33

9006632590 omslag.indd 2 14-08-12 10:28...9006632590_omslag.indd 2 14-08-12 10:28 C ˜ Vul de goede getallen in. Zet de hele getallen in de rondjes. Zet de getallen met een breuk erbij

  • Upload
    others

  • View
    3

  • Download
    0

Embed Size (px)

Citation preview

  • 9006632590_omslag.indd 2 14-08-12 10:28

  • C 1 Vul de goede getallen in.Zet de hele getallen in de rondjes. Zet de getallen met een breuk erbij in de hokjes.

    C 2 Vul de goede getallen in.

    C 3 Welke getallen horen erbij?a Vul de goede getallen in op de getallenlijn.

    C 4 Zet een rondje om de grootste breuk.1. 1 3 of

    1 6

    2. 1 4 of 1 2

    3. 1 6 of 1 4

    4. 1 3 of 1 2

    0

    34

    212

    0 1 2

    0 3

    De lijn tussen 0 en 1 is verdeeld in 2 stukken. Elk stuk is

    De lijn tussen 1 en 2 is verdeeld in 4 stukken. Elk stuk is

    De lijn tussen 2 en 3 is verdeeld in 3 stukken. Elk stuk is

    De strook tussen 0 en 1 is verdeeld in 2 stukken. Elk stuk is

    De strook tussen 1 en 2 is verdeeld in 4 stukken. Elk stuk is

    Vind je het moeilijk? Neem dan een breukenstrook erbij.

    b Vul de goede getallen in op de getallenlijn.

    12

    12

    13

    13

    13

    13

    16

    16

    16

    16

    16

    16

    15

    15

    15

    15

    15

    14

    14

    14

    14

    2 blok 5les 1 en 2

    0 6

    12

    1 34

    4

    9006632590_02-07.indd 2 14-08-12 11:43

  • CD5 Splits de getallen.a174 = 100 + 70 + 4402 = + +

    243 = + +

    b1742 = + + +

    1465 = + + +

    4280 = + + +

    CD6 Vul de goede getallen in.Schrijf de getallen daarna in het schema.

    200 + 1 + 60 = 261+ 300 + 70 = 372

    50 + + 3 = 653

    400 + + 1000 + 5 = 1425

    100 + 80 + 6 + = 3186

    CD7 Hoeveel is het bij elkaar?Reken uit. Schrijf het getal in het schema.

    500 + 20 + 800 + 2 =

    300 + 700 + 30 + 50 =

    400 + 30 + 60 + 7 + 600 =

    2000 + 80 + 50 + 300 + 6 =

    8 + 1000 + 300 + 5 + 20 =

    5 + 300 + 70 + 1000 + 10 + 4 =

    D H T E

    D H T E

    CD8 Maak de sommen die je zo weet eerst en zet er een kruisje voor.Maak dan de andere sommen.a500 − 20 =

    400 − 30 =

    300 − 40 =

    200 − 50 =

    b210 − 30 =

    340 − 70 =

    430 − 50 =

    520 − 60 =

    c300 − 170 =

    400 − 230 =

    500 − 320 =

    600 − 410 =

    d420 − 140 =

    550 − 180 =

    630 − 250 =

    740 − 360 =

    3

    9006632590_02-07.indd 3 14-08-12 10:09

  • 4 blok 5les 3 en 4

    C 1 Kijk naar de plattegrond van buurtcentrum De Ark.Wat is de oppervlakte van de zalen?Vul eerst de lengte en de breedte in.

    zaal lengte breedte oppervlakte

    A 7 m 4 m

    B m m

    C m m

    D m m

    C 2 Teken het speelveld en de zandbak.a Het speelveld is 45 meter lang en 20 meter breed.b De zandbak is 15 meter lang en 9 meter breed.

    = 1 m = 10 m

    C 3 Bereken de oppervlakte en omtrek van dit tennisveld.a De oppervlakte is m2.

    b De omtrek is m.

    CD 4 Hoeveel kopjes koffi e zitten er in de tank?Vul in. a

    kopjes

    b

    kopjes

    c

    kopjes

    d

    kopjes

    4 m

    7 m

    3 m 5 m

    7 m

    8 m4 m

    Kas

    t 4 m

    Gang

    Toile

    tten

    A B

    C D

    2 m+tennisveld voor enkelspel

    tennisveld voor dubbelspel

    6,50 m

    1,50 m

    8 m

    5,50 m

    1,50 m

    40 kopjes 40 kopjes 50 kopjes 60 kopjes

    = 1 m2

    9006632590_02-07.indd 4 14-08-12 10:09

  • 5

    CD5 Hoelang kan de kaars nog branden?a

    brandtijd 16 uur

    16 uur uur uur

    CD6 Vul in.Let op het teken.a b c d

    CD7 Reken uit.Weet je nog? Kijk naar de voorbeelden.a3 × 32 = 3 × 30 + 3 × 2 = 90 + 6 = 964 × 18 = 4 × 10 + 2 × 26 = 2 × 6 × 14 = 6 × b5 × 19 = 5 × 10 + 5 × 9 = 50 + 45 = 957 × 16 = 7 × 9 × 13 =

    8 × 17 =

    CD8 Welke keersommen kun je maken?Kijk en vergelijk.a21 = 7 × 21 = 3 × 28 = 7 × 28 = 4 ×

    b210 = 70 × 210 = 3 × 280 =

    280 =

    c210 = 7 × 210 =

    280 =

    280 =

    5 4

    2

    20

    10×

    6 7

    56×

    5

    10

    6

    8

    12

    ×

    b

    brandtijd 12 uur

    uur uur uur

    9006632590_02-07.indd 5 14-08-12 10:09

  • 6 blok 5les 5 herhalen

    C 1 Vul de goede getallen in.

    C 2 Verdeel de repen eerlijk.Kleur wat Femke, Margot en Saron opeten. Hoeveel krijgen hun zusjes?

    C 3 Hoeveel tegels heeft Daan nodig voor het pad?Hoeveel kost dat?

    C 4 Teken 3 verschillende tuintjes met een oppervlakte van 12 m2.= 1 m2

    01 2 3 4 5

    1 tegel kost

    € 6

    a

    Femke eet 1 2 reep op.Haar zusje krijgt

    stukjes.

    b

    Margot eet 1 2 reep op.Haar zusje krijgt

    stukjes.

    c

    Saron eet 1 2 reep op.Haar zusje krijgt

    stukjes.

    c

    a Het pad is tegels lang en tegels breed.

    b Daan heeft voor het pad × = tegels nodig.

    c 1 tegel kost € 6. Het pad kost × € 6 = €

    9006632590_02-07.indd 6 14-08-12 10:09

  • 7blok 5les 5 oefenen

    CD 5 Hoe gaat de kilometerteller verder?Vul in.

    a b c d e

    0 0 6 9 9 0 0 9 9 8 0 1 0 8 9 0 2 0 0 2 0 4 0 9 9

    0 0 7 0 0

    0 0 7 0 1

    CD 6 Maak sprongen van 50 op de getallenlijn.a

    b

    c

    CD 7 Hoeveel kost het?Reken uit op je eigen manier. a€ 395 + € 232 =

    € 395 − € 232 =

    b€ 679 + € 218 =

    € 679 − € 218 =

    50

    10001050

    50

    14501500 1700

    50

    850900 1150

    9006632590_02-07.indd 7 14-08-12 10:09

  • C 1 Verdeel de pannenkoeken eerlijk.Teken de verdeling.a 2 kinderen

    Ieder kind krijgt pannenkoek.

    b 4 kinderen

    Ieder kind krijgt pannenkoek.

    c 3 kinderen

    Ieder kind krijgt pannenkoek.

    C 2 Eerlijk verdelen.Vul de tabel in. Vind je het moeilijk? Teken dan de pannenkoeken en de verdeling.

    pannenkoeken kinderen ieder krijgt

    1 2 1 2 pannenkoek

    2 2 pannenkoek

    3 2 pannenkoek

    4 2 pannenkoeken

    pannenkoeken kinderen ieder krijgt

    1 4 pannenkoek

    2 4 pannenkoek

    3 4 pannenkoek

    4 4 pannenkoek

    C 3 Hoeveel kilometer hebben ze al gereden?Zet een kruisje op de goede plaats.

    a Emma is op de helft. Van huis naar school is 6 km.

    b Lieke is op 1 4 deel. Van huis naar de bibliotheek is 8 km.

    c Abel is op 1 5 deel. Van huis naar de stad is 20 km.

    d Pablo is op 1 2 deel. Van Arnhem naar Amsterdam is 100 km.

    0 km

    huis

    6 km

    school

    0 km

    huis

    8 km

    bibliotheek

    0 km

    huis

    20 km

    stad

    0 km

    Arnhem

    100 km

    Amsterdam

    8 blok 5les 6 en 7

    9006632590_08-13.indd 8 31-08-12 12:18

  • CD4 Meet en reken.

    a Meet de lijn. De lijn is cm lang.

    b Van 0 naar 1 3 is op deze lijn cm.

    c In kilometers is dat: 240 : 3 = km.

    CD5 Hoeveel m, dm of cm is het?Vul de tabel in.

    m 1 2 3 0,50 1,50 1,60 2,50 10

    dm 10 20 16 25 100 200cm 100 2000

    CD6 Bereken de omtrek.

    De omtrek van de hele tuin is m.

    De omtrek van het gras is m.

    De omtrek van het terras is m.

    De omtrek van het bloemperk is m.

    De omtrek van is het grootst.

    De omtrek van is het kleinst.

    0 km 240 km13

    terras

    bloem-perkgras

    5 m

    4 m 1 m

    3 m

    2 m

    Gebruik je liniaal.

    CD7 Welke keersommen kun je maken?Kijk en vergelijk.a14 = 7 × 14 =

    30 = 6 × 30 =

    b140 =

    140 =

    300 =

    300 =

    c140 =

    140 =

    300 =

    300 =

    9

    9006632590_08-13.indd 9 14-08-12 10:10

  • 10 blok 5les 8 en 9

    C 1 Schrijf onder elkaar.Reken van rechts naar links.

    a 674 − 253 =

    H T E

    6 7 42 5 3 −

    =

    =

    =

    s a m e n =

    b 828 − 516 =

    H T E

    8 2 8−

    c 489 − 163 =

    H T E

    4

    d 547 − 319 =

    H T E

    5 4 73 1 9

    =

    =

    =

    s a m e n =

    e 792 − 536 =

    H T E

    7 9 2

    f 739 − 475 =

    H T E

    7

    CD2 Maak de sommen die je zo weet eerst en zet er een kruisje voor.Maak dan de andere sommen.a600 − 20 =

    500 − 30 =

    400 − 40 =

    300 − 50 =

    b210 − 130 =

    340 − 170 =

    430 − 150 =

    520 − 160 =

    c300 − 70 =

    400 − 30 =

    500 − 20 =

    600 − 10 =

    d520 − 140 =

    650 − 180 =

    730 − 150 =

    840 − 160 =

    CD3 Vul in.a b c d

    35

    160

    60

    35

    250

    85

    300

    29 22

    67

    175 101

    126200

    9006632590_08-13.indd 10 14-08-12 10:10

  • 11

    CD4 Welk gewicht ligt precies in het midden?

    375 g 425 g

    560 g 660 g

    805 g 835 g

    392 g 412 g

    538 g 548 g

    412 g 512 g

    CD5 Reken uit.Reken handig als het kan.a230 + 151 =

    310 + 262 =

    240 + 134 =

    370 + 213 =

    b325 + 240 =

    231 + 150 =

    362 + 210 =

    258 + 120 =

    c264 + 9 =

    325 + 49 =

    231 + 19 =

    369 + 18 =

    CD6 Hoeveel moet je betalen?Schat eerst hoeveel het ongeveer is. Reken het daarna precies uit.

    50 cent of meer: afronden naar boven. Voorbeeld: € 1,52 wordt € 2.Minder dan 50 cent: afronden naar beneden. Voorbeeld: € 1,38 wordt € 1.

    a b

    ongeveer precies

    € 5,68 + € 3,28

    € 2,14 + € 3,89

    € 4,01 + € 3,89 + € 2,02

    € 1,85 + € 3,02 + € 4,98

    9006632590_08-13.indd 11 14-08-12 10:10

  • 12 blok 5les 10 herhalen

    C 2 Isis maakt broodjes gezond.Voor 4 personen is 1 stokbrood nodig. Ieder eet evenveel.

    a Hoeveel stokbrood eet ieder?

    b Hoeveel hele stokbroden heeft Isis nodig voor 8 personen?

    c Hoeveel stokbroden heeft ze nodig voor 10 personen?

    d Irma heeft 3 stokbrooden. Hoeveel broodjes gezond kan ze maken?

    C 3 Schrijf onder elkaar.Reken van rechts naar links.

    a 533 − 312 =

    H T E

    5 3 33 1 2 −

    b 464 − 348 =

    H T E

    4 6 4−

    c 792 − 328 =

    H T E

    Vind je het moeilijk? Teken dan de stokbroden en de verdeling.

    C 1 Verdeel de pannenkoeken eerlijk.pannenkoeken kinderen ieder krijgt

    1 2 pannenkoek

    1 3 pannenkoek

    1 4 pannenkoek

    1 5 pannenkoek

    pannenkoeken kinderen ieder krijgt

    2 6 pannenkoek

    2 4 pannenkoek

    6 4 pannenkoek

    3 3 pannenkoek

    9006632590_08-13.indd 12 14-08-12 10:10

  • 13blok 5les 10 oefenen

    C 4 Een herder krijgt nieuwe schapen.Aanvoer schapen

    Dinsdag 24 maart: 513

    Vrijdag 27 maart: 737

    Dinsdag 31 maart: 657

    Vrijdag 3 april: 984

    CD5 Vul de goede getallen in.a738 g = g + 8 g + 700 g

    925 g = g + 20 g + 5 g

    679 g = 9 g + 70 g + g

    546 g = 40 g + g + 500 g

    b1374 g = 4 g + 300 g + g + 1000 g

    2545 g = 40 g + g + 2000 g + 500 g

    1528 g = g + 8 g + 1000 g + 20 g

    2760 g = 2000 g + g + 700 g

    CD6 Vul de nieuwe vertrektijden in. De treinen hebben 10 minuten vertraging.

    oude vertrektijd 10.20 11.08 12.45 13.28 13.55 17.10 18.54

    nieuwe vertrektijd

    CD7 Schrijf de tijden in cijfers.a

    ’s middags

    15.03 uur

    b

    ’s avonds

    c

    ’s avonds

    d

    ’s avonds

    e

    ’s middags

    a Op welke dag is de aanvoer het grootst?

    b Wat is het verschil in aanvoer tussen vrijdag 27 maart en dinsdag 24 maart?

    Vul het somkaartje in en reken uit onder elkaar.

    737 − =

    H T E

    7 3 7−

    c Wat is het verschil in aanvoer tussen dinsdag 31 maart en vrijdag 3 april?

    Vul het somkaartje in en reken uit onder elkaar.

    − =

    H T E

    9006632590_08-13.indd 13 14-08-12 10:10

  • 14 blok 5les 11 en 12

    C 1 Kijk goed naar deze klokken.

    09.00 21.00 18.15 16.45 17.00 05.00 04.45 06.15

    C 3 Maak de kaartjes vast aan de juiste klok.Nu ook met seconden.

    a b c d

    C 4 Hoe laat is het over 10 seconden?Het is nu: 09.12.31 09.12.43 20.53.29 23.49.50 22.59.50

    Over 10 seconden is het:

    kwart over 10 en 10 seconden

    10 uur, 15 minuten en 10 seconden

    10.15.10 of 22.15.10

    01.07.22 of 13.07.22

    12.00.42 of 00.00.42

    05.34.09 of 17.34.09

    09.19.29 of 21.19.29

    07.15.01 of 19.15.01

    Bij welke klok horen de kaartjes?

    C 2 Hoe laat is het?Zoek dezelfde tijden en maak vast. Bij elke klok horen 2 kaartjes.

    9006632590_14-19.indd 14 14-08-12 10:11

  • 15

    CD5 Tussen welke tientallen liggen deze getallen?a

    1047

    2007

    997

    2347

    b

    1298

    2994

    2295

    2326

    CD6 Tel terug met sprongen van 50.a 950 900 700

    b 1400 1350 1100

    c 2850 2500

    d 2200 1800

    CD7 Reken uit.a100 g + 20 g + 20 g + 10 g = g

    200 g + 10 g + 20 g + 20 g = g

    300 g + 20 g + 10 g + 5 g = g

    400 g + 50 g + 20 g + 20 g = g

    b500 g + 100 g + 200 g + 10 g = g

    500 g + 200 g + 200 g + 40 g = g

    500 g + 300 g + 400 g + 60 g = g

    500 g + 200 g + 300 g + 80 g = g

    CD8 Hoeveel gram is er nog over?Reken uit.a 250 g − 75 g = gram

    400 g − 125 g = gram

    500 g − 350 g = gram

    750 g − 240 g = gram

    1000 g − 375 g = gram

    b 250 g − 95 g = gram

    400 g − 165 g = gram

    500 g − 435 g = gram

    750 g − 385 g = gram

    1000 g − 655 g = gram

    9006632590_14-19.indd 15 14-08-12 10:11

  • 16 blok 5les 13 en 14

    C 1 Teken zo veel mogelijk terrassen van 10 m2. 1 cm = 1 m

    C 2 Reken uit.Meneer Yilniz legt een houten vloer.

    houten plaat:

    1 × 1 m

    plintlat: 3 m

    a Hoeveel houten platen heeft hij nodig? In de lengte op een rij houten platen.

    Er zijn rijen houten platen.

    Dat zijn × = houten platen.

    b Hoeveel kost de vloer? De prijs van de vloer is: × = €

    c Langs de rand van de muur maakt hij een plint. Hoeveel meter plint heeft hij nodig?

    Er is m plint nodig. Dat zijn plintlatten.

    d Hoeveel kosten de plinten samen? De prijs is: × = €

    12 m

    6 m

    € 10

    € 4

    9006632590_14-19.indd 16 14-08-12 10:11

  • 17

    CD 4 Schat de uitkomst.Welke uitkomsten zijn meer dan 100? Kleur die rood.Welke uitkomsten zijn minder dan 100? Kleur die blauw.

    4 × 30

    74 + 79 254 − 148 52 + 584 × 17

    15 × 10 756 − 399 98 + 1600 : 5 1200

    : 10

    CD 5 Schat eerst hoeveel je ongeveer moet betalen.Reken het daarna precies uit.a

    Ongeveer €

    Precies €

    b

    Ongeveer €

    Precies €

    c

    Ongeveer €

    Precies €

    d

    Ongeveer €

    Precies €

    57 35

    80

    250

    75

    1000600

    130

    € 0,65 € 0,65€ 2,15

    € 0,65 € 0,65 € 4,50€ 2,15

    € 1,25

    € 1,25

    € 1,25

    CD 3 Reken en kleur. 1 cm = 10 m

    a Een boer spant lint om zijn weilanden. Hoeveel meter lint heeft hij nodig per weiland?

    weiland 1 m weiland 2 m weiland 3 m

    b Kleur het weiland met de grootste oppervlakte.

    CD 6 Vul in.aBij muurtje b, c en d kan het op meer manieren.

    melk0,5 liter

    melk0,5 liter

    melk0,5 liter

    melk0,5 liter

    b c d

    1 2 3

    9006632590_14-19.indd 17 14-08-12 10:11

  • C 1 Klokkijken met minuten en seconden.a Hoe laat is het? Teken de wijzers in de klokken.

    13.30 uur 18.05 uur 16.15 uur 20.40 uur

    b Hoeveel minuten duurt het tot het volgende uur?

    minuten minuten minuten minuten

    c Hoeveel seconden duurt een minuut? d Teken in iedere klok een rode secondewijzer. Waar heb je hem getekend?

    op seconden op seconden op seconden op seconden

    C 2 Reken uit.Joost legt driehoekige tegels in zijn keuken.a Kleur de tegels in de eerste rij.

    Hoeveel tegels zijn dat? Het zijn tegels.

    b Hoeveel kost 1 rij tegels?

    × € = €

    c Hoeveel kost de hele vloer? × € 2 = €

    d Hoeveel kost de vloer als 1 tegel € 1,50 kost? × € 1,50 = €

    C 3 Hoeveel kost het terras?Vul de tabel in.

    aantal planken 10 20 30 40 60 80 100

    je betaalt € 6 € € € € € €

    C 4 Hoeveel kost een pad van 64 tegels?Vul de tabel in.

    aantal tegels 2 4 8 16 32 64

    je betaalt € 3 € 6 € € € €

    18 blok 5les 15 herhalen

    € 2

    9006632590_14-19.indd 18 14-08-12 10:11

  • CD 5 Reken uit. 3 × 5 = 1530 × 5 = 150

    12 : 3 = 4120 : 3 = 40

    a 40 × 5 =

    20 × 8 =

    160 : 4 =

    140 : 2 =

    b 90 × 2 =

    70 × 3 =

    150 : 3 =

    450 : 5 =

    c 50 × 4 =

    60 × 2 =

    180 : 2 =

    210 : 3 =

    d 80 × 3 =

    30 × 4 =

    100 : 5 =

    240 : 4 =

    CD 6 Reken uit.a23 × 4 = 20 × 4 +

    25 × 3 = 20 × +

    31 × 3 = +

    45 × 2 = +

    b6 × 12 = 6 × 10 + 6 × 2 =

    4 × 16 = 4 × 10

    5 × 23 = 20 3 × 24 =

    CD 7 Hoeveel zijn het er bij elkaar?

    a Hoeveel blikjes zijn het?

    blikjes

    b Hoeveel melkpakkenzijn het?

    pakken

    c Hoeveel bekers yoghurt zijn het?

    bekers

    CD 8 Reken uit.a 5 × 3 = 1510 × 3 = 30

    +

    15 × 3 =

    b 3 × 4 =

    20 × 4 = +

    23 × 4 =

    c 4 × 5 =

    30 × 5 = +

    34 × 5 =

    d 2 × 7 =

    20 × 7 = +

    22 × 7 =

    e 3 × 9 =

    20 × 9 = +

    23 × 9 =

    Weet je nog?2 × 15 =2 × 10 = 202 × 5 = 10

    19blok 5les 15 oefenen

    9006632590_14-19.indd 19 14-08-12 10:11

  • C 1 Teken lijnen. 1 m = 100 cm 0,1 m = 1 dm1 dm = 10 cm 0,1 dm = 1 cm1 cm = 10 mm 0,1 cm = 1 mm

    a 15 cm

    b 130 mm

    c 0,10 m

    C 2 Vul de tabellen in.a Splits in m, dm en cm.

    m dm cm

    2,35 m 2 3 54,57 m

    3,02 m

    0,94 m

    b Hoeveel meter is het samen?

    m dm cm

    3 4 6 3,46 m5 7

    3 4

    1 8

    C 3 Hoeveel planken heeft Joep nodig?a Hoeveel vloerplanken heeft Joep nodig voor de hal?

    1 vloerplank is cm breed en 2,50 m lang.

    De hal is 1 m breed = cm. Naast elkaar zijn

    nodig: rijen vloerplanken van 2,50 m lang.

    b Hoeveel vloerplanken heeft hij nodig voor de kamer?

    De kamer is 3 m breed = cm.

    Naast elkaar zijn nodig: vloerplanken van 10 cm breed en 2,50 m lang.

    c Maak de tabel af.

    aantal vloerplanken 1

    breedte in centimeters 10 100 200 300

    C 4 Meet de lijnen.a cm

    b mm

    c m

    Gebruik je liniaal.

    20 blok 5les 16 en 17

    hal kamer

    1 m 3 m

    2,5

    m

    2,5

    m10 cm

    9006632590_20-25.indd 20 14-08-12 10:12

  • CD5 Tel bij elk getal 400 op.a

    382

    565

    1050

    1200

    b

    725

    890

    1350

    1920

    c

    430

    2300

    1412

    610

    Vind je het nog moeilijk? Pak er dan geld bij.

    CD6 Hoeveel moet je betalen?Hoeveel krijg je terug? Vul in.

    a

    Je krijgt terug:

    b

    Je krijgt terug:

    c

    Je krijgt terug:

    CD7 Schrijf onder elkaar.Reken van rechts naar links.a

    674 + 253 =

    H T E

    6 7 4

    b

    328 + 516 =

    H T E

    3 2 8

    c

    484 + 163 =

    H T E

    4 8 4

    sla €

    appels €

    andijvie €

    TOTAAL €

    Kassabon

    wortelen €

    andijvie €

    tomaten €

    TOTAAL €

    Kassabon

    appels €

    sla €

    wortelen €

    TOTAAL €

    Kassabon

    Prijslijstsla € 0,65andijvie € 0,75appels € 1,80tomaten € 1,25wortelen € 1,05

    21

    9006632590_20-25.indd 21 14-08-12 10:12

  • 22 blok 5

    b Teken en reken uit. Gebruik 2 kleuren.

    les 18 en 19

    C 1 Reken handig: verdubbelen en halveren.********** *************** *************** *************** *************** *************** *****

    ********** *************** *************** *************** *************** *************** *****

    6 3

    15 30a Laura zegt: 6 × 15 is evenveel als 3 × 30.

    Heeft Laura gelijk? ja/nee

    6 × 15 =

    b Reken uit.

    C 2 Reken handig: keersommen.a Kijk goed en reken uit.

    C 3 Reken handig: delen met verdubbelen.

    225 : 25 is evenveel als 450 : 50 =

    Reken uit.

    125 : 25 = 250 : 50 =

    250 : 25 = : 50 =

    75 : 15 = 150 : 30 =

    90 : 15 = : 30 =

    135 : 45 = 270 : 90 =

    315 : 45 = : 90 =

    12 × 15 = × 30 =

    18 × 15 = × 30 =

    14 × 15 = × 30 =

    16 × 15 = × 30 =

    10

    200

    200

    50

    10 100

    100

    25

    samen 225 samen 450

    10

    8 × 6 = 5 × 6 + 3 × 6 = + =

    9 × 8 = 10 × 8 − 1 × 8 = − =

    8 × 4 = 5 × 4 + × 4 = + =

    7 × 6 = × 6 + × 6 = + =

    9 × 8 = 10 × − 1 × = − =

    9 × 6 = × 6 − × = − =

    9006632590_20-25.indd 22 14-08-12 10:12

  • 23

    CD 4 Maak de getallen groter.a Tel er 250 bij op.

    550

    790

    1250

    1680

    b Tel er 500 bij op.

    315

    650

    1240

    2005

    C Tel er 150 bij op.

    315

    650

    1240

    2005

    CD 5 Vul in.a b c d

    50 100 70

    170

    340

    120

    180

    500

    225

    105 170

    350

    175 475

    CD 6 Hoeveel meter is het nog naar huis?De afstand naar school is 2000 meter.a Fatima heeft 1400 m gelopen.

    Ze moet nog 2000 − 1400 = 600 m lopen.b Rosa heeft 1230 m gelopen.

    Ze moet nog lopen.

    c Robin heeft 1860 m gefi etst.

    Hij moet nog fi etsen.

    d Marco heeft 1790 m gefi etst.

    Hij moet nog fi etsen.

    CD 7 Meet de omtrek in cm.a

    De omtrek is

    b

    De omtrek is

    c

    De omtrek is

    lopen.

    fi etsen.

    fi etsen.

    9006632590_20-25.indd 23 14-08-12 10:12

  • 24 blok 5les 20 herhalen

    C 1 Hoe lang zijn de lijnen?Meet in mm, cm en dm.

    a

    Deze lijn is cm en mm.

    b

    Deze lijn is dm en cm.

    c

    Deze lijn is dm en cm en mm.

    C 2 Met welke maten meet je?a

    1 De lengte van een eettafel is 160

    2 De grootte van een cd-doosje is 14

    3 De afstand van school naar huis is 4

    4 Een huis met 2 verdiepingen is 9 hoog.

    C 3 Reken handig: verdubbelen en halveren.a 6 × 15 = 3 × = 35 × 8 = × 4 = 16 × 15 = × =

    b 6 × 25 = × =

    48 × 5 = × =

    5 × 26 = × =

    c45 × 4 = × =

    12 × 50 = × =

    8 × 25 = × =

    d25 × 18 = × 9 = 28 × 5 = × =

    14 × 15 = × =

    C 4 Reken handig: delen met verdubbelen.Weet je nog? 225 : 25 = 450 : 50 = 9

    a 275 : 25 = 550 : 50 =

    150 : 25 = 3 : 50 = b 60 : 15 = 120 : 30 =

    105 : 15 = : 30 = 7

    c 180 : 45 = 360 : 90 =

    405 : 45 = : 90 =

    d 170 : 5 = : 10 =

    75 : 5 = : =

    b

    5 De straat is 250 lang.

    6 De breedte van een hal is 2

    7 Een mier is ongeveer 5 lang.

    8 In een bordliniaal gaat 10

    9006632590_20-25.indd 24 14-08-12 10:12

  • 25blok 5les 20 oefenen

    CD5 Wissel het geld.Hoeveel briefjes van € 20 krijg je?a

    briefjes van € 20

    b

    briefjes van € 20

    c

    briefjes van € 20

    CD6 Schat het bedrag en vul in.Heb je genoeg geld? Zet een rondje om het goede antwoord.

    a € 138 + € 49 is ongeveer 140 + 50 = is wel/niet genoeg.

    b € 76 + € 132 is ongeveer 80 + is wel/niet genoeg.

    c € 161 + € 58 is ongeveer is wel/niet genoeg.

    d € 238 + € 225 is ongeveer is wel/niet genoeg.

    CD7 Hoe laat gaat de bus?Vul de tabel in.a

    08.45 08.55 09.05 09.55De bus gaat elke

    minuten.

    b

    08.05 08.20 08.35 09.20De bus gaat elke

    minuten.

    c

    08.00 08.08 08.16 08.48De bus gaat elke

    minuten.

    CD8 Hoe laat is de film afgelopen?Teken de eindtijd in de klok. Schrijf ook de tijd in cijfers.a Zaal 1: aanvang 15.00 uur.

    De film duurt 1 uur en 30 minuten.

    Eind uur.

    b Zaal 2: aanvang 15.15 uur. De film duurt 55 minuten.

    Eind uur.

    9006632590_20-25.indd 25 14-08-12 10:12

  • 26 blok 5les 21 en 22

    C 2 Hebben deze klanten genoeg geld bij zich?

    C 1 Kijk, kleur en reken.a Hoeveel bezoekers waren er op

    vrijdag en zaterdag? Teken de staven in de grafi ek

    maandag 90 bezoekers

    dinsdag 120 bezoekers

    woensdag 180 bezoekers

    donderdag 150 bezoekers

    vrijdag 100 bezoekers

    zaterdag 200 bezoekers

    b Op welke dag kwamen de minste bezoekers? Op dag. Kleur die staaf in de grafi ek geel.c Op welke dag kwamen de meeste bezoekers? Op dag. Kleur die staaf in de grafi ek rood.d Een kaartje kost € 2. Hoeveel euro verdiende de speeltuin op maandag?

    × € 2 = €

    Zet een rondje om het goede antwoord.

    a

    ja nee

    cWat kan Nadia kopen?

    0

    20

    40

    60

    80

    100

    120

    140

    160

    180

    200

    aan

    tal b

    ezoe

    kers

    zadag

    vrdowodima

    220

    Schat het eerst.Rond steeds af naar boven.Reken het daarna precies uit.

    BANKETBAKKERIJ LOEFFENPRIJZEN PER 100 GRAMPINDAROTSJES € 1,75CHOCOLAATJES € 1,49BONBONS € 2,95RUMBONEN € 1,60

    b

    ja nee

    250 gram rumbonen, 200 gram pindarotsjes

    en 100 gram bonbons, alstublieft.

    Ik wil graag 1,5 kilo chocolaatjes, 400 gram bonbons

    en 200 gram rumbonen.

    Bezoekers speeltuin De Kleine Dom

    9006632590_26-31.indd 26 27-08-12 10:25

  • 27

    CD3 Reken uit.Kijk en vergelijk. Je mag een kladblaadje gebruiken.a 32 − 5 =

    132 − 5 =

    132 − 15 =

    b 54 − 8 =

    154 − 18 =

    254 − 18 =

    c 43 − 6 =

    43 − 16 =

    143 − 16 =

    d 61 − 5 =

    161 − 15 =

    161 − 25 =

    CD4 Reken uit.Kijk en vergelijk.a 50 − 8 =

    150 − 8 =

    153 − 8 =

    153 − 18 =

    b 80 − 7 =

    90 − 7 =

    94 − 7 =

    194 − 7 =

    c 30 − 6 =

    130 − 6 =

    130 − 16 =

    130 − 26 =

    d 60 − 6 =

    63 − 6 =

    163 − 6 =

    263 − 6 =

    CD5 Bedenk er steeds 3 sommen bij.Reken uit. 2 × 6 = 12

    6 × 2 = 1212 : 2 = 612 : 6 = 2

    a 9 × 4 =

    × =

    : =

    : =

    b 6 × 7 =

    × =

    : =

    : =

    c 5 × 8 =

    × =

    : =

    : =

    d 3 × 9 =

    × =

    : =

    : =

    CD6 Verdeel eerlijk.Hoeveel krijgt ieder? Wat blijft over?

    a Je verdeelt 28 potloden over 3 kinderen.

    De som is:

    Ieder kind krijgt potloden.

    Er blijft over:

    b Je verdeelt 14 stiften over 4 kinderen.

    De som is:

    Ieder kind krijgt stiften.

    Er blijft over:

    c Je verdeelt 23 dropveters over 10 kinderen.

    De som is:

    Ieder kind krijgt dropveters.

    Er blijft over:

    d Je verdeelt 13 mandarijnen over 5 kinderen.

    De som is:

    Ieder kind krijgt mandarijnen.

    Er blijft over:

    9006632590_26-31.indd 27 14-08-12 10:12

  • 28 blok 5les 23 en 24

    C 1 Hoelang duurt de wandeltocht?Vul de tabel in.

    wandeltocht snelheid per uur tijdsduur rusttijd totale tijdsduur

    a 15 km 5 km per uur 15 : 5 =

    uur

    30 minuten uur en

    minuten

    b 20 km 4 km per uur 20

    uur

    35 minuten uur en

    minuten

    c 12 km 4 km per uur

    uur

    30 minuten uur en

    minuten

    d 20 km 5 km per uur

    uur

    45 minuten uur en

    minuten

    C 2 Hoeveel kilometer is de weg van A naar B?

    A

    De lengte is cm. Dat is kilometer.B

    C 3 Hoelang duurt de fi etstocht?Vul de tabel in.

    fi etstocht snelheid tijdsduur

    a 40 km 10 km per uur

    b 45 km 15 km per uur

    c 60 km 10 km per uur

    d 60 km 15 km per uur

    CD 4 Teken de wijzers in de klok.Teken de grote wijzer met blauw en de kleine wijzer met rood.a b c d

    kwart over 7 half 3 kwart voor 10 4 uur

    2 km

    9006632590_26-31.indd 28 14-08-12 10:12

  • 29

    CD5 Hoe laat is het over 10 minuten?Schrijf de tijden in woorden.

    c

    CD6 Spring handig op de getallenlijn.Teken de sprongen.a Van 820 naar 1000.

    b Van 1701 naar 2000.

    c Van 1374 naar 2000.

    d Van 1487 naar 2000.

    CD7 Hoe gaat de kilometerteller verder?a

    0 3 0 0 8

    0 3 0 0 9

    b

    0 3 9 9 9

    c

    0 1 9 0 9

    d

    0 4 6 9 8

    e

    0 6 3 0 0

    820

    1701

    1374

    1487

    Over 10 minuten is het: d Over 10 minuten is het:

    a Over 10 minuten is het: b Over 10 minuten is het:

    9006632590_26-31.indd 29 31-08-12 12:26

  • C 1 Kijk goed naar de grafi eken.Het zijn de trainingstijden van Eline en Niek. Ze trainen voor de schaatswedstrijd.

    a Kleur de snelste tijd van Eline en Niek rood. Wie reed het snelst?

    b Kleur de langzaamste tijd van Eline en Niek blauw. Wie reed het langzaamst?

    C 2 Hoelang doet Julie over de fi etstocht?Ze moet 24 km fi etsen. Vul de tabel in.

    1 km 2 km 5 km 10 km 12 km 24 km

    5 minuten

    C 3 Hoeveel kilometer is het in totaal? Reken handig.De klas van meester Hans maakt een fi etstocht van 5 dagen.

    Van Aalten tot Groenlo is 33 km.Van Groenlo tot Zutphen is 52 km.Van Zutphen tot Doetinchem is 43 km.Van Doetinchem tot Ulft is 25 km.Van Ulft tot Aalten is 27 km.

    Totaal: km.

    C 4 Hoeveel kilometer is de weg?

    aDe weg is cm.

    Dat is × = km.

    bDe weg is cm.

    Dat is × = km.

    15

    16

    17min

    uten

    zavrdowodima

    Eline18

    15

    16

    17 min

    uten

    zavrdowodima

    Niek

    18

    30 blok 5les 25 herhalen

    2 km

    9006632590_26-31.indd 30 14-08-12 10:12

  • CD 5 Hoeveel trossen bananen en netten mandarijnen zijn er nodig?Alle 35 fi etsers krijgen 1 banaan en 1 mandarijn.

    a Er zitten bananen in een tros.

    Er zijn dus : =

    trossen bananen nodig.

    Er zitten mandarijnen in een net.

    Hoeveel netten zijn er nodig? Zet een rondje

    om het goede antwoord.

    3 netten 4 netten 5 netten

    Er blijven mandarijnen over.

    CD 6 Vul aan tot 2000.Maak eerst het honderdtal vol.a1500 + 500 = 20001510 + 90 + = 2000

    b1580 + + = 2000

    1588 + + = 2000

    CD 7 Vul aan tot 500.a370 + = 500

    368 + = 500

    160 + = 500

    c285 + = 500

    450 + = 500

    345 + = 500

    b292 + = 500

    240 + = 500

    386 + = 500

    d435 + = 500

    115 + = 500

    408 + = 500

    + 30 + 100

    370 500

    b Een tros van 5 bananen kost € 1,75. Een net met 8 mandarijnen kost € 3,48. Hoeveel kost het ongeveer samen? Zet een rondje om het goede antwoord.

    Meer dan € 30

    Tussen € 20 en € 30

    Tussen € 10 en € 20

    31blok 5les 25 oefenen

    9006632590_26-31.indd 31 14-08-12 11:46

  • Alles teltReken-wiskundemethode voor het basisonderwijs

    Over ThiemeMeulenhoffThiemeMeulenhoff ontwikkelt zich van educatieve uitgeverij tot een learning design company. We brengen content, leerontwerp en technologie samen. Met onze groeiende expertise, ervaring en leeroplossingen zijn we een partner voor scholen bij het vernieuwen en verbeteren van onderwijs. Zo kunnen we samen beter recht doen aan de verschillen tussen lerenden en scholen en ervoor zorgen dat leren steeds persoonlijker, effectiever en efficiënter wordt.

    Samen leren vernieuwen.

    www.thiememeulenhoff.nl

    ISBN 978 90 06 63259 0Tweede druk, elfde oplage, 2019

    © ThiemeMeulenhoff, Amersfoort, 2010

    De 2e editie van Alles telt is een volledige herziening van de 1e editie © ThiemeMeulenhoff, AmersfoortDe 1e editie van Alles telt is gebaseerd op Das Zahlenbuch © Ernst Klett Verlag GmbH, Stuttgart, Federal Republic of Germany

    Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen, of enig andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.

    Voor zover het maken van kopieën uit deze uitgave is toegestaan op grond van artikel 16B Auteurswet 1912 j° het Besluit van 23 augustus 1985, Stbl. 471 en artikel 17 Auteurswet 1912, dient men de daarvoor wettelijk verschuldigde vergoedingen te voldoen aan Stichting Publicatie- en Reproductierechten Organisatie (PRO), Postbus 3060, 2130 KB Hoofddorp (www.stichting-pro.nl). Voor het overnemen van gedeelte(n) uit deze uitgave in bloemlezingen, readers en andere compilatiewerken (artikel 16 Auteurswet) dient men zich tot de uitgever te wenden. Voor meer informatie over het gebruik van muziek, film en het maken van kopieën in het onderwijs zie www.auteursrechtenonderwijs.nl.

    De uitgever heeft ernaar gestreefd de auteursrechten te regelen volgens de wettelijke bepalingen. Degenen die desondanks menen zekere rechten te kunnen doen gelden, kunnen zich alsnog tot de uitgever wenden.

    Deze uitgave is volledig CO2-neutraal geproduceerd.

    Het voor deze uitgave gebruikte papier is voorzien van het FSC®-keurmerk.

    Dit betekent dat de bosbouw op een verantwoorde wijze heeft plaatsgevonden.

    Auteurs:Els van den Bosch-PloeghBrugt KrolJeannette Nijs-van NoortAd PlompWim SweersAnne Coos Vuurmans

    Inhoudelijke redactie:Broodtekst redactie, Utrecht / Marieke van Osch

    Redactie:Fundamentaal, Culemborg

    Ontwerp: Criterium, Arnhem

    Opmaak:GrafiData, Deventer

    Vormgeving en beeldverwerving:LaVerbe, Nijmegen

    Fotografie:LaVerbe – pag. 17, 28iStockphoto.com – pag. 8, 17, 55, 56Ron Steemers – omslagfotografie

    Illustratie:Ingrid ter Koele – pag. 23, 49, 52LaVerbe – pag. 2, 4, 5, 6, 7, 8, 9, 10, 13, 14, 15, 16, 17, 18, 20, 21, 22, 23, 25, 26, 28, 29, 30, 31, 32, 33, 34, 35, 36, 37, 38, 39, 40, 41, 42, 43, 44, 45, 46, 47, 48, 49, 50, 52, 54, 55, 56, 57, 58, 59, 60, 61Anka Kresse - omslagillustratie

    Overige foto’s in deze uitgave:Marijn Olislagers; Ruud Peijnenburg; Bertine Workel; Paul Meek; Gerben Edens; E.H.B.Z. Zeeland; J. van der Hiele; één Beelden; Foto Natura/M.Harvey, H. Leijnse, P. Munsterman.

    9006632590_62-63.indd 63 1/03/17 11:00

  • 9 7 8 9 0 0 6 6 3 2 5 9 0

    www.thiememeulenhoff .nl/allestelt

    9006632590_omslag.indd 1 20/01/16 07:53