25
N° 1273 VAN 31 MAART TOT 7 APRIL 2011 ¦ WEEK 13: WEEKBLAD, EEN UITGAVE VAN VZW BRUSSEL DEZE WEEK, FLAGEYPLEIN 18, 1050 ELSENE, REDACTIE: 02-226.45.40, ABONNEMENTEN: 02-226.45.45, FAX: 02-226.45.69, E-MAIL: [email protected] Duizenden dupe van vuile grond ‘D e grond waarvan u eige- naar bent, is vermoedelijk vervuild.” Dit bericht van Leefmilieu Brussel zullen tal van eigenaars en bedrijven de komende maanden in de bus krijgen. Acht- tienduizend percelen zijn door Leef- milieu Brussel geïdentificeerd als ‘potentieel vervuild’. Leefmilieu Brussel baseerde zich voor het onderzoek op historische plannen, oude bouwvergunnin- gen en voormalige bestemmingen. Stond er op het perceel bijvoorbeeld ooit een fabriek, dan krijgt het een rood vlagje. Leefmilieu Brussel vraagt nu eige- naars en exploitanten om die in- formatie te valideren. Kunnen ze aantonen dat er een administratieve vergissing in het spel is, dan is er geen probleem. Kunnen ze dat niet, dan komt het perceel in een kadas- ter van vervuilde terreinen. De kaart zal binnenkort ook publiek worden gemaakt, zodat iedereen kan na- gaan welke Brusselse terreinen ver- vuild zijn. Sanering Een bodemonderzoek, nodig om uit het kadaster te kunnen worden geschrapt, kost tussen duizend en vijfduizend euro. Een echte sane- ring van de grond kost daar een veelvoud van. Sinds een jaar kan een vermoedelijk vervuild terrein niet meer verkocht worden zonder bodemsanering. Elke verkoop vergt een bodemattest. De duizenden eigenaars die de laatste jaren, on- vermoed, een vervuild stuk grond gekocht hebben, zijn dus de dupe. Een en ander is het gevolg van een ordonnantie uit maart 2009, die een jaar geleden in voege is gegaan. Bij het kabinet van Brussels minis- ter van Leefmilieu Evelyne Huy- tebroeck (Ecolo) geven ze toe dat de nieuwe wetgeving voor zenuw- achtigheid kan zorgen bij de eige- naars, “maar het is de enige manier om de ordonnantie tot uitvoering te brengen. En die is in het belang BRUSSEL – Het Brussels Gewest heeft achttienduizend percelen gevonden die mogelijk vervuild zijn. Eigenaars worden daar tussen nu en 2013 van op de hoogte gebracht. Zij moeten aantonen dat de grond die ze bezitten, niet vervuild is. Ook al treft hen geen schuld. Leefmilieu > Gewest verplicht eigenaars van vervuilde terrein tot sanering bij verkoop AB-FESTIVAL DOMINO DUWT LAATSTE STEENTJE OM En ook: tg Stan, Philippe Claudel en Linda Van Waesberge. AFGIFTEKANTOOR BRUSSEL X P303153 van het leefmilieu,” klinkt het daar. Mevrouw V. kocht in 2005 een wo- ning in Sint-Jans-Molenbeek. Bij een recente verkoop na een schei- ding bleek dat de tuin opgenomen is in het kadaster van historisch vervuilde percelen. Ooit zat er een leerlooierij op die plek, en er zit een stookolietank in de grond. Haar wo- ning kan nu alleen verkocht worden als ze de bodem laat saneren. “Dat kost me ettelijke duizenden euro’s,” zegt ze. Mevrouw V. kocht de woning van de Gewestelijke Ontwikkelingsmaat- schappij voor Brussel (Gomb), een overheidsbedrijf dat middenklasse- woningen bouwt. De kans is groot dat de vrouw niet de enige Gomb- koper is die met vervuilde grond zit opgescheept. Uit het kadaster met vervuilde terreinen blijkt name- lijk dat de hele kanaalzone op die kaart donkerrood kleurt omdat het om voormalig industriegebied gaat, met vermoedens van zware vervui- ling. Precies in de kanaalzone heeft de Gomb de laatste tien jaar volop gebouwd. Kunnen de huiseigenaars aanto- nen wie verantwoordelijk is voor de vervuiling, dan kunnen ze die ver- vuiler aanklagen. Is de vervuiler onbekend en willen de eigenaars het pand van de hand doen, dan zit er niets anders op dan de grond te saneren. Steven Van Garsse Ga snel naar pagina 26 en 27 DB11/720732C1 ADVERTENTIE ADVERTENTIE STOEMP WITH A VIEW p. 5 31 03 11 VORST – Binnenkort is op Eén de nieuwe fictiereeks De Vijfhoek te zien, over de bewoners van een Brusselse wijk, die de handen in elkaar slaan als hun buurt bedreigd wordt door een groot bouwproject. Naast dat hoofdverhaal zijn de verhoudingen tussen de personages ook heel belangrijk. De bonte cast bestaat onder meer uit Jenne Decleir, Marieke Dilles, Jeroen Van Dyck, Mourade Zeguendi (foto l.) en Saïd Jaafari (r.) . Het project, van Eén en productiehuis Kanakna, krijgt steun van het Brussels Gewest. Hoe groot die steun is, staat nog niet vast. De opnamen beginnen volgende week op het Sint-Denijsplein in Vorst. NK Vijfhoek ligt in Vorst De Gomb bouwt al tien jaar in de kanaalzone. Uitgerekend daar liggen de meeste vervuilde terreinen © JO VOETS

BDW - editie 1273

Embed Size (px)

DESCRIPTION

Brussel Deze Week van 30 maart tot en met 5 april 2011

Citation preview

Page 1: BDW - editie 1273

N° 1273 VAN 31 MAART TOT 7 APRIL 2011 ¦ WEEK 13: WEEKBLAD, EEN UITGAVE VAN VZW BRUSSEL DEZE WEEK, FLAGEYPLEIN 18, 1050 ELSENE, REDACTIE: 02-226.45.40, ABONNEMENTEN: 02-226.45.45, FAX: 02-226.45.69, E-MAIL: [email protected]

Duizenden dupe van vuile grond

‘D e grond waarvan u eige-naar bent, is vermoedelijk vervuild.” Dit bericht van

Leefmilieu Brussel zullen tal van eigenaars en bedrijven de komende maanden in de bus krijgen. Acht-tienduizend percelen zijn door Leef-milieu Brussel geïdentifi ceerd als ‘potentieel vervuild’.Leefmilieu Brussel baseerde zich voor het onderzoek op historische plannen, oude bouwvergunnin-gen en voormalige bestemmingen. Stond er op het perceel bijvoorbeeld ooit een fabriek, dan krijgt het een rood vlagje.Leefmilieu Brussel vraagt nu eige-naars en exploitanten om die in-formatie te valideren. Kunnen ze aantonen dat er een administratieve vergissing in het spel is, dan is er

geen probleem. Kunnen ze dat niet, dan komt het perceel in een kadas-ter van vervuilde terreinen. De kaart zal binnenkort ook publiek worden gemaakt, zodat iedereen kan na-gaan welke Brusselse terreinen ver-vuild zijn.

SaneringEen bodemonderzoek, nodig om uit het kadaster te kunnen worden geschrapt, kost tussen duizend en vijfduizend euro. Een echte sane-ring van de grond kost daar een veelvoud van. Sinds een jaar kan een vermoedelijk vervuild terrein niet meer verkocht worden zonder bodemsanering. Elke verkoop vergt een bodemattest. De duizenden eigenaars die de laatste jaren, on-vermoed, een vervuild stuk grond

gekocht hebben, zijn dus de dupe.Een en ander is het gevolg van een ordonnantie uit maart 2009, die een jaar geleden in voege is gegaan. Bij het kabinet van Brussels minis-ter van Leefmilieu Evelyne Huy-tebroeck (Ecolo) geven ze toe dat de nieuwe wetgeving voor zenuw-

achtigheid kan zorgen bij de eige-naars, “maar het is de enige manier om de ordonnantie tot uitvoering te brengen. En die is in het belang

BRUSSEL – Het Brussels Gewest heeft achttienduizend percelen gevonden die mogelijk vervuild zijn. Eigenaars worden daar tussen nu en 2013 van op de hoogte gebracht. Zij moeten aantonen dat de grond die ze bezitten, niet vervuild is. Ook al treft hen geen schuld.

Leefmilieu > Gewest verplicht eigenaars van vervuilde terrein tot sanering bij verkoop

AB-FESTIVAL DOMINO DUWT LAATSTE STEENTJE OMEn ook: tg Stan, Philippe Claudel en Linda Van Waesberge.

AFGIFTEKANTOOR BRUSSEL X P303153

van het leefmilieu,” klinkt het daar.Mevrouw V. kocht in 2005 een wo-ning in Sint-Jans-Molenbeek. Bij een recente verkoop na een schei-ding bleek dat de tuin opgenomen is in het kadaster van historisch vervuilde percelen. Ooit zat er een leerlooierij op die plek, en er zit een stookolietank in de grond. Haar wo-ning kan nu alleen verkocht worden als ze de bodem laat saneren. “Dat kost me ettelijke duizenden euro’s,” zegt ze.Mevrouw V. kocht de woning van de Gewestelijke Ontwikkelingsmaat-schappij voor Brussel (Gomb), een overheidsbedrijf dat middenklasse-woningen bouwt. De kans is groot dat de vrouw niet de enige Gomb-

koper is die met vervuilde grond zit opgescheept. Uit het kadaster met vervuilde terreinen blijkt name-lijk dat de hele kanaalzone op die kaart donkerrood kleurt omdat het om voormalig industriegebied gaat, met vermoedens van zware vervui-ling. Precies in de kanaalzone heeft de Gomb de laatste tien jaar volop gebouwd.Kunnen de huiseigenaars aan to-nen wie verantwoordelijk is voor de vervuiling, dan kunnen ze die ver-vuiler aanklagen. Is de vervuiler onbekend en willen de eigenaars het pand van de hand doen, dan zit er niets anders op dan de grond te saneren. Steven Van Garsse

Ga snel naar

pagina

26 en 27

DB1

1/72

0732

C1

ADVERTENTIE ADVERTENTIE

STOEMP WITH A VIEW

p. 5

31 0311

VORST – Binnenkort is op Eén de nieuwe fictiereeks De Vijfhoek te zien, over de bewoners van een Brusselse wijk, die de handen in elkaar slaan als hun buurt bedreigd wordt door een groot bouwproject. Naast dat hoofdverhaal zijn de verhoudingen tussen de personages ook heel belangrijk. De bonte cast bestaat onder meer uit Jenne Decleir, Marieke Dilles, Jeroen Van Dyck, Mourade Zeguendi (foto l.) en Saïd Jaafari (r.). Het project, van Eén en productiehuis Kanakna, krijgt steun van het Brussels Gewest. Hoe groot die steun is, staat nog niet vast. De opnamen beginnen volgende week op het Sint-Denijsplein in Vorst. NK

Vijfhoek ligt in Vorst

De Gomb bouwt al tien jaar in de kanaalzone.Uitgerekend daar liggen de meeste vervuilde terreinen

© JO VOETS

Page 2: BDW - editie 1273

BDW 1273 PAGINA 2 - DONDERDAG 31 MAART 2011

Op donderdag 24 maart, klokslag 12 uur, zou de plenaire vergadering van het Europees parlement een minuut lang recht gaan staan: dat hadden de mensen achter het project Postcards from the Future gevraagd, “om de kloof tussen ons te overbruggen – de kloof tussen het Europa van de instituties en het Europa van de burgers.” Het heeft niet mogen zijn.

© B

AR

T DE

WA

EL

E

DE WEEK IN BEELD DOOR BART DEWAELE

Kribben, crèches en klovenUitgelicht > VGC staat voor grote uitdaging

Z eggen  dat  Brussel  voor  een enorme  demografische  uit-daging staat, is zo stilaan een 

open deur intrappen. Toch toont een voorbeeld  aan  dat  de  geesten  nog niet overal even rijp zijn.In  Elsene  pleit  gemeenteraadslid Bianca  Debaets  (CD&V,  oppositie) al bijna twee jaar voor een gemeen-telijke  Nederlandstalige  crèche. Ze  kreeg  van  de  bevoegde  schepen Nathalie  Gilson  (MR)  toegezegd dat  binnen  de  drie  jaar  een  crèche de deuren zou openen. Na drie jaar vervalt immers de licentie van Kind & Gezin.Zo  ver  was  Elsene  al,  en  alles  leek in  orde  gebracht  te  worden  om daadwerkelijk  24  kindjes  te  kun-nen  huisvesten.  Tot  nu,  anderhalf 

jaar  later,  de  gemeente  schoorvoe-tend  moet  toegeven  dat  ze  nog  na-genoeg nergens staat. De bouw van de crèche in de Keienveldstraat stuit op  verzet  bij  buurtbewoners,  en  de aankoop  van  een  pand  door  de  ge-meente – een alternatief voor de lang aanslepende  procedure  bij  de  Raad van State – behoeft een gewestelijke en  een  gemeentelijke  subsidie.  Dat is  administratie,  en  administratie gaat in Brussel traag.Toch toont een studie van de UGent in  opdracht  van  de  Vlaamse  Ge-meenschapscommissie  (VGC)  aan dat er niet te veel getalmd mag wor-den,  en  dat  het  huidige  decennium eens  te  meer  cruciaal  zal  zijn  als we  de  prognoses  mogen  geloven. Wil  de  Vlaamse  Gemeenschap  in 

Brussel  tegen 2020 én voldoen aan de  zelfgestelde  opvangnormen  én aan de Brusselnorm, dan moeten er maar  liefst  4.550  opvangplaatsen bijkomen.Zelfgestelde normen, want officieel geldt  de  Barcelonanorm  in  de  Eu-ropese Unie, die stelt dat er kinder-opvang moet zijn voor minstens 33 procent van de min-driejarigen. De Vlaamse  Gemeenschap  heeft  daar een  eigen  ambitieuze  versie  van, het Pact 2020, dat opvang wil voor minstens vijftig procent van de min-driejarigen. Dit volhouden, tezamen met  de  Brusselnorm  (de Vlaamse gemeenschap verzorgt diensten voor dertig procent van de Brusselse be-volking, red.),  betekent  dat  er  jaar-lijks  455  plaatsen  zouden  moeten bijkomen. Wil de Vlaamse Gemeen-schap  vandaag  al  aan  die  normen voldoen,  dan  zijn  er  nu  al  zeshon-derd plaatsen te kort. 

MattheusVolgens  onderzoeksleider  Michel Vandenbroeck  speelt  er  bovendien 

een mattheuseffect, ook al was dat – uiteraard – niet de bedoeling van het  gevoerde  beleid.  Hij  vergelijkt in  zijn  studie  de  situatie  tijdens  de 

voorbije  vijf  jaar  met  die  van  vóór 2005, toen een eerste studie in op-dracht  van  de  VGC  werd  gevoerd. “De  kloof  tussen  arme  en  rijke  ge-meenten  wordt  groter.  De  rijkere gemeenten  in  het  Brussels  Hoofd-stedelijk  Gewest  beschikken  over 

ZAVENTEM LIGT NIET IN VLAANDEREN

BRUSSEL – Vlaams, Waals en Brussels Gewest moeten samenwerken in ‘transregio-nale’ milieuzaken. Dat zegt een arrest van het Grondwettelijk Hof.

Aanleiding voor de uitspraak zijn de emissierechten voor de lucht-vaart.  Europa  verplicht  vlieg-maatschappijen vanaf 2012 CO2-rechten  te  betalen.  De  lidstaat waarboven  de  vervuiling  plaats-vindt,  kan  een  graantje  meepik-ken van de emissiehandel en met de  opbrengst  klimaatmaatrege-len nemen.Ondanks  intergewestelijk  over-leg  heeft  Vlaanderen  nu  een decreet  waarin  het  alle  winsten uit  de  emissierechten  van  de luchthaven van Zaventem opeist: Zaventem ligt in het Vlaams Ge-west.  Kan  niet,  stelt  het  Grond-wettelijk Hof in een recent arrest. Ook  het  Brussels  Gewest  heeft milieuhinder van de luchthaven. Het Hof heeft het decreet vernie-tigd  en  verplicht  de  regio’s  om een  samenwerkingsakkoord  te sluiten. Veel tijd rest er niet. Eind dit jaar moet de EU-richtlijn zijn omgezet.� SVG

OPMERKELIJK

BRUSSEL – Een studie van de UGent toont aan dat, wil de Vlaamse Gemeenschap ambitieus zijn in de hoofd-stad, er 4.550 opvangplaatsen in crèches moeten bijkomen tegen 2020. Bevoegd VGC-collegelid Brigitte Grouwels (CD&V) drukt de wens uit om dat aantal te bereiken. Maar aan de einder blijven de kloven gapen. “Voor 2005

was er een discriminerend effect. Allochtonen schreven hun kind later in en waren de dupe”

‘HUIZENMARKT EVENWICHTIGER NA CRISIS’

BRUSSEL – Na de  inzinking van 2009  stegen  de  Brusselse  hui-zenprijzen vorig  jaar weer, maar voorzichtig;  de  hoge  prijzen  van de  jaren  2007  en  2008  worden nog niet gehaald. Dat  is de  con-clusie  van  de  Koninklijke  Maat-schappij  van  Landmeters.  Die voert  elk  jaar  een  onderzoek  uit naar  de  evolutie  van  de  Brus-selse  vastgoedmarkt.  Daarbij wordt  niet  alleen  rekening  ge-houden  met  de  verkoopprijzen, maar ook met de staat en de lig-ging van het goed.  De aldus  be-rekende  prijs  van  de  verkochte gezinswoningen ging er met 1,5 procent (openbare verkopen) en 3 procent (uit de hand) op vooruit. Opmerkelijk:  de  prijsstijging  is verhoudingsgewijs  groter  in  ar-mere  gemeenten  als  Sint-Joost, Molenbeek en Anderlecht dan in de meer residentiële gemeenten. Ook  de  opbrengsthuizen  gaan weer in stijgende lijn.De  evolutie  van  de  appartemen-ten was minder eenduidig: bij de openbaar verkochte appartemen-ten werd, na drie jaar van daling, weer een stijging van vijf procent opgetekend;  bij  de  uit  de  hand verkochte  appartementen  zette de  dalende  trend  zich  nog  even door (-5 procent).Algemene  conclusie  van  Alain Bellay  van  de  Koninklijke  Maat-schappij:  de  markt  stijgt,  maar geen gekke prijzen meer, zoals in de jaren 2006-2008. “De huizen-markt is na de crisis gezonder en evenwichtiger.”� HUB

Page 3: BDW - editie 1273

BDW 1273 PAGINA 3 - DONDERDAG 31 MAART 2011 WEEKOVERZICHTWOENSDAG�23�MAARTREllEN�iN�MOlENBEEk. In Sint-Jans-Molenbeek breken rel-letjes uit na de arrestatie van een stuntende motorrijder. Terwijl een patrouille de bestuurder wegbrengt, wordt een tweede bekogeld met stenen en planken. De politie moet traangas inzetten om de relschoppers uiteen te drijven. Er volgt één arrestatie.

DONDERDAG�24�MAARTMUSEUM�VAN�DE�VRijMETSElARij�iS�klAAR. Het ver-nieuwde Museum van de Vrijmetselarij aan de Lakensestraat 79 in hartje Brussel opent de deuren. Het museum, dat een overzicht biedt van de geschiedenis van de vrijmetselarij, is voortaan elke donder-dagnamiddag toegankelijk. Er is een unieke verzameling schilde-rijen, juwelen en schootsvellen te zien.

EUROpESE�BETOGiNG�ONTSpOORT. De Europese betoging te-gen het Europese competitiviteitsbeleid wordt ontsierd door relletjes. Betogers gooien stenen en vuurpijlen naar de politie. Die antwoordt met waterkanonnen. De Belgische vakbonden strijden voor het be-houd van de automatische loonindexering.

VRijDAG�25�MAARTBRANDWEERlUi�VOEREN�AcTiE. Een honderdtal brandweer-lui voert actie aan de kabinetten van minister-president Charles Picqué (PS) en staatssecretaris Christos Doulkeridis (Ecolo). Ze protesteren tegen het uitblijven van een taalkader voor de dienst Brandbestrijding en Dringende Medische Hulpverlening. Dat getalm heeft gevolgen voor benoemingen en bevorderingen. Het schuim-tapijt waaronder het kruispunt van Regentlaan en Belliardstraat wordt bedolven, veroorzaakt verkeershinder.

MOORDENAAR�VREDEREcHTER�GEÏNTERNEERD.�De moordenaar van vrederechter Isabelle Brandon en haar griffier André Bellemans moet worden geïnterneerd. Dat beslist de raadkamer. Brandon en Bellemans werden vorig jaar op 3 juni in de rechtszaal vermoord door een man die door de vrederechter uit zijn huis was gezet. Hij werd in het Warandepark opgepakt.

ZATERDAG�26�MAARTBRUSSEl�DOET�HET�licHT�UiT. De Stad Brussel dooft tussen halfnegen en halftien ’s avonds de lichten van het stadhuis. Ook de VRT-toren en de basiliek van Koekelberg doen mee aan Earth Hour, een onderdeel van het wereldwijde klimaatplan van het World Wild-life Fund (WWF).

AcTiE�AAN�SyRiScHE�AMBASSADE. Aan de Syrische ambas-sade verzamelen rond negen uur een vijftigtal betogers. Met hun aanwezigheid willen ze protesteren tegen het bloedige neerslaan van een betoging in de Syrische havenstad Latakia.

ZONDAG�27�MAARTTWEEDE�MARS�VOOR�HET�lEVEN. De tweede Mars voor het Leven, een anti-abortusmars waaraan onder meer aartsbisschop Léonard deelneemt, lokt drieduizend deelnemers. Op het Spanjeplein vindt een tegenmanifestatie plaats met onder anderen Roger Lalle-mand (PS), destijds samen met Lucienne Herman-Michielsen (PVV) initiatiefnemer om abortus uit het strafrecht te halen.

MAANDAG�28�MAARTMR�GROOTSTE�pARTij. In de nieuwste peiling van La Libre/RTL krijgen PS (-5) en CDH (-4) zware klappen in Wallonië. In Brussel kan de PS de schade beperken tot een verlies van 1,9 procent en blijft CDH status-quo. MR, die 3,5 procent wint, is opnieuw de grootste partij in de hoofdstad. Bij de Vlaamse partijen winnen Groen! en CD&V; Open VLD, N-VA, SP.A en Vlaams Belang verliezen. In Vlaan-deren is Bart De Wever eens te meer de grote winnaar in de peiling.

DiNSDAG�29�MAARTViERDUiZEND�ExTRA�cRècHEplAATSEN. Als Vlaams-Brus-

sel de VIA-norm (Vlaanderen in Actie) volgt, dan moeten er in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest 4.550 opvangplaatsen in crèches bijkomen tegen 2020. Het is de wens van VGC-collegelid Brigitte Grouwels (CD&V) om die ook te realiseren.

NON-pROfiT�BETOOGT. De witte sector trekt met dertienduizend betogers door de straten van Brussel om te protesteren tegen het uitblijven van een cao voor de komende vijf jaar.

� Samengesteld�door�Danny�Vileyn�en�Noémie�kowalczyk

MEER NIEUWS DE HELE WEEK

ROND OP

Het Brusselse mattheuseffect: in rijkere gemeenten is er meer betaalbare kinderopvang dan in arme. De kloof groeit.

meer  betaalbare  kinderopvang  dan de arme gemeenten, waar er steeds minder  betaalbare  kinderopvang beschikbaar is, terwijl die net in die arme  gemeenten  hard  nodig  is.  Bij een  ongewijzigd  beleid  zal  dat  ef-fect het komende decennium alleen maar sterker worden.”Vandenbroeck ontwaart ook wel po-sitieve effecten van het gevoerde be-leid ten opzichte van 2005: nu is er 

meer prioriteit voor eenoudergezin-nen  (een  sterke  Brusselse  realiteit), lage  inkomens,  laaggeschoolden en noodsituaties, terwijl voor 2005 een ‘eerst  komt,  eerst  maalt’-principe heerste.  “Allochtonen  waren  daar-van vaak de dupe, want zij beginnen doorgaans later met de inschrijving van hun kind. Het effect was bijge-volg discriminerend. Het opvangbe-leid voldoet tegenwoordig dus meer 

aan  een  sociale  functie  dan  toen.”De onderzoeker zegt wel dat de cij-fers  een  vertekend  beeld  kunnen opleveren. Drie vierde (!) van de door Kind  &  Gezin  erkende  zelfstandige Nederlandstalige  crèches  zijn  de facto Franstalig, bleek uit het onder-zoek.  Het  aantal  zelfstandige  crè-ches is tot 2009 toegenomen.

� christophe�Degreef

De gemeente Elsene mogen ze gerust slopen, maar laat die gebouwen alsjeblief bestaan.”

Lezersreactie op brusselnieuws.be na het bericht over de plannen van de gemeente Elsene om een huizenblok achter het gemeentehuis af te breken.

De toestand is kritiek. Als we niet snel reageren, staan er de volgende weken weer tweeduizend asielzoekers op straat.”

Ontslagnemend staatssecretaris Philippe Courard (PS) waarschuwt voor plaatstekort in de asielcentra door nieuwe vluchtelingenstromen en de trage asielprocedures (in Le Soir).

65 uur, zo lang zitten pendelaars per jaar vast in de files in en om Brussel. Dat  is de hoogste score in België. In Vlaanderen  zit  de  topscore  in  Antwerpen,  met  64  uur per jaar. Wallonië doet het beter, met Charleroi als kop-loper: daar zitten de pendelaars gemiddeld ‘slechts’ 26 uur per jaar vast in de file.De  cijfers  komen  van  het  onderzoeksbureau  Inrix. De  grootste  knelpunten  in  Brussel  zitten  op  de  Gro-te  Ring  rond  Brussel,  waarbij  pendelaars  vooral  op  

het  traject  van  Groot-Bijgaarden  tot  Zaventem  en  tussen  Sint-Stevens-Woluwe  en  Zellik  bijna  dagelijks stil staan.Als er geen maatregelen genomen worden, dan wordt er verwacht  dat  de  pendelaar  tegen  2020  nog  dertig  pro-cent langer in de file zal staan. Dit doemscenario houdt rekening met het aantal verkochte auto’s en de geplande wegwerkzaamheden.� Nk

65HETGETAL

BR

ON

: CA

RTO

GR

AF

IE VAN

DE N

ED

ER

LA

ND

STA

LIG

E BR

US

SE

LS

E KIN

DE

RO

PVA

NG

- MIC

HE

L VAN

DE

NB

RO

EC

K E

N N

AO

MI G

EE

NS 29/03/2011

““

Ganshoren

Oudergem

Watermaal-Bosvoorde

Sint-Agatha-BerchemUkkelJette

Sint-Lambrechts-Woluwe

Sint-Pieters-WoluweBrussel

EvereSint-Jans-Molenbeek

Etterbeek

ElseneAnderlechtSchaarbeek

Sint-Gillis

Sint-Joost-ten-NodeKoekelberg

Vorst

DEK

KIN

GSC

OËF

FIC

IËN

T

INKOMENSCOËFFICIËNT

250

200

150

150

50

0

60 80 100 120 140 160

Ganshoren

Oudergem

Watermaal-Bosvoorde

Sint-Agatha-Berchem

UkkelJetteSint-Lambrechts-Woluwe

Sint-Pieters-WoluweBrussel

EvereSint-Jans-Molenbeek

Etterbeek

ElseneAnderlechtSchaarbeek

Sint-Gillis

Sint-Joost-ten-NodeKoekelberg

Vorst

IKG

DEK

KIN

GSC

OËF

FIC

IËN

T

INKOMENSCOËFFICIËNT

250

200

150

150

50

0

60 80 100 120 140 160

Page 4: BDW - editie 1273

BDW 1273 PAGINA 4 - DONDERDAG 31 MAART 2011

Samenleving > Wanneer werken in Molenbeek moeilijk wordt

‘Het gebouw deugt,de buurt niet’

SINT-JANS-MOLENBEEK – Sinds 1999 zit de Belgische zetel van het communicatiebedrijf BBDO in de Scheldestraat. En sinds het begin houdt de directie statistieken bij over het aantal criminele incidenten tegen het gebouw of tegen werknemers. Honderdvijftig zijn het er. “We denken aan verhuizen.”

S cheldestraat,  een  groot  ge-bouw vlak tegen de grens met Laken. Een statig gebouw. Een 

oud gebouw. In 1908 begon hier de wijnhandel Besse et Fils. Later ves-tigde  de  honingfabrikant  Meli  zich er.  En  sinds  1999  huurt  BBDO  de gebouwen.Toen  werd  er  gerenoveerd,  het oude wijnmagazijn werd in ere her-steld  –  de  oorspronkelijke  vloeren inbegrepen  –  en  er  verscheen  een nieuwbouw  achter  het  grote  pand. Sindsdien  maken  strakke  jeans, kleurrijke  sneakers  en  frisse  mede-werkers er de dienst uit.Toch loopt het niet naar wens. Waar de  directie  van  het  communicatie-bedrijf  in  het  begin  nog  een  wijk-feest  organiseerde,  is  het  bedrijf  nu  een  versterkte  burcht  gewor den in  de  Scheldestraat.  “Een  eiland,  we weten het. Maar we hebben geen andere keuze,” zegt L., office mana-ger.

VerdedigenEen aantal medewerkers wil gerust zijn  verhaal  kwijt.  Op  voorwaarde dat het anoniem kan. “Want je weet maar nooit.”L: “De eerste twee jaar van het Mo-lenbeekse  bestaan  was  er  nog  niet 

veel aan de hand. Zeker, het was een moeilijke buurt, dat wisten we. Maar we rekenden op, ja, op de gemeente, dat alles er wel bovenop zou komen. Toen begonnen de incidentjes. Eerst auto-inbraken,  dan  scheldpartijen. 

Dan sacjackings. En dan geweld.” De laatste maanden waren er acht inci-denten, zegt de vrouw.“Ik  stapte  vorige  lente  in  mijn  wa-gen,”  getuigt  C.  “Tegelijkertijd  zag ik de deur opengaan, en voor ik het wist,  zat  er  iemand  naast  mij.  Een fractie  van  een  seconde  later  kreeg 

ik  klappen  met  de  kolf  van  een  re-volver.  Ik  had  nooit  gedacht  dat  ik me in zulke situaties zou verweren, maar op dat moment denk je niet na. Je wilt je verdedigen.”Het  slachtoffer  kon  uit  zijn  wagen raken,  maar  zijn  belager  liet  hem niet  gaan.  “Die  gast,  ergens  in  de twintig, wilde mijn laptop. En hij liet me niet los. Uiteindelijk kon ik ont-komen en werd ik geholpen door en-kele buurtbewoners. Die waren wel vriendelijk, maar toen ik hun vroeg om te getuigen voor de politie, werd het  stil.  De  politie  erbij  halen,  dat was een ander verhaal. Uiteindelijk was  ik  een  week  werkonbekwaam door al die slagen.”C. woont in Lokeren. “Daar was het vroeger ook erg: geweld, onwelvoeg-lijk gedrag, vuilnis. Maar er  is  toen een  beleid  van  nultolerantie  inge-voerd.  De  strakke  lijn,  voor  ieder-een. Dat zou hier ook eens moeten gebeuren,” meent hij.C.  is  naar  eigen  zeggen  alerter  ge-worden. Kijkt nu wie er allemaal in de straat is als hij het bedrijf verlaat. “Ik ben niet bang, maar toch ga je je anders gedragen.”

VroomHet  incident  met  C.  was  een  van de  ergste.  Daarnaast  waren  er  ook ‘gewone’  diefstallen,  zoals  I.  over-kwam.  Gastjes  van  een  jaar  of  ze-ventien  stalen  haar  handtas  toen ze een straat verderop liep, richting thuis. Zij woont in Molenbeek.“Ik kwam met mijn achterhoofd op de  grond  terecht.  Gewond  was  ik 

Maar het ergste voorval, dat was een vrouw die met haar hoofd tegen een autoportier  geslagen  werd  om  haar handtas  te  bemachtigen.  Zij  wil sindsdien  niet  meer  in  Molenbeek werken. Einde verhaal.

ShuttleSinds het bedrijf in de Scheldestraat zit,  worden  er  statistieken  bijge-houden  van  elk  delict,  klein  en groot. Anno 2011 staat de teller op  honderdvijftig, in iets meer dan tien jaar tijd.Het  parkeerterrein  van  het  bedrijf is  nu  omheind,  met  prikkeldraad en een zware poort. Want er zijn al heel  wat  inbraken  geweest.  “Gek-kenwerk als je het bedenkt. Rondom dit  gebouw  zijn  er  hoge  muren,  en inbrekers  kunnen  vaak  niet  anders dan  halsbrekende  toeren  uithalen om  hier  binnen  te  komen,”  voegt L.  eraan  toe.  Er  is  nu  ook  een  be-wakingsfirma  actief  met  twee  me-dewerkers.  Er  is  camerabewaking. En, als kers op de taart: een shuttle-dienst van en naar de twee dichtst-bijzijnde metrostations.“Ik weiger er gebruik van te maken,” zegt  C.  “Zo  naar  je  werk  moeten gaan, dat kan niet de bedoeling zijn in onze maatschappij.”Een  paar  jaar  geleden  had  het  ge-meentebestuur  wel  oren  naar  de problemen.  Er  werden  vergaderin-gen  belegd  met  de  politie,  met  de burgemeester.  “Maar  nu  haalt  dat niet veel meer uit. Niet dat de poli-tie ons vroeger niet heeft geholpen, maar  soms  hadden  ze  geen  tijd  en 

BBDO, voluit Batten, Barton, Durstine & Osborn, is een wereldwijd reclame- en communicatienetwerk met hoofdkwartier in New York, en actief in 79 landen. Het is het tweede grootste bedrijf in zijn soort ter wereld.In België heeft BBDO 255 werknemers. In 2010 verzorgde het bedrijf onder meer reclamespots voor Belgacom, KBC en 11.11.11. Met zijn Belgische en internationale campagnes viel BBDO meermaals in de prijzen.

BBDO?

“We lopen sollicitanten mis omdat mensen niet meer in Molenbeek willen werken. Dan weet je hoe laat het is”

The European voice wil weten of Brussel een waardige EU-hoofdstad is.

EUROPESE OPINIEMAKERS BUIGEN ZICH OVER HUN HOOFDSTAD

BRUSSEL – The European voice vraagt zich af hoe Brussel écht de hoofdstad van Europa kan worden.

Europa en Brussel zijn twee aparte werelden,  maar  hebben  heel  wat met elkaar te maken. Het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en de Euro-

pese Commissie hebben de banden al aangehaald. Nu willen ook Euro-pese opiniemakers weten of Europa en  zijn  officiële  hoofdstad  dichter naar elkaar toe kunnen groeien.The European voice,  een  onafhan-kelijk  weekblad  met  EU-nieuws, uitgegeven  door  de  gereputeerde The Economist-groep,  organiseert 

er  donderdag  een  colloquium  over. Op  de  affiche:  VUB-prof  Eric  Co-rijn,  architect  Karel  Lowette,  bur-gemeesters  van  gemeenten  waar  de EU zou kunnen uitbreiden, advocaat François  Tulkens  en  ‘Mme Europe’ Marie-Laure Roggemans. Ook enke-le hoge EU-functionarissen zullen er praten. Het geheel wordt aan elkaar gepraat  door  European voice-journa-list Tim King.� SVG

Capital of Europe? op 31 maart vanaf 16 uur in het ING-auditorium. Meer op www.europeanvoice.com

© G

WE

NF

LIC

KR

niet  echt,  maar  ik  heb  wel  een  tijd spierpijn  gehad.  Spierpijn  die  ver-oorzaakt werd door de schok en de stress nadien.”Een  handtasdiefstal,  haar  eerste  in Brussel, daar kan I. nog mee leven. Maar  waar  ze  het  moeilijker  mee heeft, is dat er getuigen van het inci-dent waren. “Een jong koppel stond even verderop boodschappen uit hun auto  te  laden. Die mensen  reageer-den niet. Niet toen ik werd bestolen. Niet  toen  ik  op  grond  lag.  En  niet nadien.  Die  vrouw  was  gesluierd, en ik weet nog dat ik dacht, vol woe-de,  dat  je  daarvoor  zo  vroom  moet zijn,  om  helemaal  niets  te  doen.”

Page 5: BDW - editie 1273

BDW 1273 PAGINA 5 - DONDERDAG 31 MAART 2011

ADVERTENTIE

raadden  ze  ons  aan  om  kleine  de-licten  zoals  auto-inbraken  en  van-dalisme elders aan  te geven. Laken is  vlakbij,  en  dat  is  een  andere  po-litiezone.  We  hebben  nu  wel  een schepen in het gemeentebestuur die zich ons lot aantrekt. Daar blijft het voorlopig bij.”Binnen  het  statige  pand  is  de  on-veiligheid  een  veelbesproken  on-derwerp,  vertrouwen  medewerkers ons  toe.  Geruchten  van  incidenten,  collega’s  die  bestolen  zijn.  De  per-ceptie is dat de buurt niet meer vei-lig is. “Eerlijk,  we  denken  aan  verhuizen. Misschien  niet  noodzakelijk  bui-ten Brussel, maar alleszins weg uit Molenbeek,” zegt de manager. “Het gebouw  deugt,  maar  de  buurt  niet. We beginnen zelfs sollicitanten mis 

te lopen omdat mensen niet in Mo-lenbeek willen werken. Dan weet je hoe laat het is.”

Qui-vive“Het  erge  is,”  zegt  L.,  “dat  de  ge-meente  er  in  feite  onlangs  nog  zelf een schep bovenop heeft gedaan. Er is een parkeerplan gekomen, en dus moeten we ook nog eens betalen om buiten te parkeren. Wij hebben onze garage,  maar  onze  werknemers moeten  vaak  naar  overal  in  België om klanten te ontmoeten. Dan is het makkelijker om met de wagen naar het werk te komen en – om snel weg te zijn – buiten te parkeren.”“Het  argument  dat  we  te  horen kregen,  is  dat  er  meer  werknemers met  het  openbaar  vervoer  moeten komen.  Dat  moet  je  nu  net  zeggen 

tegen mensen die al op hun qui-vive zijn om naar Molenbeek te reizen!”Over  het  gros  van  de  daders  zijn alle  geïnterviewde  werknemers het  eens.  “Ik  wou  dat  ik  het  niet 

zo  zou  hoeven  zeggen,  maar  het is  zo,”  klinkt  het.  C:  “Dat  heeft niets  met  racisme  te  maken.”  I: “Ik  begrijp  dat  sommige  men-

sen  racistische  reflexen  krijgen.”Volgens  Johan  Berckmans,  de woordvoerder  van  de  politiezone West,  waarin  Molenbeek  ligt,  zijn er  problemen  in  de  Scheldestraat. 

“Die  maakt  deel  uit  van  de  Mari-tiemwijk.”  De  woordvoerder  meent dat er in 2010 vijftig criminele feiten werden vastgesteld, waaronder vijf-

tien diefstallen, waaronder drie met geweld. “Wel is het zo dat, wanneer delicten elders worden aangegeven, die gegevens met een jaar vertraging komen.”  Berckmans  noemt  meer-maals ook problemen met hangjon-geren in de Maritiemwijk. “Een  sociaal  werker  uit  de  buurt,” zegt L., “heeft me eens uitgelegd dat voor de jeugd hier de drie-derderegel geldt.  Met  een  derde  van  de  jonge-ren  heb  je  geen  last.  Het  volgende derde is de risicogroep, diegenen die meegesleurd worden door de groep en daar nauwelijks, of heel nipt, aan kunnen ontsnappen. Voor het reste-rende  derde  komt  alle  hulp  te  laat, werd me toen verteld.”��� Christophe�Degreef

Scheldestraat, oud wijnmagazijn. Camerabewaking en prikkeldraad. © BART DEWAELE

“Een shuttledienst naar de metro-stations, dat kan niet de bedoeling zijn in onze maatschappij”

STOEMP WITH A VIEW

02aprilkeuken doorlopend openvan 12.00 tot 22.00 info : 0486 645 614 • [email protected]

zaterdag DAKRESTAURANTErasmushogeschool

3 SOORTEN STOEMP

Page 6: BDW - editie 1273

BDW 1273 PAGINA 6 - DONDERDAG 31 MAART 2011

H et is een onvermoed manco aan  het  internet.  Over  re-cente geschiedenis, pakweg 

van de jaren zeventig en tachtig van de  vorige  eeuw,  valt  heel  weinig  te vernemen  op  het  wereldwijde  web. De  decennia  lijken  wel  tussen  de plooien van de tijd te zijn gevallen.Net  in  die  periode  was  Brussel  het schouwtoneel  van  een  weinig  be-nijdenswaardige  gebeurtenis.  De Noordwijk moest eraan geloven. 53 hectare zou met de grond gelijk ge-maakt worden. Duizenden gezinnen moesten  op  zoek  naar  een  nieuw onderkomen. In naam van de voor-uitgang  hadden  de  nationale  over-heid en drie Brusselse gemeenten in 1967  het  plan  opgevat  om  er,  naar Amerikaans  model,  een  kantoor-wijk neer te poten met acht hoge to-rens en twee autostrada’s. 

Professor  Albert  Martens  (K.U. Leuven)  heeft  het  allemaal  meege-maakt.  Als  jonge  doctoraatstudent sociologie was hij  in de  jaren 1960 in  de  Noordwijk  komen  wonen,  en hij heeft zich met hand en tand te-gen  de  kaalslag  verzet.  Om  die  re-cente Brusselse geschiedenis in her-innering  te brengen,  heeft  Martens zopas een tweetalige website gelan-ceerd,  www.quartiernord.be,  waar, naast tal van documenten, drie boe-ken over de Noordwijk te  lezen zijn die niet meer in omloop zijn.Martens  heeft  tegelijk  ook  een  up-date  gemaakt  met  de  laatste  ont-wikkelingen,  want  volgens  hem laat  het  Manhattanplan  zich  nog tot  vandaag  voelen.  “Veel  is  er  niet veranderd.  Kijk  maar  naar  wat  de bewoners meemaken die nu moeten wijken  voor  het  treinviaduct  in  de 

Vooruitgangstraat.”  Onteigeningen, verkrotting,  geen  perspectief  meer op  een  toekomst  voor  de  wijk.  De haves en de have-nots. De mechanis-men zijn nauwelijks veranderd.Professor  Martens  laat  een  recente pagina  zien  uit  het  magazine  Point de Vue.  In  de  society-rubriek  staan foto’s  van Armand De Decker  (MR, senator)  in  gezelschap  van  een aantal  captains of industry  en  van betonboeren  Patrick  en  Alain  De Pauw,  zonen  van  Charly  De  Pauw. Ook  Jean  Demannez,  de  PS-burge-meester  van  Sint-Joost-ten-Node, laat  zich  opmerken.  Een  collusie tussen  vastgoed  en  politiek?  Zoals vroeger?  Martens  glimlacht,  maar zegt niets.In  een  recent  wetenschappelijk  ar-tikel dat Martens aanbood aan Bel-geo, het tijdschrift van de Belgische 

BRUSSEL/SCHAARBEEK/SINT-JOOST-TEN-NODE – Volgend jaar is het 45 jaar geleden dat het Manhattanproject het licht zag. Een wijk, vergelijkbaar met de Marollen, moest tegen de vlakte voor acht kantoortorens en twee autosnelwegen. Emeritus hoogleraar en oud-buurtbewoner Albert Martens maakt de balans op.

Professor emeritus Albert Martens in de nieuwe Noordwijk. “‘Het is toch een mooie wijk,’ zeggen mijn studenten dan. Maar bent u hier al eens ’s nachts komen wandelen?”

© BART DEWAELE

Samenleving > Albert Martens maakt balans op van 45 jaar Noordwijk

‘De Titanic zinkt nog altijd’

geografen, heeft hij onderzocht wat er veertig jaar na de drie Bijzondere Plannen  van  Aanleg,  die  het  Man-hattanproject vorm moesten geven, van  geworden  is.  Drie  BPA’s,  want de  Noordwijk  ligt  op  drie  gemeen-ten.  Martens:  “Dat  maakte  de  wijk erg  kwetsbaar.  Het  is  klassiek  in Brussel:  een  wijk  die  zich  uitstrekt over  verschillende  gemeenten,  kan zich moeilijk handhaven tegen vast-goedprojecten.  Grensgebieden  zijn zwakke plekken. Kijk maar naar de Europese  wijk  of  de  Zuidwijk.  De verschillende  overheden  worden  er tegen  elkaar  uitgespeeld,  en  de  be-woners zijn de dupe.”Martens haalt de mosterd voor zijn analyse  bij  de  Deense  onderzoeker Bent  Flyvbjerg.  Die  onderzocht  tal van  megaprojecten  in  de  wereld  en stelt  vast  dat  de  risico’s  vaak  ver-keerd  worden  ingeschat.  Zo  gaan de projectontwikkelaars uit van een zerofriction-maatschappij:  ze  zijn niet voorbereid op maatschappelijke weerstand. Ze schatten ook vaak de kosten en de baten verkeerd in, ma-

ken  foute  prognoses  (bijvoorbeeld inzake verkeersstromen), en uitein-delijk  liggen  de  resultaten  vaak  ver van wat aanvankelijk gepland is.Toegepast op de Noordwijk geeft dat opzienbarende resultaten. Negentig procent van de geplande afbraak  is inderdaad  doorgegaan.  Maar  dan: de  autosnelwegen  zijn  er  niet  ge-komen.  De  voetgangerssokkel,  die metershoog boven de begane grond een  volledige  nieuwe  voetgangers-zone  moest  creëren,  is  maar  voor vijf procent gerealiseerd. Er was 1,6 miljoen  vierkante  meter  kantoor gepland, er  is maar 65 procent van 

neergezet.  Er  zouden  veertiendui-zend mensen komen wonen, het zijn er vandaag minder dan de helft. En het  Manhattanproject  ging  maxi-maal uit van 75.000 banen: dat zijn er maar 21.000 geworden.Symbolisch  voor  die  mislukking  is de  Zenithtoren.  Die  is  al  een  jaar klaar,  maar  staat  helemaal  leeg. De  teller  van  de  kantoorleegstand in  de  Noordwijk  staat  vandaag  op 125.000 vierkante meter.Martens: “Mijn analyse toont dank-zij  Flyvbjerg  goed  aan  waar  mega-projecten  in  de  stad  toe  kunnen leiden. Het  is alsof we zouden zeg-gen:  ‘We willen naar Mars vliegen’, vervolgens eindigen we op de maan, en dan zeggen we zelfvoldaan:  ‘We zijn toch ver geraakt.’”Volgens  Martens  is  het  interessant om te becijferen hoeveel inkomsten de  gemeentelijke  overheden  mis-gelopen  zijn  door  de  aanslepende stadsontwikkeling.  Voor  Schaar-beek bedragen alle kosten voor ont-eigening,  afbraak  en  herinrichting (geïndexeerd) 45 miljoen euro, voor Sint-Joost-ten-Node  zelfs  190  mil-joen.  En  daar  is  de  inkomstender-ving door het jarenlang laten braak-liggen  van  de  terreinen  niet  eens bijgerekend.  Pas  sinds enkele  jaren lopen er kantoorbelastingen voor de Noordwijk  binnen.  Martens:  “Het Manhattanplan  is  verkocht  als  een plan  om  Brussel  een  nieuw  econo-misch elan te geven, maar het heeft de  overheden  alleen  maar  handen-vol geld gekost.”We  wandelen  nog  even  naar  de Voorstadsstraat,  waar  het  voor Martens  allemaal  begon.  Het  huis waar  hij  gewoond  heeft,  staat  er niet meer. Op die plaats staat nu een soort kopie, een verre reminiscentie aan  de  Brusselse  architectuur.  De straat  is  wel  nog  een  woonstraat, een van de weinige in de Noordwijk, maar ze ligt midden tussen het kan-toorgeweld. Martens: “Mijn studen-ten  zeggen  weleens:  ‘De  Noordwijk is  toch  mooi?’  Wat  moet  ik  daarop zeggen? Loop hier ’s nachts eens?”

� Steven�Van�Garsse

De website van Martens: www.quartiernord.be. Centrum Noordpool, Antwerpsesteenweg 208, toont op 31 maart de film Le grand Nord over de bewoners van de Noordwijk (pttl.cvb-videp.be)

“Grensgebieden zijn altijd zwakke plekken”

Page 7: BDW - editie 1273

ADVERTENTIEBDW 1273 PAGINA 7 - DONDERDAG 31 MAART 2011

P-PRAAT

CHIEN ÉCRASÉ

Elsene is opera. Neem het van ons aan. Of meer bepaald: de gemeenteraad is een operette, en dan nog wel in een bijzonder neoklassiek interieur – bustes van alle voorgaande burge-meesters, rood tapijt, gedienstige dienaars, enzovoort. Olivier de Clippele, de MR-schepen van Financiën, speelt een hoofdrol. De man met de vinger op de knip heeft de neiging zo nu en dan een origineel standpunt in te nemen, vaak gevolgd door een argumentatie to the point, zoals discussies over centen vaak moeten, maar zelden willen zijn. De Clippele onthield zich in de jongste gemeenteraad bij de stemming over de renovatie en/of de sloop van een aantal achtergebouwtjes aan het gemeentehuis die plaats moeten maken voor kantoren en parkeer-gelegenheid. Kostprijs: vijftien miljoen euro. Waar De Clippele niet zo voor te vinden is, want de gemeentekas is behoorlijk leeg. Uiteraard was dit niet naar de zin van burgemeester Willy Decourty (PS), die volgens Le Soir kookte. Noem het een kink in de kabel, want de Elsense meerderheid (PS en MR, dus) leeft in een nagenoeg perfecte paarse entente.

Stoorzender was ook de Ecolo-fractie, die vorige legislatuur nog in de meerderheid zat. De groenen zijn tegen het renovatie- en afbraakproject (“Verbrusseling!”), maar ze vergaten dat ze in 2004 hun akkoord voor de plannen hadden gegeven. Decourty, nog altijd tegen de negentig graden: “U houdt van flirten, maar niet van beslissen.”

Ook Bianca Debaets (CD&V) stemde tegen, maar Decourty was ondertussen al bekomen van zijn meltdown. Overigens: dat De Clippele zo nu en dan een origineel standpunt inneemt, heeft merendeels te maken met het feit dat geen zinnig mens in staat is om gemeentefinan-ciën te begrijpen, laat staan er kritiek op te leveren. Dan lijkt iets inderdaad al snel origineel. Neem het van ons aan.

ELSENE – Het allervuilste plein ter wereld wordt nog vuiler, want wanneer deze woorden uit de tekstverwerker rollen, maken studenten van de VUB en de ULB zich op om het plein om te dopen in het ‘Frietplein’. De studenten doen dat omdat ze willen protesteren, en wel tegen de aanhoudende regeringsvorming. Revolutie! Barricades! Neen... friet! Benieuwd of de stu-denten hun friet plaatselijk aangeleverd zullen krijgen door het Flageykot op het Frietplein, en hoeveel onder hen dat daadwerkelijk zullen overleven. En of de frietenbakker de overrom-peling overleeft, want zoals u weet, laat de man zich makkelijk schofferen door de kleur van uw ogen, het patroon op uw rok of het feit dat u Spaans spreekt. 

ELSENE – U leest volgende week een verslag in deze kolommen. Als wij het overleven.

ELSENE – In de tussentijd kunt u de studenten steunen op Facebook, hun actie ‘leuk’ vinden en naar hartenlust gaan flashmobben. Ons pleidooi voor een proper plein is niet terug te vinden op Facebook, dus u kunt het niet ‘leuk’ vinden, en ons ook niet te vriend houden. 

LAKEN – Er is ophef ontstaan over de kasseien op de Havenlaan. U weet wel: die lange strook langs de haven waar u uw autovering kunt testen en uw mountainbikekunstjes kunt oefenen. Enkele verenigingen, waaronder het wijkcomité, pleiten voor het behoud van die kasseien, want “de grijze kleur varieert prachtig met de seizoenen en contrasteert met het intense groen van de platanen.” Serieus. Straf spul daar in het leidingwater.

BRUSSEL - Tvbrussel heeft vanaf 4 april een middagjournaal. “Een keer nieuws per dag, dat is echt niet meer van deze tijd,” zegt hoofdredacteur ad interim Robert Esselinckx.

De nationale zenders doen het al meer dan tien  jaar,  heel  wat  regionale  zenders  nu ook. En tvbrussel wil niet achterblijven. Op 4 april gaat Brussel midi van start, een mid-dagjournaal om halfeen.“Nu  is het nieuws van de vorige avond nog de  hele  dag  doorlopend  te  zien.  Daar  wil-

len  we  van  af.  Het  nieuws  staat  niet  stil. Er  gebeurt  wel  wat  in  Brussel  na  zes  uur ’s  avonds.  Bovendien  draait  het  internet-nieuws  tegenwoordig dag en nacht op volle toeren.  Daarom  zullen  we  voortaan  ook  ’s  middags  enkele  kersverse  reportages  uitzenden  met  nieuws  van  de  ochtend,”  zegt  Esselinckx.  “Met  twee  nieuwsuitzen-dingen per dag kunnen we nog dichter bij de Brusselaar staan.”Brussel midi  wordt  een  televisiejournaal  met  een  zestal  items,  evenwel  zonder  pre-sentator.  Dat  is  deels  om  kosten  te  bespa-ren  –  tvbrussel  doet  geen  beroep  op  extra overheidssubsidies  –,  “maar  het  heeft  ook een voordeel,” legt Esselinckx uit, “omdat de reportages zonder intro door een presentator kant-en-klaar zijn voor het internet.”De avonduitzending van 18 uur blijft er wel één met presentator.� SVG

Brussel midi, vanaf 4 april van maandag tot en met vrijdag om 12.30 uur

‘Het nieuws staat niet stil’ Media > Brussel midi is het nieuwe middagjournaal van tvbrussel

www.cdenv-brusselsparlement.be

Bianca Debaets: “Aanmoedigen van alternatieve woonformules” Meer en meer gezinnen ontvluchten de stad omdat ze geen betaalbare woningen vinden. Daarom ijver ik voor een doorgedreven be-leid voor middeninkomens. Zo wil ik dat het Brussels Hoofdstedelijk Gewest naast meer GOMB-woningen, ook nieuwe woonformules aanmoedigt zoals collectieve aankopen, groeps-wonen, kangoeroewonen (voor jonge gezinnen en senioren), enz. Ook moet elke Brusselaar kunnen rekenen op de “verzekering gewaard-borgd wonen”. Deze verzekering zorgt ervoor dat je je hypothecair krediet verder kunt afbe-talen wanneer je onverwachts je job verliest.

Kortom, meer betaalbare huisvesting, daar blijf ik me hard voor inzetten.

Bianca DebaetsBrussels Volksvertegenwoordiger en Gemeenteraadslid in Elsene

Agnes Vanden Bremt: “Huisvesting-projecten voor betaalbare woningen: troef voor Brussel”In Brussel werk ik, via mijn politiek engage-ment, mee aan een uitbreiding van het aanbod van betaalbare woningen voor gezinnen met een middeninkomen in wijken met een tekort aan dergelijke woningen. Tevens is het waar-devol dat oudere gebouwen in een hedendaags en duurzaam kleedje worden gestoken. Derge-lijke investeringen zijn een stimulans voor de heropleving van de wijk en voor nieuwe inwo-ners om zich in onze stad te komen vestigen. De Brusselse regering moet, via haar organen zoals de GOMB (Ge-westelijke OntwikkelingsMaatschappij Brussel), deze huisvestings-dynamiek verder zetten zodat ook de Brusselaars de mogelijkheid krijgen om in Brussel op een kwalitatieve wijze te blijven wonen.

Agnes Vanden BremtGemeenteraadslid in Sint-Agatha-Berchem

Lutgart Boelaert: “Tweede wijk-contract in Koekelberg: een posi-tieve impuls voor het stadsuitzicht” Het wijkcontract ‘Vanhuffel’, dat uitvoering kreeg in de periode 2004-2007, kan heel wat verwezenlijkingen naar voren schuiven. Zo heeft het project ondermeer de bouw van 19 nieuwe woonsten, een kinderkribbe, de herinrichting van twee pleinen en de aanleg van een park met bijhorend speelplein gerealiseerd. Op basis van deze positieve balans, juich ik als gemeenteraads-lid in Koekelberg dan ook enthousiast de recente goedkeuring van het tweede wijkcontract toe door het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Hier-

door komen er extra financiële middelen vrij voor Koekelberg, die zuurstof zullen bieden voor de ontwikkeling van de publieke ruimte in de gemeente.

Lutgart BoelaertGemeente- en OCMW- raadslid in Koekelberg

www.brussel.cdenv.be

Steven Vanackere: “Pleidooi voor een Brussel met pit”Ons Gewest heeft nood aan gebouwen en open ruimten die ambitie uitstralen. De ambitie om aan Brusselaars en kandidaat-Brusselaars te tonen dat de hoofdstad resoluut kiest voor een uitdagend en tot de verbeelding sprekend toekomstproject. En om bezoekers aan te trekken met meer dan alleen onze Grote Markt of het Europees Parlement. Brussel moet vol vertrouwen de 21ste eeuw bin-nenstappen. En kiezen voor groene aders doorheen de stad, kwaliteitsvol openbaar vervoer, autoluwe zones en duurzame gebouwen en pleinen. Kort-om, kiezen voor een attractief stadsproject “met pit”.

Steven VanackereOntslagnemend Vice-Premier en Minister van Buitenlandse zaken

Visie op wonen in Brussel

© T

VBR

US

SE

L

Page 8: BDW - editie 1273

BDW 1273 PAGINA 8 - DONDERDAG 31 MAART 2011

Deze week op Hogenbos > Fotoclub SAB houdt de blik scherp

Nog één week zonder kruinschaduw

Grote foto: zicht op de Zavelput vanuit Hogenbos. Voorts (met de klok mee): wijkcafé Quièvrain in de Kasterlindenstraat, Brasserie de la Couronne aan de Groendreef en Villa Psychose in de Hogenbosstraat.

© DRIES GEYSKENS

F otoclub  SAB  is  de  oudste  en actiefste  fotoclub  van  het gewest  en  heeft  faam  opge-

bouwd  door  onder  meer  tien  keer de  Ronde  van  Vlaanderen  te  heb-ben  verslaan.  Binnenkort  houdt  de club haar achttiende Fotosalon. Een goede gelegenheid om af te spreken voor een rondje ochtendfotografie.De  nevel  hangt  nog  in  de  lucht  als we  de  omhoogslingerende  Groen-dreef aanpakken. Een aanrader. De retro-lantaarnpalen bij het cultuur-centrum Le Fourquet, de voormalige Brasserie de la Couronne, ze maken het  plaatje  van  het  oud-boerkozen-dorp af.  “Wie mooie  foto’s wil ma-ken, kan niet tot tien uur in zijn bed liggen,” vindt Dries Geyskens, al een kwart eeuw  voorzitter  van  Fotoclub SAB en daarnaast ook voorzitter van de  Vlaams-Brabantse  fotokringen. “Geen  van  het  dertigtal  Brabantse fotoclubs heeft het geluk om, zoals wij,  jaarlijks  op  een  prachtige  plek als  de  Oude  Kerk,  met  haar  prima belichting, te exposeren. Elke maan-dagavond komen onze clubleden sa-men om  bij  te  leren,  en hun passie te delen. Weten wat vlakverdeling is, kleurenharmonie,  een  compositie, sterke  punten  in  de  foto:  dat  alles hangt niet van het toestel af. Zowel 

digitale als analoge fotografie draait om basiskennis.”De gevel van het kerkje in romaanse stijl  –  in de  twaalfde eeuw nog een kapel  van  de  parochie  Wemmel  – oogt vlak, al vecht de witte steen om gezien te worden. Hoe neem ik hier een  foto  van,  vragen  we  Geyskens. De  kenner  grijpt  naar  zijn  toestel: “We  komen  beter  over  een  uur  of twee terug, als het zonlicht de gevel streelt met strijklicht. Maar kijk eens langs de Groendreef: we zien mooie lijnen die uitwaaieren en amper te-lefoonpaaldraden  die  hinderen.  Je kunt alle soorten hinder – van auto’s tot draden – weg-fotoshoppen. Ter-wijl ik zeg: fotografeer het dan niet. De helft weghalen uit een foto is de helft  van  de  kwaliteit  vergooien.  Je kunt  hier  een  beeld  nemen  van  de hobbelige  kasseien.  De  holle  weg omhoog. De herhaling van de oude straatlantaarns.  Van  alle  kanten springt de rust je in het oog.”Geyskens  vindt  deze  lentedagen de beste, omdat het  licht nog volop door  de  takken  valt.  “Over  luttele weken  krijg  je  massa’s  kruingroen, die donkere schaduwen projecteren en  geen  doorkijk  gunnen.”  De  blik gaat  naar  wilgenkatjes,  priemende scheuten en ontluikend struikgewas 

langs de wandelput die het hellende Wilderbos in duikt. Goed zeven hec-tare  aan  bos,  moestuinen,  boom-gaard  en  vennen  met  houten  brug-getjes liggen hier.We  blijven  op  de  autoarme  bewo-nersstraat,  de  meer  dan  honderd-vijftig  jaar oude Groendreef. Achter de  hagen  gaat  het  van  caravanbe-woning  tot  riante  villadomeinen, 

en  de  laatste  hoevetjes  uit  een  ver tuinbouwverleden.  Nergens  in  de stad  verzoenen  de  extremen  zich zo  innig.  “Fotografie  is  schilderen met  licht,”  zegt  de  clubvoorzitter. “Je moet alle vlakheid en eentonig-heid mijden. Het rurale Berchem is nog  goed  voelbaar.  De  Ring  heeft Berchem  veertig  jaar  geleden  afge-scheurd  van  het  hinterland,  waar-door een groene buffer is ontstaan. Randbewoners komen de Ring niet over,  en  de  stedeling  zoekt  meteen over de Ring de natuur op. Vandaar deze met rust gelaten oase.”

foto. Klik-klik. Big Brother kijkt van achter  een  gordijn  vragend  toe.  De stadsontwikkeling  blijft  verrassen als we plots naast een villa uit 1909 in de Hogenbosstraat – Villa Psycho-se  in de volksmond – konijnen zien huppelen, en er een nieuwe kubisti-sche villa opduikt. Wie hier woont, heeft het hoogste mediaan inkomen van de gemeente. Het uitzicht blijft boeien,  de  stad  valt  niet  te  horen, maar ze kijkt je in de ogen. Klik-klik. De  basiliek  zweeft  volledig  boven het  groen.  De  VRT-mast  is  te  zien, achter  de  kantoor-  en  woontorens van  het  tussenliggende  centrum. “De  locatie  is  ideaal  voor  een  foto-opdracht:  combineer  de  stad  met het  landelijke  leven.  De  Zavelput. De koeien. De skyline van woon- en kantoortorens.  Berchem  heeft  met respect  een  stuk  authenticiteit  be-waard.  Maar  de  stedeling  verwacht ook  extreem  comfort  en  geen  plat-telandstoestanden.  Een  haan  die kraait is uit den boze. Waarom moet de  gemeente  hier  een  voetpad  pico bello  houden  als  iedereen  een  stuk landelijke authenticiteit wil? We zijn nu  eenmaal  met  te  veel  in  de  stad om iedereen zijn zin te geven.” Klik-klik.� Jean-Marie�Binst

“Waarom moet de gemeente een voetpad pico bello houden als iedereen het landelijk wil?”

BD

W R

EGIO

SINT-AGATHA-BERCHEM – Je hoeft geen kilometers te lopen om harmonie tussen stad en natuur te vinden. Met zijn Nikon D300 met een 18/200-lens liep Dries Geyskens voor ons uit, die eerste lenteochtend. De Oude Kerk kreeg strijklicht van de vroege zon. Het nevelige Wilderbos zweeg stil en wijs. Klik-klik.

18de Fotosalon van SAB in de Oude Kerk en GC De Kroon, 1 april vanaf 20.30 uur en 2 en 3 april van 10 tot 18 uur. Meer op www.fotoklubsab.eu. Vanaf mei maakt de club wekelijks avondwandelingen met amateurfotografen

Een lapje grond, bewerkt als volks-tuintje,  is  omsloten  door  brol.  “Er zijn van die mensen die hun domein afsluiten  met  alles,  als  het  maar niets kost. Deuren, planken, kapotte raamkozijnen:  milieuvriendelijk  is anders.” Verderop krabt een  lapjes-kat  een  vuilniszak  stuk.  Geyskens: “Zou een perfecte pose zijn met een 300 digitaal.” En: “Werven en kerk-hoven  zijn  altijd  dankbaar,”  stipt hij nog aan als we met de postbode even uitrusten bij het oude kerkhof (1877-1960),  vol  historische  oor-logsgraven.  “Dit  is  niet  het  joodse kerkhof van Praag of Père-Lachaise 

in Parijs. Maar de Belgische vlagjes op de vrijwilligersgraven hebben het over  ons  erfgoed,  onze  geschiede-nis. Heel sterk als beeld.” Klik-klik.We laten Kasterlinden met de oude linde  (van  omstreeks  1700)  rechts liggen.  Het  voormalige  duivenmel-kerscafé  Quièvrain  (sic),  een  art-decopareltje  uit  1934,  moet  op  de 

Page 9: BDW - editie 1273

BDW 1273 PAGINA 9 - DONDERDAG 31 MAART 2011 ADVERTENTIE

Het gemeentebestuur gaat camera’s inzetten om sluikstorters te betrappen.

De  camera’s  komen  op  plaatsen  waar  vaak gesluikstort  wordt.  “Vanuit  voertuigen of  zelfs  huizen  zullen  de  camera’s  alles haarscherp  registreren,”  zegt  schepen  van Leefmilieu  Jan  Gypers  (Open  VLD).  “Ze zijn  uitgerust  met  detectoren  die  elke  be-weging registreren. Ze zullen logischerwijs vooral  tijdens  de  nacht  draaien,  omdat  er dan veel gesluikstort wordt. De dag nadien zullen  we  de  beelden  analyseren,  samen met de wijkagenten. Zo kunnen we nagaan of de sluikstorters van binnen of buiten de 

wijk  of  de  gemeente  Molenbeek  komen.”De straffen zijn niet min. Sluikstorters ris-keren  een  sanctie  van  150  tot  1.000  euro, de  kosten  om  het  afval  te  laten  weghalen. Daarbovenop  komt  nog  eens  een  adminis-tratieve boete van 150 euro.Vorig  jaar  haalde  de  gemeente  Sint-Jans-Molenbeek maar liefst 2.472 ton sluikafval op. “De hoeveelheid is wel verminderd sinds de  invoering  van  de  gratis  ophalingen  van grof  huisvuil  op  afspraak,”  zegt  Gypers. “Toch blijft het een groot probleem in Mo-lenbeek.  Het  is  heel  onaangenaam  als  je  ’s morgens alweer moet vaststellen dat er il-legaal afval gedumpt is.”� MV

Camera’s tegen sluikstortersSint-Jans-Molenbeek > Gefilmd vanuit voertuigen en huizen

Het  spinrag  aan  straatjes  rond  het  Bloe-menhofplein  in  hartje  centrum  staat voortaan  in  de  annalen  van  radiozender FM  Brussel  geboekstaafd  als  de  leukste Brusselse wijk. De luisteraars stemden de jongste weken op de vijf  genomineerden: Kuregem,  Scheut,  Marollen,  Kasteleins- en Bloemenhofwijk. De radiozender kreeg ruim duizend reacties op zijn  ludieke ac-tie.In een nek-aan-nekrace haalde Bloemen-hof het van Kuregem, waar een wijkcomité ook alle geschut had  ingezet. Het bedrij-vige  kmo-leven  in de Bloemenhofwijk  en de  Erasmushogeschool  –  vooral  heel  wat studenten stemden de laatste week mee – tilden die laatste buurt omhoog.Voor wie de wijk niet kent: de Jardin aux Fleurs wordt afgebakend  door  de  Ander-lechtsesteenweg,  Arteveldestraat,  Sint-Kristoffelstraat,  Kogelstraat,  Papenvest, Hopstraat, Barthélémylaan en Slachthuis-laan.  Het  pleintje  zelf  is  het  hart  van  de ruiker.� JMB

Bloemenhofwijk wint nipt van Kuregem

Brussel > Luisteraars FM Brussel hebben leukste wijk verkozen

De Bloemenhofwijk is de leukste, vinden de FM Brussel-luisteraars.

© B

AR

T DE

WA

EL

E

MuSEuM VAN ElSENE IN MEMPHIS

ELSENE – Van 1 tot en met 31 mei wordt een selectie werken van Paul Delvaux en René Magritte tentoongesteld in het Amerikaanse Memphis, Tennessee. De tentoon-stelling Belgian surrealism in paintings kadert in het internationale Memphis in May-festival, een maand vol kunst, cultuur en muziek. Dit jaar staat België in de kijker. Meer op www.memphisinmay.org.� CD

FEEST VOOR AllE lEEFTIJDEN

ANDERLECHT – Feest voor jong en oud op het Carrefour des Générations nu zater-dag. In het Huis van de Sociale Cohesie (Ropsy-Chaudronstraat 7) is er ’s middags op het binnenplein een picknick, waar je zelfbereide gerechten met elkaar kunt delen. De Compagnie Maritime laat vanaf 14 uur het publiek beleven wat het is om ouder te worden en je zelfstandigheid te verliezen. Om 16 uur zingt Florence Houzé van Assembl’âges met het publiek uit volle borst liedjes uit langvervlogen tijden. Het bal begint om 17 uur, met Koen Dhondt en Frisse Folk en daarna dj Cédric.� BS

TElE

XREG

IO

ADVERTENTIE

Foyer wordt gesteund door de Vlaamse Gemeenschapscommissie

Vaak denken wij over identiteit alsof het ons defini-tief gegeven zou zijn en beschermd moet worden. Klopt deze visie met de werkelijkheid? Er is steeds meer verscheidenheid in de samenleving en dat brengt uitdagingen met zich mee.

Een pleidooi voor meervoudige en dynamische identiteiten.

In dit derde en laatste deel van de reeks rond identiteit bij jongeren in Brussel, stelt Foyer een documentaire voor ‘Roma jongeren te Brussel: Wie zijn ze? Wie wensen ze te zijn?’ waarin een vijftal jongvolwassenen van Roma-afkomst spreken over wat zij kenmerkend vinden voor hun identiteit en voor het samenleven met anderen in een multiculturele stad zoals Brussel.Deze documentaire wordt gevolgd door een debat met enkele experten ter zake.

vrijdag 8 april 2011

ERASMuS EN ZIJN ANGSTEN

ANDERLECHT – Dirk Sacré (KUL) houdt in het Erasmushuis (Kapittelstraat) op 31 maart om 20 uur een voordracht over de fobieën (syfilisbesmetting, armoede,...) en de angsten (einde van het christendom) van de Prins van het Humanisme.� JMB

Gij kijkt zo zuur, Barbara ?Barbara ?

Laat mij maar, ik zit in een dipje.ik zit in een dipje.

Rauw of gekookt, in een taart of in confi tuur… rabarber is altijd lekker en wordt bij ons geoogst van april tot en met juli. Zeg nu zelf, waarom zou u groenten kopen die van de andere kant van de wereld komen of helemaal niets met het seizoen te maken hebben ? Het transport of de cultuur in verwarmde serres vergt onnodig veel energie. Kies daarom voor lokale en seizoensgebonden producten. Zo herontdekt u de smaak van de seizoenen en vermindert u de impact van onze voeding op het milieu. O ja, geef ook de voorkeur aan fruit en groenten die geteeld zijn zonder meststoffen en pesticiden.Recepten en kalender vindt u op www.leefmilieubrussel.be of via 02 775.75.75.

EET LOKAAL EN VOLGENS SEIZOEN D A’ S G O E D V O O R U E N G O E D V O O R O N Z E P L A N E E T.

Alle beetjes helpen, want we zijn met meer dan één miljoen Brusselaars.

Een initiatief van de Brusselse Minister voor Leefmilieu, Energie en Stadsvernieuwing

2IBG0095_BDW_Rhubarbe_178x125_NL.indd 1 24/03/11 15:45

Page 10: BDW - editie 1273

BDW 1273 PAGINA 10 - DONDERDAG 31 MAART 2011

ADVERTENTIE

BD

W R

EGIO

Buurtbewoners  ketenden  zich  zondagmiddag vast  aan  de  platanen  langs  de  Havenlaan.  Met deze  actie  protesteerde  het  wijkcomité  Maria-Christina  tegen  de  geplande  kap  van  de  bomen. De driehonderd platanen moeten wijken voor de heraanleg van de Havenlaan.Minister van Openbare Werken Brigitte Grouwels 

(CD&V)  bevestigt  dat  de  platanen  in  augustus gekapt  zullen  worden.  “Een  deel  van  de  bomen is  ziek.  Bovendien  richten  de  enorme  wortels schade  aan  aan  de  trottoirs  en  de  riolen,”  zegt woordvoerder  Philippe  Vanstapel.  “Maar  er  ko-men jonge bomen in de plaats.”� HUB

‘Platanen moeten blijven’Laken > Wijkcomité Maria-Christina voert actie tegen heraanleg Havenlaan

Buurtprotest tegen de geplande kap van de platanen aan de Havenlaan. Sophie, Guillaume en Bernard uit Jette kwamen hun steun betuigen.

© JO

VOE

TS

Van de aanleg van de spoorlijn naar Tubeke in 1839 tot de hst: het openbaar vervoer heeft een bewogen geschiedenis. Nostalgici kunnen nu hun hart ophalen in de Abdij van Vorst.

“Zaterdag morgend, op 18 Februa-ri, in de statie van Vorst-Zuid is er een verschrikkelijke spoorwegramp gebeurt.” We  lezen een artikel over de  botsing  tussen  een  exprestrein en een omnibus op de  lijn Brussel-Doornik in 1899. Het is een van de vele  verzamelstukken  die  de  ge-schiedkundige  kring  bijeensprok-kelde.  Je  ziet  ook  een  foto  van  de eerste paardentrams in 1875, die de reizigers  van  het  Zuidstation  naar het  Sint-Denijsplein  vervoerden,  en dus  uitsluitend  de  vlakke  stukken van  de  gemeente  aandeden.  Later kwamen de elektrische trams, zodat ook  de  hogergelegen  Albertlaan  in 1914  en  het  Hoogte  Honderdplein in 1930 bereikbaar  werden.  Ook  in 1930 reden de eerste bussen uit. Zo reed bus E van het Zuidstation naar Ruisbroek en vier jaar later verder tot Lot;  in  1957,  twee  jaar  na  het  ont-staan van de MIVB, werd dit bus 50. Ook  van  de  geliefde  buslijn  die  on-

losmakelijk verbonden is met Vorst, bus 54, wordt de geschiedenis uit de doeken gedaan. Op  foto’s  is  te zien hoe de trolleybus eerst van het Sint-Denijs-  naar  het  Luxemburgplein reed  en  al  na  twee  maanden  door-getrokken  werd  tot  in  Machelen. De trolleybus moest in 1964, na de massale  opkomst  van  de  auto,  ver-vangen  worden  door  een  autobus. “Er  stonden  altijd  foutgeparkeerde auto’s  in  de  weg,  en  de  trolleybus kon natuurlijk niet gemakkelijk uit-wijken,”  legt  Charles  Poot,  bezieler van de tentoonstelling, uit.Op de expositie wordt een vergeten monument  in  de  kijker  geplaatst. Vorst-Zuid  is  het  op  een  na  oudste Brusselse  station,  na  het  Luxem-burgstation.  Het  neoklassieke  ge-bouw  van  August  Payen  uit  1862 ligt  verstopt  achter  de  fabriek  van Audi  Brussels.  “Het  is  een  geklas-seerd  monument  in  alle  betekenis-sen: beschermd, maar ook onaange-roerd,” merkt Poot op.� Bruno�Schols

Tot en met 3 april in de Abdij van Vorst, Sint-Denijsplein 9. Woensdag-vrijdag 14 tot 18 uur, zaterdag-zondag 10 tot 18 uur

Omnibus, paardentram, trolley en onze geliefde 54

Vorst > Tentoonstelling over openbaar vervoer

Centra Morele Dienstverlening

Het Centrum Morele Dienstverlening (CMD) is het lokale contactpunt van de vrijzinnige

gemeenschap. Iedereen kan er terecht voor morele hulp, vrijzinnige plechtigheden,

informatie en vormingen rond vrijzinnige waarden.

Het CMD wil de draaischijf zijn voor de lokale Brusselse vrijzinnige organisaties en alle

andere geïnteresseerden. Onze dienstverlening is kosteloos.

Morele bijstand is een warme en menselijke begeleiding vanuit vrijzinnig-humanistisch

perspectief. Worstel je met twijfels, hevige gevoelens, zinvragen...en wil je erover praten?

Dan kan je terecht bij een moreel consulent in het CMD.

Stalingradlaan 18-20, 1000 Brussel[Premetrostation Anneessens]tel. 02 242 36 02 E-mail: [email protected]

Jetse Laan 362, 1090 Jette[Bus 14 halte Legrelle]tel. 02 513 16 33 E-mail: [email protected]

Een initiatief van de Unie Vrijzinnige Verenigingen vzw

www.uvv.be

Centra Morele DienstverleningBrussel-Jette

Page 11: BDW - editie 1273

BDW 1273 PAGINA 11 - DONDERDAG 31 MAART 2011

BD

W R

EGIO

O p  het  kabinet  van  minister Laanan liggen drie verschil-lende rapporten waaruit zou 

blijken dat de vzw Atelier 340 voor meer  dan  een  miljoen  euro  fiscale, sociale  en  andere  schulden  heeft. Laanan  heeft  daarom  besloten  de 153.000  euro  die  de  vzw  jaarlijks kreeg, definitief te schrappen.Volgens  haar  kabinetschef,  Gilles Doutrelepont, heeft de minister nog geprobeerd  om  samen  met  andere overheden de schuld aan te zuiveren en zo het atelier een nieuwe kans te geven.  “Maar  alleen  de  gemeente Jette  was  bereid  om  120.000  euro te  betalen,  gespreid  over  vier  jaar. De Franse Gemeenschap moest dan nog altijd zelf een klein miljoen op-hoesten. Dat kon niet. Daarom heeft de minister per direct het subsidie-contract verbroken.”

Chez WodekVolgens  président-concierge  Wodek Majewski,  die  het  centrum  voor beeldhouwkunst in 1979 oprichtte, worden  de  financiële  problemen zwaar overdreven. “We hebben een aantal leningen op de korte en lan-gere termijn. Geef ons 170.000 euro en we kunnen weer vier jaar verder.” 

Wodek,  zoals hij  door  iedereen  ge-noemd wordt, wijt de voortdurende geldzorgen  van  het  centrum  aan de  jarenlange  onderfinanciering. “We  kregen  de  afgelopen  vijf  jaar 153.000  euro  van  de  Franse  Ge-meenschap, maar daarvoor was het maar 45.000 euro.” De vzw vult die subsidie  aan  met  eigen  inkomsten van  tentoonstellingen  en  rondrei-zende  exposities,  de  uitgave  van boeken en prentbriefkaarten, de or-ganisatie  van  kinderstages,  de  ver-huur van lokalen en de opbrengsten van het café Chez Wodek, waar ro-mantische  paddenstoelensoep,  ge-vulde kool en andere Poolse hapjes geserveerd  worden.  Per  jaar  levert dat  volgens  Wodek  400.000  euro op.Voor  de  panden  die  Atelier  340  in de  De  Rivierendreef  betrekt,  hoeft de vzw niet veel  te betalen. Met de gemeente, die eigenaar is, werd een erfpachtovereenkomst  afgesloten: de  vzw  betaalt  een  lage  huur  –  die de  afgelopen  twee  jaar  bovendien in  natura  betaald  mocht  worden  –, maar  moet  in  ruil  hiervoor  de  hui-zen  opknappen.  Dat  deed  het  cen-trum  aanvankelijk  ook,  maar  de laatste jaren gebeurde er, uit geldge-

brek, niet veel meer. Over het onaf-gewerkte hoekhuis hangt dan ook al een eeuwigheid een oranje zeil.Dat  laatste  is  PS-schepen-zonder-bevoegdheden  Merry  Hermanus, met  wie  Wodek  al  jaren  in  onmin leeft, een doorn in het oog.Naar  verluidt  weigerde  Hermanus in het begin van de jaren 1980 ooit 

eens  de  vijftig  frank  entreegeld  te betalen bij de opening van een ten-toonstelling  in  Atelier  340.  Sinds die  dag  woedt  tussen  beiden  een vete, die vooral per brief wordt uit-gevochten. “We hebben hem hier al jaren  niet  meer  gezien,”  zegt  Wo-dek, die zijn gezworen vijand conse-quent  le prédateur local,  ‘het  plaat-selijke roofdier’, noemt.

Een  staaltje  van  de  briefwisseling hangt nu ingelijst  in de hal van het Atelier.  Van  een  van  Hermanus’ schrijfsels  –  een  brief  waarin  hij klaagt dat zijn vrouw nog steeds de promotiefolder van Atelier 340 toe-gestuurd  krijgt  –  maakte  Wodek, nooit verlegen om een brutale witz, indertijd een kunstwerk: wie wilde, kon  een  getekend,  genummerd  en ingelijst exemplaar kopen.Wodek  is  ervan  overtuigd  dat  Her-manus ook achter het dichtdraaien van  de  subsidiekraan  zit.  Eerder raakte  hij  naar  eigen  zeggen  door toedoen  van  le prédateur local  al de  subsidies  van  de  Cocof  en  een gesubsidieerd  personeelslid  kwijt. “Hermanus  probeert  ons  al  dertig jaar  te  vernietigen.  En  hij  gebruikt daarbij Oostblokmethodes.”Hermanus heeft  zijn eigen verhaal. Hij vindt dat het Atelier ten onrech-te  een  voorkeursbehandeling  van het  Jetse  gemeentebestuur  krijgt. “Waarom  mag  de  vzw  de  huur  in natura betalen, waarom heft het ge-meentebestuur geen leegstandshef-fing op het half afgewerkte gebouw, en  waarom  moet  Atelier  340  dit pand niet opknappen, zoals bepaald in de overeenkomst?” schrijft hij op zijn blog.

‘Veel met weinig’De  gemeente  deed  de  laatste  jaren inderdaad  nooit  erg  moeilijk  over de aanslepende renovatie. “Wij wil-

Over Poolse hapjes en roofdierenJette > Wodeks Atelier 340 hangt aan zijden draadje

Wodek, bezieler van Atelier 340 Muzeum: “Merry Hermanus probeert ons al dertig jaar te vernietigen.” © SASKIA VANDERSTICHELE

den  begrip  tonen  voor  de  moeilijke financiële  situatie  van  het  atelier,” zegt Paul Leroy, schepen van Frans-talige Cultuur (LBJ). Het college van burgemeester Hervé Doyen, dat zelf al  jaren  in een bits  conflict verwik-keld  is  met  Hermanus  en  de  man anderhalf  jaar geleden uit de meer-derheid  zette,  zit  met  de  kwestie flink  in de maag. Het college  is erg gehecht aan het kunstencentrum en wil heel graag een oplossing vinden om  Atelier  340  te  laten  voortbe-staan. “Het is niet zomaar een gad-get,  er  wordt  ook  werkgelegenheid gecreëerd. En de laatste jaren was de begroting in evenwicht,” zegt Leroy. Maar hij voegt er meteen aan toe dat de  reddingsmogelijkheden  beperkt zijn. “Het is een privé-vzw. Wij kun-nen  onmogelijk  alle  schulden  gaan betalen.  Maar  we  staan  open  voor elk voorstel.”En er was al  een voorstel. Minister Laanan wil de geschrapte subsidies aan een nieuw centrum voor heden-daagse kunst geven, dat, met de hulp van  de  gemeente  Jette,  opgericht zou  worden  in  de  panden  van  Ate-lier  340.  Dat  nieuwe  centrum  zou dan  een  deel  van  de  activiteiten  en het  personeel  kunnen  overnemen. Voorwaarde  is  dat  de  vzw  Atelier 340 ontbonden wordt en dat Wodek plaatsruimt,  althans  als  baas.  Als artistiek leider zou hij eventueel nog wel aan de slag kunnen.Het  Jetse  college  heeft  dit  plan  in-middels voorgelegd aan de raad van bestuur  van  Atelier  340,  voorgeze-ten  door  Wodek.  Die  heeft  gewei-gerd  en  wil  zelf  een  reddingsplan presenteren. “We maken mooie ten-toonstellingen,  waarom  moet  dat veranderen?” stelt Wodek. Hij voelt zich gesterkt door de steunbetuigin-gen  van  kunstenaars,  mensen  uit de  kunstwereld  en  andere  trouwe fans.  Enkelen  van  hen  waren  afge-lopen  week  aanwezig  op  de  pers-bijeenkomst  die  Wodek  had  geor-ganiseerd  om  de  ‘uitvaart’  van  zijn centrum  te  verijdelen.  Daarop  her-haalde hij poedelnaakt de ‘laxatieve performance’  die  hij  eerder  al  ten beste had gegeven voor het kabinet van  Laanan.  Onder  de  aanwezigen was  ook  ci neast  Jan  Vromman,  die een  gloedvol  betoog  hield  voor  een centrum  ‘dat  veel  doet  met  weinig middelen’.  “Alleen  werd  het  altijd ondergefinancierd, alsof de overheid niet wil dat het schittert.”Voor Vromman is het Atelier onlos-makelijk verbonden met de persoon van Wodek. “Overheden kunnen de conciërge/president  en  zijn  vrien-den aan de deur zetten en hier eigen mensen  en  academici  droppen.  Ze kunnen  beleidsplannen  opstellen. Het is zelfs mogelijk dat ook zij pu-bliek aantrekken. Maar het zal hun niet alleen veel meer kosten, de ziel zal uit de ruimtes verdwijnen.”

� Bettina�Hubo

“Het is alsof de overheid niet wil dat het centrum schittert”

JETTE – Fadila laanan (PS), minister van Cultuur in de Franse Gemeenschaps-regering, trekt de subsidies voor Atelier 340 Muzeum in wegens financieel wanbeleid. Het voortbestaan van het kunstencentrum met zijn verrassende tentoonstellingen en flamboyante président-concierge hangt aan een zijden draadje.

Page 12: BDW - editie 1273

BDW 1273 PAGINA 12 - DONDERDAG 31 MAART 2011

Opnieuw opvangcrisis in het Noordstation, elk jaar hetzelfde liedje. “Lamentabel.” © BART DEWAELE

Maatschappij > 31 maart-groep klaagt immobilisme aan

‘Duurzame opvang en huisvesting: het kan’

Afgelopen winter werd het station Brussel-Noord even omgetoverd in een vluchtelingenkamp. Een ta-fereel dat je normaal gezien alleen maar als item tegenkomt in de bui-tenland-rubriek van het journaal. De eerste dagen was de verbazing groot bij veel voorbijgangers en pen-delaars. Na enkele weken werd een deel van de groep asielzoekers op straat gezet. Een twintigtal onder hen werd op de benedenverdieping van het station opgevangen, verder weg van de meeste reizigers, maar in even erbarmelijke omstandighe-den.Noodgedwongen zochten veel men-sen een onderkomen in leegstaande gebouwen, parkeergarages en ande-

re ongezonde of onveilige ruimten. De opvang voor deze mensen schoot te kort. Hij kwam laat op gang en verliep moeizaam. Ook al wisten de bevoegde ministers dat het deze winter niet anders zou zijn dan de vorige winters, integendeel. Er ont-stond dan ook terecht commotie over de manier waarop de opvang van thuislozen en sans papiers werd georganiseerd. Verontwaardigd door deze gang van zaken sloegen burgers de handen in elkaar. Dankzij de expertise van middenveldorganisaties als Chez Nous, de BBRoW, het Ministerie van de Wooncrisis en vele andere kwamen ze onder meer tot de vast-stelling dat het de armsten in onze samenleving zijn die het hardst getroffen worden door de huisves-tingscrisis, en dat de vooropgestelde

Jan Busselen.

maatregelen voorlopig tekortschie-ten om het tij te keren, ondanks de inspanningen op gewestelijk ni-veau.

OpvangcrisisOpvang is een complex gegeven, verdeeld over verschillende overhe-den. De nood aan een structurele oplossing wordt alsmaar dringen-der. Jammer genoeg was de politie-ke reactie stuntelig en onduidelijk. Opvangcentra moesten deze winter

vaak noodgedwongen asielaanvra-gers en daklozen weigeren. Ook zijn er nog altijd niet genoeg middelen om mensen met specifieke proble-men, zoals psychische aandoenin-gen of verslavingen, te begeleiden.Voor de UNCHR, het vluchtelingen-commissariaat van de Verenigde Naties, schoot onze regering tekort. Volgens de mensenrechtenorgani-satie was de situatie “onaanvaard-baar voor een derdewereldland, laat staan voor Europa”. België werd dan

ook veroordeeld voor zijn lamenta-bele opvangpolitiek.

WooncrisisOok in de huisvesting houdt de cri-sis aan. De afgelopen tien jaar zijn de huurprijzen met ongeveer vijftig procent gestegen, terwijl de gezond-heidsindex in diezelfde periode met amper vijftien procent steeg. Hoge huurprijzen en een prangend tekort aan sociale woningen drijft de arm-ste inwoners in het ‘beste’ geval naar huurwoningen in slechte staat en naar huisjesmelkers; in het slecht-ste geval belanden ze op straat. Terwijl 35.000 mensen wachten op een sociale woning, staan er naar schatting 16.000 tot 30.000 huizen leeg. Het park aan sociale huurwo-ningen in Brussel haalt niet eens de kaap van acht procent, en nationaal scoren we even slecht. Ter vergelij-king: in Groot-Brittannië gaat het over 21 procent, in Nederland over 35 procent van de huisvestings-markt. Ondertussen worden wijken zoals die rond de Dansaertstraat en het Bloemenhofplein dan wel opge-waardeerd, maar dat gaat al te vaak gepaard met sociale verdringing. De armoede verplaatst zich naar andere wijken en gemeenten.Onze democratische modelmaat-schappij lijkt meer en meer te evo-lueren naar een samenleving waar individualisme het haalt van soli-dariteit. In de derde rijkste stad van Europa is een mens op de vijf arm en piekt de werkloosheid tot 21 pro-cent. Bovenop de economische cri-sis en de hoge werkloosheid verarmt deze huisvestingscrisis de Brussel-se bevolking nog meer.

ActieHet initiatief van de 31 maart-groep komt van verontwaardigde bur-gers die het politieke immobilisme en het communautaire gekibbel in ons land meer dan beu zijn. Wij pleiten voor meer solidariteit in het politieke landschap en binnen onze samenleving. We willen het debat over specifieke en technische dos-siers rond opvang of huisvesting vermijden, maar vertrekken van het recht op degelijke huisvesting. Dat is een basisrecht dat je onder meer terugvindt onder Artikel 23 van de Belgische Grondwet, maar dat in de realiteit minder en minder wordt toegepast. We pleiten voor meer so-lidariteit en minder immobilisme, zodat het recht op degelijke opvang en huisvesting opnieuw op de agen-da komt.Op donderdag 31 maart vindt u ons op het Albertinaplein, waar we onze tentjes opzetten tussen 12 en 20 uur. Loop gerust even langs.

� Jan�Busselen�namens��de�31�maart-groep�

([email protected])

Overige initiatiefnemers zijn Vin-cent Penesich, Melanie Spinnoy en Arne Nouwen. Onderteken-den mee: Werner Van Mieghem (BBRoW), Deborah Oddie (AMA), Thierry Balsat (ONHU), José Gar-cia (Huurdersbond), Bart De Win (Bij Ons/Chez Nous), Claire Ge-raets (GVHV), An Descheemaeker (Bral), Levon Muradyan (Progrès), Thierry Kuyken (IEB) en burgers

“De VN noemde de Belgische opvangpolitiek

‘onaanvaardbaar voor een derdewereld- land, laat staan voor Europa’”

BDWOPINIE

BRUSSEL – Donderdag 31 maart: die dag voert een groep verontruste en verontwaardigde burgers actie tegen het immobilisme en het aanhoudende gekibbel die gedegen, structurele oplossingen in de opvang- en wooncrisis in de weg staan. Jan Busselen, mede-initiatiefnemer van de 31 maart-groep, legt uit.

Page 13: BDW - editie 1273

BDW 1273 PAGINA 13 - DONDERDAG 31 MAART 2011

BDWOPINIEJubelfeestbrug door Anne Brumagne

Terwijl we bezig zijn met de eindredactie van ons blad, gaan we soms bij wijze van grap op zoek naar de rode draden die toevallig in dat krantennummer zijn geslopen. Opvallend veel kale mannen op de foto’s bijvoorbeeld, of een historisch feit dat ineens in verschil-lende artikels opduikt. Toegegeven, vaak zult u heel goed moeten zoeken om onze rode draad te ontdekken. In deze editie, de vorige en de volgende, zit ook zo’n fil rouge, alleen is het geen grappige: de Jubelfeestbrug over de vroegere spoorlijn van Thurn & Taxis, op de

overgang van Jubelfeest- en Bockstaellaan, op de grens van Molenbeek en Laken. Van op de brug heb je een fenomenaal uitzicht op het uitge-strekte Thurn & Taxis en de torens van de Noordwijk. Maar kijk niet recht naar beneden, want het niemandsland onder de brug is verwor-den tot een openbaar stort. Vorige week toonden we op de voorpagina een foto van de ‘boot’ die ze vlak bij die brug op de middenberm aan het bouwen zijn. Goedbedoeld onderdeel van het wijkcontract Mari-tiem... dat al vier jaar is afgelopen. Nog steeds is het kunstwerk dat de poort tot de Molenbeekse wijk moet markeren, niet helemaal klaar.Deze week leest u het schrijnende verhaal van het communicatie-bureau BBDO, dat zich twaalf jaar geleden vestigde in een oud indus-trieel pand, net om de hoek van brug en boot, in de Scheldestraat. Bij het bedrijf, dat er indertijd vol enthousiasme neerstreek, hebben ze het aantal criminele, vaak gewelddadige feiten waarvan ze intussen het slachtoffer zijn geworden, bijgehouden: honderdvijftig zijn het er al. De laatste maanden alleen al waren er acht incidenten. Het gebouw ziet er ondertussen uit als een versterkte burcht met prikkeldraad boven op de al hoge muren. Er wordt gedacht aan verhuizen, misschien niet uit Brussel, maar wel weg uit de kanaalbuurt...Er valt over deze wijk, net als over vele andere in de kanaalzone, veel te vertellen: over de ruimtelijke wanorde, de kansarmoede van vele (vaak tijdelijke) bewoners die van overal zijn komen aanwaaien, de over-heidsmolen die te traag maalt om verandering te brengen. Maar al die omstandigheden kunnen crimineel gedrag nooit vergoelijken. Zolang dat er is, kan het niet de goede kant op gaan. Terwijl de Jubelfeest-buurt toch echt wel troeven heeft. De gigantische, nu nog afgesloten ruimte van Thurn & Taxis kan zuurstof bieden, en speelruimte voor de kinderen. Er is patrimonium dat veel karakter uitstraalt. En er is de goodwill van vele bewoners. Op een strook grond naast de brug werd een collectieve ecologische tuin ingericht. Dat – opbeurender – verhaal leest u volgende week.

EVA HILHORST

BRIEVEN VAN LEZERS [email protected]

Rawitz

In de aankondiging van het huldeconcert voor Benjamin Rawitz (BDW 1271, p. 16) worden de twee moordenaars boefjes genoemd. Dit diminutief, dat in onze pers altijd opduikt wanneer het gekleurde jonge misdadigers be-treft, voegt een vergoelijkende en zelfs affectieve toon toe aan het woord boef.In de moord op mijn vriend Rawitz valt er nochtans niet veel te vergoelijken. Op het proces van Junior Kabunda viel te vernemen hoe weerzinwekkend de twee tegen de zachtaardige pianist waren tekeergegaan. Liever geen verkleinwoord voor dit soort geboefte.

� Johan�De�Geest,�Schaarbeek

Huiswerk

BDW 1271 was interessant. Eerst een artikel over het afschaffen van huiswerk (p. 1) en dus de lat laag genoeg te leggen voor onze kinderen. Is Vlaams onderwijsbe-leid in Brussel nu echt alleen integratieonderwijs voor allochtonen? Wie spreekt er nog over om de beste kin-deren van de klas te stimuleren? Een bladzijde verder een artikel over het niet-vinden van een plaats in Neder-landstalige scholen. Het gaat dan ook over de toestroom van Nederlandsonkundige kinderen vanaf de onthaal-klassen (niet alleen migrantenkinderen, maar evengoed kinderen van Nederlandsonkundige Belgen). Benieuwd of het afschaffen van huiswerk (extra taaloefeningen), maar vooral het non-beleid van scholen (met gebouwen die na halfvier meestal leeg staan, want alle leraars moeten op tijd terug naar Vlaanderen) en het beleid om ouders ’s avonds Nederlandse les te doen volgen, nog helpt. Toch zou dit veel meer zoden aan de dijk zetten dan de lat naar beneden te halen.‘Te weinig Nederlandse scholen in Brussel’, gaat het verder in een ander artikel. En pagina’s over het bakste-nenbeleid van de VGC inzake gemeenschapscentra (p. 4-7). Ik lees over veel VGC-projecten, maar niet over de Maalbeek-sporthal, die samen met het schoolgebouw en de muziekschool al meer dan tien jaar half leeg staat te verkommeren. Privé-investeerders zoals de sportver-eniging Friskis&Svettis kunnen tot op heden niet mee-investeren, alvast niet in de sporthal. Voor het leeg-staande schoolgedeelte – onbegrijpelijk in deze tijd – kan ik me andere publieke investeerders inbeelden, zeker in een gemeente als Etterbeek, waar het beleid nog altijd weigert Nederlandstalige crèches en scholen in te rich-ten. Etterbeek heeft het laagste aantal Nederlandstalige scholen per inwoner van alle negentien gemeenten. En Franstaligen spreken over discriminatie als ze niet meer onbeperkt naar Nederlandstalige scholen mogen?Tot slot nog een artikel over het drietalig maken van schoolkinderen (p. 14). Dat gaat dan over het viertalig maken van een groot deel van de Brusselse kinderen. Niet eenvoudig zonder naschools beleid, zonder huis-werk en met scholen die Frans spreken met allochtone ouders. Het artikel gaf een voorbeeld van Turks in Ne-derlandstalige scholen. Met huiswerk voor de Neder-landstalige leerlingen dan toch?� Raf�Deroo,�Etterbeek

Taal

Dit is een reactie op de lezersbrieven ‘Taal (2)’ en ‘Taal & kader’ (in BDW 1271, p. 15). Zeer zeker bestaan er nog wantoestanden ten aanzien van de Vlamingen in Brussel, en daartegen moet worden gereageerd. Ook lo-pen er nog Franstaligen rond met een meerderwaardig-heidscomplex, maar dat was vroeger veel erger. Ik was en ben lid van tweetalige verenigingen: twintig à dertig

jaar geleden werd je scheef bekeken als je op vergaderin-gen Nederlands sprak. Ook verstond men ons niet. Nu spreken Franstaligen die weten dat ik haast evengoed Frans als Nederlands spreek, mij aan in het Nederlands. (...) Ik woon in Elsene en ik heb hier geen last meer aan de gemeenteloketten. Bij Delhaize kent het personeel nog altijd geen Nederlands, helaas, maar praktisch alle gedrukte info is tweetalig. De taallessen Nederlands worden druk gevolgd. De Franstaligen wensen dat hun kinderen Nederlands kennen, terwijl de kennis van het Frans bij de jonge Vlamingen helaas achteruitgaat.Men mag niet vergeten dat in Brussel geen enkele taal-groep nog een meerderheid van de bevolking uitmaakt. Het Frans wordt wel als lingua franca gebruikt (het En-gels wint als dusdanig terrein), maar het is nog maar de moedertaal van veertig procent van de bevolking. Brussel is de hoofdstad van België en dus moet het Ne-derlands als officiële taal volgens bepaalde regels wor-den gebruikt, wat nog niet altijd het geval is. (...) Wat de pariteit op federaal niveau betreft, mag men niet ver-geten dat de prijs die de Franstaligen daarvoor hebben betaald, niet alleen de pariteit in de Brusselse regering is, maar ook zeventien Vlaamse zetels in het Brussels parlement, wat ook de uitslag van de verkiezingen is. In haast elke gemeente is er een Vlaamse schepen. Dankzij die Vlaamse schepen is er in die gemeenten al heel wat mogelijk, bijvoorbeeld een 11 juliviering in het gemeen-tehuis. En in een aantal gemeenten werkt de Vlaamse bibliotheek zeer goed. Men moet dus kiezen: wil je geen pariteit meer in de fe-derale regering, laat dan de Vlaamse Brusselaars poli-tiek aan hun lot over. Dat heeft de Gravensteengroep on-langs nog voorgesteld: zij verkondigen met veel pretentie dat men drie principes moet toepassen om tot een ware democratie te komen. Ze willen niet weten dat hun stel-ling de politieke moord van de Vlaamse Brusselaars tot gevolg heeft. Daarmee bewijzen ze dat ze Brussel niet kennen.� Lydia�Deveen-De�Pauw,�Elsene

Veiligheid

In BDW 1270 (p. 4) las ik dat er een uitgebreid parle-mentair debat over de veiligheid op het MIVB-net ge-weest is. Ik weet niet of de heer Lootens-Stael gelijk had toen hij stelde dat een groot deel van de problemen bij de allochtone jongeren ligt. Er zullen wel cijfers beschik-baar zijn om zijn gelijk of ongelijk te bewijzen. Maar als hij gelijk heeft, en ik leg de nadruk op ‘als’, dan zie ik niet in waarom dit niet gezegd zou mogen worden. Een probleem kan pas opgelost worden als men het erkent. De reactie van zijn collega Fouad Ahidar vind ik totaal nergens op slaan. Waarom in dit geval naar het Centrum voor Gelijke Kansen en Racismebestrijding trekken? Wat heeft dit met racisme te maken (uiteraard op voor-waarde dat de stelling van de heer Lootens-Stael klopt)? (...) Op deze manier tast je de geloofwaardigheid van het Centrum aan. Ik mag toch hopen dat het CGKR destijds in het leven is geroepen om objectief en waarheidsge-trouw beslissingen te nemen (...)?Ook de reactie van Grouwels vind ik maar povertjes: “De situatie is niet slechter dan in andere steden, integen-deel.” Ik denk niet dat je in zulke dossiers te veel verge-lijkingen mag maken met andere steden. Je moet streven naar een optimale veiligheid en de problemen onmiddel-lijk en kordaat aanpakken zodat ze verdwijnen, of min-stens verminderen. Vroeger heb ik altijd geleerd dat ik mezelf niet moest vergelijken met degenen die het min-der goed deden, maar dat ik een voorbeeld moest nemen aan wie het beter deed. Maar ja, dat is meer dan dertig jaar geleden. De tijden veranderen.� Stefan�De�Roo,�Laken

SPELREGELS VOOR LEZERSBRIEVEN: Mail uw bijdrage naar [email protected]. Schrijven kan naar BDW-Brieven van Lezers, Flageyplein 18, 1050 Elsene; faxen naar 02-226.45.69. Vergeet niet uw adres te vermelden, ook in e-mails: zonder het adres van de afzender beschouwen we een brief als anoniem, en wordt hij niet gepubliceerd. De maximumlengte van een bijdrage is 2.500 tekens, inclusief spaties. Wilt u graag een langere, meer uitgewerkte opiniebijdrage schrijven (max. 5.000 tekens)? Neem dan eerst contact met ons op voor overleg via [email protected]. De redactie mag lezersbrieven redigeren of weigeren. Moties, manifesten of omzendbrieven worden niet (in deze rubriek) opgenomen.

Page 14: BDW - editie 1273

BDW 1273 PAGINA 14 - DONDERDAG 31 MAART 2011

VADROUILLEDE CULTUUR- EN VRIJETIJDSBIJLAGE VAN BRUSSEL DEZE WEEK

Geschiedenis > Van Scheut over Gaasbeek naar Beersel

Een oorlogsmachine genaamd Brussel

I n  de  late  middeleeuwen,  tussen  1356  en 1489, was de Stad Brussel meer dan eens betrokken  in  een  oorlog,  onder  meer  in 

de  slag  van  Scheut  (1356),  het  beleg  van  het kasteel van Gaasbeek (1388) en de beschieting van het kasteel van Beersel (1488-’89).Steden waren in die periode echte oorlogsma-chines, al is de reconstructie van die oorlogen 

geen sinecure. In tegenstelling tot andere ste-den  heeft  de  Stad  Brussel  bijvoorbeeld  geen oorlogsboekhouding  bewaard.  Met  een  bont gezelschap in een goed gevulde bus op naar de slagvelden.  Wat  volgt,  is  het  verslag  van  een boeiende, avondlijke tocht.Anderhalf uur na de start van onze tour, aan het  beeld  van  t’Serclaes  aan  de  Brusselse 

Grote  Markt,  staan  we  op  het  Henri  Nestlé-plein,  tegenover  de  Nestlé-gebouwen  in  An-derlecht.  Hier,  op  het  Scheutveld,  zou  het treffen  tussen  Vlamingen  en  Brabanders  in 1356  plaatsgevonden  kunnen  hebben.  ‘Zou kunnen’,  want  de  gegevens  zijn  schaars  en komen  voornamelijk  uit  kronieken,  en  zoals historici weten, zijn kronieken literaire bron-

Kasteel van Gaasbeek. In 1388 sloopten de Brabanders het vakkundig, om de dood van Everaard t’Serclaes te wreken.

© B

AR

T DE

WA

EL

E

BRUSSEL/GAASBEEK/BEERSEL – Het beeld van urban hero Everaard t’Serclaes op de hoek van de Grote Markt en de Karel Bulsstraat straalt alles behalve heldendom uit. En misschien was zijn heldhaftigheid ook wel minder groot dan Hendrik Conscience ons wou doen geloven. In première op de Nacht van de geschiedenis van het Davidsfonds: de nieuwe middeleeuwen-tour ‘In vuur en vlam’ met t’Serclaes in de hoofdrol. Historici Bram Vannieuwenhuyze en Hans Vandecandelaere van Caldenberga gidsen. Een brok militaire geschiedenis, gekruid met verraad en diplomatie, familieruzies en bastaardkinderen.

REDERIJKERS op AppARTEmENT

BRUSSEL – De Koninklijke Rede-rijkerskamer ’t mariacranske-De Wijngaard heeft niet alleen een rijke geschiedenis, ze slaagt er ook in nieuwe hoofdstukken aan die geschiedenis toe te voegen. Gaat dit weekend allen kijken naar Bruthé.

Naast  poëzieavonden,  lezingen  en andere  culturele  activiteiten  werken de  acteurs  en  theaterliefhebbers  uit de  vereniging  jaarlijks aan een  thea-terproductie.  Na  De liefde van de nachtegaal  van  Timberlake  Werten-baker,  Lady Windermere’s fan  van Oscar Wilde en Party time van Harold Pinter gaan ze voor de lenteproductie van dit  jaar resoluut de hedendaagse én de Brusselse toer op.Onder  leiding  van  Inga  Gijbels  en Liesbeth Rutten schreven ze als  col-lectief zelf een nieuwe tekst, die ver-trekt van het gegeven dat Brussel een nog  steeds  groeiend  aantal  mensen kent dat alleen woont in een studio of kleine  flat  in  een  appartementsblok. Bruthé speelt zich af in eerder aftands flatgebouw waar zeven bewoners hun leven proberen in te richten. Paulette moeit  zich  graag  met  alles  en  ieder-een, Roel lijkt iets op zijn kerfstok te hebben, Lutgard zorgt voor haar zieke moeder,  Miro  is  een  nieuwkomer... En  dan  is  er  nog  de  buitenstaander Jean-Jacques,  een  projectontwikke-laar  met  een  plan.  De  toeschouwers maken  kennis  met  de  personages, hun standpunten, hun verhoudingen, onzekerheden en ruzies.Rederijkerskamers  zijn  broeder-schap  pen  die  zich  vooral  in  de  veer-tiende en vijftiende eeuw oefenden in kunstzinnig  taalgebruik  in  refrein-feesten,  haagspelen  en  landjuwelen. In Brussel had je zo De Violette en De Lelie, die in 1507 fuseerden tot ’t Ma-riacranske,  dat  later  overging  in  De Wijngaard.  Daardoor  kan  ’t  Maria-cranske-De Wijngaard zich de oudste nog  actieve  vereniging  van  Brussel noemen.� MB

Bruthé, 1 en 2 april om 20 uur en 3 april om 15 uur in De Markten. Meer op 02-512.34.25 (De Markten), 02-468.20.61, wijngaardtheater.be

© ’T m

AR

IAC

RA

NS

KE

-DE W

IJNG

AA

RD

Deze dienst wil u de nodige informatie bezorgen om u wegwijs

te maken in uw zoektocht naar mogelijkheden, voorzieningen voor

personen met een handicap

Handicap & informatie

alle werkdagen van 9 tot 12u30 uitgezonderd donderdag van 14 tot 17u.

Bezoeken enkel op afspraak

[email protected]

02/463.58.58

ADVERTENTIE

Page 15: BDW - editie 1273

BDW 1273 PAGINA 15 - DONDERDAG 31 MAART 2011

SLEGT NIEUWS

Eind juni sluit boekhandel De Slegte onherroepelijk de deuren. Boekhandels met een stevige collectie Nederlands op de planken worden een schaars goed in Brussel. Of springen de Franstalige boekenwinkels in het gat dat De Slegte laat? Een overzicht.

LEES MEER OP PAGINA 18

SpECIAL: ZAZIE GOES GRAFFITI

De Zazie-reporters trokken in het zog van graffitikunstenaar Obès en Adrien Grimmeau, die veel over graffiti weet, door de straten van Brussel: ineens zagen ze overal graffiti! Welkom in de wondere wereld van Obès’ collega’s Bonom, Na (short for Narcissus) en Crevet. En wie o wie is Fatal?!?

LEES MEER OP PAGINA 24-25

nen  die  niet  altijd  even  betrouwbaar  zijn.Het  is  aardedonker  als  we  in  het  industriële gedeelte  van  Anderlecht  uit  de  bus  stappen. Met de lichtjes van de Zuidertoren in de verte is het niet makkelijk om een paar eeuwen te-rug in de tijd te reizen, maar de plek is unheim-lich en het verhaal is spannend. Van  het  slagveld  zijn  geen  sporen  meer  –  er werd ook nooit naar gezocht – en historici ra-ken het niet eens over de slag van Scheut. De voor  Vannieuwenhuyze  en  Vandecandelaere meest plausibele verklaring is dat het om een treffen ging tussen de Vlamingen aan de ene kant  en  de  Leuvenaars,  Brusselaars  en  een groepje edellieden aan de andere kant.Aanleiding voor de oorlog tussen het hertog-dom  Brabant  en  het  graafschap  Vlaanderen was  de  troonsopvolging  van  Hertog  Jan  III, die bij zijn overlijden drie dochters achterliet. Margareta  was  gehuwd  met  Lodewijk  van Male, de graaf van Vlaanderen;  Johanna was getrouwd met Wenceslas, en dan was er nog de gehandicapte dochter Maria. Jan III schonk de hertogelijke  titel aan Johanna en Wences-las; in ruil moesten Margareta en Maria finan-ciële  compensaties  krijgen.  Maar  Wenceslas, spilziek en politiek onbetrouwbaar, kwam zijn verplichtingen niet na en de Vlamingen beslo-ten Brabant (en dus ook Brussel) gewapender-hand te veroveren. Bij het treffen was Wences-las afwezig, hij was volgens sommige bronnen aan het feesten in Maastricht.Over het verloop van de slag van Scheut op 17 augustus  1356  resten  nog  veel  vraagtekens. Waarom hebben de Brusselaars hun stad niet verdedigd? Historici weten het ook niet. Vast staat wel dat de Brabanders op een ogenblik zo hard schrokken dat ze op de loop gingen. Was er een spion in hun midden? De heer van Asse, die midden in de strijd plots de Brabantse ba-nier liet vallen, is alvast een verdachte. Waar-schijnlijker  is  dat  de  Brabanders  schrokken van de kanonnen, die ze voor het eerst zagen.

Everaard, James BondNa  de  slag  van  Scheut  zijn  de  kaarten  gron-dig  herschud.  Hertogin  Johanna  verlaat  haar kasteel op de Koudenberg; graaf Lodewijk van Male  plant  de  Vlaamse  vlag  op  het  Huis  De Ster op de Grote Markt en trekt strijdend ver-der. Lodewijk neemt de ene Brabantse stad na de andere in; alleen ’s-Hertogenbosch, Maas-tricht  en  Nijvel  blijven  in  Brabantse  handen. Nu  is  het  alleen  nog  wachten  op  onze  grote held, Everaard t’Serclaes. Een van de legendes wil dat hij op 24 oktober 1356 bij nacht en ontij – het regende dat het goot – met enkele van zijn getrouwen  de  stad  is  binnengetrokken  langs het  Warmoesbroek.  Een  James  Bond-verhaal met  valse  noten,  noemen  Vannieuwenhuyze en  Vandecandelaere  dat  verhaal.  Want  de t’Serclaessteeg kreeg die naam pas  in de ne-gentiende eeuw, in de middeleeuwen heette ze Eggloystraatje. Vandaag  is de  t’Serclaesstraat een onooglijk achterafstraatje, waar alleen de auto’s die de parkeergarage van een hotel  in- en uitrijden, voor wat beweging zorgen.t’Serclaes  kan  hier  ook  de  stadswallen  niet overgeklommen zijn: die  liepen een eind ver-

Anderlecht, nu Henri Nestléplein, in 1356 het decor van de slag van Scheut. Voor wie of wat vluchtten de Brusselaars?

© B

AR

T DE

WA

EL

E

derop, door de kelders van de huidige Natio-nale Bank. Meest waarschijnlijk  is dat hij via een pand dat zijn familie toebehoorde, dat te-gen de stadswallen aanleunde, de stad binnen is gekomen. t’Serclaes haalde de Vlaamse vlag weg en plantte er de Brabantse.Het verhaal vereist een paar correcties. Het is pas  wanneer  Lodewijk  van  Male  naar  Parijs geroepen wordt dat Johanna en Wenceslas de tegenaanval  inzetten.  Het  zijn  de  Limburgse edellieden  die  de  leiding  nemen.  En  dan  pas verschijnt t’Serclaes ten tonele.Vier schepenambten en een dikke dertig  jaar later  treedt  t’Serclaes  nog  eens  op  als  prota-gonist.  De  bejaarde  man  wordt  overvallen  in de velden bij Vlezenbeek. De plaats delict valt te  situeren  langs  de  Kwadewegenstraat  –  die loopt  tussen de boom van Witse en de brou-werij Lindemans in. De bus wordt geparkeerd voor de brouwerij. Met zaklampen trekken we 

de been gebracht om het kasteel van Gaasbeek te belegeren. Sweder vlucht naar Diest en laat het kasteel achter in de handen van zijn vrouw en drie dienaars. Maar het beleg blijft duren, en  hertogin  Johanna  kiest  discreet  voor  di-plomatie. Ze kan niet werkeloos toekijken op een conflict tussen haar belangrijkste stad en een van haar belangrijkste raadgevers. Sweder en  Johanna  sluiten  een  deal.  Sweders  vrouw Anna van Leyningen en haar dienaars mogen de burcht verlaten en Sweder krijgt vijfduizend kronen in ruil voor overgave van de burcht. De Brabanders  krijgen  symbolische  genoegdoe-ning en breken  het kasteel, dat uit 1236  da-teerde, vakkundig tot de grond af.Het  huidige  kasteel  van  Gaasbeek  is  deels zestiende-,  maar  hoofdzakelijk  negentiende-eeuws. Het is ’s avonds prachtig verlicht, en de sfeer  is overweldigend. Als  toemaatje mogen we in de kelders afdalen. De gidsen waarschu-wen voor slipgevaar, maar iedereen komt weer heelhuids  boven.  Tijd  voor  een  drankpauze. Het wordt een Keizer Karel.

InternationaalWas  het  beleg  van  Scheut  een  oorlog  tussen een  hertogdom  (Brabant)  en  een  graafschap (Vlaanderen), en het beleg van Gaasbeek een oorlog tussen een stad (Brussel) en een heer-lijkheid (Gaasbeek), dan is de derde oorlog – de beschieting  van  het  kasteel  van  Beersel  –  er een met internationale allures.Het conflict gaat terug tot 1477, als de hertog van  Bourgondië,  Karel  de  Stoute,  vroegtijdig sterft. Zijn dochter, Maria van Bourgondië, ge-trouwd met de ‘vreemde’ heerser Maximiliaan van Oostenrijk, volgt hem op en ze krijgen een zoon:  Filips  de  Schone.  Als  Maria  van  Bour-gondië  in  Wijnendale  tijdens  de  valkenjacht van haar paard valt, eist Maximiliaan het re-gentschap op, maar dat zien Gent, Brugge en Ieper, bang om macht te verliezen, niet zitten. Een deel van de Bourgondische adel, met Fi-lips van Kleef op kop, denkt er net zo over.Nadat  de  Maximiliaangezinden  aan  de  kant gezet  zijn,  laten  de  Brusselse  ambachten  Fi-lips van Kleef binnen. En dan is de tijd van de afrekeningen  aangebroken.  De  Wittems,  he-ren van Beersel, waren altijd al medestanders van de hertogen van Brabant en de Bourgon-diërs.  De  Brusselse  stadsartillerie  slaagt  er echter niet om Beersel aan flarden te schieten; het is wachten op de Fransen om Beersel neer te halen. Het kasteel wordt geplunderd. Maar de  oorlog  kantelt  in  het  voordeel  van  Maxi-miliaan.  Brussel  moet  Hendrik  van  Wittem de kosten betalen voor de heropbouw van het kasteel.  In  Beersel  zijn  nog  altijd  de  sporen van de beschieting te zien.Ons avondje oorlogvoeren zit erop. De middel-eeuwse stemmen zullen nog een wijl  in mijn hoofd gonzen. � Danny�Vileyn

Gewapend met zaklampen trekken we tot halverwege de Kwadewegenstraat. Het verschil met de Grote Markt kan niet groter zijn

© S

AS

KIA

VA

ND

ER

STI

CH

EL

E

© S

AS

KIA

VA

ND

ER

STI

CH

EL

E

Het Davidsfonds legt een lijst aan met gegadigden voor de nieuwe tour, die om en bij de zes uur duurt. De tocht begint op en rond de Grote Markt, dan volgt een busrit langs de stadswallen, een stop in Scheutveld en aan Kwadewegen en een bezoek in Beersel en Gaasbeek. Geïnteresseerd? Bel 02-512.89.43 of mail [email protected]

tot  halverwege  de  Kwadewegenstraat  –  het verschil met de Grote Markt, waar we een paar uur eerder nog stonden, kan niet groter zijn. Het  lijkt  alsof  de  daders,  een  bastaardzoon van Sweder van Abcoude, heer van Gaasbeek, en  de  baljuw  van  Gaasbeek,  elk  ogenblik  uit het donker tevoorschijn kunnen springen.Naar de motieven voor de aanval op t’Serclaes is  het  gissen,  zo  leren  we.  Het  is  niet  uitge-sloten dat de gruweldaad een vorm van mis-plaatste loyauteit met Sweder is. Sweder, ver-trouweling  en  geldschieter  van  Johanna  (die ondertussen weduwe geworden was), had on-der druk van schepen t’Serclaes bakzeil moe-ten halen in zijn aanspraken op de meierei van Rode,  maar  die  gebiedsuitbreiding  zagen  de Brusselaars  niet  zitten:  ze  zagen  het  als  een inbreuk op de Blijde Inkomst uit 1357, die de integriteit van het grondgebied waarborgde.Het  is  merkwaardig  dat  t’Serclaes  niet  ter plekke  vermoord  werd.  Zijn  voet  werd  afge-hakt, zijn tong afgesneden.De  Brusselaars  zijn  woest.  Johanna  zakt  af naar de Grote Markt, waar t’Serclaes (inmid-dels  door  een  goede  ziel  naar  Brussel  ge-bracht)  ligt  te  zieltogen,  maar  ze  kan  de  ge-moederen niet bedaren. In een paar uur wordt een oorlogsapparaat met tienduizend man op 

Page 16: BDW - editie 1273

BDW 1273 PAGINA 16 - DONDERDAG 31 MAART 2011

ADVERTENTIE

Muziek > Grande noite de fado brengt de échte fado voor het eerst naar Brussel

‘Altijd trouw aan de fado-swing’BRUSSEL – “De fado die we in België over de vloer krijgen, is allemaal fado novo, een ge-moderniseerde vorm. Op deze Grande noite de fado brengen we het genre op zijn puurst. Een primeur.” Zaterdagavond wordt La Ten-tation omgetoverd tot een ware fadoclub.

“Net als jazz is traditionele fado improvisatie­muziek,” legt Ana Luísa Van Rompaey uit. “Je moet de standards kennen om te kunnen oor­delen hoe de fadista de nummers interpreteert. Ook op de keuze van de gezongen gedichten wordt de originaliteit van de fadista geëva­lueerd. Daarom geef ik tijdens het concert uit­leg, zodat ook een niet­gespecialiseerd publiek begrijpt wat er gaande is.”Van Rompaey, die deze grote fadonacht orga­niseert, is zelf ook al vijftien jaar bezig met traditionele fado, eerst als zangeres, nadien als muzikante. Ze zal op 2 april de viola de fado bespelen, een soort klassieke gitaar met zes ijzeren snaren. Naast de viola de fado is er bij traditionele fado altijd een viola baixo, een viersnarige akoestische basgitaar, en de gui-tarra portu guesa, het enige instrument dat de moderne fado overgenomen heeft.Traditioneel heeft voor sommigen misschien de connotatie van ‘ouderwets’ of ‘saai’. Onte­recht, vindt Van Rompaey. “Er is geen strikt

keurslijf. Integendeel, je kunt je eigen stijl ont­wikkelen, nieuwe akkoorden of invalshoeken zoeken, zolang je maar trouw blijft aan de ba-tido de fado, de manier waarop het ritme wordt aangegeven op de vio la de fado. Zo was Amá­lia Rodriguez (grootste fadista aller tijden, BT)

vernieuwend in het gebruik van dichters uit de Portugese literatuur met een grote L, dus geen fadodichters. Dat was not done, want fado gold als muziek van het lage volk. Ook de nadruk op fado canção, met een refrein, is een vernieu­wing van Amália. Allemaal bínnen de batido.”

Van Rompaey vergelijkt de batido met swing in jazz. “Niet te vatten in partituren; de essen­tie gebeurt naast de geschreven muziek. Duke Ellington zei: ‘It don’t mean a thing if it ain’t got that swing.’ Dat geldt ook voor fado.”Verwacht in La Tentation geen klassiek fado­concert van twee keer 45 minuten. Het wordt een volledig ritueel: de hele avond lang wordt er gezongen, te beginnen met drie fado’s op het einde van het avondmaal. De lichten gaan uit, iedereen wordt verondersteld te stoppen met eten en actief te luisteren, want dit is geen achtergrondmuziek. Na een korte pauze wor­den opnieuw drie fado’s gezongen, en zo gaat dat verder tot er geen volk meer in de zaal zit. Of er ook mensen uit het publiek gaan zingen, zoals in de tascas, de kroegen in Lissabon? “In Brussel zijn er verschillende amateur­fadista’s die zouden kunnen opdagen. Maar misschien hebben ze drempelvrees, zeker in zo’n grote zaal...”� Benjamin�Tollet

Grande noite de fado op 2 april in La Tentation, Lakensestraat 28, 1000 Brussel, www.latentation.be. Om 19 uur buffet, om 20.30 uur concert. Kaartjes 15/18 euro (concert) of 40/45 euro (concert + buffet)

Op de Grande noite treden fadistas Débora Rodrigues en João Escada op.

© L

IND

E RA

ED

SC

HE

LD

ER

S

Page 17: BDW - editie 1273

BDW 1273 PAGINA 17 - DONDERDAG 31 MAART 2011

Spelen met tijd en ruimte

David Claerbouts ‘Vietnam’: nog maar tot 6 april te zien in Wiels.

© D

AVID

CL

AE

RB

OU

T

Gezien: David Claerbout – De tijd die blijft, nog tot en met 15 mei in Wiels. (Op 6 april worden ‘Viet-nam’ en ‘Nocturnal landscape’ vervangen door ‘The quiet shore’ en ‘Orchestra’; op 13 april gesprek met David Claerbout en Katerina Gregos. Meer op 02-340.00.50 en www.wiels.org.)

Een van de tentoonstellingen die me altijd is bijgebleven, is er een van de Franse fotograaf Jacques Henri Lar­tigue (1894­1986). In diens archief zitten ook stereofoto’s: twee foto’s

die hetzelfde moment in beeld brengen, maar vanuit een lichtjes verschillend standpunt, zo­dat je dieptezicht krijgt. Ik herinner me zo’n stereofoto van zijn vrouw in bad, genomen door de kier van de badkamerdeur. En een foto van de voeten van een duikende man die in het opspattende water verdwijnen. Als je er­naar keek, leek het alsof je erbij stond – daar en toen.Van Visionair België in Bozar in 2005 herin­ner ik me een scherm met een gedigitaliseerde oude klasfoto: een veertigtal gedisciplineerde twaalfjarigen dat op een dag in de jaren 1930 braaf in de lens kijkt. Maar de kunstenaar had het beeld zo gemanipuleerd dat je een van die ondertussen al lang overleden leerlingen plots een knikje of een knipoog zag geven.En dan zag ik onlangs ook nog ergens een scherm met een beeld van een staande naakte vrouw dat deed denken aan een paneel van een Vlaamse primitief dat Eva afbeeldt. Ook dit beeld was een video die verried dat Eva be­woog en dus nog leefde.Ik moest aan bovengenoemde beelden denken toen ik tijdens een door Wiels­directeur Dirk Snauwaert gegidst groepsbezoek door het werk van de internationaal erkende kunste­naar David Claerbout werd geleid. Claerbout weet een hele tentoonstelling lang en op ver­schillende manieren vergelijkbare sensaties op te wekken. Met werken die tussen fotogra­fie en cinema zweven, en die op een vernuf­tige manier ons begrip van die media én ons begrip van tijd en ruimte bespelen.Deze tentoonstelling moet u echt gezien heb­ben, en u moet er ook de tijd voor nemen. Bij elk werk hoort een woordje uitleg, dat ver­

schaft wordt in de brochure. Maar u mag uzelf niet het plezier ontnemen om eerst onbevangen te kijken, en zelf proberen te achterhalen en te voelen wat er nu precies aan de hand is.Terugkerende elementen in het werk van Claerbout zijn – behalve het spelen met tijd en ruimte – het ondergraven van het ver­wachtingspatroon van de kijker, de culturele referenties, de combinatie van een anekdo­tische actie op de voorgrond met een krach­tige theatrale achtergrond, en de correspon­dentie tussen het onderwerp en de actie die van de toeschouwer wordt verwacht.Een geweldige binnenkomer is toch wel ‘The Algiers’ sections of a happy moment’, dat te­gelijk een demonstratie is van Claerbouts technologische kunnen. Eenvoudig gesteld zie je op deze ‘diashow’ een voetbalpleintje in Algiers waar een aantal jongens opkijken naar de opvliegende duiven. Eén moment, dat niet gevangen zit in één fotografisch shot, maar in duizenden shots met verschil­lende frames en gezichtspunten, waarvan Claerbout een selectie van zeshonderd beel­den samenbrengt. De kijker slalomt als een vlieg door het bevroren moment. Die fusie tussen film en fotografie realiseerde Claer­bout door eerst het (lege) speelpleintje ter plaatse te gaan fotograferen, en nadien de personages in dat decor te ‘plakken’. Die personages fotografeerde hij honderden ke­ren vanuit verschillende standpunten in zijn atelier, zodat we alles en iedereen ‘in 3D’ kunnen bekijken.Claerbouts culturele referenties kunnen direct zijn (zoals die naar ‘Le mépris’ van Godard in zijn vijftien uur durende ‘Bor­deaux piece’) of subtieler, als hij in zijn beeldvoering of enscenering teruggrijpt naar de geschiedenis van de film, architectuur of cinema. Spelletjes met achter­ en voorgrond zijn er haast overal, maar wel bij uitstek in het beklijvende ‘Long goodbye’. ‘The Ame­rican room’ is dan weer een grandioze de­monstratie van het samenvallen tussen het getoonde onderwerp en de actie die van de toeschouwer wordt verwacht. Het werk zit in een geluidsbox waar één persoon binnen­kan, die zich net als de personages in de film moet concentreren op de pianomuziek.� Michaël�Bellon

Pra

at

ach

teraf

Media > Silent stories op Canvas over vervolgde holebi’s

Op de bres voor de ballingen van de liefdeBRUSSEL – Met de intieme en mooie documentaire Silent stories geven Hanne Phlypo en Catherine Vuylsteke een stem aan vier mensen die naar hier zijn moeten vluchten. Niet politieke denkbeelden of bittere armoede maakte bannelingen van hen, maar de liefde. Sarah, Arezki, Rabiatou en Jean-Louis zijn niet hetero en bekochten dat bijna met hun leven.

Rabiatou is lesbisch. Toen ze in Guinee met een vrouw betrapt werd, bracht haar oom haar naar haar vader. “Waarom heb je haar niet ter plaatse vermoord?” vroeg hij.De verhalen van Arezki uit Algerije, Jean­Louis uit Senegal en de transseksueel Sarah uit Irak zijn niet minder schrijnend. In Silent stories krijgen ze het woord. De documen­taire wordt volgende dinsdag op Canvas ver­toond in de reeks ‘Hedendaagse taboes’. “De verhalen zijn complementair,” zegt Cathe­rine Vuylsteke, een van de twee regisseurs. “We streefden een grote diversiteit na, want die vind je ook in de realiteit. Een homo, een lesbienne, een biseksueel en een transsek­sueel uit verschillende landen getuigen. Ook hun vluchtrelaas is verschillend. Jean­Louis was een gereputeerde aids­activist die een goeie baan, een zoon en een hoge maat­

schappelijke positie moest achterlaten toen hij publiek geout werd. Arezki ontvluchtte Algerije niet alleen om zijn seksuele geaard­heid, maar ook om het harnas van onvrij­heid. Rabiatou liep weg van geweld en een gedwongen huwelijk. Ze had alleen lagere school gehad en zag zichzelf als iemand met een afwijking waar je maar best niet over praat.”Hoe verschillend de geïnterviewden ook zijn, toch duiken bepaalde patronen op, zo­als het onbegrip van de familie en de lelijke rol van religie. “Sinds de verlichting is het Westen de weg van het humanisme en het individualisme ingeslagen. Het individu, met zijn rechten en plichten, is de bouw­steen van de maatschappij. Die ontvoogding hebben de Arabische wereld en Afrika nog niet achter de rug. De gemeenschap regeert via stringente regels. Je moet in het gelid blijven, voor afwijkingen is er geen plaats. Het gaat er vervolgens niet om of jij je kind graag ziet of niet, maar om wat de gemeen­schap denkt. Als je je schikt naar de als ‘fout’ bestempelde seksuele geaardheid van

je kind, dan word je zelf geïsoleerd. Dat con­formisme wordt gelegitimeerd door traditie en religie. De identiteit kan niet in vraag gesteld worden. Het woord komt immers van God. Wij zijn zelf atheïsten en we zou­den het wel anders willen, maar godsdienst speel een belangrijke – en een nefaste – rol in de holebi­problematiek,” zegt Vuylsteke. De Brusselse journaliste van De Morgen schreef eerder het boek Onder mannen – Het verzwegen leven van Marokkaanse homo’s. Ondanks alle ellende in het vaderland valt de ballingschap zwaar. Arezki vond in Brussel interessant werk, veel vrienden én de liefde, en toch mist hij Algerije. Niet soms, maar elke seconde. “Die verscheurdheid is inhe­rent, het is de prijs die de migrant betaalt. Arezki leefde 35 jaar in Algerije. Dat kun je niet uitwissen. Het vraagstuk houdt hem bezig. Hij mist Algerije zonder het te willen, hij vraagt zich af wat hij mist. De corruptie? De files? Het licht?”Silent stories is heel filmisch. Gestileerde, mooie beelden worden begeleid door prach­tige muziek van Karim Baggili. Een bewuste keuze, zegt regisseur Hanne Phlypo. “De verhalen zijn schrijnend, en documentaires vinden niet gemakkelijk de weg naar het pu­bliek. Dat proberen we te overbruggen door

de film esthetisch interessant te maken. Over elke scène is nagedacht.”De getuigen laten toe dat de camera hen op de huid zit. “Natuurlijk was dat niet vanzelf­sprekend. In het begin was het zelfs moei­lijk om mensen te overtuigen herkenbaar in beeld te komen. We hebben zelfs even over­wogen om hen anoniem in beeld te brengen, met blokjes of een schaduw. Maar dan zou­den we de stigmatisering in de hand gewerkt hebben, terwijl de documentaire het taboe juist wil doorbreken. Door lange gesprekken vooraf en vele informele momenten heb­ben we gelukkig het vertrouwen van de vier gewonnen. We zijn nooit zomaar beginnen filmen. Voor en na de interviews werd alles doorgepraat.”� Niels�Ruëll

Silent stories, dinsdag 5 april om 22 uur op Canvas. Op 4 april is er om 19.30 uur een gratis vertoning in de Arenberg- bioscoop, op 5 en 7 april in GC De Pianofabriek in Sint-Gillis

Silent stories: Arezki vond in Brussel interessant werk, veel vrienden én de liefde, en toch mist hij Algerije. Niet soms, maar elke seconde.

© C

AN

VAS

Page 18: BDW - editie 1273

De herdenking van honderd jaar Lo-dewijk XV-paviljoen in het Wolven-daelpark zal niet onopgemerkt voor-bijgaan. Twee zomers geleden kon je nog kreeft eten in het paviljoentje, tijdens de trendy events van Lobster in the Park. Maar de zaak ging dicht. Vorig jaar nam Houria Aghlam met haar zakenpartner de langetermijn-concessie van het paviljoen over, en nu lanceert ze een nieuw concept in en rond het paviljoentje. “Het terras richten we in met een barbecuetent, waar mensen heel democratisch kunnen lunchen. Van de saladbar, koude soep, vlees en ijsjes – samen

25 euro – kun je à volonté een bord samenstellen, dat je in het park op je picknickdeken mag opeten,” leg-gen de exploitanten uit. “Elke dag behalve maandag is er Pic-nic in the park, en bij de biertonnen, tentjes of binnen kun je bio-eten krijgen.” Aghlam ziet het allemaal heel sfeer-vol en volks. Er komt een stand van IJsboerke, waar je voor 2,50 euro zo-veel soorten ijs mag opscheppen als het hoorntje dragen kan. Vanaf de paasvakantie wordt er op vrijdagen gezorgd voor muzikale Sunny after work-avonden. Op zaterdag is er disco en Frans en Vlaams chanson.

BDW 1273 PAGINA 18 - DONDERDAG 31 MAART 2011

Literatuur > waar vind je nog Nederlandstalige boeken?

Zoek je boekje

D e enige volledig Nederlands-talige boekenwinkel die de boekliefhebber nu nog op

zijn pad vindt, is de Standaard Boek-handel op het Muntplein. De winkel heeft geen hinder ondervonden van de economische crisis, maar krijgt het sinds kort hard te verduren door de heraanleg van het Muntplein. De Standaard Boekhandel overweegt om nog een andere winkel in de hoofdstad te openen. Twee extra fi-lialen in Brussel leveren uitsluitend boeken aan Nederlandstalige hoge-scholen en universiteiten.De naam Passa Porta klinkt menig boekliefhebber bekend in de oren. De winkel in de Dansaertstraat is een geliefde plek voor wie zijn col-lectie internationale literatuur wil aanvullen. Niet alleen in het Neder-lands, maar ook in het Frans en het Engels bieden ze een aardig palet aan. “De sluiting van De Slegte vin-den wij heel spijtig, maar het zal ons niet beïnvloeden,” klinkt het bij de directie. “We spelen niet in dezelfde categorie.”Nog een winkel die de goed inge-lichte Nederlandstalige lezer niet mag overslaan, is Het Ivoren Aapje, aan het begijnhof. De boekhandel

is genoemd naar de stadsroman van Herman Teirlinck. De eigenaar, Frederik Deflo, heeft in de loop der jaren een grote collectie filosofische, wetenschappelijke en literaire wer-ken verzameld. Zodra hij de boeken zelf gelezen heeft, biedt hij ze te koop aan in zijn winkeltje. Deflo, historicus van opleiding, be-perkt zich niet tot Nederlandstalig. Hij verkoopt onder meer boeken in het Engels, Italiaans, Duits, Rus-sisch en Spaans. Deflo is niet van plan zijn verzameling uit te breiden nu De Slegte dicht gaat. De onder-gang van De Slegte is, volgens hem, ‘hun eigen schuld’. “De laatste jaren verkozen ze kwantiteit boven kwali-teit. Ze hebben hun afdeling twee-dehandsboeken verwaarloosd en meer belang gehecht aan afgeprijsde ramsjboeken.”

VerliesEen andere grote speler in de boe-kenwereld is Fnac. Hoewel Fnac in Brussel twee winkels heeft, is het aanbod Nederlandstalige litera-tuur er beperkt. “Dat komt omdat er weinig vraag is,” zeggen ze bij Fnac. “Als we merken dat de vraag opeens wel stijgt, dan zullen we dat dos-

naar ons gevonden. Sommige men-sen denken dat het tweedehands-

boeken zijn, maar dat is niet zo.”In Brussel-centrum heeft Bibliopo-lis verschillende filialen, waaronder één pal naast De Slegte. Bibliopolis vindt het geen goede zaak dat De Slegte de boeken dicht doet. “We vulden elkaar perfect aan,” zegt uit-baatster Julie. “We stuurden elkaar klanten door. Het is overigens wel vreemd dat ze dichtgaan. Ze heb-ben onlangs nog gevraagd of we ons pand niet aan hen wilden verhuren, omdat ze uitbreidingsplannen had-den.” Of ze ooit Nederlandstalige boeken zullen verkopen? “We heb-

BRUSSEL – Het selecte clubje van Nederlandstalige boekenwinkels in Brussel-centrum telt binnenkort weer een lid minder: eind juni sluit De Slegte definitief de deuren. Waar kan de Nederlands lezende Brusselaar nu nog aan zijn gerief komen? Een rondje ‘op zoek naar het boek’ in de hoofdstad.

De Slegte: “Brussel is het enige filiaal dat verlies lijdt.”

Gastronomie > Nieuwe functie voor Ukkels lustpaviljoen

Hondenbar in Lodewijk XV-stijlVanaf 6 mei vertroetelt het Pavil-lon Louis XV ook hondlief, met een nieuw concept: de Toutou Bar. Het idee komt van de hondeneigenaars die op het groen voor het paviljoen elke avond na zessen verzamelen. Dan mogen de honden er zonder lei-band socializen. En van al dat loops gedoe krijgt Blaffy dorst en honger. De lage, rode tafeltjes en de eetbak-jes zijn al gekocht, de menukaart voor honden is gedrukt. Een terrine van rundsvlees, kip en konijn gaat 1 euro kosten, een bordje za kouski’s en proevertjes 2 euro, een ijsje 1,50 en een coupe met drie bollen 4 euro. Daarnaast zijn er tweegangenme-nu’s voor kleine en grote honden, ijsdessert en biertje inbegrepen. Ja-wel, hondenbier: het wordt een Bel-gische primeur en zal ook per flesje van 33 centiliter ter plaatse gekocht

Smile wacht op zijn biertje, een Cuvée du Pavillon Louis XV.

© S

AS

KIA

VAN

DE

RS

TICH

EL

E

UKKEL – Het barokke Pavillon Louis XV uit 1746 kwam precies honderd jaar geleden uit Amsterdam naar het domein Wolvendael in Ukkel. Eerdaags krijgt het andermaal een nieuwe functie. De concessiehouder begint er met een barbecue- en picknickterras in april, en met een smakelijke Toutou Bar in mei. Honden, blaft het rond!

“We willen dan een Eddy Wally-achtig sfeertje scheppen.” Op zon-

dag komt een accordeonist. Maar er is meer, verrassend meer.

sier weer bovenhalen. Ondertussen halen we de vertalingen van bestsel-lers en de bekendste Nederlandsta-lige auteurs binnen.”De papierwarenketen Club heeft ook een paar winkels in de hoofdstad. Bij hen vind je geen Nederlandstalige boeken in de rekken; je kunt ze er wel bestellen. De boekenwurm die op dit moment zijn gading nog niet gevon-den heeft, zal misschien verbaasd zijn te ontdekken dat ze in sommige Franstalige boekhandels de deur naar Nederlandstalige boeken toch al op een kier gezet hebben. Zo is de Franstalige tweedehandsboeken-winkel Pêle-Mêle vast van plan om het aanbod Vlaamse schoolboeken sterk uit te breiden. Of ze ook het literaire aanbod zullen vergroten, staat nog niet vast. Ze hebben alvast hun Nederlandse boeken dicht bij de ingang gezet. “Zodat Nederlandsta-ligen die toevallig voorbijwandelen, ze direct zien,” zegt een verkoop-ster. Pêle-Mêle koopt boeken over van mensen die ze spontaan komen aanbieden en verkoopt ze dan verder voor een tikkeltje meer. “Het is aan de Nederlandstalige lezer om zijn boeken aan ons te verkopen, zodat wij ze kunnen doorverkopen. Alleen dan zal ons aanbod Nederlandsta-lige literatuur groter worden.”Bibliopolis koopt minstens één jaar oude boeken in grote hoeveelheden op bij uitgeverijen. “We verramsjen ze dan in onze winkels voor een heel voordelige prijs. Dankzij de crisis hebben veel mensen de weg

“De sluiting van De Slegte is heel spijtig, maar het zal ons niet beïnvloeden: wij spelen in een andere categorie”

Page 19: BDW - editie 1273

© SASKIA VANDERSTICHELE

BDW 1273 PAGINA 19 - DONDERDAG 31 MAART 2011

Als kind stond ik op zondag voor zware keuzes. Wat zou ik nemen voor ontbijt, een pistolet of een sandwich? Best moeilijk hoor, groot worden.

Voor ons was een sandwich het broodje op de foto en niets anders. Bij het dominicale opstaan nam de huisgenoot met corvee de broodbestellingen van de rest van het gezin op en spoedde zich naar de bak-ker. Wat een eenvoudig geluk, vers brood op tafel bij het opstaan. Weet u, beste lezer, dat in sommi-ge landen de bakkers op zondag gesloten blijven? Hier zouden ze failliet gaan. Zondag is een grote omzetdag voor de bakkerijsector. Wie het zich kan permitteren, haalt dan speciaal brood in huis en natuurlijk ook taart of pateekes voor het familiebe-zoek, of gewoon, omdat het zondag is.Toch is een sandwich iets anders dan een alter-natief woord voor een piccolo of een puntbroodje (woorden die wij vroeger niet kenden). Elders in de wereld is een sandwich gewoon een boterham met beleg. Niks geen speciaal brood, maar sneetjes, en dan het liefst nog van een vierkant brood.Sandwich is in de eerste plaats een alleraardigst stadje in Kent, Engeland. Ooit lag het aan een baai bij de monding van de Stour, een bevaarbare ri-vier. Het was een handiger laadplaats dan Dover, dat geen natuurlijke haven heeft en ingekneld zit tussen hoge rotsen. Het was in Sandwich dat de Romeinen voet aan wal zetten; Richard Leeuwen-hart keerde er terug van de kruistocht, en Thomas Becket vluchtte vandaaruit naar het vasteland. In Sandwich werd de wol verscheept naar de wevers van Vlaanderen. Door het verzanden van de haven verloor de plek ten slotte aan belang. Waar hebben we dat nog gehoord?In 1660 kreeg ene admiraal Edward Montagu van de koning de titel Earl of Sandwich (een Britse graaf draagt de titel van earl , van het Vikingwoord jarl ; buitenlandse graven heten in het Engels count ). Zo’n titel had verder nauwelijks wat met het stadje te maken, en de Montagu’s hebben er nooit ge-woond. Edwards achterkleinzoon John werd in 1724 de vierde Earl met die titel en een belangrijk personage in de politiek van zijn tijd. Hij stond drie-maal aan het hoofd van de Britse zeemacht. Om

hem te eren noemde James Cook, de ontdekkings-reiziger, een eilandengroep naar hem: de Sandwich-eilanden. Vandaag kennen wij die archipel beter als Hawaï.In het Londense uitgaansleven introduceerde John van Sandwich de gewoonte om belegde boterham-men te eten in plaats van een hele maaltijd, om tijd te winnen. Anderen vonden dat handig en bestelden “hetzelfde als Sandwich”. De naam bleef hangen, zo

wil de legende.Waarom vonden Britten het eten van

boterhammen zo uitzonderlijk? Denk er even bij na. Ook van-

daag is boterhammen eten in de wereld eerder uitzonde-ring dan regel. Een English breakfast kent wel brood, maar dan meestal onder de vorm van toast met mar-melade of andere zoetig-

heid. Sneetjes vlees of kaas tussen twee boterhammen is

‘continental’ . Sandwich had veel gereisd (hij sprak naar men zegt

vloeiend Turks) en had een Zwitserse schoonbroer die uit Graubünden kwam, het land van het droog-vlees. Brood leende zich vroeger moeilijk om boter-hammen van te snijden. Het werd droog bewaard en was zo hard dat men er met een bijl een portie van af moest hakken of het op de vloer in stukken gooide vanaf de hanenbalken waarop het werd bewaard. In delen van Frankrijk werd er slechts éénmaal in de dorpsoven gebakken voor een heel jaar! Brood diende om te soppen. Vroeger in soep (het woord zegt het zelf ), in wijn of bier of karnemelkpap, later in de koffi e. Onze moderne, verse broden zijn een stedelijk luxeverschijnsel. Nog in het midden van de vorige eeuw drukten Franse chroniqueurs hun ver-wondering uit over het eten van van alles op brood in Scandinavië. In Parijs werd het zelfs even mode om smørebrød en smørgåsbord te serveren in cafés en restaurants. Dat was nu eens iets speciaals! Maar bij die Scandinavische versie gaat het om open brood-jes, niet om twee sneetjes met iets ertussen. De Angelsaksen noemen dat een open faced sandwich . Het oorspronkelijke platte, droge brood uit Scan-dinavië zou overigens breken als men er twee zou nemen met iets instabiels ertussen zoals sla of ame-ricain. Misschien zijn echte dubbele boterhammen

wel typisch voor de Lage Landen en het noorden van Frankrijk ( tartines )? De geografi e van de boterham, wie begint er eens aan? Om het succesverhaal af te ronden moest nog één techniek worden uitgevonden: het boter smeren. Boteren is geen ongezonde gewoonte, het speelt een technische rol binnen de tartinologie. Het nadeel van een boterham – pardon: sandwich – is dat het beleg er weleens uit valt. Met boter plakt de inhoud beter aan het brood. Sandwiches werden met de in-dustrialisatie ook hét meeneemvoedsel naar de fa-briek (of op picknick, voor de rijken). Een laag boter zorgt er in dat geval voor dat het brood niet zompig wordt door het vocht van het beleg, het speelt een rol als waterbarrière.Ooit gedacht dat achter een boterham zoveel weten-schap verborgen ging? Wij eten dus op school en thuis alle dagen sandwiches, en we wisten dat niet. Zoals Monsieur Jourdain, le bourgeois gentilhomme , die al heel zijn leven in proza sprak, maar dat nooit had beseft.

[email protected]

De hele reeks nalezen?www.brusselnieuws.be/trachet

Sandwich

BRUSSEL EN DE WERELD CULINAIR ONTDEKT

Nick Trachet

ben momenteel geen banden met Vlaamse of Nederlandse uitgeverij-en, maar met de volgende generatie zal dat veranderen.”De Slegte overweegt niet om later nog een nieuwe vestiging in Brussel te openen. “De Vlaamse Brusselaars kopen hun boeken al een tijdje via het internet,” klinkt het bij de di-rectie in Nederland. “Brussel is het enige fi liaal dat verlies lijdt. Al de andere winkels in Vlaanderen zijn winstgevend.” Een paar maanden geleden opperden de uitbaters noch-tans om de winkel uit te breiden

en het pand van Bibliopolis over te nemen. “De directie vond dat geen goed idee omdat de winkel al een tijdje structureel verlies leed. We hebben ons uiterste best gedaan om de winkel te redden, maar het mocht helaas niet baten.”Begin april wordt beslist wanneer de grote uitverkoop bij De Slegte zal beginnen. Op 30 juni gaan de deu-ren defi nitief dicht. De jacht op het Nederlandstalige boek kan begin-nen.

Noémie Kowalczyk Onze moderne, verse broden zijn een stedelijk luxeverschijnsel

kunnen worden. Het wordt een Vlaams biertje, nieuw gebrouwen in het Antwerpse en zonder alcohol of suiker: Cuvée du Pavillon Louis XV. “Zonder te veel schuim, anders hangt de muil vol bij het likken.”

Uit Amsterdam Op 26 mei viert het paviljoen zijn honderdste verjaardag. De publica-tie Le parc de Wolvendael de 1700 à nos jours van Benoît Schoonbroodt (ter plaatse voor 5 euro te koop) vertelt de bewogen geschiedenis van het kleinood. Door de Inquisitie vluchtten joodse Portugezen naar Amsterdam, waar ze hun gods-dienst vrij mochten beleven. Aron de Joseph de Pinto (1710-’58), een welgesteld handelaar en kunstlief-hebber, liet achter zijn huis aan de Nieuwe Herengracht een paviljoen-

tje ontwerpen met sierlijk arduin- en stucwerk. Het is geïnspireerd op de Trianons van André le Nôtre in de tuinen van Versailles, en werd een trekpleister voor mondaine avon-den. Begin twintigste eeuw kwam het in handen van een restaurant-houder, die het op zijn beurt ver-kocht aan de bankiersnazaat baron Janssens, die het steen voor steen liet heropbouwen achter zijn kasteel in het huidige Wolvendaelpark. Hij schonk het kasteeldomein in 1921 aan de gemeente. Jean-Marie Binst

Pavillon Louis XV, open vanaf 9 april. Het eerste weekend brunch tegen halve prijs. Toutou Bar vanaf 6 mei. Garden Party voor de honderdste verjaardag op 26 mei. Meer op www.pavillonlouisXV.be

“hetzelfde als Sandwich”. De naam bleef hangen, zo wil de legende.

Waarom vonden Britten het eten van boterhammen zo uitzonderlijk?

Denk er even bij na. Ook van-daag is boterhammen eten in

de wereld eerder uitzonde-ring dan regel. Een breakfast maar dan meestal onder de vorm van toast met mar-melade of andere zoetig-

heid. Sneetjes vlees of kaas tussen twee boterhammen is

‘continental’ gereisd (hij sprak naar men zegt

© N

ICK

TR

AC

HE

T

Page 20: BDW - editie 1273

BDW 1273 PAGINA 20 - DONDERDAG 31 MAART 2011

Kristien Vermoesen: “De jongste tijd is Brussel op een goede manier meer kosmopolitisch aan het worden, meer van de wereld. Minder bescheiden, meer envergure. Ik hoop dat dat zich doorzet.”

‘T of aan dat  ambassadeurschap  is dat ik,  door  lezingen  te  geven,  de  kans krijg om jonge vrouwen een soort rol-

model aan te reiken. Iets waaraan ze zich kun-nen spiegelen: het is niet omdat je vrouw bent dat je geen zelfstandig ondernemer kunt wor-den. Je hoeft niet per se in een bedrijf te gaan werken  of  een nine-to-five job  te  nemen.  Zelf heb ik ook veel gehad aan de voorbeelden die me zijn voorgegaan. Toch is er nog veel werk aan de winkel, zo heeft een studie van Vlerick nog  maar  eens  uitgewezen:  België  blijft  on-der  het  Europese  gemiddelde  wat  vrouwelijk ondernemerschap  betreft.  ‘Zoek  een  gewone baan, het liefst van al nog bij de staat, dan ben je gerust’: dat blijft de trend. Faalangst, opzien tegen lange werkuren: bij vrouwen is het nog altijd een grotere sta-in-de-weg dan bij man-nen. Ook belangrijk, én dit keer positief: vrou-wen  hechten  meer  dan  mannen  waarde  aan creativiteit  binnen  hun  onderneming.  Je  gaat me niet horen beweren dat zo’n aanpak beter is, maar diversiteit  is wel belangrijk voor een economie.”Finn,  het  staat  toepasselijk  voor  ‘vin’  in  het Engels. “Toepasselijk,  ja, omdat we bedrijven – door soms lichtjes bij te sturen – een bocht helpen  te  maken  in  hun  communicatie.  We zorgen ervoor dat ze in de krant en op tv ko-men,  maar  ook  dat  ze  op  een  goede  manier aanwezig  zijn  in  de  jonge  social media  zoals Twitter en Facebook.”“Nu zijn we met zijn drieën, en de bedoeling 

is  natuurlijk  om  nog  verder  te  groeien.  Heel aangenaam is het om als team ergens aan te werken. En mijn zelfvertrouwen is met de ja-ren alleen maar gegroeid, mede door de crisis. Dat was een goede leerschool. Bedrijven hiel-den  de  vinger  op  de  knip,  constant  moesten we creatief zijn en oplossingen zoeken. Dat we groeiden ondanks de crisis, heeft me een boost gegeven: ‘Oké, we zijn vertrokken.’” 

Liefde op het eerste gezicht“Het idee voor Finn is ontstaan door mijn werk als  freelance  journalist.  Voor  De Tijd  en  De Standaard, voor Feeling ook. Ik merkte dat er een grote kloof gaapt  tussen bedrijven – met potentieel interessante verhalen – en de pers. Omdat de meeste bedrijven gewoon niet weten hoe  ze  optimaal  moeten  communiceren  met journalisten. Het leek me een ideale kans om de sluimerende ambitie om iets uit de grond te stampen, te verwezenlijken. Iets waartoe ik in de journalistiek geen mogelijkheden zag.” “Een financieel risico? Zeker. Ik heb alles van nul moeten leren. Hoe run je een bedrijf, wat komt  er  allemaal  bij  kijken?  Aan  netwerken heb ik nog altijd heel veel. Zo maak ik deel uit van Plato, een initiatief van Voka, het Vlaams netwerk  van  ondernemingen.  Elke  maand komen  we  bijeen  met  een  twintigtal  onder-nemers. Niet om klanten te werven, maar om van elkaar kennis op te doen en ervaringen te delen.”Finns hoofdkwartier en tevens Huisje Welte-

vree  ligt  in  de  Werfstraat,  opzij  van  de  Han-delskaai.  Beneden  bureau,  een  grote  garage – een enorme luxe in het centrum van Brussel – en bergruimte. En boven de leefruimtes.“Na mijn studie Romaanse talen wilde ik niets liever  dan  in  Brussel  komen  wonen.  Ik  had hier mijn eerste baan gevonden, bij het Kun-stenfestivaldesarts, het was liefde op het eer-ste gezicht. Het festival zat op vele plekken in de stad verspreid, en al gauw  leerde  ik al die puzzelstukjes in elkaar te leggen: er ging een wereld  voor  mij  open.  Zoveel  rijker  dan  het Brussel  dat  ik  kende  van  mijn  jeugd,  toen  ik met mijn ouders weleens vanuit Opwijk hier-heen kwam. Restte nog mijn vriend Raf, met wie ik in Leuven op kot zat, te overtuigen. Dat viel op de keper beschouwd mee, hoewel Raf een Antwerpenaar is. Maar gelukkig geen fa-natieke.”“Eerst woonden we in de Dansaertstraat. Hec-tisch,  boeiend,  een  rijk  nachtleven,  veel  Vla-mingen. Maar op den duur werd het allemaal wat te veel: in de zomer was er altijd wel iets te doen, als bewoner had je amper rust. Dus heb-ben we dit pand gekocht, nu acht jaar geleden. Op dat ogenblik had ik er nog geen benul van dat  ik een bedrijfje wilde oprichten, maar de keuze bleek perfect: door de aard van het pand leent  het  zich  ertoe  wonen  en  werken  onder één dak te combineren.”

Supermom & SuperdadVermoesen  schotelt  me  een  heerlijk  kopje 

espresso  voor.  “Raf  is  een  echte  koffiefreak, hij brandt eigenhandig de bonen.” En koffie-bonen branden is lang niet alles wat manlief doet.  Naast  het  kinderspeelgoed  kan  ik  niet kijken,  naast  de  mooie  bolle  buik  van  mijn gastvrouw evenmin. Bij een supermom hoort een superdad.“We  hebben  een  dochtertje  van  tweeëneen-half, Sophie, en binnen een maand of zo komt er een tweede kindje bij. Veel hooi op de vork als  je  ook  nog  een  bedrijfje  te  runnen  hebt, inderdaad.  Op  betaald  zwangerschapsver-lof hoef ik bijvoorbeeld niet te rekenen. Toch moet  ik  zeggen  dat  de  combinatie  kinderen en een zaak al met al wel meevalt. Zeker met een man in huis – Raf is journalist bij Humo – die niet aan nine-to-five gebonden is, flexibele uren  heeft  en  zo  zijn  duit  in  het  zakje  kan doen.  Onlangs  nog  ben  ik  voor  mijn  ambas-sadeurschap gaan spreken in een hogeschool, en ik heb dat jong geweld daar gezegd dat ze in de eerste plaats een goed lief moesten zoeken. Een boutade, maar het is wel zo dat de steun van je partner ongelooflijk belangrijk is als je als  vrouw  én  moeder  een  onderneming  wilt leiden.  Als  zakenvrouw  moet  je  alert  zijn  en voortdurend bijsturen; als moeder moet je er kunnen zijn voor je kinderen. En dat kan on-mogelijk als je niet iemand naast je hebt die je steunt. Voor de volle honderd procent.”“Met onze huidige gezinssituatie is het ideaal dat werk- en woonplaats één zijn. Ik moet niet dag in, dag uit files doorstaan – bij wijze van spreken alleen eventjes uitkijken dat ik ’s och-tends de trap niet af donder. ’s Avonds kan ik Sophie van de crèche halen, en als onze schat in bed ligt, begin ik opnieuw te werken. Dan wordt het al eens middernacht, maar daar zit ik niet mee. Ik ben ook blij dat we als bedrijf in het centrum van Brussel zitten. Je zit snel 

© MARC GYSENS

BRUSSEL – “Vanwaar die drang om te ondernemen? Daar kan ik moeilijk de vinger op leggen. Van thuis uit is de aanzet niet gekomen, en in de naaste familie zijn er ook al geen ondernemers. Ambitie? Natuurlijk heeft dat een rol gespeeld. Net als de wil om iets van jezelf te laten groeien. En dat kon ik niet echt als journalist.” Kristien Vermoesen stampte in haar eentje het pr-bureau Finn uit de grond. Het ambassadeurschap van het European Network of Female Entrepreneurship is een verdiende erkenning.

Page 21: BDW - editie 1273

“Een foto van Ivan Put, waaruit een melancholie spreekt die voor mij heel Brussels is: frietjes eten bij Antoine als je net terug bent uit vakantie, of met de Vespa door lege straten scheuren op een zomeravond...”

© IVA

N P

UT

BDW 1273 PAGINA 21 - DONDERDAG 31 MAART 2011

FREDDI SMEKENS

Van da

I n  het  Algemeen  Nederlands  zeggen  we “Het  is  zover”  wanneer  iets  onherroe-pelijks of  iets  langverwachts  ter  sprake 

komt. De Brusselaar zal dat weleens herta-len als: “’t Es zuveir”, maar dat is heel uit-zonderlijk. Wanneer het dan toch zover is, heeft men het hier veeleer over: “’t Es van da” of eventueel: “’t Es gebakke.”Het  zou  mij  niet  verwonderen,  waarde  le-zer, dat we “’t Es van da” de laatste tijd meer dan eens gebruikt hebben. Niet bepaald bij de vorming van een nieuwe regering in dit geval, maar bijvoorbeeld wel bij  een aard-beving die gepaard ging met een kernramp. Ook  als  er  ergens  een  of  andere  revolutie annex oorlog uitbreekt, zeggen we dat het van da is.Mo lot ons de tristige dinge neki opzaa schooive. Het  is nu eenmaal zo dat er elke dag,  om  niet  te  zeggen  elk  ogenblik,  wel iets van da kan zijn. Wanneer  iets ons ui-tentreuren  op de zeine werkt,  pakken  we gezwind uit met: “Voilà! ’t Es waal van da!” Die uitdrukking kan gerust vervangen wor-den door een retorische vraag. Dan gaat het van: “Es ’t waal van da?!” Hoewel men het antwoord  in  dat  geval  dus  duidelijk  kent, kan die vraag hardop of zelfs in de vorm van een uitroep geformuleerd worden.Uiteraard  kan  het  ook  rustiger.  Zo  dacht ik  zeer  onlangs  nog:  “Auver wa goen ik schraaive wa den Brusseleir kan interes-seire?”  Gezien  het  brede  interesseveld  van mijn medeburger heb ik daar uiteraard geen last mee. Op een bepaald ogenblik kwam ik op een idee en dacht  ik hardop bij mezelf: “Voilà, dat es ’t! ’t Es van da!” Doordat ik net op dat ogenblik even werd afgeleid, was ik meteen weer mijn onderwerp kwijt. Mo wee mag nen Brusseleir wel zaain vè in da geval te panikeire,  waarde  lezer?  Vandaar  dat  ik onmiddellijk terugviel op de bedenking die ik bij mijn inval had: “’t Es van da!” Zonder me de vraag te stellen “Auver wa was ’t na wei?”, ging  ik over  tot de orde van de dag. Waarover  ik  zou  schrijven,  zou  ‘Van da’ worden.Het eerste wat  ik me daarbij  afvroeg, was natuurlijk:  “Mè wa eit da na faaitelaaik te moeke?”  Neem  nu  ons  geliefde  gezegde: 

“Da zeede van hee!” In dat geval weet men ongetwijfeld wel waar men staat. Mo wa we faaitelaaik van doe zeen, es ni altaaid dooi-delaaik. En toch gaat men ervan uit dat een slechtziende of zelfs een blinde iets van hee kan zeen.  Hetzelfde  geldt  voor:  “’t Es van da!” Daarop zal men nooit de vraag krijgen: “Van wat es ’t aaigelaaik?”  Neen,  waarde lezer, ons woordje da heeft  in dat geval  te maken  met  een  onomstotelijk  feit.  Maar van da kan gelukkig ook een soort hoop en verwachting in zich meedragen. Neem nu: “We zulle wel zeen as ’t van da es!” Op dat ogenblik  heeft  da  meestal,  zo  niet  altijd, een positieve klank en waarde. Dat staat in contrast met “’t Es waal van da”, waarvan hierboven sprake was. Ik kan me voorstel-len  dat  het  zowel  mij  als  u  weleens  over-komt iemand aan te spreken met “’t Es van da”, zonder daarbij da nader te specificeren. Men  gaat  er  namelijk  in  dat  geval  van  uit dat onze toehoorder dat da zelf wel invult.Graag  over  nu  naar  enkele  varianten  die onze  uitdrukking  kunnen  aanvullen  of verrijken. Ik had het in dat verband al over het onnavolgbare “’t Es gebakke.” Deze uit-drukking  kan  volgens  mij  niets  dan  posi-tieve  connotaties  hebben.  Waar  we  in  het geval van van da ook terechtkunnen, is bij “’t Es veugevalle.” En om het nog korter te houden,  kan  ook  gewoon  “Voilà”  van  pas komen. Natuurlijk zijn er nog varianten; het tegenovergestelde zou mij in ons Brusselse taalschaakspel  ten  zeerste  verwonderen. U  merkt  het  ongetwijfeld  samen  met  mij, waarde  lezer,  dat  ons  Brussels  een  onuit-puttelijke  bron  van  uitwijkmogelijkheden is. En dat we nog heel ver van het ogenblik zijn dat we “’t Es van da!” zullen gebruiken over de dood van onze streektaal. Aan u om een en ander bij een volgende gelegenheid even uit te proberen, waarde lezer.Tot  besluit  wil  ik  iedereen  een  wijze  raad meegeven.  Af  en  toe,  wanneer  men  diep in  gedachten  verzonken  is,  krijgt  men  de vraag  voorgeschoteld:  “Awel? Wat es ’t?” Welnu,  dat  is  hét  uitgelezen  moment  om uit te pakken met: “Niks. ’t Es van da...” Een beter middel om de nieuwsgierigheid op te wekken heb ik nog niet ontdekt.

‘Zoek eerst en vooral een goed lief’

Kristien Vermoesen, zakenvrouw/moeder

“Je gaat me niet horen beweren dat zo’n vrouwelijke bedrijfsaanpak beter is, maar diversiteit is wel belangrijk voor een economie”

ONS MAILEN? Al onze mailadressen zijn volgens dezelfde structuur opgebouwd: [email protected] (losse bestanddelen van voornaam of naam aan elkaar, en zonder trema’s, verbindingsstrepen en andere tekens).

REDACTIE BRUSSEL DEZE WEEK Flageyplein 18, 1050 Elsene, 02-226.45.40, fax 02-226.45.69, [email protected]. ABONNEMENTEN Josiane De Troyer ([email protected]), 02-226.45.45, fax 02-226.45.69. Gratis binnen het Brussels hoofdstedelijk gewest. Rest van België 15 euro per jaar; rekeningnummer 424-5529822-66 van vzw Brussel Deze Week. Buiten België 25 euro per jaar. DISTRIBUTIE EN PROMOTIE Ute Otten ([email protected]), Paul De Weerdt. RECLAME IN BDW Rika Braeckman ([email protected]), 02-226.45.41, 0477-97.21.27, fax 02-226.45.69. OPLAGE 66.720 exemplaren. HOOFDREDACTIE Anne Brumagne ([email protected]). EINDREDACTIE Katrien Stroobants ([email protected]). REDACTIE Jean-Marie Binst ([email protected]), Christophe Degreef ([email protected]), Bettina Hubo ([email protected]), Patrick Jordens ([email protected]), Freddi Smekens ([email protected]), Steven Vandenbergh ([email protected]), Steven Van Garsse ([email protected]), Danny Vileyn ([email protected]). REDACTIESECRETARIAAT Isabelle De Vestele ([email protected]), Lien Annicaert ([email protected]), Gerd Hendrickx ([email protected]). MEDEWERKERS Michaël Bellon, Lieven Bulckaert, An Devroe, Philip Ebels, Eva Hilhorst, Ilah, Francis Marissens, Niels Ruëll, Bruno Schols, Tim Schoonjans, David Steegen, Benjamin Tollet, Georges Tonla Briquet, Nick Trachet, Karel Van der Auwera, Matthias Vanheerentals. FOTOGRAFEN Bart Dewaele, Anja Galicia, Marc Gysens, Ivan Put, Herman Ricour, Dieter Telemans, Saskia Vanderstichele, Jo Voets. VORMGEVING Peter Dhondt ([email protected]). FINANCIËLE ADMINISTRATIE Manu De Hertogh ([email protected]). VERANTWOORDELIJKE UITGEVER Anne Brumagne, BDW, Flageyplein 18, 1050 Elsene. ALGEMENE DIRECTIE Marijke Vandebuerie ([email protected]). Brussel Deze Week wordt gedrukt op de persen van de nv Roularta, Meiboomlaan 33, 8800 Roese-lare en wordt gesubsidieerd door de Vlaamse Gemeenschap en de Vlaamse Gemeenschapscommissie.

overal,  je  bent  makkelijk  bereikbaar  voor  de klanten.”

Minder bescheidenMet Brussel was het dan misschien  liefde op het  eerste  gezicht,  en  Vermoesen  woont  hier nog altijd heel graag, maar toch is het met de jaren  een  liefde  met  kanttekeningen  gewor-den.  “Het  vuil,  de  overlast:  het  is  niet  altijd even  gemakkelijk  om  daarmee  om  te  gaan. De complexiteit van de regelgeving ook, door die twee taalgemeenschappen. Zo hebben we hemel  en  aarde  moeten  bewegen  om  Sophie in  een  Nederlandstalig  buurtschooltje  in  te  schrijven,  omdat  ze  naar  een  Franstalige crèche  was  geweest.  Daartegenover  staan  dan  weer  de  positieve  kanten.  Fantastische winkels,  de  sandwiches  van  Wittamer,  het biovlees van Jack O’Shea in de Europese wijk.  

Zoiets  vind  je  alleen  in  Brussel,  hé.” “Wat  ik  ook  altijd  zo  tof  heb  gevonden  aan Brussel:  doordat  je  met  al  die  taalgemeen-schappen zit, kun je nauwelijks naast je schoe-nen gaan lopen. Toch is Brussel de jongste tijd op  een  goede  manier  meer  kosmopolitisch aan het worden, meer van de wereld. Minder bescheiden, meer uitstraling, meer envergure. Ik  hoop  ook  dat  het  zich  zal  doorzetten  en dat Brussel zich ook zo zal kunnen verkopen,  dat  de  stad  ambitie  toont.  Aan  de  ene  kant  het  gemoedelijke  van  wafels  en  Manneken  Pis,  aan  de  andere  kant  ook  de  troeven  van een wereldstad. Met een enorm arsenaal aan talent  en  dynamiek.  In  die  zin  mogen  we  toch wat meer op de Antwerpenaars gaan lij-ken.”   Karel Van der Auwerawww.finn.be

Page 22: BDW - editie 1273

BDW 1273 PAGINA 22 - DONDERDAG 31 MAART 2011

BRUSSEL – Damien Broothaerts (28) dreigde tot voor kort als ‘eeuwige belofte’ te blijven steken. Blessureleed en mentale problemen bedreigden de carrière van de hordeloper. Maar hij hervond regelmaat in zijn prestaties en staat voor een cruciaal jaar om een ticket voor de Olympische Spelen te bemachtigen.

‘I k  ben  met  hordelopen  begonnen  uit  re-vanche,”  vertelt  Damien  Broothaerts. “Tijdens mijn jeugd heb ik verschillende 

atletiekdisciplines beoefend; op mijn vijftien-de ben  ik op het Belgisch kampioenschap als laatste geëindigd  in het hordelopen. Ik zwoer het jaar erna beter te doen. Op mijn zestiende werd ik Belgisch kampioen en is mijn carrière als hordeloper echt begonnen.”Broothaerts is al sinds zijn negende aangeslo-ten  bij  atletiekclub  Excelsior  en  is  er  nu  een van de boegbeelden, samen met de tienkamper Frédéric  Xhonneux.  Zijn  toenmalige  trainers merkten het  talent van de vijftienjarige Brus-selaar  op,  die  snel  vooruitgang  maakte.  “Ik brak  het  Belgisch  record  en  schreef  heel  wat overwinningen  op  mijn  naam.  In  1999  was mijn eerste grote toernooi de Olympische Spe-len voor jongeren. Ik behaalde er, als jongste, de vierde plaats in de finale.”“De  jaren  erna  liep  ik  op  zowat  alle  EK’s  en WK’s heel wat finales, maar zonder medailles te behalen.  Ik moet  toegeven dat  ik  toen niet voor  de  volle  honderd  procent  gefocust  was. Atletiek kwam op de tweede plaats.”Als  negentienjarige  besloot  Broothaerts  van sport zijn werk te maken, en sinds 2004 werkt hij  bij  de  topsportsectie  van  het  leger.  Dat 

De carrière van Damien Broothaerts verliep tot dusver met hoogten en laagten. “Ik heb veel kracht en ik ben explosief. Dat zijn kwaliteiten, maar daardoor ben ik ook extra blessuregevoelig.”

© MARC GYSENS

‘Mijn beste jaren komen nog’Atletiek > Hordeloper Damien Broothaerts, na jaren blessureleed klaar voor Olympische Spelen

de CLUB

‘Een verrijking op en naast het veld’Brussels Handball Club

EVERE – Bloso zet handbal dit jaar in de kijker. Maar in Brussel kunnen dames die willen handballen, maar bij één club terecht: de Brussels Handball Club in Evere.

“Brussels  Handball  Club  (BHC)  is  een  fusie van verschillende ploegen,” legt Carole Veithen (33), de gloednieuwe voorzitster, uit. “We zijn een jonge ploeg met leden die toch al heel wat ervaring  hebben.  In  Jette  is  er  ook  even  een vrouwenhandbalploeg geweest, maar vandaag zijn wij de enige in de hoofdstad.”BHC  komt  uit  in  de  eerste  klasse  voor  vrou-wen, maar begon het seizoen met amper een tiental  speelsters.  Op  de  koop  toe  verliet  een aantal  oudere  bestuursleden  de  club,  die  nu in een overgangsfase zit. “Toch hebben we al bemoedigende resultaten behaald. We hebben ondertussen 25 speelsters en zelfs een tweede ploeg,  die  wel  alleen  maar  vriendschappelijk speelt.”De leden van BHC zijn ouder dan zestien. Wie jonger  is,  kan  in  dezelfde  Sportzaal  François Guillaume in Evere terecht voor jongerenhand-

bal.  Net  als  zoveel  andere  Brusselse  sport-ploegen  is BHC een allegaartje van nationa-liteiten en talen. “Zweedse, Deense, Spaanse, Braziliaanse speelsters, ze komen van overal. Dat is toch wel een positief punt van Brussel,” zegt Veithen. “Op het gebied van taal passen we ons aan aan de speelsters. Het is heel in-tercultureel,  een  echte  verrijking,  zowel  op als naast het handbalveld.”In het Belgische handbal hebben de Limbur-gers  nog  altijd  een  stevig  monopolie.  BHC probeert  daar  verandering  in  te  brengen  en organiseert op 18 en 19 juni een nieuw toer-nooi:  Green handball.  “Dat  doen  we  samen met de mannenhandbalploeg van Kraainem. We  noemen  het  Green handball  omdat  de wedstrijden op gras – op de voetbalvelden van Evere – worden gespeeld, terwijl dat normaal gezien  in de zaal  is. We proberen ook  inter-nationale ploegen, onder meer uit Zweden en Frankrijk,  hierheen  te  halen.  Er  zullen  tien mannen-  en  tien  vrouwenploegen  aan  ons toernooi deelnemen. We willen het Brusselse handbal in de vitrine zetten en van ons toer-nooi een jaarlijkse afspraak maken.”Ondertussen  wil  BHC  in  alle  rust  groeien. “Hopelijk komen er nog jongeren bij en groeit het handbal in Brussel. Laten we samen rus-tig evolueren.”� TS

www.brussels-handball.be. Training op dinsdag- en donderdagavondBHC, club in de overgang. “Toch halen we al bemoedigende resultaten.”

© M

AR

C G

YSE

NS

Page 23: BDW - editie 1273

BDW 1273 PAGINA 23 - DONDERDAG 31 MAART 2011

houdt in dat hij zich een halve dag per week moet  aanmelden  bij  het  militair  ziekenhuis in  Neder-Over-Heembeek,  waar  hij  onder meer  de  zieken  helpt.  Verder  kan  hij  volop voor zijn sport  leven. Toch  lukte dat  tussen 2005 en 2009 niet echt.“Ik heb toen echt aangemodderd. Ik ben een paar  keer  van  trainer  veranderd,  maar  het 

waren vooral de blessures die me afremden. Ik  heb  veel  kracht  en  ik  ben  explosief.  Dat zijn  kwaliteiten,  maar  daardoor  ben  ik  ook extra  blessuregevoelig.  Mentaal  zat  ik  ook diep. Ik heb regelmatig aan stoppen gedacht. Een sportman is tachtig procent mentaal en twintig procent fysiek. Uiteindelijk besefte ik dat ik niet zonder topsport kan. Het is als een drug. Het is mijn leven.”In 2009 voelde de Brusselaar het mes op de keel: hij gaf zichzelf nog één jaar. Hij begon blessurevrij  aan  het  seizoen  en  bewees  dat hij  meer  is  dan  die  ‘eeuwige  belofte’.  “De trein was weer vertrokken. Ik haalde vrij ge-makkelijk  de  finale  van  het  EK  indoor:  dat deed mij en mijn imago deugd. Ook met mijn 

prestatie  op  het  WK  in  Berlijn  was  ik  blij.”Vorig  seizoen  trok  hij  de  lijn  door.  Jammer genoeg moest hij, terwijl hij in goeden doen was, afhaken voor het EK in Barcelona: een spierscheurtje. En afgelopen winter doken de mentale problemen weer op. “Daardoor ver-liep dit seizoen tot nu toe met ups en downs. Ik werd voor het EK indoor in Parijs opgevist, maar  liep er een slechte 60 meter.  Ik stelde me  te  veel  vragen  en  was  niet  klaar  om  te presteren. Maar dat is alweer vergeten... Mijn voornaamste doel nu is mijn outdoorseizoen goed voorbereiden. Ik besef dat het van groot belang  is  voor  mijn  hoofddoel:  de  Olympi-sche Spelen van volgend jaar in Londen.”Elke dag is hij uren bezig met zijn sport, en daar  komt  veel  meer  bij  kijken  dan  ‘wat  lo-pen’. Zijn coaches, Jonathan Nsenga en Juan da Silva, kennen zijn sterke en zwakke pun-ten. “Normaal gezien komen mijn beste jaren nog.  Ik  heb  nog  niet  mijn  beste  niveau  be-haald, nog niet getoond wat ik al heb gepres-teerd op training. Ik heb zeker nog marge. Nu komt  het  erop  aan  goed  te  trainen  en  geen blessures  op  te  lopen.  De  belangrijkste  re-den waarom ik nog loop, zijn de Olympische Spelen. Als ik niet ga, is dat een nederlaag. Ik heb  het  potentieel.  De  voorbereiding  begint nu, die druk leg ik mezelf op.”Maar eerst wil Broothaerts  deze  zomer nog schitteren op de Memorial Van Damme. “Als jonge jongen was de Memorial al een droom. Het is de mooiste, iedereen droomt ervan. Op mijn piste, in mijn stad en voor mijn publiek: gewoon kippenvel.”� Tim�Schoonjans

“Niet naar de Olympische Spelen kunnen zou een nederlaag zijn”

Zondagmorgen, halftien. Drie zelfstandigen, één politicus, één architect, één kaderlid van een Brusselse verhuisfirma, zijn echtgenote en één woordvoerder blazen verzamelen aan de  Jetse  kant  van  het  Elisabethpark.  Alle-maal Brusselaars. De politicus heeft enkele maanden  geleden  met  enkele  anderen  een heuse wielerclub opgericht: De Bleiters. Toe-passelijke naam in mijn geval. De keren dat ik sereen en ontspannen mee kon pedaleren met  de  embryonale  versie  van  De  Bleiters, zijn  op  een  hand  te  tellen.  Altijd  afzien. Je ne suis pas un Flandrien. Ik kreeg een afkeer van  fietsen.  Het  eigen  falen  en  het  gebrek aan  mededogen  van  mijn  maten  stuwden me  naar  de  rollen  in  de  kelder.  De  nieuwe wieleruniformen  bleven  bijna  een  vol  jaar onaangeroerd.Ik  heb  al  lang  spijt.  Waarom  heb  ik  toege-zegd? Een dag eerder heb ik op de rollen ge-fietst en een wedstrijd gespeeld met de ve-teranen van Ritterklub Jette. Overschatting. Bovendien heeft het zomeruur een waarde-volle stonde recuperatie afgepakt. We wor-den er niet jonger op.Een deel van de groep is me wat vroeger ko-men oppikken.  Ik kan niet meer  terug. Het vooruitzicht  om  voortdurend  achteraan  te bengelen vernietigt de weinige moed die  ik heb. We rijden langs de basiliek de Leopold II-laan af richting centrum, aan het Saincte-letteplein  hartje  Brussel  rechtsaf,  om  het vers aangelegde fietspad te volgen langs het kanaal tot in het centrum van Halle. We ont-wijken de glasscherven en ander zwerfvuil. Wie krijgt Brussel ooit proper?Vanuit  het  carnavalsstadje  gaat  het  naar het glooiende Pajottenland, Gaasbeek, Vle-zenbeek, Dilbeek, om te eindigen in café De Linde.  Dit  ultieme  bruine  wielercafé  (sinds 1875) is een baken voor alle echte wielren-ners.  Het  café  van  Emile  ‘Miel’  Daems,  de Brusselse winnaar van Parijs-Roubaix, we-

reldkampioen,  triomfator  in  Milaan-San Remo  en  in  vier  etappes  van  de  Tour,  ligt op  het  driegemeentenpunt  tussen  Dilbeek, Sint-Agatha-Berchem  en  Sint-Jans-Molen-beek. Kan het Brusselser?Op weg naar De Linde kruisen we tientallen wielertoeristen. Hun pakjes zijn veel minder mooi dan de onze. Rond de middag komen de coureurs aan in het grensgebied, bij Liset-te Vosté. Wie hier voor de eerste keer komt, voelt  zich  er  voor  eeuwig  thuis.  Het  is  een Daring-  (en  RWDM-)café.  Wanneer  ik  bin-nenstap, roept een oude, besnorde coureur: “Et bien, monsieur Steegen, ça vous change du col et de la cravate du Sporting.”Tijdens de rit praat ik veel en lang met Eric, nen echte Brusseleir  en  Sporting  Boy,  over voetbal,  Anderlecht,  de  koers,  de  politiek en  andere  essentiële  bijkomstigheden.  Eric ontfermt  zich  over  mij.  Ik  draai  ongemerkt mee en geniet. Mijn rollen en Erics vriende-lijkheid doen wonderen. Ook mijn lieve echt-genote verdient alle lof voor het verjaardags-cadeau-2009.  Het  is  genieten  op  de  fiets. Mooi weer, lekker tempo.In  het  café  hangt  welgeteld  één  verwijzing naar  Royal  Sporting  Club  Anderlecht.  De kampioenenfoto  1963-’64.  Het  seizoen  dat Anderlecht Real Madrid uitschakelde. Schil-der Yvan-van-’t-Rad, getatoeëerd van boven tot onder en gehuld in de uitrusting van de Belgische  nationale  ploeg,  komt  even  met ons zwanzen. Het kan niet beter.Na enkele pinten keren we terug naar huis. Moe en voldaan. Ik neem me voor om zoveel mogelijk met De Bleiters  te fietsen. Op één voorwaarde:  het  eindpunt  moet  De  Linde zijn. Het centrum van Brussel op zondag.

www.brusselnieuws.be/steegen

David Steegen is persverantwoordelijke van voetbalclub RSC Anderlecht

David Steegen

ADVERTENTIE

De Bleiters

COMEBACk VOOR RWDM?

SINT-JANS-MOLENBEEk – Voetbal-supporters uiten met een petitie de wens om de naam FC Brussels in RWDM Brussels te veranderen.

In en om het Edmond Machtensstadion zijn de  laatste weken de degradatieperikelen het belangrijkste  gespreksonderwerp.  Er  wordt weleens  met  heimwee  achterom  gekeken naar  de  hoogdagen  van  het  Molenbeekse voetbal  en  naar  stamnummer  47:  RWDM. Die  club  ging  in  2002  failliet  en  werd  ‘ver-vangen’ door het FC Brussels van Johan Ver-meersch. In de Brabantse vierde provinciale 

speelt ook nog Racing Whitestar Daring Mo-lenbeek.De  Molenbeekse  aanhang  is  nu  in  actie  ge-schoten  om  de  mythische  letters  van  onder het  stof  te  halen.  Ze  vragen  voorzitter  Ver-meersch om FC Brussels  in RWDM Brussels te  veranderen.  “Om  het  stadion  en  de  club weer een ziel  te geven en om de supporters opnieuw naar het Machtensstadion te halen.”Ze hebben een internetpetitie gelanceerd die u op 9537.lapetition.be kunt tekenen, samen met ondertussen al enkele honderden andere ondertekenaars.� TS

VIERDE BUITENSPEELDAG

BRUSSEL – ketjes worden op 6 april naar buiten gestuurd: sporten en spelen op de vierde Buitenspeeldag.

‘We vliegen buiten! Weg van tv! Ooo ee, ooo ee, ooo ee jeej.’ Het  Buitenspeeldag-lied  vat  het goed samen: over heel Vlaanderen en Brussel breken de kinderen uit. De Buitenspeeldag is een samenwerking van de Vlaamse overheid en  de  commerciële  tv-zender  Nickelodeon: die  gaat  op  6  april  tussen  13  en  17  uur  op zwart.  Juffen  en  meesters  worden  opgeroe-

pen  om  geen  huiswerk  te  geven.  In  Brussel zijn  er  activiteiten  tussen  13.30  en  17  uur. In  het  Ambiorixpark  kunnen  kinderen  tus-sen  drie  en  twaalf  genieten  van  krijtspelen, rolstoelparcours  en  meer.  In  het  ABC-huis kunnen vierplussers hinkelen, hoelahoepen, bellenblazen  of  knikkeren.  Aan  het  Roode-beekcentrum  is  er  mountainbike,  hiphop, airtrack of een ontdekkingstocht in de natuur (6-15 jaar). Op de Nieuwe Graanmarkt biedt JES een stadstour, panna soccer en bakstape-len aan (6+). Zie www.buitenspeeldag.be.� TS

Stem voor de mooiste klasfoto!

16 Brusselse klassen gaan

de strijd aan voor de leukste klasfoto.

Nog niet gestemd?

Breng je stem uit op

www.klasindemedia.be

voor mooiste

Stem voor de mooiste klasfoto!

Stem

klasfoto!klasfoto!klasfoto!

voor mooiste

klasfoto!klasfoto!de klasfoto!de klasfoto!de Stemde mooiste Stem voor

mooiste klasfoto!klasfoto!klasfoto!klasfoto!

mooiste

Page 24: BDW - editie 1273

BDW 1273 PAGINA 24 - DONDERDAG 31 MAART 2011

Of nog: Crevet, Muga, Na of Idiot...

Als je goed rondkijkt in de straten

van Brussel, is de kans groot

dat je ergens een van die gekke

artiestennamen ziet. Op gevels,

bushokjes, winkelrolluiken of

elektriciteitscabines... Graffiti-

kunstenaars laten nu eenmaal

overal sporen achter! Zazie ging ze

achterna...

D aar was de eerste lentezon! Dus trokken

onze Zazie-reporters er vorige week

graag op uit. Samen met specialist/

kunsthistoricus Adrien Grimmeau gingen we op

zoek naar straatkunst, ook wel graffi ti genoemd.

(Daarover lees je meer in de rubriek ‘SorrySnorry?’)

Tijdens onze wandeling brachten we een bezoek

aan het atelier van de Brusselse graffi ti-artiest

Obès. Temidden van de spuitbussen en de

verfpotten legden de Zazies hem het vuur aan de

schenen.

Kwinten (K): Hoe ben je met graffi ti-kunst

begonnen?

Obès (O): Ik ben ermee begonnen toen ik dertien

was, ongeveer zo oud als jullie nu. Ik ben het gaan

doen omdat ik bevriend wilde zijn met andere

jongens op mijn school die ook graffi ti maakten. En

ook door mijn broer. Die heeft me in het begin veel

geleerd. Ik ben nu dertig, maar nog altijd vind ik het

leuk.

Rogier (R): Hoe maak je graffi ti?

O: Soms met een spuitbus, maar ook weleens met

grote markeerstiften, met verf en penselen, soms met

plakband... alles kan dienen. Het gebeurt ook wel dat

ik hier in mijn atelier een tekening maak en dat ik die

nadien met sterke behanglijm op straat ga plakken. Of

ik hang iets op met hamer en spijkers...

Jef Raven (JR): Wat vind je leuk aan graffi ti

maken?

O: Ik vind het belangrijk dat de straat een plek is waar

iedereen zich kan uitdrukken. Op straat mag iedereen

zeggen wat hij of zij wil, dat is niet verboden. Maar

lang niet iedereen mag iets tekenen of schilderen in

de straat. Graffi ti maken is nog altijd illegaal, en dat

vind ik heel jammer. Ik vind dat iedereen het recht zou

moeten hebben om zich ook met beelden in een stad

uit te drukken.

R: Ben jij al ooit in de gevangenis gevlogen voor

je graffi ti?

O: Ja, één keer. Dat was niet zo leuk, de politie was

heel agressief. Maar ik heb ook al meegemaakt dat

mensen mijn graffi ti zagen en applaudisseerden en

zeiden dat ik ze moest tentoonstellen in een museum

(lacht) . Er zijn mensen die ervan houden en mensen

die er niet van houden.

Wannes (W): Bestaan er tussen graffi ti-

kunstenaars een soort afspraken om op

bepaalde plekken nooit graffi ti aan te brengen?

Op kerken of zo?

O: Dat hangt van de kunstenaar zelf af. In sommige

kringen van graffi ti-kunstenaars zal er een soort van

respect zijn voor sommige gebouwen. Maar soms

heb je ook mensen die bijvoorbeeld helemaal niet

godsdienstig zijn, en net iets willen uitdrukken wat

tegen de godsdienst in gaat. Die laten ook weleens een

tekening of zo achter op een kerk.

Eva (E): Heb jij dat al ooit gedaan, op een kerk?

O: Ja hoor, dat is mij al overkomen (lacht) .

Patrick (P): Zijn graffi ti-artiesten erin geoefend

om zo ‘onzichtbaar’ mogelijk te werken?

O: Ja, omdat het illegaal is gaan we allerlei manieren

bedenken om niet te hard op te vallen. Meestal

werken we ’s nachts, of we verkleden ons als ninja’s,

volledig in het zwart. We zullen ook zoveel mogelijk

de straatverlichting ontwijken. Maar soms kan

je jezelf beter zo zichtbaar mogelijk maken om

onzichtbaar te zijn.

P: Hoezo?

O: Ik heb me bijvoorbeeld eens verkleed als een

gemeentewerker, die doet alsof hij de graffi ti met

witte verf overschildert. Maar eigenlijk was ik dus

gewoon graffi ti met witte verf aan het maken.

(Iedereen lacht.)

JR: Waarom beslist de stad niet om jullie

bijvoorbeeld één straat te geven waar het wel

mag? O: In sommige steden is dat al zo, in Gent

bijvoorbeeld. De houding tegenover graffi ti

verschilt van plek tot plek. In Zuid-Amerika is het

veel makkelijker dan in Japan of in België. Ik zou

het best fi jn vinden als we in Brussel zo’n straat

hadden. Niet alleen voor de graffi ti-kunst, maar

gewoon voor iedereen die zich wil uitdrukken in

de straat. Maar of ik het voldoende vind? Nee,

toch niet... Maar het is wél een stapje in de goeie

richting.

Benieuwd om graffi ti van Obès te zien? In

de Kandelaarsstraat, in de Marollen, heeft

hij een grote rode brandblusser op een muur

achtergelaten! Je kan daar ook heel wat andere

graffi ti ontdekken...

Bonom, Obès, Osmose & CoZazie-reporters in de voetsporen van graffiti-artiesten

© S

ASK

IA V

AN

DE

RS

TIC

HE

LE

Obès wilde liever niet

op de foto. In zijn atelier

zagen we onder meer

zijn vele spuitbussen,

en een George Bush-

masker. Een van zijn

vermommingen?

DOOR PATRICK JORDENS

BDW V

OO

R IEDEREEN VAN

9 T

OT 13

JAAR •

ZIEza

Page 25: BDW - editie 1273

Patrick (P): Zijn graffi ti-artiesten erin geoefend

om zo ‘onzichtbaar’ mogelijk te werken?

O: Ja, omdat het illegaal is gaan we allerlei manieren

bedenken om niet te hard op te vallen. Meestal

werken we ’s nachts, of we verkleden ons als ninja’s,

volledig in het zwart. We zullen ook zoveel mogelijk

de straatverlichting ontwijken. Maar soms kan

je jezelf beter zo zichtbaar mogelijk maken om

onzichtbaar te zijn.

P: Hoezo?

O: Ik heb me bijvoorbeeld eens verkleed als een

gemeentewerker, die doet alsof hij de graffi ti met

witte verf overschildert. Maar eigenlijk was ik dus

gewoon graffi ti met witte verf aan het maken.

(Iedereen lacht.)

JR: Waarom beslist de stad niet om jullie

bijvoorbeeld één straat te geven waar het wel

mag? O: In sommige steden is dat al zo, in Gent

bijvoorbeeld. De houding tegenover graffi ti

verschilt van plek tot plek. In Zuid-Amerika is het

veel makkelijker dan in Japan of in België. Ik zou

het best fi jn vinden als we in Brussel zo’n straat

hadden. Niet alleen voor de graffi ti-kunst, maar

gewoon voor iedereen die zich wil uitdrukken in

de straat. Maar of ik het voldoende vind? Nee,

toch niet... Maar het is wél een stapje in de goeie

richting.

Benieuwd om graffi ti van Obès te zien? In

de Kandelaarsstraat, in de Marollen, heeft

hij een grote rode brandblusser op een muur

achtergelaten! Je kan daar ook heel wat andere

graffi ti ontdekken...

BDW 1273 PAGINA 25 - DONDERDAG 31 MAART 2011

‘De stad is hun speeltuin’

Wannes, alias Fatal, brengt snel een Zazie-graffiti aan op een

paal. Ook een sticker is een vorm van graffiti! Aan jou om hem nu

te gaan zoeken...

Idulfania door Brecht Evens

BLIK

VA

NGER

op gebouwen en laat hij zich aan touwen naar beneden zakken om

zijn muurschilderingen te maken. De dino’s aan het museum zijn

wel legaal, want ze zijn op vraag gemaakt. Dat zijn dus geen echte

graffi ti.”

“De eerste groep die in Brussel graffi ti maakte, heette BCP, de

Brussels City Painters . In 1989 zijn ze begonnen. Je kan nog altijd

BCP-stickers vinden op lantaarnpalen en muren en zo. BCP staat

ook voor Boudin Compôte Purée , ‘pens, appelmoes, puree’, een

typisch Belgisch gerecht.”

“Graffi ti vind je vaak langs de spoorwegen. Dat is omdat de

artiesten daar makkelijker ’s nachts kunnen werken zonder dat

ze opgemerkt worden. En overdag rijden er veel mensen voorbij.

De graffi ti vallen daardoor extra goed op.”

“Je vindt ook heel veel tags in de stad. Tags zijn een soort

handtekeningen, meestal snel geschreven en in één kleur. Zo

is er de tag ‘NA’. NA is bezig zijn artiestennaam honderd keer

in de straten te schrijven, telkens op een andere manier. NA

komt van Narcissus, een fi guur uit de Griekse mythologie die

verliefd werd op zijn eigen spiegelbeeld. Volgens NA lijken

graffi ti-artiesten op Narcissus: ze zijn verliefd op zichzelf en

laten daarom overal hun naam achter. Maar ze hebben ook een

speciale band met de stad. De meeste graffi ti-kunstenaars zien

de stad als hun speeltuin.”

“Misschien vinden jullie sommige graffi ti geen kunst...

Maar wie zegt of iets wel of niet kunst is? Er is interessante

en minder interessante graffi ti-kunst. Soms moet kunst

een beetje stout, gevaarlijk of vreemd durven te zijn. Denk

maar aan Picasso. De mensen hielden in het begin ook

helemaal niet van zijn werk, en nu is hij een van de bekendste

kunstenaars.”

“Of ik zelf graag graffi ti op mijn voordeur zou willen? Euh,

nee, toch liever niet.”

... en zo vertelde Adrien ons nog veel meer.

Hij bereidt op dit moment een tentoonstelling over graffi ti voor,

ExPLOsition: vanaf 16 juni te zien in het Museum van Elsene

(www.museumvanelsene.be).

[ SORRY ] SN

ORRY?

De graffiti-wandeling van de Zazie-

reporters begon met Bonom, bij de grote

dino-skeletten die hij voor het Museum

voor Natuurwetenschappen maakte. En

met dezelfde Bonom eindigde de wandeling

ook, bij een zeepaardje op de gevel van een

flatgebouw op het Flageyplein. Tussendoor

zagen we enorm veel andere graffiti. Zoals

op de foto: een doodskop gemaakt uit

bloemetjesbehang!

Dankzij onze gids, de graffi ti-kenner

Adrien Grimmeau die er veel over schrijft

in ons magazine Agenda , kwamen we heel wat te weten over straatkunst. Zazie

pikt er een paar bijzondere weetjes uit:

“Bonom is amper 25 jaar. Hij komt uit Frankrijk, maar leeft nu in België. Hij werkt

bijna altijd ’s nachts, omdat graffi ti maken verboden is. Meestal klimt hij boven

© S

AS

KIA

VA

ND

ER

STI

CH

EL

E

© S

AS

KIA

VA

ND

ER

STI

CH

EL

E