53

Visie Sprokkelbosch

Embed Size (px)

DESCRIPTION

Ruimtelijke visie op het Sprokkelbosch (in procedure)

Citation preview

Page 1: Visie Sprokkelbosch
Page 2: Visie Sprokkelbosch
Page 3: Visie Sprokkelbosch
Page 4: Visie Sprokkelbosch

1. Aanleiding2. Korte geschiedenis3. Beleidskader 3.1 Ruimtelijke structuurvisie (provincie) 3.2 Verordening ruimte 3.3 Ruimtelijke structuurvisie 3.4 Nota van uitgangspunten buitengebied 3.5 Bestemmingsplan Buitengebied4. Gebiedskenmerken en analyse 4.1 Landschap 4.2 Bebouwingsstructuur 4.3 Agrarische functie5. Visie 5.1 Visie op landschap 5.2 Visie op bebouwingsstructuur 5.3 Visie op gebruik6 Uitvoeringsstrategie7. Milieu 7.1 Inleiding 7.2 Inleiding bedrijfsmatige belemmeringen 7.3 Externe veiligheid 7.4 Geluid 7.5 Lucht 7.6 Bodem 7.7 Water

Inhoudsopgave57

1111111213141517202829323642454747474848494950

Page 5: Visie Sprokkelbosch
Page 6: Visie Sprokkelbosch

5

Aanleiding 1Met het opstellen van een visie zet de gemeente ’s-Hertogenbosch in op het on-twikkelen en uitwerken van een aanpak voor het gebied “Hooge Heide Noord”. Deze visie dient als toetsingskader voor gewenste ontwikkelingen en verander-ingen in het gebied.

Directe aanleiding voor het opstellen van de visie is het beleidsstuk van de ge-meente s-Hertogenbosch (Buitengebied- Nota van Uitgangspunten). Deze nota is in 2007 door de raad van de gemeente vastgesteld. De gemeente ’s-Her-togenbosch wil zowel een stimulerende als richtinggevende rol spelen in de toekomstige ontwikkeling van haar buitengebied. De toekomstige ontwikkeling-srichting en de daarvoor geformuleerde uitgangspunten zijn in dit beleidstuk van de gemeente beschreven. Deze uitgangspunten spelen een belangrijke rol bij het toetsen van zowel de voorgestelde initiatieven als de toekomstige on-twikkelingen in het gebied.

Het Sprokkelbosch is in het verleden diverse keren onderwerp van discussie geweest ten aanzien van ontwikkelingen. De laatste keer dat deze discussie plaatsvond was in het kader van de zoektocht naar nieuw woon-werk locaties. Momenteel is een nieuwe structuurvisie (Stad tussen stromen) in voorbereiding. Bij de voorbereiding van de actualisatie is een discussie traject opgestart met bewoners en betrokkenen. Mede naar aanleiding daarvan heeft de gemeenter-aad bij motie op 27 januari 2007 uitgesproken dat de locatie Sprokkelbosch vanwege de landschappelijke waarde wordt afgewezen als nieuwbouwlocatie voor woningen. Dit nieuwe standpunt van de raad vraagt om een nieuwe on-twikkelingsstrategie waarbij de landschappelijke waarden het uitgangspunt vor-

men voor de ontwikkelingen in het gebied.

Andere aanleiding hiervoor is de (Verordening Ruimte Noord- Brabant) welke op 17 december 2010 door Provinciale Staten is vastgesteld. Daarin is het plange-bied” Hooge Heide Noord “aangeduid als ‘integratie stad- land’. Dit betekent dat nieuwe ontwikkelingen in het gebied mogelijk zijn mits deze bijdrage leveren aan de kernkwaliteiten ( Landschapsversterking) van het gebied. Daarnaast wordt gemeente gevraagd om op basis van een integrale visie de ontwikkeling-srichting en de ambities voor dit gebied aan te geven.

De bovengenoemde beleidstukken vormen de basis voor de gemaakte keuz-es in deze “Gebiedsvisie Hooge Heide Noord”. In deze visie worden de am-bities beschreven die de gemeente heeft voor het gebied tussen Rosmalen en Kruisstraat. Deze ambities zijn gebaseerd op beleid en vervolgens gecom-bineerd met specifieke gebiedskenmerken. Het streefbeeld biedt een toetsings- en een ontwikkelingskader voor de toekomst.

Het document is als volgt opgebouwd: In hoofdstuk 2 wordt in het kort de ge-schiedenis van het plangebied beschreven. Hoofdstuk 3 geeft een inventarisatie van het voor het plangebied relevante beleid. In hoofdstuk 4 wordt het gebied onder de loep genomen en geanalyseerd. Hoofdstuk 5 beschrijft de uitgang-spunten van de visie en de daaruit voortkomende ontwikkelingsmogelijkheden voor het plangebied. Uitvoeringsstrategie en de financiële haalbaarheid worden ten slotte in hoofdstuk 6 en 7 toegelicht.

Page 7: Visie Sprokkelbosch
Page 8: Visie Sprokkelbosch

7

Korte geschiedenis 2Het landschap dat de basis vormt van het gebied Hooge Heide is ontstaan aan het einde van de laatste ijstijd, in het Laat Glaciaal, zo’n tienduizend jaar geleden. De wind blies het zand in Noord Brabant op in brede lange dekzan-druggen. Het gehele gebied Hooge Heide Midden ligt op zo’n dekzandrug. Aan de noordkant bij het Sprokkelbosch gaat de rug over in het dal van de Maas. Nu nog is het dekzandreliëf op enkele plekken in Hooge Heide te herkennen, bijvoorbeeld in de dijk van Kruisstraat. Waarschijnlijk zijn hier op de rand van de brede dekzandrug en het rivierlandschap aan het einde van het Laat Glaciaal rivierduinen opgeblazen. Op de hogere toppen daarvan staan de oudste boer-derijen, de kernen van de gehuchten. Door de bebouwing is het reliëf van dit oudste landschap gedeeltelijk behouden gebleven. Ze vormen nu een karakter-istiek en bijzonder deel van de ontstaansgeschiedenis. De hogere delen waren het meest geschikt voor gebruik als verbindingsweg en als plek om te vestigen. We zien het historische wegenpatroon dan ook naadloos de hogere delen van het gebied volgen. Ingebruikname van de grond gebeurde vanuit de kleine boer-derijen die aan de wegen werden gesticht. Ook werden kampen gezamenlijk ontgonnen door boeren. Het agrarische gebruik zorgde weer voor een verdere ontwikkeling van de ondergrond. De akkers rond de boerderij werden bemest met plaggen en mest om zo de zandgrond geschikt te maken voor akkerbouw. De mest was afkomstig van het vee dat overdag verder weg van de boerderij op gemeenschapsgronden graasde. Ook de plaggen werden vanuit de gemeen-schappelijke heiden gewonnen. Op deze manier zijn de gronden hoger komen te liggen en verrijkt met een opgebrachte humusrijke bodemlaag.

De ontginning van het Sprokkelbosch moet geleidelijk zijn verlopen. Rond de boerderijen werden akkers ontgonnen en verderop waar het natter was werden weidepercelen in gebruik genomen. Nog verder is nog lang een bos aanwezig geweest. Dit zal voor houtproductie gebruikt zijn door de omwonenden maar is uiteindelijk ook ontgonnen ten behoeve van agrarisch gebruik. Op de historische kaarten is het verschil tussen de akkers en het weidegebied nog goed zichtbaar. De akkers lagen op hogere delen rondom de boerderijen en de graslanden la-gen iets verder op natte lagere delen waar het vee kon grazen.

Ontginning van het gebied gebeurde door nieuwvestiging van kleine boeren die de gronden rondom in gebruik namen. Dit gebeurde stapsgewijs door steeds weer een nieuw perceeltje te ontginnen. Hierdoor ontstond een mozaïek van percelen. De percelen werden omzoomd door houtwallen als begrenzing. Het zo ontstane landschap wordt een kampenlandschap genoemd. Naast het indivi-dueel ontginnen werden ook grotere kampen gezamenlijk ontgonnen. Hierdoor ontstonden grotere eenheden maar ook hier werden de percelen gescheiden door houtwallen. Met deze agrarische ontwikkeling is het Sprokkelbosch steeds meer in gebruik genomen. Langs de ontginningslinten Kruisstraat, Hondsberg en Sprokkelboschstraat lagen vooral de kleinere percelen met de houtwallen en meer in de kern van het gebied de wat grotere percelen. De ontginningslinten zelf waren eerst zandwegen en zijn later verhard. De wegen zijn vaak voorzien van laanbomen van eik of populier. Deze werden met voorpootrecht gezet voor de houtproductie. De loop van de historische wegen komt vrijwel overeen met de huidige situatie. Ook zijn er nog veel oude bomen langs de weg aanwezig. In de latere jaren worden, naast de boerderijen, steeds meer burgerwoningen in

Page 9: Visie Sprokkelbosch
Page 10: Visie Sprokkelbosch
Page 11: Visie Sprokkelbosch

10

Page 12: Visie Sprokkelbosch

11

Beleidskader 3In dit hoofdstuk zijn de meest relevante teksten uit de diverse beleidstukken van de provincie Noord Brabant en de gemeente s-Hertogenbosch gebundeld om voor de oordeelsvorming inzicht te krijgen in de gebiedskwalificaties.

3.1 Ruimtelijke structuurvisie (provincie)

De provinciale structuurvisie is een belangrijke schakel tussen de structuurvi-sies van het Rijk en gemeenten op het vlak van de ruimtelijke ordening. Deze visie vervangt het streekplan. De Structuurvisie RO (SVRO) beschrijft hoofd-lijnen van het provinciaal ruimtelijk beleid voor de periode tot 2025 met een doorkijk naar 2040. Samen met de Verordening Ruimte (VR) vervult de SVRO een centrale plaats in de regionale afstemming en de regionale component van de ruimtelijke ontwikkelingen van Brabant. In de uitwerking van de structuurvisie ruimtelijke ordening heeft de provincie de regionale gebiedskenmerken in ge-biedspaspoorten beschreven. In de gebiedspaspoorten geeft de provincie aan welke landschapskenmerken zij op regionaal schaalniveau bepalend vindt voor de kwaliteit van een gebied of een landschapstype. De provincie geeft ook de ambities weer voor de ontwikkeling van de landschapskwaliteit in die gebieden. De in het gebiedspaspoort beschreven kenmerken zijn ook uitgangspunten en inspiratiebron bij de toekomstige ontwikkelingen. De provincie wil de ruimte-lijke ontwikkelingen inzetten om de kenmerken te behouden, te versterken en te verbeteren. In de structuurvisie van de provincie (zie bijlage) wordt het gebied ‘Hooge Heide Noord’ aangeduid als “integratie Stad- land”.

Ontwikkelingen zijn mogelijk mits deze bijdrage leveren aan de kwaliteitsverbe-tering van de landschappelijke kernwaarden in het gebied.

3.2 Verordening Ruimte

De Verordening Ruimte is het beleidskader van de provincie Brabant. De SVRO is alleen bindend voor de provincie zelf en de Verordening Ruimte zorgt voor doorwerking in het gemeentelijk beleid. Hierdoor worden de provinciale belan-gen geborgd.

3.2.1 Integratie stad - landBinnen de nieuwe Verordening Ruimte van de provincie Brabant is het plange-bied voor een groot deel aangewezen als ‘integratie stad land’. Dit betekent dat de provincie Brabant in eerste instantie het initiatief aan de gemeente laat als het gaat om ruimtelijke ontwikkelingen. De provincie beoordeelt de gemeente-lijke visie met daarin gemaakte keuzes en de daarbij behorende onderbouwing. De provincie zal toetsen of uit de visie voldoende blijkt dat de ruimtelijke kwa-liteit toeneemt als gevolg van die visie. Vanuit de Verordening Ruimte hebben gemeenten een zorgplicht ten aanzien van de ruimtelijke kwaliteit. Eén van de beginselen van ruimtelijke kwaliteit, zoals gedefinieerd door de provincie Noord Brabant, is om eerst te kijken naar de mogelijkheden binnen bestaand stedelijk gebied of bestaande bebouwing alvorens de mogelijkheden van nieuwbouw in het buitengebied te verkennen.

Page 13: Visie Sprokkelbosch
Page 14: Visie Sprokkelbosch
Page 15: Visie Sprokkelbosch
Page 16: Visie Sprokkelbosch

15

Gebiedskenmerkenen analyseHet gebied “Hooge Heide Noord” ligt ingeklemd tussen de bebouwingskern van Rosmalen in het westen en de bebouwingsconcentratie Kruisstraat in het oos-ten. Het lint Kruisstraat west vormt de noordelijke begrenzing van het plange-bied en in het zuiden vormt de spoorlijn Oss - ‘s-Hertogenbosch de begrenzing.

Het plangebied bestaat uit verschillende deelgebieden met afzonderlijke ei-genschappen. Het deelgebied Sprokkelbosch heeft een prominente ligging in Hooge Heide Noord. Het neemt ook een groot oppervlak van het totale plan-gebied in beslag. Dit centraal gelegen deelgebied kenmerkt zich door zijn bij-zondere landschapstype, het ‘Kampen Landschap’. Het Kampen landschap van Sprokkelbosch wordt begrensd door de ontginningslinten, welke de randen van het gebied vormen. De randen zijn hier zeer bepalend voor de kwaliteit.

Het lint Kruisstraat, in het noorden van het plangebied, is een origineel land-schappelijk lint dat van oudsher verbonden is met het Sprokkelbosch. Dit lint is nu sterk verdicht en de landschappelijke kwaliteit is wisselend. Toch komen hier nog diverse waardevolle elementen voor en is de relatie met het achterliggend Sprokkelbosch nog aanwezig. De bebouwing is vooral gericht op de ligging aan het lint en niet zozeer geënt op de structuur van het Sprokkelbosch. Wel is de strook ten zuiden van de Kruisstraat, door de bebouwing aan het lint, ontgon-nen.

De Vliertwijksestraat, in het oosten van het plangebied, is een harde begrenzing met weinig relatie tot het Sprokkelbosch in het noordelijk deel. Het zuidelijk deel vormt wel een directe relatie met het Sprokkelbosch. Ontginning heeft vanuit

hier plaatsgevonden. Het kenmerk van de Vliertwijksestraat is dat zij diverse landschappelijke gradiënten doorsnijdt. In dit geval wordt het kampenlandschap doorsneden. Kenmerkend voor de lintbebouwing langs deze straat is dat de bebouwing nauwelijks waarneembaar is. Het huidige karakter van de weg wordt nog steeds bepaald door de agrarische bedrijven die op verschillende afstanden van de weg zijn gelegen.

Het lint Sprokkelboschstraat, in het zuiden van het plangebied, is een histo-risch ontginningslint dat zich als een open lint met doorzichten naar het Sprok-kelbosch kenmerkt. De spoorlijn ten zuiden van het Sprokkelbosch is als een rechte lijn getrokken. Deze lijn gaat dwars door de oorspronkelijke landschaps-structuur heen. Er bestaat daarom geen enkele relatie met het landschap.

De westelijke begrenzing is de overgang tussen de bebouwde kom en het Sprokkelbosch. Van oorsprong liep het landschap hier door. De ruimtelijke kwali-teit van de overgang is wisselend. Daar, waar de voorzijde van de woningen aan het buitengebied grenst, is de situatie goed. Op andere plekken is meer sprake van een achterkantsituatie. Echt storend zijn de loodsen.

Hieronder in paragraaf 41, paragraaf 4.2 en paragraaf 4.3 volgen de analyse van het totale plangebied aan de hand van de landschappelijke kenmerken, de bebouwingsstructuur en het gebruik (de agrarische functie).

4

Page 17: Visie Sprokkelbosch
Page 18: Visie Sprokkelbosch

17

4.1 Landschap

Het Sprokkelbosch is van oorsprong een agrarisch kampenlandschap. Het land-schap kenmerkt zich door een verspreid staande boerderijen met er omheen de bijbehorende gronden. De percelen werden ontgonnen vanaf de wegen waar-aan de boerderijen liggen. Hierdoor is een onregelmatig beeld ontstaan van kavelgrenzen. Grotere delen werden ook wel gezamenlijk ontgonnen. Dit le-vert essen op – grotere percelen voor gezamenlijk gebruik. De perceelsgrenzen werden beplant met singels of houtwallen. Het doel hiervan was de productie van hout en het afscheiden van de percelen voor vee. Op deze manier heeft de agrarische ontwikkeling van het gebied het landschap gevormd. We zien in de latere ontginningen dat de percelen in grotere eenheden zijn ontgonnen. De percelen langs de linten liggen relatief hoog. Hier is de oorspronkelijke verkave-ling kleinschalig. Kenmerken van het kampenlandschap zijn: Kronkelend wegenpatroon, halfopen karakter, verspreide bebouwing langs wegen, enbeplanting langs perceelsgrenzen.

Omdat het Sprokkelbosch relatief laag gelegen is ten opzichte van de omgeving is het lange tijd een nat gebied geweest. Er lag een uitgebreid stelsel van wa-tergangen in het centrale deel van het Sprokkelbosch om het gebied voldoende droog te leggen. In de huidige situatie zijn nog veel kenmerken van het kampen-landschap terug te vinden in het gebied: • De wegen hebben nog hun oorspronkelijke verloop,• wegbeplanting is nog aanwezig, • perceelsgrenzen zijn vaak nog origineel, • er zijn nog bosjes, houtwallen en singels aanwezig. • alle bebouwing nog langs de linten, op enkele plekken zijn nog monumen-

tale boerderijen aanwezig, en • het slotenpatroon is gedeeltelijk nog in tact.

Al deze aanwezige elementen die in het oorspronkelijke kampenlandschap aan-wezig waren geven nu een goed beeld van het verleden van het gebied en heb-ben daarom een grote landschappelijke kwaliteit.

Ook is er veel verloren gegaan van de ooit aanwezige waarden: • De wegbeplanting is niet meer compleet,• er is veel bebouwing bijgekomen,• het gebied is droger en eenvormiger geworden door de lagere grondwater-

standen,• de kleinschaligheid is aangetast door schaalvergroting in de landbouw,• het agrarische gebied wordt eenvormiger en vormt steeds meer een mono-

cultuur van mais,• landschapselementen zijn verwijderd, en• gebiedsvreemde functies zijn in het gebied gekomen.

Hierdoor is het landschappelijke beeld niet meer optimaal. Verrommeling, vindt plaats langs de linten en het agrarische gebied in de kern wordt grootschali-ger en eenvormiger. Indien dit proces verder gaat zal het specifieke karkater van het Sprokkelbosch steeds meer afnemen. Het gebied is volledig particulier eigendom en niet toegankelijk. Het landschappelijke karakter en de oorspron-kelijke structuur van het gebied is, als gevolg van een schaalvergroting van de agrarische sector, deels aangetast en minder beleefbaar. Het oppervlakte land-bouwgrond, de bebouwde linten en de grenzen van het gebied vormen in de huidige situatie de basis van het landschap van het gebied. De oude kavelstruc-tuur is nog voor een deel aanwezig en laat de achtergrond van dit gebied goed zien. Soms zijn ook de houtwallen nog aanwezig wat het gebied landschappelijk aantrekkelijk maakt. Ook de bodemopbouw die het gevolg is van jarenlang op-brengen van mest en plaggen is gedeeltelijk bewaard gebleven en hier en daar zichtbaar door de bolle akkers.

Ondanks dat er veel bewaard is gebleven is het gebied landschappelijk gezien niet overal even aantrekkelijk en de karakteristieke ruimtelijke kenmerken zijn niet meer overal prominent aanwezig . Enerzijds leveren de aanwezigheid van gebiedsvreemde functies zoals grote opslagruimten, grote bedrijven die niet passen in het kleinschalige landschap, oud ijzer inzamelpunten etc. een ne-gatieve bijdrage aan het landschapsbeeld en de cultuurhistorische waarde van het Sprokkelbosch. Anderzijds is door schaalvergroting in de landbouw veel van de zichtbaarheid van het landschap verloren gegaan. Houtwallen zijn gekapt, percelen zijn vergroot en de bewerking is intensiever geworden. Enkele van de karakteristieken van het kampenlandschap zijn hierdoor verdwenen. Ook is het agrarische gebied eentoniger geworden. De verschillen tussen weidepercelen en akkers zijn willekeuriger geworden. Ook is het aantal gewassen dat wordt verbouwd afgenomen en zijn bepaalde teelten geheel verdwenen. Het verbou-wen van graan is in het Sprokkelbosch bijna niet meer aan de orde.

Page 19: Visie Sprokkelbosch
Page 20: Visie Sprokkelbosch
Page 21: Visie Sprokkelbosch

20

4.2 Bebouwingsstructuur

De belangrijke ontginningslinten voor het Sprokkelbosch zijn Hondsberg, Sprok-kelboschstraat en de Kruisstraat en in mindere mate de Vliertwijksestraat. Langs deze ontginningslinten is bebouwing ontstaan. Deze bebouwing kenmerkt zich, in het algemeen, door een spontane afwisseling van bebouwing en openheid. Het beeld van de bebouwing wordt bepaald door de oude (langgevel)boerde-rijen die op verschillende afstanden en in de meeste gevallen evenwijdig aan de weg staan. Hoewel de diversiteit van de bebouwing op de erven groot is, zijn de erven in drie typen in te delen. Deze indeling is gebaseerd op een aantal kenmerken uit de periode van ontstaan.

De volgende type erven zijn in het plangebied te onderscheiden: • De oude erven,• De erven rond 1950 uit de periode van ruilverkaveling, en• De erven gebouwd rond de jaren ’80

Het oorspronkelijke oude erf bestaat uit een (langgevel) woonboerderij, van één laag met kap, met diverse losse bijgebouwen en een hierop duidelijk afgestem-de erfbeplanting. De historische boerderijen staan in de lengterichting langs de weg en staan ook haast boven op de weg. De bijgebouwen zijn altijd onderge-schikt aan het gebouw.

De bebouwing rond 1950 (ruilkaveling architectuur) heeft een sobere stijl en het erf bestaat uit een woonhuis, en vaak één grote stal of schuur. De schuur staat op enige afstand van de woning en met de nokrichting haaks op de weg. De woongebouwen uit deze periode zijn kleiner dan de oude woonboerderijen en hebben meestal een vierkante vorm.

De jaren ’80 bebouwing bestaan uit woningen met dakkapellen en aanbouwtjes. De siertuinen zijn vaak groter dan op oudere erven en er ontbreekt een duide-lijke erfbeplanting op het erf.

Van oudsher is de woonfunctie voornamelijk gekoppeld aan de agrarische func-tie. De laatste decennia is wonen in het buitengebied meer een zelfstandige functie geworden. Dit is ontstaan doordat agrarische bedrijven stoppen met hun activiteiten. Andere reden is dat er steeds meer individuele woonwensen in het gebied zijn gerealiseerd (vrijstaand wonen in het buitengebied). Ondanks de spontane groei aan de linten is er toch sprake van ruimtelijke kwaliteit: de di-versiteit tussen bebouwing onderling en de relatie van de bebouwing met het

landschap is een waardevol gegeven. Tevens vormen de linten een geleidelijke overgang van stedelijk gebied (Rosmalen) en het landelijk gebied. De erven zijn in eigendom van agrariërs en burgers.

Het gebied tussen de linten is niet bewoond, de woningen zijn aan de doorgaan-de wegen gelegen en daaraan ontsloten. Daardoor is er enerzijds sprake van een goede woonkwaliteit in het plangebied (in het landschap, dichtbij stedelijke voorzieningen, maar ook gebruik makend van de schoonheid van het landschap en het recreatieve aanbod). Anderzijds is er sprake van een ongewenste con-frontatie tussen de achterkant van de lintbebouwing en het landschap van het Sprokkelbosch. Omdat de bebouwing zich vooral richt op de ligging aan het lint en niet zozeer geënt op de structuur van het Sprokkelbosch. Daardoor is het Sprokkelbosch minder toegankelijk en zijn de landschapplijke waarden van het gebied minder benut.

Naast de, bovengenoemde, algemene beschrijving van de bebouwingsstructuur wordt in deze paragraaf aandacht besteed aan de beschrijving van de speci-fieke kenmerken van de afzonderlijke bebouwingslinten in het plangebied.

Page 22: Visie Sprokkelbosch
Page 23: Visie Sprokkelbosch
Page 24: Visie Sprokkelbosch

23

4.2.1 Kruisstraat

Het lint Kruisstraat op het dijklichaam is de oudste route in het plangebied dat van oudsher ’s-Hertogenbosch en Rosmalen met Kruisstraat, Nuland en Geffen verbond. Het is van oorsprong een agrarisch lint maar in de loop der tijd heeft in dit lint een verschuiving plaatsgevonden. Het lint nu wordt, naast de nog aanwe-zige agrarische bedrijven, ook gekarakteriseerd door een menging van allerlei functies zoals wonen en kleinschalige niet agrarische bedrijvigheid. Langs het dijklichaam zijn diverse woningen opgericht. Ondanks dat het lint nu op verschil-lende plekken verdicht is, biedt de nog aanwezige openheid tussen de bebou-wing waardevolle doorkijken naar het achterliggend landschap.

Van oudsher is hier sprake van een dijk die de begrenzing vormde van de Beer-se Overlaat. Deze dijk heeft nu geen functie meer maar is wel plaatselijk nog zichtbaar. Ook zien we hier nog oude terpen die van oorsprong ten noorden van de dijk lagen. Toch komen er dus aan de Kruisstraat nog diverse waarde-volle elementen voor zoals restanten van het oude dijklichaam en terpen. De situering en oriëntatie de oorspronkelijke bebouwing ten noorden van de Kruis-straat verwijzen naar de geschiedenis van het gebied en het bestaan van de historische dijk. De relatie van dit deelgebied met het Sprokkelbosch is via de aanwezige doorzichten naar het landschap aanwezig.

bebouwingsstructuur / zichtlijnen

Page 25: Visie Sprokkelbosch
Page 26: Visie Sprokkelbosch

25

4.2.2 Sprokkelboschstraat

Het lint Sprokkelboschstraat heeft in beginsel een hoge kwaliteit. Vooral de plek-ken waar de oudere boerderijen nog staan, geven een goede indruk van de vroegere situatie. Op veel plekken is zicht op het landschap. Dit is nog de oor-spronkelijke situatie en het meest aantrekkelijk.

Op andere plekken is de bebouwing te ver doorgeschoten en is een gesloten lint aan het ontstaan. Kenmerkend voor het lint is dat er enige regelmaat zit in bebouwing en landschappelijke doorzichten. Dit omdat de oorspronkelijke agra-rische bebouwing gekoppeld was aan agrarische grond. Hierdoor is in dit land-schap een beeld van een paar perceeltjes met agrarische grond en dan weer een woning / boerderij kenmerkend. De relatie tussen onbebouwd en bebouwd is hiermee vanuit het verleden aanwezig. Clusters van bebouwing hebben zich gevormd op de hogere delen. De grootte van deze clusters is beperkt vanwege de benodigde agrarische grond bij de bebouwing.

Gekoppeld aan de Sprokkelboschstraat liggen enkele secundaire wegen of pa-den. Soms zijn deze ook als ontginningsweg gebruikt.

bebouwingsstructuur / zichtlijnen

Page 27: Visie Sprokkelbosch
Page 28: Visie Sprokkelbosch

27

4.2.3 Hondsberg

Het lint Hondsberg grenst aan de kern Rosmalen. Aan de noord-, zuid- en west-zijde grenst het cluster aan de open akker van het gebied Sprokkelbosch. In de loop der jaren is de kernbebouwing van Rosmalen uitgebreid in oostelijke richting tot nabij de bebouwingsconcentratie Hondsberg. De oude lijn Bruggen-sestraat vormt nu de grens van de bebouwde kom met daarin een overwegend aaneengesloten woonbebouwing van (half)vrijstaande woningen met verder nog een grootschalig handelsbedrijf in bouwmaterialen.

Het bebouwingscluster Hondsberg kende een groei op ad hoc-basis: allerlei particuliere initiatieven met diverse functies hebben zich in de loop der tijd hier ontwikkeld. De ‘achterkant’ van de bebouwing aan de Hondsberg vormt een storende factor ten noorden van de open akker. De overgang tussen het buiten-gebied en de kern is hier onduidelijk. Het huidige beeld van de bebouwing wordt in dit deelgebied bepaald door een aantal agrarische bedrijven waaronder een intensieve veehouderij, manege, een autobedrijf en een aantal burgerwoningen. De woongebouwen behorende bij de bedrijfsactiviteiten variëren van vorm en architectuur. De kenmerken van het bebouwingscluster zijn lastig te vatten. Het cluster herbergt diverse functies. De bebouwing is gesitueerd langs de histori-sche ontsluitingsstructuur die vanuit Rosmalen naar het oosten loopt. De wo-ningen staan op wissellende afstanden langs de weg. De bedrijven markeren het cluster door hun grootschalige gebouwen en de bijbehorende grootschalige loodsen en stallen. Met name de manege en de intensieve veehouderijen mani-festeren zich wat dit betreft duidelijk in het cluster. In dit gebied is het landschap minder sterk aanwezig.

Het gebied ter plaatse van en rondom de bebouwingscluster Hondsberg heeft nog een aantal kenmerken van het oorspronkelijke Kampenlandschap. Er is sprake van een afwisseling tussen de bebouwing met ruime en vaak beplante erven langs het oude wegenpatroon, de openheid aan de noord-oostzijde ter plaatse van het akkercomplex en de beslotenheid aan de zuid-oostzijde ter plaatse van de aangrenzende kleine laagte met waterloop.

Na de Tweede Wereldoorlog heeft rondom het plangebied een geleidelijke ver-dichting plaats- gevonden. De snelle groei van Rosmalen heeft geleid tot ver-andering van het karakter van het gebied. De stedelijke druk op het landelijk gebied is toegenomen. Dit uit zich met name in:de organische groei van het lint en de realisatie van individuele initiatieven zon-der rekening te houden met de gebiedskwaliteit. Desondanks heeft het gebied in het algemeen een open karakter en een landelijke uitstraling en kenmerkt zich door de afwisseling van openheid en beslotenheid. Mede door de aanwezige openheid in dit bebouwingscluster wordt het landschap in het plangebied Hooge heide Noord voortgezet.

bebouwingsstructuur / zichtlijnen

Page 29: Visie Sprokkelbosch
Page 30: Visie Sprokkelbosch

29

Visie 5De visie voor Hooge Heide Noord is een ambitiedocument waarin het gewenste ruimtelijke beeld wordt beschreven. Deze dient als een toetsingskader voor de toekomstige ontwikkelingen in het gebied. De ruimtelijke kenmerken en de cul-tuurhistorische waarden van het gebied zijn belangrijke ingrediënten en vormen het fundament voor deze visie. De toekomstige ontwikkeling voor het gebied, welke in de visie is aangegeven, en de daaruit voortkomende keuzes zullen bijdragen aan de realisatie van het “streefbeeld” voor Hooge Heide Noord.

Omdat Hooge Heide Noord een onderdeel is van de Bossche Buitens, grote groene gebieden die rond de stad liggen en waar natuur en landschappelijke waarden het belangrijkst zijn, is het heel logisch dat er nadrukkelijk ingezet wordt op het behouden en verder versterken van het groene karakter van het plangebied.

Initiatieven die zich aandienen worden getoetst aan deze visie. De visie geeft op beschrijvende en beeldende wijze de hoofdlijnen van het gemeentelijke beleid voor het gebied weer. Van belang voor de beoordeling is allereerst het gebied waarbinnen de ontwikkeling plaats zal vinden. Als een ontwikkeling functioneel wenselijk is of tot de mogelijkheden behoort, moet vervolgens beoordeeld wor-den op welke wijze deze kan worden inpast in het omringende landschap en kan bijdragen aan de kwaliteiten van het landschap.

Uitgangspunt is dat per initiatief zorgvuldig wordt gekeken naar het erf en het omliggende landschap. De inrichting van het erf en de vormgeving van het land-schap in de omgeving dragen in belangrijke mate bij aan de inpassing van de

bebouwing in het landschap. Het is daarom zaak dat bij een ontwikkeling als eerste zorgvuldig wordt gekeken naar de waarden van het landschap, cultuur-historie, natuur en architectuur. Elke ontwikkeling dient bij te dragen aan de versterking van de ‘kwaliteit’ ofwel de kenmerken van het landschap waarin de locatie is gelegen.

In deze visie worden in principe mogelijkheden geboden voor toevoegen van rode ontwikkelingen mits deze rode ontwikkelingen plaats vinden op bestaande erven en met toepassing van de ‘Landschapsinvesteringsmaatregel ‘. Deze re-geling komt voort uit de “Verordening ruimte” van de provincie Noord Brabant en is een van de uitgangspunten van de visie. Deze uitgangspunten van de visie met betrekking tot het landschap, de bebouwingsstructuur en de functies in het visiegebied ‘Hooge Heide Noord’ worden in dit hoofdstuk geformuleerd.

In de huidige situatie wordt het gebied voornamelijk door de bewoners uit de directe omgeving gebruikt. Door nieuwe stedelijke ontwikkelingen zoals de re-alisatie van grootschalige Vinex-locatie ‘De Groote Wielen’ en de toekomstige woonwijk ‘Bunders’ zal de betekenis van dit gebied als recreatief uitloopgebied sterk toenemen. Het ontwikkelen van recreatieve functies in het gebied behoort ook tot de ambities van deze visie. Er wordt in deze visie ook ruimte geboden aan andere functies mits deze in de structuur van het gebied passen en het landschappelijke streefbeeld respecteren en versterken.

Page 31: Visie Sprokkelbosch
Page 32: Visie Sprokkelbosch
Page 33: Visie Sprokkelbosch

32

De ambities in de visie zijn:

• Het realiseren van het landschapplijke streefbeeld (het kampenlandschap is de basis),

• het behoud van de agrarische functie. De landbouw zal ook in de toekomst een onderdeel van het landschap uit moeten blijven maken,

• realisatie van een recreatief aanbod, • het herstel van de historische linten, en• het creëren van ontwikkelingsmogelijkheden op de bestaande erven.

5.1 Visie op landschap

Het doel van deze visie is het ontwikkelen van het Sprokkelbosch tot een klein-schalig landschap met historische kenmerken. Ondanks de teruglopende agra-rische functie in het plangebied heeft het landschap overwegend een agrarisch karakter. Om het gebied ruimtelijk en functioneel te versterken is het belangrijk nieuwe / meer functies naast de agrarische functie mogelijk te maken. Hierdoor krijgt het gebied een kansrijk toekomstperspectief. Het behouden van het oorspronkelijke karakter en herstellen van het kenmer-kende elementen van het kampenlandschap ( laanstructuren langs de wegen, singels en houtwallen) in het gebied zijn belangrijke uitgangspunten van de vi-sie op het Landschap. Meer natuur en landschap, zoals het streven om het boscomplex dat oorspronkelijk aanwezig was te herstellen, het investeren in de houtwallen langs de kavelgrenzen, het beter zichtbaar maken van verschillen in het landschap van natte naar droge delen en het ontwikkelen van een (natte) natuur in het gebied, zullen bijdragen aan de visiedoelstelling voor het gebied.

Tussen de houtwallen zijn allerlei ontwikkelingen mogelijk (zoals; wonen, wer-ken, landbouw, natuur, extensieve recreatie) mits deze bijdragen aan het reali-seren van een hoogwaardig landschap met meer gebruiksmogelijkheden. Hier-mee bieden wij een gebiedsinrichting waar passende functies profijt van hebben en uiteindelijk een meerwaarde oplevert voor zowel de eigenaren als voor de gebruikers van het gebied.

Het landschap van het Kattenbosch is al van hoge kwaliteit. Dit komt door de oorspronkelijke gemeenschappelijke kamp die nog bewaard is gebleven. Deze landschapsstructuur in het Kattenbosch moet behouden blijven en waar moge-lijk versterkt worden. Functieverandering/ transformatie van het bestaande be-drijf in het Kattenbosch is op basis van de visie mogelijk. Nieuwe ontwikkelingen moeten zich optimaal in de kleinschaligheid en de oorspronkelijke landschaps-structuur van het Kattenbosch integreren en moeten direct bijdragen aan de kwaliteitsverbetering van zowel de locatie zelf als de grotere omgeving.

In de huidige situatie bestaat er een ruimtelijke relatie tussen de twee land-schappelijke gebieden; het Sprokkelbosch en het Kattenbosch. Deze relatie komt tot uiting door de aanwezige openheid in de lintbebouwing in Hondsberg. Om een aaneengesloten landschappelijk raamwerk te kunnen realiseren dient deze openheid in de toekomst behouden blijven en waar mogelijk sterker te worden. Bij verder ontwikkeling van Hondsberg is het dus belangrijk dat deze

Page 34: Visie Sprokkelbosch
Page 35: Visie Sprokkelbosch
Page 36: Visie Sprokkelbosch
Page 37: Visie Sprokkelbosch
Page 38: Visie Sprokkelbosch
Page 39: Visie Sprokkelbosch
Page 40: Visie Sprokkelbosch

39

• relatie met Sprokkelbosch versterken, het nu relatief geïsoleerde Sprokkel-bosch moet toegankelijker worden en meer onderdeel zijn het hele gebied.

Bij afweging van initiatieven gelden de in dit hoofdstuk genoemde randvoor-waarden. Het volgende is in dit kader van belang:• Nieuwe functies mogen bestaande agrarische bedrijven niet belemmeren in

hun activiteiten,• nieuwe functies worden overwogen als de haalbaarheid wordt aangetoond,• nieuwe functies mogen geen onevenredige verkeersaantrekkende werking

hebben,• nieuwe functies zijn alleen mogelijk indien ook aan overige wettelijke ver-

eisten wordt voldaan (geluid, hindercirckels agrarische bedrijven, Flora en fauna wet, enz).

Nieuwe activiteiten die bedreigend zijn voor wonen, landbouw, recreatie, natuur en landschap worden op basis van de visie niet toegestaan. Het onderstaande laat een selectie van ontwikkelingen in het gebied zien welke in het kader van de visie ongewenst zijn:• Detailhandel: detailhandel hoort thuis in de centra van steden, wijken en

dorpen. In Hooge Heide Noord, alleen als ondergeschikte functie, waarbij gelet wordt op streekeigenheid. Niet als hoofdfunctie.

• Opslag: deze functie hoort thuis op bedrijventerreinen. (uitgezonderd als het cat. 1 en 2 bedrijven betreft met een bouwblok grootte van 5000 m2)

• Zware bedrijven (cat. III e.v.): bedrijventerrein zijn bedoeld om dergelijke bedrijven te huisvesten.

• Niet aan het buitengebied gerelativeerde functies: gebiedsvreemde functies die zich moeizaam verhouden met het landschappelijke en het recreatieve karakter van het plangebied en de daarbij behorende ambities.

5.2.1 KruisstraatDe Kruisstraat is te typeren als een historisch dijklint. Aan de toenmalige dijk vestigden zich enkele boeren die vervolgens het hoger gelegen land om zich heen ontgonnen.

Het behoud van Kruisstraat als lint (met kenmerkende bebouwing) en tegelijk als overgangszone van hoog naar laag gebied moet in stand worden gehou-den. Behalve de doorzichten is het ook van belang de karakteristieke gebou-wen (zoals langgevelboerderijen) te behouden. De visie biedt mogelijkheden voor nieuwe functies op bestaande erven bij voorkeur in bestaande bebouwing. Nieuwbouw op bestaande erven is toegestaan in ruil voor sloop van storende

grootschalige stallen en (bij)gebouwen welke in de kleinschaligheid van het ge-bied niet passen. Het versterken van de relatie met het Sprokkelbosch behoort tot de ambities van de visie voor dit deelgebied. Bij verder ontwikkeling van dit bebouwingslint wordt extra aandacht besteed aan de achterkant situatie van de bestaande (bij)gebouwen, behorende bij de (agrarische) percelen ten zui-den van de Kruisstraat, die direct aan Sprokkelbosch grenzen. Nu is er nog sprake van een achterkantsituatie: gebouwen die zich aan de Kruisstraat oriën-teren en staan met de rug naar het Sprokkelbosch waardoor het Sprokkelbosch minder beleefbaar en slecht toegankelijk is. In deze overgangszone tussen het lint Kruisstraat en het landschap van het Sprokkelbosch is er dus sprake van ruimtelijke verrommeling. De visie biedt mogelijkheden om deze zone een land-schappelijke metamorfose te geven. Daarbij zijn zowel de optimale beleving van het gehele gebied, de eenheid in het landschapplijke raamwerk, als het creëren van een nieuwe oriëntatie op het Sprokkelbosch cruciaal. Daarmee krijgt ook het Sprokkelbosch zelf een nieuwe betekenis, namelijk een gebied, dat - onder-steund door kleinschalige gebouwde voorzieningen - een belangrijk landschap-pelijke en recreatieve functie invult in het plangebied.

In het begin van het lint bij Rosmalen waaiert het lint uit. Hier is de bebouwing minder gericht op de Kruisstraat zelf. Ten noorden van de Kruisstraat liggen woningen en bedrijven op relatief grote afstand van de weg. Deze gebouwen zijn gericht op de voormalige historische dijk die parallel en ten noorden van de Kruisstraat was gelegen. De dijk is nu bijna in zijn geheel verdwenen. Slechts op enkele plekken kan men een klein gedeelte van de historische dijk waarnemen. Op deze plekken bepaalt het micro-reliëf een belangrijk gedeelte van de ruim-telijke (beeld)kwaliteit. Ook de panden ten zuiden van de Kruisstraat zijn verder van de weg afgelegen. Omdat de bebouwing niet zozeer op het huidige lint is georiënteerd, is het lint hier minder sterk. Door in de visie mogelijk te maken dat, bij verdere ontwikkeling van de Kruisstraat, de terugliggende bebouwing meer aan het lint komt te liggen wordt de huidige lintstructuur veel sterker. Bij het versterken van het lint is er geen sprake van “verdichting” maar van “sloop in ruil voor nieuwbouw“. Hierbij wordt rekening gehouden met het behoud van de gewenste doorzichten en de afwisseling van openheid/geslotenheid in het lint.

Page 41: Visie Sprokkelbosch

40

Naast de algemene geformuleerde ontwikkelingsvoorwaarden, gelden voor het lint Kruisstraat de volgende specifieke uitgangspunten: • Bebouwingsterpen met bijbehorende voorruimtes handhaven, de terpen ko-

men niet voor sloop / nieuwbouw in aanmerking, en• relatie Kruisstraat met Sprokkelbosch versterken, het nu relatief geïsoleerde

Sprokkelbosch moet toegankelijker worden en meer onderdeel zijn het hele gebied door: ▫ woningbouw op achtergedeeltes van erf toestaan door functieverande-

ring of sloop/nieuwbouw, en ▫ realisatie van extensieve recreatie op achtergedeeltes van het erf door

functieverandering of sloop/nieuwbouw.

Deze rode ontwikkelingen dienen een nieuwe oriëntatie op het Sprokkelbosch te creëren en direct bijdragen aan de kwaliteitsimpuls in het gebied. Nieuwe ontwikkelingen, op de bestaande percelen, worden vanaf Kruisstraat ontsloten. Nieuwe ontsluitingen op het lint zijn niet gewenst.

5.2.2 SprokkelboschstraatDe Sprokkelboschstraat heeft minder binding met de geomorfologische eigen-schappen van het gebied. Niettemin is het een waardevol lint binnen het plan-gebied. In tegenstelling tot de Kruisstraat is deze straat niet gebaseerd op een dijklichaam. De Sprokkelboschstraat is een oude min of meer secundaire ver-bindingsweg. De straat kenmerkt zich als een open lint met doorzichten naar het landschap. De huidige relatie met het landschap is typerend en daarmee waardevol, de visie zal dit daarom in stand houden.

Voor de percelen die verder van de weg staan en direct aan het landschap van Sprokkelbosch grenzen geldt het volgende:Relatie met het Sprokkelbosch versterken, het nu relatief geïsoleerde Sprokkel-bosch moet toegankelijker worden en meer onderdeel zijn het hele gebied door:• Woningbouw op achtergedeeltes van erf toestaan door functieverandering

of sloop/nieuwbouw, en • realisatie van extensieve recreatie op achtergedeeltes van het erf door func-

tieverandering of sloop/nieuwbouw.• Deze rode ontwikkelingen dienen zich op het Sprokkelbosch te oriënteren en direct bij te dragen aan de kwaliteitsimpuls in het gebied. Nieuwe ontwikkelingen worden vanaf de Sprokkelboschstraat ontsloten. Extra prikken op het lint ten behoeve van de beoogde ontwikkelingen zijn niet gewenst.

5.2.3 HondsbergHondsberg is een bebouwingscluster waar een aantal bedrijven en individuele initiatieven rondom het historische lint Hondsberg bij elkaar zijn gelegen. Aan noord- en zuidzijde wordt de cluster begrensd door het kampenlandschap van Sprokkelbosch en Kattenbosch.

Een organische groei van het cluster heeft geleid tot het ontstaan van diverse ontwikkelingen (wonen/bedrijvigheid). In de loop van de tijd is de bebouwings-structuur geleidelijk verdicht. Er is een kleine bebouwingsconcentratie dicht bij de kern Rosmalen ontstaan. Karakteristiek aan deze bebouwingsconcentratie is de afwisseling van openheid en beslotenheid in het cluster, deze dient ge-handhaafd te worden. Belangrijk is dus de bestaande doorzichten naar het open landschap te handhaven.

De kenmerken van bebouwingscluster zijn lastig te vatten. Het cluster herbergt diverse functies. De bedrijven markeren het cluster door hun grootschalige ge-bouwen. Met name de manege en de intensieve veehouderij manifesteren zich wat dit betreft duidelijk in het cluster. Verder passen de aanwezige bedrijven niet in de ruimtelijke uitstraling die de gemeente met Hooge Heide Noord voor ogen heeft. In dit gebied is het landschap minder sterk aanwezig. De kwaliteit in het gebied kan verbeterd worden door het verstreken van de lintstructuur en het creëren van een interessant leefmilieu waarin wonen, werken, recreatie, natuur elkaar versterken.

Met het opstellen van de visie wil de gemeente de bestaande situatie een kwa-liteitsimpuls te geven. Het gebied vraagt om verbetering. De huidige planologi-sche situatie verkeert in een impasse terwijl ontwikkeling en functieveranderin-gen op een aanzienlijk aantal percelen gewenst zijn. Ter plekke zijn meerdere bedrijven die qua milieubelemmering elkaar overlappen. De bedrijven veroor-zaken veel hinder. Daardoor kunnen de beoogde (her)ontwikkeling niet worden gerealiseerd.

De visie streeft ernaar de grote bedrijven met grote milieubelemmeringen uit het cluster te bewegen. Woningbouw, op bestaande erven, zal naar verwachting pas mogelijk zijn als een aantal bedrijven afzien van de huidige mogelijkheden op basis van hun geldende milieuvergunning. In bilaterale trajecten met de be-treffende eigenaren wordt overlegd hoe deze transformatie gestalte kan krijgen. Ontwikkelingen dienen altijd ruimtelijke en functioneel afgewogen te worden.

Page 42: Visie Sprokkelbosch
Page 43: Visie Sprokkelbosch

42

Aanvullend op de, algemene ontwikkelingsvoorwaarden voor de linten, is het volgende voor het lint Hondsberg van toepassing:• Handhaven en waar mogelijk versteken van de landschapplijke continuïteit

(de twee open akkers ruimtelijk met elkaar verbinden).

De onbebouwde ruimte rondom het bebouwingslint Hondsberg heeft een es-sentiële rol bij het tegengaan van de ongewenste landschapplijke versnippering in het gebied. Deze moeten dus in stand blijven en bij verder ontwikkelen van Hondsberg verbeterd worden.

5.3 Visie op gebruik

Duidelijk is dat het Sprokkelbosch beter kan functioneren dan nu het geval is. De landbouwfunctie is in de huidige situatie qua oppervlak de belangrijkste functie van het Sprokkelbosch. Het belang van deze functie loopt al lange tijd terug. Voor grondgebonden landbouw is het Sprokkelbosch steeds minder interessant. Het belang van een kwalitatief hoogwaardig landschap met meer gebruiksmo-gelijkheden is steeds groter aan het worden. Er komen in de buurt steeds meer mensen te wonen die gebruik maken van het buitengebied.

Ook in het huidige beleid wordt gekozen voor een ontwikkeling naar een ander functioneren. De gemeente heeft dit in de ruimtelijke structuurvisie en de land-schapsvisie vastgelegd. Ook spelen er andere belangen. Een goede en veilige verbinding vanuit de buurtschap Kruisstraat voor het langzaam verkeer staat op het verlangenlijstje van de bewoners en de gebruikers van het gebied. De be-woners willen graag een fietspad die de buurtschap Kruisstraat met de scholen en met het centrum van Rosmalen verbindt.

Ook vanuit het waterbeheer zijn er wensen om water te bergen in het gebied. Omwonenden en de gebruikers van het gebied willen een toegankelijker Sprok-kelbosch met meer natuur en landschap. Duidelijk is dat het Sprokkelbosch niet meer los gezien kan worden van de omgeving. Deze omgeving kan echter ook kansen bieden voor het gebied. Andere functies zijn nodig om het hoog gewaar-deerde landschap te kunnen ontwikkelen.

Hooge Heide Noord biedt ruimte voor ontwikkelingen – het landschap leent zich goed voor het inpassen van diverse functies. Het originele landschap is immers kleinschalig en wordt van oudsher gekenmerkt door bebouwingsstructuren. Met het opstellen van deze visie wil de gemeente graag dat de eigenaren en bewo-ners ook gaan inzien dat er alternatieven zijn voor hun percelen. De agrarische kant voor het Sprokkelbosch moet echter wel blijven. De sterke kant van het Sprokkelbosch zal echter niet liggen in de productie maar in het beheer van een landschap met diverse functies. Het optimaliseren van het functioneren, gaat niet vanzelf en heeft sturing nodig. Deze sturing wil de gemeente op zich nemen.De richting die in de visie voor het Sprokkelbosch wordt uitgezet is de transfor-matie naar een multifunctioneel landelijk gebied. Het blijft een landelijk gebied. Landschap, natuur, recreatie en wonen, gaan een belangrijker rol spelen. Dit kunnen we bereiken op verschillende manieren. Er wordt nadrukkelijk voor ge-kozen om dit met de eigenaren en belanghebbenden te doen.

Page 44: Visie Sprokkelbosch
Page 45: Visie Sprokkelbosch

44

Page 46: Visie Sprokkelbosch

45

Uitvoeringsstrategie 6De gemeente wil dat de ‘visie Hooge Heide Noord’ als een bijlage van het be-stemmingsplan “Bestemmingplan Buitengebied en Kloosterstraat” het proces in laten gaan. Voordat het stuk officieel de procedure in laten gaan wordt de con-cept- visie aan de betrokkenen en de eigenaren van gronden toegelicht. Zij wor-den in deze fase uitgedaagd om met initiatieven en ideeën te komen om tot een integraal uitgewerkte visie te komen. De visie wordt vervolgens aan de Provincie voorgesteld. Aan de hand van de door de provincie ingebrachte adviezen en op-merkingen wordt het document uitgewerkt. Concrete initiatieven, welke op basis van de visie zijn toegestaan, kunnen in het nieuwe bestemmingsplan worden opgenomen. Indien de gewenste ontwikkelingen voldoende zijn uitgewerkt maar er nog niet tot uitvoering kan worden gebracht, kunnen ontwikkelingsmogelijk-heden e.d. op de beoogde locatie in het nieuwe bestemmingsplan Buitengebied of met een afzonderlijke planologische procedure worden opgenomen Beoogde ontwikkelingen in de toekomst, nadat het nieuwe bestemmingsplan voor Buiten-gebied is vastgesteld, worden via afwijkende procedure mogelijk gemaakt.

De, op basis van de visie, gewenste ontwikkelingen zijn alleen mogelijk indien ook aan overige wettelijke vereisten wordt voldaan( geluid, hindercirckels agra-rische bedrijven, Flora en fauna wet, enz).

Page 47: Visie Sprokkelbosch

46

Page 48: Visie Sprokkelbosch

47

Milieu 77.1 Inleiding

In verband met het opstellen van een visie van het gebied ‘Hooge Heide Noord’, is vanuit de afdeling ROS om een inventarisatie gevaagd van de relevante mi-lieuaspecten die van invloed kunnen zijn in dit gebied. De diverse milieuaspect-en, alsook de van kracht zijnde milieuvergunningen of meldingen van bestaande/bestemde bedrijvigheid en de daarmee gepaarde (geprojecteerde) belemmer-ingen kunnen in het plangebied een belangrijke rol spelen in de mogelijkheden en visievorming.

7.2 Inleiding Bedrijfsmatige belemmeringen

In en nabij het plangebied bevinden zich diverse bestemde (geprojecteerde) alsook gevestigde bedrijven met mogelijk milieubelastende en hinderlijke activ-iteiten. Door bij nieuwe ontwikkelingen voldoende afstand in acht te nemen tus-sen milieubelastende activiteiten (zoals bedrijven) en gevoelige functies (zoals woningen) worden hinder en gevaar voorkomen en wordt het bedrijven mogelijk gemaakt zich binnen aanvaardbare voorwaarden te vestigen en te opereren. De daarbij in acht te nemen afstanden kunnen een belangrijke rol spelen in de mogelijkheden en visievorming van dit gebied. Er kan onderscheid worden gemaakt tussen hindercontouren van feitelijk aanwezige bedrijven en hinder-contouren op basis van enkel bestemde (niet aanwezige) bedrijvigheid. Aangez-ien er in dit gebied ook (agrarische) bedrijfsmatige bestemmingen liggen waar momenteel geen gebruik van wordt gemaakt (maar vestiging van bedrijven wel

mogelijk is), zijn zowel hindercontouren van de bestaande bedrijven in beeld ge-bracht als ook de hindercontouren op basis van toelaatbare bedrijfsactiviteiten volgens het vigerend bestemmingsplan. Daarbij wordt opgemerkt dat de in de tekening aangegeven contouren indicatieve richtafstanden betreffen behorend bij een type bedrijfsactiviteit, uitgaande van de VNG-uitgave “Bedrijven en mi-lieuzonering”. De richtafstand is gebaseerd op een maatgevend hinderaspect. Dit aspect kan geur stof, geluid of gevaar zijn. Alleen de grootste richtafstand is weer gegeven in de figuur. Voor niet-agrarische bedrijven is deze afstand vaak gebaseerd op het aspect geluid. Voor agrarische bedrijven alsook de buiten plangebied aanwezige composteer- en nertsenbedrijf is geur het maatgevende aspect. Met name deze 2 bedrijven ten zuiden van het plangebied bezitten grote hinderafstanden en/of contouren voor geur. Voor het composteerbedrijf is de geurcontour voor de feitelijke situatie afkomstig van een geuronderzoek dat onderdeel uitmaakt van de milieuvergunning. Nieuwe geurgevoelige objecten (zoals woningen) dienen buiten deze geurcontour te worden gesitueerd.

In het algemeen wordt opgemerkt dat het mogelijk is dat bestaande bebouwing reeds aanwezig is op een kortere afstand dan de grootste indicatieve hinder-contour, waardoor de werkelijke hindercontour bepaald en beperkt kan worden door normen op de gevels van de bestaande woningen. De genoemde hinder-contouren staan weer gegeven op het hinderkaartje en hebben een indicatief karakter. Ontwikkelingen in de nabijheid van bedrijven of binnen de indicatieve richtafstanden verdient altijd maatwerk.

Page 49: Visie Sprokkelbosch
Page 50: Visie Sprokkelbosch
Page 51: Visie Sprokkelbosch
Page 52: Visie Sprokkelbosch

51

7.7.3 RioleringDe panden in de buurt hebben een drukriolering welke aangesloten is op de buurt Kruisstraat. In de Vliertwijksestraat nabij perceel nr. 33b bevindt zich een overstort van de riolering in een waterloop.

7.7.4 Waterbeleid voor nieuwbouwplannenBij nieuwe ontwikkelingen dienen de uitgangspunten van integraal waterbeheer van Waterschap en Gemeente te worden uitgevoerd. Bij veranderingen in ver-harding van het landoppervlak moet het hemelwater op eigen terrein worden verwerkt, het liefst door middel van infiltratie op eigen terrein. Het hemelwater kan niet op het gemengde rioolstelsel worden gezet wegens een beperkte capa-citeit van het stelsel. Ook kan aan hergebruik van hemelwater gedacht worden (regentonnen, grijswatercircuit) en kan overtollig hemelwater geborgen worden in greppels of wadi-achtige structuren. Indien voorzieningen worden getroffen voor gemeenschappelijke inzameling en berging van hemelwater, kan dit bij-voorbeeld in de openbare ruimtes in greppels. Het vuile water kan op het ge-mengde drukriool worden aangesloten.

7.7.5 WatervisieGezien de droogvallende watergangen is het niet realistisch om in het plan-gebied grootschalig watergangen proberen terug te krijgen. Alleen door verre-gaand af te graven kan open water blijvend aanwezig zijn, maar dit zal dan niet of nauwelijks stromen.

Page 53: Visie Sprokkelbosch