48
officieel orgaan der werktuigbouwkundige studievereniging ‘Gezelschap Leeghwater’ te Delft jaargang 14 - maart 2010 - no. 3 Smartphones: personal as- sistant in zakformaat CO2-wasmachines: voor een schoner milieu Getijdenenergie: een nieuwe stroming Terraforming de kolonisering van Mars Cover_[3].indd 1 17-2-2010 13:52:55

Slurf 14-3

Embed Size (px)

DESCRIPTION

Slurf 14-3

Citation preview

Page 1: Slurf 14-3

officieel orgaan der werktuigbouwkundige studievereniging‘Gezelschap Leeghwater’ te Delftjaargang 14 - maart 2010 - no. 3

Smartphones: personal as-sistant in zakformaat

CO 2-wasmachines: voor een schoner milieu

Getijdenenergie: een nieuwe stroming

Terraformingde kolonisering van Mars

Cover_[3].indd 1 17-2-2010 13:52:55

Page 2: Slurf 14-3

Bij Vopak kun je al je capaciteiten kwijt.

Waar denk je heteerste aan bij ‘opslag’?

Misschien wel aan je favoriete muziek. Maar, als het aan ons

ligt denk je aan Vopak. Wil jij een rol spelen in de dynamiek

van wereldwijde goederenstromen? Heb je hart voor logistiek

en vind je het leuk om snel in te spelen op veranderingen?

Wil je uitgroeien tot een professionele topper? Dan is de kans

groot dat je in ons team past.

Koninklijke Vopak N.V. is wereldmarktleider in de opslag van

vloeibare chemicaliën, olieproducten en gassen. Vopak heeft

79 terminals in 31 landen. Bij Vopak is resultaatgericht talent

al snel betrokken bij de service aan onze klanten, beslissers in

de industriële wereldtop. Heb jij ambities? Speel je talent dan

uit bij Vopak. Kijk op www.vopak.nl

-00138_A4_adv.indd 1 22-01-2010 15:57:33

Page 3: Slurf 14-3

inhoud

de Slurf - maart 2010 - no. 3 3

RedactioneelVan het bestuurVOL nieuwsVOL interviewLeeghwateractiviteitenBachelorverhaalMasterverhaal - S.P.E.T. International article - M.C. VallespínAfstudeerverhaal - Ruimtelijk inzichtGreenchoice ForzeDIY - LedbeamerGadgetsBuitenlandverhaal - BerkeleyPromovendusverhaal - Fiets ontrafelenORASWassen met een afvalproductZuinig met olieTurning the tideSmart PhonesLeven op MarsDe naakte waarheidColumnNawoord

457810121315162023242728313234363842444646

Koninklijke Vopak N.V.ProRailShellAkzo Nobel N.V.Akzo Nobel N.V.Dosign EngineeringDynaflow Research Group BVNavingo BVFrames Process Systems B.V.Frames Process Systems B.V.IHC MerwedeHeerema Fabrication Group B.V.

2614181922263040414748

inhoudsopgave

adverteerdersindex

34 | Zuinig met olie De efficiënte GoEngine

28 | Fietsen ontrafelen 32 | CO2 wasmachines

36 | Turning the tide 38 | Smart Phones

42 | Leven op Mars 44 | De naakte waarheid

Inhoud.indd 1 19-2-2010 13:50:42

Page 4: Slurf 14-3

redactioneel

de Slurf - maart 2010 - no. 34

Na een heerlijke koude en vooral witte kerst, verkeersproblemen, Nieuwjaarsborrels en tentamens was de tijd eindelijk weer gekomen om een nieuwe Slurf te maken. Inmiddels zijn we alweer bij de 3de editie van dit jaargang van ons prachtige blad aangekomen, welke deze keer maar liefst 48 pagina’s telt.

Op de volgende pagina kunnen we lezen hoe de leden van het bestuur een verre reis hebben ondernomen naar China. Het bestuur is daar op zoek gegaan naar verlichting en heeft daar weer veel wijsheid ver-gaard. Tevens schrijft voorzitter Jan Warnaars over de zoektocht naar enthousiaste Leeghwaterleden die interesse hebben om zich volgend jaar het 143ste Leeghwaterbestuur te mogen noemen. Wij hebben voor deze editie de eer gehad om de heer Smulders te mogen interviewen. Dit interview heeft geresulteerd in een fantastisch stuk, welke deze keer twee pagina’s beslaat. Goof van de Weg geeft wederom advies over het bachelor onderwijs en wijst ons op belangrijke wijzigingen zoals de verandering in de aan- en afmeldtermijn van de tentamens. Om te assisteren bij de keuze van de master bespreekt Thijs Bosma in elke editie een master track. In deze editie zal hij de Sustainable Processes and Energy Technology master track behandelen. Om een beter idee te krijgen van hoe buitenlandse studenten het leven en het studeren in Nederland ervaren schrijft Marcelino Cancela Vall-espín, een Spaanse master student, in het international article over zijn ervaringen. Ruben Griffioen vertelt in het afstudeerverhaal over zijn ervaring bij TNT post BDS waar hij is afgestudeerd. Vervolgens kunnen we genieten van een artikel over Greenchoice Forze, een in-terfacultaire onderneming die zich bezig houdt met een kart die op waterstof rijdt. Ook kunnen we in het stuk van Edske Smit lezen wat

de studentenraadsfractie ORAS is en wat zij voor ons bewerkstelligt.

De redactie van de Slurf heeft zich wederom ingezet om mooie ar-tikelen te schrijven. In mijn laatste artikel voor de Slurf is te lezen over hoe er in het Process and Energy gebouw van de TU Delft een wasmachine en wasmiddelen zijn ontwikkeld die met CO

2 in staat

zijn om kleren te wassen. Bij dit proces wordt ook nog eens bijna geen water gebruikt. Vervolgens schrijft Robert Draisma over de GoEn-gine, een innovatieve verbrandingsmotor die het brandstofgebruik drastisch kan verminderen, terwijl het vermogen onveranderd blijft. In Frankrijk doen ze het al heel lang; het gebruiken van stromingen om stroom op te wekken. Carmen Molhoek vond het tijd om hier meer kennis over op te doen en schrijft in haar artikel over de mogeli-jkheden om de getijden te gebruiken om groene stroom op te wek-ken. Voor alle smartphone fans heeft Thijs de Groot in zijn artikel geschreven wat deze wonderbaarlijke machientjes nou eigenlijk alle-maal kunnen en hoe ze werken. Sten Ouborg beschrijft in zijn artikel de mogelijkheid om een andere planeet te gaan koloniseren mocht onze planeet het allemaal niet meer aankunnen. Onze Slurfjongste, Marc van Etten, vertelt over de Security Scan die er voor moet zorgen dat er geen wapens of andere verboden spullen mee het vliegtuig in worden gesmokkeld. Marc van Etten heeft zich bij het Slurfteam gevoegd en heeft zich ge-durende zijn eerste weekend bewezen als waardig lid van de Slurfre-dactie. Aan alle goede dingen komt ooit een eind. Na een jaar de Slurf te hebben mogen maken, zit het er voor mij weer op. Met plezier kijk ik terug op de afgelopen vijf edities van de Slurf waar ik hard aan heb meegewerkt. Als deze Slurf op de deurmat valt zal ik mijn functie als hoofdredacteur overdragen aan Robert Draisma. Ik vermoed dat dit niet de laatste keer zal zijn dat ik aan de Slurf meewerk, want mocht de redactie het volgende Slurfweekend in nood zitten dan zal ik mij als toekomstig lid van de Raad Oud Slurfers wellicht weer naar het Leeghwaterkantoor begeven om de Slurfers bij te staan!

Teun Koomen, hoofdredacteur

Algemene voorwaardenDe Slurf verschijnt vijf maal per jaar en is een uitgave van Ge-zelschap Leeghwater, de studievereniging van werktuigbouw-kundige studenten aan de Technische Universiteit Delft. Niets uit deze uitgave mag gereproduceerd worden en/of openbaar gemaakt worden door middel van boekdruk, fotokopie, mi-crofilm of welke andere wijze dan ook, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van Gezelschap Leeghwater. Gezel-schap Leeghwater verklaart dat deze uitgave op zorgvuldige wijze en naar beste weten is samengesteld, evenwel kan zij op geen enkele wijze instaan voor de juistheid of volledigheid van de informatie. Tevens is zorgvuldig gezocht naar recht-hebbenden van de gepubliceerde illustraties, dit is echter niet in alle gevallen na te gaan. Wanneer u denkt auteursrechten te hebben kunt u contact opnemen via onderstaande gege-vens. Gezelschap Leeghwater aanvaardt geen enkele aan-sprakelijkheid voor schade, van welke aard ook, die het gevolg is van handelingen en/of beslissingen die gebaseerd zijn op bedoelde informatie.

RedactieHoofdredacteur: Teun Koomen Eindredacteur: Robert DraismaSecretaris: Carmen MolhoekCommissaris Lay-out: Thijs de GrootRedacteur: Sten OuborgRedacteur: Marc van EttenQQ’er: Koen van WitteveenMet dank aan de ROSRechthebbende coverfoto: isiria

Verzending‘de Slurf’ wordt verzonden aan de ereleden, het college leden van verdiensten, de leden van studievereniging Gezelschap Leeghwater en de Vereniging Oud Leeghwater. De Slurf wordt verzonden aan instellingen binnen en buiten Delft, alle Profes-soren van de faculteit 3mE en bedrijven waarmee Gezelschap Leeghwater samenwerkt. De PR-afdeling van de faculteit ont-vangt 200 exemplaren ten behoeve van voorlichting.

AbonnementenHet aanvragen van een abonnement kan via de vermelde gegevens. Een abonnement op ‘de Slurf’ kost €12,- per jaar. Nieuwe abonnementen kunnen het gehele jaar door ingaan. Een abonnementsjaar loopt gelijk met een collegejaar en dus wordt de eerste maal het abonnement pro rata berekend.

Oplage & Druk3000, Drukkerij Koninklijke de Swart, Den Haag

Gezelschap LeeghwaterFaculteit 3mEMekelweg 2, 2628 CD DelftTel: +31 15 27 86 501Fax: +31 15 27 81 [email protected]: 44.23.10.919Giro: 66967

Noem eens een getal onder de twee. . .

“Drie!!”

Carmen Molhoek

Redactioneel_VanHetBestuur.indd 2 19-2-2010 13:30:08

Page 5: Slurf 14-3

van het bestuur

de Slurf - maart 2010 - no. 3 5

Zaterdag 9 januari werden wij dan ook met de Slurf op de feiten gedrukt. Na eindeloze vertragingen op Brussel Airport en een vijf kilometer lange sprint door Schiphol kwamen wij de volgende dag zonder koffers aan in Beijing. De koudste winter in zestig jaar hield op dat moment heel China in zijn greep. In deze kou vonden wij de eerste aanwijzing van het pad naar verlichting op de Chinese muur. Het vuur in onze harten laaide op en het leek wel alsof het zomer was. Het ware licht werd ons uiteindelijk getoond in Sjanghai, terwijl wij de lichtsnelheid benaderden in de magneetzweeftrein. In deze staat van verlichting komen er gebeurtenissen naar voren die in een jaar Leeghwaterbestuur echt indruk maken.

EreledendinerDe dag voor ons vertrek, hebben wij namelijk gedineerd met de Erele-den van het Gezelschap. Allereerst hebben wij uitgebreid stil gestaan bij het overlijden van ons Erelid ir. P.J. de Lint op 25 december jl. Zo-als te lezen was in de vorige Slurf, heeft hij samen met zijn bestuur er voor gezorgd dat de Delftse studenten tijdens de Tweede Wereldoor-log bij bedrijven aan de slag konden. Hierdoor heeft hij veel studen-ten gered van dwangarbeid in Duitsland. Na de oorlog is hij Erelid geworden en altijd zeer betrokken gebleven bij Gezelschap Leeghwa-

ter. Hierna hebben wij de Ereleden op de hoogte gebracht van het rei-len en zeilen van het Gezelschap. Op hun beurt hebben de Ereleden hun wijsheid met ons gedeeld.

ErevoorzitterTevens hebben wij onze nieuwe Erevoorzitter tijdens het diner geïn-stalleerd. Na tien jaar Erevoorzitter te zijn geweest heeft prof. Bikker het stokje overgedragen aan prof. Rijsenbrij. Wij danken prof. Bik-ker voor de toewijding waarmee hij ons de afgelopen tien jaar heeft bijgestaan. Daarnaast wensen wij prof. Rijsenbrij alle succes met het Erevoorzitterschap.

BestuursinteressedinerHoewel het 142ste Leeghwaterjaar pas halverwege is, moet er alweer over opvolgers worden nagedacht. Op 18 februari zijn wij met de ge-ïnteresseerden voor het 143ste bestuur naar Den Haag gegaan. Waar wij nader met hen kennis hebben gemaakt tijdens het bowlen, het diner en natuurlijk het uitgaan.

ReizenNiet alleen het Bestuur kan nieuwe kennis opdoen tijdens een reis, ook aan de leden wordt deze mogelijkheid geboden. Allereerst zul-len veertig leden hun olifantenhuid testen op de koude hellingen van Risoul. Daarnaast zullen in april, mei en juni wederom de Buiten-landreis, de Business Tour en de Rally gehouden worden. De jaarlijkse karavaan van auto’s zal dit jaar de Benelux en Duitsland doorkruizen. De Buitenlandreis zal onze oosterburen bezoeken en de Business Tour wil de oversteek wagen richting het Verenigd Koninkrijk. Als klap op de vuurpijl zullen van de zomer 27 man afreizen naar Japan, waar zij de olifant ook tot symbool van wijsheid zullen maken.

Jan Warnaarsvoorzitter ‘Gezelschap Leeghwater’

In China is de olifant het symbool voor kracht en wijsheid. Zijn zachtmoedige karakter staat voor een kalme geest die op het pad naar verlichting is. Ook het 142ste bestuur is op zoek gegaan naar de verlichting in China. Maar het pad der verlichting is natuurlijk niet de makke-lijkste.

Gez

elsc

hap

Leeg

hwat

er

vanhetbestuur143[V3].indd 3 19-2-2010 14:21:18

Page 6: Slurf 14-3

ProRail is verantwoordelijk voor het spoorwegnet van Nederland: aanleg, onderhoud, beheer

en veiligheid. Ruim 3.400 medewerkers zorgen ervoor dat elke dag, 24/7, 1.200.000 reizigers

en 100.000 ton goederen op hun plaats van bestemming komen, met ruim 6.000 treinen over

6.830 kilometer spoor. Ons spoorwegnet behoort tot de allerdrukste ter wereld en is met

recht het ‘kloppend hart’ van mobiel Nederland. Kortom: ProRail verbindt Nederland via het

spoor en houdt Nederland ‘non stop’ in beweging.

Voor deze beweging zijn wij op zoek naar ambitieuze starters, die zichzelf en ProRail verder

willen ontwikkelen.

Ontdek de diverse mogelijkheden binnen ProRail voor knappe koppen. Kom naar de ProRail

INHOUSEDAG van het management traineeship en ervaar de kansen binnen ProRail.

Een moment voor talent

talentmanagementambitie

met

Jos en Marijke zijn management-

trainee binnen ProRail. Twee jaar,

vier uiteenlopende opdrachten en

een opleidingstraject verder,

stroomt Marijke nu uit het trainee-

programma bij het operationele

management van verkeersleiding.

Jos heeft zijn opdrachten gedaan

bij HRM, Asset Management en nu

bij Communicatie. Naast hun

individuele opdrachten werken zij

samen aan een duurzaamheids-

project waarin zij zich richten op

het verminderen van de uitstoot

van CO2.

Schrijf je in voor

9 april voor de ProRail

INHOUSEDAG of kijk voor

meer informatie op

www.werkenbijprorail.nl

Creëer

jouw moment!

GEZOCHT!Afstuderend

27 april ProRail INHOUSEDAG

ProRail_Poster-Inhousedag_a4.indd 1 09-02-2010 09:29:03

Page 7: Slurf 14-3

VOL nieuws

de Slurf - maart 2010 - no.3 7

Vereniging Oud Leeghwater, alumnivereniging Werktuigbouwkunde

DiesOp 16 december is het Gezelschap een jaar ouder geworden en dat is weer groots gevierd. Terwijl het buiten vroor, kon elk lid tijdens de lunchpauze hete erwtensoep komen eten en kon er ’s avonds een glas glühwein gedronken worden. De activiteitencommissie had ’s middags een tafelvoetbaltoernooi georganiseerd. Onder het genot van een drankje, een muziekje en een bellenblaasmachine werd er op zes voetbaltafels fanatiek gespeeld om de felbegeerde minivoetbal-tafels te winnen. De winnaars waren twee promovendi van de sectie Stromingsleer. Zij hebben hun gewonnen oorkonde nog steeds in de kantine van de sectie hangen. Het jaarlijkse Ereledendiner was ook dit jaar weer een succes. De Ereleden werden bijgepraat over de voortgang van het Gezelschap en er werd getoast op het 142 jaar oude Gezel-schap.

GeldtekortDe gehele TU Delft en ook faculteit 3mE staan voor een spannende tijd. De overheid heeft een nieuw bekostigingsstelsel voor de universi-teiten bedacht en de invoering hiervan, naast de kredietcrisis, dwingt de TU te gaan bezuinigen. Het nieuwe stelsel houdt in dat van de to-tale overheidsbekostiging een klein deel per student per jaar wordt betaald en de rest pas als er een BSc of MSc-diploma is gehaald. Omdat het totale potje dat vanuit de overheid komt kleiner wordt en de stu-denten in Delft gemiddeld meer dan zeven jaar studeren, wordt elke student relatief een stuk duurder. Dit resulteert in een begrotingste-kort. De discussie die nu gevoerd wordt, betreft oplossingen voor het begrotingstekort van de TU: meer collegegeld, bezuinigingen op per-soneel en inventaris, nauwere samenwerking met het bedrijfsleven, rendabiliteit van secties, enzovoorts. Voorop staat natuurlijk dat de kwaliteit van het onderwijs niet mag worden aangetast. Wij blijven dit echter in de gaten houden, want in tijden van crisis moeten we met alles rekening houden.

Het LagerhuyschHet nieuwe Lagerhuysch is al een half jaar in gebruik en bijna da-gelijks bezet, waardoor de omzet groter is dan ooit. Ook wordt het Lagerhuysch regelmatig overdag gebruikt om te vergaderen. Er is een

wekelijkse vrijdagmiddagborrel waar studenten, docenten en mede-werkers een drankje en een hapje kunnen doen en verhalen en erva-ringen kunnen uitwisselen. Het 17de beheer is net vervangen door het 18de, een nieuwe groep van vier enthousiaste studenten die het eerste beheer zullen zijn dat een volledig jaar in het nieuwe Lagerhuysch mag draaien.

JapanreisDe Japanreiscommissie heeft aangegeven dat de reis in juli door zal gaan. Het go-no-go-moment is verstreken en er zijn genoeg cases om de reis te kunnen financieren. De deelnemers worden toegewezen aan de verschillende cases en kunnen binnenkort aan de slag. Ook worden de deelnemers voorbereid op de culturele kant van de reis. In februari was er een lezing van professor Stam uit Leiden, die ons heeft verteld over de Japanse cultuur, etiquette en het bedrijfsleven.

Afscheid Rector Magnificus Jacob FokkemaOp 8 januari 2010 was officieel de overdracht van het rectorschap aan onze nieuwe rector professor Karel Luyben. Voor de kerst was er al een groots afscheidsfeest georganiseerd voor de rector. Vele medewerkers en studenten konden hier genieten van een drankje en de muziek van vele bandjes en DJ’s. Professor Fokkema is acht jaar Rector geweest en heeft in die tijd de harten van vele studenten gewonnen.

Bij een dies hoort uiteraard ook taart Wijlen Ir. P. J. de Lint

Gez

elsc

hap

Leeg

hwat

erG

ezel

scha

p Le

eghw

ater

Gez

elsc

hap

Leeg

hwat

er

Tot ons grote verdriet hebben wij kennis genomen van het overlijden van

Ir. P.J. de LintErelid van Gezelschap Leeghwater,

Studievereniging Werktuigbouwkunde TU Delft

Wij gedenken een groot werktuigbouwkundig man die meer dan zeventig jaar actief is geweest bij het Gezelschap, als lid, Bestuur en Erelid.

Het 142ste Bestuur van Gezelschap Leeghwater

VolNieuws_[3].indd 3 18-2-2010 18:13:04

Page 8: Slurf 14-3

VOL interview

de Slurf - maart 2010 - no. 38

v.o.l. alumnivereniging Werktuigbouwkunde

commandant waren en niet wisten hoe ze hun peloton bezig moes-ten houden. Na deze twee jaar kon ik terug naar Delft, waar ik weer begon aan mijn studie. Helaas waren mijn eerder behaalde studie-punten niet meer geldig en moest ik opnieuw beginnen. Ik weet me nog goed vele vroege ochtenden te herinneren, waarbij ik nog voor het eerste college in de werkplaats stond te frezen en boren. Later heb ik om mijn horizon te verbreden stage gelopen in een tabaksfabriek in Spanje. Ik heb daar onder andere met een groep monteurs een pro-ductielijn voor sigaretten gemonteerd. De gehele productielijn kwam in dozen uit Amerika, en omdat de Spanjaarden niets begrepen van de Engelse uitleg was ik de persoon die alles moest vertalen. Het werk was op het technische vlak niet erg lastig, ik heb in mijn tijd in Spanje vooral gewerkt aan mijn Spaanse taalvaardigheden. Wat mij daar ook opviel waren de verschillen tussen de culturen, waarmee je tijdens je werk natuurlijk ook rekening moet houden. Al met al was ik na ze-ven jaar afgestudeerd in de richting Voertuigtechniek. Ondanks de verschillende commissies en besturen die ik in deze tijd heb gedaan, heb ik mijn studie toch binnen een behoorlijke tijd weten af te ron-den.

Welke gebeurtenis tijdens uw bestuursjaar is voor u gedenkwaardig?Ik heb zoals eerder genoemd een jaar de functie van secretaris bekleed binnen het negentigste bestuur van Gezelschap Leeghwater. Ondanks het feit dat het bestuur nog niet fulltime was, heb ik er toch veel tijd in gestoken, dit mede vanwege het achttiende lustrum. Zo hebben wij een tocht met het marineschip Hr. Ms. De Zeven Provinciën ge-maakt, waarvoor wij de staatssecretaris van marine om toestemming moesten vragen. Gelukkig was een kennis bekend met de secretaresse van de staatssecretaris, waardoor onze brief elke dag weer bovenop de stapel belandde. Binnen veertien dagen, dat was onwaarschijnlijk snel, kregen we een positief antwoord. Dit resulteerde uiteindelijk in een onvergetelijke tocht met 150 man, waarbij we tijdens het varen werden rondgeleid over het schip. Dit memorabele verhaal is nog eens teruggehaald tijdens het 28ste lustrum waar mijn bestuur volledig aanwezig was. Mijn functie binnen het bestuur van het Gezelschap

Gez

elsc

hap

Leeg

hwat

er

Vanuit de Vereniging Oud Leeghwater interviewen we elke Slurf een alumnus van onze mooie vereniging. Op deze manier krijgen stu-denten een goed beeld van waar je terecht kunt komen met de studie Werktuigbouwkunde en zien alumni wellicht een oude bekende.

Waar denkt u aan als u terugkijkt op uw studententijd in Delft?Als ik terugkijk op mijn tijd als student dan kijk ik terug op een ma-gistrale tijd. Ik heb mij in die tijd in alle opzichten buitengewoon geamuseerd. Ik ben in mijn studietijd bij Gezelschap Leeghwater en bij Virgiel actief geweest. Bij Leeghwater was ik in het jaar 1957 se-cretaris van het bestuur. In die tijd bestond het bestuur nog uit vijf man en was het geen fulltime functie. Ik heb vele ochtenden van dat jaar met plezier gewerkt voor het Gezelschap. Wat heel positief was, is dat Leeghwater veel invloed op de faculteit had. Vrijwel elk initiatief dat vanuit de studenten kwam werd aangemoedigd door de faculteit. Hierdoor hebben wij met het bestuur veel nuttige bijdragen kunnen leveren. Zo is er bijvoorbeeld een onderzoek geweest naar de studie-last per vak, waarvoor we een groep studenten vroegen om bij te hou-den hoeveel uren ze nodig hadden om te slagen voor verschillende vakken. Hieruit bleek dat de studielasten van de vakken soms veel afweken van de toegekende last vanuit de Technische Hogeschool. Ook ben ik bij Virgiel lid geweest waar ik onder andere voorzitter van de hockeyclub Dopie en voorzitter van de kennismakingscom-missie ben geweest. Tijdens het afronden van mijn studie heb ik ook nog veel gedaan voor het dispuut van Voertuigtechniek. Het is een prachtige tijd geweest wat een goed fundament heeft gevormd voor mijn verdere leven. In deze tijd maak je vrienden voor het leven. Het netwerk wat ik heb opgebouwd gedurende deze jaren heeft mij later veel geholpen.

Hoe is uw studie verlopen?In 1952 ben ik begonnen met de studie Werktuigbouwkunde aan de Technische Hogeschool. In dat jaar werd ik ook lid van Virgiel en leerde ik de beginselen van mijn studie. Begin ’53 kreeg ik, net als ie-dereen, een oproep voor militaire dienst. Ik heb nog geprobeerd hier onderuit te komen, maar deze poging mocht niet baten. In de twee jaar diensttijd werd ik al gauw motortransportofficier. De Delftse achtergrond werkte in mijn voordeel. Ik was verantwoordelijk voor een garage met dertig monteurs en ongeveer 150 militaire voertuigen. Dit was een stuk beter dan een aantal vrienden van me die pelotons-

Wie is Theo Smulders?

naam:bedrijf:Laatste functie:woonplaats:afstudeerrichting:jaar van afstuderen:

Theo Smuldersgepensioneerd Senior partner octrooibureauVoorburgVoertuigtechniek1962

VOL_interview.indd 2 19-2-2010 11:28:41

Page 9: Slurf 14-3

de Slurf - maart 2010 - no. 3 9

ren en mijn technische kennis was daarom van belang. Toen ik begon bij het octrooibureau heeft dit mij ook voordeel gebracht. Bij het wer-ken aan octrooien is het erg fijn om een breed werktuigbouwkundig inzicht te hebben. Het kunnen uitleggen van de techniek aan leken, zoals een rechter, is een enorm voordeel in deze industrie. Dit gecom-bineerd met mijn juridische en taalvaardigheden vormt het ultieme pakket voor het octrooivak.

Is Werktuigbouwkunde een goede keuze geweest?Voor mij was het zeker een goede keuze. Ik kwam van het gymnasi-um en wilde in ieder geval een bètastudie doen. Welke studie dat nou precies zou worden was niet meteen duidelijk. In Eindhoven barstte het van de ingenieurs en daarmee heb ik verscheidene gesprekken gehad. Het is Werktuigbouwkunde geworden omdat je daarmee de uiteindelijke keuze een beetje uitstelt. Het is een zeer brede studie in de bètarichting en wat het dan daarna precies moest worden zou ik later nog wel zien. Zo had ik nog de tijd om erachter te komen wat ik leuk vond om te doen en bovenal waar ik goed in was. De studie is mij goed bevallen en ik heb mijn kennis in het octrooivak ook zeker nodig gehad. Als ik achteraf terugkijk denk ik dat ik niet iets anders had moeten doen.

Welk advies heeft u voor de student?Benut de tijd die je hebt. Neem aan de ene kant de tijd om aan te klooien, neem de tijd om vrienden te maken en je netwerk te laten groeien. Neem daarnaast ook de tijd voor je studie. Word absoluut niet eenzijdig maar blijf je breed oriënteren! Doe dit door veel te doen naast je studie en probeer veel aandacht aan je talen te besteden. Elk bedrijf gelooft wel dat jij de kennis hebt die je door je studie hoort te verkrijgen, dus zorg er ook voor dat de andere kwaliteiten er zijn. Als ik personeel moest aannemen lette ik in het sollicitatiegesprek op de houding van de persoon in kwestie, je zoekt mensen die meedenken en initiatief tonen. Ik probeerde ook te beoordelen of de persoon die tegenover mij zat, over een aantal jaren, het vertrouwen van klanten zou kunnen winnen.

was niet mijn enige bestuursfunctie. Tijdens mijn studietijd ben ik nog voorzitter geweest van Dopie, de studentenhockeyclub van Vir-giel. Tijdens mijn bestuursjaar werd de ploeg van het DSC overigens Nederlands kampioen. Dit was de uitgelezen mogelijkheid voor mij om gehuld in jacquet de jongens van het DSC te feliciteren op hun sociëteit, dat ging toen nog zo.

Kunt u een korte schets van uw carrière geven?Toen ik in 1962 klaar was met mijn studie ben ik aan het werk gegaan bij Philips Eindhoven. Eindhoven was voor mij bekend terrein aan-gezien ik daar mijn lagere school en later gymnasium heb gedaan. Bij Philips begon ik als technisch commercieel medewerker. In de zeven jaar dat ik bij Philips heb gewerkt, heeft mijn schoonvader altijd ge-probeerd mij lekker te maken voor een baan bij zijn octrooibureau. Dit omdat ik, naast de technische kennis die ik had, ook mijn talen kende. Ik heb veel van mijn vrouw geleerd omdat zij Frans heeft ge-studeerd en de liefde voor deze taal aan mij probeerde over te brengen. Deze taalvaardigheden hebben mij enorm veel voordeel opgeleverd. Na zeven jaar besloot ik om bij mijn schoonvader te gaan werken. Dit begon met het doen van een driejarige rechtenopleiding, een erg belangrijke discipline binnen het octrooivak, en een practische opleiding binnen het bureau. Na drie jaar deed je examen en, mits geslaagd, was je gekwalificeerd voor het octrooivak. In het eerste jaar daarna overleed mijn schoonvader waardoor ik ineens mijn eigen oc-trooibureau had. Ondanks de plotselinge overgang is het toch gelukt om het hoofd boven water te houden tijdens deze moeilijke periode. Na een aantal jaar werd er een centraal Europees octrooisysteem inge-voerd en waren we genoodzaakt te fuseren met een groter bureau. Ik heb hier de leiding gehad over de werktuigbouwkundige sectie. Na een aantal jaar kwam ik op de positie terecht van senior partner. Deze functie heb ik tot aan mijn pensioen vervuld.

In welk opzicht gebruikte u de Werktuigbouwkunde?Bij Philips had ik vanzelfsprekend veel aan mijn kennis vanuit de studie. Mijn werkzaamheden daar sloten goed aan op mijn afstude-

Gez

elsc

hap

Leeg

hwat

er

VOL_interview.indd 3 19-2-2010 11:28:56

Page 10: Slurf 14-3

Leeghwater

de Slurf - maart 2010 - no. 310

TafelvoetbaltoernooiZes voetbaltafels, 25 deelnemers en een speelschema bleek een gou-den combinatie tijdens de dies. Alles wat nodig is om vijftig mensen een fantastische middag te geven. Het tafelvoetbaltoernooi, georgani-seerd door de Activiteitencommissie 2009-2010, was een groot succes. De eerste helft van de deelnemers vielen af middels een afvalschema. Hierna werden de twaalf overgebleven teams in poules verdeeld. Er was een eerste, tweede en derde prijs te verdienen en als bonus kre-gen de zes winnaars allemaal een oorkonde en een minivoetbaltafel. Uiteindelijk konden twee heren van de sectie Stromingsleer zichzelf de voetbalhelden van de middag noemen.

Case Saudi AramcoNa een tramreis met een groep van twintig enthousiastelingen gin-gen op 15 december in Scheveningen de deuren van Saudi Aramco voor ons open. Dit is een Saudi-Arabisch staatsbedrijf met de grootste oliereserve ter wereld en op drie na grootste gasreserve ter wereld. Na

een warm welkom met een kop koffie of thee verraste Saudi Aram-co ons door met ongeveer een even grote groep aanwezig te zijn op deze dag. In een zeer luxe vergaderzaal gaf Ahmed M. Alzayyat een bedrijfspresentatie. Aansluitend aan deze presentatie gaven Henk Emanuels en Bob Smith presentaties die dieper ingingen op de acti-viteiten van Saudi Aramco. Rond twee uur ‘s middags ontvingen wij de case. De case bestond uit drie kleine probleemstellingen. De groep werd in drieën gesplitst waarna de case werd gekraakt. Aanvankelijk leek het een paar uurtjes zweten te worden, maar doordat er veel in-formatie beschikbaar was, waren de cases goed op te lossen. Al met al was het een zeer interresante en leerzame dag bij één van de aller-grootste bedrijven in de olie- en gaswinningsindustrie.

Vox MaximaOp 18 december jongstleden is er een groep van vijftien olifanten naar Rotterdam gegaan om de Vox Maxima, het grootste bagger-schip ter wereld, te bezichtigen. Na de ontvangst met lunch begon de rondleiding op het schip. De route was volledig met lint afgezet en af en toe werd er door een werknemer verteld over wat er te zien was; de motoren, de generatoren, de opslagruimtes, de eetzaal en bar, de controlekamer, de zuigarm, de spuitkop en nog veel meer indruk-wekkende mechanische apparatuur. Ook is er verteld dat vlak voor ons bezoek de baggerpomp vacuüm was geslagen tijdens een test en daardoor geïmplodeerd was. Het was een mooie rondleiding met een hoop interessante verhalen, kortom een zeer geslaagde excursie.

EPZNa een lange reis over de besneeuwde snelwegen van Zeeland kwamen

Leeghwater agenda

3 maart 16 maart19 maart24 maart

26 maart

6 april

Algemene Leden VergaderingNuCo revivalborrelExcursie KLMSlagtandborrelLunchlezing Gerard Vroomen

Buitenlandreis interesseborrel

Leeghwater_activiteiten.indd 2 2/19/2010 12:56:18 PM

Page 11: Slurf 14-3

de Slurf - maart 2010 - no. 3 11

we eindelijk aan in Borssele bij de kerncentrale van EPZ. We werden vriendelijk ontvangen met een kop koffie, waarna we een presentatie kregen over de centrale. Het was een erg interessant praatje. Er werd diep ingegaan op de technische aspecten en er werd ons uitgelegd hoe de positie van EPZ politiek gezien is. Het bleek dat EPZ wel eerder op losse schroeven heeft gestaan, maar dat er voor de komende jaren geen reden was voor het sluiten van de centrale. Na de presentatie kregen we een heerlijke lunch en hebben we rustig door kunnen pra-ten over de perikelen rond EPZ. Helaas kwam onze begeleider toen wel met de mededeling dat we de kerncentrale niet in konden, om-dat er onverwachts onderhoud moest worden gepleegd. We mochten daarentegen wel de controlekamer zien. Hier zit personeel 24 uur per dag om de boel in de gaten te houden. Over het algemeen gebeurt er nooit wat. Het gehele systeem wordt gemiddeld één à twee keer per jaar stilgelegd vanwege problemen. Wij troffen het: Op het moment dat wij in de controlekamer stonden gingen er drie verschillende alar-men af. Alle lampjes begonnen te knipperen en alle aanwezige werk-nemers keken behoorlijk verward op. Met het geluid van loeiende sirenes werden wij snel naar buiten geleid, zonder te weten wat er aan de hand was. Later bleek dat er iets mis was met de turbine. In ieder geval niets ernstigs, maar het was wel even schrikken!

De Delftse BedrijvendagenEen begrip in Delft en intussen niet meer weg te denken binnen de activiteiten die voor de Delftse student georganiseerd worden, zijn De Delftse Bedrijvendagen. Alweer vijftien jaar geleden is de organi-satie begonnen door een samenwerking van vijf studieverenigingen: Leeghwater, VvTP, VSV en CH. Dankzij deze nauwe samenwerking wordt de Delftse student ieder jaar in de gelegenheid gesteld om op een laagdrempelige manier een baan, stage of afstudeeropdracht te vinden. Dit jaar is er een recordaantal inschrijvingen van studenten behaald. Tijdens de Presentatiedagen stond het aantal al op 1380 inschrijvingen! De Delftse Bedrijvendagen zijn zo opgebouwd, dat studenten zich eerst kunnen orienteren op de markt en vaardighe-

den kunnen opdoen voor het solliciteren om zich daarna te kunnen storten op het bezoeken van bedrijven en uiteindelijk daadwerkelijk het solliciteren. Daarom begint het evenement ook met de Sollici-tatietrainingen. Begin februari kwamen acht bedrijven naar de aula van de TU Delft om de Delftse student enkele vaardigheden bij te brengen die ze kunnen gebruiken bij het solliciteren voor een baan. Het bedrijf dat de presentatie geeft kan zelf invulling geven aan de training. Zo wordt er bijvoorbeeld dieper ingegaan op de verbale en non-verbale houding tijdens een gesprek en wordt het CV onder de loep genomen. Een week later zijn de Presentatiedagen. Dit is in feite de bedrijvenbeurs en ook het grootste gedeelte van het evenement. De bedrijven krijgen een stand en de mogelijkheid om zich te pre-senteren in een daarvoor gereserveerd zaaltje. Aan het einde van de dag krijgen de bedrijven de gelegenheid om op een informele ma-nier met studenten te praten onder het genot van een biertje en een bitterbal. Nadat de studenten zich hebben kunnen oriënteren op de beurs, kunnen ze naar de In-Housedagen gaan. Bedrijven bieden een ‘kijkje in de keuken’ aan voor de studenten die zich hiervoor in-schrijven. De In-Housedagen zijn op locatie bij het bedrijf, dus vult het bedrijf het programma helemaal zelf in. Dit kan variëren van excursies tot complexe cases. Als het goed is moet de oprecht geïn-teresseerde student nu compleet voorgelicht zijn over het bedrijf. Als deze interesse wederzijds is, wordt de student op gesprek gevraagd tijdens de Gesprekkendagen, het laatste gedeelte van De Delftse Be-drijvendagen.

Lunchlezing Roland BergerOp dinsdag 16 februari gaf Roland Berger een lunchlezing in college-zaal B. De grote groep aanwezigen beleefde een mooie lezing. De af-gevaardigden van Roland Berger hebben allemaal in Delft gestudeerd wat de presentaties extra interessant maakte. Na een korte bedrijfs-presentatie werd er verder ingegaan op de impact van de crisis op de automotive-industrie en hoe operational excellence de problemen helpt op te lossen.

Leeghwater_activiteiten.indd 3 2/19/2010 12:56:39 PM

Page 12: Slurf 14-3

bachelor

OntwerpwedstrijdTijdens het eerste college van de ontwerpwedstrijd van dit jaar is de opdracht van de ontwerpwedstrijd bekend gemaakt. De studenten gaan een step maken die rijdt op samengeperste lucht, de airped. Deze opdracht sluit aan op het tweede project waar de studenten ook een voertuig op perslucht hebben ontworpen. Hopelijk worden de apparaten door deze voorkennis nog innovatiever dan voorgaande jaren en wordt hiermee de afsluitende wedstrijd nog spannender. Een leuk weetje is dat de ontwerpwedstrijd ooit begonnen is als een Leeghwaterproject, omdat Gezelschap Leeghwater vond dat de studie te theoretisch was. Na verloop van tijd is dit project opgenomen in het curriculum.

Opmerkingen en klachtenOm de kwaliteit van het onderwijs te waarborgen houdt de Com-missaris Onderwijs Bachelor evaluatiebijeenkomsten waaruit veel nuttige feedback komt over de colleges, tentamens, faciliteiten en an-dere studentgerelateerde zaken. Er is echter nooit genoeg feedback, zo heb je vast wel de Blackboardannouncement en poll over Sterkte-leer 2 gezien. Heb je opmerkingen over een tentamen? Stuur dan zo snel mogelijk een mailtje naar [email protected]. Je opmerking zal dan in behandeling worden genomen en er zal voor een passende oplossing gezorgd worden. Andere ideeën en opmerkingen over het onderwijs zijn natuurlijk altijd welkom.

Aan- en afmeldtermijn Vanaf de volgende onderwijsperiode gelden nieuwe regels omtrent het aanmelden voor tentamens. Voorheen was de regel dat je uiter-lijk twee weken voor het betreffende tentamen aangemeld moest zijn. Vanaf nu moet je jezelf echter twee weken voor het begin van de tentamenweek hebben aangemeld. Voor de eerstvolgende periode is deze datum 22 maart. Op de Leeghwaterwebsite staat het alvast in de agenda, zodat je deze datum niet kunt vergeten! Naast deze ver-andering is de afmeldtermijn ook veranderd. Nu moet je twee weken voordat de tentamenweek begint voor een tentamen afgemeld zijn. De belangrijkste reden voor deze verandering is dat op deze manier tentamenzalen en papier efficiënter gebruikt kunnen worden. Over het algemeen is het zo dat een groot deel van de studenten die staat

ingeschreven niet komt opdagen bij het tentamen. Dit heeft tot ge-volg dat het tentamen in minder of in kleinere zalen gehouden kan worden. Hierdoor kunnen de kosten verlaagd worden. Daarnaast is er een hoop papierverspilling; voor iedere aangemelde student moet een tentamen afgedrukt worden. De tentamens voor de studenten die niet op komen dagen kunnen zo de papierbak in. Dat is zonde. Door het aan- en afmeldmoment te vervroegen hoopt de faculteit dat de studenten hun tentamens beter gaan plannen, zodat de inschrijvin-gen betrouwbaarder zijn. De argumentatie is terecht maar wij zijn het niet eens met de uitvoering. In twee weken tijd kan er veel ver-anderen in de planning van de student. Zo kun je er achter komen dat je te veel hooi op je vork hebt genomen en wat minder tentamens moet gaan doen. Als je je dan al twee weken of langer van te voren had moeten afmelden zal er NV (Niet Verschenen) op je cijferlijst verschij-nen. Buiten het feit dat een NV op je cijferlijst slordig staat, is het niet iets waar de meeste studenten zich erg druk om maken. Wij vragen ons dan ook af of deze maatregel wel het gewenste effect zal hebben. Daarom gaan wij er bij de faculteit op aandringen de afmeldtermijn te verkorten tot slechts een paar dagen. Studenten weten dan veel be-ter of een tentamen haalbaar is. Op die manier wordt er een veel reëler beeld gegeven van het aantal studenten dat op komt dagen.

Young ProfessionalDeze maatregelen passen in het plaatje van een student die de hou-ding van een Young Professional heeft. Young Professional is een veel-gebruikte term door de faculteit en is ook al in eerdere edities van de Slurf aan de orde gekomen. Om even het geheugen op te frissen wordt kort uitgelegd wat de term Young Professional inhoudt. De houding van een Young Professional betekent dat een student bewuste keuzes maakt met betrekking tot zijn studie. Als hij ervoor kiest een tenta-men niet te doen dan ziet hij hiervan de consequenties in voor zijn studieloopbaan. Het doel van de nieuwe aan- en afmeldtermijn is dat de student beter en bewuster zijn studie inplant. De rol van de facul-teit met betrekking tot Young Professional is dat zij de student goed moet informeren over onder andere toelatingseisen, BSA, harde knip en andere aan studie gerelateerde onderwerpen, zodat de student be-wust is van het effect van het overslaan van een tentamen op zijn ver-dere loopbaan.

Na een heerlijke kerstvakantie en een bezoek aan China is er weer genoeg te doen op het Leeghwaterkantoor. De derde periode is begonnen, en dat brengt de start van de bacheloronderzoeksopdrachten en natuurlijk de ontwerpwedstrijd met zich mee. door: Goof van de Weg, commissaris Onderwijs Bachelor

de Slurf - maart 2010 - no. 312

bachelor.indd 1 2/19/2010 11:30:57 AM

Page 13: Slurf 14-3

master

de Slurf - maart 2010 - no. 3 13

In 1983, the Brundtland Committee was convened by the United Na-tions. The committee defined the term for sustainable development as follows: “Sustainable development is development that meets the needs of the present without compromising the ability of future gen-erations to meet their own needs”. A simple yet very accurate phrase, which poses formidable and urgent technical challenges. This mas-ter programme offers a good starting point for motivated students to play a fundamental role in this primal human enterprise. This track is divided into five specializations: Energy Technology (ET), En-gineering Thermodynamics (ETh), Process Equipment (PE), Intensi-fied Reaction & Separation Systems (IRSS) and Fluid Dynamics (FD). There are 42 ECTS of general, compulsory courses for SPET, which can be supplemented with 24 ECTS of the tracks mentioned above. Students do have the freedom to propose a different set of courses but the courses from the list of SPET-specializations are recomended. The rest of the ECTS of the master are obtained by completing a Process Modelling and Simulation Project (nine ECTS), an internship (fifteen ECTS) and the Final Project (thirty ECTS).

Engineering Thermodynamics (ETh)Quantifying and minimizing the irreversibility of processes allows for the design of more sustainable processes. Irreversible thermody-namics provide students with the tools to achieve more sustainable processes. Current research activities include investigations on refri-geration and heat pump technology topics. These thermodynamic cycles will allow for an improvement of energy production and a sig-nificant improvement of the sustainability of processes.

Process Equipment (PE)Knowledge of the Mechanical, Maritime Engineering and Chemical Technology departments is combined for the design, the construc-tion and lay-out of equipment for the chemical process industry. The research and education has a typical multidisciplinary character, just like in the practice of process technology. Research within the process equipment laboratory generally aims at increasing and improving

systematic design knowledge for process equipment, therewith ad-dressing equipment design, process design and product quality is-sues simultaneously.

Intensified Reaction and Seperation Systems (IRSS)IRSS provides education and research in the field of intensified re-action and separation systems for the process and energy industries, within the framework of sustainability. The interdisciplinary research aims at generating fundamental and application-oriented knowledge focusing on locally controlled activation and transport of tailored pro-cesses and products. The research involves a combination of experi-mental work and modelling studies and spans a broad range of length scales, from molecular level to processes, plants and products.

Fluid Dynamics (FD)Fluid flows play an important role in almost every engineering ap-plication. The number of applications is therefore enormous, ranging from flows in large carbon crackers at refineries to the flows in hu-man bloodvessels. Because fluid flows are strongly nonlinear, proper scaling and modelling of flow problems is essential in the design of industrial processes and machines. Also a lot of experimental work is done to validate the computational findings.

Energy Technology (ET)This specialization enables students to develop a thorough under-standing of energy conversion and utilization technologies of state-of-the-art analysis tools and their application in highly efficient, en-vironmentally friendly and integrated processes for the production and utilization of heat, power and secondary fuels like hydrogen. Specialized courses include fuel conversion, gasturbines and nuclear power engineering.

For more information about this track check the website: 3me.tu-delft.nl -> Study -> Master of Science Programmes or check the study guide.

In this issue of the Slurf, the Mechanical Engineering track Sustainable Processes and Energy Technologies (SPET) will be discussed. by: Thijs Bosma, commissioner of Master Education

Gez

elsc

hap

Leeg

hwat

er

Masterverhaal.indd 1 19-2-2010 12:44:00

Page 14: Slurf 14-3

shell_met kader.indd 1 19-2-2010 10:50:24

Page 15: Slurf 14-3

de Slurf - maart 2010 - no. 3 15

ArrivalThe first day of a new life in a new country is something that you will remember for the rest of your life. You will especially remem-ber the tiny details like the person who wel-comed you at the airport, or the person you meet in a room of the youth hostel, where you have to spend your very first night be-fore receiving your room from the DUWO. This may sound familiar to all international master students of the university. The arrival day is an important and exciting day. What I remember best is the welcome feeling I got, provided by the international office, when they picked up the new students at Schip-hol airport at the so called “Meet and Greet”. This service surprised me very much. Espe-cially compared to the treatment that inter-national students receive at the university of my hometown. There is a gesture of complete indifference. Even so the beginning was nice, yet the best was about to come: the introduc-tion week. During this week full of activities, the university shows the newcomers how to find their way around the university and the city of Delft. You especially get to meet the people who will become your family for the next two years. Among these people will be your future best friends. But unfortunatly ,not everything in this week is positive; in-ternational students only get to meet inter-national students and they start living in the international “ghetto”. The Dutch influence is completely secondary and it is difficult to get in touch with your Dutch study mates. Which, I think, is a pity.

AccommodationThe accommodation provided by the univer-sity doesn’t help the international students to integrate in the Dutch student life. All the international students live in the same kind of rooms close to each other and even when you want to change and try to move to a Dutch student house, you will find that it is impossible to break your contract before one year.

Student lifeIf you really want to get in touch with the Dutch, you just need to talk to them before or after the lectures at the university. You will find that they don’t “bite” and that they are actually really nice. You then will discover that the student life at TU Delft is very dyna-mic and that there are plenty of study rela-ted or thematic student associations you can join. I joined the organization of my master: the dispuut of Process and Energy, where I’m the only international student at this mo-ment. I also joined the Energy Club where Dutch and international students are mixed. In both places I have a lot of fun. Those are study related, but there are a lot of possibili-ties to join sport or cultural associations too. Culture and funIf I talk about fun, with the meaning of fun at night, I have to confess that as a Spaniard I don’t think Delft is the best place to go out, but there are a couple of places that are quite good and fun to go to. I recommend the jazz jam sessions in Bebop every Tuesday, where

After one and a half year of studying and living in the Netherlands, this Spanish master student in his second year of Mechanical Engineering (Sustainable Process and Energy Technology track) gives his vision on the University, Delft and the Netherlands.by: Marcelino Cancela Vallespín

very good musicians share their skills with the audience, which is an art. I can defini-tely recomend the parties in a bar called “De Ruif” on Wednesdays, where a lot of Dutch and international students come to dance and the Tango cafe on Thursdays, has got a very “gezellig” atmosphere. I have to say that the cultural life in the Netherlands is gorge-ous for such a small country. Amsterdam is a city where artlovers can find huge museums, like the Rijksmuseum, the Van Gogh mu-seum and the Hermitage. If you would like to visit all of them, you should buy the “mu-seumkaart” that gives you unlimited access for one year. But of course, culture is not only paintings. In Rotterdam there is a big event every year at the end of January: the “film-festival”. During one week films are shown non-stop and everyone can find something they like, from action to drama. Meanw-hile the best bands of the planet choose this country for their concerts, and given the size of the Netherlands, you are always really close to the concert.

FutureI believe that the Netherlands is a country with a very good quality of life and a place where I would like to stay for a while when I have finished my studies. Despite the terri-ble weather, the fear of living below sea level while the ice at the poles is melting and the problems with the language, Dutch is very difficult to learn and especially because all the Dutch people speak amazing English, I kind of feel good here.

International article

Panoramio

15_International.indd 3 18-2-2010 20:35:44

Page 16: Slurf 14-3

de Slurf - maart 2010 - no. 316

TNT Post Billing & Document Solutions (BDS) print en couverteert (in een envelop stoppen) mailingen voor grote Nederlandse bedrijven. Voorbeelden van dit soort mai-lingen zijn banken die hun afschriften ver-sturen, verzekeraars die polissen sturen en telefoonmaatschappijen die rekeningover-zichten sturen. In 2008 zijn op deze manier zeshonderd miljoen stukken verzonden. Hiermee is BDS met zijn twee vestigingen in Den Haag en Utrecht de marktleider in Ne-derland in deze print- en mailbranche.

Overname Getronics DOCSOp 1 april 2009 heeft TNT Post BDS, de nummer twee in de branche, Getronics Do-cument Serivices (DOCS) overgenomen. DOCS heeft twee vestigingen; Apeldoorn en Heerlen. Het management van BDS heeft besloten de vestiging in Apeldoorn te sluiten en de producties en het machinepark te ver-plaatsen naar de overgebleven vestigingen, zijnde Den Haag, Utrecht en Heerlen. Om de print- en couverteermachines uit Apel-doorn te kunnen plaatsen moet in de vesti-ging Utrecht ruimte vrijgemaakt worden. Het management van BDS heeft hierom be-sloten te onderzoeken of het mogelijk is een gedeelte van het magazijn in Utrecht leeg te maken. In het magazijn in Utrecht staan en-veloppen, briefpapier en bijsluiters van klan-ten van BDS.

Start onderzoekDit was de aanleiding voor mijn afstudeer-onderzoek waar ik op 19 april 2009 vol en-thousiasme aan begonnen ben. Voordat be-paald kon worden of het linkerdeel van het magazijn gesloten kon worden, moest eerst onderzocht worden hoe het middel ‘ruimte’ binnen BDS gebruikt wordt. Daarna moest geanalyseerd worden of het mogelijk zou zijn dit gebruik te reduceren. Pas dan kon worden geconcludeerd of het mogelijk zou zijn om het linker gedeelte van het magazijn leeg te maken. Door middel van de Delftse Systeemkunde heb ik een analyse van het ruimtegebruik bij TNT Post BDS gemaakt. Hierin is duidelijk naar voren gekomen waarom en hoeveel ‘ruimte’ wordt ingezet voor het magazijn. Al snel werd duidelijk dat men bij TNT zich niet veel bezig hield met ruimtegebruik. Er ontbrak als het ware een coördinerende rol die het gebruik van ruimte in de gaten had moeten houden. Aan mij de taak om deze rol te vervullen.

RuimtecoördinatieOm dit probleem op te lossen heb ik een ont-werp gemaakt, getest en geïmplementeerd. Het implementeren van deze functie moet gaan leiden tot het reduceren van het ge-bruik van magazijnruimte, wat uiteindelijk weer kan leiden tot het leegmaken van een deel van het magazijn.

mes

con

VoorraadbeheerDe functie ‘voorraadbeheer’ draagt er zorg voor dat alle artikelen in het magazijn vol-doen aan de opgestelde voorraadnormen. Deze normen hebben betrekking op afroep-grootte, minimum voorraad, incourante voorraad, non-voorraad en voorraadover-schotten. Voorraadbeheer werd bij BDS niet gestructureerd uitgevoerd. Af en toe werd er handmatig door een lijst artikelen gelopen om te zien of de voorraad nog wel up-to-date was. Ik heb samen met de mensen van BDS een programma in Excel VBA geschreven wat wekelijks alle artikelen kan nalopen op basis van de vijf voorraadeisen. Gedurende mijn afstuderen is dit programma in gebruik ge-nomen. Al snel bleek dat veel artikelen niet voldeden aan de gestelde voorraadnormen. Door het bijstellen van artikelen naar de norm hebben we de voorraad met elf procent kunnen reduceren. Dit kwam voornamelijk omdat er heel veel artikelen in het magazijn stonden die niet meer werden gebruikt. Het was erg gaaf om te zien hoe de ene na de an-der pallet papier het pand uitging.

Evaluatie ruimtegebruikBinnen BDS was geen concreet beeld van hoeveel ruimte wekelijks of maandelijks be-schikbaar was. Dit is waar de functie ruim-tegebruikevaluatie van pas komt. De functie ‘ruimtegebruikevaluatie’ meet de hoeveel-

De naam Thomas Nationwide Transport Post, Billing & Document Solutions was mij nauwelijks bekend toen ik 19 april 2009 begon aan mijn afstudeeropdracht bij een vestiging van het postbedrijf in Utrecht. Zeven maan-den later heb ik hier een magazijn een derde kleiner ge-maakt, ontzettend veel plezier gehad en mag ik mezelf ook nog eens MSc noemen! Dit verhaal beschrijft mijn afstudeerervaring bij TNT Post BDS.door: Ruben Griffioen

Ruimtelijk inzichtafstudeerverhaal

Afstudeerverhaal.indd 2 19-2-2010 12:02:25

Page 17: Slurf 14-3

de Slurf - maart 2010 - no. 3 17

heid beschikbare ruimte in het magazijn. Hierdoor ontstaat een mooi overzicht van de beschikbare ruimte in het magazijn. Tijdens mijn onderzoek heb ik deze functie samen met de magazijnmeester van BDS ingevoerd. Hierdoor kan nu iedere week een overzichtje gedraaid worden met de beschikbare ruimte in het magazijn.

Evaluatie magazijnindelingDe functie ‘magazijnindelingevaluatie’ eva-lueert, zoals de naam al doet vermoeden, de huidige indeling van het magazijn. Als nou blijkt dat er te veel of te weinig ruimte is als resultaat van de functie ruimtegebruikeva-luatie, kan deze functie opgestart worden. Het resultaat van deze functie is een nieuwe indeling voor het magazijn. Tijdens het on-derzoek hebben we de magazijnindelingeva-luatie een keer uitgevoerd. Uit de evaluatie zijn een aantal verbeterpunten gekomen. De planklocaties, ofwel de locaties waar losse do-zen enveloppen en briefpapier staan, konden efficiënter worden ingedeeld. Er zijn twee kantoren in het magazijn, waarvan er één overbodig is, waardoor er ruimte is om een extra rij stellingen te plaatsen. De stellingen kunnen efficiënter worden ingedeeld zodat pallets met verschillende hoogtes beter ge-plaatst kunnen worden. Aan de hand van deze constateringen is een nieuw ontwerp gemaakt voor het magazijn. Dit ontwerp hebben we eerst op papier uitgewerkt. Daar-na heb ik het in 3D met behulp van Google SketchUp uitgetekend. De nieuwe indeling resulteert in 22 procent meer opslagcapaci-teit in het magazijn. De kosten voor de ver-bouwing worden binnen acht maanden te-rugverdiend omdat de extra capaciteit kan worden verhuurd aan klanten van BDS. De verbouwing is direct na mijn afstuderen ge-start en zal waarschijnlijk afgerond zijn als deze Slurf op de mat ligt.

VoorraadcoördinatieOm alle vier de functies op elkaar af te stem-men is de functie ‘voorraadcoördinatie’ in het leven geroepen. De resultaten van alle vier de functies worden dan naast elkaar ge-legd zodat er een goed totaalbeeld ontstaat.

OrderbeheerDe functie ‘orderbeheer’ evalueert orders die in de toekomst verwerkt gaan worden, kijkend naar de impact op ruimtegebruik in het magazijn. Het doel van de functie is dat er van tevoren gezien kan worden of er voldoende ruimte is in het magazijn om ar-tikelen op te slaan. Hierdoor kan BDS zien aankomen of het magazijn anders moet worden ingedeeld of dat de voorraadnormen strakker gezet moeten worden. Deze functie

is gedurende het onderzoek helaas nog niet geïmplementeerd.

ResultatenIn de analyse van dit onderzoek is aange-toond dat bij TNT Post BDS een ruimte- en voorraadcoördinatie functie miste. Tijdens mijn afstuderen is de invulling voor deze functie ontworpen, getest en grotendeels geïmplementeerd. Het ontwerp geeft dui-delijk inzicht in hoeveel magazijnruimte beschikbaar is en, in de toekomst, zal zijn. Op basis hiervan kan de indeling van de magazijnruimte geëvalueerd worden en kunnen artikelen in het magazijn getoetst worden aan gestelde voorraadnormen. Het aangedragen ontwerp is niet een eenmalige oplossing, maar zorgt ervoor dat nu en in de toekomst het middel magazijnruimte al-tijd optimaal kan worden ingezet. Mochten er dus in de toekomst nog zaken verande-ren in de vestiging Utrecht dan kan door de ruimte- en voorraadcoördinatie snel en ge-makkelijk het magazijn worden aangepast. Het invoeren van de functies tijdens het

onderzoek heeft ertoe geleid dat de voorraad permanent met elf procent gereduceerd is en de opslagcapaciteit in het middendeel van het magazijn met 22 procent zal toenemen na de verbouwing.

Leegmaken van magazijnOp basis van deze twee resultaten is het, na de verbouwing van het magazijn, mogelijk het linkerdeel van het magazijn leeg te ma-ken en voor andere doeleinden te gebruiken. Mission accomplished! Of zoals men graag binnen TNT Post zegt: Sure we can!

ConclusieIk heb het ontzettend naar mijn zin gehad bij BDS. Er zijn altijd meerdere afstudeerders bezig met interessante opdrachten wat af-studeren bij BDS erg gezellig maakt. Ook sta je gelijk ‘met je voeten in de modder’ en kan je aan de slag met een praktische opdracht, waar BDS wat mee wil doen. Ik kan daarom iedereen die dit aanspreekt van harte aan-raden bij TNT Post te gaan kijken voor een uitdagende afstudeeropdracht of stage.

Ruben Griffioen

Weergave van de indeling van het magazijn

Rube

n G

riff

ioen

Rub

en G

riff

ioen

Afstudeerverhaal.indd 3 19-2-2010 12:02:49

Page 18: Slurf 14-3

At AkzoNobel, we believe the future belongs to those smart enough to challenge it. We’re world leaders in many global markets and we’ve earned a solid reputation for providing sustainable answers. Our annual Masterclass is the chance to get to know us. We’d love to see you there.

When: April 26 & 27, 2010

For: Master students approaching graduation

Visit our website www.akzonobel.nl/masterclass for more information and to apply online. But be quick, the deadline for registration is March 24, 2010.

AkzoNobel Masterclass 2010

Global sustainability

Leadership on the edge. Experience it for yourself!

01185_220109

Masterclass_2010_adv_A4_alt.indd 1 13-01-10 14:11

Page 19: Slurf 14-3

leegh.indd 1 19-2-2010 14:38:31

Page 20: Slurf 14-3

de Slurf - maart 2010 - no. 320

Het broeikaseffect is een van de meest be-sproken problemen van de eenentwintigste eeuw en de auto-industrie heeft een bijdrage aan dit probleem. Toch zijn er elke dag vele miljoenen mensen die van motorsport en mobiliteit in het algemeen genieten. Zou het dan ook niet geweldig zijn als het milieu met mobiliteit en motorsport hand in hand zouden gaan?

Greenchoice ForzeGreenchoice Forze is in februari 2007 opge-richt om de wereld te laten zien dat motor-sport en duurzaamheid niet per se elkaars tegenpolen hoeven te zijn en wil dit aan het grote publiek duidelijk maken door te racen op waterstof. Het team bestaat uit ongeveer vijftig zeer gemotiveerde studenten van alle faculteiten van de TU Delft. Naast het ont-werpen en ontwikkelen van de kart dragen de teamleden ook zorg voor het manage-ment en de marketing van het team. Green-choice Forze heeft geschiedenis geschreven door de allereerste waterstofrace ter wereld te winnen. Op 23 augustus 2008 heeft het team vijf andere teams van internationale topuni-versiteiten achter zich weten te laten. Het Formula Zero Team uit Delft heeft ook het allereerste kampioenschap op het gebied van waterstofracen op haar naam staan. Behalve dat er geracet wordt, bezoekt Greenchoice Forze ook vele beurzen en evenementen om

de potentie aan te tonen van de duurzame technologieën die nu al beschikbaar zijn.

Formula ZeroIn 2003 is Formula Zero opgericht door een aantal jonge ingenieurs. De filosofie achter Formula Zero is: fun + eco = future. Motor-sport heeft altijd al een pionierende rol ge-speeld in de ontwikkeling van nieuwe tech-nologieën en is daarom een ideale manier om de ontwikkelingen op het gebied van waterstoftechnologie een enorme boost te geven. Formula Zero is de drijvende kracht achter de 2010 Formula Zero Cup, een kam-pioenschap uitsluitend voor waterstofkarts. Deze raceklasse is een ‘zero emission’ race-klasse: Er komt slechts puur water uit de uitlaat. De 2010 Formula Zero Cup is alweer het derde seizoen van waterstofraces dat georganiseerd wordt. Het kampioenschap bestaat uit vier races. Elk race-evenement bestaat uit een sprintrace en een hoofdrace. Deze zijn opgebouwd uit een kwalificatie-ronde, een halve finale en een finale. Afgelo-pen jaar zijn de races in verschillende landen georganiseerd. De start van het seizoen vond plaats in het Verenigd Koninkrijk, waarna in dezelfde maand ook in Nederland, België en Spanje werd geracet. Dit jaar wordt er mis-schien ook geracet in de Verenigde Staten. Het Formula Zero Championship is begon-nen als een raceklasse voor waterstofkarts.

Met gierende banden optrekken, maar het milieu niet belasten? Greenchoice Forze laat tijdens de 2010 For-mula Zero Cup zien dat dit mogelijk is. Hiervoor wordt gebruik gemaakt van een waterstof-brandstofcel, die slechts puur water uitstoot.door: Koen Lubbers, Teammanager Greenchoice Forze

Pete

r Lu

ckel

Het is echter Formula Zero’s visie om in de toekomst de competitie op te schalen. De eerste stap is het opschalen naar een Formule 3-raceklasse. Het uiteindelijke doel is om door te groeien tot een Formule 1-raceklasse op waterstof. Als officieuze afsluiting van het tweede seizoen had Formula Zero in oktober 2009 een GP in Turijn georganiseerd. Zelfs na een crash tijdens de tweede kwalificatieron-de wist Greenchoice Forze, het Formula Zero Team van de TU Delft, de GP te winnen en de hoofdprijs mee naar Delft te nemen. Dit jaar organiseert Greenchoice Forze in samen-werking met Formula Zero de Nederlandse race. Deze zal plaats vinden op 8 juli op het Spuiplein in Den Haag. Om de race heen zal een groot duurzaamheidsevenement geor-ganiseerd worden met concrete voorbeelden van de technologie die nu al beschikbaar is.

De huidige kartEen aantal belangrijke onderdelen van het aandrijfprincipe van een normale kart zijn een benzinetank, een verbrandingsmotor en een uitlaat. De Forze II kart heeft echter hele andere onderdelen. In plaats van een verbrandingsmotor heeft de Forze II twee gelijkstroommotoren die worden aangedre-ven door een ‘proton exchange membrane’ (PEM) brandstofcel. De benzinetank is ver-vangen door een vijf liter gastank waarin de waterstof is opgeslagen onder een druk van

Racen zonder uitstoot

Greenchoice Forza.indd 2 2/19/2010 10:58:24 AM

Page 21: Slurf 14-3

de Slurf - maart 2010 - no. 3 21

tweehonderd bar. De Forze II werkt als volgt: Waterstof wordt onder druk naar de brand-stofcel gevoerd. De druk wordt in twee stap-pen gereduceerd. De eerste stap reduceert de druk van tweehonderd naar dertig bar en de tweede van dertig naar vijf bar. In de brand-stofcel reageert de waterstof met zuurstof dat wordt onttrokken aan de omringende lucht tot water en elektrische energie. Het voltage dat door de brandstofcel geleverd wordt, wordt daarna verhoogd met behulp van een DC/DC-transformator. Vervolgens wordt de elektrische energie opgeslagen in boostcaps, dit zijn ultracapaciteiten. Een boostcap is een apparaat dat enorm snel elektrische ener-gie kan opslaan en vrijgeven. Wanneer het gaspedaal ingetrapt wordt, trekken de mo-torcontrollers stroom uit deze boostcaps en leiden deze stroom naar de DC-motoren. De brandstofcel bestaat uit verschillende appa-raten, waarvan de meest belangrijke de stack is. In de stack zijn waterstof (H

2) en zuurstof

(O2) gescheiden door een membraan. Aan

de anodekant van het membraan worden de waterstofmoleculen gesplitst met behulp van een katalysator in protonen en elektro-nen 2H

2 -> 4H+ + 4e-. De protonen kunnen

door het membraan naar de kathodekant gaan, maar de elektronen moeten daar via een extern circuit naartoe. Dat resulteert in een potentiaalverschil van ongeveer 1,23 Volt. De reactie aan de kathodekant verloopt dan als volgt: 4H+ + 4e- + O

2 -> 2H

2O. Omdat

het potentiaalverschil over een cel niet erg groot is, worden er een aantal cellen in se-rie geschakeld om zodoende een behoorlijk voltage te bereiken. De aaneengeschakelde cellen samen worden ‘de stack’ genoemd. De spanning die de brandstofcel levert is niet hoog genoeg om de boostcaps op te la-den. Bovendien varieert de spanning over de boostcaps wanneer de opgeslagen hoeveel-heid energie in de boostcaps varieert. Daar-om is er een DC/DC-transformator in de kart geïmplementeerd. Die zet de geleverde spanning om in de gewenste spanning voor de ultracapaciteiten. Een andere belangrijke

eigenschap van de DC/DC-transformator is dat hij ook werkt als een diode. Zo maakt de DC/DC-transformator het terugvloeien van stroom naar de brandstofcel onmoge-lijk. Voor het energieopslagsysteem zijn 32 Maxwell boostcaps gebruikt. De capaciteit van een boostcap is drieduizend Farad. Dit is een enorme capaciteit in vergelijking met de capaciteiten die gebruikt worden in elek-tronica, de orde van grootte is daar namelijk microfarads. De twee motoren die gebruikt worden, zijn Perm 132 DC motoren. Deze motoren zijn niet direct gekoppeld aan de boostcaps, omdat een ‘gashendel’ noodzake-lijk is. Daarom wordt er gebruik gemaakt van motorcontrollers. Op deze manier is ook een elektronische differentieelwerking mogelijk. Op dit moment zijn wij zelf nog bezig met het ontwikkelen van een motorcontroller die slechts de helft van het gewicht en een derde van het volume van de huidige ‘off the shelf’ motorcontrollers inneemt. Deze control-ler zal ook meer features hebben, zoals een reverse-modus. Al deze technologie wordt beschermd door een carrosserie. Deze carros-serie is gemaakt van een speciaal composiet dat het milieu minder belast. Hiervoor is een natuurlijk vezel, namelijk vlas, in combina-tie met een bio-hars gebruikt. Deze bio-hars is speciaal door DSM ontwikkeld. De carros-serie is voor zeventig procent biologisch af-breekbaar. De Forze II is de eerste applicatie van dit composiet en op deze manier heeft het als een testplatform gewerkt voor DSM.

De volgende kartDe Forze III, de waterstofkart die op dit moment wordt ontwikkeld, zal behoorlijk verschillen ten opzichte van de Forze II. Vol-gens nieuwe regelgeving zijn de teams nu toegestaan zelf een brandstofcelsysteem en waterstofopslagsysteem te kopen of te ont-wikkelen. Daarom kan Greenchoice Forze nu

eindelijk beginnen met het innoveren van de waterstoftechnologie zelf. Omdat er een nieuw brandstofcelsysteem wordt ontwik-keld, voldoet de huidige DC/DC-transfor-mator niet meer. Er is bijna geen markt voor DC/DC-transformators in het vermogensbe-reik van zeven tot vijftien kilowatt, daarom wordt dit component door Greenchoice Forze zelf ontwikkeld. Behalve met deze ont-wikkelingen zijn we zoals gezegd ook druk bezig met het ontwikkelen van een nieuwe motorcontroller. Voor de carrosserie heb-ben we een nieuw productieproces bedacht, welke veel minder tijd, materiaal en energie vergt. In plaats van normale mallen gebrui-ken we nu een buizenframe waarover een stretchstof wordt gespannen. Hier overheen worden vlasvezels en bio-hars aangebracht. Dit ‘state-of-the-art’ composiet is hetzelfde materiaal als het materiaal van de Forze II.

De toekomstGreenchoice Forze promoot duurzame tech-nologie door middel van racen. Formula Zero is de eerste waterstofraceklasse ooit, maar zal waarschijnlijk niet de laatste zijn. De afgelopen jaren hebben er veel ontwik-kelingen plaatsgevonden op het gebied van waterstoftechnologie, maar het is belangrijk te realiseren dat deze technologie zich nog in haar beginfase bevindt. Door te racen op wa-terstof willen we deze technologie een boost geven. Er bestaan nog steeds een aantal grote logistieke problemen omtrent het toepassen van waterstofauto’s. Er zijn echter nog maar weinig technologische barrières om de tech-nologie op grote schaal in de auto-industrie toe te passen.

Ben je geintereseerd en wil je meer informa-tie over dit project, ga dan naar onze web-site www.greenchoice-forze.nl of mail naar [email protected].

Formula Zero GP Turijn

Emill

e Nijs

sen

Roll-out Forze II met Ivo Opstelten en Jan Lammers

Rich

ard

van

‘t H

of

Greenchoice Forza.indd 3 2/19/2010 10:59:03 AM

Page 22: Slurf 14-3

Dosign.indd 1 14-2-2010 10:41:46

Page 23: Slurf 14-3

Benodigdheden

Do it yourself

de Slurf - maart 2010 - no. 3 23

kaar gelijmd. Wij hebben ongeveer zestig leds gebruikt, maar er kun-nen ook enkele sterkere leds worden gebruikt. De leds worden naast elkaar op een printplaatje gemonteerd. De verlichting wordt achter in de beamer geplaatst. De leds moeten worden aangesloten met weer-standjes van ongeveer vijftig Ohm. Vervolgens gaan wij het schermpje uit de behuizing halen. Het is belangrijk om de aansluitingen voor de composietstekkers heel te houden. De LCD-monitor bestaat uit twee delen: het transparante scherm en de achtergrondverlichting. Als het schermpje gescheiden is van de rest dan kan deze in het mid-den van de doos worden geplaatst. Aan de voor- en achterkant van het schermpje gaan we de Fresnellenzen plaatsen. De plaatsing van het schermpje en de twee Fresnellenzen vergt enige tijd. Deze moeten op de juiste afstand tot de nog te plaatsen diaprojectorlens worden geplaatst om een scherp beeld te krijgen. Bij het op maat zagen of snijden van de plastic Fresnellenzen moet er op worden gelet dat het middelpunt van de lens ook in de beamer in het midden blijft. Aan de voorzijde van de beamer monteren we de lens die we uit de dia-projector hebben gesloopt. Aan de zijkant maken we een gat om daar de PC-ventilator in te zetten. Het is de bedoeling dat deze de lucht afzuigt om de beamer koel en stofvrij te houden. Vervolgens kunnen we de voeding gaan aansluiten en beginnen met het monteren van de rest van de kabels. De voeding moet aangesloten worden op de LCD-monitor, de ventilator en de leds.

GeluidOm optimaal te genieten van de film moet er natuurlijk ook degelijk geluid aanwezig zijn. Onze voorkeur ging uit naar een oud compu-terspeakerset. Het mooie aan deze sets is dat deze vaak al een eigen voeding hebben en compact zijn. De speakers hebben wij aan de bin-nenkant van de behuizing gemonteerd nadat wij er een paar gaten in hadden geboord.

ResultaatEen paar uur later hebben wij een geweldige beamer met geluid en kunnen wij heerlijk genieten van mooie filmpjes tijdens het Slurf-weekend.

De cel wordt opgeladen met een 9 Volt batterij.

De cel levert twee volt.

new

tonn

2

De ledbeamer

LedbeamerAls echte werktuigbouwkundige ben je natuurlijk dol op gadgets. Nog leuker is het echter om de gadgets zelf te maken. In deze rubriek wordt precies uitgelegd hoe je deze gadgets maakt. Dit keer: De led-beamer.

Elke werktuigbouwer kan een heerlijk middagje bankhangen en film kijken waarderen. Een grote tv om deze film op te kijken is leuk, maar nog veel beter is een zelf gebouwde ledbeamer!

Kopen en plannenHet belangrijkste onderdeel van de beamer is het LCD-scherm. Wij hebben zelf een scherm gekozen dat normaal gesproken gebruikt wordt bij achteruitrijcamera’s omdat hier vaak composietstekkers aan zitten. Zo kan het scherm gemakkelijk aangesloten worden op menig DVD-speler. De Fresnellenzen hebben wij uit een oude over-headprojector gehaald. Deze gaan ervoor zorgen dat het licht van de leds goed wordt verdeeld over het scherm. Een ventilator is te vinden in oude computers en voedingen. Een computerspeakerset is altijd te vinden bij elektronicawinkels en tweedehandswinkels zoals de kringloop of de goededoelenwinkel.

Het bouwenHet bouwen van de beamer is een redelijk complexe en toch wel tijdrovende klus. Ten eerste zal het enige tijd kosten om alle leds te solderen en daarnaast moeten alle onderdelen ook nog juist in de behuizing worden geplaatst. De behuizing van de beamer is van een aantal houten plankjes gemaakt die op maat zijn gezaagd en aan el-

new

tonn

2

De laatste hand leggen aan de ledbeamer

Kleine LCD-monitorLeds en weerstandenKleine ventilatorComputerspeakers2 FresnellenzenDiaprojectorlens20 Volt voeding

DIY.indd 3 19-2-2010 12:24:39

Page 24: Slurf 14-3

932,64www.bornrich.com

de Slurf - maart 2010 - no. 324

22,-www.thegadgetcompany.nl

Toaster Wil je vlak voor vertrek nog wat eten, is je toast verbrand. Met deze Transparent Toaster is dat nooit meer het geval. Je kan je toast nu in de gaten houden en hem eruit halen wanneer hij er goed uitziet.

75,-www.coolest-gadgets.com

Gun cameraNaast het feit dat de camera er ontzettend gruwelijk uitziet, helpt deze je ook bij het stabi-liseren van de beelden. Dus zet de kolf van de camera maar tegen je schouder net als een echt geweer en ga de mooiste beelden schieten.

BBQ zwaard“En garde!” Het gevecht met de barbeque is begonnen. Met deze tool is het omkeren van de steaks nog nooit zo makkelijk geweest.

Gas-can luggage“Ik ga op reis en ik neem mee; een jerrycan!” Dit is zeker han-dig als je ook nog al je spullen erin kan meenemen. Dat kan met de Gas-can luggage. Er zal geen problemeem meer zijn bij het zoeken van de koffer op de transportband.

Gadgets

99,-www.craziestgadgets.com

Gadgets[V3].indd 2 19-2-2010 9:47:49

Page 25: Slurf 14-3

Wooden Clock De Wooden Clock is een zeer chique uurwerk. Mooi voor op je bureau.

89,-www.thegadgetcompany.com

de Slurf - maart 2010 - no. 3 25

NioBen je vaak dingen kwijt of heb je last van zakkenrollers? Nio biedt je bescherming. Middels een Bluetooth-tag wordt je ge-waarschuwd zodra deze buiten het bereik van je mobiele device komt, die dus waarschijnlijk er-gens is blijven liggen.

50,-www.coolest-gadgets.com 12,-

www.gadgetshop.com

Self StirringEr is nu de mok die met een druk op het oor, je koffie roert. Ideaal voor na een lange dag als je weer een lepeltje bent ver-geten te pakken.

Tafelvoetbal-tafelAlle poppetjes van dit Gro-de-sign zijn gemaakt uit één stuk staal dat vervolgens verchroomd is. De voetbalpoppetjes hebben nog nooit zo geschitterd in dit prachtige stadion. Tussen het spektakel komt ook de fel oran-je bal goed tot zijn recht.

41 100,-www.wannahaves.com

Gadgets[V3].indd 3 19-2-2010 9:48:18

Page 26: Slurf 14-3

Dynaflow is a world wide well

respected technical consultant.

We help our clients to solve

their most complex and criti-

cal technical issues.

No project is the same and there-

fore each project requires an

open and intelligent mind. Time

is of critical importance since

most often costs associated

with these problems can be

as much as a million dollars a

day.

We employ only the very

best engineers. If you be-

lieve problem solving has

always been your passion

and you want to make a

difference, please visit us at:

www.dynaflow.com.

wwww.dynaflow.com Dynaflow Research Group

Page 27: Slurf 14-3

de Slurf - maart 2010 - no. 3 27

In de zomer van 2008 maakten een goede vriend en ik een roadtrip door Californië. Naast de adembenemende variërende na-tuur en de ontspannen atmosfeer in de grote steden, ontdekten we ook het voor-aanstaande onderzoek aan een aantal top-universiteiten. Deze bezoeken hadden we te danken aan de contacten van verschillende professoren van de afdeling Delft Center for Systems & Control (DCSC). Gedurende het daaropvolgende eerste jaar van mijn master Systems & Control begon het idee van een buitenlandavontuur te kriebelen. Nadat ik wist welke richting ik op wilde qua onder-zoek, legde ik contact met de professor die we eerder hadden bezocht aan zowel the University of California Berkeley als Stanford University. Beiden zijn gelegen aan de baai van San Francisco. Nadat duidelijk werd dat ik mijn afstudeeronderzoek kon doen in een samenwerkingsverband tussen haar afdeling aan UCB en DCSC, was het in maart 2009 duidelijk dat ik dit collegejaar in Berkeley zou gaan doorbrengen. Ondertussen ben ik halverwege en verknocht aan de studie en aan het leven aan de westkust van de Ver-enigde Staten.

Mijn afstudeeronderzoekMijn afstudeeronderzoek ligt op de grens van Werktuigbouwkunde en Biologie, een gebied genaamd ‘Systems Biology’. In een samenwerkingsverband met biologen aan de Stanford University proberen we in dit project de werking van biologische processen bloot te leggen. Als modelorganisme wordt

gebruik gemaakt van fruitvliegembryo’s, de Drosophila Melanogaster, welke verras-send genoeg een enorme overlap heeft in het DNA-materiaal met de mens en daarom uitermate geschikt is om ook processen in menselijke embryo’s te begrijpen. Het mul-tidisciplinaire karakter van het probleem en de benodigde aanpak is wat mij speci-fiek aanspreekt in dit onderzoek. Naast het afstuderen volg ik ook nog wat vakken ter ondersteuning van mijn onderzoek, iets wat een mooie mogelijkheid biedt om ook de competatieve cultuur van de Amerikaanse universiteiten mee te maken.

Het leven in BerkeleyAangezien dit mijn eerste buitenlandavon-tuur zou worden, was ik erop gebrand ook een verrijkende culturele ervaring op te doen. Al tijdens de voorbereidingen kon ik mijn huisvesting regelen. Het International House in Berkeley biedt met zeshonderd be-woners van over de hele wereld een culturele mengelmoes. De gezamenlijke eetzaal, waar iedereen bij elkaar komt, vormt de basis voor het maken van goede vrienden. Met hen heb ik ondertussen al een aantal fantastische ui-tjes gemaakt, waaronder naar steden als Los Angeles en San Diego en de natuur van Yo-semite en The Big Sur. Een derde deel van de bewoners is Amerikaans, wat ervoor zorgt dat je ook de Amerikaanse cultuur leert kennen en niet geïsoleerd tussen de andere interna-tionale studenten leeft, iets waar we in Delft van kunnen leren. Zo maak ik het traditione-le Thanksgiving mee, de enorme American

Sinds afgelopen zomer verblijf ik voor een jaar in de Verenigde Staten om mijn afstudeeronderzoek te ver-richten. Op de campus van Berkeley, University of Cali-fornia, werk ik mee aan een biologisch onderzoeks-project. Daarnaast krijg ik de mogelijkheid om volop te leren in een unieke, liberale en multiculturele univer-siteitsgemeenschap.door: Roel Dobbe

(College) Football hype en het feestgebruis op en rond de campus. UC Berkeley is een openbare universiteit, die bekend staat om zijn verleden van studentenprotesten voor de vrijheid van meningsuiting en academi-sche vrijheid in de jaren ‘60. De liberale sfeer hangt er nog steeds, dit is te merken aan de vele protesten, optredens en hordes bivak-kerende zwervers. Wanneer je vanuit Berke-ley via de Bay Bridge de baai oversteekt, kun je in San Francisco rekenen op telkens weer unieke en interessante ervaringen. San Fran-cisco biedt onderdak aan een grote variëteit van culturen en heeft, voor de Verenigde Sta-ten, een enorm liberaal karakter. Dat uit zich in verschillende wijken met ieder hun eigen speciale achtergrond: hippie, homoseksueel, artistiek, spiritueel, et cetera. De steile heu-vels staan garant voor uitdagende klimpar-tijen en prachtige uitzichten.

Tot slotDe komende maanden zullen in het teken staan van het uitvoeren van biologische ex-perimenten en het verder vormgeven van mijn afstudeeronderzoek, dat uiteindelijk in Delft afgerond kan worden. Daarnaast hoop ik vooral nog meer te leren van de mul-ticulturele omgeving en veel te zien van deze prachtige staat. Een jaar lang weg uit Neder-land in een omgeving als deze is enorm leer-zaam en verruimt je blik op de wereld en op je eigen toekomst. Ik raad dan ook iedereen aan om maximaal gebruik te maken van de mogelijkheden wanneer die op je pad ko-men.

Berkeleybuitenlandverhaal

Tracey Taylor

27_Buitenlandverhaal.indd 3 19-2-2010 13:38:21

Page 28: Slurf 14-3

de Slurf - maart 2010 - no. 328

Waarom ben ik aan mijn promotieonder-zoek begonnen? Daar kan ik vrij kort over zijn: Een fiets is een fascinerend ding. Het stelt niet veel voor: twee wielen, een frame en een stuur. Toch heeft een fiets een bij-zondere eigenschap: Bij stilstand en lage snelheden valt een fiets om, maar vanaf een bepaalde snelheid niet meer. Dan kan een fiets zelfs opzij geduwd worden, maar gaat daarna gewoon weer terug naar de stabiele rechtopstaande oriëntatie. Hoe ik aan dit promotieonderzoek ben begonnen is niet zo voor de hand liggend. Ik begon aan de oplei-ding Werktuigbouwkunde, omdat ik karts en auto’s geweldige machines vond en nog steeds vind. Daar wilde ik meer van weten. Logischerwijs koos ik voor de afstudeer-richting Voertuigtechniek. Ik begon aan een korte opdracht om de wielophanging van de Formula Student raceauto te ontwerpen. Eigenlijk zou ik tien weken aan het project meedoen, maar het project inspireerde me zo, dat ik me er uiteindelijk twee jaar vol op heb gestort. Hierna had ik even genoeg van vier wielen. Ik ging op zoek naar een afstu-deeropdracht en stuitte toen op een website over fietsonderzoek. Daardoor kwam ik in gesprek met Arend Schwab, van de sectie En-gineering Dynamics van PME. Hij was bezig met het afronden van een diepgaand onder-zoek naar de stabiliteit van de fiets. Mijn af-studeerproject werd het experimenteel vali-

deren van het dynamisch model van een fiets zonder bestuurder. In het model van Arend zijn allerlei aannames gedaan. Bijvoorbeeld dat de banden niet slippen en dat de frame-stijfheid onbelangrijk is. Ik moest bepalen of het model de dynamica van de echte fiets goed beschrijft. Met een laptop achterop een fiets, een standaard fietssnelheidsmetertje, een potentiometer om de stuurhoek te me-ten, en een hoeksnelheidsmeter om het leu-nen te meten, voerden we experimenten uit in de sporthal. Tijdens het afstuderen werd ik gevraagd of ik verder met het onderzoek zou willen gaan door een bestuurder aan het model toe te voegen. Dat leek me een ontzet-tend leuke uitdaging en dus dienden we een projectvoorstel in, maar deze werd helaas af-gewezen. Daarna was het zoeken naar andere financieringsmogelijkheden. Uiteindelijk kwam deze van onze decaan en de vakgroep PME en kon ik beginnen.

StabiliserenHoe stabiliseer je nu een fiets bij lage snel-heid? Gebruik je je bovenlichaam of alleen het stuur? Uit een simpel dynamicamodel blijkt dat bij een fiets met een passieve be-stuurder gigantisch grote leun terugkop-pelfactoren nodig zijn om de fiets te stabi-liseren. Dit verklaart waarom fietsen zonder handen bij lage snelheid zo moeilijk is. Het bovenlichaam moet heel krachtig bewegen

Heb je je ooit afgevraagd waarom je zonder handen kan fietsen? Of waarom het juist niet lukt om zonder handen langzaam te fietsen? Misschien heb je wel eens stilgestaan bij de vraag hoe je nou eigenlijk een fiets bestuurt? Dit soort fundamentele en multidisciplinaire vragen worden door het Delft Bicycle Lab van de vak-groep PME aangepakt. door: Jordi Kooijman

Jord

i Koo

ijman

en dat lukt niet bij lage snelheden. Het-zelfde model laat ook zien dat alleen kleine stuuracties nodig zijn om een fiets te stabili-seren. Wij wilden dus de leunactie van de be-stuurder verwaarlozen en ons vooral op het sturen concentreren. Maar in de literatuur over fietsbesturing wordt juist veel met mo-dellen met een scharnierend bovenlichaam gewerkt. Wij gingen op zoek naar literatuur gebaseerd op experimenten om een dergelijk model te valideren maar die vonden we niet. Om duidelijkheid te krijgen over wat een be-stuurder nou echt doet, zijn we gaan meten.

MeetfietsWe ontwikkelden een nieuwe meetfiets waar-mee we ook de bestuurder konden filmen en de leunbeweging konden bestuderen. De ca-mera is voorop de fiets gemonteerd en gericht op de bestuurder. De camera zit echter vast aan het frame en beweegt dus mee met als gevolg dat je heel duidelijk de beweging van de bestuurder ten opzichte van de fiets ziet. Eerst zijn we met de meetfiets op de openbare weg gaan fietsen, gewoon tussen het verkeer. Uit de gemeten data en beelden leek het er inderdaad op dat we niet leunen, behalve als direct gevolg van het trappen. Uit de gemeten data en beelden kwam naar voren dat telkens vlak voor een bocht de bestuurder stopt met trappen en de snelheid laat zakken. Waarom dit gebeurt weten we nog niet. Misschien

Fietsen ontrafelenpromovendus

fietsen_ontrafelen.indd 2 19-2-2010 13:16:31

Page 29: Slurf 14-3

de Slurf - maart 2010 - no. 3 29

komt het omdat we niet verwachten dat we de bocht kunnen halen met de gereden snel-heid. Of verlagen we juist de snelheid zodat de fiets instabiel wordt en daardoor makke-lijker een bocht kan maken? Dit moet nog worden uitgezocht. Om uit te zoeken of het leunen echt alleen gekoppeld is aan het trappen zijn we naar een gecontroleerde om-geving gegaan: Een grote lopende band van drie bij vijf meter op de VU in Amsterdam. Met de meetfiets voerden we drie experi-menten uit bij snelheden tussen de twee en de dertig kilometer per uur. Eerst gingen we gewoon fietsen, daarna deden we het experi-ment over, maar zonder te trappen en voort-getrokken door een touw. De belangrijkste conclusies die we uit deze twee experimen-ten konden trekken zijn: Hoe langzamer de fiets gaat, hoe groter de stuuruitslagen zijn. De bestuurder maakt geen zichtbare leun-beweging als er niet getrapt wordt en als er wel getrapt wordt, lijkt de beweging duide-lijk gekoppeld aan de trapbeweging. Bij hele lage snelheid komt een tweede besturingsac-tie op gang: Het lateraal verplaatsen van de knieën. Dus niet het bovenlichaam maar de knieën verplaatsen en dit was heel verassend. Om nog duidelijker naar voren te krijgen of we echt geen leunacties uit wilden voeren, verrichtten we een derde experiment waarbij er weer gewoon gefietst werd. We legden de fietser een ongeplande uitwijkmanoeuvre op door aan een touw, dat aan de zadelbuis was bevestigd, te trekken. Hierdoor werd de fiets omver getrokken en moest de bestuurder iets doen om de fiets weer rechtop te krijgen. De filmbeelden laten zien dat het bovenli-chaam duidelijk na-ijlt op het frame bij de manoeuvre, alsof het bovenlichaam via een torsieveer aan de fiets is bevestigd. Er vindt verder geen lichaamsbeweging plaats, maar er wordt juist veel gestuurd.

Principal Component AnalysisFilmdata is natuurlijk erg onnauwkeurig als het om kleine bewegingen gaat. Een grote massa zoals het bovenlichaam, hoeft maar kleine uitwijkingen te maken om grote krachten te veroorzaken. Om er dus echt zeker van te zijn dat het bovenlichaam al-leen maar als gevolg van de trapbeweging beweegt, hebben we de experimenten over-gedaan. Dit keer met zowel de mens als de fiets beplakt met actieve markers. Met infra-roodcamera’s worden de markers nauwkeu-rig gevolgd in de ruimte en in de computer opgeslagen. We voerden ongeveer negentig experimenten per proefpersoon uit, die ie-der een minuut lang duurden. We gebruik-ten een bemonsterfrequentie van honderd hertz om alle bewegingen goed te kunnen volgen. Omdat we ook nog eens 31 markers

gebruikten waarvan elf op de fiets en twintig op de proefpersoon, verzamelden we meer dan honderdvijftigmiljoen datapunten. De grootste uitdaging met zoveel data is nuttige informatie destilleren. Wij hebben hiervoor de datareductietechniek Principal Component Analysis toegepast om basisbe-wegingen te ontdekken in de gemeten data. Deze wiskundige techniek kijkt alleen naar de verplaatsing van de markers en ontbindt deze in bewegingsrichtingvectoren en een tijdsfactor per vector voor ieder meetmo-ment. Door naar ieder van die componenten in de tijd apart te kijken, kunnen we visueel de basisbewegingen waarnemen. Als we de componenten in het frequentiedomein be-kijken en deze onderling correleren, kunnen we verschillende componenten samenvoegen om daar een echte beweging van te maken. De grootste beweging is de trapbeweging. Deze component toont ook bovenlichaam-verplaatsingen. Als deze component wordt verwijderd uit de totale beweging blijkt alle bovenlichaamsbeweging te zijn verdwenen, wat weer aangeeft dat alle bovenlichaambe-weging veroorzaakt wordt door te trappen.

Het laatste jaar en verderMet nog een klein jaar te gaan tot mijn on-derzoek afgerond moet zijn, wordt de aan-dacht nu gericht op het zoeken naar de ma-nier waarop men stuurt op de fiets. Als we een model hebben van de regelende mens kunnen we het gehele mens-machine-systeem analyseren. Dit heeft grote implica-ties voor fietsontwerpen, want daarmee kan voor het eerst een fiets worden ontworpen op besturing en rijgedrag. Een voorbeeld is voor ouderen die met verminderde spier-kracht minder hard kunnen fietsen en ook nog eens trager reageren. Daardoor belan-den ze relatief vaak in het ziekenhuis als gevolg van een ongeluk met de fiets. Voor deze groeiende groep zouden we zeer sta-biele fietsen kunnen ontwikkelen, die ze goed kunnen besturen. Maar er zijn nog meer toepassingen, zoals beter bestuurbare vouw- of ligfietsen. Dit promovendusver-haal is natuurlijk gericht op onderwerpen waar ik mee bezig ben. Zou je meer willen weten over het onderzoek van het Delft Bi-cycle Lab? Neem dan contact met ons op of kom een keer langs.

Meetfiets

Jord

i Koo

ijman

Testen bij de VU

Jord

i Koo

iman

fietsen_ontrafelen.indd 3 19-2-2010 13:19:06

Page 30: Slurf 14-3

Binnenvaart / Dredging en Waterbouw / Energie, Olie en Gas / Havens / Jachtbouw / Maritiem OnderwijsMaritieme Arbeids bemiddeling / Maritieme Dienstverlening / Maritieme Toeleveranciers

Offshore / (Petro) Chemie / Scheepsbouw en -reparatie / Visserij / Watersport / Zeescheepvaart

Woensdag 28 april 2010 11.00 -19.00 uurBeurs-WTC Rotterdam

Gratis toegang Vacatures en stages Meer dan 100 exposantenMaritieme netwerkborrel (17.30 – 19.00 uur) Topsprekers en workshops

MBO, HBO en WO Nautisch en Technisch

Hoofdsponsoren

Informatie en voorregistratie op:

www.maritimeoffshorecareerevent.com

Hét grootste evenement voor carrière en opleiding in de maritieme & offshore sector

Adv MOCE A4 v2.indd 1Adv MOCE A4 v2.indd 1 27-01-2010 16:16:0527-01-2010 16:16:05

Page 31: Slurf 14-3

de Slurf -maart 2010 - no. 3 31

ORAS is een studentenraadsfractie die staat voor de actieve en gemotiveerde student en richt zich op drie facetten van de TU Delft: goed onderwijs en faciliteiten en de moge-lijkheid tot ontplooiing. De basis voor een universiteit is goed onderwijs en faciliteiten, maar daarnaast vindt ORAS dat een stu-dent de kans moet krijgen om zich zo breed mogelijk te ontplooien. Onder ontplooiing verstaan we bijvoorbeeld commissie- en bestuurswerk, stages, sportactiviteiten, ver-bredende minors en het opzetten van een bedrijfservaring in het buitenland.

ORASMijn naam is Edske Smit en ik zit dit jaar namens ORAS in de studentenraad. Ik ben vierdejaars werktuigbouwkundestudent en lid bij Leeghwater. Twee jaar geleden heb ik de Rallycommissie van Leeghwater ge-daan en het jaar daarna ben ik gevraagd om de studentenraad in te gaan namens ORAS, om daarbij de studenten te vertegenwoordi-gen bij het College van Bestuur. Aangezien de studentenraad niet bekend is bij iedere student zal ik eerst even toelichten wat de studentenraad precies inhoudt. De studen-tenraad is de centrale studentenvertegen-woordiging van de TU Delft en de enige wet-telijke gesprekspartner van het College van Bestuur over alles wat studenten op de TU Delft aangaat. De studentenraad bestaat uit tien studenten, verdeeld over twee partijen, die zich een jaar lang fulltime inzetten om de studenten van de TU Delft te vertegen-woordigen. Vorig jaar zijn acht studenten

gekozen om als ORAS-fractie de studenten-raad in te gaan. Elke fractiegenoot heeft drie aandachtspunten: een fractiefunctie, por-tefeuille en specialisatie. De fractiefuncties zorgen ervoor dat er efficiënt gewerkt kan worden als fractie. De portefeuilles zijn de grote onderwerpen waar ORAS zich inhou-delijk mee bezighoudt en ieders specialisa-tie is een kleiner onderwerp dat niet in een bepaalde portefeuille past. Daarbij hebben we ervoor gekozen om de portefeuilles als volgt te verdelen: drie op onderwijs, twee op faciliteiten, campus en huisvesting, één op reglementen, één op ontplooiing interna-tionalisering en één op de ontplooiing van sport en cultuur. Zelf heb ik ervoor gekozen om aan de slag te gaan met onderwijs dus ik houd me bezig met het bindend studie-advies, studiebegeleiding en de aansluiting van het VWO met het WO. Het grootste on-derwerp is natuurlijk de invoering van het bindend studieadvies. Ik overleg elke twee weken met de BSa-implementatiecommissie om de stand van zaken te bespreken en houd daarbij in de gaten dat de door ORAS be-vochten randvoorwaarden, zoals een goede studiebegeleiding en het meenemen van de augustusherkansing, worden uitgevoerd.

ORAS en LeeghwaterNaast een goede informele band tussen de fractie en het Leeghwaterbestuur, werken we ook samen aan een betere 3mE-faculteit. Dit doen we door middel van enkele verga-deringen per maand via de studievereni-gingenraad, ook wel de SVR, en het facul-

Er zijn binnen de TU Delft een hele hoop regelgevingen en bedrijfsstructuren. Deze managementstructuur is over de jaren opgebouwd om de studies zo goed mogelijk aan te bieden. Het vergt echter veel energie om op dit niveau organisatorisch bezig te zijn, dus is er een afgevaardigde raad van studenten die voor ons een oogje in het zeil houdt, de Studentenraad. ORAS maakt deel uit van deze Studentenraad.door: Edske Smit

tair overleg met facultaire studentenraden. Ook daarbuiten hebben we speerpunten: in het verleden de invoering van Collegerama, de verbouwing van de collegezalen aanko-mende zomer en de locatie van de GaraCo. Daarnaast heeft ORAS een paar weken gele-den het eerste masteroverleg gehad. Het is goed om te horen dat Leeghwater druk bezig is om de masterstructuur op 3mE in kaart te brengen. Leeghwater spant zich ook in om een internationaal netwerk op te zetten binnen de IDEA League. Als studentenraad hebben we al een aantal jaren een overkoe-pelende organisatie van de Studentenraden binnen de IDEA League, de IDEALiStiC. We zijn in december naar Zurich gegaan om een conferentie van de IDEALiStiC bij te wonen. Hier is gesproken over de samenwerking en de uitbreiding van de samenwerking tussen de universiteiten op het gebied van onder-wijs en uitwisselingen. Er is besloten om de studieverenigingen aan elkaar te koppelen met Leeghwater en de andere werktuig-bouwkundige studieverenigingen als goed werkend voorbeeld. Leeghwater zal dus een voorbeeld zijn voor het TU-breed invoeren van samenwerking tussen studievereni-gingen op internationaal niveau.

Naast al deze punten zijn wij natuurlijk op nog veel meer vlakken actief. Mocht je vra-gen hebben over bijvoorbeeld de harde knip, het bindend studieadvies, werkplekken of Collegerama; kom bij ORAS langs, kijk op de site www.ORAS.nl, of stuur een mail naar [email protected].

ORAS

ORAS

oras[3].indd 3 18-2-2010 19:10:29

Page 32: Slurf 14-3

de Slurf - maart 2010 - no. 332

Een gemiddelde wasmachine verbruikt per wasbeurt ongeveer één kilowattuur aan elek-triciteit en ongeveer 24 liter schoon water. Dit lijkt behoorlijk veel voor een stapeltje schone kleren. Een andere manier om kleding te reinigen is het chemisch reinigen wat bij de stomerij wordt gedaan. Het woord ‘stomerij’ is eigenlijk een beetje een slechte benaming aangezien er helemaal geen stoom aan te pas komt. Bij het chemisch reinigen gebruikt men een zeer gevaarlijk chemisch goedje genaamd perchloorethyleen. Deze stof is gif-tig en kankerverwekkend en dat niet alleen: Als de stof voldoende verwarmd wordt, ont-bindt deze in een giftig strijdgas dat werd gebruikt in de Eerste Wereldoorlog. Het zou dus ook erg gevaarlijk zijn als deze stof nog in de kleding blijft zitten na de reiniging. De gehele wasprocedure duurt ongeveer een uur, waarvan er slechts tien minuten nodig zijn om daadwerkelijk te wassen. De rest van de tijd is nodig voor het verwijderen van de perchloorethyleen uit de kleding. Het grote nadeel aan het chemisch reinigen is dus het medium dat gebruikt wordt om het vuil op te nemen. De grote voordelen van chemisch reinigen zijn dat de kleren niet beschadigd, nat of gekreukeld raken. Het zou dus gewel-dig zijn als er een soortgelijke reinigingsme-thode zou worden ontwikkeld waarbij het gebruik van schadelijke stoffen drastisch ver-minderd of zelfs geëlimineerd wordt. Maaike

van Roosmalen vond dit een uitermate ge-schikt onderwerp voor haar promotieonder-zoek. Zij voerde haar promotieonderzoek uit bij hoogleraar Geert-Jan Witkamp en werd begeleid door dr. ir. Geert Woerlee, die met zijn bedrijf FeyeCon al jarenlang industriële toepassingen ontwikkelt voor CO

2.

KoolstofdioxideWasmachines kennen drie belangrijke in-grediënten: een medium wat het vuil kan opnemen, een wasmiddel om het vuil aan het medium te doen hechten en elektriciteit om de machine aan te drijven. Koolstofdi-oxide is een afvalproduct dat ontstaat bij veel processen in de industrie. Dit betekent dat het in overvloed voorhanden is. Voordat de afvalproducten weer in de atmosfeer worden losgelaten kunnen ze zich nu nuttig maken door kleren te reinigen. Vloeibare CO

2 wordt

al jarenlang gebruikt in de industrie en staat al enige tijd bekend om zijn uitmuntende reinigende werking. Vloeibare koolstofdi-oxide heeft een lage viscositeit en een hoge diffusieconstante en kan zich hierdoor ge-makkelijk door textiel bewegen. Een ander belangrijk voordeel aan CO

2 is dat het mole-

cuul hydrofoob is, ofwel niet waterminnend. Hierdoor lossen oliën en vetten er uitstekend in op. Om ervoor te zorgen dat andere stof-fen er ook goed in kunnen oplossen wordt het CO

2 iets minder hydrofoob gemaakt. Dit

Een luxe waar we allemaal allang niet meer zonder kun-nen is ongetwijfeld de wasmachine. De wasmachine zo-als wij die kennen verbruikt echter erg veel energie en schoon drinkwater. De oplossing hiervoor ligt mogelijk bij een van de grootste boosdoeners van de 21ste eeuw.door: Teun Koomen

mat

twit

mer

wordt gerealiseerd door er een alcohol aan toe te voegen, de zogeheten co-solvent.

WasmiddelOorspronkelijk zou het promotieonderzoek zich vooral richten op het ontwerpen van een CO

2-wasmachine. Al snel bleek dat de

nadruk niet op de machine zelf lag maar op de middelen die moeten worden toegevoegd aan de machine om met koolstofdioxide te kunnen wassen. Net als bij een conventionele wasmachine, zal lang niet al het vuil verwij-derd kunnen worden zonder het gebruik van een wasmiddel. Pas als het juiste wasmiddel aan het medium wordt toegevoegd kan al het vuil van de kleren worden “onttrokken”. De grootste uitdaging was om uit te zoeken hoe dit precies werkt en dit betekende dat Van Roosmalen zich moest verdiepen in de fysica en chemie van het wassen. Trekken de actieve bestanddelen in het waspoeder de vlekken letterlijk uit de kleding, zoals sommige wasmiddelenreclames beweren? Het blijkt geen volslagen onzin te zijn. Was-middel dat bij conventionele wasmachines wordt gebruikt bevat zogeheten amfipolaire stoffen. Amfipolaire stoffen hebben een kop die hydrofiel, en dus waterminnend is en een staart die hydrofoob en lipofiel is en dus waterafstotend en vetminnend is. Dit is de werking tussen zeep in water en dit zal niet hetzelfde zijn voor CO

2. Om ervoor te zorgen

Wassen met een afvalproduct

CO2 wasmachine.indd 2 19-2-2010 14:14:30

Page 33: Slurf 14-3

de Slurf - maart 2010 - no. 3 33

dat al het vuil oplost in het CO2 moest er dus

een nieuw specifiek wasmiddel komen. In Amerika bestonden er al enkele kleinscha-lige stomerijen die wasmachines hadden die waren aangepast om met CO

2 te werken. Ze

waren helaas niet in staat om dezelfde resul-taten als conventionele methodes te leveren omdat het juiste wasmiddel nog ontbrak. De oplossing bleek te liggen in surfactants. Surfactants zijn oppervlakactieve stoffen die de oppervlaktespanning, ofwel de neiging tot onderlinge binding van de moleculen, van een vloeistof kunnen verlagen. Een aan-tal surfactants waarvan werd gedacht dat deze goed zouden werken in koolstofdioxide werden als eerst getest. Deze bleken helaas niet naar verwachting te werken. Daarom werden er surfactants gebruikt die normaal gesproken in combinatie met water worden gebruikt. Het gewenste resultaat was nog niet behaald, maar ze kwamen wel dichter in de buurt van een oplossing. Uiteindelijk werden er aminen getest. Deze bleken de juiste eigenschappen te bezitten om goed met koolstofdioxide te wassen. Bij het sa-menvoegen van de aminen en koolstofdi-oxide ontstaan er zogenaamde zwitterionen die zowel een negatieve als een positieve pool bezitten en ook zowel een zure als een basi-sche groep. Het nadeel van de aminen is dat ze huidirritatie kunnen veroorzaken. Op een congres kwam Van Roosmalen in contact met een firma die de oplossing had: Amihope LL. Een huidvriendelijke, biologisch afbreekbare amide met dezelfde groepen als het zwitter-ion, wat werd gevormd bij de reactie tussen koolstofdioxide en de aminen. Verrassend was wel dat dit wasmiddel niet oplost in het medium. De meeste wasmiddelen die wel oplosten maakten de was vaak juist viezer.

TestopstellingOm gebruik te kunnen maken van koolstof-dioxide moet het eerst vloeibaar worden ge-maakt. Op kamertemperatuur wordt kool-stofdioxiode vloeibaar bij een druk van 73 bar. Dat lijkt misschien veel, zeker omdat we het hier over een wasmachine hebben, maar als deze druk wordt vergeleken met de con-densatiedruk van andere gassen is deze vrij bescheiden. Zo worden veel gassen pas vloei-baar als deze onder veel hogere druk staan en dan moeten deze ook nog eens sterk worden gekoeld. De verhoogde druk betekent na-tuurlijk wel dat er aan de CO2-wasmachine wat andere eisen worden gesteld dan aan de gemiddelde wasmachine thuis. In het labo-ratorium van het Process and Energy gebouw staat Van Roosmalens hoge druk testwasma-chine. Bestaande uit een dikwandig vat met aan beide zijde een raampje. Om het geheel af te sluiten, wordt er gebruik gemaakt van een indrukwekkende deur. Deze deur is zeer robuust en lijkt meer op een deur van een torpedoluik dan van een wasmachine. Als deze deur eenmaal geopend is, kan er in de roestvrijstalen binnentrommel ongeveer een halve kilogram wasgoed worden gede-poneerd.

ResultatenOm de werking van de wasmachine te tes-ten is er vuile was nodig. Natuurlijk wordt er niet zomaar wat willekeurig wasgoed op de afdeling van Process and Energy verza-meld en in de wasmachine gegooid. Een bedrijf in Vlaardingen, genaamd Center for Testmaterials BV, maakt op bestelling vuile doekjes. Deze doekjes zijn allemaal homo-geen en even sterk geconcentreerd vervuild. Op een aantal verschillende soorten stoffen worden de vijf meest voorkomende soor-ten vuil getest: boterzuur, eigeel, gekleurde plantaardige olie, klei en als laatste een sub-stantie bestaande uit huidvet en een stof die carbon black wordt genoemd. Deze doekjes worden vervolgens op grotere stukken tex-tiel bevestigd, om zo normale kleding met gelokaliseerde vlekken te simuleren. Aan het

wasgoed wordt zes kilo vloeibaar CO2 toege-

voegd en om het oplossend vermogen van de CO

2 te vergroten, gaat er nog 25 gram water

en 250 gram isopropylalcohol bij. Om de werking te optimaliseren wordt dan natuur-lijk ook nog het speciale wasmiddel eraan toegevoegd, namelijk tien gram Amihope LL. Na een wasbeurt van een half uur wordt het wasgoed gespoeld met schoon CO

2. Op

het moment dat de kleding uit de wasma-chine komt verdampt het, nog in de kleding aanwezige, CO

2 en is de was direct droog.

Vervolgens wordt het wasgoed met een spec-trofotometer beoordeeld op kleur. Zonder toevoeging van de speciale wasmiddelen gaf de wasmachine al goede resultaten als het ging om de boterzuur- en eigeelvlekken. Als de wasmiddelen eraan werden toegevoegd waren deze resultaten zelfs beter dan die van een conventionele stomerij. Vlekken veroor-zaakt door stoffen met grotere deeltjes die minder goed door de kleding kunnen bewe-gen zoals zand en klei, worden wel gereinigd maar nog zeker niet op hetzelfde niveau als dat van een stomerij.

ToekomstOf stomerijen over zullen gaan op wasmachi-nes die werken met CO

2 is nog maar de vraag.

Volgens Van Roosmalen hebben stomerijen het momenteel economisch zwaar en zul-len zij dus niet staan te springen om nieuwe apparatuur aan te schaffen. Om de werking van de wasmachines te verbeteren wordt op dit moment onderzoek gedaan om naast de standaardschoepen nog andere hulpmidde-len te gebruiken om de mechanische actie te vergoten. Dit zou bereikt kunnen wor-den door het toevoegen van nylon kralen. Vlekken met grotere deeltjes zullen zo beter kunnen worden gereinigd. Afgelopen jaar is promovenda Stevia Sutanto begonnen met het onderzoeken van de invloed van dit soort hulpmiddelen. Zij heeft nog geen baanbre-kende resultaten geboekt, maar de verwach-tingen zijn hoog. Als de mechanische actie verbeterd kan worden zou wassen met CO

2

wel eens de nieuwe standaard worden.

De testopstelling

Maa

ike v

an R

oosm

alen

Temperatuur-druk grafiek koolstofdioxide

Feye

Con

CO2 tank naast Process & Energy gebouw

Maa

ike v

an R

oosm

alen

CO2 wasmachine.indd 3 19-2-2010 14:14:32

Page 34: Slurf 14-3

de Slurf - maart 2010 - no. 334

In 1680 had de Nederlandse wetenschapper Christiaan Huygens als één van de eersten het revolutionaire idee voor een verbran-dingsmotor met buskruit als brandstof. De explosie van het buskruit moest een zuiger in beweging brengen die arbeid kon verrich-ten. De mensheid dankt al meer dan honderd jaar zijn mobiliteit aan dit prachtige staaltje mechaniek. In al die tijd is het basisprincipe van de verbrandingsmotor met zuigers het-zelfde gebleven, maar de laatste jaren komt de drang naar efficiënter gebruik van fossiele brandstoffen naar voren. Dit heeft geresul-teerd in een uniek concept van Nederlandse bodem: Een drastische verbetering van de viertakt verbrandingsmotor zoals wij die nu kennen.

Het principe Verbrandingsmotoren zijn op te delen in twee groepen, namelijk de inwendige en de uitwendige verbrandingsmotor. Bij de uitwendige variant wordt de energie van de brandstof van buitenaf aan de motor toege-voegd. Denk bijvoorbeeld aan een stoomma-chine; de brandende kolen zorgen ervoor dat water wordt omgezet in stoom. De stoom wordt vervolgens gebruikt om de zuigers in beweging te brengen. Bij een inwendige ver-brandingsmotor vindt de ontbranding van de brandstof in de motor zelf plaats. Voor-beelden hiervan zijn straal- of zuigermoto-

ren. Auto’s zijn, op enkele uitzonderingen na, uitgerust met zuigermotoren. Een zui-germotor is een vorm van een verbrandings-motor met cilinders en zuigers. Wanneer de motor draait, gaan de zuigers in de cilinders op en neer. Als de zuiger op het hoogste punt van zijn slag staat wordt het brandstofmeng-sel in de cilinder tot ontploffing gebracht. Deze zuiger zit vast aan een drijfstang die, sa-men met de drijfstangen van andere zuigers, de energie van de ontploffingen in de cilin-ders overdraagt aan de krukas. Zo wordt de lineaire beweging omgezet in een rotationele beweging. De krukas brengt de arbeid via de versnellingsbak over aan de wielen. Automo-toren zijn vaak viertakt motoren. Dat houdt in dat de vaste cyclus van die motoren vier slagen van de zuiger vereist. Als eerste is er de inlaatslag, dit is een neerwaartse slag van de zuiger vanaf het hoogste punt. Hierbij wordt er onderdruk in de cilinder gecreëerd, zodat het brandstofmengsel door de inlaat-klep bovenin de cilinder de verbrandingska-mer in wordt geduwd. Bij de compressieslag komt de zuiger weer omhoog en wordt het mengsel samengeperst, waarbij de druk en temperatuur sterk toenemen. Als de zuiger vervolgens op het hoogste punt staat, wordt de brandstof tot ontbranding gebracht. De neerwaartse beweging van de zuiger die daardoor volgt heet de arbeidsslag. Bij de laatste slag, de uitlaatslag, gaat de uitlaat-

Dat we voorlopig nog niet van de verbrandingsmotor af zijn is een feit. Voertuigen die rijden op alternatieve brandstoffen als waterstof of elektriciteit kunnen nog niet aan al onze eisen voldoen en dus blijven we grote hoeveelheden olie uit de grond halen. Tot de tijd dat de overstap naar alternatieve brandstoffen werkelijkheid is, kunnen de grootste besparingen behaald worden door het perfectioneren van de verbrandingsmotor, maar is dat nog wel mogelijk na honderdvijftig jaar in-novatie?door: Robert Draisma

pum

pjac

ksto

re

klep open en dwingt de zuiger de uitlaatgas-sen uit de cilinder. Vanaf daar begint de hele cyclus weer opnieuw.

Verbeteren van de efficiëntieDe algemene tactiek voor het verminderen van het verbruik van een auto, zonder ver-mogen in te hoeven leveren, is de cilinder-inhoud verminderen en de motor uitrusten met een turbo of een compressor. Door het verkleinen van de cilinderinhoud wordt het wrijvingsverlies van de motor verminderd.Dankzij de turbo of compressor wordt het vermogen opgevoerd tot het niveau van een grotere motor zonder deze hulpmiddelen. Een belangrijk aspect in het verhogen van de efficiëntie van een zuigermotor is de com-pressieratio. Dit is de verhouding tussen het totale volume van de cilinder en het volume van de cilinder wanneer de zuiger in zijn hoogste stand staat. Des te groter deze ratio, des te efficiënter is het motorblok. De com-pressieverhouding is echter niet oneindig groot te maken, want een te grote verhou-ding leidt, vooral bij compressor- en turbo-motoren, tot oncontroleerbare verbranding van het brandstofmengsel bij grote belasting van de motor. Dit fenomeen wordt ook wel pingelen genoemd. Dit betekent dat de com-pressieratio doorgaans is afgestemd op de si-tuatie waarbij het motorblok veel vermogen levert. Bij turbo- en compressormotoren is

Zuinig met olie

GoEngine.indd 2 19-2-2010 12:42:38

Page 35: Slurf 14-3

de Slurf - maart 2010 - no. 3 35

deze ratio heel laag om oncontroleerbare verbranding van het mengsel te voorkomen. Het gevolg daarvan is dat de motor bij nor-maal gebruik niet zo efficiënt is als mogelijk zou zijn. Bij lagere belasting van de motor is namelijk een hogere compressieratio moge-lijk, zonder dat de motor gaat pingelen. Op onder andere dit gebied brengt de nieuwe GoEngine een oplossing.

GoEngineDe GoEngine is een ontwerp van het Neder-landse bedrijf GoMecsys en is de afgelopen tien jaar ontwikkeld met behulp van onder andere het automotivebedrijf Prodrive. De GoEngine zorgt naar verluid voor een daling in het verbruik van tussen de dertig en vijftig procent ten opzichte van conventionele ben-zinemotoren, terwijl het vermogen juist ho-ger uitvalt. Naast het verminderen van de ci-linderinhoud en het toevoegen van een turbo zijn er nog drie andere efficiëntieverhogende maatregelen genomen. De belangrijkste daarvan is de variabele compressieratio. Deze techniek zorgt ervoor dat de compressieratio gevarieerd kan worden. Bij een lagere belas-ting van de motor kan de compressieverhou-ding verhoogd worden en als de motor meer wordt belast kan de verhouding weer worden verlaagd. Het gevolg is dat de efficiëntie van de motor onder gemiddelde belasting een stuk toeneemt. Bovendien kan de turbodruk aanzienlijk worden verhoogd, hetgeen meer vermogen oplevert. De variabele verhouding wordt bereikt door een ingenieus systeem. In tegenstelling tot bij normale motoren zitten bij de GoEngine de drijfstangen excentrisch op de krukas gemonteerd. Door middel van een elektromotor kan via een paar tandwie-len de as, waar de drijfstangen aan vastzit-ten, gedraaid worden. Op die manier kan de stand van het excentrische gedeelte en daar-mee de lengte van de slag gevarieerd worden. Een bijkomende innovatie van het bedrijf is de ‘over-expanded engine cycle’. Tijdens de vier slagen van de zuiger draait de krukas 720 graden. Door de excentrische bevestiging van de drijfstangen is de uitlaatslag korter dan

de compressieslag. Hierdoor is er minder drukverlies in de cilinder en stijgt de ther-mische efficiëntie tot wel twintig procent. Dit brengt ook als voordeel met zich mee dat een deel van de uitlaatgassen hergebruikt wordt bij de volgende ontbranding, met als gevolg dat de volumetrische efficiëntie ver-hoogd wordt. Deze efficiëntie gaat omhoog omdat er minder verse lucht in de cilinder ‘aangezogen’ hoeft te worden, hetgeen ver-mogen kost. Dankzij de vertanding tussen de krukas en het GoEngine-mechanisme draaien de toegevoegde mechanische com-ponenten om de variabele compressieratio te bewerkstelligen slechts op de halve snelheid van de krukas. Dit is gedaan om de wrijving, en dus het vermogensverlies, van de lagers en de mechanica te minimaliseren.

ToepasbaarheidOm het systeem betaalbaar te houden is het binnenwerk van de GoEngine zo ontworpen dat er geen drastische veranderingen hoeven te worden gemaakt ten opzichte van het hui-dige ontwerp van zuigermotoren. Bovendien is het systeem toepasbaar op een grote vari-atie aan automotoren, bij zowel benzine- als dieselmotoren. Alhoewel het meest gunstige verbruik bereikt wordt met een kleine twee-cilinder motor met turbo of compressor, is

de techniek ook geschikt voor grotere mo-toren. Zelfs bij auto’s met een achtcilinder motor kan het verbruik met veertig procent teruglopen, omdat de GoEngine hetzelfde vermogen levert met een kleinere cilinder-inhoud.

ToekomstDe GoEngine is uitvoerig getest en er wor-den nog altijd verbeteringen aan doorge-voerd. Ondertussen is er zelfs een samen-werking met een autofabrikant ontstaan om de GoEngine aan nog meer proeven te kunnen onderwerpen. Mocht deze techniek in de auto-industrie aanslaan, dan is dat een fantastische Nederlandse bijdrage aan het terugdringen van het verbruik van fossiele brandstoffen. Het verbruik, en dus ook de uitstoot van schadelijke gassen, van nieuwe auto’s zal dalen. Het probleem is echter dat deze techniek, hoe besparend ook, slechts symptoombestrijding is. Het echte dilem-ma, de eindigheid van fossiele brandstoffen, is niet opgelost zolang we nog afhankelijk zijn van het zwarte goud. De GoEngine geeft ons wel extra tijd om over te schakelen naar alternatieve energiebronnen.

Met dank aan Jerom van Roosmalen. Kijk voor meer informatie op www.gomecsys.nl.

De testauto van GoMecsys

GoM

ecsy

s

Krukas van de GoEngine

GoM

ecsy

s

De GoEngine met variabele compressieratio

GoM

ecsy

s

GoM

ecsy

s

Het binnenwerk van de GoEngine-krukas

GoEngine.indd 3 19-2-2010 12:43:08

Page 36: Slurf 14-3

de Slurf - maart 2010 - no. 336

Er zijn meerdere manieren om met behulp van de zee energie op te wekken. Er kan ge-bruik worden gemaakt van de getijden en van de sterke stromingen die zich onder het wateroppervlak bevinden. Verschillende lan-den in Europa houden zich hiermee bezig. Frankrijk maakt al gebruik van de getijden, maar Groot-Brittannië is de koploper met haar nieuwe technieken. Ingenieurs zijn druk bezig met het ontwikkelen van enorme dammen, vergelijkbaar met onze afsluitdijk en molens onder water. Aangezien er in de Noordzee een groot hoogteverschil tussen eb en vloed bestaat en de stromingen ook erg sterk zijn, kan daar goed gebruik van worden gemaakt.

GetijdendamOp maar twintig plekken in de wereld is het mogelijk om een rendabele getijdendam te bouwen. Alleen op deze locaties is het ver-schil tussen eb en vloed hoog genoeg om van te profiteren. De grootste getijdendam, de Rance, is de enige in Europa en bevindt zich in Noord-Frankrijk. Deze dam is al sinds 1966 in gebruik en heeft zijn kosten al terugverdiend. De kosten voor elektrici-teitsproductie per kilowattuur zijn voor de dam zelfs lager dan voor nucleaire energie. Een ander damproject, waar momenteel veel over wordt gesproken, is de Severn barrage uit Groot Brittannië. Op dit moment is het

een nog niet bestaande getijdendam tussen Engeland en Wales. Helaas is het project na uitvoerige studies stopgezet. De oorzaak hiervoor ligt bij de economische crisis waar ook de regering van Groot Brittannië onder lijdt. Als het Severn barrageproject met het grootste budget wordt aangepakt levert de getijdendam rond de 8,6 gigawatt, dat is vijf procent van de Britse elektriciteitsbehoefte. Een mooi groen project, dat helaas te duur is om nu te kunnen bouwen. Toch blijft de techniek erachter ontzettend interessant. Er zou een dam gebouwd worden van zes-tien kilometer lang in het gebied met het grootste hoogteverschil ter wereld tussen de getijden, namelijk van maximaal veertien meter. Dit grote verschil brengt een enorme stuwkracht met zich mee en levert twee keer zoveel energie als een getijdenverschil van negen meter. Het zal een werktuigbouwer niet verbazen dat deze kracht omgezet kan worden in energie. Dit gebeurt met behulp van wel tweehonderd turbines. Als het vloed wordt, staat het water aan achterzijde van de dam op een laag punt. De sluizen worden geopend en de vloed duwt het water door verscheidene tunnels in de dam, waar de turbines zich bevinden. Deze gaan draaien en leveren energie. Omgekeerd werkt het natuurlijk ook. Bij vloed stroomt het gebied achter de dam vol. Als het eb is, worden de sluizen opengezet en komt het water langs

Er wordt de laatste jaren veel gesproken over groene energie, vooral wind- en zonne-energie zijn veelbe-sproken. Een energiebron waar niet veel over gespro-ken wordt, is de zee met haar getijden en stromingen. En dat is eigenlijk gek: Wind kan wegvallen en de zon schijnt alleen overdag. De zee is krachtig en altijd aan-wezig, wat kunnen we hiermee doen?door: Carmen Molhoek

Mar

itie

me c

urre

nt tu

rbin

es

de turbines. Dit is het meest rendabele pro-ces in de hele cyclus. De hoeveelheid energie die wordt opgewekt tijdens vloed is minder dan tijdens eb. Vooral het hoogte- en het volumeverschil zijn van belang voor de hoe-veelheid energie. Omdat bij vloed het groot-ste volume aan de hoge kant zit, is het bassin snel gevuld en is er weinig tijd om energie op te wekken. Een andere manier om dit te doen is met luchtschachten. Het water duwt dan lucht door schachten en die lucht duwt dan de turbines aan. Het voordeel van een luchttunnel is de toegankelijkheid. Een na-deel is dat de dam hierdoor complexer en duurder wordt.

LaguneEen andere manier waarop er gebruik kan worden gemaakt van de getijden is met be-hulp van een lagune. De manieren om ener-gie op te wekken zijn hetzelfde. Het verschil tussen de lagune en de dam is dat de lagune een deel van het gebied afsluit en de dam het gehele gebied. Verder kan de lagune beter gebruik maken van de gunstige energieflow als het eb is. Over een groter oppervlak is het mogelijk om op dat moment energie te ver-krijgen. Ook zijn er veel natuurliefhebbers die meer zien in de lagune. Door het aanleg-gen van een dam ondergaat het gebied op ecologisch niveau een enorme verandering. De dam op zichzelf is wel milieuvriendelij-

Turning the tide

turning_the_tide.indd 2 19-2-2010 14:09:09

Page 37: Slurf 14-3

de Slurf - maart 2010 - no. 3 37

ker. Er is aanzienlijk minder beton en staal nodig om deze te realiseren, aangezien de dam “slechts” zestien kilometer lang is en een lagune groter uitpakt als er evenveel energie verkregen moet worden als met een dam. Een grote moeilijkheid van de getijden zijn de tijdstippen waarop deze benutbaar zijn. De dam kan geen constante energie le-veren, omdat er geen constante kracht is om de turbines aan te drijven. Eigenlijk heeft de dam maar tien uur per dag om energie te le-veren en kan dus niet 24 uur per dag energie leveren, zoals een kerncentrale wel kan.

MolensOm niet alleen naar het hoogteverschil van eb en vloed te kijken, is er ook nog een optie om alleen van de stroming gebruik te maken. De meest innovatieve ideeën zijn molens on-der water. Deze molens zijn in vergelijking tot de windturbines op land erg klein. De schoepen drijven de elektrische generator di-rect aan en hebben een diameter van veertien tot twintig meter. Er gaat dus geen arbeid verloren door verschillende overbrengingen van tandwiel op tandwiel en dit resulteert in een efficiëntie van wel 45 procent. Dit is hoger dan de dertig procent van windtur-bines. Ook de mechaniek is eenvoudiger en dat houdt de onderhoudskosten laag. De watermolens worden al sinds 1994 getest en het streven is om de onderwater molens in 2011 op grote schaal te gaan produceren. Er zijn verschillende soorten watermolens in ontwikkeling, zoals molens die net als windmolens de schoepen met de stroming mee kunnen draaien. Windmolens hebben natuurlijk altijd wind nodig, maar deze is er niet altijd. Een groot voordeel van de molens onder water is dan ook, dat de stroming al-tijd aanwezig is. Andere molens draaien niet mee, maar de schoepen kunnen wel twee kanten op draaien. Deze molens kunnen in-gezet worden als er gebruik wordt gemaakt

van getijden en zijn al in 2003 geplaatst. Ze hebben in 2008 hun maximum van 1.2 me-gawatt geleverd en hebben hun effectiviteit daarmee bewezen. Deze molens zijn inzet-baar op verschillende diepten. De grootste eis die er gesteld wordt, is natuurlijk dat er een goede stroming moet staan. Er wordt nu vooral gekeken naar dieptes tot dertig me-ter, dit wordt beschouwd als ondiep water. De stroming in ondiep water is sterker en de molens zijn makkelijker te verankeren. Ook is het onderhoud makkelijker omdat de molens beter te bereiken zijn. Inmiddels zijn de onderzoeken naar diepzeemolens ook ge-start. Het grote voordeel van deze molens is de beschikbare ruimte. Er zouden in de diepe zeeën in theorie hele velden aangelegd kunnen worden, windmolenparken in de At-lantische Oceaan bijvoorbeeld. Maar dit plan is nog ver van realisatie.

ToekomstNu men op land wel een beetje is uitgekeken op de vormen van groene energie is het water aan de beurt. Niet alleen de zeeën zijn inte-ressant, maar ook rivieren stromen altijd en zijn dus ook een goed punt om energie op te wekken. Dit wordt natuurlijk al gedaan met behulp van stuwdammen. Dus waarom is er

nog zo weinig aandacht aan de zee besteed? Steeds meer onderzoeken houden zich bezig met de ontwikkelingen van groene energie op watergebied. Het grootste nadeel van een dam en een lagune is de verstoring van de fragiele ecosystemen onder en boven water. Deze zijn zeer gevoelig voor stromingen en uiterst afhankelijk van de getijden. Met een dam wordt een heel gebied afgesloten en de veranderingen zullen kilometers ver te merken zijn. Veranderingen door de plaat-sing van een lagune zullen minder impact hebben, want niet het gehele gebied achter de lagune wordt afgesloten. Als er molens geplaatst worden, spelen deze nadelen niet mee. Ook dierenliefhebbers hoeven niet bang te zijn dat er vissen geraakt worden door de schoepen. De stelling is, dat dieren die in zulke sterke stroming kunnen zwem-men, dat goed genoeg kunnen om ook de molens te kunnen ontwijken. Helaas is de energieproductie van de zeemolens een stuk lager dan die van dammen en lagunes. Ver-der verandert de stroming ook door bijvoor-beeld het smelten van de poolkappen. Dit zijn moeilijkheden die hierbij komen kij-ken. Maar ondanks deze bezwaren, lijkt het een goed idee om met deze vorm van groene energie in zee te gaan!

De potentiele Severn lagune

DEC

C

De potentiele Severn dam

DEC

C

Onderwatermolen

OCS

turning_the_tide.indd 3 19-2-2010 14:09:10

Page 38: Slurf 14-3

de Slurf - maart 2010 - no. 338

Buienradar bevestigt dat het qua weer in ie-der geval een mooie dag wordt. Je kunt dus lopend naar die afspraak waar je net een her-inneringsmail van krijgt. Waar was dat ook alweer precies? Je hebt wel een adres, dus dat spreek je in en je smartphone navigeert je er naartoe. Je volgt de route en je smartphone weet dit. De kaart wordt meegedraaid. De juiste richting wordt zelfs met het daad-werkelijke straatbeeld vermengd. Een kader verschijnt om een gebouw, een café met een hoge beoordeling, misschien gezellig om na die afspraak naartoe te gaan. Realiteit en virtualiteit met elkaar vermengd. De bijzon-dere technieken die het leven vergemakke-lijken. Dit zijn slechts een paar voorbeelden van de vele ongekende mogelijkheden die huidige smartphones bieden. Hier komen hoogwaardige en interessante, maar com-plexe technieken bij kijken zoals A-GPS, digitale kompassen en accelerometers. Al die technieken zitten gepropt in apparaatjes die iets groter zijn dan een spel kaarten en nog geen honderdvijftig gram wegen.

Assisted GPS Voor plaatsbepaling maken de modernste smartphones gebruik van Assisted Global Positioning System of kortweg A-GPS. Ge-wone GPS maakt, zoals waarschijnlijk be-kend, gebruik van satellieten. Vanaf iedere plek op de aarde zijn altijd minimaal vier

GPS-satellieten zichtbaar. Deze satellieten zenden signalen uit die het tijdstip van zenden en de positie van de zendende satel-liet op het tijdstip van zenden bevatten. De afstand tussen zender en ontvanger wordt afgeleid uit het verschil in tijd tussen het zenden en het ontvangen. Deze tijd wordt zeer precies bepaald door atoomklokken in de satellieten. De afstand tussen zender en ontvanger kan als een straal van een bol gezien worden, een bol met als middelpunt de satelliet. Meerdere satellieten geven meer-dere van deze bollen. De plaats waar de bol-len kruisen geeft de positie van de ontvanger. Deze signalen moeten relatief sterk zijn. Een dichtbebouwde omgeving kan de signalen verstoren. Vaak is de ‘Time To First Fix’ dan ook lang, dat wil zeggen dat het even duurt voordat er contact is gelegd met de eerste satelliet. De daadwerkelijke plaatsbepaling laat daarmee op zich wachten. A-GPS ver-laagt de Time To First Fix, zodat er snel een redelijke schatting van de positie geven kan worden. Zoals de naam al doet vermoeden ondersteunt Assisted GPS de gewone GPS. Zo wordt het mobiele telefoonnetwerk gebruikt om extra informatie te verkrijgen. Deze ex-tra informatie kan bijvoorbeeld de plaats van satellieten zijn, zodat bekend is waar onge-veer gezocht moet worden. Of een deel van een GPS bericht, zodat er alvast een ruwe schatting van de eigen positie gemaakt kan

7:48, je smartphone wekt je, twaalf minuten eerder dan je had ingesteld, omdat je nu in je lichtste slaap bent. Hij heeft je hele nachtrust geregistreerd. Fijn, je hebt best diep geslapen. Even snel het nieuws bekijken, en de foto’s van het feestje van gisteravond die een vriend direct op facebook heeft gezet. Het lijkt een mooie dag te worden.door: Thijs de Groot

Gez

elsc

hap

Leeg

hwat

er

worden. Ook kan de telefoonmaatschappij aan de hand van de signaalsterkte van ver-schillende zendmasten een ruwe schatting leveren. Naast mobiele telefoonnetwerken worden ook wifi-netwerken gebruikt. Nu de plek van de smartphone op de aarde bekend is, wordt gebruik gemaakt van een digitaal kompas om de kijkrichting van de gebruiker te bepalen.

Digitaal kompasEen digitaal kompas is in principe een mag-netometer. Een magnetometer is een mag-neetsensor en meet dus de sterkte van mag-netische velden en kan ook de richting van die velden meten. De gevoeligheid van de magnetometers in smartphones moet dus zo zijn dat het magnetisch veld van de aarde gemeten kan worden. Het maakt niet uit of de telefoon rechtop of zelfs ondersteboven gehouden wordt, het magnetische noorden wordt altijd aangewezen. Dit komt omdat de sterkte in alle drie de dimensies gemeten wordt, dus in de x-, de y- en de z-richting, zodat de oriëntatie van het apparaat niet uit-maakt. De chip bevat onder andere een aan-tal individuele magneetsensors, bij de mees-te smartphones zijn dit Hall-elementen. Hall-elementen zetten de dichtheid van de magnetische flux om in een elektrisch sig-naal. De veldlijnen moeten loodrecht door de elementen lopen om gemeten te kunnen

Smart Phones

Smart Phones.indd 2 2/19/2010 11:10:33 AM

Page 39: Slurf 14-3

de Slurf - maart 2010 - no. 3 39

worden. In een plat vlak kunnen dus slechts twee van de drie dimensies gemeten worden. Door vier Hall-elementen slim te oriënteren en gebruik te maken van een magnetische concentrator worden de veldlijnen van het x,y-vlak zo gebogen dat ook de veldlijnen in de derde dimensie z bepaald kunnen worden. De Hall-elementen werken naar het principe van het Hall-effect, ontdenkt door Edwin Hall in 1879. Gewoonlijk lopen elektronen in een elektrische stroom ongeveer rechtdoor een materiaal. Wordt het materiaal en dus de elektronen in een magnetisch veld geplaatst, dan wijken de elektronen van dat rechte pad af door de lorentzkracht die op hen werkt. Hierdoor ontstaat een verschil in poten-tiaal tussen de randen van het materiaal, een voltage genaamd Hall-voltage. Doordat de elektronen van het rechte pad afwijken, verandert de lengte van het pad. Daarmee verandert ook de weerstand van het afge-legde stuk. De verhouding tussen het Hall-voltage en de inputspanning wordt de Hall-weerstand genoemd. De Hall-weerstand en het Hall-voltage nemen lineair toe met de sterkte van het toegepaste magnetisch veld. De veldsterkte van het magnetisch veld van de aarde is echter honderd keer kleiner dan velden die normaal gemeten worden. De vol-tages zitten dan ook in het gebied van enkele millivolts. Het signaal moet dus versterkt worden. Verder moeten afwijkingen door bijvoorbeeld de temperatuur gecompen-seerd worden. Ook moet het uitgangssignaal gedigitaliseerd worden. Zo bevat de chip dus nog veel meer geavanceerde elektronica. De oriëntatie van smartphones wordt compleet gemaakt door accelerometers.

AccelerometerHet grote breedbeeld van smartphones is fijn om films op te kijken en ook om een lange lijst door te scrollen. Voor beide toepassin-gen is echter een andere oriëntatie gewenst. Films kijken is fijner op breedbeeld, dat wil zeggen in horizontale stand, maar door een lijst scrollen is fijner in verticale oriëntatie.

Dat is geen probleem, want wordt het toe-stel gekanteld, dan kantelt de software het beeld mee. De smartphone registreert zijn oriëntatie met de accelerometer, ook wel ver-snellingsmeter genoemd. De basisprincipes achter de accelerometer zijn de tweede en derde hoofdwet van Newton, kracht is massa maal versnelling en massa is traag, toegepast in het bekende massaveersysteem. Het mas-saveersysteem kan versimpeld gezien wor-den als een massa in een behuizing die met elkaar verbonden zijn door een veer en een demper aan elke zijde. Versnelt de behuizing dan versnelt de massa ook, maar iets later. De massa raakt dus uit zijn nominale positie en komt dus tijdelijk met één zijde dichter bij een van de wanden. De verplaatsing van de massa wordt met een capacitieve sensor be-paald. In werkelijkheid zijn de dempers en veren ingewikkelde siliconen structuren. In de vereenvoudiging zijn het gewicht van de massa, de veerconstante van de siliconen structuur en nu dus de verplaatsing van de massa bekend. Uit de eenvoudige vergelij-king: Verplaatsing maal veerconstante is massa maal versnelling, volgt dan de versnel-ling. Dit is natuurlijk een vereenvoudiging ter verduidelijking. Zo hebben de siliconen structuren een dempingfactor. Er moet ge-dempt worden omdat het systeem anders een eigenfrequentie heeft en kapot zou kun-nen resoneren. Ook moet de acceleratie weer in drie richtingen, de x-, y- en z-richting, ge-meten worden. Verder komt er vanzelfspre-kend weer veel elektronica bij kijken om het geheel te vertalen naar bruikbare informatie voor de software. Smartphones gebruiken de accelerometer niet alleen om het kompas te ondersteunen en om de weergave aan te pas-sen. Zo wordt ook schudden geregistreerd, waardoor je bijvoorbeeld kunt schudden om een tekstbewerking ongedaan te maken. Ook hele kleine bewegingen worden heel precies geregistreerd. Zo kunnen er onder andere spelletjes mee bestuurd worden. De samenwerking van technieken als de accele-

rometer, wi-fi, touchscreen, spraakherken-ning, A-GPS en het digitaal kompas bieden ongekende mogelijkheden.

Mogelijkheden“Augmented reality”, realiteit aangevuld door de virtuele wereld. Je filmt, en door de gegevens van slimme technieken te combi-neren wordt de juiste richting in het beeld getoond. Je positie is snel opgepikt door de A-GPS techniek en door het digitale kompas in combinatie met de accelerometer is be-kend hoe je de smartphone vasthoudt en in welke richting je kijkt. Spelletjes kunnen op de meest intuïtieve manier gespeeld worden, simpelweg door je smartphone te bewegen of het beeld aan te raken. Zelfs de diepte van je slaap kan gemeten en geregistreerd worden door de accelerometer, doordat je in verschil-lende stadia van je slaap anders beweegt. En omdat de smartphone je in je lichtste slaap wekt, wordt je altijd fit wakker. Allemaal voorbeelden van mogelijkheden waar vijf jaar geleden nooit aan gedacht werd, die nooit voor mogelijk gehouden werden. Zo zijn er over vijf jaar technieken die mogelijk-heden bieden waar nu nog niet aangedacht wordt, die nu nog voor onmogelijk gehou-den worden en die ons huidige inbeeldings-vermogen te boven gaan. Mogelijkheden van technieken en ontwikkelingen blijven ons verbazen. Hoe doen de mogelijkheden van slimme telefoontechnieken ons over vijf jaar versteld staan?

iPhone 3GS met Navigation 3DX applicatie

Appl

e - P

lane

t Blu

e Art

GPS-satellieten

esam

ulti

med

ia

AK8974: Nokia N97 accelerometer

MEM

Sblo

g

Smart Phones.indd 3 2/19/2010 11:11:13 AM

Page 40: Slurf 14-3

leegh.indd 1 1-10-2009 10:33:20

Page 41: Slurf 14-3

Ik ben Joost, 30 jaar en sinds 1 januari 2008 werkzaam bij Frames als Junior Process Engineer.

Eigenlijk heb ik Frames leren kennen doordat ik vacatures op het internet zag staan. Ik had het niet meer zo naar mijn zin bij mijn vorige werkgever, zag een vacature van Frames en dacht: ‘dat is echt iets voor mij!’ Ik heb direct gesolliciteerd.

Een van mijn persoonlijke uitdagingen aan het werken bij Frames is om de achtergrond van een proces te leren ken-nen; hoe aardgas zich bijvoorbeeld gedraagt wanneer het droogt.

Kenmerkend aan de Frames cultuur vind ik de hele informele sfeer. Bij Frames ervaar ik een ‘recht door zee’ cultuur. Er heerst een losse en vriendschappelijke sfeer en we werken met een jonge club leuke mensen die allemaal een beetje dezelfde achtergrond hebben qua leeftijd en opleiding.

Het is fijn om in zo’n winstgevende en groeiende organisatie te werken, die bovendien ook nog een groeiend aantal bui-tenlandse vestigingen heeft. Naast doorgroeimogelijkheden in Nederland heb je ook genoeg kansen in het buitenland als je zou willen!

Mijn eerste project was een project die we in Abu Dhabi heb-ben opgeleverd. Dit project duurde ruim een jaar met een omzet van 14 miljoen. Dit project bestond uit 2 skids, een voorraadvat glycol, een andere skid met een glycol unit en 6 hogedrukvaten.

Om een voorbeeld te geven van de werkzaamheden van een

Naam: Joost WoerdenWerkt bij: FramesFunctie: Junior Process Engineer

“Ik zag een vacature van Frames en

dacht: dat is echt iets voor mij! “Junior Process Engineer tijdens een project: Laatst moesten we voor een Oostenrijks productiebedrijf in Wenen een complete plant van equipment voorzien. Er moesten va-ten, leidingen voor warmtewisselaars en een grote compres-sor geleverd worden. Je start dan met een simulatie waarbij je de grote lijnen bepaalt met behulp van een softwarepak-ket. Je gaat dan drukken, flows en temperatuur berekenen en bepalen. Op basis daarvan ga je de ‘equipment sizen’. Wat???

Anders gezegd, je gaat de grootte bepalen van de vaten. Als je dat hebt gedaan is het process ontwerp klaar voor de me-chanische en instrumentatie afdeling van Frames. Het leuke is dat je nauw samenwerkt met de mensen in je eigen team, maar ook organisatiebreed met je collega’s van de mechani-sche, instrumentatie en project afdeling.

Kijk op www.werkenbijframes.nl voor meer informatie.

Frames_advertorial_v2.indd 1 14-2-2010 14:54:39

Page 42: Slurf 14-3

de Slurf - maart 2010 - no. 342

Het schoonhouden van ons milieu en onze atmosfeer is vandaag de dag een erg intensief onderdeel van de techniek geworden. Dit on-derdeel is in twee groepen op te delen. In de eerste groep vinden we het reduceren van het vervuilgevaar: Nieuwe baanbrekende tech-nologieën die de ‘carbon footprint’ reduce-ren. Wasmachines, auto’s en zelfs huizen hebben groene, gele en rode labels om aan te tonen hoe zeer het milieu onder hen lijdt. In de andere groep zit het wegzuiveren van de schadelijke stoffen: Er zijn talloze concepten en ideeën om CO

2 en andere broeikasgassen

te zuiveren uit onze atmosfeer. Deze benade-ringen zijn allebei essentieel, maar gaan ons de aankomende eeuwen erg veel energie en geld kosten. Sommige wetenschappers zijn daarom begonnen met een geheel andere aanpak: terraforming.

Het conceptTerraforming is een hypothetische weten-schap die zich bezighoudt met het koloni-seren van andere planeten of planetoïden. Dit gebeurt niet, zoals vaak wordt verwacht, met een afgesloten omgeving die zich in de ruimte of op een planeet bevindt. Dus geen grote hermetisch afgesloten koepel of een ruimtestation als het ISS. Het koloniseren gebeurt door het manipuleren van de pla-neet zelf, door het nabootsen van de om-standigheden waaronder ook op aarde leven

is ontstaan. Dit klinkt alsof het idee recht-streeks uit een sciencefictionfilm is geplukt, maar niets is minder waar. Wetenschappers van NASA zijn er sterk van overtuigd dat het, met de huidige technologie, mogelijk is om de planeet Mars zo te manipuleren dat deze bewoonbaar zou worden.

Waarom Mars?De mogelijkheid om Mars te manipuleren wordt als eerste genoemd, omdat Mars het meest voor de hand ligt. Mars heeft alle ele-menten die nodig zijn om leven te herber-gen, namelijk: kool- en zuurstof in de vorm van CO

2 en water, wat vermoedelijk aan de

polen van Mars bevroren is. Als de ijskappen op de polen gesmolten zijn, is dit voldoende om de hele planeet te bedekken met een laag water van elf meter. Er zijn echter meerdere hemellichamen uit ons zonnestelsel geschikt voor terraforming door de aanwezigheid van kool- en zuurstof en water. Deze hemelli-chamen zijn de planeet Venus, een maan van Jupiter, Europa en de grootste maan van Sa-turnus, Titan. Europa en Titan zijn echter te ver verwijderd van de zon, waardoor de tem-peratuur te laag is. Venus staat te dicht bij de zon, wat een gemiddelde temperatuur van 482 graden Celsius als gevolg heeft. Mars is de enige planeet, die te terraformen is en dus hypothetisch gezien leven kan herbergen. De atmosfeer van Mars lijkt voor een groot

Sinds de Apollo 11-missie in 1969 lijkt de maan de ‘final fronteer’ te zijn. Tegenwoordig wordt er al steeds meer gewerkt aan het verleggen van deze grens naar onze dichtstbijzijnde buurplaneet, Mars. De eerste bemande vlucht naar Mars wordt vaak in verband gebracht met het manipuleren en bevolken van de planeet. Zal de mens de kunst om planeten naar hun beeld te scheppen ooit meester worden?door: Sten Ouborg

Star

tsw

itha

bang

.com

deel op de atmosfeer van onze planeet toen het leven miljarden jaren geleden ontstond. De atmosfeer van Mars bestaat voor 95,3 pro-cent uit koolstofioxide en de gemiddelde temperatuur is -63 graden Celsius. Onze at-mosfeer bestaat voor 78 procent uit stikstof en 21 procent uit zuurstof en is gemiddeld veertien graden Celsius. Deze samenstelling is essentieel voor ons om te overleven. Er gaat dus veel moeite zitten in het creëren van een mensvriendelijke leefomgeving in de bijzon-der grillige omstandigheden op Mars. Er zijn echter ook veel overeenkomsten tussen Mars en onze planeet. Zo staat Mars niet heel veel verder van de zon dan de aarde. De afstand van Mars tot de zon is “slechts” vijftig pro-cent groter dan de afstand van de aarde tot de zon. Doordat Mars zich op deze afstand van de zon bevindt, kunnen er seizoenen ervaren worden. Ook heeft Mars een draai-ing van 24 uur en 37 minuten; de aarde heeft een draaiing van 23 uur en 56 minuten. Een Martiaans etmaal is dus niet veel langer dan een aards etmaal. De hellingshoek van de draaias van Mars is 24 graden, die van de aarde 23,5 graden. Het enige verschil is dat de zwaartekracht op Mars drie keer zo klein als die op aarde. De verschillen tussen de planeten zelf zijn dus niet zo heel groot. De verschillen tussen de omstandigheden op de planeten op het gebied van temperatuur, atmosfeersamenstelling en zwaartekracht

Leven op Mars

terraforming_[3].indd 2 18-2-2010 20:21:20

Page 43: Slurf 14-3

de Slurf - maart 2010 - no. 3 43

echter wel. Om een leefbare omgeving te creëren op Mars, zullen die verschillen dus overwonnen moeten worden. Zoals al eerder gezegd, kost het veel energie om een relatief kleine ruimte hermetisch af te sluiten van de rest van de atmosfeer en om in die ruimte de atmosfeer kunstmatig op de juiste tempera-tuur en samenstelling te houden.

AtmosfeermanipulatieDe extreme temperatuur en atmosfeersa-menstelling zijn weg te werken door de at-mosfeer te manipuleren. Dat is een enorm proces, waarvan de beginnende fases zich uitstrekken over meerdere eeuwen. Voordat Mars geheel getransformeerd is, zullen we waarschijnlijk al een aantal millennia verder zijn. Er zijn drie theorieën over hoe de pla-neet naar onze hand gezet kan worden die allemaal op hetzelfde voortborduren. Als er wordt gezorgd dat zonnestraling langer op Mars blijft, warmt de planeet vanzelf op. Hiermee wordt de atmosfeer van de aarde nagebootst. Als er namelijk een zonnestraal op aarde aankomt, kaatst deze een aantal ke-ren tussen het aardoppervlak en onderdelen van de atmosfeer, zoals wolken heen en weer. Hierdoor wordt de zonnestraling goed benut en warmt de aarde op. De theorieën hebben dus allemaal dezelfde essentie: Het creëren van een atmosfeer die warmte vasthoudt.

RuimtespiegelsEén theorie beschrijft het gebruik van enor-me ruimtespiegels. Deze spiegels zouden op honderdduizenden kilometers afstand rond Mars cirkelen. Het zonlicht kaatst dan tus-sen de spiegels en het oppervlak van Mars heen en weer met opwarming tot gevolg. Als de spiegels op de polen van Mars ge-richt zouden worden, zou het ijs smelten. Door het smelten van de ijskappen zullen er broeikasgassen vrijkomen in de atmosfeer, zodat de planeet nog verder opwarmt. We-tenschappers hebben voorgesteld de spiegels te maken van Mylar, een PET-kunststof. Een spiegel met een doorsnee van 250 kilometer zou een opwarming van een paar graden te-weegbrengen. Zo’n spiegel zou met 200 000

ton veel te zwaar zijn om de ruimte in te schieten waardoor hij in de ruimte gemaakt moet worden.

Vervuiling verplichtEen andere mogelijkheid om de atmos-feer van Mars te veranderen is het gebruik van broeikasgasproducerende fabrieken. De laatste jaren hebben wij hier erg veel erva-ring aan opgedaan. Door uitlaatgassen van fabrieken is onze atmosfeer erg veranderd. Dezelfde opwarming kan worden verkregen op Mars door honderden “broeikasgasfabrie-ken” die op zonne-energie werken. Het doel van de fabrieken is het uitstoten van tonnen CFK’s, methaan, CO

2 en andere broeikasgas-

sen, maar ook zuurstof. De essentie van deze theorie is in wezen het nabootsen van foto-synthese op enorme schaal.

KometenregenEen andere geopperde theorie is nog wel het meest bizar. Wetenschappers stellen voor om bevroren ammoniakrijke kometen af te schieten op de planeet. De kometen, die zich in de buitenste ring van ons zonnestelsel be-vinden, zouden uit hun baan moeten worden gebracht door thermonucleaire raketmoto-ren. De motoren zouden op de één of andere manier moeten worden vastgemaakt aan een komeet en zouden de komeet uit zijn baan doen raken met een snelheid van vier kilo-meter per seconde, zodat de komeet tien jaar later inslaat op Mars. De komeet moet op zijn minst tien miljard ton wegen om effect te hebben op de planeet. Als een dergelijke

komeet op Mars zou neerstorten, zou dit 130 miljoen Megawatt vrij doen komen, ge-noeg om de hele aarde tien jaar van energie te voorzien. Als het mogelijk is om een der-gelijke komeet op Mars te doen inslaan, zou dit een temperatuursverhoging veroorzaken van drie graden Celsius. De plotse tempera-tuursverhoging zou een deel van de ijskap-pen doen smelten, waarbij een meer ontstaat ter grootte van Engeland. Meerdere van deze botsingen over een periode van vijftig jaar zouden zorgen voor een aangename tempe-ratuur en genoeg water om 25 procent van de planeet te bedekken. Het idee heeft één groot nadeel: De energie die bij elke inslag vrijkomt, is vergelijkbaar met de ontploffing van zeventig miljoen ton TNT, of de ontplof-fing van 1400 van de grootste atoombom-men ooit gebouwd. Deze inslag zou stofwol-ken doen opwaaien die jarenlang rondom de planeet zullen waaien. Meerdere eeuwen later, wanneer het stof is gaan liggen, zou de mensheid pas een voet kunnen zetten op de planeet.

ConclusieDe manieren waarop de atmosfeer en de temperatuur van Mars zouden moeten wor-den beïnvloed, zijn erg extreem. Enorme ruimtespiegels lijken onrealiseerbaar. Het uit de baan doen raken van kolossale kome-ten van miljarden tonnen is al even moei-lijk als dat het belachelijk klinkt. Vluchten naar Mars met materiaal, gereedschap en technici voor de broeikasgasfabrieken zul-len nog even op zich laten wachten. Toch wordt de eerste bemande vlucht naar Mars al gauw in verband gebracht met het ves-tigen van een kolonie op Mars of zelfs het terraformen van de planeet. Zullen we in de verre toekomst een shuttle naar Mars pak-ken om daar een weekendje te klimmen op Olympus Mons, de hoogste berg in ons zonnestelsel of een stevige wandeling door de Marineris-vallei, een vallei die drie keer zo diep is als de Grand Canyon? Het is niet ondenkbaar, maar als je denkt aan wat er moet gebeuren voor het zover is, dan zijn we nog wel even zoet.

Een computerbeeld van de Marineris-vallei

Jeff

Bry

ant

De verandering van Mars in fases

Wik

imed

ia

De verschillen tussen Mars en de aarde

Leeg

hwat

er

terraforming_[3].indd 3 18-2-2010 20:21:34

Page 44: Slurf 14-3

de Slurf - maart 2010 - no. 344

Die douchecabine wordt ook wel de Security Scan genoemd en deze is er natuurlijk niet voor niets. Sterker nog, hij is er voor je eigen veiligheid. Schiphol is het eerste vliegveld ter wereld waar de scanners grootschalig wor-den ingezet. Deze scanners werken met be-hulp van millimeter wave technologie. Met deze technologie kan men door kleren heen kijken, waardoor voorwerpen zoals messen, pistolen, explosieven en andere wapens snel ontdekt zullen worden. Zo kunnen terroris-tische aanslagen op en met vliegtuigen tegen worden gegaan.

WerkingDe reiziger gaat op de aangegeven plek in de sluis staan met de armen in de lucht. Binnen enkele seconden schuiven er voor en achter de persoon twee scanners heen en weer die de persoon in de sluis met elektromagneti-sche golven bestoken. Razendsnel kan ie-mand in een andere kamer het beeld, dat de scanner heeft gecreëerd, analyseren. Als er iets verdachts op de beelden te zien is wordt dit direct doorgegeven aan beveiligingsme-dewerkers. De reiziger kan al na drie secon-den de sluis uit en zijn reis vervolgen of even die vergeten bos sleutels uit zijn zak halen.

StralingDe technologie hierachter werkt als volgt: Wanneer een persoon in de scanner staat,

worden er elektromagnetische golven af-gevuurd. Als de golven van de straling de juiste lengte hebben, gaan deze golven door kleding en andere organische materialen heen. De frequentieband die hierbij gebruikt wordt, is extreem hoog. Deze ‘extremely high frequency’, kortweg EMF, gaat van dertig tot driehonderd gigahertz. Aangezien de golf-lengte op dat frequentiebereik varieert van één tot tien millimeter en vanwege de hoe-veelheid hertz, wordt deze methode ook wel de millimeter wave of terahertz genoemd.

Reflectie en absorptie De terahertz wordt naar gelang het opper-vlak gereflecteerd of geabsorbeerd. Metalen zijn goede reflectoren van elektromagneti-sche straling. Dit heeft te maken met de vele losse elektronen die metalen bezitten. Deze vrij bewegende elektronen kunnen relatief gemakkelijk energie opnemen van elektro-magnetische straling. Bij het opnemen van deze energie springen de elektronen naar een hoger energieniveau; een hogere ‘baan’. Hierna vallen de elektronen terug in het oude energieniveau. Daar komt energie bij vrij. Deze energie wordt weer uitgezonden in dezelfde soort elektromagnetische straling. Het metaal heeft de golf gereflecteerd. Maar waarom reflecteren niet alle materialen deze straling? Bij absorptie wordt de invallende elektromagnetische straling ook opgeno-

Je komt aan op Schiphol om enkele uren later te ge-nieten van een welverdiende vakantie. Drie minuten geleden nog de koffers ingecheckt. Al denkend aan een artikel van enkele Slurfen geleden over de reis die je koffer zal afleggen, loop je naar de douane. Bij de douane aangekomen staat er een soort grote glazen douche waar je voor enkele seconden op de aange-geven plek moet blijven staan. Dan gebaart er iemand dat je verder mag lopen. Je vervolgt je reis, maar die ene vraag blijft je achtervolgen. Waar was toch die enorme douchecabine voor?door: Marc van Etten

RNW

men door elektronen. Deze elektronen zitten echter vast aan atomen en niet los, zoals in metalen. Doordat de elektronen vast zitten, kunnen ze zich maar op een bepaald aantal energieniveaus bevinden. De ‘sprongen’ tus-sen deze energieniveaus komen overeen met de hoeveelheid energie van de fotonen van de elektromagnetische straling. Een ander verschil is dat de elektronen in deze absor-berende materialen zich niet zo vrij kunnen bewegen als de elektronen in een metaal. Ze ondervinden veel wrijving en botsingen in deze hogere energieniveaus. Hierdoor wordt een deel van de energie omgezet in een ande-re vorm, namelijk warmte. Aangezien niet de gehele straling terug wordt uitgezonden, is er sprake van absorptie. Als de energie van de fotonen van de elektromagnetische golf niet kan worden geabsorbeerd, omdat de ener-gie niet overeenkomt met sprongen die de elektronen van dit materiaal maken, zal deze door het materiaal heen gaan. De scanner ontvangt dan weer de straling en kan hier-van een beeld creëren. Deze actieve vorm van straling zorgt voor een uitstekend beeld met hoge kwaliteit. Een andere vorm van stra-ling zoals de passieve straling van de mens, de warmtestraling, is niet sterk genoeg om een nauwkeurig beeld te vormen. Een ander nadeel van de passieve straling is dat een pi-stool de lichaamstemperatuur aanneemt als hij al enige tijd tegen het lichaam verstopt

De naakte waarheid

Security_Scan[V3].indd 2 18-2-2010 19:11:52

Page 45: Slurf 14-3

de Slurf - maart 2010 - no. 3 45

zit. Daardoor zal de warmtestraling van het wapen gelijk zijn aan de warmtestraling van het lichaam. Het gevolg is dat het wapen niet wordt gedetecteerd. De millimeter wave heeft ook enkele nadelen. Naast het nadeel dat, ten opzichte van het gebruik van infra-rood, het veel energie kost om de straling op te wekken, vormt water een obstakel. Water kan de terahertz zeer goed absorberen. Dit geeft in eerste instantie geen problemen. Maar wanneer personen nat of erg bezweet zijn, kunnen delen van het lichaam een on-nauwkeurig en incompleet beeld geven.

Explosief of voedingNaast het feit dat we met behulp van de mil-limeter wave technologie een nauwkeurige afbeelding kunnen krijgen van het lichaam zijn er nog meer voordelen. Eén daarvan is dat verschillende stoffen onderscheiden kunnen worden. Want wanneer weet je of de persoon een explosief of gewoon voeding bij zich heeft? Door de frequentie van de tera-hertz te veranderen kan men explosieven en drugs onderscheiden van onschuldige stof-fen. Dit komt doordat iedere stof een bepaal-de transmissie en coëfficiënt van absorptie en reflectie heeft. De transmissie zal nage-noeg constant zijn maar de reflectie kan ver-anderd worden via de terahertz. De frequen-tie van de terahertz ligt in het natuurlijke gebied van de moleculen. Hierdoor krijgt iedere stof zijn eigen unieke ‘vingerafdruk’. Met behulp van deze vingerafdruk kan er gekeken worden om welke stof het gaat.

Ongezond?Mensen denken al snel dat straling schade-lijk is voor de gezondheid. Bij röntgen- en UV-straling is dat ook het geval. Om men-sen toch mee te laten werken aan deze vei-ligheidsmaatregel, is het uiterst belangrijk dat de straling geen schade zal aanrichten. Ook om deze reden wordt er bij de Security Scan de methode van de millimeter wave gebruikt. De straling bij de scans is, in te-

genstelling tot bij andere stralingen, niet ioniserend. Röntgenstraling en gammastra-lingen zijn dit bijvoorbeeld wel. Ze bezitten veel energie die de elektronen uit de atomen kunnen verwijderen. Hierdoor ontstaan er ionen die levende cellen van de mens aan kunnen tasten.

PrivacyHoewel er bij deze methode geen gevaar is voor ongezonde straling, vinden sommige mensen het nog steeds niet prettig om zich-zelf bloot te stellen aan de straling. Komen er naaktfoto’s van mij op het internet? Zit er iemand, misschien wel de buurman, naar naakte beelden van mijn vrouw en kinderen te kijken? Dit probleem rond de schending van de privacy is inmiddels al van de baan. Ten eerste is het gezicht van het gescande lichaam met behulp van gezichtsherken-nende software, door de computer onher-kenbaar gemaakt. Daarbij komt dat mede-werkers van de douane de personen zelf niet zien, omdat ze in een apart hokje zitten. Ten tweede is er nieuwe Duitse software die de mogelijkheid biedt om het scanresultaat om te zetten in een schematische weergave met daarop de eventuele markeringen die wijzen

op verboden voorwerpen. Het beveiligings-personeel krijgt dus geen naakte lichamen meer te zien. Hierbij valt echter nog iets te zeggen over het feit dat er geen menselijke factor meer zal zijn. Het kan gevaarlijk wor-den als de software faalt, de menselijke con-trole is dus niet geheel overbodig. Zorgen om het uitlekken van foto’s zijn ook onnodig omdat er geen ruimte op de computer is om beelden op te slaan.

ToekomstHet ministerie van Binnenlandse Zaken heeft het Rotterdamse politiekorps en de VtsPN, een landelijke ondersteuningsdienst voor de politie, een half miljoen euro subsidie gege-ven om te werken aan de ontwikkeling van een mobiele scanner. De politie zal de scan-ners in kunnen zetten bij evenementen en voetbalwedstrijden en bij in- en uitgangen van het openbaar vervoer en winkelcentra. Dit is een goed alternatief voor het preven-tief fouilleren. Dit zorgt voor een snellere doorstroming en het is bovendien prettiger voor de burger. Ook in de mobiele scanners zal de terahertz goed van pas komen. Deze millimeter wave kan namelijk een bereik van vijftien à twintig meter hebben. Dit geeft voor sommige situaties een enorm voordeel. Zo kunnen er scans uitgevoerd worden op een veilige afstand. Het weer zal ook een rol kunnen spelen. Zoals eerder in het artikel te lezen was, absorbeert water de straling en zal er ook op dat vlak verder onderzoek gedaan moeten worden. Niet alleen het weer zal tegen kunnen werken. Ook de privacy van de burgers zal geschonden worden wanneer agenten op straat scans kunnen uitvoeren. Het eerste prototype zal volgens de verwach-tingen over drie jaar uitkomen. De grote vraag blijft of we aanslagen binnenkort tot het verleden kunnen rekenen met behulp van de toepassing van millimeter wave tech-nologie.

Scan op Schiphol met een schematische weergave.

RNW

Het resultaat van de scan

Inde

pend

ent T

elev

isio

n N

ews

Het frequentiespectrumW

ikim

edia

Security_Scan[V3].indd 3 18-2-2010 19:12:00

Page 46: Slurf 14-3

column

de Slurf - maart 2010 - no. 346

Tijdens het Slurfweekend is er naast het vele harde werken natuurlijk ook een klein beetje ruimte voor ontspanning. Zelfs de getrainde re-dactie heeft dat nodig. Vandaar dat er wel eens een YouTubefilmpje tegenaan wordt gegooid. Dit weekend is mij één persoon in het bijzonder opgevallen: zanger Rinus. Deze fantastische kerel is het brein achter de YouTubehit die velen vast al kennen: Hey Marlous. Hoe hadden wij dit weekend vol moeten houden zonder de vrolijke tonen van deze zanger? Gelukkig hebben we niet de hele tijd naar hetzelfde nummer hoeven luisteren. Het fascinerende van youtube zijn de suggesties die de zoekmachine geeft. Als je toch naar Rinus aan het zoeken bent, helpt youtube een handje en kan je eindeloos door blijven klikken, zodat ook al zijn vriendjes voorbij komen en je weer een paar uur van je leven kwijt bent. Maar gelukkig duikt Rinus ook op in filmpjes van andere artiesten en dan wel met een meester-lijke dansmove die ongetwijfeld ook een hit gaat worden en doet hij niets anders in het hele drie minuten durende filmpje. Het is toch ongelooflijk dat iemand zoiets kan produceren. Hij wordt nu zelfs in de column van de Slurf genoemd en dat gebeurt natuurlijk niet zomaar. Het fantastische van youtube is ook de snelheid waarmee de

filmpjes verspreid worden. De ene dag zijn er hooguit tien hits op een filmpje en de volgende dag heeft iedereen het over Rinus. Zou hij herkend worden op straat? Hoe gaan mensen daar met hem om? In de filmpjes maakt hij misschien niet een hele goede eerste indruk, maar het is waarschijnlijk een hele gezellige jongen. We weten het niet. Misschien dat er binnenkort een meet-and-greet gewonnen kan worden met deze Rinus uit Drachten. Dan komen we eindelijk te weten wie deze geheimzinnige Marlous is. Want we zijn daar al-lemaal nieuwsgierig naar. Is het de dame uit het filmpje of toch een ander? Het is toch iets wat je bezighoudt. Maar ondertussen dient de volgende hype zich alweer aan: MC Martin. Weer een nieuwe held is opgestaan op youtube. Of wordt het toch De Witte Chocolade song? Het zijn allemaal van die fantastische nummers, dat je niet meer kan kiezen. Het is best bizar dat je met dit soort “ritsibi ritsiba ritsiboem” (een mooi stukje tekst van onze zanger Rinus) heel Nederland in z’n greep kan houden. Ik weet helaas niet welke koning youtube is ge-start, maar ik kan namens de gehele Slurfredactie spreken als ik zeg: Dankuwel dat wij nu mensen als zanger Rinus kunnen bewonderen.CM

nawoordHet was volle bak op het Leeghwaterkantoor tijdens het winterse Slurfweekend. Na de mooie succesverhalen over de Slurfweekenden van afgelopen jaren allemaal gehoord te hebben, besloot de huid-ige Media Jaarboek en Agenda Commissie (MJAC) dat zij deze drie leeghendarische dagen ook eens van dichtbij mee moesten maken. Terwijl buiten de sneeuw uit de hemel viel, zaten de Slurfers zich binnen in het zweet te werken. De MJAC zag het doorzettingsver-mogen, de intelligentie en de deskundigheid van de Slurfredactie en raakte daardoor zodanig geïnspireerd dat zij elkaar beloofden dat hun agenda en jaarboek genialer dan ooit zouden worden. Om de energiereserves gedurende het weekend weer aan te vullen was er op

vrijdag professioneel boodschappen gedaan en hadden wij onder an-dere de beschikking over honderd hete sneetjes. Dit, in combinatie met menig Nederlands volkszanger en boyband die via de luidsprek-ers beide commissies bereikten met hun levenslessen, vormde de suc-cesformule voor dit weekend. Ondanks enig gelanterFant op zijn tijd werd er alle dagen bergen werk verzet. Welverdiend waren dan ook de pinda’s die vrijdagnacht door de olifanten bij de drinkplaats ge-nuttigd werden. Je zult het niet geloven, maar ook olifanten worden wel eens moe. Gelukkig kwam er op zaterdag hulp in de vorm van een verdwaalde Fries en een roze vogel. Zij wisten hun energie over te dragen aan de Slurfers en zo ging het knutselen aan het derde num-mer van deze jaargang weer verder. Op zondagmiddag zagen de aan-wezige leden van het 142ste bestuur dat het goed was en verlieten ze het kantoor om, met behulp van de dateservice, te dineren met hun wederhelften op deze, voor hen zeer speciale, 14-2. Genieten van een romantische Valentijnsdag in de sneeuw zat er voor de Slurfers niet in, daar zij de gehele zondag aan het worstelen waren met een scala aan computerprogramma’s om de Slurf weer een professionele look te geven. De daarmee gepaarde frustraties verdwenen als sneeuw voor de zon toen duidelijk werd dat er weer een Fantastische editie van de Slurf geboren was.

Met Slurf hoogh groeten wij u,De Slur ommissieG

ezel

scha

p Le

eghw

ater

Template_Column_Nawoord.indd 2 19-2-2010 10:57:50

Page 47: Slurf 14-3

Werken bij IHC Merwede betekent werken aan grootse projecten. We zijn wereldmarktleider in de bouw vangespecialiseerd baggermateriaal en complexe custom-built-off shoreschepen. Vele tonnen staal die door de kennis enkunde van onze mensen tot leven komen. We bouwen echter niet alleen schepen, maar ontwikkelen ook hoogwaardigequipment voor die schepen en combineren en integreren dit waar relevant. Zonder de bijdrage van onze mensen- hoe klein soms ook - rolt er geen schip van de helling af. En die bijdrage wordt bij IHC Merwede groot beloond. Naastuitstekende arbeidsvoorwaarden krijg je bij ons de kans om alles uit jezelf en je vak te halen. We zien graag dat je jezelfbij ons ontwikkelt, groeit en doorstroomt. En in het tempo dat je zelf bepaalt. Want groter dan bij ons kun je niet worden.

Kijk voor actuele vacatures, traineeships en stage- en afstudeermogelijkheden op onze site.

www.ihcjobs.nl

IH-290473.indd 1 19-11-09 14:28

Page 48: Slurf 14-3