JAARVERSLAG 2014
Kijk ook eens op onze website: www.pioneering.nlStichting Pioneering StPioneering
VERBINDEN
INNOVEREN
KENNISDELEN
OPSCHALEN
Pion
eerin
g -
jaar
vers
lag
2014
- pa
gina
2
Pion
eerin
g -
jaar
vers
lag
2014
- pa
gina
3
Pion
eerin
g -
jaar
vers
lag
2014
- pa
gina
4
Pion
eerin
g -
jaar
vers
lag
2014
- pa
gina
5
Voorwoord
Het jaar van de verandering
Afgelopen jaar stond voor Pioneering in
het teken van verandering. Zo hebben
we de keuze gemaakt om de tien “oude”
werkplaatsen samen te voegen in vier
centrale thema’s. En vijf bestuursleden
zaten aan hun maximale zittingstermijn,
waardoor er nieuwe bestuursleden van
andere bedrijven aangeschoven zijn
om de belangen van hun branche te
vertegenwoordigen.
Wat wel blijft, is onze missie: innovatie
aanjagen, partijen verbinden en kennis
delen en implementeren binnen de
bouwbranche. Zo blijven we met al onze
partners werken aan een sterkere bouw in
Twente en daarbuiten. Naast het regionale
netwerk verbinden we ook buiten de regio.
We zien onze samenwerking met een
partij als De Bouwcampus dan ook als een
waardevolle aanvulling.
In oktober is ons programmabureau
verhuisd naar The Gallery. Dit complex op
Kennispark Twente biedt huisvesting en
faciliteiten voor innovatieve en kennis-
innovatieve bedrijven. Na meer dan vijf jaar
een fijne plek bij Saxion te hebben gehad,
gaan we onze activiteiten voortzetten in
deze innovatieve, inspirerende omgeving.
Het najaar had nog meer vernieuwends
voor ons in petto. Directeur Jan Breteler
gaf in augustus aan te willen stoppen. Na
twee jaar vorm te hebben gegeven aan een
nieuwe richting voor Pioneering heeft hij
per 1 november het stokje overgegeven
aan Rutger Vrielink. In hem hebben we een
goede opvolger gevonden die, met frisse
blik, leiding geeft aan de organisatie.
Ook dit jaar tonen we met ons jaarverslag
de vele projecten, resultaten en
bijeenkomsten waar we het afgelopen
jaar samen met onze deelnemers aan
hebben gewerkt. Binnen projecten van
Pioneering kijken alle partijen met elkaar
naar verbeterpunten en succesfactoren
die op nieuwe projecten toegepast kunnen
worden. Dit blijven we ook de komende
tijd uiteraard doen. Zowel hier in de
regio, alsook bijvoorbeeld in de rest van
de Provincie Overijssel en aangrenzende
gebieden zoals de Achterhoek. Dit is
immers bepalend voor een succesvolle
samenwerking.
Pioneering zorgt voor een goede
samenwerking binnen de eigen keten,
maar grijpt ook zeker kansen aan voor
kruisbestuiving met andere sectoren. Dit
zorgt voor een mooie dynamiek!
Ik wens u veel leesplezier,
Drs. Jan Bron
Voorzitter Stichting Pioneering
De eerste positieve geluiden over de bouw horen we gelukkig weer om ons heen. Dit geeft weer
energie. Maar het is ook wel duidelijk dat de bouwbranche aan het veranderen is en niet meer wordt
zoals hij ooit was. Thema’s als duurzaamheid, conceptueel denken en vernieuwend ondernemen zijn
inmiddels niet meer weg te denken. Hierbij was en blijft samenwerking een belangrijk ingrediënt
voor innovatie.
Jan Bron, Voorzitter Stichting Pioneering
Pion
eerin
g -
jaar
vers
lag
2014
- pa
gina
6
Pion
eerin
g -
jaar
vers
lag
2014
- pa
gina
7
Index
Pagina
Voorwoord 3
Index 4
IPC-projecten 6
ExperimenteerLab in BTC-gebouw 7
Studenten Saxion maken voor meesterproef ontwerp toekomstig wonen en zorg 8
Nieuwe werkgroep BIM-SE 9
RGVO traject voor Muziekkwartier 10
Eenvoudig scheiden van gebouwgebonden en bewonersgebonden energiegebruik 11
Innovatie geeft impuls aan economie 12
Alternatieve Projectfinancieringsvormen voor het energetisch van grondgebonden 14
sociale huurwoningen
Terugkomdag werkplaats Duurzaamheid 14
Rapport “Puin in asfalt” helpt puinrecycling verbeteren 16
Expertisecentrum Duurzaamheid 18
Breakthrough in 3D-printen 19
Bedrijvenplatform Energieneutraal Renoveren 20
Nieuwe richting, nieuwe mensen 21
Pagina
Ecopan 24
Project Asbest van het bedrijfsdak stimuleert asbestverwijdering en 26
duurzame renovatie in dezelfde stap
Derde Leergang Resultaatgericht Vastgoedonderhoud positief afgesloten 27
Pioneering denkt mee in ontwikkeling Safety Campus 28
Stroomlijning Binnenstedelijk Rioleringsprojecten 30
Onderzoek studenten Saxion voor Pioneering IDF vloersysteem 32
Betonkanorace 2014 33
Autarkisch vertoeven in de landschaplodge 34
Vernieuwing is drijver om aan de wensen van de toekomst te voldoen 36
Compoze blokken 38
Bijeenkomst Biobased Materials 40
Werkplaats Innovatieve Processen brengt bezoek aan Combitunnel 41
Pioneering Jaarevenement: Co-creatie in de bouw werkt! 42
Met Rutger Vrielink kijkt Pioneering vooruit naar de toekomst 44
Deelnemers 2015 46
Colofon 47
Pion
eerin
g -
jaar
vers
lag
2014
- pa
gina
8
Pion
eerin
g -
jaar
vers
lag
2014
- pa
gina
9
IPC-projecten
AANLEIDING INNOVATIEPROJECT De Bouwindustrie is inmiddels de grootste
vervuiler en afvalproducent van de wereld
geworden. Er zijn nieuwe innovatieve
oplossingen nodig om de milieu-impact
van de sector te verminderen. Elementen
zoals aanpasbaarheid, transformatie en
hergebruik spelen hierbij een essentiële
rol. De tijd dat een gebouw gebruikt
wordt voor één bestemming (wonen,
werken, recreëren) wordt steeds korter.
Gebouwen moeten daarom eenvoudig
transformeerbaar zijn naar verschillende
functies zoals wijziging van woningbouw
naar utiliteit en andersom zonder
kapitaalvernietiging. Bestaande gebouwen
vormen de basis voor nieuwe gebouwen.
Het bedrijfsleven ontwikkelt onder
begeleiding van Pioneering en met
behulp van de kennisinstellingen
zowel bouwsystemen als kennis. De
ontwikkelingen hebben betrekking op
de industrialisatie van het werkproces,
het ontwikkelen van prefabproducten en
individueel, duurzaam en transformeerbare
bouwconcepten. Dit moet leiden tot
een betere functievervulling, lagere
productie- en bouwkosten en lagere
onderhoudskosten. Deze bouwwijze zal de
concurrentiepositie van de bouwnijverheid
die met deze nieuwe methode bouwen,
versterken.
In totaal zijn er 5 collectieven van
samenwerkende bedrijven en deze 5
collectieven ontwikkelen in totaal 6
productinnovaties.
ExperimenteerLab in BTC-gebouw
Pioneering heeft in 2014 een experimenteerruimte
in het BTC-gebouw kunnen huren. Hiermee komt
zij tegemoet aan de wensen van haar deelnemers
voor een fysieke testruimte. Hier kunnen bedrijven
samen met de UT, Saxion en ROC hun vragen
onderzoeken en beantwoorden, hun innovaties
testen en monitoren.
Begin januari zijn de eerste bedrijven gestart
met hun cases. De eerste gebruiker van
de ruimte is Wolterick geweest. Wolterick
heeft onder meer onderzocht hoe snel een
‘uitgedroogde’ moswand door de toevoeging
van water en kunstlicht groeit. De gehele
maand februari zijn metingen uitgevoerd in
het Pioneering ExperimenteerLab in het kader
van de mosgroei. In maart en april waren de
testen gericht op het meten van de CO2-
opname en -afgifte en de opname van fijnstof.
De mosbinnenwand heeft een positieve
uitwerking op het binnenmilieu van het
gebouw door de opname van CO2, dat veelal
in te hoge concentraties in de binnenlucht
aanwezig is en door de opname van
luchtverontreinigende stoffen in de binnen-
en buitenlucht, zoals allergenen, CO, SO2 en
fijnstof. Tevens zal de luchtvochtigheid van
de binnenlucht, die vaak te laag is, door het
mos verbeteren. Om dit te bereiken zullen
de fotosyntheseomstandigheden voor de
verschillende mossoorten zo goed mogelijk
moeten worden geconditioneerd.
Na de testen aan de mosbinnenwand, heeft
Shandrick Elodia (“de leukste buschauffeur
van Twente”), zijn compoze blokken in het BTC
gebouw opgebouwd en getest.
Vanuit de Pioneering werkplaats HTSM zullen
de innovaties gevolgd worden en kunnen onze
aangesloten bedrijven de ruimtes in het BTC
gebouw reserveren.
Ook geïnteresseerd in het gebruik van
de experimenteerruimte? Stuur dan
een mail naar [email protected]
Collectief 1 Vision 4 Energy,
Triple Solar, Van Dijk Bouw.
Samen ontwikkelen zij een prefab dragende
module waarin een lage temperatuur
verwarmings- en koelsysteem verwerkt
is met gebalanceerde ventilatie en
zonnecollectoren als primaire energiebron.
De prefab unit krijgt geen aanvoer van gas
of CV-leiding en moet voor de verwarming
geheel autarkisch functioneren.
Collectief 2 Wolterinck,
Interwand, DuPre en Panhuijzen
Samen ontwikkelen zij een demontabele,
modulaire, duurzame, mosdragende
binnenwand en een buitenwand met
planten. De organische buitenwand
heeft een eigen fundering en kan voor de
bestaande gevel geplaatst worden. De
organische binnen- en buitenwand hebben
een positieve luchtzuiverende werking
op het binnenklimaat van het gebouw,
respectievelijk het buitenklimaat. Daarnaast
geeft de organische binnen- en buitenwand
een verfraaiing van de omgeving en heeft
zij verkoelende eigenschappen. Voor de
mosbinnenwand werkte Wolterinck samen
met Interwand. Interwand is in juli 2014
failliet gegaan. Er is toen een tijdelijke
samenwerking aangegaan met Sepawand.
Een andere samenwerkingspartner wordt
gezocht.
Collectief 3 Signo Distribution Holland,
Wagenbouw Bolle, Signo Real Estate
Zij ontwikkelen samen een StowBox. Dit is
een lichtgewicht opslagruimte plus chassis
die geschikt is voor zowel particuliere als
zakelijke opslagbehoeften. Voor ieder type
StowBox moet een apart chassis ontwikkeld
worden.
Collectief 4 Olde Hanter Bouwconstructies,
Brain of buildings
Zij ontwikkelen een innovatief, thermisch
hoofddragend constructiesysteem dat
bestaat uit wanden, vloeren en daken
gemaakt van gewapend beton met een kern
van polystyreen die het gehele geraamte
van het gebouw isoleert. Andere innovatieve
voordelen van het systeem is dat het is
opgebouwd uit hanteerbare en zeer lichte
elementen. Daarnaast is de constructie zeer
geschikt voor recycling. Het resultaat zal een
energiebesparing van 80%, een veel snellere
bouwtijd en lagere bouwkosten (20%) dan
traditionele bouwsystemen zijn.
Over het 5e collectief kan vanwege
octrooiaanvragen pas in 2015
gecommuniceerd worden.
Pioneering heeft in juli 2013 een IPC voorstel ingediend bij het AgentschapNL. Van de zeventig
ingediende initiatieven zijn uiteindelijk vijftien projecten gehonoreerd. Het IPC voorstel van
Pioneering was één van deze gelukkigen. Binnen het project werken veertien bedrijven gedurende
twee jaar, in twee-, drie- en viertallen aan zes innovaties. Pioneering begeleidt als penvoerder de
bedrijven en legt de verantwoording richting Agentschap NL af.
Pion
eerin
g -
jaar
vers
lag
2014
- pa
gina
10
Pion
eerin
g -
jaar
vers
lag
2014
- pa
gina
11
Studenten Saxion maken voor Meesterproef ontwerp toekomstig wonen en zorg
De studenten van de groep ‘Vast Goed
Advies’ hebben geconstateerd dat het
een hele grote locatie is en daardoor in de
huidige markt moeilijk geschikt voor één
partij. Ze hebben besloten op zoek te gaan
naar functies waar behoefte aan is en die
elkaar op één locatie kunnen versterken.
Dit heeft geleid tot het concept Samen
wonen, samen werken. Begeleid wonen
voor mensen met een lichte beperking,
flexibele kantoorruimte voor zzp-ers die
vooral niet op een kantoren, locatie of
bedrijventerrein willen werken en een
lunch café/expositieruimte die door de
werkenden en omwonenden bezocht
kan worden en voor de bewoners voor
dagbesteding zorgt.
Het concept van de studenten van ‘Pro
Care’ heet Care2live. Binnen dit concept
is gezocht naar een passende maar vooral
ook duurzame invulling voor de locatie.
In de combinatie van de functies werken,
sporten, zorg en wonen denkt deze groep
dat te hebben gevonden. Door vergrijzing
is er meer vraag naar woonruimte voor
mensen met een beperkte zorgbehoefte.
Hiervoor kunnen 58 appartementen met
een theetuin en een ruimte voor recreatie
worden ontwikkeld. En in de villa is naast
een zorgwinkel ook een tandarts en een
Bed & Breakfast gepland. De gymzaal wordt
een sport- cq zorgcentrum, waar ouderen
aangepast kunnen sporten.
Beide groepen studenten houden goed
stand onder het kritische vragenvuur van
zowel gespreksleider Gerben Kuitert als de
professionals in de zaal. Op de laatste vraag
hoe de studenten hun eigen toekomst
zien, zijn de antwoorden heel bescheiden.
De markt is moeilijk en ze zijn blij als
ze in dit vakgebied aan de slag kunnen.
Kritisch willen en kunnen ze nu niet zijn,
maar het hart ligt voor de meesten bij de
projectontwikkeling.
Welke groep de Vastgoedconversieprijs
2014 op hun cv mag zetten wordt voor
50% bepaald door het publiek en voor
50% door de vakjury, bestaande uit Henk
Gersen (IAA Architecten), Hans Wichers
Scheur (Directeur Vastgoed van Saxion en
in die hoedanigheid eigenaar van het studie
object) en Patrick Oude Egberink (Holtdijk).
Het publiek en de vakjury heeft unaniem
gekozen voor het concept van Pro Care. De
presentatie en de haalbaarheid werd hoger
beoordeeld, al was het concept van Vast
Goed Advies op inhoud beter uitgewerkt.
Nieuwe werkgroep BIM-SE
De ontwikkelingen binnen BIM en SE gaan
hard. Waar de nadruk in de afgelopen jaren
lag bij het kennis maken met deze tools,
gaat het nu steeds mee om hoogwaardige
toepassing in innovatie (complexe) projecten.
BIM en SE zijn prachtige hulpmiddelen om de
nieuwe vormen van samenwerken in complexe
projecten te ondersteunen.
De deelnemers van de werkplaatsen
BIM en SE zijn de afgelopen jaren actief
geweest binnen vele Pioneeringprojecten
rondom deze onderwerpen. Vanuit beide
werkplaatsen is aangegeven dat een
gecombineerd overleg (met uiteraard
bijbehorende projecten en trajecten) tussen
BIM en SE wenselijk is.
Tijdens een eerste bijeenkomst op 22 april
2014 waren de deelnemers het snel eens
dat men niet bij elkaar wil komen om alleen
maar te praten. Om de inzet van tijd zo
nuttig mogelijk te besteden is men tot een
actieplan gekomen. De bijeenkomsten
zullen een paar keer per jaar rondom een
projectbezoek plaatsvinden, waarbij actief
kennis wordt gedeeld en per bijeenkomst
zal worden gezocht naar verdieping op
actuele thema’s. De focus ligt niet op
nieuwe technologie, maar op de integrale
processen voor de bouwwereld. Binnen
de groep zijn al de eerste ideeën gevormd
over mogelijke thema’s. Uiteraard zijn
aanvullingen hierop zeker welkom.
“Van iedere deelnemer wordt een actieve
inbreng verwacht en de houding ‘als je deelt,
weet je meer’ is een voorwaarde! Alleen op
deze manier gaat het ook werken en krijgen
we toegevoegde waarde met de groep”,
zegt chef werkplaats Innovatieve Processen
Barbara Middelhoff.
De bijeenkomsten van de werkgroep BIM-
SE vinden rondom projectbezoeken plaats,
waarbij actief kennis wordt gedeeld en per
bijeenkomst wordt gezocht naar verdieping op
de heersende thema’s. Dus naast kennis delen
wordt nieuwe kennis ontwikkeld, door middel
van onderzoek of praktijk cases.
Op donderdag 30 januari heeft de uitreiking van de Vastgoed Conversie Prijs 2014 van Stichting
Pioneering en de Stichting Vastgoedrapportage plaatsgevonden bij de Jaargetijden in Enschede.
Dit jaar is het voormalig gebouw van Pabo Edith Stein door Saxion studenten in een nieuw jasje
gestoken. De studenten zijn enigszins zenuwachtig bij het aanschouwen van de bijna honderd
professionals die nieuwsgierig maar kritisch hun creativiteit afwachten.
Pion
eerin
g -
jaar
vers
lag
2014
- pa
gina
12
Pion
eerin
g -
jaar
vers
lag
2014
- pa
gina
13
Het Vastgoedbedrijf van de gemeente Enschede
heeft het onderhoud van de buitenschil van
het Wilminktheater op basis van RGVO
uitgebreid met de bouwkundige zaken. De
werkplaats Duurzaamheid heeft dit RGVO-
traject begeleid. De onderhoudspartij Strukton
Worksphere en de huurder van het gebouw,
de afdeling Techniek en Productie van het
Wilminktheater, waren hier eveneens nauw bij
betrokken.
“We hebben het onderhoud al weggezet
via een prestatiecontract en daar zijn wel
de inspecties maar niet het bouwkundige
gedeelte van de buitenschil in opgenomen.
Dat willen we nu op basis van RGVO
wegzetten”, vertelde Theo Sanderink van
het vastgoedbedrijf. De partijen werken de
komende maanden aan een plan hiervoor,
dat volgens Sanderink vermoedelijk voor de
zomer gereed is. In deze periode worden een
nulmeting en een conditiemeting gehouden
om met elkaar de conditie te bepalen en
vervolgens worden aan de hand van onder
andere de onderhoudsvisie van de gemeente
de kwaliteitseisen geformuleerd.
Sanderink: “We hebben als Vastgoedbedrijf
het idee dat we het onderhoud met RGVO
nog beter kunnen handelen. Strukton
Worksphere wil er zelf ook energie insteken
om te kijken hoe het werkt met RGVO.
Schildersbedrijven zijn hier al een stukje
verder in, bouwkundige partners zijn nog
niet zo ver.” Met hulp van Pioneering
wordt bekeken of dit haalbaar en werkbaar
is. Namens Pioneering begeleidt Glenn
Stern het traject en werkt een studente
bouwtechnische bedrijfskunde, in het kader
van haar onderzoeksstage, intensief mee aan
de implementatie.
TERUGKOMDAG RGVORuim 40 aanwezigen luisterden op 9
december met veel belangstelling naar de
uitkomsten van het traject Prestatiecontract
en RGVO Muziekkwartier. Nihad Mesevic,
coördinator onderhoud van de gemeente
Enschede, vertelde vanuit het perspectief
van de opdrachtgever waarom zij het beheer
en onderhoud van Nationaal Muziekwartier
volgens een prestatiecontract in de markt
hebben gezet en waarom ze kiezen om het
onderhoud van de buitenschil met behulp
van resultaatgericht vastgoedonderhoud
uit te voeren. Belangrijke aspecten hierbij
zijn volgens hem het denken vanuit een
gezamenlijk belang, afgesproken kaders en
het als gemeente op professionele wijze aan
de markt overlaten en vertrouwen geven.
Vervolgens ging Menno Buijs,
contractmanager bij Strukton Worksphere,
in op het voorgaande vanuit de
opdrachtnemer. Hij werd bijgestaan door
Vera Bolder, student bouwtechnische
bedrijfskunde van Saxion, die een toelichting
gaf op een aantal onderhoudsconstateringen
van de buitenkant van het gebouw. Voor de
energiebesparingsdoelstellingen hebben
de partijen gezamenlijk een energieteam
opgericht. Door deze aanpak en enkele
kleine investeringen, die zich binnen een jaar
terugverdienden, is een energiebesparing
van dertig procent gerealiseerd.
RGVO traject voor Muziekkwartier Eenvoudig scheiden van gebouwgebonden en bewonersgebonden energiegebruik
De Pioneering werkplaats Duurzaamheid
heeft ter oriëntatie een vooronderzoek
neergelegd bij een Saxionstudent van de
opleiding Bouwkunde. Shella Hortentia voerde
in het kader van een vrije minor onderzoek
uit naar de mogelijkheden om te komen tot
een gestandariseerde meetmethode voor het
gebouwgebonden warmtegebruik. Corporatie
Domijn heeft voor dit onderzoek een woning
beschikbaar gesteld.
METINGENGedurende één week zijn in en rond een
twee-onder-een-kapwoning meerdere
zaken gemeten. Allereerst is de gasmeter
elk kwartier uitgelezen. Daarnaast zijn de
bijbehorende binnen- en buitentemperatuur,
de luchtvochtigheid, de temperatuur van de
muur met de buren en het vermogen van de
instralende zon gemeten. Het onderzoek in de
woning heeft veel meetgegevens opgeleverd.
Deze werden geanalyseerd en gerelateerd
aan de bouwkundige eigenschappen van
de woning. Op basis hiervan werd inzicht
verkregen in het energieverbruik voor
verwarming in de bewoonde situatie.
Uit de metingen blijkt dat er wel degelijk
een vergelijkingsmethode te vinden is en dat
deze vergelijkingen teruggebracht kunnen
worden naar de gemeten parameters. Voor
deze woning ligt het werkelijke gebouw-
gebonden energieprestatie tussen de 1,14 en
1.22 hoger dan je volgens de EPC-berekening
zou verwachten.
Daarnaast is op basis van de EPC-berekening
van alle gebouwen in de wijk het verwachte
energieverbruik vergeleken met het werkelijke
verbruik. Het blijkt dat op wijkniveau het totale
energieverbruik juist een factor 0,86 lager is
dan berekend. Hierbij moet opgemerkt worden
dat in de wijk niet alleen allerlei verschillende
typen woningen staan, maar ook winkels.
Pion
eerin
g -
jaar
vers
lag
2014
- pa
gina
14
Pion
eerin
g -
jaar
vers
lag
2014
- pa
gina
15
Eddy van Hijum, gedeputeerde Economie, Energie en Innovatie, provincie Overijssel
Innovatie geeft impuls aan economie!
Anno 2015 hebben veel bedrijven moeite
om hun onderneming draaiende te
houden. Bij de pakken neerzitten heeft
geen enkele zin. Juist in deze situatie
is vernieuwing en innovatie in de
bouwsector meer dan ooit noodzakelijk.
De duurzaamheidsdoelstellingen vragen
om ingrijpende vernieuwingen, de (door-)
ontwikkeling van slimme en duurzame
materialen, procesvernieuwing en
levensloopbestendigheid wordt steeds
belangrijker in combinatie met de
ontwikkelingen in bijvoorbeeld de zorg.
De huidige praktijk van regels rondom
aanbesteden en opdrachtgeverschap
vormen een belemmering om te komen tot
fundamentele vernieuwing. Tegelijkertijd
staan ook de overheidsfinanciën onder
druk. Hier ligt een grote uitdaging die wij
met alle betrokkenen oppakken.
WERKPLAATSEN Pioneering heeft vanaf oktober 2008 het
programma ‘Vernieuwend Ondernemen
in de Bouw’ uitgevoerd. Het programma
heeft zich gericht zich op het versterken
van de concurrentiekracht van de
bouwgerichte bedrijven, het verbeteren van
de samenwerking tussen kennisinstellingen
onderling en hun samenwerking met de
praktijk. Het programma is in belangrijke
mate uitgevoerd binnen de thematische
werkplaatsen. Daar ontmoetten
ondernemingen, kennisinstellingen,
overheden en opdrachtgevers elkaar, en
werkten zij gezamenlijk in een proces
van open innovatie aan vernieuwingen
op alle terreinen die voor de bouwsector
van belang zijn. Op deze wijze zijn zij
actief geweest in ruim 80 projecten.
Binnen de projecten heeft veel onderzoek
plaatsgevonden, waarbij de kennis op
verschillende manieren is gedeeld en
toegepast in volgende projecten.
De focus ligt nog steeds op vernieuwend
ondernemen in de bouw. Daarbij is het
streven de bouw in Oost Nederland
om te vormen van traditionele hidden
champions naar ondernemingen
met de reputatie “vernieuwend,
vooruitstreven en dynamisch” waardoor de
concurrentiekracht vergroot.
Een grote groep bedrijven heeft zich
vanaf het prille begin aan het programma
gecommitteerd. Het aantal bedrijven dat
de weg naar Pioneering heeft ontdekt en
heel bewust aan wil sluiten groeit nog
steeds. Een geweldig resultaat. Pioneering
heeft hiermee haar meerwaarde voor de
bouwkolom aan getoond. Vernieuwing en
innoveren is noodzakelijk om te overleven
en vooruit te kunnen. Ook is meer dan ooit
duidelijk dat dit niet alleen kan gebeuren,
daar heb je een netwerk voor nodig met
toekomstgerichte deelnemers.
TWENTEDe toekomst van Pioneering past in de
doelstelling van de ‘Innovatiesprong
Twente’. Ook deze vernieuwende aanpak
van het innovatiebeleid in Twente
stimuleert de samenwerking tussen het
bedrijfsleven, de kennisinstellingen en
de overheden. De Innovatiesprong geeft
een sterke impuls aan de economische
ontwikkeling en de werkgelegenheid.
Daarmee versterkt Twente de komende
jaren haar positie als topinnovatie regio.
Voor de bouwbranche is Pioneering
daarbij een stimulerende kracht om deze
verandering aan te jagen. De bouwbranche
is daarbij nadrukkelijk zelf aan zet.
GEZONDE REGIONALE ECONOMIEProvincie Overijssel zet stevig in op de
versterking van de regionale economie en
de stimulering van de werkgelegenheid.
Innovatie, concurrentiekracht en
duurzaamheid vormen daarbij belangrijke
factoren. De rol van de provincie is vooral
faciliterend; de ondernemers, zoals de
bouwbranche, moeten het doen. Daarvoor
heeft de provincie diverse instrumenten ter
beschikking waar het bedrijfsleven gebruik
van maakt zoals het innovatiefonds, het
energiefonds, EFRO en diverse MKB-
stimuleringsregelingen.
De activiteiten van Pioneering geven
invulling aan de ambitie van de provincie.
Pioneering levert door het verbinden van
vraag, aanbod, kennis en praktijk een
actieve en belangrijke bijdrage aan het
realiseren en versnellen van innovaties
in de bouw. En daarmee aan een gezonde
regionale economie!
De wereld van de bouw zag er bij het oprichten van Pioneering en het opstarten van het
programma in 2008 essentieel anders uit dan nu het geval is. De bouw was toen een florerende
branche met een behoorlijke opdrachtenportefeuille. De bedrijfsresultaten lieten het toe dat ook
in ondersteunende activiteiten zoals innovatie, kennisontwikkeling en netwerken geïnvesteerd kon
worden.
Pion
eerin
g -
jaar
vers
lag
2014
- pa
gina
16
Pion
eerin
g -
jaar
vers
lag
2014
- pa
gina
17
Alternatieve projectfinancieringsvormen voor het energetisch verbeteren van grondgebonden sociale huurwoningen
Dinsdag 15 april 2014 verdedigde Aycan
Koçak met succes zijn afstudeeropdracht
voor zijn hbo-opleiding bouwtechnische
bedrijfskunde. Hij studeerde af op de
vraag van de Pioneering werkplaats
Duurzaamheid naar alternatieve
projectfinancieringsvormen voor het
energetisch verbeteren van grondgebonden
sociale huurwoningen. Het rapport is in te
zien op onze website www.pioneering.nl
Aycan heeft een analyse uitgevoerd van
vier financieringsvormen, naast de bekende
financiering vanuit de WSW. Het betreft
Design Build Finance Maintain and Operate
(DBFMO), Obligaties, Energy Service
Companies (ESCo’s) en Sale and lease back.
Op basis van het onderzoek lijken twee
vormen geschikt: obligaties en ESCo’s.
Terugkomdag werkplaats Duurzaamheid
De Pioneering werkplaats Duurzaamheid organiseerde op 16 april
een terugkomdag die bezocht werd door zo’n 50 geïnteresseerden.
De bijeenkomst vond plaats in een basisschool in Stevenfenne, de
locatie waar bij 116 karakteristieke woningen en een winkelpand groot
onderhoud uitgevoerd werd door de Woonplaats.
Het beleid van de corporatie was jaren
gericht op “slopen op termijn”, maar mede op
verzoek van de bewoners is dit bijgesteld naar
groot onderhoud en energetisch verbeteren.
Hierop is in deze wijk groots ingezet door de
Woonplaats.
Het project is op een vernieuwende wijze
aanbesteed waarbij de uitgangspunten
DBM UAV-GC en het gebruik maken van
kennis bij marktpartijen waren. Na een
voorselectie uit 8 consortia, hebben 3
consortia een plan uitgewerkt. Hierbij is
“Kormelink Bouw” de winnaar geworden.
Naast de naamgever van het consortium
maken Van Dam Installatietechniek Groep
en Hemink Schilderwerken deel uit van deze
samenwerking. De architect was De Witte-Van
der Heijden, Enerdeco het adviesbureau en
Alliance Vastgoed trad op als adviseur.
In de aanpak van dit consortium werden de
woningen naar energielabel-A gerenoveerd
(in de uitvraag stond B), is resultaatgericht
vastgoed onderhoud (RGVO) structureel
geïntegreerd en stonden de bewoners
centraal. Voor de energetische verbetering
van de woning betalen de bewoners meer
huur. Dit was voor de bewoners geen drempel
wat blijkt uit de 99 procent deelname.
Installatietechnisch is een systeem ontwikkeld
dat op afstand (aankomende) storingen of
bijzonderheden uit kan lezen en waar mogelijk
de bewoners op afstand worden geadviseerd.
Dit systeem maakt dat de bewoners weinig tot
geen monteurs over de vloer krijgen. Indien
het wel gewenst is om een monteur te laten
komen, kan de storing snel en gemakkelijk
verholpen worden. Hiermee werkt men aan
een hoge klantgerichtheid. Door bijvoorbeeld
het koppelen van de driejarige inspectie
van de binnenkant van de gevel aan het
onderhoud van de cv, ondervindt de bewoner
minimaal overlast.
Het RGVO is voor 25 jaar gepland. Om geen
“gedwongen huwelijk met spijt” te hebben
wordt elke zeven jaar het contract verlengd
of beëindigd. Namens de opdrachtgever
en –nemer is een aanvullend contract op de
basis UAV-GC overeenkomst gemaakt dat
juridisch is vastgelegd. Dit contract was in de
afrondende fase en het bijzondere hiervan
is dat naast het planmatige onderhoud
ook het mutatie- en dagelijksonderhoud is
meegenomen.
Na de presentaties, die voor een goede
discussie zorgden, werden in groepen de
werkzaamheden in de wijk bekeken.
Meerdere woningen werden bezocht; in
oude staat, waar gewerkt werd en een
gerenoveerde woning. Tijdens de tocht
door de wijk kwamen onderwerpen als
de veelvoud aan typen woningen, de
verschillende details en de aandacht die aan
het stedenbouwkundige is besteed aan bod.
Dit bood gespreksstof om tijdens de informele
afsluiting na te praten, waarbij meerdere
relaties werden gelegd en opgefrist.
De conclusie die door de deelnemers werd
verbonden aan deze bijeenkomst is dat
zowel de Woonplaats als ook het consortium
trots kunnen zijn op het project. De aanpak
en de samenwerking van het consortium is
bijzonder succesvol in dit project. Dit blijkt
uit het feit dat het consortium bij andere
corporaties meerdere nieuwe opdrachten
hebben gekregen voor vergelijkbare projecten.
Pion
eerin
g -
jaar
vers
lag
2014
- pa
gina
18
Pion
eerin
g -
jaar
vers
lag
2014
- pa
gina
19
Rapport “Puin in asfalt” helpt puinrecycling verbeteren
De branchevereniging, waarin de meeste
puinrecyclingbedrijven georganiseerd zijn,
laat met enige regelmaat een onafhankelijk
onderzoek uitvoeren naar de ontwikkeling
en toekomstverwachtingen van de
puinrecycling markt. Deze onderzoeken
geven aan dat de hoeveelheid slooppuin in
de komende jaren fors zal stijgen. In 2011
werd in Nederland ca. 19 miljoen ton puin
verwerkt tot granulaat wat merendeels
verwerkt wordt als fundatiemateriaal in
de wegenbouw. De hoeveelheid slooppuin
zal de komende jaren sterk toenemen
en kan niet door de wegenbouw worden
opgevangen. Sterker nog, de afzet richting
wegenbouwprojecten zal afnemen.
Daarnaast speelt ook nog het feit dat
er steeds minder concessies worden
afgegeven voor grindafgravingen. De
verwachting is dat in de toekomst de
hoeveelheid grind welke beschikbaar is
voor de totale bouwindustrie (beton en
asfalt) zal afnemen en daardoor ook fors in
prijs zal stijgen. Alternatieven zijn daarom
zeer welkom.
HERGEBRUIKNaar aanleiding van deze gegevens
heeft Twee “R” Recycling Groep in 2010
besloten om, wat betreft de afzet van de
granulaten, zich meer en meer te gaan
richten op andere afzetkanalen en te
gaan ontwikkelen. Hierbij kwamen ze ook
uit bij de asfaltindustrie. Deze industrie
gebruikt een grote hoeveelheid grind in
verschillende fracties. De kennis over
hergebruik van puingranulaten in (warm)
asfalt is echter zeer beperkt. Besloten is om
contact te zoeken met Stichting Pioneering
om daar het probleem met mogelijke
oplossing voor te leggen.
Na goedkeuring van het projectplan dat
ABS Infradvies opgesteld heeft, is in 2011
het project “Puin in asfalt” van start gegaan.
Twentse Recycling Maatschappij (TRM) is
initiatiefnemer van dit project en Asfalt
Central Hengelo (ACH) is als producent van
asfalt toegetreden tot het projectteam. De
overige leden van het projectteam werden
in de loop van het onderzoek toegevoegd.
Al heel snel werd duidelijk dat het
granulaat veel fijner en schoner moest
worden. Daarom is contact gezocht met
fa. van der Graaf, specialist op het gebied
van zeef-, sorteer- en reinigingstechnieken.
Samen met deze firma zijn er verschillende
zeeftechnieken getest en fracties
geproduceerd. Vervolgens zijn er
verschillende wastechnieken onderzocht
en is er een grote proef gedaan op de
locatie bij de TRM in Hengelo. Voor deze
proeven hebben wij contact gezocht
met het Asfalt Kennis Centrum (AKC)
te Venlo dat asfaltmengsels, bestaande
uit verschillende puingranulaat fracties
geproduceerd en getest heeft. Al snel werd
duidelijk dat de beste resultaten werden
behaald met een menggranulaat met een
hoog gehalte betongranulaat. De stroom
puingranulaat, zoals deze normaal wordt
geproduceerd bij de TRM, zal hiervoor
nogmaals gesorteerd moeten worden in
een stroom schone betonpuin en in een
stroom metselwerkpuin.
Verschillende soorten scheidingstechnieken
zijn getest zoals sorteren d.m.v.
infraroodtechnieken en ook met ultra hoge
resolutie (UHR) camera’s. De verschillende
schone stromen die door middel van deze
proeven zijn geproduceerd zijn vervolgens
weer gereinigd en gebroken en gezeefd
in verschillende fracties. Vervolgens zijn
hier verschillende asfaltmengsels mee
geproduceerd. De uitkomst van deze 2e
serie waren weer zeer positief. De mengsels
zijn geschikt voor bovenlagen en voor
tussen- en onderlagen.
DUURZAME ASFALTMENGSELSHierna werd ook nagedacht over de
aanleg van een proefvak uit verschillende
asfaltmengsels wat de komende jaren
gemonitord moeten worden. Het toeval
doet zich voor dat TRM op het zelfde
moment in gesprek was met gemeente
Hengelo over een uitbreiding van haar
productielocatie. Deze was ook zeer
enthousiast en heeft haar medewerking
verleend. In het 3e kwartaal van 2012 werd
een proefvak van ruim 5000 m2 aangelegd
dat gemonitord werd.
Tijdens de monitoring is er onderzocht
en getest hoe door het behandelen van
de verschillende puinfracties tijdens het
asfaltproductieproces minder (dure)
bitumen opgenomen wordt (sealen van de
granulaten).
Het project “Puin in asfalt” is inmiddels
afgerond. Er zijn een aantal duurzame
asfaltmengsels ontwikkeld, die ook voor de
puinrecyclingmarkt zeer interessant kunnen
zijn. Voordeel van deze producten zijn o.a.
dat er gebruik wordt gemaakt van lokaal/
regionaal geproduceerde grondstoffen
waardoor er minder transportkosten
ontstaan en er minder CO2 uitstoot vrij
komt.
U kunt op onze website www.pioneering.nl
een samenvatting van het rapport inzien.
Pion
eerin
g -
jaar
vers
lag
2014
- pa
gina
20
Pion
eerin
g -
jaar
vers
lag
2014
- pa
gina
21
Expertisecentrum Duurzaamheid
In 2014 is kwartiermaker Theo de Bruijn,
directeur van IAA Stedenbouw en Landschap
B.V., bezig geweest draagvlak te creëren
bij bedrijven, kennisinstellingen en
branchepartners zodat zij willen bijdragen
en/of participeren in een expertisecentrum
Duurzaamheid. De reacties tijdens de vele
gesprekken waren veelbelovend maar ook
uiteenlopend qua invulling.
Deelnemers zien meerwaarde in het
delen van kennis en oplossingen middels
demonstratieprojecten. In de komende
periode wordt hier invulling aan gegeven.
Dit zal zijn in de vorm van tijdelijke
expertisecentra of fieldlabs, gekoppeld aan
concrete duurzame projecten. Dé manier om
nieuwe innovaties te showen, maar ook om
bestaande oplossingen aan elkaar te koppelen
en door te ontwikkelen. Hiervoor lopen
gesprekken met potentiële opdrachtgevers.
Stichting Pioneering stimuleert sinds bijna 6 jaar vernieuwend ondernemerschap in de bouw door
innovaties in processen, producten, technologieën, en door markt te creëren. Hierbij verbinden
wij partijen en bevorderen we samenwerking en vernieuwing. Met het oog op de toekomst is er in
het najaar van 2013 onder de deelnemers getoetst waar men behoefte aan had en hoe deze vraag
ingevuld kon worden. Eenduidig was er de wens voor een fysieke plek waar kennis samenkomt
en gedeeld kan worden. Hierop volgend heeft Pioneering het initiatief genomen de haalbaarheid
verder te onderzoeken.
Breakthrough in 3D-printen
3D-printen is volop in ontwikkeling. Op
verschillende terreinen wordt geëxperimenteerd
en worden nieuwe mogelijkheden ontdekt. Op
initiatief van de lectoraten Industrial Design,
Mechatronica, Smart Functional Materials van
Saxion is het project Breakthrough in 3D-printen
gestart en is een projectplan opgesteld.
Pioneering vormt samen met 25 andere partijen
een consortium. Het doel van dit consortium is
ontwikkeling en uitbouwen van kennis op gebied
van 3D-printen.
3D PRINTEN EN HIGHTECH BOUWENStudenten onderzoeken de mogelijkheden
en randvoorwaarden voor betonprinten.
Onderzocht wordt onder andere welke
resultaten met de betonsoorten behaald
kunnen worden, hoe bewapening gerealiseerd
kan worden, of een combi met geschuimd
beton gemaakt kan worden en welke
afmetingen en configuraties mogelijk zijn.
Ook wordt nagegaan welke nieuwe producten
mogelijk zijn en of men met 3D-printen
vernieuwende constructies en vormgeving
kan realiseren.
3D-PRINTEN EN VERNIEUWENDE MATERIALENOnderzocht wordt welke materialen allemaal
3D-geprint kunnen worden en welke kwaliteit
en functionaliteit daarmee kan worden
gerealiseerd. Nagegaan wordt op welke
materialen kan worden geprint en welke
combinaties van materialen mogelijk zijn.
MECHATRONICA EN 3D-PRINTENOm vernieuwende 3D-printen mogelijk
te maken is ontwikkeling van machines
essentieel. Diverse mechatronische
problemen moeten worden opgelost. Nieuwe
uitvindingen op het gebied van spuitkoppen,
pompen, 3-assige bewegings- en robotarmen
moeten worden gerealiseerd.
HIGHTECH TOEPASSINGEN EN DESIGN FOR 3D-PRINTINGVernieuwende High Tech toepassingen en
toegankelijke ontwerpregels met nieuwe
3D-geprinte materialen en combinaties
van materialen zullen onderzocht worden.
Studenten, kenniscentra, ontwerpbureaus
en bedrijven werken samen nieuwe
3D-printmogelijkheden uit tot ontwerp-
en business cases. Start-ups worden
gestimuleerd de nieuwe mogelijkheden van
3D-printen om te zetten in concrete business.
Dit onderzoeksproject wordt mede
gefinancierd door Technology For Future.
HET PROJECT LOOPT VAN SEPTEMBER 2013 TOT SEPTEMBER 2015. DE DEELNEMENDE BEDRIJVEN ZIJN:
Saxion - Windesheim - Rokramix - DWVDH - IAA Architecten - FABLAB - St. Pioneering
Plegt-Vos - Dura Vermeer - 2R Recycling Groep - LioniX - Modint - Thales - PM Bearings
Pion
eerin
g -
jaar
vers
lag
2014
- pa
gina
22
Pion
eerin
g -
jaar
vers
lag
2014
- pa
gina
23
Bedrijvenplatform Energieneutraal Renoveren
De provincie Overijssel vraagt de komende
jaren extra aandacht voor energieneutraal
renoveren in de bestaande particuliere
bouw. Een van de instrumenten die
daarvoor wordt ingezet is de Proeftuin
Energieneutraal Renoveren. Daarin worden 50
woningeigenaren uit 6 Overijsselse gemeenten
door energieregisseurs begeleid in hun wens
de eigen woning energieneutraal te renoveren.
Op basis van een gedegen plan van aanpak
kunnen zij € 8.000,- subsidie krijgen voor de
uitvoering.
Hoewel deze woningeigenaren hun eigen
bouwers en installateurs kiezen, hebben
wij hen gefaciliteerd bij hun keuze door
in Overijssel een Bedrijvenplatform
Energieneutraal Renoveren te ontwikkelen.
In eerste instantie is er gestart met een
groep bedrijven die reeds aantoonbare
ervaring op gebied van energieneutraal
renoveren hebben en waarvan Pioneering
overtuigd is dat ze in staat zijn om
huiseigenaren een integraal aanbod te doen.
Hierbij zijn bedrijven benaderd vanuit het
netwerk van Slim Energie Thuis, Pioneering
en de deelnemende gemeenten.
Bovengenoemde 50 woningen zijn het
startpunt van het bedrijvenplatform.
In tweede instantie wordt er met de
gezamenlijke bedrijven verder gewerkt aan
zaken als actief inspelen op klantbehoeftes,
procesoptimalisatie, waardepropositie,
opschalen, financieringsvormen etc.
De officiële oprichting van het
Bedrijvenplatform vond plaats op 3 juli.
Medewerkers van ruim twintig bedrijven
kwamen voor een voorlichtingsbijeenkomst
naar Hibertad in Hardenberg. Hierbij waren
ook meer dan 10 woningeigenaren aanwezig
om hun wensen voor een energieneutrale
woning via een matchingsprogramma te
presenteren aan de bedrijven.
Voor bedrijven die energieneutraal willen
renoveren en bouwen, wordt een platform
geboden om “door te ontwikkelen” en
waarin men van elkaar kan leren. Bovendien
is het programma zo opgezet dat het
aansluit bij de ambitie van de proeftuin om
voor 1 februari 2015 een plan van aanpak
voor 50 woningen klaar te hebben zodat
de bewoners in aanmerking komen voor de
subsidieregeling van € 8000,-.
Ook de volgende bijeenkomsten werden
goed bezocht. Eén van de kernpunten hierbij
is dat er bij de bijeenkomsten meerdere
woningeigenaren aanwezig zijn. Het draait
immers om de wensen en de beleving van
de klant. De bijeenkomsten worden in 2015
vervolgd.
Nieuwe richting, nieuwe mensen
Na een ruime periode van voorbereiding is
Stichting Pioneering in 2008 gestart met het
programma ‘Vernieuwend ondernemen in de
bouw’ (VOiB). Voor de samenstelling van het
bestuur is destijds gekozen om één bestuurslid
zitting te laten nemen per betrokken bedrijfstak.
De bestuurleden Henk Gersen (IAA Architecten),
Fons Catau (de Woonplaats), Gerhard Hospers
(Raab Karcher) en Ben Kuipers (Loohuis
Installatietechnieken) hebben het afgelopen jaar
afscheid genomen vanwege het einde van hun
maximale zittingstermijn van zes jaar. Antje de
Groot (Trebbe) verlegde haar werkgebied buiten
Twente. Doordat haar focus nu elders ligt heeft zij
het besluit genomen om na vier jaar te stoppen.
De vertrekkende bestuursleden hebben
zelf een opvolger gezocht. In de periode
tussen januari en oktober zijn de nieuwe
bestuursleden aangeschoven. Na de overdracht
zijn zij inmiddels op volle stoom. Met veel
plezier en enthousiasme is het bestuur nu weer
op volle kracht om vooruit te gaan!
LAURENS GRASHOF, ALFERINK INSTALLATIETECHNIEK
Van ontwerp tot realisatie denken we
graag met de klant mee. Innovatie is hierbij
belangrijk. Ik wil met ons bedrijf niet stil staan:
Stilstand is achteruitgang! Dit geldt voor ons
zowel voor kwaliteit die je de klant wil bieden
als ook vanuit een grotere maatschappelijke
verantwoordelijkheid die wij als bedrijf willen
nemen.
Naast het belang voor ons eigen bedrijf is
innovatie ook belangrijk voor de branche.
Je moet je als bedrijfstak willen blijven
verbeteren. In de installatietechniek zijn
wij geen producenten maar passen wij
producten toe. Onze innovatie bestaat
vooral uit de slimme toepassing, dat kunnen
fysieke producten zijn maar ook processen,
gereedschap en software. Daarom moet
je kansen en gelegenheid samenbrengen,
op basis van je eigen vakkennis. En niet te
vergeten door goed te luisteren naar de
vraag van je klant. Als je dat in de huidige tijd
plaatst kom je uit bij twee ontwikkelingen.
Enerzijds het proces waar de voorbereiding
en modellering het traditionele bouwproces
op de bouwplaats inhaalt. Daarnaast kom je in
de techniek, waar wij duurzame en haalbare
oplossingen kunnen bedenken en uitvoeren,
omdat wij de kennis en mensen daarvoor in
huis hebben.
Toen ik door Ben Kuipers gevraagd ben voor
het bestuur van Pioneering was ik gelijk
enthousiast. Ik hoop met mijn bijdrage een
stukje van de bouwkolom bewust te kunnen
maken van de kansen die innovatie biedt
voor de bouw. Eigenlijk is dit van alle tijd! Er
moet alleen een verschuiving plaatsvinden
naar een beter evenwicht. Hiermee kan er
een gezonde, flexibele branche ontstaan,
waarin iedereen een rol krijgt met de
verantwoordelijkheid en de bevoegdheid die
daarbij hoort.
“De Twentse bouw is een sector van “hidden champions”, die hun positie in de markt opgebouwd hebben met werkkracht, welke moet worden omgevormd tot een sector die pro-actief inspeelt op de vragen die de maatschappij en de individuele
klanten aan de bouw stellen.”
Kernwaarde uit businessplan IPT- Bouw, 2008
Pion
eerin
g -
jaar
vers
lag
2014
- pa
gina
24
Pion
eerin
g -
jaar
vers
lag
2014
- pa
gina
25
INEKE BUURSINK, DOMIJN
Bij Domijn hechten we veel waarde aan
onze maatschappelijke opdracht. We willen
mensen die niet zelf in huisvesting kunnen
voorzien goede en betaalbare woningen
leveren. Innovatie om de innovatie heeft voor
ons geen nut, het moet een bedoeling hebben
en bijdragen aan de verbetering van de leef-,
werk- en woonomstandigheden van mensen.
Om deze verbetering tot stand te kunnen
brengen zal je meerdere facetten hierin
moeten betrekken zoals milieu, veiligheid,
heldere communicatie, mobiliteit, comfort en
ga zo maar door.
Met Domijn zijn wij al vele jaren actief
betrokken bij Pioneering. Wij brengen
projecten in omdat we het belangrijk vinden
om gezamenlijk met andere bedrijven en
de kennisinstellingen samen te werken aan
comfort verbetering, veiligheid en lagere
woonlasten. Wij willen als opdrachtgever ook
anders tot de markt staan. Het vernieuwend
opdrachtgeverschap krijgt binnen ons bedrijf
dan ook veel aandacht, op alle terreinen.
Naast productvernieuwing moet je ook
aan je processen werken, daar kun je als
organisatie duidelijk een stuk voorsprong mee
behalen. Door op andere wijze de opdracht
weg te zetten, kunnen we als Domijn de
markt ruimte geven om met creatieve en
innovatie oplossingen te komen. Dit biedt alle
betrokken partijen voordeel!
Binnen Pioneering zijn alle takken van
de bouw verenigd tot een platform voor
vernieuwing van de bouw. Een gezamenlijk
belang levert een gezamenlijke inspiratie
op om een hoger liggend doel te realiseren.
Binnen het bestuur van Pioneering hoop ik
hier mijn steentje aan bij te dragen.
GERD KLUNDER, RAAB KARCHER BOUWMATERIALEN
Ik ben nu 26 jaar werkzaam voor Raab
Karcher en heb dus goed kunnen zien hoe
wij de afgelopen jaren als toonaangevende
bouwmaterialenhandelaar een trend
hebben gezet door van “traditionele
bouwmaterialenhandelaar” te transformeren
naar een “bouwmaterialenmakelaar”. We
hebben inmiddels prachtige duurzame
totaaloplossingen op gebied van logistiek,
duurzame bouwmaterialen en e-business.
Met deze innovatieve concepten leveren wij
een belangrijke bijdrage aan de noodzakelijke
verandering en innovatie in onze branche.
Ik ben ervan overtuigd dat als we niet
continue innoveren en intensiever in de hele
bouwkolom gaan samenwerken, wij ook
de slag op de arbeidsmarkt gaan verliezen.
Jongeren die een technische studie gaan
volgen, zullen niet voor de bouw kiezen maar
de voorkeur geven aan een meer “sexy”
technisch beroep.
De hele bouwkolom kan zich verbeteren
indien er op alle fronten intensiever en
transparanter samengewerkt gaat worden.
Innovatie kan het beste bereikt worden
door kennis te delen met alle betrokken
partijen. Hier maken onderwijs en overheden
uiteraard ook deel van uit. Het is wel
belangrijk dat alle deelnemers kennis in
brengen om met elkaar te delen, en niet alleen
kennis halen. Door met elkaar te investeren
in een gezamenlijk belang kunnen we de
toonaangevende rol, welke de bouwkolom in
Oost Nederland nog steeds heeft, verstevigen
en vergroten.
Collega Gerhard Hospers was bestuurslid
vanaf de oprichting. Ik hoop met net zoveel
enthousiasme een bijdrage te kunnen
leveren aan Pioneering. Voor de toekomst
zie ik kansen dat zij dé innovatie- en
kennismarktplaats zijn, die elk jaar opnieuw
met doeltreffende innovaties de bouwkolom
verrijkt.
JEROEN VAN DIJK, VAN DIJK BOUW
“ Als je doet wat je deed, krijg je wat je kreeg”
is een wijze , maar ook logische uitspraak
van Albert Einstein. Zonder mezelf op gelijke
hoogte te willen stellen met deze geleerde, is
dit wel het thema waar het over moet gaan.
Immers, als ondernemer of onderneming kan
het toch niet anders zijn dan dat je continu
bezig bent je processen en producten te
verbeteren en aansluiting te laten vinden
met de marktvraag. Om dit te bereiken
zijn thema’s als innovatie en lean “hot”.
Echter, het moet uit het hart en uit behoefte
ontstaan, anders zal het nooit werken.
Binnen de Van Dijk Groep zijn we continu
bezig onze processen te fine-tunen. Daarbij
hebben we veel aandacht voor innovaties,
welke maken dat we aansluiting houden bij
de markt van vandaag, maar nog belangrijker
de markt van morgen. Mijn belangrijkste
doel is om ons familiebedrijf door te geven
aan de vierde generatie Van Dijk. Vanuit
deze doelstelling focussen we ons op de
lange termijn in plaats van de quick wins
welke mogelijk meer renderen maar minder
duurzaam zijn in algemene zin.
Innoveren doe je nooit alleen. Daarom is ons
bedrijf al jaren in verschillende werkplaatsen
actief bij Pioneering. Het delen van kennis
en het aangaan van nieuwe relaties heeft
ons veel gebracht in denken en in doen. Los
van deze betrokkenheid, ben ik verheugd
me te kunnen inspannen als bestuurslid, om
input te kunnen leveren aan de transities
die Pioneering ondergaat om als stichting
aansluiting te houden bij de vraag van
morgen.
GEORGE DE WITTE, DE WITTE – VAN DER HEIJDEN ARCHITECTEN
In onze (architecten)branche willen we
voortdurend op zoek naar nieuwe dingen. We
zijn op zoek naar methoden om het steeds
mooier, beter of slimmer en efficiënter te
doen. Innovatie is per definitie vernieuwend
en zorgt er voor dat het vakgebied interessant
blijft. Daarnaast houdt het mezelf én onze
medewerkers scherp.
De kernvraag is volgens mij: aan welke
diensten is er in de toekomst behoefte?
Op welk gebied moeten architectenbureaus
hun producten- en dienstenpakket aanpassen
en ontwikkelen om in te spelen op
veranderingen in de bouwopgave.
Een ontwikkeling die alle partijen bezighoudt
is ketenintegratie en ketensamenwerking.
Wij hebben als bureau al vele jaren ervaring
met BIM (met en zonder SE) en zijn daar
erg enthousiast over. Vooral de manier
waarop we met onze tekenpakketten de
projectinformatie kunnen overbrengen is, als
in een virtuele wereld. Architectenbureaus
zullen, mede door BIM, zich moeten richten
op het integraal samenwerken met de partijen
uit de bouwkolom.
Duurzaamheid, transitie naar energieneutraal
en biobased bouwen moeten in onze
branche nog meer aandacht krijgen. Wij
zijn nog op zoek naar het juiste antwoord
op de veranderende bouwopgave die
herstructurering, revitalisering en de nieuwe
woon- en zorgconcepten met zich mee
brengen. Ik ben er van overtuigd dat het voor
alle partijen een interessante periode gaat
worden en dat innovatie vele nieuwe kansen
biedt.
Innovatie in de branche lijkt soms ook
een beetje paradoxaal. Het kan leiden tot
toenemende complexiteit en daardoor
specialisatie. Hierdoor ontstaat versnippering
van kennis in de keten. Hier ligt een taak voor
Pioneering, om daarin verbindend te zijn en
om de kennis op een juiste manier te delen.
Maar Pioneering zou nóg meer initiërend
kunnen zijn. Wellicht gestimuleerd door een
positief-kritische voeding vanuit het eigen
vakgebied van elk van de bestuursleden.
Pion
eerin
g -
jaar
vers
lag
2014
- pa
gina
26
Pion
eerin
g -
jaar
vers
lag
2014
- pa
gina
27
De Ecopan is een speciaal ontwikkelde dakpan met een substraatlaag en sedumvegetatie.
Door de afmeting en gewicht is de Ecopan zo ontworpen dat het een dak met een sneldekpan,
probleemloos kan vervangen door een dak met pannen. De Ecopan is geschikt voor schuine
daken tot 50 graden. De Ecopan is bedoeld als vervanging van betonnen sneldekpannen. Een
vierkante meter Ecopan weegt 47 kilo per vierkante meter; net zoveel als een vierkante meter
betonnen dakpan. Er hoeven dus geen extra ondersteunende constructies voor te worden
gemaakt.
EFFECTEN GROENDAKENDe markt voor groene daken en gevels
groeit wereldwijd. Opdrachtgevers in de
bouw en overheden zien steeds meer de
baten van groene daken en gevels zoals:
• Het vermogen om regenwater te bufferen
en vertraagd af te laten stromen, en
zodoende extra buffercapaciteit in de
bebouwde omgeving te bieden;
• Verlenging van de levensduur van de
(bitumineuze) dakbedekking;
• Dempen van verhitting van gebouwen,
zowel binnen als in de omgeving, tijdens
hete dagen in de zomer;
• Warmte-isolatie in de winter in tijden dat
het dak droog en dus niet verzadigd met
water is;
• Binden van fijnstof en opname CO2;
• Meer biodiversiteit in stedelijke
omgeving;
• Dempen van geluid;
• Hoger rendement van op daken
geplaatste PV systemen;
• Esthetische aspecten.
KLIMAATVERANDERING EN WATEROVERLASTTen gevolge van het veranderende klimaat
zullen steeds meer kortstondige buien met
hevige neerslag optreden. Neerslag die op
de traditionele verharde daken terecht komt
wordt vrijwel direct afgevoerd naar het riool
via de hemelwaterafvoeren. In steden met
veel verhard oppervlak zal er ten gevolge
van de toename van de neerslagpieken
steeds meer overtollig water in een korte
tijd afgevoerd moeten worden. Hier zijn de
rioolstelsels niet op ontworpen. De kans op
overbelasting van het rioolstelsel en daarmee
op wateroverlast op straten en in gebouwen
neemt toe. Dit zien we in een stad als
Enschede ook al gebeuren.
De groene daken kunnen, in tegenstelling
tot de harde daken, zorgdragen voor het
bufferen en vasthouden van neerslag. Water
zal door het substraat worden vastgehouden
en/ of verdampen via de planten of substraat.
Het water dat niet wordt vastgehouden
komt vertraagt tot afvoer. Hierdoor is de
piekbelasting van het riool ook minder
groot en neemt de kans op wateroverlast bij
extreme buien af.
De retentie is afhankelijk van verschillende
factoren zoals de opbouw, dikte, type
vegetatie en het substraat van het groene
dak. Ook de hellingshoek is bepalend.
Wanneer deze stijgt zal het vasthoudend
vermogen verminderen.
ONDERZOEKSPROJECTENVanaf 2013 is een onderzoeksgroep
bestaande uit Ecopan Floraroof, Stichting
Pioneering, STOWA, Gemeente Enschede en
Waterschap Vechtstromen gestart met het
onderzoek naar de Ecodakpan.
WATERRETENTIEIn deze onderzoeksopdracht zijn we
geïnteresseerd in de mate waarin de
Ecopanbijdraagt aan de waterretentie.
Uit onderzoek naar waterretentie van
groendaken, blijkt dat dit effect groot is. Voor
platte daken is deze het grootst. Er is slechts
beperkt onderzoek beschikbaar over de
waterretentie van hellende daken.
WARMTE-ISOLATIEVanaf februari 2014 vinden metingen plaats
bij de woningen in Transburg met en zonder
de Ecopan. Hierbij wordt het effect van de
Ecopan op de temperatuur direct onder de
Ecopan en de onderliggende ruimte gemeten.
Ecopan
Avante consultancy onderzoekt in opdracht van Pioneering, de temperatuureffecten van het hellende groendak op de woningen in Transburg.
Pion
eerin
g -
jaar
vers
lag
2014
- pa
gina
28
Pion
eerin
g -
jaar
vers
lag
2014
- pa
gina
29
Derde Leergang Resultaatgericht Vastgoedonderhoud weer positief afgesloten
Stichting Pioneering heeft in de afgelopen
jaren met haar partners hard gewerkt om
vorm te geven aan het proces van RGVO. De
toepassing van dit onderhoudsconcept neemt
inmiddels een flinke vlucht en we zien dat er
vanuit marktpartijen meer en meer vraag is naar
praktische kennis over RGVO.
In 2014 hebben zo’n 15 cursisten wederom
de leergang RGVO van Pioneering bezocht.
Onder het toeziend oog van een betrokken
en kritische jury presenteren half december
5 projectgroepen hun projectvoorstel als
afsluiting van deze leergang.
MULTIDISCIPLINAIRDe leergang kent naast de nodige
kennisdeling een hoog praktisch gehalte. In
multidisciplinaire projectteams wordt gewerkt
aan een concreet woningbouwproject. De
kennis-input voor het project wordt geleverd
door docenten uit het werkveld die hun
opgedane kennis en ervaring op RGVO gebied
graag willen delen.
Resultaatgericht samenwerken in de
onderhoudsbranche is een goed voorbeeld
van een georganiseerde en gestructureerde
integrale samenwerking tussen opdrachtgevers
en aanbiedende bedrijven. Het vernieuwend
opdrachtgeverschap wordt hierdoor concreet
vormgegeven waarbij de belangen van
opdrachtgevers- en nemers optimaal worden
bediend.
AMBASSADEURSCHAPWe merken dat deelnemers van de
leergang binnen hun bedrijf een uitstekend
ambassadeurschap vervullen, wat geregeld
leidt tot het uitvoeren van een RGVO-
project. In het voorjaar van 2015 staat
de werving van een leergang voor de
Achterhoek op het programma. Ook in deze
regio is sterk behoefte aan deze praktische
leergang. In Twente zal najaar 2015 de
leergang voor de vierde keer plaatsvinden.
Inmiddels hebben ruim 50 cursisten, uit
het middenmanagement van diverse
marktpartijen in de onderhoudssector en
opdrachtgevers, op een enthousiaste wijze
de leergang succesvol afgesloten.
Dat betekent voor de RGVO methodiek
een flinke boost aan de verdere uitrol en
acceptatie van deze werkmethodiek.
Interesse voor de leergangen “Resultaatgericht
samenwerken in onderhoud” die in 2015
starten? Vraag dan de folder aan via
Project Asbest van het bedrijfsdak stimuleert asbestverwijdering en duurzame renovatie in dezelfde stap
Vanuit de werkplaats Innovatieve Processen
zijn we betrokken bij het project ‘Asbest van het
bedrijfsdak’. Een samenwerkingsverband van
overheden, ondernemers, onderzoek en onderwijs
dat zich hard maakt om voor eind 2018 80%
van de asbestdaken van de bedrijfsgebouwen in
Overijssel vervangen te hebben door duurzame,
energiezuinige daken.
Bijzonder aan dit project is dat vanuit de
provincie de gemeenten worden geholpen om
de pandeigenaren te benaderen. Tegelijkertijd
willen wij de markt bij deze potentiële
opdrachtgever brengen. Vanuit de aanleiding,
het vervroegd verwijderen van asbest,
zullen weinig pandeigenaren daadwerkelijk
tot saneren overgaan. Echter, wanneer er
een breder doel bereikt kan worden, zoals
energiebesparing en het creëren van een
gezonde (werk)omgeving voor medewerkers
en omwonenden (en dat binnen een sluitende
business case met een redelijke terugverdientijd
voor de investering), wordt het voor de
pandeigenaar interessant. Het ontwikkelen
van aanbod voor deze pandeigenaren vereist
een nauwe samenwerking tussen diverse
marktpartijen.
Op 4 september 2014 vond (i.s.m. Provincie
Overijssel en Bouwend Nederland) een ‘benen-
op-tafel’ sessie plaats in het Huis van cultuur en
bestuur in Nijverdal.
In deze bijeenkomst is het gesprek aangegaan
over onder andere of deze (niche)markt
interessante kansen biedt voor de markt, welke
samenwerkingsverbanden nodig zijn en hoe de
markt hiervoor het beste benaderd kan worden.
Iedere deelnemer is het er over eens dat deze
opgave alleen door vergaande samenwerking
tussen de betrokken partijen kan worden
opgepakt. En: een lokale insteek is daarbij
gewenst.
INFORMATIEBIJEENKOMSTOm de markt verder te informeren over
de interessante kansen die ontstaan
door asbestdaken te vervangen voor
energiebesparende (of leverende) daken werd
op 13 november in Nijverdal een bijeenkomst
georganiseerd voor asbest experts,
energie adviseurs, vertegenwoordigers van
bouwbedrijven en gemeenten. Naast het
informeren was de bijeenkomst ook bedoeld
om marktpartijen onderling én met de
gemeenten kennis te laten maken. Hiermee
kan de weg vrijgemaakt worden om lokaal
samenwerkingen tot stand te brengen om deze
opgave aan te gaan.
Jan Elzenga van provincie Overijssel nam de
aanwezigen mee in de achtergrond van het
project. Vanuit de provincie is onderzoek
uitgevoerd om inzicht te krijgen in over hoeveel
vierkante meters asbestdak we het eigenlijk
hebben. De gemeenten zijn benaderd en tien
‘koplopergemeenten’ zijn in actie gekomen.
Rijssen-Holten heeft al eerder laten zien dat het
kan. Gerard Bakker, een van de initiatiefnemers
in Rijssen-Holten gaf op deze bijeenkomst
aan dat ze net een subsidieaanvraag
hebben ingediend om de laatste 30.000 m2
asbesthoudende daken te verwijderen.
GEMEENTEN IN VERSCHILLENDE FASENIn twee workshop ronden hebben gemeenten
en marktpartijen de opgaven verkend en
verdiept. Het aantal m2 en het gekozen proces
verschilt per gemeente. Elke gemeente bevindt
zich in een andere procesfase. Olst-Wijhe
wil bijvoorbeeld faciliteren en informeren
en samen met marktpartijen in gesprek
gaan met de pandeigenaren. Uit een eerste
inventarisatie blijkt dat Kampen een behoorlijk
aantal vierkante meters asbest op bedrijfsdaken
heeft liggen. Maar voordat zij samen met de
markt kunnen optrekken, is er de behoefte om
deze gegevens beter in kaart te brengen. Bij de
gemeente Hardenberg zijn al pandeigenaren
met succes benaderd door adviseur René
Kuizenga. Kuizenga: “70% van de pandeigenaren
die ik heb benaderd gaat zijn dak vernieuwen.
Mijn ervaring is dat het belangrijk is om met de
pandeigenaar om tafel te zitten en alle feiten
en wensen voor de toekomst goed op een rij te
zetten. Dan wordt een goede basis gelegd voor
een asbestvrij dak.”
VERVOLGDe eerste verbinding tussen gemeente en
marktpartijen is nu gelegd. De volgende stap
naar de pandeigenaar wordt samen ingezet. Per
gemeente zal lokaal gekeken worden wat de
beste weg is. Maar dat dit samen moet gebeuren,
daar waren alle aanwezigen het over eens.
Pion
eerin
g -
jaar
vers
lag
2014
- pa
gina
30
Pion
eerin
g -
jaar
vers
lag
2014
- pa
gina
31
Pioneering denkt mee in ontwikkeling Safety Campus
Troned (Trainingcentrum Oost-Nederland)
is het nieuwe centrum voor hulpverlenings-
en veiligheidsdiensten in Oost-Nederland.
Nu worden er nog vooral door brandweer
oefeningen gedaan maar in de toekomst zal dit
een multidisciplinair veiligheidscentrum worden
waar innovatie en educatie hand in hand gaan.
Sinds eind 2008 maakt de Veiligheidsregio
Twente gebruik van de faciliteiten op
vliegveld Twente voor het organiseren van
realistische oefeningen voor de brandweer.
Troned beschikt momenteel over locaties
voor realistische trainingen op het gebied
van brand, technische hulpverlening en
ongevalsbestrijding gevaarlijke stoffen.
Ook zijn er faciliteiten voor onderwijs en
trainingen voor Bedrijfshulpverlening (BHV).
Het Team Brandonderzoek Twente maakt
eveneens gebruik van Troned.
TRONED IN DE TOEKOMSTHet brandweeroefencentrum blijft het
kloppend hart van Troned. Gelijktijdig is er
een visie ontwikkeld voor de verdere uitbouw
van het Troned. Deze visie is gebaseerd op
de behoeftes, trends en ontwikkelingen die
in de maatschappij en veiligheidsbranche te
verwachten zijn.
Troned moet een hoogwaardig innovatief
veiligheidscentrum (safety campus) worden
waar onderzoek en praktijk elkaar ontmoeten
en waar educatie en innovatie hand in
hand gaan. De safety campus is een plek
waar veiligheidspartners elkaar fysiek en
thematisch treffen, bevragen en versterken.
Zo ontstaat een multidisciplinair kennis-
en expertisecentrum op het gebied van
risicobeheersing en veiligheid.
Pioneering is gevraagd om mee te denken
over het ontwikkelen van een innovatief
veiligheidscentrum. Voor de invulling van dit
oefencentrum heeft Pioneering Hodes, Van
Dijk Groep, Bartels&Vedder en Klein Poelhuis
benaderd. Deze partijen vullen elkaar aan
en zijn samen in staat om een dusdanig
oefeninstrumentarium te ontwikkelen dat
eenvoudig opgebouwd en op een andere
manier weer samengesteld worden. Samen
met een flexibele schil is het hierdoor
mogelijk om diverse realistisch uitziende
oefenobjecten na te bootsen, zoals ook
te zien is op de bijgevoegde foto’s van de
Brandweer Twente.
Samen met de Saab groep uit Zweden
en Haagen uit Baarle-Nassau worden
respectievelijk het meetsysteem voor
Instrumental Training en de verschillende
trainingsscenario’s uitgewerkt.
IDF BRANDWEERKAZERNESMark Bokdam van de Brandweer Enschede
kwam naar aanleiding van de samenwerking
voor de Safety Campus bij Pioneering met
de vraag of wij mee konden werken aan het
ontwikkelen van IDF Brandweerkazernes. De
vraag komt voort uit het feit dat Pioneering
binnen de werkplaats HTSM al langere tijd
bezig is met het ontwikkelen van IDF-
bouwconcepten die snel geplaatst kunnen
worden en bij veranderende vraag ook weer
teruggenomen kunnen worden.
Voor de Brandweer heeft Pioneering samen
met haar HTSM werkplaatsleden Van Dijk
Bouw en Hodes een concept voor een
flexibele brandweerkazerne bedacht. Met
deze tijdelijke, dan wel semipermanente
huisvesting kunnen veiligheidsregio’s snel
anticiperen op een veranderende omgeving.
Kenmerkend voor dit nieuwe concept zijn de
te combineren modules (Legostenen); korte
bouwtijd, duurzaamheid en flexibiliteit.
Tijdens het overleg van de Facilitair managers
van de Veiligheidsregio’s, georganiseerd bij
Brandweer Twente, was men zeer enthousiast
over dit concept. In 2015 zal dit project
samen met de regio Twente verder opgepakt
worden. De brandweer van de regio Twente
zal haar collega’s in de andere regio’s ook
bij dit project betrekken, zodat nagegaan
wordt of dit IDF bouwsysteem niet voor heel
Nederland verder uitgerold kan worden.
Foto Brandweer Twente
Foto Brandweer Twente
Pion
eerin
g -
jaar
vers
lag
2014
- pa
gina
32
Pion
eerin
g -
jaar
vers
lag
2014
- pa
gina
33
Stroomlijning Binnenstedelijk Rioleringsprojecten
In het eerste half jaar van 2014 is er een reeks
activiteiten opgestart die doorlopen in het
laatste projectjaar (dec 2015) van Stroomlijning
Binnenstedelijke Rioleringsprojecten. Naast
het opstarten van nieuwe pilots werden ook
resultaten van eerder afgeronde innovatie-pilots
gedeeld met zowel praktijk als wetenschap.
VOORTZETTING 3D/4D IN GEMEENTE ALMELONadat Universiteit Twente 3D/4D
bouwprocesvisualisaties toepaste voor
rioleringsprojecten in gemeenten Hof
van Twente, Hengelo en Enschede,
organiseerden Universiteit Twente i.s.m.
Itannex en Pioneering in januari 2014
de cursus bouwprocesvisualisaties voor
stadsingenieurs. Gemeente Almelo,
Gemeente Enschede, Anacon Infra, Reef
Infra en HAK N.O. namen hieraan deel.
Naar aanleiding van de cursus besloot
Gemeente Almelo om 3D/4D als pilot te
gaan inzetten voor hun prestigieuze project
Waterboulevard.
DE CAMPUS IN 3DHet facilitair bedrijf van Universiteit Twente
beheert haar eigen kabels en leidingen en
heeft daarmee een compleet en rijk beeld
van de ondergrondse campusinfrastructuur.
Zij is geboeid geraakt door de pilots
van Stroomlijning Binnenstedelijke
Rioleringsprojecten en wil haar bestaande
2D-kaarten omzetten tot 3D bouwinformatie-
modellen. Ook zal met nieuwe technologieën
zoals de Grondradar (GPR) en laser scans, de
campusondergrond nauwkeuriger in kaart
worden gebracht. Al met al ondersteunt
dit toekomstige reconstructieprojecten
en beheer van de ondergrond. Universiteit
Twente presenteerde de nieuwe visualisaties
en technologieën tijdens het Open Huis van
de UT op 4 oktober.
VERBREDING EN AANHAKEN ZOARGVanuit Stroomlijning Binnenstedelijke
Rioleringprojecten wordt ook verbinding
gezocht met het ZoARG-programma
(Zorgvuldig Aanleggen en Reductie
Graafschade). Dit gezamenlijke programma
van de UT, Reggefiber en hun partners
richt zich op het verminderen van schade
die ontstaat tijdens reconstructies van
ondergrondse infrastructuur. In het project
zullen nieuwe tools zoals GPR, laserscans,
Augmented Reality worden doorontwikkeld
en toegepast om infrastructuur op te sporen
en in kaart te brengen.
VALORISATIE EN KENNISDELINGResultaten van de verschillende
pilotprojecten worden gedeeld tijdens
diverse congressen. Zo heeft de werkgroep
binnenstedelijke rioleringsprojecten van de
UT tijdens de CROW Infradagen op 18 juni
drie artikelen gepresenteerd. Eén publicatie
brengt verslag uit van de inzet van de UT
van 3D/4D tijdens onze pilotprojecten
en betoogt hoe dit leidt tot een meer
betrouwbare werkpraktijk. De tweede
publicatie richt zich op aanbesteding en
contractering van binnenstedelijke nuts- en
rioleringsprojecten. Het legt uit hoe nieuwe
aanbestedingsvormen zoals EMVI minder
effectief zijn voor dit soort projecten. De
paper is geëindigd op de nominatielijst voor
de CROW-infradagen Best Paper. De derde
paper richtte zich op de aanleg van kabels-
en leidinggoten.
Tevens heeft de UT in de zomer tijdens
twee internationale conferenties, het
Construction Research Congress (Atlanta,
VS) en de International Conference on
Computing in Civil and Building Engineering
(Florida, VS), wetenschappelijke artikelen
gepubliceerd over inzet van 3D/4D en het
opbouwen van 3D-modellen. Een deel van
het theoretische werk over betrouwbaar
organiseren is op uitnodiging opgenomen
in het wetenschappelijke blad Construction
Management & Economics.
Pion
eerin
g -
jaar
vers
lag
2014
- pa
gina
34
Pion
eerin
g -
jaar
vers
lag
2014
- pa
gina
35
Onderzoek studenten Saxion voor Pioneering IDF vloersysteem
Studenten van de bouwkunde en bedrijfskunde
opleiding bij Saxion zijn in 2014 gestart met
onderzoek naar de mogelijkheid om een
houten vloersysteem te integreren met een
gecombineerd vloer-ventilatie-verwarming-
koeling (VVVK-)systeem. De gehele vloer zal
dusdanig ontworpen moeten worden dat deze
aan het einde van de levensduur weer zonder
hoge kosten uit elkaar gehaald kan worden en
de verschillende onderdelen hergebruikt kunnen
worden. De materialen, kennis en knowhow
van de houten vloeren wordt hiervoor geleverd
door de Groot Vroomshoop en ditzelfde doet
ClimaLevel met het VVVK-systeem.
De huidige vloerverwarmingssystemen
worden voorzien van een cementdekvloer
over het cv-waterleidingwerk. Dit is een
belemmering bij demontage. De Groot
Vroomshoop en ClimaLevel zijn benieuwd
naar de mogelijkheden van vervanging
van de cementdekvloer door een systeem
bestaande uit een stabilisatiemateriaal zoals
zand. Dit stabilisatiesysteem kan afgedekt
worden met plaatmateriaal waardoor de
vloer demontabel blijft. De vraag is wat deze
afwerking doet voor brand, luchtgeluid,
contactgeluid, trillingen, warmtegeleiding,
isolatie en comfort.
Daarnaast is De Groot Vroomshoop
geïnteresseerd wat een houten vloer met een
stabilisatiesysteem zoals zand doet zonder
dat deze geïntegreerd is met een VVVK-
systeem. Op haar beurt is ook ClimaLevel
geïnteresseerd in het demontabel maken van
het VVVK-systeem door de cementdekvloer
te vervangen door los gestort vulmateriaal.
De verwachting is dat toevoeging van
een zwaar stabilisatiesysteem als zand de
brandveiligheid en geluidprestaties van
houten vloeren sterk zullen verbeteren.
Op 27 mei organiseerde Pioneering in
samenwerking met het ROC van Twente
een bijeenkomst in het kader van het
bedrijvenuurtje van de “Betonkanorace
2014”. Dit Internationale evenement tussen
kennisinstellingen werd in 2014 georganiseerd
door De Netwerkschool van Twente in Almelo.
Tijdens deze bijeenkomst belichtten Jan
Schuttenbeld van Twee ”R” Recyclinggroep en
Jan-Willem van der Groep van Platform 31 twee
interessante onderwerpen.
Jan Schuttenbeld, statutair directeur van de
Twee “R” Recycling Groep, vertelde over de
noodzaak van recycling. “Zolang we nog niet
in staat zijn om gebouwen, op een schone,
goedkope en snelle manier te demonteren en
onderdelen ook weer te gebruiken, zullen we
blijven slopen.
Uit langetermijn studies blijkt dat de
hoeveelheid slooppuin ieder jaar zal stijgen.”
De Twee “R” Recycling Groep ontwikkelt
een zeer geavanceerde elektrodynamische
fragmentatiemethode zodat o.a. betonpuin
op een efficiënte manier ontleed kan
worden in een schone grindkorrel, een
schone zandkorrel en cement. Deze
fragmentatietechniek geeft optimale
mogelijkheden voor hergebruik met dezelfde
kwaliteit als de oorspronkelijke materialen.
Jan Willem van de Groep,
Programmaregisseur bij Platform 31, was
onze tweede spreker deze middag. “De
opgaven waar we in Nederland voor staan
vragen om een echte bouwindustrie. Een
industrie die niet is gebaseerd op het
aanbieden van productiecapaciteit maar
concrete producten. Proposities die passen
bij de behoefte van de eigenaar en bewoner.
Een energieleverend gebouw is een complex
product wat alleen betaalbaar wordt door
een compleet andere benadering van het
bouwproces.” Hoe die wereld er uit ziet en
welke rol u daar in kunt spelen werd duidelijk
in deze prikkelende bijdrage.
De middag werd goed bezocht door bedrijven
uit de bouwbranche, de kennisinstellingen
en een aantal gemeenten. De gasten
werden perfect verzorgd door de opleiding
hospitality van het ROC van Almelo. We
kijken terug op een geslaagde middag vol
kennisdeling.
Betonkanorace 2014
Pion
eerin
g -
jaar
vers
lag
2014
- pa
gina
36
Pion
eerin
g -
jaar
vers
lag
2014
- pa
gina
37
Autarkisch vertoeven in de LandschapLodge
Vanwege de autarkie van de LandschapLodge
zijn er geen aansluitingen op
nutsvoorzieningen nodig. Dit maakt het
mogelijk om de lodge op iedere locatie te
plaatsen. De LandschapLodge wordt prefab,
onder geconditioneerde omstandigheden,
in de fabriek gemaakt en kan in één dag op
locatie geplaatst worden.
4 COMPONENTENDe LandschapLodge bestaat uit vier
gekoppelde componenten die met de ‘rug’
tegen elkaar worden geplaatst. Hierdoor
ontstaat een 360 graden panorama over
het landschap. Afhankelijk van de omgeving
zijn de componenten verschillend ingedeeld
en kunnen zij geschakeld en/of gestapeld
worden. Bij ondiep water kan de lodge op
schroef-palen gezet worden en bij diep water
wordt de lodge op pontons geplaatst. Zowel
in de gevel als de constructie zijn duurzame
en natuurlijke materialen toegepast. Hierdoor
hebben de lodges een beleving die aansluit bij
het landschap. Behalve de LandschapLodge
met 4 gekoppelde componenten, kunnen
ook andere uitvoeringen met meer of minder
gekoppelde componenten samengesteld
worden.
In de LandschapLodge worden diverse
technieken gecombineerd. Hierdoor kunnen
de landschap lodges zonder aansluitingen
op nutsvoorzieningen het hele jaar gebruikt
worden.
De lodges zijn bijzonder goed geïsoleerd.
Voor de verwarming wordt gebruik gemaakt
van een pelletkachel. Koeling en ventilatie
vinden op natuurlijke wijze plaats. Water
wordt uit de grond gepompt en waar nodig
gezuiverd. Elektriciteit wordt opgewekt
met zonnepanelen. De elektriciteit wordt
opgeslagen in batterijen die een week zonder
zonneschijn kunnen overbruggen. Warm water
wordt gegenereerd met een zonneboiler.
Bij onvoldoende zon zorgt een elektrisch
doorstroomapparaat voor de gewenste
temperatuur. Drinkwater wordt in flessen
aangeboden. Vuilwater (grijs water) wordt
De LandschapLodge is de eerste toepassing van een nieuw ontwikkeld autarkisch en hoogwaardig
gebouwconcept. De fraai vormgegeven lodge is zo ontworpen, dat vanuit elke ruimte een optimale
beleving van het landschap bestaat en er een eenheid tussen lodge en omgeving ontstaat.
via een helofytenfilter weer teruggebracht
in de grond. Om het waterverbruik te
verminderen en een te zware belasting van het
helofytenfilter te voorkomen wordt gebruik
gemaakt van een composttoilet.
LANDSCHAPHOTELDe landschapLodge kan onderdeel uitmaken
van een Landschaphotel. Het landschaphotel
is een initiatief van de stichting ‘Duurzaam
innovatief Twents! Landschaphotel’ (DiT!L).
DiT!L ontwikkelt samen met anderen,
concepten waarbij duurzaamheid, innovatie,
transitie van het platteland, natuur en
recreatie&toerisme samen komen.
Een Landschaphotel bestaat uit een
hoofdgebouw met LandschapLodges die
verspreid in het landschap staan. In het
hoofdgebouw kunnen gasten ontbijten en een
maaltijd gebruiken.
De LandschapLodges bevinden zich op het
terrein van o.a natuurorganisaties, agrariërs en
landgoedeigenaren en zijn gericht op beleving
van het landschap. Niet alleen door er in te
verblijven, maar ook door het eten van voedsel
dat uit het omliggende landschap voortkomt.
In 2015 zullen de eerste LandschapLodges
gebouwd worden. De LandschapLodges zijn
ontwikkeld door De Groot Vroomshoop,
Loohuis Installatietechnieken, Schipper
Douwes Architectuur en Michael Kok
Concepts, in samenwerking met Pioneering.
Pion
eerin
g -
jaar
vers
lag
2014
- pa
gina
38
Pion
eerin
g -
jaar
vers
lag
2014
- pa
gina
39
Vernieuwing is driver om aan de wensen van de toekomst te voldoen
Dat de bouwsector in staat is de nodige
technische hoogstandjes te realiseren in complexe
omstandigheden, wordt door velen herkend. Ook
in de bouw worden daarbij in rap tempo nieuwe
technologieën en materialen ingezet. En er is,
zeker de laatste paar jaar, in de sector heel veel
aandacht voor innovatie. Dat is terecht, want er
is ook nog veel te winnen! Daarom ondersteunt
Bouwend Nederland initiatieven als Pioneering
ook van harte.
Feit is dat innovatie voor de economische
ontwikkeling van Nederland en de
concurrentiepositie van bedrijven en
sectoren van eminent belang is. Want de
wereld verandert, de wensen en behoeften
van maatschappij, burgers en consumenten
veranderen mee. En vernieuwing, of die nu
van technologische of andere aard is, is een
belangrijke driver om aan deze veranderende
wensen en behoeften ook in de toekomst te
kunnen voldoen.
Ook, of misschien wel juist voor ondernemers,
is innovatie van levensbelang. Survival
of the fittest, bedrijven die het beste
inspelen op de toekomstige vraag van de
consument, en zich daarmee onderscheiden
van de concurrent, vergroten de kans op
overleven. En dat is van belang in een sector
als de bouw waar nog steeds sprake is van
overcapaciteit. Uitdagingen en kansen in
de gebouwde omgeving zijn er legio. Ik
denk aan verduurzaming, verminderen van
energieverbruik en uitstoot, aan het inspelen
op vergrijzing en ontgroening en de wens om
langer zelfstandig te wonen. Maar ook aan
het flexibel en betaalbaar kunnen inspelen op
individuele woonwensen, terwijl we uit een
situatie komen waarbij het bouwen in grote,
eenvormige series de gangbare werkwijze was.
In de infrasector zijn de uitdagingen op het
terrein van watermanagement evident.
Nieuwe technologieën, materialen en
producten zijn een belangrijke driver voor
innovatie. Ook in de bouw zijn daar mooie
voorbeelden van. Op een recent evenement
van Bouwend Nederland hebben ik onder
andere toepassingen van drones, virtual reality
en flexibele materialen voor zonnecellen
gezien. Maar procesinnovatie en vernieuwende
vormen van samenwerking binnen en buiten de
traditionele keten is in onze sector misschien
nog wel veel belangrijker. Onverwachte
ontmoetingen die leiden tot nieuwe
verbindingen en ideeën. Op overzichtelijke,
regionale schaal.
Bouwend Nederland stimuleert en faciliteert
dit type activiteiten onder andere via ons
programma Innovatie Boost. We dagen
innovatieve ondernemers uit hun product of
concept te delen met anderen en het door
combinatie met nieuwe ideeën te versterken of
dichter naar de markt te brengen. We geloven
in de kracht van open innovatie.
Het tempo en de schaal van innovatie in de
bouw moet en kan omhoog. Dat kan alleen
maar door te zorgen dat 1000 bloemen
kunnen bloeien. Bottom up. Regionaal, dicht
bij de markt en de potentiele klant. Voor
opschaling en continuïteit is structurele
ondersteuning van belang. Verbindingen
met onderwijs en wetenschap, toegang tot
niet traditionele netwerken, en facilitering
in communicatie. Maar ook ondersteuning
bij het verwerven van financiële middelen,
subsidies of anderszins. Ondernemers die
elkaar inspireren, en die ondersteuning
krijgen van onderwijs en wetenschap, maar
ook van regionale overheden. We kijken heel
goed naar initiatieven in andere sectoren,
zoals bijvoorbeeld Smart Industry van de
technnologiesector.
Pioneering bewijst in het Twentse al een
aantal jaren dat dat werkt, ook in de bouw.
Maar ook op andere plekken is een dergelijke
clustervorming gaande. Bouwend Nederland
is een van de initiatiefnemers van de
Bouwcampus in Delft, die inmiddels echt van
start is gegaan. En ook de Spark Campus in
Den Bosch draait inmiddels een jaar. Ik ben
een warm pleitbezorger van deze initiatieven.
En hoewel de Bouwcampus vooralsnog vooral
landelijk opererende partijen verbindt, is er
geen sprake van concurrentie, maar van het
zoeken naar aanvulling en synergie. Het door
de Bouwcampus en Pioneering gezamenlijk
ingevulde jaarevenement van Pioneering is
hiervan een heel mooi voorbeeld. Ik hoop van
harte dat deze trend zich doorzet. Bouwend
Nederland zal daar zeker aan blijven bijdragen!
Fries Heinis, Algemeen directeur Bouwend Nederland en voorzitter De Bouwcampus
Pion
eerin
g -
jaar
vers
lag
2014
- pa
gina
40
Pion
eerin
g -
jaar
vers
lag
2014
- pa
gina
41
Compoze blokken
In 2011 heeft Shandrick Elodia meegedaan
aan een prijsvraag over een oplossing voor de
manier van bouwen op Curaçao. De oplossing
van Shandrick en zijn ontwerppartner behoorde
tot de top 10 van beste ideeën. Dit concept
heeft Shandrick in zijn afstudeeropdracht
als industrieel product ontwerper bij het
Kennis Centrum Design & Technoloy verder
doorontwikkeld, met ondersteuning van
Pioneering en Van Dijk Bouw.
BOUWEN DOOR PARTICULIEREN IN CURAÇAOOp Curaçao bouwen particulieren vaak
op een zeer ambachtelijke manier hun
eigen huis. Deze ambachtelijke bouwwijze
vereist vakbekwaamheid en verschillende
gereedschappen. Men is veel tijd en geld
kwijt met de bouw van zijn huis. Prefabricatie
zou het aantal klusstappen op de bouwplaats
kunnen verminderen. Door gebruik te maken
van blokken kant-en-klaar geleverd met
isolatie, gevelbekleding en voorzieningen
om installaties aan te bevestigen, kan
zowel de snelheid als de eenvoud verbeterd
worden. Hiermee zou ieder willekeurig
persoon de blokken kunnen plaatsen, zonder
gebruik van machines, duur gereedschap of
vakbekwaamheid.
De onderzoeksvraag was dan ook: in
hoeverre is het mogelijk om een gebouw
voordelig te bouwen met draagbare
prefab blokken, zonder gebruik te maken
van machines, dure gereedschappen of
vakbekwaamheid.
Op basis van bovenstaande onderzoeksvraag
heeft Shandrick Elodia prefab slimme
bouwblokken ‘Compoze blokken’ ontworpen.
Deze blokken zijn, vanwege hun geometrie,
goed in elkaar te schuiven zodat een kierloze
verbindingen ontstaat. Hiermee kan zowel
de draagconstructie van een woning als het
dak gebouwd worden. In de blokken zijn
voorzieningen gemaakt voor het bevestigen
van leidingen. Door het prefab bouwen van
een gebouw met Compoze blokken, kan het
gebouw ook weer eenvoudig gedemonteerd
en verplaatst of omgebouwd worden.
De blokken zijn ook demontabel zodat
de verschillende materialen afzonderlijk
gerecycled kunnen worden.
Na het opstellen van een uitgebreid PvE,
is gestart met een geometrisch onderzoek
waarbij zoveel mogelijk digitaal de
verschillende mogelijkheden zijn uitgewerkt.
Onderzocht is met welke blokvorm een
rechthoekige en driehoekige wand kan
worden gevormd met zo min mogelijk
verschillende vormen. Daarnaast is
onderzocht welke methode het beste is
om de vloer/dak op de wanden te leggen.
Er is gekozen om de vloer precies zo
in elkaar te zetten zoals de wanden.
Hierbij wordt gestart in een hoek
met het plaatsen van de eerste twee
blokken. Hierdoor is er een steun over
de markt nogmaals benaderen en komt
hij terug met hele leuke plannen voor
zijn Compoze blokken die nu al volop in
ontwikkeling zijn, zowel nationaal als
internationaal.
twee wanden die ervoor zorgen dat de
al geplaatste vloerstukken horizontaal
blijven hangen. Doordat blokken aan elkaar
vastgebonden worden, kan de hele vloer
gevuld worden.
VERVOLGShandrick Elodia heeft berekend wat een
woning zal kosten indien de blokken van
hout of lichtgewicht beton gemaakt zouden
worden. Beide materialen zijn mogelijk om
te komen tot een prefab blokkensysteem.
Een betonnen bloksysteem zal echter veel
goedkoper zijn. Als vervolgonderzoek is
het daarom gewenst om na te gaan of
het bloksysteem in lichtgewicht beton
gerealiseerd kan worden. Voor zowel de
houten als lichtbetonnen blokken zijn
praktijktesten op waterdichtheid en sterkte
gewenst.
CROWDFUNDINGShandrick werkte tot november 2014 bij
een vervoersmaatschappij. Hij was erg
populair en stond bekend als “De mafste
buschauffeur van Enschede”. Zijn ontslag
leverde hem veel landelijke aandacht
op waardoor hij een platform kreeg om
zijn Compoze bouwblokken onder de
aandacht te brengen. Investeerders,
media en andere geïnteresseerden
wilden graag meer weten. Ondanks het
feit dat de ontwikkeling van de blokken
nog niet volledig afgerond is, was zijn
voornaamste doel om met de promotie
hiervan Nederland te vertellen over de
revolutionaire innovatie die hij in werking
wilde zetten. Een innovatie die niet alleen
het bouwen in de toekomst drastisch gaat
versimpelen, maar waar duurzaamheid en
betaalbaarheid ook centraal staan.
Bij aanvang van dit traject hoopte hij op
genoeg enthousiasme voor het realiseren
van deze innovatie. In het verlengde van
zijn afstudeeronderzoek is door Pioneering
een Crowdfunding campagne opgezet om
funding te organiseren voor de bouw van
het eerste Compoze huis en natuurlijk de
verdere nodige ontwikkelingen.
Shandrick Elodia werd door de explosie aan
aandacht benaderd door veel bedrijven die
bereid waren te investeren in de vorm van
een samenwerking buiten de Crowdfunding
campagne om. Gaandeweg heeft
Pioneering in samenspraak met Shandrick
besloten de campagne stop te zetten. Er
wordt nu eerst goed geïnventariseerd wat
alle gemelde partijen kunnen betekenen
voor de ontwikkeling van Compoze
blokken. In 2015 gaat Shandrick Elodia
Pion
eerin
g -
jaar
vers
lag
2014
- pa
gina
42
Pion
eerin
g -
jaar
vers
lag
2014
- pa
gina
43
Bijeenkomst Biobased Materials
Op woensdag 12 november 2014 vond de
bijeenkomst Biobased Materials plaats bij de
Hogeschool Arnhem Nijmegen (HAN). Deze
middag is georganiseerd door Gebiedsonderneming
Laarberg en de HAN met ondersteuning van de
Stichting Pioneering, het Achterhoekse Centrum
voor Technologie (ACT), het Graafschap College,
Saxion en de Stichting Agrodome.
BIC ACHTERHOEKGebiedsonderneming Laarberg ontwikkeld een
Biobased Innovation Center (BIC): een groene
hub waar een aantal programmalijnen in worden
ondergebracht. Eén van de programmalijnen is
het oprichten van een Innovation Center voor
Biobased Materials (ICBM). De verschillende
programmalijnen worden ondergebracht in een
paviljoen van circa 800 m2 dat zich als een living
lab voor biobased materialen, producten en
concepten moet gaan ontwikkelen.
SAMENWERKINGMet het ACT en de Stichting Pioneering wordt
gesproken over samenwerking om proces
innovaties in de bouw en infrastructuur te
stimuleren. Verder wordt er aansluiting gezocht
bij het lectoraat Innovatieve Technologie in de
Bouw van hogeschool Saxion en bij het lectoraat
Biobased Bouwen (in oprichting) van hogeschool
Avans, bij de Universiteit Twente, AOC Oost en
bij Wageningen Universiteit.
Tijdens de middag zijn naast verschillende
presentaties van belanghebbenden ook diverse
discussies gevoerd in themagroepen rond
onderwerpen die in de programmalijnen passen.
De uitkomsten van deze sessies worden gebruikt
als input voor de verder vormgeving en een
volgende bijeenkomst.
Werkplaats Innovatieve Processen brengt bezoek aan Combitunnel
Robert Maat, projectleider Hegeman,
vertelde in zijn presentatie over de
bijzonderheden in het proces. Er is
bijvoorbeeld gekozen voor een model met
een plafondbedrag, waarbij de ondergrens
is aangegeven door Rijkswaterstaat. Dit
heeft er voor gezorgd dat er wordt gezocht
naar minderwerk (in plaats van het in
de bouw beruchte meerwerk) en dat de
garantie daarvan voor eigen rekening is als
het niet goed uitpakt. Zowel opdrachtgever
als opdrachtnemer profiteren hiervan.
SYSTEMS ENGINEERINGIn het proces is van begin tot eind gebruik
gemaakt van Systems Engineering. En in de
loop van het project is de koppeling tussen
SE en BIM een hele logische gebleken.
Zo is BIM bijvoorbeeld gebruikt bij de
loopverbinding van het station, maar ook is
de uitbestede staalconstructie uitgevoerd
in BIM.
Binnen Combiplan heeft Pioneering een
belangrijke rol gespeeld. Samen met
Saxion en de UT is geholpen in de discussie
met Rijkswaterstaat over de wijze van
toepassing van SE. Verder is met behulp
van Pioneering een integraal keuringsplan
ontwikkeld, waarbij de contracteisen van
het project aan de keuringen uit het KAM
zijn gekoppeld. Dit voorkomt dubbele
metingen en keuringen. RWS heeft het
integraal keuringsplan inmiddels ook bij
andere projecten (werken) gebruikt.
Op uitnodiging van Tonny Boerkamp, directeur contractering van Beheersmaatschappij Hegeman
te Nijverdal, zijn de deelnemers van de werkplaats BIM/SE en de werkgroep Vernieuwend
Opdrachtgeverschap (beide onderdeel van de werkplaats Innovatieve Processen) vlak voor de oplevering
door de tunnel van Combiplan in Nijverdal gelopen. Combiplan is een gecombineerde tunnel voor de
rijksweg N35 en het spoor door het centrum van Nijverdal op locatie van het oude spoor.
Pion
eerin
g -
jaar
vers
lag
2014
- pa
gina
44
Pion
eerin
g -
jaar
vers
lag
2014
- pa
gina
45
Pioneering Jaarevenement: Co-creatie in de bouw werkt!
Op vrijdag 14 november vond het zesde Pioneering
Jaarevenement plaats in de Grolsch Veste
te Enschede. Dit jaar werd het programma
gezamenlijk vormgegeven met De Bouwcampus.
De twee organisaties hebben gezien hun gedeelde
visie bewust de samenwerking gezocht. Soms kan
regionaal wat landelijk niet kan, soms is het ook
andersom. Door beide netwerken aan elkaar te
verbinden en samenwerking te stimuleren biedt
deze samenwerking kansen op diverse gebieden.
Dagvoorzitter Judith de Bruijn opende de dag
door de zaal te vragen : ”Wat voor vernieuwends
heeft u afgelopen jaar op het gebied van de bouw
gedaan en kunt u dit delen met uw buurman of
-vrouw?” Hierdoor werd de eerste verbinding
tussen de deelnemers in de zaal gelegd en verder
in het programma werden deze uitgebreid in de
workshops.
Jan Bron, voorzitter van het bestuur van
Pioneering, sprak daarna een speciaal woord van
welkom voor het bestuur, het VVV-team en de
deelnemers van De Bouwcampus voor het feit
dat zij op deze dag naar Enschede gekomen zijn
om een eerste stap te zetten naar gezamenlijke
projecten.
Met drie Pioneering projecten werd een
beeld gegeven van de activiteiten waar de
stichting momenteel onder andere mee bezig
is. Voor het eerste project werd Harald Droste
geïnterviewd over de LandschapLodge: Een
autarkisch duurzaam ontwerp dat op iedere
locatie in één dag geplaatst kan worden en geen
nutsvoorzieningen behoeft. Daarna was het de
beurt aan Hans Boes die uitleg gaf over werken
in een Bouwteam: Het gezamenlijk optrekken
van opdrachtgever en –nemers in zowel de
ontwerp- als de uitvoeringsfase. De kennis die
uit diverse projecten wordt ontwikkeld borgt
Pioneering in een leidraad die helpt de leerlijn
door te zetten. Als laatste vertelden Jan Elzenga
en Henny Loohuis over de opgave Asbest van
het bedrijfsdak: Een samenwerkingsverband
van overheden, ondernemers, onderzoek
en onderwijs dat zich hard maakt om voor
eind 2018 80% van de asbestdaken van de
bedrijfsgebouwen in Overijssel vervangen te
hebben door duurzame, energiezuinige daken.
RUIMTELIJKE DUURZAAMHEIDDe keynote speaker van de dag was Elbert
Arens, architect-secretaris van het Atelier
Rijksbouwmeester. Het Atelier Rijksbouwmeester
is het ondersteunend bureau van de
Rijksbouwmeester welke zich bezig houdt met de
advisering met betrekking tot architectonische
kwaliteit en stedenbouwkundige inpassing
van Rijksgebouwen. Daarnaast adviseert hij
de regering inzake architectuurbeleid en is hij
verantwoordelijk voor de uitvoering van de
percentageregeling Beeldende Kunst. Met zijn
presentatie “Ruimtelijke Duurzaamheid” boeide
hij de zaal met zijn verhaal over vroeger en nu,
serieuze zaken afgewisseld met een cynische
knipoog waardoor de zaal aan zijn lippen hing.
NIEUWDe ochtend werd afgesloten met drie frisse
“nieuwelingen”, allen recent gestart in hun
functie: Fries Heinis, sinds 7 weken algemeen
directeur van Bouwend Nederland; Rutger
Vrielink, sinds twee weken directeur Pioneering:
Eddy van Hijum, sinds twee dagen Gedeputeerde
Provincie Overijssel. Ondanks het feit dat ze alle
drie vanuit een andere insteek werken hebben
ze toch meerdere gelijke doelen. De bouw moet
geholpen worden met de opgaves die er liggen,
alle drie de organisaties kunnen daar op hun
manier invulling en versnelling aan geven. Hoe,
daar gaat nader invulling aan gegeven worden.
Zowel in bestaande als nieuwe trajecten.
MIDDAGPROGRAMMANa de pauze was het tijd om “aan het werk” te
gaan. De aanwezigen konden deelnemen aan
twee workshops, gekozen kon worden uit vijf
verschillende thema’s:
• Tijdelijk gebruik en tijdelijk herbestemmen
• VernieuwingsOpgave Natte Kunstwerken
• Klimaatbestendige stad
• Samen sturen op kwaliteit
• Duurzame en gezonde scholen
Er is aandachtig geluisterd, veel gediscussieerd
en een hoop ideeën opgehaald. In het voorjaar
wordt een vervolg gepland om de opgedane
ideeën verder te brengen. Het was wel duidelijk
dat men tijd te kort kwam!
COMPOZE BLOKKENNa een korte terugblik op de dag door Rutger
Vrielink en Judith de Bruijn was het podium voor
Shandrick Elodia. Deze “mafste buschauffeur van
Enschede” mocht zijn crowdfundingscampagnae
die hij samen met Pioneering heeft opgestart
promoten aan de aanwezigen. Met al zijn
charmes gaf hij een ontwapenend pleidooi om
hem te steunen in zijn wil het ontwerp van de
Compozeblokken verder te ontwikkelen.
Rond vier uur ’s middags werd de bijeenkomst
afgesloten met een netwerkborrel. Menig
visitekaartje werd uitgewisseld en er zijn
veel nieuwe contacten gelegd. Uit een eerste
evaluatie die de beide organisatoren hebben
gehad is naar voren gekomen dat er veel
positieve reactie zijn over de bijeenkomst en de
ideeën voor samenwerking. Dit gaan we verder
vorm geven zodat de samenwerking tot uiting
komt in concrete projecten.
Pion
eerin
g -
jaar
vers
lag
2014
- pa
gina
46
Pion
eerin
g -
jaar
vers
lag
2014
- pa
gina
47
Rutger Vrielink kent de inhoud van
vernieuwing in de bouw en ook de
technologieën. En hij kent zowel de
opdrachtgevers als bedrijven. Hierdoor is
hij in staat om Pioneering naar een volgend
level te brengen. Naast het ontwikkelen van
producten en processen is er aandacht voor
business development en het vermarkten van
innovaties, zodat het ook tot opschaling van
vernieuwing komt.
WAT GAAN WE DE KOMENDE TIJD PRECIES DOENSuccesvolle innovatie ontwikkelingen
ontstaan door te testen, experimenten en
verschillende prototypes te maken. Of te wel
al doende leert men het best. Daar geloven
wij ook in. Niet praten over vernieuwing maar
implementeren. We gaan daarom op zoek
naar ‘launching customers’. Dit betekent dat
Vrielink op zoek gaat naar opdrachtgevers die
bereid zijn het op een andere manier te doen
dan ze gewend zijn en innovatie onderdeel uit
te laten maken van de opdrachtverstrekking.
Dat vergt co-creatie van opdrachtgevers,
kennisinstellingen en marktpartijen.
Pioneering coördineert en faciliteert
het launching customer traject met alle
betrokkenen. Een ander doel is om Pioneering
breder in te zetten en met meer deelnemers
en innovatiecentra grotere innovatiekracht te
realiseren. Pioneering deelnemers en projecten
zaten tot voor kort nog vooral in Twente, maar
we willen onze netwerken ook opzetten in
heel Overijssel en in de Achterhoek en verder
het land in brengen. Hiervoor hebben we
bijvoorbeeld al samenwerking met een aantal
innovatienetwerken in Overijssel en in de
Achterhoek en met de landelijke Bouwcampus.
Ook de komende tijd gaan we nog meer
dan voorheen aan de slag met vernieuwing.
We willen toegevoegde waarde bieden bij
het komen tot het oplossen van een aantal
maatschappelijk vraagstukken. Belangrijk
daarbij is dat dat ook werk oplevert voor de
marktpartijen en in de praktijk kunnen laten
zien wat ze in huis hebben!
KOMEN TOT MEER INNOVATIE De bouwbranche heeft het op dit moment
niet makkelijk en is ook nog eens redelijk
conservatief. In andere branches is het niet
vreemd om te investeren in nieuwe producten.
De bouw werkt erg projectmatig en wil risico’s
het liefst afwentelen op opdrachtgevers en
onderaannemers. Het vertrouwen is soms ook
ver te zoeken. Dat zorgt niet voor de open
houding die een belangrijke voorwaarde is om
tot co-creatie te komen. Bij Pioneering pakken
we dat soort zaken samen met deelnemers
aan. Wij zetten in op vernieuwende processen
binnen bedrijfsvoering, verbinden partijen die
elkaar wat te bieden hebben en hierdoor zelf
ook groeien. Niet alleen in kennis, maar ook
in een andere manier van samenwerken. Door
de juiste dingen met elkaar te delen geef je
niet alleen vertrouwen, maar ontvang je dit
ook terug. En daarmee zie je producten en
projecten “groeien”.
Rutger Vrielink, directeur Pioneering
Vooruit kijken naar de toekomst
Rutger Vrielink (37) is sinds 1 november 2014 de nieuwe directeur van de stichting Pioneering. Vrielink
werkt al geruime tijd bij woningcorporatie Domijn, waar hij nog twee dagen per week als adviseur
aan verbonden blijft. Waarom hij voor deze dubbelfunctie gekozen heeft? “Binnen Domijn heb ik veel
verschillende staffuncties bekleed, waarbij de rode draad altijd innovatie en duurzaamheid was. Ik
kreeg de kans om programmamanager innovatie en duurzaamheid te worden, waardoor ik met het
implementeren van nieuwe producten en samenwerkingsvormen kennis heb gemaakt. Zo ben ik nog
meer geïnteresseerd geraakt in innovatie.” Toen kwam er een vacature van Pioneering voorbij. “Als
directeur Pioneering heb ik een nog groter speelveld om een bijdrage te leveren aan innovatie.”
Pion
eerin
g -
jaar
vers
lag
2014
- pa
gina
48
Pion
eerin
g -
jaar
vers
lag
2014
- pa
gina
49
COLOFONPioneering jaarverslag 2014
Eindredactie: Carmen Oude Wesselink
Opmaak en druk: Verhaag drukkerij
Pioneering wordt mede mogelijk gemaakt door
Deelnemer worden?Heeft u ook interesse om samen te werken met deze deelnemers in projecten, workshops of andere bijeenkomsten? Download dan nu het deelnameformulier op www.pioneering.nl/contact.
Deelnemers 2015
A D V O C A T E N - N O T A R I S S E N
KLEISSENEN PARTNERS
Roosdom Tijhuis
Sallandse Wegenbouw
PMS
CMYK
ZWART/WIT
100 % ZWARTPMS 3005
100 % ZWART100/37/0/0
100% ZWART
GRIJSWAARDEN 100% ZWART
Pion
eerin
g -
jaar
vers
lag
2014
- pa
gina
50
Pion
eerin
g -
jaar
vers
lag
2014
- pa
gina
51
Kijk ook eens op onze website: www.pioneering.nlStichting Pioneering StPioneering