Upload
fedelec-magazine
View
265
Download
9
Embed Size (px)
DESCRIPTION
Vaktijdschrift voor de elektrotechnische sector
Citation preview
© E
aton
MEMBER OF:
JAARGANG 31 - APR/MEI/JUN 2015
168magazineFEDELEC
Afgiftekantoor Oostende X - BC9646 - Driemaandelijks tijdschrift Verantwoordelijke uitgever: Filip Cossement - Bld. des Canadiens 118 - B-7711 Dottignies
be
GROEP TECHNORD
Lokale expertise voor groot-
schalige ziekenhuisfusie
ELECTRO VERBEKE
Van klooster tot woonzorg-
centrum
ELECTRO VAN DE PUTTE
Performante technieken en
vakmanschap voor WZC
Bloemendal
tebis.quicklinkWanneer evolutie synoniemwordt van eenvoud !
tebis.quicklink verwijst naar de nieuwe configuratiemodus van de RF-producten.Dit aanbod behoeft geen opleiding of specifieke configurator.De tebis.quicklink -producten bieden een meerwaarde aan traditionele elektrischeinstallaties dankzij een volledige combinatie van zenders (vb : bewegingsmelders metzonnecelvoeding), ontvangers en zenders-ontvangers.Ze maken deel uit van de KNX-standaard en blijven dus programmeerbaar met de TX100Bof met ETS.
www.hager.be
Ann_quicklink_A4_Belge_NL_pro_Layout 1 03/04/12 15:37 Page1
tebis.quicklinkWanneer evolutie synoniemwordt van eenvoud !
tebis.quicklink verwijst naar de nieuwe configuratiemodus van de RF-producten.Dit aanbod behoeft geen opleiding of specifieke configurator.De tebis.quicklink -producten bieden een meerwaarde aan traditionele elektrischeinstallaties dankzij een volledige combinatie van zenders (vb : bewegingsmelders metzonnecelvoeding), ontvangers en zenders-ontvangers.Ze maken deel uit van de KNX-standaard en blijven dus programmeerbaar met de TX100Bof met ETS.
www.hager.be
Ann_quicklink_A4_Belge_NL_pro_Layout 1 03/04/12 15:37 Page1
LID VAN DE UNIE VAN DE UITGEVERS
VAN DE PERIODIEKE PERS
Colofon
Fedelec Magazine. Vakblad voor de elek-triciteitssector. Gratis verstuurd naar elek-trotechnische ondernemers, architecten, studieburelen, groothandels elektriciteit en industriële bedrijven.
PERIODICITEITDriemaandelijks
REDACTIEPhilip DeclercqT 056 77 13 10 | F 056 77 13 11E [email protected]
RECLAME - ADVIESFCO Media,Boulevard des Canadiens 118, 7711 DottigniesT 056 77 13 10 | F 056 77 13 [email protected]
VORMGEVINGMarieke VeysE [email protected]
Version française: sur simple demande
VERANTWOORDELIJKE UITGEVERFilip CossementBoulevard des Canadiens 118, 7711 Dottignies
OFFICIEEL TIJDSCHRIFT VAN DE NATIONALE FEDERATIE VAN ELEKTROTECHNISCHE ONDERNEMERS
DIRECTEUR FEDELECWilly PauwelsJ. Chantraineplantsoen 1, 3070 KortenbergT 02 757 65 12 | F 02 757 65 41
Niets uit deze uitgave mag worden verveel-voudigd en/of openbaar gemaakt worden door middel van druk, fotokopie, microfilm of op welke wijze ook, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. Voor ondertekende artikels zijn alleen de auteurs aansprakelijk. Voor de inhoud van de advertenties zijn enkel de adverteer-ders aansprakelijk. De uitgever erkent geen enkele verplichting tot opname van aange-boden advertenties.
Beste lezers,
Als nieuwe voorzitter van Fedelec is het de eerste maal dat ik mij tot u richt via ons
magazine.
Het is een hele eer, maar ook een grote verantwoordelijkheid om het voorzitterschap
waar te nemen van een beroepsorganisatie die intussen ruim 1.500 leden telt.
Dit zijn zowel zelfstandigen, kmo’s als heel grote bedrijven. Samen vertegenwoor-
digen zij alle specialiteiten binnen de tak van de elektrotechniek. Dat maakt van ons
een zeer representatieve sectororganisatie voor installateurs.
Hierbij wens ik eerst en vooral onze vorige voorzitter, Antoine Van Lierop, te bedan-
ken voor zijn jarenlange inzet. In zijn voorzitterschap heeft hij het initiatief genomen
om de werking van Fedelec in vraag te stellen en de start gegeven voor het opzetten
van een nieuwe structuur.
Het doel is samen met de leden de visie en strategie van Fedelec te verduidelijken en
de organisatie in functie van deze strategie beter te focussen.
Onze positionering binnen het platform STS en ten opzichte van de Confederatie
Bouw wordt in deze oefening meegenomen.
Dit zijn een aantal belangrijke punten voor een sectorfederatie als Fedelec die onder
het beleid van mijn voorganger werden ingezet en waar we nu met de volledige Raad
van Bestuur en het Fedelec team aan zullen verder werken.
We leven in een wereld die constant evolueert, ook en vooral op technologisch vlak.
Het is een taak voor Fedelec om de vinger aan de pols te houden. Wat zijn de geva-
ren voor onze sector, welk zijn de opportuniteiten en hoe kunnen we hierop inspe-
len? Wat verwachten de leden precies van ons?
Via de werking binnen onze sectorcomités en werkgroepen trachten we daar ant-
woorden op te formuleren. Het advies van onze leden is van kapitaal belang en
bepaalt onze acties.
In dit kader werden er al belangrijke stappen ondernomen en als nieuwe Fedelec
voorzitter wil ik mij inzetten om die verder te ontwikkelen.
Karl Neyrinck,
Voorzitter
voorwoorD
product news 48
FEDELEC IN ACTIE 05 - 13
TECNOLEC informeert
FEDELEC dossier
Projecten
events
Fiscale plafonds voor 2015 15
PV-installaties: Update bandingfactoren voor de berekening van GSC (VEA) 16
Aanvullend capaciteitstarief vanaf 1 juli 2015
voor prosumenten met een terugdraaiende teller 19
Nieuwe leden 21
VOLTA, dé nieuwe centrale sectororganisatie! 22
Armaturen - optische karakteristieken 24
Intelligente bedrijfswageninrichting 27
Lokale expertise voor grootschalige ziekenhuisfusie 28
“De uitdagingen van de elektro-installateur zijn ook de onze” 32
Van klooster tot woonzorgcentrum 34
TRILUX Akademie opent deuren voor elektro-installateurs in de Benelux 38
Performante technieken en vakmanschap voor WZC Bloemendal 40
Walstroomplatform voor binnenschippers 44
Smart Building: van mythe tot realiteit 46
Promotiedag duurzame verlichting 2015 47
inhoud
47
27
44
24© a
rchi
tblo
g.b
e - F
los
FEDELEC IN ACTIE
Sedert lang hebben wij leden installa-
teurs die in een jury zetelen van scho-
len. Verschillenden onder hen maakten
ons er attent op dat sommige jongeren
niet echt arbeidsrijp zijn na het beëindi-
gen van hun studies.
De redenen hiervoor zijn velerlei: ofwel
heeft het te maken met de attitude van
de jongere, ofwel wordt het lessenpak-
ket niet gegeven zoals het moet, ofwel
beschikt de school over te weinig of niet
aangepast materiaal voor de praktijk-
lessen, ofwel hebben noch de leraar
noch de jongeren voldoende aange-
paste stages kunnen volgen. De reden
kan uiteraard ook elders liggen.
Onze regionale afdeling Fedelec Oost-
Vlaanderen nam enkele jaren geleden
het initiatief om verschillende actoren
samen te brengen om die situatie te
analyseren, er conclusies uit te trekken
en oplossingen uit te werken. Zo ont-
stond het E-consortium.
Nieuwjaarshappening voor leden Fedelec Brussel-Halle-Vilvoorde
Op 6 februari organiseerde de regionale
Fedelec afdeling Brussel-Halle-Vilvoorde
naar jaarlijkse gewoonte de ledenbijeen-
komst naar aanleiding van het nieuwe
werkjaar.
Place to be: Bowling Stones te Wemmel.
De leden werden er verwelkomd door de
bestuurders van de plaatselijke afdeling
onder leiding van voorzitter François Léon.
Volgend op de receptie konden de leden
hun kunsten tonen op de bowlingbaan.
FEDELEC wil de leertrajecten voor jongeren die elektricien willen worden mee helpen verbeteren
Dat initiatief kende een enorm succes
vooral te danken aan de inzet van de
“pioniers” in dit verhaal, namelijk Johan
Lambrechts, Christiaan Crucke en
André Overdulve.
Om die reden werd beslist om het initia-
tief uit te breiden naar alle provincies en
de “coördinatie” van het project over te
laten aan Vormelek.
Wat is het doel? We willen in overleg
met scholen, bedrijven, industrie (fabri-
kanten) en keuringsorganismen op
zoek gaan naar een aantal criteria om
de lessen en de stages kwaliteitsvoller
te laten verlopen.
Zo willen we tot een gedragen stand-
punt komen over alle provincies heen.
Dit provinciaal overleg ging van start in
maart 2015 en geleidelijk aan zullen alle
provincies betrokken worden.
Na een eerste onderzoek zullen, op
basis van de resultaten, acties onder-
nomen worden om bedrijven zo goed
als mogelijk voor te bereiden op werk-
plekleren en het aanreiken van een
kwalitatieve werkplek.
Een nieuwe actie kan het uitbouwen
zijn van een goed opleidingstraject
voor bedrijven. Lopende acties zoals
het aanbieden van een e-module over
coaching zullen in dit kader geopti-
maliseerd worden. Daarnaast zullen
goede praktijken verzameld worden
van bedrijven en zullen deze verspreid
worden naar de bedrijven, scholen en
centra.
Fedelec is er van overtuigd dat werk-
plekleren fundamenteel is om een
goede opleiding te kunnen hebben. We
zullen de acties gecoördineerd vanuit
Vormelek dan ook ten volle steunen om
ervoor te zorgen dat de werkervarings-
plaatsen zo kwalitatief mogelijk zijn.
Op dit moment voelen wij zelf aan dat
onze bedrijven hierin nog extra begelei-
ding nodig hebben.
Fedelec magazine | 5
FEDELEC IN ACTIE
Identificatie van personeel en registratie van aanwezigheid op de werf. Hoe zit dat nu juist voor de installateurs elektriciens?
Is die dan niet te verkrijgen voor de elek-
triciens?
Het antwoord is neen, want de
Construbadge is enkel verkrijgbaar
voor de bedrijven die vallen onder het
PC bouw (PC 124, RSZ-prefix 024, 026,
044 of 054).
Wat moeten de elektriciens dan wel
hebben?
Eerst en vooral moet men een duidelijk
onderscheid maken tussen de identifi-
catie van mensen en het verplicht regis-
treren van aanwezigheden op werven
boven de 800.000 euro.
Wat de identificatie betreft, heeft
Staatssecretaris Bart Tommelein te
kennen gegeven dat hij de intentie heeft
om de verplichting tot visuele identifica-
tie op te leggen aan iedereen die werkt
op een bouwwerf. De bouwsector heeft
hiervoor een particulier en op vrijwillig-
heid gebaseerd initiatief ontwikkeld,
namelijk de bewuste Construbadge.
Andere sectoren, waaronder de onze,
kunnen natuurlijk ook een badge eigen
aan hun sector ontwikkelen, maar is dat
wel aangewezen?
Tijdens een recent gesprek met de
Staatssecretaris hebben we de vraag
gesteld of het niet logischer zou zijn om
de elektronische identiteitskaart (eID)
als identificatiemiddel te laten dienen.
Gezien iedereen die op zak moet heb-
ben, heeft een bijkomende badge toch
weinig zin of niet?
In feite is het zo dat de elektronische
identiteitskaart in theorie als identifica-
tiemiddel kan dienen, maar een aantal
gegevens zijn momenteel niet consul-
teerbaar, onder andere de gegevens
met betrekking tot de werkgever.
De diensten van de Staatssecretaris
onderzoeken momenteel of de elektro-
nische identiteitskaart kan aangepast
worden (dit vraagt ook enkele wettelijke
aanpassingen) zodat ze ook als identi-
ficatiemiddel op bouwwerven kan die-
nen.
Dat voor wat het deel “identificatie”
betreft.
Los daarvan heeft men de verplichting
tot registratie van zelfstandigen, werk-
nemers en uitzendkrachten op werven
boven de 800.000 euro (totaalbedrag
van de werken).
Hoewel de wet geen enkel registratie-
systeem oplegt stelt de RSZ wel een
registratietool “Checkinatwork” ter
beschikking van de betrokken perso-
nen.
Deze kan via vier verschillende kanalen
gebruikt worden:
1. De onlinedienst via desktop: van-
op een PC, die zich op de hoofdzetel
bevindt, wordt via een beveiligde toe-
gang de aanwezigheid van elke per-
soon op de werf geregistreerd via de
portaalsite van de sociale zekerheid
2. De gateway: de aanwezigheden wor-
den geregistreerd op een centrale PC
die zich bevindt op de werf en die over
een internetverbinding en kaartlezer
voor eID beschikt. Elke persoon aan-
wezig op de werf registreert via deze
PC zijn aanwezigheid op de werf (eID,
rijksregisternummer of Limosanummer
voor gedetacheerd personeel)
3. De mobiele onlinedienst: elke per-
soon registreert met een smartphone
of tablet zijn aanwezigheid op de werf
via een beveiligde toegang op de por-
taalsite van de sociale zekerheid
4. De webservice: uw bestaand regis-
tratiesysteem (planning, track-and-
trace, werkbadge,…) communiceert
met de webservice om de aanwezig-
heid te registreren
Als installateur elektricien beschikt u
dus nu al over verschillende mogelijk-
heden om uw wettelijke verplichtingen
na te komen.
Komt er dan helemaal geen badge
eigen aan onze sector?
Dat zal uiteindelijk afhangen van de ver-
dere besprekingen in dit dossier.
Ofwel wordt het gewoonweg de elek-
tronische identiteitskaart als gewet-
tigd en sterk beveiligd identificatiemid-
del waarmee men ook kan registreren,
maar indien zou blijken dat dit niet kan,
dan zal men waarschijnlijk gaan naar
een sector overschrijdend systeem van
badge, t.t.z. identiek voor verschillende
sectoren.
We krijgen nog steeds heel wat vragen over deze materie, voor-
al omdat de arbeiders uit de bouwsector nu beschikken over een
“Construbadge” waarmee ze zich op de werf kunnen identificeren.
6 | Fedelec magazine
FEDELEC IN ACTIE
Op donderdag 5 februari was een
delegatie bestuurders van de regi-
onale Fedelec afdelingen Oost- en
West-Vlaanderen op uitnodiging
van zaakvoerder Geert Ballet te gast
op het hoofdkantoor van Trayco te
Oudenaarde voor een bedrijfsbezoek
en nieuwjaarsdrink.
Na verwelkoming door Geert Ballet
hemzelf en Pieter Tsjoen, medeoprich-
ter Trayco, en zaakvoerder Vento, was
het de heer Stijn De Cock, hoofdeco-
noom VOKA, die de financiële wereld
in kaart bracht, waarna Geert Ballet de
troeven van Trayco, zijnde de kunst van
innovatief produceren van kabeldraag-
Oost- en Westvlaamse Fedelec bestuurders op bedrijfsbezoek bij TRAYCO
Sectorcomité WarmtepompenInfo- & overlegvergadering (28/01/2015)
Op 28 januari 2015 heeft Fedelec in samenwerking met de federaties ICS (chauf-
fagisten en sanitaristen) en UBF-ACA (koeltechnici) in Kortenberg een info- & over-
legvergadering georganiseerd voor de sector van de Warmtepompen.
Tijdens deze actieve vergadering werden volgende onderwerpen intensief
besproken:
1. De werking van Fedelec inzake hernieuwbare energie via sectorcomités in
samenwerking met de federaties ICS (chauffagisten en sanitaristen) en UBF-ACA
(koeltechnici)
2. Actuele ondersteuning aan de sector
3. Positie van de nieuwe regeringen aangaande de sector (door de VCB)
4. RESCert – Certificatie van installateurs van hernieuwbare energie
Naast de bespreking van het steunkader en de nodige publiciteit om de
Warmtepompmarkt te stimuleren, is er vooral gediscussieerd over RESCert.
RESCert staat voor Renewable Energy System Certification en voorziet in een
certificatie van personen die kleinschalige hernieuwbare energiesystemen plaat-
sen. Het gaat hier onder andere over Warmtepompen.
Kris Van Dingenen,
Het Sectorcomité WP heeft
bedenkingen bij het systeem
van RESCert. Er dient een rui-
mer kwaliteitskader voorzien
te worden. Omdat de beden-
kingen van toepassing zijn op
al le Hernieuwbare Energie-
installaties, zijn deze bedenkin-
gen opgenomen in het artikel
“Kwaliteitskader Hernieuwbare
Energie-installaties” in de rubriek
“Fedelec in Actie”
systemen en de kunst van het leveren
van kwaliteit, toelichtte.
Vervolgens werden de bestuurders
rondgeleid door de magazijnen van
Trayco en Vento, 5000 m² groot en een
1000-tal artikelen voorradig, en nadien
getrakteerd op smakelijke hapjes ter
gelegenheid van het nieuwe jaar.
Fedelec magazine | 7
FEDELEC IN ACTIE
Op 24 februari 2015 heeft Fedelec in
Kortenberg een info- & overlegverga-
dering georganiseerd voor de sector
van de Fotovoltaïsche Zonne-energie in
Vlaanderen.
Tijdens deze actieve vergadering wer-
den volgende onderwerpen intensief
besproken:
1. De werking van Fedelec inzake her-
nieuwbare energie via sectorcomités in
samenwerking met de federaties ICS
(chauffagisten en sanitaristen) en UBF-
ACA (koeltechnici)
2. Overzicht van de status van de
PV-sector (door ODE Vlaanderen)
3. Positie van de nieuwe regeringen
aangaande de sector (door de VCB)
4. RESCert – Certificatie van installa-
teurs van hernieuwbare energie
5. Bespreking komend initiatief van
groepsaankopen PV-installaties (over
gans België).
De bespreking van bovenstaande pun-
ten heeft aanleiding gegeven tot ver-
schillende bedenkingen en standpun-
ten die in dit magazine opgenomen zijn:
De artikels die enkel betrekking heb-
ben op de PV-installaties, zijn onderaan
opgenomen in dit deel “Sectorcomité
PV-installaties”
De artikels die ruimer zijn dan
PV-installaties, zijn elders opgenomen
in de rubriek “Fedelec in Actie”:
- Groepsaankopen van Hernieuwbare
Energie-installaties
- Kwaliteitskader Hernieuwbare
Energie-installaties
Bedenkingen bij de voorstellen
van Minister Turtelboom inzake
groenestroomcertificaten (GSC)
De Beleidsnota Energie van Minister
Turtelboom geeft een concretere invul-
ling van het Vlaamse regeerakkoord
2014-2019.
Er wordt o.a. gesproken over:
• een oplossing zoeken voor de over-
schot aan groenestroomcertificaten en
verrekening van de “historische schul-
den” bij de distributienetbeheerders
• het hervormen en vereenvoudigen
van het certificatensysteem voor groe-
ne stroom
Standpunt inzake de schrapping
van de categorie kleine
PV-installaties (≤ 10 kW) voor
installaties geplaatst vanaf 1 juli
2015
De Vlaamse Regering heeft op vrijdag
13 februari 2015 de afschaffing van de
projectcategorie t.e.m. 10 kW princi-
pieel goedgekeurd (Voorontwerp van
besluit van de Vlaamse Regering hou-
dende wijziging van het Energiebesluit
van 19 november 2010, wat betreft de
representatieve projectcategorieën
voor groene stroom en kwalitatieve
warmte-krachtkoppeling).
Dit betekent dat er ondanks de bere-
kening die aangeeft dat er een kleine
steun nodig is, geen steun via certi-
ficaten meer zal gegeven wordt voor
PV-installaties ≤ 10 kW die geplaatst
zullen worden vanaf 1 juli 2015.
Standpunt inzake het
aanvullend capaciteitstarief
voor prosumenten met een
terugdraaiende teller
Het Sectorcomité PV van Fedelec vindt
het fair dat alle netgebruikers, ook de
netgebruikers met een PV-installatie
met terugdraaiende teller (zowel gezin-
nen als kmo's - vermogen omvormer
kleiner dan of gelijk aan 10 kW), een cor-
recte en solidaire vergoeding betalen
voor de diensten die de distributienet-
beheerder levert. Net zoals netgebrui-
kers met grotere PV-installaties, maken
de netgebruikers met een PV-installatie
met terugdraaiende teller immers ook
gebruik van het distributienet.
Maar, het Sectorcomité PV van Fedelec
betreurt daarbij dat de distributienet-
beheerders spreken van een “dubbel
gebruik” van het distributienet door
netgebruikers met PV-installaties. Dit
woordgebruik wekt de indruk dat deze
netgebruikers “dubbel” zouden moe-
ten betalen wat verder een negatief
imago geeft aan de PV-sector. Maar er
wordt helemaal geen dubbel gebruik
gemaakt van het distributienet. Het dis-
tributienet wordt simpelweg afwisse-
lend in 2 richtingen gebruikt, maar prin-
cipieel kost dat feit geen cent extra aan
het distributie. De andere richting van
de elektrische stroom in een elektrische
geleider, vereist niet dat er bijvoorbeeld
een duurder type of grotere doorsnede
van bekabeling moet voorzien worden.
Het Sectorcomité PV-installaties
van Fedelec wil samen met andere
marktpartijen de mogelijke oplos-
singen bespreken. Het voorstel
voor het niet toekennen van steun
(GSC) bij negatieve beursprijzen
van stroom, is onaanvaardbaar
voor een stabiel investeringskli-
maat.
Het Sectorcomité PV-installaties
van Fedelec is principieel niet
akkoord met het schrappen van
de steunmogelijkheid voor nieuwe
kleine PV-installaties. Dit vormt
een precedent voor eenzijdige
politieke beslissingen in het kader
van de groenestroomcertificaten
wat het investeerdersvertrouwen
aantast.
Fedelec vraagt overleg met het
kabinet Turtelboom over de drin-
gende activering van de PV-markt.
Sectorcomité PV-installaties Info- & overlegvergadering (24/02/2015)
8 | Fedelec magazine
Een woning (of gebouw) met een PV-installatie zal op elk
ogenblik trouwens ofwel enkel een afname doen van het net,
ofwel enkel een injectie doen in het net. Afname en injectie
gebeuren m.a.w. nooit tegelijk, wel afwisselend, dus volgens
het Sectorcomité PV van Fedelec kan er moeilijk van dubbel
gebruik gesproken worden.
Een correcte en solidaire vergoeding voor het gebruik van
het distributienet is wel verantwoord omdat:
• het distributienet nu eenmaal gebruikt wordt (maar zoals
reeds gesteld, geeft het afwisselen tussen afname en injectie
geen enkele hogere kost voor de distributienetbeheerders)
• de distributienetbeheerders extra kosten hebben voor de
administratie van decentrale productie-eenheden in hun net-
gebied
• de distributienetbeheerders omwille van het aansluitrecht
van decentrale productie-installaties ≤ 10 kVA, mogelijks
kunnen geconfronteerd worden met de noodzaak om het
net te versterken op plaatsen waar er zich een te sterke con-
centratie voordoet.
Maar, bij de bepaling van deze correcte en solidaire vergoe-
ding vergeet men vaak rekening te houden met het feit dat
deze kleine productie-installaties bijdragen aan het bereiken
van de hernieuwbare energiedoelstellingen voor ons land.
Een vergoeding van de prosumenten aan het distributienet is
dus aanvaardbaar op voorwaarde dat:
• het een correcte en solidaire bijdrage is in verhouding tot
de werkelijke kosten, geen fofaitaire “taks” zoals het nu is. Dit
hypothekeert de ontwikkeling aan PV. De werkelijke kosten
zijn de kosten voor het gebruik van het distributienet vermin-
derd met de vermeden kosten van het niet behalen van de
doelstellingen inzake hernieuwbare energie.
• er een stimulering is van bevoorradingszekerheid (= vraag-
verschuiving batterijopslag stimuleren)
• REG nog gestimuleerd wordt (een loutere capaciteitsbij-
drage op basis van het vermogen draagt hier dus niet toe bij)
• indien de veiligheid van het net niet in het gedrang komt (er
moet vermeden worden dat nieuwe PV-installaties niet aan-
gegeven worden)
Kris Van Dingenen
Het Sectorcomité PV-installaties van Fedelec wil samen
met andere marktpartijen een slimme tarievenstructuur
onderhandelen tegen 2017.
Fedelec magazine | 9
FEDELEC IN ACTIE
17de Nacht van de Elektriciens - Oh what a Night!
Op vrijdag 27 maart werd in de Salons
Waerboom de Buitengewone Algemene
Statutaire Vergadering gehouden met
daaropvolgend de traditionele Nacht
van de Elektriciens. Het was deze edi-
tie de beurt aan de regionale afdeling
Fedelec Brussel-Halle-Vilvoorde om,
met de ondersteuning van het nationale
secretariaat, dit jaarlijks evenement te
organiseren.
Tijdens de Algemene Vergadering
was het de directeur van Fedelec Willy
Pauwels die een overzicht bracht van
de activiteiten van het voorbije jaar 2014
met klemtoon op de meer sectorspe-
cifiek gerichte aanpak en dienstverle-
ning, alsook de verdere uitbouw van
een vernieuwd en verjongd adminis-
tratief team. Ook was er de bekrachti-
ging van de nieuwe samenstelling van
de Raad van Bestuur en de voorzitters-
wissel.
Terwijl de bestuurders de vergade-
ring bijwoonden, was er voor de part-
ners een workshop georganiseerd met
meester chocolatier Marc Nevens van
Het Chocoladehuis uit Aalst. Naast
zijn demonstratie kon er ook uitvoerig
geproefd worden van de verschillende
bereidingen en chocoladesmaken.
Na de vergadering en de workshop
werd iedereen verwelkomd op de
receptie van het banket en een 240-tal
gasten schoven nadien aan voor het
smakelijke menu. Tussendoor waren er
de gebruikelijke toespraken. Eerst was
het de voorzitter van de regionale orga-
niserende afdeling Fedelec Brussel-
Halle-Vilvoorde, de heer Francois Léon,
die de aanwezigen dankte voor hun
deelname alsook de partners voor de
ondersteuning van het evenement.
Vervolgens sprak de uittredende voor-
zitter, de heer Antoine Van Lierop, zijn
dank uit voor de ervaringen van de
voorbije vijf jaar en kondigde hij Karl
Neyrinck aan als de nieuwe voorzitter
Fedelec nationaal. De heer Neyrinck
loofde op zijn beurt zijn voorganger
voor zijn geleverde inzet en wees op de
hechte samenwerking en respect bin-
nen de organisatie en de integratie in de
structuren van de Confederatie Bouw.
Na de toespraken en wanneer het des-
sert erop zat, konden de genodigden
hun beste danskunsten tonen op de
beats van het orkest. En of er gedanst
werd!
Wij danken al de sponsors!
10 | Fedelec magazine
FEDELEC organiseerde speeddatings middenspanning- en hoogspanning
Tijdens de maanden april en mei orga-
niseerde Fedelec een aantal infoses-
sies in Vlaanderen en Wallonië volgens
de formule speeddating, een concept
waarbij de deelnemers ingedeeld wor-
den in kleinere groepjes en zo elke
standhouder bezoeken en de nodige
informatie krijgen.
Onderwerp van de speeddating was
Middenspannings- en Hoogspannings-
installaties correct installeren, onder-
houden en schakelen.
Met dit initiatief richtte Fedelec zich tot
zowel elektro-installateurs met ervaring
met midden- en hoogspanning, als ook
installateurs zonder praktische ervaring
die de markt willen betreden om zelf
MS- en HS-installaties te kunnen instal-
FEDELEC IN ACTIE
leren, beter inzicht te verwerven met
betrekking tot deze materie inzake las-
tenboeken, of om zelf voldoende kennis
van methodes en materialen te verwer-
ven om bestaande transfo’s te kunnen
schakelen bij klanten voor werkzaam-
heden of na uitval door een spannings-
onderbreking of –dip. Ook bedrijven
met een eigen hoogspanningsaanslui-
ting, studiebureaus alsook enkele grote
aannemingsbedrijven en de distributie-
netbeheerders waren uitgenodigd.
Telkens was het Kris Van Dingenen
(adjunct-directeur Fedelec) die de
inleidende verwelkoming en prakti-
sche toelichting van de avond voor zijn
rekening nam. Vervolgens nam een
verantwoordelijke van de regionale
distributienetbeheerder het woord om
de nieuwe technische voorschriften,
Synergrid C2/112, voor aansluiting
op het HS-distributienet, toe te lich-
ten. Daarna konden de verschillende
groepjes (ongeveer 10 installateurs per
groep), plaatsnemen en doorschui-
ven aan de standen van DEBA, EME,
SCHNEIDER ELECTRIC, SIEMENS en
VINCOTTE. Tijdens het netwerkings-
moment achteraf was er nog heel wat
belangstelling voor de opgestelde
demo-modules.
SAMENSTELLING NIEUWE RAAD VAN BESTUUR
Antwerpen: De Prins Peter, Bestuurder
Antwerpen: Ennekens Jan, Bestuurder
Brussel-Halle-Vilvoorde: Leon François, Bestuurder
Brussel-Halle-Vilvoorde: Rassaerts Yvan, Bestuurder
Henegouwen West: Bontems Jean-Marie, Bestuurder
Henegouwen Zuid: Colonnello Danilo, Bestuurder
Limburg: Thijs Erik, Bestuurder
Limburg: Berings Freddy, Bijkomende afgevaardigde
Luik: Carabin José, Bestuurder
Luik: Wittevrongel Christian, Bijkomende afgevaardigde
Namen: Hallaux Delphine, Bestuurder
Namen: Dekoninck Nicolas, Bijkomende afgevaardigde
Oost-Vlaanderen: Pieters Jan, Bestuurder
Oost-Vlaanderen: Overdulve André, Bestuurder
Verviers: Laurent Jean-Pierre, Bestuurder
Verviers: Loop Henri, Bijkomende afgevaardigde
Vlaams Brabant: Corbeels Fanny, Bestuurder
Vlaams Brabant: Robert Roger, Bestuurder
Waals Brabant: Millet Charles, Bestuurder
Waals Brabant: Focant Luc, Bijkomende afgevaardigde
West-Vlaanderen: Desauw Vera, Bestuurder
West-Vlaanderen: Vanden Berghe Lode, Bestuurder
West-Vlaanderen: Neyrinck Karl, Voorzitter
Fedelec magazine | 11
FEDELEC IN ACTIE
Groepsaankopen voor standaard
consumentenproducten (stookolie,
elektriciteit, aardgas, pellets, brand-
hout, etc…) zijn een onvermijdelijk
maatschappelijk fenomeen gewor-
den. Het is een middel om met één
actie een groot aantal potentiële
klanten te bereiken.
Stilaan zien we ook groepsaankopen
ontstaan voor technische installaties.
Hier komen we volgens Fedelec op
een heel ander terrein. Een techni-
sche installatie vereist meestal een
individuele analyse met een indivi-
duele dimensionering waarbij tevens
rekening moet gehouden worden
met de omgeving waar deze installa-
tie geplaatst zal worden. Bovendien
mag het aspect service en onder-
houd ook niet vergeten worden als
het om installaties gaat.
Het is met andere woorden niet
zomaar evident om dit op een cor-
recte manier te organiseren via een
formule van groepsaankopen. Per
technologie dienen er randvoor-
waarden bepaald te worden en in
acht genomen te worden.
Belangrijkste randvoorwaarden voor
organisatoren van groepsaankopen
voor hernieuwbare energie installa-
ties:
• Zorg voor kwaliteit.
- Voorzie in de inschrijvingsdocu-
menten voor de installatiebedrij-
ven criteria opdat er enkel bedrijven
kunnen deelnemen die voldoen aan
kwaliteitseisen die betrekking heb-
ben op de betreffende hernieuwbare
energie-installaties
- Voorzie in de inschrijvingsdocu-
menten voor de installatiebedrijven
steekproefsgewijze controles op het
af te leveren werk, pro rata met het
aantal effectief geplaatste installa-
ties, en voorzie corrigerende maatre-
Hernieuwbare Energie-installaties: Groepsaankopen
gelen. (en voer die controles dan nadien
ook uit)
• Controleer de ingeschreven installatie-
bedrijven
- Hebben ze toegang tot het beroep
(inschrijving KBO)? (Mogen ze eigenlijk
wel de betreffende hernieuwbare ener-
gie-installaties plaatsen?)
Controleer op: http://kbopub.economie.
fgov.be/kbopub/zoeknummerform.html
- Hebben ze geen schulden bij de over-
heid (risico op faillissement)?
Fiscus: https://eservices.minfin.fgov.be/
portal/nl/public/citizen/services/attests
RSZ: https://www.socialsecurity.be/
web7/ppr/?lang=nl
• Zorg voor lokale installatiebedrijven.
Dit is niet alleen van belang tijdens de
installatie, maar ook voor latere service
en onderhoudswerkzaamheden zal dit
de verplaatsingen beperken wat goed is
voor zowel het milieu als de kost voor de
eindklant.
• Laat slechts 1 niveau van onderaan-
neming toe (geen onderaannemer van
een onderaannemer) en leg dezelfde
voorwaarden op aan de onderaanne-
mers als aan de hoofdaannemers. Laat
geïnteresseerde installatiebedrijven die
met onderaanneming willen werken, hun
onderaannemer(s) mee opgeven tijdens
de inschrijvingsfase.
• Eis dat er altijd ten minste 1 iemand op
de werf is die de taal praat van het gewest
waar de klant woont (Nederlands of
Frans)
• Bundel inschrijvingen in loten met een
maximale grootte van 200 geïnteres-
seerde klanten in functie van hun geo-
grafische ligging. Dit is ook beheersbaar
voor kleine installatiebedrijven die goed
georganiseerd zijn.
• Laat de installatiebedrijven de mogelijk-
heid om te bieden op zoveel loten als ze
willen, maar beperk het uiteindelijk maxi-
maal aantal loten die ze kunnen toege-
wezen krijgen tot bijvoorbeeld 2 of 3. Op
deze manier wordt er vermeden dat er 1
groot bedrijf alle loten zou binnenhalen
met onderaannemers die misschien niet
altijd gewenste kwaliteit zouden leveren
onder prijsdruk.
• Maak heel duidelijk wat er in de prijs
inbegrepen is en wat niet
• Laat toe om prijszettingen te differenti-
eren. Zo zal de installatie van PV-panelen
op een plat dak of een hellend dak resul-
teren in een andere prijs. Ook de gebruik-
te dakbedekking heeft een differentië-
rende invloed.
Concreet project CLEAR van Test-
Aankoop: Groepsaankopen voor
PV-installaties in België
CLEAR is de afkorting van “enabling
Consumers to Learn about, Engage with
and Adopt Renewable energy techno-
logies”. Bij dit Europese project zijn vijf
landen betrokken: België, Spanje, Italië,
Portugal en Nederland. In die landen blij-
ken de consumenten nog steeds te aarze-
len om mee te stappen in het verhaal van
hernieuwbare energie. Uit de ervaringen
en de kennis van verschillende Europese
consumentenorganisaties (Test-Aankoop
in België) blijken vooral drie factoren een
belangrijke belemmering te vormen:
• de consumenten kennen te weinig de
voordelen van hernieuwbare energie en
beschikken niet over voldoende informa-
tie op maat om de stap te zetten;
• een gebrek aan vertrouwen in zowel de
technologie als de installateurs/verko-
pers;
• de hoge aankoopkosten voor de tech-
nologieën.
De eerste 2 geformuleerde belemmerin-
Standpunt Fedelec:
Groepsaankopen enkel aanvaard-
baar voor installaties mits rand-
voorwaarden
12 | Fedelec magazine
Ruimer kwaliteitskader nodig dan RESCert
Fedelec heeft in samenwerking met de
federaties ICS (chauffagisten en sanita-
risten) en UBF-ACA (koeltechnici) eind
2014 en begin 2015 verschillende info-
& overlegvergaderingen georganiseerd
in Vlaanderen en Wallonië via de ver-
schillende sectorcomités:
- Sectorcomité Fotovoltaïsche
installaties
- Sectorcomité Warmtepompen
- Sectorcomité Zonthermische
installaties
Naast de bespreking van het steunka-
der en de nodige publiciteit om de markt
van Hernieuwbare Energie-installaties
te stimuleren, is er ook gediscussieerd
over RESCert.
RESCert
RESCert is de Belgische omzetting van
de Europese Richtlijn 2009/28/EG van
23 april 2009 ter bevordering van het
gebruik van energie uit hernieuwbare
bronnen.
RESCert staat voor Renewable Energy
System Certification en legt een cer-
tificatie van personen (erkenning van
competenties) die kleinschalige her-
nieuwbare energiesystemen plaatsen
vast (zie www.rescert.be).
Het gaat hier over 6 technologieën:
- Fotovoltaïsche installaties
- Zonthermische installaties voor
sanitair warm water
- Zonthermische installaties combi
(CV/SWW)
- Warmtepompen
- Ondiepe geothermische systemen
- Biomassaketels
Er zijn grosso modo 3 voorwaarden om
als persoon RESCert te kunnen wor-
den:
- Beantwoorden aan de voorwaarden
voor toegang tot het beroep
- Beroepservaring van 3 jaar (niet van
toepassing voor certificaat als kandi-
daat)
- Opleiding volgen en slagen in het exa-
men in een erkend opleidingscentrum
De kost van een certificaat is 250 EUR
voor een duurtijd van 5 jaar. Kris Van Dingenen
David Germani
gen zal het project aanpakken door de
consument te betrekken bij webcom-
munity’s rond hernieuwbare energie en
door tests en relevante informatie over
hernieuwbare energie te publiceren: zie
www.my-renewable-energy.org
Op deze link is te zien dat er ook web-
community’s zi jn gemaakt voor
Zonneboilers, Warmtepompen en
Pelletkachels. Voorlopig zal er alleen
een groepsaankoop voor PV-installaties
komen.
De laatste geformuleerde belemmering
van hoge aankoopkosten zal het project
aanpakken door groepsaankopen te
organiseren.
Concreet heeft Test-Aankoop een
oproep gelanceerd tot kandidatuurstel-
ling voor deelname aan een groeps-
aankoop van installaties van fotovolta-
ische zonnepanelen van maximaal 10
kW voor particulieren en KMO’s. Deze
groepsaankoop maakt integraal deel uit
van het CLEAR-project.
• De kandidaturen van de installatie-
bedrijven van fotovoltaïsche syste-
men moeten onder gesloten omslag
met de post worden verstuurd tegen
uiterlijk 29 mei 2015 om 16u00, waar-
bij de poststempel rechtsgeldig is,
naar Test-Aankoop – afdeling CCPS
P&A, ter attentie van de heer Christian
Dedoncker, Hollandstraat 13, 1060
Brussel.
• Het brede publiek zal vanaf 15 juni tot
31 augustus kunnen inschrijven voor
de groepsaankoop PV-installaties van
CLEAR (Test-Aankoop).
Alle informatie met voorwaarden en
deelnamedocumenten zijn te vinden op
de website van Fedelec:
- CLEAR algemene voorstelling
- Oproep tot kandidaatstelling
- Bijlage 1 Modelovereenkomst
- Bijlage 2 Beschrijving installatie -
Lastenboek
- Bijlage 3 Beschrijving van de veiling-
procedure
- Bijlage 4 Stappenplan
FEDELEC IN ACTIE
Knelpunten volgens Fedelec, ICS
en UBF-ACA
- De verplichting tot het volgen van
opleidingen Hernieuwbare Energie
door personen geeft geen enke-
le garantie dat het resultaat (= de
installatie) OK zal zijn. Men heeft
meer nodig dan enkel opleiding
om te komen tot een kwaliteitsvolle
installatie.
- De installatiebedrijven vinden
het nutteloos dat elke geïnteres-
seerde, ongeacht eventuele voor-
kennis, moet deelnemen aan een
vastgelegde (toch wel uitgebreide)
opleiding vooraleer deel te mogen
nemen aan het examen dat leidt
tot een competentiecertif icaat.
Competentiecertificaten op per-
soon verhogen bovendien het risico
op ‘wegkopen’ van personeelsleden
wat soms een rem vormt voor bedrij-
ven op het laten vormen van perso-
neelsleden.
Fedelec magazine | 13
14 | Fedelec magazine
Bouwen zit in ons DNADat merkt u ook aan onze service
De verzekeraar die zijn winst met u deelt
Meer info: www.federale.be
Om als bouwondernemer opdrachten binnen te halen, moet u weten welke risico’s u kunt nemen. Federale Verzekering werd meer dan 100 jaar geleden opgericht door aannemers en kent dus die risico’s en weet hoe ze te verzekeren. Meer veiligheid, minder ongevallen, minder schade en bijgevolg meer winst. Winst die we met u delen.
Bel gerust uw persoonlijke adviseur voor een afspraak op .
Bouw DNA A4.indd 1 7/04/15 10:28
Langetermijnsparen
Voor de fiscale marge van het lan-
getermi jnsparen (Pens ioen- en
Overlijdensverzekeringen) wordt de
maximumpremie berekend in functie van
het netto belastbaar beroepsinkomen.
Voor het inkomstenjaar 2015 (aanslag-
jaar 2016) bedraagt de maximumbijdra-
ge € 169,20 + 6 % van het netto belast-
baar beroepsinkomen, met een absolute
bovengrens van € 2 260. De beschikbare
fiscale marge moet evenwel worden
geëvalueerd samen met de eventuele
fiscale voordelen die verbonden zijn aan
de terugbetaling van een hypothecair
krediet.
Pensioensparen
De fiscale marge van het pensioensparen
(Vita Pensioen bij Federale Verzekering),
bedraagt voor het inkomstenjaar 2015
maximum € 940.
Individuele Pensioentoezegging
voor werknemers (IPT)
De werkgeversbijdrage voor een indivi-
duele pensioentoezegging ten voordele
van werknemers (VIP Plan bij Federale
Levensverzekeringen en hypothecaire kredieten bieden fiscaal interes-
sante perspectieven. U vindt hieronder een overzicht van de belangrijk-
ste fiscale plafonds voor het inkomstenjaar 2015 (aanslagjaar 2016).
Verzekering) bedraagt € 2 330 (taks van
4,4 % inbegrepen) voor het inkomsten-
jaar 2015. Binnen de grenzen van de 80
%-regel zijn er geen beperkingen voor
de bijdragen die worden betaald door de
werknemer zelf.
Het fiscale voordeel voor het pensi-
oensparen, het langetermijnsparen
en de individuele pensioentoezegging
bedraagt 30 % van de gestorte premie.
Vrij Aanvullend Pensioen voor
Zelfstandigen (VAPZ)
Voor het VAPZ (Vita VAPZ) bedraagt de
maximumpremie 8,17 % van het geher-
waardeerde netto belastbaar beroepsin-
komen van 3 jaar geleden (dus 2012) met
een absoluut maximum van € 3 027,09
(plafond 2015). Dat is m.a.w. € 756,77 per
trimester. De premies zijn aftrekbaar als
beroepskost, zodat het fiscaal voordeel
wordt berekend aan de marginale aan-
slagvoet. Door de fiscale aftrekbaarheid
van de VAPZ-premies vermindert het
inkomen waarop de sociale zekerheids-
bijdragen worden berekend. Gevolg: u
betaalt minder belastingen en minder
sociale bijdragen.
Hypothecair krediet:
aftrek voor enige en eigen woning
De fiscale aftrek voor een hypothecair
krediet bedraagt
• in Vlaanderen:
- lening gesloten tot 31.12.2014: € 3 040
(€ 2 280 + € 760)
- lening gesloten vanaf 01.01.2015: € 2
280 (€ 1 520 + € 760)
• in Wallonië en Brussel:
€ 3 050 (€ 2 290 + € 760)
vanaf 1 januari 2015, voor zover aan
bepaalde voorwaarden is voldaan. De
aftrek wordt verhoogd met € 80 voor
gezinnen met minstens drie kinderen
ten laste. De fiscale aftrek voor de enige
en eigen woning is forfaitair en dus niet
afhankelijk van het inkomen of het bedrag
van de lening. Het hierboven vermelde
forfaitaire bedrag van € 760 dat van toe-
passing is gedurende de eerste 10 jaar
van de lening (of tot het jaar waarin u eige-
naar wordt van een tweede woning). Het
globaal aftrekbare bedrag omvat zowel
de intresten, de kapitaalaflossingen als
de levensverzekeringspremies.
(Door Federale Verzekering)
www.federale.be
Fiscale plafonds voor 2015
fedelec DOSSIER
Fedelec magazine | 15
PV-installaties: Update bandingfactoren voor de berekening van GSC (VEA)
fedelec dossier
H ebt u zich recent ook al
de vraag gesteld hoe het
vandaag zit met de groe-
nestroomcertificaten voor de
installaties van fotovoltaïsche zon-
nepanelen (PV)? Bent u ook in de
war door bepaalde krantenkoppen
die elkaar tegenspreken als het gaat
over de kleine PV-installaties? De
krantenkoppen maken vaak geen
onderscheid tussen bestaande
PV-installaties (met een verschil-
lende berekening afhankelijk wan-
neer ze exact geplaatst zijn) en nog
te plaatsen installaties. Om misver-
standen te voorkomen, zetten we
hieronder de zaken voor u nog eens
op een rijtje.
Mechanisme van
groenestroomcertificaten (GSC)
De eigenaar van een PV-installatie krijgt
van de VREG een groenestroomcerti-
ficaat voor een bepaalde hoeveelheid
opgewekte elektriciteit. Er worden geen
gedeeltelijke certificaten uitgereikt.
Verder worden er geen groenestroom-
certificaten meer toegekend voor nieuw-
bouwprojecten. Tenzij de PV-installatie
niet wordt opgenomen in het EPB dos-
sier.
Het bedrag dat de eigenaar per certifi-
caat ontvangt en de periode dat de eige-
naar certificaten ontvangt, hangt af van:
- het maximaal AC-vermogen van de
omvormers
- de datum van ingebruikname van de
zonnepanelen. Deze datum kan ten
vroegste de datum van de AREI-keuring
zijn, de installatie mag pas opgestart
worden na de keuring.
Niet van belang voor de waarde van de
certificaten is:
- of de geproduceerde elektriciteit ter
plaatse wordt verbruikt of in het net wordt
geïnjecteerd
- het moment waarop de aanvraag wordt
ingediend bij de VREG.
- het moment waarop de installatie wordt
aangesloten op het distributienet.
- het moment waarop de productie-
meting door de netbeheerder wordt
geplaatst.
Steunbedragen voor
groenestroomcertificaten (GSC)
PV-installaties in gebruik vóór 2013
Deze krijgen één certificaat per 1.000
kWh en de waarde daarvan werd stelsel-
matig afgebouwd. Ook de duur van de
steun werd op het einde van dit systeem
verminderd (www.vreg.be/nl/bedrag-
minimumsteun-voor-2013).
PV-installaties in dienst vanaf 2013
De minimumsteun voor PV-installaties
die geplaatst zijn vanaf 2013 bedraagt 93
euro per groenestroomcertificaat gedu-
rende 15 jaar. Het aantal kWh dat recht
geeft op één certificaat is afhankelijk
van de ‘bandingfactor’. De bandingfac-
tor voor PV-installaties is een door VEA
berekende correctiefactor die gebruikt
wordt om een rendabele uitbating van
een PV-installatie mogelijk te maken met
als criterium het behoud van 5% financi-
eel rendement.
Deze bandingfactor kan elke 6 maanden
geactualiseerd worden.
Per periode waarin een installatie
geplaatst en in dienst genomen is, resul-
teert dit mechanisme in een verschil-
lende tabel met bandingfactoren voor de
PV-INSTALLATIES MET EEN VERMOGEN VAN MAXIMAAL 250KW
Datum indienstname
Minimum-steun per certificaat
Duur
2006-2009 450 EUR 20 jaar
2010 350 EUR 20 jaar
januari t.e.m. juni 2011 330 EUR 20 jaar
juli t.e.m. september 2011 300 EUR 20 jaar
oktober t.e.m. december 2011 270 EUR 20 jaar
januari t.e.m. maart 2012 250 EUR 20 jaar
april t.e.m. juni 2012 230 EUR 20 jaar
juli 2012 210 EUR 20 jaar
augustus t.e.m. december 2012 90 EUR 10 jaar
16 | Fedelec magazine
opeenvolgende bandingperiodes
De bovenstaande tabellen geven enkel
de bandingfactoren weer voor kleine
PV-installaties (≤ 10kW = GS cat.1). Er
bestaan ook tabellen voor PV-installaties
met een maximum omvormervermogen
> 10 en ≤ 250kW (GS cat.2) en tabellen
voor een maximum omvormervermogen
>250 en ≤ 750 kW (GS cat.3).
Een volledig overzicht is te raadplegen
op www.vreg.be/nl/overzicht-banding-
factoren.
Hoe wordt het aantal
groenestroomcertificaten dan
berekend voor PV-installaties vanaf
2013?
De elektriciteitsproductie wordt verdeeld
over de verschillende maanden tussen
deze en de vorige meterstand. Daarbij
houdt de VREG rekening met de sprei-
ding van de opbrengst van zonnepane-
len over de seizoenen en het effectieve
aantal uren zonneschijn. De opbrengst
per maand wordt dan omgezet naar
groenestroomcertificaten, rekening hou-
dend met de bandingfactor die voor die
maand van toepassing was.
Een voorbeeld voor een installatie
die in dienst genomen werd in 2013
Op 13 maart 2015 wordt een meterstand
van 5.970 kWh doorgegeven. De vorige
meterstand was 1.335 kWh op 26 augus-
tus 2013. Tijdens de periode tussen 26
augustus 2013 en 13 maart 2015 is er dus
een productie van (5.970 - 1.335) = 4.635
kWh.
Er zijn drie bandingfactoren van toepas-
sing tijdens die periode. De elektriciteits-
productie van 4.635 kWh wordt verdeeld
over de verschillende bandingfactoren.
Voor elke periode wordt de overeen-
stemmende bandingfactor toegepast.
Deze meterstand zou dus 393/1000e
groenestroomcertificaat opleveren.
Daar er geen gedeeltelijke certificaten
uitgereikt worden, kan de meting van
5.970kWh niet toegevoegd worden in
de databank. Dat kan pas zodra er vol-
doende elektriciteit geproduceerd is
voor minstens 1 groenestroomcertifi-
caat. (dat 93 EUR waard is).
Een meterstand die aanvaard wordt bij
het invoeren, zal m.a.w. altijd resulteren
in één of meerdere certificaten waarbij
er altijd een overschot zal zijn. Dit over-
schot wordt bewaard in de certificaten-
databank en opgeteld als een volgende
meterstand wordt doorgegeven.
Analyse laatste update
bandingfactoren
Het gaat om de aangepaste berekenin-
gen voor zowel nieuwe PV-installaties
met startdatum na 1 juli 2015 als om
bestaande installaties waarvoor de cij-
fers geactualiseerd worden (met als
criterium het behoud van 5% financieel
rendement).
• Rapport 2014/2 Deel 1: voor nieuwe
PV-projecten met startdatum vanaf 1 juli
2015 (de cijfers voor nieuwe projecten
vanaf 1 jan. 2015 waren al berekend in
het vorige rapport van juli 2014)
• Rapport 2014/2 Deel 2: voor de actu-
alisatie van bestaande PV-projecten,
met een berekening voor 3 groepen van
PV-projecten in functie van hun start-
datum (vanaf jan. 2013, jan. 2014 of juli
GS cat.1: ≤ 10 kW 1 jan. tem 31 juli 2013
1 aug. 2013 tem 16 feb. 2014
17 feb. tem 31 juli 2014
1 aug. 2014 tem 26 maart 2015
Vanaf 27 maart 2015
Bandingfactor Bf 0,23 0,28 0 0,0847 0,818
kWh nodig voor 1 cert. 4348 3571 0 11806 1222
GS cat.1: ≤ 10 kW 1 jan. tem 31 juli 2014
1 aug. 2014 tem 26 maart 2015
Vanaf 27 maart 2015
Bandingfactor Bf 0,268 0,0394 0,753
kWh nodig voor 1 cert. 3731 25381 1328
GS cat.1: ≤ 10 kW 1 juli 2014 tem 26 maart 2015 Vanaf 27 maart 2015
Bandingfactor Bf 0 0,607
kWh nodig voor 1 cert. 0 1647
GS cat.1: ≤ 10 kW 1 jan. 2015 tem 30 juni 2015 vanaf 1 juli 2015
Bandingfactor Bf 0 0,363
kWh nodig voor 1 cert. 0 2755
• PV-installaties in dienst genomen in 2013:
• PV-installaties in dienst genomen tussen 1 januari 2014 en 1 juli 2014:
• PV-installaties in dienst genomen tussen 1 juli 2014 en 1 januari 2015:
• PV-installaties in dienst genomen na 1 januari 2015:
PeriodekWh opgewekt in deze periode
(schatting VREG)
Banding-factor
Bandingfactor vermenigvuldigd met kWh opgewekt in deze
periode
26/08/2013 - 16/02/2014 969 0,28 271
17/02/2014 - 31/07/2014 2.227 0 0
01/08/2014 - 13/03/2015 1.439 0,0847 122
Totaal 393
De groenestroomcertificaten worden als volgt berekend:
Fedelec magazine | 17
2014). De aangepaste bandingfactoren
en dus ook de gewijzigde steun uit groe-
nestroomcertificaten zullen één maand
na publicatie van de definitieve versie van
dit rapport van kracht worden, dus voor
zonnestroom die uit deze bestaande
installaties geproduceerd wordt vanaf de
datum van 27 maart 2015.
Voor bestaande PV-installaties ≤ 10 kW,
in dienst genomen in 2013 en 2014, zijn
de verschillen door het inrekenen van het
prosumententarief wel aanzienlijk. Zij krij-
gen voor geproduceerde energie vanaf
27 maart 2015 sneller groenestroomcer-
tificaten:
• Voor installaties in dienst genomen in
2013 is 1.222 kWh nodig voor één cer-
tificaat (van 93 EUR); voordien was dit
11.806 kWh
• Installaties van de eerste helft van 2014
hebben nu genoeg aan 1.328 kWh in
plaats van voorheen 25.381 kWh
• Voor de installaties uit de tweede helft
van 2014 worden nu ook groenestroom-
certificaten toegekend, en dat voor elke
1.647 kWh elektriciteitsproductie. Tot
nu toe ontvingen deze installaties geen
groenestroomcertificaten.
Als u in het verleden geen productie-
meter plaatste (bv. omdat u niet in aan-
merking kwam voor (voldoende) groe-
nestroomcertificaten) kan u dat nu nog
altijd doen. Er moet een nieuwe keuring
gebeuren en u ontvangt groenestroom-
certificaten vanaf de meterstand uit dat
nieuwe keuringsverslag.
Voor PV-installaties ≤ 10 kW in dienst
genomen vanaf 1 januari 2015 is het nieu-
we prosumententarief dat half december
2014 werd goedgekeurd, ingerekend.
Dat heeft tot gevolg dat er voor deze
installaties terug een (kleine) steun via
certificaten wordt toegekend. Vanaf 1
juli 2015 zal er voor deze installaties 2755
kWh opgewekte energie nodig zijn om 1
groenestroomcertificaat (van 93 EUR) te
verkrijgen.
Afschaffing van projectcategorie
van PV-installaties ≤ 10 kW voor
installaties geplaatst vanaf 1 juli
2015
De Vlaamse Regering heeft op vrijdag
13 februari 2015 de afschaffing van de
projectcategorie t.e.m. 10 kW principieel
goedgekeurd (Voorontwerp van besluit
van de Vlaamse Regering houdende
wijziging van het Energiebesluit van 19
november 2010, wat betreft de represen-
tatieve projectcategorieën voor groene
stroom en kwalitatieve warmte-kracht-
koppeling). Dit betekent dat er ondanks
de berekening die aangeeft dat er een
kleine steun nodig is, geen steun via cer-
tificaten meer zal gegeven wordt voor
PV-installaties ≤ 10 kW die geplaatst zul-
len worden vanaf 1 juli 2015.
Kris Van Dingenen
Standpunt Fedelec inzake de schrapping van de categorie kleine PV-installaties
(≤ 10 kW): zie rubriek “Fedelec in actie” bij “Sectorcomité PV”
Hoe uw energie-investeringen beter laten renderen? Z-energy helpt u op weg op het vlak van intelligent energiegebruik, duurzame energieproductie, hernieuwbare energiebronnen en groene mobiliteit.
Z-energy, iedere dinsdag op Kanaal Z vanaf 19.50 uur.Ook te bekijken op www.kanaalz.be
In samenwerking met
OB
6204
4
OB62044_ZENERGY.indd 1 03/03/15 16:37
PROOF PDF
fedelec dossier
18 | Fedelec magazine
Sinds 1 juli 2014 is de VREG (Vlaamse Regulator voor Elektriciteit en Gas) bevoegd voor het bepalen van de tarief-
methodologie en het nemen van tariefbeslissingen voor Vlaanderen. De VREG kiest voor inkomstenregulering
bij de distributienetbeheerders als methodologie, omdat het efficiënte bedrijfsvoering stimuleert. De VREG wil
tarieven die de kosten van de netbeheerders zo goed mogelijk reflecteren. Op 18 december 2014 heeft de VREG na con-
trole de tarieven voor 2015 goedgekeurd waaronder het nieuwe aanvullende capaciteitstarief voor prosumenten met
een terugdraaiende teller (Praktisch: voor PV-installaties ≤ 10 kWp)
Aanvullend capaciteitstarief vanaf 1 juli 2015 voor prosumenten met een terugdraaiende teller
Tariefbevoegdheid
Door de zesde staatshervorming zijn de
gewesten vanaf 1 juli 2014 bevoegd voor
distributienettarieven. In Vlaanderen is
dat de VREG via een bepaling in het ener-
giedecreet.
Wat houdt deze tariefbevoegdheid in?
• Bepalen tariefmethodologie
- op welke vergoeding hebben netbe-
heerders recht voor de door hen gele-
verde diensten?
- per netbeheerder wordt een toegelaten
inkomen bepaald op basis van de tarief-
methodologie
• Bepalen tariefstructuur
- aan welke klantengroepen (laagspan-
ning/middenspanning/ …) en tariefdra-
gers (kWh, vermogen,…) worden tarie-
ven aangerekend?
• Nemen tariefbeslissingen
- goedkeuren van tariefvoorstellen van de
netbeheerders door VREG (na controle)
Wat zijn distributienettarieven?
Er zijn éénmalige of niet-periodieke dien-
sten zoals een aansluiting voor nieuw-
bouw, werken aan een aansluiting,
studiekosten,… die de netbeheerder
rechtstreeks aan de afnemer factureert.
Deze worden nu geïndexeerd.
Daarnaast zijn er ook periodieke dien-
sten zoals het transport van energie van
producent naar consument. Dit zijn de
zogenaamde toegangstarieven die via
de factuur van de energieleverancier
worden aangerekend. Ze bevatten een
- vergoeding voor het gebruik van het
distributienet (de netbeheerder maakt
kosten om netten aan te leggen en te
onderhouden)
- vergoeding voor geleverde diensten
door de netbeheerder (meteropnames,
…).
U betaalt via deze nettarieven ook de
kosten van openbaredienstverplich-
tingen die zijn opgelegd aan de net-
beheerders zoals gratis elektriciteit,
opkoopverplichting certificaten tegen
minimumsteunprijs, premies voor ener-
giebesparing, …
Wat staat er op een energiefactuur?
Op een energiefactuur van een gezin
staan verschillende elementen:
• Energieprijs: kosten om elektriciteit
te produceren en aardgas in te voeren,
winstmarge, organisatie van een klanten-
dienst,.... Dit deel is voor de energieleve-
rancier.
• Nettarieven (toegangstarieven):
- Transmissie van elektriciteit
(opbrengst voor Elia)
- Vervoer van aardgas
(opbrengst voor Fluxys)
- Distributienettarieven
• Heffingen en btw: kosten die de over-
heid oplegt.
De distributienettarieven zijn een
opbrengst voor de distributienetbeheer-
ders (DNBs), maar worden via de factuur
van de energieleverancier aan de klant
aangerekend. De distributienettarieven
zijn een deel van de factuur. Voor elek-
triciteit maken ze 38% uit van de totale
factuur, voor aardgas 19% (voor een
gemiddeld gezin met een verbruik van
3.500 kWh elektriciteit en 23.260 kWh
aardgas).
Wie betaalt distributienettarieven?
De VREG vindt het fair dat alle afnemers,
ook de prosumenten (consumenten die
zelf energie produceren) met terugdraai-
ende teller, een solidaire en redelijke ver-
goeding betalen voor de diensten die de
distributienetbeheerder levert. Alle afne-
mers die aangesloten zijn op het distribu-
tienet voor elektriciteit moeten deze net-
tarieven dan ook betalen.
Fedelec magazine | 19
Aanvullend capaciteitstarief voor
prosumenten (= prosumententarief)
met een terugdraaiende teller
De Vlaamse energieregulator VREG
heeft op 18 december 2014 nieuwe dis-
tributienettarieven goedgekeurd. Daarbij
hoort ook het ‘prosumententarief’. Dat
is een aanvullend capaciteitstarief voor
‘prosumenten’:
• Het prosumententarief is van toepas-
sing voor alle netgebruikers (zowel gezin-
nen als bedrijven) die een productie-
installatie hebben met een vermogen
van maximaal 10 kiloVoltAmpère (kVA),
ongeacht wanneer de productie-instal-
latie in dienst genomen is. Ze moeten
bovendien aangesloten zijn op het laag-
spanningsnet en beschikken over een
terugdraaiende elektriciteitsmeter.
• Het gaat om een bedrag per kVA geïn-
stalleerd vermogen dat zoals de andere
distributienettarieven gewoon aangere-
kend wordt via de factuur van de elektri-
citeitsleverancier. Hoe groter het vermo-
gen, hoe meer u betaalt voor het gebruik
van het distributienet.
Opgelet: het bedrag van het aanvullend
capaciteitstarief verschilt van netgebied
tot netgebied.
• In 2015 wordt de helft van dit bedrag
in rekening gebracht (vanaf 1 juli 2015).
De VREG geeft de leveranciers op deze
manier de nodige tijd om de klantenbe-
heer- en facturatiesystemen aan te pas-
sen. Zo kunnen ze de processen voor de
nieuwe klantengroep grondig uitwerken
en testen.
De huidige tariefstructuur loopt tot eind
2016. De VREG plant een grondige her-
vorming van de tariefstructuur tegen
2017.
Rekenvoorbeeld (netgebied
Intergem, PV-installatie 2,9 kWp):
Om te weten hoeveel een gezin zal moe-
ten betalen, vermenigvuldigt u het ver-
mogen van de omvormer(s) (kWp) met
het bedrag van het netgebied van dat
gezin (in dit geval Intergem).
Rekenvoorbeeld netgebied Intergem
Aanvullend capaciteitsta-rief gezinnen
(incl. 6% BTW)
Maximum opgesteld vermogen
omvormer(s)
Bijkomend te betalen per jaar
EUR/kWp kWp EUR
72,37 2,9 209,87
Wat als u geen eigenaar bent van de
PV-installatie?
Diegene die elektriciteit verbruikt op
het adres waar PV-panelen liggen, de
netgebruiker, moet betalen. Het is dus
niet noodzakelijk de eigenaar van de
PV-panelen die het aanvullend capaci-
teitstarief (ook wel “prosumententarief”
genoemd) betaalt.
• Als u huurder bent van een woning
waarop zonnepanelen liggen, dan
betaalt u als huurder. U bent als huurder
de netgebruiker.
• Als u het dak van uw woning verhuurt
aan een bedrijf die er PV-panelen op
plaatste, dan betaalt u als verhuurder. U
bent als verhuurder de netgebruiker.
U kan uiteraard onderling met de eige-
naar van de zonnepanelen afspraken
maken over wie dit tarief betaalt. Dit
betreft een contractueel aspect waar de
VREG, de energieleverancier en de net-
beheerder niet tussenbeide komen.
Waar vindt u de
distributienettarieven 2015?
www.vreg.be/distr ibutienettar ieven
(gezinnen en kleine bedrijven)
www.vreg.be/distributienettarieven-
elektriciteit-en-aardgas-2015 (globale
overzichten met details)
Kris Van Dingenen
Distributienetbeheerder
Aanvullend capaciteitstarief laag-spanning (PV-installaties ≤ 10 kWp AC
voor gezinnen)
Voorbeeld PV-installatie van
4 kWp
EUR/kWp (excl. BTW)
BTW (tot eind 2015)
EUR/kWp (incl. BTW) EUR per jaar
Infrax
Inter-energa 80,00 6% 84,80 339,20
Infrax West 79,49 6% 84,26 337,04
Iveg 77,58 6% 82,23 328,94
PBE 78,21 6% 82,90 331,61
Eandis
Gaselwest 83,99 6% 89,03 356,12
Imea 62,90 6% 66,67 266,70
Imewo 70,31 6% 74,53 298,11
Intergem 68,27 6% 72,37 289,46
Iveka 66,90 6% 70,91 283,66
Iverlek 71,15 6% 75,42 301,68
Sibelgas 79,16 6% 83,91 335,64
Ores Ores (Voeren) 99,53 6% 105,50 422,01
Overzichtstabel Aanvullende capaciteitstarief* voor PV-installaties ≤ 10 kWp AC voor gezinnen (*tot eind 2015 betaalt een gezin 6% BTW, bedrijven betalen 21% BTW)
Standpunt Fedelec inzake het pro-
sumententarief:
zie rubriek “Fedelec in actie” bij
“Sectorcomité PV”
fedelec dossier
20 | Fedelec magazine
be
1730 ASSE
2000 ANTWERPEN
2235 HULSHOUT
2235 HULSHOUT
2560 NIJLEN
2600 ANTWERPEN
2600 ANTWERPEN
3270 SCHERPENHEUVEL-ZICHEM
3500 HASSELT
3530 HOUTHALEN-HELCHTEREN
3530 HOUTHALEN-HELCHTEREN
3530 HOUTHALEN-HELCHTEREN
3581 BERINGEN
3582 BERINGEN
3582 BERINGEN
3740 BILZEN
3920 LOMMEL
8200 BRUGGE
8400 OOSTENDE
8501 KORTRIJK
8530 HARELBEKE
8600 DIKSMUIDE
8620 NIEUWPOORT
8730 BEERNEM
B.V.B.A. Cassiman Steven
C.V.O.A. Acertif
B.V.B.A. Telcom Groene Energie
B.V.B.A. Goossens Electro
B.V.B.A. R.V.D.S.
De Hr Kowalczyk Zbigniew
De Hr Van Vyve Mikaël
B.V.B.A. Jaco
N.V. Limburgse Boringen
B.V.B.A. Centrale
Verwarming L. Jaspers
N.V. Plees Roger
B.V.B.A. G.S.F.
B.V.B.A. Ebr
B.V.B.A. City Shop.
B.V.B.A. Goxl
B.V.B.A. Connectivity Solutions
De Hr Alen Joris
De Hr De Witte Jelle
N.V. G. de Preter
De Hr Blomme Steven
N.V. Tele Signal Electronics
B.V.B.A. Installatiebedrijf Electro Verhelst
B.V.B.A. Vacre
B.V.B.A. Demoustiez
8750 WINGENE
8770 INGELMUNSTER
8790 WAREGEM
8820 TORHOUT
8860 LENDELEDE
8972 POPERINGE
9400 NINOVE
9420 ERPE-MERE
9850 NEVELE
9880 AALTER
9890 GAVERE
NEDERLANDSTALIGE
FRANSTALIGE
B.V.B.A. Elektro Buttenaere
B.V.B.A. Elektro Desschans
B.V.B.A. Project O
B.V.B.A. Het Energiehuis
B.V.B.A. Electro Geert Vandezande
N.V. Elektro Cappoen
N.V. Planet-Eco
De Hr Roevens Antoon
N.V. Deba
De Hr Van De Walle Rik
N.V. Vertronics
Nieuwe leden - 1e trimester 2015
S.C.R.L. Be-Cool
S.A. Honeywell
M. Roberti Julien
S.P.R.L. Maj-Elec
M. Decelle Rémy
M. Vaccaro Olivier
S.P.R.L. Fab Energy
S.P.R.L. Ardenne-Elec
M. Arnould Jérôme
M. Maziers Christophe
M. Desmarets Geoffrey
S.P.R.L. D&c Tec
M. Dubois Jérémy
1420 BRAINE-L'ALLEUD
1831 MACHELEN (BRAB.)
4347 FEXHE-LE-HAUT-CLOCHER
4400 FLÉMALLE
5580 HAVRENNE
6060 CHARLEROI
6181 COURCELLES
6800 LIBRAMONT-CHEVIGNY
6856 PALISEUL
6880 BERTRIX
7040 QUÉVY
7100 LA LOUVIÈRE
7540 TOURNAI
Openbare werkenTravaux public Klasse 4 - Classe 4€ 900.000,-
info: [email protected] / 02 720 99 90info: [email protected] / 02 720 99 90
Surf naar fedelec.gdwsecurity.be
Aan het puzzelenmet uw aanbod? Uw klant vraagt naar inbraak- en branddetectie, camera entoegangscontrole, maar ubent niet gecertifieerd?
Met GDW Security Certifiedzijn er geen gaten meer in uwaanbod.
Fedelec magazine | 21
VOLTA is dé koepelorganisatie waar 3 dienstverlenen-
de organisaties uit de elektrotechnische sector hun
krachten bundelen in één organisatiestructuur om zo
een optimale dienstverlening te kunnen aanbieden.
Vormelek: het centrum voor beroepsopleiding en vorming
Tecnolec: het technologisch kenniscentrum
FBZ: het Fonds voor bestaanszekerheid
De kern van onze gezamenlijke dienstverlening situeert zich op ver-
schillende vlakken.
Enerzijds richt deze zich op het verdiepen van de kennis en kunde van
de werknemers uit de sector en het versterken van de competitiviteit
van de bedrijven. Anderzijds staat Volta ook garant voor een correcte
en tijdige uitbetaling van de aanvullende vergoedingen
Een greep uit het VOLTA-aanbod: het aanbieden & ondersteunen van
opleiding, de organisatie van infoavonden, strategisch onderzoek,
technologische dienst- & adviesverlening, samenwerkingen met
onderwijs & opleidingscentra voor jongeren en volwassenen, uitbeta-
ling van aanvullende vergoeding, beheer van het sectoraal pensioen...
Door te werken vanuit één overkoepelende organisatiestructuur kan
VOLTA zijn middelen optimaal inzetten en vanuit een geïntegreerd
aanbod bijdragen aan een sterke elektrotechnische sector.
En net als in het verleden is VOLTA er in de eerste plaats voor u!
Onze regionale adviseurs komen graag naar uw bedrijf of uw werf. Ze
leggen alle gebundelde diensten van VOLTA tot in de puntjes aan u uit.
Bel ze gerust met vragen over opleidingen, premies, aanvullende ver-
goedingen, aanwervingen…
www.volta-org.be
VOLTA dé nieuwe centrale sectororganisatie!
Oost-VlaanderenVeerle Van Antenhovegsm 0494 82 39 [email protected]
Vlaams-Brabant & BrusselRuben Merlevedegsm 0477 78 08 [email protected]
Antwerpen (muv arrondissement Mechelen)
Wendy De Bruyngsm 0495 67 94 04
Arrondissement Mechelen & LimburgAnn Ophalvensgsm 0476 89 23 [email protected]
West-VlaanderenMartine De Groof
gsm 0476 89 19 [email protected]
fedelec dossier
22 | Fedelec magazine
De vonk tussen Volta en Marc?
volta-org.be
Volta is het nieuwe centrale aanspreekpunt van de elektrotechnische sector.Je kan er terecht met technische en andere vragen, bijvoorbeeld over regelgeving. Daarnaast gidst Volta je ook graag door het opleidingsaanbod, en zorgen we voor de uitbetaling van aanvullende vergoedingen, zoals bij ziekte of tijdelijke werkloosheid. Surf naar volta-org.be en ontdek hoe we jou kunnen helpen.
Volta_Advertentie_A4_DEF.indd 1 9/04/15 11:47
Tecnolec informeert
LIGHT OUTPUT RATIO
Stralingspatroon of
intensiteitspatroon
Bij het bepalen van het stralingspatroon
wordt de lichtbron, in dit geval het volle-
dige armatuur, beschouwd als een punt-
bron, een benadering die in de praktijk
kan gebruikt worden als de waarnemer
zich op een afstand van de lichtbron
bevindt die veel groter is dan de afmetin-
gen van de lichtbron zelf. Het stralings-
patroon stelt de stralingssterkte (watt per
steradiaal) of lichtsterkte (candela=lumen
per steradiaal) voor als functie van de uit-
straalhoek. Een stralingspatroon is een
driedimensionaal patroon en kan dus
niet zomaar op een eenvoudige manier
op een blad papier worden weergege-
ven. Traditioneel worden enkele twee-
dimensionele doorsneden volgens
bepaalde C-vlakken weergegeven, der-
gelijke doorsneden worden ook wel eens
lichtcurves genoemd (zie Figuur 1).
Light Output Ratio (LOR)
De Light Output Ratio (LOR) van een
armatuur is gedefinieerd als de verhou-
ding van de lichtstroom (lumen) die uit
het armatuur komt tot de lichtstroom
die door de lamp in het armatuur wordt
uitgestraald, de lichtstromen worden
gemeten bij een omgevingstemperatuur
van 25°C. De LOR wordt dikwijls uitge-
drukt in percent.
Figuur 1: Vier doorsneden volgens vier ver-schillende C-vlakken van het asymmetrische stralingspatroon van een armatuur. Het arma-
tuur is voorgesteld door een punt in het midden van de figuur. De concentrische cirkels rond dit punt komen overeen met een bepaalde licht-sterkte (candela). De hoeken van 0° tot 180° in zowel wijzerzin als tegenwijzerzin geven de
stralingsrichting aan.
Armaturen - optische karakteristieken
Een verlichtingstoestel of verlichtingsarmatuur heeft veel verschillende functies. Het vormt een behuizing voor
de lichtbron en eventuele elektrische of elektronische apparatuur nodig om de lichtbron normaal te laten func-
tioneren. Deze behuizing kan zuiver decoratief zijn of kan een hoge IP beschermingsklasse hebben (water-
dicht, stofdicht,…). Het armatuur bevat een optisch systeem dat het licht, uitgestuurd door de bron, gaat verspreiden
volgens een bepaald stralingspatroon of lichtcurve waarbij tegelijkertijd de eventuele lichthinder (verblinding, glare)
zoveel mogelijk binnen de perken wordt gehouden. Bovendien moet een armatuur een voldoende goede warmtehuis-
houding hebben zodat het verlichtingstoestel op een veilige en hopelijk energie-efficiënte manier kan functioneren.
Traditioneel beschouwt men het armatuur als het volledige verlichtingstoestel met alle elektrische, optische, thermi-
sche en decoratieve componenten zonder de eigenlijke lichtbron, omdat bij traditionele lichtbronnen de levensduur
van een armatuur veel groter is dan die van de lamp. Bij nieuwe lichtbronnen zoals de LED (Light Emitting Diode) is het
onderscheid tussen armatuur en lichtbronnen echter niet altijd even duidelijk te maken. In dit artikel komen een aantal
optische karakteristieken van armaturen aan bod.
© a
rchi
tblo
g.b
e - R
IBA
G
24 | Fedelec magazine
De LOR is dus een maat om aan te geven
hoe efficiënt een armatuur de door de
lamp geproduceerde lichtstroom naar
buiten brengt, hoe groter de LOR hoe
minder optische absorptie in het arma-
tuur. Hierbij dient opgemerkt te worden
dat de LOR niets zegt over het feit of deze
lichtstroom al dan niet terecht komt op
de plaats waar deze gewenst is, de LOR
bevat geen richtingsinformatie, daarvoor
moet men het stralingspatroon bekij-
ken. Soms wordt de LOR opgesplitst in
de ULOR (Upward Light Output Ratio)
en DLOR (Downward Light Output Ratio)
om toch met enkele getallen enigszins
een idee te geven hoe de lichtverdeling
er uitziet.
Luminous efficacy
De specifieke lichtstroom van een licht-
bron is de verhouding tussen de licht-
stroom die de bron produceert tot het
daarvoor door de lamp gebruikte elek-
trische vermogen P. Merk op dat het
elektrische vermogen verbruikt door bij-
voorbeeld elektronische voorschakelap-
paratuur niet is meegerekend in de spe-
cifieke lichtstroom van een lamp, tenzij
deze apparatuur volledig deel uitmaakt
van de lamp zelf (zoals bijvoorbeeld bij
een compact fluorescentielamp met E27
voet). De éénheid voor specifieke licht-
stroom is dus lumen per watt.
Specifieke lichtstroom
(luminous efficacy):
Door nu de specifieke lichtstroom van
de lamp te combineren met de efficiëntie
van de elektronica nodig om de lamp te
gebruiken, en te combineren met de LOR
van het armatuur bekomt men een getal
dat men de specifieke lichtstroom voor
de gehele armatuur zou kunnen noemen.
Om een energie-efficiënte armatuur te
hebben is dus een grote LOR nodig, maar
een grote LOR alléén garandeert niet dat
het armatuur als geheel efficiënt is.
Op de professionele verlichtingsmarkt
voor algemene verlichting (kantoren,
grote werkplaatsen, enz…) zijn er in
de hogere prijsklasse armaturen met
LOR>90% beschikbaar. In elk geval zijn
voor algemene verlichting in een pro-
fessionele omgeving armaturen met
LOR<75% eigenlijk niet meer aanvaard-
baar. Deze kunnen wel nog bij speciale
toepassingen waar bepaalde gewenste
effecten zwaarder kunnen doorwegen
dan efficiëntie (bvb. gebruik van kleur-
filters bij winkelverlichting). Op de par-
ticuliere markt speelt vooral het uitzicht
van een armatuur en de verkoopprijs een
grote rol alhoewel hier en daar het con-
cept van energie-efficiëntie begint door
te dringen.
Aangezien LOR de verhouding is tus-
sen de lichtstroom uit het armatuur en de
lichtstroom uit de lamp in het armatuur
verwacht men, wegens het optreden van
verliezen, een maximale LOR=100%. In
uitzonderlijke gevallen is een LOR>100%
echter mogelijk. De verklaring daar-
voor is te vinden bij de omstandigheden
waarbij lichtstromen gemeten worden,
namelijk bij een omgevingstemperatuur
van 25°C. De lichtstroom van de naakte
lichtbron wordt gemeten in een kamer
op 25°C, dan wordt de lamp in het arma-
tuur geplaatst en wordt de lichtstroom
van het volledige armatuur gemeten in
een kamer op dezelfde temperatuur. In
het armatuur in werking kan de tempe-
ratuur echter een stuk hoger zijn dan de
25°C kamertemperatuur, de lichtbron
bevindt zich dus bij de meting van de
armatuurlichtstroom in een omgeving
op een (veel) hogere temperatuur dan tij-
dens de meting van de lamplichtstroom.
Naargelang het type lichtbron kan de
hogere temperatuur de lamplichtstroom
vergroten, verkleinen of helemaal niet
beïnvloeden. Als de verhoogde tempera-
tuur in het armatuur de lamplichtstroom
voldoende groter maakt en het optisch
systeem van het armatuur voldoende
efficiënt is, kan dit uitzonderlijk resul-
teren in een LOR>100%. In Figuur 2 is
de lamplichtstroom voor een klassieke
T5-HO (High Output) lamp en een T5-HO
CONSTANT lamp voorgesteld relatief
ten opzichte van maximale lichtstroom.
Bij 25°C omgevingstemperatuur haalt
de T5-HO slechts 90% van de maximale
lichtstroom tegenover 100% rond 35°C.
Indien de temperatuur in een armatuur
met deze lamp oploopt tot ongeveer
35°C en deze armatuur een hoogwaar-
dig optisch systeem heeft kan dit leiden
tot een LOR>100%.
Hetzelfde armatuur, maar uitgerust
met de T5-HO CONSTANT, heeft een
LOR<100%. De CONSTANT lamp wordt
vooral gebruikt bij buitenverlichting. Nog
een opmerking ter info: soortgelijke lam-
pen kunnen zich totaal anders gedragen,
T8 lampen bijvoorbeeld vertonen net
het omgekeerde gedrag; de lichtstroom
daalt als de omgevingstemperatuur van
de lamp toeneemt van 25°C naar 35°C.
Figuur 2: Lichtstroom van een T5-HO lamp en een T5-HO CONSTANT lamp relatief ten opzichte van maximale lichtstroom. Merk op dat de klassieke T5-HO bij een omgevings-temperatuur van 25°C slechts 90% van de
maximale lichtstroom levert, de maximale licht-stroom wordt bereikt in het gebied 30-40°C
(bron: www.osram.com).
Armaturen - optische karakteristieken © a
rchi
tblo
g.b
e - R
IBA
G
Fedelec magazine | 25
Tecnolec informeert
LIGHT ENERGY RATIO (LER)
LED-armaturen
Moderne LED armaturen zijn dikwijls
gesloten systemen waarbij het niet
mogelijk is om onderdelen te vervan-
gen zonder het armatuur onherstelbaar
te beschadigen. Het is dus niet meer
mogelijk om even “de lamp te vervan-
gen”. Dit zou ook niet meer nodig moeten
zijn aangezien, mits een goed thermisch
ontwerp en gebruik van hoogwaardige
componenten, de LEDs een zeer lange
levensduur hebben. Dergelijke gesloten
LED armaturen zouden eigenlijk volledig
moeten geoptimaliseerd zijn om zo ener-
giezuinig mogelijk een lichtstroom van de
gewenste grootte volgens het gewenste
stralingspatroon te leveren. Er wordt dan
ook voorgesteld om, tenminste naar de
verlichtingswereld toe, deze armatu-
ren als een lichtbron te beschouwen en
niet meer als een verlichtingstoestel met
aparte elektrische, optische en ther-
mische componenten. In die visie heeft
het geen zin om LOR, specifieke licht-
stroom en efficiëntie van het elektronisch
systeem elk apart te beschouwen. Voor
dergelijke verlichtingstoestellen wordt de
Light Energy Ratio (LER) gedefinieerd: de
verhouding tussen de totale lichtstroom
uit het toestel tot het totale elektrische
vermogen dat het toestel verbruikt.
Armaturen met een klassieke
lichtbron
Het begrip LER wordt niet gebruikt bij
klassieke armaturen, maar komt over-
een met wat hogerop de “luminous effi-
cacy of the luminaire” werd genoemd.
Aangezien dergelijke armaturen geen
gesloten systemen zijn kan deze “effi-
cacy” door anderen dan de fabrikant wel
beïnvloed worden door bijvoorbeeld een
andere lamp te kiezen of door iets aan het
optisch systeem te veranderen.
REFERENTIES
• Joseph B. Murdoch, Illuminating Engineering – From Edison’s Lamp to the LED, second edition,
2003, Visions Communications
• William B. Elmer, The Optical Design of Reflectors, second edition, 1980, John Wiley & Sons, Inc
• William J. Cassarly, Design of Efficient Illumination Systems, Short Course on CD-ROM, SPIE
Education Services, 2005
• J.H. Bogaert, Van straling tot verlichting, 2000, Coaster Publications bvba, Oostende
• Filip Vandeghinste, Guy Durinck, Stefaan Forment, Geert Deconinck and Peter Hanselaer, A
Narrow Beam Reflector for a Two-Dimensional Array of Power Light Emitting Diodes, LEUKOS, vol
4, no 4, April 2008, pp 243 – 254
• ASTM E1392-96, Standard Practice for Angle resolved Optical Scatter measurements on
Specular or Diffuse Surfaces
• F. B. Leloup, S. Forment, P. Dutré, M. R. Pointer, P. Hanselaer, Design of an instrument for mea-
suring the spectral bidirectional scatter distribution function, Applied Optics, Vol. 37, No. 31, 2008
• M.A. Myer, M.L. Paget, R.D. Lingard, CALiPER Benchmark Report, Performance of T12 and T8
Fluorescent Lamps and Troffers and LED Linear Replacement Lamps, 2009 (US Department of
Energy, http://www1.eere.energy.gov/buildings/ssl/benchmark.html)
• W. Ryckaert, I. Roelandts, G. Durinck, S. Forment, J. Audenaert, P. Hanselaer, M. Van Gils (2012).
Performance of led linear replacement lamps. Light & Engineering, 20 (1), 129-139
• Commission Internationale de l’Eclairage (CIE) 117-1995, Discomfort glare in interior lighting
• EN 12464-1, Light and lighting – Lighting of work places – Part 1: Indoor work places (2009)
• Commission Internationale de l’Eclairage (CIE) 2002, TC 3-01 Report, Glare from small, large and
complex sources, Vienna
• W. Ryckaert, K. Putteman, D. Van Kerckhoven, Wat betekent Power Factor?, rapport in het kader
van project ‘Groen Licht Vlaanderen: energiebesparing met beter licht’ – IWT 070488
• EN 50160, “Voltage characteristics of electricity supplied by public distribution systems”, novem-
ber 1999
(Door Guy Durinck, Laboratorium voor Lichttechnologie,
KU Leuven Campus Gent - KAHO Sint-Lieven)
© E
tap
Ligh
ting
26 | Fedelec magazine
Core business van Sortimo is de B-2-B
verkoop van bedrijfswageninrichting. Op
wereldschaal zijn bedrijven als Bosch
Blauw, Stihl.. partners van de fabrikant
uit de regio Augsburg. Hun materialen
zijn compatibel met deze van Sortimo.
Een sterke groei van de activiteiten in
ons land noopte het Belux-filiaal, geves-
tigd in Vilvoorde, tot het openen van
nieuwe vestigingen. Zo ging in 2008
Sortimo West van start in Sint-Eloois-
Vijve, in 2012 volgde Sortimo-Oost in
Tessenderlo. In Wallonië en Luxemburg
zijn er montagestations waar er wordt
samengewerkt met partners. Nutsbedrijf
Infrax is de grootste afnemer van
Sortimo-oplossingen in ons land.
De ene installateur is de andere niet
Na een order, geplaatst door een klant,
worden alle componenten in Duitsland
besteld. Een drietal weken later wordt
het totaalpakket in één van de Sortimo-
filialen of bij de klant geleverd. Reeds
gemonteerd of vlak, om hier verder afge-
werkt te worden. Alles op maat gemaakt,
om de 17 mm is er een mogelijkheid tot
aanpassing van de hoogte. Er is 3 jaar
garantie op materialen en 2 jaar op mon-
tage. “Onder onze klanten zijn er heel wat
installateurs. Elektro-installateurs heb-
ben meestal voldoende aan een relatief
lichte bedrijfswageninrichting gezien de
aard van de materialen en gereedschap-
pen aan boord. Installateurs HVAC/sani-
tair hebben vaak meer, en zwaardere,
componenten bij, en opteren voor een
iets zwaardere bedrijfswageninrich-
ting. Maar hun aantallen zijn ongeveer
identiek. Onze eigen bestelwagens zijn
rijdende showrooms, waarin onze ver-
tegenwoordigers een offerte op maat
van de klant uittekenen”, aldus Nick Van
Dessel, marketing coördinator Sortimo
Belux.
Ook leasen kan
Op deze sterk concurrentiële markt
onderscheidt Sortimo zich op meer-
dere vlakken”, aldus Van Dessel. “Er is
de snelle reactiviteit van onze vertegen-
woordigers en onze sterk uitgebouwde
service-activiteit. Ook kwaliteit blijft een
voorname factor. Sortimo werkt altijd
modulair, met één steun middenin, waar-
rond alle componenten worden inge-
bouwd. Dit impliceert een aanzienlijke
gewichtsbesparing. Veiligheid is cruciaal:
al onze producten hebben een crash-test
ondergaan. De wet legt weliswaar op dat
alles in het voertuig moet worden vast-
gemaakt, maar preciseert dit niet. Net
als ladingbeveiliging een thema waar-
over de wet nog geen duidelijkheid ver-
schaft. Samen met beroepsfederaties
organiseren we regelmatig info-avonden
waar deze items aan bod komen. Dat een
bedrijfswageninrichting, samen met het
voertuig, ook kan worden geleasd, is nog
te weinig bekend.”
(Door Philip Declercq)
www.sortimo.be
De Duitse fabrikant, bekend van de blauwe koffer met de uitneembare
kunststof inzetbakjes, biedt inmiddels een uitgebreid productassor-
timent voor bedrijfswageninrichting aan. Sortimo is een wereldspe-
ler inzake branchegerichte inrichtingsoplossingen voor bedrijfswagens, o.m.
voor installateurs elektrotechniek, en sanitair/HVAC. Naar aanleiding van het
40-jarig bestaan werd de Sortimo HD, naar de initialen van oprichter Herbert
Dissinger, en tevens ‘Heavy Duty’, gelanceerd.
projecten
Met Sortimo HD op
Climatechno 14 & 15 OKT 2015
Sortimo stelt op Climatechno
drie nieuwe productlijnen voor.
Eyecatcher is de Sortimo HD, ver-
vaardigd uit brandbestendige, ster-
ke en lichte composietmaterialen,
met legborden die tot 120 kg kun-
nen torsen. Met deze oplossing mikt
men op de zware industrie en de
mobiele werkplaatsen. De WorkMo
is een mobiel werkstation waarmee
de vakman op de werf aan de slag
kan, stapelbaar en voorzien van
een module met o.m. schuifladen.
De Simpleco is een eenvoudige
bedrijfswageninrichting voor kleine
en middelgrote bestelwagens.
Intelligente bedrijfswageninrichting © S
ortim
o
©P
DC
Fedelec magazine | 27
PROJECTen
Het ziekenhuizenlandschap in Doornik is aan een complete
remake toe. Op de hoofdsite ‘Union’ van het Centre Hospitalier de
Wallonie Picarde staat de firma TEI uit de groep TECHNORD uit de
Henegouwse stad in voor de elektriciteitswerken van de uitbreidingsfase en
- in het kader van de TV met de partner-bedrijven Balteau en Nizet - voor de
installatie van diverse systemen.
Met straks drie ziekenhuissites en zijn
polikliniek is het Centre Hospitalier de
Wallonie Picarde één van de belang-
rijkste zorgentiteiten van Wallonië. Het
ziekenhuiscomplex telt om en bij de
2.500 medewerkers, waaronder 300
artsen, er zijn 24.500 dagopnames op
jaarbasis. Enkele jaren geleden werd
een Masterplan uitgewerkt om de wer-
king van de 4 sites - Union, DORCAS,
Notre-Dame en IMC - te rationaliseren,
te optimaliseren en terug te brengen tot
3 sites. Sinds 2009 zijn er - onder meer
- volop renovatie- en uitbreidingswerk-
zaamheden aan de gang op de - groot-
ste - site Union. De voornaamste fase
van deze werf zou eind 2015 beëindigd
worden. Dan moet de meer dan 42.000
m² nieuwbouw - het equivalent van onge-
veer 246 woningen met een oppervlakte
van 200 m² - beëindigd zijn, en de meer
dan 6.500 m² gerenoveerde oppervlakte
operationeel. In dit gedeelte zullen onder
meer de Pôle Mère-Enfant, een belang-
rijke medisch-technisch blok, en enkele
zorgeenheden worden ondergebracht.
Tegelijkertijd werden de activiteiten op
de sites Notre-Dame en IMC verderge-
zet, en werden de activiteiten op de site
Dorcas - die op termijn verdwijnt - gelei-
delijk overgebracht naar de drie resteren-
de sites. Daarnaast blijft ook het ‘Centre
de Consulation’ in Péruwelz voortbe-
staan, om in de kwalitatieve lokale zorg
te voorzien.
CHwapi
Zoals op heel wat andere plaatsen wil ook
de Doornikse gemeenschap meer syner-
gie in haar ziekenhuisactiviteiten realise-
ren. In de filosofie van een verbeterde
dienstverlening ten voordele van de pati-
ent hebben de Doornikse ziekenhuizen
de krachten gebundeld, wat leidde tot
het ontstaan van het Centre Hospitalier
de Wallonie Picarde - CHwapi. Bedoeling
is dat op lange termijn alle ziekenhuisac-
tiviteiten in Doornik worden samenge-
bracht op de sites Union en Notre-Dame.
Vermits de nieuwbouw op de site Union
- omwille van stedenbouwkundige rede-
nen - niet meer dan zes bouwlagen mag
omvatten, kunnen niet alle activiteiten er
worden geconcentreerd. Daarom zal ook
de site Notre-Dame worden gerenoveerd
en opnieuw ingericht. Op de site Union
worden de activiteiten - gedurende de
volledige uitvoering van het project - ver-
dergezet. Omwille van die reden kunnen
zowel de nieuwbouw als de herinrichting
van de bestaande gebouwen slechts in
opeenvolgende fasen worden gereali-
seerd. Zo wordt de eerste fase - die het
voornaamste gedeelte van de werk-
zaamheden uitmaakt - gevolgd door
aanvullende fasen, waarvan de uitvoe-
ring afhankelijk is van de door de bevoeg-
de overheid ter beschikking gestelde
subsidiëring. In de toekomst zal het
CHwapi over een groot aantal erkende
bedden beschikken.
Energievriendelijk, lokale toets
waar het kan
Voor de ruwbouw werkzaamheden werd
in eerste instantie gebruik gemaakt van
lokale producten, zoals de Barry gevel-
stenen, blauwsteen van Soignies….
Met het oog op energievriendelijk-
heid werd er uiteraard grondig geïso-
leerd. Groendaken, zichtbaar vanuit
de kamers, zorgen niet enkel voor een
esthetische toets, maar zullen ook het
regenwater kanaliseren bij overvloedige
regenval. Een WKK-systeem zal het zie-
kenhuis van stroom voorzien. De warmte
De nieuwbouw mag - omwille van steden-bouwkundige redenen - niet meer dan zes bouwlagen omvatten
Lokale expertise voor grootschalige ziekenhuisfusie
28 | Fedelec magazine
die dit systeem zal afgeven, zal gebruikt
worden om de gebouwen en het water
te verwarmen. Twee buffervaten zullen
60.000 liter regenwater kunnen opvan-
gen. De kamers worden gekoeld door
een systeem van koelplafonds, een sys-
teem dat energievriendelijker, estheti-
scher en comfortabeler is voor de pati-
enten dan airconditioning/klimatisatie.
De omgeving van de Union-site zal van
gevarieerde groene ruimtes voorzien
worden.
Familie Foucard
In de aanbestedingsprocedure voor
het project ‘Union’ werd het lot 6
‘Electriciteitswerken’ binnengehaald
door TEI - in een tijdelijke vereniging met
de installatiebedrijven Balteau en Nizet.
TEI - Technique Electrique Industriel -
was een kleine familiale onderneming in
het Doornikse, opgericht in 1945. In de
jaren 80 werd het bedrijf door Michel
Foucard - toenmalig technisch direc-
teur van dit bedrijf met een 25-tal werk-
nemers - overgenomen. Foucard kocht
niet alleen de aandelen van de bestuur-
ders over, maar investeerde en breidde
de activiteiten verder uit door het oprich-
ten van aanverwante ondernemingen.
Naast TEI dat zich toespitste op indus-
triële elektriciteit - van hoogspanning tot
en met bordenbouw en verlichting - dit
zowel residentieel als projectenmarkt -,
richtte hij tevens Technord Automation
op, een bedrijf actief in de industriële
informatica - en La Technique, een groot-
handelszaak voor elektrisch materi-
eel waar zowel de particulier, de instal-
lateur als overheden terecht kunnen.
Al deze bedrijven werden geclusterd
onder de naam Technord. Op heden
heeft Technord - nog steeds een familiale
onderneming waarvan Philippe Foucard
sinds 4 jaar aan het hoofd staat - ook fili-
alen in Luik, Rijsel, Lyon en Genève. De
groep telt zo’n 360 vaste medewerkers,
waarvan 250 actief bij TEI in Doornik.
Tot de doelgroepen behoren vooral
bedrijven uit industriële sectoren zoals
cementindustrie, farma, chemie, voe-
ding, openbare infrastructuur…, maar
ook de zorgsector.
Stad en streek
Het Masterplan voor het Centre
Hospitalier Wallonie Picarde is van de
hand van het ontwerp- en architecten-
bureau Emile Verhaegen uit Brussel,
ook het studiebureau Marck & Roba
Engineering is in de hoofdstad gevestigd.
Door de sterke band van TECHNORD
en de familie Foucard met de stad en
de streek - en een sterke offerte in de
aanbestedingsprocedure - kon groep
TECHNORD lot 6 (‘elektriciteitswer-
ken’) binnenhalen. De werkzaamheden
betreffen zowel hoogspanning, bor-
denbouw, verlichting etc, goed voor
een totaalbedrag van 12 miljoen euro.
Jean-Marie Bontems, regionaal com-
mercieel directeur van TECHNORD: “Het
betreft een grootschalig project waarbij
- naast het grote nieuwbouwcomplex
op de site Union - dat meer dan 42.000
m² bedraagt - ook op de andere locaties
kleinere deelprojecten worden gereali-
Op de site Union werden 7 laagspanningsborden met groot vermogen - variërend tussen 2700 A en 5000 A - geïnstalleerd
Sinds 2009 zijn er renovatie- en uitbreidingswerkzaamheden aan de gang op de site Union. De voornaamste fase van deze werf zou eind 2015 beëindigd worden.
Lokale expertise voor grootschalige ziekenhuisfusie
Fedelec magazine | 29
seerd. Zo wordt onder meer de inkomhal
van het Notre Dame ziekenhuis gereno-
veerd. Alleen al van uit logistiek oogpunt
is dit een project dat zeer doordacht
moet worden gepland en uitgevoerd. Het
totale kostenplaatje overtreft het bedrag
van 1 miljard euro.”
Vermogen 4000 ampère
Xavier Bertrand, verantwoordelijke van
het atelier bekabeling bij TEI: « Op de site
Union werden 7 laagspanningshoofd-
borden met groot vermogen - variërend
tussen 2700 A en 5000 A - geïnstalleerd.
Hier gingen om en bij de 200 uren stu-
diewerk door ons studiebureau - en zo’n
2.500 arbeidsuren in ons eigen atelier
bekabeling - aan vooraf. Ook de instal-
latie op de werf zelf werd door onze
medewerkers uitgevoerd. Gemiddeld
waren we met zes à zeven arbeiders aan
de slag. Er werd om en bij de 10 kilome-
ter aan kabels gelegd. De kabelgoten
TECHNORD & FEDELEC
Groep Technord is een bedrijven-
cluster van de Doornikse familie
Foucard, opgericht in 1988. De
groep telt zo’n 360 vaste mede-
werkers, waarvan 250 actief bij
TEI in Doornik. Het dochterbe-
drijf TEI is Fedelec-lid sinds 1963.
Namens Technord zetelt Jean-
Marie Bontems sinds 2000 in de
Raad van Bestuur van de Fedelec-
afdeling Henegouwen, en in deze
van de Conféderation Construction
Wallonne (CCW). Momenteel is Mr.
Bontems vice-voorzitter van de
Fedelec-afdeling Henegouwen.
TECHNORD is eveneens lid van de
Installateurs Electriques de Belgique
(IEB) die de 40 grootste installatie-
bedrijven in ons land overkoepelt.
en kabelladders in dit project zijn van
Vergokan-makelij. Ook de bordenbouw
gebeurde in eigen beheer. Op die manier
behouden we een maximum aan flexibi-
liteit en reactiviteit om op onverwachte
zaken te kunnen inspelen. Er werd een
oplossing uitgewerkt, waarbij er drie
transfo’s tegelijkertijd kunnen opereren.
Er is ook een hulpbord - dat een nood-
stroomgroep kan opstarten - indien er
problemen zijn met één van de borden.
Ook werd er een automatische failover
van de hoofdbron naar de noodbron tot
stand gebracht. Idem voor alle circuits
die cruciaal zijn binnen het ziekenhuis:
OK’s, spoed… In geval van stroomuit-
val wordt de noodstroomgroep opge-
start en worden de borden op die manier
opnieuw gevoed.” Verlichting, brand-
detectie, toegangscontrole, etc werden
geïnstalleerd in samenwerking met de tij-
delijke vereniging (Balteau en Nizet). Voor
de binnen- en buitenverlichting werd in
hoofdzaak geopteerd voor conventione-
le verlichting. Het gaat over om en bij de
7.000 verlichtingsarmaturen in zijn totali-
teit. Inzake branddetectie werd gekozen
voor een VLV-systeem met drie centra-
les (Bat 100, Bat 200 en Zone Parking),
goed voor om en bij de 2.000 bewakings-
punten. Het toegangscontrolesysteem
- van het merk Salto - werd grotendeels
beperkt tot de gelijkvloerse bouwlaag.
Bottle neck
Bij de uitvoering van de elektriciteits-
werkzaamheden op de werf kwamen
een aantal problemen, eigen aan een
ziekenhuisbouwproject, de kop opste-
ken. “Een klassiek probleem is het tijdig
verkrijgen van correcte informatie over
het hoe en waar technische oplossingen
bij voorkeur worden geïnstalleerd. Deze
gegevens komen via het studie- of archi-
tectenbureau dat voor deze informatie
aangewezen is op de geneesheren-spe-
cialisten. Specialisten moeten beslissen
waar in de operatiezalen bij voorkeur
in elektrische voeding wordt voorzien.
Het duurt vaak zeer lang vooraleer we
de definitieve informatie hieromtrent
beschikbaar hebben. Anderzijds kan -
mede door de grootschaligheid van deze
werf - ook de coördinatie en de opvolging
tussen de verschillende aannemers voor
kwaliteits- en afwerkingsproblemen zor-
gen”, aldus Jean-Marie Bontems.
(Door Philip Declercq - Foto's: PDC)
www.technord.com
PROJECTen
Jean-Marie Bontems, Regionaal commercieel directeur van TECHNORD, en Xavier Bertrand, verantwoordelijk atelier bekabeling bij TEI
“Door de historisch sterke band tussen de stad Doornik en de familie Foucard is dit een uniek project” - Jean-Marie Bontems
30 | Fedelec magazine
Overspanning beveilings modulen
Lastschakelaars zonder
zekeringen
Zekering lastschakelaars
PV genormaliseerde
schakelaars
Zekering houders
8681 MERSEN AP tableautier A4 FR.indd 1 24/04/15 11:07
Kleinste footprints van een wereld merkVoor assemblage aan DIN rail voor stroom bus bar systemen
Optimaal ontworpen voor elektrische distributie en besturingspanelen
ep.mersen.com
projecten
Als powermanagementbedrijf biedt Eaton energie-efficiënte oplos-
singen aan bedrijven die o.m. hun elektrische energie rendabel wil-
len beheren. Een gesprek met Kris Beyen, de Belg die de Eaton-
verkoopsteams in gans Europa leidt: over de recente acquisitie van Cooper
Industries, de marktontwikkelingen, de geïntegreerde Benelux-organisatie,
en Eaton productinnovaties.
“De uitdagingen van de elektro-installateur zijn ook de onze”
Vandaag biedt Eaton energie-efficiënte
“power management” oplossingen op
wereldschaal aan. Opgericht in 1911
door J.O. Eaton, telt de beursgeno-
teerde onderneming, geleid door CEO
Alexander M. Cutler, ongeveer 102.000
werknemers. Het bedrijf ontwikkelt,
fabriceert en verkoopt elektrische syste-
men, maar ook hydraulische en pneuma-
tische producten die prestaties koppelen
aan brandstofzuinigheid en veiligheid. In
de elektriciteitssector is Eaton één van de
wereldspelers op de markt van automa-
tisering. Verder voorziet Eaton in klant-
gerichte oplossingen voor datacenters,
industriële ondernemingen, nutsbedrij-
ven, bouwbedrijven, IT-bedrijven en
machinebouwers.
Sterke groei door overnames
Gedurende het voorbije decennium is
Eaton sterk gegroeid door een aantal
overnames. In december 2007 werden
de activiteiten van de Brusselse firma
Schréder-Hazemeyer overgenomen. In
2008 volgde de overname van het bedrijf
PK Electronics, dat in ons land de acti-
viteiten van Eaton Powerware vertegen-
woordigde, en de grote Duitse Moeller
groep. Eind 2012 werd de overname van
Cooper Industries afgerond. De volledige
integratie nam een drietal jaren in beslag.
In 2014 werden de verkoopsorganisa-
ties in gans Europa samengesmolten.
Met de overname van Cooper Industries
verstevigt Eaton zijn positie als powerma-
nagementbedrijf en biedt het één van de
breedste product- en dienstenportfolio’s
op de elektrotechnische markt aan.
Marktsegment georiënteerd
Vanaf nu worden alle verkoopactiviteiten
van de voornoemde firma’s in ons land
gecombineerd vanuit de Eaton Industries
Belgium-vestiging in Groot-Bijgaarden.
Kris Beyen is VP Sales EMEA, Electrical
Sector, en leidt in die hoedanigheid de
Eaton-verkoopsteams in Europa, het
Midden-Oosten en Afrika. Hij verduide-
lijkt de geïntegreerde Benelux organisa-
tie: “De Benelux-organisatie heeft zowel
verkoopskantoren in België, Nederland
als Luxemburg, en is georganiseerd
in segmenten met elk een eigen aan-
spreekpunt. Voor de residentiële en KMO
markten hanteert Eaton een channel
strategie via de elektrotechnische groot-
handel. Voor dit segment is Eric Nelis
Sales manager, voor de hoofdkanto-
ren van deze groothandels is dit Manuel
Dutrieux. Chris Janse leidt een team
actief in de industriële markt, Ron Golhof
doet hetzelfde in de tertiaire markt.
Onder leiding van Mattieu Terlouw focust
“Door onze producten en diensten om te zetten in energie-efficiënte en duurzame oplossingen
kan de elektro-installateur zich onderschei-den”, aldus Kris Beyen, VP Sales van Eaton
Electrical Sector.
“We streven ernaar zoveel mogelijk kennis te delen zodat installaties veilig gebouwd worden”
NexiTech LED-armatuur: voorzien van high power leds aan de onderkant
32 | Fedelec magazine
“De uitdagingen van de elektro-installateur zijn ook de onze”
Eaton op de Power Quality markt, waar-
voor het o.a. UPS-en, Racks, ePDU’s en
converged infrastructuur levert aan het
IT-segment, Datacenters en ziekenhui-
zen. Ons Field Service team wordt geleid
door Bart Van der Goten”, aldus Kris
Beyen.
Adviseur die meedenkt
Eaton richt zich tot groothandels, bor-
denbouwers, installateurs… Hoe kan de
relatie tot de elektro-installateur worden
omschreven? Kris Beyen: “Als adviseur
van de elektro-installateur kijkt Eaton ver-
der dan louter commercieel. Wij denken
mee met de uitdagingen en processen
waarmee de elektro-installateur gecon-
fronteerd wordt. Door onze producten
en diensten om te zetten in efficiënte en
duurzame oplossingen waarmee hij zich
kan onderscheiden, onderscheidt ook
Eaton zich van zijn concurrenten. Onze
rol is niet die van een component leve-
rancier. Onze sales mensen denken in
termen van efficiency en duurzaamheid,
kostenbeheersing en verhoging van het
rendement voor de klant. Uit de feedback
die wij krijgen, blijkt dat Eaton, ondanks
zijn schaalgrootte, toegankelijk blijft. De
persoonlijke relatie met de klant is en blijft
belangrijk.”
Bedrijfszekerheid
De visie op service van Eaton is geba-
seerd op twee peilers: bedrijfszekerheid
en veiligheid. Bedrijfszekerheid wordt
gegarandeerd door diverse service-
activiteiten. Het ‘field service operations’
team doet o.m. site assessments (bv.
analyse van de elektrische installaties
voor het bepalen van het vermogen van
een te plaatsen UPS), en staat in voor het
commissioneren van UPS-en en nood-
verlichtingsapparatuur. Maar ook ad-
hoc services op UPS, noodverlichting,
reparaties, servicecontracten met SLA’s,
en telebewaking behoren tot hun taken-
pakket. Voor zakelijke klanten met een
servicecontract is er de storingsdienst,
24 uur per dag, 365 dagen op 365: voor
UPS, noodverlichting, industriële com-
ponenten, laag- en middenspannings-
systemen.
Veiligheid: kwestie van opleiding
Veiligheid gaat met name over de kwali-
teit van de producten. Kris Beyen over de
Eaton-visie hieromtrent: “Wij willen onze
klanten nooit risico’s laten lopen en doen
er alles aan om veilige producten te leve-
ren. Enkel op die manier kunnen er vei-
lige installaties gebouwd worden, en kan
er veilig onderhoud uitgevoerd worden.
Voor laag- en middenspanningsinstal-
laties levert Eaton, naast systemen, ook
services zoals “Arc Flash” analyse. We
streven ernaar zoveel mogelijk kennis te
delen zodat installaties veilig gebouwd
worden. In 2014 waren er “Lunch &
Learn” sessies op de locatie van de klant.
Uit een door ons samengesteld ‘menu’
kon de klant kiezen welke kennis hij graag
wou aangescherpt zien. In 2015 zullen
we op Benelux niveau enkele semina-
ries organiseren. We streven naar een
actueel programma en bieden klanten
ook maatwerk. Gezien onze grootscha-
lige organisatie, heeft Eaton hiervoor
specialisten in verschillende domeinen
in huis. Daarnaast zijn er praktische trai-
ningen om klanten te helpen bij het pro-
grammeren, installeren en monteren van
onze producten en diensten.” Voor dit
jaar plant Eaton Benelux o.m. deelnames
aan events zoals Cebeo Technologie,
Ingram in the Loop, Techdata Meet IT,
Kannegieter Kennismarkt, 2BY2 en ADI
expo.
Productinnovaties
Eaton blijft in de diverse marktsegmenten
uitpakken met nieuwe productontwik-
kelingen. Met het xEffect-programma is
er een innovatieve serie installatieauto-
maten (FAZ), differentieelschakelaars en
-automaten. Vanaf januari 2017 moeten
ook kleinere elektromotoren vanaf 0,75
kW voldoen aan IE3- of IE2-niveau in
combinatie met een frequentieomvormer.
Hiervoor ontwikkelde Eaton een nieuwe
“DE1” variabele speed starter, door zijn
formaat en aansluitingen inpasbaar op de
plaats van een motorstartercombinatie.
Eyecatcher is ook NexiTech, een moder-
ne LED-armatuur met een verscheiden-
heid aan toepassingsmogelijkheden.
Deze laatste geven de nooduitgang aan,
en zorgen voor een goede verlichting van
de vluchtweg, eventueel voorzien van
high power leds aan de onderkant. De
BP-O opbouw wandverdelers zijn onder-
deel van een kastenprogramma van
xEnergy Basic verdelers, beschikbaar
als opbouw- en inbouw wandverdelers
en als staande verdeler. Doordat er vol-
doende thermische ruimte beschikbaar
is voor elektrische componenten,wordt
er voldaan aan de EN-IEC 61439.
(Door Philip Declercq - Foto's: eaton)
www.eaton.be
DE1 variabele speed starter met
Smartwire
Fedelec magazine | 33
PROJECTen
De zusters Dominicanessen zijn reeds
sinds 1860 in de Brugse binnenstad
actief. In 1994 werd er beslist een nieuw
klooster te bouwen om alle nog leven-
de zusters van de Orde, in kloosters
op andere locaties verblijvend, samen
te brengen. Gezien het slinkend aan-
tal leden van de Congregatie waren de
zusters vooruitziend en voorzagen in
een plan B. Bij hun verbouwproject mid-
den jaren ‘90 werden, in overleg met de
Brugse ir.arch. Gino Debruyne, reeds
bepaalde voorzieningen getrof fen:
branddeuren, toilet op elke kamer, vol-
doende brede gangen… Dit opende per-
spectieven naar een andere bestemming
in de toekomst. Einde jaren 2000 was er
nog een 24-tal zusters Dominicanessen
in leven en bleek her gebouw veel te ruim
geworden. In 2008 werd er een overeen-
komst afgesloten tussen de klooster-
gemeenschap en het ziekenfonds CM
Brugge. Het ziekenfonds engageerde
zich om de site uit te baten als woon-
zorgcentrum, waarbij de zusters konden
gehuisvest blijven als bewoners.
Naar een nieuwe bestemming
Om de zaken in goede banen te leiden
werd in februari 2011 Rik Coture, voor-
heen 25 jaar directeur van een ander
WZC in de regio, aangeworven. Hij werd
aangezocht om WZC Engelendale te lei-
den en verder uit te bouwen. Er werden
allerlei praktische zaken aangekocht en
kleinschalige werkzaamheden - nieuwe
leuningen aan de trappen, een nieuw
oproepsysteem… - uitgevoerd. Op 1
juni 2011 opende ‘WZC Engelendale’ zijn
deuren. Al snel bleek dat de bestaande
capaciteit - 40 erkende bedden - onvol-
doende was. De grote tuin van het WZC
bood mogelijkheden. Tevens werden
- stapsgewijze - enkele aanpalende
percelen en woningen aangekocht om
een uitbreiding te kunnen realiseren. In
het nieuwe concept werden de (gebou-
wen van de) kloostergemeenschap en
het uitbreidingsproject in elkaar geïn-
tegreerd. In 2012 werd gestart met de
uitbreidingsnieuwbouw en de aanpas-
singswerken in het bestaande gedeelte.
Hoofdaannemer ruwbouw was de firma
Artes, studiebureau technieken was
SDK (De Klerck Engineering). Begin sep-
tember 2014 was het uitgebreide WZC
operationeel. Een niet onbelangrijke
openingsdatum gezien de wijzigingen
in de wetgeving na het overhevelen van
het departement ouderenzorg naar het
Vlaamse beleidsniveau op 1 juli 2014.
Vier leefgroepen
In zijn ontwerp van het nieuwbouwge-
deelte - gelijkvloers en twee verdiepingen
- had ir.arch. Gino Debruyne zowel oog
voor het functionele als het esthetische
aspect. Het streefdoel was een bezet-
ting van een 100-tal residenten. Er werd
geopteerd voor een functionele opsplit-
sing - naar het inzetten van beschik-
baar personeel - in vier leefgroepen van
24 residenten. Vermits het een nieuw-
bouw aansluitend op een bestaand
gebouw betreft, dienden bepaalde keu-
zes gemaakt te worden. Dit resulteerde
onder meer in redelijk lange loopafstan-
den voor het personeel.
Het woonzorgcentrum Engelendale in de Brugse Vlamingdam
is gegroeid uit een kloosterorde met een lange historiek. CM
Brugge en de vzw cultureel dienstbetoon Sint-Dominicus Zusters
Dominicanessen bouwden - naast het bestaande klooster - een WZC uit, dat
inmiddels een honderdtal residenten telt. Electro Verbeke uit Deinze, goed
thuis in de RVT-sector, stond in voor het ontwerp en de realisatie van de elek-
trische installaties.
In het nieuwe concept werden de (gebouwen van de) kloostergemeenschap en het uitbrei-
dingsproject in elkaar geïntegreerd.
Van klooster tot woonzorgcentrum
34 | Fedelec magazine
Brandveilige deuren met
zelfsluitende deurpompen
Ook brandveiligheid was een voornaam
thema. Weinig WZC's beschikten toen
over brandveilige deuren met zelfsluiten-
de deurpompen in de kamers. “Wij zaten
tussen de oude en de nieuwe wetgeving.
‘Gewone’ brandveilige deuren zijn niet
zonder gevaar voor de bewoners. In de
praktijk staan deze deuren vaak open en
zijn ze niet voorzien van een deurdranger.
Het was dus belangrijk dat er voor brand-
veilige deuren met elektrisch gestuurde
deurdrangers geopteerd werd in het
ganse gebouw. Vooral in het renovatie-
gedeelte was dit - gezien de bestaande,
hoge plafonds - niet evident. Hiervoor
werd een architecturaal mooi ogende
oplossing met stijlvolle ‘wandgoten’ uit-
gewerkt, waarin de verlichting en de
bekabeling werden aangebracht. Er was
ook de nieuwe wetgeving op (deel)com-
partimentering die moest worden nage-
leefd. Wat branddetectie betreft, werd
er voor de analoog adresseerbare cen-
trale MD 2400 van Limotech geopteerd.
De benodigde bekabeling werd gelegd,
en gekeurd, volgens de NBN S21.100,
m.a.w. de strengst mogelijke keuring ter
zake.
Dwaaldetectie & toegangcontrole
In elk van de vier leefgroepen wordt er
samen ontbeten, het middagmaal genut-
tigd, activiteiten georganiseerd etc. Voor
het oproepsysteem vanuit de kamers en
de andere lokalen werd gekozen voor het
systeem van Televic. Twee afdelingen
werden in het bijzonder uitgerust voor
de opvang van bewoners met dementie.
Hier werden uitgangen beveiligd door
middel van codeklavieren. Gezien in de
toekomst steeds meer bewoners met
dementie worden opgenomen, werd de
hoofdingang supplementair beveiligd
door middel van een dwaaldetectie lus.
Indien een bewoner zich aan de inkom-
deuren bevindt, wordt hij gedetecteerd
via het easywave systeem van Televic,
gebaseerd op detectielussen en Axio-
tec. Er gaat sowieso een verpleegkun-
dige ter plaatse via melding op de smart-
phones. “Wat de toegangscontrole
betreft, werd er, gezien het niet evident
was om bekabeling en elektriciteits-
voorziening naar de deuren te brengen,
gekozen voor een FSB-oplossing. De
oplossing van deze deursloten fabrikant
is enkel gebaseerd op de deurkruk zelf,
en werkt op basis van een inwendig bat-
terijtje. Vermits hier al FSB-oplossingen
operationeel waren, werd ervoor geop-
teerd om dit systeem uit te breiden”,
aldus Olivier Demets van Electro Verbeke
(zie kaderstuk) dat instond voor ontwerp
en realisaties van de elektrische installa-
ties. Gezien er bij de realisatie nog geen
mogelijkheid was om de technologie
van FSB en Televic in éénzelfde badge
te combineren, werken de medewerkers
van Engelendale met twee badges. Een
jaar na datum van deze realisatie behoort
dit echter wel tot de mogelijkheden.
70 procent LED
Electro Verbeke startte zijn werkzaam-
heden in het WZC Engelendale op in
maart 2013 en was op deze werf afwis-
selend met 4 tot 8 medewerkers aan de
slag. Olivier Demets: “We zijn gestart
met het klassieke kap- en slijpwerk. Dit
werd in twee fases uitgevoerd, eerst in
het bestaande gebouw, daarna in de
nieuwbouw. Vervolgens werd de beka-
beling gelegd en werden zeven borden
gebouwd en geïnstalleerd. De werken
schoten goed op, wat ook noodzakelijk
was gezien de veranderende wetgeving.
Het vernieuwde WZC moest voor eind
augustus 2014 zijn deuren kunnen ope-
nen. Christophe Feys, werfleider Electro
Verbeke: “Wat verlichting betreft, werd er
gekozen voor een combinatie van LED-
“Er werd met PEMSA draadkanalen - opge-bouwd uit een mazennet - van Stagobel
gewerkt, omdat deze gemakkelijk te instal-leren zijn, en praktisch bij het sorteren van de
kabels”, aldus Christophe Feys.
In het vernieuwde WZC Engelendale werden zeven elektriciteitsborden gebouwd en geïn-
stalleerd.
Van klooster tot woonzorgcentrum
“Door de doordachte en strakke coördinatie vanwege de architect is de opsplitsing ruw-bouw-technieken een goede zaak geweest” - Rik Coture WZC Engelendale
Fedelec magazine | 35
PROJECTen
verlichting en fluorescentieverlichting. Zo
werd in de kamers, de verpleegposten,
de eetruimtes en de cafetaria voor LED-
verlichting gekozen. Enkel in de gangen
werd er TL-verlichting geïnstalleerd. Alle
armaturen, van het type Linaria, zijn van
Zumtobel-makelij. Ook de buitenverlich-
ting werd door ons geïnstalleerd. Enkele
cijfers schetsen de context van dit pro-
ject: er is databekabeling voor om en bij
de 25 kilometer en 30 kilometer elektri-
citeitsbekabeling. Verder is er nog onge-
veer 15 kilometer brandbekabeling. Er
werd met PEMSA draadkanalen, opge-
bouwd uit een mazennet, van Stagobel
gewerkt, omdat deze gemakkelijk te
installeren zijn, en praktisch bij het sorte-
ren van de kabels.”
ELECTRO VERBEKE & FEDELEC
Electro Verbeke, gevestigd in Deinze, werd opgericht in 1971 door Jozef Verbeke.
Begin jaren 2000 kwam zijn schoonzoon Olivier Demets in dienst als projectleider.
In 2012 volgde de definitieve overname. Dit familiebedrijf, dat 19 mensen tewerk
stelt, w.o. twee administratief-technische medewerkers, heeft zich door de jaren
heen gespecialiseerd in RVT-projecten, en utiliteits- en industriële projecten. De
onderneming is Fedelec-lid sinds 1975. Oprichter Jozef Verbeke was destijds ook
voorzitter van Fedelec Oost-Vlaanderen. Nu is zijn dochter, Isabelle Verbeke, die
het administratief-financiële luik van het bedrijf coördineert, actief in de provinciale
Fedelec-afdeling. De jaaromzet van Electro Verbeke bedraagt tussen de 3, 5 en 4
miljoen euro.
Rik Coture, directeur van WZC Engelendale, met rechts Olivier Demets, zaakvoerder, en links Christophe Feys, werfleider van Electro Verbeke.
Geïntegreerde oplossing voor
technieken
“Het is pas de laatste jaren dat high tech
echt zijn entree maakt in de ouderen-
zorg”, aldus Rik Coture.”Er zijn heel wat
positieve ontwikkelingen op dat vlak.
Maar mijn indruk is dat we nog tot echt
doorontwikkelde, efficiënte oplossingen
moeten komen. Wat niet belet dat het
belangrijk is ‘mee’ te zijn met bepaalde
evoluties. Ik heb zelf een verpleegkun-
dige opleiding achter de rug, wat maakt
dat ik misschien eerder gewonnen ben
voor pragmatische oplossingen, zoals
bv. dwaaldetectie. Ik vond het ook
belangrijk om als onderhoudsmedewer-
ker voor het WZC iemand met een elek-
tronische opleiding aan te trekken. Al
behoren werkzaamheden van een totaal
andere aard - bv. onderhoud van de tuin
- ook tot zijn takenpakket. Een gebouw-
beheersysteem (inclusief gangverlich-
ting) vind ik een goede investering indien
er een zekere schaalgrootte aanwezig is,
en er meerdere gebouwen - hier 2 - op
dezelfde site moeten gekoppeld worden.
Op deze site bv. zijn verwarming, brand-
detectie en toegangscontrole van het
WZC, enerzijds, en deze van het klooster,
anderzijds, nog aan mekaar gekoppeld,
terwijl de elektriciteitsvoorzieningen vol-
ledig gescheiden zijn. Ik ben voorstander
van geïntegreerde oplossingen, waarbij
alle technieken (brandcentrale, oproep-
systeem, toegangscontrole…) worden
gecentraliseerd. Door de doordachte en
strakke coördinatie vanwege de betrok-
ken architect is de opsplitsing ruwbouw-
technieken een goede zaak geweest. Dit
project combineert het maximum haal-
bare aan functionaliteit en esthetiek. Er
zijn altijd extra investeringen mogelijk,
maar er is ook de betaalbaarheidsgrens”,
besluit Coture.
(Door Philip Declercq)
www.electroverbeke.be
Enkele cijfers: naast 7 borden zijn er om en bij de 25 kilometer databekabeling, 30 kilometer elektriciteitsbekabeling, en 14 à 15 kilometer
brandbekabeling.
36 | Fedelec magazine
De Fulltest3 is een compleet instrument voor het uitvoeren van controles volgens de machinerichtlijnen en conform IEC/EN61439-1 en IEC/EN60204-1:2006.
�� Diverse continuïteit- en isolatieweerstandtests�� Doorslagtest met programmeerbare testspanning�� Verschilstroom en restspanning�� Aardlekschakelaartest type A, AC en B�� Circuit-, lijn- en lusimpedantie�� Aardingsweerstand- en vermogensmeting�� Zeer gebruiksvriendelijk
Installatietest conform IEC/EN-normen
Bel 02 757 92 44 voor meer informatie of een demonstratie!
Zorgeloos installeren. Daarover gaat het. Van een simpele switch tot een complexe congres-, audio- of videoinstallatie. U staat er als installateur niet alleen voor. Omdat we – net als u - gepassioneerd zijn door audiovisuele technieken. Geef ons een seintje of kom even langs. Onze technici en ingenieurs helpen u graag verder en doen er alles aan zodat u kan scoren bij uw klant.
GentBrusselAntwerpen
09 381 86 4002 767 31 0503 771 10 01
[email protected] www.playbiz.be
Febelec_FEB15.indd 2 3/02/15 20:31
projecten
Na het driejarig jubileum van afgelopen jaar, bereikt de TRILUX
Akademie een nieuwe mijlpaal. In de drie vestigingen in de Benelux
(Mechelen, Namen en het Nederlandse Amersfoort) kunnen
Belgische elektro-installateurs en andere lichtprofessionals nu ook terecht in
de nieuwe TRILUX Akademie dependances.
TRILUX Akademie opent deuren voor elektro-installateurs in de Benelux
Complexer, veelzijdiger en
specifieker
De wereld van het licht wordt steeds
complexer. De visuele taken worden
steeds veelzijdiger en specifieker, de
normen veranderen voortdurend, de
energielat komt steeds hoger te liggen,
en de grenzen van de vormgeving wor-
den steeds weer verlegd. De snelle ont-
wikkeling van de LED-technologie heeft
tot gevolg dat een verlichtingsoplossing
op maat aan steeds meer criteria moet
voldoen. Volledig in de lijn van de prakti-
sche aanpak van de TRILUX Akademie in
Arnsberg, opgericht in 2011, wil TRILUX
lichtprofessionals ook in de Benelux een
professioneel, breed en praktijkgericht
opleidingsaanbod bieden. Complexe
vakkennis over verlichting begrijpbaar
maken, het enthousiasmeren voor de
technologische mogelijkheden en het
vormen van de toekomst van het licht, is
de missie van de TRILUX Akademie.
Efficiënte opleidingsprogramma’s
Via een hoogpedagogische en metho-
dische aanpak wordt uitgebreide ken-
nis - bijvoorbeeld over LED-technologie,
over de voordelen van Human Centric
Lighting, over planningstechnieken, of
over de vereisten op het vlak van visu-
eel comfort – bijgebracht. Het gaat om
opleidingsprogramma’s die in de praktijk
reeds hun efficiëntie bewezen hebben.
Naast installateurs kunnen ook lichto-
ntwerpers, architecten en facility mana-
gers uit de Benelux de opleidingen van
de TRILUX Akademie nu dichter bij huis
volgen om deze vakkennis te verwerven.
Ook in de locaties Mechelen, Namen
(cursussen in het Frans) en Amersfoort
speelt de TRILUX Akademie nu in op de
grote vraag naar kennis in de wereld van
verlichting.
De L van Levenslang leren
Na de opening van de TRILUX Akademie
Benelux door Willem Dammers en
Jan Van Riel, respectievelijk Managing
Director en Akademieleider van TRILUX
Benelux, was Catherine Lootens van KU
Leuven, tevens gezicht van Groen Licht
Vlaanderen, de key-note spreker. “In de
verlichtingswereld draait alles rond de
letter L. In het rijtje licht, lumen, LED…
hoort ook ‘levenslang leren’ thuis. Er zijn
tal van nieuwe issues aan de orde. Denk
aan kleurweergave-index, metriek, tole-
rantie, verblinding… bij LED. Daarnaast is
er het belang van onder meer visual ligh-
ting communication (of data versturen
via verlichting) en the internet of things.
Zowel top down opleiding - wat Groen
Licht Vlaanderen doet -, als bottom up
opleiding - de aanpak van de TRILUX
Akademie - zijn noodzakelijk en wense-
lijk.”
Kennisbehoeftes gedetecteerd
Jan van Riel kent de behoefte aan kennis
van de verschillende doelgroepen van de
TRILUX Akademie en neemt dan ook de
leiding over de nieuwe vestigingen: "Mijn
doel is om het opleidingsaanbod van
lichtprofessionals zodanig in te richten Jan van Riel wordt de Akademieleider van de
drie Benelux-vestigingen
38 | Fedelec magazine
dat de opgedane kennis direct bijdraagt
tot het vergemakkelijken van de dage-
lijkse werkzaamheden. De meeste oplei-
dingen nemen een dag in beslag, som-
mige slechts een halve dag." De TRILUX
Akademie in de Benelux startte inmid-
dels met onder meer de seminars ‘basis
cursus LED’,’ LED-technologie verkopen’
en ‘DIALux’ - zie verder.
Flexibele formules
Bijscholen kan onder diverse vormen
binnen de TRILUX Akademie Benelux:
themadagen, seminars en webinars. Jan
Van Riel verduidelijkt: “Een themadag is
bedoeld voor wie een allesomvattend
overzicht en waardevolle compacte ken-
nis over één concreet vakgebied wil ver-
werven. Gerenommeerde experts geven
een verreikende blik in de praktijk, zodat
de deelnemers kennis kunnen maken
met verschillende, vaak tegengestelde,
gezichtshoeken. De groepen bestaan uit
deelnemers met uiteenlopende profes-
sionele achtergronden, zodat de thema-
dagen tevens een perfect platform zijn
om te netwerken. De seminars zijn eer-
der gericht op optimale vaktechnische
ondersteuning, waarbij uitwisseling en
interactiviteit primeren, in kleine groepen
van 15 tot 20 deelnemers. Op die manier
is individuele ondersteuning mogelijk.
Webinars zijn bedoeld voor wie vanaf
zijn eigen werkplek een opleiding wil vol-
gen, én dus tijd en kosten besparen. In
minder dan 1 uur tijd doet men informa-
tie op over actuele verlichtingsthema’s.
Om de mogelijkheden van deze online
format optimaal te benutten, worden de
webinars gegeven door deskundige trai-
ners, opgeleid tot e-trainer. Ook hier is de
interactiviteit een belangrijk didactisch
element.”
Uit de startblokken
De opening en de eerste seminars zijn
inmiddels achter de rug in Amersfoort,
Mechelen, Namen en Luxemburg. Johan
Van Zeist, Marketing Manager TRILUX
Benelux: “Als TRILUX kijken we in ieder
geval terug op geslaagde evenemen-
ten. Zowel in Amersfoort als in Mechelen
werd de opening goed bezocht en de
reacties waren louter positief. Deze lijn
heeft zich doorgezet tijdens de seminars.
Voor het eerste seminar ‘LED Basis’ had-
den we op de locaties in Amersfoort,
Mechelen, Namen en Luxemburg ruim
zestig deelnemers. De groepen die
het best vertegenwoordigd zijn, zijn de
adviesbureaus, installateurs, ingenieurs
en projectleiders. Na afloop kon ieder-
een een evaluatie formulier invullen, het
gemiddelde cijfer dat we hiermee heb-
ben gescoord, is een 8. Een goede score
zonder meer.”
Agenda
Inmiddels werkt de TRILUX Akademie
Benelux alweer naar de volgende thema-
dagen en seminars toe. Na de thema-
dagen ‘industrie’ op 16 en 17 april, in
Amersfoort en in Mechelen, vinden eind
mei de themadagen ́ LED succesvol ver-
kopen´ plaats in Amersfoort, Mechelen,
Namen en Luxemburg.” In het najaar zijn
er op de diverse locaties onder meer acti-
viteiten gepland rond ‘Binnenverlichting
plannen met DIALux 4 voor beginners’,
en ‘Plannerupdate’.
(Door Phiilip Declercq - Foto's: TRILUX)
www.trilux-akademie.com
De TRILUX Akademie Benelux werd geopend door Heiner Hans, Jan Van Riel en Willem Dammers, respectievelijk leider van de TRILUX Akademie Duitsland, Akademieleider, en Managing Director van
TRILUX Benelux.
De TRILUX Akademie breidt zich uit naar onder meer Mechelen en Namen
Fedelec magazine | 39
PROJECTen
Binnenkort verhuizen de residenten van Woonzorgcentrum (WZC)
Bloemendal in Sint-Agatha Berchem van het bestaande pand
naar een nieuw gebouw aan de overzijde van de Selliers de
Moranvillelaan. In dit nieuwbouwproject in een V-vorm - naar een ontwerp
van het architectenbureau AR-TE en het studiebureau STABO uit Leuven -
werden alle werkzaamheden rond elektriciteit, domotica en datanetwerken
uitgevoerd door Electro Van De Putte bvba uit Ruiselede.
Performante technieken en vakmanschap voor WZC Bloemendal
Het nieuwe WZC Bloemendal - dat een
120-tal erkende bedden telt - wordt
opgetrokken op een bouwterrein waar-
van de gemeente Sint-Agatha Berchem
eigenaar is. Bouwheer zijn het OCMW
en het gemeentebestuur van deze
gemeente uit het Brussels Hoofdstedelijk
Gewest. Het gevelmetselwerk van de
nieuwbouw bestaat uit grijs bruin beige
genuanceerde gevelstenen, de gevel-
bekledingselementen en terrassen zijn
uitgewerkt in vlak, grijswit beton. De
gevelbeplating van de nissen is uitge-
voerd in wit vezelcement. Bouwheer en
architecten opteerden voor grijskleurig
aluminium schrijnwerk, zonnewerende
isolerende beglazing en screens voor
zonnewering uit geplastificeerde glas-
vezels. De tussenwanden tussen de
kamers bestaan uit gyproc-beplating.
Technieken
Wat technieken betreft werd er geko-
zen voor een ventilatiesysteem D, met
recuperatie van vocht en warmte, door
middel van een warmtewiel en een pla-
tenwarmtewisselaar. De kamers van de
residenten worden verwarmd middels
radiatoren, de verblijfsruimtes en de
polyvalente ruimte door middel van een
systeem van verwarming en koeling via
vloerverwarming. Een lichte afkoeling
door pulsie van de lucht op 22° laat toe
de temperatuur op de kamers te begren-
zen. Op langere termijn zouden er ook
nog PV-panelen worden geïnstalleerd.
Betonstructuren blijven zichtbaar
De werkzaamheden inzake algemene
elektriciteit, domotica en datanetwerken
werden uitgevoerd door de firma Electro
Van De Putte uit Ruiselede (zie kaderstuk
‘Electro Van De Putte & Fedelec’). Tijl Van
De Putte, zaakvoerder van deze West-
Vlaamse KMO: “Het merendeel van de
projecten die wij uitvoeren, is gelinkt aan
de openbare sector, en verloopt dus via
openbare aanbestedingen. Bij dit WZC-
project zijn we van bij de aanvang van
de ruwbouw werkzaamheden betrok-
ken geweest. We waren op deze werf
afwisselend met een bezetting variërend
tussen 5 en 15 medewerkers aan de
slag. Telkens er betonstructuren gego-
ten werden door werknemers van ruw-
bouw aannemer Strabag, moesten onze
arbeiders inbouwdozen met wachtlei-
dingen voorzien, en diende onmiddellijk
het nodige kap- en slijpwerk uitgevoerd
te worden. De betonstructuren van het
gebouw blijven namelijk zichtbaar.”
Hoogspanningscabine van 400 kVA
Electro Van De Putte installeerde in het
gebouw - op het gelijkvloers - een hoog-
spanningscabine van 400 kVA. Over het
gebouw verspreid zijn er verder een tien-
tal elektrische borden voorzien. In een
volgende stap werd alle data- en ande-
re bekabeling aangebracht. Tijl Van De
Putte: “Wat databekabeling betreft, spre-
ken we al snel over een 50-tal kilometer,
vermits ook het zorgoproepsysteem (zie
verder) door middel van databekabe-
Het nieuwe WZC is uitgerust met het perfor-mante zorgoproep- en toegangscontrolesys-
teem ‘Televic interAxio’
40 | Fedelec magazine
Performante technieken en vakmanschap voor WZC Bloemendal
ling (van Nexans-makelij) functioneert.
Inmiddels zijn de twee verdeelkasten
voor databekabeling, ondergebracht
in twee afzonderlijke serverlokalen,
geïnstalleerd. Door middel van glasve-
zelbekabeling vormen ze een virtueel
netwerk. De voorbereiding - het maken
van de zekeringsborden gebeurt in ons
atelier. Het monteren van de connecto-
ren gebeurt op de werf zelf. De gebruik-
te componenten zijn van Schneider
Electric-makelij. Wat andere materia-
len betreft werd er onder meer geop-
teerd voor kabelgoten van Stagobel.”
Wat branddetectie betreft ging de voor-
keur uit naar het Limotec-systeem van
Ardovlam. Verspreid over het gebouw
werden er ongeveer 370 brandmelders
geïnstalleerd door Electro Van De Putte,
en vervolgens in dienst gesteld door
medewerkers van Ardovlam.
1.700 verlichtingsarmaturen
Voor Electro Van De Putte zijn de laatste
uit te voeren werkzaamheden op deze
werf het op punt stellen van de diverse
systemen en het aansluiten van de - u
leest het goed - 1.700 verlichtingsarma-
turen. Tijl Van de Putte verduidelijkt een
en ander: “Bouwheer en architecten
opteerden voor een combinatie van LED-
verlichting en fluorescerende verlichting.
Zo wordt er in de gangen gewerkt met
‘Multiline’ LED-lichtlijnen. In de kamers
worden RSB-verlichtingsarmaturen
geïnstalleerd, terwijl er in de kantoorruim-
tes werd geopteerd voor verlichtingstoe-
stellen van Zumtobel LIghting.”
Zorgoproep en toegangscontrole
Het nieuwe WZC is uitgerust met het
performante zorgoproep- en toegangs-
controlesysteem ‘Televic interAxio’. Alle
individuele toestellen worden geplaatst
door Electro Van De Putte en daarna in
dienst gesteld door de medewerkers van
Televic. Tijl Van De Putte: “Het zorgop-
roepsysteem bestaat uit verschillende
componenten en onderdelen. Naast
de kamerprisma’s aan de deuren en
de oproepperen, zijn er de kamerunits.
Deze kunnen als afhandelingspost wor-
den gebruikt. Met andere woorden: het
dossier van de bewoner kan op die plaat-
sen worden geraadpleegd: welke hulp er
moet worden geboden, en door wie etc.
Bij oproepen binnen de verpleegafdeling
kunnen deze worden beantwoord via
de intercom. Er kan dus contact worden
gelegd met de bewoner die een oproep
heeft gedaan. Maken eveneens deel uit
van het zorgoproepsysteem: de over-
zichtsunits van de verpleegposten, en de
matrasdetectie en dwaaldetectie. Deze
laatste systemen zijn vooral van toepas-
sing op de afdeling dementie. Er is tevens
een koppeling van het zorgoproepsys-
teem met de telefoons die de verpleeg-
kundigen en verzorgenden met zich
meedragen.”
Videofonie & muziekinstallatie
Er is een buitenpost videofonie van
Fasttel voorzien aan de hoofdinkom, als-
ook aan de leveranciersinkom. “De bin-
Inmiddels werden de twee verdeelkasten voor databekabeling, ondergebracht in twee afzonderlijke serverlokalen, geplaatst.
Fedelec magazine | 41
nenposten zijn geïntegreerd in bepaalde
afgesproken verpleegposten, de keuken,
en de inkom. Na de ‘kantooruren’ kan de
videofoon gekoppeld worden aan de
telefoons die de verpleegkundigen en
de verzorgenden met zich meedragen,
alsook aan de overzicht units verpleeg-
posten. Het WZC kan zelf kiezen met
welk zorgprogramma het wil werken.
Aan het zorgoproepsysteem van Televic
is ook een muziekinstallatie van het merk
AUDAC gekoppeld. Er zijn verschillende
zones voorzien die elk afzonderlijk moe-
ten kunnen worden geregeld. Daarvoor
zijn er één of meerdere bedieningspa-
nelen voorzien per zone. Elke zone kan,
onafhankelijk van de andere zones, het
ingangssignaal (tuner, Cd, MP3,…) en
het volume regelen, met uitzondering
van de zones die enkel omroep toelaten”,
aldus medezaakvoerster Ilse Belaen.
Verder ‘gecontroleerd’ groeien
Op nauwelijks 12 jaar tijd heeft Electro
Van De Putte bvba een sterk parcours
afgelegd. Hoe ziet Tijl Van De Putte
zijn onderneming verder evolueren?
“Momenteel zijn we in zeer uiteenlopende
sectoren actief: zorgsector (WZC, loka-
ELECTRO VAN DE PUTTE & FEDELEC
Electro Van De Putte bvba werd in 2002 opgericht door Tijl Van De Putte en zijn
echtgenote Ilse Belaen. Het bedrijf is gecertificeerd installateur datanetwer-
ken, en erkend om datanetwerken en totaalinstallaties te certificeren tot 25 jaar.
Deze KMO uit Ruiselede beschikt over een erkenning Klasse1, Categorie S -
Ondercategorieën D4- P1-P2-P4-S1-S2-S3-T2. Wat attesten betreft, beschikt
Electro Van De Putte over het opleidingsattest VCA-vol, een attest voor het opma-
ken van een risicoanalyse, en een attest voor het gebruik van het lichtberekenings-
programma Dialux. Momenteel telt het bedrijf een 16-tal medewerkers. Electro
Van De Putte is lid van Fedelec sinds maart 2004. Andere lopende projecten zijn
onder meer een renovatieproject voor de kantoren van de groendienst van de stad
Sint-Niklaas, de nieuwbouw bibliotheek van Evergem, een nieuwe lagere school
in Wondelgem, en een commercieel pand in de Brugse binnenstad. “Onze actie-
radius is in principe West- en Oost-Vlaanderen, en de streek tot Antwerpen en tot
Brussel. Momenteel staat de projectenmarkt in West- en Oost-Vlaanderen eerder
op een laag pitje, terwijl er in het Brusselse meer projecten ontwikkeld worden”,
aldus Tijl Van De Putte.
len voor kinderopvang,…), sportcentra,
bibliotheken, appartementsbouw, com-
merciële gebouwen…. In deze moeilijke
economische tijden is het niet evident
om voorspellingen over de toekomst van
de onderneming te doen. Ik hoop dat we
verder een voorzichtige ‘gecontroleerde
groei’ kennen. Misschien kunnen we in
de toekomst uitgroeien tot een bedrijf
met, maximaal, een 20-tal medewerkers.
Momenteel zijn we in hoofdzaak actief in
projecten gelinkt aan overheden, die via
openbare aanbestedingen lopen. Qua
administratieve voorbereiding, opstart,
besprekingen en opvolging brengen der-
gelijke projecten heel wat extra werk met
zich mee. Dit takenpakket valt momen-
teel volledig op de schouders van mijn
echtgenote (nvdr: mevrouw Ilse Belaen).
Projecten in de privé-sfeer zijn op dit punt
uiteraard minder belastend inzake admi-
nistratieve opvolging”, besluit Tijl Van De
Putte.
(Door Philip Declercq)
www.electro-vandeputte.be
“Momenteel staat de projectenmarkt in West- en Oost-Vlaanderen eerder op een laag pitje, in het Brusselse worden er meer projecten
opgestart”, aldus Tijl Van De Putte van Electro Van De Putte.
PROJECTen
42 | Fedelec magazine
1210
0394
› Europa’s grootste verhuurder van
test- en meetapparatuur
› Meer dan 5.000 instrumenten uit
voorraad leverbaar
› Leverbaar binnen 24 uur
› Attractieve prijzen voor elke huurperiode
› Ready to use, voorzien van de juiste acces-
soires, handleiding en kalibratie-certificaat
Livingston.com
Livingston Belgium Grote Steenweg 48, B-2550 Kontich, Tel.: +32 (0) 15 286 281, Fax: +32 (0) 15 286 287
[email protected], www.livingston.be
Verhuur van meetapparatuur
InstallatIon testers
Dataloggers FIber InstallatIon tools
Cable testersPower QualIty analysers
InFrareD Camera’s
12100394 LIV ADV A5 Fedelec BE.indd 1 15-11-12 09:30
projecten
Ingevolge de nieuwe Europese richtlijnen om de CO² en lawaaihinder te
beperken zullen binnen afzienbare tijd aangemeerde binnenschepen
niet langer hun dieselgenerator mogen gebruiken om in de eigen ener-
giebehoefte te voorzien als ze aan de kade liggen. Elk schip moet dus zijn
energie kopen als het aangesloten wordt op het elektriciteitsnet. Technisch
is dat perfect mogelijk, maar de vraag is hoe dat allemaal moet verwerkt en
gefactureerd worden. Techelec uit Antwerpen kwam in samenwerking met
Schneider Electric met een innoverend systeem op de markt, waarvoor
ondertussen zelfs buitenlandse interesse bestaat.
Walstroomplatform voor binnenschippers
Kaai 75
De kade waar dit systeem als eer-
ste geïnstalleerd werd, is kaai 75 in de
Antwerpse haven. Daar meren binnen-
schepen aan die moeten wachten op een
nieuwe lading. Van daaruit vertrekken de
binnenschepen dan weer naar bestem-
mingen in voornamelijk België, Frankrijk,
Duitsland en Nederland.
Enkel nog walstroom toegelaten
Als schepen enkele dagen moeten
wachten op een nieuwe belading, wil de
schipper natuurlijk elektriciteit aan boord
hebben. Schippers moesten vroeger
naar het Havenhuis om een voorafbetaal-
de kaart te halen waar ze dan elektriciteit
mee konden verkrijgen. Veel schippers
verkozen echter om gewoon hun diesel-
generator te gebruiken om te voorzien in
hun energiebehoefte. Binnen afzienbare
tijd legt de Europese Unie nieuwe regels
op die deze milieubelastende gewoonte
aan banden legt. Elektriciteit mag dus
binnenkort enkel aan wal gehaald wor-
den.
Techmetrys platform
Het Antwerpse Techelec werd door het
Havenbedrijf gevraagd om een proefpro-
ject uit te werken. Techelec is gespeciali-
seerd in scheepselektriciteit en -automa-
tisering en had al eerder samengewerkt
met het Havenbedrijf. Projectmanager
Nicolas Broos van Techelec ontwikkelde
met Techmetrys een walstroomplatform
dat voor zowel binnenschipper, havenbe-
drijf en Techelec meer dan bevredigend
is. Eerst moeten de binnenschippers zich
registreren. Zo kan later de facturatie vlot
verlopen. Bij het aanmeren hoeft hij enkel
het ENI-nummer van zijn schip en het
aansluitingsnummer van het stopcon-
tact via sms door te sturen. Het platform
werkt op basis van een 3G-verbinding.
Hij krijgt meteen een sms terug met een
servicemelding waarin staat of de verbin-
ding gelukt is. Indien er een probleem is,
krijgt zowel hij als Techelec meteen een
melding. Techelec zelf heeft permanent
in real time informatie over onder andere
spanning, stroom, verbruik, tempera-
tuur en vochtigheidsgraad. Bovendien
kan Techelec op het platform zien wat
er zich precies afspeelt in de kast. Eén
van de grootste problemen die zich stel-
len in andere systemen ligt bij de verlies-
stroomschakelaar. Schippers pluggen in
en bijvoorbeeld de differentieel schakelt
uit. Vervolgens proberen ze een ander
stopcontact, met hetzelfde gevolg, want
het probleem situeert zich veelal niet in
de verdeelkast, maar aan de installa-
tie in het schip. Om de haverklap moet
een servicetechnieker dus langsgaan
om de verliesstroomschakelaars terug
te activeren. In het Techmetryssysteem
kan de schipper nu zelf tot 2 keer een
getripte differentieel herwapenen. Bij
een probleem krijgen zowel Techelec als
de schipper een foutmelding. Techelec
kan op afstand zien waar het probleem
zich bevindt en kan de verliesstroom-
schakelaar ook vanuit het platform terug
inschakelen, uiteraard nadat de fout is
weggenomen, wat dus een enorme tijds-
besparing betekent.
Op de wal staan momenteel 7 wal-
stroomkasten waarop de schipper kan
Projectmanager Nicolas Broos van Techelec ontwikkelde met Techmetrys een walstroom-platform dat voor zowel binnenschipper, havenbedrijf en Techelec meer dan bevredi-gend is.
44 | Fedelec magazine
Walstroomplatform voor binnenschippers
inpluggen. Op elk van die kasten zijn er
4 aansluitingen voorzien van 32 A. Er
kunnen dus tot 28 schepen tegelijk van
dit systeem gebruikmaken. Momenteel
worden ook nog 2 kasten geplaatst met
groter vermogen, met telkens 3 aanslui-
tingen. Hier zijn er 2 stopcontacten van
63 A en 1 van 125 A, goed voor schepen
met koeling of permanent pompen van
hun cargo. Bij vertrek stuurt de schip-
per terug een sms om de levering stop
te zetten. Hij krijgt een bevestiging met
de verbruikte energie. Het totale verbruik
wordt vervolgens doorgestuurd naar het
Havenbedrijf, dat over de perfecte fac-
turatiegegevens beschikt. Bovendien
kan men nu met het grootste gemak het
verbruik per stopcontact nagaan, kan
men de historiek van het energieverbruik
bekijken, de geschiedenis van elk schip
raadplegen enzoverder.
Techniek van Schneider Electric
Schneider Electric was nauw betrok-
ken bij dit project, ook omdat Techelec
al langer een partner is. Voor dit project
werd bijna uitsluitend gebruikgemaakt
van Schneider Electric componenten.
Het hele systeem heeft de Modicon
M340 PLC als ruggengraat en bestaat
voorts uit Acti9 schakelmateriaal, met
voornamelijk MCB-automaten die ook
via RCA (Remote Control Auxiliairy) com-
municeren met het Techmetrysplatform.
Er is tevens een IEM3000 energiemeter
die alle belangrijke parameters van het
systeem verwerkt. De behuizingen van
Universal Enclosures zijn ontworpen
voor alle weersomstandigheden. Een
UPS zorgt er tenslotte voor dat de con-
tinuïteit van de levering gewaarborgd is.
Ook watervoorziening
Naast de elektriciteitsvoorziening werd
ook een soortgelijk systeem voor water-
levering geplaatst, in opdracht van
Waterlink. In de bestaande kasten werd
eveneens een plc-sturing met bijhorende
componenten voorzien die ook hier de
voornaamste parameters communiceert
met het platform. Voornaamste verschil
hier is dat het water voor binnenschip-
pers vooralsnog gratis is.
Buitenlandse interesse
Dat het Techmetryssysteem voor alle
partijen een win-win situatie is, staat
als een paal boven water. De binnen-
schippers zijn verzekerd van elektrici-
teit, ongeacht het tijdstip van aankomst.
Walstroom is voorts goedkoper dan wer-
ken met de dieselgenerator. Walstroom
kost ongeveer 0,27 euro per kWh. Bij die-
selgeneratoren loopt de energiekost op
tot 0,46 euro per kWh. Het Havenbedrijf
beschikt nu over een duidelijk overzicht
van de verbruiksgegevens van elk schip
en kan een nauwkeurige en duidelijke
facturatie bezorgen aan de binnenschip-
per. Ook voor Techelec is dit een effici-
ent systeem, want de servicetechnie-
kers kunnen vanuit het platform al het
merendeel van de problemen oplossen.
Indien het probleem zich op het schip
stelt, wordt de schipper verwittigd. De
reacties tot nog toe zijn unaniem lovend,
zowel van binnenschippers als van het
Havenbedrijf. Het succes van het sys-
teem blijkt ook uit de grote belangstel-
ling die er is uit binnen- en buitenland.
Mede door het feit dat het volledige
Techmetrys-systeem aangekocht kan
worden als pakket voor de installateur.
Er lopen aanbestedingen voor de kades
van het wachtdok in Evergem en ook uit
Denemarken, Frankrijk en Nederland is
er ondertussen vergaande interesse.
www.schneider-electric.com
www.techelec.eu
De installatie kan op afstand gemonitord worden, zodat technici niet altijd ter plaatse moeten gaan indien er een probleem is.
Op de wal staan momenteel 7 walstroomkas-ten waarop de schipper kan inpluggen. Op elk van die kasten zijn er 4 aansluitingen voorzien van 32 A.
Fedelec magazine | 45
In het Mechelse Lamot congrescentrum organiseerde de Federatie van
de Elektriciteit en de Elektronica (FEE) onlangs de eerste editie van het
Smart Building Congres. Specialisten belichtten vanuit verschillende
invalshoeken de diverse facetten in de fases van de levensduur van een intel-
ligent gebouw: van concept over realisatie tot uitbating. ‘UPS en condensa-
torbatterijen’ was één van de thema’s op het congres.
Smart Building: van mythe tot realiteit
events
Na de verwelkoming door Eric Piers
van de FEE opende Prof. Wim Boydens
(UGent) het congres met een uiteenzet-
ting over geïntegreerde uitdagingen voor
intelligente marktspelers. Daarna volg-
den parallel lopende sessies naargelang
de keuze/interesse van de deelnemers.
Wat de concept fase betreft, kwamen
alle aspecten, gelinkt aan de voorschrijf-
wereld, aan bod. Deze presentaties
trokken vooral studiebureaus, promo-
toren, gebouweigenaars… aan. De uit-
eenzettingen met betrekking tot de rea-
lisatiefase, stonden in het teken van de
technological trends en de toepassings-
domeinen, en waren vooral bedoeld voor
installateurs en systeemintegratoren.
Sprekers die focusten op de uitbatings-
fase, legden het accent op energie-effi-
ciency, TCO en ROI, en hadden vooral
beheerders en facility managers als toe-
hoorders. Projectpartners van dit eerste
Smart Building Congres waren OSRAM,
CEBEO, Schneider Electric, REXEL,
Legrand, Niko, ‘rood’, acal/bfi, IFMA
Belgium Chapter, VEOLIA, SAVE, fifth-
play, VINCI Facilities, en COFELY GDF
Suez.
UPS en condensatorbatterijen
Raf Aché van Legrand had het over UPS
en condensatorbatterijen: “Bij UPS spe-
len batterijen een voorname rol. De stan-
daardtemperatuur bedraagt 25°C. Per
extra 10°C halveert de levensduur. Deze
is tevens afhankelijk van al dan niet line-
aire belasting of extra lange belastingen.
Smart Battery Management impliceert
niet enkel moderne UPS, maar ook slim
herladen (energiebesparing), monitoring
van de batterijstatus, automatisch tes-
ten van de batterijen, en een verlengde
levensduurverwachting met 50%. De
berekening van het aantal batterijen
gebeurt in functie van de reële belasting
(niet de Pn van de UPS), en de overdi-
mensionering (energieverbruik en rende-
ment). Een regelmatige controle van de
batterijen, en een eventuele vervanging,
voor het einde van de levensduur, is aan-
gewezen.”
Communicatie
Ook communicatie is hierbij een voor-
naam element. “De UPS is niet enkel
een energiegenerator maar maakt deel
uit van het IT-netwerk. Hij garandeert
de correcte werking van het netwerk en
van het bedrijf. Batterijen hebben geen
onbeperkte levensduur, de UPS wordt
soms geïnstalleerd in een technisch
lokaal (aan het zicht onttrokken), en kan
defect geraken. Netwerkinterfaces zijn
intern of extern, externe software is niet
noodzakelijk. De communicatie omhelst
o.m. volgende functies: opslaan van dag-
rapporten, verzenden e-mail, uitvoeren
van geplande acties, en ondersteuning
van SNMP protocol en beheerssoft-
ware. Een hogere efficiency betekent, bij
een belasting van 50 procent, volgende
besparing: +/- 700 euro, en een verla-
ging van de CO2-uitstoot met 800 kg
per jaar, per schijf van 10 kVA”, aldus Raf
Aché. Voor kritische toepassingen heeft
Legrand 3 modulaire UPS-modellen op
de markt: Megaline (enkelfasig), Trimod
en Archimod (drie- en monofasig). “Onze
modellen kenmerken zich door hun flexi-
biliteit, uitbreidbaarheid en redundantie.
Flexibiliteit houdt het correct dimensio-
neren van de UPS aan de noden in. Dit
resulteert in een betere prijs en onder-
houds- en interventiegemak (TCO). De
uitbreidbaarheid impliceert dat stan-
daard modules (vermogen- en batterij-
modules) kunnen worden toegevoegd
naargelang de behoeftes. Redundantie
slaat op de werkingscontinuïteit en de
reservecapaciteit van de UPS”, besluit
Raf Aché. (Door: Philip Declercq)
www.smartbuildingcongres.be
www.feebel.be
© F
EE
46 | Fedelec magazine
De ontwikkeling en productie van LED bracht een omwenteling in de
verlichtingssector. Ondertussen werden ook de vele aspecten van
licht in kaart gebracht en bestudeerd. Lichtcomfort, sturing, ren-
dement en onderhoud komen alsmaar meer het ‘lichtproject’ aanvullen.
Op 26 maart had de promotiedag duurzame verlichting plaats in Leuven met
méér dan 250 deelnemers. Dit jaarlijks gebeuren wordt geörganiseerd door
ENERGIK en “Groen Licht Vlaanderen”.
Smart Building: van mythe tot realiteit Promotiedag duurzame verlichting 2015
© T
rilux
© X
icat
o
De promotiedag is gebouwd rond een
10-tal lezingen en een permanente beurs
waar een 40-tal standhouders die de
deelnemers informeren over de laatste
evoluties in de sector. Een drietal onder-
werpen vormden de hoofdmoot van de
dag:
1. LED-verlichting wordt volwassen.
De hype en sterke verhalen geraken stil-
aan uit de markt. De serieuse aanbieders
doen er alles aan om de reële mogelijk-
heden van LED te benadrukken en zetten
zich af tegen te ongenuanceerde en niet
controleerbare statements.
Vandaar werd in de lezingen vaak
gewezen op de moeilijkheid om in reële
omstandigheden te meten en het onder-
scheid tussen LED voor de professionele
omgeving en de LED-gadgets en private
markt waar de onkunde en loze bewerin-
gen nog aan de orde zijn.
“Groen Licht Vlaanderen 2020”
is een consortium van méér dan 60
bedrijven in Vlaanderen die samen
een VIS-traject van het IWT vormen.
Binnen een VIS-traject (Vlaams
Innovatie Samenwerkingsverband)
worden vanuit een concrete pro-
bleemstelling of vraag gedreven
opportuniteit van een collectief van
bedrijven, innovatieve oplossingen
aangeboden met meerwaarde voor
de sector. Het betreft niet alleen
verwerven van kennis maar ook die
laten ingang vinden in de ruime doel-
groep.
Voor de technische expertise en
onderzoek steunt “Groen Licht
Vlaanderen” op het “Laboratorium
voor Lichttechnologie” van de KUL,
technologiecampus Gent
www.groenlichtvlaanderen.be
www.lichttechnologie.be
2. Licht heeft vele aspecten en LED
kan door zijn stuurbaarheid heel wat
van de verwachtingen terzake inlos-
sen. De aansturing van lichtkleur heeft
een grote toekomst met het oog op een
beter gevoel van welzijn bij de mens. Een
uitdaging voor scholen, kantoren en zor-
ginstellingen waar leef-comfort centraal
staat.
3. OLED komt eraan, maar op kouse-
voeten. De productiekost licht nog hoog
en er is nog geen standaard productie-
procedé. Grotere oppervlaktes dan 1
m² zijn nog moeilijk en de lichtopbrengst
is zwak. Men heeft grote oppervlaktes
nodig (volledig plafond) om werkbaar
licht te produceren. Het flexibele sub-
straat biedt wel vele mogelijkheden bin-
nen de design en artistieke wereld.
Fedelec magazine | 47
BTicino: Classe 300 en Axolute Air in the picture
Classe 300, de binnenpost, is handenvrij en heeft een 7” LCD
kleurenscherm. Maximale discretie met een profiel van 22,5 mm.
De intuïtieve bediening via het touchscreen maakt alles vlot toe-
gankelijk. Vier basisfuncties, zoals het openen van de deur, zijn
vooraf ingesteld.
Er zijn versies in wit of antraciet, als opbouwversie voor muur-
montage of als tafelmodel. Daarnaast is er een toestel met
geheugenfunctie voor het registreren van de oproepen aan het
deurstation.
Axolute Air schakeleraars hebben een extra dunne (3,5 mm)
metalen afdekplaat en accentueren de minimalistische esthetiek
van het nieuwe gamma.
Axiale bedieningen (schakelaars en drukknoppen) en vlakke
stopcontacten liggen egaal verzonken in de afdekplaten. Voor
een maximale harmonie met het interieur is er trouwens nog de
overschilderbare wit matte uitvoering. Daarnaast zijn er nog drie
trendy modellen in wit, Tech en antraciet. Axolute Air afdekpla-
ten zijn verkrijgbaar met 2, 3, 4, 6 of 3+3 modules en worden
gemonteerd in de inbouwdozen van BTicino.
www.bticino.be
Nexans voorziet Bombardier’s Queensland-treinen van kabels uit het FLAMEX®-assortiment
Product News
Nieuwe kabelwartels van Hummel bij RittalDe HSK-K-Ex-Active kabelwartel is een technologisch hoog-
standje en voldoet aan de nieuwe eisen volgens EN 60079-
0:2012. Bovendien zijn de innovatieve wartels drager van het
ATEX- én het IECex-certificaat.
Geschikt voor explosiegevaarlijke omgevingen
De vernieuwde norm vereist een hoge schokbestendigheid na
vier weken thermische veroudering. Dankzij het nieuw ontwik-
kelde polyamide waaruit deze wartels zijn vervaardigd, kunnen
ze een brandveiligheid klasse V0 volgens UL94 voorleggen.
Deze kabelwartels zijn halogeenvrij en kunnen worden toege-
past binnen een temperatuurbereik van -20 °C tot +85 °C. Ideaal
dus voor gebruik in EX-zones 1 en 2 voor gas en 20, 21 en 22
voor stof. De interne kamers, dichting en de standaard voorzie-
ne o-ring zorgen voor een uitstekende lekdichtheid. De vereiste
treksterkte wordt dan weer gegarandeerd door de overlappen-
de membranen van het binnenhuis.
Als verdeler in België van Hummel biedt Rittal haar klanten de
mogelijkheid behuizingen en wartels bij één leverancier af te
nemen.
www.rittal.be
Nexans heeft een contract getekend met Bombardier Transportation voor de levering van laag- en middenspanningskabels voor het
Queensland New Generation Rollingstock-project. Hierbij worden regionale treinen in Australië voorzien van Nexans-kabels. Nexans
gaat een nieuwe serie FLAMEX® laag- en middenspanningskabels leveren voor 75 EMU’s (electric multiple units) bestaande uit 6
wagons. Nexans laagspannings-, besturings- en datacommunicatiekabels, en middenspanningskabels voor aandrijfmotoren en
transformatorsystemen. De kabels, uiteenlopend van 300 V tot 3600 V, voldoen aan de EN-normen en de normen voor brandwerend-
heid. De FLAMEX®-kabels van Nexans zijn vuurbestendig en niet giftig. De kabels worden geproduceerd in Frankrijk en Duitsland en
vervolgens geleverd aan de Bombardier-fabriek in India.
www.nexans.com
48 | Fedelec magazine
PRODUCT NEWS
IPBuilding creëert unieke smarthomes via open internetstandaard
IPBuilding - de IP staat voor internetprotocol - ziet zijn smarthomeoplos-
singen liever niet vergeleken met de gekende domotica die gebruikers
volledig afhankelijk maakt van een bepaald merk. 'The Internet of things'
is voor de onderneming uit Wetteren the next big thing, dat even snel zal
doorbreken als de smartphone
Doordat alles over het IP-protocol verloopt, kunnen gebruikers kiezen
uit tal van producten en merken voor schakelaars, schermen, modules
enzovoorts en zijn ze zeker dat hun toepassing ook in de verre toekomst
nog zal worden ondersteund. IPBuilding biedt modulaire oplossingen en
toepassingen die men later gemakkelijk kan uitbreiden.
Uiteraard kunnen brand- en inbraakbeveiliging volledig worden geïnte-
greerd in een IPBuilding smarthome, met gebruik van camera's en audio
en inschakeling van externe beveiligingsfirma's.
Het systeem draait op het afgesloten LAN-netwerk van de gebruiker,
onbereikbaar voor mensen met slechte bedoelingen.
www.ipbuilding.be
Gira Esprit linoleum-multiplex: Helder design, natuurlijke materialen
Gira heeft de schakelaarserie Esprit uitgebreid met
nieuwe materialen. Met de designlijn Gira Esprit
linoleum-multiplex biedt men voor het eerst varian-
ten van uit hernieuwbare grondstoffen.
Gira Esprit linoleum-multiplex verenigt in één scha-
kelaarprogramma twee natuurlijke materialen:
- het afdekplaatje bestaat uit linoleum
- het gedeelte onder het linoleum is multiplex uit berkenhout.
Het schakelaarprogramma Gira Esprit linoleum-multiplex is beschikbaar
in zes verschillende kleuren. De kleuren zijn zo op elkaar afgestemd, dat
alle varianten kunnen worden gecombineerd tot een heel individueel kleu-
renspel op de wand.
De meer dan 300 functies die in het schakelaarprogramma kunnen wor-
den geïntegreerd, bieden bovendien oplossingen voor alle eisen aan intel-
ligente gebouwentechniek – van wandcontactdozen en lichtschakelaars,
via sensoren en huisstations, tot en met het intelligente KNX-systeem.
www.gira.de
Mersen gaat voor een verbeterde energie efficiëntie en kleinere footprint
Het productenpakket van Mersen
Electrical Power groeit gestaag verder.
Dit jaar is de HMI 2015 een mogelijk-
heid om de boodschap te verstevigen.
Er wordt gefocust op de nieuwe merk-
naam maar ook op vernieuwing in ver-
mogenscomponenten met de kleinste
footprint en efficiëntie in energie.
Op de stand(Hal 13 stand E68) staan in
de schijnwerper:
- De gloednieuwe MULTIVERT® 4-pole NH zekering
lastschakelaar welke de 3 fazen + N tegelijkertijd via
een uniek systeem schakelt, en als enige met een
breedte van slechts 100mm
- De nieuwe lijn IEC Surge-®Trap, overspanning bevei-
liging dekt elke applicatie van hoofd schakelbord tot
en met elke individueel apparaat, met speciale aan-
dacht voor de PV en LED beveiliging dit d.m.v. een
nieuwe 20kV genormaliseerde oplossing
- De nieuwe lijn, compacte wereldwijde premium
laagspanning lastschakelaars met de kleinste foot-
print onder de concurrentie, slechts 35mm breed
- De nieuwe range hoogspanning zekeringen volgens
de UTE Franse standaard met een veel lager wattver-
lies en wel met minus 30%.
ep.mersen.com
Fedelec magazine | 49
RENUSOL: RS1-klem
RENUSOL presenteerde op Ecobuild in Londen ‘s werelds
eerste universele klem, voor de bevestiging van fotovoltaïsche
zonnepanelen, die kan worden gebruikt als tussenklem én als
eindklem. De RS1 wordt omgewisseld van 'tussenklem' naar
'eindklem' door de klemkop met één hand 90 graden te draai-
en. De klem RS1 is in hoogte verstelbaar voor frames tussen
50 en 80 mm en daarom geschikt voor alle gangbare omrande
zonnepanelen. De plaatsing en bevestiging in de montage-
rail werkt met één hand, wat vooral op steile daken een groot
voordeel is. Niet alleen een besparing in voorraad dus.
De RS1-klem heeft de TÜV- en de MCS-certificering.
www.ultimateclamp.com
www.renusol.com/nl/
Op de laatste editie van Building Holland presenteerde TRILUX twee service gerichte concepten gericht op volledige ontzorging.
Eindgebruikers van een gebouw zijn namelijk niet langer op zoek naar een lamp of armatuur, maar willen simpelweg 'licht' – liefst op
maat. Met Light As A Managed Service (LAAMS) maakt men zorgeloos gebruik van duurzaam licht op de werkplek tegen een vaste
periodieke vergoeding. TRILUX garandeert de lichtprestatie en onderhoud. Zo bespaart men energie zonder investering noch zorg.
Met TRILUX Smart Lighting is men naast hoogwaardige LED-verlichting, ook verzekerd van gedetailleerde informatie over uw
gebouw. De armatuur is namelijk uitgerust met intelligente sensoren die de aanwezigheid van mensen, de temperatuur en zelfs de
luchtvochtigheid in de betreffende ruimte meet. Deze data wordt via een netwerk gecommuniceerd en gedeeld met een gebouwbe-
heersysteem. Hierbij maakt TRILUX gebruik van Redwood/Comscope technologie”
www.trilux.be
Product News
50 | Fedelec magazine
TRILUX lanceert twee nieuwe service concepten op Building Holland
Fluke's biedt kortingen tot 40% op populaire testkits
Tot 40% korting op de standaardprijzen van installatietesterkits
uit Fluke's serie 1650, digitale multimeters uit de DMM-serie 110
en stroomtangen uit de serie 320. De voordeelpakketten bevat-
ten ook de gratis items zoals Fluke-software, draagtassen en
een LED-alarmlicht.
De installatietesters Fluke 1652, 1653 en 1654 controle-
ren de elektrische veiligheid van installaties in gebouwen. Zij
bieden een snelle hogestroom-lustest, een variabele RCD-
stroommodus voor aangepaste instellingen en pass/fail-indi-
catie voor aardlekschakelaartests. Inclusief een gratis T110,
T130 of T150 TPOLE-tester.
De compacte digitale True-RMS-multimeters uit Fluke's
DMM-serie 110 zijn gebruiksvriendelijk en bieden nauwkeu-
rige metingen, consistente en betrouwbare prestaties en een
ultraveilige werking. Zij bevatten een gratis C25 draagtas en de
DMM 117 wordt bovendien inclusief ToolPak-meter-ophangset
geleverd.
Deze aanbieding is geldig tot 30 april 2015 (installatietesterkits)
of 30 juni 2015 (overige kits) of zolang de voorraad strekt.
www.fluke.be
In nieuwe woningen worden steeds meer domotica-
systemen geïnstalleerd. Klanten willen inderdaad hun
verschillende woningfuncties op afstand kunnen
bedienen – en op die manier heel wat energie
besparen – vanaf touchscreens in huis of vanaf
hun mobiele toestellen. Domintell, dat al vele
jaren lang een referentie is op dat gebied,
besteedt al zijn kennis en een belangrijk deel van
zijn middelen aan onderzoek en ontwikkeling om
producten te kunnen ontwikkelen die nog beter,
persoonlijker en toegankelijker zijn. Resultaat:
de markt van de domotica explodeert en de
behoefte aan gespecialiseerde installateurs groeit.
Waarom wordt u niet een van onze erkende partners-
installateurs? Een gratis opleiding van twee dagen
is voldoende om volop te profiteren van de groei
van deze nieuwe markt. Geïnteresseerd? Aarzel niet
ons te bellen voor een demonstratie. 067 88 82 50
[email protected] - www.domintell.com
1 NIEUWE WONING OP 5WORDT UITGERUST MET DOMOTICALAAT DIE KANS NIET VOORBIJGAAN:WORD DOMINTELL INSTALLATEUR w
ww
.avv
isi.c
omar
ch: F
ranç
ois
Mar
tens
met de plaatstalen verdeler xEnergy Basic BP-O
Nog meer pluspunten
De BP-O opbouw wandverdelers zijn onderdeel van een uitgebreid kastenprogramma van xEnergy Basic. xEnergy Basic verdelers zijn beschikbaar als opbouw- en inbouw wandverde-lers en als staande verdeler. Doordat er veel thermische ruimte beschikbaar is voor elektrische componenten kan er goed voldaan worden aan de EN-IEC 61439. De BP kasten zijn uitermate geschikt voor het toepassen van het Profi + inbouwsysteem.
Bekijk uw mogelijkheden op www.eaton.be
Uitgebreid kastenprogramma met veel plussenBP-O pluspunten:
Geaarde kasten met afneembare wanden
Installatiegemak door grote inwendige ruimte
Grote warmtedissipatie door grote diepte van de kast
Beschermingsgraden IP30 en IP54
Profi+ inbouwsysteem:
Profi+ voor het plaatsen van DIN modulaire componenten
Profi+ heeft inbouwmodulen voor vermogensautomaten tot 630 A.
Bezoek ons op Brussels ExpoPaleis 3 - Stand 610-611
19-21/05/2015
FEDELEC BPO kasten BE_NL.indd 1 15/04/15 14:28