47
Johan de Witt-gymnasium te Dordrecht, vademecum Tweede fase, Cohort 2015, 1 december 2016 Vademecum Cohort 2015 (Centraal Examen 2018) Gids voor de Tweede Fase op het Johan de Witt-gymnasium te Dordrecht, waarin opgenomen het Programma van Toetsing en Afsluiting en het Examenreglement. Gelet op de bepalingen van de Wet op het Voortgezet Onderwijs; gelet op het Directiestatuut van 15 februari 2005; gehoord de Medezeggenschapsraad, stelt de rector de inhoud van het Vademecum cohort 2015 vast. (versie 1 december 2016)

Vademecum Cohort 2015 (Centraal Examen 2018) klas 5 - cohort 2015.pdf · vademecum cohort 2015 uit. Achter de officiële naam van een vak staat tussen haakjes de codering van dat

  • Upload
    others

  • View
    1

  • Download
    0

Embed Size (px)

Citation preview

Page 1: Vademecum Cohort 2015 (Centraal Examen 2018) klas 5 - cohort 2015.pdf · vademecum cohort 2015 uit. Achter de officiële naam van een vak staat tussen haakjes de codering van dat

Johan de Witt-gymnasium te Dordrecht, vademecum Tweede fase, Cohort 2015, 1 december 2016

Vademecum Cohort 2015 (Centraal Examen 2018)

Gids voor de Tweede Fase op het Johan de Witt-gymnasium te Dordrecht, waarin opgenomen het Programma van Toetsing en Afsluiting en het Examenreglement. Gelet op de bepalingen van de Wet op het Voortgezet Onderwijs; gelet op het Directiestatuut van 15 februari 2005; gehoord de Medezeggenschapsraad, stelt de rector de inhoud van het Vademecum cohort 2015 vast.

(versie 1 december 2016)

Page 2: Vademecum Cohort 2015 (Centraal Examen 2018) klas 5 - cohort 2015.pdf · vademecum cohort 2015 uit. Achter de officiële naam van een vak staat tussen haakjes de codering van dat

2

INHOUDSOPGAVE

VOORWOORD .................................................................................................................................................................................. 3

HOOFDSTUK 1: DE PROFIELEN EN DE BEGELEIDING.......................................................................................... 5

HOOFDSTUK 2: REGELINGEN ROND TOETSING....................................................................................................... 6

(A) Het Programma van Toetsing en Afsluiting (PTA). ................................................................................ 6 Profielwerkstuk (als onderdeel van het combinatiecijfer)............................................................................ 6 Nederlands (netl) .......................................................................................................................................................... 7 Engels (entl) ..................................................................................................................................................................... 8 Cambridge English (enctl)........................................................................................................................................ 9 Duits (dutl) ......................................................................................................................................................................10 Frans (fatl).......................................................................................................................................................................11 Grieks (grkc) ..................................................................................................................................................................12 Latijn (lakc).....................................................................................................................................................................13 Aardrijkskunde (ak)..................................................................................................................................................14 Geschiedenis (ges) ......................................................................................................................................................15 Wiskunde A (wisA) .....................................................................................................................................................16 Wiskunde B (wisB) .....................................................................................................................................................17 Wiskunde C (wisC)......................................................................................................................................................18 Wiskunde D (wisD).....................................................................................................................................................19 Biologie (biol)................................................................................................................................................................20 Natuurkunde (nat) .....................................................................................................................................................21 Scheikunde (schk) ......................................................................................................................................................22 Economie (econ) ..........................................................................................................................................................23 Management en Organisatie (m&o) .................................................................................................................24 Kunst Beeldende Vormgeving (kubv) .............................................................................................................25 Muziek (mu) ...................................................................................................................................................................26 Maatschappijleer (maat).........................................................................................................................................27 Lichamelijke Opvoeding (lo) ................................................................................................................................28

(B) De herkansings- / inhaalregeling. .................................................................................................................. 30

(C) Regeling bij te laat komen voortgangs- / dossiertoetsen ................................................................ 31

(D) Regeling inleveren praktische opdrachten............................................................................................... 32

(E) Regeling deeltoetsen .............................................................................................................................................. 32

(F) Rapportage / overgangsrapport van leerjaar 4 naar leerjaar 5 .................................................. 34

(G) Rapportage / schoolexamencijfer leerjaar 5 en leerjaar 6 ............................................................. 35

(H) Regelingen vrijstelling en absentie Lichamelijke Opvoeding........................................................ 36

(I) De bevorderingsregeling en slaag-/zakregeling CE ............................................................................ 37

(J) Regeling doubleren in de bovenbouw. ........................................................................................................ 40

HOOFDSTUK 3: EXAMENREGLEMENT......................................................................................................................... 41

I. Algemene bepalingen .............................................................................................................................................. 41

II. Het schoolexamen ..................................................................................................................................................... 43

Bijlage 1 Profielen in de vernieuwde tweede fase ................................................................................................. 44

Page 3: Vademecum Cohort 2015 (Centraal Examen 2018) klas 5 - cohort 2015.pdf · vademecum cohort 2015 uit. Achter de officiële naam van een vak staat tussen haakjes de codering van dat

3

Voorwoord Voor je ligt het Vademecum met daarin het Programma van Toetsing en Afsluiting (PTA) voor de leerlingen van het cohort 2015. Zoals je bij het kiezen van je profiel en de daarbij behorende vakken al begrepen hebt, is de Tweede Fase vanaf 1 augustus 2007 volledig herzien. De belangrijkste wijzigingen zijn: ▪ de klassieke taal is van het vrije deel verplaatst naar het gemeenschappelijk deel ▪ naast de profielvakken zijn er nu ook verplichte profielkeuzevakken ▪ de deelvakken zijn vervangen door heelvakken ▪ literatuur (voorheen een apart vak) maakt weer deel uit van het vak Nederlands en de moderne vreemde talen ▪ wiskunde D (start in klas 5) is een nieuw vak binnen de vernieuwde tweede fase ▪ het profielwerkstuk (PWS) wordt becijferd i.p.v. beoordeeld met goed of voldoende ▪ de cijfers van de vakken maatschappijleer en het PWS vormen samen het combinatiecijfer In de vernieuwde tweede fase is het moeilijk om nog van vak of profiel te veranderen. Je loopt immers meteen een achterstand op voor de vakken die je later kiest. Voor de 4 e-klassers is de uiterste datum om veranderingen aan te brengen, vastgesteld op 1 december. De eerste rapportvergadering van november / december zal - indien nodig - aan ouders en leerlingen hierover advies uitbrengen. In het PTA van cohort 2015 staan alle verplichtingen voor het vierde, vijfde en zesde leerjaar vermeld. Ook het PTA voor Cambridge Engels is hierin opgenomen. Getracht is om per leerjaar en per vak zo duidelijk mogelijk aan te geven aan welke eisen je moet voldoen. Helaas is nog niet voor alle vakken het complete bovenbouwprogramma bekend. Om deze reden komt er in leerjaar 5 en leerjaar 6 een vernieuwde versie van het vademecum cohort 2015 uit. Achter de officiële naam van een vak staat tussen haakjes de codering van dat vak in het lesrooster. De opbouw van je examendossier start in de 4 e klas met de vakken maatschappijleer, kubv (indien gekozen) en Cambridge Engels (indien gekozen). Voor deze vakken worden dossiertoetsen afgenomen. Het examendossier voor KCV en lichamelijke opvoeding start ook in leerjaar vier. De overige vakken in de 4e klas werken met voortgangstoetsen die géén deel uitmaken van je examendossier, maar wél meetellen voor de overgang naar de 5e klas. Geen enkele toets in de 4e klas (dossier- en voortgangstoetsen) is herkansbaar. M.u.v. de voortgangstoetsen worden je vorderingen vastgelegd in het examendossier. Dit is een verzameling van cijfers en andere beoordelingen die de eindcijfers van je schoolexamen bepalen. Via onze website (www.jdw.nl) heb je voortdurend inzage in je vorderingen. Omdat zelfs het beste paard wel eens struikelt, krijg je in de 5e klas drie maal de gelegenheid om één schriftelijke toets, die geldt voor het examendossier, te herkansen. In de 6 e klas zijn er twee herkansingsmomenten waarop je één toets mag herkansen en na de laatste toetsweek mag je twee toetsen van verschillende vakken herkansen. Bij iedere toets in het PTA van de 5 e en 6e klas staat de weging (,,, of ⑥) vermeld en of het wél (*) of niet (●) mogelijk is om deze te herkansen. De voortgangstoetsen en dossiertoetsen uit de 4 e klas zijn niet herkansbaar. Praktische opdrachten, luistertoetsen, essays en mondelinge toetsen zijn eveneens niet herkansbaar.

Page 4: Vademecum Cohort 2015 (Centraal Examen 2018) klas 5 - cohort 2015.pdf · vademecum cohort 2015 uit. Achter de officiële naam van een vak staat tussen haakjes de codering van dat

4

Voor alle 4e klassers geldt de verplichting om alle dossier- en voortgangstoetsen te maken. Wanneer je een toets (om een geldige reden) gemist hebt, is er uitsluitend de mogelijkheid om deze toets op een door de school vastgesteld moment in te halen. Je bent verplicht om ervoor te zorgen dat je binnen een redelijke termijn alle toetsen gemaakt hebt. Bij eventuele problemen kun je terecht bij de leerjaarcoördinator. Uiteraard zijn wij er ons van bewust dat een PTA op het eerste gezicht een strak systeem lijkt. Indien nodig kan het programma, om praktische dan wel organisatorische redenen, op details aangepast worden. Aan het fundament en de uitgangspunten van dit PTA kan niet worden getornd. D.w.z. dat je gehouden wordt aan de afspraken, zoals deze vastgelegd zijn in dit programma van toetsing en afsluiting en de bijbehorende regelingen. Het (jaar)toetsrooster van de 4e klas van het cursusjaar 2016-2017 kun je terugvinden op onze website. Hierin staan de weken aangegeven waarop jouw toetsen plaats zullen vinden. Iedere week wordt op het prikbord bij de leerlingeningang het toetsschema voor de daarop volgende week opgehangen. Kijk dus regelmatig op dit prikbord om te weten welke toetsen je de komende week kunt verwachten. Vanzelfsprekend zullen docenten, mentor, decaan en coördinator je te allen tijde met raad en daad bij willen staan om de juiste keuzes te maken die kunnen bijdragen aan een succesvolle afronding van je opleiding aan het Johan de Witt-gymnasium. Succes in de bovenbouw en bedenk wel dat ook hierbij geldt: “sapere aude”. Voor gymnasiasten is deze vertaling natuurlijk geen enkel probleem: ‘Heb de moed om wijs te zijn!’ Veel succes! P. van der Linden (conrector leerjaar 5 en 6) E. Roetert (conrector leerjaar 3 en 4; examensecretaris)

Page 5: Vademecum Cohort 2015 (Centraal Examen 2018) klas 5 - cohort 2015.pdf · vademecum cohort 2015 uit. Achter de officiële naam van een vak staat tussen haakjes de codering van dat

5

Hoofdstuk 1: De profielen en de begeleiding. De (Vernieuwde)Tweede Fase is bij wet geregeld. In de wet is vastgelegd dat het programma voor de bovenbouw van het VWO wordt onderverdeeld in een gemeenschappelijk deel, een profieldeel, profielkeuzevakken en een vrij te kiezen examenvak (in bijlage 1 is per profiel een overzicht opgenomen van de vakken die deel kunnen uitmaken van een gekozen profiel). Op het Johan de Witt-gymnasium kan iedere bovenbouwleerling twee i.p.v. één vrij examenvak kiezen. Dit extra vrije examenvak moet in ieder geval t/m de 4e klas gevolgd worden en zal meeberekend worden bij de bevordering naar de 5e klas. In de 6e klas kan de school of de leerling bepalen of er in dit (extra)vrije examenvak eindexamen zal worden gedaan. In de vernieuwde tweede fase hebben we alle zgn. studielasturen omgezet in gewone lessen (zie bijlage 1). Voor de vakken biologie, natuurkunde en scheikunde zijn naast de gewone lessen nog enkele practicumuren ingeroosterd. In klas 4 volg je de vakken uit het gemeenschappelijk deel, waarin de verplichte klassieke taal, de vakken van je profiel, je profielkeuzevak(ken) en je vrije examenvak(ken) voor zover deze in klas 4 al beginnen. Aan het eind van het eerste trimester (begin december) in de 4e klas is er nog een beperkte mogelijkheid om van profiel of vak(ken) te veranderen. Na het eerste trimester kunnen er géén profiel- of vakkenwisselingen meer gedaan worden en is dus je definitieve vakkenkeuze voor klas 5 en 6 bepaald. Voor het wisselen van profiel of vakken binnen de hiervoor aangegeven termijn kun je terecht bij de leerjaarcoördinator (en de decaan). Het systeem van de profielen is ontworpen om leerlingen van het VWO gerichter en beter voor te bereiden op de vervolgstudie aan universiteit of hogeschool. Wij geloven dat dit ook daadwerkelijk zo kan zijn. Jullie behoren als gymnasiasten tot het type leerling dat veel voordeel moet kunnen hebben van deze aanpak en werkwijze. Het overleg tussen de leerjaarcoördinator, de mentoren en de teamvergaderingen van de docenten moet er voor zorgen dat er op tijd ingegrepen kan worden, als de prestaties van een leerling achter blijven. Daarnaast is het natuurlijk zo dat je aanspraak kunt maken op persoonlijke begeleiding van je mentor /leerjaarcoördinator. Voor wat de keuze van je vervolgstudie betreft, worden er in klas 5 en 6 zgn. decaangesprekken gevoerd. Je wordt hiervoor persoonlijk uitgenodigd.

Page 6: Vademecum Cohort 2015 (Centraal Examen 2018) klas 5 - cohort 2015.pdf · vademecum cohort 2015 uit. Achter de officiële naam van een vak staat tussen haakjes de codering van dat

6

Hoofdstuk 2: Regelingen rond toetsing.

(A) Het Programma van Toetsing en Afsluiting (PTA).

Profielwerkstuk (als onderdeel van het combinatiecijfer)

Leerjaar 5 eind eerste, tweede en derde trimester en leerjaar 6 begin eerste trimester. Het maken van een profielwerkstuk (PWS) is een verplicht onderdeel van het schoolexamen. Vanuit je gekozen profiel kies je een onderwerp ter bestudering. De begeleiding is in handen van een vakdocent en de profielcoördinator. Je kunt je tot een docent van een profielvak wenden om je te oriënteren op een onderwerp voor het werkstuk. Het aantal leerlingen dat door één docent begeleid kan worden is beperkt; de verdeling van de leerlingen over docenten wordt geregeld door de PWS-coördinatoren. Het is niet verplicht om meerdere profielvakken in het PWS te betrekken. Je werkt in een groepje van drie leerlingen aan je PWS. Individueel werk is alleen toegestaan met toestemming van de PWS-coördinator. De werkzaamheden voor het PWS beginnen in de 5e klas en worden afgerond uiterlijk in het begin eerste trimester van de 6e klas. Het PWS wordt becijferd en dit cijfer maakt deel uit van het zgn. combinatiecijfer. Dit combinatiecijfer is het gemiddelde van de op hele cijfers afgeronde gemiddelden van de vakken Maatschappijleer (afgesloten in klas 4) en het PWS (afgesloten in klas 6). Van de vakken die deel uitmaken van het combinatiecijfer is het laagst toegestane cijfer 4,0. De titel van je werkstuk en het bijbehorende vak worden vermeld op de officiële cijferlijst die je bij je diploma krijgt. Als de begeleider van de leerling de omvang en de kwaliteit van de verrichte werkzaamheden voor het PWS aan het eind van de 4e klas als onvoldoende beoordeelt, zal deze leerling door de secretaris van het examen voor een gesprek uitgenodigd worden. Indien de leerling geen geldig excuus voor de onvoldoende beoordeling kan aanvoeren, kan zijn/haar bevordering in gevaar komen. N.B. Verklaring gebruikte afkortingen in het vervolg van het PTA: PWS = profielwerkstuk L = luistervaardigheid D = dossiertoets M = mondeling V = voortgangstoets S = schrijfvaardigheid H = handelingsdeel P = praktische opdracht Algemene afkortingen: SE = Schoolexamen = weging 1 CE = Centraal Examen = weging 2 * = herkansbaar = weging 3 ● = niet herkansbaar = weging 4

⑥ = weging 6

Page 7: Vademecum Cohort 2015 (Centraal Examen 2018) klas 5 - cohort 2015.pdf · vademecum cohort 2015 uit. Achter de officiële naam van een vak staat tussen haakjes de codering van dat

7

Nederlands (netl)

Leerjaar 4 V1= Taalbeheersing (verzamelcijfer)● V2= Debat● V3= Middeleeuwen● V4= Mondeling● V5= Leesvaardigheid● Voor de overgang van klas 4 naar klas 5 geldt het gemiddelde van V1 t/m V5. Leerjaar 5 D1= Literatuurgeschiedenis I (t/m Renaissance) * D2= Spreekvaardigheid (debat) ● D3= Schrijfvaardigheid 1 ●

D4= Schrijfvaardigheid 2 ●

D5= Schrijfvaardigheid 3 ● D6= Literatuurgeschiedenis II (18e/19e eeuw)*

⑥ D7= Essay ● D8= Literatuurlijst I (mondeling) ● D9= Leesvaardigheid ● Voor de overgang van klas 5 naar klas 6 geldt het gemiddelde van D1 t/m D9. Leerjaar 6 ⑥ D10= Literatuurgeschiedenis III (20ste eeuw t/m 1945)* ⑥ D11= Literatuurgeschiedenis IV (20ste eeuw ná 1945)* D12= Taalvaardigheid 1 ●

D13= Taalvaardigheid 2 ●

D14= Taalvaardigheid 3 ●

⑥ D15= Spreekvaardigheid (debat) ● ⑥ D16= Literatuurlijst II (mondeling) ● Het lees- en schrijfdossier is een doorlopend dossier van leerjaar 4, 5 en 6. Het leesdossier betreft V4, D8 en D16. Het schrijfdossier betreft V1, D3, D4, D5, D12 en D13 Het schoolexamencijfer bestaat uit het gemiddelde van D1 t/m D16. Het centraal examen toetst leesvaardigheid. Het eindcijfer voor Nederlands bestaat voor 50% uit het cijfer voor het centraal examen en voor 50% uit het schoolexamencijfer

Page 8: Vademecum Cohort 2015 (Centraal Examen 2018) klas 5 - cohort 2015.pdf · vademecum cohort 2015 uit. Achter de officiële naam van een vak staat tussen haakjes de codering van dat

8

Engels (entl)

Leerjaar 4 V1= Gemiddelde toetsen taalvaardigheid (methode)● V2= Schrijfvaardigheid● V3= Luistervaardigheid● V4= Spreekvaardigheid● V5= Voortschrijdend gemiddelde van overhoringen● V6= Literatuur (inclusief leesdossier)● V7= Leesvaardigheid● Voor de overgang van klas 4 naar klas 5 geldt het gemiddelde van V1 t/m V7. De regeling Deeltoetsen is enkel van toepassing op V5. Leerjaar 5 D1= Gemiddelde toetsen taalvaardigheid (methode)* D2= Schrijfvaardigheid* D3= Luistervaardigheid● D4= Spreekvaardigheid● D5= Voortschrijdend gemiddelde van overhoringen* D6= Literatuur (inclusief leesdossier)* D7= Leesvaardigheid* Voor de overgang van klas 5 naar klas 6 geldt het gemiddelde van D1 t/m D7. De regeling Deeltoetsen is enkel van toepassing op D5. Leerjaar 6 D8= Schrijfvaardigheid* D9= Luistervaardigheid (landelijke Cito-toets)● D10= Spreekvaardigheid● D11= Literatuur (inclusief leesdossier klas 5 + 6)* D12= Voortschrijdend gemiddelde van overhoringen * De regeling Deeltoetsen is enkel van toepassing op D12. Het schoolexamencijfer bestaat uit het gemiddelde van D1 t/m D12. Het centraal examen toetst leesvaardigheid. Het eindcijfer voor Engels bestaat voor 50% uit het cijfer voor het centraal examen en voor 50% uit het schoolexamencijfer.

Page 9: Vademecum Cohort 2015 (Centraal Examen 2018) klas 5 - cohort 2015.pdf · vademecum cohort 2015 uit. Achter de officiële naam van een vak staat tussen haakjes de codering van dat

9

Cambridge English (enctl)

Leerjaar 4 CD1= Language training (deeltoetsen grammatica, vocabulaire e.d.)● CD2= Literature (inclusief leesdossier)● CD3= Writing skills ● CD4= Speaking skills● CD5 = Listening skills● CD6 = Reading skills● Voor de overgang van klas 4 naar klas 5 geldt het gemiddelde van CD1 t/m CD6. De regeling Deeltoetsen is enkel van toepassing op CD1. Leerjaar 5 CD7= Language training (deeltoetsen grammatica,

vocabulaire e.d.)* CD8= Literature (inclusief leesdossier klas 4 + 5)* CD9= Writing skills* CD10=Speaking skills● CD11=Listening skills●

CD12=Reading skills* Voor de overgang van klas 5 naar klas 6 geldt het gemiddelde van CD1 t/m CD12. De regeling Deeltoetsen is enkel van toepassing op CD7. Certificate in Advanced English Het vijfde leerjaar wordt afgesloten met een Cambridge Engels examen, het Certificate in Advanced English (het CAE). Het resultaat van het CAE is niet van invloed op het schoolexamencijfer. Leerjaar 6 CD13= Cito kijk- en luistertoets● CD14= Literature/reading skills ● Het schoolexamencijfer bestaat uit het gemiddelde van de cijfers behaald in leerjaar 4, 5 en 6. Het centraal examen bestaat uit leesvaardigheid. Het eindcijfer voor Engels bestaat voor 50% uit het cijfer voor het centraal examen en voor 50% uit het schoolexamencijfer. Certificate of Proficiency in English In het zesde leerjaar is het mogelijk een Cambridge Engels examen af te leggen voor het ‘Certificate of Proficiency in English’ (het CPE). Het resultaat van het CPE is niet van invloed op het schoolexamencijfer.

Page 10: Vademecum Cohort 2015 (Centraal Examen 2018) klas 5 - cohort 2015.pdf · vademecum cohort 2015 uit. Achter de officiële naam van een vak staat tussen haakjes de codering van dat

10

Duits (dutl)

Leerjaar 4 V1= Na Klar!●

V2= Tekst● V3= Na Klar!● V4= Na Klar!● V5= Tekst●

V6= Mondelinge presentatie●

V7= Schrijftoets● V8= Luistertoets● V9= Voortschrijdend gemiddelde van overhoringen ● Voor de overgang van klas 4 naar klas 5 geldt het gemiddelde van V1 t/m V9. De regeling Deeltoetsen is enkel van toepassing op V9.

Leerjaar 5 D1= Kennistoetsen (grammatica) (3 toetsen) ●

D2= Idioom (maximaal 6 toetsen) ● D3= Leestoetsen (2 toetsen) ● D4= Luistertoetsen (2 toetsen) ● D5= Schrijftoetsen (1 toets +1 huiswerkopdracht) ●

D6= Spreekvaardigheid ●

D7= Literatuur (2 toetsen) ●

Voor de overgang van klas 5 naar klas 6 geldt het gemiddelde van D1 t/m D7. De regeling Deeltoetsen is enkel van toepassing op D2.

Leerjaar 6 Nog in ontwikkeling

Page 11: Vademecum Cohort 2015 (Centraal Examen 2018) klas 5 - cohort 2015.pdf · vademecum cohort 2015 uit. Achter de officiële naam van een vak staat tussen haakjes de codering van dat

11

Frans (fatl)

Leerjaar 4 V1= D'accord● V2= Tekst● V3= D'accord● V4= D’accord● V5= Tekst● V6= Luistertoets● V7= Luistertoets● V8= Mondelinge presentatie bij filmproject● V9= Voortschrijdend gemiddelde van overhoringen● Voor de overgang van klas 4 naar klas 5 geldt het gemiddelde van V1 t/m V9. Leerjaar 5 D1= D'accord * D2= Tekst ● D3= D'accord *

D4= Literatuurgeschiedenis opgebouwd uit twee deeltoetsen met gelijke weging * (D4.1 = moyen age + 16e eeuw; D4.2=17e eeuw en 18e eeuw)

D5= schrijfvaardigheid* D6= D'accord *

D7= Tekst ● D8= Luistertoets ● D9= Luistertoets ● D10= Spreekvaardigheid ● D11= Voortschrijdend gemiddelde van overhoringen ● Voor de overgang van klas 5 naar klas 6 geldt het gemiddelde van D1 t/m D11. Leerjaar 6 D12= Schrijfvaardigheid + idioom * D13= Luistervaardigheid (Cito) ● D14= Literatuurgeschiedenis 19e en 20e eeuw * D15= Spreekvaardigheid (mondelinge presentatie) ● D16= Voortschrijdend gemiddelde van overhoringen ● Het gemiddelde van de dossiertoetsen D1 t/m D16 bepaalt het schoolexamencijfer. Het centraal examen toetst de leesvaardigheid. Het eindcijfer Frans bestaat voor 50% uit het cijfer voor het schoolexamen en voor 50% uit het cijfer voor het centraal examen.

Page 12: Vademecum Cohort 2015 (Centraal Examen 2018) klas 5 - cohort 2015.pdf · vademecum cohort 2015 uit. Achter de officiële naam van een vak staat tussen haakjes de codering van dat

12

Grieks (grkc)

Leerjaar 4 V1= Griekse roman ●

V2= Biografie ● V3= Antieke Geneeskunde ● V4= Retorica ● V5= Gemiddelde van diverse overhoringen ● V6= Gemiddelde van minimaal 4 verplichte proefvertalingen ●

De opmerking onder aan de pagina over het bewaren van de toetsen geldt ook voor leerjaar 4.

Leerjaar 5 D1= Historiografie * D2= Tragedie * D3= Filosofie ● D4= Gemiddelde van diverse overhoringen ● D5= Gemiddelde van minimaal 5 verplichte proefvertalingen ●

P= Gemiddelde van KCV-toetsen ●

P1= Griekse en Romeinse geschiedenis (afgerond in klas 4) ●

P2= Klassieke reis (afgerond in klas 4) ●

P3= paper klassieke reis ●

Het gewogen gemiddelde van de dossiertoetsen bepaalt voor 80% en het cijfer van de praktische opdracht (gemiddelde P1, P2 en P3) voor 20% het eindcijfer van leerjaar 5. De praktische opdracht bestaat uit meerdere onderdelen die afzonderlijk worden becijferd. De cijfers voor KCV vallen onder het examendossier. Ze worden meegenomen naar klas 6. De opmerking onder aan de pagina over het bewaren van de toetsen geldt ook voor leerjaar 5.

Leerjaar 6 D6= Epiek (Homerus I) + vertaalvaardigheid *

D7= Epiek (Homerus II) + vertaalvaardigheid * D8= Gemiddelde van diverse verhoringen ● D9= Gemiddelde van minimaal 5 verplichte proefvertalingen ●

Het gewogen gemiddelde van de dossiertoetsen (D1 t/m D9) bepaalt voor 80% en het cijfer van de praktische opdracht (gemiddelde P1, P2 en P3) voor 20% het schoolexamencijfer. Het eindcijfer voor Grieks bestaat voor 50% uit het cijfer voor het centraal examen en voor 50% uit het schoolexamencijfer. Het centraal examen heeft als genre historiografie en als kernauteur Herodotus. De opmerking onder aan de pagina over het bewaren van de toetsen geldt ook voor leerjaar 6. Toetsen worden in principe natuurlijk wel besproken, maar niet aan de leerling geretourneerd; overhoringen en proefvertalingen (aangekondigd dan wel onaangekondigd) worden zowel besproken als geretourneerd. De leerlingen dienen al het gecorrigeerde werk (indien geretourneerd) in een map te bewaren.

Page 13: Vademecum Cohort 2015 (Centraal Examen 2018) klas 5 - cohort 2015.pdf · vademecum cohort 2015 uit. Achter de officiële naam van een vak staat tussen haakjes de codering van dat

13

Latijn (lakc)

Leerjaar 4 V1= Capita selecta + introductie woordenboek + grammatica● V2= Mythologie (Hyginus) ● V3= Poëzie (Ovidius)● V4= Novelle (Petronius) ● V5= Gemiddelde van diverse overhoringen ● V6= Gemiddelde van minimaal 4 verplichte proefvertalingen ● De opmerking onder aan de pagina over het bewaren van de toetsen geldt ook voor leerjaar 4. Leerjaar 5 D1= Poëzieblok (Vergilius, Horatius) * D2= Historiografie (Livius) * D3= Lyriek (Catullus, Propertius, Ovidius) ● D4= Gemiddelde van diverse overhoringen ● D5= Gemiddelde van minimaal 5 verplichte proefvertalingen ●

P= Gemiddelde van KCV-toetsen ● P1= Griekse en Romeinse geschiedenis (afgerond in klas 4) ●

P2= Klassieke reis (afgerond in klas 4) ●

P3= paper klassieke reis ●

Het gewogen gemiddelde van de dossiertoetsen bepaalt voor 80% en het cijfer van de praktische opdracht (gemiddelde P1, P2 en P3) voor 20% het eindcijfer van leerjaar 5. De praktische opdracht bestaat uit meerdere onderdelen die afzonderlijk worden becijferd. De cijfers voor KCV vallen onder het examendossier. Ze worden meegenomen naar klas 6. De opmerking onder aan de pagina over het bewaren van de toetsen geldt ook voor leerjaar 5.

Leerjaar 6 D7= filosofie (I) + vertaalvaardigheid* D8= filosofie (II) + vertaalvaardigheid* D9= Gemiddelde van diverse overhoringen ●

D10= Gemiddelde van minimaal 5 verplichte proefvertalingen ● Het gewogen gemiddelde van de dossiertoetsen (D1 t/m D9) bepaalt voor 80% en het cijfer van de praktische opdracht (gemiddelde P1, P2 en P3) voor 20% het schoolexamencijfer. Het eindcijfer voor Latijn bestaat voor 50% uit het cijfer voor het centraal examen en voor 50% uit het schoolexamencijfer. Het centraal examen heeft als genre filosofie en als kernauteur Seneca en Cicero. De opmerking onder aan de pagina over het bewaren van de toetsen geldt ook voor leerjaar 6. Toetsen worden in principe natuurlijk wel besproken, maar niet aan de leerling geretourneerd; overhoringen en proefvertalingen (aangekondigd dan wel onaangekondigd) worden zowel besproken als geretourneerd. De leerlingen dienen al het gecorrigeerde werk (indien geretourneerd) in een map te bewaren.

Page 14: Vademecum Cohort 2015 (Centraal Examen 2018) klas 5 - cohort 2015.pdf · vademecum cohort 2015 uit. Achter de officiële naam van een vak staat tussen haakjes de codering van dat

14

Aardrijkskunde (ak)

Leerjaar 4 V1= Wereld 1 (H1 Samenhang en verscheidenheid)● V2= Wereld 1 (H2 Het wereldvoedselvraagstuk)● V3= Aarde 1 (H1 Klimaat en landschapszones)● V4= Aarde 1 (H2 Het mondiale klimaatvraagstuk)● Voor de overgang van klas 4 naar klas 5 geldt het gemiddelde van V1 t/m V4.

Leerjaar 5 D1= Z.O. Azië (pag. 1 t/m 86) * D2= Z.O. Azië (pag. 88 t/m 135) *

D3= Wereld 2: Globalisering (pag. 1 t/m 83) * D4= Wereld 2: Grootstedelijke gebieden in de V.S. ●

De dossiertoetsen D1 t/m D4 zijn gelijkwaardig in weging ten opzichte van elkaar. Voor alle D toetsen geldt dat uitgereikte materialen en extra opdrachten meegenomen worden in de beoordeling van de toets. Leerjaar 6 Nog in ontwikkeling

Voor alle D toetsen geldt dat uitgereikte materialen en extra opdrachten meegenomen worden in de beoordeling van de toets. Het eindcijfer voor het vak aardrijkskunde bestaat voor 50% uit het cijfer voor het schoolexamen en voor 50% uit het cijfer voor het centraal examen.

Page 15: Vademecum Cohort 2015 (Centraal Examen 2018) klas 5 - cohort 2015.pdf · vademecum cohort 2015 uit. Achter de officiële naam van een vak staat tussen haakjes de codering van dat

15

Geschiedenis (ges)

Leerjaar 4 V1= Tijdvak 1: De tijd van jagers en boeren● V2= Tijdvak 2: De tijd van Grieken en Romeinen● V3= Tijdvak 3: De tijd van monniken en ridders● V4= Tijdvak 4: De tijd van steden en staten● V5= Thema: Dordrecht, een Hollandse stad in de Middeleeuwen/Shoah● Voor de overgang van klas 4 naar klas 5 geldt het gemiddelde van V1 t/m V5. Leerjaar 5 D1= Tijdvak 5/6: De tijd van ontdekkers en hervormers* D2= Thema: Geschiedenis van de rechtsstaat en parlementaire democratie* D3= Tijdvak 7: De tijd van pruiken en revoluties* D4= Tijdvak 8: De tijd van burgers en stoommachines* D5= Tijdvak 9: De tijd van de wereldoorlogen* D6= Tijdvak 10: De tijd van televisie en computers● Voor de overgang van klas 5 naar klas 6 geldt het gemiddelde van D1 t/m D6 en zijn D1 t/m D6 gelijkwaardig in weging. Leerjaar 6 D7= Thema: China. Van keizerrijk tot wereldmacht*

D8= Thema: Democratische Revoluties. Onderdeel 1. Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden 1515-1648 Onderdeel 2. Verlichtingsideëen en de democratische revoluties 1650-1848 *

D9= Thema: Moderne oorlogsvoering Onderdeel 1. Duitsland 1871-1945. Onderdeel 2. Koude Oorlog 1945-1991 *

Het gemiddelde van de dossiertoetsen D1 t/m D9 bepaalt het schoolexamencijfer. Het eindcijfer voor het vak geschiedenis bestaat voor 50% uit het cijfer voor het schoolexamen en voor 50% uit het cijfer voor het centraal examen.

Page 16: Vademecum Cohort 2015 (Centraal Examen 2018) klas 5 - cohort 2015.pdf · vademecum cohort 2015 uit. Achter de officiële naam van een vak staat tussen haakjes de codering van dat

16

Wiskunde A (wisA)

Leerjaar 4 V1= Analyse I Hoofdstuk 2 + Vaardigheden 1● V2 = Analyse II Hoofdstuk 4 + Vaardigheden 2●

V3 = Statistiek I Hoofdstuk 1 & 7● V4 = Analyse III Hoofdstuk 5 + Vaardigheden 3●

V5 = Statistiek II Hoofdstuk 3● V6 = Analyse IV Hoofdstuk 6 & 8A + Vaardigheden ●

V7 = Voortschrijdend gemiddelde van overhoringen● De stof van Wiskunde A wordt behandeld aan de hand van Moderne Wiskunde A/C 4vwo 11e editie. De opmerkingen onder aan de pagina over de aantekeningen en de verschillende onderwerpen gelden ook voor leerjaar 4. Per jaar kunnen minimaal 4 en maximaal 10 overhoringen gegeven worden, al of niet aangekondigd over de op dat moment bekend te veronderstellen vaardigheden, die in (huiswerk)sommen en/of leerwerk zijn geoefend. De cijfers voor deze overhoringen worden gedurende het jaar gemiddeld in het cijfer voor V7. De behandelde stof van klas 4 behoort in zijn geheel tot de centraal examenstof. Voor de overgang van klas 4 naar klas 5 geldt het gemiddelde van V1 t/m V7.

Leerjaar 5 D1= Analyse V Hoofdstuk 1 & 9 + Vaardigheden 1 * D2 = Analyse VI Hoofdstuk 5 & 6 + Vaardigheden 2 *

D3 = Statistiek en kansen III Hoofdstuk 4 & 7 + Vaardigheden 3 * D4 = Analyse VII Hoofdstuk 3 & 8 + Vaardigheden 4 * D5 = Statistiek en kansen IV Hoofdstuk 2 ● D6 = Voortschrijdend gemiddelde van overhoringen●

De stof van Wiskunde A wordt behandeld aan de hand van Moderne Wiskunde A 5vwo, 11e editie. De opmerkingen onder aan de pagina over de aantekeningen en de verschillende onderwerpen gelden ook voor leerjaar 5. Per jaar kunnen minimaal 4 en maximaal 10 overhoringen gegeven worden, al of niet aangekondigd over de op dat moment bekend te veronderstellen vaardigheden, die in (huiswerk)sommen en/of leerwerk zijn geoefend. De cijfers voor deze overhoringen worden gedurende het jaar gemiddeld in het cijfer voor D6. Wettelijk verplicht is een keuzeonderwerp. Voor dit cohort is dit het onderwerp Perspectief (hoofdstuk 9). Het keuzeonderwerp en de hoofdstukken 2, 4 en 7 behoren alleen tot de schoolexamenstof, de hoofdstukken 1-3-5-6-8 behoren zowel tot de schoolexamenstof als tot de stof voor het centraal examen. Voor de overgang van klas 5 naar klas 6 geldt het gemiddelde van D1 t/m D6.

Leerjaar 6 Nog in ontwikkeling

De aantekeningen in de lessen vormen een wezenlijk deel van de door de leerlingen te bestuderen stof voor de proefwerken en examens. De verschillende onderwerpen worden in verschillende etappes in de loop van drie jaar opgebouwd. Steeds wordt bij een nieuwe toevoeging aan een onderwerp alle stof die eraan voorafging bekend verondersteld. De nadruk bij de toetsing zal natuurlijk liggen op de nieuwe elementen in het onderwerp.

Page 17: Vademecum Cohort 2015 (Centraal Examen 2018) klas 5 - cohort 2015.pdf · vademecum cohort 2015 uit. Achter de officiële naam van een vak staat tussen haakjes de codering van dat

17

Wiskunde B (wisB)

Leerjaar 4 V1 = Analyse I Hoofdstuk 1+2 + Vaardigheden 1●

V2 = Analyse II Hoofdstuk 3+4 + Vaardigheden 2● V3 = Analyse III Hoofdstuk 6+7● V4 = Analytische meetkunde I Hoofdstuk 5 +8●

V5 = Vaardigheden●

V6 = Voortschrijdend gemiddelde van overhoringen●

De stof van Wiskunde B wordt behandeld aan de hand van Moderne Wiskunde B 4vwo, 11e editie. De opmerkingen onder aan de pagina over de aantekeningen en de verschillende onderwerpen gelden ook voor leerjaar 4. Per jaar kunnen minimaal 4 en maximaal 10 overhoringen gegeven worden, al of niet aangekondigd over de op dat moment bekend te veronderstellen vaardigheden, die in (huiswerk)sommen en/of leerwerk zijn geoefend. De cijfers voor deze overhoringen worden gedurende het jaar gemiddeld in het cijfer voor V6. De behandelde stof van klas 4 behoort in zijn geheel tot de examenstof. Voor de overgang van klas 4 naar klas 5 geldt het gemiddelde van V1 t/m V7.

Leerjaar 5 D1= Analyse IV Hoofdstuk 1 & 2 + Vaardigheden 1* D2 = Analytische meetkunde II Hoofdstuk 5 & 7+Vaardigheden 2*

D3 = Analyse V Hoofdstuk 3 & 4 + Vaardigheden 3* D4 = Analyse VI Hoofdstuk 6 & 8 + Vaardigheden 4* D5 = Keuze-onderwerp ● D6 = Voortschrijdend gemiddelde van overhoringen●

De stof van Wiskunde A wordt behandeld aan de hand van Moderne Wiskunde A 5vwo, 11e editie. De opmerkingen onder aan de pagina over de aantekeningen en de verschillende onderwerpen gelden ook voor leerjaar 5. Per jaar kunnen minimaal 4 en maximaal 10 overhoringen gegeven worden, al of niet aangekondigd over de op dat moment bekend te veronderstellen vaardigheden, die in (huiswerk)sommen en/of leerwerk zijn geoefend. De cijfers voor deze overhoringen worden gedurende het jaar gemiddeld in het cijfer voor D6. Wettelijk verplicht is een keuzeonderwerp. Voor dit cohort is dit het onderwerp Perspectief (hoofdstuk 9). Het keuzeonderwerp en de hoofdstukken 2, 4 en 7 behoren alleen tot de schoolexamenstof, de hoofdstukken 1-3-5-6-8 behoren zowel tot de schoolexamenstof als tot de stof voor het centraal examen. Voor de overgang van klas 5 naar klas 6 geldt het gemiddelde van D1 t/m D6. Leerjaar 6 Nog in ontwikkeling

De aantekeningen in de lessen vormen een wezenlijk deel van de door de leerlingen te bestuderen stof voor de proefwerken en examens. De verschillende onderwerpen worden in verschillende etappes in de loop van drie jaar opgebouwd. Steeds wordt bij een nieuwe toevoeging aan een onderwerp alle stof die eraan voorafging bekend verondersteld. De nadruk bij de toetsing zal natuurlijk liggen op de nieuwe elementen in het onderwerp.

Page 18: Vademecum Cohort 2015 (Centraal Examen 2018) klas 5 - cohort 2015.pdf · vademecum cohort 2015 uit. Achter de officiële naam van een vak staat tussen haakjes de codering van dat

18

Wiskunde C (wisC)

Leerjaar 4 V1= Analyse I Hoofdstuk 2 + Vaardigheden 1● V2 = Analyse II Hoofdstuk 4 + Vaardigheden 2●

V3 = Statistiek I Hoofdstuk 1 & 7● V4 = Analyse III Hoofdstuk 5 + Vaardigheden 3●

V5 = Statistiek II Hoofdstuk 3● V6 = Analyse IV Hoofdstuk 6 & 8C + Vaardigheden ●

V7 = Voortschrijdend gemiddelde van overhoringen●

De stof van Wiskunde C wordt behandeld aan de hand van Moderne Wiskunde A/C 4vwo, 11e editie. De opmerkingen onder aan de pagina over de aantekeningen en de verschillende onderwerpen gelden ook voor leerjaar 4. Per jaar kunnen minimaal 4 en maximaal 10 overhoringen gegeven worden, al of niet aangekondigd over de op dat moment bekend te veronderstellen vaardigheden, die in (huiswerk)sommen en/of leerwerk zijn geoefend. De cijfers voor deze overhoringen worden gedurende het jaar gemiddeld in het cijfer voor V7. De behandelde stof van klas 4 behoort in zijn geheel tot de examenstof. Voor de overgang van klas 4 naar klas 5 geldt het gemiddelde van V1 t/m V7. De stof van Wiskunde C is gelijk aan die van wiskunde A, met uitzondering van hoofdstuk 8 waar

een opsplitsing plaatsvindt tussen hoofdstukken 8A en 8C.

Leerjaar 5 D1= Analyse V Hoofdstuk 1 & 3 * D2 = Analyse VI Hoofdstuk 5 & 6 *

D3 = Statistiek en kansen III Hoofdstuk 4 & 7 * D4 = vaardigheden en keuze-onderwerp * D5 = Statistiek en kansen IV Hoofdstuk 2 ● D6 = Voortschrijdend gemiddelde van overhoringen● De stof van Wiskunde C wordt behandeld aan de hand van Moderne Wiskunde C 5vwo, 11e editie. De opmerkingen onder aan de pagina over de aantekeningen en de verschillende onderwerpen gelden ook voor leerjaar 5. Per jaar kunnen minimaal 4 en maximaal 10 overhoringen gegeven worden, al of niet aangekondigd over de op dat moment bekend te veronderstellen vaardigheden, die in (huiswerk)sommen en/of leerwerk zijn geoefend. De cijfers voor deze overhoringen worden gedurende het jaar gemiddeld in het cijfer voor D6. Wettelijk verplicht is een keuzeonderwerp. Voor dit cohort is dit het onderwerp “differentiëren”. Het keuzeonderwerp en de hoofdstukken 2, 4 en 7 behoren alleen tot de schoolexamenstof, de hoofdstukken 1-3-5-6 behoren zowel tot de schoolexamenstof als tot de stof voor het centraal examen. Voor de overgang van klas 5 naar klas 6 geldt het gemiddelde van D1 t/m D6. Leerjaar 6 Nog in ontwikkeling De aantekeningen in de lessen vormen een wezenlijk deel van de door de leerlingen te bestuderen stof voor de proefwerken en examens. De verschillende onderwerpen worden in verschillende etappes in de loop van drie jaar opgebouwd. Steeds wordt bij een nieuwe toevoeging aan een onderwerp alle stof die eraan voorafging bekend verondersteld. De nadruk bij de toetsing zal natuurlijk liggen op de nieuwe elementen in het onderwerp.

Page 19: Vademecum Cohort 2015 (Centraal Examen 2018) klas 5 - cohort 2015.pdf · vademecum cohort 2015 uit. Achter de officiële naam van een vak staat tussen haakjes de codering van dat

19

Wiskunde D (wisD)

Leerjaar 5 D1= Complexe getallen I (H7) * D2= Meetkunde I (H1-H4) *

D3= Kansrekening I (H2-H6) *

D4= Dynamische modellen I (H3-H9) * D5= Keuzeonderwerp Beslissen (H10) ● De stof van Wiskunde D wordt behandeld aan de hand van de Wageningse Methode. De opmerkingen onder aan de pagina over de aantekeningen en de verschillende onderwerpen gelden ook voor leerjaar 6. Toetsduur D1 t/m D5 is 50 minuten per toets. Voor de overgang van klas 5 naar klas 6 geldt het gemiddelde van D1 t/m D5. Leerjaar 6 Nog in ontwikkeling De aantekeningen in de lessen vormen een wezenlijk deel van de door de leerlingen te bestuderen stof voor de proefwerken en examens. De verschillende onderwerpen worden in verschillende etappes in de loop van twee jaar opgebouwd. Steeds wordt bij een nieuwe toevoeging aan een onderwerp alle stof die eraan voorafging bekend verondersteld. De nadruk bij de toetsing zal natuurlijk liggen op de nieuwe elementen in het onderwerp.

Page 20: Vademecum Cohort 2015 (Centraal Examen 2018) klas 5 - cohort 2015.pdf · vademecum cohort 2015 uit. Achter de officiële naam van een vak staat tussen haakjes de codering van dat

20

Biologie (biol)

Leerjaar 4 V1= Thema 1: Inleiding in de biologie● Thema 2: Cellen● V2= Thema 3: Voortplanting● V3= Thema 4: Genetica● V4= Thema 5: Evolutie● V5= Thema 6: Ecologie● P1= Practicum● Het gemiddelde van de voortgangstoetsen bepaalt voor 80% en het cijfer van de praktische opdracht(en) (P1) voor 20% het eindcijfer van leerjaar 4. De praktische opdracht(en) bestaat uit meerdere onderdelen die afzonderlijk worden becijferd en maakt geen deel uit van het examendossier. Leerjaar 5 D1= Thema 1: Stofwisseling * D2= Thema 2: DNA * D3= Thema 3: Mens en milieu,

Thema 4: Planten, Thema 6 (uit leerjaar 4): ecologie*

D4= Thema 5: Regeling en waarneming, Thema 5: Gedrag en beweging ●

PO= Practicumdossier● Voor de overgang van klas 5 naar klas 6 zijn de dossiertoetsen D1 t/m D4 gelijkwaardig in weging ten opzichte van elkaar. Het gemiddelde van de dossiertoetsen D1 t/m D4 bepaalt voor 80% het eindcijfer in de 5e klas. De praktische opdracht (PO), bestaat uit meerdere onderdelen (practica, tekeningen, verslagen, werkstukken, enz.), die elk afzonderlijk worden becijferd. Deze cijfers zijn gelijkwaardig in weging ten opzichte van elkaar en maken deel uit van het examendossier. Het gemiddelde van de praktische opdrachten bepaalt voor 20% het eindcijfer in de vijfde klas.

Leerjaar 6 D5= Thema 1: Voeding + thema 1 stofwisseling (leerjaar 5) * D6= Thema 2: Transport + thema 3 gaswisseling * D7= Thema 3: Bescherming + thema 5: Evenwicht * PO= Practicum ● Het gemiddelde van de dossiertoetsen D1 t/m D9 bepaalt voor 80% en het gemiddelde van de praktische opdrachten van leerjaar 5 en 6 voor 20% het schoolexamencijfer. De praktische opdracht (PO) uit leerjaar 5 en 6 bestaat uit één of meerdere onderdelen (practica, tekeningen, verslagen, werkstukken, enz.), die elk afzonderlijk worden becijferd. Deze cijfers zijn gelijkwaardig in weging ten opzichte van elkaar. Het eindcijfer van de praktische opdrachten is het voortschrijdende gemiddelde van de cijfers van deze onderdelen afkomstig uit leerjaar 5 en 6. Het eindcijfer voor biologie bestaat voor 50% uit het cijfer voor het Centraal Examen en voor 50% uit het schoolexamencijfer. Het gebruik van een grafische rekenmachine is bij het vak biologie niet toegestaan

Page 21: Vademecum Cohort 2015 (Centraal Examen 2018) klas 5 - cohort 2015.pdf · vademecum cohort 2015 uit. Achter de officiële naam van een vak staat tussen haakjes de codering van dat

21

Natuurkunde (nat)

Leerjaar 4 V1= Beweging in beeld (H1) ●

V2= Elektriciteit (H2) ● V3= Kracht en beweging (H3) ● V4= Trillingen en cirkelbewegingen (H4) ● V5= Straling (H5)● V6= Energie (H6) ●

P1= Opdrachtendossier● Het gemiddelde van de voortgangstoetsen V1 t/m V6 bepaalt voor 80% het eindcijfer in de 4e klas. Het opdrachtendossier (P1), bestaat uit meerdere onderdelen zoals practicum en eventuele aparte opdrachten/overhoringen, die elk afzonderlijk worden becijferd. Deze cijfers zijn gelijkwaardig in weging ten opzichte van elkaar en maken géén deel uit van het examendossier. Het opdrachtendossier bepaalt voor 20% het eindcijfer in de vierde klas. Leerjaar 5 D1= Stoffen en Materialen (H7) *

D2= Hemelmechanica (H8) + herhaling * D3= Golven (H9) + herhaling *

D4= Medische beeldvorming (H10) + herhaling * D5= Astrofysica + Hemelmechanica (H11+H8) + Biofysica

+ herhaling ● PO= Opdrachtendossier● Het gemiddelde van de vier dossiertoetsen bepaalt voor 80% en het gemiddelde van het opdrachtendossier (PO) bepaalt voor 20% het eindcijfer van leerjaar 5. De dossiertoetsen van leerjaar 5 en het opdrachtendossier van leerjaar 5 maken deel uit van het examendossier. Leerjaar 6 D6= Elektrische velden (H12) + Magnetische velden (H13)

+ eventuele herhaling o.a. uit Samengevat* D7= Mechanica in samenhang (H14) + herhaling o.a. uit Samengevat *

D8= Quantumwereld (H15) + herhaling o.a. uit Samengevat * D9= Finale (H16) + uitgebreide herhaling, o.a. uit Samengevat* PO= Opdrachtendossier● Het gemiddelde van D1 t/m D7 bepaalt voor 80% en het gemiddelde van het opdrachtendossier (PO) klas 5 en 6 bepaalt voor 20% het schoolexamencijfer voor natuurkunde. Het opdrachtendossier (PO), bestaat uit meerdere onderdelen zoals practicum en eventuele aparte opdrachten/overhoringen, die elk afzonderlijk worden becijferd en op het laatst resulteren in een PO cijfer. Het eindcijfer voor natuurkunde bestaat voor 50% uit het cijfer voor het centraal examen en voor 50% uit het schoolexamencijfer. Het centraal examen bestaat uit een wettelijk voorgeschreven selectie van de totale stof. Het gebruik van een grafische rekenmachine is bij het vak natuurkunde niet toegestaan. In een toets kan een beloning voor serieus gemaakt huiswerk in de vorm van een bonus worden opgenomen. Deze eventuele beloning wordt per toets door de docent(en) bepaald. Er kunnen geen rechten aan worden ontleend.

Page 22: Vademecum Cohort 2015 (Centraal Examen 2018) klas 5 - cohort 2015.pdf · vademecum cohort 2015 uit. Achter de officiële naam van een vak staat tussen haakjes de codering van dat

22

Scheikunde (schk)

Leerjaar 4 V1= H1 ● V2= H3 (m.u.v.§2) ● V3= H2 ● V4= H4 ● V5= H5 (m.u.v. §5) ● P1= Practicum ● Voor de overgang van klas 4 naar klas 5 zijn de voortgangstoetsen V1 t/m V5 gelijkwaardig in weging ten opzichte van elkaar. Het gemiddelde van de voortgangstoetsen V1 t/m V5 bepaalt voor 80% het eindcijfer in de 4e klas. De praktische opdracht (P1), bestaat uit meerdere onderdelen die elk afzonderlijk worden becijferd. Deze cijfers zijn gelijkwaardig in weging ten opzichte van elkaar en maken geen deel uit van het examendossier. Het gemiddelde van de praktische opdrachten bepaalt voor 20% het eindcijfer in de vierde klas. Leerjaar 5 D1= H6 *

(opgebouwd uit twee deeltoetsen, D1.1/D1.2 met gelijke weging) D2= H7 *

D3= H9 (opgebouwd uit twee deeltoetsen, D3.1/D3.2 met gelijke weging) *

D4= H8 ● PO= Practicumdossier● Voor de overgang van klas 5 naar klas 6 zijn de dossiertoetsen D1 t/m D5 gelijkwaardig in weging ten opzichte van elkaar. Het gemiddelde van de dossiertoetsen D1 t/m D5 bepaalt voor 80% het eindcijfer in de 5e klas. De praktische opdracht (PO), bestaat uit meerdere onderdelen, die elk afzonderlijk worden becijferd. De weging kan ten opzichte van elkaar verschillen, ze maken deel uit van het examendossier. Het gemiddelde van de praktische opdrachten bepaalt voor 20% het eindcijfer in de vijfde klas. Leerjaar 6 D5= H10 *

D6= H12 en H13 + herhaling H1, H3, H6* D7= H11 + herhaling H2, H7, H8, H10* D8= H14 + herhaling H4, H5, H9*

PO= Practicumdossier●

Het gemiddelde van de dossiertoetsen D1 t/m D8 bepaalt voor 80% en het gemiddelde van de praktische opdrachten van leerjaar 5 en 6 voor 20% het schoolexamencijfer De praktische opdracht (=PO) bestaat uit een of meerdere onderdelen, die elk afzonderlijk worden becijferd. De weging kan ten opzichte van elkaar verschillen, ze maken deel uit van het examendossier. Het eindcijfer van de praktische opdrachten PO is het voortschrijdende gemiddelde van de cijfers van deze onderdelen over de laatste twee leerjaren. Het eindcijfer voor scheikunde bestaat voor 50% uit het cijfer voor het Centraal Examen en voor 50% uit het schoolexamencijfer. Het gebruik van een grafische rekenmachine is bij het vak scheikunde niet toegestaan.

Page 23: Vademecum Cohort 2015 (Centraal Examen 2018) klas 5 - cohort 2015.pdf · vademecum cohort 2015 uit. Achter de officiële naam van een vak staat tussen haakjes de codering van dat

23

Economie (econ)

Leerjaar 4 V1= Welvaart in Nederland (H1)1● V2= Bedrijven (H2)1● V3= Het nut van de overheid / Nederland en het buitenland

(H3+ H4)1● V4= Geld wordt minder waard / Te veel geld maakt ongelukkig (H1+ H2)2● V5= Gehele boek Waarde van de munt (H1t/m H4)2●

1 Lesboek De Nederlandse economie 2 Lesboek Waarde van de munt

Voor de overgang van klas 4 naar klas 5 geldt het gemiddelde van V1 t/m V5. Leerjaar 5 D1= Het gedrag van consumenten (H1)3 * D2= Producenten op een markt / Weinig of geen concurrentie (H2+H3)3 *

D3= Gehele boek Markten en welvaart (H1 t/m H4)3 * D4= De betaalbaarheid van de vergrijzing/Loon naar werken (H1+H2)4 * D5= Gehele boek Werk en inkomen (H1t/m H4)4 ●

D6= Praktische opdracht (nog bekend te maken)● D7= Presentatie klaslokaal experiment (praktische opdracht)●

3 Lesboek Markten en Welvaart 4 Lesboek Werk en inkomen

Voor de overgang van klas 5 naar klas 6 geldt het gemiddelde van D1 t/m D7. Leerjaar 6 D8= Keuzeonderwerp ● D9= Gehele boek Globalisering (H1 t/m H4)5 *

D10= Gehele examenstof aan de hand van boek Examentraining Economie in vraag en antwoord 6 + Onderdeel Philipscurve en NAIRU 7 *

5 Lesboek Globalisering 6 Lesboek Examentraining Economie in vraag en antwoord 7 Stencilpakket Philipscurve en NAIRU

Het gemiddelde van de dossiertoetsen D1 t/m D10 bepaalt het schoolexamencijfer. Het eindcijfer voor economie bestaat voor 50% uit het cijfer voor het centraal examen en voor 50% uit het schoolexamencijfer.

Page 24: Vademecum Cohort 2015 (Centraal Examen 2018) klas 5 - cohort 2015.pdf · vademecum cohort 2015 uit. Achter de officiële naam van een vak staat tussen haakjes de codering van dat

24

Management en Organisatie (m&o)

Leerjaar 4 V1= De rechtsvorm (H1)+ Ontvangsten en uitgaven (H2)1● V2= Kasstelsel versus periodetoerekeningsstelsel(H3)1● V3= Communicatie en organisatie (H1)2 + Marketing (H2)2

+ Logistiek (H3)2● V4= Bizzgames, praktische opdracht m.b.v. lesbrief3● V5= Marketingplan m.b.v. lesbrief2●

1 Lesbrief Stichting & Vereniging 2 Lesbrief Marketing & Logistiek 3 Lesbrief het Rekenwonder

Voor de overgang van klas 4 naar klas 5 geldt het gemiddelde van V1 t/m V5. Leerjaar 5 D1= H1 Rode Kees en H2 De oprichting van de kast en

H3 De v.o.f.3 * D2= H4 De categoriale kostenindeling en H5 De begroting3 * D3= H1 tot en met H5 (gehele lesbrief)4 *

D4= H1 De functionele kostenindeling en H2 De Voorraadwaardering5 *

D5= H3 Quitte spelen en H4 De nettowinstopslagmethode 5 ●

D6= Een P & O onderzoek, praktische opdracht met behulp van Lesbrief Organisatie en personeel4 ●

4 Lesbrief De eenmanszaak deel 1 5 Lesbrief Organisatie en personeel 6 Lesbrief De eenmanszaak deel 2

Voor de overgang van klas 5 naar klas 6 geldt het gemiddelde van D1 t/m D6. Leerjaar 6 D7= De examenstof uit klas 4 en 5 (lesbrieven 1, 4 en 6)*

D8= H1 tot en met H6 (gehele lesbrief)6* D9= H1 tot en met H6 (gehele lesbrief)7*

7 Lesbrief De naamloze vennootschap 8 Lesbrief De industrie

Het gemiddelde van de dossiertoetsen D1 t/m D9 bepaalt het schoolexamencijfer.

De weging van D1 t/m D6 is 1, die van D7 t/m D9 is 2. Het eindcijfer voor M & O bestaat voor 50% uit

het cijfer voor het centraal examen en voor 50% uit het schoolexamencijfer.

Page 25: Vademecum Cohort 2015 (Centraal Examen 2018) klas 5 - cohort 2015.pdf · vademecum cohort 2015 uit. Achter de officiële naam van een vak staat tussen haakjes de codering van dat

25

Kunst Beeldende Vormgeving (kubv)

Het vak beeldende vormgeving bestaat uit Kunst Algemeen en Kunst Beeldende Vormgeving. In de 4e klas beginnen de leerlingen met Kunst Beeldende Vormgeving. In de 5e klas start het onderdeel Kunst Algemeen. Kunst Beeldende Vormgeving wordt in de 6e klas afgesloten met een schoolexamencijfer. Kunst Algemeen wordt in de 6e klas afgesloten met het centraal examen. Leerjaar 4 P1= Figuurschets● P2= Figuurcompositie● P3= Stilleven● P4= Audiovisuele filmopdracht● D1= Kunstbeschouwing 1● D2= Beeldanalyse● Leerjaar 5 P5= Schetsen, beeldhouwwerken op school● P6= Schetsen beeldhouwwerken● P7= Schilderij “Vertaald beeld”● P8= Audiovisuele filmopdracht● D3= Audiovisuele theorietoets 1● D4= Procesverslag “Vertaald beeld”● Leerjaar 6 P9= Audiovisuele korte film● D5= Audiovisuele theorietoets 2● D6= Procesverslag korte film● De dossiertoetsen D1 t/m D6 zijn gelijkwaardig in weging ten opzichte van elkaar. Het gemiddelde van de praktische opdrachten bepaalt voor 60% en het gemiddelde van de dossiertoetsen voor 40% het schoolexamencijfer. Het eindcijfer van het vak KUBV is het gemiddelde van het cijfer voor het Centraal Examen van Kunst Algemeen en het schoolexamencijfer van Kunst Beeldende Vormgeving.

Page 26: Vademecum Cohort 2015 (Centraal Examen 2018) klas 5 - cohort 2015.pdf · vademecum cohort 2015 uit. Achter de officiële naam van een vak staat tussen haakjes de codering van dat

26

Muziek (mu)

Leerjaar 4 bij Muziek is een verkennend jaar. Aan bod komt een breed scala aan muzikale stijlen en activiteiten, zowel musicerend als bestuderend. Leerlingen leren dus ook elkaar hierin kennen, wisselen ervaringen, interesses en competenties uit. Een belangrijk begin wordt gemaakt met het aanscherpen van gehoor, motoriek en stem. Veel aandacht wordt parallel daaraan besteed aan het gezamenlijk opbouwen van een muzikaal referentiekader: voldoende beheersing van het notenschrift en muzikale terminologie, het spreken van dezelfde taal. Leerjaar 5 staat in het teken van muzikale verdieping. Het officiële examentraject gaat van start. Dit berekent dat toetsen vanaf hier meetellen voor het Schoolexamen. Een belangrijk deel van de stof voor het Centraal Examen wordt hierin alvast geïntegreerd. Dit alles vindt plaats in een mengeling van theoretische en praktijkopdrachten. Leerjaar 6 is primair gericht op verankering van alle behandelde stof. De laatste modules voor het Schoolexamendossier worden afgerond. Aansluitend verplaatst de focus zich naar de voorbereidingen op het Centraal Examen. Bij dit alles wordt het musiceren zeker niet uit het oog verloren, maar zal er daarnaast veel tijd worden geïnvesteerd in examentraining en zelfstudie. Leerjaar 4 V1= Ritme aan de basis (R1)● V2= Band (E1)● V3= Harmonie aan de basis (H1)● V4= Muziek binnenstebuiten (C1)1● V5= Ontdek je stem (Z1)● V6= Percussie (E2)● 1Voor de toetsen V4 en V5 geldt de mogelijkheid van deeltoetsen die samen één gemiddelde opleveren. Dit zal tijdens het schooljaar tijdig worden gecommuniceerd. Leerjaar 5 D1= Popkoor (Z2)● D2= Orkest (E3)● D3= Functionele harmonie (H2)* D4= Klassieke Muziekgeschiedenis2 (M1)* D5= Filmcompositie2 (C2)● D6= Popgeschiedenis 1 (M2)* 2Voor de toetsen D4 en D5 geldt de mogelijkheid van deeltoetsen die samen één gemiddelde opleveren. Dit zal tijdens het schooljaar tijdig worden gecommuniceerd. Leerjaar 6 Nog in ontwikkeling Het gemiddelde van de dossiertoetsen bepaalt het schoolexamencijfer. Het eindcijfer voor muziek bestaat uit 50% uit het cijfer voor het centraal examen en voor 50% uit het schoolexamencijfer.

Page 27: Vademecum Cohort 2015 (Centraal Examen 2018) klas 5 - cohort 2015.pdf · vademecum cohort 2015 uit. Achter de officiële naam van een vak staat tussen haakjes de codering van dat

27

Maatschappijleer (maat)

Leerjaar 4 D1= Rechtstaat● D2= Parlementaire democratie● D3= Pluriforme samenleving● D4= De verzorgingsstaat● D5= Presentatie (mondeling)● Het vak maatschappijleer wordt in de 4e klas afgesloten met een op een heel getal afgerond schoolexamencijfer en maakt deel uit van het combinatiecijfer (maatschappijleer en PWS). Er is geen centraal examen.

Page 28: Vademecum Cohort 2015 (Centraal Examen 2018) klas 5 - cohort 2015.pdf · vademecum cohort 2015 uit. Achter de officiële naam van een vak staat tussen haakjes de codering van dat

28

Lichamelijke Opvoeding (lo)

Leerjaar 4 H1= hockey of voetbal

H2= sprong met ½ breedte en ½ lengte as draai H3= rekstok oefening H4= boksen H5= bewegen op muziek H6= shuttle-run

H7= hoogspringen Voor de overgang van klas 4 naar klas 5 dienen H1 t/m H7 afgerond te zijn. H1 t/m H7 zijn gelijkwaardig in weging ten opzichte van elkaar. Indien een leerling niet in staat is geweest een onderdeel af te sluiten wordt de leerling bij het eerst volgende inhaalmoment verwacht om het gemiste handelingsdeel in te halen.

Leerjaar 5 H8= deelname softbaltoernooi H9= speer- en/of discuswerpen H10= sprong met 1/1 draai om de breedte as H11= ringzwaaioefening H12= basketbal en/of volleybal H13= dijkloop

De handelingsdelen H9 t/m H13 worden gedurende het schooljaar becijferd en maken onderdeel uit van het examendossier van lichamelijke opvoeding. Handelingsdeel H8 dient met een positieve participatie afgerond te zijn. Het gemiddeld cijfer van H1 t/m H13, m.u.v. H8 dat met positieve participatie wordt beoordeeld, wordt voor het overgangsrapport (einde schooljaar) omgezet naar een Voldoende of Goed (gemiddeld cijfer gelijk of minder dan 7,0 =V, van 7,1 t/m 7,6 bepaalt de docent V of G, hoger dan 7,6 = G). De behaalde handelingsdelen van leerjaar 4 en 5 worden meegenomen naar leerjaar 6. Indien een leerling niet in staat is geweest alle handelingsdelen naar behoren af te sluiten (beoordelingsles gemist of niet actief deelgenomen tijdens het beoordelingsmoment), maakt de leerling met de docent LO een afspraak om het gemiste handelingsdeel in te halen. Voor handelingsdelen die niet naar behoren zijn afgesloten of waaraan een leerling zonder reden niet aan heeft deelgenomen, wordt in de cijferregistratie een 0,1 ingevuld. Voor leerlingen met een tijdelijke vrijstelling voor het volgen van het vak LO en daardoor het behalen van een bepaald handelingsdeel niet heeft kunnen uitvoeren, wordt geen cijfer ingevoerd. In navolging van artikel 50 van het examenbesluit VO, kan het vak LO de overige vakken cijfermatig niet compenseren. Indien het examendossier van lichamelijke opvoeding niet compleet is wordt er aan het einde van leerjaar 5 geen resultaat vermeld op het overgangsrapport.

Page 29: Vademecum Cohort 2015 (Centraal Examen 2018) klas 5 - cohort 2015.pdf · vademecum cohort 2015 uit. Achter de officiële naam van een vak staat tussen haakjes de codering van dat

29

Leerjaar 6 H14= softbal

H15= Organisatie sportdag H16= verplichte keuzeactiviteit 1

H17= verplichte keuzeactiviteit 2 H18= verplichte keuzeactiviteit 3 In de 6e klas wordt H14 becijferd en worden H15 t/m H18 afgevinkt bij positieve deelname. In een periode van 4 x 3 weken moeten de leerlingen 3 activiteiten (H16, H17 en H18) volgen. Indien een leerling geoorloofd absent is tijdens een verplichte keuzeactiviteit in klas 6 dient de desbetreffende verplichte keuzeactiviteit ingehaald te worden. De leerling maakt hiervoor binnen twee weken een afspraak met de docent LO om het gemiste onderdeel in te halen. In de maand februari van het zesde leerjaar, voor de voorjaarsvakantie, moet het examendossier van het vak LO volledig zijn. Afsluiting LO in klas 6: Het eindoordeel LO wordt bepaald naar aanleiding van het gemiddelde van H1 t/m H19, m.u.v. H8 en H15 t/m H18 die met een positieve participatie worden afgerond. De leerling heeft het vak LO afgesloten als hij/zij alle handelingsdelen naar behoren heeft uitgevoerd. De kwalificatie voor het vak LO kan Voldoende of Goed zijn (gemiddeld cijfer gelijk of minder dan 7,0 =V, van 7,1 t/m 7,6 bepaalt de docent V of G, hoger dan 7,6 = G). Naar aanleiding van de behaalde cijfers bepaalt de voltallige sectie LO het eindoordeel.

Page 30: Vademecum Cohort 2015 (Centraal Examen 2018) klas 5 - cohort 2015.pdf · vademecum cohort 2015 uit. Achter de officiële naam van een vak staat tussen haakjes de codering van dat

30

(B) De herkansings- / inhaalregeling.

4e klas Inhalen van gemiste voortgangs- en dossiertoetsen In de 4e klas zijn de voortgangs- en dossiertoetsen niet herkansbaar. Wanneer er géén geldige reden is geweest voor het missen van een toets, kan - na overleg van de leerjaarcoördinator met de betrokken leerling en de docent - het cijfer 1,0 aan deze gemiste toets worden toegekend. Indien het hier een gemiste dossiertoets betreft, wordt de examensecretaris bij het overleg betrokken. 5e klas en 6e klas Herkansing van gemaakte dossiertoetsen / Inhalen van gemiste dossiertoetsen In de 5e klas zijn er drie herkansings-/inhaalmomenten: december (toetsen vanaf begin schooljaar t/m half december), maart (toetsen vanaf december t/m maart) en juni (toetsen vanaf maart tot één week voor de toetsweek). Inhaalwerk telt als herkansing. Je mag telke ns één dossiertoets uit de betreffende periode herkansen of inhalen. Het is niet mogelijk om toetsen uit een eerdere periode in een latere periode te herkansen of in te halen. Buiten de herkansings-/inhaalmomenten kunnen géén toetsen worden ingehaald. De toetsen van de laatste toetsweek van het schooljaar zijn niet herkansbaar. Realiseer je daarbij dat de volgorde van de dossiertoetsen, zoals opgegeven in dit PTA, niet noodzakelijkerwijze dezelfde volgorde is als die waarin de toetsen worden afgenomen. Voor 5e-klassers die in de laatste toetsweek van het schooljaar met een geldige reden dossiertoetsen gemist hebben, wordt direct na de toetsweek nog één inhaalmoment gepland. In de 6e klas zijn er twee herkansingsmomenten waarop je één dossiertoets mag herka nsen en één herkansingsmoment waarop je twee toetsen van verschillende vakken mag herkansen. Praktische opdrachten, mondelingen (spreekvaardigheid, debat), scripties en Cito -toetsen (Kijk- en luistervaardigheid) zijn niet herkansbaar. Bij herkansing geldt telkens het hoogst behaalde cijfer. Dossiertoetsen waarbij fraude geconstateerd is, zijn uitgesloten van herkansing. Mocht je vanwege ziekte of om een andere geldige reden een dossiertoets in het reguliere programma hebben gemist, dan haal je deze toets in tijdens de herkansingsperiode. Het inhaalwerk telt als een herkansing. Indien je door een langdurige ziekte of om andere reden meerdere dossiertoetsen hebt gemist, kan de examencommissie besluiten om het aantal herkansingen uit te breiden en/of meer dan één herkansing binnen een vak toe te staan. Als om deze of andere reden een herkansing buiten de officiële herkansingsperiode plaats moet vinden, kan dit alleen via tussenkomst van de examensecretaris. Bij bijzondere omstandigheden of langdurige ziekte dient de examensecretaris binnen twee dagen vanaf de gemiste toets, geïnformeerd te worden door de betreffende leerling en/of zijn ouders/verzorgers.

Page 31: Vademecum Cohort 2015 (Centraal Examen 2018) klas 5 - cohort 2015.pdf · vademecum cohort 2015 uit. Achter de officiële naam van een vak staat tussen haakjes de codering van dat

31

(C) Regeling bij te laat komen voortgangs- / dossiertoetsen

Wanneer een leerling binnen 15 minuten na aanvang van een toets in het lokaal verschijnt, wordt hij, na overleg van het bekende “telaatkombriefje”, door de surveillant alsnog in de gelegenheid gesteld om aan de toets te beginnen. Hij krijgt echter geen extra tijd om zijn toets eventueel af te kunnen maken. In het geval dat een leerling later dan 15 minuten na aanvang van een toets in het lokaal verschijnt, mag hij, ondanks het feit dat hij een “telaatkombriefje” kan overleggen, niet meer deelnemen aan de betreffende toets. Wij kunnen redelijkerwijs niet van een leerling verwachten dat hij in staat is in de nog resterende tijd een acceptabele prestatie te leveren. Dossiertoetsen / Voortgangstoetsen (4e klas): Indien er sprake is van overmacht of anderszins een geldige reden voor het te laat komen is, wendt de leerling zich binnen twee dagen tot de leerjaarcoördinator. Indien de leerling niet binnen twee dagen zelf het initiatief neemt om in overleg te treden met de leerjaarcoördinator, is het inhalen van de betreffende voortgangs-/dossiertoets niet meer toegestaan en wordt het cijfer 1,0 toegekend. Bij het melden van een geldige reden van het te laat komen binnen de gestelde termijn mag de leerling, in overleg met de leerjaarcoördinator, deze toets alsnog op een door de school bepaald moment inhalen. Wanneer de leerjaarcoördinator meent dat de leerling geen legitieme reden voor zijn te laat komen heeft, mag de gemiste toets niet ingehaald worden en wordt het cijfer 1,0 toegekend. Indien het een dossiertoets betreft, zal de leerjaarcoördinator in overleg treden met de examensecretaris. Dossiertoetsen (5e en 6e klas): Indien er sprake is van overmacht of anderszins een geldige reden voor het te laat komen is, wendt de leerling zich binnen twee dagen tot de examensecretaris. Indien de leerling niet binnen twee dagen zelf het initiatief neemt om in overleg te treden met de examensecretaris, wordt hij voor het inhalen van de betreffende dossiertoets naar de herkansingsronde verwezen. Het inhaalwerk telt dan als herkansing en de leerling krijgt dan géén extra herkansing. Bij het melden van een geldige reden van het te laat komen binnen de gestelde termijn van twee dagen kan de leerling, in overleg met de examensecretaris, de gemiste toets inhalen met behoud van de herkansing. Wanneer de examensecretaris meent dat de leerling geen legitieme reden voor zijn te laat komen heeft, telt de herkansing als inhaalmoment en komt de herkansing hiermee te vervallen.

Page 32: Vademecum Cohort 2015 (Centraal Examen 2018) klas 5 - cohort 2015.pdf · vademecum cohort 2015 uit. Achter de officiële naam van een vak staat tussen haakjes de codering van dat

32

(D) Regeling inleveren praktische opdrachten

Indien een leerling na het verstrijken van de inleverdatum van een praktische opdracht, zonder geldig excuus, zijn praktische opdracht nog niet heeft ingeleverd, kan de docent nooit op eigen autoriteit een beslissing nemen. De docent dient de examensecretaris op de hoogte te stellen van de ontstane situatie. De examensecretaris informeert zowel bij de leerling als de docent. Bij deze informatie-uitwisseling wordt ook het proces van begeleiding van de leerling door de docent besproken. Als de examensecretaris vaststelt dat er geen geldig excuus is, zal dit leiden tot het toepassen van de zgn. kortingsregel, die voorschrijft dat er één punt wordt afgetrokken van het uiteindelijk behaalde cijfer. De praktische opdracht dient, binnen een termijn van één week na het besluit van de examensecretaris, alsnog ingeleverd te worden. Wanneer een leerling, binnen de termijn van één week na het besluit van de examensecretaris, zijn praktische opdracht nog niet ingeleverd heeft, meldt de betrokken docent dit als een onregelmatigheid bij de examensecretaris. Gelet op de verplichting dat slechts kandidaten met een volledig gevuld schoolexamendossier mogen deelnemen aan het centraal examen, kan de examensecretaris het cijfer 1.0 aan de praktische opdracht toekennen (zie examenregeling vademecum ).

(E) Regeling deeltoetsen

Bij een aantal vakken wordt gewerkt met zgn. “deeltoetsen”. Een deeltoets maakt deel uit van een V(oortgangs)- of D(ossier)-toetscijfer. Dit V- of D-toetscijfer is opgebouwd uit diverse deeltoetsen. De deeltoetsen worden op verschillende momenten afgenomen en zijn per vak variërend in aantal. Het rekenkundig gemiddelde ervan vormt aan het eind van het cursusjaar één V(oortgangs)- of D(ossier)-toetscijfer.

De leerling is verplicht al deze deeltoetsen te maken. Bij het om welke reden dan ook niet nakomen van deze verplichting wordt in het registratiesysteem van de docent te allen tijde het cijfer 0,1 ingevoerd. Het voortschrijdend gemiddelde van de deeltoetsen wordt na elke deeltoets aangepast in het centrale cijferregistratieprogramma (SOM). Aan het eind van het cursusjaar vervalt in de hele reeks cijfers voor deeltoetsen in ieder geval het laagst behaalde cijfer. In het geval dat er een 0,1 voorkomt in die lijst zal die dus komen te vervallen. Een leerling die geen enkele maal een deeltoets gemist heeft, zal dus ook geen 0,1 in de lijst hebben. Toch vervalt ook in dat geval het laagst behaalde cijfer van de reeks.

In het missen van een deeltoets worden twee situaties onderscheiden: a) er is een geldige reden of b) er is geen geldige reden. De geldigheid van de reden is ter beoordeling van de leerjaarcoördinator, eventueel in samenspraak met de examensecretaris.

a) Is vooraf bekend dat een leerling – om een geldige reden – niet in staat is om deel te nemen aan de deeltoets, dan wordt die reden alleen bij correcte en tijdige afmelding geaccepteerd: vóór 09.00 uur dient een ziekmelding binnen te zijn bij de school of er is sprake van een goed gekeurde verlofaanvraag. Bij een geldige reden blijft dus het cijfer 0,1 voorlopig staan. De leerling dient vervolgens binnen twee weken in de gelegenheid te worden gesteld de gemiste deeltoets in te halen. De leerling is op die manier in de gelegenheid een 0,1 weg te werken , waarna aan het eind van het cursusjaar een andere laagst cijfer uit de reeks kan komen te vervallen. Het initiatief voor het inhalen van de deeltoets ligt in principe bij de leerling.

Page 33: Vademecum Cohort 2015 (Centraal Examen 2018) klas 5 - cohort 2015.pdf · vademecum cohort 2015 uit. Achter de officiële naam van een vak staat tussen haakjes de codering van dat

33

b) Is er geen geldige reden voor het missen van de deeltoets, dan blijft de genoteerde 0,1 in ieder geval staan tot het eind van het cursusjaar. Pas dan vervalt hij als laagst behaalde cijfer in de reeks.

De examensecretaris is te allen tijde gerechtigd de leerling te verzoeken een deeltoets in te halen, ongeacht of de reden voor het missen ervan als geldig werd beoordeeld of niet.

In geval een leerling voor de tweede maal in hetzelfde vak met een 0,1-situatie te maken krijgt, neemt de betreffende docent hierover contact op met de leerjaarcoördinator. Deze zal de leerling uitnodigen voor een gesprek. Als blijkt dat er een geldig excuus is voor de betreffende tweede absentie, wordt de docent verzocht de laatst genoteerde 0,1 uit zijn registratiesysteem te verwijderen. Vervolgens dient de leerling binnen twee weken in de gelegenheid te worden gesteld de gemiste deeltoets in te halen. Is er de tweede keer geen sprake van geldige reden, dan treedt de regel in werking dat een leerling verplicht is alle deeltoetsen binnen een termijn van twee weken in te halen.

De bovenstaande regeling is niet van toepassing op handelingsdelen, praktische opdrachten, Kijk- en luistertoetsen en mondelinge overhoringen bij talen.

Page 34: Vademecum Cohort 2015 (Centraal Examen 2018) klas 5 - cohort 2015.pdf · vademecum cohort 2015 uit. Achter de officiële naam van een vak staat tussen haakjes de codering van dat

34

(F) Rapportage / overgangsrapport van leerjaar 4 naar leerjaar 5

In het PTA is per vak aangegeven hoe het cijfer wordt berekend. Meestal wordt hierbij een onderscheid gemaakt tussen enerzijds dossier-, respectievelijk voortgangstoetsen en anderzijds praktische opdrachten. Bij de berekening van het eindcijfer betreffende het overgangsrapport worden de deelscores (praktische opdrachten, dossiertoetsen, etc.) op twee decimalen afgekapt, waarna het eindgemiddelde wordt bepaald. Bij vakken die uitsluitend bestaan uit dossiertoetsen (b.v Latijn en Grieks) is er geen sprake van deelscores. . Stel een leerling heeft in de 4e klas de volgende resultaten behaald voor een vak waarbij de voortgangstoetsen het eindcijfer bepalen: De berekening van het eindcijfer verloopt dan als volgt: ► Het gemiddelde van de dossiertoetsen wordt bepaald. Het vaststellen van het eindcijfer op het overgangsrapport verloopt dan als volgt:

► Een gemiddeld eindcijfer gelijk of groter dan 5,45 wordt 5,5 en een 6 op het overgangsrapport.

Voorbeeld: Voortgangstoetsen weging 1 Voortgangstoetsen weging 2 V1: cijfer 5,0 V3: cijfer 4,5 V2: cijfer 5,6 V4: cijfer 6,4

V5: cijfer 6,0

(5,0 + 5,6 + 2 x 4,5 + 2 x 6,4 + 2 x 6,0): 7 = 44,4: 8 = 5,55

Page 35: Vademecum Cohort 2015 (Centraal Examen 2018) klas 5 - cohort 2015.pdf · vademecum cohort 2015 uit. Achter de officiële naam van een vak staat tussen haakjes de codering van dat

35

(G) Rapportage / schoolexamencijfer leerjaar 5 en leerjaar 6

In het PTA is per vak aangegeven hoe het cijfer wordt berekend. Meestal wordt hierbij een onderscheid gemaakt tussen enerzijds dossier-, respectievelijk voortgangstoetsen en anderzijds praktische opdrachten. Bij de berekening van het cijfer worden de deelscores (praktische opdrachten, dossiertoetsen, etc.) op twee decimalen afgekapt, waarna het eindgemiddelde afgerond wordt op één decimaal (indien er in dit vak een centraal examen moet worden afgelegd) of op een héél cijfer (indien dit vak met een schoolexamencijfer wordt afgesloten). Bij vakken d ie uitsluitend bestaan uit dossiertoetsen (b.v Latijn en Grieks) is er geen sprake van deelscores en wordt er meteen afgerond op één decimaal. Stel een leerling heeft in de 5e en 6e klas de volgende resultaten behaald voor een vak waarbij de dossiertoetsen voor 80% en de praktische opdrachten voor 20% het eindcijfer bepalen: De berekening van het eindcijfer verloopt dan als volgt: ► Eerst wordt het gemiddelde van de dossiertoetsen bepaald. ► Vervolgens wordt op dezelfde manier het gemiddelde cijfer van de praktische opdrachten berekend. ► Ten slotte wordt de deelscore van de dossiertoetsen vermenigvuldigd met 0,8 en de deelscore van de P’s met 0,2.

Het vaststellen van het schoolexamencijfer verloopt als volgt:

► Een gemiddeld eindcijfer gelijk of groter dan 5,45 wordt een schoolexamencijfer 5,5 indien er in dit vak centraal examen moet worden afgelegd. Indien dit vak met een schoolexamencijfer wordt afgesloten (geen centraal examen) wordt het eindcijfer een 6.

Voorbeeld: Dossiertoetsen weging 1 Dossiertoetsen weging 2 Praktische opdrachten weging 1 D1: cijfer 5,0 D4: cijfer 4,5 P1: cijfer 7,0 D2: cijfer 5,6 D5: cijfer 6,4 P2: cijfer 6,9 D3: cijfer 6,0

(5,0 + 5,6 + 6,0 + 2 x 4,5 + 2 x 6,4): 7 = 38,4: 7 = 5,4857 Dit cijfer wordt afgekapt tot 5,48

( 7,0 + 6,9): 2 = 13,9: 2 = 6,95 Dit cijfer blijft 6,95 omdat het slechts twee cijfers achter de komma heeft.

0,8 x 5,48 + 0,2 x 6,95 = 4,384 + 1,39 = 5,774 Dit wordt in de rapportage afgerond tot het cijfer 5,8 als het een vak betreft met een centraal examen en als eindcijfer een 6 als het vak wordt afgesloten met een schoolexamencijfer.

Page 36: Vademecum Cohort 2015 (Centraal Examen 2018) klas 5 - cohort 2015.pdf · vademecum cohort 2015 uit. Achter de officiële naam van een vak staat tussen haakjes de codering van dat

36

(H) Regelingen vrijstelling en absentie Lichamelijke Opvoeding

Wettelijke regeling: Inrichtingsbesluit W.V.O. Vrijstellingen in periode voorbereidend hoger onderwijs vwo en havo Artikel 26E

Het bevoegd gezag van een school voor vwo of havo kan een leerling, na overleg met de leerling en, indien de leerling minderjarig is, met diens ouders, voogden of verzorgers, vrijstelling verlenen van het volgen van het onderwijs in het vak lichamelijke opvoeding indien de leerling vanwege diens lichamelijke gesteldheid niet in staat is dit onderwijs te volgen. Het bevoegd gezag geeft de inspectie kennis van de verleende vrijstelling en vermeldt daarbij de gronden waarop deze vrijstelling berust. Bij de hier genoemde vrijstelling voor lichamelijke opvoeding komt er geen onderwijs voor in de plaats. Het gaat in principe om gehandicapte leerlingen, die de vrijgekomen studielast in veel gevallen goed kunnen gebruiken om aan de eisen van de rest van het programma te voldoen. Het initiatief voor de vrijstelling kan uitgaan van de leerling of diens ouders, voogden of verzorgers, maar ook van de school. Dit artikel laat aan duidelijkheid niets te wensen over en zal, indien nodig, door ons worden toegepast. Gehele vrijstelling leidt tot het niet vermelden van een beoordeling op de officiële cijferlijst. Blessures van korte duur (maximaal twee weken) Voor wat betreft de blessures van korte duur (maximaal twee weken) geldt. dat een leerling die niet kan deelnemen aan de les LO wel in de les moet verschijnen. Een leerling kan bijvoorbeeld tijdens de lessen LO (samen met anderen) een leidinggevende rol vervullen, waarbij het gaat om het vervullen van de rol van instructeur, coach/begeleider, scheidsrechter of organisator. Gemiste handelingsdelen dienen ingehaald te worden op het eerst volgende inhaalmoment. De leerling maakt hierover een afspraak met de docent LO. Bij verschil van mening wordt dit voorgelegd aan de examensecretaris. Blessures van lange duur (meer dan twee weken) Indien een leerling door een blessure van lange duur niet kan deelnemen aan de lessen LO, meldt de leerling dit binnen twee dagen aan de examensecretaris. Als een leerling door de langdurige blessure niet in staat is om te voldoen aan de eisen die opgesteld zijn in het voor zijn cohort geldende PTA, zal de vakdocent LO dit melden aan de examensecretaris. De examensecretaris zal beoordelen of er voor een deel van het vastgestelde PTA een gedeeltelijke vrijstelling van het vak LO verleend kan worden.

Page 37: Vademecum Cohort 2015 (Centraal Examen 2018) klas 5 - cohort 2015.pdf · vademecum cohort 2015 uit. Achter de officiële naam van een vak staat tussen haakjes de codering van dat

37

(I) De bevorderingsregeling en slaag-/zakregeling CE

1. Toelating tot het 5e leerjaar

Voor de overgang van klas 4 naar klas 5 wordt het cijfer van het vak dat deel uitmaakt van het combinatiecijfer (maatschappijleer) afgerond op een heel cijfer. Een leerling is bevorderd van het vierde naar het vijfde leerjaar als:

▪ alle cijfers 6 of hoger zijn; of ▪ er voor één vak het cijfer 5 behaald is en alle andere cijfers 6 of hoger zijn; of ▪ er twee vijven behaald zijn, en alle andere cijfers 6 of hoger zijn, waarbij er ten hoogste één 5 behaald is voor de vakken Nederlands, Engels of wiskunde en het gemiddelde van alle afgeronde cijfers tenminste 6,0 is ▪ er één 4 is die niet behaald is voor Nederlands, Engels, wiskunde of een klassieke taal (gemeenschappelijk deel) en alle andere cijfers 6 of hoger zijn en het gemiddelde van alle afgeronde cijfers tenminste 6,0 is ▪ er één 5 en één 4 is, mits het cijfer 4 niet behaald is voor Nederlands, Engels, wiskunde of een klassieke taal (gemeenschappelijk deel) en het gemiddelde van alle afgeronde cijfers tenminste 6,0 is. Voor bevordering geldt ook dat alle toetsen en praktische opdrachten uit klas 4 zijn gemaakt en dat alle handelingsdelen voor klas 4 voldoende zijn afgesloten .

Page 38: Vademecum Cohort 2015 (Centraal Examen 2018) klas 5 - cohort 2015.pdf · vademecum cohort 2015 uit. Achter de officiële naam van een vak staat tussen haakjes de codering van dat

38

2. Toelating tot het 6e leerjaar

Een leerling is bevorderd van het vijfde naar het zesde leerjaar als: ▪ alle cijfers 6 of hoger zijn; of ▪ er voor één vak het cijfer 5 behaald is en alle andere cijfers 6 of hoger zijn; of ▪ er twee vijven behaald zijn, en alle andere cijfers 6 of hoger zijn, waarbij er ten hoogste één 5 behaald is voor de vakken Nederlands, Engels of wiskunde en het gemiddelde van alle afgeronde cijfers tenminste 6,0 is ▪ er één 4 is die niet behaald is voor Nederlands, Engels, wiskunde of een klassieke taal (gemeenschappelijk deel) en alle andere cijfers 6 of hoger zijn en het gemiddelde van alle afgeronde cijfers tenminste 6,0 is ▪ er één 5 en één 4 is, mits het cijfer 4 niet behaald is voor Nederlands, Engels, wiskunde of een klassieke taal (gemeenschappelijk deel) en het gemiddelde van alle cijfers tenminste 6,0 is. Voor de bevordering geldt ook dat alle toetsen en praktische opdrachten uit klas 5 zijn gemaakt en dat de handelingsdelen voor klas 5 voldoende zijn afgesloten. Bovendien dienen de werkzaamheden m.b.t. het profielwerkstuk door de begeleider als voldoende beoordeeld te zijn.

Page 39: Vademecum Cohort 2015 (Centraal Examen 2018) klas 5 - cohort 2015.pdf · vademecum cohort 2015 uit. Achter de officiële naam van een vak staat tussen haakjes de codering van dat

39

3. Slaag-/zakregeling Een examenkandidaat dient eerst aan de volgende twee regels te voldoen:

1 Het gemiddelde van alle cijfers gehaald bij het centraal examen (dat zijn cijfers met 1 decimaal) moet minstens 5,50 zijn. Als dit niet het geval is, dan is de kandidaat “afgewezen” (gezakt)

Vervolgens wordt van alle vakken het (definitieve) eindcijfer bepaald. Dit is het gemiddelde van het eindcijfer van het schoolexamen (in 1 decimaal) en het cijfer van het centraal examen (in 1 decimaal). Beide onderdelen wegen daarbij even zwaar. Dit eindcijfer wordt afgerond op een geheel getal, hierbij geldt dat een 5,45 gemiddeld het eindcijfer 5 wordt.

2 Bij deze eindcijfers mag bij de vakken Nederlands, Engels, wiskunde en rekenen

(landelijke rekentoets VO) ten hoogste één vijf staan. Indien de kandidaat aan bovenstaande twee regels heeft voldaan, dient hij/zij vervolgens te voldoen aan de regels van onderdeel 3 die zeggen dat een kandidaat geslaagd is, indien: 3 • alle eindcijfers 6 of hoger zijn, of • één eindcijfer een 5 is en de overige eindcijfers 6 of hoger zijn, of

• één eindcijfer een 4 is en de overige eindcijfers 6 of hoger zijn, terwijl het gemiddelde van alle eindcijfers tenminste 6,0 is, of

• twee eindcijfers een 5 zijn en de overige eindcijfers 6 of hoger zijn, terwijl het gemiddelde van alle eindcijfers tenminste 6,0 is, of

• één eindcijfer een 5 en één eindcijfer een 4 is en de overige eindcijfers 6 of hoger zijn, terwijl het gemiddelde van alle eindcijfers tenminste 6,0 is en ▪ geen enkel eindcijfer, dat gebruikt is om het combinatiecijfer te bepalen, 3 of lager is ▪ het vak lichamelijke opvoeding is beoordeeld als "voldoende" of "goed”

Page 40: Vademecum Cohort 2015 (Centraal Examen 2018) klas 5 - cohort 2015.pdf · vademecum cohort 2015 uit. Achter de officiële naam van een vak staat tussen haakjes de codering van dat

40

4. Voorschriften judicium cum laude (volgens Examenbesluit VO; artikel 52a)

Een kandidaat is bevorderd naar het volgende leerjaar of geslaagd voor het eindexamen vwo met toekenning van het judicium cum laude indien zijn overgangsrapport/examen voldoet aan de volgende voorschriften: a. ten minste het gemiddelde eindcijfer 8,0 berekend op basis van de eindcijfers voor:

1°.de rekentoets, de vakken in het gemeenschappelijke deel van het profiel, het eindcijfer berekend op grond van artikel 50, tweede lid, en de vakken van het profieldeel, en 2°.het vak uit het vrije deel waarvoor het hoogste eindcijfer is vastgesteld, en

b. ten minste het eindcijfer 7 voor de rekentoets en alle vakken die meetellen bij de uitslagbepaling op grond van artikel 50.

(J) Regeling doubleren in de bovenbouw.

Regeling klas 4: In geval van doublure in klas 4 geldt dat een leerling onvoorwaardelijk gaat behoren tot het opvolgende cohort. Dit betekent dat het gehele programma van de 4e klas volgens zijn/haar nieuwe PTA gevolgd dient te worden. Vanuit het oude examendossier worden géén resultaten overgenomen. Er kan een uitzondering gemaakt worden voor praktische opdrachten die voldoende zijn afgesloten. In dit geval beslist de docent of het reeds behaalde cijfer kan blijven staan. Alle regelingen en beslissingen m.b.t. het examendossier vinden plaats na goedkeuring van de examensecretaris. Regeling klas 5: Om praktische redenen zal een leerling die doubleert in klas 5 gaan behoren tot het opvolgende cohort. De behaalde cijfers voor deze vakken blijven gehandhaafd. Alle andere toetsen van de vakken uit de 5e klas worden opnieuw gemaakt. De bestaande cijfers van de toetsen die in klas 5 zijn behaald, worden vervangen. Bij hoge uitzondering kan van deze regel worden afgeweken. Praktische opdrachten die met een voldoende beoordeeld zijn, behoeven niet opnieuw te worden gemaakt. De doubleur volgt alle lessen die in het rooster zijn opgenomen. Alle regelingen en beslissingen m.b.t. het examendossier vinden plaats na goedkeuring van de examensecretaris. Regeling klas 6: Een leerling die zakt voor zijn/haar eindexamen en de 6e klas doubleert, gaat behoren tot het opvolgende cohort. Hij/zij heeft de plicht alle onderdelen van het PTA van de 6e klas opnieuw te maken. Het combinatiecijfer (maatschappijleer en PWS) blijft gehandhaafd. Voor alle vakken die op het centraal eindexamen geëxamineerd worden, is een doublerende leerling, mede gelet op de wettelijke eisen, verplicht alle lessen volgens het rooster te volgen. De doublerende leerling kan tijdens deze reguliere lessen, indien nodig, een a angepast programma aangeboden krijgen. Alle regelingen en beslissingen m.b.t. het examendossier vinden plaats na goedkeuring van de examensecretaris.

Page 41: Vademecum Cohort 2015 (Centraal Examen 2018) klas 5 - cohort 2015.pdf · vademecum cohort 2015 uit. Achter de officiële naam van een vak staat tussen haakjes de codering van dat

41

Hoofdstuk 3: Examenreglement EXAMENREGLEMENT JOHAN DE WITT-GYMNASIUM GELDIG VOOR COHORT 2013

I. Algemene bepalingen

Artikel 1 Afnemen examen 1. De rector en de examinatoren nemen onder verantwoordelijkheid van het Bevoegd Gezag het examen af. 2. De secretaris van het examen wordt door de rector aangewezen. 3. De rector wijst de examinatoren aan. 4. De rector kan zich laten vervangen door één der conrectoren. 5. De secretaris kan zich laten vervangen door één van de examinatoren. Artikel 2 Indeling examen Het examen voor een vak bestaat uit een schoolexamen of een centraal examen dan

wel uit een schoolexamen en een centraal examen. Artikel 3 De inhoud van het examen De kandidaten doen examen met inachtneming van het bepaalde in de wet op het

Voortgezet Onderwijs, het inrichtingsbesluit Voortgezet Onderwijs en het eindexamenbesluit VWO en de regelingen die naast dit examenreglement bekend zijn gemaakt in het Vademecum cohort 2015 Johan de Witt-gymnasium.

Artikel 4 Geheimhouding Een ieder die betrokken is bij de uitvoering van dit besluit en daarbij de beschikking

krijgt over gegevens waarvan hij het vertrouwelijke karakter kent of redelijkerwijs moet vermoeden, en voor wie niet reeds uit hoofde van ambt, beroep of wettelijk voorschrift ter zake van die gegevens een geheimhoudingsplicht geldt, is verplicht tot geheimhouding daarvan, behoudens voor zover enig wettelijk voorschrift hem tot bekendmaking verplicht of uit zijn taak bij de uitvoering van dit besluit de noodzaak tot bekendmaking voortvloeit.

Page 42: Vademecum Cohort 2015 (Centraal Examen 2018) klas 5 - cohort 2015.pdf · vademecum cohort 2015 uit. Achter de officiële naam van een vak staat tussen haakjes de codering van dat

42

Artikel 5 Onregelmatigheden 1. Indien een kandidaat zich ten aanzien van enig deel van het examen aan

onregelmatigheid schuldig maakt of heeft gemaakt, kan de rector maatregelen nemen.

2. De maatregelen die al dan niet in combinatie met elkaar genomen kunnen worden, kunnen zijn, a. het toekennen van het cijfer 1,0 voor een onderdeel van het schoolexamen of het centraal examen, b. het ontzeggen van de deelname of verdere deelname aan één of meer onderdelen van het schoolexamen of het centraal examen, c. het ongeldig verklaren van één of meer onderdelen van het reeds afgelegde deel van het schoolexamen of het centraal examen, d. bepalen dat het diploma en de cijferlijst slechts kunnen worden uitgereikt na een hernieuwd examen in de door de rector aan te wijzen onderdelen. 3. Alvorens de beslissing genomen wordt hoort de rector de kandidaat. De kandidaat kan zich door een door hem aan te wijzen meerderjarige laten bijstaan. De rector deelt zijn beslissing schriftelijk mede aan de kandidaat met toevoeging van de beroepsprocedure. Van de schriftelijke mededeling wordt tegelijkertijd een afschrift toegezonden aan de ouders, voogden of verzorgers van de kandidaat, indien deze minderjarig is, alsmede aan de inspectie. 4. De kandidaat kan binnen drie dagen nadat de beslissing schriftelijk te zijner kennis is gebracht hiertegen schriftelijk in beroep gaan bij de Klachtencommissie1 (zie website www.jdw.nl/kwaliteitszorg). De commissie stelt een onderzoek in en beslist binnen twee weken na ontvangst van het beroep, tenzij zij deze termijn gemotiveerd heeft verlengd met ten hoogste twee weken. De commissie deelt haar beslissing schriftelijk mede aan de kandidaat, aan de ouders, voogden of verzorgers van de kandidaat indien deze minderjarig is, aan de rector en aan de inspectie.

1 De instelling van de Klachtencommissie is in overeenstemming met artikel 5, lid 4 van het Klachtenreglement Johan de Witt-gymnasium

Page 43: Vademecum Cohort 2015 (Centraal Examen 2018) klas 5 - cohort 2015.pdf · vademecum cohort 2015 uit. Achter de officiële naam van een vak staat tussen haakjes de codering van dat

43

II. Het schoolexamen

Artikel 1 Organisatie

1. Het schoolexamen begint in het vierde leerjaar met dossiertoetsen voor de vakken Cambridge Engels, maatschappijleer en kubv. Sommige andere vakken geven praktische opdrachten of handelingsdelen in de 4e klas die meetellen in het examendossier. Het schoolexamen wordt afgesloten uiterlijk een week voor deelname aan het centraal examen.

2. Het schoolexamen bestaat, in overeenstemming met de voorschriften voor de diverse vakken, uit dossiertoetsen (mondeling of schriftelijk) en/of praktische opdrachten en/of het handelingsdeel, evenals uit de activiteiten die door de wet of de school zijn bepaald. 3. De inhoud van het schoolexamen is vastgelegd in het Programma van Toetsing en Afsluiting Johan de Witt-gymnasium, cohort 2015. Artikel 2 Uitvoering 1. Van de activiteiten die plaatsvinden in het kader van het schoolexamen wordt een examendossier gemaakt.

2. Voorafgaande aan het versturen van de schoolexamencijfers naar DUO, ontvangt de leerling een cijferlijst waarop de schoolexamencijfers per vak zijn weergegeven. De leerling ondertekent één exemplaar voor akkoord en krijgt een exemplaar mee naar huis. Indien de leerling het niet eens is met de op de cijferlijst weergegeven cijfers, kan de leerling tot twee schooldagen na het ontvangen van de cijferlijst, schriftelijk bezwaar indienen bij de examensecretaris. Na verloop van twee schooldagen wordt, indien geen bezwaar is ingediend, de autorisatie beschouwd als te zijn verleend.

3. Na autorisatie is er geen bewaarplicht meer voor de school ten aanzien van de weerslag van de door de leerling verrichte werkzaamheden in het kader van het schoolexamen. De school is niet verplicht het werk aan de leerling te retourneren. 4. Het door de leerling niet tijdig verrichten van een activiteit in het kader van het schoolexamen wordt beschouwd als een onregelmatigheid. 5. De docent stelt de leerling op de hoogte van elk resultaat van een activiteit in het kader van het schoolexamen. De leerling heeft recht op inzage in het werk.

6. Mocht er door de leerling een onregelmatigheid zijn geconstateerd dan kan hij zich wenden tot de examensecretaris en in uiterste instantie schriftelijk tot de rector. Tegen de maatregel van de rector is de beroepsprocedure van toepassing.

7. Bij schriftelijk werk is er altijd sprake van een stofomschrijving, een opgave, een uitwerking, een correctie- en een scoringsmodel. Bij mondeling werk is er altijd sprake van een stofomschrijving, een opgave, een protocol en een scoringsmodel.

Page 44: Vademecum Cohort 2015 (Centraal Examen 2018) klas 5 - cohort 2015.pdf · vademecum cohort 2015 uit. Achter de officiële naam van een vak staat tussen haakjes de codering van dat

44

Bijlage 1 Profielen in de vernieuwde tweede fase

Natuur en Techniek (NT)

V = verplicht * = keuze Grieks of Latijn K = keuze ** = niet in combinatie met 2e klassieke taal

4e klas 5e klas 6e klas

lessen lessen lessen Gemeenschappelijk deel

Nederlands V 2 3 3

Engels (Cambridge) V 2(4) 2(4) 3(1)

Grieks* K 3 4 4 Latijn* K 3 4 4

Maatschappijleer V 2 - - LO V 2 2 1

Profielvakken WisB V 3 4 4 Natuurkunde V 3 3 3 Scheikunde V 3 3 3 Profielkeuzevakken Biologie K 3 3 3 (één vak) WisD K - 3 4

Vrije examenvakken Biologie K 3 3 3 WisD K - 3 4

Economie K 2 3 3 M&O K 2 3

Geschiedenis K 2 3 3 Aardrijkskunde K 2 2 3

Frans K 2 3 3 Duits K 3 3 3 Latijn K 3 4 4 Grieks K 3 4 4 Kubv** K 3 3 4

Muziek K 3 3 4

Page 45: Vademecum Cohort 2015 (Centraal Examen 2018) klas 5 - cohort 2015.pdf · vademecum cohort 2015 uit. Achter de officiële naam van een vak staat tussen haakjes de codering van dat

45

Natuur en Gezondheid (NG)

V = verplicht * = keuze van Grieks of Latijn K = keuze ** = keuze van wiskunde A of wiskunde B *** = alleen in combinatie met wiskunde B **** = niet in combinatie met 2e klassieke taal

4e klas 5e klas 6e klas lessen lessen lessen Gemeenschappelijk deel

Nederlands V 2 3 3

Engels (Cambridge) V 2(4) 2(4) 3(1) Grieks* K 3 4 4 Latijn* K 3 4 4 Maatschappijleer V 2 - - LO V 2 2 1

Profielvakken WisA** / WisB** K 3 3(4) 3(4)

Biologie V 3 3 3 Scheikunde V 3 3 3

Profielkeuzevakken Natuurkunde*** K 3 3 3 (één vak) Aardrijkskunde K 2 2 3

Vrije examenvakken Natuurkunde*** K 3 3 3

WisD*** K - 3 4 Economie K 2 3 3

M&O K 2 3 Geschiedenis K 2 3 3 Aardrijkskunde K Frans K 2 3 3 Duits K 3 3 3 Latijn K 3 4 4 Grieks K 3 4 4 Kubv **** K 3 3 4 Muziek K 3 3 4

Page 46: Vademecum Cohort 2015 (Centraal Examen 2018) klas 5 - cohort 2015.pdf · vademecum cohort 2015 uit. Achter de officiële naam van een vak staat tussen haakjes de codering van dat

46

Economie en Maatschappij (EM)

V = verplicht * = keuze van Grieks of Latijn K = keuze

4e klas 5e klas 6e klas lessen lessen lessen

Gemeenschappelijk deel

Nederlands V 2 3 3

Engels (Cambridge) V 2(4) 2(4) 3(1) Grieks* K 3 4 4

Latijn* K 3 4 4 Maatschappijleer V 2 - - LO V 2 2 1 Profielvakken WisA V 3 3 3 Economie V 2 3 3 Geschiedenis V 2 3 3 Profielkeuzevakken Aardrijkskunde K 2 2 3 (één vak) Frans K 2 3 3

Duits K 3 3 3

Vrije examenvakken Aardrijkskunde K 2 2 3 M&O K 2 3

Frans K 2 3 3 Duits K 3 3 3 Latijn K 3 4 4 Grieks K 3 4 4 Kubv K 3 3 4 Muziek K 3 3 4

Page 47: Vademecum Cohort 2015 (Centraal Examen 2018) klas 5 - cohort 2015.pdf · vademecum cohort 2015 uit. Achter de officiële naam van een vak staat tussen haakjes de codering van dat

47

Cultuur en Maatschappij (CM)

V = verplicht * = keuze van Grieks of Latijn K = keuze ** = keuze van wiskunde A of wiskunde C

4e klas 5e klas 6e klas lessen lessen lessen

Gemeenschappelijk deel

Nederlands V 2 3 3

Engels (Cambridge) V 2(4) 2(4) 3(1) Grieks* K 3 4 4

Latijn* K 3 4 4 Maatschappijleer V 2 - -

LO V 2 2 1

Profielvakken WisA**/WisC** K 3 3 3(2) Geschiedenis V 2 3 3 Profielkeuzevakken Aardrijkskunde K 2 2 3 (één vak kiezen) Economie*** K 2 3 3 Profielkeuzevakken Kubv K 3 3 4 (één vak) Latijn K 3 4 4 Grieks K 3 4 4 Frans K 2 3 3

Duits K 3 3 3

Vrije examenvakken Frans K 2 3 3 Duits K 3 3 3

Latijn K 3 4 4 Grieks K 3 4 4 Kubv K 3 3 4 Aardrijkskunde K 2 2 3 Economie*** K 2 3 3 Muziek K 3 3 4