage plek, de mensen etc. Toen dit eenmaal gebeurt was, merkte ik ook dat het sociale aspect van het jongerencentrum, voor mij zwaarder woog als het didactische aspect. Ik vond het fantastisch om veel te leren over het omgaan met jongeren en een actief deel zijn van het team, dat ik misschien eerder had moeten beginnen met het opzetten en uitvoeren van lessituaties. Hierover heb ik me nog wel eens druk gemaakt, maar na verschillende evaluatie momenten, ben ik er ook achter gekomen dat dit niet het belangrijkste is.

Van de omgang en de sociale aspecten van een jongerencentrum, valt ook heel veel te leren. Veel manieren van omgaan met jongeren, duidelijk en consequent zijn, kan ik meenemen in mijn verdere toekomst als leraar.

Als ik kijk naar mijn vooraf opgestelde leerdoelen, zie ik dat dit iets is wat goed aansluit. Zo had ik als leerdoel: De scheiding duidelijk maken tussen; een vriendschappelijke vertrouwensband en die leuke leraar zijn en streng, duidelijk en consequent zijn. In een jongerencentrum is dit denk ik een van de belangrijkste dingen. Omdat de omgang met de jongeren toch vrij informeel is, kan er sneller gebruik van worden gemaakt. Ik heb geleerd hoe de jongerenwerkers hier mee om gaan.

Het heeft even geduurd voordat ik me echt bewuster ging gedragen op de stage. Eigenlijk kwam dit pas na een van de eerste gesprekken met Bob en Dorianne. Zo werden er vragen gesteld als; Denk je wel eens bij jezelf, waarom je zo hebt gehandeld? Na dit gesprek ben ik me echt veel bewuster geworden van alles om me heen. Ik ben echt gaan observeren en nadenken over mezelf en mijn collegas. Wat ik goed vind, wat ik minder goed vind. Samen met praten met collega stagiaires en begeleiding, kwam ik tot inzicht. Het heeft misschien wat langer geduurd, maar uiteindelijk merk ik dat er echt stappen zijn geweest in mijn ontwikkeling.

Bronmateriaal Boris Tellegen Delta over de werking van 3d

Jackson Pollock Action Painting

Graffiti project container Action Painting

Bronmateriaal over complementaire kleuren, vorm en compositieCompetentie (doelen)Het vermogen tot reflectie en ontwikkeling;

Het vermogen om terug te kijken op mijn eigen manier van lesgeven en mijn eigen fouten erkennen er kritisch blijven.

Lessen beter voorbereiden en me houden aan een structuur binnen de lessen. je stelt prioriteiten en verdeelt beschikbare tijd efficint voor jezelf

je bent in staat tot het schrijven van een studieplan [persoonlijk ontwikkelingsplan] op basis van je beroepsperspectief en studievoorkeuren;

je ontwikkelt 'beschouwingsvermogen' dat o.a. blijkt uit het kunnen onderhouden van een beeldend proces in inhoudelijke en materile zin.

Je bent in staat om je opvattingen over beroep te verwoorden, en planmatig aan de gewenste beroepsmatige ontwikkeling te werken.

Je hebt een goed beeld van je sterke en zwakke kanten, en je hebt een persoonlijke methode om aan je ontwikkeling te werken

Een goede samenwerking met mijn stage begeleiding, waar ik vragen kan stellen en feedback kan krijgen op mijn lesgeven. Aangezien dit een beetje ontbrak in mijn laatste stage.

Een duidelijke planning maken van de lessen, goed voorbereiden en zelf een structuur bedenken.

Ik schrijf een uitgebreid studieplan, een ontwikkelingsplan die ik gedurende mijn stage kan aanvullen met ervaringen.

Samen met de leerlingen praten over hun eigen werk en hoe ze dit kunnen verbeteren.

Mijn sterke en zwakke kanten zelf inzien, mede dankzij overleg met mijn stage begeleiding.

Pedagogisch component;

Een duidelijke scheiding aanhouden tussen leraar zijn en een leuk iemand zijn. Zeker in een jongerencentrum is het lastig om dit goed te behouden. Maar het is wel heel belangrijk

Je geeft ruimte aan de inbreng van leerlingen, en houdt rekening met de verschillen tussen leerlingen bij het samenstellen

van je opdrachten;

je herkent en benoemt ontwikkelings- en gedragsproblemen bij leerlingenDuidelijk en consequent zijn met de leerlingen. Ik heb meerdere groepen waar ik meerdere projecten mee ga doen, de een zal wat makkelijker gaan als de andere, maar deze diversiteit is juist wel interessant en goed voor me.

Voor iedere groep is er een andere opdracht en een ander project waar ze aan werken.

De gedrags-en ontwikkelingsproblematiek zal bij deze stage wel meer aanwezig zijn, aangezien ik werk met hele diverse jongeren van verschillende komaf. Dit zal ik ook bij houden in mijn stage verslagen en portfolio. De ervaringen en wat ik ervan heb geleerd.

je ontwerpt lessen en lessenseries, en zorgt voor variatie en een heldere opbouw;

je neemt de belevings- en ervaringswereld als uitgangspunten van je lessen beeldende vorming; - je bevordert de zelfstandigheid van leerlingen

je constateert en analyseert leerproblemen; - je zorgt voor een betrouwbare evaluatie van leerproces en leerresultaatIk ga voor deze stage mijn lessen uitschrijven en er een bepaalde structuur in aanbrengen. Goede voorbereiding en voor mezelf duidelijk de tijd verdelen. Zo bijvoorbeeld ook tijd inplannen voor het samen schoonmaken of opruimen van de werkruimte.

Ik deed dit altijd eigenlijk al, want ik wil ook dat de leerlingen plezier hebben in de les. Vandaar dat ik zoveel mogelijk in hun belevingswereld blijf en zelfstandigheid bevorder.

Mijn lesvoorbereiding en resultaat, notities van tijdens de lessen

Didactisch vermogen;

Je toont betrokkenheid en enthousiasme op de ABV en in je stageschool;

Je communiceert doelgericht voor een groep, verbaal en non-verbaal

Je corrigeert ongewenst gedrag en waardeert gewenst gedrag;Op deze stage plek is het niet moeilijk om enthousiasme te tonen, omdat er een hele goede sfeer hangt en ik graag hier ben.

Ik ga proberen om iets formeler te praten en een beetje te letten op mijn taalgebruik. Ik heb weleens de neiging om heel informeel te praten.

Het corrigeren van ongewenst gedrag is iets waar ik zeker aan ga werken. In deze stage plek is het heel belangrijk dat je geen maatje word van de jongeren, maar echt een begeleider.

Inter-persoonlijk vermogen;

Je levert een constructieve bijdrage aan een samenwerkingsproject en neemt daarbij verantwoordelijkheid voor een taak

Goed plannen, en een sturende, minder uitvoerende rol aan nemen. Tijd goed indelen en verantwoordelijkheid nemen maar vooral ook geven. Jongeren zijn oud en wijs genoeg om dit aan te kunnen.

Kritiek kan ik goed verwerken en ernaar handelen, ik zal er zelf vragen over stellen, over hoe ik het dan beter kan oplossen.

Masterparty fotos

Fotos graffiti project

Didactische en Pedagogische bronnen:

-Auteur; Bles, J., Maas, A., Ursem van, K. 'Het bevorderen van de maatschappelijke betrokkenheid onder jongeren: deliteratuur aangevuld met de zienswijze van De Slinger Jongeren'(2011). Jeugdstudies, Universiteit Utrecht.-Auteur; Dr. Judith Metz 'Ambulant Jongerenwerk' (2011) Hogenschool van Utrecht-Auteur; Rita Kohnstamm Kleine ontwikkelingspsychologie 3 (2012) Uitgeverij: Bohn Stafleu van Loghum

-Auteur; J. Plasman, W. Schlaman Leerlingenbegeleiding (2013)

-Auteur; T. van der Veen, J. van der Wal Van leertheorie tot onderwijspraktijk (2012) NoorhoffKunsttheoretische bronnen:

-Auteur; Banksy 'Banksy, Wall and Piece' (2009) Uitgeverij: Lebowski

-Auteur; Tod Lange 'New York Subway Graffiti (2009) Uitgeverij:Schiffer Publishing, Ltd

-Auteur;Henry Chalfant and James Prijoff 'Spray Can Art' (1987)

-Overrated Magazine (2013)

-The Exchange (2011) Uitgeverij: On the run series

- Berlin Overkill Street edition (2008) Uitgeverij: Pinguindruck-Auteur; S. Little Kunst begrijpen (2012) Librero

- Meerdere kunstbronnen, afbeeldingen, etc. Metz J. Ambulant Jongerenwerk (2011)

Kohnstamm R. Kleine ontwikkelingspsychologie 2 (2009)

Tag; Graffiti term, die staat voor een snelle handtekening, veelal een alias van de schrijver.

Piece; Graffiti term, die staat voor een uitgebreide, complexe vorm van je alias schrijven, meerdere kleuren, 3-d en background maken de piece. Style is een belangrijk aspect van de piece.

Banksy Wall and Piece (2009)

Chalfant H, Prijoff J. Spray Can Art (1987)

Little S. Kunst begrijpen (2012)

Faden; Graffiti term, het laten overlopen van kleuren in elkaar. Dit doe je door de bus schuin langs het oppervlak te houden zodat de verf in mindere mate nevelt op het werk.

Outline; Graffiti term, de rand om je piece heen. Zorgt voor extra duidelijkheid etc.

3-d; Graffiti term, het 3-d effect is de zware rand onder een letter, die het werk een soort diepte geeft.

Highlight; Graffiti term, de highlights zijn de meestal witte lijnen die de letters glans geven en zorgen voor de extra driedimensionale werking van de piece.

PAGE 21