13
editie 15, april 2014 traumapost

editie 15, april 2014 traumapost - Welkom bij SpoedZorgNet · tactisch niveau. Bewustwording van en invulling kunnen geven aan de rol van de ... deze plannen. De sleutelfunctionarissen

  • Upload
    others

  • View
    2

  • Download
    0

Embed Size (px)

Citation preview

Page 1: editie 15, april 2014 traumapost - Welkom bij SpoedZorgNet · tactisch niveau. Bewustwording van en invulling kunnen geven aan de rol van de ... deze plannen. De sleutelfunctionarissen

editie 15, april 2014

traumapost

Page 2: editie 15, april 2014 traumapost - Welkom bij SpoedZorgNet · tactisch niveau. Bewustwording van en invulling kunnen geven aan de rol van de ... deze plannen. De sleutelfunctionarissen

Cursus Waarnemen 27 en 28 januari

Op 27 en 28 januari heeft de vierde cursus

plaatsgevonden in onze regio, waaraan

15 personen hebben deelgenomen.

De RAV Flevoland had een groot aandeel

hierin met een afvaardiging van 11

deelnemers (ambulancechauffeurs en

-verpleegkundigen, meldkamercentralisten

en opleidingscoördinatoren). Hanneke ter

Beek, opleidingscoördinator, geeft aan

dat het doel van de cursus voor de RAV

Flevoland een gestructureerde manier van

waarnemen van trainingen en oefeningen

was. Zij waren op zoek naar een uniforme

wijze waarop de waarnemingen ook als

input gebruikt kunnen worden voor het

leerplan van de deelnemers en zo dus de

verbetercyclus (PDCA) rond kunnen maken.

Hanneke en haar collega’s hebben de

cursus als erg leuk en leerzaam ervaren.

Het grootste leerpunt was het besef van een

goede voorbereiding: kun je op basis van

de oefendoelen de deelnemer op een goede

manier waarnemen of zijn de oefendoelen

niet SMART genoeg omschreven? Kun je

als waarnemer je werk goed doen?

Binnen de RAV Flevoland gaan de opge-

leide waarnemers aan de slag en maken

zij deel uit van de regionale pool om bij

andere organisaties oefeningen te kunnen

begeleiden.

OTO

Promotie Dominique Olthof 7 meiTer verkrijging van de graad van doctor aan de Universiteit van Amsterdam zal Dominique Olthof op woensdag 7 mei om 11.00 uur haar proefschrift ‘Splenic injury diagnosis & Splenic salvage after trauma’ naar de diagnostiek en (niet-operatieve) behandeling van patiënten met stomp buiktrauma (in het bijzonder miltletsel) in het openbaar verdedigen in de Aula der Universiteit. Dominique is de afgelopen twee jaar werkzaam geweest als wetenschappelijk onderzoeker bij TraumaNet AMC.

Thema-avond Sportletsel 30 juniOp maandag 30 juni van 17:00 - 20:15 uur staat de volgende Thema-avond Traumatologie gepland. Het thema dat tijdens deze avond centraal staat is sportletsel. Meer informatie over het programma en inschrijving volgt snel. Check hiervoor onze website (www.TraumaNetAMC.nl) of volg ons op twitter: @TraumaNet.

AgendaRegionaal Trauma Overleg Datum: 15 mei 2014 Tijd: 16.30 - 18.00 uur Locatie: H4-284, AMC (let op de locatie) Overige data in 2014:

18 september en 4 december

Kennisplatform ROP-OTODatum: 2 juni 2014 Tijd: 13.30 - 15.30 uurLocatie: G4-174, AMCAansluitend van 15.30 - 16.30 uur Kennisplatform CBRN

Overige data in 2014: 8 september en 10 november

Regionaal Overleg Acute Zorg Datum: 13 juni 2014 Tijd: 14.00 - 16.00 uur Locatie: volgt z.s.m. Overige data in 2014: 12 september

en 12 december (+ ROAZ VUmc)

TraumaFysioNet AMC Datum: 16 juni 2014Tijd: 17.00 - 18.00 uur Locatie: G4-174, AMC Overige data in 2014:

25 augustus, 20 oktober en 15 november

Bij oefeningen is de inzet van waarnemers noodzakelijk om zowel

de realisatie van de oefendoelen van de organisatie als van de

sleutelfunctionarissen zélf te beoordelen en hierop feedback te

geven. Waarnemen en het teruggeven van waarnemingen is een

complex proces. Om professionele deskundigheid, maar ook een

eenduidige methode van waarneming, te bewerkstelligen worden

de waarnemers in onze regio opgeleid door een extern bureau.

Page 3: editie 15, april 2014 traumapost - Welkom bij SpoedZorgNet · tactisch niveau. Bewustwording van en invulling kunnen geven aan de rol van de ... deze plannen. De sleutelfunctionarissen

Jaarplan OTO 2014: verder op de ingeslagen wegIn 2013 is er door de zorginstellingen weer

veel werk verzet op het gebied van OTO.

Alle zorginstellingen hebben de zelfevaluatie

van het Kwaliteitskader Crisisbeheersing

en OTO ingevuld, waarmee ze de stand van

zaken van hun voorbereiding op rampen en

crises inzichtelijk hebben gemaakt. Deze

uitkomsten van de zelfevaluaties vormen

onder andere het uitgangspunt voor de

OTO-activiteiten in 2014. De zorginstellingen

in de regio van TraumaNet AMC hebben

voor 2014 weer ambitieuze voornemens

op het gebied van OTO. Hierdoor heeft

TraumaNet AMC een sluitende begroting

met het maximaal aan te vragen bedrag aan

OTO-stimuleringsgelden ingediend bij de

NZA. Vanaf 2014 verandert de toekenning

van de OTO-gelden aan de traumacentra

(beschikbaarheidsbijdrage). Bij deze aan-

vraag hoort een begroting op project- en

activiteitenniveau. De NZA verleent op basis

van deze begroting een subsidie tot een

door VWS vastgesteld maximum bedrag.

Jaarplannen zorginstellingen

De individuele jaarplannen OTO van de

zorginstellingen laten een vervolg op

de ingeslagen weg van 2013 zien met meer

aandacht voor verdieping, borging en

verbinding tussen verschillende afdelingen

en processen.

• HAP

De huisartsen hebben in 2013 het HaROP

geïmplementeerd en de sleutelfunctio-

narissen opgeleid. In 2014 komt de focus

te liggen op het trainen en oefenen, waarbij

het vooral gaat om de communicatie,

informatie-uitwisseling en onderlinge

samenhang tussen het strategisch en

tactisch niveau. Bewustwording van en

invulling kunnen geven aan de rol van de

huisartsenzorg bij rampen en crises blijft

een continue proces.

• GGD

De GGD’en verwachten dat hun mede-

werkers eind 2014 kennis hebben van de

inhoud van het GROP en specifiek van de

eigen rol hierin. Oefeningen zullen gericht

zijn op het opdoen van kennis van de

processen GOR, IZB, PSH en MMK en de

wijze waarop de interne organisatie zich zal

voorbereiden op een groot incident. Boven-

staande processen worden alle vier in 2014

(meerdaags) beoefend.

OTO

• Ambulance

Voor de ambulancezorg zijn specifieke

aanvullende normen beschikbaar gekomen

in het Kwaliteitskader Crisisbeheersing en

OTO. Ambulancezorg Nederland gaat de

RAV’s ondersteunen bij de implementatie

hiervan en bij de voorbereiding op opge-

schaalde ambulancezorg in het algemeen.

De voorbereiding op CBRN-incidenten

gaat ook voor de ambulancehulpverleners

plaatsvinden. In 2014 wordt de ambulance-

hulpverlening wederom voorbereid op hun

taak als eerst aankomende ambulance en

MKA-centralist bij een incident dat opschaling

vereist. Waarneming per functie, coaching

en feedback draagt bij aan het persoonlijke

leerrendement van de deelnemers.

• Ziekenhuis

Voor de ziekenhuizen staat het ontwikkelen

van een integraal crisisplan centraal, waarin

het ZiROP, bedrijfsnoodplan en zorgconti-

nuïteitsplan samenkomen. CBRN blijft een

belangrijk aandachtsgebied waarop de

ziekenhuismedewerkers getraind worden.

Een aantal ziekenhuizen gaat aan de slag

met een e-learning module. Alarmerings-

oefeningen, loggen en plotten, familie-

opvang en ETS-trainingen voor de

verschillende afdelingen komen in veel

jaarplannen naar voren.

Regionaal jaarplan OTO

Het regionale jaarplan OTO 2014 is tot stand

gekomen met input van de individuele jaar-

plannen van de zorginstellingen.

De belangrijkste speerpunten voor

TraumaNet AMC in het komende jaar zijn:

• Bestuurlijke betrokkenheid bij OTO

verbeteren;

• Professionalisering van de regionale

OTO-organisatie, waardoor het voor een

groot deel zelfstandig kan functioneren;

• Werken met het Kwaliteitskader

Crisisbeheersing en OTO door middel

van de zelfevaluaties en kwaliteits-

visitaties om verder inzicht te verkrijgen

in de mate van voorbereiding op

rampen en crises;

• Sleutelfunctionarissen worden opgeleid

volgens de ‘longlife learning loop’;

• Borging van OTO-activiteiten in een

kwaliteitscyclus;

• Transparante verantwoording op vaste

momenten (jaarcyclus);

• Intensiveren van samenwerking op het

gebied van OTO met het Netwerk Acute

zorg, regio VUmc;

• Samenwerking met andere sectoren ten

tijde van een crisis verbeteren middels

het uitwisselen van informatie door

gebruik te maken van netcentrisch

werken.

Zoals het bovenstaande laat zien, hebben

we dit jaar weer mooie uitdagingen waar

we met de ketenpartners mee aan de slag

kunnen gaan!

Page 4: editie 15, april 2014 traumapost - Welkom bij SpoedZorgNet · tactisch niveau. Bewustwording van en invulling kunnen geven aan de rol van de ... deze plannen. De sleutelfunctionarissen

projectgroep worden ROP coördinatoren

benaderd om expertise in te brengen en

als ambassadeur in de regio op te treden

in bestaande overleggen. Alle ketenpartners

zullen in het project vertegenwoordigd zijn

en externe expertise wordt vanuit het COT,

Instituut voor veiligheids- en crisismanage-

ment, in de persoon van Marco Zannoni

toegevoegd. Hierna zal het integrale crisis-

plan gemodelleerd worden waarna er vanaf

oktober al sprake kan zijn van de implemen-

tatie van het format Integraal Crisisplan in

de regio. Een ambitieuze planning, maar

we gaan ervoor!

Congres Trauma Innovation

Interessante lezingen gingen over de

verhoogde overlevingskans wanneer

patiënten met een hypovolemische shock

bloed toegediend krijgen in plaats van

vloeistoffen (zoals NaCl, Haemacel of

Voluven) en de organisatie van de 150

ambulancediensten in Engeland tijdens

een groot incident. Er blijkt geen afstem-

ming te zijn tussen de diensten tijdens een

ramp. In Nederland hebben wij wel een

samenwerkingsstructuur tussen de am-

bulancediensten waardoor er afstemming

plaatsvindt (GHOR). Engeland zou hierover

van ons wat kunnen leren!

De opgedane inzichten tijdens het congres

vanuit de andere disciplines waren erg

interessant en leerzaam; nu kijken of deze

nieuwe inzichten ook vertaald kunnen

worden naar de opgeschaalde zorg

binnen de ambulancedienst.

Van losse plannen naar één Integraal Crisisplan

Eén crisis, vijf plannen?

Hoe een instelling wil reageren op een

(dreigende) crisis moet worden vastgelegd

in een crisisplan. Dit plan bevat afspraken

over structuren, processen en taken/

bevoegdheden van betrokken mede-

werkers, zowel intern als met relevante

ketenpartners. Op dit moment zijn er

meerdere soorten plannen die het predi-

caat Crisisplan krijgen of als onderdeel

hiervan worden gezien. Denk hierbij aan

een Continuïteitsplan, BHV-plan, Rampen-

OpvangPlan (ZiROP, HaROP, GROP) en

deelplannen zoals het Communicatieplan.

Bij zorginstellingen wordt de verwevenheid

tussen al deze plannen gemist. Er bestaat

nu nog geen duidelijke samenhang tussen

deze plannen. De sleutelfunctionarissen

die bij een crisis een rol op strategisch

en tactisch niveau vervullen, hebben

baat bij een uniform crisisplan en een

bijbehorend uniform OTO plan.

Integraal crisisplan

In dit kader hebben de managers van vijf

acute zorgnetwerken, waaronder TraumaNet

AMC, het initiatief genomen om via het

project Integraal Crisisplan vanuit een

samenhangende visie op crisisbeheersing

een gezamenlijk format op te stellen en te

implementeren. Dit past in de regionale

ambitie om eind 2015 aantoonbaar voor-

bereid te zijn op rampen en crises, zoals

bedoeld in het Kwaliteitskader Crisis-

beheersing en OTO.

De projectgroep is voortvarend van start

gegaan en wil voor juli, door middel van

twee workshops, komen tot visie ontwik-

keling en projectdoelstellingen. Voor de

OTO

Uit de zelfevaluaties Crisisbeheersing en OTO, die alle instellingen

in 2013 hebben ingevuld, kwam naar voren dat de meeste

instellingen nog niet beschikken over een crisisplan zoals deze in

het Kwaliteitskader crisisbeheersing en OTO wordt bedoeld. Vanuit

dit kader wordt Crisisbeheersing omschreven als: het geheel aan

maatregelen en voorzieningen, met inbegrip van de voorbereiding

daarop, die een zorginstelling in een crisis treft ter handhaving van

de continuïteit van zorg. Vanuit zorginstellingen ligt er dan ook een

duidelijke vraag: hoe kunnen we dit oppakken?

Op 14 en 15 januari hebben drie ambulanceverpleegkundigen

van RAV Gooi en Vechtstreek het Trauma Innovation congres in

Londen bezocht. Op dit congres komen medische professionals

vanuit defensie, gezondheidszorg en humanitaire hulp bij elkaar.

Trauma Innovation geeft een kijkje bij elkaar in de keuken hoe

de opvang en behandeling van slachtoffers door de

verschillende disciplines plaatsvindt.

Regionale AmbulancevoorzieningGooi en Vechtstreek

Page 5: editie 15, april 2014 traumapost - Welkom bij SpoedZorgNet · tactisch niveau. Bewustwording van en invulling kunnen geven aan de rol van de ... deze plannen. De sleutelfunctionarissen

Traumaregistratie: stand van zaken

Traumazorg

Ieder ziekenhuis krijgt zijn eigen rapport

waarin naast specifieke informatie over het

eigen ziekenhuis ook regionale informatie

wordt gepresenteerd zodat onderlinge

vergelijking mogelijk is. Dit rapport wordt

overhandigd aan de leden van het Regionaal

Trauma Overleg van ieder ziekenhuis, te

weten de verantwoordelijk traumachirurg en

het hoofd van de SEH. Op de website van

TraumaNet AMC is het regionale rapport in

te zien van de periode 2008 – 2012 (www.

TraumaNetAMC.nl/traumaregistratie/rap-

portage). In de volgende TraumaPost zullen

de data over het jaar 2013 worden gepre-

senteerd.

AIS Letselcodering

Alle letsels die een patiënt ten gevolge

van het trauma heeft opgelopen, worden

gecodeerd aan de hand van de Abbreviated

Injury Scale (AIS). Het lichaam wordt hiertoe

ingedeeld in 9 regio’s: hoofd, gezicht, nek,

thorax, abdomen, wervelkolom, bovenste

extremiteiten, onderste extremiteiten en

de externe regio (brandwonden, inhalatie-

trauma e.d.). Aan elke letselbeschrijving is

een unieke 7-cijferige numerieke letseliden-

tificator toegekend. Het cijfer direct rechts

van de decimale punt geeft de ernst aan.

Deze loopt van 1 – zeer licht verwond tot 6 –

(bijna) dodelijk verwond.

• Top10

In 2012 zijn er binnen de regio TraumaNet

AMC ruim 11.000 letselcodes toegekend.

In de volgende tabel is de top 10 van de

meest voorkomende letsels weergegeven.

Verdeling traumapatiënten per lichaamsregio

Zoals gezegd zijn er binnen de AIS-systematiek 9 lichaamsregio’s te onderscheiden. In onder-

staande figuur is het percentage patiënten per lichaamsregio grafisch weergegeven. De E sym-

boliseert de externe lichaamsregio. Verder representeert de linkerhelft van het poppetje de periode

2008-2011 en de rechterhelft 2012. Te zien is bijvoorbeeld dat in 2012 15-20% van alle trauma-

patiënten letsel heeft aan de bovenste extremiteiten. In de bijbehorende tabel zijn de exacte

aantallen en percentages terug te vinden en is te zien of het verschil statistisch significant is. >>>

Nr. AIS code Letselomschrijving N

1. 16*****.* Licht Schedel Hersenletsel 1.141

2. 851810.3 Femur – fracture – neck 839

3. 851812.3 Femur – fracture – intertrochanteric 516

4. 752804.3 Radius – fracture – open/displaced/comminuted 208

5. 752604.3 Humerus – fracture – open/displaced/comminuted 165

6. 753204.3 Ulna – fracture – open/displaced/comminuted 148

7. 851606.2 Fibula – fracture – head/neck/shaft 142

8. 851814.3 Femur – fracture – shaft 140

9. 752200.2 Clavicle – fracture 131

10. 852602.2 Pelvis – fracture – closed/undisplaced 105

Op dit moment zijn de datamanagers van bureau TraumaNet AMC

druk bezig met het afronden van het registratiejaar 2013.

Na periodieke controleslagen en verificatie van de data kan

vervolgens gestart worden met de jaarrapportage, waarin een

terugkoppeling van de data wordt gegeven.

2008-2011 2012

Locatie letsel N (%) N (%)

Hoofd 5838 (27,3) 1633 (26,4)

Gezicht 2819 (13,2) 891 (14,4)*

Nek 113 (0,5) 25 (0,4)

Thorax 1731 (8,1) 513 (8,3)

Abdomen 748 (3,5) 167 (2,7)*

Wervelkolom 1156 (5,4) 375 (6,1)*

Bovenste extremiteiten

4815 (22,5) 1206 (19,5)*

Onderste extremiteiten

10.140 (47,4) 2862 (46,3)

Extern 2059 (9,6) 751 (12,1)*

Percentage patiënten met letsel, per lichaamsregio

0-5

5-10

10-15

15-20

20-25

25-35

≥35

2008-2011 2012 * S

igni

fican

t ver

schi

l ten

op

zich

te v

an 2

008-

2011

Page 6: editie 15, april 2014 traumapost - Welkom bij SpoedZorgNet · tactisch niveau. Bewustwording van en invulling kunnen geven aan de rol van de ... deze plannen. De sleutelfunctionarissen

Injury Severity Score

De totale letselernst van een traumapatiënt

wordt weergegeven door middel van de

Injury Severity Score (ISS). Deze wordt

berekend op basis van de toegekende

AIS-coderingen. De ISS betreft een getal

tussen 1 en 75 waarbij geldt hoe hoger de

score, hoe ernstiger de verwondingen.

In het taartdiagram is de

procentuele verdeling per ISS

categorie voor de regio in 2012

weergegeven. Te zien is dat de

meeste traumapatiënten uit de

regio (44%) in de ISS categorie

9-15 vallen en daarmee dus

middelzwaar gewond zijn.

Interactieve ISS module in TraumaNet App

In de TraumaNet App is een interactieve ISS-module

opgenomen om snel en eenvoudig de overall

letselernst van traumapatiënten te berekenen.

Door te klikken op een bepaalde lichaamsregio volgt

een keuzemenu om zo een letsel te selecteren. In het

bolletje verschijnt vervolgens de letselernst op basis

waarvan direct de ISS wordt berekend. Wanneer er

meerdere letsels worden toegekend, wordt de ISS

automatisch opnieuw berekend.

ISS-categorie:• 1-3: licht gewond• 4-8: matig gewond• 9-15: middelzwaar gewond• 16+: ernstig gewond / multitraumapatiënt

ISS Categorie 1-3 4-8 9-15 16+

Vanaf nu beschikbaar: de TraumaNet AppTijdens het Regionaal Trauma Overleg van 6 maart is de TraumaNet App officieel gelanceerd. Inmiddels is de app al ruim 100 keer gedownload. In de app zijn de belangrijkste contact- gegevens van de ziekenhuizen uit de regio opgenomen. Verder zijn de zakkaartjes, protocollen en richtlijnen voor opvang en behandeling van traumapatiënten te raadplegen. Via de inter-actieve ISS-module is de overall letselernst van traumapatiënten eenvoudig te berekenen. Tenslotte zijn de contactgegevens van Bureau TraumaNet AMC via de app beschikbaar en is er een link naar de website van TraumaNet AMC.

Scan onderstaande QR-code om de app te downloaden.

Spinoza Leerstoel - prof. David L. Helfet De Trauma Unit en de Afdeling Orthopedie hebben orthopedisch chirurg Professor David L. Helfet van het Hospital for Special Surgery in New York uitgenodigd voor de Spinoza Leerstoel van het AMC. Helfet is een gerenommeerd en internationaal zeer gerespecteerd chirurg, met bijzondere expertise in onder andere de behandeling van patiënten met bekken- en acetabulumfracturen. Tijdens zijn 3-daagse bezoek zal prof. Helfet een aantal voordrachten, masterclasses en workshops verzorgen. De exacte datum van de Spinoza Lezing is nog niet bekend, maar zal rondom de Trauma-dagen vallen die van 11 tot 13 november 2014 in de RAI Amsterdam plaatsvinden. Meer informatie over de datum, locatie en de inhoud volgen zo spoedig mogelijk.

Page 7: editie 15, april 2014 traumapost - Welkom bij SpoedZorgNet · tactisch niveau. Bewustwording van en invulling kunnen geven aan de rol van de ... deze plannen. De sleutelfunctionarissen

Acuut ZorgportaalEen van de succesbepalende factoren

om de beschreven missie te behalen is

dat er actueel inzicht is in de beschikbare

capaciteit van de ziekenhuizen in de regio.

Inmiddels is hiervoor het Acuut Zorgportaal

bij alle ziekenhuizen en meldkamers in Noord-

Holland geïmplementeerd. Via deze web

applicatie hebben zorgverleners in de spoed-

eisende hulpverlening direct inzage in de

actuele beschikbare medische behandel-

capaciteit. In één oogopslag is zowel grafisch

als tekstueel te zien welke SEH, EHH, OK,

Shockroom/Traumakamer en CT-trombolyse

in de regio wel en niet beschikbaar zijn.

•Regionaleontwikkelingen

Nu het Acuut Zorgportaal in heel Noord-

Holland is geïmplementeerd, zijn tijdens een

regionale bijeenkomst ervaringen gedeeld

en gekeken waar de applicatie nog verbeterd

ROAZ

ICT projectenDe missie van TraumaNet AMC is ervoor zorgen dat de acute

patiënt zo snel mogelijk de best beschikbare kwaliteit van

zorg ontvangt op de juiste plaats, in zowel de dagelijkse als in

opgeschaalde situaties. Om hier invulling aan te kunnen geven,

wordt het uitwisselen van gegevens met behulp van digitaal

dataverkeer gezien als standaard voor optimale samenwerking

tussen ketenpartners. In dat kader participeren de ketenpartners

uit de regio in een aantal ICT-projecten onder coördinatie van

Bureau TraumaNet AMC.

kan worden. Een van de verbeterpunten is

een extra tabblad waar ziekenhuizen speci-

fieke informatie kunnen delen zonder dat

er een stop afgekondigd hoeft te worden.

Bijvoorbeeld wanneer er sprake is van een

MRSA-bacterie in het ziekenhuis. Op dit

moment wordt deze informatie nog telefo-

nisch doorgegeven aan de meldkamer en

het wordt als meerwaarde gezien als alle

communicatie met de meldkamer gebundeld

kan wordenin het Acuut Zorgportaal. Op dit

moment is de implementatie gestart in de

provincie Flevoland.

•Terugkoppelingaantalstops

In het laatste kwartaal van 2013 zijn in

totaal 167 stops afgekondigd. Er wordt het

meest een stop afgekondigd voor de SEH

(n=56) en de EHH (n=55). Er is in die peri-

ode slechts vier keer een OK-stop afgekon-

digd. In onderstaande figuur is de verdeling

van het aantal stops per dagdeel weerge-

geven. Te zien is dat de meeste stops op

maandag worden afgekondigd. Verder is te

zien dat de meeste capaciteitsproblemen

(70 v/d 167) zich in de middag (12:00 -18:00

uur) voordoen.

•Landelijkeontwikkelingen

Ook de ziekenhuizen en meldkamer uit de

regio Utrecht zijn inmiddels aangesloten

op het Acuut Zorgportaal. Verder is er ook

interesse uit de regio Leiden. Daarmee

breidt de olievlek zich steeds verder uit

en volgen hopelijk snel meer regio’s zodat

landelijke dekking behaald kan worden.

Omdat nu meerdere regio’s gebruik

maken van de applicaties wordt binnenkort

overgegaan op een professionele hosting-

omgeving en wordt de inzage-functie in

IC-beddencapaciteit omgezet naar een

daadwerkelijke koppeling. >>>

Dag van stop

ZoZaVrDoWoDiMa

Aan

tal

40

30

20

10

0533

65356

1575

13

4

1210

197

6

118

5

1

2

12

NachtAvondMiddagOchtend

Dagdeel39

27

31

15

26

14 15

Page 8: editie 15, april 2014 traumapost - Welkom bij SpoedZorgNet · tactisch niveau. Bewustwording van en invulling kunnen geven aan de rol van de ... deze plannen. De sleutelfunctionarissen

Daarnaast gaan we over op een professio-

nelere beheerstructuur waarbij functioneel

en technisch beheer gescheiden worden.

Tenslotte wordt er een landelijke gebruikers-

groep opgericht waarin alle aangesloten

regio’s vertegenwoordigd zijn.

Zoals te lezen was in de vorige editie van de

TraumaPost is in de regio TraumaNet AMC

een pilot gestart met de ImageHub. Met de

ImageHub kunnen medische beelden met

collega’s in andere ziekenhuizen worden

gedeeld via een beveiligde web-based

omgeving. Tijdens het afgelopen Regionaal

Trauma Overleg van 6 maart heeft er een

tussenevaluatie van de pilot plaatsgevonden.

Sinds de start van de pilot in november zijn

er vanuit bijna alle ziekenhuizen uit de regio

TraumaNet AMC één of meerdere accounts

aangemaakt en hebben er 17 consulten

plaatsgevonden. De algemene ervaringen

van de huidige gebruikers zijn positief.

Het systeem werkt snel, hoewel het branden

van een cd-rom een vertragende tussenstap

ImageHub - Spoedconsult op afstand

Kijk voor meer informatie op

www.TraumaNetAMC.nl/Acuut-Zorgportaal

blijft. De oplossing hiervoor zou een kop-

peling met het PACS van de verschillende

ziekenhuizen zijn, waarmee de beelden direct

geüpload kunnen worden (zowel vanuit het

PACS naar de ImageHub als andersom).

Maar desondanks levert het gebruik van de

ImageHub, zeker bij spoedconsulten, op dit

moment ook al een enorme tijdswinst op.

Het inzetten van een koerier om een cd-rom

naar een ander ziekenhuis te verzenden is

verleden tijd.

Kijk voor informatie op

www.TraumaNetAMC.nl/ImageHub

Focusgroepen: gezamenlijk verder

Eind vorig jaar berichtten we over een nieuwe, gedegen aanpak van

de focusgroepen en de intentie om de focusgroepen van het ROAZ

AMC en die van het ROAZ VUmc samen te voegen. Inmiddels zijn

we een kwartaal verder. Hoe staat het er nu voor?

ROAZ

De leden van het ROAZ van de regio

TraumaNet AMC en het Netwerk Acute

Zorg, regio VUmc hebben namen aange-

leverd voor de focusgroepen CVA, AMI,

Acute Verloskunde, Heupfracturen en Acute

Psychiatrie. Deze leden zijn vertegenwoor-

digers van de ziekenhuizen, ambulance-

diensten en de 1e lijn. Hierbij is gestreefd

naar een zo evenwichtig mogelijke verde-

ling naar geografie, type ziekenhuis (aca-

demisch of perifeer) en plaats in de acute

zorgketen.

Het samenvoegen van focusgroepen uit

twee acute zorgregio’s betekent ook een

dubbel aantal deelnemers. Hoe houden

we dat efficiënt? Met het Netwerk Acute

Zorg VUmc is in samenwerking gezocht

naar een praktische invulling hiervan. Om

slagvaardig te blijven zal elke focusgroep

een werkgroep samenstellen, die de inhoud

uitwerkt. Uiteraard zal steeds afstemming

met de gehele focusgroep plaatsvinden.

Momenteel wordt gewerkt aan het opstarten

van in eerste instantie de gezamenlijke focus-

groepen op gebied van CVA’s, hartinfarcten

en acute verloskunde. De focusgroepen

acute psychiatrie en heupfracturen volgen

later. Daarnaast is binnen de acute zorg-

regio van TraumaNet AMC besloten om een

focusgroep Intensive Care op te richten.

De reden hiervoor is dat de IC-functie van

essentieel belang is voor de gehele acute

zorg. De thema’s die momenteel spelen

rondom het veranderende zorglandschap

vragen om input voor het maken van goede

afspraken

Op 1 april was de eerste bijeenkomst van

de focusgroep CVA en op 8 april kwam

de focusgroep IC voor het eerst bij elkaar.

In de volgende TraumaPost zullen wij u

uiteraard weer op de hoogte brengen over

de laatste ontwikkelingen.

Page 9: editie 15, april 2014 traumapost - Welkom bij SpoedZorgNet · tactisch niveau. Bewustwording van en invulling kunnen geven aan de rol van de ... deze plannen. De sleutelfunctionarissen

Plannen concentratie van acute zorg in Noord-Holland en Flevoland

De laatste maanden gaat er geen week voorbij zonder dat er

een nieuwsbericht wordt gewijd aan de concentratieplannen

van de zorgverzekeraars. Volgens de plannen moet de acute

zorg sterk worden ingedikt; het veld waarschuwt dat op deze

manier de kwaliteit van zorg ook juist achteruit kan gaan.

Wat is nu de status van deze plannen in onze regio?

ROAZ

Eind vorig jaar begonnen de zorgverzeke-

raars met de presentatie van hun plannen

voor de concentratie van acute zorg in het

land. Op 29 november waren de traumare-

gio’s van het AMC en VUmc aan de beurt

(zie tabel 1). Een paar maanden was het stil,

maar vanaf januari dit jaar kwamen er steeds

meer negatieve geluiden in de pers. Eerdere

rapporten over de doelmatigheid van de

concentratie van SEH’s werden opnieuw

aangehaald. Zo beschreven de IPSE-Studies

van de TU-Delft dat het directe kostenvoor-

deel van de sluiting van SEH’s minder dan

0,5 procent van de totale kosten van de

ziekenhuiszorg zal zijn.1) Andersom heeft het

sluiten van een SEH grote gevolgen voor de

instroom van patiënten binnen het zieken-

huis. Zo’n 39% van de DBC’s komt binnen

via de SEH.2) Begin februari hebben zowel

de Nederlandse Vereniging van Ziekenhui-

zen3) als de Orde van Medisch Specialisten4)

hun zorgen over dit spoedzorgplan openlijk

uitgesproken. Is concentratie van acute zorg

nu werkelijk zo’n slecht idee, of moeten we

het kind niet met het badwater weggooien?

Oordeelt u zelf.

IC SEH AMI (PCI)

CVA (trombolyse)

AAA Geboorte MT

Huidig aantal centra 18 18 5 15 14 18 11

Aantal centra volgens ZN in 2015 6 6 4 3-5 4 8 1

Gehanteerde optimum5),6) 400 600 350-1.500 33 1.500 240 - 480

Tabel 1: De concentratieplannen van Achmea en VGZ voor Noord-Holland en Flevoland:

Afkortingen: IC, intensive care; SEH, spoedeisende hulp; AMI, acuut myocardinfarct; PCI, percutane coronaire interventie;

CVA, cerebrovasculair accident; AAA, aneurysma aorta abdominalis; MT, multi-trauma; ZN, Zorgverzekeraars Nederland.

Scenario Noord-Holland en Flevoland

Er blijven 6 volledige ‘kern-ICs’ over;

de overige ziekenhuizen behouden een

zogenaamde PACU - een post-operative

care unit. De ziekenhuizen met een kern-IC

behouden ook een volledige SEH; de

overige zieken-huizen houden een spoed-

post over. Alleen de ziekenhuizen die meer

dan 600 PCI’s per jaar doen, worden voor

deze spoedinterventie gecontracteerd.

Mensen met een beroerte zouden volgens

dit plan nog maar in 3 tot 5 centra trom-

bolyse kunnen krijgen. De gepresenteerde

optima voor CVA zorgden voor veel verwar-

ring. De aantallen zijn zeer hoog en het is

onduidelijk of het nu gaat over CVA patiënten

of trombolyses. Overigens zette de zaal bij

alle acute zorgstromen zijn vraagtekens

bij het magere wetenschappelijke bewijs

waarop ZN de optimale aantallen baseert.5)

Vier centra die meer dan 33 patiënten met

AAA per jaar opereren mogen de operatie

blijven doen. De acute geboortezorg moet

worden ingedikt naar 8 centra die meer dan

1.500 bevallingen per jaar doen. Multi-

traumapatiënten zouden nog maar naar

1 centrum mogen worden vervoerd.

Levendige discussie tijdens ROAZ

Tijdens het gezamenlijke ROAZ van 14

februari hebben de aanwezige bestuurders

en zorgprofessionals inhoudelijk levendig

gediscussieerd over deze plannen. Er

waren geen beleidsadviseurs van Achmea

of VGZ aanwezig tijdens deze vergadering.

De aanwezigen konden met stemkastjes

anoniem laten weten of ze het eens waren

met de concentratieplannen van de zorg-

verzekeraars. Per aandachtsgebied liepen

de meningen sterk uiteen, maar de zaal

was minder negatief dan je zou verwachten

na alle negatieve pers. Zestig procent van

de aanwezigen gaf aan het deels met de

zorgplannen eens te zijn. De vertegenwoor-

diging van de ambulancezorg waarschuw-

de wel dat de huidige capaciteit niet geënt

is op het extra vervoer dat deze concen-

tratie met zich meebrengt. Op dit moment

praten de zorgverzekeraars alleen bilateraal

met de ziekenhuizen, terwijl concentratie

van zorg juist ook voor de ambulancedien-

sten en huisartsen grote consequenties kan

hebben. >>>

Page 10: editie 15, april 2014 traumapost - Welkom bij SpoedZorgNet · tactisch niveau. Bewustwording van en invulling kunnen geven aan de rol van de ... deze plannen. De sleutelfunctionarissen

Opinie per acute zorg profiel

Waar bijna de helft van de zaal zich goed

kon vinden in de plannen om IC-zorg te

concentreren, maakte de andere helft zich

zorgen over wat er nog van een basis-IC

zou overblijven en hoe deze de plotseling

zieker wordende patiënt kan opvangen.

Bij de CVA zorg was de zaal minder positief:

bijna 90% voorzag problemen als de

concentratieplannen in huidige vorm door-

gang vinden. Het grootste punt van zorg

waren de langer wordende rijtijden naar het

ziekenhuis. Bij de voorgestelde concentratie

van acute geboortezorg vreesde bijna de

helft van de zaal dat er meer acute situaties

zullen ontstaan met slechte afloop. De aan-

wezigen waren verdeeld over de AAA-zorg;

waar 40 procent geen problemen zag in het

voorstel, waren eveneens 40% bang dat de

rijtijden voor deze groep patiënten te lang

zou worden. Voor multitrauma’s en PCI’s is

de zorg al ver geconcentreerd, daar voorzag

het merendeel van de zaal geen problemen.

Wel bestaat het risico dat overpresentatie van

non-STEMI patiënten ontstaat in PCI-centra.

Conclusie

Concluderend keken de aanwezigen bij het

ROAZ positief naar een beperkte vorm van

concentratie, maar voor het merendeel van de

acute zorg profielen vonden zij de plannen van

de zorgverzekeraars te extreem. Daarnaast

vonden de aanwezigen het van belang om

niet alleen de onderbouwing van de concen-

tratieplannen te weerleggen, maar ook na te

denken over alternatieven. Wat vindt u? Laat

het ons weten via [email protected]

o.v.v. “Spoedzorgplannen”. Het volgende

gezamenlijk ROAZ AMC en VUmc vindt

plaats op vrijdag 13 juni 2014.

Referenties:1) IPSE-Studies, TU-Delft. Schaal- en synergie-effecten bij de spoedeisende hulp, juli 2013.2) Twynstra Gudde in opdracht van NVZ. De brede betekenis van acute zorg, aug 2013.3) http://www.nvz-ziekenhuizen.nl/actueel/huidig-artikel/1347-nvz-bezorgd-over- plannen-spoedeisende-hulp.4) https://www.orde.nl/over-oms/nieuws/oms-bezorgd-over-plannen-zorgverzekeraars- voor-de-concentratie-a.html.5) Zorgverzekeraars Nederland. Kwaliteitsvisie Spoedeisende Zorg – Hoofdrapport, februari 2013.6) Zorgverzekeraars Nederland. Gezamenlijke uitgangspunten bij regiovisies spoed- eisende zorg, februari 2014.

Wie is... Kaij Treskes

Kaij Treskes, 28 jaar en samenwonend in Utrecht werkt sinds een februari voor één dag per week bij Bureau TraumaNet AMC als arts-onderzoeker. Hij combineert dit werk met een promotieplaats bij de Trauma Unit van het AMC, waar hij in een studie-groep werkt aan de REACT-2. Een gerandomiseerde multi center trial die het effect van Total Body CT bij ernstig gewonde patiënten onderzoekt. Gedurende de inclusie-periode heeft hij de coördinatie van het onderzoek overgenomen.

De link tussen prehospitaal en inhospitaalBinnen TraumaNet AMC richt hij zich op de link tussen de prehospitale zorg en de zorg binnen het ziekenhuis met als doel de ketenzorg verder te brengen. Informatie-verzameling en -uitwisseling staat centraal. ‘Deze mogelijkheid is een mooie verdieping van mijn promotietraject. Je wordt tijdens een promotie bekwaam in een heel ander vakgebied, namelijk wetenschappelijk

In deze rubriek stellen medewerkers van bureau TraumaNet AMC zich voor.

onderzoek en dat scherpt je geest. Mijn promotiewerk stelt me in staat om een betere specialist in de traumachirurgie te worden. Je leert namelijk kritisch te kijken naar een behandelplan dat je maakt voor een patiënt en naar de informatie waarop je dat plan baseert. Om ondertussen feeling met de praktijk te houden, doe ik geregeld diensten als noodarts in Dokkum.’

Neusje van de zalm‘Na mijn coschappen, die ik in verschillende ziekenhuizen van Helmond tot Texel heb gelopen, wilde ik zo snel mogelijk doorpak-ken en mijn klinische vaardigheden verder ontwikkelen. Als ANIOS bij de Tergooizieken-huizen ben ik op de afdeling Chirurgie aan de slag gegaan en daar werd voor mij al snel duidelijk wat ik echt wilde; een opleidings-plaats Chirurgie, liefst hier in het AMC, om uiteindelijk als traumachirurg te eindigen. Chirurgie vereist veel kwaliteiten van een arts, zoals goed kunnen communiceren en samenwerken en handig zijn met je handen. Traumachirurgie is voor mij helemaal het neusje van de zalm: dynamisch en snel.’

Kaij Treskes (28)

In dienst sinds: 1 februari 2014

Functie: arts-onderzoeker traumaregistratie

Contactgegevens:

020 566 2189 (di)

020 566 6676 (overige dagen)

[email protected]

"Ik ga voor snel en dynamisch."

Page 11: editie 15, april 2014 traumapost - Welkom bij SpoedZorgNet · tactisch niveau. Bewustwording van en invulling kunnen geven aan de rol van de ... deze plannen. De sleutelfunctionarissen

SEH in het AMC: van 1e

divisie naar eredivisie

Teamwork

‘Vier jaar geleden ben ik bij de SEH komen

werken. Met Jan werd ik een ‘setje’ en verant-

woordelijk voor het werkplekmanagement,

zoals we dat hier noemen. Jan zat er al een

tijd en ik kende hem al vanuit eerdere werk-

plekken binnen de acute zorg; hij is een

begrip in Nederland. Een visionair die alle

ontwikkelingen in het werkveld bijhoudt en

daarop beleid maakt. Een intellectueel en

wetenschapper die mij voedt met inzicht en

kennis. Het is mijn taak om aan zijn onuit-

puttelijke bron van innovatieve ideeën handen

en voeten te geven. Om doelen te stellen en

ervoor te zorgen dat deze ook bereikt en ge-

borgd worden. We hebben zo’n twaalf doelen

per jaar omschreven en als Jan met iets

nieuws komt, is mijn eerste vraag steevast:

‘er komt iets bij, dus wat gaat van onze lijst af?’

Jan Luitse, traumachirurg en medisch hoofd SEH, en Victor

Hakkenberg van Gaasbeek, verpleegkundig hoofd SEH, gaan

ervoor. ‘De Spoedeisende Hulp van het AMC wordt in twee jaar

getransformeerd tot een traumacentrum dat optimaal afgestemd

is op de nieuwste vorm van acute zorg, met volledig geïntegreerde

huisartsenzorg, naar de wens van zorgverzekeraars en, uniek voor

Europa, met drie traumakamers met maar liefst twee CT scans,

een MRI en twee shockrooms. Efficiency en samenwerking staan

bij het nieuwe concept centraal; in het eerste kwartaal van 2016

zijn we klaar voor de eredivisie.’

Planvorming

‘Jan heeft in het verleden veel gedaan om

de vakgroep SEH binnen Nederland vorm

te geven. Hij heeft altijd gestreefd naar een

verbetering van de kwaliteit van de acute

zorg. Onder zijn invloed zijn er binnen het

AMC veel dingen veranderd. Zo’n tien jaar

geleden, toen Jan gevraagd werd als hoofd

van de SEH, overheerste de mening dat ‘de

specialist op de poli zit of opereert. Hij hoort

niet aan de voordeur te zitten’, met als con-

sequentie dat de jongste assistent de eerste

opvang deed; ‘hij moest maar bellen als het

serieus was’. De opdracht was om de SEH

te professionaliseren met een opleiding van

SEH artsen, samenwerking met de huisartsen

en deelname aan wetenschap en onderwijs.

Jan heeft ervoor gezorgd dat anderen het

belang van een serieuze acute opvang zien

en heeft de opvang en scholing anders inge-

richt. Het was tijd voor de volgende stap en

toen ben ik erbij gehaald en werd de behui-

zing, die al 30 jaar oud was en echt niet meer

kon, een speerpunt. De SEH was in 2004

weliswaar uitgebouwd en verbouwd voor

trauma met traumakamers en een rijdende

CT scanner, maar was niet uitgerust om de

andere processen die hier plaatsvinden goed

te faciliteren. We moesten van nul af aan

beginnen. De eerste twee maanden heeft

de architect geen lijn op het papier gezet;

we wilden eerst inzicht verkrijgen in het

proces. Wat doen we hier en hoe kunnen we

daaromheen de optimale omgeving vorm-

geven. De afgelopen vier jaar zijn we druk

geweest met het maken van de plannen en

het regelen van de financiering.’

Verbouwing

Aan de muur van de kamer van Victor hangt

een grote plattegrond van de vernieuwde

SEH en wat is hij daar trots op. Bevlogen en

enthousiast ‘leidt hij me rond’ in de SEH van

2016. ‘Voor ons is een belangrijk uitgangs-

punt dat patiënten aan de deur getrieerd

worden en direct naar de juiste plek geleid

worden. Wij hebben gesignaleerd dat het

aanbod van patiënten die de SEH bezoe-

ken de laatste jaren veranderd is. Zo zijn er

steeds meer ouderen met complexe aan-

doeningen. Voor iedere patiënt die binnen-

komt is onderzoek nodig dat bepaalt hoe het

verder moet. De patiënt kan naar de huisarts

worden verwezen, worden doorgestuurd naar

een specialistische afdeling of even later op

de operatietafel liggen. Het is aan de profes-

sionals om daarover te oordelen. Dat vergt

de aanwezigheid van en samenwerking met

de huisartsen en de specialismen chirurgie,

cardiologie, kindergeneeskunde en interne

geneeskunde. Dat is ook wat de zorgver-

zekeraars willen. Binnen het vraagstuk

zorg hebben we een duidelijk onderscheid

gemaakt tussen low-care, medium-care en

high-care en daar de omgeving op aange-

past. De traumakamers en shockrooms

sluiten aan bij de spoedlift naar de OK en

de IC van het ziekenhuis en de ambulance-

toevoer komt uit bij de high-care om enkele

voorbeelden te noemen.’ >>>

Vanwege het feit dat Jan Luitse werd weggeroepen voor een spoedoperatie, vond het oorspronkelijk

bedoelde dubbelinterview, alleen met Victor Hakkenberg van Gaasbeek plaats.

Page 12: editie 15, april 2014 traumapost - Welkom bij SpoedZorgNet · tactisch niveau. Bewustwording van en invulling kunnen geven aan de rol van de ... deze plannen. De sleutelfunctionarissen

Huisartsenpost

‘Huisartsenzorg binnen acute zorg moet ook

door de huisartsen geregeld worden en is

gelijkwaardig aan de andere disciplines die bij

de acute zorg horen. Een tijdje geleden waren

we daar wat sceptischer over en dat had alles

met de DBC’s te maken en het gevoel dat zij

patiënten van ons zouden ‘afpakken’. Destijds

was het Jan die daar een andere mening over

had: ‘wij zijn er niet voor deze doelgroep,

dus kom maar op met die huisartsen’. In de

nieuwbouwplannen hebben we ze dan ook

in een vroeg stadium betrokken en zijn ze

volkomen geïntegreerd in de SEH. Dus geen

eigen koffiekamer meer en niet een fysiek

andere plek. De HAP niet naast, maar tussen

de SEH, dus geen gepraat over ‘die van de

HAP’. Deze situatie is volgens mij best uniek

binnen de SEH-zorg in Nederland.’

Look and feel

‘In de planvorming hebben we veel aan-

dacht besteed aan het comfort voor de

patiënt en de zorgverlener. Nu bevindt de

spoedpoli zich in de kelder, op straatniveau.

Er is geen daglicht, je hebt geen idee wat

voor weer het is! Iedereen werkt in afge-

sloten hokjes, waardoor het voor de patiënt

volstrekt onoverzichtelijk is geworden en

hulpverleners zich onveilig voelen. Over-

zicht, veiligheid, contact met elkaar.

Allemaal elementen die centraal staan in de

nieuwe plannen. De SEH zal gaan bestaan

uit centrale werkplekken in het midden en

wacht- en familieruimten daaromheen.

De werkruimten zijn volkomen flexibel,

dus geen dedicated rooms, en inwisselbaar

voor andere disciplines afhankelijk waar

de situatie om vraagt.

Het werkt als een soort harmonica, je kan

alle kanten opschuiven. Zelf noem ik het ook

weleens een winkelcentrum waarbij de werk-

units verhuurt kunnen worden aan verschil-

lende zorgaanbieders. Laatst kwamen we

met een tandarts in gesprek en ook tand-

heelkundige acute zorg zal misschien in de

toekomst tot de mogelijkheden behoren.

We gaan gebruik maken van natuurlijke

materialen, veel hout en glas, organische

vormen en glazen koepels zodat natuurlijk

licht binnenkomt. Op plekken waar dat niet

mogelijk is, wordt een kunstmatige verlich-

tingssfeer gecreëerd die zich aanpast aan

het natuurlijk verloop van licht. Een healing

environment, waar bijvoorbeeld ook het

groen van buiten doorloopt naar binnen.

Een ander aspect is onze visie op het ge-

drag van mensen. Nu gaan we uit van het

negatieve van mensen en is de omgeving

‘hufterproof’, met veel steen en materialen

die niet kapot kunnen. De vernieuwde SEH

wordt gekenmerkt door een hotelsfeer waarin

we de patiënten, medewerkers en bezoekers

verleiden tot goed gedrag.

Jan en ik zijn van mening dat de omgeving

bij kan dragen aan rustgevend en de-

escalerend gedrag. Als iets goed voelt,

het er mooi uitziet en goed aansluit bij

hetgeen waarvoor zij bij ons zijn dan

zijn wij ervan overtuigd dat dat positief

gedrag oproept.’

TraumaNet AMC

‘Over twee jaar hebben wij hier een trauma-

centrum met het nieuwste van het nieuwste

met een efficiënte samenwerking met alle

zorgverleners in het veld en werken we op

een manier zoals de zorgverzekeraars dat

willen. Deze ontwikkeling heeft een directe

relatie met het werk van TraumaNet AMC.

Als wij ons als een centrum voor acute

(complexe) opvang in de regio ontwikkelen

zijn goede afspraken binnen de hele regio

van het grootste belang. De banden zijn al

goed, maar zullen in de toekomst nog meer

aangehaald worden.’

‘Tot slot wil ik nog kwijt dat het voor mij

een voorrecht is om in deze waanzinnig

spannende omgeving met het proces rond

de acute zorg bezig te zijn en de routing

mag uitzetten, met medewerkers die alles

geven om mensenlevens te redden. Geen

dag is hetzelfde; het ene moment ben ik

in gesprek met een verpleegkundige die

net bedreigd is door een familielid van een

patiënt en het andere moment ben je met

financiering van de verbouwing bezig.

Ja, ik ben een tevreden mens.’

Page 13: editie 15, april 2014 traumapost - Welkom bij SpoedZorgNet · tactisch niveau. Bewustwording van en invulling kunnen geven aan de rol van de ... deze plannen. De sleutelfunctionarissen

Colofon: TraumaNet AMC is een regionaal samenwerkingsverband van betrokkenen bij de acute zorg. Het AMC is, als Level 1 traumacentrum, de coördinator van dit netwerk. Zie ook: www.TraumaNetAMC.nl

Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of openbaar worden gemaakt, op welke wijze dan ook, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van TraumaNet AMC.

Regionale AmbulancevoorzieningGooi en VechtstreekAmbulance Amsterdam

zorg met hoofd en hart