Upload
kerk-noordwolde
View
307
Download
2
Embed Size (px)
DESCRIPTION
Voorganger dhr Pasterkamporganist Johannes de Vriesluister mee via www.kerknoordwolde.nl
Citation preview
Welkom
Voorganger dhr Pasterkamp
Organist Johannes de Vries
Thema:”Volgen, ja maar hoe?”
VDD Opw 44
Geprezen zij de Heer
die eeuwig leeft.
Geprezen zij de Heer
die eeuwig leeft.
Die vol ontferming ieder
troost en alle schuld vergeeft.
Die heel het aards gebeuren
vast in handen heeft.
Refrein:
Hem zij de glorie,
want Hij die overwon,
zal nooit verlaten wat zijn hand
begon.
Halleluja. Geprezen zij het Lam,
dat de schuld der wereld
op Zich nam.
Verdreven is de schaduw
van de nacht.
En wie Hem wil aanvaarden
wordt eens veilig thuisgebracht.
Voor hem geldt ook dit wonder:
alles is volbracht.
Refrein:
Hem zij de glorie,
want Hij die overwon,
zal nooit verlaten wat zijn hand
begon.
Halleluja. Geprezen zij het Lam,
dat de schuld der wereld
op Zich nam.
Hij doet ons dankbaar
schouwen in het licht,
dat uitstraalt van het kruis,
dat eens voor ons werd opgericht.
En voor ons oog verrijst
een heerlijk vergezicht.
Refrein:
Hem zij de glorie,
want Hij die overwon,
zal nooit verlaten wat zijn hand
begon.
Halleluja. Geprezen zij het Lam,
dat de schuld der wereld
op Zich nam.
Welkom
Voorganger dhr Pasterkamp
Organist Johannes de Vries
Thema:”Volgen, ja maar hoe?”
JdH 219 – 1, 3, 4
Spreek mij van Jezus, mijn Heiland,
Spreek mij van Jezus, mijn Heiland,
'k luister zo graag naar Zijn woord;
zing mij het lied der verlossing,
nimmer werd schoner gehoord.
Zeg mij, hoe juub'lende koren
zongen verblijd in den nacht,
toen Hij voor ons werd geboren,
Die ons het heil heeft gebracht. (bis)
Spreek van het kruishout der
schande,
waar Hij Zijn leven eens gaf;
hoe in triomf en in glorie
Jezus verrees uit het graf.
Groot was Zijn liefde voor zondaars,
wie heeft ons ooit zo bemind?
Spreek mij dan meer van mijn
Heiland,
Hij is mijn tederste vrind. (bis)
Eens zal mijn Heiland weer komen,
komen als Koning der aard"!
Dan zullen eng'len weer juichen,
rondom de Heiland geschaard.
Zullen ook wij al te zamen
zingen die Heiland ter eer?
Zullen ook wij met de zaal'gen
eeuwig dan zijn bij de Heer? (bis)
Votum en groet
Ere zij de Vader en de Zoon
En de Heilige Geest,
Als in den beginne, nu en immer,
En van eeuwigheid tot eeuwigheid.
Amen.
Opw 125
Heer, ik kom tot U,
Heer, ik kom tot U,
hoor naar mijn gebed.
Vergeef mijn zonden nu,
en reinig mijn hart.
Met uw liefde, Heer,
kom mij tegemoet,
nu ik mij tot U keer,
en maak alles goed.
Zie mij voor U staan,
zondig en onrein.
O, Jezus raak mij aan,
van U wil ik zijn.
Jezus op uw woord,
vestig ik mijn hoop.
U leeft en U verhoort
mijn bede tot U.
Gebed
Daarna JdH 340 – 1, 3
Zingt, zingt een nieuw gezang de Heere,
Zingt, zingt een nieuw gezang de
Heere,
die grote God, Die wond'ren deed!
Zijn rechterhand, vol sterkt' en ere,
Zijn heilig' arm wrocht heil na leed.
Dat heil heeft God nu doen
verkonden,
nu heeft Hij Zijn gerechtigheid
zo vlekkeloos en ongeschonden
voor 't heidendom ten toon gespreid.
Laat al de stromen vrolijk zingen,
de handen klappen naar omhoog;
't gebergte vol van vreugde springen
en hupp'len voor des Heeren oog!
Hij komt, Hij komt om d'aard te
richten,
de wereld in gerechtigheid;
al 't volk, daar 't wreed geweld moet
zwichten,
wordt in rechtmatigheid geleid.
Opw 32
Dit is de dag,
dit is de dag,
Dit is de dag,
dit is de dag,
die de Heer ons geeft,
die de Heer ons geeft.
Weest daarom blij,
weest daarom blij
en zingt verheugd
en zingt verheugd.
Dit is de dag die de Heer ons geeft.
Weest daarom blij en zingt verheugd.
Dit is de dag, dit is de dag,
die de Heer ons geeft
Wij gaan, tot straks!!
Lezen Jozua 1 : 1 t/m 9
De opdracht des HEREN aan Jozua
om Kanaän in bezit te nemen
1 Het geschiedde na de dood van
Mozes, de knecht des HEREN, dat de
HERE tot Jozua, de zoon van Nun, de
dienaar van Mozes, zeide: 2 Mijn
knecht Mozes is gestorven;
welnu, maak u gereed, trek over de
Jordaan hier, gij en dit gehele
volk, naar het land, dat Ik hun, de
Israëlieten, geven zal.
3 Elke plaats die uw voetzool
betreden zal, geef Ik ulieden, zoals Ik
tot Mozes gesproken heb. 4 Van de
woestijn en de Libanon ginds tot aan
de grote rivier, de rivier de
Eufraat, het gehele land der
Hethieten, en tot aan de Grote Zee in
het westen zal uw gebied zijn.
5 Niemand zal voor u standhouden al
de dagen van uw leven;
zoals Ik met Mozes geweest ben, zal
Ik met u zijn; Ik zal u niet begeven en
u niet verlaten. 6 Wees sterk en
moedig, want gij zult dit volk het land
doen beërven, dat Ik hun vaderen
gezworen heb hun te zullen geven.
7 Alleen, wees zeer sterk en moedig
en handel nauwgezet
overeenkomstig de gehele wet die
mijn knecht Mozes u geboden heeft;
wijk daarvan niet af naar rechts noch
naar links, opdat gij voorspoedig
zijt, overal waar gij gaat. 8 Dit
wetboek mag niet wijken uit uw
mond, maar overpeins het dag en
nacht, opdat gij nauwgezet handelt
overeenkomstig alles wat daarin
geschreven is, want dan zult gij op
uw wegen uw doel bereiken en zult
gij voorspoedig zijn.
9 Heb Ik u niet geboden: wees sterk
en moedig? Sidder niet en word niet
verschrikt, want de HERE, uw God, is
met u, overal waar gij gaat.
Opw 281
Als een hert dat verlangt naar water,
zo verlangt mijn ziel naar U.
Als een hert dat verlangt naar water,
zo verlangt mijn ziel naar U.
U alleen kunt mijn hart vervullen,
mijn aanbidding is voor U.
U alleen bent mijn Kracht, mijn
Schild.
Aan U alleen geef ik mij geheel.
U alleen kunt mijn hart vervullen,
mijn aanbidding is voor U.
Lezen Jozua 4 : 1 t/m 9
1 Nadat het gehele volk de overtocht
over de Jordaan voleindigd
had, zeide de HERE tot Jozua:
2 Neemt u uit het volk twaalf
mannen, uit elke stam één man, en
beveelt hun: 3 Neemt twaalf stenen
op, hier midden uit de Jordaan, van
de plaats waar de voeten der
priesters onbeweeglijk staan,
brengt ze met u naar de overzijde en
legt ze in het kwartier, waar gij deze
nacht zult doorbrengen.
4 Toen riep Jozua de twaalf
mannen, die hij uit de Israëlieten had
aangesteld, uit elke stam één
man, 5 en Jozua zeide tot hen:
Trekt over, vóór de ark van de
HERE, uw God, naar het midden van
de Jordaan, en heft u ieder één steen
op de schouder, naar het getal van
de stammen der Israëlieten, 6 opdat
dit een teken onder u zij. Wanneer uw
kinderen later vragen: Wat hebben
deze stenen voor u te betekenen?
7 dan zult gij tot hen zeggen:
Dat de wateren van de Jordaan
afgesneden werden voor de ark van
het verbond des HEREN; toen deze
door de Jordaan trok, werden de
wateren van de Jordaan afgesneden;
daarom zullen deze stenen voor de
Israëlieten tot een gedenkteken zijn
voor altoos. 8 De Israëlieten nu
deden, zoals Jozua bevolen had.
Zij lichtten twaalf stenen midden uit de
Jordaan, zoals de HERE tot Jozua
gesproken had, naar het getal van de
stammen der Israëlieten, en brachten
ze met zich naar het
nachtkwartier, waar zij ze neerlegden.
9 Ook richtte Jozua twaalf stenen op
midden in de Jordaan, op de
plaats, waar de voeten der priesters
die de ark des verbonds
droegen, hadden gestaan; en zij zijn
daar tot op de huidige dag.
Opw 124
Ik bouw op U, mijn Schild
en mijn Verlosser.
Ik bouw op U, mijn Schild
en mijn Verlosser.
Niet eenzaam ga ik op de vijand aan.
Sterk in uw kracht,
gerust in uw bescherming.
Ik bouw op U en ga in uwe naam.
Sterk in uw kracht,
gerust in uw bescherming.
Ik bouw op U en ga in uwe naam
Gelovend ga ik,
eigen zwakheid voelend.
En telkens meer
moet ik uw kracht verstaan.
Toch rijst in mij een lied
van overwinning.
Ik bouw op U en ga in uwe naam.
Toch rijst in mij een lied
van overwinning.
Ik bouw op U en ga in uwe naam.
Ik bouw op U, mijn Schild
en mijn Verlosser.
Gij voert de strijd,
de huld' is U gewijd.
In 't laatste uur
zal 'k zegevierend ingaan
in rust met U die mij hebt voortgeleid.
In 't laatste uur
zal 'k zegevierend ingaan
in rust met U die mij hebt voortgeleid.
Volgen,
Ja maar hoe?
P 124 – 1, 4
Laat Israël nu zeggen blij van geest:
1
Laat Israël nu zeggen blij van geest:
Indien de HEER niet bij ons was
geweest,
toen vijandschap rondom was
opgestaan,
indien de HEER niet bij ons was
geweest,
Hij, onze hulp, wij waren lang
vergaan.
4
Die onze boeien slaakt, het is de HEER.
Die voor de vrijheid waakt, het is de
HEER.
Door zijn verlossing zijn wij
vrijgemaakt.
Ons heil is in de naam van God de
HEER,
die God, die aard' en hemel heeft
gemaakt.
Gebed
Collecte
1ste Open Doors
2de voor eigen gemeente
Slotlied JdH 879 – 1, 2, 3
Wandel maar stillekens achter Hem
aan,
1
Wandel maar stillekens achter Hem
aan,
achter de Heiland, Hij wijst u de
wegen,
zijn die niet altoos zo lieflijk gelegen,
als gij zoudt wensen, wil ze toch
gaan.
Hij gaat voor aan! Hij gaat voor aan!
2
wandel maar stillekens achter Hem
aan,
Hij kent uw krachten, Hij richt uw
schreden,
wel moeilijk vaak voor wie ze
betreden,
toch nooit te moeilljk is er de baan:
Hij gaat voor aan! Hij gaat voor aan!
3.
Wandel maar stillekens achter Hem
aan:
is het ook duist’re nacht om u
henen, Hij is van hemelse glorie
omschenen; veilig is steeds, voor
wie Hem volgt, de baan:
Hij gaat vooraan! Hij gaat vooraan!
Zegen
3 x amen
19.00 uur
Ds Poot.
“Over u zal een licht opgaan”