52
© Eaton MEMBER OF: JAARGANG 31 - APR/MEI/JUN 2015 168 magazine FEDELEC Afgiftekantoor Oostende X - BC9646 - Driemaandelijks tijdschrift Verantwoordelijke uitgever: Filip Cossement - Bld. des Canadiens 118 - B-7711 Dottignies be GROEP TECHNORD Lokale expertise voor groot- schalige ziekenhuisfusie ELECTRO VERBEKE Van klooster tot woonzorg- centrum ELECTRO VAN DE PUTTE Performante technieken en vakmanschap voor WZC Bloemendal

Fedelec magazine 168 - NL

Embed Size (px)

DESCRIPTION

Vaktijdschrift voor de elektrotechnische sector

Citation preview

Page 1: Fedelec magazine 168 - NL

© E

aton

MEMBER OF:

JAARGANG 31 - APR/MEI/JUN 2015

168magazineFEDELEC

Afgiftekantoor Oostende X - BC9646 - Driemaandelijks tijdschrift Verantwoordelijke uitgever: Filip Cossement - Bld. des Canadiens 118 - B-7711 Dottignies

be

GROEP TECHNORD

Lokale expertise voor groot-

schalige ziekenhuisfusie

ELECTRO VERBEKE

Van klooster tot woonzorg-

centrum

ELECTRO VAN DE PUTTE

Performante technieken en

vakmanschap voor WZC

Bloemendal

Page 2: Fedelec magazine 168 - NL

tebis.quicklinkWanneer evolutie synoniemwordt van eenvoud !

tebis.quicklink verwijst naar de nieuwe configuratiemodus van de RF-producten.Dit aanbod behoeft geen opleiding of specifieke configurator.De tebis.quicklink -producten bieden een meerwaarde aan traditionele elektrischeinstallaties dankzij een volledige combinatie van zenders (vb : bewegingsmelders metzonnecelvoeding), ontvangers en zenders-ontvangers.Ze maken deel uit van de KNX-standaard en blijven dus programmeerbaar met de TX100Bof met ETS.

www.hager.be

Ann_quicklink_A4_Belge_NL_pro_Layout 1 03/04/12 15:37 Page1

Page 3: Fedelec magazine 168 - NL

tebis.quicklinkWanneer evolutie synoniemwordt van eenvoud !

tebis.quicklink verwijst naar de nieuwe configuratiemodus van de RF-producten.Dit aanbod behoeft geen opleiding of specifieke configurator.De tebis.quicklink -producten bieden een meerwaarde aan traditionele elektrischeinstallaties dankzij een volledige combinatie van zenders (vb : bewegingsmelders metzonnecelvoeding), ontvangers en zenders-ontvangers.Ze maken deel uit van de KNX-standaard en blijven dus programmeerbaar met de TX100Bof met ETS.

www.hager.be

Ann_quicklink_A4_Belge_NL_pro_Layout 1 03/04/12 15:37 Page1

LID VAN DE UNIE VAN DE UITGEVERS

VAN DE PERIODIEKE PERS

Colofon

Fedelec Magazine. Vakblad voor de elek-triciteitssector. Gratis verstuurd naar elek-trotechnische ondernemers, architecten, studieburelen, groothandels elektriciteit en industriële bedrijven.

PERIODICITEITDriemaandelijks

REDACTIEPhilip DeclercqT 056 77 13 10 | F 056 77 13 11E [email protected]

RECLAME - ADVIESFCO Media,Boulevard des Canadiens 118, 7711 DottigniesT 056 77 13 10 | F 056 77 13 [email protected]

VORMGEVINGMarieke VeysE [email protected]

Version française: sur simple demande

VERANTWOORDELIJKE UITGEVERFilip CossementBoulevard des Canadiens 118, 7711 Dottignies

OFFICIEEL TIJDSCHRIFT VAN DE NATIONALE FEDERATIE VAN ELEKTROTECHNISCHE ONDERNEMERS

DIRECTEUR FEDELECWilly PauwelsJ. Chantraineplantsoen 1, 3070 KortenbergT 02 757 65 12 | F 02 757 65 41

Niets uit deze uitgave mag worden verveel-voudigd en/of openbaar gemaakt worden door middel van druk, fotokopie, microfilm of op welke wijze ook, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. Voor ondertekende artikels zijn alleen de auteurs aansprakelijk. Voor de inhoud van de advertenties zijn enkel de adverteer-ders aansprakelijk. De uitgever erkent geen enkele verplichting tot opname van aange-boden advertenties.

Beste lezers,

Als nieuwe voorzitter van Fedelec is het de eerste maal dat ik mij tot u richt via ons

magazine.

Het is een hele eer, maar ook een grote verantwoordelijkheid om het voorzitterschap

waar te nemen van een beroepsorganisatie die intussen ruim 1.500 leden telt.

Dit zijn zowel zelfstandigen, kmo’s als heel grote bedrijven. Samen vertegenwoor-

digen zij alle specialiteiten binnen de tak van de elektrotechniek. Dat maakt van ons

een zeer representatieve sectororganisatie voor installateurs.

Hierbij wens ik eerst en vooral onze vorige voorzitter, Antoine Van Lierop, te bedan-

ken voor zijn jarenlange inzet. In zijn voorzitterschap heeft hij het initiatief genomen

om de werking van Fedelec in vraag te stellen en de start gegeven voor het opzetten

van een nieuwe structuur.

Het doel is samen met de leden de visie en strategie van Fedelec te verduidelijken en

de organisatie in functie van deze strategie beter te focussen.

Onze positionering binnen het platform STS en ten opzichte van de Confederatie

Bouw wordt in deze oefening meegenomen.

Dit zijn een aantal belangrijke punten voor een sectorfederatie als Fedelec die onder

het beleid van mijn voorganger werden ingezet en waar we nu met de volledige Raad

van Bestuur en het Fedelec team aan zullen verder werken.

We leven in een wereld die constant evolueert, ook en vooral op technologisch vlak.

Het is een taak voor Fedelec om de vinger aan de pols te houden. Wat zijn de geva-

ren voor onze sector, welk zijn de opportuniteiten en hoe kunnen we hierop inspe-

len? Wat verwachten de leden precies van ons?

Via de werking binnen onze sectorcomités en werkgroepen trachten we daar ant-

woorden op te formuleren. Het advies van onze leden is van kapitaal belang en

bepaalt onze acties.

In dit kader werden er al belangrijke stappen ondernomen en als nieuwe Fedelec

voorzitter wil ik mij inzetten om die verder te ontwikkelen.

Karl Neyrinck,

Voorzitter

voorwoorD

Page 4: Fedelec magazine 168 - NL

product news 48

FEDELEC IN ACTIE 05 - 13

TECNOLEC informeert

FEDELEC dossier

Projecten

events

Fiscale plafonds voor 2015 15

PV-installaties: Update bandingfactoren voor de berekening van GSC (VEA) 16

Aanvullend capaciteitstarief vanaf 1 juli 2015

voor prosumenten met een terugdraaiende teller 19

Nieuwe leden 21

VOLTA, dé nieuwe centrale sectororganisatie! 22

Armaturen - optische karakteristieken 24

Intelligente bedrijfswageninrichting 27

Lokale expertise voor grootschalige ziekenhuisfusie 28

“De uitdagingen van de elektro-installateur zijn ook de onze” 32

Van klooster tot woonzorgcentrum 34

TRILUX Akademie opent deuren voor elektro-installateurs in de Benelux 38

Performante technieken en vakmanschap voor WZC Bloemendal 40

Walstroomplatform voor binnenschippers 44

Smart Building: van mythe tot realiteit 46

Promotiedag duurzame verlichting 2015 47

inhoud

47

27

44

24© a

rchi

tblo

g.b

e - F

los

Page 5: Fedelec magazine 168 - NL

FEDELEC IN ACTIE

Sedert lang hebben wij leden installa-

teurs die in een jury zetelen van scho-

len. Verschillenden onder hen maakten

ons er attent op dat sommige jongeren

niet echt arbeidsrijp zijn na het beëindi-

gen van hun studies.

De redenen hiervoor zijn velerlei: ofwel

heeft het te maken met de attitude van

de jongere, ofwel wordt het lessenpak-

ket niet gegeven zoals het moet, ofwel

beschikt de school over te weinig of niet

aangepast materiaal voor de praktijk-

lessen, ofwel hebben noch de leraar

noch de jongeren voldoende aange-

paste stages kunnen volgen. De reden

kan uiteraard ook elders liggen.

Onze regionale afdeling Fedelec Oost-

Vlaanderen nam enkele jaren geleden

het initiatief om verschillende actoren

samen te brengen om die situatie te

analyseren, er conclusies uit te trekken

en oplossingen uit te werken. Zo ont-

stond het E-consortium.

Nieuwjaarshappening voor leden Fedelec Brussel-Halle-Vilvoorde

Op 6 februari organiseerde de regionale

Fedelec afdeling Brussel-Halle-Vilvoorde

naar jaarlijkse gewoonte de ledenbijeen-

komst naar aanleiding van het nieuwe

werkjaar.

Place to be: Bowling Stones te Wemmel.

De leden werden er verwelkomd door de

bestuurders van de plaatselijke afdeling

onder leiding van voorzitter François Léon.

Volgend op de receptie konden de leden

hun kunsten tonen op de bowlingbaan.

FEDELEC wil de leertrajecten voor jongeren die elektricien willen worden mee helpen verbeteren

Dat initiatief kende een enorm succes

vooral te danken aan de inzet van de

“pioniers” in dit verhaal, namelijk Johan

Lambrechts, Christiaan Crucke en

André Overdulve.

Om die reden werd beslist om het initia-

tief uit te breiden naar alle provincies en

de “coördinatie” van het project over te

laten aan Vormelek.

Wat is het doel? We willen in overleg

met scholen, bedrijven, industrie (fabri-

kanten) en keuringsorganismen op

zoek gaan naar een aantal criteria om

de lessen en de stages kwaliteitsvoller

te laten verlopen.

Zo willen we tot een gedragen stand-

punt komen over alle provincies heen.

Dit provinciaal overleg ging van start in

maart 2015 en geleidelijk aan zullen alle

provincies betrokken worden.

Na een eerste onderzoek zullen, op

basis van de resultaten, acties onder-

nomen worden om bedrijven zo goed

als mogelijk voor te bereiden op werk-

plekleren en het aanreiken van een

kwalitatieve werkplek.

Een nieuwe actie kan het uitbouwen

zijn van een goed opleidingstraject

voor bedrijven. Lopende acties zoals

het aanbieden van een e-module over

coaching zullen in dit kader geopti-

maliseerd worden. Daarnaast zullen

goede praktijken verzameld worden

van bedrijven en zullen deze verspreid

worden naar de bedrijven, scholen en

centra.

Fedelec is er van overtuigd dat werk-

plekleren fundamenteel is om een

goede opleiding te kunnen hebben. We

zullen de acties gecoördineerd vanuit

Vormelek dan ook ten volle steunen om

ervoor te zorgen dat de werkervarings-

plaatsen zo kwalitatief mogelijk zijn.

Op dit moment voelen wij zelf aan dat

onze bedrijven hierin nog extra begelei-

ding nodig hebben.

Fedelec magazine | 5

Page 6: Fedelec magazine 168 - NL

FEDELEC IN ACTIE

Identificatie van personeel en registratie van aanwezigheid op de werf. Hoe zit dat nu juist voor de installateurs elektriciens?

Is die dan niet te verkrijgen voor de elek-

triciens?

Het antwoord is neen, want de

Construbadge is enkel verkrijgbaar

voor de bedrijven die vallen onder het

PC bouw (PC 124, RSZ-prefix 024, 026,

044 of 054).

Wat moeten de elektriciens dan wel

hebben?

Eerst en vooral moet men een duidelijk

onderscheid maken tussen de identifi-

catie van mensen en het verplicht regis-

treren van aanwezigheden op werven

boven de 800.000 euro.

Wat de identificatie betreft, heeft

Staatssecretaris Bart Tommelein te

kennen gegeven dat hij de intentie heeft

om de verplichting tot visuele identifica-

tie op te leggen aan iedereen die werkt

op een bouwwerf. De bouwsector heeft

hiervoor een particulier en op vrijwillig-

heid gebaseerd initiatief ontwikkeld,

namelijk de bewuste Construbadge.

Andere sectoren, waaronder de onze,

kunnen natuurlijk ook een badge eigen

aan hun sector ontwikkelen, maar is dat

wel aangewezen?

Tijdens een recent gesprek met de

Staatssecretaris hebben we de vraag

gesteld of het niet logischer zou zijn om

de elektronische identiteitskaart (eID)

als identificatiemiddel te laten dienen.

Gezien iedereen die op zak moet heb-

ben, heeft een bijkomende badge toch

weinig zin of niet?

In feite is het zo dat de elektronische

identiteitskaart in theorie als identifica-

tiemiddel kan dienen, maar een aantal

gegevens zijn momenteel niet consul-

teerbaar, onder andere de gegevens

met betrekking tot de werkgever.

De diensten van de Staatssecretaris

onderzoeken momenteel of de elektro-

nische identiteitskaart kan aangepast

worden (dit vraagt ook enkele wettelijke

aanpassingen) zodat ze ook als identi-

ficatiemiddel op bouwwerven kan die-

nen.

Dat voor wat het deel “identificatie”

betreft.

Los daarvan heeft men de verplichting

tot registratie van zelfstandigen, werk-

nemers en uitzendkrachten op werven

boven de 800.000 euro (totaalbedrag

van de werken).

Hoewel de wet geen enkel registratie-

systeem oplegt stelt de RSZ wel een

registratietool “Checkinatwork” ter

beschikking van de betrokken perso-

nen.

Deze kan via vier verschillende kanalen

gebruikt worden:

1. De onlinedienst via desktop: van-

op een PC, die zich op de hoofdzetel

bevindt, wordt via een beveiligde toe-

gang de aanwezigheid van elke per-

soon op de werf geregistreerd via de

portaalsite van de sociale zekerheid

2. De gateway: de aanwezigheden wor-

den geregistreerd op een centrale PC

die zich bevindt op de werf en die over

een internetverbinding en kaartlezer

voor eID beschikt. Elke persoon aan-

wezig op de werf registreert via deze

PC zijn aanwezigheid op de werf (eID,

rijksregisternummer of Limosanummer

voor gedetacheerd personeel)

3. De mobiele onlinedienst: elke per-

soon registreert met een smartphone

of tablet zijn aanwezigheid op de werf

via een beveiligde toegang op de por-

taalsite van de sociale zekerheid

4. De webservice: uw bestaand regis-

tratiesysteem (planning, track-and-

trace, werkbadge,…) communiceert

met de webservice om de aanwezig-

heid te registreren

Als installateur elektricien beschikt u

dus nu al over verschillende mogelijk-

heden om uw wettelijke verplichtingen

na te komen.

Komt er dan helemaal geen badge

eigen aan onze sector?

Dat zal uiteindelijk afhangen van de ver-

dere besprekingen in dit dossier.

Ofwel wordt het gewoonweg de elek-

tronische identiteitskaart als gewet-

tigd en sterk beveiligd identificatiemid-

del waarmee men ook kan registreren,

maar indien zou blijken dat dit niet kan,

dan zal men waarschijnlijk gaan naar

een sector overschrijdend systeem van

badge, t.t.z. identiek voor verschillende

sectoren.

We krijgen nog steeds heel wat vragen over deze materie, voor-

al omdat de arbeiders uit de bouwsector nu beschikken over een

“Construbadge” waarmee ze zich op de werf kunnen identificeren.

6 | Fedelec magazine

Page 7: Fedelec magazine 168 - NL

FEDELEC IN ACTIE

Op donderdag 5 februari was een

delegatie bestuurders van de regi-

onale Fedelec afdelingen Oost- en

West-Vlaanderen op uitnodiging

van zaakvoerder Geert Ballet te gast

op het hoofdkantoor van Trayco te

Oudenaarde voor een bedrijfsbezoek

en nieuwjaarsdrink.

Na verwelkoming door Geert Ballet

hemzelf en Pieter Tsjoen, medeoprich-

ter Trayco, en zaakvoerder Vento, was

het de heer Stijn De Cock, hoofdeco-

noom VOKA, die de financiële wereld

in kaart bracht, waarna Geert Ballet de

troeven van Trayco, zijnde de kunst van

innovatief produceren van kabeldraag-

Oost- en Westvlaamse Fedelec bestuurders op bedrijfsbezoek bij TRAYCO

Sectorcomité WarmtepompenInfo- & overlegvergadering (28/01/2015)

Op 28 januari 2015 heeft Fedelec in samenwerking met de federaties ICS (chauf-

fagisten en sanitaristen) en UBF-ACA (koeltechnici) in Kortenberg een info- & over-

legvergadering georganiseerd voor de sector van de Warmtepompen.

Tijdens deze actieve vergadering werden volgende onderwerpen intensief

besproken:

1. De werking van Fedelec inzake hernieuwbare energie via sectorcomités in

samenwerking met de federaties ICS (chauffagisten en sanitaristen) en UBF-ACA

(koeltechnici)

2. Actuele ondersteuning aan de sector

3. Positie van de nieuwe regeringen aangaande de sector (door de VCB)

4. RESCert – Certificatie van installateurs van hernieuwbare energie

Naast de bespreking van het steunkader en de nodige publiciteit om de

Warmtepompmarkt te stimuleren, is er vooral gediscussieerd over RESCert.

RESCert staat voor Renewable Energy System Certification en voorziet in een

certificatie van personen die kleinschalige hernieuwbare energiesystemen plaat-

sen. Het gaat hier onder andere over Warmtepompen.

Kris Van Dingenen,

[email protected]

Het Sectorcomité WP heeft

bedenkingen bij het systeem

van RESCert. Er dient een rui-

mer kwaliteitskader voorzien

te worden. Omdat de beden-

kingen van toepassing zijn op

al le Hernieuwbare Energie-

installaties, zijn deze bedenkin-

gen opgenomen in het artikel

“Kwaliteitskader Hernieuwbare

Energie-installaties” in de rubriek

“Fedelec in Actie”

systemen en de kunst van het leveren

van kwaliteit, toelichtte.

Vervolgens werden de bestuurders

rondgeleid door de magazijnen van

Trayco en Vento, 5000 m² groot en een

1000-tal artikelen voorradig, en nadien

getrakteerd op smakelijke hapjes ter

gelegenheid van het nieuwe jaar.

Fedelec magazine | 7

Page 8: Fedelec magazine 168 - NL

FEDELEC IN ACTIE

Op 24 februari 2015 heeft Fedelec in

Kortenberg een info- & overlegverga-

dering georganiseerd voor de sector

van de Fotovoltaïsche Zonne-energie in

Vlaanderen.

Tijdens deze actieve vergadering wer-

den volgende onderwerpen intensief

besproken:

1. De werking van Fedelec inzake her-

nieuwbare energie via sectorcomités in

samenwerking met de federaties ICS

(chauffagisten en sanitaristen) en UBF-

ACA (koeltechnici)

2. Overzicht van de status van de

PV-sector (door ODE Vlaanderen)

3. Positie van de nieuwe regeringen

aangaande de sector (door de VCB)

4. RESCert – Certificatie van installa-

teurs van hernieuwbare energie

5. Bespreking komend initiatief van

groepsaankopen PV-installaties (over

gans België).

De bespreking van bovenstaande pun-

ten heeft aanleiding gegeven tot ver-

schillende bedenkingen en standpun-

ten die in dit magazine opgenomen zijn:

De artikels die enkel betrekking heb-

ben op de PV-installaties, zijn onderaan

opgenomen in dit deel “Sectorcomité

PV-installaties”

De artikels die ruimer zijn dan

PV-installaties, zijn elders opgenomen

in de rubriek “Fedelec in Actie”:

- Groepsaankopen van Hernieuwbare

Energie-installaties

- Kwaliteitskader Hernieuwbare

Energie-installaties

Bedenkingen bij de voorstellen

van Minister Turtelboom inzake

groenestroomcertificaten (GSC)

De Beleidsnota Energie van Minister

Turtelboom geeft een concretere invul-

ling van het Vlaamse regeerakkoord

2014-2019.

Er wordt o.a. gesproken over:

• een oplossing zoeken voor de over-

schot aan groenestroomcertificaten en

verrekening van de “historische schul-

den” bij de distributienetbeheerders

• het hervormen en vereenvoudigen

van het certificatensysteem voor groe-

ne stroom

Standpunt inzake de schrapping

van de categorie kleine

PV-installaties (≤ 10 kW) voor

installaties geplaatst vanaf 1 juli

2015

De Vlaamse Regering heeft op vrijdag

13 februari 2015 de afschaffing van de

projectcategorie t.e.m. 10 kW princi-

pieel goedgekeurd (Voorontwerp van

besluit van de Vlaamse Regering hou-

dende wijziging van het Energiebesluit

van 19 november 2010, wat betreft de

representatieve projectcategorieën

voor groene stroom en kwalitatieve

warmte-krachtkoppeling).

Dit betekent dat er ondanks de bere-

kening die aangeeft dat er een kleine

steun nodig is, geen steun via certi-

ficaten meer zal gegeven wordt voor

PV-installaties ≤ 10 kW die geplaatst

zullen worden vanaf 1 juli 2015.

Standpunt inzake het

aanvullend capaciteitstarief

voor prosumenten met een

terugdraaiende teller

Het Sectorcomité PV van Fedelec vindt

het fair dat alle netgebruikers, ook de

netgebruikers met een PV-installatie

met terugdraaiende teller (zowel gezin-

nen als kmo's - vermogen omvormer

kleiner dan of gelijk aan 10 kW), een cor-

recte en solidaire vergoeding betalen

voor de diensten die de distributienet-

beheerder levert. Net zoals netgebrui-

kers met grotere PV-installaties, maken

de netgebruikers met een PV-installatie

met terugdraaiende teller immers ook

gebruik van het distributienet.

Maar, het Sectorcomité PV van Fedelec

betreurt daarbij dat de distributienet-

beheerders spreken van een “dubbel

gebruik” van het distributienet door

netgebruikers met PV-installaties. Dit

woordgebruik wekt de indruk dat deze

netgebruikers “dubbel” zouden moe-

ten betalen wat verder een negatief

imago geeft aan de PV-sector. Maar er

wordt helemaal geen dubbel gebruik

gemaakt van het distributienet. Het dis-

tributienet wordt simpelweg afwisse-

lend in 2 richtingen gebruikt, maar prin-

cipieel kost dat feit geen cent extra aan

het distributie. De andere richting van

de elektrische stroom in een elektrische

geleider, vereist niet dat er bijvoorbeeld

een duurder type of grotere doorsnede

van bekabeling moet voorzien worden.

Het Sectorcomité PV-installaties

van Fedelec wil samen met andere

marktpartijen de mogelijke oplos-

singen bespreken. Het voorstel

voor het niet toekennen van steun

(GSC) bij negatieve beursprijzen

van stroom, is onaanvaardbaar

voor een stabiel investeringskli-

maat.

Het Sectorcomité PV-installaties

van Fedelec is principieel niet

akkoord met het schrappen van

de steunmogelijkheid voor nieuwe

kleine PV-installaties. Dit vormt

een precedent voor eenzijdige

politieke beslissingen in het kader

van de groenestroomcertificaten

wat het investeerdersvertrouwen

aantast.

Fedelec vraagt overleg met het

kabinet Turtelboom over de drin-

gende activering van de PV-markt.

Sectorcomité PV-installaties Info- & overlegvergadering (24/02/2015)

8 | Fedelec magazine

Page 9: Fedelec magazine 168 - NL

Een woning (of gebouw) met een PV-installatie zal op elk

ogenblik trouwens ofwel enkel een afname doen van het net,

ofwel enkel een injectie doen in het net. Afname en injectie

gebeuren m.a.w. nooit tegelijk, wel afwisselend, dus volgens

het Sectorcomité PV van Fedelec kan er moeilijk van dubbel

gebruik gesproken worden.

Een correcte en solidaire vergoeding voor het gebruik van

het distributienet is wel verantwoord omdat:

• het distributienet nu eenmaal gebruikt wordt (maar zoals

reeds gesteld, geeft het afwisselen tussen afname en injectie

geen enkele hogere kost voor de distributienetbeheerders)

• de distributienetbeheerders extra kosten hebben voor de

administratie van decentrale productie-eenheden in hun net-

gebied

• de distributienetbeheerders omwille van het aansluitrecht

van decentrale productie-installaties ≤ 10 kVA, mogelijks

kunnen geconfronteerd worden met de noodzaak om het

net te versterken op plaatsen waar er zich een te sterke con-

centratie voordoet.

Maar, bij de bepaling van deze correcte en solidaire vergoe-

ding vergeet men vaak rekening te houden met het feit dat

deze kleine productie-installaties bijdragen aan het bereiken

van de hernieuwbare energiedoelstellingen voor ons land.

Een vergoeding van de prosumenten aan het distributienet is

dus aanvaardbaar op voorwaarde dat:

• het een correcte en solidaire bijdrage is in verhouding tot

de werkelijke kosten, geen fofaitaire “taks” zoals het nu is. Dit

hypothekeert de ontwikkeling aan PV. De werkelijke kosten

zijn de kosten voor het gebruik van het distributienet vermin-

derd met de vermeden kosten van het niet behalen van de

doelstellingen inzake hernieuwbare energie.

• er een stimulering is van bevoorradingszekerheid (= vraag-

verschuiving batterijopslag stimuleren)

• REG nog gestimuleerd wordt (een loutere capaciteitsbij-

drage op basis van het vermogen draagt hier dus niet toe bij)

• indien de veiligheid van het net niet in het gedrang komt (er

moet vermeden worden dat nieuwe PV-installaties niet aan-

gegeven worden)

Kris Van Dingenen

[email protected]

Het Sectorcomité PV-installaties van Fedelec wil samen

met andere marktpartijen een slimme tarievenstructuur

onderhandelen tegen 2017.

Fedelec magazine | 9

Page 10: Fedelec magazine 168 - NL

FEDELEC IN ACTIE

17de Nacht van de Elektriciens - Oh what a Night!

Op vrijdag 27 maart werd in de Salons

Waerboom de Buitengewone Algemene

Statutaire Vergadering gehouden met

daaropvolgend de traditionele Nacht

van de Elektriciens. Het was deze edi-

tie de beurt aan de regionale afdeling

Fedelec Brussel-Halle-Vilvoorde om,

met de ondersteuning van het nationale

secretariaat, dit jaarlijks evenement te

organiseren.

Tijdens de Algemene Vergadering

was het de directeur van Fedelec Willy

Pauwels die een overzicht bracht van

de activiteiten van het voorbije jaar 2014

met klemtoon op de meer sectorspe-

cifiek gerichte aanpak en dienstverle-

ning, alsook de verdere uitbouw van

een vernieuwd en verjongd adminis-

tratief team. Ook was er de bekrachti-

ging van de nieuwe samenstelling van

de Raad van Bestuur en de voorzitters-

wissel.

Terwijl de bestuurders de vergade-

ring bijwoonden, was er voor de part-

ners een workshop georganiseerd met

meester chocolatier Marc Nevens van

Het Chocoladehuis uit Aalst. Naast

zijn demonstratie kon er ook uitvoerig

geproefd worden van de verschillende

bereidingen en chocoladesmaken.

Na de vergadering en de workshop

werd iedereen verwelkomd op de

receptie van het banket en een 240-tal

gasten schoven nadien aan voor het

smakelijke menu. Tussendoor waren er

de gebruikelijke toespraken. Eerst was

het de voorzitter van de regionale orga-

niserende afdeling Fedelec Brussel-

Halle-Vilvoorde, de heer Francois Léon,

die de aanwezigen dankte voor hun

deelname alsook de partners voor de

ondersteuning van het evenement.

Vervolgens sprak de uittredende voor-

zitter, de heer Antoine Van Lierop, zijn

dank uit voor de ervaringen van de

voorbije vijf jaar en kondigde hij Karl

Neyrinck aan als de nieuwe voorzitter

Fedelec nationaal. De heer Neyrinck

loofde op zijn beurt zijn voorganger

voor zijn geleverde inzet en wees op de

hechte samenwerking en respect bin-

nen de organisatie en de integratie in de

structuren van de Confederatie Bouw.

Na de toespraken en wanneer het des-

sert erop zat, konden de genodigden

hun beste danskunsten tonen op de

beats van het orkest. En of er gedanst

werd!

Wij danken al de sponsors!

10 | Fedelec magazine

Page 11: Fedelec magazine 168 - NL

FEDELEC organiseerde speeddatings middenspanning- en hoogspanning

Tijdens de maanden april en mei orga-

niseerde Fedelec een aantal infoses-

sies in Vlaanderen en Wallonië volgens

de formule speeddating, een concept

waarbij de deelnemers ingedeeld wor-

den in kleinere groepjes en zo elke

standhouder bezoeken en de nodige

informatie krijgen.

Onderwerp van de speeddating was

Middenspannings- en Hoogspannings-

installaties correct installeren, onder-

houden en schakelen.

Met dit initiatief richtte Fedelec zich tot

zowel elektro-installateurs met ervaring

met midden- en hoogspanning, als ook

installateurs zonder praktische ervaring

die de markt willen betreden om zelf

MS- en HS-installaties te kunnen instal-

FEDELEC IN ACTIE

leren, beter inzicht te verwerven met

betrekking tot deze materie inzake las-

tenboeken, of om zelf voldoende kennis

van methodes en materialen te verwer-

ven om bestaande transfo’s te kunnen

schakelen bij klanten voor werkzaam-

heden of na uitval door een spannings-

onderbreking of –dip. Ook bedrijven

met een eigen hoogspanningsaanslui-

ting, studiebureaus alsook enkele grote

aannemingsbedrijven en de distributie-

netbeheerders waren uitgenodigd.

Telkens was het Kris Van Dingenen

(adjunct-directeur Fedelec) die de

inleidende verwelkoming en prakti-

sche toelichting van de avond voor zijn

rekening nam. Vervolgens nam een

verantwoordelijke van de regionale

distributienetbeheerder het woord om

de nieuwe technische voorschriften,

Synergrid C2/112, voor aansluiting

op het HS-distributienet, toe te lich-

ten. Daarna konden de verschillende

groepjes (ongeveer 10 installateurs per

groep), plaatsnemen en doorschui-

ven aan de standen van DEBA, EME,

SCHNEIDER ELECTRIC, SIEMENS en

VINCOTTE. Tijdens het netwerkings-

moment achteraf was er nog heel wat

belangstelling voor de opgestelde

demo-modules.

SAMENSTELLING NIEUWE RAAD VAN BESTUUR

Antwerpen: De Prins Peter, Bestuurder

Antwerpen: Ennekens Jan, Bestuurder

Brussel-Halle-Vilvoorde: Leon François, Bestuurder

Brussel-Halle-Vilvoorde: Rassaerts Yvan, Bestuurder

Henegouwen West: Bontems Jean-Marie, Bestuurder

Henegouwen Zuid: Colonnello Danilo, Bestuurder

Limburg: Thijs Erik, Bestuurder

Limburg: Berings Freddy, Bijkomende afgevaardigde

Luik: Carabin José, Bestuurder

Luik: Wittevrongel Christian, Bijkomende afgevaardigde

Namen: Hallaux Delphine, Bestuurder

Namen: Dekoninck Nicolas, Bijkomende afgevaardigde

Oost-Vlaanderen: Pieters Jan, Bestuurder

Oost-Vlaanderen: Overdulve André, Bestuurder

Verviers: Laurent Jean-Pierre, Bestuurder

Verviers: Loop Henri, Bijkomende afgevaardigde

Vlaams Brabant: Corbeels Fanny, Bestuurder

Vlaams Brabant: Robert Roger, Bestuurder

Waals Brabant: Millet Charles, Bestuurder

Waals Brabant: Focant Luc, Bijkomende afgevaardigde

West-Vlaanderen: Desauw Vera, Bestuurder

West-Vlaanderen: Vanden Berghe Lode, Bestuurder

West-Vlaanderen: Neyrinck Karl, Voorzitter

Fedelec magazine | 11

Page 12: Fedelec magazine 168 - NL

FEDELEC IN ACTIE

Groepsaankopen voor standaard

consumentenproducten (stookolie,

elektriciteit, aardgas, pellets, brand-

hout, etc…) zijn een onvermijdelijk

maatschappelijk fenomeen gewor-

den. Het is een middel om met één

actie een groot aantal potentiële

klanten te bereiken.

Stilaan zien we ook groepsaankopen

ontstaan voor technische installaties.

Hier komen we volgens Fedelec op

een heel ander terrein. Een techni-

sche installatie vereist meestal een

individuele analyse met een indivi-

duele dimensionering waarbij tevens

rekening moet gehouden worden

met de omgeving waar deze installa-

tie geplaatst zal worden. Bovendien

mag het aspect service en onder-

houd ook niet vergeten worden als

het om installaties gaat.

Het is met andere woorden niet

zomaar evident om dit op een cor-

recte manier te organiseren via een

formule van groepsaankopen. Per

technologie dienen er randvoor-

waarden bepaald te worden en in

acht genomen te worden.

Belangrijkste randvoorwaarden voor

organisatoren van groepsaankopen

voor hernieuwbare energie installa-

ties:

• Zorg voor kwaliteit.

- Voorzie in de inschrijvingsdocu-

menten voor de installatiebedrij-

ven criteria opdat er enkel bedrijven

kunnen deelnemen die voldoen aan

kwaliteitseisen die betrekking heb-

ben op de betreffende hernieuwbare

energie-installaties

- Voorzie in de inschrijvingsdocu-

menten voor de installatiebedrijven

steekproefsgewijze controles op het

af te leveren werk, pro rata met het

aantal effectief geplaatste installa-

ties, en voorzie corrigerende maatre-

Hernieuwbare Energie-installaties: Groepsaankopen

gelen. (en voer die controles dan nadien

ook uit)

• Controleer de ingeschreven installatie-

bedrijven

- Hebben ze toegang tot het beroep

(inschrijving KBO)? (Mogen ze eigenlijk

wel de betreffende hernieuwbare ener-

gie-installaties plaatsen?)

Controleer op: http://kbopub.economie.

fgov.be/kbopub/zoeknummerform.html

- Hebben ze geen schulden bij de over-

heid (risico op faillissement)?

Fiscus: https://eservices.minfin.fgov.be/

portal/nl/public/citizen/services/attests

RSZ: https://www.socialsecurity.be/

web7/ppr/?lang=nl

• Zorg voor lokale installatiebedrijven.

Dit is niet alleen van belang tijdens de

installatie, maar ook voor latere service

en onderhoudswerkzaamheden zal dit

de verplaatsingen beperken wat goed is

voor zowel het milieu als de kost voor de

eindklant.

• Laat slechts 1 niveau van onderaan-

neming toe (geen onderaannemer van

een onderaannemer) en leg dezelfde

voorwaarden op aan de onderaanne-

mers als aan de hoofdaannemers. Laat

geïnteresseerde installatiebedrijven die

met onderaanneming willen werken, hun

onderaannemer(s) mee opgeven tijdens

de inschrijvingsfase.

• Eis dat er altijd ten minste 1 iemand op

de werf is die de taal praat van het gewest

waar de klant woont (Nederlands of

Frans)

• Bundel inschrijvingen in loten met een

maximale grootte van 200 geïnteres-

seerde klanten in functie van hun geo-

grafische ligging. Dit is ook beheersbaar

voor kleine installatiebedrijven die goed

georganiseerd zijn.

• Laat de installatiebedrijven de mogelijk-

heid om te bieden op zoveel loten als ze

willen, maar beperk het uiteindelijk maxi-

maal aantal loten die ze kunnen toege-

wezen krijgen tot bijvoorbeeld 2 of 3. Op

deze manier wordt er vermeden dat er 1

groot bedrijf alle loten zou binnenhalen

met onderaannemers die misschien niet

altijd gewenste kwaliteit zouden leveren

onder prijsdruk.

• Maak heel duidelijk wat er in de prijs

inbegrepen is en wat niet

• Laat toe om prijszettingen te differenti-

eren. Zo zal de installatie van PV-panelen

op een plat dak of een hellend dak resul-

teren in een andere prijs. Ook de gebruik-

te dakbedekking heeft een differentië-

rende invloed.

Concreet project CLEAR van Test-

Aankoop: Groepsaankopen voor

PV-installaties in België

CLEAR is de afkorting van “enabling

Consumers to Learn about, Engage with

and Adopt Renewable energy techno-

logies”. Bij dit Europese project zijn vijf

landen betrokken: België, Spanje, Italië,

Portugal en Nederland. In die landen blij-

ken de consumenten nog steeds te aarze-

len om mee te stappen in het verhaal van

hernieuwbare energie. Uit de ervaringen

en de kennis van verschillende Europese

consumentenorganisaties (Test-Aankoop

in België) blijken vooral drie factoren een

belangrijke belemmering te vormen:

• de consumenten kennen te weinig de

voordelen van hernieuwbare energie en

beschikken niet over voldoende informa-

tie op maat om de stap te zetten;

• een gebrek aan vertrouwen in zowel de

technologie als de installateurs/verko-

pers;

• de hoge aankoopkosten voor de tech-

nologieën.

De eerste 2 geformuleerde belemmerin-

Standpunt Fedelec:

Groepsaankopen enkel aanvaard-

baar voor installaties mits rand-

voorwaarden

12 | Fedelec magazine

Page 13: Fedelec magazine 168 - NL

Ruimer kwaliteitskader nodig dan RESCert

Fedelec heeft in samenwerking met de

federaties ICS (chauffagisten en sanita-

risten) en UBF-ACA (koeltechnici) eind

2014 en begin 2015 verschillende info-

& overlegvergaderingen georganiseerd

in Vlaanderen en Wallonië via de ver-

schillende sectorcomités:

- Sectorcomité Fotovoltaïsche

installaties

- Sectorcomité Warmtepompen

- Sectorcomité Zonthermische

installaties

Naast de bespreking van het steunka-

der en de nodige publiciteit om de markt

van Hernieuwbare Energie-installaties

te stimuleren, is er ook gediscussieerd

over RESCert.

RESCert

RESCert is de Belgische omzetting van

de Europese Richtlijn 2009/28/EG van

23 april 2009 ter bevordering van het

gebruik van energie uit hernieuwbare

bronnen.

RESCert staat voor Renewable Energy

System Certification en legt een cer-

tificatie van personen (erkenning van

competenties) die kleinschalige her-

nieuwbare energiesystemen plaatsen

vast (zie www.rescert.be).

Het gaat hier over 6 technologieën:

- Fotovoltaïsche installaties

- Zonthermische installaties voor

sanitair warm water

- Zonthermische installaties combi

(CV/SWW)

- Warmtepompen

- Ondiepe geothermische systemen

- Biomassaketels

Er zijn grosso modo 3 voorwaarden om

als persoon RESCert te kunnen wor-

den:

- Beantwoorden aan de voorwaarden

voor toegang tot het beroep

- Beroepservaring van 3 jaar (niet van

toepassing voor certificaat als kandi-

daat)

- Opleiding volgen en slagen in het exa-

men in een erkend opleidingscentrum

De kost van een certificaat is 250 EUR

voor een duurtijd van 5 jaar. Kris Van Dingenen

[email protected]

David Germani

[email protected]

gen zal het project aanpakken door de

consument te betrekken bij webcom-

munity’s rond hernieuwbare energie en

door tests en relevante informatie over

hernieuwbare energie te publiceren: zie

www.my-renewable-energy.org

Op deze link is te zien dat er ook web-

community’s zi jn gemaakt voor

Zonneboilers, Warmtepompen en

Pelletkachels. Voorlopig zal er alleen

een groepsaankoop voor PV-installaties

komen.

De laatste geformuleerde belemmering

van hoge aankoopkosten zal het project

aanpakken door groepsaankopen te

organiseren.

Concreet heeft Test-Aankoop een

oproep gelanceerd tot kandidatuurstel-

ling voor deelname aan een groeps-

aankoop van installaties van fotovolta-

ische zonnepanelen van maximaal 10

kW voor particulieren en KMO’s. Deze

groepsaankoop maakt integraal deel uit

van het CLEAR-project.

• De kandidaturen van de installatie-

bedrijven van fotovoltaïsche syste-

men moeten onder gesloten omslag

met de post worden verstuurd tegen

uiterlijk 29 mei 2015 om 16u00, waar-

bij de poststempel rechtsgeldig is,

naar Test-Aankoop – afdeling CCPS

P&A, ter attentie van de heer Christian

Dedoncker, Hollandstraat 13, 1060

Brussel.

• Het brede publiek zal vanaf 15 juni tot

31 augustus kunnen inschrijven voor

de groepsaankoop PV-installaties van

CLEAR (Test-Aankoop).

Alle informatie met voorwaarden en

deelnamedocumenten zijn te vinden op

de website van Fedelec:

- CLEAR algemene voorstelling

- Oproep tot kandidaatstelling

- Bijlage 1 Modelovereenkomst

- Bijlage 2 Beschrijving installatie -

Lastenboek

- Bijlage 3 Beschrijving van de veiling-

procedure

- Bijlage 4 Stappenplan

FEDELEC IN ACTIE

Knelpunten volgens Fedelec, ICS

en UBF-ACA

- De verplichting tot het volgen van

opleidingen Hernieuwbare Energie

door personen geeft geen enke-

le garantie dat het resultaat (= de

installatie) OK zal zijn. Men heeft

meer nodig dan enkel opleiding

om te komen tot een kwaliteitsvolle

installatie.

- De installatiebedrijven vinden

het nutteloos dat elke geïnteres-

seerde, ongeacht eventuele voor-

kennis, moet deelnemen aan een

vastgelegde (toch wel uitgebreide)

opleiding vooraleer deel te mogen

nemen aan het examen dat leidt

tot een competentiecertif icaat.

Competentiecertificaten op per-

soon verhogen bovendien het risico

op ‘wegkopen’ van personeelsleden

wat soms een rem vormt voor bedrij-

ven op het laten vormen van perso-

neelsleden.

Fedelec magazine | 13

Page 14: Fedelec magazine 168 - NL

14 | Fedelec magazine

Bouwen zit in ons DNADat merkt u ook aan onze service

De verzekeraar die zijn winst met u deelt

Meer info: www.federale.be

Om als bouwondernemer opdrachten binnen te halen, moet u weten welke risico’s u kunt nemen. Federale Verzekering werd meer dan 100 jaar geleden opgericht door aannemers en kent dus die risico’s en weet hoe ze te verzekeren. Meer veiligheid, minder ongevallen, minder schade en bijgevolg meer winst. Winst die we met u delen.

Bel gerust uw persoonlijke adviseur voor een afspraak op .

Bouw DNA A4.indd 1 7/04/15 10:28

Page 15: Fedelec magazine 168 - NL

Langetermijnsparen

Voor de fiscale marge van het lan-

getermi jnsparen (Pens ioen- en

Overlijdensverzekeringen) wordt de

maximumpremie berekend in functie van

het netto belastbaar beroepsinkomen.

Voor het inkomstenjaar 2015 (aanslag-

jaar 2016) bedraagt de maximumbijdra-

ge € 169,20 + 6 % van het netto belast-

baar beroepsinkomen, met een absolute

bovengrens van € 2 260. De beschikbare

fiscale marge moet evenwel worden

geëvalueerd samen met de eventuele

fiscale voordelen die verbonden zijn aan

de terugbetaling van een hypothecair

krediet.

Pensioensparen

De fiscale marge van het pensioensparen

(Vita Pensioen bij Federale Verzekering),

bedraagt voor het inkomstenjaar 2015

maximum € 940.

Individuele Pensioentoezegging

voor werknemers (IPT)

De werkgeversbijdrage voor een indivi-

duele pensioentoezegging ten voordele

van werknemers (VIP Plan bij Federale

Levensverzekeringen en hypothecaire kredieten bieden fiscaal interes-

sante perspectieven. U vindt hieronder een overzicht van de belangrijk-

ste fiscale plafonds voor het inkomstenjaar 2015 (aanslagjaar 2016).

Verzekering) bedraagt € 2 330 (taks van

4,4 % inbegrepen) voor het inkomsten-

jaar 2015. Binnen de grenzen van de 80

%-regel zijn er geen beperkingen voor

de bijdragen die worden betaald door de

werknemer zelf.

Het fiscale voordeel voor het pensi-

oensparen, het langetermijnsparen

en de individuele pensioentoezegging

bedraagt 30 % van de gestorte premie.

Vrij Aanvullend Pensioen voor

Zelfstandigen (VAPZ)

Voor het VAPZ (Vita VAPZ) bedraagt de

maximumpremie 8,17 % van het geher-

waardeerde netto belastbaar beroepsin-

komen van 3 jaar geleden (dus 2012) met

een absoluut maximum van € 3 027,09

(plafond 2015). Dat is m.a.w. € 756,77 per

trimester. De premies zijn aftrekbaar als

beroepskost, zodat het fiscaal voordeel

wordt berekend aan de marginale aan-

slagvoet. Door de fiscale aftrekbaarheid

van de VAPZ-premies vermindert het

inkomen waarop de sociale zekerheids-

bijdragen worden berekend. Gevolg: u

betaalt minder belastingen en minder

sociale bijdragen.

Hypothecair krediet:

aftrek voor enige en eigen woning

De fiscale aftrek voor een hypothecair

krediet bedraagt

• in Vlaanderen:

- lening gesloten tot 31.12.2014: € 3 040

(€ 2 280 + € 760)

- lening gesloten vanaf 01.01.2015: € 2

280 (€ 1 520 + € 760)

• in Wallonië en Brussel:

€ 3 050 (€ 2 290 + € 760)

vanaf 1 januari 2015, voor zover aan

bepaalde voorwaarden is voldaan. De

aftrek wordt verhoogd met € 80 voor

gezinnen met minstens drie kinderen

ten laste. De fiscale aftrek voor de enige

en eigen woning is forfaitair en dus niet

afhankelijk van het inkomen of het bedrag

van de lening. Het hierboven vermelde

forfaitaire bedrag van € 760 dat van toe-

passing is gedurende de eerste 10 jaar

van de lening (of tot het jaar waarin u eige-

naar wordt van een tweede woning). Het

globaal aftrekbare bedrag omvat zowel

de intresten, de kapitaalaflossingen als

de levensverzekeringspremies.

(Door Federale Verzekering)

www.federale.be

Fiscale plafonds voor 2015

fedelec DOSSIER

Fedelec magazine | 15

Page 16: Fedelec magazine 168 - NL

PV-installaties: Update bandingfactoren voor de berekening van GSC (VEA)

fedelec dossier

H ebt u zich recent ook al

de vraag gesteld hoe het

vandaag zit met de groe-

nestroomcertificaten voor de

installaties van fotovoltaïsche zon-

nepanelen (PV)? Bent u ook in de

war door bepaalde krantenkoppen

die elkaar tegenspreken als het gaat

over de kleine PV-installaties? De

krantenkoppen maken vaak geen

onderscheid tussen bestaande

PV-installaties (met een verschil-

lende berekening afhankelijk wan-

neer ze exact geplaatst zijn) en nog

te plaatsen installaties. Om misver-

standen te voorkomen, zetten we

hieronder de zaken voor u nog eens

op een rijtje.

Mechanisme van

groenestroomcertificaten (GSC)

De eigenaar van een PV-installatie krijgt

van de VREG een groenestroomcerti-

ficaat voor een bepaalde hoeveelheid

opgewekte elektriciteit. Er worden geen

gedeeltelijke certificaten uitgereikt.

Verder worden er geen groenestroom-

certificaten meer toegekend voor nieuw-

bouwprojecten. Tenzij de PV-installatie

niet wordt opgenomen in het EPB dos-

sier.

Het bedrag dat de eigenaar per certifi-

caat ontvangt en de periode dat de eige-

naar certificaten ontvangt, hangt af van:

- het maximaal AC-vermogen van de

omvormers

- de datum van ingebruikname van de

zonnepanelen. Deze datum kan ten

vroegste de datum van de AREI-keuring

zijn, de installatie mag pas opgestart

worden na de keuring.

Niet van belang voor de waarde van de

certificaten is:

- of de geproduceerde elektriciteit ter

plaatse wordt verbruikt of in het net wordt

geïnjecteerd

- het moment waarop de aanvraag wordt

ingediend bij de VREG.

- het moment waarop de installatie wordt

aangesloten op het distributienet.

- het moment waarop de productie-

meting door de netbeheerder wordt

geplaatst.

Steunbedragen voor

groenestroomcertificaten (GSC)

PV-installaties in gebruik vóór 2013

Deze krijgen één certificaat per 1.000

kWh en de waarde daarvan werd stelsel-

matig afgebouwd. Ook de duur van de

steun werd op het einde van dit systeem

verminderd (www.vreg.be/nl/bedrag-

minimumsteun-voor-2013).

PV-installaties in dienst vanaf 2013

De minimumsteun voor PV-installaties

die geplaatst zijn vanaf 2013 bedraagt 93

euro per groenestroomcertificaat gedu-

rende 15 jaar. Het aantal kWh dat recht

geeft op één certificaat is afhankelijk

van de ‘bandingfactor’. De bandingfac-

tor voor PV-installaties is een door VEA

berekende correctiefactor die gebruikt

wordt om een rendabele uitbating van

een PV-installatie mogelijk te maken met

als criterium het behoud van 5% financi-

eel rendement.

Deze bandingfactor kan elke 6 maanden

geactualiseerd worden.

Per periode waarin een installatie

geplaatst en in dienst genomen is, resul-

teert dit mechanisme in een verschil-

lende tabel met bandingfactoren voor de

PV-INSTALLATIES MET EEN VERMOGEN VAN MAXIMAAL 250KW

Datum indienstname

Minimum-steun per certificaat

Duur

2006-2009 450 EUR 20 jaar

2010 350 EUR 20 jaar

januari t.e.m. juni 2011 330 EUR 20 jaar

juli t.e.m. september 2011 300 EUR 20 jaar

oktober t.e.m. december 2011 270 EUR 20 jaar

januari t.e.m. maart 2012 250 EUR 20 jaar

april t.e.m. juni 2012 230 EUR 20 jaar

juli 2012 210 EUR 20 jaar

augustus t.e.m. december 2012 90 EUR 10 jaar

16 | Fedelec magazine

Page 17: Fedelec magazine 168 - NL

opeenvolgende bandingperiodes

De bovenstaande tabellen geven enkel

de bandingfactoren weer voor kleine

PV-installaties (≤ 10kW = GS cat.1). Er

bestaan ook tabellen voor PV-installaties

met een maximum omvormervermogen

> 10 en ≤ 250kW (GS cat.2) en tabellen

voor een maximum omvormervermogen

>250 en ≤ 750 kW (GS cat.3).

Een volledig overzicht is te raadplegen

op www.vreg.be/nl/overzicht-banding-

factoren.

Hoe wordt het aantal

groenestroomcertificaten dan

berekend voor PV-installaties vanaf

2013?

De elektriciteitsproductie wordt verdeeld

over de verschillende maanden tussen

deze en de vorige meterstand. Daarbij

houdt de VREG rekening met de sprei-

ding van de opbrengst van zonnepane-

len over de seizoenen en het effectieve

aantal uren zonneschijn. De opbrengst

per maand wordt dan omgezet naar

groenestroomcertificaten, rekening hou-

dend met de bandingfactor die voor die

maand van toepassing was.

Een voorbeeld voor een installatie

die in dienst genomen werd in 2013

Op 13 maart 2015 wordt een meterstand

van 5.970 kWh doorgegeven. De vorige

meterstand was 1.335 kWh op 26 augus-

tus 2013. Tijdens de periode tussen 26

augustus 2013 en 13 maart 2015 is er dus

een productie van (5.970 - 1.335) = 4.635

kWh.

Er zijn drie bandingfactoren van toepas-

sing tijdens die periode. De elektriciteits-

productie van 4.635 kWh wordt verdeeld

over de verschillende bandingfactoren.

Voor elke periode wordt de overeen-

stemmende bandingfactor toegepast.

Deze meterstand zou dus 393/1000e

groenestroomcertificaat opleveren.

Daar er geen gedeeltelijke certificaten

uitgereikt worden, kan de meting van

5.970kWh niet toegevoegd worden in

de databank. Dat kan pas zodra er vol-

doende elektriciteit geproduceerd is

voor minstens 1 groenestroomcertifi-

caat. (dat 93 EUR waard is).

Een meterstand die aanvaard wordt bij

het invoeren, zal m.a.w. altijd resulteren

in één of meerdere certificaten waarbij

er altijd een overschot zal zijn. Dit over-

schot wordt bewaard in de certificaten-

databank en opgeteld als een volgende

meterstand wordt doorgegeven.

Analyse laatste update

bandingfactoren

Het gaat om de aangepaste berekenin-

gen voor zowel nieuwe PV-installaties

met startdatum na 1 juli 2015 als om

bestaande installaties waarvoor de cij-

fers geactualiseerd worden (met als

criterium het behoud van 5% financieel

rendement).

• Rapport 2014/2 Deel 1: voor nieuwe

PV-projecten met startdatum vanaf 1 juli

2015 (de cijfers voor nieuwe projecten

vanaf 1 jan. 2015 waren al berekend in

het vorige rapport van juli 2014)

• Rapport 2014/2 Deel 2: voor de actu-

alisatie van bestaande PV-projecten,

met een berekening voor 3 groepen van

PV-projecten in functie van hun start-

datum (vanaf jan. 2013, jan. 2014 of juli

GS cat.1: ≤ 10 kW 1 jan. tem 31 juli 2013

1 aug. 2013 tem 16 feb. 2014

17 feb. tem 31 juli 2014

1 aug. 2014 tem 26 maart 2015

Vanaf 27 maart 2015

Bandingfactor Bf 0,23 0,28 0 0,0847 0,818

kWh nodig voor 1 cert. 4348 3571 0 11806 1222

GS cat.1: ≤ 10 kW 1 jan. tem 31 juli 2014

1 aug. 2014 tem 26 maart 2015

Vanaf 27 maart 2015

Bandingfactor Bf 0,268 0,0394 0,753

kWh nodig voor 1 cert. 3731 25381 1328

GS cat.1: ≤ 10 kW 1 juli 2014 tem 26 maart 2015 Vanaf 27 maart 2015

Bandingfactor Bf 0 0,607

kWh nodig voor 1 cert. 0 1647

GS cat.1: ≤ 10 kW 1 jan. 2015 tem 30 juni 2015 vanaf 1 juli 2015

Bandingfactor Bf 0 0,363

kWh nodig voor 1 cert. 0 2755

• PV-installaties in dienst genomen in 2013:

• PV-installaties in dienst genomen tussen 1 januari 2014 en 1 juli 2014:

• PV-installaties in dienst genomen tussen 1 juli 2014 en 1 januari 2015:

• PV-installaties in dienst genomen na 1 januari 2015:

PeriodekWh opgewekt in deze periode

(schatting VREG)

Banding-factor

Bandingfactor vermenigvuldigd met kWh opgewekt in deze

periode

26/08/2013 - 16/02/2014 969 0,28 271

17/02/2014 - 31/07/2014 2.227 0 0

01/08/2014 - 13/03/2015 1.439 0,0847 122

Totaal 393

De groenestroomcertificaten worden als volgt berekend:

Fedelec magazine | 17

Page 18: Fedelec magazine 168 - NL

2014). De aangepaste bandingfactoren

en dus ook de gewijzigde steun uit groe-

nestroomcertificaten zullen één maand

na publicatie van de definitieve versie van

dit rapport van kracht worden, dus voor

zonnestroom die uit deze bestaande

installaties geproduceerd wordt vanaf de

datum van 27 maart 2015.

Voor bestaande PV-installaties ≤ 10 kW,

in dienst genomen in 2013 en 2014, zijn

de verschillen door het inrekenen van het

prosumententarief wel aanzienlijk. Zij krij-

gen voor geproduceerde energie vanaf

27 maart 2015 sneller groenestroomcer-

tificaten:

• Voor installaties in dienst genomen in

2013 is 1.222 kWh nodig voor één cer-

tificaat (van 93 EUR); voordien was dit

11.806 kWh

• Installaties van de eerste helft van 2014

hebben nu genoeg aan 1.328 kWh in

plaats van voorheen 25.381 kWh

• Voor de installaties uit de tweede helft

van 2014 worden nu ook groenestroom-

certificaten toegekend, en dat voor elke

1.647 kWh elektriciteitsproductie. Tot

nu toe ontvingen deze installaties geen

groenestroomcertificaten.

Als u in het verleden geen productie-

meter plaatste (bv. omdat u niet in aan-

merking kwam voor (voldoende) groe-

nestroomcertificaten) kan u dat nu nog

altijd doen. Er moet een nieuwe keuring

gebeuren en u ontvangt groenestroom-

certificaten vanaf de meterstand uit dat

nieuwe keuringsverslag.

Voor PV-installaties ≤ 10 kW in dienst

genomen vanaf 1 januari 2015 is het nieu-

we prosumententarief dat half december

2014 werd goedgekeurd, ingerekend.

Dat heeft tot gevolg dat er voor deze

installaties terug een (kleine) steun via

certificaten wordt toegekend. Vanaf 1

juli 2015 zal er voor deze installaties 2755

kWh opgewekte energie nodig zijn om 1

groenestroomcertificaat (van 93 EUR) te

verkrijgen.

Afschaffing van projectcategorie

van PV-installaties ≤ 10 kW voor

installaties geplaatst vanaf 1 juli

2015

De Vlaamse Regering heeft op vrijdag

13 februari 2015 de afschaffing van de

projectcategorie t.e.m. 10 kW principieel

goedgekeurd (Voorontwerp van besluit

van de Vlaamse Regering houdende

wijziging van het Energiebesluit van 19

november 2010, wat betreft de represen-

tatieve projectcategorieën voor groene

stroom en kwalitatieve warmte-kracht-

koppeling). Dit betekent dat er ondanks

de berekening die aangeeft dat er een

kleine steun nodig is, geen steun via cer-

tificaten meer zal gegeven wordt voor

PV-installaties ≤ 10 kW die geplaatst zul-

len worden vanaf 1 juli 2015.

Kris Van Dingenen

[email protected]

Standpunt Fedelec inzake de schrapping van de categorie kleine PV-installaties

(≤ 10 kW): zie rubriek “Fedelec in actie” bij “Sectorcomité PV”

Hoe uw energie-investeringen beter laten renderen? Z-energy helpt u op weg op het vlak van intelligent energiegebruik, duurzame energieproductie, hernieuwbare energiebronnen en groene mobiliteit.

Z-energy, iedere dinsdag op Kanaal Z vanaf 19.50 uur.Ook te bekijken op www.kanaalz.be

In samenwerking met

OB

6204

4

OB62044_ZENERGY.indd 1 03/03/15 16:37

PROOF PDF

fedelec dossier

18 | Fedelec magazine

Page 19: Fedelec magazine 168 - NL

Sinds 1 juli 2014 is de VREG (Vlaamse Regulator voor Elektriciteit en Gas) bevoegd voor het bepalen van de tarief-

methodologie en het nemen van tariefbeslissingen voor Vlaanderen. De VREG kiest voor inkomstenregulering

bij de distributienetbeheerders als methodologie, omdat het efficiënte bedrijfsvoering stimuleert. De VREG wil

tarieven die de kosten van de netbeheerders zo goed mogelijk reflecteren. Op 18 december 2014 heeft de VREG na con-

trole de tarieven voor 2015 goedgekeurd waaronder het nieuwe aanvullende capaciteitstarief voor prosumenten met

een terugdraaiende teller (Praktisch: voor PV-installaties ≤ 10 kWp)

Aanvullend capaciteitstarief vanaf 1 juli 2015 voor prosumenten met een terugdraaiende teller

Tariefbevoegdheid

Door de zesde staatshervorming zijn de

gewesten vanaf 1 juli 2014 bevoegd voor

distributienettarieven. In Vlaanderen is

dat de VREG via een bepaling in het ener-

giedecreet.

Wat houdt deze tariefbevoegdheid in?

• Bepalen tariefmethodologie

- op welke vergoeding hebben netbe-

heerders recht voor de door hen gele-

verde diensten?

- per netbeheerder wordt een toegelaten

inkomen bepaald op basis van de tarief-

methodologie

• Bepalen tariefstructuur

- aan welke klantengroepen (laagspan-

ning/middenspanning/ …) en tariefdra-

gers (kWh, vermogen,…) worden tarie-

ven aangerekend?

• Nemen tariefbeslissingen

- goedkeuren van tariefvoorstellen van de

netbeheerders door VREG (na controle)

Wat zijn distributienettarieven?

Er zijn éénmalige of niet-periodieke dien-

sten zoals een aansluiting voor nieuw-

bouw, werken aan een aansluiting,

studiekosten,… die de netbeheerder

rechtstreeks aan de afnemer factureert.

Deze worden nu geïndexeerd.

Daarnaast zijn er ook periodieke dien-

sten zoals het transport van energie van

producent naar consument. Dit zijn de

zogenaamde toegangstarieven die via

de factuur van de energieleverancier

worden aangerekend. Ze bevatten een

- vergoeding voor het gebruik van het

distributienet (de netbeheerder maakt

kosten om netten aan te leggen en te

onderhouden)

- vergoeding voor geleverde diensten

door de netbeheerder (meteropnames,

…).

U betaalt via deze nettarieven ook de

kosten van openbaredienstverplich-

tingen die zijn opgelegd aan de net-

beheerders zoals gratis elektriciteit,

opkoopverplichting certificaten tegen

minimumsteunprijs, premies voor ener-

giebesparing, …

Wat staat er op een energiefactuur?

Op een energiefactuur van een gezin

staan verschillende elementen:

• Energieprijs: kosten om elektriciteit

te produceren en aardgas in te voeren,

winstmarge, organisatie van een klanten-

dienst,.... Dit deel is voor de energieleve-

rancier.

• Nettarieven (toegangstarieven):

- Transmissie van elektriciteit

(opbrengst voor Elia)

- Vervoer van aardgas

(opbrengst voor Fluxys)

- Distributienettarieven

• Heffingen en btw: kosten die de over-

heid oplegt.

De distributienettarieven zijn een

opbrengst voor de distributienetbeheer-

ders (DNBs), maar worden via de factuur

van de energieleverancier aan de klant

aangerekend. De distributienettarieven

zijn een deel van de factuur. Voor elek-

triciteit maken ze 38% uit van de totale

factuur, voor aardgas 19% (voor een

gemiddeld gezin met een verbruik van

3.500 kWh elektriciteit en 23.260 kWh

aardgas).

Wie betaalt distributienettarieven?

De VREG vindt het fair dat alle afnemers,

ook de prosumenten (consumenten die

zelf energie produceren) met terugdraai-

ende teller, een solidaire en redelijke ver-

goeding betalen voor de diensten die de

distributienetbeheerder levert. Alle afne-

mers die aangesloten zijn op het distribu-

tienet voor elektriciteit moeten deze net-

tarieven dan ook betalen.

Fedelec magazine | 19

Page 20: Fedelec magazine 168 - NL

Aanvullend capaciteitstarief voor

prosumenten (= prosumententarief)

met een terugdraaiende teller

De Vlaamse energieregulator VREG

heeft op 18 december 2014 nieuwe dis-

tributienettarieven goedgekeurd. Daarbij

hoort ook het ‘prosumententarief’. Dat

is een aanvullend capaciteitstarief voor

‘prosumenten’:

• Het prosumententarief is van toepas-

sing voor alle netgebruikers (zowel gezin-

nen als bedrijven) die een productie-

installatie hebben met een vermogen

van maximaal 10 kiloVoltAmpère (kVA),

ongeacht wanneer de productie-instal-

latie in dienst genomen is. Ze moeten

bovendien aangesloten zijn op het laag-

spanningsnet en beschikken over een

terugdraaiende elektriciteitsmeter.

• Het gaat om een bedrag per kVA geïn-

stalleerd vermogen dat zoals de andere

distributienettarieven gewoon aangere-

kend wordt via de factuur van de elektri-

citeitsleverancier. Hoe groter het vermo-

gen, hoe meer u betaalt voor het gebruik

van het distributienet.

Opgelet: het bedrag van het aanvullend

capaciteitstarief verschilt van netgebied

tot netgebied.

• In 2015 wordt de helft van dit bedrag

in rekening gebracht (vanaf 1 juli 2015).

De VREG geeft de leveranciers op deze

manier de nodige tijd om de klantenbe-

heer- en facturatiesystemen aan te pas-

sen. Zo kunnen ze de processen voor de

nieuwe klantengroep grondig uitwerken

en testen.

De huidige tariefstructuur loopt tot eind

2016. De VREG plant een grondige her-

vorming van de tariefstructuur tegen

2017.

Rekenvoorbeeld (netgebied

Intergem, PV-installatie 2,9 kWp):

Om te weten hoeveel een gezin zal moe-

ten betalen, vermenigvuldigt u het ver-

mogen van de omvormer(s) (kWp) met

het bedrag van het netgebied van dat

gezin (in dit geval Intergem).

Rekenvoorbeeld netgebied Intergem

Aanvullend capaciteitsta-rief gezinnen

(incl. 6% BTW)

Maximum opgesteld vermogen

omvormer(s)

Bijkomend te betalen per jaar

EUR/kWp kWp EUR

72,37 2,9 209,87

Wat als u geen eigenaar bent van de

PV-installatie?

Diegene die elektriciteit verbruikt op

het adres waar PV-panelen liggen, de

netgebruiker, moet betalen. Het is dus

niet noodzakelijk de eigenaar van de

PV-panelen die het aanvullend capaci-

teitstarief (ook wel “prosumententarief”

genoemd) betaalt.

• Als u huurder bent van een woning

waarop zonnepanelen liggen, dan

betaalt u als huurder. U bent als huurder

de netgebruiker.

• Als u het dak van uw woning verhuurt

aan een bedrijf die er PV-panelen op

plaatste, dan betaalt u als verhuurder. U

bent als verhuurder de netgebruiker.

U kan uiteraard onderling met de eige-

naar van de zonnepanelen afspraken

maken over wie dit tarief betaalt. Dit

betreft een contractueel aspect waar de

VREG, de energieleverancier en de net-

beheerder niet tussenbeide komen.

Waar vindt u de

distributienettarieven 2015?

www.vreg.be/distr ibutienettar ieven

(gezinnen en kleine bedrijven)

www.vreg.be/distributienettarieven-

elektriciteit-en-aardgas-2015 (globale

overzichten met details)

Kris Van Dingenen

[email protected]

Distributienetbeheerder

Aanvullend capaciteitstarief laag-spanning (PV-installaties ≤ 10 kWp AC

voor gezinnen)

Voorbeeld PV-installatie van

4 kWp

EUR/kWp (excl. BTW)

BTW (tot eind 2015)

EUR/kWp (incl. BTW) EUR per jaar

Infrax

Inter-energa 80,00 6% 84,80 339,20

Infrax West 79,49 6% 84,26 337,04

Iveg 77,58 6% 82,23 328,94

PBE 78,21 6% 82,90 331,61

Eandis

Gaselwest 83,99 6% 89,03 356,12

Imea 62,90 6% 66,67 266,70

Imewo 70,31 6% 74,53 298,11

Intergem 68,27 6% 72,37 289,46

Iveka 66,90 6% 70,91 283,66

Iverlek 71,15 6% 75,42 301,68

Sibelgas 79,16 6% 83,91 335,64

Ores Ores (Voeren) 99,53 6% 105,50 422,01

Overzichtstabel Aanvullende capaciteitstarief* voor PV-installaties ≤ 10 kWp AC voor gezinnen (*tot eind 2015 betaalt een gezin 6% BTW, bedrijven betalen 21% BTW)

Standpunt Fedelec inzake het pro-

sumententarief:

zie rubriek “Fedelec in actie” bij

“Sectorcomité PV”

fedelec dossier

20 | Fedelec magazine

Page 21: Fedelec magazine 168 - NL

be

1730 ASSE

2000 ANTWERPEN

2235 HULSHOUT

2235 HULSHOUT

2560 NIJLEN

2600 ANTWERPEN

2600 ANTWERPEN

3270 SCHERPENHEUVEL-ZICHEM

3500 HASSELT

3530 HOUTHALEN-HELCHTEREN

3530 HOUTHALEN-HELCHTEREN

3530 HOUTHALEN-HELCHTEREN

3581 BERINGEN

3582 BERINGEN

3582 BERINGEN

3740 BILZEN

3920 LOMMEL

8200 BRUGGE

8400 OOSTENDE

8501 KORTRIJK

8530 HARELBEKE

8600 DIKSMUIDE

8620 NIEUWPOORT

8730 BEERNEM

B.V.B.A. Cassiman Steven

C.V.O.A. Acertif

B.V.B.A. Telcom Groene Energie

B.V.B.A. Goossens Electro

B.V.B.A. R.V.D.S.

De Hr Kowalczyk Zbigniew

De Hr Van Vyve Mikaël

B.V.B.A. Jaco

N.V. Limburgse Boringen

B.V.B.A. Centrale

Verwarming L. Jaspers

N.V. Plees Roger

B.V.B.A. G.S.F.

B.V.B.A. Ebr

B.V.B.A. City Shop.

B.V.B.A. Goxl

B.V.B.A. Connectivity Solutions

De Hr Alen Joris

De Hr De Witte Jelle

N.V. G. de Preter

De Hr Blomme Steven

N.V. Tele Signal Electronics

B.V.B.A. Installatiebedrijf Electro Verhelst

B.V.B.A. Vacre

B.V.B.A. Demoustiez

8750 WINGENE

8770 INGELMUNSTER

8790 WAREGEM

8820 TORHOUT

8860 LENDELEDE

8972 POPERINGE

9400 NINOVE

9420 ERPE-MERE

9850 NEVELE

9880 AALTER

9890 GAVERE

NEDERLANDSTALIGE

FRANSTALIGE

B.V.B.A. Elektro Buttenaere

B.V.B.A. Elektro Desschans

B.V.B.A. Project O

B.V.B.A. Het Energiehuis

B.V.B.A. Electro Geert Vandezande

N.V. Elektro Cappoen

N.V. Planet-Eco

De Hr Roevens Antoon

N.V. Deba

De Hr Van De Walle Rik

N.V. Vertronics

Nieuwe leden - 1e trimester 2015

S.C.R.L. Be-Cool

S.A. Honeywell

M. Roberti Julien

S.P.R.L. Maj-Elec

M. Decelle Rémy

M. Vaccaro Olivier

S.P.R.L. Fab Energy

S.P.R.L. Ardenne-Elec

M. Arnould Jérôme

M. Maziers Christophe

M. Desmarets Geoffrey

S.P.R.L. D&c Tec

M. Dubois Jérémy

1420 BRAINE-L'ALLEUD

1831 MACHELEN (BRAB.)

4347 FEXHE-LE-HAUT-CLOCHER

4400 FLÉMALLE

5580 HAVRENNE

6060 CHARLEROI

6181 COURCELLES

6800 LIBRAMONT-CHEVIGNY

6856 PALISEUL

6880 BERTRIX

7040 QUÉVY

7100 LA LOUVIÈRE

7540 TOURNAI

Openbare werkenTravaux public Klasse 4 - Classe 4€ 900.000,-

info: [email protected] / 02 720 99 90info: [email protected] / 02 720 99 90

Surf naar fedelec.gdwsecurity.be

Aan het puzzelenmet uw aanbod? Uw klant vraagt naar inbraak- en branddetectie, camera entoegangscontrole, maar ubent niet gecertifieerd?

Met GDW Security Certifiedzijn er geen gaten meer in uwaanbod.

Fedelec magazine | 21

Page 22: Fedelec magazine 168 - NL

VOLTA is dé koepelorganisatie waar 3 dienstverlenen-

de organisaties uit de elektrotechnische sector hun

krachten bundelen in één organisatiestructuur om zo

een optimale dienstverlening te kunnen aanbieden.

Vormelek: het centrum voor beroepsopleiding en vorming

Tecnolec: het technologisch kenniscentrum

FBZ: het Fonds voor bestaanszekerheid

De kern van onze gezamenlijke dienstverlening situeert zich op ver-

schillende vlakken.

Enerzijds richt deze zich op het verdiepen van de kennis en kunde van

de werknemers uit de sector en het versterken van de competitiviteit

van de bedrijven. Anderzijds staat Volta ook garant voor een correcte

en tijdige uitbetaling van de aanvullende vergoedingen

Een greep uit het VOLTA-aanbod: het aanbieden & ondersteunen van

opleiding, de organisatie van infoavonden, strategisch onderzoek,

technologische dienst- & adviesverlening, samenwerkingen met

onderwijs & opleidingscentra voor jongeren en volwassenen, uitbeta-

ling van aanvullende vergoeding, beheer van het sectoraal pensioen...

Door te werken vanuit één overkoepelende organisatiestructuur kan

VOLTA zijn middelen optimaal inzetten en vanuit een geïntegreerd

aanbod bijdragen aan een sterke elektrotechnische sector.

En net als in het verleden is VOLTA er in de eerste plaats voor u!

Onze regionale adviseurs komen graag naar uw bedrijf of uw werf. Ze

leggen alle gebundelde diensten van VOLTA tot in de puntjes aan u uit.

Bel ze gerust met vragen over opleidingen, premies, aanvullende ver-

goedingen, aanwervingen…

www.volta-org.be

VOLTA dé nieuwe centrale sectororganisatie!

Oost-VlaanderenVeerle Van Antenhovegsm 0494 82 39 [email protected]

Vlaams-Brabant & BrusselRuben Merlevedegsm 0477 78 08 [email protected]

Antwerpen (muv arrondissement Mechelen)

Wendy De Bruyngsm 0495 67 94 04

[email protected]

Arrondissement Mechelen & LimburgAnn Ophalvensgsm 0476 89 23 [email protected]

West-VlaanderenMartine De Groof

gsm 0476 89 19 [email protected]

fedelec dossier

22 | Fedelec magazine

Page 23: Fedelec magazine 168 - NL

De vonk tussen Volta en Marc?

volta-org.be

Volta is het nieuwe centrale aanspreekpunt van de elektrotechnische sector.Je kan er terecht met technische en andere vragen, bijvoorbeeld over regelgeving. Daarnaast gidst Volta je ook graag door het opleidingsaanbod, en zorgen we voor de uitbetaling van aanvullende vergoedingen, zoals bij ziekte of tijdelijke werkloosheid. Surf naar volta-org.be en ontdek hoe we jou kunnen helpen.

Volta_Advertentie_A4_DEF.indd 1 9/04/15 11:47

Page 24: Fedelec magazine 168 - NL

Tecnolec informeert

LIGHT OUTPUT RATIO

Stralingspatroon of

intensiteitspatroon

Bij het bepalen van het stralingspatroon

wordt de lichtbron, in dit geval het volle-

dige armatuur, beschouwd als een punt-

bron, een benadering die in de praktijk

kan gebruikt worden als de waarnemer

zich op een afstand van de lichtbron

bevindt die veel groter is dan de afmetin-

gen van de lichtbron zelf. Het stralings-

patroon stelt de stralingssterkte (watt per

steradiaal) of lichtsterkte (candela=lumen

per steradiaal) voor als functie van de uit-

straalhoek. Een stralingspatroon is een

driedimensionaal patroon en kan dus

niet zomaar op een eenvoudige manier

op een blad papier worden weergege-

ven. Traditioneel worden enkele twee-

dimensionele doorsneden volgens

bepaalde C-vlakken weergegeven, der-

gelijke doorsneden worden ook wel eens

lichtcurves genoemd (zie Figuur 1).

Light Output Ratio (LOR)

De Light Output Ratio (LOR) van een

armatuur is gedefinieerd als de verhou-

ding van de lichtstroom (lumen) die uit

het armatuur komt tot de lichtstroom

die door de lamp in het armatuur wordt

uitgestraald, de lichtstromen worden

gemeten bij een omgevingstemperatuur

van 25°C. De LOR wordt dikwijls uitge-

drukt in percent.

Figuur 1: Vier doorsneden volgens vier ver-schillende C-vlakken van het asymmetrische stralingspatroon van een armatuur. Het arma-

tuur is voorgesteld door een punt in het midden van de figuur. De concentrische cirkels rond dit punt komen overeen met een bepaalde licht-sterkte (candela). De hoeken van 0° tot 180° in zowel wijzerzin als tegenwijzerzin geven de

stralingsrichting aan.

Armaturen - optische karakteristieken

Een verlichtingstoestel of verlichtingsarmatuur heeft veel verschillende functies. Het vormt een behuizing voor

de lichtbron en eventuele elektrische of elektronische apparatuur nodig om de lichtbron normaal te laten func-

tioneren. Deze behuizing kan zuiver decoratief zijn of kan een hoge IP beschermingsklasse hebben (water-

dicht, stofdicht,…). Het armatuur bevat een optisch systeem dat het licht, uitgestuurd door de bron, gaat verspreiden

volgens een bepaald stralingspatroon of lichtcurve waarbij tegelijkertijd de eventuele lichthinder (verblinding, glare)

zoveel mogelijk binnen de perken wordt gehouden. Bovendien moet een armatuur een voldoende goede warmtehuis-

houding hebben zodat het verlichtingstoestel op een veilige en hopelijk energie-efficiënte manier kan functioneren.

Traditioneel beschouwt men het armatuur als het volledige verlichtingstoestel met alle elektrische, optische, thermi-

sche en decoratieve componenten zonder de eigenlijke lichtbron, omdat bij traditionele lichtbronnen de levensduur

van een armatuur veel groter is dan die van de lamp. Bij nieuwe lichtbronnen zoals de LED (Light Emitting Diode) is het

onderscheid tussen armatuur en lichtbronnen echter niet altijd even duidelijk te maken. In dit artikel komen een aantal

optische karakteristieken van armaturen aan bod.

© a

rchi

tblo

g.b

e - R

IBA

G

24 | Fedelec magazine

Page 25: Fedelec magazine 168 - NL

De LOR is dus een maat om aan te geven

hoe efficiënt een armatuur de door de

lamp geproduceerde lichtstroom naar

buiten brengt, hoe groter de LOR hoe

minder optische absorptie in het arma-

tuur. Hierbij dient opgemerkt te worden

dat de LOR niets zegt over het feit of deze

lichtstroom al dan niet terecht komt op

de plaats waar deze gewenst is, de LOR

bevat geen richtingsinformatie, daarvoor

moet men het stralingspatroon bekij-

ken. Soms wordt de LOR opgesplitst in

de ULOR (Upward Light Output Ratio)

en DLOR (Downward Light Output Ratio)

om toch met enkele getallen enigszins

een idee te geven hoe de lichtverdeling

er uitziet.

Luminous efficacy

De specifieke lichtstroom van een licht-

bron is de verhouding tussen de licht-

stroom die de bron produceert tot het

daarvoor door de lamp gebruikte elek-

trische vermogen P. Merk op dat het

elektrische vermogen verbruikt door bij-

voorbeeld elektronische voorschakelap-

paratuur niet is meegerekend in de spe-

cifieke lichtstroom van een lamp, tenzij

deze apparatuur volledig deel uitmaakt

van de lamp zelf (zoals bijvoorbeeld bij

een compact fluorescentielamp met E27

voet). De éénheid voor specifieke licht-

stroom is dus lumen per watt.

Specifieke lichtstroom

(luminous efficacy):

Door nu de specifieke lichtstroom van

de lamp te combineren met de efficiëntie

van de elektronica nodig om de lamp te

gebruiken, en te combineren met de LOR

van het armatuur bekomt men een getal

dat men de specifieke lichtstroom voor

de gehele armatuur zou kunnen noemen.

Om een energie-efficiënte armatuur te

hebben is dus een grote LOR nodig, maar

een grote LOR alléén garandeert niet dat

het armatuur als geheel efficiënt is.

Op de professionele verlichtingsmarkt

voor algemene verlichting (kantoren,

grote werkplaatsen, enz…) zijn er in

de hogere prijsklasse armaturen met

LOR>90% beschikbaar. In elk geval zijn

voor algemene verlichting in een pro-

fessionele omgeving armaturen met

LOR<75% eigenlijk niet meer aanvaard-

baar. Deze kunnen wel nog bij speciale

toepassingen waar bepaalde gewenste

effecten zwaarder kunnen doorwegen

dan efficiëntie (bvb. gebruik van kleur-

filters bij winkelverlichting). Op de par-

ticuliere markt speelt vooral het uitzicht

van een armatuur en de verkoopprijs een

grote rol alhoewel hier en daar het con-

cept van energie-efficiëntie begint door

te dringen.

Aangezien LOR de verhouding is tus-

sen de lichtstroom uit het armatuur en de

lichtstroom uit de lamp in het armatuur

verwacht men, wegens het optreden van

verliezen, een maximale LOR=100%. In

uitzonderlijke gevallen is een LOR>100%

echter mogelijk. De verklaring daar-

voor is te vinden bij de omstandigheden

waarbij lichtstromen gemeten worden,

namelijk bij een omgevingstemperatuur

van 25°C. De lichtstroom van de naakte

lichtbron wordt gemeten in een kamer

op 25°C, dan wordt de lamp in het arma-

tuur geplaatst en wordt de lichtstroom

van het volledige armatuur gemeten in

een kamer op dezelfde temperatuur. In

het armatuur in werking kan de tempe-

ratuur echter een stuk hoger zijn dan de

25°C kamertemperatuur, de lichtbron

bevindt zich dus bij de meting van de

armatuurlichtstroom in een omgeving

op een (veel) hogere temperatuur dan tij-

dens de meting van de lamplichtstroom.

Naargelang het type lichtbron kan de

hogere temperatuur de lamplichtstroom

vergroten, verkleinen of helemaal niet

beïnvloeden. Als de verhoogde tempera-

tuur in het armatuur de lamplichtstroom

voldoende groter maakt en het optisch

systeem van het armatuur voldoende

efficiënt is, kan dit uitzonderlijk resul-

teren in een LOR>100%. In Figuur 2 is

de lamplichtstroom voor een klassieke

T5-HO (High Output) lamp en een T5-HO

CONSTANT lamp voorgesteld relatief

ten opzichte van maximale lichtstroom.

Bij 25°C omgevingstemperatuur haalt

de T5-HO slechts 90% van de maximale

lichtstroom tegenover 100% rond 35°C.

Indien de temperatuur in een armatuur

met deze lamp oploopt tot ongeveer

35°C en deze armatuur een hoogwaar-

dig optisch systeem heeft kan dit leiden

tot een LOR>100%.

Hetzelfde armatuur, maar uitgerust

met de T5-HO CONSTANT, heeft een

LOR<100%. De CONSTANT lamp wordt

vooral gebruikt bij buitenverlichting. Nog

een opmerking ter info: soortgelijke lam-

pen kunnen zich totaal anders gedragen,

T8 lampen bijvoorbeeld vertonen net

het omgekeerde gedrag; de lichtstroom

daalt als de omgevingstemperatuur van

de lamp toeneemt van 25°C naar 35°C.

Figuur 2: Lichtstroom van een T5-HO lamp en een T5-HO CONSTANT lamp relatief ten opzichte van maximale lichtstroom. Merk op dat de klassieke T5-HO bij een omgevings-temperatuur van 25°C slechts 90% van de

maximale lichtstroom levert, de maximale licht-stroom wordt bereikt in het gebied 30-40°C

(bron: www.osram.com).

Armaturen - optische karakteristieken © a

rchi

tblo

g.b

e - R

IBA

G

Fedelec magazine | 25

Page 26: Fedelec magazine 168 - NL

Tecnolec informeert

LIGHT ENERGY RATIO (LER)

LED-armaturen

Moderne LED armaturen zijn dikwijls

gesloten systemen waarbij het niet

mogelijk is om onderdelen te vervan-

gen zonder het armatuur onherstelbaar

te beschadigen. Het is dus niet meer

mogelijk om even “de lamp te vervan-

gen”. Dit zou ook niet meer nodig moeten

zijn aangezien, mits een goed thermisch

ontwerp en gebruik van hoogwaardige

componenten, de LEDs een zeer lange

levensduur hebben. Dergelijke gesloten

LED armaturen zouden eigenlijk volledig

moeten geoptimaliseerd zijn om zo ener-

giezuinig mogelijk een lichtstroom van de

gewenste grootte volgens het gewenste

stralingspatroon te leveren. Er wordt dan

ook voorgesteld om, tenminste naar de

verlichtingswereld toe, deze armatu-

ren als een lichtbron te beschouwen en

niet meer als een verlichtingstoestel met

aparte elektrische, optische en ther-

mische componenten. In die visie heeft

het geen zin om LOR, specifieke licht-

stroom en efficiëntie van het elektronisch

systeem elk apart te beschouwen. Voor

dergelijke verlichtingstoestellen wordt de

Light Energy Ratio (LER) gedefinieerd: de

verhouding tussen de totale lichtstroom

uit het toestel tot het totale elektrische

vermogen dat het toestel verbruikt.

Armaturen met een klassieke

lichtbron

Het begrip LER wordt niet gebruikt bij

klassieke armaturen, maar komt over-

een met wat hogerop de “luminous effi-

cacy of the luminaire” werd genoemd.

Aangezien dergelijke armaturen geen

gesloten systemen zijn kan deze “effi-

cacy” door anderen dan de fabrikant wel

beïnvloed worden door bijvoorbeeld een

andere lamp te kiezen of door iets aan het

optisch systeem te veranderen.

REFERENTIES

• Joseph B. Murdoch, Illuminating Engineering – From Edison’s Lamp to the LED, second edition,

2003, Visions Communications

• William B. Elmer, The Optical Design of Reflectors, second edition, 1980, John Wiley & Sons, Inc

• William J. Cassarly, Design of Efficient Illumination Systems, Short Course on CD-ROM, SPIE

Education Services, 2005

• J.H. Bogaert, Van straling tot verlichting, 2000, Coaster Publications bvba, Oostende

• Filip Vandeghinste, Guy Durinck, Stefaan Forment, Geert Deconinck and Peter Hanselaer, A

Narrow Beam Reflector for a Two-Dimensional Array of Power Light Emitting Diodes, LEUKOS, vol

4, no 4, April 2008, pp 243 – 254

• ASTM E1392-96, Standard Practice for Angle resolved Optical Scatter measurements on

Specular or Diffuse Surfaces

• F. B. Leloup, S. Forment, P. Dutré, M. R. Pointer, P. Hanselaer, Design of an instrument for mea-

suring the spectral bidirectional scatter distribution function, Applied Optics, Vol. 37, No. 31, 2008

• M.A. Myer, M.L. Paget, R.D. Lingard, CALiPER Benchmark Report, Performance of T12 and T8

Fluorescent Lamps and Troffers and LED Linear Replacement Lamps, 2009 (US Department of

Energy, http://www1.eere.energy.gov/buildings/ssl/benchmark.html)

• W. Ryckaert, I. Roelandts, G. Durinck, S. Forment, J. Audenaert, P. Hanselaer, M. Van Gils (2012).

Performance of led linear replacement lamps. Light & Engineering, 20 (1), 129-139

• Commission Internationale de l’Eclairage (CIE) 117-1995, Discomfort glare in interior lighting

• EN 12464-1, Light and lighting – Lighting of work places – Part 1: Indoor work places (2009)

• Commission Internationale de l’Eclairage (CIE) 2002, TC 3-01 Report, Glare from small, large and

complex sources, Vienna

• W. Ryckaert, K. Putteman, D. Van Kerckhoven, Wat betekent Power Factor?, rapport in het kader

van project ‘Groen Licht Vlaanderen: energiebesparing met beter licht’ – IWT 070488

• EN 50160, “Voltage characteristics of electricity supplied by public distribution systems”, novem-

ber 1999

(Door Guy Durinck, Laboratorium voor Lichttechnologie,

KU Leuven Campus Gent - KAHO Sint-Lieven)

© E

tap

Ligh

ting

26 | Fedelec magazine

Page 27: Fedelec magazine 168 - NL

Core business van Sortimo is de B-2-B

verkoop van bedrijfswageninrichting. Op

wereldschaal zijn bedrijven als Bosch

Blauw, Stihl.. partners van de fabrikant

uit de regio Augsburg. Hun materialen

zijn compatibel met deze van Sortimo.

Een sterke groei van de activiteiten in

ons land noopte het Belux-filiaal, geves-

tigd in Vilvoorde, tot het openen van

nieuwe vestigingen. Zo ging in 2008

Sortimo West van start in Sint-Eloois-

Vijve, in 2012 volgde Sortimo-Oost in

Tessenderlo. In Wallonië en Luxemburg

zijn er montagestations waar er wordt

samengewerkt met partners. Nutsbedrijf

Infrax is de grootste afnemer van

Sortimo-oplossingen in ons land.

De ene installateur is de andere niet

Na een order, geplaatst door een klant,

worden alle componenten in Duitsland

besteld. Een drietal weken later wordt

het totaalpakket in één van de Sortimo-

filialen of bij de klant geleverd. Reeds

gemonteerd of vlak, om hier verder afge-

werkt te worden. Alles op maat gemaakt,

om de 17 mm is er een mogelijkheid tot

aanpassing van de hoogte. Er is 3 jaar

garantie op materialen en 2 jaar op mon-

tage. “Onder onze klanten zijn er heel wat

installateurs. Elektro-installateurs heb-

ben meestal voldoende aan een relatief

lichte bedrijfswageninrichting gezien de

aard van de materialen en gereedschap-

pen aan boord. Installateurs HVAC/sani-

tair hebben vaak meer, en zwaardere,

componenten bij, en opteren voor een

iets zwaardere bedrijfswageninrich-

ting. Maar hun aantallen zijn ongeveer

identiek. Onze eigen bestelwagens zijn

rijdende showrooms, waarin onze ver-

tegenwoordigers een offerte op maat

van de klant uittekenen”, aldus Nick Van

Dessel, marketing coördinator Sortimo

Belux.

Ook leasen kan

Op deze sterk concurrentiële markt

onderscheidt Sortimo zich op meer-

dere vlakken”, aldus Van Dessel. “Er is

de snelle reactiviteit van onze vertegen-

woordigers en onze sterk uitgebouwde

service-activiteit. Ook kwaliteit blijft een

voorname factor. Sortimo werkt altijd

modulair, met één steun middenin, waar-

rond alle componenten worden inge-

bouwd. Dit impliceert een aanzienlijke

gewichtsbesparing. Veiligheid is cruciaal:

al onze producten hebben een crash-test

ondergaan. De wet legt weliswaar op dat

alles in het voertuig moet worden vast-

gemaakt, maar preciseert dit niet. Net

als ladingbeveiliging een thema waar-

over de wet nog geen duidelijkheid ver-

schaft. Samen met beroepsfederaties

organiseren we regelmatig info-avonden

waar deze items aan bod komen. Dat een

bedrijfswageninrichting, samen met het

voertuig, ook kan worden geleasd, is nog

te weinig bekend.”

(Door Philip Declercq)

www.sortimo.be

De Duitse fabrikant, bekend van de blauwe koffer met de uitneembare

kunststof inzetbakjes, biedt inmiddels een uitgebreid productassor-

timent voor bedrijfswageninrichting aan. Sortimo is een wereldspe-

ler inzake branchegerichte inrichtingsoplossingen voor bedrijfswagens, o.m.

voor installateurs elektrotechniek, en sanitair/HVAC. Naar aanleiding van het

40-jarig bestaan werd de Sortimo HD, naar de initialen van oprichter Herbert

Dissinger, en tevens ‘Heavy Duty’, gelanceerd.

projecten

Met Sortimo HD op

Climatechno 14 & 15 OKT 2015

Sortimo stelt op Climatechno

drie nieuwe productlijnen voor.

Eyecatcher is de Sortimo HD, ver-

vaardigd uit brandbestendige, ster-

ke en lichte composietmaterialen,

met legborden die tot 120 kg kun-

nen torsen. Met deze oplossing mikt

men op de zware industrie en de

mobiele werkplaatsen. De WorkMo

is een mobiel werkstation waarmee

de vakman op de werf aan de slag

kan, stapelbaar en voorzien van

een module met o.m. schuifladen.

De Simpleco is een eenvoudige

bedrijfswageninrichting voor kleine

en middelgrote bestelwagens.

Intelligente bedrijfswageninrichting © S

ortim

o

©P

DC

Fedelec magazine | 27

Page 28: Fedelec magazine 168 - NL

PROJECTen

Het ziekenhuizenlandschap in Doornik is aan een complete

remake toe. Op de hoofdsite ‘Union’ van het Centre Hospitalier de

Wallonie Picarde staat de firma TEI uit de groep TECHNORD uit de

Henegouwse stad in voor de elektriciteitswerken van de uitbreidingsfase en

- in het kader van de TV met de partner-bedrijven Balteau en Nizet - voor de

installatie van diverse systemen.

Met straks drie ziekenhuissites en zijn

polikliniek is het Centre Hospitalier de

Wallonie Picarde één van de belang-

rijkste zorgentiteiten van Wallonië. Het

ziekenhuiscomplex telt om en bij de

2.500 medewerkers, waaronder 300

artsen, er zijn 24.500 dagopnames op

jaarbasis. Enkele jaren geleden werd

een Masterplan uitgewerkt om de wer-

king van de 4 sites - Union, DORCAS,

Notre-Dame en IMC - te rationaliseren,

te optimaliseren en terug te brengen tot

3 sites. Sinds 2009 zijn er - onder meer

- volop renovatie- en uitbreidingswerk-

zaamheden aan de gang op de - groot-

ste - site Union. De voornaamste fase

van deze werf zou eind 2015 beëindigd

worden. Dan moet de meer dan 42.000

m² nieuwbouw - het equivalent van onge-

veer 246 woningen met een oppervlakte

van 200 m² - beëindigd zijn, en de meer

dan 6.500 m² gerenoveerde oppervlakte

operationeel. In dit gedeelte zullen onder

meer de Pôle Mère-Enfant, een belang-

rijke medisch-technisch blok, en enkele

zorgeenheden worden ondergebracht.

Tegelijkertijd werden de activiteiten op

de sites Notre-Dame en IMC verderge-

zet, en werden de activiteiten op de site

Dorcas - die op termijn verdwijnt - gelei-

delijk overgebracht naar de drie resteren-

de sites. Daarnaast blijft ook het ‘Centre

de Consulation’ in Péruwelz voortbe-

staan, om in de kwalitatieve lokale zorg

te voorzien.

CHwapi

Zoals op heel wat andere plaatsen wil ook

de Doornikse gemeenschap meer syner-

gie in haar ziekenhuisactiviteiten realise-

ren. In de filosofie van een verbeterde

dienstverlening ten voordele van de pati-

ent hebben de Doornikse ziekenhuizen

de krachten gebundeld, wat leidde tot

het ontstaan van het Centre Hospitalier

de Wallonie Picarde - CHwapi. Bedoeling

is dat op lange termijn alle ziekenhuisac-

tiviteiten in Doornik worden samenge-

bracht op de sites Union en Notre-Dame.

Vermits de nieuwbouw op de site Union

- omwille van stedenbouwkundige rede-

nen - niet meer dan zes bouwlagen mag

omvatten, kunnen niet alle activiteiten er

worden geconcentreerd. Daarom zal ook

de site Notre-Dame worden gerenoveerd

en opnieuw ingericht. Op de site Union

worden de activiteiten - gedurende de

volledige uitvoering van het project - ver-

dergezet. Omwille van die reden kunnen

zowel de nieuwbouw als de herinrichting

van de bestaande gebouwen slechts in

opeenvolgende fasen worden gereali-

seerd. Zo wordt de eerste fase - die het

voornaamste gedeelte van de werk-

zaamheden uitmaakt - gevolgd door

aanvullende fasen, waarvan de uitvoe-

ring afhankelijk is van de door de bevoeg-

de overheid ter beschikking gestelde

subsidiëring. In de toekomst zal het

CHwapi over een groot aantal erkende

bedden beschikken.

Energievriendelijk, lokale toets

waar het kan

Voor de ruwbouw werkzaamheden werd

in eerste instantie gebruik gemaakt van

lokale producten, zoals de Barry gevel-

stenen, blauwsteen van Soignies….

Met het oog op energievriendelijk-

heid werd er uiteraard grondig geïso-

leerd. Groendaken, zichtbaar vanuit

de kamers, zorgen niet enkel voor een

esthetische toets, maar zullen ook het

regenwater kanaliseren bij overvloedige

regenval. Een WKK-systeem zal het zie-

kenhuis van stroom voorzien. De warmte

De nieuwbouw mag - omwille van steden-bouwkundige redenen - niet meer dan zes bouwlagen omvatten

Lokale expertise voor grootschalige ziekenhuisfusie

28 | Fedelec magazine

Page 29: Fedelec magazine 168 - NL

die dit systeem zal afgeven, zal gebruikt

worden om de gebouwen en het water

te verwarmen. Twee buffervaten zullen

60.000 liter regenwater kunnen opvan-

gen. De kamers worden gekoeld door

een systeem van koelplafonds, een sys-

teem dat energievriendelijker, estheti-

scher en comfortabeler is voor de pati-

enten dan airconditioning/klimatisatie.

De omgeving van de Union-site zal van

gevarieerde groene ruimtes voorzien

worden.

Familie Foucard

In de aanbestedingsprocedure voor

het project ‘Union’ werd het lot 6

‘Electriciteitswerken’ binnengehaald

door TEI - in een tijdelijke vereniging met

de installatiebedrijven Balteau en Nizet.

TEI - Technique Electrique Industriel -

was een kleine familiale onderneming in

het Doornikse, opgericht in 1945. In de

jaren 80 werd het bedrijf door Michel

Foucard - toenmalig technisch direc-

teur van dit bedrijf met een 25-tal werk-

nemers - overgenomen. Foucard kocht

niet alleen de aandelen van de bestuur-

ders over, maar investeerde en breidde

de activiteiten verder uit door het oprich-

ten van aanverwante ondernemingen.

Naast TEI dat zich toespitste op indus-

triële elektriciteit - van hoogspanning tot

en met bordenbouw en verlichting - dit

zowel residentieel als projectenmarkt -,

richtte hij tevens Technord Automation

op, een bedrijf actief in de industriële

informatica - en La Technique, een groot-

handelszaak voor elektrisch materi-

eel waar zowel de particulier, de instal-

lateur als overheden terecht kunnen.

Al deze bedrijven werden geclusterd

onder de naam Technord. Op heden

heeft Technord - nog steeds een familiale

onderneming waarvan Philippe Foucard

sinds 4 jaar aan het hoofd staat - ook fili-

alen in Luik, Rijsel, Lyon en Genève. De

groep telt zo’n 360 vaste medewerkers,

waarvan 250 actief bij TEI in Doornik.

Tot de doelgroepen behoren vooral

bedrijven uit industriële sectoren zoals

cementindustrie, farma, chemie, voe-

ding, openbare infrastructuur…, maar

ook de zorgsector.

Stad en streek

Het Masterplan voor het Centre

Hospitalier Wallonie Picarde is van de

hand van het ontwerp- en architecten-

bureau Emile Verhaegen uit Brussel,

ook het studiebureau Marck & Roba

Engineering is in de hoofdstad gevestigd.

Door de sterke band van TECHNORD

en de familie Foucard met de stad en

de streek - en een sterke offerte in de

aanbestedingsprocedure - kon groep

TECHNORD lot 6 (‘elektriciteitswer-

ken’) binnenhalen. De werkzaamheden

betreffen zowel hoogspanning, bor-

denbouw, verlichting etc, goed voor

een totaalbedrag van 12 miljoen euro.

Jean-Marie Bontems, regionaal com-

mercieel directeur van TECHNORD: “Het

betreft een grootschalig project waarbij

- naast het grote nieuwbouwcomplex

op de site Union - dat meer dan 42.000

m² bedraagt - ook op de andere locaties

kleinere deelprojecten worden gereali-

Op de site Union werden 7 laagspanningsborden met groot vermogen - variërend tussen 2700 A en 5000 A - geïnstalleerd

Sinds 2009 zijn er renovatie- en uitbreidingswerkzaamheden aan de gang op de site Union. De voornaamste fase van deze werf zou eind 2015 beëindigd worden.

Lokale expertise voor grootschalige ziekenhuisfusie

Fedelec magazine | 29

Page 30: Fedelec magazine 168 - NL

seerd. Zo wordt onder meer de inkomhal

van het Notre Dame ziekenhuis gereno-

veerd. Alleen al van uit logistiek oogpunt

is dit een project dat zeer doordacht

moet worden gepland en uitgevoerd. Het

totale kostenplaatje overtreft het bedrag

van 1 miljard euro.”

Vermogen 4000 ampère

Xavier Bertrand, verantwoordelijke van

het atelier bekabeling bij TEI: « Op de site

Union werden 7 laagspanningshoofd-

borden met groot vermogen - variërend

tussen 2700 A en 5000 A - geïnstalleerd.

Hier gingen om en bij de 200 uren stu-

diewerk door ons studiebureau - en zo’n

2.500 arbeidsuren in ons eigen atelier

bekabeling - aan vooraf. Ook de instal-

latie op de werf zelf werd door onze

medewerkers uitgevoerd. Gemiddeld

waren we met zes à zeven arbeiders aan

de slag. Er werd om en bij de 10 kilome-

ter aan kabels gelegd. De kabelgoten

TECHNORD & FEDELEC

Groep Technord is een bedrijven-

cluster van de Doornikse familie

Foucard, opgericht in 1988. De

groep telt zo’n 360 vaste mede-

werkers, waarvan 250 actief bij

TEI in Doornik. Het dochterbe-

drijf TEI is Fedelec-lid sinds 1963.

Namens Technord zetelt Jean-

Marie Bontems sinds 2000 in de

Raad van Bestuur van de Fedelec-

afdeling Henegouwen, en in deze

van de Conféderation Construction

Wallonne (CCW). Momenteel is Mr.

Bontems vice-voorzitter van de

Fedelec-afdeling Henegouwen.

TECHNORD is eveneens lid van de

Installateurs Electriques de Belgique

(IEB) die de 40 grootste installatie-

bedrijven in ons land overkoepelt.

en kabelladders in dit project zijn van

Vergokan-makelij. Ook de bordenbouw

gebeurde in eigen beheer. Op die manier

behouden we een maximum aan flexibi-

liteit en reactiviteit om op onverwachte

zaken te kunnen inspelen. Er werd een

oplossing uitgewerkt, waarbij er drie

transfo’s tegelijkertijd kunnen opereren.

Er is ook een hulpbord - dat een nood-

stroomgroep kan opstarten - indien er

problemen zijn met één van de borden.

Ook werd er een automatische failover

van de hoofdbron naar de noodbron tot

stand gebracht. Idem voor alle circuits

die cruciaal zijn binnen het ziekenhuis:

OK’s, spoed… In geval van stroomuit-

val wordt de noodstroomgroep opge-

start en worden de borden op die manier

opnieuw gevoed.” Verlichting, brand-

detectie, toegangscontrole, etc werden

geïnstalleerd in samenwerking met de tij-

delijke vereniging (Balteau en Nizet). Voor

de binnen- en buitenverlichting werd in

hoofdzaak geopteerd voor conventione-

le verlichting. Het gaat over om en bij de

7.000 verlichtingsarmaturen in zijn totali-

teit. Inzake branddetectie werd gekozen

voor een VLV-systeem met drie centra-

les (Bat 100, Bat 200 en Zone Parking),

goed voor om en bij de 2.000 bewakings-

punten. Het toegangscontrolesysteem

- van het merk Salto - werd grotendeels

beperkt tot de gelijkvloerse bouwlaag.

Bottle neck

Bij de uitvoering van de elektriciteits-

werkzaamheden op de werf kwamen

een aantal problemen, eigen aan een

ziekenhuisbouwproject, de kop opste-

ken. “Een klassiek probleem is het tijdig

verkrijgen van correcte informatie over

het hoe en waar technische oplossingen

bij voorkeur worden geïnstalleerd. Deze

gegevens komen via het studie- of archi-

tectenbureau dat voor deze informatie

aangewezen is op de geneesheren-spe-

cialisten. Specialisten moeten beslissen

waar in de operatiezalen bij voorkeur

in elektrische voeding wordt voorzien.

Het duurt vaak zeer lang vooraleer we

de definitieve informatie hieromtrent

beschikbaar hebben. Anderzijds kan -

mede door de grootschaligheid van deze

werf - ook de coördinatie en de opvolging

tussen de verschillende aannemers voor

kwaliteits- en afwerkingsproblemen zor-

gen”, aldus Jean-Marie Bontems.

(Door Philip Declercq - Foto's: PDC)

www.technord.com

PROJECTen

Jean-Marie Bontems, Regionaal commercieel directeur van TECHNORD, en Xavier Bertrand, verantwoordelijk atelier bekabeling bij TEI

“Door de historisch sterke band tussen de stad Doornik en de familie Foucard is dit een uniek project” - Jean-Marie Bontems

30 | Fedelec magazine

Page 31: Fedelec magazine 168 - NL

Overspanning beveilings modulen

Lastschakelaars zonder

zekeringen

Zekering lastschakelaars

PV genormaliseerde

schakelaars

Zekering houders

8681 MERSEN AP tableautier A4 FR.indd 1 24/04/15 11:07

Kleinste footprints van een wereld merkVoor assemblage aan DIN rail voor stroom bus bar systemen

Optimaal ontworpen voor elektrische distributie en besturingspanelen

ep.mersen.com

Page 32: Fedelec magazine 168 - NL

projecten

Als powermanagementbedrijf biedt Eaton energie-efficiënte oplos-

singen aan bedrijven die o.m. hun elektrische energie rendabel wil-

len beheren. Een gesprek met Kris Beyen, de Belg die de Eaton-

verkoopsteams in gans Europa leidt: over de recente acquisitie van Cooper

Industries, de marktontwikkelingen, de geïntegreerde Benelux-organisatie,

en Eaton productinnovaties.

“De uitdagingen van de elektro-installateur zijn ook de onze”

Vandaag biedt Eaton energie-efficiënte

“power management” oplossingen op

wereldschaal aan. Opgericht in 1911

door J.O. Eaton, telt de beursgeno-

teerde onderneming, geleid door CEO

Alexander M. Cutler, ongeveer 102.000

werknemers. Het bedrijf ontwikkelt,

fabriceert en verkoopt elektrische syste-

men, maar ook hydraulische en pneuma-

tische producten die prestaties koppelen

aan brandstofzuinigheid en veiligheid. In

de elektriciteitssector is Eaton één van de

wereldspelers op de markt van automa-

tisering. Verder voorziet Eaton in klant-

gerichte oplossingen voor datacenters,

industriële ondernemingen, nutsbedrij-

ven, bouwbedrijven, IT-bedrijven en

machinebouwers.

Sterke groei door overnames

Gedurende het voorbije decennium is

Eaton sterk gegroeid door een aantal

overnames. In december 2007 werden

de activiteiten van de Brusselse firma

Schréder-Hazemeyer overgenomen. In

2008 volgde de overname van het bedrijf

PK Electronics, dat in ons land de acti-

viteiten van Eaton Powerware vertegen-

woordigde, en de grote Duitse Moeller

groep. Eind 2012 werd de overname van

Cooper Industries afgerond. De volledige

integratie nam een drietal jaren in beslag.

In 2014 werden de verkoopsorganisa-

ties in gans Europa samengesmolten.

Met de overname van Cooper Industries

verstevigt Eaton zijn positie als powerma-

nagementbedrijf en biedt het één van de

breedste product- en dienstenportfolio’s

op de elektrotechnische markt aan.

Marktsegment georiënteerd

Vanaf nu worden alle verkoopactiviteiten

van de voornoemde firma’s in ons land

gecombineerd vanuit de Eaton Industries

Belgium-vestiging in Groot-Bijgaarden.

Kris Beyen is VP Sales EMEA, Electrical

Sector, en leidt in die hoedanigheid de

Eaton-verkoopsteams in Europa, het

Midden-Oosten en Afrika. Hij verduide-

lijkt de geïntegreerde Benelux organisa-

tie: “De Benelux-organisatie heeft zowel

verkoopskantoren in België, Nederland

als Luxemburg, en is georganiseerd

in segmenten met elk een eigen aan-

spreekpunt. Voor de residentiële en KMO

markten hanteert Eaton een channel

strategie via de elektrotechnische groot-

handel. Voor dit segment is Eric Nelis

Sales manager, voor de hoofdkanto-

ren van deze groothandels is dit Manuel

Dutrieux. Chris Janse leidt een team

actief in de industriële markt, Ron Golhof

doet hetzelfde in de tertiaire markt.

Onder leiding van Mattieu Terlouw focust

“Door onze producten en diensten om te zetten in energie-efficiënte en duurzame oplossingen

kan de elektro-installateur zich onderschei-den”, aldus Kris Beyen, VP Sales van Eaton

Electrical Sector.

“We streven ernaar zoveel mogelijk kennis te delen zodat installaties veilig gebouwd worden”

NexiTech LED-armatuur: voorzien van high power leds aan de onderkant

32 | Fedelec magazine

Page 33: Fedelec magazine 168 - NL

“De uitdagingen van de elektro-installateur zijn ook de onze”

Eaton op de Power Quality markt, waar-

voor het o.a. UPS-en, Racks, ePDU’s en

converged infrastructuur levert aan het

IT-segment, Datacenters en ziekenhui-

zen. Ons Field Service team wordt geleid

door Bart Van der Goten”, aldus Kris

Beyen.

Adviseur die meedenkt

Eaton richt zich tot groothandels, bor-

denbouwers, installateurs… Hoe kan de

relatie tot de elektro-installateur worden

omschreven? Kris Beyen: “Als adviseur

van de elektro-installateur kijkt Eaton ver-

der dan louter commercieel. Wij denken

mee met de uitdagingen en processen

waarmee de elektro-installateur gecon-

fronteerd wordt. Door onze producten

en diensten om te zetten in efficiënte en

duurzame oplossingen waarmee hij zich

kan onderscheiden, onderscheidt ook

Eaton zich van zijn concurrenten. Onze

rol is niet die van een component leve-

rancier. Onze sales mensen denken in

termen van efficiency en duurzaamheid,

kostenbeheersing en verhoging van het

rendement voor de klant. Uit de feedback

die wij krijgen, blijkt dat Eaton, ondanks

zijn schaalgrootte, toegankelijk blijft. De

persoonlijke relatie met de klant is en blijft

belangrijk.”

Bedrijfszekerheid

De visie op service van Eaton is geba-

seerd op twee peilers: bedrijfszekerheid

en veiligheid. Bedrijfszekerheid wordt

gegarandeerd door diverse service-

activiteiten. Het ‘field service operations’

team doet o.m. site assessments (bv.

analyse van de elektrische installaties

voor het bepalen van het vermogen van

een te plaatsen UPS), en staat in voor het

commissioneren van UPS-en en nood-

verlichtingsapparatuur. Maar ook ad-

hoc services op UPS, noodverlichting,

reparaties, servicecontracten met SLA’s,

en telebewaking behoren tot hun taken-

pakket. Voor zakelijke klanten met een

servicecontract is er de storingsdienst,

24 uur per dag, 365 dagen op 365: voor

UPS, noodverlichting, industriële com-

ponenten, laag- en middenspannings-

systemen.

Veiligheid: kwestie van opleiding

Veiligheid gaat met name over de kwali-

teit van de producten. Kris Beyen over de

Eaton-visie hieromtrent: “Wij willen onze

klanten nooit risico’s laten lopen en doen

er alles aan om veilige producten te leve-

ren. Enkel op die manier kunnen er vei-

lige installaties gebouwd worden, en kan

er veilig onderhoud uitgevoerd worden.

Voor laag- en middenspanningsinstal-

laties levert Eaton, naast systemen, ook

services zoals “Arc Flash” analyse. We

streven ernaar zoveel mogelijk kennis te

delen zodat installaties veilig gebouwd

worden. In 2014 waren er “Lunch &

Learn” sessies op de locatie van de klant.

Uit een door ons samengesteld ‘menu’

kon de klant kiezen welke kennis hij graag

wou aangescherpt zien. In 2015 zullen

we op Benelux niveau enkele semina-

ries organiseren. We streven naar een

actueel programma en bieden klanten

ook maatwerk. Gezien onze grootscha-

lige organisatie, heeft Eaton hiervoor

specialisten in verschillende domeinen

in huis. Daarnaast zijn er praktische trai-

ningen om klanten te helpen bij het pro-

grammeren, installeren en monteren van

onze producten en diensten.” Voor dit

jaar plant Eaton Benelux o.m. deelnames

aan events zoals Cebeo Technologie,

Ingram in the Loop, Techdata Meet IT,

Kannegieter Kennismarkt, 2BY2 en ADI

expo.

Productinnovaties

Eaton blijft in de diverse marktsegmenten

uitpakken met nieuwe productontwik-

kelingen. Met het xEffect-programma is

er een innovatieve serie installatieauto-

maten (FAZ), differentieelschakelaars en

-automaten. Vanaf januari 2017 moeten

ook kleinere elektromotoren vanaf 0,75

kW voldoen aan IE3- of IE2-niveau in

combinatie met een frequentieomvormer.

Hiervoor ontwikkelde Eaton een nieuwe

“DE1” variabele speed starter, door zijn

formaat en aansluitingen inpasbaar op de

plaats van een motorstartercombinatie.

Eyecatcher is ook NexiTech, een moder-

ne LED-armatuur met een verscheiden-

heid aan toepassingsmogelijkheden.

Deze laatste geven de nooduitgang aan,

en zorgen voor een goede verlichting van

de vluchtweg, eventueel voorzien van

high power leds aan de onderkant. De

BP-O opbouw wandverdelers zijn onder-

deel van een kastenprogramma van

xEnergy Basic verdelers, beschikbaar

als opbouw- en inbouw wandverdelers

en als staande verdeler. Doordat er vol-

doende thermische ruimte beschikbaar

is voor elektrische componenten,wordt

er voldaan aan de EN-IEC 61439.

(Door Philip Declercq - Foto's: eaton)

www.eaton.be

DE1 variabele speed starter met

Smartwire

Fedelec magazine | 33

Page 34: Fedelec magazine 168 - NL

PROJECTen

De zusters Dominicanessen zijn reeds

sinds 1860 in de Brugse binnenstad

actief. In 1994 werd er beslist een nieuw

klooster te bouwen om alle nog leven-

de zusters van de Orde, in kloosters

op andere locaties verblijvend, samen

te brengen. Gezien het slinkend aan-

tal leden van de Congregatie waren de

zusters vooruitziend en voorzagen in

een plan B. Bij hun verbouwproject mid-

den jaren ‘90 werden, in overleg met de

Brugse ir.arch. Gino Debruyne, reeds

bepaalde voorzieningen getrof fen:

branddeuren, toilet op elke kamer, vol-

doende brede gangen… Dit opende per-

spectieven naar een andere bestemming

in de toekomst. Einde jaren 2000 was er

nog een 24-tal zusters Dominicanessen

in leven en bleek her gebouw veel te ruim

geworden. In 2008 werd er een overeen-

komst afgesloten tussen de klooster-

gemeenschap en het ziekenfonds CM

Brugge. Het ziekenfonds engageerde

zich om de site uit te baten als woon-

zorgcentrum, waarbij de zusters konden

gehuisvest blijven als bewoners.

Naar een nieuwe bestemming

Om de zaken in goede banen te leiden

werd in februari 2011 Rik Coture, voor-

heen 25 jaar directeur van een ander

WZC in de regio, aangeworven. Hij werd

aangezocht om WZC Engelendale te lei-

den en verder uit te bouwen. Er werden

allerlei praktische zaken aangekocht en

kleinschalige werkzaamheden - nieuwe

leuningen aan de trappen, een nieuw

oproepsysteem… - uitgevoerd. Op 1

juni 2011 opende ‘WZC Engelendale’ zijn

deuren. Al snel bleek dat de bestaande

capaciteit - 40 erkende bedden - onvol-

doende was. De grote tuin van het WZC

bood mogelijkheden. Tevens werden

- stapsgewijze - enkele aanpalende

percelen en woningen aangekocht om

een uitbreiding te kunnen realiseren. In

het nieuwe concept werden de (gebou-

wen van de) kloostergemeenschap en

het uitbreidingsproject in elkaar geïn-

tegreerd. In 2012 werd gestart met de

uitbreidingsnieuwbouw en de aanpas-

singswerken in het bestaande gedeelte.

Hoofdaannemer ruwbouw was de firma

Artes, studiebureau technieken was

SDK (De Klerck Engineering). Begin sep-

tember 2014 was het uitgebreide WZC

operationeel. Een niet onbelangrijke

openingsdatum gezien de wijzigingen

in de wetgeving na het overhevelen van

het departement ouderenzorg naar het

Vlaamse beleidsniveau op 1 juli 2014.

Vier leefgroepen

In zijn ontwerp van het nieuwbouwge-

deelte - gelijkvloers en twee verdiepingen

- had ir.arch. Gino Debruyne zowel oog

voor het functionele als het esthetische

aspect. Het streefdoel was een bezet-

ting van een 100-tal residenten. Er werd

geopteerd voor een functionele opsplit-

sing - naar het inzetten van beschik-

baar personeel - in vier leefgroepen van

24 residenten. Vermits het een nieuw-

bouw aansluitend op een bestaand

gebouw betreft, dienden bepaalde keu-

zes gemaakt te worden. Dit resulteerde

onder meer in redelijk lange loopafstan-

den voor het personeel.

Het woonzorgcentrum Engelendale in de Brugse Vlamingdam

is gegroeid uit een kloosterorde met een lange historiek. CM

Brugge en de vzw cultureel dienstbetoon Sint-Dominicus Zusters

Dominicanessen bouwden - naast het bestaande klooster - een WZC uit, dat

inmiddels een honderdtal residenten telt. Electro Verbeke uit Deinze, goed

thuis in de RVT-sector, stond in voor het ontwerp en de realisatie van de elek-

trische installaties.

In het nieuwe concept werden de (gebouwen van de) kloostergemeenschap en het uitbrei-

dingsproject in elkaar geïntegreerd.

Van klooster tot woonzorgcentrum

34 | Fedelec magazine

Page 35: Fedelec magazine 168 - NL

Brandveilige deuren met

zelfsluitende deurpompen

Ook brandveiligheid was een voornaam

thema. Weinig WZC's beschikten toen

over brandveilige deuren met zelfsluiten-

de deurpompen in de kamers. “Wij zaten

tussen de oude en de nieuwe wetgeving.

‘Gewone’ brandveilige deuren zijn niet

zonder gevaar voor de bewoners. In de

praktijk staan deze deuren vaak open en

zijn ze niet voorzien van een deurdranger.

Het was dus belangrijk dat er voor brand-

veilige deuren met elektrisch gestuurde

deurdrangers geopteerd werd in het

ganse gebouw. Vooral in het renovatie-

gedeelte was dit - gezien de bestaande,

hoge plafonds - niet evident. Hiervoor

werd een architecturaal mooi ogende

oplossing met stijlvolle ‘wandgoten’ uit-

gewerkt, waarin de verlichting en de

bekabeling werden aangebracht. Er was

ook de nieuwe wetgeving op (deel)com-

partimentering die moest worden nage-

leefd. Wat branddetectie betreft, werd

er voor de analoog adresseerbare cen-

trale MD 2400 van Limotech geopteerd.

De benodigde bekabeling werd gelegd,

en gekeurd, volgens de NBN S21.100,

m.a.w. de strengst mogelijke keuring ter

zake.

Dwaaldetectie & toegangcontrole

In elk van de vier leefgroepen wordt er

samen ontbeten, het middagmaal genut-

tigd, activiteiten georganiseerd etc. Voor

het oproepsysteem vanuit de kamers en

de andere lokalen werd gekozen voor het

systeem van Televic. Twee afdelingen

werden in het bijzonder uitgerust voor

de opvang van bewoners met dementie.

Hier werden uitgangen beveiligd door

middel van codeklavieren. Gezien in de

toekomst steeds meer bewoners met

dementie worden opgenomen, werd de

hoofdingang supplementair beveiligd

door middel van een dwaaldetectie lus.

Indien een bewoner zich aan de inkom-

deuren bevindt, wordt hij gedetecteerd

via het easywave systeem van Televic,

gebaseerd op detectielussen en Axio-

tec. Er gaat sowieso een verpleegkun-

dige ter plaatse via melding op de smart-

phones. “Wat de toegangscontrole

betreft, werd er, gezien het niet evident

was om bekabeling en elektriciteits-

voorziening naar de deuren te brengen,

gekozen voor een FSB-oplossing. De

oplossing van deze deursloten fabrikant

is enkel gebaseerd op de deurkruk zelf,

en werkt op basis van een inwendig bat-

terijtje. Vermits hier al FSB-oplossingen

operationeel waren, werd ervoor geop-

teerd om dit systeem uit te breiden”,

aldus Olivier Demets van Electro Verbeke

(zie kaderstuk) dat instond voor ontwerp

en realisaties van de elektrische installa-

ties. Gezien er bij de realisatie nog geen

mogelijkheid was om de technologie

van FSB en Televic in éénzelfde badge

te combineren, werken de medewerkers

van Engelendale met twee badges. Een

jaar na datum van deze realisatie behoort

dit echter wel tot de mogelijkheden.

70 procent LED

Electro Verbeke startte zijn werkzaam-

heden in het WZC Engelendale op in

maart 2013 en was op deze werf afwis-

selend met 4 tot 8 medewerkers aan de

slag. Olivier Demets: “We zijn gestart

met het klassieke kap- en slijpwerk. Dit

werd in twee fases uitgevoerd, eerst in

het bestaande gebouw, daarna in de

nieuwbouw. Vervolgens werd de beka-

beling gelegd en werden zeven borden

gebouwd en geïnstalleerd. De werken

schoten goed op, wat ook noodzakelijk

was gezien de veranderende wetgeving.

Het vernieuwde WZC moest voor eind

augustus 2014 zijn deuren kunnen ope-

nen. Christophe Feys, werfleider Electro

Verbeke: “Wat verlichting betreft, werd er

gekozen voor een combinatie van LED-

“Er werd met PEMSA draadkanalen - opge-bouwd uit een mazennet - van Stagobel

gewerkt, omdat deze gemakkelijk te instal-leren zijn, en praktisch bij het sorteren van de

kabels”, aldus Christophe Feys.

In het vernieuwde WZC Engelendale werden zeven elektriciteitsborden gebouwd en geïn-

stalleerd.

Van klooster tot woonzorgcentrum

“Door de doordachte en strakke coördinatie vanwege de architect is de opsplitsing ruw-bouw-technieken een goede zaak geweest” - Rik Coture WZC Engelendale

Fedelec magazine | 35

Page 36: Fedelec magazine 168 - NL

PROJECTen

verlichting en fluorescentieverlichting. Zo

werd in de kamers, de verpleegposten,

de eetruimtes en de cafetaria voor LED-

verlichting gekozen. Enkel in de gangen

werd er TL-verlichting geïnstalleerd. Alle

armaturen, van het type Linaria, zijn van

Zumtobel-makelij. Ook de buitenverlich-

ting werd door ons geïnstalleerd. Enkele

cijfers schetsen de context van dit pro-

ject: er is databekabeling voor om en bij

de 25 kilometer en 30 kilometer elektri-

citeitsbekabeling. Verder is er nog onge-

veer 15 kilometer brandbekabeling. Er

werd met PEMSA draadkanalen, opge-

bouwd uit een mazennet, van Stagobel

gewerkt, omdat deze gemakkelijk te

installeren zijn, en praktisch bij het sorte-

ren van de kabels.”

ELECTRO VERBEKE & FEDELEC

Electro Verbeke, gevestigd in Deinze, werd opgericht in 1971 door Jozef Verbeke.

Begin jaren 2000 kwam zijn schoonzoon Olivier Demets in dienst als projectleider.

In 2012 volgde de definitieve overname. Dit familiebedrijf, dat 19 mensen tewerk

stelt, w.o. twee administratief-technische medewerkers, heeft zich door de jaren

heen gespecialiseerd in RVT-projecten, en utiliteits- en industriële projecten. De

onderneming is Fedelec-lid sinds 1975. Oprichter Jozef Verbeke was destijds ook

voorzitter van Fedelec Oost-Vlaanderen. Nu is zijn dochter, Isabelle Verbeke, die

het administratief-financiële luik van het bedrijf coördineert, actief in de provinciale

Fedelec-afdeling. De jaaromzet van Electro Verbeke bedraagt tussen de 3, 5 en 4

miljoen euro.

Rik Coture, directeur van WZC Engelendale, met rechts Olivier Demets, zaakvoerder, en links Christophe Feys, werfleider van Electro Verbeke.

Geïntegreerde oplossing voor

technieken

“Het is pas de laatste jaren dat high tech

echt zijn entree maakt in de ouderen-

zorg”, aldus Rik Coture.”Er zijn heel wat

positieve ontwikkelingen op dat vlak.

Maar mijn indruk is dat we nog tot echt

doorontwikkelde, efficiënte oplossingen

moeten komen. Wat niet belet dat het

belangrijk is ‘mee’ te zijn met bepaalde

evoluties. Ik heb zelf een verpleegkun-

dige opleiding achter de rug, wat maakt

dat ik misschien eerder gewonnen ben

voor pragmatische oplossingen, zoals

bv. dwaaldetectie. Ik vond het ook

belangrijk om als onderhoudsmedewer-

ker voor het WZC iemand met een elek-

tronische opleiding aan te trekken. Al

behoren werkzaamheden van een totaal

andere aard - bv. onderhoud van de tuin

- ook tot zijn takenpakket. Een gebouw-

beheersysteem (inclusief gangverlich-

ting) vind ik een goede investering indien

er een zekere schaalgrootte aanwezig is,

en er meerdere gebouwen - hier 2 - op

dezelfde site moeten gekoppeld worden.

Op deze site bv. zijn verwarming, brand-

detectie en toegangscontrole van het

WZC, enerzijds, en deze van het klooster,

anderzijds, nog aan mekaar gekoppeld,

terwijl de elektriciteitsvoorzieningen vol-

ledig gescheiden zijn. Ik ben voorstander

van geïntegreerde oplossingen, waarbij

alle technieken (brandcentrale, oproep-

systeem, toegangscontrole…) worden

gecentraliseerd. Door de doordachte en

strakke coördinatie vanwege de betrok-

ken architect is de opsplitsing ruwbouw-

technieken een goede zaak geweest. Dit

project combineert het maximum haal-

bare aan functionaliteit en esthetiek. Er

zijn altijd extra investeringen mogelijk,

maar er is ook de betaalbaarheidsgrens”,

besluit Coture.

(Door Philip Declercq)

www.electroverbeke.be

Enkele cijfers: naast 7 borden zijn er om en bij de 25 kilometer databekabeling, 30 kilometer elektriciteitsbekabeling, en 14 à 15 kilometer

brandbekabeling.

36 | Fedelec magazine

Page 37: Fedelec magazine 168 - NL

De Fulltest3 is een compleet instrument voor het uitvoeren van controles volgens de machinerichtlijnen en conform IEC/EN61439-1 en IEC/EN60204-1:2006.

�� Diverse continuïteit- en isolatieweerstandtests�� Doorslagtest met programmeerbare testspanning�� Verschilstroom en restspanning�� Aardlekschakelaartest type A, AC en B�� Circuit-, lijn- en lusimpedantie�� Aardingsweerstand- en vermogensmeting�� Zeer gebruiksvriendelijk

Installatietest conform IEC/EN-normen

Bel 02 757 92 44 voor meer informatie of een demonstratie!

Zorgeloos installeren. Daarover gaat het. Van een simpele switch tot een complexe congres-, audio- of videoinstallatie. U staat er als installateur niet alleen voor. Omdat we – net als u - gepassioneerd zijn door audiovisuele technieken. Geef ons een seintje of kom even langs. Onze technici en ingenieurs helpen u graag verder en doen er alles aan zodat u kan scoren bij uw klant.

GentBrusselAntwerpen

09 381 86 4002 767 31 0503 771 10 01

[email protected] www.playbiz.be

Febelec_FEB15.indd 2 3/02/15 20:31

Page 38: Fedelec magazine 168 - NL

projecten

Na het driejarig jubileum van afgelopen jaar, bereikt de TRILUX

Akademie een nieuwe mijlpaal. In de drie vestigingen in de Benelux

(Mechelen, Namen en het Nederlandse Amersfoort) kunnen

Belgische elektro-installateurs en andere lichtprofessionals nu ook terecht in

de nieuwe TRILUX Akademie dependances.

TRILUX Akademie opent deuren voor elektro-installateurs in de Benelux

Complexer, veelzijdiger en

specifieker

De wereld van het licht wordt steeds

complexer. De visuele taken worden

steeds veelzijdiger en specifieker, de

normen veranderen voortdurend, de

energielat komt steeds hoger te liggen,

en de grenzen van de vormgeving wor-

den steeds weer verlegd. De snelle ont-

wikkeling van de LED-technologie heeft

tot gevolg dat een verlichtingsoplossing

op maat aan steeds meer criteria moet

voldoen. Volledig in de lijn van de prakti-

sche aanpak van de TRILUX Akademie in

Arnsberg, opgericht in 2011, wil TRILUX

lichtprofessionals ook in de Benelux een

professioneel, breed en praktijkgericht

opleidingsaanbod bieden. Complexe

vakkennis over verlichting begrijpbaar

maken, het enthousiasmeren voor de

technologische mogelijkheden en het

vormen van de toekomst van het licht, is

de missie van de TRILUX Akademie.

Efficiënte opleidingsprogramma’s

Via een hoogpedagogische en metho-

dische aanpak wordt uitgebreide ken-

nis - bijvoorbeeld over LED-technologie,

over de voordelen van Human Centric

Lighting, over planningstechnieken, of

over de vereisten op het vlak van visu-

eel comfort – bijgebracht. Het gaat om

opleidingsprogramma’s die in de praktijk

reeds hun efficiëntie bewezen hebben.

Naast installateurs kunnen ook lichto-

ntwerpers, architecten en facility mana-

gers uit de Benelux de opleidingen van

de TRILUX Akademie nu dichter bij huis

volgen om deze vakkennis te verwerven.

Ook in de locaties Mechelen, Namen

(cursussen in het Frans) en Amersfoort

speelt de TRILUX Akademie nu in op de

grote vraag naar kennis in de wereld van

verlichting.

De L van Levenslang leren

Na de opening van de TRILUX Akademie

Benelux door Willem Dammers en

Jan Van Riel, respectievelijk Managing

Director en Akademieleider van TRILUX

Benelux, was Catherine Lootens van KU

Leuven, tevens gezicht van Groen Licht

Vlaanderen, de key-note spreker. “In de

verlichtingswereld draait alles rond de

letter L. In het rijtje licht, lumen, LED…

hoort ook ‘levenslang leren’ thuis. Er zijn

tal van nieuwe issues aan de orde. Denk

aan kleurweergave-index, metriek, tole-

rantie, verblinding… bij LED. Daarnaast is

er het belang van onder meer visual ligh-

ting communication (of data versturen

via verlichting) en the internet of things.

Zowel top down opleiding - wat Groen

Licht Vlaanderen doet -, als bottom up

opleiding - de aanpak van de TRILUX

Akademie - zijn noodzakelijk en wense-

lijk.”

Kennisbehoeftes gedetecteerd

Jan van Riel kent de behoefte aan kennis

van de verschillende doelgroepen van de

TRILUX Akademie en neemt dan ook de

leiding over de nieuwe vestigingen: "Mijn

doel is om het opleidingsaanbod van

lichtprofessionals zodanig in te richten Jan van Riel wordt de Akademieleider van de

drie Benelux-vestigingen

38 | Fedelec magazine

Page 39: Fedelec magazine 168 - NL

dat de opgedane kennis direct bijdraagt

tot het vergemakkelijken van de dage-

lijkse werkzaamheden. De meeste oplei-

dingen nemen een dag in beslag, som-

mige slechts een halve dag." De TRILUX

Akademie in de Benelux startte inmid-

dels met onder meer de seminars ‘basis

cursus LED’,’ LED-technologie verkopen’

en ‘DIALux’ - zie verder.

Flexibele formules

Bijscholen kan onder diverse vormen

binnen de TRILUX Akademie Benelux:

themadagen, seminars en webinars. Jan

Van Riel verduidelijkt: “Een themadag is

bedoeld voor wie een allesomvattend

overzicht en waardevolle compacte ken-

nis over één concreet vakgebied wil ver-

werven. Gerenommeerde experts geven

een verreikende blik in de praktijk, zodat

de deelnemers kennis kunnen maken

met verschillende, vaak tegengestelde,

gezichtshoeken. De groepen bestaan uit

deelnemers met uiteenlopende profes-

sionele achtergronden, zodat de thema-

dagen tevens een perfect platform zijn

om te netwerken. De seminars zijn eer-

der gericht op optimale vaktechnische

ondersteuning, waarbij uitwisseling en

interactiviteit primeren, in kleine groepen

van 15 tot 20 deelnemers. Op die manier

is individuele ondersteuning mogelijk.

Webinars zijn bedoeld voor wie vanaf

zijn eigen werkplek een opleiding wil vol-

gen, én dus tijd en kosten besparen. In

minder dan 1 uur tijd doet men informa-

tie op over actuele verlichtingsthema’s.

Om de mogelijkheden van deze online

format optimaal te benutten, worden de

webinars gegeven door deskundige trai-

ners, opgeleid tot e-trainer. Ook hier is de

interactiviteit een belangrijk didactisch

element.”

Uit de startblokken

De opening en de eerste seminars zijn

inmiddels achter de rug in Amersfoort,

Mechelen, Namen en Luxemburg. Johan

Van Zeist, Marketing Manager TRILUX

Benelux: “Als TRILUX kijken we in ieder

geval terug op geslaagde evenemen-

ten. Zowel in Amersfoort als in Mechelen

werd de opening goed bezocht en de

reacties waren louter positief. Deze lijn

heeft zich doorgezet tijdens de seminars.

Voor het eerste seminar ‘LED Basis’ had-

den we op de locaties in Amersfoort,

Mechelen, Namen en Luxemburg ruim

zestig deelnemers. De groepen die

het best vertegenwoordigd zijn, zijn de

adviesbureaus, installateurs, ingenieurs

en projectleiders. Na afloop kon ieder-

een een evaluatie formulier invullen, het

gemiddelde cijfer dat we hiermee heb-

ben gescoord, is een 8. Een goede score

zonder meer.”

Agenda

Inmiddels werkt de TRILUX Akademie

Benelux alweer naar de volgende thema-

dagen en seminars toe. Na de thema-

dagen ‘industrie’ op 16 en 17 april, in

Amersfoort en in Mechelen, vinden eind

mei de themadagen ́ LED succesvol ver-

kopen´ plaats in Amersfoort, Mechelen,

Namen en Luxemburg.” In het najaar zijn

er op de diverse locaties onder meer acti-

viteiten gepland rond ‘Binnenverlichting

plannen met DIALux 4 voor beginners’,

en ‘Plannerupdate’.

(Door Phiilip Declercq - Foto's: TRILUX)

www.trilux-akademie.com

De TRILUX Akademie Benelux werd geopend door Heiner Hans, Jan Van Riel en Willem Dammers, respectievelijk leider van de TRILUX Akademie Duitsland, Akademieleider, en Managing Director van

TRILUX Benelux.

De TRILUX Akademie breidt zich uit naar onder meer Mechelen en Namen

Fedelec magazine | 39

Page 40: Fedelec magazine 168 - NL

PROJECTen

Binnenkort verhuizen de residenten van Woonzorgcentrum (WZC)

Bloemendal in Sint-Agatha Berchem van het bestaande pand

naar een nieuw gebouw aan de overzijde van de Selliers de

Moranvillelaan. In dit nieuwbouwproject in een V-vorm - naar een ontwerp

van het architectenbureau AR-TE en het studiebureau STABO uit Leuven -

werden alle werkzaamheden rond elektriciteit, domotica en datanetwerken

uitgevoerd door Electro Van De Putte bvba uit Ruiselede.

Performante technieken en vakmanschap voor WZC Bloemendal

Het nieuwe WZC Bloemendal - dat een

120-tal erkende bedden telt - wordt

opgetrokken op een bouwterrein waar-

van de gemeente Sint-Agatha Berchem

eigenaar is. Bouwheer zijn het OCMW

en het gemeentebestuur van deze

gemeente uit het Brussels Hoofdstedelijk

Gewest. Het gevelmetselwerk van de

nieuwbouw bestaat uit grijs bruin beige

genuanceerde gevelstenen, de gevel-

bekledingselementen en terrassen zijn

uitgewerkt in vlak, grijswit beton. De

gevelbeplating van de nissen is uitge-

voerd in wit vezelcement. Bouwheer en

architecten opteerden voor grijskleurig

aluminium schrijnwerk, zonnewerende

isolerende beglazing en screens voor

zonnewering uit geplastificeerde glas-

vezels. De tussenwanden tussen de

kamers bestaan uit gyproc-beplating.

Technieken

Wat technieken betreft werd er geko-

zen voor een ventilatiesysteem D, met

recuperatie van vocht en warmte, door

middel van een warmtewiel en een pla-

tenwarmtewisselaar. De kamers van de

residenten worden verwarmd middels

radiatoren, de verblijfsruimtes en de

polyvalente ruimte door middel van een

systeem van verwarming en koeling via

vloerverwarming. Een lichte afkoeling

door pulsie van de lucht op 22° laat toe

de temperatuur op de kamers te begren-

zen. Op langere termijn zouden er ook

nog PV-panelen worden geïnstalleerd.

Betonstructuren blijven zichtbaar

De werkzaamheden inzake algemene

elektriciteit, domotica en datanetwerken

werden uitgevoerd door de firma Electro

Van De Putte uit Ruiselede (zie kaderstuk

‘Electro Van De Putte & Fedelec’). Tijl Van

De Putte, zaakvoerder van deze West-

Vlaamse KMO: “Het merendeel van de

projecten die wij uitvoeren, is gelinkt aan

de openbare sector, en verloopt dus via

openbare aanbestedingen. Bij dit WZC-

project zijn we van bij de aanvang van

de ruwbouw werkzaamheden betrok-

ken geweest. We waren op deze werf

afwisselend met een bezetting variërend

tussen 5 en 15 medewerkers aan de

slag. Telkens er betonstructuren gego-

ten werden door werknemers van ruw-

bouw aannemer Strabag, moesten onze

arbeiders inbouwdozen met wachtlei-

dingen voorzien, en diende onmiddellijk

het nodige kap- en slijpwerk uitgevoerd

te worden. De betonstructuren van het

gebouw blijven namelijk zichtbaar.”

Hoogspanningscabine van 400 kVA

Electro Van De Putte installeerde in het

gebouw - op het gelijkvloers - een hoog-

spanningscabine van 400 kVA. Over het

gebouw verspreid zijn er verder een tien-

tal elektrische borden voorzien. In een

volgende stap werd alle data- en ande-

re bekabeling aangebracht. Tijl Van De

Putte: “Wat databekabeling betreft, spre-

ken we al snel over een 50-tal kilometer,

vermits ook het zorgoproepsysteem (zie

verder) door middel van databekabe-

Het nieuwe WZC is uitgerust met het perfor-mante zorgoproep- en toegangscontrolesys-

teem ‘Televic interAxio’

40 | Fedelec magazine

Page 41: Fedelec magazine 168 - NL

Performante technieken en vakmanschap voor WZC Bloemendal

ling (van Nexans-makelij) functioneert.

Inmiddels zijn de twee verdeelkasten

voor databekabeling, ondergebracht

in twee afzonderlijke serverlokalen,

geïnstalleerd. Door middel van glasve-

zelbekabeling vormen ze een virtueel

netwerk. De voorbereiding - het maken

van de zekeringsborden gebeurt in ons

atelier. Het monteren van de connecto-

ren gebeurt op de werf zelf. De gebruik-

te componenten zijn van Schneider

Electric-makelij. Wat andere materia-

len betreft werd er onder meer geop-

teerd voor kabelgoten van Stagobel.”

Wat branddetectie betreft ging de voor-

keur uit naar het Limotec-systeem van

Ardovlam. Verspreid over het gebouw

werden er ongeveer 370 brandmelders

geïnstalleerd door Electro Van De Putte,

en vervolgens in dienst gesteld door

medewerkers van Ardovlam.

1.700 verlichtingsarmaturen

Voor Electro Van De Putte zijn de laatste

uit te voeren werkzaamheden op deze

werf het op punt stellen van de diverse

systemen en het aansluiten van de - u

leest het goed - 1.700 verlichtingsarma-

turen. Tijl Van de Putte verduidelijkt een

en ander: “Bouwheer en architecten

opteerden voor een combinatie van LED-

verlichting en fluorescerende verlichting.

Zo wordt er in de gangen gewerkt met

‘Multiline’ LED-lichtlijnen. In de kamers

worden RSB-verlichtingsarmaturen

geïnstalleerd, terwijl er in de kantoorruim-

tes werd geopteerd voor verlichtingstoe-

stellen van Zumtobel LIghting.”

Zorgoproep en toegangscontrole

Het nieuwe WZC is uitgerust met het

performante zorgoproep- en toegangs-

controlesysteem ‘Televic interAxio’. Alle

individuele toestellen worden geplaatst

door Electro Van De Putte en daarna in

dienst gesteld door de medewerkers van

Televic. Tijl Van De Putte: “Het zorgop-

roepsysteem bestaat uit verschillende

componenten en onderdelen. Naast

de kamerprisma’s aan de deuren en

de oproepperen, zijn er de kamerunits.

Deze kunnen als afhandelingspost wor-

den gebruikt. Met andere woorden: het

dossier van de bewoner kan op die plaat-

sen worden geraadpleegd: welke hulp er

moet worden geboden, en door wie etc.

Bij oproepen binnen de verpleegafdeling

kunnen deze worden beantwoord via

de intercom. Er kan dus contact worden

gelegd met de bewoner die een oproep

heeft gedaan. Maken eveneens deel uit

van het zorgoproepsysteem: de over-

zichtsunits van de verpleegposten, en de

matrasdetectie en dwaaldetectie. Deze

laatste systemen zijn vooral van toepas-

sing op de afdeling dementie. Er is tevens

een koppeling van het zorgoproepsys-

teem met de telefoons die de verpleeg-

kundigen en verzorgenden met zich

meedragen.”

Videofonie & muziekinstallatie

Er is een buitenpost videofonie van

Fasttel voorzien aan de hoofdinkom, als-

ook aan de leveranciersinkom. “De bin-

Inmiddels werden de twee verdeelkasten voor databekabeling, ondergebracht in twee afzonderlijke serverlokalen, geplaatst.

Fedelec magazine | 41

Page 42: Fedelec magazine 168 - NL

nenposten zijn geïntegreerd in bepaalde

afgesproken verpleegposten, de keuken,

en de inkom. Na de ‘kantooruren’ kan de

videofoon gekoppeld worden aan de

telefoons die de verpleegkundigen en

de verzorgenden met zich meedragen,

alsook aan de overzicht units verpleeg-

posten. Het WZC kan zelf kiezen met

welk zorgprogramma het wil werken.

Aan het zorgoproepsysteem van Televic

is ook een muziekinstallatie van het merk

AUDAC gekoppeld. Er zijn verschillende

zones voorzien die elk afzonderlijk moe-

ten kunnen worden geregeld. Daarvoor

zijn er één of meerdere bedieningspa-

nelen voorzien per zone. Elke zone kan,

onafhankelijk van de andere zones, het

ingangssignaal (tuner, Cd, MP3,…) en

het volume regelen, met uitzondering

van de zones die enkel omroep toelaten”,

aldus medezaakvoerster Ilse Belaen.

Verder ‘gecontroleerd’ groeien

Op nauwelijks 12 jaar tijd heeft Electro

Van De Putte bvba een sterk parcours

afgelegd. Hoe ziet Tijl Van De Putte

zijn onderneming verder evolueren?

“Momenteel zijn we in zeer uiteenlopende

sectoren actief: zorgsector (WZC, loka-

ELECTRO VAN DE PUTTE & FEDELEC

Electro Van De Putte bvba werd in 2002 opgericht door Tijl Van De Putte en zijn

echtgenote Ilse Belaen. Het bedrijf is gecertificeerd installateur datanetwer-

ken, en erkend om datanetwerken en totaalinstallaties te certificeren tot 25 jaar.

Deze KMO uit Ruiselede beschikt over een erkenning Klasse1, Categorie S -

Ondercategorieën D4- P1-P2-P4-S1-S2-S3-T2. Wat attesten betreft, beschikt

Electro Van De Putte over het opleidingsattest VCA-vol, een attest voor het opma-

ken van een risicoanalyse, en een attest voor het gebruik van het lichtberekenings-

programma Dialux. Momenteel telt het bedrijf een 16-tal medewerkers. Electro

Van De Putte is lid van Fedelec sinds maart 2004. Andere lopende projecten zijn

onder meer een renovatieproject voor de kantoren van de groendienst van de stad

Sint-Niklaas, de nieuwbouw bibliotheek van Evergem, een nieuwe lagere school

in Wondelgem, en een commercieel pand in de Brugse binnenstad. “Onze actie-

radius is in principe West- en Oost-Vlaanderen, en de streek tot Antwerpen en tot

Brussel. Momenteel staat de projectenmarkt in West- en Oost-Vlaanderen eerder

op een laag pitje, terwijl er in het Brusselse meer projecten ontwikkeld worden”,

aldus Tijl Van De Putte.

len voor kinderopvang,…), sportcentra,

bibliotheken, appartementsbouw, com-

merciële gebouwen…. In deze moeilijke

economische tijden is het niet evident

om voorspellingen over de toekomst van

de onderneming te doen. Ik hoop dat we

verder een voorzichtige ‘gecontroleerde

groei’ kennen. Misschien kunnen we in

de toekomst uitgroeien tot een bedrijf

met, maximaal, een 20-tal medewerkers.

Momenteel zijn we in hoofdzaak actief in

projecten gelinkt aan overheden, die via

openbare aanbestedingen lopen. Qua

administratieve voorbereiding, opstart,

besprekingen en opvolging brengen der-

gelijke projecten heel wat extra werk met

zich mee. Dit takenpakket valt momen-

teel volledig op de schouders van mijn

echtgenote (nvdr: mevrouw Ilse Belaen).

Projecten in de privé-sfeer zijn op dit punt

uiteraard minder belastend inzake admi-

nistratieve opvolging”, besluit Tijl Van De

Putte.

(Door Philip Declercq)

www.electro-vandeputte.be

“Momenteel staat de projectenmarkt in West- en Oost-Vlaanderen eerder op een laag pitje, in het Brusselse worden er meer projecten

opgestart”, aldus Tijl Van De Putte van Electro Van De Putte.

PROJECTen

42 | Fedelec magazine

Page 43: Fedelec magazine 168 - NL

1210

0394

› Europa’s grootste verhuurder van

test- en meetapparatuur

› Meer dan 5.000 instrumenten uit

voorraad leverbaar

› Leverbaar binnen 24 uur

› Attractieve prijzen voor elke huurperiode

› Ready to use, voorzien van de juiste acces-

soires, handleiding en kalibratie-certificaat

Livingston.com

Livingston Belgium Grote Steenweg 48, B-2550 Kontich, Tel.: +32 (0) 15 286 281, Fax: +32 (0) 15 286 287

[email protected], www.livingston.be

Verhuur van meetapparatuur

InstallatIon testers

Dataloggers FIber InstallatIon tools

Cable testersPower QualIty analysers

InFrareD Camera’s

12100394 LIV ADV A5 Fedelec BE.indd 1 15-11-12 09:30

Page 44: Fedelec magazine 168 - NL

projecten

Ingevolge de nieuwe Europese richtlijnen om de CO² en lawaaihinder te

beperken zullen binnen afzienbare tijd aangemeerde binnenschepen

niet langer hun dieselgenerator mogen gebruiken om in de eigen ener-

giebehoefte te voorzien als ze aan de kade liggen. Elk schip moet dus zijn

energie kopen als het aangesloten wordt op het elektriciteitsnet. Technisch

is dat perfect mogelijk, maar de vraag is hoe dat allemaal moet verwerkt en

gefactureerd worden. Techelec uit Antwerpen kwam in samenwerking met

Schneider Electric met een innoverend systeem op de markt, waarvoor

ondertussen zelfs buitenlandse interesse bestaat.

Walstroomplatform voor binnenschippers

Kaai 75

De kade waar dit systeem als eer-

ste geïnstalleerd werd, is kaai 75 in de

Antwerpse haven. Daar meren binnen-

schepen aan die moeten wachten op een

nieuwe lading. Van daaruit vertrekken de

binnenschepen dan weer naar bestem-

mingen in voornamelijk België, Frankrijk,

Duitsland en Nederland.

Enkel nog walstroom toegelaten

Als schepen enkele dagen moeten

wachten op een nieuwe belading, wil de

schipper natuurlijk elektriciteit aan boord

hebben. Schippers moesten vroeger

naar het Havenhuis om een voorafbetaal-

de kaart te halen waar ze dan elektriciteit

mee konden verkrijgen. Veel schippers

verkozen echter om gewoon hun diesel-

generator te gebruiken om te voorzien in

hun energiebehoefte. Binnen afzienbare

tijd legt de Europese Unie nieuwe regels

op die deze milieubelastende gewoonte

aan banden legt. Elektriciteit mag dus

binnenkort enkel aan wal gehaald wor-

den.

Techmetrys platform

Het Antwerpse Techelec werd door het

Havenbedrijf gevraagd om een proefpro-

ject uit te werken. Techelec is gespeciali-

seerd in scheepselektriciteit en -automa-

tisering en had al eerder samengewerkt

met het Havenbedrijf. Projectmanager

Nicolas Broos van Techelec ontwikkelde

met Techmetrys een walstroomplatform

dat voor zowel binnenschipper, havenbe-

drijf en Techelec meer dan bevredigend

is. Eerst moeten de binnenschippers zich

registreren. Zo kan later de facturatie vlot

verlopen. Bij het aanmeren hoeft hij enkel

het ENI-nummer van zijn schip en het

aansluitingsnummer van het stopcon-

tact via sms door te sturen. Het platform

werkt op basis van een 3G-verbinding.

Hij krijgt meteen een sms terug met een

servicemelding waarin staat of de verbin-

ding gelukt is. Indien er een probleem is,

krijgt zowel hij als Techelec meteen een

melding. Techelec zelf heeft permanent

in real time informatie over onder andere

spanning, stroom, verbruik, tempera-

tuur en vochtigheidsgraad. Bovendien

kan Techelec op het platform zien wat

er zich precies afspeelt in de kast. Eén

van de grootste problemen die zich stel-

len in andere systemen ligt bij de verlies-

stroomschakelaar. Schippers pluggen in

en bijvoorbeeld de differentieel schakelt

uit. Vervolgens proberen ze een ander

stopcontact, met hetzelfde gevolg, want

het probleem situeert zich veelal niet in

de verdeelkast, maar aan de installa-

tie in het schip. Om de haverklap moet

een servicetechnieker dus langsgaan

om de verliesstroomschakelaars terug

te activeren. In het Techmetryssysteem

kan de schipper nu zelf tot 2 keer een

getripte differentieel herwapenen. Bij

een probleem krijgen zowel Techelec als

de schipper een foutmelding. Techelec

kan op afstand zien waar het probleem

zich bevindt en kan de verliesstroom-

schakelaar ook vanuit het platform terug

inschakelen, uiteraard nadat de fout is

weggenomen, wat dus een enorme tijds-

besparing betekent.

Op de wal staan momenteel 7 wal-

stroomkasten waarop de schipper kan

Projectmanager Nicolas Broos van Techelec ontwikkelde met Techmetrys een walstroom-platform dat voor zowel binnenschipper, havenbedrijf en Techelec meer dan bevredi-gend is.

44 | Fedelec magazine

Page 45: Fedelec magazine 168 - NL

Walstroomplatform voor binnenschippers

inpluggen. Op elk van die kasten zijn er

4 aansluitingen voorzien van 32 A. Er

kunnen dus tot 28 schepen tegelijk van

dit systeem gebruikmaken. Momenteel

worden ook nog 2 kasten geplaatst met

groter vermogen, met telkens 3 aanslui-

tingen. Hier zijn er 2 stopcontacten van

63 A en 1 van 125 A, goed voor schepen

met koeling of permanent pompen van

hun cargo. Bij vertrek stuurt de schip-

per terug een sms om de levering stop

te zetten. Hij krijgt een bevestiging met

de verbruikte energie. Het totale verbruik

wordt vervolgens doorgestuurd naar het

Havenbedrijf, dat over de perfecte fac-

turatiegegevens beschikt. Bovendien

kan men nu met het grootste gemak het

verbruik per stopcontact nagaan, kan

men de historiek van het energieverbruik

bekijken, de geschiedenis van elk schip

raadplegen enzoverder.

Techniek van Schneider Electric

Schneider Electric was nauw betrok-

ken bij dit project, ook omdat Techelec

al langer een partner is. Voor dit project

werd bijna uitsluitend gebruikgemaakt

van Schneider Electric componenten.

Het hele systeem heeft de Modicon

M340 PLC als ruggengraat en bestaat

voorts uit Acti9 schakelmateriaal, met

voornamelijk MCB-automaten die ook

via RCA (Remote Control Auxiliairy) com-

municeren met het Techmetrysplatform.

Er is tevens een IEM3000 energiemeter

die alle belangrijke parameters van het

systeem verwerkt. De behuizingen van

Universal Enclosures zijn ontworpen

voor alle weersomstandigheden. Een

UPS zorgt er tenslotte voor dat de con-

tinuïteit van de levering gewaarborgd is.

Ook watervoorziening

Naast de elektriciteitsvoorziening werd

ook een soortgelijk systeem voor water-

levering geplaatst, in opdracht van

Waterlink. In de bestaande kasten werd

eveneens een plc-sturing met bijhorende

componenten voorzien die ook hier de

voornaamste parameters communiceert

met het platform. Voornaamste verschil

hier is dat het water voor binnenschip-

pers vooralsnog gratis is.

Buitenlandse interesse

Dat het Techmetryssysteem voor alle

partijen een win-win situatie is, staat

als een paal boven water. De binnen-

schippers zijn verzekerd van elektrici-

teit, ongeacht het tijdstip van aankomst.

Walstroom is voorts goedkoper dan wer-

ken met de dieselgenerator. Walstroom

kost ongeveer 0,27 euro per kWh. Bij die-

selgeneratoren loopt de energiekost op

tot 0,46 euro per kWh. Het Havenbedrijf

beschikt nu over een duidelijk overzicht

van de verbruiksgegevens van elk schip

en kan een nauwkeurige en duidelijke

facturatie bezorgen aan de binnenschip-

per. Ook voor Techelec is dit een effici-

ent systeem, want de servicetechnie-

kers kunnen vanuit het platform al het

merendeel van de problemen oplossen.

Indien het probleem zich op het schip

stelt, wordt de schipper verwittigd. De

reacties tot nog toe zijn unaniem lovend,

zowel van binnenschippers als van het

Havenbedrijf. Het succes van het sys-

teem blijkt ook uit de grote belangstel-

ling die er is uit binnen- en buitenland.

Mede door het feit dat het volledige

Techmetrys-systeem aangekocht kan

worden als pakket voor de installateur.

Er lopen aanbestedingen voor de kades

van het wachtdok in Evergem en ook uit

Denemarken, Frankrijk en Nederland is

er ondertussen vergaande interesse.

www.schneider-electric.com

www.techelec.eu

De installatie kan op afstand gemonitord worden, zodat technici niet altijd ter plaatse moeten gaan indien er een probleem is.

Op de wal staan momenteel 7 walstroomkas-ten waarop de schipper kan inpluggen. Op elk van die kasten zijn er 4 aansluitingen voorzien van 32 A.

Fedelec magazine | 45

Page 46: Fedelec magazine 168 - NL

In het Mechelse Lamot congrescentrum organiseerde de Federatie van

de Elektriciteit en de Elektronica (FEE) onlangs de eerste editie van het

Smart Building Congres. Specialisten belichtten vanuit verschillende

invalshoeken de diverse facetten in de fases van de levensduur van een intel-

ligent gebouw: van concept over realisatie tot uitbating. ‘UPS en condensa-

torbatterijen’ was één van de thema’s op het congres.

Smart Building: van mythe tot realiteit

events

Na de verwelkoming door Eric Piers

van de FEE opende Prof. Wim Boydens

(UGent) het congres met een uiteenzet-

ting over geïntegreerde uitdagingen voor

intelligente marktspelers. Daarna volg-

den parallel lopende sessies naargelang

de keuze/interesse van de deelnemers.

Wat de concept fase betreft, kwamen

alle aspecten, gelinkt aan de voorschrijf-

wereld, aan bod. Deze presentaties

trokken vooral studiebureaus, promo-

toren, gebouweigenaars… aan. De uit-

eenzettingen met betrekking tot de rea-

lisatiefase, stonden in het teken van de

technological trends en de toepassings-

domeinen, en waren vooral bedoeld voor

installateurs en systeemintegratoren.

Sprekers die focusten op de uitbatings-

fase, legden het accent op energie-effi-

ciency, TCO en ROI, en hadden vooral

beheerders en facility managers als toe-

hoorders. Projectpartners van dit eerste

Smart Building Congres waren OSRAM,

CEBEO, Schneider Electric, REXEL,

Legrand, Niko, ‘rood’, acal/bfi, IFMA

Belgium Chapter, VEOLIA, SAVE, fifth-

play, VINCI Facilities, en COFELY GDF

Suez.

UPS en condensatorbatterijen

Raf Aché van Legrand had het over UPS

en condensatorbatterijen: “Bij UPS spe-

len batterijen een voorname rol. De stan-

daardtemperatuur bedraagt 25°C. Per

extra 10°C halveert de levensduur. Deze

is tevens afhankelijk van al dan niet line-

aire belasting of extra lange belastingen.

Smart Battery Management impliceert

niet enkel moderne UPS, maar ook slim

herladen (energiebesparing), monitoring

van de batterijstatus, automatisch tes-

ten van de batterijen, en een verlengde

levensduurverwachting met 50%. De

berekening van het aantal batterijen

gebeurt in functie van de reële belasting

(niet de Pn van de UPS), en de overdi-

mensionering (energieverbruik en rende-

ment). Een regelmatige controle van de

batterijen, en een eventuele vervanging,

voor het einde van de levensduur, is aan-

gewezen.”

Communicatie

Ook communicatie is hierbij een voor-

naam element. “De UPS is niet enkel

een energiegenerator maar maakt deel

uit van het IT-netwerk. Hij garandeert

de correcte werking van het netwerk en

van het bedrijf. Batterijen hebben geen

onbeperkte levensduur, de UPS wordt

soms geïnstalleerd in een technisch

lokaal (aan het zicht onttrokken), en kan

defect geraken. Netwerkinterfaces zijn

intern of extern, externe software is niet

noodzakelijk. De communicatie omhelst

o.m. volgende functies: opslaan van dag-

rapporten, verzenden e-mail, uitvoeren

van geplande acties, en ondersteuning

van SNMP protocol en beheerssoft-

ware. Een hogere efficiency betekent, bij

een belasting van 50 procent, volgende

besparing: +/- 700 euro, en een verla-

ging van de CO2-uitstoot met 800 kg

per jaar, per schijf van 10 kVA”, aldus Raf

Aché. Voor kritische toepassingen heeft

Legrand 3 modulaire UPS-modellen op

de markt: Megaline (enkelfasig), Trimod

en Archimod (drie- en monofasig). “Onze

modellen kenmerken zich door hun flexi-

biliteit, uitbreidbaarheid en redundantie.

Flexibiliteit houdt het correct dimensio-

neren van de UPS aan de noden in. Dit

resulteert in een betere prijs en onder-

houds- en interventiegemak (TCO). De

uitbreidbaarheid impliceert dat stan-

daard modules (vermogen- en batterij-

modules) kunnen worden toegevoegd

naargelang de behoeftes. Redundantie

slaat op de werkingscontinuïteit en de

reservecapaciteit van de UPS”, besluit

Raf Aché. (Door: Philip Declercq)

www.smartbuildingcongres.be

www.feebel.be

© F

EE

46 | Fedelec magazine

Page 47: Fedelec magazine 168 - NL

De ontwikkeling en productie van LED bracht een omwenteling in de

verlichtingssector. Ondertussen werden ook de vele aspecten van

licht in kaart gebracht en bestudeerd. Lichtcomfort, sturing, ren-

dement en onderhoud komen alsmaar meer het ‘lichtproject’ aanvullen.

Op 26 maart had de promotiedag duurzame verlichting plaats in Leuven met

méér dan 250 deelnemers. Dit jaarlijks gebeuren wordt geörganiseerd door

ENERGIK en “Groen Licht Vlaanderen”.

Smart Building: van mythe tot realiteit Promotiedag duurzame verlichting 2015

© T

rilux

© X

icat

o

De promotiedag is gebouwd rond een

10-tal lezingen en een permanente beurs

waar een 40-tal standhouders die de

deelnemers informeren over de laatste

evoluties in de sector. Een drietal onder-

werpen vormden de hoofdmoot van de

dag:

1. LED-verlichting wordt volwassen.

De hype en sterke verhalen geraken stil-

aan uit de markt. De serieuse aanbieders

doen er alles aan om de reële mogelijk-

heden van LED te benadrukken en zetten

zich af tegen te ongenuanceerde en niet

controleerbare statements.

Vandaar werd in de lezingen vaak

gewezen op de moeilijkheid om in reële

omstandigheden te meten en het onder-

scheid tussen LED voor de professionele

omgeving en de LED-gadgets en private

markt waar de onkunde en loze bewerin-

gen nog aan de orde zijn.

“Groen Licht Vlaanderen 2020”

is een consortium van méér dan 60

bedrijven in Vlaanderen die samen

een VIS-traject van het IWT vormen.

Binnen een VIS-traject (Vlaams

Innovatie Samenwerkingsverband)

worden vanuit een concrete pro-

bleemstelling of vraag gedreven

opportuniteit van een collectief van

bedrijven, innovatieve oplossingen

aangeboden met meerwaarde voor

de sector. Het betreft niet alleen

verwerven van kennis maar ook die

laten ingang vinden in de ruime doel-

groep.

Voor de technische expertise en

onderzoek steunt “Groen Licht

Vlaanderen” op het “Laboratorium

voor Lichttechnologie” van de KUL,

technologiecampus Gent

www.groenlichtvlaanderen.be

www.lichttechnologie.be

[email protected]

2. Licht heeft vele aspecten en LED

kan door zijn stuurbaarheid heel wat

van de verwachtingen terzake inlos-

sen. De aansturing van lichtkleur heeft

een grote toekomst met het oog op een

beter gevoel van welzijn bij de mens. Een

uitdaging voor scholen, kantoren en zor-

ginstellingen waar leef-comfort centraal

staat.

3. OLED komt eraan, maar op kouse-

voeten. De productiekost licht nog hoog

en er is nog geen standaard productie-

procedé. Grotere oppervlaktes dan 1

m² zijn nog moeilijk en de lichtopbrengst

is zwak. Men heeft grote oppervlaktes

nodig (volledig plafond) om werkbaar

licht te produceren. Het flexibele sub-

straat biedt wel vele mogelijkheden bin-

nen de design en artistieke wereld.

Fedelec magazine | 47

Page 48: Fedelec magazine 168 - NL

BTicino: Classe 300 en Axolute Air in the picture

Classe 300, de binnenpost, is handenvrij en heeft een 7” LCD

kleurenscherm. Maximale discretie met een profiel van 22,5 mm.

De intuïtieve bediening via het touchscreen maakt alles vlot toe-

gankelijk. Vier basisfuncties, zoals het openen van de deur, zijn

vooraf ingesteld.

Er zijn versies in wit of antraciet, als opbouwversie voor muur-

montage of als tafelmodel. Daarnaast is er een toestel met

geheugenfunctie voor het registreren van de oproepen aan het

deurstation.

Axolute Air schakeleraars hebben een extra dunne (3,5 mm)

metalen afdekplaat en accentueren de minimalistische esthetiek

van het nieuwe gamma.

Axiale bedieningen (schakelaars en drukknoppen) en vlakke

stopcontacten liggen egaal verzonken in de afdekplaten. Voor

een maximale harmonie met het interieur is er trouwens nog de

overschilderbare wit matte uitvoering. Daarnaast zijn er nog drie

trendy modellen in wit, Tech en antraciet. Axolute Air afdekpla-

ten zijn verkrijgbaar met 2, 3, 4, 6 of 3+3 modules en worden

gemonteerd in de inbouwdozen van BTicino.

www.bticino.be

Nexans voorziet Bombardier’s Queensland-treinen van kabels uit het FLAMEX®-assortiment

Product News

Nieuwe kabelwartels van Hummel bij RittalDe HSK-K-Ex-Active kabelwartel is een technologisch hoog-

standje en voldoet aan de nieuwe eisen volgens EN 60079-

0:2012. Bovendien zijn de innovatieve wartels drager van het

ATEX- én het IECex-certificaat.

Geschikt voor explosiegevaarlijke omgevingen

De vernieuwde norm vereist een hoge schokbestendigheid na

vier weken thermische veroudering. Dankzij het nieuw ontwik-

kelde polyamide waaruit deze wartels zijn vervaardigd, kunnen

ze een brandveiligheid klasse V0 volgens UL94 voorleggen.

Deze kabelwartels zijn halogeenvrij en kunnen worden toege-

past binnen een temperatuurbereik van -20 °C tot +85 °C. Ideaal

dus voor gebruik in EX-zones 1 en 2 voor gas en 20, 21 en 22

voor stof. De interne kamers, dichting en de standaard voorzie-

ne o-ring zorgen voor een uitstekende lekdichtheid. De vereiste

treksterkte wordt dan weer gegarandeerd door de overlappen-

de membranen van het binnenhuis.

Als verdeler in België van Hummel biedt Rittal haar klanten de

mogelijkheid behuizingen en wartels bij één leverancier af te

nemen.

www.rittal.be

Nexans heeft een contract getekend met Bombardier Transportation voor de levering van laag- en middenspanningskabels voor het

Queensland New Generation Rollingstock-project. Hierbij worden regionale treinen in Australië voorzien van Nexans-kabels. Nexans

gaat een nieuwe serie FLAMEX® laag- en middenspanningskabels leveren voor 75 EMU’s (electric multiple units) bestaande uit 6

wagons. Nexans laagspannings-, besturings- en datacommunicatiekabels, en middenspanningskabels voor aandrijfmotoren en

transformatorsystemen. De kabels, uiteenlopend van 300 V tot 3600 V, voldoen aan de EN-normen en de normen voor brandwerend-

heid. De FLAMEX®-kabels van Nexans zijn vuurbestendig en niet giftig. De kabels worden geproduceerd in Frankrijk en Duitsland en

vervolgens geleverd aan de Bombardier-fabriek in India.

www.nexans.com

48 | Fedelec magazine

Page 49: Fedelec magazine 168 - NL

PRODUCT NEWS

IPBuilding creëert unieke smarthomes via open internetstandaard

IPBuilding - de IP staat voor internetprotocol - ziet zijn smarthomeoplos-

singen liever niet vergeleken met de gekende domotica die gebruikers

volledig afhankelijk maakt van een bepaald merk. 'The Internet of things'

is voor de onderneming uit Wetteren the next big thing, dat even snel zal

doorbreken als de smartphone

Doordat alles over het IP-protocol verloopt, kunnen gebruikers kiezen

uit tal van producten en merken voor schakelaars, schermen, modules

enzovoorts en zijn ze zeker dat hun toepassing ook in de verre toekomst

nog zal worden ondersteund. IPBuilding biedt modulaire oplossingen en

toepassingen die men later gemakkelijk kan uitbreiden.

Uiteraard kunnen brand- en inbraakbeveiliging volledig worden geïnte-

greerd in een IPBuilding smarthome, met gebruik van camera's en audio

en inschakeling van externe beveiligingsfirma's.

Het systeem draait op het afgesloten LAN-netwerk van de gebruiker,

onbereikbaar voor mensen met slechte bedoelingen.

www.ipbuilding.be

Gira Esprit linoleum-multiplex: Helder design, natuurlijke materialen

Gira heeft de schakelaarserie Esprit uitgebreid met

nieuwe materialen. Met de designlijn Gira Esprit

linoleum-multiplex biedt men voor het eerst varian-

ten van uit hernieuwbare grondstoffen.

Gira Esprit linoleum-multiplex verenigt in één scha-

kelaarprogramma twee natuurlijke materialen:

- het afdekplaatje bestaat uit linoleum

- het gedeelte onder het linoleum is multiplex uit berkenhout.

Het schakelaarprogramma Gira Esprit linoleum-multiplex is beschikbaar

in zes verschillende kleuren. De kleuren zijn zo op elkaar afgestemd, dat

alle varianten kunnen worden gecombineerd tot een heel individueel kleu-

renspel op de wand.

De meer dan 300 functies die in het schakelaarprogramma kunnen wor-

den geïntegreerd, bieden bovendien oplossingen voor alle eisen aan intel-

ligente gebouwentechniek – van wandcontactdozen en lichtschakelaars,

via sensoren en huisstations, tot en met het intelligente KNX-systeem.

www.gira.de

Mersen gaat voor een verbeterde energie efficiëntie en kleinere footprint

Het productenpakket van Mersen

Electrical Power groeit gestaag verder.

Dit jaar is de HMI 2015 een mogelijk-

heid om de boodschap te verstevigen.

Er wordt gefocust op de nieuwe merk-

naam maar ook op vernieuwing in ver-

mogenscomponenten met de kleinste

footprint en efficiëntie in energie.

Op de stand(Hal 13 stand E68) staan in

de schijnwerper:

- De gloednieuwe MULTIVERT® 4-pole NH zekering

lastschakelaar welke de 3 fazen + N tegelijkertijd via

een uniek systeem schakelt, en als enige met een

breedte van slechts 100mm

- De nieuwe lijn IEC Surge-®Trap, overspanning bevei-

liging dekt elke applicatie van hoofd schakelbord tot

en met elke individueel apparaat, met speciale aan-

dacht voor de PV en LED beveiliging dit d.m.v. een

nieuwe 20kV genormaliseerde oplossing

- De nieuwe lijn, compacte wereldwijde premium

laagspanning lastschakelaars met de kleinste foot-

print onder de concurrentie, slechts 35mm breed

- De nieuwe range hoogspanning zekeringen volgens

de UTE Franse standaard met een veel lager wattver-

lies en wel met minus 30%.

ep.mersen.com

Fedelec magazine | 49

Page 50: Fedelec magazine 168 - NL

RENUSOL: RS1-klem

RENUSOL presenteerde op Ecobuild in Londen ‘s werelds

eerste universele klem, voor de bevestiging van fotovoltaïsche

zonnepanelen, die kan worden gebruikt als tussenklem én als

eindklem. De RS1 wordt omgewisseld van 'tussenklem' naar

'eindklem' door de klemkop met één hand 90 graden te draai-

en. De klem RS1 is in hoogte verstelbaar voor frames tussen

50 en 80 mm en daarom geschikt voor alle gangbare omrande

zonnepanelen. De plaatsing en bevestiging in de montage-

rail werkt met één hand, wat vooral op steile daken een groot

voordeel is. Niet alleen een besparing in voorraad dus.

De RS1-klem heeft de TÜV- en de MCS-certificering.

www.ultimateclamp.com

www.renusol.com/nl/

Op de laatste editie van Building Holland presenteerde TRILUX twee service gerichte concepten gericht op volledige ontzorging.

Eindgebruikers van een gebouw zijn namelijk niet langer op zoek naar een lamp of armatuur, maar willen simpelweg 'licht' – liefst op

maat. Met Light As A Managed Service (LAAMS) maakt men zorgeloos gebruik van duurzaam licht op de werkplek tegen een vaste

periodieke vergoeding. TRILUX garandeert de lichtprestatie en onderhoud. Zo bespaart men energie zonder investering noch zorg.

Met TRILUX Smart Lighting is men naast hoogwaardige LED-verlichting, ook verzekerd van gedetailleerde informatie over uw

gebouw. De armatuur is namelijk uitgerust met intelligente sensoren die de aanwezigheid van mensen, de temperatuur en zelfs de

luchtvochtigheid in de betreffende ruimte meet. Deze data wordt via een netwerk gecommuniceerd en gedeeld met een gebouwbe-

heersysteem. Hierbij maakt TRILUX gebruik van Redwood/Comscope technologie”

www.trilux.be

Product News

50 | Fedelec magazine

TRILUX lanceert twee nieuwe service concepten op Building Holland

Fluke's biedt kortingen tot 40% op populaire testkits

Tot 40% korting op de standaardprijzen van installatietesterkits

uit Fluke's serie 1650, digitale multimeters uit de DMM-serie 110

en stroomtangen uit de serie 320. De voordeelpakketten bevat-

ten ook de gratis items zoals Fluke-software, draagtassen en

een LED-alarmlicht.

De installatietesters Fluke 1652, 1653 en 1654 controle-

ren de elektrische veiligheid van installaties in gebouwen. Zij

bieden een snelle hogestroom-lustest, een variabele RCD-

stroommodus voor aangepaste instellingen en pass/fail-indi-

catie voor aardlekschakelaartests. Inclusief een gratis T110,

T130 of T150 TPOLE-tester.

De compacte digitale True-RMS-multimeters uit Fluke's

DMM-serie 110 zijn gebruiksvriendelijk en bieden nauwkeu-

rige metingen, consistente en betrouwbare prestaties en een

ultraveilige werking. Zij bevatten een gratis C25 draagtas en de

DMM 117 wordt bovendien inclusief ToolPak-meter-ophangset

geleverd.

Deze aanbieding is geldig tot 30 april 2015 (installatietesterkits)

of 30 juni 2015 (overige kits) of zolang de voorraad strekt.

www.fluke.be

Page 51: Fedelec magazine 168 - NL

In nieuwe woningen worden steeds meer domotica-

systemen geïnstalleerd. Klanten willen inderdaad hun

verschillende woningfuncties op afstand kunnen

bedienen – en op die manier heel wat energie

besparen – vanaf touchscreens in huis of vanaf

hun mobiele toestellen. Domintell, dat al vele

jaren lang een referentie is op dat gebied,

besteedt al zijn kennis en een belangrijk deel van

zijn middelen aan onderzoek en ontwikkeling om

producten te kunnen ontwikkelen die nog beter,

persoonlijker en toegankelijker zijn. Resultaat:

de markt van de domotica explodeert en de

behoefte aan gespecialiseerde installateurs groeit.

Waarom wordt u niet een van onze erkende partners-

installateurs? Een gratis opleiding van twee dagen

is voldoende om volop te profiteren van de groei

van deze nieuwe markt. Geïnteresseerd? Aarzel niet

ons te bellen voor een demonstratie. 067 88 82 50

[email protected] - www.domintell.com

1 NIEUWE WONING OP 5WORDT UITGERUST MET DOMOTICALAAT DIE KANS NIET VOORBIJGAAN:WORD DOMINTELL INSTALLATEUR w

ww

.avv

isi.c

omar

ch: F

ranç

ois

Mar

tens

Page 52: Fedelec magazine 168 - NL

met de plaatstalen verdeler xEnergy Basic BP-O

Nog meer pluspunten

De BP-O opbouw wandverdelers zijn onderdeel van een uitgebreid kastenprogramma van xEnergy Basic. xEnergy Basic verdelers zijn beschikbaar als opbouw- en inbouw wandverde-lers en als staande verdeler. Doordat er veel thermische ruimte beschikbaar is voor elektrische componenten kan er goed voldaan worden aan de EN-IEC 61439. De BP kasten zijn uitermate geschikt voor het toepassen van het Profi + inbouwsysteem.

Bekijk uw mogelijkheden op www.eaton.be

Uitgebreid kastenprogramma met veel plussenBP-O pluspunten:

Geaarde kasten met afneembare wanden

Installatiegemak door grote inwendige ruimte

Grote warmtedissipatie door grote diepte van de kast

Beschermingsgraden IP30 en IP54

Profi+ inbouwsysteem:

Profi+ voor het plaatsen van DIN modulaire componenten

Profi+ heeft inbouwmodulen voor vermogensautomaten tot 630 A.

Bezoek ons op Brussels ExpoPaleis 3 - Stand 610-611

19-21/05/2015

FEDELEC BPO kasten BE_NL.indd 1 15/04/15 14:28