Implanon NXT - fagg-afmps.be H… · 3 Implanon NXT® Een subdermaal, langwerkend hormonaal...

Preview:

Citation preview

1 1

Programme de formation

Implanon NXT®

RMA opleiding

voor gezondheidszorgbeoefenaars

De Belgische gezondheidsautoriteiten hebben bepaalde

voorwaarden verbonden aan het in de handel brengen van het

geneesmiddel IMPLANON NXT. Het verplicht plan voor

risicobeperking in België, waarvan deze informatie deel uitmaakt, is

een maatregel genomen om een veilig en doeltreffend gebruik van

IMPLANON NXT te waarborgen (RMA versie 10/2013)

2

Programma

► Deze opleiding gericht tot gezondheidszorg-

beoefenaars maakt deel uit van het Belgische

risicobeheerprogramma, dat als doel heeft een veilig

en efficiënt gebruik van IMPLANON NXT® toe te laten.

► Deze opleiding voorziet informatie over het correct

plaatsen en verwijderen van het implantaat, over de

localisatie van het implantaat, de interacties met

andere geneesmiddelen, over problemen

gerelateerd aan het bloedingsprofiel en over de

contra-indicaties.

3

Implanon NXT®

► Een subdermaal, langwerkend hormonaal anticonceptiemiddel.

► Het implantaat kan drie jaar blijven zitten. Verwijder het implantaat

niet later dan drie jaar na de datum van inbrengen.

► De klinische ervaring met het gebruik door zwaardere vrouwen in het

derde jaar na insertie is beperkt. Daarom kan niet worden uitgesloten

dat de contraceptieve werking bij deze vrouwen in het derde jaar

minder goed is dan bij vrouwen met een normaal lichaamsgewicht.

De arts zou daarom kunnen overwegen om bij zwaardere vrouwen

Implanon NXT eerder te vervangen.

► Een progestageen-alleen implantaat dat zich in een

wegwerpapplicator bevindt.

► Implanon NXT® is radiopaak en bio-equivalent aan Implanon®

4

Implantaat

Rate-controlling membrane: (0.06 mm) 100% EVA

4 cm

Core: • 37% ethyleen-vinylacetaat (EVA) copolymeer • 60% etonogestrel (68 mg) • 3% bariumsulfaat (15 mg)

2 mm

5

Applicator

► Voorgevulde, steriele wegwerpapplicator

► Ontworpen om het inbrengen van het

implantaat net onder de huid te

vergemakkelijken

► Enkel te gebruiken door clinici die

vertrouwd zijn met de inbrengprocedure

► De inbrengers die vertrouwd zijn met de

vorige applicator moeten vertrouwd raken

met Implanon NXT®

6

Applicator

7 7

Klinische gegevens

Klinische gegevens

8

Betrouwbaarheid

► Men moet zich realiseren dat in de praktijk geen enkele

methode als 100 % effectief beschouwd kan worden.

► Geneesmiddelen die de betrouwbaarheid van orale

anticonceptiemiddelen verminderen, verminderen ook

de betrouwbaarheid van Implanon®

► NB: Implanon NXT® werd niet onderzocht bij zwaarlijvige

vrouwen – De klinische ervaring met het gebruik door zwaardere vrouwen in het

derde jaar na insertie is beperkt. Daarom kan niet worden uitgesloten

dat de contraceptieve werking bij deze vrouwen in het derde jaar

minder goed is dan bij vrouwen met een normaal lichaamsgewicht. De

arts zou daarom kunnen overwegen om bij zwaardere vrouwen

Implanon NXT eerder te vervangen.

Samenvatting Productkenmerken, 7/2012

9

Bloedingspatronen

► Tijdens het gebruik van Implanon NXT is het waarschijnlijk dat er

veranderingen in het menstruatiepatroon zullen optreden, welke vooraf onvoorspelbaar zijn.

– Voorbeelden hiervan zijn een onregelmatig bloedingpatroon

(afwezig, minder vaak, vaker, doorlopend) en verandering van de

intensiteit (meer of minder) en de duur van de bloedingen.

– Amenorroe werd gerapporteerd bij 1 op de 5 vrouwen, terwijl bij

andere 1 op de 5 vrouwen herhaald en/of langdurig optreden van

bloedingen gerapporteerd werd.

– Incidenteel werden hevige bloedingen gerapporteerd.

► Het menstruatiepatroon in de eerste drie maanden geeft bij veel

vrouwen een goede indicatie voor het patroon in de tijd erna.

Samenvatting Productkenmerken, 7/2012

10

Voorspelbaarheid van het

bloedingspatroon

► In klinische studies was verandering van het menstruatiepatroon

de meest voorkomende reden om te stoppen met gebruik (ongeveer 11 %).

► Door goede informatie en voorlichting (oa dmv meegeven van

informatietiebrochure voor patienten), en door de vrouw een

bloedingkaart te laten bijhouden kan de acceptatie van het

bloedingpatroon worden verbeterd (zie volgende slide).

► Evaluatie van vaginale bloeding moet op een ad hoc basis

gedaan worden en kan onderzoek omvatten om een

gynaecologische afwijking of zwangerschap uit te sluiten.

Samenvatting Productkenmerken, 7/2012

11

Bloedingskaart

12

Bloedingskaart

13

Bloedingskaart

U kan na het plaatsen van Implanon NXT uw

patiente vragen deze bloedingskaart ingevuld mee

te brengen bij een volgend bezoek teneinde de

geschiktheid van deze methode met haar te

evalueren op basis van haar bloedingsprofiel en

eventuele andere factoren.

Zowel de Implanon NXT informatiebrochure voor

patiënten als de bloedingskaart zijn voorzien in het

educatief pakket voor gezondheidszorgverleners.

Bijkomende exemplaren kan u bestellen via

dpoc_belux@merck.com

14

Contra-indicaties

► Actieve veneuze trombo-embolische aandoening.

► Bekende of vermoede geslachtshormoonafhankelijke

maligniteiten (kwaadaardige tumoren)

► Bestaande levertumor (goed - of kwaadaardig) of een

anamnese hiervan.

► Bestaande of eerder doorgemaakte ernstige leveraandoening

zolang de leverfunctiewaarden nog niet genormaliseerd zijn.

► Vaginale bloeding waarvan de oorzaak niet is vastgesteld.

► Overgevoeligheid voor het werkzame bestanddeel of voor één

van de hulpstoffen van Implanon NXT.

Samenvatting Productkenmerken, 7/2012

15

Interacties met geneesmiddelen In de klinische praktijk zijn 5 % van de gerapporteerde zwanger-

schappen te wijten aan interacties met andere geneesmiddelen

Interacties kunnen zich voordoen met geneesmiddelen die microsomale enzymen induceren, in het bijzonder cytochrome

P450 enzymen die kunnen resulteren in een verhoogde

clearance van de geslachtshormonen, zoals:

► phenytoine

► Phenobarbital

► Primidone

► Carbamazepine

► rifampicine

► en wellicht ook oxcarbazepine

► Topiramaat

► Felbamaat

► Griseofulvine

► en het kruidengeneesmiddel St. Janskruid

(‘Hypericum Perforatum’)

Ook van HIV protease (bv. ritonavir, nelfinavir) en non-nucleoside reverse transcriptase inhibitoren (bv. Nevirapine, efavirenz) en combinaties hiervan, werd melding gemaakt

dat ze potentieel het levermetabolisme beinvloeden

Samenvatting Productkenmerken, 7/2012

16

Blootstelling aan Implanon®

tijdens de zwangerschap

► Implanon NXT® is niet geïndiceerd tijdens de

zwangerschap.

► Zwangerschap moet uitgesloten worden voordat het

implantaat ingebracht wordt.

► Indien gedurende het gebruik van Implanon NXT®

een zwangerschap optreedt, moet het implantaat

verwijderd worden.

► Merk op dat zwangerschappen die optreden tijdens

het gebruik van IMPLANON NXT® gemeld dienen te

worden. Duidelijke richtlijnen hieromtrent vindt u op

slide 81 van deze presentatie.

17

Implanon NXT® Samenvatting

► Subdermaal, langwerkend hormonaal

anticonceptiemiddel

► Radiopaak

► Snelle start van de contraceptieve werking

► Werkingsduur van 3 jaar

► De arts zou daarom kunnen overwegen om

bij zwaardere vrouwen Implanon NXT eerder

te vervangen (vóor de start van het 3 de

gebruikersjaar).

18

Implanon NXT® Samenvatting (vervolg)

► Zeldzame zwangerschappen werden post-

marketing gerapporteerd en waren hoofdzakelijk te

wijten aan het niet strikt opvolgen van de

inbrenginstructies en, in mindere mate, aan het

falen van de methode/geneesmiddeleninteracties.

► De meest voorkomende bijwerking verbonden aan

het stopzetten van de methode is een onregelmatig

en onvoorspelbaar bloedingspatroon.

► Het voorlichten (informeren en raadgeven) van de

vrouw is heel belangrijk.

19 19

Vragen

Vragen

20 20

Patiënten voorlichting

Counseling

Medische informatie voor de patiënt

tijdens de consultatie

21

Bespreek de voordelen, de risico’s en

eventuele bijwerkingen:

– Heel doeltreffend gedurende 3 jaar

– Uitz voor zwaardere vrouwen <3 jaar

– Geen enkele anticonceptiemethode

is 100 % betrouwbaar

– Terugkeer van de fertiliteit

– Indien juist ingebracht, kan het op

eender welk moment gemakkelijk

worden verwijderd

– Het implantaat mag niet langer dan

3 jaar blijven zitten

– Contra-indicaties

– Bijwerkingen, waarbij de nadruk

wordt gelegd op de verandering van

het bloedingspatroon

– Geen bescherming tegen SOA’s of

HIV

Veranderingen in het

bloedingspatroon:

– Tijdens het gebruik van Implanon

NXT® is er veel kans dat het

menstrueel bloedingspatroon van de

patiënten wijzigt

– Een significante groep vrouwen zal

relatief weinig bloedingen hebben

– Een klein aantal vrouwen zal

onregelmatige en/of langdurige

bloedingen hebben

– De meeste vrouwen zullen mettertijd

evenveel of zelfs minder B/S-dagen

hebben dan tijdens de eerste 3

maanden van gebruik

Belangrijkste voorlichtingspunten

22

Belangrijkste voorlichtingspunten

► Vertel patiënten dat tijdens de klinische studies een wijziging van

het bloedingsprofiel de meest voorkomende reden was om het gebruik van Implanon® te stoppen (11 %).

► Leg de inbreng- en verwijderingsprocedures uit.

– Het implantaat moet palpeerbaar zijn voor zowel de arts als

de vrouw.

– Er kunnen littekens en complicaties optreden.

► Geef de patiënte educatief materiaal

► Geef de patiënte voldoende tijd om de informatie door te nemen, haar keuze te overwegen en vragen te stellen.

► Gebruik de Implanon NXT checklist gedurende de consultatie

(aandachtspunten voor en na insertie)

23

Wanneer Implanon NXT® inbrengen

► Implanon® NXT is onmiddellijk werkzaam na

insertie op voorwaarde dat het op het

aanbevolen tijdstip werd ingebracht.

► Wanneer het op een ander tijdstip wordt ingebracht:‎ sluit een zwangerschap uit* en

gebruik een barrièremethode (zoals vb een

condoom) gedurende tenminste 7 dagen

* Er moet altijd rekening worden gehouden met

een eventuele ovulatie en bevruchting vóór het

inbrengen van Implanon® NXT en een

zwangerschap moet worden uitgesloten – cfr

gebruikelijke routine. Samenvatting Productkenmerken, 7/2012

24

Aanbevolen tijdstip voor het

inbrengen van het implantaat

Vorige methode Tijdstip van het inbrengen

Geen Dag 1-5 van de cyclus

Gecombineerde methode (pil, pleister, ring) Tijdens de hormoonvrije week

Progestageen-alleen pil Op elk tijdstip tijdens de

behandeling

Implanon®/IUS Zelfde dag als verwijdering

Injecteerbaar progestageen-alleen (prikpil) Wanneer de volgende

injectie moet gebeuren

Na een abortus of miskraam in het 1ste trimester Binnen de 5 dagen

Na een bevalling of abortus/miskraam in het 2de

trimester Dag 21-28

Samenvatting Productkenmerken, 7/2012

25 25

Vragen

Vragen

26

Implanon® NXT Applicator

Ontwerp onderdelen applicator:

► Hefboommechanisme dat de beschermkap van

de naald blokkeert

► Implantaat zit vast in naald vóór inbrengen

► Éénhandige beweging met schuiver

► Handeling wijst

zichzelf uit

► Naald gedeeltelijk

zichtbaar

27

Deelnemen aan deze opleiding

vervangt NIET de noodzaak tot het

nalezen van de

wetenschappelijke

bijsluiterinformatieover inbrengen

en verwijderen van Implanon

NXT® (SKP, rubriek 4.2)

* SKP = Samenvatting Kenmerken Producten, 7/2013

28

Voorbereiding voor het inbrengen

► Inbrengen van Implanon NXT® dient onder strikt

aseptische omstandigheden te worden uitgevoerd, en

alleen door een arts die bekend is met de procedure.

► Inbrengen van Implanon NXT® mag enkel gebeuren

met de voorgeladen applicator.

► Het is aanbevolen dat de arts de procedure al zittend

uitvoert.

► Verifieer dat de patiënt niet allergisch is aan

antisepticum en anestheticum.

► Laat patiënt op haar rug liggen met haar

niet-dominante arm naar buiten gedraaid en gebogen

elleboog.

29

Voorbereiding voor het inbrengen

► Om het risico op neurale en vasculaire schade te minimaliseren,

moet het implantaat subdermaal aan de binnenzijde van de niet-

dominante bovenarm op ongeveer 8-10 cm boven de epicondylus

medialis van het opperarmbeen (humerus) worden ingebracht.

► Markeer 2 plaatsen: de insertieplaats en 6-8 cm boven de

insertieplaats, als richtingsaanwijzing tijdens de insertie.

► Maak de inbrengplaats schoon met een desinfectans.

► Verdoof de insertieplaats (bv. met verdovende spray of injectie van

2 ml lidocaïne (1 %) net onder de huid langs het 'inbrengkanaal‘)

► Haal de steriele wegwerpapplicator met Implanon NXT uit de blister.

► Houd de naald en het implantaat steriel (als er contaminatie is,

moet een nieuwe verpakking met een nieuwe steriele applicator

worden gebruikt).

30

Locatie van Implanon NXT®

in de arm

31

Implanon NXT®

Belang van subdermale plaatsing

► Implanon NXT® moet subdermaal worden ingebracht.

► Wanneer het implantaat te diep wordt ingebracht,

kan dat neurale of vasculaire schade veroorzaken. Te diepe of incorrecte inserties

zijn in verband gebracht met paresthesie (door neurale

schade) en met een migratie

van het implantaat

(te wijten aan een intramusculaire insertie of een insertie in de aponeurose), en in zeldzame gevallen met een intravasculaire insertie. Wanneer het implantaat te diep is ingebracht, kan het bovendien niet palpeerbaar zijn en kunnen de lokalisatie en/of verwijdering later moeilijk zijn.

32

Hoe inbrengen?

► Neem de steriele voorgevulde

wegwerpapplicator met Implanon

NXT® uit de blister

► Pak de applicator net boven de

naald op het geruwde oppervlak

vast en verwijder het transparante beschermkapje van de naald

met het implantaat

► Als het kapje niet gemakkelijk te verwijderen is, gebruik de

applicator dan niet

► Als u in de punt van de naald kijkt, kunt u het witte implantaat zien.

► Raak de paarse schuiver niet aan voordat u de naald in zijn geheel

subdermaal hebt ingebracht; de schuiver zorgt er namelijk voor dat

de naald terugtrekt en het implantaat vrijkomt uit de applicator

33

Hoe wordt Implanon NXT® ingebracht?

► Trek met duim en wijsvinger van uw vrije hand

de huid rond de inbrengplaats strak

► Prik de huid aan met de punt van de naald

onder een hoek van ongeveer 30°

► Tijdens de volledige inbrengprocedure, moet

het mogelijk zijn om de inbrengplaats

en de beweging van de naald te zien

► Breng de applicator in horizontale positie

► Trek de huid op met de punt van de naald

en schuif de naald in zijn geheel onder de

huid

► U kunt enige weerstand voelen, maar u mag

geen overmatige druk uitoefenen

► Als de naald niet over zijn hele lengte ingebracht

wordt, zal het implantaat niet correct ingebracht

worden

34

► Terwijl u de applicator in dezelfde positie

houdt en de naald volledig ingebracht

blijft, kunt u de paarse schuiver

ontgrendelen door deze licht in te drukken

► Beweeg de schuiver helemaal terug tot

deze niet meer verder kan. Hierbij blijft het

implantaat op de definitieve, subdermale

plaats achter en wordt de naald teruggetrokken en binnen in de

applicator afgesloten

► Nu bevindt het implantaat zich in de finale subdermale positie

► Als u de schuiver niet geheel terugschuift, wordt de naald niet

voldoende teruggetrokken waardoor het implantaat niet correct

geplaatst wordt

► Verwijder de applicator

Hoe wordt Implanon NXT® ingebracht?

35

► Controleer direct of het

implantaat correct in de arm

geplaatst is door palpatie van

de inbrengplaats

► Door beide uiteinden van het

implantaat te voelen moet u kunnen vaststellen dat

het 4 cm lange staafje zich onder de huid bevindt.

► Een implantaat dat correct werd ingebracht moet

palpeerbaar zijn, zowel door de arts als de patiënt.

Hoe wordt Implanon NXT® ingebracht?

36

Stappen na het inbrengen van het

implantaat

► Plak een kleine pleister over de inbrengplaats.

► Breng een steriel gaas met drukverband aan

om de kans op blauwe plekken te verkleinen.

► Vul de gebruikerskaart in en vraag de vrouw

om deze te bewaren.

► De applicator is alleen bestemd voor

éénmalig gebruik en moet weggegooid

worden overeenkomstig de lokale richtlijnen

voor niet-biologisch afbreekbaar afval.

37 37

Vragen

Vragen

38

Animatie over het inbrengen

van het implantaat

39

Live video over het inbrengen

van het implantaat

40

Onmiddellijke controle

na het inbrengen

► Controleer altijd door palpatie of het implantaat is ingebracht.

► Laat de vrouw ook zelf palperen.

► Wanneer het implantaat niet voelbaar is, moet u de

aanwezigheid in de arm zo snel mogelijk bevestigen met

beeldvormings-

technieken.

► De patiënt moet een

back-up anticonceptie-

methode gebruiken tot de

aanwezigheid van het

implantaat is bevestigd.

41

Onjuiste inbrengtechniek

Foute manipulatie van applicator

42

Onjuiste inbrengtechniek Diepe inbreng - Inbrenghoek >30°

43

Als u het implantaat niet kunt

voelen of in geval van twijfel

► Controleer de applicator. De naald moet geheel teruggetrokken zijn en alleen de paarse obturator mag zichtbaar zijn.

► Gebruik een andere methode om te bevestigen dat het implantaat correct geplaatst is. Geschikte methoden hiervoor zijn: tweedimensionale röntgenopname, computertomografie (CT-scan), echografie met een hoogfrequentie lineaire array transducer (10 MHz of meer) of magnetische resonantie (MRI). Het wordt aanbevolen eerst de leverancier van Implanon NXT® te raadplegen voor instructies voordat u röntgen, CT, echografie of MRI gaat verrichten voor lokalisatie van het implantaat.

44

2 ‘expert centra’ voor de localisatie

en/of verwijdering van implantaten

► 1. UZ LEUVEN :

Dr. Jasper VERGUTS Campus Gasthuisberg Herestraat 49 3000 Leuven 016/34.42.08 (consultaties gynecologie)

► 2. UZ GENT: Dr. Steven WEYERS Vrouwenkliniek, UZ Gent De Pintelaan 185 9000 Gent 09/240. 37. 83 (consultaties gynecologie)

► 3. UCL St-LUC Prof Jean Squifflet Cliniques St-Luc 10, Avenue Hippocrate 1200 Bruxelles

02/764.18.18 (consultaties gynecologie)

Onder voorbehoud van wijzigingen

45

Als u het implantaat niet kunt

voelen of in geval van twijfel

► Als deze beeldvormende technieken niet succesvol zijn, wordt geaviseerd om de aanwezigheid van het implantaat te bevestigen door middel van een etonogestrelbepaling in een bloedmonster van de vrouw. In dit geval zal de leverancier de geschikte procedure verstrekken.

► Zolang de aanwezigheid van het implantaat niet is bevestigd, moet een niet-hormonale vorm van anticonceptie worden gebruikt.

46 46

Oefenen van de

inbrengprocedure

Oefenen van de

inbrengprocedure

47

Het stap voor stap inbrengen van het

implantaat

► Prik de huid aan

met de punt van de

naald onder een

hoek van ongeveer 30°

► Laat de applicator

zakken tot een

horizontale positie

48

Het stap voor stap inbrengen van

het implantaat

► Terwijl de huid omhoog getrokken wordt, de naald met zachtheid in zijn geheel inbrengen

► U kunt enige weerstand voelen maar u mag geen overmatige druk uitoefenen.

49

Het inbrengen

► Terwijl u de applicator in dezelfde positie houdt, kunt u de paarse schuiver ontgrendelen door deze licht in te drukken

► Beweeg de paarse schuiver helemaal terug tot deze niet meer verder kan. Hierbij blijft het implantaat op de definitieve, subdermale plaats achter en wordt de naald teruggetrokken en binnen in de applicator afgesloten.

► Nu bevindt het implantaat zich in zijn definitieve subdermale positie

50 50

Lokalisatie

voor het verwijderen

Localisatie voor verwijdering

51

Lokalisatie

► Lokalisatie is een essentieel onderdeel van het

inbreng- en verwijderingsproces.

► Lokaliseer altijd:

– onmiddellijk na het inbrengen;

– onmiddellijk voor het verwijderen.

► De lokalisatie begint met palpatie.

► Wanneer het implantaat niet voelbaar is, moet u de

aanwezigheid in de arm zo snel mogelijk bevestigen

met een beeldtechniek (echoscopie, röntgenstralen).

► De patiënt moet een back-up anticonceptie-

methode gebruiken tot de aanwezigheid van

Implanon NXT®is bevestigd.

52

Lokalisatie voor het verwijderen

► Een explorerende ingreep zonder kennis

van de exacte locatie wordt sterk afgeraden.

► Verwijdering van diep ingebrachte

implantaten moet voorzichtig gebeuren

om beschadiging van dieper gelegen

zenuwen of bloedvaten te voorkomen; de

ingreep mag alleen verricht worden door

artsen met kennis van de anatomie van de

arm.

53

Lokalisatie voor het verwijderen

► Twee verschillende implantaten mogelijk bij

verwijdering:

– Niet-radiopake Implanon®

• Meestal ingebracht vóór de lancering van

Implanon NXT®

• Oude versie van de Patiëntenkaart

– Radio-opake Implanon NXT®

• Ingebracht na lancering van Implanon NXT®

• Nieuwe versie van de Patiëntenkaart

54

In beeld brengen van Implanon®

en Implanon NXT®

Implanon® niet-radiopaak

Implanon NXT® radiopaak

Zichtbaar op

radiografie no yes

Zichtbaar op echografie

yes yes

Zichtbaar op CT no yes

Zichtbaar op NMR yes yes

Positieve ENG

bepaling yes yes

•‎Als‎de‎beeldresultaten‎niet‎afdoende‎zijn,‎kan‎de‎aanwezigheid‎van‎Implanon® geverifieerd worden met een

ENG-bepaling. Neem contact op met MSD voor meer informatie.

•‎Ongeacht‎de‎gekozen‎techniek‎om‎de‎aanwezigheid‎te‎bevestigen,‎wordt‎aanbevolen‎om‎diepe‎implantaten‎te‎

verwijderen onder geleide van echoscopie.

55

Radiopaak implantaat Lokalisatie röntgenstralen

56

Lokalisatie door middel van een

echoscopie

► Echoscopie

– Moet worden uitgevoerd door een arts met de juiste apparatuur,

die vertrouwd is met de implantaat-lokalisatieprocedure.

• Linear array transducer

• 7-15 (idealiter 12-15) MHz

– Met de juiste techniek en apparatuur kunnen de meeste

implantaten worden gelokaliseerd.

– Verwijder het implantaat kort na/tijdens de lokalisatie om de

nauwkeurigheid van de locatie te vergroten.

► Echoscopische kenmerken

– Scherpe akoestische schaduw onder het implantaat in transversale

positie.

– Het implantaat is een klein echogenisch punt (2 mm) wanneer

bekeken in transversale positie.

57

Implanon® - Juist ingebracht

Transversaal beeld

Akoestische schaduw

implant

58

Implanon® – Ingebracht onder

de fascia muscularis

implant

Akoestische schaduw

59

Implanon® - Diep in de biceps

ingebracht

Akoestische schadum

implant

60

NMR-lokalisatie

NMR ► Het radiopake implantaat wordt

weergegeven als een hypodense zone.

– Essentieel om het implantaat van de

bloedvaten te onderscheiden

– Kan over 40 mm gevolgd worden met

beelden

61

NMR Implanon® wordt weergegeven als een hypodense zone.

- Essentieel om het implantaat van de bloedvaten te

onderscheiden.

- Kan over 40 mm gevolgd worden met beelden.

62

Diep ingebracht in de biceps

63

ENG-analyse

Het serum-etonogestrelgehalte … ► Kan aanwezigheid van het implantaat bevestigen, maar

bevestigt de locatie niet

► Kan worden uitgevoerd wanneer het implantaat niet kan

worden gelokaliseerd door palpatie en beeldtechnieken

► De patiënte mag geen andere anticonceptiehormonen

gebruiken (kruisreactie)

► Kan enkel worden uitgevoerd door de laboratoria van de

fabrikant

► Er moet een serumstaal naar de fabrikant worden

opgestuurd

► Neem contact op met de fabrikant voor meer informatie

64 64

Verwijdering: stappen en

technieken

Verwijdering:

stappen en technieken

65

Verwijdering

► Aanwijzingen voor het

verwijderen:

– Op verzoek van de

patiënt.

– Medische indicatie.

– Na 3 jaar gebruik

– Indien gedurende

het gebruik van

Implanon NXT een

zwangerschap optreedt

► Mag alleen worden uitgevoerd door

een arts die vertrouwd is met de

procedure.

► Voor de verwijdering moet u de

bijsluiter aandachtig lezen.

► Als de vrouw niet zwanger wil

worden, moet onmiddellijk gestart

worden met een andere

anticonceptiemethode (de fertiliteit

keert snel terug).

66

Verwijdering

► Licht de patiënten in over de verwijdering

► Bepaal of de patiënte Implanon® of Implanon NXT®

heeft

► Tracht het implantaat niet te verwijderen totdat de

locatie van het implantaat geverifieerd is door

palpatie of door beelden

► Bevestig dat de patiënt niet allergisch is aan

antiseptica en anestetica

► Plaats de patiënt in dezelfde positie als voor de

insertie

► Behoud aseptische omstandigheden

67

Verwijdering

► Mogelijke situaties die de verwijdering gecompliceerd kunnen

maken:

– Vorming van fibrose

– Implantaat is niet palpeerbaar of moeilijke lokalisatie

– Implantaat is niet aanwezig

– Geringe migratie

– Moeilijke verwijdering door een diepe insertie

– Gebroken of beschadigd implantaat

► Begin de verwijdering alleen wanneer de locatie van het implantaat bevestigd is.

► In geval van een gebroken of beschadigd implantaat: verwijder

het implantaat en neem contact op met de fabrikant.

► Verwijs de patiënt door naar een ervaren arts bij een moeilijk te verwijderen implantaat.

68

Verwijdering

► Lokaliseer het implantaat door palpatie en markeer het distale uiteinde (dichtst bij de elleboog)

► Was en desinfecteer de arm van de vrouw

► Verdoof de arm met 0.5-1ml lidocaïne 1% juist onder het distale einde van het implantaat, op de plaats waar de incisie wordt gemaakt.

► Breng het verdovend middel aan onder het implantaat zodat het dicht bij de huidoppervlakte blijft

69

Verwijdering

► Druk het proximale uiteinde naar beneden om het implantaat te fixeren. Het is mogelijk dat er een bobbel verschijnt op de plaats van het distale uiteinde van het implantaat.

► Maak een longitudinale incisie van 2 mm vanaf beneden van het distale uiteinde van het implantaat richting elleboog.

70

Verwijdering

► Duw het implantaat voorzichtig in de richting van de incisie totdat het uiteinde ervan zichtbaar wordt.

► Pak het implantaat met een klem en verwijder het implantaat

► Als het implantaat ingekapseld is, maak dan een incisie in het kapsel en verwijder het implantaat met de klem

71

► Als de top van het implantaat niet zichtbaar wordt in de incisie, breng de klem dan voorzichtig in de incisie. Pak het implantaat. Neem de klem over in uw andere hand en verwijder zachtjes het distale deel van het implantaat.

► Indien nodig, verwijder voorzichtig het fibrotisch weefsel rond het implantaat met een tweede klem.

► Het implantaat kan nu worden verwijderd.

► Bevestig dat het volledige staafje, dat 4 cm lang is, werd verwijderd door het te meten.

Verwijdering

72

Stappen na het verwijderen van het

implantaat

► Na het verwijderen van het implantaat, sluit

de incisie met een Steri-Strip en breng een

hechtpleister aan

► Breng een steriel gaas met drukverband aan

om de kans op blauwe plekken te verkleinen.

Na 24 uur mag de patiënte het drukverband

verwijderen en na 3 tot 5 dagen mag ook de

pleister verwijderd worden.

► Indien de vrouw niet zwanger wil worden,

moet onmiddellijk gestart worden met een

alternatieve anticonceptiemethode.

73

Verwijdering

74

Verwijdering

75 75

Vragen

Vragen

76 76

Oefenen van de

verwijderingsprocedure

Oefenen van de verwijderingsprocedure

77

Hoe wordt Implanon NXT® vervangen

► Het vervangen van Implanon NXT® dient onder strikt aseptische

omstandigheden te worden uitgevoerd, en alleen door een arts die vertrouwd is met de inbreng- en verwijderingsprocedure.

► Onmiddellijke vervanging kan uitgevoerd worden na de

verwijdering van het vorige implantaat zoals beschreven in ‘Hoe

wordt Implanon® NXT verwijderd’.

► De procedure om Implanon NXT® te vervangen is vergelijkbaar

met de inbrengprocedure ‘Hoe wordt Implanon NXT®

ingebracht’.

► Het nieuwe implantaat kan in dezelfde arm worden ingebracht

en via dezelfde incisie waarlangs het vorige implantaat werd

verwijderd.

► Als het implantaat onmiddellijk wordt vervangen, is een back-up anticonceptiemethode niet noodzakelijk.

78

Hoe wordt Implanon NXT® vervangen

► Als dezelfde incisie wordt gebruikt, moeten onderstaande

instructies gevolgd worden.

► De kleine incisie die werd gemaakt tijdens de

verwijderingsprocedure kan gebruikt worden als ingang voor de

naald van de nieuwe applicator.

► Verdoof de plaats van het inbrengen met 2 ml lidocaïne (1 %)

dat net onder de huid vanaf de incisie langs het 'inbrengkanaal'

wordt ingebracht.

► Tijdens het vervangen is het cruciaal om de naald volledig in te

brengen; als dat misgaat, zal het implantaat gedeeltelijk

zichtbaar zijn ter hoogte van de verwijderingsincisie in de huid.

► Als er een gedeeltelijke extrusie is, moet het implantaat worden

weggegooid en moet een nieuw steriel implantaat worden

ingebracht.

79

Hoe wordt Implanon NXT® vervangen

► Na het verwijderen van de applicator, sluit de

incisie met een Steri-Strip en breng een

hechtpleister aan

► Breng een steriel gaas met drukverband aan

om de kans op blauwe plekken te verkleinen.

Na 24 uur mag de patiënte het drukverband

verwijderen en na 3 tot 5 dagen mag ook de

pleister verwijderd worden.

80 80

Vragen

Vragen

81

Rapportage van Implanon (NXT)

gerelateerde nevenwerkingen

► Rapportage van Implanon (NXT) gerelateerde nevenwerkingen

De gezondheidszorgbeoefenaars worden verzocht bijwerkingen van Implanon

NXT te melden aan het Belgisch Centrum voor Geneesmiddelenbewaking voor

geneesmiddelen voor humaan gebruik (BCGH) van het FAGG. Het melden kan

online gebeuren via www.gelefiche.be of via de “papieren gele fiche”

beschikbaar via het Gecommentarieerd Geneesmiddelenrepertorium en drie

maal per jaar via de Folia Pharmacotherapeutica. De gele fiche kan worden

verzonden naar het BCGH per post naar het adres FAGG – BCGH – Eurostation II

– Victor Hortaplein 40/40 – 1060 Brussel, per fax op het nummer 02/254.80.01, of

per mail naar: adversedrugreactions@fagg-afmps.be

► Bijwerkingen mogen ook gemeld worden aan MSD Belgium via dpoc_belux@merck.com, of per fax op het nummer 02 /3751301

82

Deelnemen aan deze opleiding

vervangt NIET de noodzaak tot het

nalezen van de wetenschappelijke

bijsluiterinformatie over inbrengen

en verwijderen van Implanon NXT®

(SKP, rubriek 4.2).

* SKP = Samenvatting Kenmerken Producten, 7/2013

83 83

Hartelijk dank

Bedankt

Recommended