CUI-project WCM: EFC-richtlijn vertalen in concrete tools
Cini-voorzitter Gino De Landtsheer: ”Innovatie, open toegang en één gezicht isolatiebranche”
Stikstofpompen Gasunie peakshaver in cryogene Foamglas-isolatie
MagazineMagazineVAKBLAD VOOR DE NEDERLANDSE ISOLATIESECTOR
OFFICIEEL ORGAAN VAN DE NEDERLANDSE VERENIGING VAN ONDERNEMERS IN HET THERMISCH ISOLATIEBEDRIJF (VIB), DE STICHTINGEN CINI, NCTI EN OOI - JAARGANG 17 - DECEMBER 2015
THEMA:CORROSIEPREVENTIEISOLATIE
68
Charles Petitweg 39
4827 HJ BREDA
Telefoon algemeen: 0031 (0)76 587 52 52
Telefoon verkoop: 0031 (0)76 587 12 34
Telefax: 0031 (0)76 587 12 33
www.hanko.nl
www.hanko.nl
Ancillaries
Geperforeerde plaat
Folie
Tapes
Blindklinknagels & parkers
Binddraad
Kitten
Gaas
Gereedschap
Isolatie-leidingbeugels
Tracing
Coatings & primers
Lijmen
Butyl- & butyleenfolie
Jacketing
Aluminium
Roestvaststaal
Aluzink
Sendzimir verzinkt
Armco type 2
Gelakte plaat
Platalband
Vloer- &traanplaat
Spanband & stormband
Profielen
Sluitingen
UV –hardend polyesterplaat
PVC Isogenepak
ANCILLARIESINSULATIONJACKETING
Dé leverancier van de Benelux
Insulation
Knauf
Rockwool
Paroc
Isover
Kaiflex
Armaflex
Insulfrax
Promat
Hanko Foamglass
Hanko PIR XPS EPS
Climaflex
Trocellen Noise Reduction
Danmat Isogenopak
COMMENTAAR INHOUD
Smart Insulation
Topsectoren, Smart Industry, Internet of things, Industrie 4.0. In deze vergelijkbare en ver-weven begrippen uit Nederland, China en Duitsland vloeien mijns inziens twee lijnensamen op een historisch knooppunt. De eerste lijn vertegenwoordigt de doorlopende,onstuitbare vooruitgang. De huidige digitale, flexibele en gedetailleerde integratie vanmachine, mens, communicatie opent een nieuw tijdperk na de eerdere industriële revolu-tie, mechanisatie en automatisering. De tweede lijn vertegenwoordigt de economischeconjunctuur. Na de crisis bloeit de economie voorzichtig op, maar niet als vanouds. Er ont-staat een nieuwe houdbare economie die groei creëert door het principiële evenwicht teherstellen tussen welvaartsgroei, welzijn en respect voor de natuur. Het is niet ondenkbaardat de venijnige crisisdiepte en –lengte is bepaald door het samenvallen van deze massie-ve ontwikkelingen. In dat geval, en vooral bezien op lange termijn, is de crisis een ‘bles-sing in disguise’.Krijgt de technische isolatiesector te maken met de nieuwe economische en maatschap-pelijke realiteit? Nou en of, we zitten er al midden in. Het is de drijfveer achter de groteinvesteringen in de Westeuropese industrie en de op gang komende transformatie vanutiliteitsgebouwen. De isolatiesector merkt het in – zo hoor ik van verschillende kanten –kwantitatief en kwalitatief betere projecten. Ja, ook prijs-prestatielat ligt uitdagend hoog.Maar dat kunnen we aan, omdat we als vanzelfsprekend investeren in efficiëntie, in nieu-we technologie en in ketensamenwerking. De afstand wordt steeds korter tussen projecti-dee, tekentafel en de laatste isolatieparker die installatie, omgeving en portemonnee min-stens vijftien jaar beschermt tegen energieverlies en corrosievorming. Digitale engineering,nauwe en gestroomlijnde samenwerking tussen projectpartners, doelmatige inspecties enonderhoud. Stevige voorstellen en gedegen rapportages in hettekentafelstadium. De isolatiesector is ‘fit’ voor Smart Industry. Enblijft eraan werken: ook voor het isolatiebedrijf is de toekomstgelukkig nooit af.
Hans Koole
Voorzitter VIB
”Innovatie en ééngezicht”
Een Belgische opdrachtgever aan
het CINI-roer. Dat lijkt radicaal, zegt
de nieuwe voorzitter Gino De
Landtsheer. “Maar niet vreemd als we vanuit isolatieperspec-
tief de industrieconcentratie bekijken in de driehoek
Zeebrugge-Antwerpen-Rotterdam.” De technicus pur sang en
beheerder van jaloersmakende isolatiesystemen pakt het voor-
zitterschap doortastend op. Op de agenda: innovatie, toegan-
kelijkheid en “met één gezicht de isolatiebranche neerzetten”.
Stikstofpompen Gasunie in Foamglas
De LNG-installatie van Gasunieop Maasvlakte I kent twee seizoe-
nen: van 1 november tot 1 april moetdeze peakshaver binnen enkele urenkunnen ‘uitzenden’. Op het randjevan de twee seizoen voltooiden deisolatiespecialisten de drielaagseFoamglas-isolatie van vier zware cryo-gene dompelpompen. “Precisiewerkmet één kans om het goed te doen”,zegt Wiko Rotterdam bij monde vanEmil Mosch.
Non-destructief onderzoek en boerenverstand
Inspectie en non-destructief onderzoek (NDO) zijn onmisbaar in
de strijd tegen corrosie onder isolatie. NDO- en inspectiespecialist
Mistras zet wereldwijd geavanceerde
technologie in om CUI te detecteren en
te voorkomen. Nicolas Osselaer geeft
een overzicht van de technieken. Hij
benadrukt dat technologie niet-alleen-
zaligmakend is: “Begin met eigen ogen
en boerenverstand.”
7
DECEMBER 2015 ISOLATIE Magazine ............... 3
Verder in dit nummer:
Isolatie Journaal 5
CINI: Corrosiepreventie begint op tekentafel 12
Industriebreed CUI-offensief World Class Maintenance 14
Olie- en gasindustrie zet in op Armaflex 18
“CUI is managementprobleem” 28
NCTI: Isolatiespecialist steunt CUI-preventie 30
Rockwool lanceert lichtgewicht SeaRox-programma 32
VIB-project ontsluit toegevoegde waarde utiliteitsisolatie 38
Industrieconferentie: “Manager aan de kostenknop” 41
OOI: Huis van de Isolatie vol operationeel 42
Corrosiepreventie utiliteit start met coating 44
Bij de voorpagina: Een goed of zelfs perfect ogendeinstallatie kan onder de schone schijndure corrosie onder isolatie verbergen.De industrie spant zich in om dit pro-bleem de wereld uit te helpen.Onderhoudsorganisaties, nationale eninternationale kennisinstituten en iso-latiebedrijven nemen het voortouw.
ISOLATIE Magazine is het vakblad voor de isolatiesector
en tevens het officieel orgaan van de Nederlandse
Vereniging van Ondernemers in het Thermisch
Isolatiebedrijf (VIB), de Stichting Opleidings- en
Ontwikkelingsfonds voor het Isolatiebedrijf (OOI),
Nederlands Centrum voor Technische Isolatie (NCTI) en de
Stichting Commissie Isolatie Nederlandse Industrie (CINI).
ISOLATIE Magazine verschijnt vier maal per jaar. Leden en
Buitengewone Leden van de VIB ontvangen ISOLATIE
Magazine uit hoofde van hun functie. Het magazine
wordt tevens kosteloos toegezonden aan professionals in
de branchekolom, waaronder isolatie-ondernemers,
opdrachtgevers, raadgevende ingenieurs, overheden en
beleidsmakers, onderhoudsmanagers en installateurs. U
kunt het abonnement aanvragen of beëindigen via
Uitgave:PrintrendementTituslaan 13, 6642 AP BeuningenT (024) 677 69 30E [email protected]
Redactie:Ewald LohmannAlinea-StokvischWingerdstraat 63, 6641 BM BeuningenT (024) 675 18 93E [email protected]
Redactieraad:Jan Zanen (VIB) Paul de Koning (NCTI en CINI)Remco Hiemstra (Armacell International)Frank Geukemeijer (Rockwool Technical Insulation BV)Hans Koole (VIB)George Kruithof (OOI)
Advertentieverkoop:Henk van der BendAdvertentietarieven op aanvraagT (024) 677 69 30E [email protected]
Uitgever: Yvonne van der Bend
Voor meer informatie over de VIB: Jan Zanen, Algemeen Secretaris VIBPostbus 2600, 3430 GA Nieuwegein T (030) 630 04 04 F (030) 605 32 08 E [email protected]
Voor meer informatie over de Stichting OOI: Postbus 2600, 3430 GA Nieuwegein T (030) 630 04 04 F (030) 605 32 08 E [email protected]
Voor meer informatie over de Stichting CINI en NCTI: Paul de Koning, Manager NCTI T (0181) 69 80 30
Fotografie:PhotolAlinea-StokvischKees de Vries
Vormgeving:PINTA grafische producties, Benschop
Druk: Printrendement
© 2015, Printrendement
24
36
Merford is producent, groothandel en specialist in geluidsbeheersing. Tot eind 2015 pro;teert u van 30 % korting op isolatiematerialen.
Merford biedt meer! ▪ Standaard of op maat gemaakte panelen, deuren,
dempers en geluid gedempte roosters.▪ Plaatwerk, snijden, ponsen, omkanten, laseren.
Van ontwerp tot en met productie.▪ Akoestisch laboratorium, anti-geluid, geluids-
maskering en geluidsgarantie.▪ Akoestische, brandwerende Atex deuren.
MERFORD ACOUSTIC MATERIALS LEVERT RECHTSTREEKS ISOLATIEMATERIAAL
Wij bieden:▪ Productie en distributie van geluidoplossingen.▪ Persoonlijk en deskundig akoestisch advies.▪ Ruim assortiment met onder andere Mer;Sol en
Merfolood.▪ De akoestische kennis die u van ons gewend bent.
Pro;teer dit jaar nog van onze unieke
aanbieding! Bestel snel en eenvoudig
met 30% korting op shop.merford.com.
Mark Schreuder | Merford Acoustic Materials
Tel: 0900-merford | [email protected] | shop.merford.com
Acusticab met Senzimir verzinkte staalplaat
Kortingscode: MERFISOL-30
THERMISCHE, AKOESTISCHE en BRANDVEILIGE ISOLATIEOPLOSSINGEN
Opdrachtgevers zien Insulation Solutions steeds vaker als het
‘kenniscentrum’ op het gebied van thermische, akoestische en
brandveilige isolatie voor de utiliteitsbouw, industrie en scheeps-
bouw. Een groot compliment, waarvoor we ons dagelijks blijven
inzetten.
Door een uitgekiende logistiek en eigen productie kunnen wij snel
en meestal direct uit voorraad leveren tegen competitieve prijzen.
Oplossingsgericht denken, handelen en adviseren de basis voor onze werkwijze
Insulation Solutions B.V.
Minosstraat 40 1722
P.O. Box 5003
5004 EA Tilburg
The Netherlands
www.insulationsolutions.nl
VCA is basisbagage
.COM YRY
ISOLATIE JOURNAAL
Industriële isolatie levert. Met deze kernachtige bood-
schap markeert de Europese Federatie voor Industriële
Isolatie EiiF de klimaatdiscussies rondom de klimaattop
COP21 te Parijs.
EiiF zet in een brochure het isolatiepotentieel voor de
Europese Unie op een rij:
• Aanbrengen van ontbrekende en reparatie van bescha-
digde isolatie bespaart 460 petajoule per jaar. De beno-
digde eenmalige investering van € 900 miljoen bespaart
de industrie € 3,5 miljard productiekosten op jaarbasis.
• De gemiddelde terugverdientijd van isolatie-investerin-
gen is één tot twee jaar. Het is bovendien een van de
gemakkelijkst te implementeren energiebesparende
technieken. In de praktijk valt de terugverdientijd vaak
nog aanmerkelijk korter uit.
• Isolatie doet ook aan geopolitiek: industriële isolatie
kan de import van Russisch aardgas met zo’n 12,5 pro-
cent terugbrengen. De EU is voor 53 procent van de
energiebehoefte afhankelijk van import, goed voor een
dagelijkse rekening van 1 miljard euro. Dat is 2,5 maal
zoveel als in 2013.
• Industriële isolatie reduceert de jaarlijkse CO2-emissie
met 49 megaton, vergelijkbaar met de uitstoot van 18
miljoen auto’s.
- Voorzichtige schattingen laten zien dat ontbrekende en
beschadigde isolatie frequent voorkomt. Dit wordt voor-
zichtig becijferd voor lage-, midden- en hogetemperatuur-
systemen op tien, zes en twee procent. Verbeterde isolatie
spaart hier niet alleen de omgeving, maar verhoogt ook
de persoonlijke veiligheid.
Zaterdag 19 december 2015 doofde de karakteristieke
pluim van de kolengestookte elektriciteitscentrale te
Weurt, aan de rand van Nijmegen. In het kader van het
energie- en milieubeleid heeft Engie (GDF Suez/Electrabel)
de centrale gesloten. Daarmee gaat een karakteristiek ijk-
punt anno 1936 voor generaties inwoners van Nijmegen en
Maas en Waal verloren. Isolatiebedrijven zullen het ook
met enige nostalgie bezien, gezien het vele werk dat er
tientallen jaren lang is verricht. De grote leidingbochten
zijn er een klein maar beeldbepalend onderdeel van. De
bedoeling is het terrein in te richten als LNG-vulstation en
er tevens zonnepanelen en eventueel windmolens te plaat-
sen. Op grond van afspraken in het Energieakkoord gaan
vijf oudere kolencentrales in Nederland dicht. Na Weurt
volgen Geertruidenberg, Borssele en twee Maasvlakte-cen-
trales.
6 ............... ISOLATIE Magazine DECEMBER 2015
De laatste pluim
Industriële isolatie levert
De herziene en bijgewerkte versie van EFC-uitgave
‘Corrosion under Insulation (CUI) – Guidelines’ is 17
november 2015 verschenen bij Elsevier-dochter
Woodhead Publishing in Materials.
‘Corrosion under Insulation (CUI) –
Guidelines’ (ISBN 9780081007143), ook
bekend als publicatie EFC 55, is samenge-
steld door dr. Stefan Winnek, directeur van
SW Materials and Corrosion Ltd te
Southampton (UK) en oud medewerker van
ExxonMobil UK. De eerste versie verscheen
in 2008. Basis is de input van werkgroepen
WP 13 en WP 15 van de European
Federation of Corrosion (EFC) in Parijs. Het
boek behandelt corrosie onder isolatie in de
belangrijkste on- en offshore industrieën in
onder meer chemie, petrochemie en raffinaderijen, ener-
gieopwekking. Het boek omvat uitgebreide bijlagen met
praktische informatie over implementatie van ‘best practi-
ces’, praktijkervaringen en praktijkstudies. Verschillende
bedrijven uit de betrokken sectoren hebben actief meege-
werkt. De auteur heeft twee jaar gewerkt aan de
revisie. Het boek behandelt het thema grondig.
Uiteraard komen voorbehandeling en isolatiesy-
stemen uitvoerig aan de orde, naast onder meer
inspectietechnologie, economische en beleidsma-
tige aspecten en ontwerpadviezen gericht op
CUI-preventie.
Het boek telt 162 pagina’s en kan worden besteld bij
Elsevier Store (store.elsevier.com) voor € 175,--. Vooralsnog
geldt een introductiekorting. Verzending is kosteloos,
ongeacht het afleveradres.Uiteraard is het boek ook lever-
baar via de lokale boekhandel.
Nieuwe editie CUI-richtlijnen
DECEMBER 2015 ISOLATIE Magazine ............... 7
Exhibition Centre Cologne
11–12 May 201610th International Trade Fair for Industrial
Insulation Materials and Technologies
www.insulation-expo.com | Formerly ISO MesseOrganised by
Insulation Materials and T
International Tth10
echnologiesInsulation Materials and T
or Industrialair frade F International T
a2 M1–11Exhibition Centre Cologne
610y 2aExhibition Centre Cologne
yanised bgOr
A D V E R T E N T I E
Isolatiesystemen spelen een rol in de energieprestatie
van industrie en utiliteit, uit te drukken in geld, terug-
verdientijden, veiligheid, milieuscore en andere key
performance indicatoren. Isolatie speelt ook een esthe-
tische rol. In de industrie trots zichtbaar, in de utiliteit
in de vorm van schoonheid achter de gesloten deur
van technische ruimte, in kelders en boven plafonds.
Ook een mooi technisch, financieel/energetisch
resultaat bereikt met een isolatieproject dat mag
worden gezien? Stuur een mailtje naar
[email protected], zodat we het in de
verdiende schijnwerpers kunnen zetten.
Van 11 tot en met 12 mei 2016 wordt in het beurscomplex
te Keulen de internationale isolatiebeurs IEX georgani-
seerd. Dit is de opvolger van de tweejaarlijkse ISO-beurzen.
De beurs biedt een inspirerend podium voor de internatio-
nale vakwedstrijden, waaraan landenteams uit de vooraan-
staande Europese isolatienaties meedoen. Uiteraard is
Nederland van de partij, met een door OOI getraind team
jonge vakmensen. Zij moeten het opnemen tegen cracks uit
onder meer Duitsland, Oostenrijk en de Scandinavische lan-
den. Meermaals heeft Nederland zijn plaats in de top
bewezen, te midden van deze geduchte sportieve concur-
rentie. De aftrap tot de wedstrijden wordt al op 10 mei
2016 gegeven, aan de vooravond van IEX.
Vakwedstrijden op IEX
Fesi-leden willen korte metten maken met corrosie onder
isolatie. Tijdens het najaarscongres van de Federatie van
Europese Isolatieorganisaties in Cannes, oktober 2015,
heeft de technische commissie voor thermische isolatie
een uitvoerige vragenlijst vastgesteld. Dit is de eerste stap
naar een holistische CUI-aanpak, dat wil zeggen dat alle
mogelijke technische en beheersmatige aspecten volledig
meewegen. Tot nu toe richt CUI-preventie zich naar het
oordeel van de industrie nog te veel op afzonderlijke ele-
menten. Doel van het Fesi-initiatief is een serie actuele
praktijkrichtlijnen die alle
beschikbare informatie
bundelt. Via www.fesi.eu
kan de vragenlijst worden
gedownload. De bedoe-
ling is dat zoveel mogelijk
industriële ondernemin-
gen participeren en de
enquête voor 12 februari
2016 indienen.
Holistische CUI-aanpak
Project
ISOLATIE INTERVIEW
”CINI is en blijft de organisatie die de standaard neerzet
voor industriële isolatieapplicaties. Het is een wereldstan-
daard die zich gemakkelijk meet met Europese en
Amerikaanse normen. Het verdient een plaats op de voor-
grond omdat het meer dan bijvoorbeeld EN of NACE een
complete standaard is met voorschriften en geborgde
oplossingen. Dat heeft impact op de hele industriële
wereld, dus wil ik wereldwijde bekendheid en verspreiding
bevorderen”. Dit zegt CINI-voorzitter Gino De Landtsheer
in zijn beleidsplan. “Eerst richten we de focus op de
Benelux – zou wat mij betreft Isolatie Magazine ook moe-
ten doen – en vervolgens stapsgewijs en projectmatig ver-
der.”
Medio november 2015 nam De Landtsheer, verantwoorde-
lijk voor de leidingsystemen van het Borealis-concern, het
CINI-voorzitterschap over van Hans Naborn. “Een nogal
radicale overgang”, zegt hij met zichtbaar genoegen: “Een
Belg aan het CINI-roer, en nog een opdrachtgever ook.
Maar natuurlijk ook midden in de enorme industrie- en
dus ook isolatiedriehoek Zeebrugge-Antwerpen-
Rotterdam.”
Sanering leidingspecificatiesDe match tussen Gino De Landtsheer en CINI heeft een
pragmatische achtergrond, waarin – zo blijkt meermaals in
het gesprek – zowel de technische bevlogenheid als de
Borealis-filosofie accenten leggen. Om met het laatste te
beginnen: “Iedereen in ons bedrijf, waar dan ook, legt
gewicht in de schaal en wordt geacht aan te pakken wat
hij ziet: een melding heeft altijd de voorkeur boven niets
zeggen”, licht De Landtsheer toe. “Ons bedrijf voert vanuit
alle echelons en disciplines verplichte objectieve observa-
”Een Belgische opdrachtgever aan het CINI-roer. Dat lijkt
redelijk radicaal”, zegt Gino De Landtsheer, in november
2015 aangetreden als voorzitter van het norminstituut voor
industriële isolatie. “Maar niet zo vreemd, als we vanuit iso-
latieperspectief de enorme industrieconcentratie bekijken in
de driehoek Zeebrugge-Antwerpen-Rotterdam.” De techni-
cus pur sang en actief beheerder van jaloersmakende isola-
tiesystemen pakt het CINI-voorzitterschap doortastend op.
Hoog op de agenda: innovatie, toegankelijkheid en “met
één gezicht de isolatiebranche neerzetten”.
8 ............... ISOLATIE Magazine DECEMBER 2015
CINI-voorzitter Gino De Landtsheer:
”Innovatie, open toegang enéén gezicht isolatiebranche”
”Onder eindgebruikers en binnen de branche mag CINI zich
zichtbaarder manifesteren”
Gino De LandtsheerGino De Landtsheer (1968) te Lokeren behaalde in 1991
zijn mastergraad Elektromechanica, de basis voor zijn car-
rière in de chemische en petrochemische industrie. Hij was
als engineer en projectmanager verantwoordelijk voor het
ontwerp van explosieveilige installaties in de olie- en gas-
industrie, petrochemie/raffinaderijen. Wereldwijd leidde
hij 65 projecten met alle denkbare isolatiespecificaties,
waaronder de BASF Jupiter I en II-plants die Belgische,
Nederlandse en Duitse industriegebieden van zeer zuivere
waterstof voorzien.
Sinds 2008 is Gino De Landtsheer bij Borealis als Senior
Group Expert Piping & Valves wereldwijd verantwoorde-
lijk voor alle leidingsystemen met een groot aantal onder-
scheiden leidingclassificaties en uiteenlopende com-
plexiteit.
Om nauwe voeling met de praktijk te houden exploiteert
Gino de Landtsheer tevens ingenieursbureau G-Tech in
Lokeren. Deze onderneming verzorgt ontwerp, advies en
CAD-diensten voor onder meer de olie- en gasindustrie.
Een tweede specialisme van G-Tech is ontwerp en pro-
grammering van geavanceerde en complexe domotica-sys-
temen voor zowel woning- als bedrijfstoepassingen.
DECEMBER 2015 ISOLATIE Magazine ............... 9
ties uit. Operators, die de installaties door en door kennen,
moeten tijdens shutdowns de isolatiecontractors wijzen op
hetgeen nog moet worden uitgevoerd. Bij een recente
inspectie signaleerde het management de hoge kwaliteit
van het isolatiewerk. Voor mij de onverdachte praktijkbe-
vestiging dat het CINI-Handboek wel degelijk een mooi
stuk gereedschap voor onze markt is.”
Als eindverantwoordelijke voor alle leidingsystemen van
Borealis – wereldwijd – beheert de nieuwe CINI-voorzitter
in principe vele honderden piping-specificaties, inclusief
engineeringdetails, appendages, conservering/painting en
isolatie. Het grote aantal specificaties wordt onder meer
bepaald door mediumtemperaturen en –druk en tal van
materiaal-mediumcombinaties. De beheerstrategie was er
op gericht met minder specificaties meer media te bestrij-
ken. Met dit doel en de gedachte dat niet iedereen zijn
eigen wiel hoeft uit te vinden, heeft Gino De Landtsheer
de CINI-normen gespiegeld aan de interne specificaties.
“CINI bundelt grote kennis van verschillende toonaange-
vende collega’s en hun installateurs. Allemaal met hetzelf-
de doel: een goede afwerking met bewezen deugdelijk-
heid op lange termijn, tegen lage kosten. Met die insteek
hebben we CINI-doorgeploegd en onze eigen specificaties
herschreven en geactualiseerd. Inderdaad, met het fiat van
de directie, waarbij de kostenefficiëntie op lange termijn
natuurlijk een belangrijke plus in de argumentatie is.
Borealis stelt van oudsher reeds hoge eisen aan isolatiebe-
drijven. Nu wij daaraan de CINI-standaard toevoegen, gaan
we er kwalitatief per definitie op vooruit. Bovendien ver-
betert dit de duidelijkheid en accuratesse van isolatieoffer-
tes.
WisselwerkingDe intensieve contacten brachten Gino De Landtsheer in
2014 in de ‘Warme Commissie’. “Een wisselwerking”, blikt
hij terug. “CINI heeft waardevolle bijdragen geleverd aan
de herziening van onze leidingspecificaties, omgekeerd heb
ik als eindgebruiker mijn inbreng geleverd in de commissie.
Daarom heeft mijn bedrijf groen licht gegeven voor mijn
CINI-werk, eerst in de Warme Commissie en vanaf nu als
voorzitter. CINI is de partner die ons en onze collega’s en
isolatiebedrijven in de industrie ondersteunt in toepassing
van isolatiesystemen. Het biedt ons ook de zekerheid dat
onze specificaties altijd up-to-date zijn, want we hebben ze
zo ingericht dat ze aan de CINI-standaard zijn gekoppeld.
Eigenlijk is mijn technische leven dus duidelijker en gemak-
kelijker geworden”, lacht Gino De Landtsheer.
BorealisBorealis – de verkorte Latijnse naam voor Noorderlicht – is
in 1995 opgericht als joint-venture van het Noorse Statoil
en het Finse Neste. Eerste en oorspronkelijk pijler is de
productie van polyolefinen, de basis voor de kunststoffen
polypropyleen en polyetheen. Een tweede divisie produ-
ceert sinds 1999 kunstmest.
Borealis heeft productievestigingen in vele Europese lan-
den, waaronder Nederland en België. Borouge, de joint
venture van Borealis en de Verenigde Arabische Emiraten,
exploiteert in Abu Dhabi ’s werelds grootste kraker, die
vijftien polypropyleen- en twaalf polyetheenfabrieken
voedt.
In Kallo bij Antwerpen, thuisbasis van CINI-voorzitter Gino
De Landtsheer, produceert Borealis jaarlijks 300.000 ton
polyolefinen. Dominant is de technisch unieke naftakraker
met een temperatuurbereik tot 850 °C die propyleen uit
propaan produceert.
Borealis levert granulaat aan de high-endmarkt en
bedient onder meer de verpakkingsindustrie, medische
sector, automotive en voedingsmiddelindustrie.
Onder de naam Innotech werkt Borealis in drie innovatie-
centra op moleculair niveau aan nieuwe PE- en PP-defini-
ties. De reeds grote reeks verschillende grades groeit dan
ook gestaag. De consument herkent het Borealis-research
bijvoorbeeld in de verpakking van diepvries-consumptie-
ijs: bij -20 °C. nog prettig flexibel. Ook de plant-eigenaar
met problemen rond corrosie onder isolatie komt, direct
of indirect, Borealis tegen: hoogwaardige industriële
kunststof-leidingsystemen kunnen een CUI-vrij alternatief
voor staal bieden.
“CINI is beter toepasbaar dan EN- en NACE-normen. Het verdient
wereldwijde verspreiding”
De complete en brede scoop van de CINI-standaard
geeft installateurs en isolatiespecialisten meer duidelijk-
heid gekregen over de toe te passen isolatiesystemen.
“En mocht er al een fout naar boven komen, dan ben ik
de eerste om het terug te koppelen zodat de hele
industrie ervan profiteert.”
Gevraagd naar de belangrijkste verbeteringen die de CINI-
implementatie heeft opgeleverd, volgen heldere pre’s:
• Installateurs en isolatiespecialisten hebben meer duide-
lijkheid gekregen over de toe te passen isolatiesystemen,
dankzij de complete en brede scoop van de CINI-stan-
daard;
• Het biedt de voor de eindklant belangrijke objectiviteit
en neutraliteit, vanaf het offertestadium;
• Kwaliteitsaspecten zijn zorgvuldig geborgd.
“Wanneer wij als opdrachtgever een contract afsluiten en
daarin naar CINI-standaarden verwijzen, weet het isolatie-
bedrijf precies waar het aan toe is en dat alle uitvoerings-
details in orde moeten zijn. Niemand haalt het nog in zijn
hoofd zich eraf te maken met een ‘uitgebeten en volgekit-
te’ uitsparing. Wij weten net als alle collega’s maar al te
goed wat CUI-problemen zijn, dus we hameren continu op
isolatiekwaliteit. Zolang je niet demonteert zie je corrosie
niet. Ook niet bij non-destructief onderzoek: een meter
verder kan het immers wel optreden. Daarom draagt een
zorgvuldig gemonteerd isolatiesysteem ook bij aan veilig-
heidsborging. En daarom ook investeren wij jaarlijks ton-
nen aan CUI-inspecties, en dan hebben we het nog niet
eens over de oplossing van gesignaleerde corrosie.”
Onafhankelijke inspectieEen eigen bureau met ruime bevoegdheden voert op alle
Borealis-locaties volledig onafhankelijke inspecties uit,
gebaseerd op risicoprofielen. Voor specialistisch onderzoek
zoals röntgenonderzoek of akoestische analyse worden
externe experts ingeschakeld. De resultaten leiden tot cor-
rectief onderhoud, afgestemd op lifecycle-fase en risico-
profiel. Ervaring en resultaten van verschillende locaties
worden teruggekoppeld en verwerkt in het maintenance-
beleid. Daar volgen analyse ten aanzien van paintingsyste-
men, selectie van isolatiesystemen tot een met de vraag of
er – uit oogpunt van corrosiepreventie – überhaupt wel
moet worden geïsoleerd. Gezien de corebusiness van
Borealis komen ook alternatieve leidingsystemen in beeld.
De Landtsheer: “Kunststoffen worden belangrijker als
alternatief voor klassieke leidingsystemen, zeker om corro-
sie te voorkomen. Als mediumtemperaturen en druk
binnen de grenzen vallen, adviseren wij geregeld de toe-
passingsmogelijkheden van PE- en PP-systemen te onder-
zoeken. Dat is een geleidelijk proces, want de industrie
gaat niet over één nacht ijs als het gaat om nieuwe lei-
dingsystemen. Overigens kan ook CINI bij dergelijke inno-
vatieve ontwikkelingen een rol spelen, als onafhankelijk
instituut met een breed draagvlak in de industrie.”
Eén gezichtAls nieuwe voorzitter heeft Gini De Landtsheer begin
december zijn beleidsvoornemens gepresenteerd binnen
CINI-gelederen en in overleg met de branche-instellingen
NCTI, OOI en VIB. Uitgangspunt is concentratie op de kern-
taak van CINI: ontwikkelen en bevorderen van de CINI-nor-
men als wereldwijde standaard voor industriële isolatieap-
plicaties. “We moeten nog sterker op de voorgrond tre-
den, en dat kan ook. De standaard bundelt voorschriften
en concrete, to-the-point uitgewerkte praktische oplossin-
gen. ‘CINI’ is beter toepasbaar dan EN- en NACE-normen.
Het verdient wereldwijde verspreiding. Daar maken we
werk van. Te beginnen in de Benelux, en stap voor stap
verder. Trouwens: ook het vakblad Isolatie Magazine zou
minimaal ook in België moeten worden verspreid.”
De CINI-voorzitter wil intensiever gebruik maken van de
input – en wisselwerking – van en met toonaangevende
engineeringspartners die in de internationale industrie
opereren. In samenwerking met partnerorganisaties als
VIB, NCTI, OOI, de Belgische arbeidsvoorziening VDAB en –
internationaal – ook EiiF en Fesi – beoogt Gino De
Landtsheer met één ongefragmenteerde boodschap en
gezicht naar buiten te treden: “De buitenwereld wil weten
hoe op de beste manier met optimaal resultaat kan wor-
den geïsoleerd. Accentverschillen prima, maar die zijn voor
de buitenwereld niet interessant. we moeten als één man
achter isolatie staan, in industrie en utiliteit. Zo kunnen we
bijvoorbeeld de wetgever met kennis bijstaan op het
belangrijkste isolatiethema: energiebeheersing.”
Actief en open“Niet alleen onder eindgebruikers, ook binnen de branche
mag CINI zich zichtbaarder, actiever manifesteren”, vindt
de voorzitter. “De opleiding ‘Isolatie-inspecteur Industrie’,
opgezet door het NCTI, vind ik in dit licht overigens voor
de bedrijfstak een prima initiatief. Het geheel moet mijns
inziens actief en innovatief worden, met gemakkelijke toe-
gang tot de informatie, We kunnen verder gaan dan het
Handboek en bijbehorende internettoegang. Ik denk aan
een internetforum via de CINI-site met vragen, antwoor-
den en inhoudelijke discussies die voor vakgenoten zicht-
baar zijn. Ik ben ervan overtuigd dat het CINI-potentieel
zowel voor grote als kleine spelers veel groter is dan we
nu benutten.”
10 ............... ISOLATIE Magazine DECEMBER 2015
CINI-voorzitter Gino De Landtsheer: “Met één gezicht
de isolatiebranche neerzetten”. Hij koestert het nog
altijd actuele standaardwerk ‘Design of Piping Systems’
van de hand van M.W. Kellogg, een geschenk van De
Landtsheers vroegere leermeester L. Buelens.
VCA is basisbagage
Coolag Hamar b.v. is Nederlands grootste en meest
toonaangevende producent, leverancier en distributeur
van thermische, brandwerende en akoestische isolatie-
materialen. Coolag Hamar maakt deel uit van de SIG groep
met o.a. zusterbedrijven in België, Duitsland, Engeland,
Frankrijk, Ierland, Nederland en Polen. Productie en
distributie van thermische, brandwerende en akoestische
isolatiematerialen is één van de kernactiviteiten van
SIG. De door Coolag Hamar geleverde isolatiematerialen
worden o.a. toegepast bij de isolatie van technische
installaties in gebouwen, de industriële koeltechniek,
de chemische-, petrochemische- en procesindustrie,
scheepvaart, off-shore olie- en gaswinning en OEM.
Producent & Distributeurvan Isolatiematerialenmet een uniek “one-stop-shopping” concept
VCA is basisbagage
Voorkomen van corrosiebegint aan de tekentafel
Vocht in een installatie kan verschillende oorzaken
hebben. Vaak is de installatie beschadigd of verouderd
en dringt vocht naar binnen. Coatingspecialist Dion
Papen (Royal HaskoningDHV) benadrukt dat de gevol-
gen van corrosie in een technische installatie groot
kunnen zijn: “Corrosie is funest en kan ervoor zorgen
dat een installatie voortijdig faalt. Als gevolg van een
defecte installatie, zien we dat soms hele fabrieken
ongepland worden stilgelegd. De directe financiële
schade kan enorm zijn. Om nog maar te zwijgen over
de imagoschade, doordat tijdelijk producten niet lever-
baar zijn of wanneer het bedrijf blijkbaar een gevaar
voor de omgeving is. Desondanks lijkt corrosiepreven-
tie in veel gevallen bijzaak. Het is de sluitpost van een
project en moet door tijdgebrek vaak snel gebeuren.
Hoe goed het coatingsysteem ook is, zonder voldoende
aandacht voor voorbehandeling en applicatie ontstaan
op termijn gegarandeerd problemen. Bij oplevering zie
je die problemen niet. De installatie glimt dan prachtig
en alles lijkt in orde.”
Voorbehandeling en onderhoud
De coatingspecialist benadrukt het belang van een
goede voorbehandeling en applicatie: “Een goed aan-
gebracht conserveringssysteem in combinatie met cor-
rect gemonteerde isolatie heeft een levensduur van
wel 20 tot 25 jaar. Slechte conservering gaat vaak niet
langer mee dan vijf jaar. Op den duur is onderhoud
noodzakelijk, aangezien de conservering en isolatie
vocht en zuurstof doorlaten als gevolg van degradatie
van het polymeer van het conserveringssysteem. Alle
ingrediënten voor corrosie zijn dan aanwezig. Dit zie je
in grote mate gebeuren bij zogenaamde veldlassen.
Hier wordt te vaak een onzorgvuldige voorbehande-
ling toegepast. Warmtebehandeling bij het lassen
maakt het basismateriaal rond een las vaak al onedeler
dan omliggend materiaal. Het zal zich als een anode
gedragen. Als dit materiaal, waarin al spanning is
gebracht, ook nog eens slecht wordt voorbehandeld,
kun je wachten op vroegtijdig systeemfalen.
Teamaanpak
Dion Papen: “Conservering is een vak. Als we corrosie
echt te lijf willen gaan, moeten we preventie een plek
in het project geven. Dat begint bij het ontwerp.
Iedere ontwerper weet dat het corrosierisico in een
technische installatie het grootst is op ‘lastige’ plekken.
Problemen ontstaan met name bij ingewikkelde
details, zoals leidingbochten en ophangingen. Vooral
op die plekken is zorgvuldige conservering en isolatie
nodig. Het gebeurt geregeld dat de ontwerper op
papier een oplossing voor dergelijke knelpunten
bedenkt, terwijl de praktijksituatie er net iets anders
uitziet. In zulke gevallen is het nodig dat ontwerper,
conserveringsexpert en isolatiespecialist om tafel gaan
zitten om samen een goede oplossing te vinden. Bij
voorkeur met de mensen die het werk uiteindelijk ook
gaan uitvoeren. Dat gebeurt nog veel te weinig. Ik
pleit voor een systeembenadering, waarbij leidingspeci-
ficatie, voorbehandeling, applicatiemethode, conserve-
ringsysteem, isolatiesysteem en afwerking zorgvuldig
op elkaar worden afgestemd. Het CINI-handboek biedt
hier heel goede voorschriften voor, die diverse deskun-
digen regelmatig actualiseren. Recent hebben we dat
nog voor hoofdstuk 7 voor de conservering gedaan.”
Vocht is een van de grootste gevaren voor technische
installaties. Vocht kan corrosie veroorzaken met ernstige
gevolgen voor installatie en isolatie. Conservering is de
eerste verdedigingslinie tegen corrosie en moet vocht bui-
ten de deur houden. Volgens coatingspecialist Dion Papen
van Royal HaskoningDHV en lid van de CINI-conserverings-
commissie gaat corrosiepreventie verder dan een goed coa-
tingsysteem. Voorkomen van corrosie begint volgens hem
aan de tekentafel.
12 ............... ISOLATIE Magazine DECEMBER 2015
nieuws en informatie
TSA-applicatie op locatie. Deze aluminiumcoating kan
lang functioneren, mits zorgvuldig aangebracht na stra-
len van het oppervlak.
DECEMBER 2015 ISOLATIE Magazine ............... 13
Over grenzen
Papen: “Corrosie voorkomen we door de juiste kennis
en know how op de juiste plek, op het juiste moment
in te zetten. Slim gebruik van de huidige technieken en
3D-scanmodellen voorkomt veel problemen aan de
voorkant. Ik ben ervan overtuigd dat je die investering
terugverdient. Investeren in samenwerken gedurende
het gehele project zorgt voor een duurzaam betrouw-
bare installatie en verkleint de kans op schade door
corrosie. Deze manier van werken vraagt zowel van
opdrachtgevers als experts dat zij het belang van
samenwerken onderschrijven en over de grenzen van
hun eigen vak kijken. Dat zien we in de isolatie- en
conserveringsbranche al gebeuren. Zij groeien naar
elkaar toe. Zo volgen conserveringsexperts de CINI-cur-
sus om hun isolatiekennis te vergroten. Dat vind ik een
goede zaak.”
Op 24 en 25 november 2015 hield NCTI zijn tweedaagse
CINI-cursus op de nieuwe locatie in Spijkenisse. In deze cur-
sus komen alle elementen die met industriële isolatie te
maken hebben samen: thermische en akoestische isolatie-
systemen, materialen en specificaties. Daarnaast worden
preventieve maatregelen ter voorkoming van corrosie
behandeld.
De tweedaagse CINI cursus is enig in z’n soort. De ken-
nis uit het CINI Handboek is de ruggengraat van de
cursus.De omvangrijke veldervaring van trainers blijkt
effectief en werkt aanstekelijk voor de cursisten en
omgekeerd. Industriële opdrachtgevers, ingenieurs en
uitvoerders wisselen op het gebied van warme, koude
en cryogene isolatie veel technische kennis uit. De
groep die 24 en 25 november 2015 in de materie dook
telde tien deelnemers, van wie twee afkomstig uit het
buitenland. Alle deelnemers beoordelen de cursus met
goed tot zeer goed. “Ik had dit veel eerder moeten
doen”, aldus een van de deelnemers.
Cursisten CINI-cursus 24 en 25
november 2015. V.l.n.r. Niels
Verkade, Ralph Levels
Henk de Koekkoek, Simone Rossi,
Jan Arts, Sam de Neef, Roman
Rubac, Nehemia Paardekooper,
Ton Roest en Jan Boekholt.
Dion PapenDion Papen is NACE-gecertificeerd coatinginspec-
teur en gecertificeerd Cini Isolatie-inspecteur
voor de industrie. Papen is tevens lid van de CINI-
conserveringscommissie. Papen is werkzaam bij
Royal HaskoningDHV, een onafhankelijk interna-
tionaal ingenieursbureau dat adviesdiensten
levert voor de totale leefomgeving. Hierbij is
duurzame ontwikkeling een van de belangrijke
drijfveren. Royal HaskoningDHV is ervan over-
tuigd dat echte oplossingen alleen ontstaan door
samenwerking met partners, klanten en andere
belanghebbenden.
CursusdataOp de website van NCTI zijn altijd de actuele cur-
susdata te vinden. De cursussen zijn zowel in het
Nederlands als in het Engels beschikbaar. NCTI
biedt de cursus - eventueel op maat - ook bij u in
het bedrijf aan.
Meer weten?
Stuur een informatieverzoek of bel met NCTI op
telefoonnummer +31 0181 69 80 30. De volgen-
de 2-daagse Nederlandstalig cursus vindt plaats
op 16 en 17 februari 2016. Inschrijven kan via de
website www.ncti.eu.
Geslaagde CINI-cursus
ISOLATIE CORROSIEPREVENTIE
Corrosie onder isolatie is een sluipend technisch ver-
schijnsel met belangrijke managementaspecten, bena-
drukt Rob de Heus in zijn toelichting op opzet, resulta-
ten en vooruitzichten van het WCM-innovatieproject
CUI. In het dagelijks leven is De Heus namens Sitech
Services werkzaam op het Chemelot-park in Geleen. Hij
stuurt het innovatieprogramma binnen Maintenance en
leidt namens de WCM-partners het mede door hem
geëntameerde CUI-innovatieproject. Uiteindelijke doel:
verbeterde prestatie van industriële installaties.
Oorzaak en gevolgenRob de Heus schetst het fenomeen: CUI is een terugke-
rend fenomeen, een lastig te beteugelen “sluipmoorde-
naar”. Het leidt tot hoge kosten en vermijdbare inciden-
ten en kan – in zijn uiterste consequentie –integriteits-
problemen veroorzaken. CUI is hardnekkig, omdat het
niet zichtbaar en moeilijk detecteerbaar is. Alle installa-
tiebeheerders investeren veel in onderhoud en preven-
tie. Tijdens turnarounds en inspecties worden fabrieken
ontmanteld voor onder meer wanddiktemetingen en
ander onderzoek. Een prima beheersbare aanpak. Het is
echter duur en niet effectief om bij iedere stop alle lei-
dingisolatie te demonteren. Het is effectiever om op kri-
tische plaatsen te inspecteren, maar deze laten zich
moeilijk bepalen.
Corrosie onder isolatie treedt op in het globale tempe-
ratuurgebied tussen 0 en 150 °C., bij vocht tussen lei-
ding/leidingcoating en isolatiemantel. Corrosie blijft uit
zolang het isolatiesysteem in perfecte staat is en vocht
buitensluit. Dat is helaas niet per se het geval, ook niet
als het ogenschijnlijk wel in orde is. Bij een hoger gele-
gen beschadiging dringt water binnen en treden op een
laaggelegen punt de corrosiefactoren vocht en zuurstof
op. Kritische locaties zijn dus moeilijk aan te wijzen: cor-
rosie kan op een onbeschadigde plek optreden.
Complicerende factor is de traagheid: de eerste tien tot
vijftien jaar gebeurt er niet zo veel. Nu veel installaties
in Nederland – al dan niet na levensduurverlengende
operaties – dertig jaar of ouder zijn, is corrosie voortge-
schreden. Geregeld constateren asset-owners dan een
ernstiger corrosievorming dan verwacht. De oorzaken
zijn – afgezien van de natuurkundige factoren staal-
vocht-zuurstof - uiteenlopend:
• Installatie-/isolatie-ontwerp: als binnengedrongen
water op een steunring blijft staan, ontstaat corrosie
op een ‘onverdachte’ plaats;
• Onzorgvuldig afgewerkte reparatie/modificatie die
het systeem obstrueert;
”Onderhoud en ontwikkeling is belangrijk voor verbeterde
performance van onze installaties. Er is ons dan ook veel
gelegen aan het CUI-project van onderhoudskoepel WCM”,
zegt projectleider Rob de Heus, maintenance specialist bij
Sitech Services te Geleen. “Corrosie onder isolatie is een lastig
te beteugelen sluipmoordenaar die veel geld kost”, zegt hij.
“Kern van de oplossing: ontwikkeling van bruikbare inspec-
tie- en managementtools op basis van de EFC-richtlijn. En
natuurlijk kennisdeling, in het belang van de gehele sector.”
14 ............... ISOLATIE Magazine DECEMBER 2015
Rob de Heus, projectleider CUI-project World Class Maintenance:
”EFC-richtlijn vertalen in setbruikbare, concrete tools”
Maintenancespecialist Rob de Heus (Sitech Services ) leidt
namens WCM het CUI-project van industriële plantowners en
onderhoudsorganisaties. “Bedrijven moeten zowel hun kennis
en ervaring als hun kennisvraag naar concrete businesscases
openstellen. CUI-preventie is geen concurrentiegevoelig ter-
rein maar gemeenschappelijk belang.”
Sitech Services
Sitech Services is een allround dienstverlener voor de
procesindustrie, chemie en energiesector. Het bedrijf is
in 2009 ontstaan uit de verzelfstandiging van onder-
steunende DSM-diensten. Zo’n 750 specialisten verzor-
gen installatiebeheer en –onderhoud waaronder plan-
ning en organisatie van turnarounds, dienstverlening
op het gebied van veiligheid en milieu, gericht op opti-
maal en efficiënt functioneren van installaties. Op de
thuisbasis Chemelot te Geleen verzorgt Sitech de com-
plete technische en infrastructurele dienstverlening
(Park Service) voor Borealis, Lanxess, OCI Nitrogen en
natuurlijk DSM.
Sitech is medeoprichter en bestuurder van World Class
Maintenance (zie kader).
• Leidingcoating die het einde van zijn effectieve levens-
duur nadert of – frequent voorkomend – niet correct
is aangebracht: tijdens turnarounds moet de coating
vaak snel en onder niet-optimale condities worden
aangebracht;
• Onbekende status van het systeem: niet altijd is de uit-
gangsituatie en dus de resterende levensduur van de
coating bekend, temeer daar dit schuil gaat onder iso-
latie en men is aangewezen op selectieve inspecties;
• Veel installaties zijn gebouwd toen CINI nog niet
bestond. Daarbij zijn mogelijk ontoereikende isolatie-
systemen, minder geschikte isolatiematerialen of com-
ponenten daarin toegepast in combinatie met onjuiste
montagedetails, dus inwatering. En ook nu wordt de
CINI-norm ook nog wel gezien als ‘duur en geduldig’
en daarom niet voluit gevolgd.
Bovengenoemde factoren kunnen na vijftien jaar of lan-
ger corrosieproblemen veroorzaken. Installatiebeheerders
kennen de onaangename verrassingen, met kostbare
reparaties als gevolg. “Bij corrosieproblemen op een
kolom moet het isolatiepakket worden gedemonteerd en
moet de kolom worden gestraald, geconserveerd en
opnieuw worden geïsoleerd. Alleen als de isolatie-
ommanteling geheel intact blijft, is het probleem voor
jaren uit de wereld”, noemt Rob de Heus als voorbeeld.
“Als isolatiebedrijven, monteurs en hun opdrachtgevers
c.q. installatie-eigenaren zich daarvan onvoldoende
bewust zijn, begint het verhaal van voren af aan.”
Het geheugen achter corrosieCorrosie is een langcyclisch probleem, dat interfereert
met courante managementcycli: de organisatie achter
een procesinstallatie heeft geen geheugen. Er zijn geval-
len bekend uit de chemie waar het bedrijf pijnlijke,
uiterst kostbare CUI-lessen heeft geleerd. Echter, twintig
jaar later is het management zich er niet meer van
bewust dat er zo verschrikkelijk veel geld in is gaan zit-
ten. “Tenzij daarop nadrukkelijk wordt gewezen. Het
CUI-project van WCM pakt dat ‘bewustzijn’ op, zodat
CUI-incidenten op langere termijn worden vermeden”,
zegt De Heus. “In het belang van de sector, want één
enkel incident op één enkele site heeft imagoconse-
quenties voor de gehele sector. WCM wil CUI op zichzelf
bestrijden en tegelijkertijd incidenten voorkomen
wegens repercussies voor de sector, in termen van ima-
goschade.”
BeleidsscenarioUiteraard streeft de industrie ernaar CUI beheersbaar te
maken, maar daarmee is het probleem nog niet uit de
wereld. Zelfs niet bij nieuwbouw: de hoogste eisen aan
coating, coatingkwaliteit en isolatiesysteem maken het
ook duur. Met de neiging – daar is het geheugen achter
corrosie weer – de installatie op een levensduur van vijf-
tien jaar uit te leggen. Dat hoeft geen probleem te zijn,
mits na vijftien jaar coating en isolatie minimaal selectief
worden gerenoveerd. Dit zou – vindt de WCM-werk-
groep – kunnen worden geborgd in beleidsmodellen als
beslissingsbasis voor nieuwbouw, verbouw en vernieuw-
bouw van procesinstallaties. Dit betreft bijvoorbeeld de
combinatie constructiemateriaal – doorgaans kool-
stofstaal – en coatingtype en coatingkwaliteit. Een tech-
nisch uitvoerbaar en economisch realistisch alternatief is
thermal spray alumina (TSA). De industrie heeft hierover
nog onvoldoende businesscases uit nieuwbouw, renova-
tie en onderhoud gepubliceerd om te kunnen spreken
van goed af te wegen beslissingen op dit gebied. En ook
bij succesvolle TSA-applicaties moeten eerst de primaire
CUI-factoren zoals inwatering worden weggenomen.
Uiteraard kunnen ook andere technische ontwikkelingen
in beeld komen, zoals toepassing van chroomnikkelstaal
of composietleidingen afhankelijk van lifecycle-bereke-
ning, volledig hechtende thermisch isolerende spuitcoa-
tings, grp-wrapping of andere technieken die misschien
de ommanteling vervangen. “Vaak is de ondichte isola-
tiemantel een CUI-probleem”, zegt de Heus. “En ook de
isolatiesector moet innoveren!” Eerste uitdaging is voor-
al de ontwikkeling van – nu nog dure – monitoringtech-
nieken, die op basis van effectieve inspecties leiden tot
verbeterde CUI-preventie of op zijn minst beheersing.
Infrarode, ultrasone en akoestische inspectiemethoden
zijn voorhanden, maar zijn nog duur en moeten zich
qua betrouwbaarheid nog bewijzen. Rob de Heus pleit
DECEMBER 2015 ISOLATIE Magazine ............... 15
World Class Maintenance
World Class Maintenance (WCM) te Breda is een zelf-
standige stichting die zich ten doel stelt het onder-
houd van industriële installaties te optimaliseren, met
een accent op technische en beleidsmatige innovatie.
De koepel bundelt sinds 2008 installatie-eigenaren en
onderhoudsorganisaties. Het initieert namens de
industrie activiteiten en projecten. Het in 2014 gestarte
CUI-project staat onder leiding van Rob de Heus,
onderhoudsspecialist van Sitech te Geleen.
Corrosie blijft uit zolang het isolatiesysteem in perfecte staat
is en vocht buitensluit. Dat is helaas niet per se het geval, ook
niet als het ogenschijnlijk wel in orde is. Bij een hoger gele-
gen beschadiging dringt water binnen en treden op een laag-
gelegen punt de corrosiefactoren vocht en zuurstof op.
Kritische locaties zijn dus moeilijk aan te wijzen: corrosie kan
op een onbeschadigde plek optreden.
ervoor dit onderwerp in een wereldwijd netwerk op te
pakken, gericht op een model voor risicogebaseerde
inspectie in combinatie met monitoring en realistisch
afgestemd op de levenscyclus van een installatie. De lan-
getermijn uitdagingen zijn stevig: ontwikkeling van
betrouwbare tools en inspectiemethodieken, afstemming
op de verschillende levenscyclus-fasen van een concrete
installatie. Het lastigste is wellicht het benodigde beleids-
model om de noodzaak te doorgronden tot hoge investe-
ringen in – ogenschijnlijk – uitstelbare zaken als CUI-
bestrijding. En wellicht even lastig is de harde praktijk:
het gaat om operationele plants waar gewone mensen
werken en onderhoud plegen: zij moeten heel zorgvuldig
omgaan met ommantelingssystemen.
Bewustwording en beleidsplannen Laatstgenoemde uitdaging – respecteren van de inte-
griteit van isolatiesysteem en vooral ommanteling –
heeft de WCM-werkgroep CUI praktisch opgepakt: er is
nu een assessment-tool gereed om in alle geledingen
van de organisatie het CUI-bewustzijn te inventariseren:
de mate waarin zowel op de werkvloer als in de directie-
kamer CUI-beheersing en isolatie-integriteit zijn
geborgd. Rob de Heus: “Alleen al de uitvoering van het
assessment doet beseffen dat CUI-beleid noodzakelijk is
om problemen en hoge kosten te voorkomen.”
Als vervolg op het ontwikkelde assessment wil de werk-
groep puntige communicatie inzetten om de aandacht
te vestigen op inwateringsrisico, onderhoudsdiscipline,
zorgvuldige terugplaatsing van gedemonteerd mantel-
materiaal en natuurlijk te allen tijde belopen van het iso-
latiesysteem voorkomen. Daarnaast wil de werkgroep
industriemanagers een model beleidsplan aanreiken,
toegespitst op hun specifieke installatie en de karakte-
ristieken daarvan. Een concreet instrument, met heldere
aandachtspunten en een plan van aanpak gebaseerd op
bewezen best practices. “Bij een vrijwel nieuwe installa-
tie is demontage van isolatie natuurlijk niet de eerste
prioriteit, maar bij een twintig jaar oude plant ligt dat
weer anders”, licht Rob de Heus toe.
Assessement-tool op EFC-grondslagWCM fundeert het assessment-tool op de CUI-richtlijnen
van de European Federation of Corrosion (EFC), opge-
steld in 2005 en onlangs geactualiseerd. De werkgroep
kiest voor deze basis vanwege de complete scope en de
deskundige behandeling van alle relevante aspecten. “Je
hoeft het bij wijze van spreken alleen nog maar uit te
voeren”, waardeert Rob de Heus deze CUI-richtlijn. “Het
assessment-tool met heldere hulpmiddelen opent moge-
lijkheden om het echt aan te pakken. Een volledige
demontage en inspectie iedere tien jaar is een giganti-
sche investering, die ook niet nodig moet zijn. Als men
beseft dat CUI enorm veel geld kost en preventie veel
bespaart, zal iedereen zich graag richten op doelmatige
detectie. De heilige graal is er – nog - niet, wel een con-
crete aanpak: ontwikkeling van gedegen selectieve
detectie en vertaling van de EFC-richtlijn in bruikbare
tools voor individuele situaties. Dat omvat ook vanzelf-
sprekendheden als coatingkwaliteit, selectie minerale
wol en beplating, goed opsluiten van het isolatie-
systeem, materialen voor montage droog opslaan, en zo
voorts. Zodra je denkt dat je niet meer naar CUI hoeft te
kijken, gaat het echt fout.”
Sitech Services, de thuisbasis van Rob de Heus, bereidt
een praktisch, preventief CUI-initiatief voor. Op inwate-
ringsgevoelige plaatsen worden permanente regenscher-
men boven het isolatiesysteem aangebracht, die voor
onderhoudsdoeleinden gemakkelijk verwijderbaar zijn.
DraagvlakOp dit moment is de WCM-werkgroep druk doende om
de best practices uit het veld op tafel te krijgen. “De
Nederlandse industrie heeft bewezen installaties ook na
de initiële levensduur succesvol ‘fit for purpose’ in
bedrijf te houden. Gezamenlijke inspanningen tot CUI-
preventie met praktische inspectie- en monitoringmo-
dellen voorkomt dat dit met onnodig onaangename
verrassingen en hoge kosten gepaard gaat. Zaak is dus”,
benadrukt Rob de Heus, “dat bedrijven zowel hun
kennis en ervaring als hun kennisvraag naar concrete
businesscases openstellen. De hele industrie moet parti-
ciperen, en daar is alle reden voor: CUI-preventie is geen
concurrentiegevoelig terrein maar een gemeenschappe-
lijk belang.
16 ............... ISOLATIE Magazine DECEMBER 2015
Compleet gestripte kolom,
midden in een turnaround-
operatie. Installaties in
chemie en petrochemie
blijven geregeld langer in
bedrijf dan initieel voor-
zien. Geen probleem, mits
na vijftien jaar coating en
isolatie minimaal selectief
worden gerenoveerd. Dit
zou – vindt de WCM-werk-
groep CUI – kunnen wor-
den geborgd in beleidsmo-
dellen voor nieuwbouw,
verbouw en vernieuwbouw
van procesinstallaties.
WCM-project CUI
Corrosie onder isolatie ofwel CUI is een bekend pro-
bleem in chemie, petrochemie en procesindustrie.
“Waar staal is, treedt corrosie op; waar isolatie is, kan
corrosie niet direct worden waargenomen.
Installatiebeheerders zoeken oplossingen voor
betrouwbare integriteitsbeoordeling van installaties en
uiteraard ook CUI-preventie, zonder kostbare en
omslachtige ontmanteling van isolatiesystemen. Het in
2014 gestarte WCM-innovatieproject verbindt de
gebundelde inspanningen op dit gebied met de kennis
van wetenschap, dienstverleners en andere specia-
listen. Leidraad is de onlangs geactualiseerde CUI-richt-
lijn van de European Federation of Corrosion (EFC).
Participanten in het CUI-project van WCM zijn Shell,
Hexion, Stork, Sitech, Sabic en Akzo Nobel.
In 1962 begon Temati met de productie, verkoop en promotie van Foster® producten in de
Benelux. Met inmiddels 5 vestigingen in diverse landen, is Temati Europa’s enige producent
en distributeur van Foster®- en Childers®producten.
Daarnaast leveren wij vele andere gespecialiseerde materialen voor industriële isolatie
binnen en buiten Europa via ons internationale dealernetwerk.
Ons productenpakket blijft zich uitbreiden, zodat u zelf in de toekomst ook kunt blijven
profiteren van onze specialistische kennis en verzekerd bent van steeds de beste oplossingen.
Industriële processen kennen vele
uitdagingen, die om betrouwbare
en vernieuwende producten vragen.
Temati heeft tientallen jaren ervaring
en is uw ideale partner wanneer het
om oplos singen gaat, die echt een
verschil maken.
Unieke oplossingen voor industriële processen
Temati B.V. Tel: (+31) (0)251-229 172 Fax: (+31) (0)251-212 380 E-mail: [email protected] www.temati.com
VCA is basisbagage
GEBRAUCHTE
ERSATZTEILE
WERKZEUG
Warenkorb DE - EN
SondermaschinenVertriebs-GmbHStöckackerstrasse 7 DE-79713 Bad SäckingenTel: +49 (0) 7761 933 069 Fax: +49 (0) 7761 933 067
E-Mail: [email protected]: www.so-gmbh.de
So shoppt man heute...
www.iso-shop.de
Clever shopping...
MASCHINEN
NIETEN SCHLÖSSER
ARBEITSSCHUTZ
KOMPRESSOREN
CLIPS SCHRAUBEN
BÜROEINRICHTUNG
.COM YRY
VCA is basisbagageVCA is basisbagage
VCA is basisbagage
������������������� ��������������������������
������������ ����!�"����������������#���$����!�!�
���������)�*���+������������,��-��+���
Iso lat ie a l s tweede natuur
VAN DER LINDEN & VELDHUIS
VCA is basisbagage
Print Rendement
Henk van der Bend
Tituslaan 13
6642 AP Beuningen
The Netherlands
t. 024 6776930
m. 06 43 573 405
www.printrendement.nl
Print Rendement
Specialist in GrafiMedia
Producties
Voor al uw drukwerk,
online communicatie en
relatie magazines
UW PARTNER
IN ELEKTROWARMTE
Post: Postbus 50 | 7490 AB Delden
Bezoek: Amperestraat 4 | 4004 KB Tiel
Tel: 088 - 88 98 850 Fax: 088 - 88 98 851
www.huikeshoven.nl
www.elektrowarmte.nl
> Tracingsystemen en verwarmingskabels
> Verwarmingsjackets en siliconenmantels
> Doorstroomheaters en verwarmings elementen
> Vatverwarming en containerverwarming
> Ribbenbuiskachels en ruimteverwarming
> Alles in ATEX en niet-ATEX uitvoering
.COM YRY
ISOLATIESPECIALISTEN IN:
Brandtechnische, thermische en
akoestische isolatie:
www.izotechservice.pl
‘KAN NIET’ BESTAAT NIET!
www.franssen.nlKerkstraat 32a
6651 KG DRUTEN
Tel. (0487) 510 716
Fax (0487) 510 745
www.franssen.nl
‘KAN NIET’
BESTAAT NIET!
AL MEER DAN 45 JAAR IN ISOLATIE!
ISOLATIESPECIALISTEN IN:
ISOLATIE CORROSIEPREVENTIE
Met de voortschrijdende techniek groeit de inzet van
elastomeer isolatie in de olie- en gasindustrie, voor thermi-
sche dan wel cryogene isolatie en thermische-akoestische
sandwichconstructies. Het laat zich fraai aanbrengen rond
flenzen, steunen en appendages en reduceert het CUI-risico.
Ook met de investeringskosten zit het goed, dankzij flexibi-
liteit, relatief gering gewicht en montagegemak.
FlexibelNatuurlijk, elastomeer isolatie zoals Armaflex is niet de
enige industriële optie. De opdrachtgever heeft ook de keus
uit systemen op basis van minerale wol, geschuimd glas,
pir/pur en hardschuimen. Naast de hoge isolatiewaarde en
de chemische en thermische stabiliteit onderscheidt
Armaflex zich in de flexibiliteit. Al in de bestekfase laten
deze isolatiesystemen zich gemakkelijk specificeren voor
zowel leidingen en tanks als bochten en appendages. In de
montage past het materiaal zich zonder speciaalgereed-
schap even gemakkelijk aan, zelfs onder lastige omstandig-
heden. Dat komt goed uit, want tijd is een kritische factor
in de olie- en gassector, met zeer grote projecten onder
strakke planning en kostenbewaking. De montagesnelheid
is medebepalend in de isolatieselectie.
Daarnaast kan elastomeer isolatie al naar gelang de thermi-
sche en akoestische eisen tot zestig procent dunner en lich-
ter uitvallen dan conventionele alternatieven, hetgeen
uiteraard de investeringskosten drukt. Ruimte en gewicht
spelen immers een belangrijke rol in engineering, installatie
en onderhoud.
Miljardenschade CUICUI is een van de grootste uitdagingen voor de olie- en gas-
industrie. Het verschijnsel is genoegzaam bekend en door-
grond. Toch verliest de wereldeconomie er jaarlijks dik twee
miljard euro aan, waarvan 45 procent in petrochemie, olie-
en gasindustrie. Een Amerikaans ExxonMobile-onderzoek
schrijft veertig tot zestig procent van het leidingonderhoud
toe aan CUI-kosten, waarin stilstandkosten nog niet zijn ver-
disconteerd. Olie-experts wijzen CUI aan als hoofdoorzaak
voor ongeplande stops: meer dan alle overige oorzaken
samen. In het ergste geval leidt CUI tot brand of explosies
met gevaar voor mensenlevens.
CUI is een geniepig proces, dat zich onder isolatie voltrekt
en meestal pas wordt ontdekt nadat reeds aanzienlijke
schade is ontstaan. Olie- en gasplatformen met honderden
kilometers vertakte leidingnetten vergen daarom regelmati-
ge inspectie. Dit betreft met name mediumtemperaturen
tussen 0 °C en 120 °C, met een kritische piek rond 60 °C.
Ook discontinue installaties met wisselende temperaturen
zijn gevoelig door mogelijke condensvorming in en op het
Technische isolatie en corrosievorming. Verschillende zaken,
maar in de praktijk in één adem en zelfs in één begrip gevat:
CUI ofwel corrosie onder isolatie. De olie- en gasindustrie is
mede dankzij actuele ASTM-richtlijnen attent op corrosie-
preventie door selectie, montage en onderhoud van isola-
tiesystemen. Het brengt opdrachtgevers tot toenemende
inzet van elastomeer isolatie in dit domein. Een recente CUI-
test van industriële Armaflex-systemen door het
Nederlandse TNO-Enduras bevestigt hun gelijk met uitste-
kende resultaten. Technisch directeur Armacell dr. Mark
Swift fileert de samenhang tussen corrosiepreventie en de
prestaties van thermische en akoestische isolatie.
18 ............... ISOLATIE Magazine DECEMBER 2015
Uitstekend Armaflex-resultaat CUI-test TNO-Enduras
Olie- en gasindustrie attent opcorrosiepreventie met isolatie
Flexibele elastomeer isolatie leent zich uitstekend voor complexe
geometrieën bij leidingsteunen, afsluiters en andere appendages.
Cryogene leidingisolatie van een LNG-terminal in Melbourne,
Australië.
isolatiesysteem. Nog groter is het risico bij offshore-installa-
ties, omdat in de zoute zeelucht chloriden en sulfaten het
corrosieproces op gang brengen.
Isolatie als corrosiepreventieIsolatie kan corrosie niet uitsluiten, maar wel substantieel
bijdragen aan preventie. De materiaalkeuze bepaalt of isola-
tie het corrosierisico reduceert of juist vergroot.
Binnengedrongen vocht door beschadigde ommanteling of
door waterdampdiffusie veroorzaakt corrosie. In koudesyste-
men kan waterdamp binnendringen en condenseren door
het dampdrukverschil tussen systeem en omgeving. Dit tast
de isolatiewaarden sterk aan en veroorzaakt grote energie-
verliezen. Zodra vocht zich over het metalen leidingopper-
vlak verspreidt en tegelijkertijd lucht toetreedt, is corrosie-
vorming een feit. Geslotencellig isolatiemateriaal met een
hoge waterdampdiffusieweerstand zet het corrosieproces de
voet dwars. De gesloten Armaflex-materiaalstructuur over
de gehele isolatiedikte resulteert in een hoge dampweer-
stand die waterdampdiffusie terugdringt: het materiaal
beschikt over ingebouwde dampremming. Dampopen isola-
tiesystemen vertrouwen de diffusieweerstand geheel toe
aan een externe dampremmende laag. Zelfs perfect uitge-
voerd vakwerk kan openingen dan wel binnendringend
vocht niet volledig voorkomen. De in de olie- en gaswereld
gebruikelijke weerbestendige afwerking met metalen
ommanteling biedt evenmin betrouwbare bescherming.
CUI-Test TNO-Endures
Het verband tussen isolatieontwerp en CUI-risico krijgt
tegenwoordig meer aandacht in de gas- en oliesector.
Hoewel tal van normen en testrapporten beschikbaar zijn
voor corrosiebescherming, kijken internationale richtlijnen
amper naar de relatie tussen isolatie en CUI. Uitzonderingen
zijn de ASTM-normen C692 en C871, die echter geheel
gewijd zijn aan spanningscorrosie van austenitisch staal/rvs.
Er zijn tot dusver dus geen normen en testrapporten voor-
handen met betrekking tot de isolatie-invloed op CUI-pre-
DECEMBER 2015 ISOLATIE Magazine ............... 19
Opening van de ‘tijdcapsule’. Na vijf jaar regelmatige besproeiing
is de Armaflex/Arma-Chek-isolatie van de decompressiekamer
ontmanteld. Het oppervlak bleek geheel corrosievrij.
Proefopstelling van de TNO/ENDURES CUI-Test.
Montage van het thermo-akoestische isolatiesysteem ArmaSound
Industrial.
Praktijktraining in de olie- en gasindustrie.
Geen verrassing: in de eerste testfase is corrosie ontstaan. Dit
blijft echter beperkt tot de directe omgeving van de boorgaten,
zoals het detail toont. Andere leidingdelen, waaronder de volle-
dige onderzijde vertonen geen corrosiesporen. Hier heeft de
Armaflex-isolatie corrosie-uitbreiding effectief verhinderd. Ondanks aanzienlijk beschadiging van de ommanteling ontstond
in de tweede testfase in het geheel geen corrosie.
ventie. Een aanzet daartoe is wellicht de door TNO-Endures
en Shell ontwikkelde proefopstelling die verschillende isola-
tiematerialen beoordeelt. De olie- en gasindustrie onder-
steunt dit protocol en beschouwt het als voorloper voor een
officiële norm.
TestopzetTer wetenschappelijke onderbouwing van de Armaflex-pres-
taties heeft TNO-Endures te Den Helder het isolatiesysteem
aan bovengenoemde CUI-test onderworpen.
In de standaardopstelling circuleert water op 80 °C. in
gesloten kringloop door een leiding van ongelegeerd staal
(diameter 114 mm, wanddikte 5,5 mm, lengte 1000 mm). De
leiding is met opzet niet voorzien van corrosiewerende verf,
coating of TSA-behandeling. Uiteraard maken dergelijke
voorzieningen in de praktijk juist wel deel uit van het CUI-
preventiebeleid.
Om extreme offshore-omstandigheden na te bootsen is de
geïsoleerde leiding onafgebroken besproeid met een
warme zoutoplossing. Deze ideale corrosiecondities zijn
gedurende zes maanden gehandhaafd.
Dit CUI-griezelscenario is losgelaten op twee isolatiesyste-
men. Een helft van de met staalschijven verdeelde leiding is
geïsoleerd met twee lagen Armaflex-plaatmateriaal van 25
mm dikte elk (opstelling A). De isolatie is volledig verlijmd
op het leidingoppervlak c.q. de eerste laag. Opstelling B is
op dezelfde wijze behandeld en vervolgens met glasvezel-
versterkt kunststof ommanteld.
Om een beschadiging na te bootsen zijn in opstelling A zes
gaten door het volledige isolatiepakket geboord, op 2-, 6-
en 10-uurspositie. Zo komt water in het isolatiemateriaal en
wordt het corrosieproces kunstmatig gestimuleerd: de lei-
ding komt immers in aanraking met zout water, terwijl ook
zuurstof zijn rol speelt. De warme zoutoplossing versnelt
het proces. Ook opstelling B laat water binnenbringen, zij
het dat hier de gaten slechts door de ommanteling zijn
geboord en het isolatiemateriaal onbeschadigd blijft.
TestresultaatAansluitend op de testperio-
de van zes maanden is het
proefobject grondig onder-
zocht. Opstelling A vertoon-
de de verwachte corrosie,
echter beperkt tot de
onmiddellijke omgeving van
de boorgaten. De overige
leidingdelen, zoals de volle-
dige onderzijde, vertoonden
geen corrosiesporen. Daar
kon de zoutoplossing blijk-
baar niet doordringen. Dat
laat zich verklaren door de
ingebouwde damprem van
het geslotencellige materi-
20 ............... ISOLATIE Magazine DECEMBER 2015
De olie- en gasindustrie profiteert van de voordelen van flexi-
bele elastomeer isolatie, hier bij tankisolatie.
Leidingisolatie met ArmaSound Industrial Systems toegepast
in een LNG-installatie.
Thermisch-akoestische isolatie aan een bocht. Het systeem
wordt met Arma-Chek ommanteld.
Tabel 1: Vergelijking tussen isolatiematerialen voor olie- en gastoepassingen.
aal en de volledige verlijming. De test toont overtuigend
aan dat Armaflex ook onder uitzonderlijke omstandigheden
het CUI-risico tot een minimum beperkt. Zeker als men in
aanmerking neemt dat de test het corrosieproces juist pro-
voceert. Zowel de omgevingsbelasting als de aangebrachte
beschadigingen gaan ver voorbij aan reële praktijkomstan-
digheden.
Niettemin heeft ook opstelling B met boorgaten in de
ommanteling de verwachtingen overtroffen. Bij verwijde-
ring van de isolatie voelde de buitenste laag vochtig aan. De
binnenste laag bleek volledig droog. Op de stalen leiding is
nergens corrosie aangetroffen: het isolatiemateriaal heeft
voorkomen dat vocht het leidingoppervlak bereikt. De test
bewijst dat het geslotencellige isolatiemateriaal met geïnte-
greerde dampremming het CUI-risico aanzienlijk terug-
dringt. Van doorslaggevend belang is correcte bepaling van
de isolatiedikte, systeemspecifieke corrosiebescherming, lijm,
ommanteling en uiteraard vakkundige montage.
Een gedetailleerd testrapport is beschikbaar op www.arma-
cell.com/oilandgas/cui.
Eisen in gas- en oliesectorZoals Tabel 1 laat zien, presteert geslotencellige elastomeer
isolatie minimaal gelijk of beter dan alternatieve isolatiema-
terialen. Vanzelfsprekend zijn er ook beperkingen, zoals de
bestendigheid tegen zeer hoge temperaturen, agressieve
media en weersinvloeden. Ook de geluidabsorptie heeft zijn
grenzen. Ommantelingssystemen zoals Arma-Chek kunnen
een aantal van deze functies overnemen. Deze ommanteling
op rubberbasis is specifiek ontwikkeld voor de olie- en gas-
industrie. Het biedt effectieve bescherming tegen binnen
dringend vocht, mecha-
nische belasting, UV-stra-
ling, zeewater en chemi-
caliën. De waterdamp-
diffusieweerstand ligt
boven 50.000 µ: daar-
mee is het materiaal
technisch gezien damp-
dicht. Verder voordeel
van Arma-Chek is het
flexibele karakter: na
stoten of betreden – hoe
verwerpelijk ook – veert
het terug.
Akoestische isolatieArmacell heeft flink geïnvesteerd in onderzoek en product-
ontwikkeling gericht op geluid- en trillingdempende elasto-
meer isolatiematerialen voor de olie- en gassector.
Compressoren, regel- en afblaasventielen kunnen in de com-
plexe installaties behoorlijke geluidspieken genereren, die
zich in leidingen voortplanten.
In hogedrukleidingen versterken wervelingen rond afsluiters
en kleppen en richtingsveranderingen het stromingsgeluid.
Aanvullend op geluidreductie aan de bron en beperking van
de geluidvoortplanting moet geluidreductie vooral van het
isolatiesysteem komen. Dus ook van de isolatie en omman-
teling van leidingen en vaten.
Geslotencellig elastomeer isolatiemateriaal dempt uitste-
kend constructie-/contactgeluid: afhankelijk van de isolatie-
dikte tot 30 dB (A). Bovendien is de geluidabsorptie in de
middenfrequenties goed. Toch beantwoordt conventionele
elastomeer isolatie minder goed aan de strengste eisen in
geluidisolatie. Alleen met een aangepaste materiaalstruc-
tuur zijn voor specifieke toepassingen duidelijk betere
prestaties mogelijk. In samenwerking met de Britse
Bradford-universiteit is Armacell er in geslaagd isolatiemate-
riaal te ontwikkelen dat over het gehele relevante frequen-
tiebereik uitstekende geluidabsorptie realiseert. Het oor-
spronkelijk geslotencellige isolatiemateriaal is technisch
ingrijpend doorontwikkeld tot een volledig nieuw
akoestisch isolatieschuim met een opencellige microstruc-
tuur. In combinatie met Armaflex-isolatie en Arma-Chek-
mantel voorziet dit materiaal – ArmaSound Industrial - niet
alleen in afdoende akoestische isolatie. Het voorkomt tevens
energieverlies, condensvorming en binnendringend vocht.
Uitgangspunt voor toepassing van geluidisolerende isolatie
in de indstrie is ISO 15665 “Geluidisolatie voor pijpen, klep-
pen en flenzen” (Zie tabel 2). Overeenkomstig de norm-klas-
sen A, B en C biedt Armacell drie varianten ArmaSound
Industrial System. aanvullend is de D-klasse beschikbaar die
beantwoordt aan Shell-specificatie DEP 31.46.00.31.
In vergelijking met andere isolatiesystemen halen deze ther-
misch-akoestische sandwichconstructies plaatsbesparingen
tot zestig procent en gewichtreducties tot vijftig procent.
Elastomeer in olie- en gasindustrieIn toenemende mate past de olie- en gasindustrie flexibele
elastomeer isolatie toe voor thermische en akoestische isola-
tie. Waar het in de jaren negentig nog werd gezien als een
nicheproduct, heeft het zich inmiddels bewezen als vol-
waardig alternatief. Het wordt dan ook geregeld voorge-
schreven voor grote industrieprojecten, zoals het
Australische Great Gorgon-project en het LNG-project Ichtys
voor de Australische westkust.
DECEMBER 2015 ISOLATIE Magazine ............... 21
Tabel 2: ISO 15665: Minimale demping volgens ISO 15665.
Elastomeer isolatie realiseert aanzienlijke plaats- en gewicht-
besparing. De afbeelding toont enkele isolatiesystemen con-
form klasse B2 (ISO 15665). Links voorbeelden van een con-
ventionele thermisch-akoestische isolatieopbouw met
geschuimd glas of PIR in combinatie met minerale wol, rechts
de aanmerkelijk dunnere opbouw met ArmaSound Industrial
Systems B.
Metals
Afwerkingzit in ons DNA!
ALUMINIUM VOOR DE ISOLEERDER
Aluminium legering 1050 (Al 99,5) / 5049 (zeewaterbestendig) / 3005 / 5040
Oppervlakte glad / stucco
Dikte 0,6 - 1,2 mm
Breedte 1.000 mm / 1.250 mm / 1.500 mm
Gewicht 150 - 2.000 kg
BEVESTIGINGSMIDDELEN
Schroeven Plaat- & Boorschroeven
Klinktechniek Popnagels
Afsluittechniek Profi Verschluss-sortiment dekenhaken
ISOLEERDERS GEREEDSCHAP
Handgereedschap Tangen, Zagen, Meet- en aftekengereedschap
Elektrisch gereedschap Boormachines, Lasapparaten etc.
MEER WETEN?Bel 010-20 85 400of ga naar www.resolpro.com
De Resolpro Group bestaat uit Asbipro | Alert | Flamepro | Resolpro Metals | Hydro Rock | ANR | Technicas
Metals
Technische Isolatie
VCA is basisbagage
������������������� ����������������������������������������������������
������������ ����!�"����������������#���$����!�!� �%%��&&�!!���#���$�'�!�!� �%���&%�(!
���������)�*���+������������,��-��+���
Iso lat ie a l s tweede natuur
VAN DER LINDEN & VELDHUIS
VCA is basisbagage
Print Rendement
Henk van der Bend
Tituslaan 13
6642 AP Beuningen
The Netherlands
t. 024 6776930
m. 06 43 573 405
www.printrendement.nl
Print Rendement
Specialist in GrafiMedia
Producties
Voor al uw drukwerk,
online communicatie en
relatie magazines
UW PARTNER
IN ELEKTROWARMTE
Post: Postbus 50 | 7490 AB Delden
Bezoek: Amperestraat 4 | 4004 KB Tiel
Tel: 088 - 88 98 850 Fax: 088 - 88 98 851
www.huikeshoven.nl
www.elektrowarmte.nl
> Tracingsystemen en verwarmingskabels
> Verwarmingsjackets en siliconenmantels
> Doorstroomheaters en verwarmings elementen
> Vatverwarming en containerverwarming
> Ribbenbuiskachels en ruimteverwarming
> Alles in ATEX en niet-ATEX uitvoering
29/02/12 08:36
.COMSALAWWW YRY
Isolatie Magazine
in de bus
Isolatie Magazine richt zich op de totale bedrijfs-
kolom voor technische isolatie en is het offi cieel
orgaan van de Nederlandse Vereniging voor
Ondernemers in het Thermisch Isolatiebedrijf.
Iedere uitgave bevat vaktechnische informatie,
projectreportages, feiten en visies. De branche-
instellingen OOI (vakopleiding), CINI (technische
normen en standaarden) en NCTI (branchetech-
nisch instituut) informeren in Isolatie Magazine
de branche over de nieuwste ontwikkelingen.
U vraagt gemakkelijk een abonnement aan via
www.isoleren.nl, tabblad ‘Technische Isolatie’
en vervolgens rubriek ‘Isolatie Magazine’.
Isolatie Magazine richt zich op de totale bedrijfs-
kolom voor technische isolatie en is het offi cieel
orgaan van de Nederlandse Vereniging voor
Ondernemers in het Thermisch Isolatiebedrijf.
Iedere uitgave bevat vaktechnische informatie,
projectreportages, feiten en visies. De branche-
instellingen OOI (vakopleiding), CINI (technische
normen en standaarden) en NCTI (branchetech-
nisch instituut) informeren in Isolatie Magazine
de branche over de nieuwste ontwikkelingen.
U vraagt gemakkelijk een abonnement aan via
www.isoleren.nl, tabblad ‘Technische Isolatie’
en vervolgens rubriek ‘Isolatie Magazine’.
�����������������������������
������������������������� �������������
��� �������� ��
de natuur
● INDUSTRIËLE ISOLATIE
● CONSTRUCTIEWERK
● ASBESTVERWIJDERING
ELDHUIS
������������������������������������ � �����������������������������������
������������������������������������������������������������������ �������������
�������������������������������������������� ��� �������� ��
VAN DER LINDEN & VELDHUIS
� INDUSTRIËLE ISOLATIE
� CONSTRUCTIEWERK
� ASBESTVERWIJDERING
Isolatie als tweede natuur
ISOLATIE OP LOCATIE
Nederland is gewend aan ongestoorde beschikbaar-
heid van aardgas. Voor het comfort van douche en
verwarming of voor dagelijks vers brood uit gasge-
stookte bakkersovens. Al bijna vijftig jaar garandeert
de LNG-installatie van Gasunie Peakshaver op
Maasvlakte I in nauwe samenwerking met netbeheer-
der GTS voldoende druk. Deze plant bedient met
name het Randstedelijke deel van het 12.500 leidingki-
lometers lange Nederlandse aardgasnet. Via de
‘Gasrotonde’ maken distributienet. toeleverende
installaties en opslagfaciliteiten deel uit van de inter-
nationale infrastructuur.
PrecisiewerkDe peakshaver moet in actie kunnen komen bij dag-
temperaturen onder 0 à -2 °C. In de zomermaanden,
van 1 april tot 1 november, is er ruimte voor onder-
houd, revisie en modificaties zodat de installaties in
het koude tijdvak optimaal functioneren. Op de drem-
pel van het stookseizoen - in de Gasunie-kalender tus-
sen 1 november en 1 april - monteren drie- tot vier-
koppige teams van Wiko Isolatietechniek en
Steigerbouw uit Rotterdam een nieuw Foamglas-sys-
teem op vier 10 kW-Bently Nevada opvoerpompen.
Zodra de gasvraag de primaire toevoer overschrijdt,
voeren deze zware pompen vloeibaar aardgas en stik-
stof uit de opslagtanks via meng- en vergassingspro-
cessen toe aan het net. Een impressie van de omvang:
ruim een meter doorsnee, bijna vier meter hoog en
aangesloten op tientallen meters lange opvoer-perslei-
dingen. Per pomp gerekend is het team tien werkda-
gen intensief bezig. De vraag of dit niet sneller kan,
raakt bij Emil Mosch, hoofd Bedrijfsbureau Wiko, de
gevoelige snaar van de vaktechnicus: “Natuurlijk kan
dat niet sneller. Een warm object van vergelijkbare
omvang vraagt al een looptijd van ongeveer vier
dagen. Hier gaat het om een cryogeen systeem met
een mediumtemperatuur van –196 °C. Grondig voor-
bereid precisiewerk, dat begint met demontage van
het bestaande systeem. De uitvoering gaat gepaard
met continue kwaliteitscontrole: in dit werk krijg je
slechts één kans om het perfect te doen. Zodra de
installatie in bedrijf is gesteld, zijn reparaties niet
meer mogelijk of op zijn minst complex en kostbaar.
Dit werk is voor ons het neusje van de zalm: werk voor
de vakman die zijn vak verstaat. Ieder openstaand
naadje betekent – zodra de installatie in bedrijf komt
– direct ijsvorming. Bovendien kan dan vocht in het
isolatiesysteem komen. Dat zou voor de vakman een
heel pijnlijke draai om zijn oren zijn, om het zo maar
eens uit te drukken. Dus: wel efficiënt werken maar
nooit haastwerk: kwaliteit is prioriteit.”
Dubbelwandige tanks De hoofdlocatie van Peakshaver bevindt zich aan de
Missouriweg op Maasvlakte I, met neveninstallaties in
De LNG-installatie van Gasunie op Maasvlakte I kent twee
seizoenen: van 1 november tot 1 april moet deze peaksha-
ver binnen enkele uren kunnen ‘uitzenden’. Gedurende de
overige, milde maanden heeft de onderhoudsorganisatie
ruimte om dit operationele niveau te waarborgen. Vooral
met preventief onderhoud. Op het randje van de twee sei-
zoen voltooiden de isolatiespecialisten de drielaagse
Foamglas-isolatie van vier zware cryogene dompelpompen.
“Precisiewerk met slechts één kans om het goed te doen”,
zegt Wiko Rotterdam bij monde van Emil Mosch.
24 ............... ISOLATIE Magazine DECEMBER 2015
”Slechts één kans om het goed te doen”
Pompen peakshaver Gasunie inhermetisch Foamglas-pakket
De kop van de stikstofpomp, grotendeels in het meerlaagse
Foamglas One-systeem.
Botlek en Pernis. Coördinator Onderhoud Peter
Göttker schetst enthousiast de achtergronden van de
peakshaver. Hart van plant zijn twee LNG-tanks en een
stikstoftank. De ca. dertig meter hoge dubbelwandige
tanks met een diameter van veertig meter bieden
12.500 m3 vloeibare gasopslag, na expansie – compres-
siefactor 600 – goed voor 78 miljoen m3 gas. De peaks-
haver heeft een maximale uurcapaciteit van ca. 1,3 mil-
joen m3. Op basis van volle tanks kan de installatie
bijna een maand onafgebroken ‘uitzenden’, dat wil
zeggen leveren aan het distributienet. Uiteraard wor-
den de voorraden via de vloeibaarmakerij steeds op
peil gehouden. Daarvoor ontvangt de plant niet alleen
gas uit de Nederlandse aardgasvelden, maar bijvoor-
beeld ook uit andere bronnen via bijvoorbeeld de
nabijgelegen Gate-LNG-terminal. Menginstallaties ver-
werken hoog- en laagcalorisch tot de nauwe
Groningen-specificaties: het G-gas, geschikt voor de
apparatuur van de eindverbruiker. Ook wordt
uiteraard odorant toegevoegd als veiligheidsklikstof
aan het van nature reukloze aardgas.
De tanks zijn vanzelfsprekend geïsoleerd – met steen-
wol – en staan op een dik pakket Foamglas HLB tank-
bodemisolatie. In combinatie met de dubbelwandige
constructie is de isolatie voldoende om vloeibaar
methaan (-162 °C). en stikstof (-196 °C.) op te slaan
zonder aanvullende koeling. Het relatief beperkte ver-
dampende volume wordt via de vloeibaarmakerij
teruggevoerd.
Eén uur responsetijdIn een gemiddelde winter – voor zover die bestaan –
staat de peakshaver zo’n vijftien keer paraat en wordt
op verzoek van de netbeheerder ongeveer tien maal
overgegaan tot uitzending. Dat zijn gemiddelden:
alleen al in de koude januarimaand van 2013 sprong
de installatie tien keer bij. Bijspringen moet volgens
het overeengekomen servicelevel snel gebeuren: over-
dag binnen een uur, ’s avonds binnen drie uur. Dit rea-
liseert de organisatie via het voorafgaande paraat-pro-
tocol. De installatie heeft immers ongeveer acht uur
nodig om geheel op temperatuur en druk te komen.
Gedurende het seizoen test Gasunie-Peakshaver weke-
lijks alle essentiële delen waaronder pompen en com-
pressoren. “Het geheel is door de aard van het proces
veel complexer dan een continu draaiende installatie”,
licht Peter Göttker toe. “Temperaturen variëren van
omgevingstemperatuur tot –200 °C, wat hoge eisen
aan alle componenten stelt. Ook voeren we dus wisse-
lende processen uit. Van november tot april staan we
paraat voor uitzending, van april tot november ver-
werken we methaan tot vloeibaar gas. Altijd zijn delen
van de fabriek vol in werking, terwijl we op andere
delen onderhoud uitvoeren.”
PompisolatieDe vier stikstofpompen zijn in een geplande revisie-
operatie voorzien van nieuwe sealings, die dankzij
nieuwe technologie de standtijd – ondanks de extreem
wisselende temperaturen en vele start-topcycli– met
een factor tien verlengen tot meer dan 25.000 draaiu-
ren. Gasunie hanteert eigen specificaties voor isolatie-
systemen, mede gebaseerd op de CINI-normen en
wereldwijd gehanteerde richtlijnen. In verband met
DECEMBER 2015 ISOLATIE Magazine ............... 25
Pigrun
Gasunie Peakshaver beheert tientallen leidingkilome-
ters, die overwegend met Foamglas- en PIR-systemen
zijn geïsoleerd. De leidingen verbinden onder meer de
hoofdvestiging met de satellietplants op Botlek en
Pernis alsook met Gate terminal. Reiniging en inspectie
worden uitgevoerd met automatische intelligente
‘pigs’ die onder meer wanddikteanalyses draadloos
rapporteren. Geen kans dat corrosie onder isolatie of
andere signalen onopgemerkt blijven. Een ‘pigrun’
gaat behoorlijk snel: onlangs is in amper zes uur een
traject van 37 kilometer geïnspecteerd en gereinigd.
Partners in dit isolatieproject: V.l.n.r. Emil Mosch (Wiko), Rob
Langendam (Foamglas) en opdrachtgever Peter Göttker
(Gasunie Peakshaver).
Impressie van een reeds jaren functioneel Foamglas-deel met
Terostat afwerking. Natuurlijk niet meer spic&span schoon,
wel in functionele nieuwstaat.
explosieveiligheid gaan deze uit van anorganische iso-
latiematerialen bij opslag en processing van vloeibaar
stikstof, zuurstof en LNG. Voor de isolatie van de stik-
stofpompen specificeert Gasunie Foamglas One, op
grond van veiligheid, cryogene isolatiekarakteristieken
en de mechanische eigenschappen. Het systeem is
afgewerkt met een slagvast Terostat-mantel, onder-
deel van het Foamglas isolatiesysteem.
Wiko Isolatietechniek en Steigerbouw voert de werk-
zaamheden uit onder bescherming van een waterdich-
te tent. Dit voorkomt dat bij de werkzaamheden
onder atmosferische omstandigheden insluiting van
vocht tussen object en isolatie.
Het omvangrijke meerlaagse systeem – de pompdia-
meter is op de kop 1,25 meter – is als prefab-maat-
werk door Foamglas geproduceerd, in overleg met
Wiko Isolatietechniek en Gasunie. Dit garandeert een
straksluitend systeem, met minimale luchtinsluiting.
Minimaal betekent in dit geval in beginsel géén lucht-
insluiting, waarbij de uitzettingscoëfficiënt van
geschuimd glas de puntjes op de i zet: Foamglas
krimpt licht minder dan staal: zodra de pomp in
bedrijf komt sluit het materiaal nauw om het object
en worden segmentnaden aangetrokken.
Droog met antischuurlaagDe eerste laag wordt droog op het object gezet, dus
zonder lijm of kit. Aan de binnenzijde krijgen de
Foamglas One-segmenten een antischuurlaag in de
vorm van een anorganische celvullende coating. Bij
systemen met wisselende temperaturen of mogelijke
vibraties – in dit project is sprake van beide factoren –
om de oppervlaktebescherming van het object te
beschermen. Uiteraard moeten ook de chemische
eigenschappen van object en isolatie elkaar goed ver-
dragen. Foamglas is vrij van oplosbare chloriden, en is
dus veilig toepasbaar op een schoon rvs-oppervlak
zoals dat van de Bently-pomp. De buitenlaag van het
systeem is voorzien van een fabrieksmatig aange-
brachte Terostat-coating, zodat in de projectuitvoering
kan worden volstaan met overeenkomstige afwerking
van de naden met Terostat-sealer. Dit zorgt voor een
hermetisch gesloten en mechanisch solide systeem.
Alvorens tenslotte de rvs 304-mantel wordt aange-
bracht installeert Wiko PE-schuimfolie met antiperfo-
ratielaag.
Het isolatiesysteem en de realisatie daarvan is geba-
seerd op partnerschap. Leidend zijn uiteraard de speci-
ficaties, voorschriften en installatietechnische gege-
venheden van Gasunie Peakshaver. Op basis daarvan
inventariseren de isolatiespecialisten van Wiko in over-
leg met Foamglas de optimale inzet van prefab en de
aanpak op locatie van supports en appendages.
Hiervoor past men ter plaatse plaat- en vormdelen
zorgvuldig aan op de exacte geometrie. Uiteraard
wordt het gehele supportblok ook in Foamglas gezet,
tot op drie- à viermaal de object-isolatiedikte in ver-
band met koudebruggen. Hetzelfde geldt voor de ver-
lengde spindels van afsluiters, drukmeters en overige
meet- en regelapparatuur, die in de lengterichting tot
driemaal de isolatiedikte – in dit geval 1500 mm –
worden uitgeïsoleerd.
Wiko Isolatietechniek en Steigerbouw heeft het pro-
ject afgerond vóór de aanvang van het
‘Uitzendseizoen’ van Gasunie. De buitentemperatuur
bleef zelfs hoog voor de tijd van het jaar, maar wind
en regen rechtvaardigden de beschermende tent. Als
het de komende tijd echt koud wordt, is Gasunie er
klaar voor, net als de afgelopen vijftig jaar.
26 ............... ISOLATIE Magazine DECEMBER 2015
Tegen de achtergrond van de majestueuze stikstoftank de
batterij opvoerpompen, stuk voor stuk na revisie in Foamglas
isolatie gezet.
Karakteristiek deel van de Gasunie Peakshaver. Delen van de fabriek zijn met de wisseling van de seizoenen in bedrijf dan wel
toegankelijk voor vooral preventief onderhoud.
MABI AG
Werdstrasse 10
CH-5106 Veltheim
Tel.: +41 56 463 65 65
Fax: +41 56 463 65 66
Internet: www.mabi.ch
E-Mail: [email protected]
Langs deze weg willen wij u
hartelijk danken voor de aangename
samenwerking van het afgelopen jaar.
Wij wensen u en uw naasten een
goede gezondheid en veel persoonlijke
en zakelijke successen toe.
Prettige feestdagen en
het allerbeste voor 2016.
Nieuw: MABI B
ingo 4E EVO
Nieuw: MABI 3
000E EVO Laser
ISOLATIE CORROSIEPREVENTIE
Corrosie onder isolatie krijgt in de industriële praktijk lang
niet altijd de aandacht die het verdient, maar dat neemt
niet weg dat het leeft onder installatiebeheerders. De CUI-
workshop van Kennis- en Innovatiecentrum KIC – 15 okto-
ber 2015 in Terneuzen – trok dan ook een brede vertegen-
woordiging van industriële installatiebeheerders waaron-
der Shell, Dow, BASF, Sitech, Yara, Zeeland Refinery, Tata
Steel en Total. Aan de orde kwamen non-destructieve
inspectietechnieken en risico-gebaseerde inspectie, toepas-
sing van thermal spray aluminium (TSA) en technische iso-
latie.
“Isolatie is coating”Inleider Johan Sentjens, product en business development
manager van Temati, wond er geen doekjes om: CUI is een
technisch en organisatorisch mijnenveld, en desondanks
een ondergeschoven kind. Het schort de installatiebeheer-
ders vaak aan specialistische kennis en het belang van iso-
latie wordt onvoldoende erkend. Omdat het meer een
organisatorisch dan een technisch probleem is, blijft CUI
een verborgen gebrek dat meestal te laat aan het licht
komt. “Het bedrijfsmanagement is onvoldoende door-
drongen van het verband tussen CUI en ongestoorde
beschikbaarheid van productie-installaties”, aldus
Sentjens. “Gevolgen: een onvoorspelbaar risico op produc-
tieverlies, milieu-incidenten en persoonlijke ongevallen.”
De eerste spontane Temati-associatie in de isolatiesector is
cryogeen, maar de Beverwijkse systeemspecialist gooit
even hoge ogen ogen met zijn CUI-programma. Vanuit
deze positie poneerde spreker de stelling “Isolatie = coa-
ting”: “Zowel coating als technische isolatie beschermen
de installatie. Bedrijven hebben meestal gedegen coating-
en materialenkennis, maar helaas minder van technische
isolatie. Dat zou meer in balans mogen zijn: de enkele
decennia geleden nog gebruikelijke teams van isolatiespe-
cialisten in de petrochemie moeten we nu met een ver-
grootglas zoeken.”
Energie-efficiëntie en CUICUI ontstaat tussen circa -4 ºC en circa + 175 ºC graden.
Men isoleert in dit temperatuurgebied vooral voor per-
soonlijke veiligheid en daarnaast vanzelfsprekend om pro-
cestechnische redenen. Isolatie draagt ook belangrijk bij
aan energiebesparing, met terugverdientijden van soms
enkele maanden. Brancheorganisatie VIB te Nieuwegein
en het daaraan gelieerde kenniscentrum Nederlands
Centrum voor Technische Isolatie (NCTI) te Spijkenisse stel-
len vast dat isolatie als energiebesparingsmaatregel sterk
aan belang wint. VIB en NCTI rekenen asset-owners aan
de hand van onderzoeken en praktijkervaring voor dat
investeringen in technische isolatie op korte termijn geld
opbrengt. Toepassing van juiste isolatiesystemen bespaart
dus energie, CO2–emissie én kosten. Bovendien verhoogt
isolatie de beschikbaarheid van productie-installaties door
terugdringing van het CUI-risico.
Vaak staan deze doelstellingen direct en met zoveel woor-
den genoemd in het ‘Corporate Mission & Vision
Statement’ van de onderneming. “De stap naar een goede
isolatie-inspectie en onderhoudsstrategie is dus niet alleen
noodzakelijk, maar ook heel logisch”, concludeert de spre-
ker. En als reactie op het item investeringsruimte: “In de
”Als verborgen gebrek komt CUI meestal te laat aan het
licht. Thermische isolatie in relatie tot corrosie is een onder-
geschoven kindje, bij gebrek aan kennis en bewustzijn. Het
is dus meer een organisatorisch dan een technisch pro-
bleem.” Dit betoogde Johan Sentjens 15 oktober 2015 op de
CUI-workshop van Kennis- en Innovatiecentrum KIC te
Terneuzen. Sentjens, product en business development
manager van Temati vestigde mede namens CINI de aan-
dacht op relatief onbekende maar effectieve non-contact-
en spouwsystemen die binnengedrongen vocht afvoeren.
“Organisatorisch begint het met een corrosieteam op mana-
gementniveau”, aldus Sentjens. “Bedrijven die het zo aan-
pakken, beheersen de problematiek het best.”
28 ............... ISOLATIE Magazine DECEMBER 2015
Johans Sentjens op CUI-symposium KIC:
”Corrosie onder isolatievooral organisatorisch probleem”
Johan Sentjens, product en business development manager
Temati: “Bedrijven met een speciaal corrosieteam boeken meeste
succes in CUI-beheersing”.
KIC Terneuzen
Het Kennis- en Innovatiecentrum is een
initiatief van Valuepark Terneuzen. Ruim
veertig chemie- en petrochemiebedrijven
in zuidwest Nederland stimuleren sinds
2011 innovatie door permanente samen-
werking met kennisinstellingen en
onderhoudsbedrijven in de procesin-
dustrie. Het KIC brengt partijen door
middel van bijeenkomsten en projecten
samen. Kennis, ervaring en best practices
worden uitgewisseld en innovatieve
ideeën worden in de praktijk uitgewerkt.
huidige, beperkte kredietruimte investeren banken bij
voorkeur in bedrijven met een goed milieu- en veilig-
heidsbeleid. Twee kwaliteiten die dus direct verband
houden met CUI. Samengevat: kwalitatief goede isolatie
draagt concreet bij aan missie en visie op corporate
niveau.”
Informatie en kennisZoals gesteld: Sentjens benoemt CUI is in eerste instantie
als organisatorisch probleem. “In technisch zin behande-
len tal van documenten CUI. De NACE (National
Association for Corrosion Engineers) publiceerde al in
1958 over CUI. De European Federation of Corrosion
(EFC) heeft recentelijk een geüpdate CUI-richtlijn gepu-
bliceerd met een stappenplan voor een zogenaamde
“CUI mitigation strategy” ofwel strategie voor CUI-
bestrijding. Dit begint bij het betrokkenheid van het
hogere management, dat een corrosieteam formeert
waarin alle belanghebbenden zijn vertegenwoordigd.
Verder beschrijft deze richtlijn de inrichting van een
inspectie- en onderhoudsstrategie op basis van RBI (Risk
Based Inspection, risicogebaseerde inspectie). Voor wat
betreft isolatie refereert deze guideline aan het CINI-
handboek voor industriële isolatie.
Fit For-PurposeMet dat CINI-handboek in de hand staafde Sentjens zijn
stelling dat CUI-preventie organisatorische aandacht
vergt, terwijl de techniek al veel oplossingen op de plank
heeft: er staan verschillende isolatiesystemen beschreven,
die om onduidelijke reden bij het grote vakpubliek vrij
onbekend zijn. Namelijk ‘non-contact’-isolatie of isolatie
met luchtspouw. Deze systemen worden niettemin gere-
geld toegepast, bijvoorbeeld in Noorwegen door Statoil
of in Duitsland. Sentjens: “De gedachtegang hierachter is
de vaststelling, die ook binnen EFC en NACE wordt
gedragen, dat vocht in isolatie op lange termijn niet te
voorkomen is.” Bedoelde isolatiesystemen zijn zo ont-
worpen dat binnengedrongen vocht – door welke oor-
zaak dan ook - weer wordt afgevoerd. De oorzaak voor
binnendringend vocht is niet altijd even voor de hand
liggend als onjuiste montage of belopen isolatie.
Bijvoorbeeld een brandweeroefening, waarbij men met
hoge druk op een geïsoleerd object spuit. Maar veel
belangrijker en hardnekkig te bestrijden blijft het
belopen van isolatie”, waarschuwde spreker. Met een
cartoonprojectie vertolkte hij de gevoelens van de isola-
tiespecialist: op belopen van isolatie moet ontslag staan.
Fit for purposeVocht onder isolatie of natte isolatie in contact met de
ondergrond kan CUI veroorzaken. Daarnaast verslechtert
vocht het ook levensduur de thermische eigenschappen
van het isolatiemateriaal. Vocht verhoogt de lambda-
waarde (λ) oftewel de thermische conductiviteit.
Naast de twee in het CINI-Handboek beschreven isolatie-
systemen zijn er tal van andere producten en ontwikke-
lingen die hierop inspelen. Bijvoorbeeld drainpluggen of
een detectiesysteem dat vocht onder isolatie in een
vroegtijdig stadium detecteert.
Sommige producten zijn al toegepast of worden door
installatiebeheerders getest: dat is de beste zo niet de
enige manier om vast te stellen of deze producten ‘fit for
purpose’ – doelmatig - zijn en tot een ‘best-practices’-
standaard kunnen leiden. “Daar kunnen organisaties als
KIC en ook NCTI een belangrijke rol vervullen”: aldus
Sentjens. “Zij zijn in staat om verschillende systemen
onafhankelijk te testen en daarmee bij te dragen aan
versnelde innovatie op dit gebied.”
Bewustwording door kennis“CUI-preventie begint bij de engineering en een goede
specificatie”: aldus Sentjens op de KIC-workshop. “Het
CINI handboek voorziet hierin. Daarnaast geeft het NCTI
een tweedaagse cursus die dieper ingaat op thermische
isolatie en effectief gebruik van het CINI-handboek. Om
daarnaast ook te voorzien in de behoefte aan isolatie-
kennis tijdens de uitvoeringsfase is een aanvullende dag-
cursus ‘Gecertificeerd CINI-inspecteur’ opgezet voor
inspecteurs en onderhoudsfunctionarissen. Zij worden
dagelijks geconfronteerd met de gevolgen van slecht
onderhouden isolatie en spelen een cruciale rol spelen in
opzet en implementatie van onderhoudsprogramma’s en
dus ook van isolatiemontage en -onderhoud. De ervarin-
gen van deze groep leveren op hun beurt weer een
belangrijke bijdrage aan de verdere innovatie in isolatie-
materialen en -systemen.”
Inspectie en detectie van CUIVoldoende isolatiekennis is belangrijk om inzicht te krij-
gen in de kans op CUI. Maar aangezien het soms om
meer dan dertig jaar oude installaties gaat, met weinig
of geen historische inspectie- en onderhoudsdata, ver-
schaft alleen een volledige visuele inspectie een betrouw-
baar CUI-beeld.
ConclusieSentjens conludeerde dat bedrijven met een speciaal
‘Corrosieteam’ de meeste successen boeken in hun CUI-
beheersing. Ook dan concentreert de CUI-aandacht zich
nog overwegend op projecten waar tijdens een stop of
bij inspectie reeds CUI is aangetroffen. Ook is er nog een
relatief sterke focus op oppervlakte beschermingssyste-
men zoals TSA, terwijl er op het gebied van innovatie en
isolatie in relatie tot CUI nog mogelijkheden genoeg lig-
gen. De workshop CUI is dan ook het startsein voor pro-
jecten in KIC-verband die actuele best-practices ontwik-
kelen. “Isolatie moet er daar zeker een van zijn”, aldus
Johan Sentjens.
DECEMBER 2015 ISOLATIE Magazine ............... 29
CUI is meer een beheerskwestie dan een technisch pro-
bleem. Daarom manifesteert het zich vooral als verborgen
gebrek, dat doorgaans te laat aan het licht komt. De schade
is dan al aangericht.
NCTI- NIEUWS
Een CUI-lek kan kosten veroorzaken wegens uit-bedrijf
zijn van de installatie. Corrosie onder isolatie kost zeker
dan veel geld. Uit publicaties van American Petroleum
Institute (API) en European Federation of Corrosion
(EFC) blijkt dat veel organisaties het probleem onder-
kennen. Beperking van corrosie is alleen mogelijk door
systeembenadering en multidisciplinaire aanpak.
Herkenning van corrosie onder isolatie is één, voorko-
men is een ander verhaal. Iedereen draagt zijn steentje
bij aan preventie.”
John Houben (Materials Engineering Specialist bij
ExxonMobil) stelt dat corrosiepreventie bij nieuwbouw
begint bij het installatieontwerp: “De ontwerper kan
alleen een isolatievriendelijke installatie ontwerpen, als
hij gedurende het gehele ontwerpproces corrosie onder
isolatie in zijn achterhoofd houdt. De ontwerper moet
de procescondities kennen en de relevante procestem-
peraturen weten. Daarnaast is de omgeving van de
installatie van belang. Zo is de corrosiedruk in het kust-
gebied en nabij andere industrieën groter dan in het
binnenland. Op basis van deze gegevens volgt de keuze
voor het isolatie en coatingsysteem.”
Vakmanschap
Bij het aanbrengen van isolatie ziet Houben een sleutel-
rol voor de isolatie-inspecteur: “Tijdens inspectie van
isolatiesystemen komen beschadigingen ten gevolge
van fabricage, transport, montage en herstel aan het
licht. Vooral bij koude-isolatie, waarbij gewerkt wordt
met vapour barriers, is het van belang dat ervaren, bij
voorkeur gecertificeerde, inspecteurs er bij betrokken
zijn. Is een installatie eenmaal in bedrijf, dan hebben
operators een belangrijke taak in de signalering van
isolatiedefecten en corrosiepreventie. Zij werken dage-
lijks met de installatie en kunnen een defect en potenti-
eel corrosiegevaar direct melden aan de onderhouds-
dienst. Het CINI-handboek voorziet operators van infor-
matie voor signalering van corrosiegevoelige locaties.
Hoewel isolatie meer aandacht krijgt dan voorheen, is
het zaak dat iedereen hieraan voldoende aandacht
blijft besteden.”
Pre-inspection meetings
ExxonMobil neemt coating en isolatie zeer serieus en
belegt speciale ‘pre-inspectionmeetings’. Houben legt
uit: “Wij hebben ervaren dat een algemene pre-inspec-
tiemeeting aan het begin van een project niet volstaat.
De coatingaannemer is dan nog niet in beeld en ook de
isolatiecontractor is veelal nog niet bekend. In de prak-
tijk blijkt dat coating- en isolatiespecialisten niet vol-
doende betrokken worden bij de beoordeling van
installatietekeningen om te kijken of het ontwerp coa-
ting- en isolatievriendelijk is. Daarom is een pre-inspec-
Corrosie onder isolatie:
“Iedereen draagt steentje bijaan preventie”Corrosion under insulation (CUI) is misschien wel het
kostbaarste knelpunt in de procesindustrie. Sinds het
ontstaan van CINI speelt corrosiepreventie dan ook een
belangrijke rol in het handboek (tab 7: ‘Corrosie-
bescherming onder isolatie’). John Houben, Materials
Engineering Specialist bij ExxonMobil is blij met de
NCTI-aandacht voor corrosiepreventie: “Hoewel isolatie
niet de veroorzaker van corrosie is, kan de isolatie-
branche met kennis van corrosie en preventieve maat-
regelen veel problemen voorkomen.”
30 ............... ISOLATIE Magazine DECEMBER 2015
Nieuwe isolatie aanbrengen, is de inspectieconclusie bij een
afsluiter.
tionmeeting speciaal voor coating- en isolatieapplicaties
meer dan wensenlijk. Een goed moment voor zo’n
bespreking en eventuele correcties doet zich bijvoor-
beeld voor als een vat fysiek gereed is.”
Thermal Spray Aluminium - TSA
Houben laat weten dat ExxonMobil voor conservering
onder isolatie veel thermal spray aluminium (TSA)
gebruikt: “Bij TSA wordt vloeibaar aluminium op het te
beschermen oppervlak verneveld. TSA heeft veel voor-
delen ten opzichte van organische coating. Allereerst de
levensduur. TSA gaat wel dertig jaar mee, terwijl orga-
nische coatings een kortere levensduur hebben.
Anderzijds is een organische coating ook bij marginale
oppervlakte-voorbehandeling aan te brengen. Dit gaat
bij TSA niet op. Bij onvoldoende voorbereiding of niet-
optimale applicatie, is dit direct zichtbaar. TSA biedt
verder kathodische bescherming onder isolatie, hetgeen
bij organische coatings niet altijd het geval is. Sterker
nog, een zinkprimer zonder topcoating onder isolatie
levert zelfs een versnelde lokale corrosie op, omdat zink
boven 60 °C in het galvanische proces kathodisch
wordt en dus staal tot offer-anode degradeert.”
Onderhoud
De onderhoudsaanpak van ExxonMobil voor CUI-pre-
ventie is vrij uniek. John Houben: “Het corrosierisico
hangt af van de installatieleeftijd en eveneens van het
heersende klimaat. In tropische omstandigheden zijn
installaties het meest kwetsbaar voor corrosie onder iso-
latie. Voordat wij met onderhoud starten worden de
installaties gescreend volgens de RBI-methodiek (Risk
Based Inspection) en bepalen we welke systemen als
eerste onderhoud nodig hebben. Aan de hand van de
prioriteitenlijst maken we onderhoudsplannen.
Uitgangspunt is altijd verwijdering van de bestaande
isolatie wordt en stralen van het oppervlak voordat we
TSA aanbrengen. Immers, de ervaring leert dat de cor-
rosie vaak wordt ontdekt waar je het niet verwachten.
De onderhoudswerkzaamheden verlopen doorgaans
‘on-stream’ bij warme isolatie: de installatie blijft in
bedrijf. In het geval van leidingen is het lastiger om pri-
oriteiten te stellen, omdat deze systemen complexer
zijn. Het stralen van leidingen en het aanbrengen van
TSA is veel bewerkelijker op leidingsystemen. Voor de
prioriteisbepaling volgen wij de RBI-methodiek met risi-
comatrix, zoals beschreven in EFC-publicatie 55.
Daarnaast werken wij samen met ervaren TSA aanne-
mers.”
Stralen of geld weggooien
Houben is glashelder over de noodzaak van stralen:
“Niet stralen is geld weggooien. Ofwel ‘It will not last,
if you do not blast’. Je moet het materiaal dan ook kún-
nen stralen en dat is niet altijd eenvoudig. Soms zijn de
oppervlakken niet goed bereikbaar door obstakels zoals
steunen, stompen en bordessen die deze TSA-voorbe-
handeling bemoeilijken. Hijsogen zijn een mooi voor-
beeld. De achterkant aan een zijde van het vat is niet
bereikbaar voor stralen en TSA-behandeling. Op derge-
lijke plaatsen is ook correcte isolatiemontage lastig. In
zulke gevallen begint het met ontwerp, constructie en
montage van volledig bereikbare hijs-stompen met het
oog op stralen en nauwkeurige isolatiemontage.”
In gesprek
Kennis van isolatie en corrosiepreventie is voor de hele
keten van belang. Houben concludeert dat specialisten
meer met elkaar in gesprek moeten en kennis over CUI-
preventie met verschillende disciplines moeten delen:
“De procesindustrie moet voortdurend worden gewe-
zen op isolatiespecificaties en handboeken. Specificaties
zijn alleen waardevol als ze zowel in de engineering als
op de werkvloer worden gevolgd. Daarom hecht ik ook
veel waarde aan training. ExxonMobil is al sinds 2005
gebruiker van de CINI-cursus en – wereldwijd - van het
CINI-Handboek.”
DECEMBER 2015 ISOLATIE Magazine ............... 31
John HoubenJohn Houben is Materials Engineering Specialist
bij ExxonMobil. Hij is nauw betrokken bij de tot-
standkoming en actualisatie van Tab 7
‘Corrosiebescherming onder isolatie’ van het CINI-
Handboek. Over CUI-management is ook veel
terug te vinden bij internationale organisaties
(rapporten): American Petroleum Institute (API),
RP 583-2014; European Federation of Corrosion
EFC, Publication 55; National Association of
Corrosion Engineers, NACE international:
Standard Practice 0198-2010.
Heat-tracing kan CUI in de hand werken
(foto: EEPC Roadmap to Managing CUI).
Hoge densiteit-isolatie bij leidingsteunen voorkomt
corrosie.
ISOLATIE INNOVATIE
Veertig procent lichter. Dat is de SeaRox-innovatie
FB 6000 waarmee Rockwool Technical Insulation 2016
opent. Scheepvaart en offshore én hun isolatiebedrijven
zijn per definitie geïnteresseerd in gewichtsreductie.
Veertig procent mag substantieel of zelfs baanbrekend
heten.
Energie en laadruimteAls wetgever en verzekeraar het al niet afdwingen, stel-
len scheepseigenaren en scheepsbouwers zelf wel hoge
eisen aan isolatiesystemen. Brandveiligheid staat voor-
op, direct gevolgd door blijvend hoge thermische en
akoestische functionaliteit. In de offshore-industrie
geldt hetzelfde. Wat goed is kan echter beter: de mari-
tieme sector ziet alle componenten waaronder het isola-
tiemateriaal graag licht en compact. Dat bespaart aan-
zienlijk op energiegebruik/CO2-emissie en stelt – zeker
voor jachten en kleinere schepen - interessante nuttige
ruimte beschikbaar. Een lager gewicht maakt een schip
zelfs enigszins sneller. Met de nieuwe generatie SeaRox
komt Rockwool Technical Insulation de scheepsbouw
dus fors tegemoet: tot veertig procent gewichtsbespa-
ring bij gelijkblijvende prestaties. Dat betreft naast de
thermische karakteristieken ook de voor marinetoepas-
singen zwaarwegende waterafstotende eigenschappen.
Op akoestisch gebied presteert de FB 6000-range zelfs
beter. Het voldoet ruim aan de nieuwste, per 2015 aan-
gescherpte internationale eisen.
VezelstructuurProductontwikkelaars van Rockwool Technical Insulation
hebben intensief gewerkt aan de realisatie van een
lichtgewicht SeaRox-range, inspelend op wensen van
scheepseigenaren en – in hun kielzog – isolatiespecia-
listen. Medio 2015 zijn in Denemarken de eerste nieuwe
materialen in productie genomen, na succesvolle onaf-
hankelijke testen. Enkele maanden later zijn alle certifi-
caten bekrachtigd, waaronder de IMO-goedkeuring
(‘Stuurwiel’) dat de weg vrijmaakt voor de feitelijke toe-
passing. De fabrikant verwacht de nieuwe productie-
techniek geleidelijk uit te rollen over de andere produc-
tievestigingen, waaronder Roermond waar momenteel
een nieuw logistiek centrum verrijst.
De gewichtsbesparing tot veertig procent is berekend
op basis van het nieuwe FB 6000 ten opzichte van con-
ventionele A60 bulkhead-constructies met SeaRox SL-
plaat (100 kg/m3). Het laat zich eenvoudigweg wegen
en zelfs voelen. De resultaten van onafhankelijke tests
en bijbehorende productcertificaten bevestigen de isola-
tiewaarden en brandveiligheidsprestaties. Aan de zach-
tere touch is te voelen dat het materiaal een andere
structuur heeft. Rockwool geeft de technische finesses
achter de innovatie niet prijs: de gewichtsbesparing is
bereikt met een verbeterde vezelstructuur, bereikt door
optimalisatie van het productieproces. Voor alle duide-
lijkheid: Het SeaRox FB 6000-programma bestaat uit 100
procent steenwolproducten.
De productontwikkeling is doelgericht opgezet. De
focus lag dan ook niet alleen op de gewichtsbesparing,
maar gelijktijdig op uiteenlopende praktische aspecten:
denk aan thermische isolatiewaarden, akoestische dem-
ping, certificatiecriteria en applicatie-eigenschappen.
Met andere woorden: de kostbare testfase wordt inge-
zet met helder zicht op marktintroductie.
”Een verbeterde vezelstructuur, gerealiseerd in een geopti-
maliseerd productieproces.” Meer wil Rockwool Technical
Insulation vooralsnog niet prijsgeven over de achtergron-
den van de nieuwe generatie SeaRox-isolatiematerialen
voor scheepsbouw en offshore. De baanbrekende prestatie
zelf kan men gewoon nawegen en nameten: het materiaal
is tot veertig procent lichter bij gelijkblijvende isolatiepre-
staties en brandveiligheid. Met drie plaatvarianten in de
FB 6000-reeks start de introductie van de nieuwe SeaRox-
generatie.
32 ............... ISOLATIE Magazine DECEMBER 2015
Efficiëntiewinst in energie en belading
Nieuwe SeaRox-generatieveertig procent lichter
Montagegemak: dankzij het lichte gewicht kan SeaRox FB 6000
op gemiddeld zes pennen per plaat worden gemonteerd, tegen
acht op het conventionele product.
ApplicatieHet nieuwe SeaRox-programma FB 6000 start met drie
plaatvarianten FB 6020, FB 6040 en FB 6050 voor A-30-
en A-60 dek- (Deck) en wandisolatie (Bulkhead).
Daarmee bedient Rockwool reeds de markt voor stalen
schepen, waaronder de grote commerciële vaart. Medio
2016 volgt uitbreiding, logischerwijs ook met componen-
ten voor bijvoorbeeld jachtbouw met de veel voorko-
mende aluminium opbouw. Hiervoor worden met het
oog op brandgedrag aangepaste, meer stijve construc-
ties toegepast. Bijvoorbeeld in de vorm van een twee-
laagse isolatieopbouw met verspringende naden tegeno-
ver een eenlaags systeem bij een staalconstructie.
De lichtgewicht SeaRox FB-range wordt gemonteerd vol-
gens de gebruikelijke montagepatronen, dat wil zeggen
de relatief hogere dikte (70 mm) op de wand in combi-
natie met 30 mm hoge densiteit rondom de verstevi-
gingsribben (stiffeners).
De scheepsbouw hecht aan dergelijke isolatieontwerpen
omdat zo min mogelijk effectieve ruimte in beslag
wordt genomen terwijl de functionaliteit volledig gega-
randeerd is.
WereldmarktScheepsbouw is een substantieel marktgebied voor tech-
nische isolatie, met per land verschillende accenten.
Nederland is van oudsher een toonaangevend centrum
voor zowel jachtbouw als industriële scheepsbouw.
Rockwool Technical Insulation verwacht dan ook veel
belangstelling voor het lichtgewicht-programma van de
kant van werven en hun isolatie-aannemers.
Internationaal zijn de reacties positief: verschillende
grote werven in bijvoorbeeld China en Korea hebben
hun 2016-specificaties aangepast. Ook bouwers van crui-
seschepen in Frankrijk en Italië tonen belangstelling. De
gewichtsbesparing voor deze grote schepen met laadver-
mogens van 400.000 ton en meer kan oplopen van vele
tientallen tot zelfs enkele honderden tonnen. Het
spreekt voor zich dat dit zeer aantrekkelijke brandstof-
besparingen oplevert.
Optimaal pennenpatroonGoed nieuws voor de isolatiebedrijven is de uitwerking
van lichtgewicht isolatie op het optimale pennenpa-
troon. Uitgaande van een A-60 bulkhead-isolatieont-
werp vraagt het lichte SeaRox FB 6000-programma
gemiddeld zes pennen per steenwolplaat, terwijl het
conventionele Marine Firebatt programma gemiddeld
acht pennen vereist. Daarmee is aanzienlijke efficiëntie-
winst in de montage binnen handbereik, waarbij de wet
van de grote getallen aantrekkelijke tijdbesparingen te
zien geeft.
Een impressie van het nieuwe lichtgewicht SeaRox
FB600-programma is te vinden op YouTube: zoek op
Rockwool en SeaRox om de film snel te vinden.
DECEMBER 2015 ISOLATIE Magazine ............... 33
Lichtgewicht isolatie bespaart de scheepvaart veel energie. De gewichtbesparing kan oplopen van tientallen tot zelfs honderden
tonnen op moderne schepen van 400.000 ton of meer.
Akoestische isolatieDe IMO-voorschriften voor akoestische isolatie in
de scheepsbouw zijn per januari 2015 (datum kiel-
legging) aangescherpt en zijn per 2018 volledig
geïmplementeerd. De strengere eisen hebben con-
sequenties voor zowel de functionele prestaties als
ontwerp en documentatie. Het SeaRox FB 6000-
programma voldoet volledig aan deze nieuwe
eisen, vastgelegd in IMO-norm MSC.337[91].
Rockwool Technical Insulation heeft de nieuwe FB-
steenwolplaten getest voor standaardtoepassin-
gen en volgens de aanvullende comfort-klassen.
Evenals het gehele programma van Rockwool
Technical Insulation voldoet het nieuwe SeaRox-
programma aan de Europese EUCEB-eisen voor
minerale-wolproducten.
ULTIMATE is de meest recente innovatie in minerale wol van Isover. Door het combineren van de positieve eigenschappen van steenwol en glaswol biedt ULTIMATE unieke voordelen voor gemiddelde tot hoge toepassingstemperaturen (tot wel 700°C). Zeker wanneer u de energie eF iciency wilt verbeteren en rekening moet houden met beperkingen in isolatiedikte en -gewicht.
De Isover ULTIMATE TECH-oplossingen voldoen aan de CINI-speciK caties en zijn CE-gemarkeerd.
Interesse in ULTIMATE prestaties?Neem contact op voor advies op maat. Saint-Gobain IsoverTelefoon: 0347 358 400, [email protected]
www.isover-technische-isolatie.nl
Kies voor topprestaties in technische isolatie
ULTIMATE minerale wol:
✔ tot 35% betere thermische prestaties*
✔ tot 30% besparing in isolatiedikte*
✔ tot 50% besparing in gewicht*
* in vergelijking met traditionele steenwol isolatie-oplossingen
VCA is basisbagage
Coolag Hamar b.v. is Nederlands grootste en meest
toonaangevende producent, leverancier en distributeur
van thermische, brandwerende en akoestische isolatie-
materialen. Coolag Hamar maakt deel uit van de SIG groep
met o.a. zusterbedrijven in België, Duitsland, Engeland,
Frankrijk, Ierland, Nederland en Polen. Productie en
distributie van thermische, brandwerende en akoestische
isolatiematerialen is één van de kernactiviteiten van
SIG. De door Coolag Hamar geleverde isolatiematerialen
worden o.a. toegepast bij de isolatie van technische
installaties in gebouwen, de industriële koeltechniek,
de chemische-, petrochemische- en procesindustrie,
scheepvaart, off-shore olie- en gaswinning en OEM.
Producent & Distributeurvan Isolatiematerialenmet een uniek “one-stop-shopping” concept
NEW Plug-in Connection System PLEXO TCS
The PLEXO TCS connection system can be used for the complete range of BARTEC self-limiting heating tapes.
With only one system you can assemble heating connections, plug and socket splices and also end
terminations, easily and safely. PLEXO TCS: Convenient. Flexible. Economical.
All our electric heating systems fulfill the relevant international standards and guidelines.
Check out our on-line promotional movie at www.bartec.nl/plexo
Heating cables
Control systems
Connection technology
BARTEC Safe.t® Technology
Electric Trace Heating Systems
BARTEC NEDERLAND b.v. Boelewerf 25 NL-2987 VD RIDDERKERK Phone: +31 (180) 41 05 88 [email protected] www.bartec.nl
ISOLATIE CORROSIEPREVENTIE
Het Kennis- en Innovatiecentrum KIC te Terneuzen
agendeerde corrosie onder isolatie voor het seminar van
oktober 2015. Succes verzekerd: tachtig deelnemers
brachten bijna alle spelers uit de Belgische en
Nederlandse (petro)chemie bij elkaar. Het jaar in jaar uit
miljoenen vernietigende probleem – wereldwijd mini-
maal € 100 miljoen per jaar - treft iedere plantowner.
Alles wat uitzicht biedt op terugdringing door detectie,
preventie en herstel is interessant, want per definitie
kostenbesparend.
Non-destructief onderzoek (NDO) of – zoals Mistras-spe-
cialist Nicolas Osselaer de toegepaste techniek interna-
tionaal benoemt – non-destructive testing (NDT) is
hoogst interessant: het belooft objectieve informatie
tegen lage kosten. Mistras is wereldwijd actief in
industriële inspectie en NDT, met sterke presentie in de
Verenigde Staten en EU. Naast vier vestigingen in
Nederland is het bedrijf sinds 2014 onder leiding van
general manager en NDO-level III-deskundige Nicolas
Osselaer ook gevestigd in Antwerpen: aan de
Koordekenshoef aan de haven, in de onmiddellijke
nabijheid van de chemie-, petrochemie- en overslagcon-
centraties. Deze vestiging telt twaalf inspectie- en NDO-
deskundigen die tevens specialist zijn in engineering,
metallurgie en corrosiebestrijding. Zij zijn werkzaam in
heel België met een concentratie op groot-Antwerpen.
InspectiesMistras voert in samenwerking met opdrachtgevers vol-
ledige inspectieprogramma’s uit, in modulair opge-
bouwde programma’s die uiteenlopen van visuele
inspecties tot en met de complete range NDO-onderzoe-
ken. De dienstverlening wordt ingezet voor onder-
houdsprogramma’s en turnarounds en voor wettelijk
voorgeschreven periodiek inspecties. Binnen de interna-
tionale groep en vaak zelfs binnen landenteams
beschikt Mistras over ISO 9712-gecertificeerde inspec-
teurs, met de flexibiliteit om in uitzonderlijke gevallen
gekwalificeerde externe collega’s in te zetten. “We zijn
in alle industriegebieden lokaal aanwezig met wereld-
wijde reikwijdte”, zegt Nicolas Osselaer. De ingezette
technologie varieert van röntgen-inspectie, ultrasoon
onderzoek, hydrodetectie en thermografie tot en met
radiografie en wervelstroomanalyse. Een deel van de
techniek is geënt op geavanceerde medische technolo-
gieën, waarvan de industrie tegen een fractie van de
kosten de vruchten plukt.
Een CUI-programma begint met een risico-inventarisatie
van de leidingsystemen, gevolgde door een objectieve
liefst genormeerde screening op basis van specifieke
fabrieksnormen of bijvoorbeeld API 175. De opdrachtge-
ver voert voorafgaand aan NDO-onderzoek zelf visuele
inspecties uit of besteedt ook deze voorfase uit aan
CUI in de petrochemie verspilt jaar in jaar uit miljoenen.
Inspectie en non-destructief onderzoek (NDO) zijn onmis-
baar in de strijd tegen corrosie onder isolatie. In nauwe
samenwerking met de klant zet Mistras wereldwijd geavan-
ceerde technologie in om CUI te detecteren en te voorko-
men. NDO- en inspectiespecialist Nicolas Osselaer van de
Antwerpse vestiging geeft een overzicht van de belangrijk-
ste technieken. Hij benadrukt dat de inzet van dure techno-
logie niet-alleenzaligmakend is: “Begin met eigen ogen en
boerenverstand. We komen graag, maar in veel gevallen
heeft de plantowner dan al een concreet CUI-vermoeden.”
36 ............... ISOLATIE Magazine DECEMBER 2015
NDO- en inspectiespecialist Nicolas Osselaer (Mistras):
”Ogen en boerenverstand evenbelangrijk als dure techniek”
NDO- en inspectiespecialist Nicolas Osselaer (Mistras): “NDO is
onderdeel van integraal CUI-beleid met preventie, vroegtijdige
detectie, bestrijding en risicogebaseerd preventief onderhoud. De
ervaring leert dat corrosie zich niet houdt aan de grenzen die
installatiebeheerders zo ongeveer hadden afgebakend”.
Mistras. Nicolas Osselaer: “Eerste vereiste in zo’n samen-
werking is absoluut vertrouwen en volstrekt objectief
onderzoek en rapportage.”
Planmatige CUI-aanpakOsselaer ziet NDO-inzet als onderdeel van een integraal
CUI-beleid. Onderdelen zijn preventie, vroegtijdige
detectie, bestrijding en risicogebaseerd preventief
onderhoud, gericht op installatie-integriteit. De ervaring
leert dat corrosie zich niet houdt aan de grenzen die
installatiebeheerders zo ongeveer hadden afgebakend.
Ook buiten het temperatuurgebied tussen -10 en +120 à
150 °C. slaat het geregeld toe, evenals op chroomnik-
kelstaal in kustgebieden met een hoger chloridegehalte
in de atmosfeer. In combinatie met wegbezuinigde lei-
dingconservering en gericht isolatie-onderhoud liggen
hier CUI-valkuilen.
Een visuele inspectie is altijd belangrijk, stelt Nicolas
Osselaer. Bij een ononderbroken leidingtraject zonder
bochten, kooien, stompen of nozzles en zonder isolatie-
schade, is CUI weinig waarschijnlijk. Is dergelijke schade
wel zichtbaar, bijvoorbeeld door aanrijding met een
hoogwerker of belopen, dan is de integriteit van het
systeem aangetast. Een directe melding is dan natuurlijk
effectiever dan wachten tot Mistras komt inspecteren.
“Maak iedereen, van hoofdingenieur tot reinigings-
dienst, duidelijk dat niet op isolatie mag worden
gelopen. We kennen de plaatsen waar geen leidingbrug
is en – zichtbaar – velen toch de kortste weg naar de
andere kant hebben genomen. Een grote petrochemie-
speler had er ooit een duidelijke campagne voor: wie op
isolatie trapt, wordt van de plant getrapt. Terecht, want
het beschadigt niet alleen de mantel maar ook het
systeem daaronder met mogelijk ernstige gevolgen.”
InspectiemethodenDe technisch eenvoudigste methode is een kwalitatieve
visuele inspectie, die onmiddellijk resultaten oplevert
echter met het risico kritische CUI-locaties over het
hoofd te zien. Een volledige visuele inspectie is traag,
omslachtig en kostbaar: demontage van isolatie, eventu-
eel steigerbouw of bijzondere veiligheidsmaatregelen.
• Radiografie. Een veel toegepaste methode waarbij het
isolatiesysteem in tact blijft, is radiografisch onderzoek
(röntgen). De oorspronkelijke methode met film is
goeddeels verdrongen door digitale methoden met
direct beschikbaar resultaat. Het object absorbeert een
deel van de radiofrequente golven en geeft zo een
accuraat beeld van de in- en uitwendige materiaalcon-
ditie. De isolatie kan blijven zitten, maar het beeld
bestrijkt een beperkt deel. Rapportage kan automa-
tisch worden gegenereerd en bijvoorbeeld per mail
worden verzonden. Een moderne variant is RTR
OpenVision, dat snel een twee- of driedimensionaal
digitaal oppervlakte beeld biedt van de buitenzijde
van het te onderzoeken oppervlak, met minder stra-
lingsgevaar. Het object moet tweezijdig bereikbaar
zijn, en dat is in de praktijk soms lastig.
DECEMBER 2015 ISOLATIE Magazine ............... 37
Animatie van guided wave-onderzoek, efficiënt voor lange, rech-
te leidingtrajecten. Het isolatiesysteem behoeft alleen ter plaatse
van de tasterring te worden gedemonteerd. Afwijkingen in
voortplanting/reflectie van de geluidsgolf signaleren onder meer
toe- en afname van materiaaldikte.
Op kritische plaatsen kan een ‘Pims’ (permanently installed moni-
toring system) de leidingconditie c.q. corrosievorming permanent
bewaken. Zorgvuldige isolatie voorkomt dat de pims zelf een kri-
tisch CUI-element wordt.
Een opblaasbare tasterring positioneert zich automatisch om de
leiding. Dit wordt gebruikt voor leidingdiameters van ca. 10 tot
60 inch. De isolatie behoeft slecht over vijftig centimeter te wor-
den weggenomen om tot honderd meter leiding op cui-te scree-
nen. Voor kleinere leidingdiameters zet de NDO-inspecteur speci-
fieke tasterringen in.
Bij directe radiografie krijgt de operator onmiddellijk
en duidelijk inzicht in het systeem: men kijkt in isola-
tiesysteem en leiding, tot in de regelafsluiter. Ook is
het mogelijk te bepalen of het corrosieprobleem zich
tussen isolatiesysteem en leiding voordoet of aan de
binnenzijde van de leiding optreedt. Om vast te stel-
len of de isolatiemantel is gebruikt als opstapje, is
geen radiografische inspectie nodig. Dit stelt echter
wel helder vast of het al tot verdere schade heeft
geleid.
• Ultrasoon. Ultrasone inspectie (guided wave ultraso-
nics, GUL) is efficiënt voor lange, rechte leidingtrajec-
ten zonder appendages. Voor plaatsing van de taster-
ring wordt op één plaats een klein deel van de isolatie
verwijderd. Na plaatsing van een ring met tasters wor-
den ultrasone golven in de lengterichting door het
materiaal gestuurd. Dit geeft een accuraat beeld over
lengtes tot vijftig meter aan weerszijden van de
tasters. Het is een kwalitatieve methode, dus bij gesig-
naleerde problemen is doorgaans aanvullend onder-
zoek wenselijk. In specifieke omstandigheden een ide-
ale methode, zoals bij dijkdoorvoeringen of leiding-
trajecten onder een weg of bij inspectie van gewrapte
ondergrondse leidingen zonder isolatie-demontage.
Sommige opdrachtgevers nemen voor de meest kriti-
sche locaties het zekere voor het onzekere en plaat-
sen permanente tasterringen (‘Pims’). Zorgvuldige
montage en isolatie is dan geboden, om te voorko-
men dat de tasterring zelf een CUI-gevoelige appen-
dage wordt.
• Wervelstroomdetectie. Geschikt voor snelle, tempera-
tuuronafhankelijke kwalitatieve analyse.
Wervelstroomanalyse (Pulsed Eddy Current – PEC) –
signaleert mogelijk corrosie aan de hand van wand-
diktemeting met behulp van een elektromagnetische
veld. Afhankelijk van locatie en systeemopbouw kan
wervelstroomdetectie goede resultaten genereren bij
isolatiediktes tot maximaal 250 mm. Het is met name
geschikt voor grotere leidingdiameters (> 3”). PEC
meet lokaal en rapporteert gemiddelde waarden over
de volle doorsnede, waarbij dus uitschieters gemakke-
lijk onontdekt kunnen blijven. Ook lassen of obstakels
veroorzaken afwijkende metingen. De methodiek
wordt veel toegepast bij inspectie van boltanks en op
leidingtrajecten zonder appendages.
• Hydrodetectie. Hydrodetectie zoomt in op een kern-
factor voor corrosie onder isolatie: het vochtgehalte in
het isolatiemateriaal. Dit wordt gemeten op basis van
neutronenabsorptie door het isolatiemateriaal.
Voordeel is dat de detectie geen demontage vergt.
Daartegenover staat voorafgaande kalibratie op een
38 ............... ISOLATIE Magazine DECEMBER 2015
Detectie en resultaat: naast geavanceerde techniek is inzet van ogen en boerenverstand vaak een effectieve detectie- en preventiemethodiek.
Ter hoogte van de oranje markering is een CUI-verdenking aange-
troffen, met twintig procent wanddikteverlies over twee centimeter
lengte. De piek links van de CUI-locatie is geen probleem, maar laat
een flens zien.
CUI-inspectie zonder demontage van de isolatie. Met dit portable
systeem voor röntgenonderzoek kan – dankzij innovaties uit de
gaming-industrie – het beeld worden geprojecteerd in een hoek van
de veiligheidsbril.
vergelijkbaar opgebouwde, onverdachte locatie. Het is
ook een redelijk grove methode, vooral bedoeld als
eerste screening na visuele inspectie. Als hydrodetectie
‘alarm’ geeft, is er al sprake van een behoorlijk zom-
pig isolatiepakket, bijvoorbeeld ten gevolge van aan-
getroffen losse parkers, grove uitsparingen of slordige
kitnaden. Hydrodetectie is uiteraard lokaal (spotme-
ting). Op relatief korte afstand kan de situatie anders
uitpakken, zoals geregeld voorkomt bij stoomtracing.
• Thermografie. Ook de in de isolatiesector frequent
toegepaste thermografie signaleert voor geoefende
operators mogelijke corrosieproblemen. Ook hier
geldt dat het geen exact beeld geeft van de leiding-
conditie, en als het gaat om corrosiedetectie vooral
een eerste indicatie oplevert in combinatie met visuele
inspectie. Thermografie geeft een goed beeld van hot-
spots, zonder echter de oorzaak te determineren: dit
kan het isolatiesysteem zijn, maar ook een procestech-
nische achtergrond hebben of keurig de koudebrug
van een steunring in beeld brengen. Mocht bijvoor-
beeld de mediumtemperatuur boven 500 °C. liggen –
om een helder voorbeeld te noemen – dan hoeft men
niet op zoek te gaan naar CUI.
Voor de brilNicolas Osselaer herhaalt dat non-destructief onderzoek
een bundeling van krachtige methodieken biedt tegen
relatief lage kosten. Een realistische inspectie-opzet ver-
enigt preventiebeleid, risicogebaseerd onderzoek en
visuele inspectie, met inzicht in de mogelijkheden en
onmogelijkheden van de verschillende technieken. “Dit
zorgt voor reële verwachtingen in relatie tot de kosten,
zonder teleurstelling.”
Aan de andere kant zijn hoge verwachtingen tegen rela-
tief lage kosten ook wel gerechtvaardigd: dankzij de
medische technologie is – zoals eerder aangehaald –
geavanceerde inspectietechnologie voor de industrie
beschikbaar zonder de hoge initiële ontwikkelings-
kosten. Nieuwe invloeden zijn er ook al uit de gamingin-
dustrie. Zo kan de portable – weegt 10 kilogram, dus
eigenlijk meer mobiel dan draagbaar - OpenVision-appa-
ratuur voor radiografisch onderzoek tegenwoordig het
detectiebeeld tussen de beide tasterarmen als helder
filmbeeld projecteren in een hoek van de veiligheidsbril.
Objectieve expertsMistras wordt doorgaans ingeschakeld door planteige-
naren en adviesbureaus. Uiteraard zijn ook isolatie-
ondernemingen welkom als opdrachtgever. Zo kunnen
isolatiebedrijven naast bijvoorbeeld steigerbouw, brand-
preventie en thermografie ook NDO-onderzoek in hun
serviceportefeuille opnemen of zelfs eigen specialisten
in dienst nemen. “Niet ondenkbaar”, zegt Nicolas
Osselaer, “Belangrijk is dat in alle gevallen de onafhan-
kelijkheid van inspecties gewaarborgd is. Dat garande-
ren wij uiteraard in onze eigen organisatie. Voor isola-
tiebedrijven is – in welke samenwerking dan ook – van
belang dat niet de indruk van de bekende zelfkeurende
slager kan ontstaan. NDO en isolatie zijn behoorlijk ver-
schillende disciplines. De meest effectieve weg is dan
ook inschakeling van externe deskundige en objectieve
experts.”
DECEMBER 2015 ISOLATIE Magazine ............... 39
Isolatie-aandachtspuntenBij inspecties, en zeker bij CUI-inspecties, ziet
Mistras alle mogelijk procesindustrieën met alle
mogelijke isolatieprestaties. Daaruit destilleert
Nicolas Osselaer een korte impressie van isolatiep-
restaties en CUI-verdachte omstandigheden:
• Nieuwe isolatiesystemen zijn in 99 procent van
de gevallen tot in de puntjes perfect;
• Bij oudere plants wordt bij een turnaround
geregeld de isolatie afgenomen, maar niet altijd
zo goed teruggeplaatst als oorspronkelijk
bedoeld was;
• Het schort geregeld aan tijd en budget voor
zorgvuldig kitten, aanbrengen van een nieuwe
plaatmantel, aanvullen van ontbrekende par-
kers. Dat vloeit voort uit tijdsdruk en beperkte
financiële middelen, en heeft zelden tot nooit te
maken met kundigheid van isolatiespecialisten;
• In de hectiek van de stop staat het gedemon-
teerde isolatiesysteem andere disciplines in de
weg. Het wordt herhaaldelijk verplaatst, zodat
het na een paar weken niet meer in perfecte
staat verkeert;
• Soms is het perfect geregeld, met een aangewe-
zen afzetplaats, plaatmarkeringen en met foto’s
vastgelegd montageschema in het maintenance-
programma.
CUI-problematiek treedt volgens de ervaring van
Mistras op onder volgende omstandigheden:
• Oudere plants waar niet voldoende wordt geïn-
vesteerd in onderhoud en vervanging van isola-
tieystemen;
• Bij al dan niet constructieve onderbrekingen en
uitsteeksels zoals steunringen;
• Bij bochten, flenzen en appendages;
• Externe oorzaken, zoals stoomtracing;
• Inwaterend vocht.
Mistras signaleert als boodschapper van slecht en
steeds vaker goed nieuws – “niets aan de hand” –
dat de bewustwording sterk is verbeterd. “De
industrie beseft dat vroegtijdige CUI-aanpak veel
geld bespaart. Snelle detectie en reparatie van
inwatering kost misschien een nieuwe bocht. Wie
vijf jaar wacht, moet misschien wel twintig dure
meters herstellen.”
Geen ziekenhuisopname van een gebroken knie, maar een bocht die
ten gevolge van belopen behoorlijk is beschadigd en corrosie gaat
veroorzaken. Bij snelle reparatie van het isolatiesysteem blijft de
schade beperkt tot de bocht. Uitstel verlengt de schade, soms tot
tientallen meters.
INSTALL
PERFORMANCE NUMMER 1 VOOR HET VERMIJDEN VAN CONDENSATIE
AF/Armaflex® is de professionele flexibele isolatie
voor betrouwbare en duurzame condensbeheersing.
Armacell biedt een complete, zorgvuldig op elkaar
afgestemde systeemoplossing voor een betrouw-
bare en dampdichte isolatie uitdaging.
Armafix® AF leidingdragers om thermische brug-
gen te voorkomen
Meer prestatie, efficiëntie en flexibiliteit
Install it. Trust it.
IsolatieMagazine_AFArmaflex_190x260_NL.indd 1IsolatieMagazine_AFArmaflex_190x260_NL.indd 1IsolatieMagazine_AFArmaflex_190x260_NL.indd 1IsolatieMagazine_AFArmaflex_190x260_NL.indd 1IsolatieMagazine_AFArmaflex_190x260_NL.indd 1IsolatieMagazine_AFArmaflex_190x260_NL.indd 1IsolatieMagazine_AFArmaflex_190x260_NL.indd 1IsolatieMagazine_AFArmaflex_190x260_NL.indd 1IsolatieMagazine_AFArmaflex_190x260_NL.indd 1IsolatieMagazine_AFArmaflex_190x260_NL.indd 1IsolatieMagazine_AFArmaflex_190x260_NL.indd 1IsolatieMagazine_AFArmaflex_190x260_NL.indd 1IsolatieMagazine_AFArmaflex_190x260_NL.indd 1IsolatieMagazine_AFArmaflex_190x260_NL.indd 1IsolatieMagazine_AFArmaflex_190x260_NL.indd 1IsolatieMagazine_AFArmaflex_190x260_NL.indd 1IsolatieMagazine_AFArmaflex_190x260_NL.indd 1IsolatieMagazine_AFArmaflex_190x260_NL.indd 1IsolatieMagazine_AFArmaflex_190x260_NL.indd 1IsolatieMagazine_AFArmaflex_190x260_NL.indd 1IsolatieMagazine_AFArmaflex_190x260_NL.indd 1IsolatieMagazine_AFArmaflex_190x260_NL.indd 1IsolatieMagazine_AFArmaflex_190x260_NL.indd 1IsolatieMagazine_AFArmaflex_190x260_NL.indd 1IsolatieMagazine_AFArmaflex_190x260_NL.indd 1IsolatieMagazine_AFArmaflex_190x260_NL.indd 1IsolatieMagazine_AFArmaflex_190x260_NL.indd 1IsolatieMagazine_AFArmaflex_190x260_NL.indd 1IsolatieMagazine_AFArmaflex_190x260_NL.indd 1IsolatieMagazine_AFArmaflex_190x260_NL.indd 1IsolatieMagazine_AFArmaflex_190x260_NL.indd 1IsolatieMagazine_AFArmaflex_190x260_NL.indd 1IsolatieMagazine_AFArmaflex_190x260_NL.indd 1IsolatieMagazine_AFArmaflex_190x260_NL.indd 1IsolatieMagazine_AFArmaflex_190x260_NL.indd 1IsolatieMagazine_AFArmaflex_190x260_NL.indd 1IsolatieMagazine_AFArmaflex_190x260_NL.indd 1IsolatieMagazine_AFArmaflex_190x260_NL.indd 1IsolatieMagazine_AFArmaflex_190x260_NL.indd 1IsolatieMagazine_AFArmaflex_190x260_NL.indd 1IsolatieMagazine_AFArmaflex_190x260_NL.indd 1 10.12.2015 16:05:2310.12.2015 16:05:2310.12.2015 16:05:2310.12.2015 16:05:2310.12.2015 16:05:2310.12.2015 16:05:2310.12.2015 16:05:2310.12.2015 16:05:2310.12.2015 16:05:2310.12.2015 16:05:2310.12.2015 16:05:2310.12.2015 16:05:2310.12.2015 16:05:2310.12.2015 16:05:2310.12.2015 16:05:2310.12.2015 16:05:23
ISOLATIE CORROSIEPREVENTIE
De tweejaarlijkse Tank & Refinery Conference in
Kopenhagen is georganiseerd door ingenieursbureau en
industrieel dienstverlener Force Technology (Denemarken)
in samenwerking met het Duitse industrieconcern Voith.
Ruim 120 bezoekers uit zeven landen bogen zich over
inspectie, kostenbeheersing en veiligheid op het gebied
van raffinage, opslag en de daaraan verbonden industriële
installaties en activiteiten.
Kans of bedreigingCINI-manager Paul de Koning beet het corrosiespits af met
een inleiding over de bijdrage van isolatie aan kostenbe-
heersing en veiligheid. Hij ging met name in op corrosie-
preventie, met de retorische vraag ‘Kans of bedreiging’.
Het antwoord neigt dus naar ‘kansen’, mits de industrie de
uitdaging oppakt om samen te werken in de strijd tegen
kapitaalvernietigende corrosie. “Een wisselwerking: best
practices van industrie en uitvoerders leiden al jaarlijks tot
een revisie van het CINI-Handboek”, betoogde De Koning.
Aan de hand van de CUI-ontstaansgronden maakte hij pre-
ventievoorzieningen duidelijk, met de voor sommigen
pijnlijke conclusie dat industrieondernemers zelf aan de
knoppen moeten draaien om operationale kostenbeheer-
sing te realiseren. Door goede organisatie, inspectie en
onderhoud en door de CINI-standaard te volgen. Naast
voordelen als kwaliteitsborging, eenduidige en dus verge-
lijkbare isolatie-offertes en het ‘spreken van één industrië-
le isolatietaal’ scheelt het flink in de kosten. Investering in
een optimaal isolatiesysteem – een belangrijke knop om
eens te verdraaien - betaalt zich dubbel en dwars terug in
energiewinst en terugdringing van corrosieschade.
PreventieVoor zover nodig schudde Paul de Koning zijn gehoor
wakker met de schok en de schaamte van de herkenning.
Uit het leven gegrepen ‘vieze plaatjes’ uit de wereld van
industriële corrosie leggen immers scherp de enorme
kosten bloot. De oplossing kwam uiteraard even scherp in
beeld: zorg voor correcte isolatie, in combinatie met toe-
zicht en gepland onderhoud. “Begin echter met het weg-
nemen van de oorzaken. Vermijd dus vocht en elektroly-
ten, voorkom direct con-
tact tussen verschillende
metalen, zie in specifieke
proces- en energetische
omstandigheden af van
isolatie. Daarnaast dienen
alle installatiecomponen-
ten te worden voorzien
van de geëigende corro-
siebescherming, zoals een
drielaags verfsysteem,
thermal spray aluminium
en isolerende tankdak-
coating.
Isolerende coatingDe Deense hoogleraar Chemische Technologie Søren Kiil
(TU, Lynby) begaf zich op het grensvlak van corrosieweren-
de coating en isolatie. Hij presenteerde een kwantitatieve
analyse van moderne isolerende coatings. Hij voert het
onderzoek uit in samenwerking met de Deense coating-
producent Hempel. Kiil plaatst isolerende coating, zoals
onder meer toegepast op tankdaken, naast andere techni-
sche systemen zoals de intumescerende (spuit)coating voor
brandbeveiliging, antifouling-coating voor schepen, coa-
tings voor windmolenbladen of corrosiewerende bekle-
ding van industrie-installaties in de mijnbouw en cement-
industrie. De spreker ging uitvoerig in op de opbouw van
deze coatings, die doorgaans bestaan uit constructieve
ingrediënten en vulstoffen. Het wordt veelvuldig toege-
past op onderzeese leidingen en op kozijnen. De geringe
dikte bespaart uiteraard ruimte, maar beperkt de isolatie-
waarde. De omstandigheden – bijvoorbeeld complexe
geometrie en een vochtige omgeving – maken isolatiecoa-
tings interessant voor specifieke applicaties. Het materiaal
wordt vaak ingezet als persoonsbescherming, omdat het
gemakkelijk de ‘safe touch’ realiseert. De meeste isolatie-
coatings zijn geschikt voor toepassingen tot ca. 100 °C.,
tenzij speciale bindmiddelen zijn toegepast. Er zijn ver-
schillende types in de handel, onder meer op basis van
aerogel. De ontwikkeling richt zich op verbetering van de
isolatiekarakteristieken, waarin de relatief dure aerogels –
geproduceerd door onder meer Microtherm, mede bekend
van vacuümisolatie - relatief hoge prestaties leveren.
In 2017 organiseren Force en Voith de tiende Tank- en
Raffinaderij-conferentie, opnieuw in Kopenhagen. Alle
presentaties van de 2015-edities, inclusief uiteraard de
CINI-inleiding, kan men inzien en downloaden via
http://tankref.snappages.com.
Het ging niet over CUI, maar het ging vooral over CUI. Op de
negende Tank- en Raffinaderijconferentie van Force Technology
en Voith, op 3 december 2015 in Kopenhagen, bleek corrosie de
dominante kopzorg voor de industriële toehoorders. Moderne
inzichten in ontwerp, inspectie en onderhoud zijn in alle rele-
vante aspecten belicht. Namens CINI ontrafelde manager Paul
de Koning de isolatie-inbreng in corrosiepreventie. Conclusie:
de planteigenaar bedient zelf de kostenknoppen.
DECEMBER 2015 ISOLATIE Magazine ............... 41
CINI op Tank- en Raffinaderijconferentie Force en Voith
Plant-eigenaar draait zelfaan CUI-kostenknoppen
CINI-manager Paul de Koning:
“Industriële samenwerking in
strijd tegen kapitaalvernietigen-
de corrosie”.
42 ............... ISOLATIE Magazine DECEMBER 2015
OOI- NIEUWS EN INFORMATIE
Isolatietechniek zat er al in soorten en maten, met de
komst van opleidingsinstituut OOI is Het Huis van de
Isolatie te Woerden hét thuis voor de branche. Vrijdag 4
maart 2016 vindt de officiële opening plaats, met een wer-
velend programma van vakmanschap, isolatietechniek en
feest.
Misschien wel het mooiste van de intrigerende utiliteitsin-
stallaties van het Intechnium te Woerden, voortaan beter
bekend als Het Huis van de Isolatie: hier en daar is het iso-
latiesysteem volgens de vakman wel toe aan wat inspectie-
en renovatiewerk. Met de komst van opleidings- en ont-
wikkelingsfonds OOI naar Woerden is dat eerder een pre
dan een nadeel. De vakspecialisten van nu en de toekomst
maken er graag een plaatje van. Voor het zover is richt het
team energiek het Huis in.
OpeningOp vrijdag 4 maart 2016 opent OOI officieel Het Huis van
de Isolatie. Vanaf 14.00 uur start een inhoudelijk en feeste-
lijk programma op het nieuwe adres: Korenmolenlaan 4 in
3447 GG Woerden. Er staan boeiende sprekers op het pro-
gramma, er is muziek en er is alle gelegenheid met vak- en
branchegenoten van gedachten te wisselen.
De gasten krijgen uitgebreid de tijd om een kijkje te
nemen en zoals gebruikelijk commentaar te leveren op het
installatie- en isolatiewerk. Er twee grote technische ruim-
tes plus het nodige dakwerk, dus alle utiliteitsdisciplines
zijn te bekijken.
CentrumfunctieOOI’s Huis van de Isolatie wordt een breed opgezet bran-
checentrum. De vakeducatie neemt de primaire plaats in.
Dit gebeurt in brede zin, zoals ook vakmanschap zich wijd
vertakt. Het Huis biedt gastvrijheid aan bijeenkomsten van
en met de brancheorganisaties VIB, CINI en NCTI, en mate-
rialen- techniek- en technologiepartners uit de toeleve-
ringssector. Natuurlijk zullen ook opdrachtgevers en advi-
seurs de weg naar Woerden vinden.
De centrumfunctie krijgt nadrukkelijk innovatieve accen-
ten. Zowel producenten van isolatiematerialen als machine-
fabrikanten en software-ontwikkelaars vinden in het nieu-
we centrum een ideaal praktijkpodium.
Vakman in speDe belangrijkste gast van OOI is en blijft vanzelfsprekend
de vakman in spe, in gezelschap van praktijkopleiders, leer-
bedrijven en de ervaren vakspecialist die zijn kennis verder
wil verdiepen. Zij krijgen een aantrekkelijk, vernieuwend
en dynamisch programma aangeboden dat direct met de
praktijk is verbonden. Moderne opleidingsmiddelen zoals
e-learning maken het nog spannender en effectiever om de
toekomst in isolatie gestalte te geven.
Voor OOI en de isolatiebranche wordt 2016 een fascineren-
de jaar. Op 4 maart 2016 wordt de toekomst van het isola-
tievak officieel gelanceerd. Op www.ooi.nl en op www.iso-
leren.nl volgt binnenkort meer nieuws over het program-
ma.
Opening Huis van de Isolatie 4 maart 2016
Vakmanschap, techniek en feest!
DECEMBER 2015 ISOLATIE Magazine ............... 43
Cursusagenda kortVoor de komende periode staan onderstaande cursussen
al op de OOI-agenda. Meld uw medewerkers snel aan,
want het aantal beschikbare plaatsen in beperkt.
Elastomeren 1 (Armaflex): 22 januari 2016
Elastomeren 2 (Armaflex): 19 en 20 februari 2016
Elastomeren 3 (Armaflex): 11 en 12 februari 2016
Praktisch Opmeten: 8 februari 2016
Plaatwerk Kort: Startdatum 13 januari 2016
Tekeninglezen Utiliteit Basis: 16 en 17 februari 2016
Kijk geregeld op www.ooi.nl voor de meest actuele cur-
susinformatie.
Deze maand in Isolatie PlusIn de november-editie van
Isolatie Plus is het woord aan
Peter Knetemann, operationeel
directeur bij B&G
Isolatietechniek in Rotterdam.
“Isolatie begint en eindigt met
vakwerk”, stelt hij. Peter
Knetemann vindt dan ook dat
de isolatievakman alle respect
verdient. Met een snel bezoek
aan een van B&G-teams op
locatie – Cofely in Dordrecht –
komt de eenheid tussen vakman en vakwerk overtui-
gend in beeld.
“Niet zeuren. altijd klaar staan”, is het isolatie-eigen
devies van het team van Doesburg Isolatie in Winkel. Dit
team is bij de werkzaamheden aan de HVC-centrale in
Alkmaar verrast met de Taart voor het Team. De colle-
ga’s Mauro Doesburg, Gerhard Minkjan en Chantal
Doesburg ontbreken op
de foto, want zelfs bij
taart gaat isolatiewerk
voor. Wel op de foto
staan Jeroen Bakker,
Maurice Vlam, Danny
Dam en Dion Doesburg.
Industriële isolatie heeft bikkels nodig. En ze moeten ook
nog uitblinken in het vak. In november 2015 mochten twee
IMI-groepen een proeve van hun kunnen geven, nog op de
oude OOI-locatie in Spijkenisse.
Dat het bikkels zijn, hebben ze stuk voor stuk bewezen. En
hoe. Het weer was dusdanig onstuimig dat op menige
industrielocatie het beperkte onderhoudsregime zou gel-
den. Maar de testkandidaten gaven geen krimp. Ook niet
als het vaktechnisch even tegen zat met weerbarstig plaat-
werk. “Maakt ons niets uit, we willen graag buiten in de
industrie werken, en daar houdt geen regen, storm of
plaatwerk ons vanaf”, luidde de algemene reactie.
Binnenkort volgt de diploma-uitreiking, en die brengt de
vakmensen naar het nieuwe OOI-centrum in Woerden.
Bikkels voor de industrie
De IMI-cursisten van Hertel vestiging Drachten: Jelle Ate
Wiersma, Ruben Willem Zijlstra, Nigel Vinke, Sikke de
Haan en Jilles Bosma, geflankeerd door leermeester
Bert Hoekstra. Dit team legde 24 november 2015 de
toets af.
De IMI-cursisten van Bilfinger regio Rotterdam: Michel
Beerens, Orhan Dagli, Soeradj Jainath, Krzysztof Dyla,
Freddy de Bree en Jurgen Thuy, met in hun midden de
leermeesters Ornando Keerveld en Martin Witter. Dit
team liet zich 30 november 2015 bij de IMI-toets niet
door een weeralarm uit het veld slaan.
ISOLATIE CORROSIEPREVENTIE
Corrosie betekent zoveel als ‘aanvreten’: de aantasting
van metaal door oppervlakte-, put- en spanningscorro-
sie. Economisch bezien staat corrosie voor aanmerkelijke
schade, afhankelijk van het optimisme van de expert
geschat op drie à vier procent van het bruto binnen-
lands product.
CorrosievormingMetaalcorrosie is een elektrochemisch proces onder
invloed van water en zuurstof. Lokaal ontstaan corrosie-
elementen: galvanische elementen brengen met een
kleine stroomkring in contact met een elektrolyt (water)
positieve metaalionen in oplossing. De vrijkomende
elektronen reageren met water en zuurstof tot negatie-
ve hydroxylionen. We kennen deze elektrochemische
corrosie als roest. De volumineuze, poreuze roestlaag
roestlaag vormt op staal geen passivering, maar laat het
proces doorwoekeren.
Een ander elektrochemisch corrosieproces is spannings-
corrosie ten gevolge van corrosie en trekspanning.
Spanningscorrosie is de Achilleshiel van chroomnikkel-
stalen (rvs). Vaak zijn uitwasbare chloriden de boosdoe-
ner.
Preventie volgens AGI Q 151Niet-corrosiebestendige materialen moeten worden
beschermd (DIN 4140, 2014 of AGI Praktijkrichtlijn Q 03,
1997). Dit is vooral van belang bij geïsoleerde installatie-
componenten, omdat corrosie zich onder het isolatie-
systeem voltrekt en mogelijk pas wordt ontdekt als
reeds aanzienlijke schade is ontstaan. In alle gevallen is
een corrosiewerende coating geboden, als passsieve
bescherming. Basis is AGI-praktijkrichtlijn Q 151, herzien
in 2013. Dit geldt als aanvulling op NEN EN ISO 12944
“Corrosiebescherming staalconstructies door middel van
coatingsystemen”. AGI (Arbeitsgemeinschaft
Industriebau) is de Duitse industriekoepel die de actuele
stand van de techniek inventariseert en publiceert in
algemeen gehanteerde praktijkrichtlijnen. In principe
worden twee- tot drielaagse paintingsystemen toege-
past. Afhankelijk van temperatuurbereik en coating-
systeem zijn laagdiktes variërend van 120 tot 200 µm
nodig. Laatstgenoemde dikte bijvoorbeeld noodzakelijk
voor discontinu bedrijf bij ongelegeeerd staal of onder
extra corrosiegevoelige omstandigheden. In de meeste
utiliteit-applicaties is 160 µm toereikend. Duidelijk is dat
de zogeheten ‘transportmenie’ daaraan niet voldoet.
Corrosiebescherming laaggelegeerd staalPraktijkrichtlijn AGI Q 151 geeeft een overzicht van
beproefde corrosiebescherming van laag- en ongele-
geerd staal voor het temperatuurbereik van -50 °C tot
+150 °C. Voorafgaand is een voorbehandeling voorge-
schreven volgens NEN EN ISO 12944-4, dat oppervlakte-
reinheid en -ruwheid normeert. De voorgeschreven
oppervlaktebewerking, uiteenlopend van stralen tot
grondige mechanische reiniging, bepaalt de effectiviteit
van corrosiebescherming. Bij onjuiste of gebrekkige
voorbehandeling faalt ook de meest geavanceerde coa-
ting. Stralen is het meest effectief, en AGI gaat er dan
ook vanuit nieuwe objecten in principe te stralen.
Bescherming austenitisch staal/rvsChloride-ionen kunnen bij vochttoetreding en medium-
temperaturen boven 35 °C. spanningscorrosie veroorza-
ken. De Duitse norm DIN 1988 (Technische eisen aan
drinkwaterinstallaties, 2012) stelt in deel 7 onder 5.3
eisen aan isolatiematerialen. Het limiteert het gehalte
corrosieveroorzakende bestanddelen. Zo mogen isolatie-
materialen voor rvs-leidingen mogen maximaal 0,05
gewichtsprocent oplosbare chloriden bevatten. Veel
elastomeer isolatiemateriaal voldoet daaraan. Met name
De isolatiespecialist houdt zich niet bezig met corrosiewe-
rende behandeling van leidingsystemen. Met inzicht in type
en kwaliteit van de roestwerende behandeling kan de isola-
tieondernemer wel het isolatiesysteem daarop af stemmen
en de opdrachtgever wijzen op mogelijk ontoereikende cor-
rosiepreventie. Armacells technisch specialist dipl.-ing.
Hubert Helms legt het verband tussen corrosiewerende
voorbehandeling, CUI-preventie en isolatiesysteem. Basis is
de praktijkrichtlijn AGI Q 151 (2013).
44 ............... ISOLATIE Magazine DECEMBER 2015
Corrosiepreventie onder isolatie
Corrosie onder isolatie wordt vaak past ontdekt als reeds aan-
zienlijke schade is ontstaan. De foto toont de schrik van de instal-
latie-eigenaar: corrosie heeft zich onopgemerkt kunnen ontwik-
kelen. Naast effectieve voorbehandeling van de leidingen draagt
compartimentering (‘afschottende verlijming’) bij aan beperking
van de schade. Compartimentering voorkomt dat binnengedron-
gen vocht zich verspreidt over het gehele isolatiesysteem.
halogeenvrije materialen worden gheel zonder chlori-
den geproduceerd. Echter opslagcondities en omge-
vingsfactoren kunnen alsnog het chloridegehalte opvoe-
ren. AGI Q 151 schrijft daarom voor rvs-leidingen van
een roestwerende coating te voorzien. Hiervoor mag
geen zinkhoudende coating worden gebruikt. Wel is
zinkfosfaat toegestaan als primer-kleurstof. AGI Q 151
geeft een inventarisatie van geschikte paintingsystemen
voor corrosiebescherming voor mediumtemperaturen
van -50 °C tot +15 °C.
Aanbevolen wordt licht aanstralen (‘sweepstraalen’) met
ferrietvrij grit. Doel is een oppervlakkige reiniging en
opruwing. Uiteraard dient men er op te letten dat ook
rond lasnaden, armaturen en appendages de coating
goed wordt aangebracht. Ook beschadigingen aan de
corrosiewerende coating die tijdens de montage kunnen
optreden, dienen te worden hersteld voorafgaand aan
het isolatiewerk.
UitzonderingenVolgens de praktijkrichtlijn kan in bepaalde gevallen
worden afgeweken van de aanbevelingen:
• Installaties die continu in cryogeen bedrijf
(onder -20 °C.) zijn, zoals opslagtanks;
• Geïsoleerde oppervlakken van energie-installaties
zoals onderdelen van ketels, rookgas- en hetelucht-
leidingen, stoomleidingen met continue service-
temperatuur boven +120 °C;
• Rvs-koelinstallaties met maximumtemperaturen tot
+20 °C, buiten bedrijf oplopend tot een maximale
omgevingstemperatuur van +35 °C en die niet met
een warm medium worden gespoeld.
Verband isolatie en corrosiepreventieIsolatie en corrosiepreventie zijn twee verschillende dis-
ciplines, die echter niet mogen conflicteren.
Isolatiemateriaal en coating mogen elkaar onderling
niet aantasten en uiteraard ook passen bij de overige
systeemonderdelen waaronder lijm. Wel kan een
geschikt isolatiesysteem het corrosierisico aanzienlijk
reduceren, omdat de materiaalstructuur geen vocht
doorlaat en dus onderliggende materialen beschermt.
Elastomeer isolatieDe geslotencelllige structuur en de waterdampdiffusie-
weerstand van elastomeer isolatiemateriaal zoals
Armaflex voorkomt binnendringend vocht en zuurstof-
toevoer. Bij naden en aansluitingen zorgt de systeemei-
gen lijm voor volledige afsluiting.
De eveneens bij het systeem behorende regelmatige ver-
lijming van het isolatiemateriaal op het object comparti-
menteert het systeem. Dit voorkomt dat bij eventuele
beschadigingen indringend vocht zicht verder verspreidt.
Uiteraard is ook correcte montage noodzakelijk.
Dit betekent onder meer dat bij applicatie van Armaflex-
systeemen de bijbehorende Armaflex-lijmen 520 en HT
625 worden toegepast. Ook dienen de voorschriften van
de coatingproducent te worden gevolgd, met name ten
aanzien van de droogtijd.
ProefstukBij toepassing van alternatieve coatingsystemen beveelt
Armacell aan een drietal volledig verlijmde proefstukjes
te maken. Deze worden na respectievelijk een uur, een
dag en twee op hun hechting beoordeeld. De hechting
is toereikend als het isolatiemateriaal scheurt, terwijl
geen beschadiging van de kleurcoating op de leiding
optreedt.
Armacell heeft uitwerking van AGI Q 151 op coating en
isolatie samengevat in een whitepaper (Technisch bulle-
tin TB 017). Dit is op aanvraag beschikbaar bij Armacell.
DECEMBER 2015 ISOLATIE Magazine ............... 45
Hoogwaardige corrosiebescherming en correct
aangebrachte isolatie garanderen tot in lengte van
jaren een onberispelijk functionerende installatie.
Promat is a global provider of fireproofing (to protect personnel, steel structures, storage vessels and equipment) and thermal insulation solutions (to reduce energy loss in pipes, pipe supports and petrochemical processing units).
Discover how you can benefit from Promat• More than 50 years of experience, innovation and know-how• Increased personnel safety & asset protection• Optimal process control• Minimal loss of space & energy• Full engineering services
Cutting-edge engineering for a safer worldFire & blast protection, thermal insulation
Contact us for more informationPromat International NV, Bormstraat 24, 2830 Tisselt, Belgium | T: +32 15 71 21 86 | [email protected] www.promat-oilandgas.com
© P
rom
at
Inte
rnational N
.V.
2015-0
4
w w w . g o e b e l - s c h r o e v e n . e u
Tel.: 013 - 57 20 229
Fax: 013 - 57 20 239
Tel.: 03 - 80 80 764
Fax: 03 - 80 82 753
BENELUX Verkoop - Goebel BV
A r e s s t r a a t 1 3 - 0 2 / 0 4
N L - 5 0 4 8 C D T i l b u r gi n f o @ g o e b e l - s c h r o e v e n . e u
Weet u het al?
I S O L A T I E
T O E B E H O R E N
www.rockwool-rti.com
Go for maximal performance with minimal weight
Are you up in the air about how to reduce your energy consumption while increasing
your performance? ROCKWOOL Technical Insulation has the solution. Built on our
expertise in the shipbuilding and offshore industry, we introduce the SeaRox FB 6000
range: the lightest stone wool insulation available for A-class fi re division. This new
generation SeaRox solutions combines all fi re safe, acoustic and thermal insulation
qualities of stone wool with an exceptional low weight: 40% weight saving on
insulation provides an increased fl exibility for designers and it reduces your energy
and fuel consumption. And that’s good for the environment!
Check rockwool-searox.com and discover that less can
deliver more in marine and offshore.
NEW GENERATION SEAROXLightest stone wool solutions for marine and offshore