8
Tulku Urgyen Rinpoche As It Is (vol. II) Hfdst 12: Dzogchen Terminologie Vertaling Ramo de Boer © 2016

Dzogchen Terminologie

Embed Size (px)

DESCRIPTION

Uiterst helder Dzogchen onderricht van Tulku Urgyen Rinpoche over 'As it Is', over de natuur van de geest, het herkennen en wat daar voor nodig is, en wat we daar voor moeten laten. Lezen!

Citation preview

Page 1: Dzogchen Terminologie

Tulku Urgyen Rinpoche

As It Is (vol. II)

Hfdst 12: Dzogchen Terminologie

Vertaling Ramo de Boer © 2016

Page 2: Dzogchen Terminologie

As It Is Vol. I – hfdst 12 Dzogchen Terminology, vertaling Ramo de Boer © 2016

22

Dzogchen Terminologie (201)

Er is geen echte dualiteit. Gezien vanuit het perspectief van de Boeddha zijn samsara, nirvana en het

pad allen de enkele ruimte van dharmakaya. Eenmaal gerealiseerd is alles niet-geconstrueerd oorspron-

kelijke alertheid. Echter, als eenheid door onwetendheid opgevat wordt als twee, dan wordt het moge-

lijk een schijnbare plek te ervaren waarin een schijnbaar ‘mij’ geboorte krijgt. Vanuit het perspectief van

het individuele bewuste wezen is er zeker een samsarisch leven en iemand die erin ronddraait.

De eenheid van de enkele ruimte van dharmakaya is echter geen soort entiteit. Haar ongeconstrueerde

natuur gaat zelfs aan het concept van eenheid vooraf. Wanneer de enkele ruimte van dharmakaya ge-

realiseerd is, is het onmogelijk om dualistische ideeën te onderhouden. Daarom is er niet langer ‘ie-

mand’ die hergeboorte neemt op een bepaalde plaats. Voor geboorte om mogelijk te zijn, moet er zowel

het concept van een plaats als van iemand die geboren wordt zijn. Hergeboorte nemen is voor Boeddhas

onmogelijk omdat dualiteit opgelost is.

De vergissing van dualiteit komt door het niet-realiseren van onze natuurlijke, nondualistische staat. In

de ervaring van de boeddhanatuur is er geen werkelijk bestaan van subject en object. Echter, door fixa-

tie op datgene wat ervaren wordt als het object, en datgene wat ervaart als het subject, ontstaat de

ogenschijnlijke dualiteit van subject en object. Dit wordt regelmatig bevestigd, keer op keer, totdat het

solide en echt lijkt. In algemene Dzogchen terminologie wordt deze tweeheid ‘ervaring en leegte’ (202)

of ‘verschijning en leegte’1 genoemd. In werkelijkheid zijn ze een eenheid. Er is gezegd, ‘Zolang als dua-

liteit geen eenheid is geworden, is er geen verlichting.’ De twee moeten een worden. Het ene is vrij van

constructen.

Maar onthoudt, het is een eenheid waarin er niets te grijpen valt.

In de allesdoordringende ruimte van dharmakaya,

Manifesteert onmiskenbaar het sambhogakaya, zoals het licht van de zon,

Terwijl het nirmanakaya, manifesterend als een regenboog,

handelt voor het welzijn van wezens.

Trekchö, de beoefening van de ‘grondige snede’ of ‘doorsnijden’, is om je eigen natuur te herkennen als

oorspronkelijke zuiverheid, het allesdoordringende, ruimte gelijkende dharmakaya. Tögal, het ‘direct

oversteken’, is om te herkennen dat de natuurlijke manifestatie van oorspronkelijke zuiverheid spon-

taan aanwezig is. Het herkennen dat de spontane aanwezigheid verschijnt zonder zelf-natuur ― dat het

voorbij iedere substantialiteit of onafhankelijke en�teit dan ook is ― ís de eenheid van oorspronkelijke

zuiverheid en spontane aanwezigheid.

In andere woorden, dit is de nondualiteit van Trekchö en Tögal. Dit realiserend is er noch iemand die

geboren is, noch een geboorteplaats. Er is geen ‘ander’ ― er is geen samsara ― alleen de staat van

boeddhaschap. Wij, bewuste wezens, hebben echter gefaald in het kennen van onze natuur. We kennen

1 De eerste betekenis van leegte wordt genoemd "de leegte van de essentie," wat betekent dat verschijnselen[die we ervaren] in zichzelf geen inherente natuur hebben. De tweede betekenis wordt "leegte in de contextvan Boeddhanatuur" genoemd, wat leegte ziet als begiftigt met kwaliteiten van de ontwaakte geest als wijs-heid, geluk, medeleven, duidelijkheid, en moed. Ultimate werkelijkheid is de vereniging van beide leegten.http://bit.ly/emptinessmeaning

Page 3: Dzogchen Terminologie

As It Is Vol. I – hfdst 12 Dzogchen Terminology, vertaling Ramo de Boer © 2016

33

de natuurlijke eenheid van verschijnen en leegte niet. Door misleid te zijn door de manifestatie van

verschijningen vervallen we in grijpen en gefixeerdheid op dualiteit, de waarnemer en het waargeno-

mene. Als we niet fixeren op dualiteit wordt samsara bevrijd in de oorspronkelijke grond. We hoeven

niet langer in samsara rond te dwalen.

In de specifieke terminologie van de Grote Perfectie, Dzogchen, wordt dit ‘realiseren van de natuurlijke

eenheid van oorspronkelijke zuiverheid en spontane aanwezigheid’ genoemd. Dit is precies wat bedoeld

wordt met ‘de eenheidsstaat van een vajra houder’. Eenheid betekent volledig verstaan van de ondeel-

baarheid van verschijning en leegte. Bewuste wezens weten dit niet. Ze splitsen alles in object en sub-

ject. Door het niet kennen van verschijning en leegte als een eenheid, doen de zes categorieën van

samsara zich voor door het begrijpen van een als twee. (203)

Dit is waar meditatie erbij komt. Om deze natuurlijke eenheid van ervaring en leegte in onze actualiteit

te brengen introduceerde Boeddha meditatie. De Tibetaanse term nyamshak (‘kalmte’ of ‘gelijkmoedig-

heid’) betekent letterlijk ‘plaatsen in gelijkmatigheid’. In de ware staat van gelijkmatigheid of gelijkheid

van nyamshak moet dualiteit oplossen. Het is niet dat we een dualiteit behouden, een ding dat we pro-

beren te behouden en in ervaring brengen en een ander ding dat we trachten eruit te duwen.

Dat leidt niet tot gelijkheid. Daarom, ‘Zolang dualiteit geen eenzijn is geworden, is er geen verlichting.’

Hoe doen we eigenlijk ‘laten zijn in grote gelijkheid’? Niet door te proberen te adopteren of vermijden

door acceptatie en afwijzing, bevestiging en ontkenning. Dit type training wordt alleen maar een oefe-

ning in hoop en angst. Dat is niet wat bedoeld wordt met de uitdrukking ‘de natuurlijke eenheid van

ervaring en leegte in de actualiteit brengen.’ Dit is alleen mogelijk wanneer we waarlijk meditatie beoe-

fenen. Je wordt tot de staat van meditatie geïntroduceerd door de aanwijzende instructie.

De meditatieve staat begint pas op het moment dat je je natuurlijke gezicht herkent. Daarvoor is er altijd

een poging om in gelijkmoedigheid te zijn, trachtend, bijvoorbeeld, om in rigpa te zijn en conceptueel

denken te vermijden. Dat aannemen en vermijden is beslist niet de staat van gelijkmoedigheid van de

ontwaakten, van alle boeddha’s. De gelijkmoedigheid van de ware meditatie is nog niet begonnen.

Om te herhalen: om de staat van gelijkmoedigheid in onze training te initiëren moeten we eerst de staat

van non duaal gewaarzijn herkennen, waarin er niets is om te accepteren of af te wijzen. In dat moment

is conceptueel denken al opgelost, dus is er geen behoefte aan hoop en angst. Het zicht is simpel dit

herkennen als zijnde wat het is, het nemend als het beginpunt, eerder dan wachten of zoeken naar iets

dat langzaam tot ons doordringt na veel training. Als het zicht herkend wordt is de training simpel het

voortzetten van de herkenning van het zicht. Dit wordt meditatie genoemd.

Ook al gebruiken we de uitdrukking ‘plaatsen in gelijkmoedigheid’ voor training, het is niet dat je een

soort van ding ‘plaatst’. Ik wil dit graag opnieuw herformuleren naar ‘gelijkmoedigheid voorbij plaatsen

of niet plaatsen’. Deze gelijkmoedigheid voorbij plaatsen of niet plaatsen, is waar we in trainen. Boven-

dien is de houding waarmee we in dagelijkse situaties leven, niets anders (204) dan het zicht. Als laatste,

de vervulling die verwezenlijkt wordt is niets anders dan stabiliteit van dit zicht.

De grote meester Jamgön Mipham Rinpoche schreef een stuk poëzie genaamd de Aspiratie van de Grote

Perfectie van Manjushri, waarin hij zegt dat de grond, pad en resultaat van de Grote Perfectie, net als

het zicht, meditatie en houding zijn als drie in de lucht getekende lijnen, geschetst midden in de lucht.

Het zicht is als dit, dit is de meditatie, en dit is de houding. Als je naderhand kijkt, waar zijn dan die drie

lijnen? Er is geen scheiding, er is geen onderscheid tussen hen.

Page 4: Dzogchen Terminologie

As It Is Vol. I – hfdst 12 Dzogchen Terminology, vertaling Ramo de Boer © 2016

44

Rigpa yeshe is geen object van denken. Zelf-bestaande alertheid, in essentie leeg en van nature ken-

nend, hoeft helemaal niet gemaakt te worden. Dit is hoe het werkelijk is, en dit is de uitmuntende actu-

aliteit van de Grote Perfectie. Ze is nooit zo duidelijk overgedragen noch zichtbaar gemaakt in ieder van

de lagere voertuigen. Ik heb het niet slechts over de woorden. De werkelijke demonstratie van de enkele

ruimte van dharmakaya is een enorme zegen. Het wordt direct in onze ervaring gebracht, niet als con-

cept van iets wat we wel of niet kunnen realiseren in de toekomst, maar als iets van enorme waarde in

de hier-en-nu ervaring van de persoon die de transmissie ontvangt.

In het verleden in India werd deze transmissie erg geheim gehouden ― zo geheim dat als een uitdruk-

king als ‘enkele ruimte van dharmakaya’ aan een discipel werd gegeven, de meester het fluisterde door

een koperen buis, direct in het oor van de student. Niemand anders was in staat het te horen. Op dat

moment in de geschiedenis konden de geesten en elementaire krachten niet verdragen om zo’n term

met zo’n diepzinnige invloed te horen. Ze vielen gewoon flauw. Tegenwoordig is, door de activiteiten

van de boeddha’s en bodhisattvas, de situatie anders. De menselijke samenleving is bijna verzadigd met

het Dzogchen onderricht. Het is niet langer een grote schok om woorden als ‘enkele ruimte van dharma-

kaya’ te horen.

Je kunt het zicht, zoals het is, vaststellen zodra dualiteit ingestort is, als er geen enkele vorm van maken

is. De ware zelf-bestaande alertheid betekent niet dat er een externe godheid in jou binnentreedt. Het

is wanneer je eigen subtiele gedachtenpatronen uiteenvallen, oplossen (205), vernietigd worden. Iedere

andere staat buiten deze is een door de geest gemaakt zicht. Een door de geest gemaakt zicht is bij-

voorbeeld denken ‘Ik vraag me af, is dit de ontwaakte staat? Dit moet het zijn.’ Doe dat niet! Wanneer

je traint in de medita�e staat, beves�g wat er al is ― dat de natuur van je geest leeg is, kennend, on-

deelbaar. Het is niets anders dan dat. Er is geen reden een staat van leegte voor te stellen en te denken

‘Ik hoop dat dit het is. Wel, ik denk dat dit het is. Dit moet de natuur van de geest zijn.’ Er is geen nood-

zaak te speculeren, omdat je al ziet wat er in werkelijkheid is. Om Jamgön Mipham Rinpoche aan te

halen:

Binnen de essentie – natuurlijke alertheid die oorspronkelijk zuiver is

Manifesteert de natuur - een straling die spontaan aanwezig is.

Deze alertheid, van oorsprong zuiver, is de leegte kwaliteit van de natuur van onze geest. Op het mo-

ment dat we deze natuur herkennen, zien we hoe dan ook geen ‘ding.’ Het is al totaal puur en perfect.

Dat is precies waarom we het oorspronkelijk puur noemen. Onscheidbaar hiervan is de kwaliteit van

weten: we zijn op hetzelfde moment kennend. Dit is de spontane aanwezigheid. Deze twee aspecten

zijn onscheidbaar. Op deze manier hoeven we niet te zoeken en proberen de drie kayas te ontdekken

als iets in de toekomst, of op enigerlei wijze los van dit ongedeelde lege kennen dat we onmiddellijk

kunnen herkennen. Het is op geen enkele wijze verborgen. Dit, de essentie zelf van de Grote Perfectie,

is waar we in moeten trainen.

Dit is precies wat bewuste wezens niet zien. Omdat ze niet zien wat hun natuur is grijpen ze naar

ogenschijnlijke dualiteit en creëren oorzaken voor eindeloze samsarische ervaringen. Aan de andere

kant, als de essentie van de geest eenvoudig herkend wordt, wordt samsara tot een stop gebracht,

daar en dan.

Het moment van het zien van de eenheid van de drie kayas is ons basale ‘werkkapitaal.’ We hebben

iets van enorme waarde, en het hoeft niet met veel woorden gezegd te worden. Hoewel we woorden

Page 5: Dzogchen Terminologie

As It Is Vol. I – hfdst 12 Dzogchen Terminology, vertaling Ramo de Boer © 2016

55

nodig hebben om verstaan, verwar alsjeblieft de woorden niet met de betekenis. Als we woorden ho-

ren verbinden we er een betekenis aan. Abhidharma (206) noemt het ‘gedachte die de vemenging van

geluid en betekenis verstaat.’ Maar die daad van begrijpen is niet de betekenis zelf. Aan de andere

kant, we moeten vertrouwen op woorden om de betekenis te realiseren. Begrijp alsjeblieft dat de

woorden kadag en lhündub, oorspronkelijke zuiverheid en spontane aanwezigheid, extreem belangrijk

zijn. Begrijp alsjeblieft hoe kostbaar het is om te realiseren wat zelfs zulke korte woorden eigenlijk in-

houden.

Ik ging eens naar de grote meester Dzongsar Khyentse Chökyi Lodrö in Gangtok, en stelde hem een

paar vragen over de Dzogchen Desum, de Drie Onderdelen van de Grote Perfectie. Hoewel het geen

lange tekst is, is ze ongelofelijk diepzinnig. Het is maar een boek, het past tussen je hand en je ellen-

boog. Ik vroeg, ‘Excuseer mij, Rinpoche, maar is de hele terma ontdekt? Mist er niets? Khyentse

Chökyi Lodrö glimlachte en zei: ‘Als ik er naar kijk dan zie ik helemaal niets wat mist. Waarom denk je

dat er iets mist? Weet je precies wat er mist? Ik zie: ‘Nee, ik ben slechts een hardnekkige intellectueel,

Ik weet niets.’ Dzongsar Khyentse vervolgde, ‘Ik zie dat het op geen enkele wijze incompleet is. Alleen

omdat het kort en beknopt is, betekent niet dat er iets mist of uitgelaten is.’

Sommige van de instructiehandleidingen in de drie onderdelen van de Grote Perfectie zijn maar een

paar pagina’s. En toch zijn ze allesomvattend en zeer diepzinnig. Het is dus niet zo dat we meer woorden

nodig hebben om de essentiële betekenis te ontdekken. Alles valt en staat met het moment van her-

kenning van de essentie van de geest. Op dat moment ontmoet je onmiddellijk de drie kayas.

Het systeem van Vajrayana gebruikt ongelofelijke vaardige middelen om de realiteit van wat is te intro-

duceren. Deze methode van introductie staat bekend als de vier bekrachtingen. De vier bekrachtingen

zijn symbolisch. Je gebruikt instrumenten en rituelen om de realiteit van onze actuele situatie aan te

wijzen.

De eerste bekrachtiging is de vaas bekrachtiging. De meester visualiseert de vaas als zijnde het paleis

van de goden; het water erin wordt gezegend als nectar. Met de vaas wordt de kruin van het hoofd van

de leerling aangeraakt, waarna hij of zij er een slok van krijgt. Dit is het oppervlakkige deel van het ritu-

eel. Wat hier eigenlijk geïntroduceerd wordt is dat onze vijf skandhas, onze elementen en de zintuigen

en hun objecten, al een goddelijke natuur hebben. Dit is de betekenis van het ‘vajra lichaam is de man-

dala van goden’.

Met andere (207) woorden, waartoe we bekrachtigd worden om te realiseren is niets anders dan wat

we van begin af aan al zijn. Dit is de ware betekenis van de vaasbekrachtiging.

De tweede, de geheime bekrachtiging, wordt overgedragen door middel van het sacrament dat je krijgt

vanuit de schedel kop.

De derde bekrachtiging dient om het feit te introduceren, dat de sensatie van plezier, het moment van

gelukzaligheid, van nature leeg is. Om deze nondualiteit van gelukzaligheid en leegte aan te wijzen, ont-

vang je de wijsheid-kennis bekrachtiging.

De belangrijkste bekrachtiging is de vierde, ook genoemd de kostbare woord bekrachtiging. De eerste

drie mogen veel details en woorden hebben, maar hier kan alles gevat worden in één woord. Dat is

waarom het de kostbare woord bekrachtiging genoemd wordt. Het woord kan geconstrueerd worden

uit twee lettergrepen: PA en TA. De TA wordt uitgesproken zonder klinker, dan wordt de combinatie

PHAT. Dit geluid wordt uitgeroepen door de meester op een wijze waardoor de leerling de essentie van

Page 6: Dzogchen Terminologie

As It Is Vol. I – hfdst 12 Dzogchen Terminology, vertaling Ramo de Boer © 2016

66

de geest kan herkennen bij het horen ervan. Het snijdt door de stroom van conceptueel denken om de

ingeboren staat van oorspronkelijke geest die leeg kennen is, te introduceren. Dit was nooit echt ver-

borgen; het is alleen ogenschijnlijk verborgen voor bewuste wezens omdat hun aandacht bezet is met

andere zaken. Als dat het geval is, kan je wel horen over de natuur van de geest, maar het voelt als

verborgen voor je; het is geen actualiteit. Op het moment van herkenning van de essentie van de geest,

wordt het onmiddellijk gezien. Niet langer verborgen of ver weg, is het in de actuele ervaring gebracht,

wat precies de bedoeling is van de vierde bekrachtiging. Dit wordt beschreven in al de tantras van de

Grote Perfectie.

Er zijn ook de acht uitroepen van verwondering en de twaalf-vajra grappen die precies beschrijven hoe

deze staat is. In de Mahamudra traditie kan het ook aangewezen worden met dit simpele vers:

Oorspronkelijke alertheid is uitzonderlijk subtiel.

Het is het vajra-gelijke centrum van ruimte.

Je ben je eigen vader.

Ontspan in de basale ruimte voorbij begin en einde.

(208)

Oorspronkelijke alertheid betekent onze basale staat. ‘Uitzonderlijk subtiel’ betekent dat het niet be-

staat uit ideeën. Gedachten houden doorgaans de geest van bewuste wezens bezet, ofwel als een groffe

emotie of als subtiel denken. Er is aanvullend een erg subtiele staat van geest die cognitieve verduiste-

ring wordt genoemd, wat de laatste verduistering is die achtergelaten dient te worden op het pad naar

verlichting. Oorspronkelijke alertheid is nog subtieler dan dit, omdat ‘t het onverdeelde lege kennen is

dat aan de basis ligt van iedere staat van geest. Het is hoe dan ook van niets gemaakt. Dat was de eerste

zin “Oorspronkelijke alertheid is uitzonderlijk subtiel.”

De tweede zin is, “Het is het vajra-gelijke centrum van de ruimte.” ‘Vajra’ betekent hier ’onverwoest-

baar.’ Net als het centrum van de ruimte, de totaal wijdopen hemel, onveranderlijk en onwrikbaar, is je

originele alertheid niet gemaakt door enige oorzaken en omstandigheden. De derde zin. “Je bent je

eigen vader,” betekent dat je zelf je eigen natuur bent.

De vierde zin, “Ontspan in de basale ruimte voorbij begin en einde,” introduceert de natuur van de

geest. Wanneer je deze herkent is er geen reden te wachten op een ander moment in de toekomst.

Basale ruimte begint of eindigt hoe dan ook op geen enkele wijze. Rigpa is nooit begonnen en eindigt

niet. Het is totaal eindeloos, volkomen beginloos. Geest komt niet tot zijn; het is nooit begonnen. Het

houdt niet op op een bepaald punt, dus heeft het geen eind. Het verblijft op geen enkele wijze ertussen,

en daarom heeft het geen midden.

Er is nergens een huidig moment (nu) dat vastgesteld kan worden. Jouw basale staat heeft een natuur-

lijke stabiliteit, een ingeboren soort van oprechtheid, maar het is niet een soort concreet ‘ding’ dat op

enigerlei wijze geïdentificeerd kan worden. Natuurlijk kunnen we het idee formuleren, “Dit is hoe Rigpa

is.” Maar dat is simpelweg ons idee. De staat van kennen is in zichzelf zoals het is. De natuurlijke stabili-

teit is aanwezig wanneer je deze niet vergeet, als je niet afgeleid wordt. Wanneer je vergeet, als je

afdwaalt, lijkt deze natuurlijke stabiliteit verloren.

Ingeboren stabiliteit is als een naald, niet als een haar. Als je een haar in de wind houdt buigt ze, maar

een naald buigt niet, ongeacht hoe hard de wind is. (209) Een haar heeft geen natuurlijke stabiliteit.

Rigpa wordt niet besmet door fixatie op uiterlijke objecten, en wordt niet bedorven door focussen op

Page 7: Dzogchen Terminologie

As It Is Vol. I – hfdst 12 Dzogchen Terminology, vertaling Ramo de Boer © 2016

77

de kennende van binnen. Het is totaal open. Dat is natuurlijke stabiliteit. Ongeacht hoe dik een haar is

ze zal nog steeds wapperen in de wind. Het denken van bewuste wezens heeft geen stabiliteit. De natuur

van de geest heeft een natuurlijke stabiliteit. Deze natuurlijke stabiliteit is evident wanneer ze niet be-

trokken is in subject en object, niet focussend op iets als buiten, niet concentrerend op iets van binnen.

In dit moment, als eerdere gedachten verdwenen zijn en toekomstige gedachten nog niet gekomen,

verbind je niet opnieuw aan enige gedachte. Om Dzogchen terminologie te gebruiken, het is alertheid,

vibrerend kristalhelder, volledig aanwezig. Deze ongelofelijke woorden hebben onze fabricatie, ons ma-

ken, niet nodig. Ze wijzen op wat van nature zo is, niet op wat gecultiveerd is door training.

De natuurlijke staat van Boeddha Samantabhadra manifesteert zich als de Dzogchen tantras, waar deze

wonderbaarlijke woorden vandaan komen:

Verbazingwekkend, natuurlijk gewaarzijn is voorbij gedachten.

Levendig helder, is er geen verduistering.

Naakt manifest, is er geen dwaling.

Klaarwakker, is er geen subject en object.

De gedachtenvrije ingeboren staat wordt ervaren als levendigheid. We hoeven er niet aan te denken

om het te ontdekken. De natuurlijke eigenschappen van rigpa zijn niet conceptueel. Dit is hoe het be-

schreven wordt in Dzogchen. Wie onderwees de Dzogchen lessen? Samantabhadra deed dat. Samanta-

bhadra is oorspronkelijke alertheid voorbij concepten. Sommige mensen dat Samantabhadra een oude,

oude man was die lang geleden leefde. Denk dat niet. Wanneer je je geest essentie herkent, welk woord

kun je gebruiken om te beschrijven hoe het werkelijk is?

Student: Wakker.

Rinpoche: Is het verborgen, of is het actueel?

S: Het is een actualiteit.

R: Is het in dat moment mogelijk voor een gedachte om te blijven hangen, vast te houden?

S: Nee

R: Het is totaal vrij van fouten; de fout is het denken. Het is ook vol van alle kwaliteiten, omdat het in

zichzelf het smetteloze dharmakaya is. Als dat gedurende dag en nacht voortduurt, is het dan mogelijk

voor samsara om te blijven?

S: Nee

R: Dat klopt. Samsara lost op. Samsara heeft jouw gedachten nodig om veroorzaakt (recreated) te wor-

den. Omdat samsara al niet-substantieel is, is er niets om te houden. Het oplossen van samsara is geen

totale lege staat van onbewustzijn. Er is geen reden om samsara te onderhouden als we dat eenmaal

weten, dus waarom zou je?

Om samsara te veroorzaken heb je geboorte en dood nodig, en daarvoor heb je gedachten nodig waarin

de natuur niet wordt gezien. Je hebt betrokkenheid nodig in denken dat de herkenning van onze natuur

mist: je hebt een her-verstoring van je essentie nodig. Dit is het type van denken waar alle bewuste

wezens mee bezig zijn.

Er is een groot verschil tussen denken en rigpa!

Page 8: Dzogchen Terminologie

As It Is Vol. I – hfdst 12 Dzogchen Terminology, vertaling Ramo de Boer © 2016

88