INHOUD3
4
5
6
13
19
Inleiding
Verantwoording onderzoek
Facts & Figures
De online ontwikkelingen in de zorg
Deze zorggroepen hebben hart voor social media
Overzicht onderzochte zorggroepen
ONDERZOEK - SOCIAL MEDIA IN DE ZORG
Kwantitatief onderzoek naar het social media gebruik door zorggroepen 2017/2018.2
INLEIDING1 op de 5 Nederlanders vindt dat elke zorginstelling aanwezig
moet zijn op social media.
Dat blijkt uit onderzoek van LVB Networks, uitgevoerd door
onderzoeksbureau Multiscope. Ruim duizend ondervraagde
Nederlanders gaven aan vooral behoefte te hebben aan tips,
informatie over de instelling, zorg of ziekte en ervaringen. Een inzicht
dat kenmerkend is voor een tijdperk waarin we tegenwoordig allemaal
online zijn. Ook als het op zorggroepen en- instellingen aankomt,
worden social media veelvuldig gebruikt. We zoeken informatie op,
lezen ervaringen van anderen en proberen al een eerste ‘gevoel’ te
krijgen bij een zorggroep. Maar wat doen zorggroepen om ervoor
te zorgen dat ze ook online worden gevonden? Dat ze hun positieve
offline imago ook online uitstralen?
We onderzochten 93 zorggroepen in Nederland op basis van hun
social media inspanningen. Berichten aan én over zorggroepen met
het bijbehorende sentiment zeggen iets over hoe ze op social media
gewaardeerd worden. De uitkomsten van dit onderzoek kunnen
daarom waardevolle input zijn voor zorggroepen om social media
prestaties te optimaliseren en hun online imago te verbeteren.
3
VERANTWOORDINGONDERZOEKCoosto kijkt naar de huidige stand van zorggroepen op social media om
op die manier online ontwikkelingen in de zorgsector te onderbouwen
met social data. Hoe gebruiken zorggroepen social media anno 2018?
Welke zorggroepen springen eruit en welke laten nog kansen liggen? Wat
kunnen communicatieprofessionals in de zorg leren van de opgedane
inzichten? Dit onderzoek geeft antwoord op die vragen.
Opbouw van het onderzoek
Dit onderzoek richt zich op 93 zorggroepen en- instellingen in de
periode van 1 april 2017 t/m 1 april 2018. In dit onderzoek maken we
uitsluitend gebruik van openbaar geplaatste berichten die (indirect)
over deze zorggroepen gaan. Er zijn alleen zorggroepen meegenomen
die ten minste één social media account in Nederland hebben: volledig
internationale accounts zijn buiten beschouwing gelaten. Besloten
webcare, zoals berichten via Facebook Messenger of privéberichten op
Twitter, is buiten beschouwing gelaten.
Alle zorggroepen die zijn opgenomen in dit onderzoek opereren in een
specifieke context, met o.a. eigen strategieën en marktontwikkelingen.
De reputatievergelijkingen in dit onderzoek zijn enkel gedaan op basis
van merknaam binnen de bij Coosto bekende publieke data en dienen
daarom puur ter indicatie. Aan de uitkomsten kunnen geen vergaande
conclusies worden verbonden.
4
FACTS & FIGURES
Er werden in totaal 187.795 berichten
(inclusief gerelateerde reacties) gestuurd
aan de onderzochte zorggroepen.
De zorggroepen hebben samen 234.103
Facebook-likes en Twittervolgers.
12,9% van het totaal aantal berichten
zijn berichten waarin zorggroepen
niet expliciet genoemd worden, maar
wel onderwerp van het gesprek zijn.
De zorggroepen plaatsten zélf in totaal
24.413 berichten berichten op social
media. Dat zijn gemiddeld 265 social
posts per instelling per jaar.
Gemiddeld is 27,3% van de berichten
over/aan zorggroepen positief.
Gemiddeld is 4,7% van de berichten
over/aan zorggroepen negatief.
187.795
12,9%
27,3% 4,7%
24.413
234.103
berichten
gerelateerde reacties
berichten
Facebook-likes en Twittervolgers
5
DE ONLINE ONTWIKKELINGEN IN DE ZORGVan de 93 onderzochte zorggroepen hebben er 88 een Facebookpagina en 80 een Twitteraccount. Het is
dus overbodig om te benoemen dat de zorg haar weg naar social media al een tijd geleden heeft gevonden.
Als we dieper duiken in de social media activiteit van de zorggroepen, kunnen we echter concluderen dat er
slechts een voorzichtig begin is gemaakt. Lang niet alle onderzochte zorggroepen maken optimaal gebruik
van de mogelijkheden van social media.
Wat direct opvalt: de onderzochte social media accounts worden vooral gebruikt om informatie te
zenden. Facebook lijkt bij uitstek het platform te zijn om vacatures onder de aandacht te brengen
en interne magazines en nieuwsbrieven te delen. Er vindt vrij weinig interactie plaats met de fans
en volgers van de zorggroepen. En dat is niet gek: de content mist nog te vaak relevantie. Zonde:
social media kunnen namelijk een mooie manier zijn om je doelgroep kennis te laten maken met je
organisatie, als je met je posts tenminste aansluit bij de beleving van die doelgroep. Daarnaast bieden
ze de mogelijkheid om in contact te treden met je doelgroep: een uitgelezen manier om te leren van
vragen, interesses en behoeftes.
OPVALLEND: SOCIAL MEDIA WORDEN NOG VOORAL
GEBRUIKT OM TE ZENDEN
6
De meeste zorggroepen hebben een heldere visie geformuleerd, een geloof dat hen stuurt in al
hun doen en laten. Stichting Land van Horne - een van de onderzochte zorggroepen - beschrijft
bijvoorbeeld op haar website:
Treant Zorggroep maakt ook haar beleid expliciet, waarmee ze zich wil positioneren in de sector:
© C
opyr
ight
afb
eeld
ing
ww
w.tr
eant
.nl
DE GROOTSTE UITDAGING: DE VERTALING VAN OFFLINE
NAAR ONLINE
‘’ Wij vinden dat ieder mens zichzelf mag zijn, en
zichzelf moet kunnen blijven. Ook als hij of zij door
omstandigheden op de hulp van anderen is toegewezen.’’
‘’Kern van de strategische koers van Treant Zorggroep is
‘samen en verbinden’. (...) Onze kernwaarden zijn duidelijk,
ondernemend en betrokken.’’
7
Zo’n boodschap moet natuurlijk ‘offline’ merkbaar zijn: op de werkvloer in de zorgcentra,
ziekenhuizen of woongroepen zelf. Daar zal de grootste uitdaging niet liggen. Juist de vertaling
van de offline beleving naar social media lijkt te ontbreken bij veel zorggroepen. Al die
kernwaarden, visies en missies die op papier staan en in de praktijk worden gebracht, komen
(nog) niet tot uiting op social media. De grootste uitdaging voor deze sector is daarom ook
om op social media uit te stralen wat er in verzorgingshuizen en instellingen dagelijks wordt
uitgedragen.
LESSEN VOOR DE COMMUNICATIEPROFESSIONALHet is belangrijk om online een beeld neer te zetten dat overeenkomt met de positionering
die je offline hebt gekozen. Op die manier is je boodschap overal merkbaar, wat leidt tot een
sterke reputatie. Om de communicatieprofessionals in de zorg op weg te helpen, zetten we 3
belangrijke handvatten op een rij.
1. Succes begint altijd met een strategie
‘We moeten iets met Facebook!’. Je hebt zulke kreten vast al vaker gehoord in jouw vakgebied.
Toch is denken in social media kanalen de omgekeerde wereld. Het is juist de kunst om social
media in te zetten met een doordachte strategie, om te voorkomen dat je met losse flodders
schiet. Besteed daarom aandacht aan een social media strategie, waarbij je onder andere
stilstaat bij je publiek. Wie wil je online bereiken? Een simpele, maar belangrijke vraag.
Neem het voorbeeld van de ouderenzorg. Wil je op social media de ouderen zelf bereiken? Of
toch de familie van ouderen die hulpbehoevend zijn? Een groot verschil in de content die je
uiteindelijk gaat maken en de kanalen die je kiest. Vraag jezelf niet alleen af wie je doelgroep is,
maar ook wat hen bezighoudt. Welke vragen stelt de doelgroep zichzelf als het aankomt op de
zorg? Wat verwachten ze van jou als organisatie? Wat is voor hen belangrijk? En net zo belangrijk:
hoe kun jij in die behoeften voorzien?
8
Daarnaast is het belangrijk om jouw unieke merkverhaal in kaart te brengen. Dit is het
moment waarop je jouw specialisme en visie combineert met de passies en pijnpunten van je
doelgroep. Het resultaat is een positionering die 1) naadloos aansluit op jouw doelgroep en 2)
onderscheidend is ten opzichte van concurrenten.
Het lijkt misschien veel werk om een social media strategie op poten te zetten, al helemaal
als social media slechts een onderdeel zijn van je werkzaamheden. Toch is het de tijd en
energie waard, omdat het een rode draad creëert in je werkzaamheden. Het is namelijk veel
gemakkelijker om keuzes te maken als je ‘iets’ hebt op die keuzes op te baseren. En dat ‘iets’ is in
het geval van social media een doordachte strategie.
2. Vertel verhalen die raken
In de zorgsector ben je dagelijks bezig met het welzijn van patiënten en cliënten. Welzijn
waarmee je impact maakt. In de ouderenzorg is dat bijvoorbeeld een mooie activiteit voor
dementerende ouderen, in een ziekenhuis kan dat een innovatie zijn die een behandeling naar
een hoger niveau tilt.
Zorggroep Manna plaatste onlangs een social media bericht waarin ze liet zien op welke manier
ze welzijn biedt aan de ouderen die er woonachtig zijn. Een sympathieke en tactische manier om
social media in te zetten. Op deze manier laat je jouw doelgroep namelijk kennismaken met de
zorg en welzijn die je als zorggroep te bieden hebt.
9
Aan de andere kant hoef je social media niet alleen voor dit soort korte verslagleggingen te
gebruiken. Integendeel. Door je te focussen op het vertellen van verhalen op social, bouw je aan
een duurzame en échte relatie met je doelgroep.
Neem het voorbeeld van het Rijnstate ziekenhuis. Op Facebook vertelt ze het verhaal van Wilma,
die knuffels verzamelt en schenkt aan het ziekenhuis. Een relatief klein verhaal dat niet direct iets
te maken heeft met behandelingen of specialisaties, maar waarmee wel een grote emotionele en
persoonlijke impact wordt gemaakt. Niet zo gek dat het bericht kon rekenen op honderden likes
en reacties.
Het vertellen van echte verhalen is dus succesvol, maar ook dat moet gebeuren met een
achterliggende gedachte. Want welke verhalen ga je wel vertellen, en welke bewust niet? Om
die reden zijn contentthema’s cruciaal. Dit zijn overkoepelende thema’s rondom jouw uniek
merkverhaal. Belangrijk daarbij is dat je de sweet spot raakt tussen dat wat jij kunt vertellen als
organisatie en dat wat je publiek wil horen.
10
Deze thema’s vertalen zich vervolgens weer naar concrete contentformats: de manier waarop
je de verhalen gaat vertellen. Contentformats zorgen ervoor dat je niet met losse flodders
schiet, maar een rode draad hanteert en daardoor bouwt aan een relatie met je publiek. Zo kan
‘Bijzondere verhalen vanuit de O.K.’ een format zijn voor een ziekenhuis, en ‘Een dag uit het leven
van een mantelzorger’ een format voor een zorgcentrum.
Een zorginstelling die dit principe al lijkt te hanteren, is zorginstelling Laurens. Op haar website
staat een onderdeel genaamd ‘De levensverhalen van medewerkers en klanten’. In dit format
doen de mensen achter Laurens hun verhaal, maar ook de mensen die zorg mogen ontvangen
van Laurens.
3. Zorg voor interactie
Social media worden door zorggroepen nog veel gebruikt om te zenden, terwijl deze media bij
uitstek een manier zijn om in contact te komen met je doelgroep. Andersom zoekt de doelgroep
dat contact namelijk ook op, door bijvoorbeeld recensies achter te laten op Facebook of door
te reageren op jouw social media berichten. Dergelijke informatie is van waardevolle input om
je dienstverlening te verbeteren, en zorgt ervoor dat je jouw doelgroep beter leert kennen. Dat
laatste helpt weer om in de toekomst nog relevantere informatie aan te bieden.
11
Daarnaast komt er een stukje webcare om de
hoek kijken. Je wilt namelijk zowel offline als
online de beste dienstverlening bieden. Zorg
er daarom voor dat jouw doelgroep - maar
zeker ook bestaande cliënten of patiënten -
online contact met je kan opnemen. Zo maakt
ziekenhuis ZorgSaam bijvoorbeeld gebruik
van de chatfunctie op Facebook. Patiënten
kunnen op die manier vragen stellen online,
en mogen binnen een uur antwoord
Hoewel de zorgsector een aantal voorlopers kent op het gebied van social media, zijn er nog veel
zorggroepen en- instellingen die er nog niet optimaal gebruik van maken. De grootste winst valt
te behalen zodra er wordt gestart met een social media strategie. Breng contentthema’s in kaart
op basis van jouw unieke merkverhaal en de passies en pijnpunten van je doelgroep, en rol deze
uit in contentformats. Het zorgt voor een rode draad op jouw social media kanalen, waarin je
visie als zorggroep tot uiting komt. Op die manier zijn social media een verlengstuk van je offline
beloftes.
12
DEZE ZORGGROEPEN HEBBEN HART VOOR SOCIAL MEDIA
TOP 5 BESTE ONLINE REPUTATIE
Alle zorggroepen die zijn opgenomen in dit onderzoek opereren in een specifieke context. De reputatievergelijkingen in dit onderzoek zijn enkel gedaan op basis van ‘merknaam’ binnen de bij Coosto bekende publieke data en dienen daarom puur ter indicatie.Aan de uitkomsten kunnen geen vergaande conclusies worden verbonden.
De online reputatie geeft inzicht in hoe men praat over zorggroepen op social media. Dit noemen we ook
wel de reputatiescore. Het percentage is tot stand gekomen door het percentage negatieve berichten in
mindering te brengen op het percentage positieve berichten. Door zicht te houden op je online reputatie,
weet je of je social media inspanningen effect hebben gehad. Hoe hoger het percentage, hoe beter.
13
TOP 5 MEEST BESPROKEN ZORGGROEPEN
In deze top 5 zijn alle Twitter en- Facebookberichten aan/over zorggroepen opgeteld, inclusief reacties en
gerelateerde reacties. Het totaal aantal berichten laat zien in welke mate een zorggroep op social media (in)
direct wordt benoemd. Direct houdt in dat de zorggroep rechtstreeks wordt genoemd of aangesproken,
indirect zijn reacties of discussies op een post over de zorggroep. De zorggroep hoeft dan niet specifiek
benoemd te zijn.
14
TOP 5 POSITIEFST BESPROKEN ZORGGROEPEN
De top 5 positiefst besproken zorggroepen laat zien hoeveel positieve berichten er zijn
geplaatst over/aan de desbetreffende organisatie. Er is hierbij uitsluitend gekeken naar het aantal
positieve berichten in verhouding tot het totaal aantal berichten en gerelateerde reacties.
Het is belangrijk niet alleen zicht te hebben op berichten waar jouw organisatie expliciet in vermeld
wordt, maar juist ook de reacties óp dat bericht. Ook daar staat namelijk waardevolle informatie
in. Door een complete discussie of gesprek in kaart te brengen, wordt het monitoren van
de algemene tendens veel nauwkeuriger. Om die reden hebben we gerelateerde reacties
meegenomen in de statistieken.
15
TOP 5 MEEST ACTIEVE ZORGGROEPEN
De top 5 meest actieve zorggroepen laat zien hoeveel berichten de zorggroepen zélf hebben geplaatst in
de periode van 1 april 2017 – 1 april 2018. Hierbij is uitsluitend gekeken naar de activiteit op Facebook en
Twitter.
16
TOP 10 MEESTE VOLGERS OP FACEBOOK EN TWITTER
De top 10 meeste volgers op Facebook en Twitter geeft een belangrijk inzicht. De drie organisaties die hier
bovenaan staan, zien we namelijk niet terug in de top 5 beste online reputatie. Een groot aantal volgers
lijkt misschien cruciaal, maar is nog geen garantie voor een sterke reputatie. Staar je dus niet blind op de
kwantitatieve aantallen, maar focus je liever op een sterke strategie, waarbij persoonlijke verhalen centraal
staan.
17
6 eenvoudige maar effectieve stappen om snel aan de slag te
gaan met next-level social media marketing.
5 BELANGRIJKE SOCIAL MEDIA TRENDSEen voorbereiding op de social media wereld van morgen en
hoe je daar vandaag nog op inspeelt.
GRATIS DEMONSTRATIEBenieuwd hoe Coosto jou kan helpen met jouw social media
strategie? Vraag een gratis demonstratie aan, dan nemen we
zo snel mogelijk contact met je op.
Wat vond je van dit onderzoek?
Ja, ik wil een demo
Download
Download
MEER WETEN?Wil je op een gestructureerde manier aan de slag met social media? Denk bijvoorbeeld aan het publiceren
van social media berichten via een overzichtelijke contentkalender, het uitvoeren van webcare of het
monitoren van social media gedrag? Lees er dan alles over in één van onze whitepapers of vraag een gratis
online demonstratie aan.
SOCIAL MEDIA STRATEGIE
18
19
OV
ER
ZIC
HT
ON
DE
RZ
OC
HT
E Z
OR
GG
RO
EP
EN
Zo
rgg
roep
Face
bo
ok
likes
Tw
itte
r lik
esA
anta
l ber
ich
-te
n a
an/o
ver
ger
elat
eerd
e re
acti
esM
eest
bes
pro
ken
% G
erel
atee
rdP
osi
tief
b
eric
hte
nN
egat
ief
ber
ich
ten
NR
S (p
os-
neg
) Z
elf
gep
laat
ste
po
sts
Rijn
stat
e3
.63
14
.60
48
.23
52
798
570
33
68
17%
83
92
5%
145
4%
21%
32
2
Zo
rgSa
am6
.475
1.2
91
7.76
614
58
14
82
919
410
25
%4
20
92
2%
189
910
%12
% 1
.23
9
Tre
ant
3.4
792
.616
6.0
95
371
271
74
42
916
%11
142
5%
148
3%
22
% 4
86
Bra
ban
tZo
rg2
.42
03
.18
55.
60
51.
66
214
61.
80
88
%6
183
4%
68
4%
30
,4%
215
Lau
ren
s Z
org
4.3
191.
192
5.5
116
.779
60
47.
38
38
%12
7617
%4
176
%11
,6%
610
Alr
ijne
Zo
rgg
roe
p2
.22
33
.15
85.
38
14
.89
59
29
5.8
2416
%77
613
%5
32
9%
4%
25
6
Len
tis
4.1
758
93
5.0
68
2.0
54
679
2.7
33
25
%14
35
53
%13
45
%4
8%
873
We
lth
uis
1.77
53
.018
4.7
93
5.8
07
1.4
84
7.2
91
20
%11
84
16%
98
914
%2
,7%
311
Car
eyn
2.2
82
2.2
114
.49
31.
705
109
1.8
146
%6
773
7%19
1%3
6%
473
Zo
rgg
roe
p N
oo
rdw
est
-Ve
luw
e2
.49
21.
99
04
.48
21.
676
25
71.
93
313
%4
60
24%
105
5%
18,4
% 2
40
Aafj
e2
.19
92
.24
54
.44
42
.22
214
12
.36
36
%10
00
42
%24
1%4
1% 1
.10
7
Flo
ren
ce
Zo
rg3
.12
11.
06
34
.18
41.
310
40
01.
710
23
%5
133
0%
33
2%
28
% 8
0
De
Fri
ese
Wo
ud
en
2.4
36
1.6
48
4.0
84
139
416
215
56
10%
39
82
6%
30
2%
24%
23
4
Zo
rgg
roe
p O
ud
e e
n N
ieu
we
Lan
d3
.38
84
68
3.8
56
183
35
418
87
3%
754
40
%2
81%
38
% 1
20
Me
and
erg
roe
p3
.13
76
88
3.8
25
473
134
86
3%
146
30
%6
1%2
9%
35
Zo
rgg
roe
p G
ron
ing
en
2.3
69
1.4
01
3.7
702
.13
719
32
.33
08
%79
73
4%
47
2%
32
% 2
27
Riv
as2
.65
09
90
3.6
40
874
20
89
42
%3
734
2%
22
2%
39
% 1
89
Livi
o1.
56
22
.03
23
.59
42
276
131
240
75
%74
23
1%4
92
%2
9%
373
Am
aris
1.6
101.
92
53
.53
51.
89
63
88
2.2
84
17%
738
32
%9
44
%2
8%
29
3
Zu
idZ
org
2.7
58
718
3.4
762
.28
13
32
2.6
1313
%5
63
22
%2
61%
21%
20
1
Zo
rgc
irke
l1.
314
2.1
60
3.4
7412
183
1415
32
20
%4
28
28
%16
111
%17
% 3
14
Zo
rgg
roe
p A
lme
re2
.417
913
3.3
30
58
811
59
92
%2
06
34
%5
1%3
4%
1.1
05
Viv
en
t2
.19
31.
102
3.2
95
473
28
575
83
8%
190
25
%6
18
%17
% 2
84
Om
rin
g2
.34
59
35
3.2
80
52
83
20
75
49
04
%3
797%
136
2%
4%
69
Am
sta
2.9
83
147
3.1
30
3.3
06
723
.378
2%
214
86
3,6
%3
81%
62
% 4
77
En
vid
a2
.24
98
56
3.1
05
3.2
91
34
23
.63
39
%9
59
26
%6
92
%24
% 5
42
WZ
H8
59
2.2
133
.072
3.9
65
28
14
.24
67%
730
17%
144
3%
14%
36
2
Am
ste
lrin
g1.
50
61.
50
83
.014
1.4
7312
81.
60
18
%6
07
38
%2
62
%3
6%
26
2
Zo
rgac
ce
nt
1.4
53
1.5
35
2.9
88
1.3
7715
41.
53
110
%3
37
22
%3
02
%2
0%
13
0
ZZ
G z
org
gro
ep
2.1
23
85
32
.976
2.6
83
117
2.8
00
4%
63
82
3%
56
2%
21%
111
saxe
nb
urg
h1.
56
21.
375
2.9
37
2.3
02
23
82
.54
09
%4
56
18%
36
1%17
% 1
60
Zo
rgb
oo
g1.
99
19
39
2.9
30
1.17
48
21.
25
67%
317
25
%17
1%24
% 1
29
Zu
idO
ost
Zo
rg1.
99
19
39
20
% 1
.08
9
1% 4
6
19%
5.4
79
2.0
77
38
% 3
.40
2
5.7
72
29
3
20
OV
ER
ZIC
HT
ON
DE
RZ
OC
HT
E Z
OR
GG
RO
EP
EN
Zo
rgg
roep
Face
bo
ok
likes
Tw
itte
r lik
esA
anta
l ber
ich
-te
n a
an/o
ver
ger
elat
eerd
e re
acti
esM
eest
bes
pro
ken
% G
erel
atee
rdP
osi
tief
b
eric
hte
nN
egat
ief
ber
ich
ten
NR
S (p
os-
neg
) Z
elf
gep
laat
ste
po
sts
Zo
rgb
alan
s1.
515
1.3
96
2.9
112
68
42
172
90
17%
118
44
1%8
53
%3
8%
16
7
Arc
hip
el
1.2
67
1.6
36
2.9
03
1.19
112
61.
317
10%
39
93
0%
42
3%
27%
53
9
Pat
yna
2.4
89
39
72
.88
63
00
211
93
121
4%
100
43
2%
32
1%3
1% 4
12
Sen
sire
1.5
42
1.3
39
2.8
81
242
53
37
276
212
%6
05
22
%4
42
%2
0%
39
4
Viv
ium
1.3
701.
50
32
.873
84
371
914
8%
278
30
%13
1%2
9%
85
SVR
Z1.
705
1.15
22
.85
71.
797
99
1.8
96
5%
48
92
6%
57
3%
23
% 3
55
viva
zo
rgg
roe
p1.
58
91.
25
52
.84
41.
94
772
2.0
194
%5
63
28
%18
1%2
7% 2
10
Zo
rgg
roe
p N
oo
rde
rbo
rg9
52
1.8
192
.771
2.4
96
53
2.5
49
2%
105
94
2%
151%
41%
96
Zo
rgg
roe
p E
lde
1.72
39
722
.69
511
179
012
07
7%5
134
3%
171%
41%
26
2
Th
eb
e1.
23
11.
412
2.6
43
33
03
45
03
753
12%
106
22
8%
25
67%
21%
52
0
Zo
rgg
roe
p C
har
im1.
419
1.0
52
2.4
711.
151
115
1.2
66
9%
50
44
0%
111%
39
% 2
76
Lelie
zo
rgg
roe
p1.
241
1.0
87
2.3
28
1.9
91
217
2.2
08
10%
724
33
%3
52
%3
1,2
% 2
49
Me
rian
t1.
43
36
38
2.0
712
04
88
22
130
4%
82
13
9%
241%
37%
62
1
Axi
on
Co
nti
nu
98
31.
04
82
.03
13
.64
21.
975
5.6
173
5%
160
12
9%
39
17%
22
% 1
.09
0
Sutf
en
e1.
33
45
94
1.9
28
1.2
732
31.
29
62
%5
57
43
%19
1%4
2%
48
8
Be
we
gin
g 3
.01.
26
56
01
1.8
66
1.8
36
105
1.9
41
5%
572
29
%4
12
%2
7% 3
86
Triv
ium
Me
ule
nb
elt
Zo
rg1.
58
82
55
1.8
43
135
114
014
91
9%
65
64
4%
181%
43
% 1
64
Zo
rgg
roe
p S
int
Maa
rte
n1.
773
1.77
39
83
60
1.0
43
6%
514
49
%2
12
%4
7% 6
9
De
We
ver
1.0
93
56
31.
65
63
50
126
476
26
%3
78
%17
4%
4%
65
Re
spe
ct
Zo
rgg
roe
p1.
02
75
95
1.6
22
424
59
48
312
%2
86
59
%6
1%5
8,0
% 4
6
Mo
nd
riaa
n1.
30
33
02
1.6
05
63
53
06
65
5%
111
17%
49
7%9
% 8
6
Van
Ne
ynse
l1.
02
85
61
1.5
89
55
76
06
1710
%2
33
38
%17
3%
35
% 1
71
Arg
os
Zo
rgg
roe
p1.
02
15
181.
53
91.
274
162
1.4
36
11%
412
29
%2
92
%2
6,7
% 2
12
Ter
We
el
798
728
1.5
26
55
53
65
91
6%
149
25
%9
2%
24%
84
Inte
rzo
rg1.
06
74
59
1.5
26
1371
64
143
54
%3
47
24%
29
2%
22
% 6
2
Mar
ga
Klo
mp
e1.
42
31.
42
374
12
576
63
%4
20
55
%15
2%
53
% 8
2
Ac
co
lad
e Z
org
gro
ep
878
48
31.
36
11.
130
81.
138
1%5
795
1%12
1%5
0%
29
6
Zo
rgp
artn
ers
Mid
de
n-H
olla
nd
1.3
131.
313
814
30
84
44
%2
56
30
%2
53
%2
7% 3
9
Qu
arijn
1.0
33
22
91.
26
21.
40
179
1.4
80
5%
571
39
%19
1%3
7% 5
11
Lan
d v
an H
orn
e1.
244
1.24
41.
60
913
31.
742
8%
746
43
%2
21%
42
% 2
25
Zo
nn
eh
uis
gro
ep
No
ord
88
23
52
1.2
34
108
53
111
163
%3
40
30
%4
34
%2
7% 3
64
Zo
nn
eh
uis
gro
ep
Vla
ard
ing
en
1.0
05
22
21.
22
72
63
126
38
93
2%
7419
%12
3%
15,9
% 3
1
21
OV
ER
ZIC
HT
ON
DE
RZ
OC
HT
E Z
OR
GG
RO
EP
EN
Zo
rgg
roep
Face
bo
ok
likes
Tw
itte
r lik
esA
anta
l ber
ich
-te
n a
an/o
ver
ger
elat
eerd
e re
acti
esM
eest
bes
pro
ken
% G
erel
atee
rdP
osi
tief
b
eric
hte
nN
egat
ief
ber
ich
ten
NR
S (p
os-
neg
) Z
elf
gep
laat
ste
po
sts
Zo
rgg
roe
p A
pe
ldo
orn
870
26
41.
134
56
88
46
52
13%
169
26
%10
2%
24%
19
9
Zo
rgg
roe
p M
ann
a8
40
29
11.
131
23
37
240
3%
80
33
%7
3%
30
% 2
2
Zo
rgsp
ec
tru
m70
63
94
1.10
01.
769
142
1.9
117%
36
719
%77
4%
15%
92
Oo
ste
rle
ng
te9
7410
61.
08
08
792
94
1173
25
%2
29
20
%4
03
%16
% 8
4
Zo
rgg
roe
p D
ren
the
1.0
32
1.0
32
102
19
011
118
%4
20
38
%12
1%3
7% 1
68
Lave
rho
f8
89
121
1.0
103
43
133
56
4%
22
96
4,3
%4
1%6
3%
413
Zo
rgg
roe
p R
ein
ald
a73
511
28
47
43
97
44
62
%2
25
50
%3
1%5
0%
12
5
Vit
alis
770
770
1215
105
132
08
%2
712
1%3
73
%18
% 2
22
Zo
nn
eh
uis
gro
ep
Am
ste
llan
d5
152
35
750
45
42
24
765
%10
52
2%
20
%2
2%
57
de
ze
llin
ge
n4
52
29
474
65
03
22
52
54
%18
13
4%
71%
33
% 5
4
Kw
adra
ntG
roe
p6
30
101
731
1.2
132
03
1.4
1614
%2
01
14%
59
4%
10%
23
8
Zo
rgg
roe
p R
aalt
e5
83
58
33
722
84
00
7%10
72
7%6
2%
25
% 8
5
Zo
rgg
roe
p S
olis
29
92
22
52
13
81
35
416
8%
69
17%
72
%15
% 3
2
Zo
rgg
roe
p A
mst
erd
am O
ost
26
519
94
64
35
314
04
93
28
%13
52
7%5
110
%17
% 4
67
Tan
ge
nb
org
h2
7312
74
00
86
23
08
1170
26
%3
68
31%
84
7%24
% 4
4
War
and
e Z
org
38
43
84
105
010
50
%15
14%
00
%14
% 1
7
Jad
e Z
org
gro
ep
195
752
7070
272
3%
46
%6
8%
-3%
1
En
a2
60
02
60
475
04
750
%16
33
4%
71%
33
% 1
11
Mo
sae
Zo
rgg
roe
p2
58
25
85
07
125
192
%2
14
%2
0%
4%
51
Old
ael
125
52
177
113
211
52
%6
15
3%
00
%5
3%
65
Lyvo
re16
816
83
753
34
08
8%
83
20
%1
0%
20
% 2
6
Ee
rste
lijn
s Z
org
gro
ep
Haa
gla
nd
en
141
141
32
03
20
%11
34
%0
0%
34
% 4
1
Co
mp
ass
GG
Z9
010
100
198
27
30
%15
56
%0
0%
56
% 5
5
Re
gio
nal
e O
rgan
isat
ie v
an H
uis
arts
en
We
st
Ne
de
rlan
d R
OH
WN
50
50
62
06
20
%3
25
2%
12
%5
0,0
% -
Zo
rgp
artn
ers
Fri
esl
and
05
95
64
8%
35
%8
13%
-8%
Zo
rgn
etw
erk
Mid
de
n-B
rab
ant
03
84
42
10%
25
%0
0%
5%
coosto.com +31 (0)40 249 27 00 [email protected] @coostonl
Recommended