1

2

‘EEN MANAGER MOET VAN

MENSEN HOUDEN’

3

STRATEGIE

WEES GEWOON OVERTUIGD DAT HET ALTIJD MET MENSEN BEGINT

4

BEGINT BIJ MENSEN

WERK VERANDERT

HOGERE EISEN DOOR AUTOMATISERING VOEDSELVEILIGHEID

FLEXIBILITEIT

TEKORT ARBEIDSMARKT

FORSE UITSTROOM

OUDERE LANGER INZETBAARVERGRIJZING

VIER DAGEN WERKEN

INSTROOM JONGE MENSEN

OPLEIDEN RENDEERT

5

markt

arbeid

kapitaal

= consument/handel

= medewerkers= aandeelhouders/banken

ONDER-NEMER

6

DE 3 M’S

MERK

MIDDELEN

MENS

7

ANTWOORDEN OP DE SUPERMARKTOORLOG

MERK

NIEUWE PRODUCTEN

EFFICIENCY (minder maar hoger gekwali- ficeerde arbeid)

8

BOLLETJE

5 WAARDEN

• VERRASSEND

• WARM HART

• ZINNIG

• GEWOON GOED

• KOSTENBEWUST

9

ONDEUGEND, ONTWAPENEND, ECHT

VROLIJK, VERRASSEND

NIET TE DUUR, VOOR IEDEREEN

BAKKER

MENTALE WAARDE

MENTALE WAARDE

INSTRUMENTELE WAARDE

INSTRUMENTELE WAARDE

DNA MERK BOLLETJE

10

BEGINT BIJ DE MENS

GRONINGEN: FACTOR ARBEID

DE 3 M’s MENS (MERK, MIDDELEN)

ANTWOORD SUPERMARKTOORLOG (EFFICIENCY MENS)

TRAINEN MENS OP WAARDEN

MENSEN GROOTSTE WAARDE NIET OP BALANS

VERANDERINGEN: MARKT, BEDRIJF, POPULATIE

11

MENSEN ZIJN DE GROOTSTE WAARDE

GEEN KOSTEN MAAR IMMATERIËLE INVESTERINGEN DIE RENDEMENT OPLEVEREN

12

VEEG DE TRAP ALTIJD VAN BOVEN NAAR BENEDEN SCHOON

13

OPLEIDEN MOET DOOR DE TOP, HET MANAGEMENT, DOOR LEIDINGGEVENDEN ZELF ONDERGAAN, GEDAAN EN GEDRAGEN WORDEN

14

OPLEIDEN BEGINT KLASSIKAAL EN MET THEORIE

15

DOE OPLEIDINGEN NOOIT VANWEGE SUBSIDIE. ZIE SUBSIDIE HOOGSTENS ALS STEUNTJE IN DE RUG.

16

HET BEGINT BIJ MENSEN IK ZAG DIE TWEE PRODUCTIELIJNEN

IK ERVAARDE DE SUPERMARKTOORLOG

IK ZAG DE KOSTPRIJS

IK ZAG EEN SOCIAAL PLAN

IK ZAG TE ONTWIKKELEN MENSEN

IK ZAG DE BASIS DIE GELEGD WAS

IK ZAG DE VERANDERINGEN

LEREN EN WERKEN PAST IN STRATEGIE ROND MIJN GROOTSTE ASSET: DE MENS

17

- MAAK IEMAND VRIJ

- VOORLICHTING, START, MILESTONES

- DE TRAP

- MEDEWERKERS SCHATTEN ZICHZELF TE HOOG IN

- MANAGERS HELPEN DAARAAN MEE

- BIJ EVC MOET JE MEER ‘KUNSTJES’ BEHEERSEN

- PAS OP VOOR GEVOEL VAN VERKAPTE REORGANISATIE

- TIJD EN ENERGIE

18

HET MODEL VAN HERZBERGJE WORDT ER GOED VAN

ZAKEN DIE BETROKKENHEID STIMULEREN

FACTOREN DIE DE ‘WERKINHOUD BETREFFEN’

NEUTRAAL MENSEN ZIJN TEVREDEN NOCH ONTEVREDEN

JE HEBT ZE NODIG ANDERS WORD JE ONTEVREDEN

EENMAAL INGEVULD STIMULEREN ZE NIET MEER

FACTOREN, DIE VEELAL DE “WERKOMSTANDIGHEDEN” BETREFFEN

DEMOTIVATOREN

MOTIVATOREN

19

MOTIVATOREN

SUCCES EN SUCCESVOLLE ORGANISATIE

UITDAGEND WERK

ONTWIKKELING, GROEI

VERANTWOORDELIJKHEID

WAARDERING

20

DEMOTIVATOREN

GELD

WERKOMSTANDIGHEDEN

BELEID, VISIE, STRATEGIE

PERSOONLIJKE RELATIE

LEIDING

STATUS

21

WIL JE DE BASIS GEZOND HOUDEN

ONTWIKKEL LEREN EN WERKEN, INVESTEER IN JE MENSEN

WIL JE GOEDE MENSEN BINNENHALEN EN BEHOUDEN

DENK AAN HET MODEL VAN HERZBERG