11
De Vallei XXI Samenstelling Christina Guirlande V.u. François Vermeulen Een Eigen-Zinnige uitgave mei 2014 Beeldend werk Roland De Winter Gedichten Erna Schelstraete Roel Richelieu Van Londersele Ann Van Dessel Martin Carrette Cecile Van Camp Erwin Steyaert Yerna Van den Driessche Frank Decerf Christina Guirlande Bruno Verleyen

Beeldend werk Roland De Winter Gedichten De Vallei XXI ...Een Eigen-Zinnige uitgave mei 2014 Beeldend werk Roland De Winter Gedichten Erna Schelstraete ... Erwin Steyaert Yerna Van

  • Upload
    others

  • View
    1

  • Download
    0

Embed Size (px)

Citation preview

Page 2: Beeldend werk Roland De Winter Gedichten De Vallei XXI ...Een Eigen-Zinnige uitgave mei 2014 Beeldend werk Roland De Winter Gedichten Erna Schelstraete ... Erwin Steyaert Yerna Van

huis

ik ben het huis van licht en donker

in zwarte inkten plooit zich een masker van zon

in hoeken vol schaduw gaan nimfen verborgen

uit hun lendenen springen, gensterrood

de daglichte bloemen van gisteren

op wankele trappen loopt broos

een nachtdonkere vorst, zijn passen

rafelen webben van stof, sintelgrijs

rond zijn voeten klapwieken wolken

hij opent mijn zolder vol woorden

Erna Schelstraete

Page 3: Beeldend werk Roland De Winter Gedichten De Vallei XXI ...Een Eigen-Zinnige uitgave mei 2014 Beeldend werk Roland De Winter Gedichten Erna Schelstraete ... Erwin Steyaert Yerna Van

Bezitten

hij wil haar openbreken

als iets eetbaars,

een huis voor haar slopen,

een schadelijk lied zingen in haar oor

zij is bezig te bewaken wie ze was,

nergens schildknapen die haar te hulp snellen.

voorzichtig drinkt ze van zijn aanwezigheid,

zonder honger biedt ze niets

zijn geschenk kadert haar in,

driftig drinkt hij van haar weerloze geur.

zij duizelig, maar niet van zijn adem,

tussen hun lichamen, scherp, de grens.

roel richelieu van londersele

Page 4: Beeldend werk Roland De Winter Gedichten De Vallei XXI ...Een Eigen-Zinnige uitgave mei 2014 Beeldend werk Roland De Winter Gedichten Erna Schelstraete ... Erwin Steyaert Yerna Van

landing

toen je nog niets

dan vuur

op de vlucht voor

uitgewoonde sterren

in het zwarte gat

van het licht

uit een ei van as

verloren gevlogen

door een vogel

die wind was

oeroud idee

en eerste uur

zo moet,

voor je voorgoed

van steen,

de aarde

uit verbazing

zijn geboren

ann van dessel

Page 5: Beeldend werk Roland De Winter Gedichten De Vallei XXI ...Een Eigen-Zinnige uitgave mei 2014 Beeldend werk Roland De Winter Gedichten Erna Schelstraete ... Erwin Steyaert Yerna Van

herinnering aan een libel

zoals een stal na jaren nog naar paarden

zo geurt een huis blijvend naar de ouders

van zolder tot kelder vol hebbelijkheden

zoethout en fruit in een schaal in de zon

op een tafel en achter dunne kamermuren

gelach en de trap krakend onder de lust

en de weeën en stemmen en het gehinnik

in de hitsige loomheid der hondsdagen

en in de tuin boven verweerde ligstoelen

waarin nog de geronde ruggen

der ruiters de libel een enkele tel stil

men vraagt niet naar het waarom

niet van haar schichtigheid

noch van dat teerpaarse blauw

Martin Carrette

Page 6: Beeldend werk Roland De Winter Gedichten De Vallei XXI ...Een Eigen-Zinnige uitgave mei 2014 Beeldend werk Roland De Winter Gedichten Erna Schelstraete ... Erwin Steyaert Yerna Van

Dode vogel

Hij hield zichzelf

het masker van de dood voor ogen.

Willekeurig sloeg zijn vleugel

tegen het naakt beton.

Zijn bestaan telde niet

voor grijze statistieken.

Nooit meer zou hij vliegen

in het licht

van de opgaande zon.

Kinderhanden omklemmen

zijn willoos lijf.

Immens verdriet

baant zich een weg

naar hun kleine

Eeuwigheid.

Cecile Van Camp

Page 7: Beeldend werk Roland De Winter Gedichten De Vallei XXI ...Een Eigen-Zinnige uitgave mei 2014 Beeldend werk Roland De Winter Gedichten Erna Schelstraete ... Erwin Steyaert Yerna Van

Koningsmasker

Mijn masker is een sluitspier.

Als die zich ontspant, val ik uit mijn lichaam

en ontdekt mijn volk dat ik minder ben

dan een man: een boekhouder van zand,

een eunuch zonder lendendoek.

Als een hol bekken, een doffe cymbaal

zweef ik boven mijn land. Ik leef van papegaaienpraat

en prinsessen. Als ik hun borsten aanraak,

worden ze hard als rots

en versteent mijn hand tot vuist.

Alleen met mijn masker

sta ik van mond tot mond.

Ik beadem het en kus het als mijn ware zelf,

een fossiel dat in mij knarst

om terug te keren naar een staat van vlees en bloed.

Erwin Steyaert

Page 8: Beeldend werk Roland De Winter Gedichten De Vallei XXI ...Een Eigen-Zinnige uitgave mei 2014 Beeldend werk Roland De Winter Gedichten Erna Schelstraete ... Erwin Steyaert Yerna Van

Naakten

omdat ze nooit af zijn en altijd

omvangen door het vage, streepjes

naakt gekerfd met hier en daar

intiem, een aanhaling

omdat ze nooit af zijn en altijd

raken zonder te benoemen, in grijs

verdriet geschaduwd met hier en daar

een spatje zwart in wellust gedrapeerd

omdat ze nooit af zijn en altijd

suggereren zoals het leven

niet volmaakt omdat het eindig is

Yerna Van den Driessche

Page 9: Beeldend werk Roland De Winter Gedichten De Vallei XXI ...Een Eigen-Zinnige uitgave mei 2014 Beeldend werk Roland De Winter Gedichten Erna Schelstraete ... Erwin Steyaert Yerna Van

Laat je gaan moeder, kijk niet om,

gedraag je alsof gisteren is teruggekeerd

en iedereen in dit feest mag delen.

Wat was en goed bleek is de tolerantie zelve.

Koester de warmte maar laat je niet opzwepen.

Toon je wapens, moeder, je rondingen betoveren,

doen niemand kwaad. Leer aan wat anderen nog

horen te weten maar let op, wantrouw die notabelen.

Tussen die omzoomde hoeden en schijnbaar goeden

blaast de gehoornde zijn lamentabel lied.

Hij danst op stiletto-bokkenpoten zwart

als het onrecht; bruine schaduw zijn enige vriend.

Laat je gaan ma, geniet van je olijke stoet.

Laat je gekrulde zinnen de nacht heroveren.

Jij dirigeert jouw wereld; dit theaterstuk nog niet kapot.

Morgen bestaat nooit meer; het hier en nu

is wat geen mens nog ontkennen kan.

Speel verder moeder, doe wat moet.

Beslis zelf en stoor je nergens meer aan.

Er zijn geen grenzen aan jouw menselijkheid

en in het Boek der gekken is inzicht

als een ezelsoor.

Frank Decerf

Page 10: Beeldend werk Roland De Winter Gedichten De Vallei XXI ...Een Eigen-Zinnige uitgave mei 2014 Beeldend werk Roland De Winter Gedichten Erna Schelstraete ... Erwin Steyaert Yerna Van

Nimrod

Met wijdopen vleugels

vol vergeefse vrede

hangt een duif biddend

boven de nieuwe stad.

Niemand kijkt op, niemand

luistert, al staat de wachter

dreigend bij de hoge poort.

Ze horen enkel wat de stem

van macht en hoogmoed

hun beveelt.

Van het nabije Babel

de tinnen en de torens

glorierijk in zicht.

De grote jager Nimrod

de heerser van de wereld

haalt zijn slag zonder

de minste moeite thuis.

Christina Guirlande

Page 11: Beeldend werk Roland De Winter Gedichten De Vallei XXI ...Een Eigen-Zinnige uitgave mei 2014 Beeldend werk Roland De Winter Gedichten Erna Schelstraete ... Erwin Steyaert Yerna Van

Papa, wie zijn dat, vroeg de kleinste. Daar op dat blad.

Die twee blote mijnheren zo zonder kleren? Mijn zoon, zei ik,

kom hier en hoor ‘s, dit gekke duo doet iets metaforisch.

toen boven de goden bellen bliezen

trokken zij de lijn, delfden zij het gat

in het alfabet van mythische figuren ontbreken al hun letters

geen aardlaag duinblad staartster draagt hun naam

bij elke volgende soort denkt de ontdekker aan een mildere

mythe

boven geen bank in het park blaast een wolk hun gezicht

zij zwijgen in de coulissen van vergeelde apocriefen

van hun dialogen wordt geen steen bewaard

(misschien vroeg de ene ooit waarom

staan we hier zo naakt, trekken we die lijn

zo wit, zo strak, bewaken we dit gat

waarop de ander zei omdat

wij lakeien van de leegte zijn, van niet beter weten

kom, zei weer de ene, we ruilen de goddelijke glorie

voor een grap met deze porie, we zaaien twijfel

in dit plantgat en verdwijnen tussen onze lijnen)

nu onder het oog van de etser

kraakt hun oude kaft

rekken zij hun pezen, duiken

uit al hun vezels, krassen op in ons

Papa misschien heeft een boef hun kleren gepakt, is hij

ontsnapt door dat gat. Mag ik het kleuren?

Mijn zoon, zei ik, jij mag. Hij boog en dook zijn dromen in.

Tekende tong uit de mond een rode zon

en een beest met rare oren.

Bruno Verleyen