41
brandgrens Rotterdam 1930 | 2010

brandgrens rotterdam

Embed Size (px)

DESCRIPTION

brandgrens, rotterdam

Citation preview

Page 1: brandgrens rotterdam

brandgrens Rotterdam 1930 | 2010

Page 2: brandgrens rotterdam

brandgrensRotterdam1930 | 2010Atelier BrandgrensRedactie Paul van de Laar en Koos Hage

Uitgeverij THOTH Bussum

Page 3: brandgrens rotterdam

5

Brandgrens Rotterdam 1930 | 2010gaat niet over de oorlog en het bom-bardement van Rotterdam van14 mei 1940. Toch had het boekzonder deze meest dramatische ge-beurtenis in de stadsgeschiedenisnooit gemaakt kunnen worden. Er iseen direct causaal verband tussenbombardement en brandgrens, let-terlijk de grens tussen het in mei1940 verwoeste en het daarbuitengelegen gebied. De brandgrens is in2006 officieel op kaart en inmiddelsook in het straatbeeld vastgelegd.Iedere wandelaar kan nu de brand-grensroute lopen en volgt de marke-ring bestaande uit grondarmaturen,waarin vlammen, brandende pan-den, het silhouet van een Heinkel-bommenwerper en het beeld ‘Deverwoeste stad’ van Ossip Zadkinezijn verwerkt. De term brandgrenswerd voor het eerst aangegeven opde kaart van het ‘Basisplan herbouwbinnenstad Rotterdam’ uit 1946, hetofficiële document voor de start vande wederopbouw. Binnen de brand-grens, het plangebied, verrees denieuwe moderne stad, die een grootcontrast vormt met het Rotterdamvan de jaren dertig. De brandgrensis daarom meer dan een wederop-bouwzone; de lijn is een cultuurhis-torische as. Daarom laat dit boekzich zonder overdrijving samenvat-ten als: één lijn – twee steden, destad uit het interbellum en de mo-derne stad die na 1945 is ontstaan.

Brandgrens Rotterdam is geen boekover de geschiedenis van de weder-opbouw. Het is evenmin een nostal-gisch boek dat laat zien hoe mooihet Rotterdam uit de jaren dertigwas. Dus geen plaatjesboek bedoeldom alleen maar bij de oude stad te‘lekkerbekken’ – zoals journalist JanWillem de Boer dat noemde.Rotterdammers waren in de jarendertig wel zeer trots op hun stad.Niet voor niets presenteerdeRotterdam op de Wereldtentoon-

stelling van 1930 het diorama,Nieuwe Waterweg, ontworpen doorJaap Gidding (1887-1955), (ziepag. 4). Het diorama hing in eenverdiepte ruimte van 22 bij 5 meter,voorzien van gedecoreerde wandenmet wazige luchten die de weids-heid van het haven- en zeegebiedaccentueerden. Het doek was meerdan een feitelijke reconstructie vanhet havengebied. Het moest Rot-terdams grootheid als havenstadaan de zilveren Maas illustreren.Nauwelijks was het diorama weeropgerold en opgeborgen of dewereld van scheepvaart en handelstortte ineen en duizenden mensenverloren hun baan. Het crisisspookwaarde rond in Rotterdam. Nadatde crisis halverwege de jaren dertigover zijn dieptepunt heen was,kreeg de stad weer haar zelfvertrou-wen terug. En dat uitte zich in eengrote bouwlust. Rotterdam werdgedeeltelijk een omtimmerde stadwaarbinnen volop werd gesloopt envernieuwd. Ruim een jaar voor deDuitse aanval op Nederland sprakhet Rotterdamsch Nieuwsblad van‘Rotterdam wordt schuttingstad’.Bij het Hofplein, de Leuvehaven,Schiedamsesingel en Baan warenmeters schuttingen geplaatst. Destad moest toen al worden klaarge-stoomd voor een nieuwe toekomstdie vanwege de crisis was uitge-steld. Zonder de ellende van deEerste Wereldoorlog en de hevigedepressies uit het interbellum wasRotterdam vermoedelijk vóór 1940al grotendeels in een verkeersstadgetransformeerd. Het verkeer was inde transitostad de grootste aanjagervan het transformatieproces en bronvan vele klachten. Van de onvredeover de vooroorlogse stad hebbende regisseurs van de naoorlogsestad dankbaar gebruik gemaakt.Ze beloofden de Rotterdammerseen nieuwe stad. In het modernisti-sche wederopbouwproza werden deverworvenheden van de nieuwe stad

tot mythische proporties uitvergroot.Pas 25 jaar na de wederopbouw wasde generatie die in de lege stadopgroeide zo mondig geworden omkritische kanttekeningen bij hunstad te plaatsen.

In Brandgrens Rotterdam wordt debrandgrens opgevat als een cultuur-historische as, die zich leent om hetgewone leven in Rotterdam tebestuderen. Niet zozeer om vanuiteen nostalgische blik naar de oudevooroorlogse stad te kijken, maarmet de ogen van een tijdgenoot hetRotterdam van de jaren dertig wan-delend te ontdekken, zonder dat dewandelaar het besef heeft dat hetbombardement van mei 1940 debinnenstad zal verwoesten.Uiteraard ervoeren de Rotterdam-mers een oorlogsdreiging – voor-beelden daarvan komen we in ditboek tegen. Maar afgezien vangemobiliseerde soldaten, schuilkel-ders en hamsterverordeningen wasvrijwel iedereen ervan overtuigd datNederland ook deze keer neutraalbleef. De soldaten, misschien mettegenzin, beschouwden het als eenoefening voor een oorlog waar zijzelf hoogstwaarschijnlijk buiten zou-den blijven. Zelfs toen de nazi’sOostenrijk hadden geannexeerd enPolen waren binnengevallen, wasRotterdam geen stad in oorlogs-stemming. Door de brandgrens tebeschouwen als een culturele wan-deling krijgen we inzicht in hoeRotterdammers leefden, woonden,werkten, zich vermaakten etc. Debrandgrens is in die zin op te vattenals een steekproef uit het vooroor-logse Rotterdam, want de lijn biedteen sociaal-culturele representatie-ve dwarsdoorsnede van dit Rotter-dam. Of het nu gaat om de kooplie-den en makelaars uit de Waterstad,de hossende zeelieden in de uit-gaansbuurt bij de Schiedamsedijk,de forensen bij het Hofplein, de vee-marktbezoekers in Crooswijk of het

standsbewuste Kralingen: alleRotterdamse typen komen aan bod.De wandeling begint op hetWillemsplein en volgt het tracé vande brandgrens door de stad, om inKralingen weer bij de Maas uit tekomen. Hier houdt de brandgrensop, maar de wandeling wordt ver-volgd langs de rivier, de natuurlijkebegrenzing van de verwoeste stads-driehoek, om ten slotte weer op hetWillemsplein uit te komen.

Brandgrens Rotterdam

Page 4: brandgrens rotterdam

6

Dit boek is het beste te beschouwenals een ‘beeldpeinsboek’, een colla-ge van cultuurhistorische beelden.De beelden van de stad vormen hethoofdmenu; de tekst bestaat uitkorte overpeinzingen, historischeaantekeningen en gedachten waar-toe de beelden oproepen. Het histo-risch onderzoek is zo opgezet dat dewandelaar langs de brandgrensdoor het oog van de camera kijkt enin gedachten stills maakt. De virtue-le wandelaar is een reconstructie;hij heeft nooit bestaan, maar westellen hem voor als een bezoekerdie langs de lijn loopt en zijn waar-nemingen in een soort eigentijdseatlas vastlegt. Zijn verslagleggingkan het beste worden gezien als eenegodocument van gereconstrueerdebeelden. De flaneur, een typischefiguur uit de moderne literatuur,neemt de lezer mee langs de grens,legt getuigenissen af van wat hij zieten stopt deze in zijn stadswandel-boek. Het is een privéalbum van eensubjectieve waarnemer, dat we in2010 hebben ontdekt, en dus geenverslaglegging van een ‘objectieve’stadshistoricus. Bij de keuze voorde flaneur hebben we ons lateninspireren door modern stadshisto-risch onderzoek, waarvoor geldt datde visuele cultuur sterker op devoorgrond is komen te staan.Vanessa Schwartz’, SpectacularRealities, en Guiliana Bruno’s Atlasof emotion zijn belangrijke inspira-tiebronnen voor deze ‘RotterdamseAtlas’.Vrijwel elk boek heeft een inhouds-opgave en Brandgrens Rotterdamook. Alleen zijn het hier de stratendie de volgorde bepalen. De lezertreedt in de voetsporen van de fla-neur en volgt hem langs de brand-grens. De flaneur is een verslagge-ver van het eigentijdse Rotterdamen weet niet dat de stad in mei 1940is vernietigd. In het eerste deel vanhet boek staan de jaren dertig cen-traal, waarvoor diverse steekjaren

zijn onderzocht. Het zwaartepuntlag op 1934 en 1938. De belangrijk-ste bronnen die hiervoor zijn ge-bruikt zijn het beeldmateriaal (zie deuitvoerige illustratieverantwoording,pag. 316) en de gedigitaliseerde enonline beschikbare themawebsitevan het Rotterdamsch Nieuwsblad(1929-1946), ontsloten door hetGemeentearchief Rotterdam. Dezedatabase is gebruikt als het belang-rijkste brondocument waaruit de fla-neur kon putten. Tijdens zijn wande-ling had hij deze krant binnen hand-bereik en, tenzij anders vermeld,zijn alle citaten uit het Rotter-damsch Nieuwsblad afkomstig.Het eerste deel is een reconstructieen dat betekent dat niet altijd vol-doende informatie beschikbaar wasen er moest worden geschipperd.Het was de flaneur toegestaan omvan de route af te wijken, wanneerzijn fantasie of zintuigen werdengeprikkeld door gebeurtenissen inzijstraten die niet op de brandgrensliggen. De spelregel was: als destraat vanaf de brandgrens nietmeer te zien was, werd deze infor-matie niet meegenomen. Bij de defi-nitieve selectie van het beeldmate-riaal werden de spelregels strenggehanteerd. Daarnaast kondensommige straten niet worden mee-genomen omdat het aanbod (bron-nen en beeldmateriaal) gering was.Dat was bijvoorbeeld het geval inKralingen. Er was gewoon onvol-doende materiaal beschikbaar vande Kralingse woonstraten die ook opde lijn liggen.Om het besef van de culturele enruimtelijke dimensie van de stad inhet interbellum te versterken, zijnhistorische kaarten opgenomenwaarop de brandgrens is ingete-kend. Deze anachronistische recon-structie biedt, naast verbeelding,houvast om het historisch gegroeideRotterdam te duiden. De gerecon-strueerde lijnen tonen dat de stads-driehoek, die aan het einde van de

zeventiende eeuw zijn definitievevorm kreeg, pas na 1850 met degrote stadsuitbreidingen werd over-schreden. Voor die tijd was Rotter-dam de provinciale koopmansstadomringd door het niet-stedelijkeplatteland. Tot ver in de jaren dertigzal die nabijheid van het plattelandin het collectieve geheugen veran-kerd zijn geweest. Dat geldt ook voorde flaneur uit de jaren dertig die tij-dens zijn wandeling de nabijheidvan het platteland letterlijk heeftervaren. Ten slotte ziet de lezer doorvergelijking van het twintigste-eeuw-se litteken met de oudere polder-grens dat het bombardement letter-lijk de oude, sinds de middeleeuwenontstane, stadskern volledig heeftverwoest.

De brandgrens is een lijn aan dehand waarvan de cultuurgeschiede-nis van twee steden kan worden ver-teld. Daarom wordt de stad uit hetinterbellum vergeleken met de stadanno 2010. In het tweede deelwordt de wandeling weer gemaakt,nu met een videocamera waarvande stills wederom als een persoonlij-ke selectie zijn te beschouwen. Voordit gedeelte is de route van de in2006 vastgelegde brandgrens letter-lijk gevolgd. De stills in het tweededeel van het boek bieden zo eenbeeldpeinsverhaal dat iedereRotterdammer zelf als inspiratiebronkan gebruiken. De brandgrens 2010toont waar de oude en nieuwe stadin elkaar overgaan, waar de oude ennieuwe structuur botsen. Fysiekemarkeringspunten die niet alleenstille getuigen zijn van wat op14 mei 1940 is aangericht, maarook de recente veranderingen mar-keren. Rotterdam bevindt zich na65 jaar wederopbouw in een fasewaarin nieuwe stedenbouwkundigedenkbeelden en architectuurmodesde ruimtelijke ordening herdefinië-ren. De zichtbare grens is vervaagden de moderne stills presenteren

het beeld van een sociaal-cultureleas in transformatie. De beeldpeinzervan 2010 heeft daarmee een calei-doscopisch beeld van twee stedenlangs dezelfde lijn.Brandgrens Rotterdam is door eenmultidisciplinair team van onderzoe-kers, vormgevers, stadshistorici,museumprofessionals, stedenbouw-kundigen en andere deskundigensamengesteld. We ondertekenendaarom met Atelier Brandgrens.

Winifred BroederJoris BruinsClaudi CornazKoos HageAnton HazenakMies van JaarsveldPaul van de LaarErnie Ruigrok van der WervenJos StoopmanJudith VosHans WerlemannYouri Zomerdijk

Opzet en spelregels

Page 5: brandgrens rotterdam

01 Willemsplein

02 Willemskade

03 Westerstraat

04 Zalmhaven

05 Vasteland

06 Schiedamschedijk

07 Baan

08 Schiedamschesingel

09 Witte de Withstraat

10 Zwarte Paardenstraat

11 Binnenweg

12 Van Oldenbarneveltstraat

13 Mauritsstraat

14 Mauritsweg

15 Aert van Nesstraat

16 Kruiskade

17 Diergaarde

18 Stationsplein

19 Station Delftsche Poort

20 Schiekade

21 Teilingerstraat

22 Noordsingel

23 Rechter Rottekade

24 Linker Rottekade

25 Jonker Fransstraat

26 Hugo de Grootstraat

27 Veemarkt

28 Boezemsingel

29 Vredenoordlaan

30 Nieuwe Plantage

31 Schoutenstraat

32 Oostzeedijk

33 Oostplein

34 Maasstation

35 Admiraliteitskade

36 Lusthofstraat

37 Adamshofstraat

38 Oostzeedijk

39 Oosterkade

40 Haringvliet

41 Oudehaven

42 Wijnhaven

43 Boompjes

44 Leuvehaven

02

01

03

04

05

0611

12

1314

16

17

1918

20

21

22

23 24

2423

25

26

27

29

30

31

36

38

35

37

28

15

09

10

07

08

33

32

40

39

41

42

44

43

34

10

12

14

20

26

30

40

44

52

60

62

72

76

80

82

90

100

108

112

118

128

130

134

140

148

150

152

158

162

166

168

176

180

192

202

206

208

214

222

226

232

242

248

256

p.

p.

p.

p.

p.

p.

p.

p.

p.

p.

p.

p.

p.

p.

p.

p.

p.

p.

p.

p.

p.

p.

p.

p.

p.

p.

p.

p.

p.

p.

p.

p.

p.

p.

p.

p.

p.

p.

p.

p.

p.

p.

p.

p.

jaren dertig

268

269

270

271

272

273

274

275

276

277

278

279

280

281

282

283

284

286

288

290

291

292

293

294

295

296

297

298

299

300

301

302

303

304

305

306

307

308

309

310

311

312

313

314

p.

p.

p.

p.

p.

p.

p.

p.

p.

p.

p.

p.

p.

p.

p.

p.

p.

p.

p.

p.

p.

p.

p.

p.

p.

p.

p.

p.

p.

p.

p.

p.

p.

p.

p.

p.

p.

p.

p.

p.

p.

p.

p.

p.

2010

Inhoudsopgave

Page 6: brandgrens rotterdam

11

WILLE

MSP

LEIN

Die mooie Maas is voor het woon-werkverkeer een barrière. Wienaar Katendrecht gaat, kan wel deWillemsbrug nemen, maar moet dannog een flink stuk lopen. Die brug isbovendien te smal en niet berekendop al dat oeververkeer. Rotterdam-mers klagen daar al jaren over.Sinds 1909 vaart er weer een pontjevanaf de Willemskade, in afwachtingvan een nieuwe oeververbinding.Geduldige Rotterdammers, met ofzonder fiets, arbeiders, kantoorbe-dienden, moeders met kinderenwachten tot zij aan boord kunnenstappen van de veerboot. De eerstepassagiers uit Katendrecht zetten alvoet aan wal. In ferme pas loopt eenman met zijn aktetas onder zijn armroutinematig en geconcentreerdnaar zijn bestemming op de noorde-lijke Maasoever. Vlakbij de opstap-plaats bevindt zich het Museumvoor Land- en Volkenkunde enMaritiem Museum Prins Hendrik.Het is gehuisvest in een oogstrelendpand in het Scheepvaartkwartier,dat nog altijd meer weg heeft vaneen achttiende-eeuwse koopmans-stad dan van een jachtige transito-stad. Het museum heeft “een rijkeverzameling die voor de algemeeneontwikkeling van ons zoo nauw metde koloniën verbonden volk vanonschatbare waarde is”.

Vanaf de Willemskade heb je nietalleen een prachtig uitzicht op derivier, maar ook op de oceaansto-mers van Rotterdams bekendstemaatschappij, de Holland-AmerikaLijn (HAL). De Statendam is al enigejaren in de vaart. De Nieuw Amster-dam is Rotterdams nieuwe trots;een machtig schip dat elke oceaande baas zal zijn. Nog voordat hetschip zijn maidentrip in 1938 begint,is Rotterdam ervan overtuigd datdeze koningin van de Maas de staddefinitief uit de crisis zal trekken.

Page 7: brandgrens rotterdam

Rotterdammers leven van de rivier,dat is zonneklaar voor een ieder diedeze stad bezoekt en zich aan debedrijvigheid vergaapt. Je zou bijnavergeten dat Rotterdam tot ver in denegentiende eeuw voor de scheep-vaart slecht bereikbaar was en detoekomst er toen niet rooskleuriguitzag. Dankzij de Nieuwe Waterwegvan waterstaatkundige PieterCaland beschikt de transitostadsinds het einde van de negentiendeeeuw over de snelste vaarroute naarzee; een ideale verbinding met hetDuitse achterland dat in reusachtigtempo is geïndustrialiseerd.Rotterdammers eren deze Zeeuwmet een monument. Zijn standbeeldstaat vanaf 1907 op de Coolsingel,maar moet nu vanwege de verkeers-doorbraak tussen het Van Hogen-dorpplein en de Blaak verhuizennaar de Veerkade, het pleintje naasthet museum. De GemeentelijkeTechnische Dienst heeft op het pla-veisel in wit krijt de omtrek van denieuwe locatie van het monumentalvast gemarkeerd.

WILLE

MSK

ADE

12

Page 8: brandgrens rotterdam

De Westerstraat wordt steeds meereen kantoorstraat en de patriciërs-huizen worden verbouwd tot kan-toorvilla’s, zoals de RotterdamscheVerzeekerings Sociëteit die de voor-malige woning van burgemeesters’ Jacob in 1907 als bedrijfspand ingebruik heeft genomen. De witteboorden fietsen of lopen met hunpakjes brood naar kantoor enbetrekken de werkplekken in kan-toortuinen waar ze van negen tot vijfde paperassen, facturen en verzeke-ringspolissen voor hun patroonsgereedmaken. Het voormalige patri-ciërshuis wordt opgetuigd metmoderne voorzieningen die voor hetmoderne kantoorleven onmisbaarzijn. De poliskamer met stencilma-chines bevindt zich in een beneden-ruimte. De elektriciteitsdraden ste-ken door het geornamenteerde pla-fond en moderne gloeilampen heb-ben de kroonluchters vervangen.Klerken in stofjassen bedienenonder kunstlicht de machines die depolissen in hoog tempo uitspuwen.De Rotterdammer Ben Stromanbeschrijft in zijn roman Stad hoe hetmoderne kantoorleven er aan toegaat. “De prikklokken registreerende tijdstippen van ieders komst.Vóór de grote ronde klokken opnegen staan is binnen de glazenwanden en rond de bruine, houtenbureaux en groene stalen lesse-naars het leven begonnen. Deschrijfmachines beginnen hun rate-ling. De telefoons klikken en bellen.Het kantoor arbeidt.” De klerkenzitten aan lange tafels, de eerstemedewerker heeft een eigen bureauen de chef zit achter glas en houdttoezicht.

15

WES

TERST

RAAT

14

Page 9: brandgrens rotterdam

17

WES

TERST

RAAT

Page 10: brandgrens rotterdam

19

WES

TERST

RAAT

18

Het Japanse consulaat ligt op loop-afstand van de Westerstraat. Opnummer 4a bevindt zich in 1934-1935 een concentratie van RoodRotterdam: de CommunistischeJeugd-Bond, de CommunistischePartij Holland, de InternationaleArbeiders Hulp, het WerkloozenStrijd Comité en de RevolutionaireVakorganisatie. Veelal werklozejongemannen sluiten zich bij debewegingen aan: zij zijn gevoeligervoor het woord van Marx dan datvan God.De crisis met zijn grote werkloosheidvoedt de revolutionaire geest. De in1929 opgerichte RevolutionaireSocialistische Partij (RSP) – eenafsplitsing van de communisten –staat onder leiding van de inRotterdam geboren Henk Sneevliet.Ab Menist, de vooraanstaandeRotterdamse leider van de RSP envoor deze partij sinds 1931 raadslid,is tevens secretaris van het Plaat-selijk Arbeids-Secretariaat (PAS),de lokale afdeling van het NationaalArbeids-Secretariaat, de eerste in1893 opgerichte vakcentrale. Voorhet PAS-gebouw, hoek Maasstraat-Westerstraat, voert Menist samenmet andere aanhangers campagnevoor Sneevliet. Die wordt op 26 april1933 gekozen voor de TweedeKamer. Sneevliet kan zijn kamerze-tel voorlopig niet bezetten; hij zit eengevangenisstraf van vijf maandenuit. Hij is in februari 1933 gearres-teerd wegens het verspreiden vanpamfletten en geschriften ondermarinepersoneel en arbeiders vande Rijkswerf in Den Helder.

Drie agenten kijken toe hoe een tim-merman met het kozijn van hetJapanse consulaat bezig is. De ruitis gesneuveld tijdens een demon-stratie tegen de Japanse inval inMantsjoerije in 1931.Vijandigheden, grensconflicten enschermutselingen tussen Japan-ners, Chinezen en Russen beheer-sen al weken de voorpagina’s van delandelijke en internationale pers.De communisten beschouwen deJapanners als fascistisch en imperi-alistisch en demonstreren met enigeregelmaat tegen wat zij zien als eenrechts gevaar. De communisten zijnal bij voorbaat verdacht en de politietwijfelt er niet aan dat hun aanhangde ruiten heeft ingegooid.De leider van de RotterdamseCommunistische Partij Holland,W.H. Reuderink – vanwege zijnRussische sympathieën ‘de Sovjet’genoemd – wordt met drie partijge-noten gearresteerd. Reuderink heeftal menig uur in bewaring doorge-bracht. Politieke tegenstandersbetichten de communisten ervandat zij munt willen slaan uit demalaise van de crisis. Zelfs de socia-listen vrezen de communisten entrekken samen met confessioneelen rechts Rotterdam op tegen watals zij als de lange arm van de bol-sjewieken beschouwen. Wie pam-fletten verspreidt, loopt een grotekans in de kraag gepakt te worden.Jeugdige revolutionairen die opstraat ‘Wij zijn de jonge garde vanhet proletariaat’ zingen, hoeven nietop veel sympathie van de politie terekenen. Wie uit een communis-tisch land komt en voor zijn werkRotterdam bezoekt, is snel ver-dacht. Van tijd tot tijd bezoekt depolitie de Internationale Zeemans-club op zoek naar matrozen metcommunistische sympathieën. Wieuit een verdacht land komt en toe-vallig zijn lidmaatschapskaart vaneen ‘strijdende’ arbeidersbewegingop zak heeft, wordt na grondige enniet bepaald zachtzinnige visitatie,zonder pardon over de grens gezet.

Page 11: brandgrens rotterdam

21

ZALM

HAV

ENDe Zalmhaven was tot aan het beginvan de negentiende eeuw een bui-tenwijk waar vooral schepen werdengebouwd. Nadien is er volop ge-bouwd, maar toch heeft de Zalm-haven het karakter van de oudehavenstad behouden. Het is hetdomein van de binnenschepen,roeibootjes, slepers en de kleineretoeleverende bedrijven.

Twee kerken domineren dit beeldvan de Zalmhaven: de rooms-katho-lieke St. Ignatius van Loyola, naasthet Emmaplein, met pal daartegen-over de gereformeerde NieuweZuiderkerk aan de Westzeedijk.Als op zondag de klokken beieren,zullen de gereformeerde en katho-lieke kerkgangers elkaar nauwelijkskunnen ontlopen; meer dan eentoevallige ontmoeting zit er niet in.De Westzeedijk is slechts een klei-ne, fysieke barrière vergeleken metde kolossale geloofskloof tussenbeide religies. De katholieken zijnsinds het begin van de twintigsteeeuw aan een opmars bezig engenieten van een succesvolle eman-cipatie. De katholieke kalenderbiedt volop feestgelegenheden.Maar er wordt ook gefeest als er eenjubileum is, zoals het diamantenpriesterfeest van pater G. Bloetjes in1939. De Westzeedijk is voor eendag veranderd in een groot katholiekfestijn. “Een lange stoet van bruid-jes, pages, misdienaars, allen fees-telijk met bloemen getooid, trokdoor de volle kerk, dan volgden degeestelijken en eindelijk de gebogengestalte van den grijzen priester,onder den last der jaren, onder dezehuldiging en misschien ook welonder de last van het kasuifel.”

Page 12: brandgrens rotterdam

Het Rotterdamsch Nieuwsblad isnog altijd onder de indruk vanhet intieme van de Zalmhaven.“De buurt krijgt hierdoor ietsgemoedelijks, iets wat de grooterehavenkwartieren missen. Hetgeenons doet denken aan den handelvan een vijftig jaar terug toen allesnog niet de kolossale afmetingenhad van nu.” Ondanks het klein-schalige karakter huisvest deZalmhaven twee opvallende grotebedrijven: de houtopslag en de jene-verstokerij van Blankenheym &Nolet. In het noordwestelijk deel vande Zalmhaven meren de binnen-vaartuigen aan die vanuit Rotterdamvia de binnenwateren het waterrijkeNederland bedienen.

De Nieuwe Leuvenhavenbrug iszojuist geopend. De brugwachter intzijn tol via een lange lijn waaraaneen muntbakje is bevestigd. Als deschipper niet oplet, krijgt hij de cen-tenbak tegen het hoofd. En datgebeurt soms, misschien niet opzet-telijk, maar ook wel voor de grap.Een 22-jarige schippersknecht isdat overkomen. Ondanks zijn petlevert de klap een schaafwond enbult op. De driftige knecht roepttegen de grijnzende brugwachter:“Je kan stikken en barsten.” Daaropvolgt een echt beledigend woord,dat de krant niet afdrukt. De brug-wachter heeft de status van onbe-zoldigd rijksveldwachter en heefthet recht de knecht te verbaliserenen doet dat ook. Er komt een rechts-zaak en de rechter is niet gevoeligvoor het argument dat in het schip-persmilieu dit soort verwensingenniet als beledigend opgevat wordt engewoon tot de mores van de werkluibehoort. De krantenlezer weet dannog steeds niet wat er echt isgezegd. Voor de rechter telt zwaar-der dat de brugwachter ambtenaaris en in zijn recht staat. De schip-persknecht kan kiezen: hij betaalteen boete van vijf gulden of kan vijfdagen brommen.

23

ZALM

HAV

EN

22

Page 13: brandgrens rotterdam

25

Kaart Rotterdam en omgeving,Jacob van Deventer, ca. 1558

Page 14: brandgrens rotterdam

Een druilerige regenachtige dag in1937 op het Vasteland. De man metaktetas staat met zijn gezicht naarhet Stadsarmhuis, dat nog dit jaarwordt gesloopt. Sinds 1906 wordende bejaarden en armen niet meerhier verzorgd, maar in een nieuwtehuis aan de Oostervantstraat.Op de plaats van het Stadsarmhuiskomt het nieuwe gebouw van deGGD, de Gemeentelijke Genees-kundige en Gezondheidsdienst.Het aangrenzende pand van deGemeentelijke Arbeidsbeurs voorzeelieden – kortweg de Zeemans-beurs – zal eveneens verdwijnen.Dat is aanvankelijk niet de bedoe-ling, maar sloop is noodzakelijkgeworden omdat door de bouw vanhet GGD-bastion de Zeemansbeursop instorten staat. De bemiddelingvan werkzoekende zeelieden wordtop de Schiedamsesingel voortgezet.In 1914 is de gemeente Rotterdammet deze dienstverlening begonnen.Sindsdien is de buitenlandsematroos niet langer overgeleverdaan louche shippingmasters en hun‘zakenpartners’, de zogenoemdeslaapbazen die kamers aan zeelie-den verhuren. Deze pensionhoudersrekken het verblijf van de zeemannet zo lang totdat hij zijn gage heeftverbrast. De slaapbaas houdt dekamer nog even aan, want de ach-terstallige huur kan later wordenverrekend als zijn klant weer aan-monstert. Een bevriende, oh zobetrouwbare, shippingmaster regeltvoor hem de aanmonstering. Bij ver-trek staat de zeeman in het krijt van-wege achterstallige huur en hij moetde slaapbaas ook nog een hoogcommissieloon voor bemiddelingbetalen. De zeeman heeft het geldniet en tekent een schuldbekenteniszodat de slaapbaas de door de rede-rij vooruitbetaalde gage kan incas-seren. De zeeman vertrekt, maarzijn voorschot is al in de zakken vande oplichters terechtgekomen. Voorhet imago van Rotterdam een slech-te zaak en dankzij de Zeemans-beurs is het misbruik aanzienlijkteruggedrongen.

VAST

ELAND

Page 15: brandgrens rotterdam

Het Vasteland wordt in vrijwel allereisbeschrijvingen een onopvallendstadsgedeelte genoemd. Het enigebezienswaardige monument is deSchotsekerk, op 20 oktober 1697ingewijd. De Schotsekerk heeft eensobere protestantse uitstraling endat geldt ook voor de binnenzijde.Het is zeker geen kale kerk, want in1933 zijn er drie gedenkramengeplaatst, een herinnering aan deeerste Schotse congregatie in 1643.In 1939 wordt de kerk gerestau-reerd, zodat deze in ieder geval ookin het vernieuwende Rotterdambehouden blijft.De kerkganger die zojuist de kerkverlaat en de psalm ‘Incline thineear to me’, neuriet, zal heviggeschrokken zijn van de voorstevenvan het reusachtige namaakschipdat naast zijn kerk oprijst en degehele Herdersstraat inneemt. Hetis een zeer groot uitgevallen schaal-model van een schip dat in de VVV-week van 5 tot 14 september 1935in deze zeemansbuurt wordt gepre-senteerd. Het gaat hier om dePrinsendam, vlak voor de tewaterla-ting omgedoopt in Nieuw Amster-dam. De initiatiefnemers willengroots uitpakken, want een nieuwschip duidt op betere tijden en zorgtvoor werkgelegenheid. De gelovigenzien hierin misschien de hand vanGod, omdat op het dieptepunt vande crisis een vlaggenschip kan wor-den gebouwd dat veel Rotterdam-mers een nieuw perspectief biedt.Het is letterlijk en figuurlijk eennieuwe rots in de branding, waar inde psalm naar wordt verwezen.

VAST

ELAND

28

Page 16: brandgrens rotterdam

In de ochtend is de Schiedamsedijkeen gewone straat met winkels enondernemingen die niet van ver-maak leven, zoals het bedrijfskle-dingmagazijn G.W.J. Goverts.De eigenaar doet er alles aan omklanten te trekken. De zoveelstebezoeker maakt kans op een ras-hond, geleverd door de Fa. H.Blazer, eveneens gevestigd op deDijk. De dierenwinkel is nu noggehuisvest in een bescheiden acht-tiende-eeuws pandje, dat in 1938wordt afgebroken. Blazers winkel isvaak in het nieuws, vooral vanwegehet aanbod van exotische dieren,zoals miereneters uit Brazilië enzingende kanarievogels.Na zonsondergang is het een vande vrolijkste straten in Rotterdam.De Rotterdammers en hun tijdelijkegasten die willen bruisen, drinken,vrijen, klaverjassen of zingen kun-nen hier terecht. Er bevinden zichlouche cafés waar passagierendezeelieden afzakken, waar randfigu-ren hun criminele deals sluiten enopdringerige prostituees overal tevinden zijn. Zoals Leo Ott in zijnroman De haven (1932) het beel-dend uitdrukt: “Kroegen, snorders-auto’s, lichtreclames, winkels metgebakken aardappelen en visch,danshuizen en vrouwen (…) vrou-wen tegen elken deurpost, voor elkcafé, voor elken steeghoek, en slen-terende groepjes mannen, druksprekend in alle talen der aarde(…).” Geen enkele havenstad kanzonder hoeren en dat weten ook descheepsbazen. Ott haalt een prosti-tuee aan: “Ja, ze zullen daar toege-ven, dat ze voor hun zaakkies onzebuiken net zoo goed noodig hebben,als de klauwen van hun scheeps-volk.” Hij noemt het een anderewereld, een “afgeschoten hoek derstad, zooals iedere haven er eenheeft, waar de zeelui hun langbedwongen dorst naar drank envrouwenlichamen kunnen lesschen,een straat waar andere wetten engewoonten heerschen dan in deoverige straten, een straat waar eenvrouw met de zelfde aandacht geno-ten wordt als een glas bier, en waar-door gewichtig, met zwaren stap,zeer veel agenten surveilleeren,opdat ‘de zaken’ een ordelijk ver-loop zullen hebben”. 31

SCHIEDAMSC

HED

IJK

Page 17: brandgrens rotterdam

SCHIEDAMSC

HED

IJK

32

Page 18: brandgrens rotterdam

Rotterdammers, ook burgermannendie zeggen dat deze buurt niet net-jes is, komen hier graag. In demenigte wisselen de gleufhoeden enplatte petten elkaar af en de uitba-ters weten Rotterdammers met eenbeter gevulde beurs naar deze straatte lokken. Je hoeft heus niet alleen‘fish and chips’ te eten en wie wilgaan dansen kan kiezen tussentwee danspaleizen, Alcazar enCosmopoliet. De hoofdpersoon inOtts roman komt er graag. “Waaromook niet, dacht ik, en ik stortte mij in’n helder verlichte ruimte vol spie-gels, vol licht, en vol menschen.Bovenop een balcon raasde eenJazz-band. Een neger brulde, imi-teerde een trompet, twee harmoni-ca-spelers ketsten de zaal vol oor-verdovende syncopen, slagwerkbonkte en siste en bromde en hitstede dansenden op. Wat werd hiergedanst! Sommige paartjes bewo-gen zich met ’n plechtigen ernst,anderen stonden tegen elkaar tedansen met van rythme vervrongenlijven en heftig charleston-trappen-de benen.” In 1930 is de Cosmo-poliet opnieuw opgebouwd na eenverwoestende brand en bij de her-inrichting is meteen de modernsteapparatuur geplaatst, zoals eengrammofoon met vier elektrischeversterkers en een ingebouwd, opeen grote lamp gemonteerd, caril-lon, dat midden in de zaal hangt.

35

SCHIEDAMSC

HED

IJK

Page 19: brandgrens rotterdam

Er heerst een gemoedelijke sfeer enals je in Rotterdam als artiest carriè-re wil maken is het goed om hierregelmatig je gezicht te laten zien.Een van deze Rotterdamse talentenis Japie Valkhoff. Hij is op de foto tezien (staand, vierde van rechts, voorde nooduitgang), een tengere manmet smal gezicht. Hij geldt als eengroot talent, een begenadigd accor-deonist die graag volksliedjes meteen onmiskenbare jazzsoundspeelt. Met zijn broer en zus vormthij begin jaren dertig het trio deThree Hawkcourts – de vertalingvan de drie Valkhoven – bij hetradiopubliek bekend als de AVRO-spelers. De echte kenners gelovendat hij de grote oceaan zal overste-ken en in Amerika als jazzartiest zaldoorbreken.

37

SCHIEDAMSC

HED

IJK

Page 20: brandgrens rotterdam

In de crisisjaren wordt er volopgefeest, zo lijkt het, maar de caféslijden verliezen, moeten sluiten enzelfs de danspaleizen hebben hetmoeilijk. Eigenaren oefenen druk uitop de gemeenteraad. F.M. van Trier,eigenaar van de Cosmopoliet,plaatst een advertentie: ‘S.O.S.’Hamburg verlaagt zijn tarieven endat betekent dat de Duitse haven-stad misschien niet alleen meerlading aantrekt, maar ook meermensen. En als er minder tonnagein Rotterdam binnenkomt, loopt hetcafébezoek terug, omdat het aantalpassagierende matrozen afneemt.Er moet iets worden gedaan om deklandizie op peil te houden. De stiltemoet worden doorbroken, zeker opzondag. De cafés willen dat degemeente een einde maakt aan dezondagssluiting, door bijvoorbeeldeen crisis-amusementswet in hetleven te roepen die met steun vande overheid de dans in stand houdt.Op de Schiedamsedijk moeten delokalen ook op zondag kunnenopenblijven, maar dat is een heikelpunt in een havenstad waar deinvloed van de confessionelen grootis. Die willen eerbiediging van dezondagsrust. De uitbaters doen hunuiterste best om duidelijk te makendat hun straat van plezier geendoorsneestraat is. Hier gaat het omvermaak, weliswaar rumoeriger danin andere buurten, maar beslist vei-lig. De kranten nuanceren dit beeld.Er gebeurt namelijk wel eens wat:zeelieden die met elkaar op de vuistgaan, klanten bij wie de portemon-nee is gerold en een enkele roof-overval komt ook voor, zoals op hetwisselkantoor.

SCHIEDAMSC

HED

IJK

38

Page 21: brandgrens rotterdam

De achterkant van het Stadsarmhuisen het torentje van de Schotsekerkzijn op deze afbeelding zichtbaar;een momentopname voorafgaandaan de grote sloop. De omheining isal geplaatst en de werkzaamhedenkunnen elk moment beginnen. Dehouten wand leent zich voor leuzenvan protesterende Rotterdammers.Al enige jaren is de havenstad in deban van de crisis en hoewel in 1937Rotterdam de ergste depressie voor-bij is zijn de spanningen letterlijkzichtbaar. Aanhangers van de NSB,die lijkt te profiteren van de onvredeonder de massa, uiten hun sympa-thie voor het fascistische offensiefvan leider Mussert. Arbeiders roerenzich en kalken hun noden in schut-tingtaal.

41

BAAN

Page 22: brandgrens rotterdam

Dit is een van de buurten die insommige opzichten kleinsteedsaandoen, die nog het meeste weghebben van de stad van vóór 1850.Stedenbouwkundigen benadrukkende nadelen van deze oude vervallen,ongezonde en bedompte stadsker-nen en hanteren het liefst de slo-pershamer. Een oude stad is nueenmaal een belangrijke hindernisvoor de vooruitgang.Stedenbouwkundige doorbraken enaanpassingen kosten veel geld endat is de voornaamste reden dat deBaan met zijn kruip-door-sluip-door-situatie nog bestaat. Je kunt hetgebied ook door een romantischebril bekijken. Het RotterdamschNieuwsblad schrijft over ‘achter-buurtromantiek’. “Daar waar desloopwerkzaamheden en daaropvol-gende vernieuwingen sneller ofrigoureuzer verlopen dan sommigeninwoners van de stad lief is, ontstaateen verlangen naar gebieden waarhet verleden als een ‘sensatie’ kanworden beleefd.” Het Nieuwsbladadviseert daarom: “Wie even zoo’nsensatie van geheimzinnigheid wilbeleven, die kan nog altijd in deBaan terecht.”

Hier vind je nog de kleine Rotter-damse bedrijfjes die hun waren methandkarren vervoeren omdat hetsnelle, moderne transport te duur is.Als je niet beter zou weten, denk jedat hier de tijd heeft stilgestaan.Voor de kinderen bieden de stegeneen aangenaam speelterrein. Jekunt er rovertje spelen, maar ookbouwvakkertje, want er ligt altijd welwat overgebleven bouwmateriaal,zoals bakstenen. Rotterdam bouwtal lang niet meer uitsluitend in bak-steen, want het moderne gebouwvan beton, glas en staal rukt op enzal uiteindelijk de Baan wegvagen.De nieuwe Bijenkorf, het modernstewinkelpaleis van Europa, heeft eenhap uit de oude buurt genomen.

43

BAAN

42

Page 23: brandgrens rotterdam

Het is niet zeker hoe lang deSchiedamsesingel nog als singel zalbestaan. Het gedeelte van het VanHogendorpplein tot de Hoffmans-brug, ter hoogte van de Witte deWithstraat, is al gedempt om debouw van de Bijenkorf mogelijk temaken. De naast de Bijenkorf gele-gen getrapgevelde huizen contraste-ren zeer met de moderne uitstralingvan het lichtpaleis; ook deze zullenverdwijnen. Het wordt meer en meereen verkeersweg met voor het auto-verkeer noodzakelijke voorzienin-gen, zoals benzinepompen, diesoms zijn uitgerust met stalen pla-ten. “Om te voorkomen dat de auto-mobilist bij een benzinepomp moetuitstappen om het bedienend perso-neel te waarschuwen, heeft menhier een stalen plaat aangebracht,waarop de auto bij het stoppen blijftstaan. De druk op de plaat schakeltdan een electrische schel in die hetgaragepersoneel waarschuwt.”

45

SCHIEDAMSC

HES

INGEL

Page 24: brandgrens rotterdam

Rotterdam is al langer in de ban vanhet moderne verkeer. Je kunt in destad de modernste, zachtzoevendeAmerikaanse limousines kopen.J.L. Spoormaker heeft aan de Schie-damsesingel een fraaie showroommet Pontiacs en Opels, twee belang-rijke automerken van gigant GeneralMotors.

Zolang de Schiedamsesingel nietvolledig is gedempt kun je er vissen,en werklozen doen dat ook. Eencomité dat zich voor de armen zon-der werk inzet organiseert in dezomer van juli 1935 een hengelwed-strijd. Het blijft niet beperkt tot eeneenmalige gebeurtenis. “De Schie-damsesingel” – lezen we in hetRotterdamsch Nieuwsblad van23 september 1935 – “is tegenwoor-dig als vischwater voor wedstrijdenwel in trek, gezien het aantal komi-sche en ernstige concoursen daarreeds gehouden.” Het gaat blijkbaarvooral om de pret, want veel wordter niet gevangen. In juli 1935 vangteen geluksvogel enige blieken, maarzoals alle karperachtigen is deze visniet eetbaar; hij is te dun en heeftteveel graten.

SCHIEDAMSC

HES

INGEL

46

Page 25: brandgrens rotterdam

Tot 1936 staat aan de singel hetGebouw van Kunsten en Weten-schappen, dat de nieuwe eigenaarin 1929 nog ingrijpend heeft gemo-derniseerd. Er is een grote zaal metbijna 1900 zitplaatsen. Het is eengebouw dat voor alle toonkunstenwordt gebruikt, of het nu gaat omeen symfonie van Mahler gespeelddoor het Concertgebouworkestonder leiding van WilhelmMengelberg of om het populairegenre zoals de befaamde Duitseclose harmony-groep, ComedianHarmonists, die vanaf 1933 nietmeer in eigen land mogen optreden.Ze zijn zeer muzikaal, dichterlijk,maar hebben oog voor de wensenvan de moderne ‘onromantiektemensch’, zoals het heet, en voereneen soort cabaret op. “De wijzewaarop ze de woorden van ‘Ich binvon Kopf bis Fuß auf Liebe einge-stellt’ – de filmhit Der Blaue Engelmet diva Marlene Dietrich –omdraaiden en met geblaseerdesnuiten kweelden: ‘Frauenumschwirr’n uns wie Motten dasLicht und wenn sie verbrennen (…)ja, dafür können wir nichts’, dat wasgeniale clownerie, evenals deKozakkenparodie van den bas.”Liefdadigheidsbals, een Vredes-congres, een politieke bijeenkomstvan de NSB of missverkiezingen;ze vinden hier allemaal plaats.De tentoonstelling Ontdek uw stadlaat Rotterdammers kennismakenmet de bijzondere geschiedenis vanhun stad. Opvallende moderne ten-toonstellingselementen verlevendi-gen de geschiedenis. Bokswedstrij-den vinden in het Gebouw vanKunsten en Wetenschappen ookplaats, niet alleen binnen maar ookin de openlucht op het terrein vóórhet gebouw.

SCHIEDAMSC

HES

INGEL

Page 26: brandgrens rotterdam

De openlucht is niet alleen geschiktvoor sportbeoefening. Er is aan deSchiedamsesingel ook een open-luchtschool. Achter het nog nietgedempte stuk van de singel, tegende achtergrond van de Waalschekerk, staat vanaf 1929 de Rotter-damse gemeentelijke openlucht-school voor lager onderwijs.Onderwijs in de openlucht, omdat“frissche lucht en zonlicht de diges-tie bevorderen, de assimilatie ver-sterken, het zenuwstelsel harden enden weerstand van een kind aan-zienlijk vergrooten”. De school helptgebrekkige kinderen, de zogenoem-de bleekneusjes, vertrouwd temaken met drie essentialia: rein-heid, lichaamsbeweging en goedevoeding. Kinderen leren hoe zemoeten tandenborstelen en hoebelangrijk het is te gaan rusten nahet middagmaal. Vandaar dat er inde openlucht bedden staan. Omdrie uur luidt de bel en springen dekinderen van hun bedjes. Na tienjaar is het nog altijd een succes enin 1939 zijn er plannen voor eentweede openluchtschool.

SCHIEDAMSC

HES

INGEL

50

Page 27: brandgrens rotterdam

53

WITTE

DEWITHST

RAAT

52

Hier zetelt de gezaghebbende libe-rale Nieuwe RotterdamscheCourant, een landelijke krantgeroemd om zijn onafhankelijkeberichtgeving en buitenlandcom-mentaren. De journalist Marcus vanBlankenstein schrijft vanaf 1931‘De Toestand’, een dagelijks, kritischgeschreven buitenlandoverzicht.Blankenstein neemt geen ‘blad voorde pen’ en is zeer kritisch in zijnberichtgeving over de Duitse natio-naalsocialisten. Nederland wil zoneutraal mogelijk blijven enRotterdamse ondernemers vindenhet niet zo prettig als betrekkingenmet Duitsland op het spel wordengezet. Ze zijn daarom niet zo ver-heugd over de anti-Hitler stukken inde krant. Na een inhoudelijk conflictmet de nieuwe hoofdredacteurneemt Blankenstein in 1936 ont-slag. Velen denken dat hij het veldheeft moeten ruimen vanwege zijnkritische houding tegenoverDuitsland en Blankenstein doet opzijn beurt weinig moeite om dit mis-verstand op te helderen.

Page 28: brandgrens rotterdam

De Rotterdamsche Kunstkring is in1893 opgericht door particulierendie van mening zijn dat hetRotterdamse kunstklimaat te weinigvoorstelt. De initiatiefnemers hopendat in de Kunstkring beeldende,dramatische en toegepaste kunst,toonkunst en fraaie letteren centraalzullen staan, hoewel de verenigingook is bedoeld om het “gezellig ver-keer tusschen kunstenaars enkunstvrienden” te bevorderen. Dezaal in de Witte de Withstraat is zon-der meer een succesvol trefpunt.De Kring maakt vooral goede siermet gevierde nationale en interna-tionale kunstenaars. Exposerendekunstenaars van de RotterdamscheKunstkring kunnen in een soort gas-tenboek hun ‘handtekening’ achter-laten. Cees Timmer heeft bijvoor-beeld de bezoekers aan zijn ten-toonstelling getekend. Naast werkvan invloedrijke moderne kunste-naars als de Frans-RussischeChaïm Soutin en de Italiaanse kun-stenaar Amadeo Modigliano biedtde Kunstkring zo af en toe ook ruim-te aan Rotterdamse schilders, zoalsMarius Richters. Hij maakt naam alsde schilder van het harde realisti-sche Rotterdam met zijn vele werk-lozen, zoals aan het werk hiernaastis te zien. De crisis treft allen, nietalleen de platte petten. Ook de man-nen met gleufhoeden wachten temidden van de andere steuntrek-kers en moeten ook hun handophouden. De brei-expositie vanmevrouw De Vries-Hamburger inapril 1940 lijkt wat uit de toon te val-len. Het gaat haar niet alleen om dekunst – beter gezegd artistieke huis-vlijt – maar om met steun van deregering een nationale breicultuurop te zetten. Een andere opvallendeexpositie geeft een overzicht van denieuwste hoortoestellen, waaronderde zogenoemde kerktelefoon. Dit iseen installatie die het voor slechtho-renden mogelijk moet maken om depreek via de telefoon in de kerk tebeluisteren. In de praktijk laat hetapparaat een hoop te wensen over.Op basis van eigen bevindingenschrijft een slechthorende dat hettoestel geen uitkomst biedt.

WITTE

DEWITHST

RAAT

Page 29: brandgrens rotterdam

WITTE

DEWITHST

RAAT

56

Ad Donker heeft in deze straat eengalerie en daar blijkt een zelfportretvan Herman Mees te zijn bescha-digd. Mees, leraar aan de Rotter-damse Academie van BeeldendeKunsten en Technische Weten-schappen, geldt als een vooraan-staand portrettist die zakenlieden,havenbaronnen en hooglerarenschildert, maar vooral ook kinder-portretten maakt. De dader is een44-jarige werkloze varensgezel diehet doek heeft vernield uit protesttegen intrekking van zijn steun. Hijwordt opgepakt en afgevoerd naarhet dichtstbijzijnde politiebureaudat zich ook in de Witte de With-straat bevindt, gehuisvest in eenclassicistisch gebouw dat in 1938wordt gesloopt om de Laurierlaantot de Witte de Withstraat te kunnenverlengen.

Page 30: brandgrens rotterdam

WITTE

DEWITHST

RAAT

58

De Witte de Withstraat is in 1933vernieuwd; de trotse iepen zijn ver-dwenen, de trottoirs versmald ommeer ruimte te bieden voor het ver-keer. Een strakke verkeersstraat metzicht op de Westersingel en deremonstrantse kerk aan de Wester-singel die in 1937 veertig jaar be-staat. Lange tijd was het het enigeopvallende gebouw in het Land vanHoboken, dat in de jaren dertig eennieuwe bestemming heeft gekregenals museumpark. Tegenover de kerkwordt aan het nieuwe MuseumBoijmans gewerkt; de toren vanRotterdams nieuwe museum staatnog in de steigers en wordt in 1935geopend. De openingstentoonstel-ling staat in het teken van JohannesVermeer, Oorsprong en invloed. Erkomen meer dan 100.000 mensenop af, een ongekend aantal voorRotterdam. Directeur Dirk Hannemais in de greep van Vermeer. In 1937slaat hij zijn grootste slag. Met steunvan Rotterdamse havenbaronnenverwerft hij een onbekendeVermeer, De Emmaüsgangers, voorhet eerst getoond op de tentoonstel-ling Meesterwerken uit vier eeuwen.Het is een sensatie. KunstminnendNederland is in rep en roep en criticiuit het buitenland komen naarRotterdam, de stad die ze zeldenaandoen als ze voor de kunst naarNederland komen. De nieuweVermeer, “een voluit gesigneerdmeesterwerk”, wordt alom geprezenals een topstuk. Directeur Hannemalaat geen gelegenheid voorbijgaanom het schilderij te presenteren alseen persoonlijke overwinning enerkenning voor zijn jarenlange inzetvoor het museum. Er bestaat geengelukkigere museumdirecteur.Rotterdam hoeft als tweede stad vanhet land geen minderwaardigheids-complex meer te hebben als het ombeeldende kunst gaat.

Page 31: brandgrens rotterdam

Rotterdam is via de Rijn verknooptmet Duitsland en het is dan ook nietzo vreemd dat in de stad veelDuitsers verblijven. Na de EersteWereldoorlog kwamen er meerDuitsers naar Nederland, vooraldienstmeisjes. De Nederlandse mid-denklasse klaagde over een groottekort aan huishoudelijk personeelen de Duitse meisjes emigreerdennaar Nederland en ontliepen zo degrote inflatie en armoede in eigenland. De eerste emigratiegolf uitDuitsland duurde tot ongeveer1923, waarna er weer volop moge-lijkheden waren om in die GoldenenZwanziger in Duitsland te werken.Na de crash van Wallstreet in 1929trok opnieuw een groot aantal Duitsemeisjes naar Nederland; ook naarRotterdam, waar in 1932 bijna 2000Duitse dienstmeisjes verblijven.Maar Hitler wil ze na zijn machts-overname in 1933 weer terug.De Duits evangelisch-lutherse gelo-vigen ontmoeten elkaar in hun kerkaan de Zwarte Paardenstraat. DeDuitse gemeenschap, die in 1932ruim 8000 personen telt, loopt terugnaar minder dan 4500 halverwegede jaren dertig. Voor zover er nogDuitsers naar de Maasstad komen,zijn dat politieke en joodse vluchte-lingen. Veel steun ontvangen ze nietvan de Duitse gemeenschap inRotterdam, van Duitse katholiekenoch van evangelische organisaties.Der Priester en der Pastor willengeen conflicten met het nieuweregime in hun vaderland en tonenzich bij gelegenheid aanhangers vanhet nieuwe Duitsland. De zwart-wit-rode hakenkruisvlag hangt tussende kerkgangers als het zo uitkomt,bijvoorbeeld als rijkspresident Paulvon Hindenburg in augustus 1934overlijdt.

ZWARTE

PAARDEN

STRAAT

Page 32: brandgrens rotterdam

Een leukere winkelstraat lijkt er niette bestaan. Zoveel afwisseling inwinkels, entertainment en ook inmensen die er zwieren, flaneren enwinkelen. Het winkelpaleis vanVroom & Dreesmann is minder chicdan dat van de Bijenkorf en even-min een architectuuricoon, maarwel een winkel waar de Rotterdam-mers graag komen. Dat geldt ookvoor Kreymborg, ook zo’n vertrouwdadres voor confectiekleding.De advertenties en etalages wijzenhet publiek op de aantrekkelijke enmodieuze stoffen die tegen uiterstbillijke prijzen te verkrijgen zijn.Winkels met exotische geschenken,Russische en Aziatische volkskunstzijn er ook te vinden, dus je hoeft jehier beslist niet te vervelen.

63

BIN

NEN

WEG

Page 33: brandgrens rotterdam

BIN

NEN

WEG

64

Page 34: brandgrens rotterdam

Wie van snacken houdt, hoeft op deBinnenweg niet lang te zoeken.Typische Rotterdamse gerechten alsuierboord worden volop aangebo-den, maar ook de moderne patat àfrite. Tal van zaken offreren snacksdie bekend staan als anti-katerlek-kernijen. Want je kunt op deBinnenweg ook goed feesten en danis het prettig om na afloop van hetstappen voorzorgsmaatregelen tenemen en voldoende vetten in teslaan. Er zijn genoeg cafés en ver-maaksgelegenheden, zoals NieuwOlympia van de grote bioscoop-ondernemer Abraham Tuschinski,waar pakkende, sensationele filmsen westerns worden vertoond. Filmsals ‘Prairie toovenaar’, ‘Bannelingenin Marokko’ of ‘De zwarte schaduw’,behoren tot een genre dat bijhet trouwe Olympiapubliek in desmaak valt.

BIN

NEN

WEG

Page 35: brandgrens rotterdam

De achter de Binnenweg gelegenhofjes hebben de sfeer van een typi-sche volksbuurt behouden. De men-sen zitten daar bij elkaar en hetgemoedelijke, in sommige opzich-ten ook armoedige karakter, doetsoms meer denken aan plattelands-taferelen dan die van een grote stad.Het zijn de achtergrondgeluiden vande grote stadsdrukte die verradendat we niet op het platteland zijn.

Sinds halverwege de jaren dertig isde Binnenweg het jazzcentrum vanRotterdam. Vanaf 1936 groeitMephisto uit tot een populair eta-blissement waar een groot aantalbekende zwarte jazzmusicioptreedt. Ter gelegenheid van deopening schrijft het RotterdamschNieuwsblad: “Rotterdam is eenattractie rijker geworden met deNegro Palace ‘Mephisto’ op denBinnenweg 94. Deze Negro Palaceis een imitatie van een neger-caféuit de bekende New Yorkschenegerwijk Harlem. RasechteSurinamers ontvangen de bezoe-kers, leidden hen naar de plaatsen,nemen bestellingen op en servee-ren. En intusschen speelt een band,de Ted Cotton Swing Band uit NewYork, eveneens samengesteld uitSurinamers, de prachtigste hot jazzin den vurigsten hot-stijl, dien menzich kan wenschen, met refreinzangvan een boy uit de ‘jungle’, diedanst, zingt en met de oogen rolt.”

69

BIN

NEN

WEG

68

Page 36: brandgrens rotterdam

71

Kaart, J. Oprel, 1887

Page 37: brandgrens rotterdam

Een foto van de Van Oldenbarne-veltstraat vanuit het westen geno-men met op de achtergrond derooms-katholieke Oldekerk van hetAllerheiligste Hart van Jezus. Dezedoodgewone verkeers- en winkel-straat is ooit aangelegd om het ver-keer van oost naar west te geleidentoen Rotterdam in het derde kwartvan de negentiende eeuw zijn pol-dergebied ontwikkelde. De menin-gen over deze straat lopen uiteen.Bij sommige Rotterdammers staatde Van Oldenbarneveltstraat bekendals een saaie straat, een doorbraak-straat die net als de Aert van Nes-straat een moeras van provincialis-me is. Rotterdam is geen Hamburg,betoogt de ‘Observer’ – een anonie-me kritische waarnemer – in hetRotterdamsch Nieuwsblad van20 april 1938. Volgens zijn ingezon-den brief kan men zich in Rotter-dam vervelen en mist de stad degezelligheid van een HamburgseReeperbahn, een straat van lichten vrolijkheid. Een ander waardeertjuist deze Rotterdamse provincialegezelligheid en vindt dat de bezoe-kers die voor bepaald vertier naar deReeperbahn gaan hier niet thuisho-ren. “En zou Rotterdam achteruit-gaan in frivoliteit, dan zijn we dusernstiger geworden en ook ernst isnoodig om een gemeente, een land,een volk groot te maken. Niet wuft-heid en vroolijke schijn doen dit, altrekken we er ook vreemdelingenmee.” Door deze ernstige verma-ning uitgedaagd, antwoordt ‘dezakenman’ in zijn ingezonden brief,dat het bezwaarlijk is dat de ernstigeRotterdammers thuisblijven. Het isvoor een stad veel beter dat het ver-tier wordt bevorderd. “Want van denhandel moet het komen, niet vaneen rustig, ernstig, provinciaalschopgevat salaris.”

VAN

OLD

ENBARNEV

ELTS

TRAAT

Page 38: brandgrens rotterdam

75

VAN

OLD

ENBARNEV

ELTS

TRAAT

Page 39: brandgrens rotterdam

Bewoners protesteren tegen huis-jesmelkers die, na afschaffing vande huurwetten in 1927, ongehin-derd huurverhoging op huurverho-ging kunnen doorvoeren. De hurenschommelen tussen de 3,50 en7,50 gulden per week en dat is voorveel bewoners niet meer op te bren-gen. De communist S. Vellemanmobiliseert de bewoners van de hof-jes in de Tuindersstraat. Op 3 juli1931 kondigen de huurders aan datzij een gulden minder dan de weke-lijkse huursom gaan betalen. Tevenswillen ze dat huisbaas Kopmels deachterstallige huurpenningen kwijt-scheldt. Zoniet, dan weigeren zenog huur te betalen, waarop dehuisbaas aankondigt de huurdersop straat te zetten. De huurderstrekken aan het kortste eind, wantde rechter stelt de eigenaar in hetgelijk en de woningen worden ont-ruimd. Zo ook die van Velleman. Depolitie heeft voor de zekerheid deTuindersstraat afgezet. Mensenhopen zich op in aangrenzendestraten, waaronder de Mauritsstraat.De sfeer is uiterst grimmig en evenna middernacht escaleert de situa-tie. Er vallen gewonden en eendode, variétéartiest LeonardiGroeneveld, een toeschouwer diehet slachtoffer wordt van een ver-dwaalde politiekogel.

77

MAURITSS

TRAAT

76

Page 40: brandgrens rotterdam

Het Rotterdamsch Nieuwsbladbesteedt er veel aandacht aan. Opeen zomeravond in juli 1931, zomeldt de krant, lopen er opeens dui-zenden wandelaars, hiertoe aange-zet door de gezwollen berichtgevingin de pers, in de Mauritsstraat.Drama’s lokken bezoekers uit enzeker als een straat de sfeer begintte ademen van een openluchtthea-ter. En als het spektakel tegenvalt ismen teleurgesteld. Je hoort de men-sen dan zeggen: “Ben ik daar noudat heele end voor komme loope?d’r gebeurt niks!” In de loop van dedag gaat het toch weer mis. Een vande omstanders raakt geïrriteerd doorde aanwezigheid van de agenten enroept: “Slaat die ploerten dood!” Depolitie gaat over tot arrestatie en datpikt de woedende menigte weerniet. Wederom wordt er geschotenen vallen er gewonden.De affaire houdt de gemoederennog lang bezig. Rotterdammers vanhoog tot laag, van officiële zijde envan het publiek hebben er eenmening over. Een verontruste stad-genoot laat weten dat het beter is debereden politie met lederstokken uitte rusten want de “kabaalmakerszijn meer gevoelig voor een pakslaag dan voor sabelgerinkel of in delucht schieten!” Of neem de brand-spuit zoals in het buitenland.

Uiteraard mengen politici zich in dediscussie. Een van de smaakmakersis gemeenteraadslid Gerrit vanBurink, een querulant die in politiekopzicht switcht van uiterst links inde jaren twintig naar uiterst rechts inde jaren dertig. Hij is telkens opzoek naar een gat in de markt vanproteststemmers. Uiteindelijk vindthij een nieuw politiek huis bij deNSB (Nationaal-socialistischeBeweging). Begin jaren dertigbehoort hij nog tot de radicaal socia-listen en grijpt elke gelegenheid aanom de socialistische SDAP (Sociaal-democratische Arbeiderspartij)wegens laksheid te vernederen.Hij is dan inmiddels van de commu-nisten overgestapt naar de Revo-lutionair Socialistische Partij (RSP),een politieke vleugel van hetNationaal Arbeids-Secretariaat(NAS). Regelmatig komt hij in con-flict met collega-raadsleden – metsommigen van hen gaat hij opde vuist – en burgemeesterDroogleever Fortuyn. Hij is een idea-le figuur voor spotprenten en politie-ke commentaren. Henri Dekkingvolgt als journalist de beraadslagin-gen op de voet in het RotterdamschNieuwsblad in zijn rubriek ‘’t 46ste

raadslid’. Op 31 juli 1931 is VanBurink zijn onderwerp en Dekkingschrijft: “Het is precies een jongendie soldaatje speelt, zijn blikkensabel in de bietensla heeft gestopten nu een slachting aanricht in hetbeddengoed van oma op zolder.”

Echt rustig is het hier eigenlijk nooit.Als er geen relletjes zijn dan is eraltijd nog het verkeer. Autobussen,zware trailers en vrachtwagens rij-den met veel kabaal over de keienvan het wegdek. Menig huis is nietberekend op het voortdenderendeverkeer waardoor 'de kopjes op hettheeblad staan te rinkelen'. In degammelste woningen komt zelfs hetplafond naar beneden en trillen destenen van de buitengevel uit hunvoegen. Twee panden hebben zulkegrote scheuren aan de buitenzijdedat de straat wordt afgezet en dewoning ontruimd. Bewoners sme-ken de gemeente om asfalt, dat detrillingen van het verkeer beteropvangt. “Dit is niet geschied, wel iseen gedeelte waar de lagere schoolstaat, van een dergelijk wegdekvoorzien, omdat het onderwijs veelhinder van het gedreun ondervond.”

79

MAURITSS

TRAAT

Page 41: brandgrens rotterdam

Rotterdam wil vooruit en heeft deambitie van een wereldstad.Chicago is het grote voorbeeld enals men de plannen wil realiserenmoeten er drastische maatregelenworden genomen. De oude stegen,sloppen, krotwoningen maar ookalkoven passen niet in de plannenvan het stadsbestuur. Dat er vervol-gens ook oude gebouwen moetenverdwijnen en zelfs de sierlijkekoopstad wordt aangetast, is veleneen gruwel. Deze Rotterdammersverfoeien de sloopactiviteiten omhet verkeer ruim baan te geven. Eenvan die kruisridders is architect enraadslid J. Verheul Dzn., die voorhet behoud van de achttiende-eeuwse koopstad op de bres staat.Hij spreekt over de “niets ontziendevorige eeuw” die zo meedogenloosis geweest voor de oude stad enbepleit het herstel van de gedeeltenvan de waterstad die nog niet zijnaangetast. Een dergelijke doelstel-ling is onverenigbaar met die vaneen optimale verkeersdoorstroming.Spottend merkt hij in de raad in1932 op: “Alles raseeren, dan kunje rondrijden zooveel je wilt.” HetRotterdamsch Nieuwsblad biedthem veel ruimte om zijn standpun-ten te verdedigen. Hij schrijft in zijnwoonhuis aan de Mauritsweg feuille-tons over het Rotterdam van vroeger,voorzien van zelfgemaakte aquarel-len die nostalgische gevoelensopwekken bij de bezorgde burgers.Er wordt wel naar hem geluisterd,maar de drang naar het modernekan hij niet keren. In 1939 zijn grotedelen van de stad verdwenen achterhouten schuttingen; daarachter vol-trekt zich in hoog tempo het sloop-proces, vrijwel altijd uit naam vaneen betere verkeersdoorstroming.

MAURITSW

EG

80